Lifo- en het ijzeren voorraadstelsel; het einde van een tijdperk?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Lifo- en het ijzeren voorraadstelsel; het einde van een tijdperk?"

Transcriptie

1 Lifo- en het ijzeren voorraadstelsel; het einde van een tijdperk? Datum: 19 november 2012 Door: Niels Koek (963023) Studierichting: Fiscale Economie (bachelor thesis) Examencommissie: Prof. dr. P.H.J. Essers Mr. dr. R. Russo (begeleider)

2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding Aanleiding Probleemstelling Opbouw van het onderzoek... 5 Hoofdstuk 2: De fiscale voorraadwaardering Voorraad en winstberekening Totaal- en jaarwinstberekening Goedkoopmansgebruik en de jaarwinst Beginselen van goedkoopmansgebruik Voorraad Definitie voorraad Economische of technische voorraad Nominalistische en substantialistische voorraadwaardering Voorraadwaardering; ijzeren voorraadstelsel Voorraadwaardering: Individueel en collectief lifo Hoofdstuk 3: IFRS IFRS Ontstaan IFRS Doelstellingen en basisprincipes IFRS IFRS in Europa Doorwerking IFRS in Nederlands recht IFRS en voorraadwaardering Voorraadwaardering volgens IFRS Lifo- en het ijzeren voorraadstelsel binnen IFRS Hoofdstuk 4: CCCTB CCCTB Ontstaan CCCTB Doelstellingen CCCTB

3 4.1.3 Huidige stand van zaken CCCTB CCCTB en voorraadwaardering Belastinggrondslag in de CCCTB Voorraadwaardering volgens de CCCTB Lifo- en het ijzeren voorraadstelsel bij CCCTB Aansluiting CCCTB bij IFRS Hoofdstuk 5: Bespreking IFRS en de CCCTB op jaarwinstbegrip Invloed IFRS op jaarwinstbegrip Directe invloed IFRS op jaarwinstbegrip Indirecte invloed IFRS op jaarwinstbegrip Invloed van de CCCTB op winstbegrip Verschillen goed koopmansgebruik, de CCCTB en IFRS Overeenkomsten goedkoopmansgebruik, de CCCTB en IFRS Hoofdstuk 6: Conclusie en persoonlijke stellingname Eindconclusie Beantwoording hoofdvraag Beantwoording deelvragen Persoonlijke stellingname Literatuurlijst Boeken Artikelen Overig: Jurisprudentielijst

4 Hoofdstuk 1: Inleiding 1.1 Aanleiding Waardering van activa is van groot belang voor de winstbepaling, zowel fiscaal als commercieel. Fiscale en commerciële winstbepaling hebben beiden een andere doelstelling. Fiscaal staat het bepalen van de belastbare winst centraal, commercieel moet een true and fair view van de onderneming belanghebbenden informatie geven om goed afgewogen economische beslissing te kunnen maken. Voorraad kan worden gezien als brandstof van de onderneming om een productieproces op gang te houden. Verschillend is de afgelopen eeuw gedacht over de waardering van voorraad. Een substantialistische of nominalistische waardering zijn beiden betoogt, waarbij het nominalisme waardeert in termen van geld en het substantialisme in termen van koopkracht. Verschillende stelsels ter waardering van voorraad zijn hieruit ontstaan, waaronder voorraad waarderingsstelsels zoals last in first out (hierna: lifo) en het ijzeren voorraadstelsel, gebaseerd op de vervangingswaardeleer. De wijze waarop voorraad volgens deze stelsels wordt gewaardeerd, brengt met zich mee dat bij substantialistische waardering stille reserves kunnen ontstaan. Commercieel gezien een doodzonde, omdat de waarde van voorraad niet realistisch wordt weergegeven. De stelsels worden echter nog wel door de fiscale wetgeving en rechtspraak toegestaan. Recent bepaalde de Hoge Raad nog dat het ijzeren voorraadstelsel mag worden toegepast. 1 Het ontstaan van stille reserves is daarmee nog steeds toegestaan binnen het goed koopmansgebruik. De waardering van voorraad heeft tegenwoordig niet alleen met het Nederlands recht te maken. Beursgenoteerde ondernemingen zijn ook onderworpen aan internationale wetgeving voor de commerciële winstberekening, middels de International Financial Reporting Standards (hierna: IFRS). Op Europees niveau wordt daarnaast gewerkt aan een gemeenschappelijke belastinggrondslag, de Common Consolidated Corporate Tax Base (hierna: CCCTB). Deze conceptrichtlijn, welke nu nog toekomstmuziek is, zou in de toekomst invloed kunnen gaan uitoefenen op de fiscale winstbepaling. Door de samenhang die de commerciële en fiscale jaarrekening met elkaar hebben, rijst de vraag of ook in de toekomst het lifo- en ijzeren voorraadstelsel nog binnen goed koopmansgebruik kunnen blijven vallen. 1.2 Probleemstelling In deze thesis zal worden onderzocht of het lifo- en ijzeren voorraadstelsel zijn geaccepteerd binnen het goed koopmansgebruik, IFRS en de toekomstige CCCTB. Ook zal worden bezien of IFRS en de CCCTB invloed uitoefenen op goed koopmansgebruik en eventueel de rol van goed koopmansgebruik kunnen overnemen. 1 HR 10 april 2009, BNB 2009/271 (cacaobonen arrest) 4

5 De hoofdvraag van dit onderzoek luidt dan ook als volgt: Zijn het lifo- en ijzeren voorraadstelsel in de toekomst nog houdbaar binnen goed koopmansgebruik gezien de geldende IFRS en toekomstige Europese CCCTB conceptrichtlijn? Naast de hoofdvraag stel ik een drietal deelvragen vast, welke ik zal proberen te beantwoorden in deze thesis: 1. Welke eisen stellen goed koopmansgebruik, de CCCTB en IFRS aan de waardering van voorraad? 2. Waarom zijn het lifo- en ijzeren voorraadstelsel wel of niet geaccepteerd voor de fiscale winstberekening volgens goed koopmansgebruik, IFRS en de CCCTB? 3. Hebben IFRS en de CCCTB een dermate grote invloed dat deze de rol van goed koopmansgebruik overnemen? 1.3 Opbouw van het onderzoek Voor de opbouw van dit onderzoek, heb ik gekozen om in hoofdstuk twee de fiscale voorraadwaardering te bespreken. Het derde hoofdstuk zal de IFRS en de positie van voorraad binnen IFRS toelichten. De conceptrichtlijn CCCTB wordt in het 4 e hoofdstuk toegelicht. Het vijfde hoofdstuk zal een beeld geven van de invloed die IFRS en de CCCTB op goed koopmansgebruik hebben. Het zesde hoofdstuk zal een beantwoording van de onderzoeksvragen bevatten, met daarbij mijn persoonlijke stellingname. In de hoofdstukken twee, drie en vier heb ik getracht een structuur aan te brengen met twee lagen, ter beantwoording van de hoofdvraag en deelvragen. Allereerst zal een situatiebespreking zijn, waarin doelstellingen, achtergrond en context per hoofdstuk worden besproken. Daarna zal de invulling van het begrip voorraad per hoofdstuk onderwerp worden uitgelegd en komt de positie van het lifo- en ijzeren voorraadstelsel aan bod. 5

6 Hoofdstuk 2: De fiscale voorraadwaardering In dit hoofdstuk zal aandacht worden besteed aan voorraad waardering binnen de fiscaliteit. Allereerst zal een beschrijving plaatsvinden van de fiscale context waarin voorraad moet worden bezien. Daarna volgt een uitleg van het begrip voorraad zelf, waarna het lifo- en ijzeren voorraadstelsel aan de orde komen. 2.1 Voorraad en winstberekening Totaal- en jaarwinstberekening De totaal- en jaarwinstgedachte spelen een belangrijke rol in de context waar de voorraadwaardering deel van uitmaakt. Wanneer alleen de waardering van voorraad in beschouwing wordt genomen, leidt een hogere fiscale balanswaardering van voorraad tot een hogere fiscale jaarwinst. Zowel het begrip totaalals jaarwinst zijn vastgelegd in de Wet IB Het begrip totaalwinst wordt in 3.8 beschreven als: Winst uit een onderneming (winst) is het bedrag van de gezamenlijke voordelen die, onder welke naam en in welke vorm ook, worden verkregen uit een onderneming. 2 De totaalwinst kan worden gezien als alle voordelen die van begin tot einde van een onderneming zijn verkregen. De totaalwinst is nominalistisch van aard. Bij berekening van de totaalwinst wordt de waarde van de onderneming, gemeten in euro s, op het moment van oprichting en liquidatie vergeleken. Dit totaal is gelijk aan de gezamenlijke voordelen. De gezamenlijke voordelen als bedoeld in artikel 3.8 Wet IB 2001, worden door het jaarwinstbegrip toegerekend aan het fiscale boekjaar, waarin deze voordelen worden verkregen. De wetgever heeft ook het jaarwinstbegrip vastgelegd in de Wet IB Deze luidt als volgt: De in een kalenderjaar genoten winst wordt bepaald volgens goed koopmansgebruik, met inachtneming van een bestendige gedragslijn die onafhankelijk is van de vermoedelijke uitkomst. De bestendige gedragslijn kan alleen worden gewijzigd indien goed koopmansgebruik dit rechtvaardigt. 3 In dit artikel is ook het begrip goed koopmansgebruik verwerkt. Hierop zal ik in de volgende subparagraaf terugkomen. Met het jaarwinstbegrip heeft de wetgever getracht de winst op te delen in jaarmoten, zodat deze als zodanig per jaar kunnen worden belast. 4 Het goed koopmansgebruik bepaald de toerekening van de winst aan een bepaald kalenderjaar. De laatste eis van art Wet IB 2001, is dat er een bestendige gedragslijn in acht moet worden genomen. De wetgever wilde hiermee voorkomen dat een wijziging van het stelsel van winstbepaling zou plaatsvinden op basis van willekeur en het behalen van 2 Art. 3.8 Wet Inkomstenbelasting Art Wet Inkomstenbelasting Afgezien van doorschuiffaciliteiten en verliesverrekening met voorgaande jaren. 6

7 incidenteel fiscaal voordeel. 5 Deze winstberekeningstelsels, kunnen aan bedrijfseconomische opvattingen ontleend worden volgens de Hoge Raad, beslist op 8 mei 1957, BNB 1957/208. Enkele uitzondering is dat deze bedrijfseconomische opvattingen niet strijdig mogen zijn met: - een voorschrift van de belastingwet - de opzet van de belastingwet - een beginsel van de belastingwet Hiermee maakt de Hoge Raad het mogelijk om activa, waaronder voorraad, fiscaal volgens bedrijfseconomische opvatting te waarderen, mits niet strijdig met enig belastingwet Goedkoopmansgebruik en de jaarwinst Zoals blijkt uit de voorgaande paragraaf, wordt de jaarwinst in overeenstemming met goed koopmansgebruik vastgesteld. 6 Goed koopmansgebruik is geen gecodificeerd begrip in de wet IB Het is een dynamisch begrip, dat door rechtspraak wordt gevormd. Door deze open norm, kan goed koopmansgebruik inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen. Het begrip goed koopmansgebruik wordt door een aantal beginselen gevormd. Volgens Brüll, Zwemmer, Cornelisse 7, kan een drietal beginselen van goed koopmansgebruik worden onderscheiden; realiteitszin, voorzichtigheid en eenvoud. Deze beginselen zijn een goed hulpmiddel om de door de rechtspraak gestelde grenzen van goed koopmansgebruik te categoriseren. Caanen 8 merkt op over de verhouding van de drie beginselen van goed koopmansgebruik, dat het realiteitsbeginsel een centrale rol speelt bij de toepassing van goed koopmansgebruik. Het voorzichtigheidsbeginsel kan volgens Caanen worden gezien als een aspect van het realiteitsbeginsel Beginselen van goedkoopmansgebruik In deze paragraaf zal ik de drie kenmerken van goed koopmansgebruik met betrekking tot voorraad uiteenzetten. Realiteitsbeginsel Het realiteitsbeginsel houdt in dat ieder jaar zijn eigen baten en lasten moet dragen. De realiteitszin zorgt dat baten en lasten niet willekeurig worden toegerekend aan een fiscaal boekjaar. Het realiteitsbeginsel 5 Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer van 9 december 1964 pag. 9 en Handelingen van de Eerste Kamer pag. 222, 9 december Volgend uit artikel 3.25 Wet inkomstenbelasting D. Brüll, J.W. Zwemmer & R.P.C. Cornelisse, Goed koopmansgebruik, Kluwer Deventer 2008, pag. 32/33 8 J.Ch. Caanen, Enige beschouwingen over goed koopmansgebruik, TFO 1995/22 7

8 voorkomt daarmee dat willekeurige winstverschuivingen naar andere fiscale boekjaren kunnen ontstaan. Allereerst mag nieuw aangekochte voorraad alleen worden gewaardeerd tegen een vorig prijspeil als de voorraad qua omvang en soort gelijk is aan de voorgaande voorraad. In het arrest BNB 1956/121 9, oordeelde de Hoge Raad dat de waardering van voorraad: in latere boekjaren de waardering naar het prijspeil op 1 Mei 1949 slechts mag worden betrokken op een voorraad, die wat betreft den omvang der goederen gelijk en wat betreft den aard der goederen - zij het dat grond- en hulpstoffen, goederen in bewerking en gerede producten elkaar zullen kunnen vervangen - soortgelijk althans soortverwant is aan den normalen voorraad per den genoemden datum, terwijl de mogelijk daarboven aanwezige voorraad wordt gewaardeerd op den kostprijs (of op de lagere marktwaarde op den balansdatum). Hiermee wordt voorkomen dat goederen in voorraad, die niet soortgelijk zijn en andere prijzen hebben, naar een gemiddelde prijs worden gewaardeerd. Als voorbeeld ter verduidelijking kan het arrest BNB 1957/1 worden aangehaald. In dit arrest ging het om een voorraad met verschillende soorten papier, die sterk van prijs verschilde. Door de samenstelling van de voorraad te veranderen (bijvoorbeeld door meer duur papier in te kopen) en de omvang van de voorraad gelijk te houden, kan een willekeurig en niet geleden verlies ontstaan. Vandaar dat de Hoge Raad heeft uitgesproken dat alleen goederen die naar aard soortgelijk, althans soortverwant, naar een (uit voorgaand jaar) gemiddelde prijs mogen worden gewaardeerd. Eenvoudbeginsel Volgens Brull, Zwemmer en Cornelisse 10 brengt het eenvoudbeginsel met zich mee dat de wijze van winstbepaling hanteerbaar moet zijn en daarnaast dat de wijze van winstbepaling te stellen eisen aan de omvang van de onderneming moeten worden aangepast. Perfectionisme is daarbij in strijd met het goed koopmansgebruik. De hanteerbaarheid waar het eenvoudbeginsel op doelt, uitte zich bijvoorbeeld in het achterwege laten van het activeren van veldinventaris. Doordat de landbouwsector in het verleden onvoldoende administratief onderlegd was om de veldinventaris voor een volgend fiscaal boekjaar te onderscheiden van andere gemaakte kosten, stond goed koopmansgebruik toe dat de veldinventaris niet hoefde te worden geactiveerd. In het arrest BNB 2008/112, ging de Hoge Raad op dat punt om. Vóór het arrest BNB 2008/112 was het voor de landbouwsector toegestaan om veldinventaris niet te activeren, waarbij de Hoge Raad in BNB 2008/112 overwoog dat: 9 Hoge Raad, 14 november 1956, BNB 1957/1 10 D. Brüll, J.W. Zwemmer & R.P.C. Cornelisse, Goed koopmansgebruik, Kluwer Deventer 2008, pag. 22 8

9 De sedertdien opgetreden ontwikkelingen in de landbouw hebben meegebracht dat op het punt van de administratieve bedrijfsvoering landbouwbedrijven geen uitzonderingspositie meer innemen. Hiermee bedoelt de Hoge Raad dat door de toenemende technologische ontwikkelingen en kennis van agrariërs, de landbouw sector meer mogelijkheden heeft gekregen om de veldinventaris wel degelijk te activeren. Door de afname van financieel analfabetisme en toename van technologische mogelijkheden in de maatschappij, pleit Russo er dan ook voor dat het eenvoudbeginsel een kleinere rol gaat spelen in het goed koopmansgebruik. 11 Dit brengt als voordeel mee dat het eenvoudbeginsel minder vaak inbreuk maakt op de andere beginselen, van realiteit en voorzichtigheid. Voorzichtigheidsbeginsel Het voorzichtigheidsbeginsel eist dat de onderneming geen winst neemt alvorens het behalen ervan met redelijke zekerheid vaststaat en met de wijze van winstbepaling rekening houdt met de continuïteit van de onderneming. 12 Voorzichtigheid uit zich in het waarderen van activa tegen kostprijs dan wel op lagere inkoopmarktprijs indien lager dan kostprijs. Winsten worden pas genomen op het moment dat deze gerealiseerd zijn. Als een onderneming een recht op vergoeding heeft verkregen in het kader van door hem gedane leveranties, moet deze op het einde van het fiscale boekjaar geactiveerd worden. Enkel wanneer onzekerheden aan de vordering zijn verbonden, wordt deze eis niet gesteld. Dit volgt uit het arrest BNB 1990/ Bij voorraad laat het voorzichtigheidsbeginsel toe dat de historische kostprijs van de voorraad wordt vergeleken met de prijs op de inkoopmarkt. Hierdoor kan worden gekozen voor een waardering naar historische kostprijs of lager zijnde inkoopmarktprijs. 14 Bij het ijzeren voorraadstelsel is het toegestaan volgend uit het voorzichtigheidsbeginsel, om per schijf af te waarderen. 15 In BNB 1998/289 heeft de Hoge Raad dit uitgesproken. Essers noemt in de noot van dit arrest, de keuze van de Hoge Raad om de afwaardering per schijf toe te staan een fout. De Hoge Raad volgt hier het Niederstwertprinzip, boven het continuïteitsbeginsel. De continuïteit is het tweede aspect van het voorzichtigheidsbeginsel; met de wijze van winstbepaling dien rekening gehouden te worden met de continuïteit van de onderneming. Het ijzeren voorraadstelsel is juist gebaseerd op dit continuïteitsbeginsel, aangezien het ijzeren voorraadstelsel gericht is op het in stand houden van een duurzame hoeveelheid goederen ten behoeve van continuïteit van de onderneming. Essers meent dan ook dat de Hoge Raad te ver is gegaan met doorvoeren van het 11 R. Russo, De betekenis van het eenvoudselement in goed koopmansgebruik, Weekblad voor Fiscaal Recht 2011/ D. Brull, J.W. Zwemmer & R.P.C. Cornelisse, Goed koopmansgebruik, Kluwer Deventer 2008 pag Hoge Raad, 17 januari 1990, BNB 1990/75 14 Deze uitleg staat ook bekend als minimumwaarderingsregel of Niederstwertprinzip 15 Hoge Raad, 6 mei 1998, BNB 1998/289 met noot van P.H.J. Essers 9

10 voorzichtigheidsbeginsel, vanwege een onjuiste vermenging van beginselen die ten grondslag liggen aan waardering op lagere marktprijs en het ijzeren voorraadstelsel. 16 Ook in een ander opzicht is het voorzichtigheidsbeginsel van belang. De financieringswijze van voorraad is irrelevant, volgend uit het arrest BNB 1980/ Dat betekent dat voorraad geheel met vreemd vermogen gefinancierd mag worden. Bij toepassing van een substantialistisch voorraadstelsel gefinancierd met vreemd vermogen en een oplopend prijspeil ontstaat een extra voordeel, boven de toepassing van financiering met eigen vermogen. 2.2 Voorraad Definitie voorraad Om een goed beeld te schetsen van de voorraad waarderingstelsels lifo- en het ijzeren voorraadstelsel, is het allereerst van belang het begrip voorraad te definiëren. Het begrip voorraad komt niet terug in de wet. In jurisprudentie heeft de Hoge Raad het begrip voorraad omschreven als het geheel van zaken, die ter bewerking, verwerking of verkoop en derhalve als bestemd voor den omzet in het bedrijf aanwezig zijn 18. Hierbij worden onderhanden werken niet tot de voorraad gerekend. Deze definitie van voorraad is niet geheel juist volgens M.J.H. Smeets. Het gedeelte van de definitie als bestemd voor den omzet houdt een aantal goederen buiten beschouwing van de voorraad welke daar wel toe zouden moeten behoren. Het gaat dan om bijvoorbeeld hulpstoffen en kantoorbehoeften. Smeets stelt dan ook in zijn noot, dat de definitie van N.J. Polak, die stelt dat "alle goederen die in hun geheel omlopen bij eerste aanwending ervan" tot de voorraad behoren, een juistere is. Deze omschrijving staat dichter tot de technische en bedrijfseconomische opvatting over voorraad. 19 P.H.J. Essers stelt op basis van de verschillende definities door auteurs en rechtspraak de definitie van voorraad als volgt samen. Onder voorraad is te verstaan: het geheel van tot het vlottend kapitaal behorende goederen die: - zijn bestemd voor de verkoop dan wel - Zijn bestemd ter bewerking voor zodanige verkoop dan wel 16 Noot van P.H.J. Essers bij het arrest BNB 1998/ Hoge Raad, 5 september 1979, BNB 1980/ Hoge Raad 17 april 1957, BNB 1957/ Noot van M.J. Smeets bij het arrest BNB 1953/119 10

11 - Bij eerste aanwending economisch geheel in een voor de verkoop bestemd goed opgaan ook al zijn zij technisch hierin niet meer terug te vinden Economische of technische voorraad Voor de waardering van de voorraad op de fiscale balans, is het van belang om onderscheid te maken in economische en technische voorraad. Dit onderscheid is van belang, omdat de onderneming over de economische voorraad een prijsrisico loopt. Substantialistische voorraadwaardering probeert dit prijsrisico weg te nemen, althans niet van invloed te laten zijn op de duurzame productiecapaciteit van de onderneming. Onder technische voorraad wordt verstaan, de voorraad waarover de ondernemer kan beschikken. De economische voorraad is de technische voorraad vermeerderd met goederen die in bestelling zijn, verminderd met goederen die reeds verkocht maar niet geleverd zijn. Voor de toepassing van het ijzeren voorraadstelsel kan tot de normale voorraad zowel de technische als de economische voorraad worden gebruikt. In het arrest BNB 1957/ heeft de Hoge Raad ook de economische voorraad als toepasbaar geacht bij het ijzeren voorraadstelsel. De Hoge Raad overwoog het volgende: dat goed koopmansgebruik er zich niet tegen verzet bij de bepaling van den aan het einde van het eerste en van volgende boekjaren, waarin het stelsel wordt toegepast, aanwezigen voorraad rekening te houden met voorkopen en voorverkopen. Recent is in het arrest BNB 2009/ door de Hoge Raad het gebruik van de normale technische voorraad beperkt. Mocht de normale voorraad waarover prijsrisico wordt gelopen kleiner zijn dan de normale technische voorraad, mag alleen de voorraad worden meegenomen waarover prijsrisico s worden gelopen. 23 Hiermee acht de Hoge Raad het realiteitsbeginsel van groter belang dan het voorzichtigheidsbeginsel. 20 P.H.J. Essers, Fiscale voorraadwaardering, Fed Fiscale Brochures 7 e druk 1996 pag Hoge Raad, 19 juni 1957, BNB 1957/ Hoge Raad, 10 april 2009, BNB 2009/ Noot aantekening van P.M. Verhagen bij het arrest FED 2009/52 11

12 2.2.3 Nominalistische en substantialistische voorraadwaardering Voorraadwaardering kan grofweg gebaseerd zijn op een tweetal principes. Enerzijds het nominalistische principe (waardering in geld) anderzijds het substantialistisch principe (waardering in goederen). Het nominalisme Het nominalistische principe gaat uit van waardering op basis van geld. Centraal staat het in stand houden van het nominaal vermogen, doordat als winst wordt gezien de nominale vermogenstoename. 24 Hiermee geeft het nominalistische principe geen aandacht aan inflatoire invloeden. Nominalistische stelsels Allereerst het nominalistische principe van voorraad, waarbij geen rekening wordt gehouden met het in stand houden van een duurzame voorraad goederen, ter continuïteit van de onderneming. Bij het nominalisme, wordt gedacht in termen van geld. Het beste voorbeeld van een nominalistisch waarderingsstelsel is de waardering van voorraad tegen kostprijs. Het uitgangspunt hiervan is dat voorraad de waarde aanneemt van de inkoop plus de transactiekosten. Op deze manier wordt de voorraad gewaardeerd tegen de tegenprestatie die een onderneming heeft moeten leveren voor het verkrijgen van de voorraad. Fiscaal geaccepteerde nominalistische methoden van voorraadwaardering zijn onder andere het waarderen naar kostprijs of lagere marktwaarde en de first in first out methode. Voordeel van een nominalistische voorraadwaardering, is dat het eenvoudig is toe te passen door een onderneming. Als nadeel kan worden gezien, dat door de waardering van voorraad in geld, geen rekening wordt gehouden met vervanging van de voorraad. Bij grote prijsstijgingen, kan dit de liquiditeit van de onderneming aantasten. Bij prijsdalingen zal de voorraad na aankoop tegen een lagere waarde in de boeken kunnen staan. 25 Hierdoor zal de het nominaal vermogen toenemen. Belastinguitstel is dan ook lastig te realiseren bij waardering tegen een nominalistisch stelsel. Substantialistische stelsels De substantialistische waarderingsmethode, volgt een ander uitgangspunt om de voorraad te waarderen. De substantialistische waardering baseert zich op waardering in goederen, ook wel de vervangingswaardeleer 26 genoemd. De vervangingswaardeleer houdt in dat men rekening houdt met de kosten ter vervanging van de voorraad, alvorens er een winst wordt genomen. De substantialistische 24 P.R. Baart, K.L.H. van Mens, H.G. Wokke, Jaarrekening en boekhouding: economisch en fiscaal bezien, 4 e druk Fed Fiscale Studieserie pag Door waardering naar lagere marktwaarde 26 In Nederland geïntroduceerd door Th. Limperg 12

13 waardering houdt dus ook rekening met eventuele prijsveranderingen van goederen die moeten worden aangetrokken ter vervanging van de voorraad. Het substantialisme is ontstaan in de periode voor de Eerste Wereldoorlog. Deze stroming is breder geworden toen tijdens de naoorlogse inflatie in Duitsland het rekenen in geld, alsof een mark een mark was, wel zeer duidelijk tot onaanvaardbare uitkomsten leidde. 27 Uit dit substantialisme, ontstond uiteindelijk het ijzeren voorraadstelsel. Tot de fiscaal geaccepteerde substantialistische waarderingsmethode kunnen worden gerekend: het lifo-systeem het ijzeren voorraadstelsel Een beschrijving van het lifo- en ijzeren voorraadstelsel volgt in de volgende paragraaf. Een reden waarom substantialistische waardering voorkeur verdient boven nominalistische waardering, is dat rekening wordt gehouden met het in stand houden van de voorraad, zodat de continuïteit van de onderneming gewaarborgd is. Met prijsveranderingen wordt in substantialistische waarderingsmethode, in tegenstelling tot de nominalistische waarderingsmethode, wel rekening gehouden. Bij substantialistische waardering is dan ook pas sprake van winst nadat de vervanging van activa is gewaarborgd Voorraadwaardering; ijzeren voorraadstelsel Lifo- en het ijzeren voorraadstelsel zijn gebaseerd op de vervangingswaardeleer. Allereerst zal ik een toelichting geven op het ijzeren voorraadstelsel. Daarna zullen individueel lifo en collectief lifo aan bod komen. Het ijzeren voorraadstelsel Het ijzeren voorraadstelsel is gebaseerd op de gedachte dat voor continuïteit van de onderneming een vaste voorraad omvang nodig is. Deze vaste omvang, wordt de normale voorraad genoemd. Het ijzeren voorraadstelsel houdt in dat de normale voorraad wordt gewaardeerd tegen het prijspeil bij invoering van dit waarderingsstelsel. 28 Dit prijspeil is de ijzeren prijs. Het voordeel van het ijzeren voorraadstelsel, dat de ijzeren prijs constant blijft gedurende de periode dat het ijzeren voorraadstelsel wordt toegepast. Hieruit volgt dat er een constante waarde van de voorraad op de balans staat. In werkelijkheid zal er vrijwel altijd meer of minder voorraad in de onderneming aanwezig zijn. Hierdoor ontstaan twee situaties; minder voorraad aanwezig (manco) of meer voorraad aanwezig (surplus). Bij een manco dient een 27 G. Slot, Voorraadwaardering, Kluwer 6 e herziene druk pag Stevens, Elementair Belastingrecht voor economen en bedrijfsjuristen, Kluwer Deventer 2009 pag

14 voorziening te worden gevormd. Deze voorziening bedraagt het aantal manco goederen berekent tegen de marktinkoopprijs. 29 Een surplus dient tegen kostprijs of de lagere marktinkoopprijs te worden berekend. 30 In een aantal arresten in de periode , (1954/108 BNB, 1954/128 BNB, 1955/82 BNB) heeft de Hoge Raad uitgesproken dat vaste-waarderingsstelsels (waaronder lifo- en het ijzeren voorraadstelsel) zijn toegestaan. Voornamelijk de invloed van prijsstijgingen in de jaren 50 heeft volgens verschillende auteurs 31 grote invloed gehad op het toestaan van deze waardering waarbij inflatie tijdelijk 32 geen invloed op de voorraad heeft. Het ijzeren voorraadstelsel is onder bepaalde criteria aanvaard door de Hoge Raad in het arrest BNB 1956/ Deze criteria komen op het volgende neer: 1. De normale voorraad dient te worden gewaardeerd naar het prijspeil op datum waarop het stelsel wordt ingevoerd. Deze waardering mag voor volgende boekjaren worden aangehouden, mits de voorraad van soortgelijke of aanverwante aard en omvang is. 2. Bij voorraad vergroting moet worden gewaardeerd naar de kostprijs of lagere marktwaarde op de balansdatum. 3. Bij voorraad verkleining dient afwaardering per schijf bekeken te worden. Het resultaat wat hieruit voortkomt, is de verkoopprijs minus de basisprijs De normale voorraad als bedoeld in het eerste criterium, is de voorraad die noodzakelijk is om het productieproces ongestoord doorgang te laten vinden. 34 Voor toepassing van het ijzeren voorraadstelsel is het van belang te weten of de economische dan wel de technische voorraad als normale voorraad kan worden genomen. Recent oordeelde de Hoge Raad in het cacaobonen-arrest, 35 dat de normale technische voorraad daarvoor kan worden gebruikt. Gebruik van de economische voorraad wordt ook toegestaan volgens goed koopmansgebruik. Bij uitbreiding van de productiecapaciteit, mag ook de ijzeren voorraad worden uitgebreid. 36 Deze dient dan wel tegen de verkrijgingsprijs te worden gewaardeerd of lagere marktwaarde. In dergelijke gevallen zal over het algemeen een ijzeren voorraad ontstaan die opgebouwd is uit verschillende schijven met verschillende ijzeren prijzen per schijf Hoge Raad, 7 maart 1956, BNB 1956/ Hoge Raad, 7 maart 1956, BNB 1956/ Waaronder G. Slot, Voorraadwaardering 32 Uiteindelijk zal de ontstane stille reserve bij het ijzeren voorraadstelsel worden belast via het totaalwinstbegrip 33 Hoge Raad, 7 maart 1956, BNB 1956/ Hoge Raad, 12 februari 1958, BNB 1958/90 35 Hoge Raad, 10 april 2009, BNB 2009/271 (cacaobonen arrest) 36 Hoge Raad, 7 maart 1956, BNB 1956/ J.W.J. de Kort, Fiscale aspecten rond het ijzeren voorraadstelsel, Forfaitair nr. 135, juni 2003, pag

15 Tijdelijk in de onderneming aanwezige voorraden, bijvoorbeeld om seizoenspieken te kunnen opvangen, zijn niet duurzaam aan de onderneming gebonden en behoren daarom niet tot de ijzeren voorraad. 38 Als genoemd in paragraaf moeten nieuw aangekochte goederen soortgelijk zijn aan de ijzeren voorraad om deze ijzeren voorraad fysiek te vervangen. Deze soortgelijkheid moet in technische zin zijn. 39 De Hoge Raad oordeelde hier dat een ander model auto niet als vervanging kan worden gezien, omdat deze niet soortgelijk zijn. Uit deze bovenstaande criteria en toelichting blijkt, dat de Hoge Raad het ijzeren voorraadstelsel aanvaard, mits er geen kwalitatieve verandering van de ijzeren voorraad optreedt. Voordeel van het ijzeren voorraadstelsel, is dat bij stijgende inkoopprijzen, de inflatoire prijsstijging van de ijzeren voorraad niet direct als fiscale winst worden aangemerkt. De ijzeren prijs blijft immers op het peil waarop de ijzeren voorraad begonnen wordt. Hierdoor wordt belastingheffing uitgesteld. Des te hoger de ijzeren voorraad is, des te meer voordeel kan worden behaald. Het vormen van een manco kan als middel worden gezien om de stille voorraad in stand te houden. Door het vormen van een manco voorziening, kan namelijk de stille reserve van de ijzeren voorraad worden doorgeschoven naar het volgend boekjaar, zonder afbreuk te doen aan het realiteitsbeginsel Voorraadwaardering: Individueel en collectief lifo Lifo staat voor Last in First out, wat niet meer of minder betekent dan dat de laatst aangekochte goederen als eerste verkocht worden vanuit de voorraad. Ook bij lifo wordt een fictie aangehouden net als bij het ijzeren voorraadstelsel, omdat de goederen soortgelijk zijn en daarmee lastig individueel te bepalen is per goed wanneer deze is aangekocht. Door het aanhouden van deze fictie, wordt de prijs van de oudst aangekochte goederen voor de voorraadwaardering gebruikt. Hierdoor ontstaat in tijden van inflatie een stille reserve op dezelfde wijze als bij het ijzeren voorraadstelsel. Nu is er een onderscheid te maken tussen individueel lifo en collectief lifo. Het verschil zit hem in de wijze van aanvulling van de voorraad. Bij individueel lifo wordt de voorraad qua waarde aangevuld per transactie. De waarde van de laatst aangekochte goederen, wordt daarmee opgeteld bij de voorraadwaardering. Bij collectief lifo, wordt de gehele voorraad opnieuw gewaardeerd tegen de oude historische kostprijs van de verkochte goederen. 38 J.W.J. de Kort, Fiscale aspecten rond het ijzeren voorraadstelsel, Forfaitair nr. 135, juni 2003, pag Hoge Raad, 30 november 1994, BNB 1995/102 15

16 Het lifo-stelsel werd in het arrest BNB 1961/ door de Hoge Raad aanvaard. Hierin maakt de Hoge Raad een toevoeging op het eerder gewezen arrest BNB 1956/121. De berekening van de kostprijs mag worden aangenomen, waarmee de regel van last in first out toegestaan is. 41 Een verschil tussen het lifo- en ijzeren voorraadstelsel is dat bij het ijzeren voorraadstelsel toegestaan is om een manco voorziening te vormen als de ijzeren voorraad niet compleet is. Hierdoor kan de stille reserve in de ijzeren voorraad behouden worden en komt deze niet vrij te vallen aan de fiscale winstbepaling. Voordeel van het lifo-stelsel is dat bij een goederenvoorraad die soortgelijk is, niet individueel naar de kostprijs van de goederen hoeft te worden gewaardeerd. Als onderneming die vaak grote, soortgelijke hoeveelheden goederen omzet, scheelt dit veel administratieve lasten Hoge Raad, 18 oktober 1961, BNB 1961/ Zie ook de noot van M.J.H. Smeets bij het arrest BNB 1961/ Ook voor het ijzeren voorraadstelsel is dit een voordeel. 16

17 Hoofdstuk 3: IFRS Hoofdstuk 3 zal een nadere toelichting geven over IFRS. Eerst zal aan bod komen Hoe IFRS is ontstaan en wat de doelstellingen zijn. Daarna zal de positie van voorraad binnen IFRS worden toegelicht. 3.1 IFRS Ontstaan IFRS In 1973 werd door een aantal accountants organisaties de International Accounting Standards Committee (hierna: IASC) opgericht. De IASC moest zorg dragen voor nieuwe, gemeenschappelijke standaarden ter financiële verslaggeving. Voornamelijk multinationals hadden behoefte aan een standaard voor de externe verslaggeving. Op 1 maart 2001 nam de International Accounting Standards Board (hierna: IASB), de taak van IASC over. Dit gebeurde naar aanleiding van het rapport Recommendations on shaping IASC for the future 43, waarin een nieuwe opzet van de organisatie en doelen werd bepleit. Na deze verandering van opzet en doelen, werden alle standaarden uitgegeven door de IASC, genoemd International Accounting Standards (hierna: IAS), overgenomen door de IASB. Nieuw uitgegeven standaarden door IASB werden voortaan International Financial Reporting Standards (IFRS) genoemd. De IFRS Foundation is een onafhankelijke, non-profit organisatie. De IFRS Foundation bestaat uit de IASB en een IFRS Interpretations Committee. De IASB heeft de besluitvormende taak om IFRS vast te stellen. De IFRS Interpretations Committee heeft als taak om IFRS te interpreteren en zo nodig aanbevelingen te doen. 44 In totaal zijn er nu 41 IAS, die vrijwel alle aspecten van de jaarrekening dekken Doelstellingen en basisprincipes IFRS Binnen het Framework 46 van IFRS, worden de doelstellingen van IFRS aangegeven. Binnen het Framework (par. 12) wordt de doelstelling van financiële verslaggeving als volgt vastgesteld: The objective of financial statements is to provide information about the financial position, performance and changes in financial position of an entity that is useful to a wide range of users in making economic decisions IFRS Conceptual Framework for Financial Reporting 47 IFRS Conceptual Framework for Financial Reporting, paragraaf 12 17

18 Het belangrijkste doel van financiële regelgeving is, net als bij IFRS, het geven van een true and fair view van de financiele positie van de onderneming. 48 Dit is van belang, zodat de financiële markten over voldoende informatie beschikken om economische keuzes te maken. Hierbij zijn twee aspecten van belang; het weergeven van de vermogenswaarde van de onderneming en de prestaties van de onderneming. 49 IFRS kent daarnaast een aantal underlying assumptions, welke de basisprincipes van financiële verslaggeving zijn. Daarbij moet in eerste instantie worden gedacht aan de kwalitatieve kenmerken van financiële verslaggeving zoals begrijpelijkheid, relevantie en getrouwe weergave. 50 Uit het Conceptual Framework zijn een tweetal grondbeginselen af te leiden: - Accrual accounting-beginsel - Going concern-beginsel Het accrual accounting-beginsel heeft deels overeenkomsten met het realiteitsbeginsel. 51 Het accrual accounting-beginsel, 52 ziet er namelijk op toe dat kosten en baten aan de juiste tijdsperiode worden toegerekend waarop zij betrekking hebben. Het going concern-beginsel ziet toe op de continuïteit van de onderneming. Dit beginsel gaat er vanuit dat de onderneming het voornemen heeft om voort te bestaan en zichzelf niet te liquideren. Mocht dit wel het geval zijn, moet de onderneming kiezen voor een andere basis om verslag te leggen. 53 Deze grondbeginselen hebben enige overeenkomsten en verschillen met het goed koopmansgebruik. Deze zullen verder worden toegelicht in 5.3 en IFRS in Europa IFRS is wereldwijd door verschillende landen erkend. In Europees verband is het interessant om te zien hoe IFRS regels hun gelding hebben gekregen en hoe deze worden toegepast. In de Europese Unie is de drang naar harmonisatie groot, zo ook bij de externe verslaggeving. De Europese Unie had tot 2002 niet een standaard voor het vaststellen van de jaarrekening. Men was sinds de jaren 90 op zoek naar een standaard, waarbij de US GAAP al snel werd overgeslagen, omdat anders de Verenigde Staten invloed 48 D. Alexander and E. Eberhartinger, The true and fair view in the European Union, European Accounting Review Volume 18 issue 3, 2009, par The purpose(s) of Financial Reporting 49 Het verslaan van de prestaties is voornamelijk op aandeelhouders gericht. 50 L.G. van der Tas, International Financial Reporting Standards een overzicht, Tijdschrift voor Fiscaal Ondernemingsrecht 2010/125, pag Zie voor het realiteitsbeginsel paragraaf IFRS Conceptual Framework for Financial Reporting OB IFRS Conceptual Framework for Financial Reporting

19 zou kunnen uitoefenen op het Europese jaarrekeningrecht. Een onafhankelijke standaard zou daarom bruikbaarder zijn. In 1995 werd lidstaten dan ook aanbevolen om toe te staan dat grote internationale ondernemingen IAS mochten toepassen. Later in 2002, werd de Verordening 2002/ ingevoerd. Deze Verordening, verplicht beursgenoteerde ondernemingen vanaf 2005 IFRS toe te passen. Om IFRS niet direct van toepassing te laten zijn en nog steeds invloed te kunnen uitoefenen, is in artikel 3 55 opgenomen dat nieuwe standaarden voor de jaarrekening moeten worden goedgekeurd door de Europese Commissie. Hier wordt de Europese Commissie bijgestaan door een tweetal commissies. Allereerst een regelgevend comité, (ook wel ARC-Accounting Regulatory Committee genoemd), waarin alle lidstaten zijn vertegenwoordigd. Deze commissie ziet toe op de politieke consequenties en invloed van nieuwe IFRS. Daarnaast is er de technische commissie, Accounting Technical Committee (hierna: ATC). Deze bestaat voornamelijk uit deskundigen afkomstig uit de lidstaten en voorziet de Europese Commissie van advies over de beoordeling van IFRS Doorwerking IFRS in Nederlands recht De toepassing van IFRS werkt door in het Nederlandse jaarrekeningrecht. Dit blijkt uit art. 2:362 BW. Een rechtspersoon kan de jaarrekening opstellen volgens de door de International Accounting Standards Board vastgestelde en door de Europese Commissie goedgekeurde standaarden, mits de rechtspersoon daarbij alle voor hem van toepassing zijnde vastgestelde en goedgekeurde standaarden toepast. Niet ieder bedrijf heeft echter de keuze om IFRS toe te passen. Beursgenoteerde ondernemingen zijn verplicht om hun geconsolideerde jaarrekening volgens IFRS op te maken IFRS en voorraadwaardering Voorraadwaardering volgens IFRS Voorraadwaardering is in IAS 2 vastgelegd. Deze geeft in IAS 2.6 een duidelijke omschrijving van het begrip voorraad: Inventories are assets: (a) held for sale in the ordinary course of business; (b) in the process of production for such sale; or 54 Verordening (EG) Nr. 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad, 19 juli Verordening (EG) Nr. 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad, 19 juli Na invoering van verordening (EG) Nr. 1606/2002 van het Europees Parlement en de Raad 19

20 (c) in the form of materials or supplies to be consumed in the production process or in the rendering of services. 57 IAS omschrijft voorraad in 3 categorieën; a) voor verkoop in de dagelijkse bedrijfsvoering, b) in het productieproces voor verkoop, c) in de vorm van materialen of goederen die in het productieproces of bij het genereren van diensten wordt gebruikt. Met deze definitie van voorraad zie ik grote gelijkenis met de definitie van Essers 58, gebruikt in paragraaf Voor de meeste voorraden geldt dat deze tegen kostprijs moeten worden gewaardeerd, maar daarop wordt een uitzondering gemaakt voor commodities en biologische producten. 59 Volgens IAS mogen kosten die de voorraad tot stand brengen, ook tot de voorraadwaardering worden gerekend. The cost of inventories shall comprise all costs of purchase, costs of conversion and other costs incurred in bringing the inventories to their present location and condition. 60 Ook voorraad waarderingstelsels komen in IAS 2 aan bod. Zo moet volgens IAS 2.9 voorraad worden gewaardeerd naar lower of costs and net realizable value. 61 Net realizable value staat voor de marktverkoopwaarde, verminderd met de verkoopkosten. 62 Dit moet echter als iets anders worden gezien dan de fair value van de voorraad. De net realizable value is niet hetzelfde als de fair value, omdat de net realizable value voor iedere onderneming specifiek is en de fair value hetzelfde is voor iedereen. Als gevolg van het basisbeginsel van IAS 2.9 volgt dat niet naar de net realizable value mag worden gewaardeerd als deze hoger ligt dan de historische kostprijs. Voorraadwaardering geschiedt afhankelijk van welke waarde (NRV of kostprijs) het laagst is. 63 Kosten moeten in eerste instantie op individuele basis worden toegerekend aan de toebehorende goederen. 64 Een uitzondering wordt gemaakt wanneer goederen onderling uitwisselbaar zijn. 65 Naast deze individuele kostentoerekening, zijn twee voorraad waarderingsstelsels toegestaan; fifo en een gemiddeld gewogen kostenmethode. 66 Voor soortgelijke goederen moet één waarderingsstelsel worden toegepast. 57 IAS P.H.J. Essers, Fiscale voorraadwaardering, Fed Fiscale Brochures 7 e druk 1996 pag L.G. van der Tas, International Financial Reporting Standards een overzicht, Tijdschrift voor Fiscaal Ondernemingsrecht 2010/ IAS IAS IAS P.H.J. Essers en R. Russo, The influence of IAS/IFRS on the CCCTB, Tax accounting, Disclosure, and Corporate Law Accounting Concepts: A Clash of Cultures, Kluwer Law International, 2009 pag IAS IAS IAS

21 Wanneer meerdere groepen soortgelijke groepen goederen in de onderneming zijn, mogen verschillende waarderingsstelsels worden toegepast Lifo- en het ijzeren voorraadstelsel binnen IFRS IFRS is voornamelijk gebaseerd op een nominalistische denkwijze; de voorraad moet op geld waardeerbaar zijn, zo realistisch mogelijk aansluitend bij de waarde die het representeert in het dagelijks economisch verkeer. Waardering in de vorm van vervangingswaarde, wordt niet toegestaan. Hiermee zijn het ijzeren voorraadstelsel en lifo uitgesloten om toe te passen volgens IFRS. Ook de toepassing van economische voorraad, is uitgesloten in IFRS. Enkel de technische voorraad kan worden gebruikt ter voorraadwaardering. 67 Dit concluderend in het licht van paragraaf 3.1.4, zijn het lifo- en ijzeren voorraadstelsel niet meer toepasbaar voor beursgenoteerde ondernemingen in Nederland sinds S. Bohmer, M.N. Hoogendoorn, F. Krens, Handboek jaarrekening, Kluwer Deventer 2009, pag

22 Hoofdstuk 4: CCCTB 4.1 CCCTB Ontstaan CCCTB De Europese Unie bestaat uit 27 lidstaten. In de EU, zijn veel wetten en regelgeving op het gebied van jaarrekeningrecht en mededinging geharmoniseerd. Een zelfde vennootschappelijke belastinggrondslag ontbreekt echter. Veel bedrijven die internationaal ondernemen, hebben nu met verschillende belastingwetgeving te maken in verschillende lidstaten. Eind jaren 90 werd dan ook gepleit voor een gemeenschappelijke vennootschappelijke belastinggrondslag, waarmee werd beoogd enkele grote fiscale obstakels binnen de interne markt op te heffen. 68 De conceptrichtlijn Common Consolidated Corporate Tax Base (hierna CCCTB) is ontstaan na een formeel mandaat van de Raad van Ministers in Hierin werd de Europese Commissie uitgenodigd om onderzoek te doen naar de belastingheffing voor ondernemingen binnen de Europese Unie. Dit onderzoek werd in april 2002 gepresenteerd tijdens een congres in Brussel, waar een gemeenschappelijke belastinggrondslag voor vennootschapsbelasting werd bepleit. 69 Naar aanleiding van dit congres, waarna de Europese Commissie en de Ministers van Financien initiatief namen om CCCTB te ontwikkelen, werd in september 2004 vanuit de Europese Commissie een CCCTB werkgroep opgericht. Deze werkgroep heeft zich vanaf 2004 gecommitteerd aan de ontwikkeling van een CCCTB. Daaruit volgend is op 16 maart 2011 de meest recente versie van de CCCTB door de Europese Commissie gepubliceerd. De CCCTB is een zeer omvangrijk ingrijpend belastingproject. De conceptrichtlijn telt op dit moment 83 pagina s, bestaande uit 136 artikelen, maar critici zijn het eens dat er nog een lange weg te gaan is voordat de conceptrichtlijn daadwerkelijk gaat functioneren Doelstellingen CCCTB Eén van de belangrijkste doelstellingen van de CCCTB is dat belemmeringen op belastinggebied voor ondernemingen met activiteiten in verschillende lidstaten zo veel mogelijk moeten worden weggenomen zodat de interne markt van de Europese Unie (hierna: EU) beter kan functioneren. 71 De CCCTB voorziet hierin door een gemeenschappelijke belastinggrondslag voor ondernemingen te bepalen. Naast deze 68 Com (2011) 121, Richtlijn van de Raad, betreffende een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (CCCTB), pag Zie voor een samenvatting van dit congres: 70 J.A.R. van Eijsden, J.L. van de Streek en S.A.W.J. Strik (red.), Common Consolidated Corporate Tax Base (CCCTB), Deventer 2011 pag R. Russo, CCCTB: een tussenstand mede naar aanleiding van de conferentie van 15 en 16 mei 2007 in Berlijn, WFR 2007/

23 algemene doelstelling, heeft de conceptrichtlijn nog een aantal andere specifieke doelstellingen. Deze specifieke doelstellingen kunnen als volgt worden omschreven: Vermindering van de compliancekosten met betrekking tot de vennootschapsbelasting. Eliminatie van dubbele belasting voor vennootschappen die werkzaam zijn binnen de EU. Eliminatie van het heffen van te veel belasting met betrekking tot grensoverschrijdende economische activiteiten als gevolg van de afwezigheid of een tekort aan mogelijkheden om verliezen grensoverschrijdend te kunnen verrekenen Huidige stand van zaken CCCTB De invoering van CCCTB zou grote veranderingen meebrengen in ons vennootschappelijk belastingklimaat. Er worden daarom de nodige kanttekeningen geplaatst bij de wijze en het moment van invoering in de EU. Enkele lidstaten verzetten zich hevig tegen de invoering van de CCCTB, waaronder Nederland. 73 Daarbij gaat het voornamelijk om twee redenen die worden aangedragen. Een invoering zou voor de gehele EU een verwachte welvaartsdaling van 0,2% opleveren. Nederland zou in deze berekening tot 1,69% van het BBP inleveren. De Tweede Kamer noemt het moment van invoering van de CCCTB dan ook niet wenselijk in economisch slechtere tijden. Daarnaast is er nog teveel onduidelijkheid over de individuele ruimte die lidstaten hebben om stimulerende prikkels uit te delen aan ondernemingen en aftrekposten die men aan een deel van de geconsolideerde jaarrekening kan toekennen. Van de Streek betoogt dan ook dat hier duidelijkheid over verschaft moet worden door de Europese Commissie, omdat bij teveel individuele speelruimte van de lidstaten alsnog 27 verschillende belastingstelsels ontstaan CCCTB en voorraadwaardering Ondanks dat de Europese Commissie met de ontwikkeling van de CCCTB niet meer IFRS als uitgangspunt neemt, heeft CCCTB veel kenmerken van IFRS. Dit is ook begrijpelijk, aangezien IFRS in beginsel als uitgangspunt werd genomen voor de CCCTB. 75 Het verschil blijft echter wel, dat de CCCTB als conceptrichtlijn de berekening van de belastinggrondslag als doelstelling heeft en IFRS een true and fair view van de ondernemingswaarde geeft via de jaarrekening. 72 J.A.R. van Eijsden, J.L. van de Streek en S.A.W.J. Strik (red.), Common Consolidated Corporate Tax Base (CCCTB), Deventer Brief Kamerstukken II , 32728, nr J.L. van de Streek, De voortgaande ontwikkeling van de CCCTB, Weekblad Fiscaal Recht 2012/ R. Russo, CCCTB: een tussenstand mede naar aanleiding van de conferentie van 15 en 16 mei 2007 in Berlijn, WFR 2007/

24 4.2.1 Belastinggrondslag in de CCCTB Voordat de voorraadwaardering aan bod komt, is het belangrijk om te bezien hoe de belastinggrondslag binnen CCCTB is vormgegeven. De harmonisatie van de belastinggrondslag is immers een van de belangrijkste doelstellingen die de Europese Commissie met de CCCTB wil bereiken. CCCTB kent geen jaar- en totaalwinstbegrip zoals wij deze kennen in Nederland. Zoals artikel 10 van de conceptrichtlijn 76 bepaalt, wordt de belastinggrondslag berekend door de opbrengsten te verminderen met de vrijgestelde opbrengsten, aftrekbare kosten en andere aftrekbare posten. Dit is niet vergelijkbaar met het Nederlandse totaalwinstbegrip, maar de CCCTB heeft wel enkele bepalingen die naar een vorm van een totaalwinstconcept verwijzen. 77 Van belang is dat er binnen de CCCTB geen eenduidig gecodificeerd jaarwinstbegrip is, noch een gecodificeerd goed koopmansgebruik. Wel zijn in artikel 9 78 een viertal beginselen opgenomen, die toezien op de bepaling van de jaarwinst. Een verdere invulling is echter achterwege gelaten. 79 Hier zou bij invoering van de CCCTB de nodige ophef over kunnen ontstaan, omdat de CCCTB geen normatieve back up heeft waarop ondernemingen hun waarderingen kunnen onderbouwen. 80 Lidstaten zullen dan in rechtspraak naar waarschijnlijkheid teruggrijpen naar oude opvattingen, omdat een referentiekader ontbreekt Voorraadwaardering volgens de CCCTB Voorraad wordt een aantal keer benoemd in de CCCTB. Allereerst komen we voorraad tegen in artikel 4 (definitie 19) van de conceptrichtlijn. 81 Hier wordt voorraad als volgt gedefinieerd: voorraden en onderhanden werk: activa die worden aangehouden voor de verkoop, die zich in het productieproces voor de verkoop bevinden dan wel de vorm hebben van grond- en hulpstoffen die worden verbruikt tijdens het productieproces of tijdens het verrichten van diensten Hiermee toont de CCCTB qua definitie van voorraad veel gelijkenissen met de eerder besproken definities van IFRS 82 en definitie van Essers. 83 Echter wordt met voorraad in de CCCTB wel anders omgesprongen in de winstneming dan bij IFRS en voorraad binnen het jaarwinstbegrip het geval is. De CCCTB telt namelijk de voorraad en onderhanden werk op bij de aftrekbare kosten 84, bij aankoop van 76 Artikel 10, Com (2011) 121, Richtlijn van de Raad, betreffende een gemeenschappelijke geconsolideerde heffingsgrondslag voor de vennootschapsbelasting (CCCTB) 77 P.H.J. Essers, De winstbepaling in de Conceptrichtlijn CCCTB, WFR 2011/ Artikel 9, Com (2011) P.H.J. Essers, De winstbepaling in de Conceptrichtlijn CCCTB, Weekblad Fiscaal Recht 2011/ Zoals het goed koopmansgebruik de bedrijfseconomie kent. 81 Artikel 4 (19), Com (2011) IAS P.H.J. Essers, Fiscale voorraadwaardering, Fed Fiscale Brochures 7 e druk 1996 pag Aftrekbare kosten als bedoelt in Artikel 12, Com (2011)

Hebben het LIFO- en het ijzeren voorraadstelsel nog toekomst?

Hebben het LIFO- en het ijzeren voorraadstelsel nog toekomst? Tilburg University Tilburg School of Economics and Management Bachelor thesis Hebben het LIFO- en het ijzeren voorraadstelsel nog toekomst? Datum: 4 januari 2013 Door: Emiel Dignouts ANR: 223143 Studierichting:

Nadere informatie

De toekomst van het ijzeren voorraadstelsel en LIFO in het fiscale jaarwinstbegrip

De toekomst van het ijzeren voorraadstelsel en LIFO in het fiscale jaarwinstbegrip De toekomst van het ijzeren voorraadstelsel en LIFO in het fiscale jaarwinstbegrip Bachelor thesis Fiscale Economie November 2012 Naam: Arthur Bronk Administratienummer: 960008 Examencommissie Begeleidend

Nadere informatie

De invulling van de fiscale winstbepaling in de CCCTB en het goed koopmansgebruik

De invulling van de fiscale winstbepaling in de CCCTB en het goed koopmansgebruik De invulling van de fiscale winstbepaling in de CCCTB en het goed koopmansgebruik Is de fiscale winstbepaling volgens de CCCTB een goed alternatief voor de fiscale winstbepaling volgens goed koopmansgebruik?

Nadere informatie

Winstbepaling en (voorraad)waardering

Winstbepaling en (voorraad)waardering HOOFDSTUK 1 Winstbepaling en (voorraad)waardering 1.1 Inleiding Dat een boek over voorraadwaardering gaat over de waardering van voorraden op de balans zal niemand verbazen, maar waarschijnlijk is niet

Nadere informatie

Op weg naar een Europese winstbelasting?

Op weg naar een Europese winstbelasting? Op weg naar een Europese winstbelasting? Hoe zou het winstberekeningsstelsel in een eventuele Europese winstbelasting er uit kunnen zien en in hoeverre sluit deze aan bij de International Financial Reporting

Nadere informatie

Voorwoord. HOOFDSTUK 1 Winstbepaling en (voorraad)waardering 1

Voorwoord. HOOFDSTUK 1 Winstbepaling en (voorraad)waardering 1 INHOUDSOPGAVE Voorwoord V HOOFDSTUK 1 Winstbepaling en (voorraad)waardering 1 1.1 Inleiding 1 1.2 Bedrijfseconomische opvattingen t.a.v. winstbepaling en (voorraad)waardering 1 1.3 Fiscaalrechtelijke invulling

Nadere informatie

CCCTB versus goed koopmansgebruik bij de fiscale winstbepaling

CCCTB versus goed koopmansgebruik bij de fiscale winstbepaling CCCTB versus goed koopmansgebruik bij de fiscale winstbepaling Is de CCCTB een alternatief voor het Nederlandse goed koopmansgebruik bij de berekening van de belastinggrondslag op nationaal niveau? Naam

Nadere informatie

IFRS als uitgangspunt voor de fiscale winstbepaling.

IFRS als uitgangspunt voor de fiscale winstbepaling. IFRS als uitgangspunt voor de fiscale winstbepaling. In hoeverre past IFRS binnen fiscale beginselen? Universiteit van Tilburg Master Fiscale Economie Marsha Zweers 446932 Examencommissie Mr.dr. R. Russo

Nadere informatie

De fiscale winstbepaling in G.K.G. en de CCCTB

De fiscale winstbepaling in G.K.G. en de CCCTB De fiscale winstbepaling in G.K.G. en de CCCTB Is op basis van een vergelijking tussen beide systemen, de fiscale winstbepaling uit de CCCTB als een goed alternatief voor g.k.g. te betitelen? Bachelorthesis

Nadere informatie

De invulling van het winstbegrip in de Common Consolidated Corporate Tax Base en het goed koopmansgebruik.

De invulling van het winstbegrip in de Common Consolidated Corporate Tax Base en het goed koopmansgebruik. De invulling van het winstbegrip in de Common Consolidated Corporate Tax Base en het goed koopmansgebruik. Bachelor thesis Fiscale Economie Universiteit van Tilburg School of Economics and Management Tilburg,

Nadere informatie

LAAT HET CCCTB-CONCEPT DE VOORRAAD NOG IN ZIJN WAARDE?

LAAT HET CCCTB-CONCEPT DE VOORRAAD NOG IN ZIJN WAARDE? LAAT HET CCCTB-CONCEPT DE VOORRAAD NOG IN ZIJN WAARDE? VOORRAAD IN HET GOED KOOPMANSGEBRUIK EN DE CCCTB- RICHTLIJN. Nicky Broeders thesisbegeleider: R. Russo Anr. 126180 1 Inleiding Op 16 maart 2011 kwam

Nadere informatie

Inhoud Noordhoff Uitgevers bv. Antwoorden hoofdstuk 1 2. Antwoorden hoofdstuk 2 3. Antwoorden hoofdstuk 3 4. Antwoorden hoofdstuk 4 5

Inhoud Noordhoff Uitgevers bv. Antwoorden hoofdstuk 1 2. Antwoorden hoofdstuk 2 3. Antwoorden hoofdstuk 3 4. Antwoorden hoofdstuk 4 5 Inhoud Antwoorden hoofdstuk 1 2 Antwoorden hoofdstuk 2 3 Antwoorden hoofdstuk 3 4 Antwoorden hoofdstuk 4 5 Antwoorden hoofdstuk 5 6 Antwoorden hoofdstuk 6 8 Antwoorden hoofdstuk 7 9 Antwoorden hoofdstuk

Nadere informatie

Voorraadwaardering in Fiscaal en Bedrijfseconomisch Perspectief

Voorraadwaardering in Fiscaal en Bedrijfseconomisch Perspectief Voorraadwaardering in Fiscaal en Bedrijfseconomisch Perspectief Naam: Leonie Kroeze Collegekaartnummer: 0307491 Telefoonnummer: 0650255752 Betreft: Bachelorscriptie Adres: Keizersgracht 10B Begeleider:

Nadere informatie

Wettelijke regelingen in verband met de jaarrekening

Wettelijke regelingen in verband met de jaarrekening 16 hoofdstuk Wettelijke regelingen in verband met de jaarrekening 16.1 Onder de werking van boek 2 titel 9 van het burgerlijk wetboek vallen ondernemingen die gedreven worden in de vorm van een NV, BV,

Nadere informatie

Het winstbegrip van de CCCTB en de fiscale winstbepaling in Nederland

Het winstbegrip van de CCCTB en de fiscale winstbepaling in Nederland Het winstbegrip van de CCCTB en de fiscale winstbepaling in Nederland Bachelorhesis fiscale economie 2013 Tilburg University School of economics and management Fiscale economie Naam student: Esmeralda

Nadere informatie

Hoofdstuk 16.3 Prijsgrondslagen (waardering) Winstbegrip Historisch kostenstelsel Vervangingswaarde

Hoofdstuk 16.3 Prijsgrondslagen (waardering) Winstbegrip Historisch kostenstelsel Vervangingswaarde Hoofdstuk 16.3 Prijsgrondslagen (waardering) Winstbegrip Historisch kostenstelsel Vervangingswaarde Winstbegrip te definiëren als: bedrag dat aan het einde van een periode ontrokken kan worden aan de onderneming,

Nadere informatie

Financiële verslaggeving in beweging. Programma

Financiële verslaggeving in beweging. Programma Financiële verslaggeving in beweging Prof. dr Jos M.J. Blommaert 1 Programma Four key steps Recente ontwikkelingen Voorzieningen als verplichtingen Goodwill en reële waarde Impairmenttoets 2 1 Four key

Nadere informatie

Bedrijfseconomie & Goed koopmansgebruik

Bedrijfseconomie & Goed koopmansgebruik Tilburg University Bedrijfseconomie & Goed koopmansgebruik Bachelor Thesis Fiscale Economie C. Boskan S63333 Mr. dr. R. Russo. Prof. dr. J.A.G. van der Geld 26-4-2011 Inhoudsopgave: Hoofdstuk 1: Inleiding

Nadere informatie

Herwaarderen van activa ter voorkoming van verliesverdamping

Herwaarderen van activa ter voorkoming van verliesverdamping ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM Nadruk verboden Erasmus School of Economics Bachelorscriptie Herwaarderen van activa ter voorkoming van verliesverdamping Is het in overeenstemming met goed koopmansgebruik

Nadere informatie

Verhouding tussen de International Financial Reporting Standards en de Nederlandse fiscale winstberekening

Verhouding tussen de International Financial Reporting Standards en de Nederlandse fiscale winstberekening Verhouding tussen de International Financial Reporting Standards en de Nederlandse fiscale winstberekening In deze bijdrage wordt onderzocht of voor de Nederlandse fiscale winstberekening op specifieke

Nadere informatie

De toekomst van voorraadwaardering

De toekomst van voorraadwaardering De toekomst van voorraadwaardering In hoeverre blijven het lifo-stelsel en het ijzeren-voorraadstelsel van voorraadwaardering in de toekomst nog bruikbaar voor de fiscale winstbepaling? Bachelorscriptie

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie VERORDENINGEN 3.4.2018 L 87/3 VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2018/519 VAN DE COMMISSIE van 28 maart 2018 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1126/2008 tot goedkeuring van bepaalde internationale standaarden voor

Nadere informatie

De commerciële en fiscale waardering van onderhanden werk

De commerciële en fiscale waardering van onderhanden werk ERASMUS UNIVERSITEIT ROTTERDAM Nadruk verboden Erasmus School of Economics Bachelorscriptie De commerciële en fiscale waardering van onderhanden werk Jasper Sonneveld Studentnummer: 305524 Begeleider:

Nadere informatie

Goed koopmansgebruik & HIR

Goed koopmansgebruik & HIR Goed koopmansgebruik & HIR Roberto van den Heuvel Totaalwinst vs. jaarwinst Totaalwinst Art. 3.8 Wet IB 2001 / art. 8 Wet Vpb Totaalwinst bepalen: Vermogensbestandelen vermogensetikettering bezittingen

Nadere informatie

De verslaggeving ten behoeve van de fiscus

De verslaggeving ten behoeve van de fiscus 2 De verslaggeving ten behoeve van de fiscus 201 a Jaarrekening die het bestuur van een NV en een BV wettelijk verplicht is op te stellen en te overleggen aan de algemene vergadering van aandeelhouders.

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 291/84 VERORDENING (EU) 2017/1989 VAN DE COMMISSIE van 6 november 2017 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1126/2008 tot goedkeuring van bepaalde internationale standaarden voor jaarrekeningen

Nadere informatie

Zijn het lifo- en ijzerenvoorraadstelsel. van deze tijd?

Zijn het lifo- en ijzerenvoorraadstelsel. van deze tijd? BACHELOR THESIS: FISCALE ECONOMIE Zijn het lifo- en ijzerenvoorraadstelsel nog wel van deze tijd? 22 november 2011 2011 Naam Studierichting Yassir Azza Fiscale Economie Administratienummer 771523 Examencommissie

Nadere informatie

1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2

1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2 Jaarrekening 2015 van : Samenwerkend U.A., Inhoudsopgave Pagina 1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2 Jaarrekening 2015 I: Balans per 31 december 2015 3 II: Winst- en verliesrekening

Nadere informatie

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2016

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2016 Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Algemeen... 2 2. Jaarrekening (x 1.000)... 3 2.1 Balans per 31 12 2016 (voor winstbestemming)... 3 2.2 Winst en verliesrekening

Nadere informatie

Hoofdstuk 270 / De winst- en verliesrekening 270.1

Hoofdstuk 270 / De winst- en verliesrekening 270.1 Hoofdstuk 270 / De winst- en verliesrekening 270.1 Het verschil tussen de reële waarde en het nominale bedrag van de tegenprestatie wordt over de periode tot de verwachte ontvangst als rentebate verwerkt.

Nadere informatie

1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2

1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2 Jaarrekening 2016 van : Samenwerkend U.A., Inhoudsopgave Pagina 1. Algemeen 1 2. Bestuur 1 3. Resultaat 1 4. Fiscale positie 2 Jaarrekening 2016 I: Balans per 31 december 2016 3 II: Winst- en verliesrekening

Nadere informatie

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Classificatie van de rechtspersoon

Nadere informatie

Jaarrekening Stichting Veilige Havens Internationaal Mr. S. van Houtenlaan TX Amstelveen

Jaarrekening Stichting Veilige Havens Internationaal Mr. S. van Houtenlaan TX Amstelveen Jaarrekening 2017 Mr. S. van Houtenlaan 5 1181 TX Rapportage Opdrachtbevestiging 4 Algemeen 5 Grondslagen voor de waardering 6 Jaarrekening 2017 Balans per 31 december 2017 Winst- en verliesrekening over

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2014

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2014 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2014 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Kengetallen

Nadere informatie

: Commentaar op nieuwe concept EU-jaarrekeningrichtlijn

: Commentaar op nieuwe concept EU-jaarrekeningrichtlijn Aan Van : Ministerie van Veiligheid en Justitie t.a.v. mevr. mr. drs. N. Hagemans : Raad voor de Jaarverslaggeving Datum : 7 januari 2012 Betreft : Commentaar op nieuwe concept EU-jaarrekeningrichtlijn

Nadere informatie

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2015

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2015 Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Algemeen... 2 2. Jaarrekening... 3 2.1 Balans per 31 12 2015 (voor winstbestemming)... 3 2.2 Winst en verliesrekening over 2015...

Nadere informatie

De rol van de waarde van vastgoed in crisistijd op de verslaggeving van vastgoed ondernemingen

De rol van de waarde van vastgoed in crisistijd op de verslaggeving van vastgoed ondernemingen De rol van de waarde van vastgoed in crisistijd op de verslaggeving van vastgoed ondernemingen VBA - Seminar Jef Holland Head of Real Estate Audit Amsterdam Tel. : +31 (0)20-582 4504 E-Mail: jholland@deloitte.nl

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2013 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Kengetallen

Nadere informatie

Stichting Common Lisp Foundation Kraaipanstraat PG AMSTERDAM JAARREKENING 2014 INHOUDSOPGAVE. Aanbiedingsbrief Samenstellingsverklaring 3

Stichting Common Lisp Foundation Kraaipanstraat PG AMSTERDAM JAARREKENING 2014 INHOUDSOPGAVE. Aanbiedingsbrief Samenstellingsverklaring 3 Kraaipanstraat 19 1091 PG AMSTERDAM JAARREKENING 2014 INHOUDSOPGAVE Pag. Aanbiedingsbrief Samenstellingsverklaring 3 Jaarrekening Balans per 31 december 2014 5-6 Staat van baten en lasten over 2014 7 Toelichting

Nadere informatie

RJ-Uiting : Handreikingen bij de toepassing van fiscale grondslagen door microrechtspersonen of kleine rechtspersonen

RJ-Uiting : Handreikingen bij de toepassing van fiscale grondslagen door microrechtspersonen of kleine rechtspersonen RJ-Uiting 2016-5: Handreikingen bij de toepassing van fiscale grondslagen door microrechtspersonen of kleine rechtspersonen Ten Geleide Op 9 oktober 2015 is de Uitvoeringswet richtlijn jaarrekening (wetsvoorstel

Nadere informatie

Schiphol Nederland B.V. 2011. Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening

Schiphol Nederland B.V. 2011. Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Schiphol Nederland B.V. 2011 Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Jaarverslag 2011 Schiphol Nederland B.V. is onderdeel van de Schiphol Group (N.V. Luchthaven Schiphol voert Schiphol

Nadere informatie

Schiphol Nederland BV Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening

Schiphol Nederland BV Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening 2009 Vennootschappelijke balans en winst- en verliesrekening Jaarverslag 2009 Toelichting bij vennootschappelijke balans per 31 december 2009 en vennootschappelijke winst- en verliesrekening over 2009

Nadere informatie

PUBLICATIESTUKKEN OVER HET BOEKJAAR 2011

PUBLICATIESTUKKEN OVER HET BOEKJAAR 2011 PUBLICATIESTUKKEN OVER HET BOEKJAAR 2011 Quality Brands Online B.V. Marconilaan 6 6003 DD Handelsregister Kamer van Koophandel voor, dossiernummer 14131605 INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 31 december 2011

Nadere informatie

CTOUCH Services & Training B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven

CTOUCH Services & Training B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven CTOUCH Services & Training B.V. Het Schakelplein 20 5651 GR Eindhoven Publicatierapport 2015 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 6410.9879 Vastgesteld door de Algemene Vergadering

Nadere informatie

Uitwerking examen Financial Accounting 2 dd 9 januari 2018 (na normeringsvergadering)

Uitwerking examen Financial Accounting 2 dd 9 januari 2018 (na normeringsvergadering) Uitwerking examen Financial Accounting dd 9 januari 08 (na normeringsvergadering) Opgave (30 punten) Vraag ( punten) Noem twee functies van het kasstroomoverzicht. Draagt in samenhang met de balans en

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2015

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2015 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2015 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Fiscale positie

Nadere informatie

Bijlage bij opgave 3 tentamen juni 2014. Jaarrekening 2012 Sligro Food Group NV

Bijlage bij opgave 3 tentamen juni 2014. Jaarrekening 2012 Sligro Food Group NV Bijlage bij opgave 3 tentamen juni 2014 Jaarrekening 2012 Sligro Food Group NV 1 2 3 4 Uit de grondslagen van de geconsolideerde jaarrekening: a. Algemeen Sligro Food Group N.V. is gevestigd te Veghel,

Nadere informatie

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister

Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister Classificatie van de rechtspersoon

Nadere informatie

J A A R STUKKEN Pertax BV Ede

J A A R STUKKEN Pertax BV Ede J A A R STUKKEN 2016 Pertax BV Ede Opmaakdatum: 30 maart 2017 Jaarstukken 2016 - Jaarrekening - Overige gegevens Opmaakdatum: 6 april 2017 1 Jaarrekening - Balans - Winst-en-verliesrekening - Toelichting

Nadere informatie

Jaarrekening boekjaar Stichting. ecosan ghana. Amsterdam

Jaarrekening boekjaar Stichting. ecosan ghana. Amsterdam Jaarrekening boekjaar 2016 ecosan ghana Inhoudsopgave pagina Balans per 31 december 2016 3 Winst en Verliesrekening 2016 4 Toelichting op de Balans 5 Grondslagen van waardering en Resultaatbepaling 6 Overige

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 3.12.2015 L 317/19 VERORDENING (EU) 2015/2231 VAN DE COMMISSIE van 2 december 2015 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1126/2008 tot goedkeuring van bepaalde internationale standaarden voor jaarrekeningen

Nadere informatie

CTOUCH Holding B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven. Publicatierapport 2015

CTOUCH Holding B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven. Publicatierapport 2015 CTOUCH Holding B.V. Het Schakelplein 20 5651 GR Eindhoven Publicatierapport 2015 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Brabant, dossiernummer 64108503 Vastgesteld door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 19.12.2015 L 333/97 VERORDENING (EU) 2015/2406 VAN DE COMMISSIE van 18 december 2015 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1126/2008 tot goedkeuring van bepaalde internationale standaarden voor jaarrekeningen

Nadere informatie

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV Jaarbericht Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV 2014 Inhoudsopgave 1. Algemeen 2 2. Jaarrekening 3 2.1 Balans per 31-12-2014 (voor winstbestemming) 3 2.2 Winst en verliesrekening over 2014 4 2.3 Kasstroomoverzicht

Nadere informatie

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 HALFJAARVERSLAG 2013 Schiphol Nederland B.V. is onderdeel van de Schiphol Group (N.V. Luchthaven Schiphol voert Schiphol

Nadere informatie

J A A R STUKKEN 2014. Pertax BV Ede

J A A R STUKKEN 2014. Pertax BV Ede J A A R STUKKEN 2014 Pertax BV Ede Opmaakdatum: 21 mei 2015 Jaarstukken 2014 - Jaarrekening - Overige gegevens Opmaakdatum: 21 mei 2015 1 Jaarrekening - Balans - Winst-en-verliesrekening - Toelichting

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa

Nadere informatie

VOORBEELD JAARREKENING B.V. TE HOOFDDORP. Rapport inzake jaarstukken 2010

VOORBEELD JAARREKENING B.V. TE HOOFDDORP. Rapport inzake jaarstukken 2010 VOORBEELD JAARREKENING B.V. TE HOOFDDORP Rapport inzake jaarstukken 2010 INHOUDSOPGAVE Pagina RAPPORT 1 Opdracht 3 2 Samenstellingsrapport 3 3 Resultaat 4 4 Financiële positie 6 JAARREKENING 1 Balans per

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 15.3.2019 L 73/93 VERORDENING (EU) 2019/412 VAN DE COMMISSIE van 14 maart 2019 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1126/2008 tot goedkeuring van bepaalde internationale standaarden voor jaarrekeningen

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa Handelsdebiteuren 1.624

Nadere informatie

Stichting Omroep Landgraaf

Stichting Omroep Landgraaf Stichting Omroep Landgraaf T.a.v. Het Bestuur Felix Ruttenstraat 16 6372KV Landgraaf KvK-nummer: 4172374 RAPPORT INZAKE DE JAARSTUKKEN 215 Inhoud JAARREKENING Financiële positie JAARSTUKKEN 215 JAARREKENING

Nadere informatie

Gordiaan Vastgoed BV. Jaarrekening 2009

Gordiaan Vastgoed BV. Jaarrekening 2009 Gordiaan Vastgoed BV Jaarrekening 2009 Inhoudsopgave pagina Directieverslag 3 Jaarrekening 1. Ten geleide 4 2. Grondslagen van waardering van activa en passiva en van bepaling van het resultaat 4 3. Balans

Nadere informatie

Wetsvoorstel Titel 9 handhaaft. bepalingen die strijdig zijn. met EG-richtlijn G.-P. den Hollander RA

Wetsvoorstel Titel 9 handhaaft. bepalingen die strijdig zijn. met EG-richtlijn G.-P. den Hollander RA Wetsvoorstel Titel 9 handhaaft bepalingen die strijdig zijn met EG-richtlijn 2013-34 G.-P. den Hollander RA Inleiding Het wetsvoorstel heeft bestaande verschillen tussen Titel 9 en de 4 e en 7 e EG-richtlijn

Nadere informatie

De beginselen van goed koopmansgebruik en (her)waardering voor een landbouwbedrijf

De beginselen van goed koopmansgebruik en (her)waardering voor een landbouwbedrijf De beginselen van goed koopmansgebruik en (her)waardering voor een landbouwbedrijf Naam : Mw. E.P.A. (Evelyn) Lammers Administratienummer : 995006 Studierichting : Master Fiscale Economie Datum : 30 juni

Nadere informatie

Stichting Bewaarder Holland Immo Group XI/ Retail Residential Fund te Eindhoven

Stichting Bewaarder Holland Immo Group XI/ Retail Residential Fund te Eindhoven Stichting Bewaarder Holland Immo Group XI/ Retail Residential Fund te Eindhoven Jaarrekening 2012 Stichting Bewaarder Holland Immo Group XI/ Retail Residential Fund Jaarrekening 2012 Inhoudsopgave Jaarstukken

Nadere informatie

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV Jaarbericht Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Algemeen... 2 2. Jaarrekening (x 1.000)... 3 2.1 Balans per 31 12 2016 (voor winstbestemming)... 3 2.2 Winst

Nadere informatie

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV

Jaarbericht. Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV Jaarbericht Weller Vastgoed Ontwikkeling Secundus BV 2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Algemeen... 2 2. Jaarrekening... 3 2.1 Balans per 31 12 2015 (voor winstbestemming)... 3 2.2 Winst en verliesrekening

Nadere informatie

CTOUCH Europe B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven. Publicatierapport 2015

CTOUCH Europe B.V. Het Schakelplein GR Eindhoven. Publicatierapport 2015 CTOUCH Europe B.V. Het Schakelplein 20 5651 GR Eindhoven Publicatierapport 2015 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Eindhoven, dossiernummer 17175918 Vastgesteld door de Algemene Vergadering van

Nadere informatie

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2011

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2011 Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: inzake tussentijds bericht per 30 juni 2011 25 augustus 2011 Barendrecht INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2011 2 Winst- en verliesrekening over

Nadere informatie

BEWAARBEDRIJF AMEURO N.V. Jaarverslag 31 december 2014

BEWAARBEDRIJF AMEURO N.V. Jaarverslag 31 december 2014 BEWAARBEDRIJF AMEURO N.V. Jaarverslag 31 december 2014 Jaarrekening is vastgesteld door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders gehouden op 24 april 2014 R. Mooij Jaarverslag 2014 31 december 2014 JAARVERSLAG

Nadere informatie

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2014

Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2014 Jaarbericht Weller Wonen Holding BV 2014 Inhoudsopgave 1. Algemeen 2 2. Jaarrekening 3 2.1 Balans per 31-12-2014 (voor winstbestemming) 3 2.2 Winst en verliesrekening over 2014 4 2.3 Kasstroomoverzicht

Nadere informatie

Open vragen 1. Wat zijn stakeholders van een onderneming?

Open vragen 1. Wat zijn stakeholders van een onderneming? Vragen hoofdstuk 8: Externe verslaggeving Open vragen 1. Wat zijn stakeholders van een onderneming? Externe verslaggeving is, zoals de naam al aangeeft, gericht op het verschaffen van informatie aan partijen

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2015. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2015. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2015 Balans per 30 juni 2015 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2015 31 december 2014 Vaste activa Immateriële vaste activa

Nadere informatie

SPECIALISTERREN B.V. KOBALTWEG CE UTRECHT PUBLICATIERAPPORT 2016

SPECIALISTERREN B.V. KOBALTWEG CE UTRECHT PUBLICATIERAPPORT 2016 SPECIALISTERREN B.V. KOBALTWEG 11 3542CE UTRECHT PUBLICATIERAPPORT 2016 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Woerden, dossiernummer 24396392. Vastgesteld door de algemene vergadering d.d. 14 augustus

Nadere informatie

Regels voor activa ; Waarderingsgrondslagen

Regels voor activa ; Waarderingsgrondslagen www.jooplengkeek.nl Regels voor activa ; Waarderingsgrondslagen De waarderingsgrondslag is de wijze waarop de activa (bezit) wordt gewaardeerd in de administratie (boekhouding, balans). Voor welke prijs?

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 5. Bijlage 1 Handelsstal en Springstal De Eijk 87

Inhoud. Voorwoord 5. Bijlage 1 Handelsstal en Springstal De Eijk 87 Inhoud Voorwoord 5 1 Vermogenspositie 9 1.1 De fiscale jaarrekening 10 1.2 Waarderingsgrondslagen in de fiscale boekhouding 14 1.3 Andere waarderingsgrondslagen en stille reserves 25 1.4 Afsluiting 30

Nadere informatie

Bewaarbedrijf Ameuro N.V. Jaarverslag december 2015

Bewaarbedrijf Ameuro N.V. Jaarverslag december 2015 Jaarverslag 2015 31 december 2015 JAARVERSLAG 2015 Inhoudsopgave Verslag van de directie 2 Jaarrekening 2015 - Balans per 31 december 2015 3 - Winst- en verliesrekening over het jaar 2015 4 - Algemene

Nadere informatie

Hierbij doen wij u toekomen de publicatiestukken over het jaar 2007 van de vennootschap:

Hierbij doen wij u toekomen de publicatiestukken over het jaar 2007 van de vennootschap: Kamer van Koophandel en Fabrieken Afdeling Handelsregister Postbus 6004 4330 LA MIDDELBURG Middelburg, 24 april 2008 Betreft: jaarstukken 2007 ter deponering Geachte heer, mevrouw, Hierbij doen wij u toekomen

Nadere informatie

JAARRAPPORT 2011. Oyens & Van Eeghen Beheer B.V. Zuidplein 124 1077 XV AMSTERDAM

JAARRAPPORT 2011. Oyens & Van Eeghen Beheer B.V. Zuidplein 124 1077 XV AMSTERDAM JAARRAPPORT 2011 Oyens & Van Eeghen Beheer B.V. Zuidplein 124 1077 XV AMSTERDAM Vastgesteld door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders d.d. 30 mei 2012. INHOUD 1 INLEIDING 2 JAARREKENING 3 OVERIGE

Nadere informatie

Financieel Verslag Stichting 2109 Gevestigd te Son en Breugel

Financieel Verslag Stichting 2109 Gevestigd te Son en Breugel Financieel Verslag 2016 Stichting 2109 Gevestigd te Voorblad 0 0 Inhoud Accountantsrapportage 2 Samenstellingsverklaring 3 Algemeen 4 Resultaatvergelijking 5 Jaarrekening 7 Balans 8 Resultatenrekening

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 247/3

Publicatieblad van de Europese Unie L 247/3 9.9.2006 Publicatieblad van de Europese Unie L 247/3 VERORDENING (EG) Nr. 1329/2006 VAN DE COMMISSIE van 8 september 2006 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1725/2003 tot goedkeuring van bepaalde internationale

Nadere informatie

informatie verschaffen: Boekwaarde begin van het boekjaar + som van de waarden waartegen in het boekjaar verkregen activa zijn opgenomen

informatie verschaffen: Boekwaarde begin van het boekjaar + som van de waarden waartegen in het boekjaar verkregen activa zijn opgenomen e f g Effecten in het kader van deelnemingsverhoudingen en andere duurzaam bedoelde participaties worden gerekend tot de financiële vaste activa; overige effecten tot de vlottende activa. Bij de waardering

Nadere informatie

Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten

Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten Inkomstenbelasting. Vennootschapsbelasting. (Op)waardering; willekeurige afschrijving; verruimde achterwaartse verliesverrekening. Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten

Nadere informatie

STICHTING MIDWIVES4MOTHERS TE UTRECHT. Rapport inzake jaarstukken 2014

STICHTING MIDWIVES4MOTHERS TE UTRECHT. Rapport inzake jaarstukken 2014 STICHTING MIDWIVES4MOTHERS TE UTRECHT Rapport inzake jaarstukken 2014 INHOUDSOPGAVE Pagina ACCOUNTANTSVERSLAG 1 Samenstellingsverklaring 2 2 Algemeen 3 JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2014 5 2 Staat

Nadere informatie

:26 Pagina 1 van 7

:26 Pagina 1 van 7 Informatie ten behoeve van het deponeren van de rapportage bij het Handelsregister 37134160 Informatie over de rapportage en de rechtspersoon Informatie over de rechtspersoon Naam van de rechtspersoon

Nadere informatie

Publicatierapport 2017

Publicatierapport 2017 Kruisweg 22-24 2011 LC HAARLEM Publicatierapport 2017 Handelsregister Kamer van Koophandel voor Amsterdam, dossiernummer 34080682 Vastgesteld door de algemene vergadering d.d. 26 april 2018 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2012

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2012 Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: inzake tussentijds bericht per 30 juni 2012 28 augustus 2012 Barendrecht INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2012 2 Winst- en verliesrekening over

Nadere informatie

HRo - Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 2

HRo - Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 2 Inkomstenbelasting winst 2 programma Winstberekening Vermogensetikettering 1 van 2 Een vermogensbestanddeel kan behoren tot: Vermogensetikettering Waardering vermogensbestanddelen Verplicht privévermogen

Nadere informatie

Kasstroom uit investeringsactiviteiten 880

Kasstroom uit investeringsactiviteiten 880 EXTERNE VERSLAGGEVING 2 EXAMEN D.D. 5 JANUARI 2016 Uitwerking en puntenverdeling t.b.v. normeringsvergadering Opgave 1 (22 punten) Vraag 1 (3 punten) Noem drie functies van het kasstroomoverzicht. Het

Nadere informatie

BACHELOR THESIS. Commerciële en fiscale voorziening bij reorganisatie. Administratienummer: Datum: april Prof. dr. J.A.G.

BACHELOR THESIS. Commerciële en fiscale voorziening bij reorganisatie. Administratienummer: Datum: april Prof. dr. J.A.G. BACHELOR THESIS Commerciële en fiscale voorziening bij reorganisatie Naam: Hanife Senal Studierichting: Fiscale Economie Administratienummer: 730835 Datum: april 2011 Examencommissie: Mr. dr. R. Russo

Nadere informatie

HRo - Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 2

HRo - Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 2 Inkomstenbelasting winst 2 programma Winstberekening Vermogensetikettering Waardering vermogensbestanddelen Beperkt aftrekbare en niet aftrekbare kosten Vrijstellingen Vermogensetikettering 1 van 2 Een

Nadere informatie

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Jaarrapport 2016

De Grote Voskuil Capital B.V. Haarlem. Jaarrapport 2016 Haarlem Jaarrapport 2016 INHOUDSOPGAVE Pagina ACCOUNTANTSVERSLAG 1 Opdracht 3 2 Samenstellingsverklaring van de accountant 3 JAARREKENING 1 Balans per 31 december 2016 5 2 Winst-en-verliesrekening over

Nadere informatie

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM

TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM TOELICHTEND INFORMATIEMEMORANDUM met betrekking tot de Gecombineerde Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders (de"vergadering") van Insinger de Beaufort Umbrella Fund N.V. (de "Vennootschap")

Nadere informatie

Nederlandse Haarstichting Wilsonsplein VG Haarlem. Jaarverslag 2012

Nederlandse Haarstichting Wilsonsplein VG Haarlem. Jaarverslag 2012 Nederlandse Haarstichting Wilsonsplein 2 2011 VG Haarlem Jaarverslag 2012 Nederlandse Haarstichting Pagina: - 1 - Geacht bestuur, Hierbij brengen wij rapport uit omtrent de gegevens in de jaarrekening

Nadere informatie

Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vorderingen Overlopende activa

Materiële vaste activa Financiële vaste activa Vorderingen Overlopende activa Balans per 31 december 2017 na resultaatbestemming 31-12-2017 31-12-2016 Activa Vaste activa Materiële vaste activa 275.822 331.720 Financiële vaste activa 89.572.947 83.960.204 Vlottende activa Vorderingen

Nadere informatie

Stichting Administratiekantoor Winkelfonds Duitsland 8. Flight Forum DD EINDHOVEN. Jaarverslag 2016

Stichting Administratiekantoor Winkelfonds Duitsland 8. Flight Forum DD EINDHOVEN. Jaarverslag 2016 Stichting Administratiekantoor Winkelfonds Duitsland 8 Flight Forum 154 5657 DD EINDHOVEN Jaarverslag 2016 Stichting Administratiekantoor Winkelfonds Duitsland 8 Jaarverslag 2016 INHOUDSOPGAVE Pagina 1.

Nadere informatie

CCCTB. Een onderzoek naar de gevolgen van een Europese vennootschapsbelasting op het goed koopmansgebruik. Roos Kaan

CCCTB. Een onderzoek naar de gevolgen van een Europese vennootschapsbelasting op het goed koopmansgebruik. Roos Kaan CCCTB Een onderzoek naar de gevolgen van een Europese vennootschapsbelasting op het goed koopmansgebruik Roos Kaan 10036024 6 juli 2016 Universiteit van Amsterdam BSc Fiscale Economie Mw. mr. W.N.C. Verbruggen

Nadere informatie

6136 GM SITTARD TE DEPONEREN FINANCIEEL VERSLAG 2013 B V DR. NOLENSLAAN 117. Company.info ALRECREA. Handeisregist er 14024391 te Zuid-Limburg

6136 GM SITTARD TE DEPONEREN FINANCIEEL VERSLAG 2013 B V DR. NOLENSLAAN 117. Company.info ALRECREA. Handeisregist er 14024391 te Zuid-Limburg TE DEPONEREN FINANCIEEL VERSLAG 2013 VAN ALRECREA B V DR. NOLENSLAAN 117 6136 GM SITTARD Dossiernummer Handeisregist er 14024391 te Zuid-Limburg INHOUDSOPGAVE I. JAARREKENING 2013 pag. 4 Algemene toelichting

Nadere informatie

Financieel verslag 2015

Financieel verslag 2015 Financieel verslag 2015 Inhoud Jaarrekening 2 Balans per 31 december 2015 3 Winst- en verliesrekening 2015 4 Toelichting op de balans en winst- en verliesrekening 5 Overige gegevens 10 Statutaire regeling

Nadere informatie