Terugblikken en vooruitzien Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen ( )

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Terugblikken en vooruitzien Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen ( )"

Transcriptie

1 Een onderzoek van NovioConsult Van Spaendonck/ CREM naar de tussenstand van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken Den Haag, februari 2007 Terugblikken en vooruitzien Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen ( )

2

3 Terugblikken en vooruitzien Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 7 februari /hth-hw

4

5 Inhoud Samenvatting Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 1 1 Inleiding 11 2 Onderzoeksopzet Doelstelling Onderzoeksvraagstelling en -kader Definitie van MVO Onderzoeksaanpak en methode 17 3 Kabinetsnotitie Maatschappelijk verantwoord ondernemen: het perspectief 118 vanuit de overheid; 3.1 Inleiding Korte historische schets Ambities en doelstellingen Beleidsvisie, overheidsrol en rollen van andere stakeholders Programmering van nieuwe activiteiten 22 4 MVO-initiatieven, -instrumenten en -kennis Inleiding Normen en richtlijnen Instrumenten 30 5 MVO-trends Inleiding Van negatieve impacts naar positieve bijdrage Van Niche naar Mainstream Partnerships Ketenverantwoordelijkheid De rol van de financiële sector Transparantie, openheid en materialiteit Doorberekening van maatschappelijke kosten en baten Resumerend 54 6 Terugblikken: Voortgang MVO bij bedrijven en overheid Inleiding Bedrijven: het algemene beeld Voortgang MKB Voortgang grootbedrijf Voortgang internationaal opererend bedrijfsleven 65 Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

6 6.6 Voortgang overheid Terugblik: resumerend 75 7 Versnellen Inleiding Kansen voor versnelling 77 8 Analyse, conclusies en aanbevelingen Analyse Conclusies en aanbevelingen 87 Bijlage 1 Toelichting richtlijnen en instrumenten 93 Normen en richtlijnen 93 Instrumenten 105 Europees 105 Nationaal 106 Wereldwijd 111 Europees 112 Nationaal 112 Bijlage 2 Bronnen 117 Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

7 Samenvatting Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Achtergrond, doelstelling en aanpak Sinds 2001 voert de rijksoverheid beleid gericht op het stimuleren van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) door Nederlandse ondernemingen. Doel van het kabinet is de ontwikkeling van MVO te versnellen c.q. te stimuleren. De uiteindelijke ambitie van het kabinet is dat alle bedrijven aan MVO doen. Dat betekent dat alle bedrijven (vanuit hun eigen positie en mogelijkheden) vanuit een naar buiten gerichte maatschappelijke houding, samen met stakeholders, invulling geven aan de economische, ecologische en sociale dimensie van MVO. Openheid en transparantie over MVO bieden een maatschappelijke waarborg of stimulans dat bedrijven aan MVO invulling (gaan) geven. Voorop staat dat MVO zich in de visie van het kabinet van onderop ontwikkelt: bij de individuele onderneming. De primaire verantwoordelijkheid ligt in deze beleidsvisie bij de ondernemers en stakeholders zelf, maar de overheid heeft volgens het kabinet niettemin een eigen rol en verantwoordelijkheid. Het kabinet stelt zich ten doel MVO samen met anderen tot volle wasdom te brengen door het spelen van een zo concreet en ambitieus mogelijk ingevulde stimulerende en faciliterende rol. Naast lopende activiteiten presenteert het kabinet in haar notitie uit 2001 een aantal nieuwe initiatieven en wel op lokaal, nationaal en internationaal niveau: (1) het bevorderen van lokale partnerschappen, (2) het opzetten van een onafhankelijk nationaal kennis- en informatiecentrum, (3) advies van de Raad voor de Jaarverslaggeving over de integratie van maatschappelijke aspecten in de verslaggeving van bedrijven, (4) het opstellen van een leidraad voor de maatschappelijke aspecten van internationaal inkopen en aanbesteden door de overheid, (5) een bijdrage van bedrijven bij het oplossen van grote milieuproblemen in het NMP 4 en (6) onderzoeken of nieuwe internationale afspraken ter voorkoming van milieudelicten in het buitenland gewenst zijn. De staatssecretaris van Economische Zaken, coördinerend bewindspersoon voor MVO, heeft de Tweede Kamer in 2004 (kamerstuk , 26485, nr. 23), en opnieuw eind 2005 (kamerstuk , 26485, nr. 40) toegezegd een onderzoek te zullen uitvoeren naar de stand van zaken met betrekking tot MVO. Het ministerie van EZ, DG Ondernemen & Innovatie, Directie Ondernemerschap heeft in 2006 NovioConsult Van Spaendonck opdracht verleend het onderzoek uit te voeren. Het onderzoek is uitgevoerd in samenwerking met Pauw Sanders Zijlstra Van Spaendonck en CREM. Het onderzoek heeft een tweeledige doelstelling, namelijk het opmaken van de tussenstand van MVO door Nederlandse ondernemingen en het opsporen van stimulerende en sturende factoren om de invoering van MVO in de komende beleidsperiode te versnellen. Een kwantitatieve benadering om de voortgang van MVO vast te stellen is niet mogelijk (gebleken). Het containerbegrip MVO is niet zodanig vast omlijnd dat daarvoor meetprotocollen kunnen worden ontwikkeld. De gegevens voor kwantificering ontbreken en de formulering van het beleid in 2001 is Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 1

8 eveneens in globale termen zonder meetbare doelstellingen en concrete planningen en eindtermijnen. Dit heeft tot gevolg dat het antwoord op de vraag of de kabinetsaanpak gewerkt heeft uiteindelijk vooral een intersubjectief antwoord is, waarbij de intersubjectieve oordeelsvorming ondersteund en onderbouwd wordt door feitelijke beschrijvingen van de relevante ontwikkelingen en initiatieven sinds 2001 en de beschikbare meetgegevens op sommige meer concrete onderdelen van het MVO-beleid die in de fase van de deskresearch bijeen zijn gebracht. De oordeelsvorming is verder ondersteund door betrokkenheid van sectorbetrokkenen en (kritische) buitenstaanders in de fase van het veldonderzoek. Hiervoor zijn drie expertbijeenkomsten georganiseerd (gericht op het grootbedrijf, het MKB en de overheid) en is een klankbordgroep ingesteld (deskundigen op persoonlijke titel). Het onderzoek is begeleid door een begeleidingscommissie, met vertegenwoordiging van de ministeries van EZ, VROM, BuZa, SZW, LNV en MVO Nederland. MVO Hoewel er geen vaste definitie van MVO is, bestaat inmiddels brede consensus over de volgende elementen van MVO, waaronder: - MVO is ondernemen met zorg voor de maatschappelijke effecten van dat ondernemen in binnen- en buitenland. MVO richt zich daarmee op de maatschappelijke effecten van de (kern)activiteiten van de onderneming. - Het maatschappelijke karakter ligt vooral besloten in de actieve en vrijwillige - maar niet vrijblijvende - maatschappelijke rol die een bedrijf op zich neemt en die verder gaat dan het in acht nemen van wettelijke voorschriften. - MVO is maatwerk. Naleven van wet- en regelgeving vormt een belangrijke basis. Een internationaal opererend bedrijf heeft te maken met internationaal vastgelegde normen. Van bijzonder belang zijn de fundamentele arbeidsnormen, zoals vastgelegd binnen de IAO. Daarnaast zijn de OESO Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen een belangrijk normatief referentiekader voor het gedrag van ondernemingen, zowel voor het midden- en klein- als voor het grootbedrijf, in het internationale verkeer. Voortgang MVO Richtlijnen en instrumenten Met name op het internationale vlak is een aantal belangrijke normen en richtlijnen ontwikkeld voor MVO, waarvan de OESO richtlijnen de belangrijkste vormen. De Nederlandse regering heeft in veel gevallen actieve steun en bijdragen geleverd aan de ontwikkeling en communicatie van de richtlijnen. De richtlijnen vormen zowel voor de overheid als het bedrijfsleven een belangrijk richtsnoer. Voor het MKB zal een vertaling van de richtlijnen door brancheorganisaties naar (bijvoorbeeld) gedragscodes veelal een noodzakelijke tussenstap zijn. Naast bestaande wettelijke kaders als het verdrag voor sociale, culturele en economische rechten, het verdrag voor burgerlijke en politieke rechten en de fundamentele arbeidsrechten zijn wereldwijde initiatieven als het Global Compact, Earth Charter en de Millennium Development Goals van groot Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2

9 belang als richtinggevend kader voor maatschappelijk verantwoord ondernemen en het creëren van een level playing field. In de verschillende MVO ontwikkelingsfasen, van bewustwording tot en met verantwoording over het gevoerde MVO-beleid, is daarnaast een breed palet aan instrumenten beschikbaar om vorm te geven aan MVO. Niet alleen voor bedrijven, maar ook voor overheden; niet alleen algemeen, maar soms ook sectorspecifiek (bijvoorbeeld voor de agrarische sector); niet alleen voor het grootbedrijf, maar ook voor het MKB en niet alleen voor nationaal opererende bedrijven, maar ook voor internationaal opererende bedrijven. Ook hier is de betrokkenheid van de Nederlandse overheid (zowel rijksoverheid als lagere overheden) bij de ontwikkeling en toepassing van de instrumenten tot nu toe groot geweest. De kwaliteit, het daadwerkelijke gebruik en de resultaten van de instrumenten, zijn op basis van de uitgevoerde deskresearch echter moeilijk vast te stellen. Uit de expertbijeenkomsten in het kader van deze tussenstand is onder meer naar voren gekomen dat de instrumenten die beschikbaar zijn voor lagere overheden hier lang niet altijd bekend zijn. Niet alleen voor het MKB, maar ook voor het grootbedrijf is de verwachting dat instrumentontwikkeling alleen onvoldoende is. Een branchespecifieke of sectorspecifieke aanpak is noodzakelijk om MVO (verder) van de grond te krijgen. Trends Er is de afgelopen jaren een aantal duidelijke ontwikkelingen te onderscheiden op het gebied van MVO, waaronder de toegenomen en grote aandacht voor ketenverantwoordelijkheid, de verschuiving van niche naar mainstream en de groeiende rol van de financiële sector. Deze ontwikkelingen kunnen tot een belangrijke versnelling leiden op het gebied van MVO. De eisen die door grote marktpartijen worden gesteld, zoals de grote retailbedrijven, banken en overheid, kunnen via de keten een grote groep bedrijven aanzetten tot MVO. Hierbij kunnen zich in de ketens, met name waar het internationale ketens betreft, verschillende dilemma s voordoen die bedrijven en overheden voor moeilijke keuzes kunnen plaatsen. Hier is zeker een rol weggelegd voor kennisinstituten, zoals MVO Nederland en de Nederlandse overheid om de bedrijven en (lagere) overheden bij deze keuzes te ondersteunen. Voortgang MVO bij bedrijven en overheden Geconstateerd moet worden dat het exacte beeld van de voortgang van MVO bij bedrijven en overheden ontbreekt. Doordat er geen monitoring van de voortgang plaatsvindt op basis van heldere indicatoren is het niet mogelijk om een volledig en betrouwbaar detailbeeld te krijgen. Men moet zich in dit verband realiseren, dat het kabinet ook bewust heeft gekozen voor een ontwikkeling van onderop met maatwerk en best practices en niet voor de ontwikkeling van indicatoren en meetprotocollen. Gevolg hiervan is evenwel dat harde voortgangsgegevens ontbreken. Sinds begin jaren negentig is wereldwijd een grote stap voorwaarts gemaakt op het gebied van MVO. De stap zetten naar het implementeren van goede voornemens blijkt echter lastig. In alle sectoren en in alle landen zijn er veel goede voorbeelden te vinden. Nederland scoort internationaal Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 3

10 gezien voor het (AEX genoteerde) grootbedrijf ook relatief goed, maar MVO - volgens de definitie van het kabinet - is nog zeker geen gemeengoed. Het aantal bedrijven dat werkelijk aan de slag is met MVO, lijkt toch nog beperkt tot een vrij beperkte kopgroep. De overstap naar het peloton is door zowel het grootbedrijf als het MKB nog niet gemaakt. Het recente initiatief van 80 vertegenwoordigers uit het Nederlandse bedrijfsleven om op persoonlijke titel een oproep te doen aan de leiders van de politieke partijen in de Tweede Kamer om het Nederlandse bedrijfsleven te stimuleren leiderschap te tonen en bij te dragen aan duurzame ontwikkeling, kenmerkt wel een zeker momentum dat binnen het Nederlandse bedrijfsleven is ontstaan voor een grotere aandacht voor de waarde van natuur en milieu en de rol die het bedrijfsleven, de overheid en maatschappelijke organisaties daarbij speelt. Het internationaal opererende bedrijfsleven heeft in tegenstelling tot de nationaal opererende bedrijven veel vaker te maken met belangrijke MVO-issues als kinderarbeid, lage lonen, slechte arbeidsomstandigheden en sterke milieuverontreiniging. Deze bedrijven worden dan ook vaak aangesproken door maatschappelijke organisaties. De dilemma s waarmee deze bedrijven in de praktijk worden geconfronteerd leiden ook in toenemende mate tot samenwerking met maatschappelijke organisaties. Via programma s als Duurzaam ondernemen in een internationale context en via de MVO toolkits worden bedrijven ondersteund om met deze dilemma s om te gaan. Veel werk blijft echter nodig. Door de beperkingen van een internationale markt waar een level playing field ontbreekt, gebeurt dit in toenemende mate via internationale multistakeholder initiatieven zoals de roundtable for sustainable palm oil. MVO lijkt voorts een moeilijk en veelomvattend begrip te zijn voor het MKB waarvan de voordelen nog niet goed te communiceren zijn. Met name in het kleinbedrijf (tot 20/25 werknemers) ontbreken de managementstructuren en capaciteit om MVO te integreren in de bedrijfsstrategie. Dit wil overigens niet zeggen dat er niets gebeurt in het MKB. Binnen veel branches zijn ondernemers zich bewust van het belang van duurzaam ondernemen en er worden al veel initiatieven genomen op deelgebieden, zoals milieuzorg. De uitgebreide verslaglegging, zoals toegepast bij grote bedrijven, past echter niet bij de praktische aanpak binnen het MKB. Ook initiatieven als de High Five! handleiding van het GRI worden volgens sommigen als te complex ervaren door de kleinere bedrijven. Uit het recente initiatief van MKB bedrijven om een oproep te doen aan de informateur, het nieuwe kabinet, leden van de Tweede Kamer en ondernemend Nederland om te komen tot een inspirerende nationale strategie op het gebied van duurzame ontwikkeling, blijkt dat (ook) het MKB zich in toenemende mate bewust is van de kansen op het gebied van MVO. De overheid heeft op het gebied van MVO nog een aantal belangrijke stappen te zetten. Een systematische aandacht voor milieuaspecten is bij de ministeries via ISO gecertificeerde milieuzorgsystemen goed opgepakt, maar op provinciaal -en gemeentelijk niveau moet nog veel gebeuren. De aandacht voor duurzaam inkopen heeft nog te weinig opgeleverd en kan een belangrijke frustratie vormen voor goedwillende bedrijven en branches. Duurzaam inkopen wordt tegelijkertijd beschouwd als een van de belangrijkste en meest concrete kansen om MVO te stimuleren. Of deze kans wordt benut zal afhangen van de wijze waarop invulling wordt gegeven aan Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 4

11 de doelstellingen op dit terrein (100% duurzaam inkopen op rijksoverheidsniveau in 2010). Ook op het punt van transparantie / verantwoording is de voortgang bij de overheid zeer beperkt. Het uitbrengen van een maatschappelijk verslag is vooralsnog beperkt gebleven tot twee ministeries. De nieuwe initiatieven die de overheid in 2001 aankondigde in de kabinetsnotitie zijn, met uitzondering van het onderzoek naar de wenselijkheid van nieuwe internationale afspraken ter voorkoming van milieudelicten in het buitenland, allen opgepakt. Conclusies Op basis van het voortgangsonderzoek kunnen de volgende conclusies worden getrokken: 1. Er lijkt zich de afgelopen jaren een trendbreuk te hebben voorgedaan die er toe geleid heeft dat bedrijven beter aanspreekbaar zijn op MVO. Er is ook veel bereikt, ten aanzien van bekendheid en bewustwording rond MVO is veel gerealiseerd en er is een breed scala aan richtlijnen en instrumenten ontwikkeld. Nederland scoort internationaal gezien voor het AEX genoteerde grootbedrijf relatief goed en binnen zowel het MKB, het grootbedrijf als het internationaal opererende bedrijfsleven is een groot aantal MVO initiatieven ontplooid, maar MVO - volgens de definitie van het kabinet - is nog zeker geen gemeengoed. Het aantal bedrijven dat werkelijk aan de slag is met MVO, lijkt toch nog voorbehouden aan een vrij beperkte kopgroep. De overstap naar het peloton is voor zowel het grootbedrijf als het MKB nog niet gemaakt. Wel hebben de ervaringen in de afgelopen jaren geleid tot meer inzicht in de kansen, zowel strategisch als praktisch, voor een verdere versnelling van het proces om MVO gemeengoed te maken (deze kansen worden in het voortgangsonderzoek expliciet benoemd). 2. De overheid heeft de in 2001 aangekondigde nieuwe initiatieven, op een enkele uitzondering na goed opgepakt. Op de vraag of de beoogde doelstelling van het Kabinet (de ontwikkeling van MVO versnellen c.q. stimuleren) ook is bereikt, kan bevestigend worden beantwoord. Het antwoord op de vraag of de ambitie van het Kabinet is gerealiseerd (alle bedrijven doen aan MVO), luidt niettemin op dit moment nee. Ook bestaat niet de verwachting dat deze ambitie bij de huidige voortgang en het huidige stimuleringsbeleid op een afzienbare termijn zal worden gerealiseerd. Daarbij wordt aangetekend dat de kabinetsdoelstellingen en -ambities, hoe abstract ook in hun formulering, zeer ambitieus genoemd kunnen worden. Het bereiken van de geformuleerde doelstellingen en ambitie is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van betrokken partijen, waaronder de overheid, maar geconstateerd moet worden dat de lopende en nieuwe initiatieven tezamen (nog) niet een voldoende stimulerend effect hebben gehad om van de gewenste doorbraak te spreken. Tot op zekere hoogte kan dit een kwestie van tijd zijn. Het kost nu eenmaal veel tijd om de initiatieven te ontplooien, de gewenste infrastructuur te ontwikkelen en de trein aan het rijden te krijgen. In dat licht is een periode van vijf jaar niet zo heel lang en zullen de vruchten van het ingezette beleid in de komende jaren nog geplukt kunnen worden. Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 5

12 3. Tegelijkertijd moet echter ook worden geconstateerd dat de Kabinetsnotitie uit 2001, vijf jaar na dato, bezien onvoldoende hands on en onvoldoende gebaseerd was op een gedegen analyse van de mogelijkheden en noodzakelijkheden. MVO is een zeer complex verschijnsel waarbij een zeer groot aantal actoren een verantwoordelijkheid heeft dan wel een rol te spelen heeft. Er zijn met andere woorden zeer veel kranen waaraan men kan - dan wel zou moeten - draaien om MVO voldoende impuls te geven. Welke dit zijn en met hoeveel kracht men daaraan moet draaien, vereist onder meer een diepgaande analyse van het speelveld en de te verwachten effectiviteit van de mogelijke stimuleringsmaatregelen, met andere woorden, een ex ante analyse van het beleid. De indruk bestaat dat een dergelijke analyse bij het ontwikkelen van het MVO-beleid met onvoldoende diepgang heeft plaatsgevonden. De ambitie dat alle bedrijven aan MVO doen was zeker ambitieus, maar het was achteraf bezien weinig realistisch om te verwachten dat deze ambitie binnen een afzienbare termijn gerealiseerd zou kunnen worden. 4. De uitgangspunten in de Kabinetsnotitie van stimuleren en faciliteren van MVO en de belangrijke rol van marktwerking door transparantie worden breed gedragen, zij het dat tegelijkertijd wordt geconstateerd dat deze zachte instrumenten volgens sommigen enigszins op gespannen voet staan met het belang dat aan sommige (beleids)doelstellingen, waarop MVO gericht kan zijn, wordt gehecht en de belangrijke inspanningen die van bedrijven worden verwacht. Aangezien MVO (mede) betrekking heeft op fundamentele zaken als het respecteren van de rechten van de mens en het in de praktijk brengen van de ILO verdragen, leidt deze situatie ertoe dat de roep om regelgeving om deze doelstellingen te bereiken, niet alleen bij NGO s, groter wordt (en het bereiken van deze doelstellingen niet over te laten aan MVO op basis van vrijwilligheid). 5. Er zijn enkele belangrijke trends op het gebied van MVO die de komende jaren kunnen leiden tot een belangrijke versnelling van het proces om MVO meer gemeengoed te maken. Het gaat dan om de trend van niche naar mainstream, ketenverantwoordelijkheid en de groeiende rol van de financiële sector, waaronder de pensioenfondsen. De ontwikkelingen ten aanzien van duurzaam inkopen door de overheid (100% duurzaam inkopen door de rijksoverheid in 2010) kunnen ook in dit licht worden geplaatst. Deze ontwikkelingen kunnen leiden tot een sterk groeiende kritische (business-to-business) vraag waardoor het aantal bedrijven dat met MVO vragen en eisen wordt geconfronteerd snel zal stijgen. Onder de voorwaarde dat deze kritische vraag gepaard gaat met voldoende ondersteuning van toeleveranciers om aan deze vraag te voldoen (samenwerking tussen afnemers en toeleveranciers als onderdeel van MVO), kan het aantal ondernemingen dat MVO omarmt de komende jaren snel toenemen. 6. De mogelijkheden voor internationaal opererende bedrijven om MVO in de praktijk te brengen, worden mede bepaald door een aantal belangrijke dilemma s als het gebrek aan een level playing field, handhaving van wetgeving in andere landen en een beperkte transparantie van internationaal vertakte ketens. Hier ligt ook een taak voor de overheid om bij te dragen aan het creëren van de juiste randvoorwaarden waarbinnen bedrijven invulling kunnen geven aan MVO. Samenwerking tussen NGO s, bedrijven en overheden in internationale multistakeholder Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 6

13 initiatieven (zoals de Round Table on Sustainable Palm Oil) is een belangrijk voorbeeld van een kans om deze dilemma s het hoofd te bieden. 7. De overheid is als inspirator en voorbeeld op het gebied van MVO de afgelopen periode tekortgeschoten. Als inspirator doordat de overheid volgens bedrijven en NGO s te weinig ambitie heeft laten zien op het terrein van MVO en bedrijven daardoor te weinig heeft kunnen inspireren en uitdagen. De recente oproepen van het Nederlandse bedrijfsleven onderschrijven dit. Als voorbeeld doordat duurzaam inkopen door de overheid tot op heden slechts beperkt van de grond is gekomen, maar ook doordat milieumanagement en verantwoording (duurzaamheidsverslaglegging) slechts in beperkte mate zijn opgepakt door de overheid. Als belangrijke marktpartij in diverse sectoren had duurzaam inkopen een belangrijk verschil kunnen maken. Hier doen zich met de nieuwe 2010 doelstelling wel uitdrukkelijk nieuwe kansen voor. 8. Op het terrein van MVO bij overheden kunnen nog belangrijke stappen worden gezet. Niet alleen waar het gaat om duurzaam inkopen, milieumanagement en verantwoording, maar ook bij een daadwerkelijke integratie van de drie P s (people, planet, profit). Op provinciaal en gemeentelijk niveau spreken de afdelingen economische zaken en milieu bijvoorbeeld over het algemeen nog onvoldoende elkaars taal. 9. Verschillende recente ontwikkelingen en initiatieven wijzen op een belangrijk momentum voor een meer ambitieuze overheid op het gebied van MVO. Het gaat dan om de sterk groeiende aandacht voor klimaatverandering, verlies aan biodiversiteit en de oproepen vanuit het Nederlandse bedrijfsleven aan de politiek door zowel de grote ondernemingen (oproep in december 2006) en het MKB (januari 2007) om natuur- en klimaatbeleid (grote ondernemingen) en maatschappelijk verantwoord ondernemen (MKB) bovenaan de politieke agenda te zetten. Beide oproepen van het bedrijfsleven wijzen ook op een belangrijke rol van de overheid om uit te dagen, te belonen en consequent voorbeeldgedrag te tonen (oproep MKB) en om beleid en daadkracht op basis van een mondiale visie te ontwikkelen en te tonen (oproep vertegenwoordigers top Nederlands bedrijfsleven). 10. Er blijkt een toenemende behoefte te zijn aan een aanpak op maat, een branchegerichte praktische vertaling van MVO, zowel voor het grootbedrijf als het MKB. De fase van bewustwording is voor een deel van de bedrijven voorbij, maar de stap naar concrete actie wordt niet altijd gezet. Voor het MKB worden daarnaast een begeleiding van de eerste stappen en een regionale aanpak als belangrijke kansen gezien om MVO van de grond te krijgen en verder te brengen dan uitsluitend de koplopers binnen een branche. 11. Uit het voortgangsonderzoek is gebleken dat er nog veel discussie is over de definitie van MVO. Belangrijke vragen hierin zijn in hoeverre MVO uitsluitend bovenwettelijk is, de vraag in hoeverre MVO altijd óók vanuit moreel-ethische drijfveren moet worden bedreven en de vraag of MBO (maatschappelijk betrokken ondernemen) wel of geen onderdeel kan vormen van MVO. Hoewel deze discussie wat triviaal lijkt, kan deze wel leiden tot een sektarische beeldvorming rond MVO, Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 7

14 een beperkte bruikbaarheid van onderzoeksgegevens (doordat verschillende definities voor MVO worden gehanteerd) en belangrijker, tot frustraties bij bedrijven én NGO s die sommige waardevolle inspanningen buiten MVO zien vallen. In de praktijk blijkt het onderscheid tussen MBO en MVO ook niet altijd even zwart/wit en blijkt het voldoen aan nationale en internationale wet- en regelgeving voor het internationaal opererend bedrijfsleven een belangrijk onderdeel van de discussie rond MVO te vormen. Aanbevelingen Op basis van het voortgangsonderzoek komen we tot de volgende aanbevelingen: 1. Mede gezien het momentum en de verwachtingen die (een deel van) het Nederlandse bedrijfsleven in haar oproepen aan de politiek heeft geuit, wordt aanbevolen een nieuwe ambitieuze kabinetsvisie op MVO te ontwikkelen en hierin de lijnen voor de toekomst uit te zetten. De kansen die op basis van de ervaringen in de afgelopen jaren naar voren zijn gekomen en de andere hier gepresenteerde aanbevelingen, dienen in deze visie te worden verwerkt. 2. In algemene zin wordt aanbevolen om, met behoud van het stimulerend en faciliterend beleid, de overstap te maken naar een beleid dat ambitie uitstraalt en waarin de overheid het voortouw neemt. Door duurzaam inkopen op een goede manier op te pakken, door in haar beleid (MVO) coherent en consistent te zijn, door in haar rol als werkgever een voorbeeld te vormen, door volledig transparant te zijn over het (materiële) MVO-beleid en door de randvoorwaarden te scheppen voor bedrijven om MVO ook in de praktijk te kunnen brengen. Dit betekent niet dat MVO primair iets is voor de overheid (het gaat primair om bedrijven), wel dat de overheid belangrijke rollen te vervullen heeft. Ten aanzien van het scheppen van randvoorwaarden kan worden gedacht aan inspanningen om een level playing field te creëren, waar mogelijk bij te dragen aan handhaving van wetgeving in landen waarin Nederlandse bedrijven actief zijn en bijvoorbeeld afspraken te maken en programma s op te zetten met regeringen in derde landen gericht op capaciteitsopbouw van een betere arbeids- en milieu-inspectie. 3. Aanbevolen wordt het zwaartepunt van het beleid te verschuiven van een vooral aanbodgericht beleid naar een vraaggestuurd beleid (concrete vragen uit het bedrijfsleven). Deze vraag kan ten dele door de overheid zelf worden gecreëerd door als overheid een voorbeeldrol te nemen via de ontwikkeling van een materieel MVO spoor waarin de overheid haar verantwoordelijkheid neemt als marktpartij. Het faciliterende/stimulerende spoor dient zich vooral te richten op vragen vanuit de markt. Een sterkere inzet op maatwerkinstrumenten kan hier onderdeel van uitmaken. 4. Tevens wordt aanbevolen om een overstap te maken van een meer generiek beleid gericht op bewustwording rond MVO, naar een beleid dat op basis van een analyse van de grote problemen en de mogelijkheden om via MVO een bijdrage te leveren aan de oplossing van deze problemen, veel meer focus aanbrengt: welke marktpartijen (overheid, sectoren, bedrijven) Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 8

15 zouden op welke thema s een belangrijke positieve bijdrage kunnen leveren? Door een dergelijke analyse is ook meer maatwerk op branche- en bedrijfsniveau mogelijk. Dit neemt overigens niet weg dat MVO een manier van denken en handelen is die voor ieder bedrijf van belang is. Het gevaar bestaat echter dat MVO als containerbegrip het zicht op de belangrijke problemen, waarbij MVO geacht wordt een bijdrage aan verbetering te leveren, vertroebelt. Ketenverantwoordelijkheid zal binnen een dergelijke aanpak een essentieel element vormen (de grote problemen zullen zich naar verwachting voor een belangrijk deel in het buitenland voordoen). 5. MVO is de afgelopen jaren vooral overgelaten aan marktwerking en gezien de trends in de markt (van niche naar mainstream, ketenverantwoordelijkheid, rol financiële sector) zal marktwerking naar verwachting ook de belangrijkste drijvende factor blijven achter MVO. Gezien het maatschappelijke belang dat aan sommige doelstellingen, waarop MVO gericht kan zijn, wordt toegekend, dient de discussie vrijwillig/verplicht uiteraard wel gevoerd te worden. Aanbevolen wordt dit mee te nemen in de ontwikkeling van een nieuwe Kabinetsvisie. 6. Om als overheid het goede voorbeeld te kunnen geven verdienen duurzaam inkopen (inclusief financiële producten, zoals pensioenen), milieumanagement, verantwoording afleggen via duurzaamheidverslaglegging en integratie van de drie P s op provinciaal en gemeentelijk niveau, de komende periode meer aandacht dan tot nu toe het geval is geweest. Aanbevolen wordt om (ook) hiervoor een strategie te ontwikkelen en concrete doelen te formuleren (op het punt van duurzaam inkopen wordt hier inmiddels invulling aan gegeven). 7. Aanbevolen wordt om de lijn van toenemende samenwerking tussen bedrijven, NGO s en overheden (partnerships op ad hoc of meer structurele basis) voort te zetten en waar mogelijk te ondersteunen. Dit geldt met name ook voor de internationale multistakeholder initiatieven waarmee MVO op internationaal niveau (met de hier spelende specifieke dilemma s) vorm kan worden gegeven. 8. Aanbevolen wordt om partijen die een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan het activeren en ondersteunen van bedrijven waar het gaat om MVO, zoals lagere overheden, NGO s, kennisinstellingen, financiële instellingen (waaronder pensioenfondsen die ook een directe link met werknemers bij overheden hebben) en consumentenorganisaties, de mogelijkheden te bieden hun specifieke rol zo goed mogelijk uit te voeren. Deze partijen kunnen zorgen voor een verdere kennisverspreiding op het gebied van MVO en kunnen belangrijke versnellende trends als van niche naar mainstream, ketenverantwoordelijkheid en de groeiende rol van de financiële sector versterken. 9. Aanbevolen wordt het bestaande instrumentarium (nog) meer af te stemmen op de wensen en ambities van de overheid ten aanzien van MVO. Het gaat dan bijvoorbeeld om het hanteren van MVO-voorwaarden bij de inzet van het financieel instrumentarium (waar al verschillende stappen zijn gezet) en om het vergroten van de mogelijkheden om bestaande instrumenten in te Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 9

16 zetten om MVO te stimuleren (betere aansluiting realiseren op het MVO-beleid), bijvoorbeeld binnen het innovatiebeleid. Belangrijk aandachtspunt hierbij is dat de overheid een betrouwbare partner is voor bedrijven die gebruik willen maken van het instrumentarium. 10. Aanbevolen wordt om de mogelijkheden, om via het onderwijs aandacht te besteden aan MVO, in kaart te brengen. Via deze route kan mogelijk een verandering in het denken worden gerealiseerd die zich vertaalt in een meer vanzelfsprekende aandacht voor MVO. 11. De mogelijkheden (wenselijkheid, haalbaarheid) voor positieve prikkels dienen nader in kaart te worden gebracht. Door koplopers te belonen, bijvoorbeeld via belastingmaatregelen, kan het peloton worden gestimuleerd om te volgen. 12. De invulling van de rol van andere actoren dan de overheid waaronder NGO s, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen en de burger etc., is deels aan de orde gekomen in dit voortgangsonderzoek, maar is niet systematisch belicht. Het verdient aanbeveling om, mede vanuit de optiek van een nieuw te ontwikkelen visie, deze rollen wel in kaart te brengen en een plek te geven in het nieuw te ontwikkelen beleid. Dit geldt zeker voor de rol van de consument waar sterk verschillende opvattingen over blijken te bestaan (van weinig tot veel verwachtingen van de consument). 13. Een meer kwantitatieve beoordeling van de voortgang ten aanzien van MVO op meso- (sectoren/branches) of microniveau (bedrijven) was in dit voortgangsonderzoek niet mogelijk doordat er geen indicatoren beschikbaar zijn om de voortgang te beoordelen en er ook geen systematische monitoring van de voortgang heeft plaatsgevonden. Inzicht in de voortgang op sector-, branche- en bedrijfsniveau kan belangrijke informatie opleveren voor een eventuele prioriteitstelling bij het actief benaderen van bedrijven én voor eventuele benchmarken. Het wordt daarom aanbevolen om voortgangsindicatoren te ontwikkelen en de voortgang meer systematisch te monitoren op zowel meso- als microniveau. Waar deze activiteit wordt neergelegd dient nader te worden beoordeeld. 14. Binnen de context van dit onderzoek was het niet mogelijk om ons land en het gevoerde overheidsbeleid te vergelijken met de vorderingen en de instrumenten in andere landen. Gezien het grote aantal interventies dat mogelijk is om MVO te stimuleren en ook omdat MVO een sterk internationaal georiënteerd onderwerp is, wordt aanbevolen om in samenwerking met enkele andere landen een studie te laten uitvoeren naar de situatie en de vorderingen in een aantal met Nederland vergelijkbare landen (zoals Engeland en enkele Scandinavische landen). Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 10

17 1 Inleiding Aanleiding Sinds 2001 voert de rijksoverheid beleid gericht op het stimuleren van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) door Nederlandse ondernemingen. De staatssecretaris van Economische Zaken, coördinerend bewindspersoon voor MVO, heeft de Tweede Kamer in 2004 (kamerstuk , 26485, nr. 23), en opnieuw eind 2005 (kamerstuk , 26485, nr. 40), toegezegd een onderzoek te zullen uitvoeren naar de stand van zaken met betrekking tot MVO. Bij het opmaken van deze tussenstand wordt samengewerkt met de relevante stakeholders. Aard van het onderzoek Het uitgevoerde onderzoek betreft geen evaluatie in de klassieke of formele zin van het woord. Het onderzoek heeft een tweeledige doelstelling, namelijk het opmaken van de tussenstand van MVO door Nederlandse ondernemingen en het opsporen van stimulerende -en sturende factoren om de invoering van MVO in de komende beleidsperiode te versnellen. Het onderzoek beoogt daarmee bij te dragen aan de door het kabinet in 2001 geformuleerde ambities ten aanzien van MVO (kamerstuk , 26485, nr. 14). Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt de onderzoeksopzet uiteengezet, waaronder het doel van het onderzoek, de vragen die centraal staan, de gehanteerde definitie van MVO en de onderzoeksaanpak. In hoofdstuk 3 wordt het kabinetsbeleid, zoals verwoord in de Kabinetsnotitie uit 2001, kort samengevat. In hoofdstuk 4 wordt uitgebreid ingegaan op de richtlijnen en instrumenten die zijn ontwikkeld, waarna in hoofdstuk 5 enkele trends ten aanzien van MVO worden beschreven. In hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de voortgang wat betreft MVO bij bedrijven en overheden. In hoofdstuk 7 worden kansen voor versnelling geïdentificeerd, waarna in hoofdstuk 8 een analyse plaatsvindt en de conclusies en aanbevelingen worden geformuleerd. Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 11

18 2 Onderzoeksopzet 2.1 Doelstelling De hoofddoelstelling van het onderzoek is enerzijds inhoudelijk, anderzijds procesmatig. Inhoudelijk is het doel om: a. Te komen tot een schets van de voortgang van MVO in Nederland (inclusief de overheid zelf in haar rol als marktpartij). b. Inzicht te verkrijgen in de (belangrijkste) initiatieven en instrumenten die ontwikkeld zijn om de voortgang te bevorderen en de implementatie van MVO te stimuleren. Bijzondere aandacht gaat daarbij uit naar de initiatieven die de rijksoverheid in haar beleid in 2001 heeft aangekondigd en de wijze waarop zij haar rol heeft ingevuld. Het onderzoek beoogt niet een compleet en integraal overzicht te bieden van MVO in Nederland. MVO is daarvoor een veel te omvattend thema. Bij de selectie van informatie heeft dus uitdrukkelijk een weging plaatsgevonden. Deze weging is gebaseerd op de relevantie (draagt de informatie in voldoende mate bij aan de te beantwoorden vragen?) en representativiteit van de informatie (betreft het informatie over een of meer bedrijven, uit een of meer branches, uit Nederland of ook andere landen?). Zie ook de afbakening in paragraaf 2.2. Procesmatig heeft het onderzoek tot doel om met de resultaten van het onderzoek in de hand, door een goede betrokkenheid van overheid en stakeholders tijdens en na afloop van het onderzoek, te zorgen dat het maatschappelijke debat over nut en noodzaak van MVO en de verantwoordelijkheid die bedrijven daarin hebben, wordt geopend met als beoogd resultaat dat daarmee de implementatie van MVO een extra impuls krijgt. Het onderzoek wordt daarmee uitdrukkelijk geplaatst in het kader van een voortgaand beleids- en implementatieproces. Het onderzoek maakt een tussentijdse stand van zaken op, toetst die aan een beeld van de gewenste (tussen)stand, analyseert de waargenomen trends, ontwikkelingen en initiatieven en levert een bijdrage aan een toekomstgerichte herijking van de rol van de overheid in het licht daarvan. 2.2 Onderzoeksvraagstelling en -kader Het plan van aanpak voor het onderzoek benoemt hoofdvragen voor het onderzoek. Deze zijn hieronder ingedeeld in drie hoofdonderdelen. Hoofdonderdeel I. Het opmaken van een tussentijdse stand van zaken van de ontwikkeling van MVO in het veld (algemeen, trends & thema s, initiatieven en instrumenten) - Inzicht krijgen in de ontwikkeling van MVO in het algemeen. - Inzicht krijgen in de ontwikkeling van een aantal trends en MVO-thema s in het bijzonder. Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 12

19 - Inzicht krijgen in de, in diverse branches/sectoren en door diverse stakeholders (inclusief NGO s) genomen initiatieven en ontwikkelde instrumenten (zoals internationale richtlijnen, scans, checklisten, toolkits etc.) zowel nationaal als internationaal. Hoofdonderdeel II. Het in beeld brengen van de wijze waarop de overheid invulling heeft gegeven aan haar faciliterende -en stimulerende rol en de uitvoering van de voorgenomen initiatieven - Inzicht krijgen in hoeverre de door het kabinet in 2001 genoemde nieuwe initiatieven zijn gerealiseerd. - Aangeven hoe de overheid haar faciliterende en stimulerende rol heeft ingevuld (haar rol bij MVO-algemeen en bij MVO-thema s). Hoofdonderdeel III. Het onderzoeken van de sturende en stimulerende factoren voor MVO (economische voordelen van MVO en andere stimulerende factoren en prikkels) - Inzicht krijgen in hoeverre MVO loont en de Nederlandse concurrentiekracht bevordert. Dit punt is in het onderzoek uiteindelijk nauwelijks aan de orde gekomen. - In het licht van de genomen initiatieven en ontwikkelde instrumenten, factoren en prikkels detecteren die de bewustwording over en implementatie van MVO kunnen versnellen. Het gaat daarbij zowel om de vraag wat bedrijven kunnen doen om te versnellen als om de vraag op welke wijze de overheid daarbij kan helpen. Afbakening Het doel om te komen tot een beeld van de voortgang dat zo representatief mogelijk is vereist een analyse op mesoniveau (sectoren, branches) en zo mogelijk microniveau (bedrijven). Gaande de deskresearchfase is gebleken dat de gegevens hiervoor niet beschikbaar zijn. Gezien het feit dat het verzamelen van deze gegevens via de branches en bedrijven niet binnen het voortgangsonderzoek past en een uitbreiding van het onderzoek (op dit moment) niet wenselijk werd geacht, is in overleg met de begeleidingscommissie besloten om het onderzoek te richten op het macroniveau. Dit beeld op hoofdlijnen biedt overigens voldoende houvast om uitspraken te kunnen doen over de vraag of een versnelling is gerealiseerd en over de vraag of alle bedrijven aan MVO doen. Door de combinatie met het veldonderzoek waarin verschillende deskundigen zijn geraadpleegd over de voortgang en de kansen voor versnelling is het toch mogelijk om tot een goed beeld te komen van de factoren en prikkels die de bewustwording over en implementatie van MVO kunnen versnellen. Het onderzoek richt zich niet op het evalueren van MVO Nederland. Daarvoor staat een afzonderlijke evaluatie gepland. Het onderzoek richt zich tenslotte niet op het hele duurzaamheidsbeleid van de overheid, maar specifiek op haar rol bij MVO-algemeen, de MVO-thema s en de in 2001 benoemde overheidsinitiatieven ten aanzien van MVO. Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 13

20 2.3 Definitie van MVO Er is geen concrete definitie van MVO, omdat de inhoud en verschijningsvorm van MVO kunnen wisselen afhankelijk van tijd en plaats. Er zijn wel meer abstracte definities. De SER omschrijft MVO als de zorg voor de maatschappelijke effecten van het functioneren van de onderneming (SER, 2000). De Europese Commissie formuleert het als volgt: a concept whereby companies integrate social and environmental concerns in their business operations and in their interaction with their stakeholders on a voluntary basis (CSR communication, 22 maart 2006). De Europese Commissie voegt hier bovendien aan toe as they are increasingly aware that responsible behaviour leads to sustainable business success. Hieruit valt af te lezen dat MVO ook een verbinding heeft met de zakelijke doelstellingen van een onderneming. Over de definitie van MVO heeft in het verleden vrij veel discussie plaatsgevonden. Hoewel er geen vaste definitie van MVO is, bestaat inmiddels brede consensus over de volgende elementen van MVO, die ook reeds in het kabinetsstandpunt uit 2001 zijn terug te vinden (de paginanummers achter de verschillende elementen verwijzen naar het kabinetsstandpunt): - MVO is ondernemen met zorg voor de maatschappelijke effecten van dat ondernemen in binnen- en buitenland (p. 2). MVO richt zich daarmee op de maatschappelijke effecten van de (kern)activiteiten van de onderneming. - De onderneming is een waardescheppende organisatie; deze waardecreatie kent een financieel-economische, ecologische en sociale dimensie (Triple P). Indien het bedrijf zich bewust richt op alle drie de dimensies van waardeschepping door negatieve gevolgen te corrigeren en/of positieve effecten te versterken, onderneemt het maatschappelijk (p. 4-5). - Het maatschappelijke karakter ligt vooral besloten in de actieve en vrijwillige - maar niet vrijblijvende - maatschappelijke rol die een bedrijf op zich neemt en die verder gaat dan het in acht nemen van wettelijke voorschriften (p. 4). - Voor bedrijven in het buitenland geldt het gebod dat zij zich aan de nationale wet- en regelgeving van het gastland houden. Van bijzonder belang voor internationale ondernemers zijn de fundamentele arbeidsrechten, zoals vastgelegd binnen de IAO. Het kabinet hecht er grote waarde aan dat Nederlandse ondernemers deze rechten overal en te allen tijde in praktijk brengen. (p. 24). - De dialoog die met de verschillende belanghebbenden (stakeholders) gevoerd wordt, is medebepalend voor de invulling van maatschappelijk verantwoord ondernemen (p. 5). - Maatschappelijke verantwoording - door het verstrekken van objectiveerbare en controleerbare informatie over MVO - door bedrijven maakt deel uit van MVO (transparantie). (p ) - MVO is maatwerk. De invulling van MVO en de gewenste transparantie verschilt tussen bijvoorbeeld het MKB en internationaal opererende concerns (p. 6). - MVO is het product van een houding van ondernemers die gericht is op hun omgeving. Ondernemers geven naar de maat van hun aard en vermogens inhoud aan MVO (p. 7). Het onderzoek sluit aan op bovenstaande elementen van MVO. Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 14

21 Praktisch gezien vertaalt zich de discussie over de definitie van MVO onder andere in het onderscheiden van MVO en MBO ( maatschappelijk betrokken ondernemen ). Maatschappelijk betrokken ondernemen (bijvoorbeeld het sponsoren van lokale activiteiten, inzet van ondernemingen voor goede doelen, etc.) is, net als MVO, vaak zeer waardevol en kan een grote en positieve maatschappelijke impact hebben. MVO vereist echter dat de maatschappelijke verantwoordelijkheid zich richt op en uitstrekt tot de kern van de bedrijfsactiviteiten. Dit is vooral een definitiekwestie en geen waardeoordeel. Zowel MBO als MVO zien wij dus als uitermate waardevol maar dit onderzoek richt zich alleen op MVO. Overigens moet gerealiseerd worden dat dit onderscheid in de praktijk vaak niet wordt gemaakt en/of onderschreven en ook de scheidslijn niet altijd even scherp is (bijvoorbeeld een voedingsmiddelenbedrijf dat vanuit haar core expertise bijdraagt aan voedselhulp). In dit verband is ook relevant te vermelden wat de SER vermeldt in De winst van waarden : Dat wil overigens niet zeggen dat alle uitingsvormen van maatschappelijk verantwoord ondernemen per definitie tot de core business van de onderneming moeten worden gerekend, maar wel dat de zorg voor de maatschappelijke effecten van het functioneren van de onderneming daartoe behoort. MVO als bovenwettelijke activiteit Naast het onderscheid MBO en MVO is er ook discussie mogelijk over de vraag of MVO altijd alleen bovenwettelijke activiteiten betreft. Er is hier sprake van een belangrijk onderscheid tussen MVO in nationaal en internationaal verband. Terwijl in de nationale activiteiten meestal het bovenwettelijk karakter van MVO centraal staat, had het kabinet in 2001 ook oog voor de wettelijke aspecten. Dit blijkt onder meer uit de volgende passage uit de kabinetsnotitie uit 2001 (p. 24): Welk gedrag mag van bedrijven in het buitenland worden verwacht? Eerste gebod is dat bedrijven zich houden aan wet en regelgeving van het gastland, maar vooral in ontwikkelingslanden geeft deze algemene regel niet altijd voldoende houvast. De praktijk toont aan dat het hanteren van een gedragscode het beste middel is om zowel het eigen personeel als de buitenwereld helderheid te verschaffen over de normen en waarden die het bedrijf hanteert. Die normen en waarden zijn niet allemaal naar eigen keuze. Een internationaal opererend bedrijf heeft te maken met internationaal vastgelegde normen. Van bijzonder belang voor internationale ondernemers zijn de fundamentele arbeidsrechten, zoals vastgelegd binnen de IAO. In Nederland zijn deze rechten in effectieve wet- en regelgeving of andere afspraken vastgelegd. Voor veel ontwikkelingslanden is dit niet het geval. Formeel gezien zijn de fundamentele arbeidsrechtenplichten voor overheden, maar ze hebben uiteraard rechtstreekse consequenties voor werkgevers en werknemers. Alle drie de partijen hebben zich gecommitteerd om de fundamentele arbeidsnormen te respecteren, te promoten en toe te passen. Het kabinet hecht er grote waarde aan dat Nederlandse ondernemers deze rechten overal en te allen tijde in praktijk brengen. De SER vermeldt in De winst van waarden : Daarnaast zou de raad het onderscheid tussen waartoe de wet verplicht en de overige activiteiten van de onderneming niet te zeer willen benadrukken. Dit onderscheid negeert namelijk het feit dat een belangrijke drijfveer achter maatschappelijk ondernemen gelegen is in de naleving door de onderneming in al haar Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 15

22 geledingen van wettelijke verplichtingen (zoals het tegengaan van fraude en corruptie en het waarborgen van veiligheid). Er is geen discussie mogelijk over de vraag of ondernemingen de bestaande wetten moeten naleven. De wijze waarop dat gebeurt, de nauwgezetheid en intensiteit waarmee een actief beleid wordt gevoerd, verantwoording wordt afgelegd en wordt gevraagd van medewerkers en van de zakelijke relaties, kan echter een vorm van maatschappelijk ondernemen vertegenwoordigen die niet geheel los kan worden gezien van datgene waartoe wetten op zichzelf verplichten. In de notitie Opzet en taakstelling Kennis- en Informatiecentrum Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen uit 2001 wordt bovendien vermeld: MVO reikt verder dan het zich louter en alleen houden aan een minimale vorm van wet- en regelgeving. In ontwikkelings- en transitielanden is het juridisch kader en het toezicht daarop bijvoorbeeld niet altijd voldoende ontwikkeld of zijn er lacunes waarneembaar. En: Een internationaal opererend bedrijf heeft te maken met internationaal vastgelegde normen. Van bijzonder belang zijn de fundamentele arbeidsnormen, zoals vastgelegd binnen de IAO. Daarnaast zijn de OESO Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen een belangrijk normatief referentiekader voor het gedrag van ondernemingen, zowel voor het midden- en klein- als voor het grootbedrijf, in het internationale verkeer. Ten aanzien van dit laatste punt kan worden opgemerkt dat voor het internationaal opererend bedrijfsleven het voldoen aan wet- en regelgeving in de landen waarin ze opereren en het naleven van internationale verdragen die door Nederland zijn geratificeerd, veelal juist een belangrijk onderdeel van de discussies rond MVO vormt (discussies rond arbeidsomstandigheden, kinderarbeid, etc.). Op basis van deze stukken kan worden geconcludeerd dat MVO verder reikt dan wet- en regelgeving, maar dat het voldoen aan nationale wet- en regelgeving en internationale normen zoals de ILO normen en de OESO Richtlijnen wel de basis vormen voor MVO. MVO en duurzame ontwikkeling Duurzame ontwikkeling is 'een ontwikkeling die voorziet in de behoefte van de huidige generatie zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheden in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien'. De term is breed opgepakt na de conferentie voor milieu en ontwikkeling van de Verenigde Naties (VN) in 1992 in Rio de Janeiro, waar de lidstaten hebben afgesproken te streven naar duurzame ontwikkeling. De Nederlandse plannen en acties voor duurzame ontwikkeling zijn opgenomen in het actieprogramma Duurzame Daadkracht. Het bestaat uit twee delen: een internationale en nationale strategie. Dit dossier legt uit wat duurzame ontwikkeling is, wat de VN erover heeft besloten en wat Nederland eraan doet. Volgens het NMP4 moet Nederland binnen 30 jaar zijn overgestapt naar een duurzame samenleving. Daarvoor zijn ingrijpende (inter)nationale maatschappelijke veranderingen nodig, de zogeheten transities. Ook de bijdrage van burgers hierbij is van groot belang. MVO kan ook een belangrijke bijdrage leveren aan duurzame ontwikkeling. MVO alleen is echter niet voldoende. Voortgangsonderzoek Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 16

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 26 485 Maatschappelijk verantwoord ondernemen Nr. 42 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM

IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM De tijd dat MVO was voorbehouden aan idealisten ligt achter ons. Inmiddels wordt erkend dat MVO geen hype is, maar van strategisch belang voor ieder

Nadere informatie

inspireren en innoveren in MVO

inspireren en innoveren in MVO inspireren en innoveren in MVO Inleiding Gert Van Eeckhout Beleidsondersteuner MVO - Departement WSE Wat is MVO? Waarom MVO? Beleidslijnen Vlaamse overheid MVO? een proces waarbij ondernemingen vrijwillig

Nadere informatie

Aanvulling op Stakeholdersanalyse Duurzaam inkopen Standpunten van politieke partijen over duurzaam inkopen. Januari 2010

Aanvulling op Stakeholdersanalyse Duurzaam inkopen Standpunten van politieke partijen over duurzaam inkopen. Januari 2010 Aanvulling op Stakeholdersanalyse Duurzaam inkopen Standpunten van politieke partijen over duurzaam inkopen Januari 2010 Ten behoeve van: Directie Communicatie, Prioteam Markten voor Duurzame Producten

Nadere informatie

Rapportage. 25 September 2018

Rapportage. 25 September 2018 Rapportage 25 September 2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 1.1 Positionering advies 3 1.2 Algemeen 3 1.3 Leeswijzer 4 2. Nulsituatie en positiebepaling 4 2.1 Werkwijze 4 2.2 Nulsituatie 5 2.3 Ambitieniveau

Nadere informatie

4 Internationaal mvo en ketenbeheer: een korte stand van zaken

4 Internationaal mvo en ketenbeheer: een korte stand van zaken 4 Internationaal mvo en ketenbeheer: een korte stand van zaken 4.1 Inleiding Waar staat het bedrijfsleven momenteel als het gaat om rapportage over internationaal mvo en ketenbeheer in het bijzonder? Dit

Nadere informatie

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER

VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER VERKLARING OMTRENT MENSENRECHTENBELEID VAN UNILEVER Wij zijn ervan overtuigd dat bedrijven alleen succesvol kunnen zijn in maatschappijen waarin mensenrechten beschermd en gerespecteerd worden. Wij erkennen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 19 november 2014. Betreft MVO Sector Risico Analyse

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 19 november 2014. Betreft MVO Sector Risico Analyse Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Ministerie van Buitenlandse Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 19 november

Nadere informatie

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari

TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE. 8 februari TOEZICHTSVISIE RAAD VAN TOEZICHT NOVA COLLEGE 8 februari 2017 1 Inleiding In deze toezichtvisie geven wij als de Raad van Toezicht van het Nova College aan waarom wij toezicht houden, wat we daarmee willen

Nadere informatie

MVO volgens : een ISO26000 zelfverklaring

MVO volgens : een ISO26000 zelfverklaring MVO volgens : een ISO26000 zelfverklaring 1 Waarom MVO? Moeten: Horen: Lonen: gedrag af MVO handelen wordt afgedwongen MVO handelen o.b.v. vrijwilligheid (morele motivatie) De markt beloont MVO en straft

Nadere informatie

Advies van de commissie Burgmans over maatschappelijk verantwoord ondernemen en corporate governance

Advies van de commissie Burgmans over maatschappelijk verantwoord ondernemen en corporate governance Advies van de commissie Burgmans over maatschappelijk verantwoord ondernemen en corporate governance Advies De commissie vindt dat integratie van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) in de bedrijfsvoering

Nadere informatie

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model.

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model. Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model. 1. Wat is het INK-model? Het INK-model is afgeleid van de European Foundation for Quality Management (EFQM). Het EFQM stelt zich ten doel Europese bedrijven

Nadere informatie

MONITORING COMMISSIE CODE BANKEN. Aanbevelingen toekomst Code Banken

MONITORING COMMISSIE CODE BANKEN. Aanbevelingen toekomst Code Banken MONITORING COMMISSIE CODE BANKEN Aanbevelingen toekomst Code Banken 22 maart 2013 Inleiding De Monitoring Commissie Code Banken heeft sinds haar instelling vier rapportages uitgebracht. Zij heeft daarin

Nadere informatie

Normalisatie: de wereld op één lijn. ISO 26000. Maatschappelijke Verantwoordelijkheid van Organisaties (MVO) Zet goede bedoelingen om in goede acties

Normalisatie: de wereld op één lijn. ISO 26000. Maatschappelijke Verantwoordelijkheid van Organisaties (MVO) Zet goede bedoelingen om in goede acties Normalisatie: de wereld op één lijn. ISO 26000 Maatschappelijke Verantwoordelijkheid van Organisaties (MVO) Zet goede bedoelingen om in goede acties 2 Inhoudsopgave ISO 26000: een richtlijn voor iedereen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk 31

Nadere informatie

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Maatschappelijk verantwoord ondernemen Maatschappelijk verantwoord ondernemen Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) wint aan terrein in het bedrijfsleven en in de samenleving als geheel. Het verwachtingspatroon

Nadere informatie

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2014 Van verbruik naar gebruik Pagina 1 van 6 Inleiding: Voor u ligt het MVO beleid van Hef & Hijs Nederland. Maatschappelijk Verantwoord en Duurzaam Ondernemen is

Nadere informatie

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board Niet van toepassing

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board Niet van toepassing Fiche 4: Mededeling online platforms 1. Algemene gegevens a) Titel voorstel Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van

Nadere informatie

Maatschappelijke verantwoord ondernemen door het Midden en KleinBedrijf. Theo Aalbers en Kees Vringer

Maatschappelijke verantwoord ondernemen door het Midden en KleinBedrijf. Theo Aalbers en Kees Vringer Maatschappelijke verantwoord ondernemen door het Midden en KleinBedrijf Theo Aalbers en Kees Vringer Samenvatting Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) is belangrijk voor het Midden en KleinBedrijf

Nadere informatie

Onderwerp en positionering van de beleidsdoorlichtingen In de beleidsdoorlichtingen van de ADR staan de volgende beleidsdoelstellingen centraal:

Onderwerp en positionering van de beleidsdoorlichtingen In de beleidsdoorlichtingen van de ADR staan de volgende beleidsdoelstellingen centraal: >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Financieel-Economische Zaken IPC 5350 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375

Nadere informatie

Kabinetsreactie Eindevaluatie SER-initiatief Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

Kabinetsreactie Eindevaluatie SER-initiatief Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Kabinetsreactie Eindevaluatie SER-initiatief Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Kamerbrief 26 485, Internationaal Maatschappelijk Ondernemen, nr. 147 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN

Nadere informatie

Op zoek naar het sociale gezicht van inkoop 24 maart 2015,NEVI Zuid bijeenkomst Tilburg. Prof dr ir Bart Vos

Op zoek naar het sociale gezicht van inkoop 24 maart 2015,NEVI Zuid bijeenkomst Tilburg. Prof dr ir Bart Vos Op zoek naar het sociale gezicht van inkoop 24 maart 2015,NEVI Zuid bijeenkomst Tilburg Prof dr ir Bart Vos Het is de route niet de kaart Niet de uitkomst maar het raadsel Het zijn je ogen niet de kleppen

Nadere informatie

Verklaring inzake Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

Verklaring inzake Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Verklaring inzake Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen SER-Verklaring Achtergronden en overwegingen Sinds het SER-advies De winst van waarden uit 2000 hebben zich op het terrein van Maatschappelijk

Nadere informatie

Datum 13 november 2013 Betreft Motie Sjoerdsma (33625, nr. 8) inzet private sector bij klimaatfinanciering

Datum 13 november 2013 Betreft Motie Sjoerdsma (33625, nr. 8) inzet private sector bij klimaatfinanciering Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 13 november 2013 Betreft Motie Sjoerdsma

Nadere informatie

BELEIDSEFFECTMETING - HANDLEIDING VOOR STATENCOMMISSIES

BELEIDSEFFECTMETING - HANDLEIDING VOOR STATENCOMMISSIES BELEIDSEFFECTMETING - HANDLEIDING VOOR STATENCOMMISSIES 26 APRIL 2006 CONTEXT EN AANLEIDING Sinds maart 2003 is de Wet dualisering provinciebestuur van kracht. Mede in dit kader heeft het Presidium van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

Duurzaam ondernemen Musea

Duurzaam ondernemen Musea Duurzaam ondernemen Musea Kunst voor bedrijfsvoering Rob van Tilburg Mei 2012 DHV 2012 All rights reserved Alleen voor intern gebruik Welkom en agenda Definitie en duiding duurzaam ondernemen Omgang bedrijven

Nadere informatie

Samenvatting. economy.

Samenvatting. economy. Samenvatting 6 SAMENVATTING Samenvatting Door toenemende technologische kennis en innovatie is het steeds beter mogelijk om de verschillende bestanddelen van planten, bomen, gewassen en dierlijke reststromen

Nadere informatie

MVO en MBO in Haarlem

MVO en MBO in Haarlem MVO en MBO in Haarlem Wendy Stubbe 3 november 2010 Today s to do list Over CSR Academy Wat is Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen? Verantwoord en Betrokken Ondernemen? MVO & MBO in Haarlem MVO BlikOpener

Nadere informatie

Functieprofiel lid Raad van Toezicht

Functieprofiel lid Raad van Toezicht Functieprofiel lid Raad van Toezicht Bestuursbureau Postbus 245, 6710 BE Ede Bovenbuurtweg 27, 6717 XA Ede 088 020 70 00 aeres.nl info@aeres.nl Doel van de functie De Raad van Toezicht staat het College

Nadere informatie

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board n.v.t.

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board n.v.t. Fiche 6: Mededeling Nieuwe EU Consensus on Development 1. Algemene gegevens a) Titel voorstel Communication from the Commission to the European Parliament, the Council, the European Economic and Social

Nadere informatie

REKENHOF. Consolideren en motiveren om vooruitgang te boeken

REKENHOF. Consolideren en motiveren om vooruitgang te boeken REKENHOF Consolideren en motiveren om vooruitgang te boeken STRATEGISCH PLAN 2010-2014 2 Inleiding Dit document stelt de resultaten voor van de strategische planning van het Rekenhof voor de periode 2010-2014.

Nadere informatie

Beschrijving van de generieke norm: ISO 27001:2013. Grafimedia en Creatieve Industrie. Versie: augustus 2016

Beschrijving van de generieke norm: ISO 27001:2013. Grafimedia en Creatieve Industrie. Versie: augustus 2016 Beschrijving van de generieke norm: ISO 27001:2013 Grafimedia en Creatieve Industrie Versie: augustus 2016 Uitgave van de branche (SCGM) INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1 INLEIDING... 4 1. ONDERWERP EN

Nadere informatie

Achtergrondinformatie rondetafelgesprek IMVO-convenanten 13 februari

Achtergrondinformatie rondetafelgesprek IMVO-convenanten 13 februari 9 februari 2017 Achtergrondinformatie rondetafelgesprek IMVO-convenanten 13 februari 1. Inleiding De globalisering heeft het mogelijk gemaakt dat de productie van onze spijkerbroeken en smartphones niet

Nadere informatie

Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandelindustrie september 2015

Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandelindustrie september 2015 Maatschappelijk verantwoord beleggen Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandelindustrie september 2015 Beleid ten aanzien van Maatschappelijk verantwoord beleggen Inleiding BPF Houthandel draagt

Nadere informatie

Resultaat break-out sessies. 2 september: toekomst van ISO 26000

Resultaat break-out sessies. 2 september: toekomst van ISO 26000 Resultaat break-out sessies 2 september: toekomst van ISO 26000 1 Inhoud A. Integratie groep 1 B. Integratie groep 2 C Erkenning D. Branchespecifiek E: MVO en innovatie 2 De vragen per focusgebied 1. Wat

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1835 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Nadere informatie

Concretere eisen om te (kunnen) voldoen aan relevante wet- en regelgeving zijn specifiek benoemd

Concretere eisen om te (kunnen) voldoen aan relevante wet- en regelgeving zijn specifiek benoemd >>> Overgang Maatstaf 2016 Onderstaand overzicht bevat de selectie van de geheel nieuwe eisen uit de Maatstaf 2016 en de eisen waarbij extra of andere accenten zijn gelegd, inclusief een korte toelichting.

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 19 oktober 2017 Betreft Beantwoording vragen

Nadere informatie

TruStone Stakeholders werken samen aan een verantwoorde natuursteensector

TruStone Stakeholders werken samen aan een verantwoorde natuursteensector TruStone Stakeholders werken samen aan een verantwoorde natuursteensector Introductie Internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO), dat wil zeggen ondernemen met oog voor mens, dier en

Nadere informatie

Nota inzake Economic Development Board

Nota inzake Economic Development Board Nota inzake Economic Development Board Inleiding De economische ontwikkeling van Noord-Limburg krijgt een grote impuls met de campusontwikkeling, maar daarmee zijn niet alle economische uitdagingen deze

Nadere informatie

Datum 4 februari 2016 Betreft Beantwoording vragen van de leden Van Laar en Vos over de bosbranden in Indonesië en het streven naar duurzame palmolie

Datum 4 februari 2016 Betreft Beantwoording vragen van de leden Van Laar en Vos over de bosbranden in Indonesië en het streven naar duurzame palmolie Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 4 februari 2016 Betreft Beantwoording

Nadere informatie

De leden van de beleggingscommissie. 10 januari 2011 Beleid Maatschappelijk Verantwoord Beleggen

De leden van de beleggingscommissie. 10 januari 2011 Beleid Maatschappelijk Verantwoord Beleggen NOTITIE Van Aan CC Datum Betreft Sjoerd Hoogterp De leden van de beleggingscommissie 10 januari 2011 Beleid Maatschappelijk Verantwoord Beleggen Inleiding Het pensioenfonds Werk en (re)integratie (PWRI)

Nadere informatie

agendapunt B.04 Aan Verenigde Vergadering BELEIDSKADER DUURZAAMHEID

agendapunt B.04 Aan Verenigde Vergadering BELEIDSKADER DUURZAAMHEID agendapunt B.04 851617 Aan Verenigde Vergadering BELEIDSKADER DUURZAAMHEID Gevraagd besluit Verenigde Vergadering 28-10-2010 In te stemmen met de beleidsuitgangspunten, genoemd in hoofdstuk 5 van het Beleidskader

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19014 4 juli 2014 Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 1 juli 2014, nr. MinBuZa.2014.303289,

Nadere informatie

Duurzaamheidsverklaring

Duurzaamheidsverklaring DUURZAAMHEIDSVERKLARING Ondergetekende: [Naam Leverancier en rechtsvorm [ ], statutair gevestigd te [plaats], aan de [straat, nummer en postcode] (KvK ), hierna te noemen Leverancier, hierbij rechtsgeldig

Nadere informatie

Preview. Voorwoord. adviesbureaus op het gebied van managementsystemen en auditing;

Preview. Voorwoord. adviesbureaus op het gebied van managementsystemen en auditing; Voorwoord In 2003 verscheen de eerste druk van deze praktijkgids. Het doel was om organisaties te voorzien van een praktische toelichting op de nieuwe ISO 19011 Richtlijnen voor het uitvoeren van kwaliteits-

Nadere informatie

Actieplan Kinderrechten SINT MAARTEN

Actieplan Kinderrechten SINT MAARTEN Actieplan Kinderrechten Samenvatting Commissie Kinderrechten Mei 2015 Actieplan Kinderrechten Commissie Kinderrechten INLEIDING Het nationaal beleid van het land Sint Maarten voor Jeugd en Jongeren is

Nadere informatie

Cluster Bedrijfsvoering rve ICT

Cluster Bedrijfsvoering rve ICT Cluster Bedrijfsvoering rve ICT ACTIEPLAN 2017-2020 Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (MVI) 30 juni 2017 Pagina 1 van 10 Inhoud 1 INLEIDING... 3 2 AMBITIE RVE ICT MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD INKOPEN...

Nadere informatie

Integrale Handhaving. Opzet Quick Scan. Inhoudsopgave. 1. Achtergrond en aanleiding

Integrale Handhaving. Opzet Quick Scan. Inhoudsopgave. 1. Achtergrond en aanleiding Integrale Handhaving Opzet Quick Scan Rekenkamer Weert Oktober 2008 Inhoudsopgave 1. Achtergrond en aanleiding 2. Centrale vraagstelling 3. Deelvragen 4. Aanpak en resultaat 5. Organisatie en planning

Nadere informatie

N Mensenrechten A Brussel, 15 december 2015 MH/JC/AS ADVIES. over HET VOORONTWERP VAN NATIONAAL ACTIEPLAN BEDRIJVEN EN MENSENRECHTEN

N Mensenrechten A Brussel, 15 december 2015 MH/JC/AS ADVIES. over HET VOORONTWERP VAN NATIONAAL ACTIEPLAN BEDRIJVEN EN MENSENRECHTEN N Mensenrechten A Brussel, 15 december 2015 MH/JC/AS 740-2015 ADVIES over HET VOORONTWERP VAN NATIONAAL ACTIEPLAN BEDRIJVEN EN MENSENRECHTEN Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de KMO WTC III (17 e verd.)

Nadere informatie

Enkele kernelementen nader toegelicht

Enkele kernelementen nader toegelicht Enkele kernelementen nader toegelicht Het IMVO-convenant is gebaseerd op een gedegen prioritering van risico s Aan ieder IMVO-convenant is een zorgvuldig proces van due diligence voorafgegaan. Wanneer

Nadere informatie

Profiel lid Raad van Toezicht

Profiel lid Raad van Toezicht Profiel lid Raad van Toezicht De huidige Raad van Toezicht (RvT) bestaat uit zes leden. De RvT streeft naar een maatschappelijk heterogene samenstelling van leden die herkenbaar en geloofwaardig zijn in

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Onderzoeksaanpak

Rekenkamercommissie Onderzoeksaanpak Onderzoeksaanpak Rekenkameronderzoek Feitenrelaas Ligne Status Datum Omschrijving Door Status 26 maart 15 Onderzoeksplan Ligne TH Concept, ter bespreking in RKC 31-3-15 31 maart 15 Vaststelling onderzoeksplan

Nadere informatie

SDG ROADMAP DUURZAAM ONDERNEMEN IN PRAKTIJK

SDG ROADMAP DUURZAAM ONDERNEMEN IN PRAKTIJK SDG ROADMAP DUURZAAM ONDERNEMEN IN PRAKTIJK 1 SDG ROADMAP DUURZAAM ONDERNEMEN AAN DE HAND VAN DUURZAME ONTWIKKELINGSDOELSTELLINGEN Duurzaam en succesvol ondernemen gaan hand in hand en versterken elkaar.

Nadere informatie

Duurzaam ondernemen. Wouter Scheepens Partner Triple Value Strategy Consulting

Duurzaam ondernemen. Wouter Scheepens Partner Triple Value Strategy Consulting Duurzaam ondernemen Wouter Scheepens Partner Triple Value Strategy Consulting Stelling Aangezien duurzaam ondernemen een hype is, hoef ik er niets mee te doen 2 Kamer van Koophandel - datum Belang van

Nadere informatie

Managementsamenvatting adviesrapport

Managementsamenvatting adviesrapport Managementsamenvatting adviesrapport Onderzoek succesfactoren, knelpunten en ondersteuningsbehoeften van Nederlandse Gemeenten rond MVO-stimulering, verduurzaming van de bedrijfsvoering en duurzaam inkopen

Nadere informatie

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2015-2016

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2015-2016 Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2015-2016 Van verbruik naar gebruik Pagina 1 van 5 Inleiding: Voor u ligt het MVO beleid van ABIRD Industrial Rental Services. Maatschappelijk Verantwoord en Duurzaam

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

1 Inleiding. 1.1 Discriminatie in arbeidsmarktperspectief

1 Inleiding. 1.1 Discriminatie in arbeidsmarktperspectief 1 Inleiding 1.1 Discriminatie in arbeidsmarktperspectief Breed maatschappelijk en politiek debat In Nederland is een breed maatschappelijk en politiek debat gaande over discriminatie en de vraag hoe dit

Nadere informatie

MVI & EMVI: Perfect match? 24 november 2015, SMI Stabi congres, Zoetermeer

MVI & EMVI: Perfect match? 24 november 2015, SMI Stabi congres, Zoetermeer MVI & EMVI: Perfect match?, SMI Stabi congres, Zoetermeer Prof dr ir, Tilburg University Het is de route niet de kaart Niet de uitkomst maar het raadsel Het zijn je ogen niet de kleppen Niet het eindpunt

Nadere informatie

Energie, Afval, Geluid, Diversiteit, Duurzame Inzetbaarheid

Energie, Afval, Geluid, Diversiteit, Duurzame Inzetbaarheid DUURZAAM ONDERNEMEN bij NS Strategie Mobiliteit per trein heeft een duurzaam karakter en daarmee NS ook. Door het reizen van deur tot deur voor onze klanten zo aantrekkelijk mogelijk te maken draagt NS

Nadere informatie

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015 MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN ICCO Onderzoek 2015 Inhoud 1. Uitgangspunten 2. Onderzoek Demografie Bedrijfsgegevens Functie van de respondent Landen Wat zijn mensenrechten? Waarom mensenrechten? Six step

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG. Geachte mevrouw Arib,

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG. Geachte mevrouw Arib, Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag T 070-342 43 44 E voorlichting@rekenkamer.nl W www.rekenkamer.nl D A T U M 20 december

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 19 oktober 2017 Betreft Beantwoording vragen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 16 september 2013 Betreft Appreciatie Steenkooldialoog

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag. Datum 16 september 2013 Betreft Appreciatie Steenkooldialoog Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland

Nadere informatie

Datum 3 maart 2014 Betreft Beantwoording vragen van het lid Voordewind over het rapport Working on the Right Shoes

Datum 3 maart 2014 Betreft Beantwoording vragen van het lid Voordewind over het rapport Working on the Right Shoes Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Internationale Marktordening en Handelspolitiek Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Denk mee met het VNG Inkoop- en aanbestedingsbeleid!

Denk mee met het VNG Inkoop- en aanbestedingsbeleid! Denk mee met het VNG Inkoop- en aanbestedingsbeleid! Doel van de sessie Presenteren nieuwe conceptteksten Vergelijken oude teksten en nieuwe conceptteksten Discussiëren over nieuwe conceptteksten! De nieuwe

Nadere informatie

Goed mkb-bestuur en de rol van de accountant

Goed mkb-bestuur en de rol van de accountant Goed mkb-bestuur en de rol van de accountant Agenda Voor de pauze: introductie en een ondernemer over het Diamond model Pauze: 17.30-18:30 uur Na de pauze toepassing van het Diamond model in de praktijk

Nadere informatie

Beleids- en BeheersCyclus. Cursus beleidsplanning, -monitoring en evaluatie: Inleidend hoofdstuk

Beleids- en BeheersCyclus. Cursus beleidsplanning, -monitoring en evaluatie: Inleidend hoofdstuk Beleids- en BeheersCyclus Cursus beleidsplanning, -monitoring en evaluatie: Inleidend hoofdstuk Inhoud cursus Rode draad 1.2 Inleiding 1.3 Definities 1.4 Model strategisch 1.5 Belang strategisch 1.6 Belang

Nadere informatie

MVO en OR. Welke rol voor de OR? Maatschappelijk verantwoord ondernemen met de OESO-richtlijnen. Catelene Passchier, Lid NCP Nederland

MVO en OR. Welke rol voor de OR? Maatschappelijk verantwoord ondernemen met de OESO-richtlijnen. Catelene Passchier, Lid NCP Nederland MVO en OR Maatschappelijk verantwoord ondernemen met de OESO-richtlijnen. Welke rol voor de OR? Catelene Passchier, Lid NCP Nederland Rana Plaza 2013 5 jaar later?? MVO dilemma s zijn overal: 3 Deze presentatie:

Nadere informatie

Wat is maatschappelijk verantwoord ondernemen?

Wat is maatschappelijk verantwoord ondernemen? Wat is maatschappelijk verantwoord ondernemen? Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) wordt ook wel maatschappelijk ondernemen, maatschappelijk betrokken ondernemen, duurzaam ondernemen of ethisch

Nadere informatie

ING ENVIRONMENTAL APPROACH

ING ENVIRONMENTAL APPROACH ING ENVIRONMENTAL APPROACH Mensenrechten op de werkplek 3 De uitgangspunten 4 Vrijheid van organisatie en het recht op collectieve onderhandeling 5 TABLE OF CONTENTS Dwangarbeid 6 Kinderarbeid 7 Discriminatie

Nadere informatie

Aan Provinciale Staten

Aan Provinciale Staten www.prv-overijssel.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provincie Overijssel Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 425 25 25 Telefax 038 425 26 85 Uw kenmerk Uw brief Ons kenmerk Datum PS/2003/872 d.d.

Nadere informatie

Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert

Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert Onderzoeksopzet De Poort van Limburg gemeente Weert Weert, 6 september 2011. Rekenkamer Weert Inhoudsopgave 1. Achtergrond en aanleiding 2. Centrale vraagstelling 3. De wijze van onderzoek 4. Deelvragen

Nadere informatie

Verzilveren perspectief op groene groei Voortzetting, aanscherping en opschaling Green Deal aanpak

Verzilveren perspectief op groene groei Voortzetting, aanscherping en opschaling Green Deal aanpak Verzilveren perspectief op groene groei Voortzetting, aanscherping en opschaling Green Deal aanpak Utrecht, 7 juni 2016 Van: Green Deal Board Aan: Minister van Economische Zaken, de heer H.G.J. Kamp Minister

Nadere informatie

MVO actieplan HKV 2015-2016

MVO actieplan HKV 2015-2016 MVO actieplan HKV 2015-2016 November 2015 November 2015 MVO actieplan HKV Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Onze MVO doelen en actiepunten... 5 3 Implementatie, review en communicatie... 8 4 Verantwoording...

Nadere informatie

2012 MVO Jaarverslag

2012 MVO Jaarverslag 2012 MVO Jaarverslag MVO-beleid Tomingroep Als mensontwikkelbedrijf werkt Tomingroep aan duurzaamheid in de volle breedte. Wij willen op een maatschappelijk verantwoorde wijze zaken doen in samenwerking

Nadere informatie

PK Benelux BV. Plan van aanpak maatschappelijk verantwoord ondernemen

PK Benelux BV. Plan van aanpak maatschappelijk verantwoord ondernemen PK Benelux BV Plan van aanpak maatschappelijk verantwoord ondernemen INLEIDING Dit Plan van aanpak gaat over maatschappelijk verantwoord onderrnemen en Maatschappelijk verantwoord inkopen (ook wel duurzaam

Nadere informatie

Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV

Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV Onderstaand een kort overzicht van de belangrijkste conclusies die zijn te trekken uit de evaluatie van de Rekenkamercommissie. Daarbij is in eerste instantie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 108 Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten ter verbetering van

Nadere informatie

Second opinion op de beleidsdoorlichting van het begrotingsartikel 18. Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. Maarten Kansen

Second opinion op de beleidsdoorlichting van het begrotingsartikel 18. Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid. Maarten Kansen Second opinion op de beleidsdoorlichting van het begrotingsartikel 18 Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid Maarten Kansen Oktober 2016 Het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid (KiM) maakt analyses

Nadere informatie

De accountant en het bestuursverslag Visie NBA Young Profs

De accountant en het bestuursverslag Visie NBA Young Profs De accountant en het bestuursverslag Visie NBA Young Profs Aanleiding Op 13 november 2015 publiceerde de NBA haar consultatiedocument De accountant en het bestuursverslag: Verder kijken dan de jaarrekening.

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Uw Referentie 2015Z10183 Datum 15 juni

Nadere informatie

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij r.k.b.s. Thomas van Aquino

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij r.k.b.s. Thomas van Aquino RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij r.k.b.s. Thomas van Aquino Plaats : Sneek BRIN-nummer : 07VU Onderzoeksnummer : 124713 Datum schoolbezoek : 31 januari 2012 Rapport vastgesteld

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000

Nadere informatie

Titel : Wet Markt en Overheid; bepalen welke economische activiteiten zijn aan te merken als zijnde van algemeen belang in de zin van de Wet

Titel : Wet Markt en Overheid; bepalen welke economische activiteiten zijn aan te merken als zijnde van algemeen belang in de zin van de Wet College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel DATUM 10-12-2013 NUMMER PS PS2014BEM02 AFDELING MAO COMMISSIE BEM STELLER Ageeth Nijkamp DOORKIESNUMMER 2714 DOCUMENTUMNUMMER 80EEBE0B PORTEFEUILLEHOUDER

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 29 304 Certificatie en accreditatie in het kader van het overheidsbeleid Nr. 5 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie?

Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? Hoe kan u strategie implementeren en tot leven brengen in uw organisatie? De externe omgeving wordt voor meer en meer organisaties een onzekere factor. Het is een complexe oefening voor directieteams om

Nadere informatie

Aanvullende informatie over elke mindset krijgt u door te klikken op de vlakken in de roadmap.

Aanvullende informatie over elke mindset krijgt u door te klikken op de vlakken in de roadmap. Wij stellen u graag de nieuwste versie van de Talent Management Roadmap voor. Twee mindsets rond duurzaam HR werden toegevoegd: - Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen - Business Model Aanvullende informatie

Nadere informatie

Gemeenteraad. Motie. Datum : 30 juni : ChristenUnie, CDA, Gemeentebelangen. : Duurzaamheid in Hoogeveen

Gemeenteraad. Motie. Datum : 30 juni : ChristenUnie, CDA, Gemeentebelangen. : Duurzaamheid in Hoogeveen Gemeenteraad Motie Datum : 30 juni 2016 Fractie Onderwerp : ChristenUnie, CDA, Gemeentebelangen : Duurzaamheid in Hoogeveen De raad van de gemeente Hoogeveen in vergadering bijeen op 30 juni 2016, Constateert

Nadere informatie

Totstandkomingsgeschiedenis Fusiegedragsregels

Totstandkomingsgeschiedenis Fusiegedragsregels 1 Inleiding 1.1 Algemeen Het SER-besluit Fusiegedragsregels is op 15 mei 1970 door de Sociaal-Economische Raad ( SER ) vastgesteld (inwerkingtreding op 19 juni 1970). De fusiegedragsregels zijn laatstelijk

Nadere informatie

MN Supplier Code of Conduct

MN Supplier Code of Conduct MN Supplier Code of Conduct Visie Maatschappelijk Verantwoorde Bedrijfsvoering Een duurzame uitvoering van de pensioen- en sociale regelingen en verzekeringen van onze opdrachtgevers geven wij vorm door

Nadere informatie

4.2 Inzichten in de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden. 4.3 Het toepassingsgebied van het milieumanagementsystee m vaststellen

4.2 Inzichten in de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden. 4.3 Het toepassingsgebied van het milieumanagementsystee m vaststellen 4 Context van de organisatie 4 Milieumanagementsysteemeisen 4.1 Inzicht in de organisatie en haar context 4.2 Inzichten in de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden 4.3 Het toepassingsgebied

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 30 545 Uitvoering Wet Werk en Bijstand Nr. 189 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Doel

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting Managementsamenvatting Erasmus Universiteit Rotterdam: CSR paper De route naar Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen in algemene ziekenhuizen. De strategische verankering van MVO in de dagelijkse activiteiten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 2313 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Nadere informatie