Reinier Maliepaard: Elementen van polyfonie Met gebruikmaking van materiaal uit een syllabus van Hans Maas
|
|
- Pieter-Jan Boender
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Reinier Maliepaard: Elementen van polyfonie Met gebruikmaking van materiaal uit een syllabus van Hans Maas 1. Voorlopers van contrapuntische techniek Sommige zeer oude musiceer- en componeerpraktijken in de periode van de eerste meerstemmigheid- kunnen beschouwd worden als voorlopers van het contrapunt. Heterofonie Een gevarieerd unisono, een vorm van meerstemmigheid, waarin de tegenstemmen ongeveer dezelfde melodie hebben als de hoofdstem, maar met andere versieringen. Bourdonpraktijk Het laten doorklinken of telkens herhalen van één of enkele bastonen gedurende de gehele melodie (doedelzakmuziek!) Parallelle techniek Het begeleiden van de hoofdstem in octaaf-, kwint- en kwartparallellen. Primitieve imitatietechniek Het elkaar in de rede vallen met overname van elkaars motieven, zoals in oude vormen van wisselzang tussen individuen of groepen aan te treffen valt. 1
2 2. Het eigenlijke contrapunt In de boeken over contrapunt worden drie bewegingstypen onderscheiden: Zijdelingse beweging: één stem beweegt naar een andere toon, de ander stem blijft liggen (toonherhaling geldt niet als beweging) Gelijke beweging: beide stemmen bewegen zich in dezelfde richting. De parallelle beweging is een variant hiervan, waarbij de onderlinge afstand tussen de stemmen gelijk blijft. Tegenbeweging: beide stemmen bewegen in tegengestelde richting In onderstaand voorbeeld staan de verschillende bewgingstypen. Bij 1 de tegenbeweging, bij 2 de zijdelingse beweging en bij drie de parallelle beweging. Grafisch kun je de bewegingen als volgt weergeven: 2
3 Je kunt pas spreken van contrapunt wanneer bij het samengaan van de melodieën naast parallelbeweging en zijdelingse beweging ook tegenbeweging gebruikt wordt. In West-Europa zie je dat gebeuren aan het einde van de 11 e eeuw. Deze ontwikkeling leidt tot een afkeer van de oude paralleltechnieken - die onzelfstandigheid inhouden- gekoppeld aan een toename aan regelgeving: wat mag je wel en wat mag je niet schrijven. 3. Samenklank 3.1 Geen denken in akkoorden In de muziekgeschiedenis zie je een emancipatie van bijkomende melodieën tot een volwaardige stem. Tegenbeweging in een polyfoon stemmenweefsel is methode daartoe, ritmische differentiatie is een andere methode en zelfs eigen tekst lijkt de zelfstandigheid van de stemmen te vergroten zoals in onderstaand 13 e eeuws motet. 3
4 Vanaf de 13 e eeuw worden regels, richtlijnen en theorieën voor de contrapuntische musiceerpraktijk opgesteld (kortom: de leer van het contrapunt wordt geformuleerd). De theoreticus Franco van Keulen gaf zijn tijdgenoten de fundamentele regel dat op zware tijdsdelen de stemmen onderling moeten consoneren en dat dissonanten alleen op lichte tijden toegestaan zijn. Later in de Nederlandse school zien we dat de dissonant op zware tijdsdelen gebruikt gaat worden, een soort emancipatie van de dissonant. Je moet goed realiseren dat men zeker tot in de 16 e eeuw samenklanken opvatte als intervallen of combinaties van intervallen en niet als akkoorden. Het akkoordbegrip was nog onbekend. Het denken in intervallen in plaats van akkoorden hangt samen met het denken in melodische lijnen en met de gewoonte stemmen meer na elkaar te schrijven dan noot voor noot tegelijk te componeren. Men begon meestal met het schrijven van een cantus firmus (gelegen in de tenor) of een fragment ervan, en vervolgens voegde men eerst een sopraan, dan een bas en tenslotte een alt toe als men een vierstemmige zetting wilde maken. 3.2 Denken in intervallen De manier waarop samenklanken op elkaar konden volgen ook dat geldt tot in de 16 e eeuw - werd vooral bepaald door consonantiegraden van de intervallen. Men onderscheidde daarom: Volkomen consonanten: reine prime, kwint en octaaf Onvolkomen consonanten: tertsen en sexten Dissonanten: secundes, septimen, overmatige en verminderde intervallen Voor iedere categorie gelden eigen regels (dissonanten bv. moeten oplossen) Al deze regels samen bepalen de stemvoering. Voordat we daarop ingaan eerst iets over de status van de kwart in de volgende paragraaf. 3.3 De reine kwart: dissonant en consonant De kwart is een ambigu interval: of een kwart dissonant of consonant is, is afhankelijk van de context waarin de kwart wordt gebruikt. Als tweeklank is de kwart een dissonant, een spanningsinterval dat moet oplossen: Als interval in een klank van drie of meer tonen is de kwart alleen dissonant op de onderstem (zie eerste 2 situaties onderstaand muziekvoorbeeld). Een kwart tussen twee bovenstemmen is dus consonant (zie laatste 2 situaties onderstaand muziekvoorbeeld). Waarom de kwart deze dubbele status heeft, is niet helder. Kennelijk een ervaringsfeit. 4
5 4. Stemvoeringsregels: dissonanten Het gebruik van dissonanten was tot en met de 16 e eeuw aan strenge regels gebonden, die in de loop der geschiedenis zijn ontstaan. Vanaf ca weken componisten dikwijls opzettelijk af van die regels, vooral om uitdrukking te geven aan de inhoud van de tekst. Als we de balans opmaken dan kunnen we in de 16 e eeuw de volgende dissonanten onderscheiden: Dissonanten op zware tijd (syncopedissonant, geaccentueerde doorgangstoon) Ongeaccentueerde dissonanten (doorgangstoon, wisseltoon, anticipatie, nota cambiata) Hieronder wordt gesproken over lichte en zware tijden. Deze tijden moet je dan zien als onderdelen van de teleenheid. Wanneer je de teleenheid in tweeën onderverdeeld, krijg je: een zwaar eerste deel en een licht tweede deel. Wanneer je de teleenheid in vieren verdeelt, krijg je het volgende: het eerste deel is zwaar en het derde deel is relatief zwaar; de overige delen zijn licht. 4.1 Syncopedissonant Aan de syncopedissonant zijn er 3 elementen (voorbereiding-vertraging-oplossing), gebonden aan de volgende regels: Voorbereiding van de dissonant als consonant op licht maatdeel Dissonant (de vertraging) op zwaar maatdeel Dalende trapsgewijze oplossing van de dissonant in een consonant op licht maatdeel Lengte voorbereiding = in principe even lang als of langer dan vertraging Voorbeeld Syncopendissonanten zie je vaak in clausulae (afsluitingen). 4.2 Geaccentueerde doorgangstoon Een tertsinterval kan via een doorgangstoon sekundegewijs worden opgevuld. Op relatief sterke tijden (dus niet op de eerste tel) kan deze doorgangstoon een dissonant zijn. Voorbeeld 5
6 4.3 Doorgangstoon Een tertsinterval kan via een dissonante doorgangstoon op een lichte tijd sekundegewijs worden opgevuld. Voorbeeld 4.4 Wisseltoon Een wisseltoon is een dissonant, die trapsgewijs wordt ingevoerd en trapsgewijs in tegengestelde richting wordt verlaten ( mordent - en praller -figuur). Voorbeeld 6
7 4.5 Anticipatie De anticipatie is een versieringstoon, die de volgende toon vooruitneemt. Veelal is deze anticipatie een versiering van een dalende secunde en soms eenvoudig consonant. Voorbeeld 4.6 Nota cambiata De cambiata is een typische figuur in de schrijfwijze van Palestrina en tijdgenoten. Hierbij wordt de dissonant met een dalende sprong (bij Palestrina altijd een terts) verlaten. Het melodisch vervolg daarna is trapsgewijs omhoog. De tweede toon van deze figuur (lichte tijd) kan dissonant zijn en wordt de nota cambiata genoemd. Voorbeeld De cambiata is een uitzondering. Of liever gezegd een restant van een vroegere stijl: ca kwamen ook andere figuren voor met afspringende dissonanten. 7
8 5. Stemvoeringsregels: volkomen consonanten Het verschil tussen volkomen en onvolkomen consonanten komt vooral naar voren in het verbod op open prime-, kwint- en octaafparallellen. Dit verbod werd door de theoreticus Zarlino (1558) gemotiveerd vanuit de stelling dat harmonie het gevolg is van het samengaan van verschillende dingen. Aangezien twee stemmen die precies dezelfde beweging maken niet meer van elkaar verschillen, kan bij hun samengaan geen sprake meer zijn van harmonie. Je kunt het ook nog anders zien: als je goed luistert naar het bovenstaande notenvoorbeeld merk je dat vanwege de grote klankversmelting van de volkomen consonanten er van meerstemmigheid eigenlijk niet meer sprake is. Alhoewel af en toe het verbod van prime-, kwint- en octaafparallellen wordt overtreden, kun je vasthouden dat het verbod van fundamenteel belang is voor de compositietechniek van de 16 e eeuwse polyfonie en van de daarop volgende periode van de harmonische tonaliteit. Het voorgaande voorbeeld toonde de zogenaamde open parallellen. Daarnaast worden er bedekte parallellen onderscheiden: dat zijn gelijke bewegingen naar een volkomen consonant. Deze bedekte parallellen komen in de 16 e eeuwse tweestemmige polyfonie niet zo vaak voor, maar in meerstemmige zettingen zijn sommige vormen ervan tamelijk normaal. 8
9 Antiparallellen zijn sprongen uit een octaaf naar een prime of omgekeerd of uit een duodecime naar een kwint en omgekeerd etc. Dus van volkomen consonant naar volkomen consonant in tegenbeweging. 6. Stemvoeringsregels: onvolkomen consonanten Voor ons wat moeilijk voorstelbaar, maar tertsen en sexten werden in de vroege meerstemmigheid beschouwd als dissonanten, d.w.z. als spanningsintervallen, die moesten oplossen in (volkomen) consonanten. In de 14 e eeuw bv. gebruikte men tertsen en sexten vooral op zwakke maatdelen; de oplossingen bestond uit trapsgewijze bewegingen naar primen, kwinten of octaven op de sterke maatdelen. Hieronder tweestemmige voorbeelden. Daarbij was de regel dat één stem bij de oplossing een halve toonsafstand moest afleggen, de andere een hele toon. In de renaissance leeft het principe van de oplossing van tertsen en sexten voort in de slotformules of clausulae: Grote sext lost op in het octaaf Kleine terts lost op in de prime In sommige kerktoonsoorten (bv. dorisch en mixolydisch) was het dan ook nodig de ondersecunde van de finalis te verhogen om de vereiste halve toons-afstand te verkrijgen. De frygische modus wijkt af: hier is de bovensecunde een halve toonsafstand verwijderd van de finalis. 9
10 In de muziektheorie leeft de term frygische sluiting nog voort als een soort halfslot in de verbinding IV 6 - V. 7. Elementen van de clausula Zoals al gezegd is het meest karakteristieke element van de clausula de syncopedissonant. De clausula is in principe tweestemmig en bestaat uit een discantformule en een tenorformule. De ondersecunde van de finalis is dus de oplossing van de syncopedissonant. Deze dissonant is vaak te vinden in de bovenstem ofwel discant. Vandaar dat deze stereotiepe figuur discantclausula of discantformule wordt genoemd (die vaak versierd wordt). De dalende secunde naar de finalis (e-d) vinden we meestal in de tenor. Vandaar tenorclausula of tenorformule. Het zal je duidelijk zijn dat je bovenstaande clausula kunt terugbrengen tot een progressie van 3 intervallen: grote sext grote sext octaaf. Hieronder een 4-stemmige clausula. Je herkent natuurlijk de discant- en tenorclausula. Het zal je niet verbazen dat de sprong d-g in de bas basclausula genoemd werd en de tertssprong in de alt, altclausula. Ook deze afsluiting kun je reduceren, en wel tot een progressie van drie samenklanken. 10
11 8. Vermeden clausulae Clausulae kun je gebruiken als je een melodische frase wilt afronden (soms worden clausulafiguren ook als versiering toegepast). Echter, als je veel slotformules gebruikt dan stokt de muziek en dat kan niet wenselijk zijn. De 16 e eeuwer Zarlino heeft in zijn contrapuntboek methoden aangereikt om de afsluitende werking van clausulae te verzwakken (En het is belangrijk in composities altijd vragen te stellen naar de muzikale werking van kadenzen). Hieronder is een fragment van het voorbeeld van het fuggire la cadenza opgenomen, dat Zarlino bij zijn le institutioni harmoniche (1558) heeft gegeven. De volgende in het engels vertaalde- instructie van Zarlino is een handvat bij het bestuderen van die clausula s. a cadense is evaded when the voices give the impression of leading to a perfect cadence, and turn instead in a different direction Whoever studies these instances carefully will know how to approach similar passages when they represent themselves. 11
12 9. Vormgeving in polyfonie Grote zelfstandigheid van de afzonderlijke stemmen kan een risico betekenen: het kan ertoe leiden dat het stemmenweefsel aan coherentie verliest. De ontwikkeling van het contrapunt laat ook de ontwikkeling van een techniek zien die een zekere samenhang tussen de stemmen garanderen: de imitatie. Daarnaast is een van de belangrijkste vormgevingsprincipes in polyfone muziek de cantusfirmus-techniek, waarbij een gegeven melodie het muzikale bouwwerk door zijn dominante aanwezigheid bijeenhoudt. We beginnen met de laatste techniek. 9.1 Cantus firmus Een cantus firmus is een gegeven melodie, die de componist ontleent aan het bestaande éen- of meerstemmige repertoire, dan wel zelf eerst componeert. Meestal wordt de cantus firmus gezongen door de tenor (=houder), veelal in lange notenwaarden, waartegen tegen-melodieën (contrapunstemmen) klinken. Voorbeeld 9.2 Imitatie Imitatie is het verschijnsel dat een melodisch gegeven, na door de ene stem te zijn ingezet, korte tijd later door een andere stem wordt herhaald (al dan niet in gewijzigde vorm). Al vroeg namen partijen incidenteel muzikale motieven (en bijbehorende tekst) van elkaar over, maar het waren de componisten uit de Nederlandse school (o.a. Dufay, Ockeghem, Obrecht en Desprez) die in de 15 e eeuw een groot arsenaal aan imitatieprocéde s ontwikkelden en in hun werken toepasten procédés die in de volgende eeuwen een belangrijke plaats in de standaarduitrusting van de componist zouden blijven innemen. De melodie die geïmiteerd wordt, kan gebaseerd zijn op het bestaande melodiegoed (bv. Gregoriaans), maar kan ook ontsproten zijn aan de brein van de componist. Interessant is dat de imitatietechniek zelf een bron van varietas, van afwisseling is: de volgende elementen van een melodisch gegeven kunnen worden veranderd: De lengte van de imitatie is variabel: vaak beperkt de imitatie zich tot slechts de eerste twee of drie tonen van een gegeven, maar ook kan een langer fragment worden geïmiteerd. De mate van nauwkeurigheid waarmee de imitatie wordt doorgevoerd, kan eveneens variëren: soms letterlijk, soms met vrije fantasie (voorbeeld 1 hieronder). Het tijdsverloop is variabel: de gegeven melodie kan door de imiterende stem 2x zo snel of 2x zo langzaam worden uitgevoerd (verkleining versus vergroting): zie voorbeeld 2 hieronder. De richting van de intervallen is te variëren (omkering, tegenbeweging): zie voorbeeld 3 hieronder. 12
13 Voorbeelden Afwisseling kan verder worden bereikt door: Imitatietijd = de tijdsafstand tussen de begintoon van het melodisch gegeven en de begintoon van de imitatie In Josquins Ave Maria is de imitatietijd aanvankelijk steeds twee maten, later een halve maat en zelfs nog kleiner Imitatie-interval=het interval tussen de begintoon van het melodisch gegeven en de begintoon van de imitatie In Josquins Ave Maria is het imitatie-interval aanvankelijk prime en octaaf; later veel imitaties in de onderkwint. 9.3 Canon Wanneer een stem een andere vanaf het begin noot voor noot, dus letterlijk imiteert, spreken we van een canon. Kenmerkend voor de canon is, dat de imitatie van het begin tot het eind is volgehouden. Een canon kan als een zelfstandige compositie optreden, maar het komt vaker voor in de 16 e eeuwse polyfonie dat aan de canon een of meer vrijere imiterende stemmen zijn toegevoegd. Bijzondere canontechnieken zijn: Canon in de omkering: alle intervallen van de ene stem worden omgekeerd door de imiterende stem Canon in de vergroting resp. verkleining: alle notenwaarden worden verdubbeld resp. gehalveerd 13
14 Dubbelcanon: een combinatie van twee stemmen wordt letterlijk door twee andere stemmen geïmiteerd Cirkelcanon: iedere stem die de melodie heeft gezongen, kan weer bij het begin beginnen (type Vader Jacob ) Kreeftcanon: de imiterende stem is de kreeftgang van de eerste stem, d.w.z. de eerste stem wordt van achter naar voren gelezen. 10. Vervaging van modi De 16 e eeuwse polyfonie is gedacht in kerktoonsoorten. Echter het zijn niet meer de kerktoonsoorten die we vanuit het Gregoriaans kennen. Het verschil tussen authentiek en plagaal is steeds meer vervaagd: repercussietonen zijn nog steeds goed herkenbaar, maar de ambitus van het octaaf wordt vaak overschreden. Het karakter van de modi wordt verder aangetast door het optreden van alteraties. Zo wordt de lydische kwart altijd verlaagd tot reine kwart: de lydische modus wordt dan de ionische modus. Verder spelen chromatische elementen een steeds grotere rol, wat een inbreuk op de diatoniek betekent: Klankwerking via alteraties: niet alleen tref je steeds meer leidtonen aan in de clausulae, maar wordt de terts van de slotklank meestal verhoogd (picardische terts) in modi waar een kleine terts geschreven zou moeten worden. Reden daarvan is dat men lange tijd een kleine terts niet als consonant kon horen. Tekstexpressie via chromatiek: het gebruik van halve toonsafstanden komt in de 16 e eeuwse polyfonie vooral voor in madrigalen, om bepaalde emotionele tekstfragmenten uit te beelden. In vergelijking met chromatiek in latere periodes va de muziekgeschiedenis valt op hoe vrij de renaissance-componisten chromatiek hanteren. Deze vrijheid hangt samen met het ontbreken van tonale regels en cliché s. Hierna een voorbeeld van dergelijke tekstschilderende chromatiek: een madrigaal van Gesualdo, dat begint op de tekst: Ik ga dood, alas, van pijn 14
Reinier Maliepaard: kerktoonsoorten ofwel modi
Reinier Maliepaard: kerktoonsoorten ofwel modi 1.1. Systematisering Lang nadat de Gregoriaanse melodieën al ingeburgerd waren, werden deze gesystematiseerd tot in 8 kerktoonsoorten ofwel modi. De volgende
Nadere informatieNOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE HOOFDSTUK NEGEN BASISBEGRIPPEN VAN HET CONTRAPUNT VAN DE WESTERSE MUZIEK
RUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK NEGEN BASISBEGRIPPEN VAN HET CONTRAPUNT Verwijzingen naar deze tekst graag als volgt:
Nadere informatieIntervallen. Een interval is de afstand tussen twee tonen. Dit kan melodisch of harmonisch zijn.
Intervallen Intervallen Een interval is de afstand tussen twee tonen. Dit kan melodisch of harmonisch zijn. De benaming is hetzelfde voor zowel melodisch als harmonisch. Voor de uitleg gebruik ik C groot.
Nadere informatieEindexamen Muziek vwo 2003-I
3 Antwoordmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend. Orlandus Lassus - Osculetur me 1 onderdeel 4 2 twee van de volgende: Het onderdeel is volledig achtstemmig. Er wordt
Nadere informatieEindexamen muziek vwo 2007-I
Beoordelingsmodel J.H. Schein - Da Jakob vollendet hatte 1 maximumscore 1 één van de volgende: Soms is het (eerste) interval stijgend, soms dalend. Soms is het interval een secunde, soms een terts. ook
Nadere informatieGeschreven Harmonie. Annemarijn Verbeeck Page 0
Geschreven Harmonie Annemarijn Verbeeck Page 0 Geschreven harmonie I. Inleiding 1. Tessituur Tessituur van de sopraan Tessituur van de alt Tessituur van de tenor Tessituur van de bas 2. Notatie van de
Nadere informatieSOLFEGE GEHOORVORMING
SOLFEGE GEHOORVORMING TIPS & TRICKS ArtEZ Conservatorium Reinier Maliepaard 1 INHOUDSOPGAVE 1. intervallen 2. toonladders 3. melodie 4. meerstemmigheid 5. horen en lezen ArtEZ Conservatorium Reinier Maliepaard
Nadere informatieEindexamen muziek havo 2005-I
4 Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. J.H. Schein - Wir gläuben all an einen Gott een kruis voor de twee lage c s per voorteken 2 unisono 3 Het al
Nadere informatie1.2 Maatwisseling, polyritmiek, polymetriek en hemiool
1 Inhoud 1 Maat en ritme 1.1 Onderwerpen uit C....2 1.2 Maatwisseling, polyritmiek, polymetriek en hemiool...2 2 Toonladders 2.1 Onderwerpen uit C....3 2.2 De pentatonische toonladder, hele toonstoonladder
Nadere informatieTips voor gehoortraining
Tips voor gehoortraining Doel Gehoortraining is nooit doel op zich, maar staat in dienst van je ontwikkeling tot musicus. Gehoortraining geeft daarvoor de noodzakelijke en fundamentele ondersteuning. Bij
Nadere informatieAlles over akkoorden en akkoordverbindingen. Klassieke Harmonieleer
Alles over akkoorden en akkoordverbindingen Klassieke Harmonieleer 1 INHOUD 1. INLEIDING 2. ALGEMENE BEGRIPPEN 2.1. INLEIDING. 2.2. TWEEKLANKEN. 2.2.1. Inleiding. 3 2.2.2. Overzicht van de enkelvoudige
Nadere informatieAlgemene Muziek Theorie 3de jaar
Algemene Muziek Theorie 3de jaar AMT M3-1 - Theorie A. HERHALING AMT M1 & 2... - 2-1. Hoofdakkoorden en nevenakkoorden; verbindingsregels.... - 2-2. Akkoordverloopschema.t... - 3-3. Harmoniseren van melodieën,
Nadere informatieVoor polyfone muziek bestaan er een aantal specifieke vormen. De belangrijkste daarvan zijn de canon en de fuga.
Polyfone muziek Inleiding Polyfonie is een Grieks woord dat letterlijk veel klank betekent. Het wordt gebruikt voor meerstemmige muziek waarbij elke stem zelfstandig is. Er is dus niet één melodie met
Nadere informatieDE REGELS VAN HET CONTRAPUNT
Dit boek leert je de beste melodieën schrijven volgens: DE REGELS VAN HET CONTRAPUNT samengesteld door Marco C. de Bruin www.lerencomponeren.nl INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... 4 INLEIDING... 5 Een korte historie...
Nadere informatiealgemene muziekleer voor het schriftelijke examen ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET C-EXAMEN
ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET C-EXAMEN 1 INHOUDSOPGAVE VOORTEKENS... 3 DE KWINTENCIRKEL... 4 DE KWINTENCIRKEL - HULP... 5 ARTICULATIE... 5 INTERVALLEN CONSONANT EN DISSONANT... 7 DE STAMTONEN EN DE MAJEUR-
Nadere informatieDe hele noot Deze noot duurt 4 tellen
HERHALING KLAS 1. In de eerste klas heb je geleerd hoe je een melodie of een ritme moet spelen. Een ritme is een stukje muziek dat je kunt klappen of op een trommel kunt spelen. Een ritme bestaat uit lange
Nadere informatieTHEORIE D. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,vierklank,grondtoon,leidtoon,mineur, majeur,modaal.
THEORIE D Wat moet je leren : Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,vierklank,grondtoon,leidtoon,mineur, majeur,modaal. De grote en kleine terts toonladders. Kerktoonladders : dorisch. De
Nadere informatieEEN SELECTIE UIT: Algemene Muziekleer. Ch.Hendrikx & L.Jakobs
EEN SELECTIE UIT: Algemene Muziekleer Ch.Hendrikx & L.Jakobs versie 2009 Inhoud Notatie... 2 Sleutels, hulplijnen,... 2 Octaafaanduiding... 3 Voortekens... 4 Notenwaarden en rusten... 8 Toonladders...
Nadere informatieSamenvatting Muziek Hoofdstuk 1 en 2
Samenvatting Muziek Hoofdstuk 1 en 2 Samenvatting door een scholier 1416 woorden 27 juli 2012 7,5 8 keer beoordeeld Vak Methode Muziek Muziek op maat Begrippen middeleeuwen: Bourdon: begeleidingsfiguur
Nadere informatieANTWOORDBLAD D-EXAMEN THEORIE 2017
ANTWOORDBLAD D-EXAMEN THEORIE 017 LUISTERVRAGEN Je hoort vier drieklanken. Geef aan of ze majeur, mineur, overmatig of verminderd zijn Punten 1 1. majeur mineur overmatig verminderd. majeur mineur overmatig
Nadere informatieWerkstuk door een scholier 1625 woorden 9 september keer beoordeeld
Werkstuk door een scholier 1625 woorden 9 september 2002 5 138 keer beoordeeld Vak Muziek Belangrijke gebeurtenissen in de Middeleeuwen: - In 1600 werd het gregoriaans verdrongen door de meerstemmige muziek.
Nadere informatieToelatingsexamen LUISTERVAARDIGHEDEN
ANTWOORDEN Toelatingsexamen blad Conservatorium Utrecht - Bmus-klassiek LUISTERVAARDIGHEDEN 206 OPDRACHT : omcirkel het voorgespeelde fragmentje A B 2A 2B A B 4A 4B OPDRACHT 2: geef de maatsoort van de
Nadere informatiesamengesteld bovenste cijfer is 4 of meer
Werkblad C Les 1 Naam:.. enkelvoudig bovenste cijfer is 2 of samengesteld bovenste cijfer is 4 of meer regelmatig onregelmatig 2-delig (binair) -delig (ternair) 2 2 2 2 4 8 2 4 8 4 4 4 6 6 12 4 2 8 4 8
Nadere informatieJosquin Desprez, begin van het Kyrie uit de Missa de Beata Virgine Josquin Desprez, beginning of the Kyrie from the Missa de Beata Virgine
Josquin Desprez, begin van het Kyrie uit de Missa de Beata Virgine Josquin Desprez, beginning of the Kyrie from the Missa de Beata Virgine 1 2 Martijn Hooning ANALYSE COLLEGE OPDRACHT 4
Nadere informatieEindexamen Muziek vwo 2002-I
3 Antwoordmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend. Josquin des Prez - Tu solus qui facis mirabilia 1 maat 6: een mol voor de e 2 parallel 3 per haak 1 4 A 5 stemparen
Nadere informatieEindexamen Muziek havo 2001-I
Eindexamen Muziek havo 00-I 3 Antwoordmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt punt toegekend. Anoniem Ic sach in enen rozengaerde Maximumscore 3 twee van de volgende: blokfluit; niet
Nadere informatieHennie Schouten HARMONIELEER. Oud-Hoofdleraar Amsterdamsch Conservatorium. Elfde druk
HARMONIELEER HARMONIELEER Boekbeschrijving De harmonieleer wordt door vele leerlingen als het moeilijkste muziek-theoretische vak beschouwd. Teneinde voor hen de weg zoveel mogelijk te effenen, is er in
Nadere informatieKempische Steenweg 400 3500 Hasselt Tel. : 011 27 84 60 www.musart.be. Basistheorie m.b.t. de toelatingsproeven voor het 4 e en 5 e jaar
Kempische Steenweg 400 3500 Hasselt Tel. : 011 27 84 60 www.musart.be Basistheorie m.b.t. de toelatingsproeven voor het 4 e en 5 e jaar 1. INTERVALLEN OF TOONAFSTANDEN 1.1. Inleiding De onderlinge verhouding
Nadere informatiePIETER BAKKER MUZIEKTHEORIE K U N S T E N W E T E N S C H A P
PIETER BAKKER MUZIEKTHEORIE K U N S T E N W E T E N S C H A P Overname slechts met toestemming van Stichting Kunst en Wetenschap Smidstraat 12 NL-8746 NG Schraard 2009 P.I. Bakker ISBN 978-90-79151-03-5
Nadere informatie2,5. Samenvatting door een scholier 1026 woorden 27 juli keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1026 woorden 27 juli 2012 2,5 7 keer beoordeeld Vak Methode Muziek Muziek op maat H1 middeleeuwen Nieuwe ontwikkelingen in de middeleeuwen - Muziek werd gespeeld in kerken
Nadere informatieKERKTOONSOORTEN. M.P. Slootweg
KERKTOONSOORTEN M.P. Slootweg Een octaaf bestaat uit 12 tonen, 7 op de witte toetsen en 5 op de zwarte toetsen. Tussen de tonen ligt steeds een halve toonsafstand (samen in totaal 6 hele toonsafstanden).
Nadere informatieEindexamen Muziek havo 2002-I
3 Antwoordmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend. T. Tomkins - Too much I once lamented 1 inzet 1: alt 1 inzet 3: sopraan 1 2 la-men-ted; ook goed: la-men-ted 3 parallel
Nadere informatieD-examen extra informatie
D-examen extra informatie Hieronder staan nog een aantal nieuwe onderwerpen bij het D-examen genoemd. Deze onderwerpen staan nog niet op de website van Muziekschool Oost-Gelderland. Intervallen groter
Nadere informatieAan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend.
3 Antwoordmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend. C. Monteverdi - Beatus vir 1 2 toonsoort: van majeur naar mineur 1 maatsoort: van tweedelig naar driedelig 1 3 één
Nadere informatieCadens, clausula en tirata in Bach s Sinfonia 1 (BWV 787)
Cadens, clausula en tirata in Bach s Sinfonia 1 (BWV 787) De Inventiones en Sinfoniae (BWV 772 801) van Johann Sebastian Bach, ook wel bekend als de twee en driestemmige inventies, bestaan uit 30 kleine
Nadere informatieMelodieën schrijven. Volgens het Contrapunt
Melodieën schrijven Volgens het Contrapunt VOORWOORD DOOR MARCO C. DE BRUIN Marco C. de Bruin is een componist die schrijft in een frisse mix van pop en jazz met een vleugje hedendaags. Zijn muziek is
Nadere informatieCorrectievoorschrift VWO. Muziek. Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak 2
Muziek Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 9 99 Tijdvak 2 9 CV22 Begin Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen
Nadere informatieMuziektheorie. Uitgave januari 2004. Tekst: DIRK VIAENE
Uitgave januari 2004 Tekst: DIRK VIAENE Inhoud 1 Inhoud 1 Inhoud... 1 2 Toonsysteem en toonnotatie...4 3 Tonaliteit en toonladders...5 3.1 Tonaliteit...5 3.2 Toonladders...5 3.2.1 Stamtoonladders...5 3.2.2
Nadere informatieALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET B-EXAMEN
ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET B-EXAMEN INHOUDSOPGAVE TEMPO AANDUIDINGEN... 3 INTERVALLEN... 4 MAATSOORTEN EN RITME TRIOLEN... 5 MAATSOORTEN EN RITME - SYNCOPEN... 6 MAATSOORTEN EN RITME - HET SWINGRITME...
Nadere informatieEindexamen Muziek havo 2003-I
3 Antwoordmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend. Silvia, mijn lief 1 cello/gamba 1 luit/gitaar 1 2 sopraan 1 tenor 1 3 per juiste regel 1 www. - 1 - 4 amineur Indien
Nadere informatieMuziektheorie-examen D
Muziektheorie-examen D 2016 In te vullen door de leerling Naam: In te vullen door de docent Aantal punten... Docent:.. Cijfer.. Instrument: Geslaagd: Ja / nee Het examen bestaat uit de volgende onderdelen:
Nadere informatieEindexamen muziek havo 2010 - I
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Josquin Desprez - Adieu mes Amours 1 maximumscore 1 tenor 2 maximumscore 1 luit ook goed: gitaar 3 maximumscore
Nadere informatieHarmonische Analyse. 3 Tentamens in 3 moeilijkheidsgraden. voor gevorderde studenten. door Rowy
Harmonische Analyse 3 Tentamens in 3 moeilijkheidsgraden voor gevorderde studenten door Rowy Harmonische Analyse Om de tentamens te kunnen maken, moet u in het bezit zijn van het album Content, dat bestaat
Nadere informatieAan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend.
Muziek havo 2-II 3 Antwoordmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt punt toegekend. Alfonso El Sabio Santa Maria, strela do dia unisono 2 de noot e 3 noten voorteken 2 4 maat 3, derde
Nadere informatieCorrectievoorschrift VWO. Muziek (oude stijl en nieuwe stijl) Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak 2
Muziek (oude stijl en nieuwe stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 20 02 Tijdvak 2 200029 CV34 Begin 1 Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld
Nadere informatie1643) 1. Introductie 2. Melodische aspecten 3. Belangrijke cadensen 4. Gebruikte toonvoorraad. Analyse door Stan Kuunders,
Canzon Terza G. Frescobaldi (1583-1643) 1643) Analyse door Stan Kuunders, www.degitarist.nl Index 1. Introductie 2. Melodische aspecten 3. Belangrijke cadensen 4. Gebruikte toonvoorraad Introductie G.
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGENBOEK. Naam:...
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGENBOEK L3 Naam:.... INHOUDSTABEL A. HERHALING GROTE EN KLEINE TERTSTOONLADDERS... 3 B. GROTE EN KLEINE TERTSTOONLADDERS MET # EN B... 4 C. DE KLEINE TERTSTOONLADDER
Nadere informatieToonhoogte. Toonaarden Groot of klein
Toonhoogte Een klank ontstaat door trilling. Een snaar, een riet, een trommelvel, wordt aan het trillen gebracht, en deze trilling doet ook luchtdeeltjes trillen, waardoor het geluid zich voortplant. Hoe
Nadere informatieMartijn Hooning FUGA
Martijn Hooning FUGA maart 2010 1 ALGEMEEN polyfonie en homofonie 3 polyfone technieken 5 tonaal contrapunt 10 canon en inventie 11 algemeen 16 1. het thema 16 2. de beantwoording 19 beantwoording van
Nadere informatieMuziek Theorie 1ste jaar
Muziek Theorie 1ste jaar 1 Theorie A. HERHALING ALGEMENE MUZIEKTHEORIE... 3 1. hoofd- en nevenakkoorden... 3 2. melodiebouw... 5 3. versieringsnoten... 5 4. letterakkoorden... 6 B. DE KWART-SIXT LIGGING...
Nadere informatieTHE LOST CHORD HARMONISEREN OP TOETSINSTRUMENTEN STEPHEN TAYLOR
THE LOST CHORD HARMONISEREN OP TOETSINSTRUMENTEN I STEPHEN TAYLOR The Lost Chord Seated one day at the organ, I was weary and ill at ease, And my fingers wander d idly Over the noisy keys; I know not
Nadere informatieEen cadens is een harmonische formule om een muzikale (deel)frase the beëindigen. We onderscheiden:
Cadensen Een cadens is een harmonische formule om een muzikale (deel)frase the beëindigen. We onderscheiden: de authentieke cadens (of heel slot): eindigt met V - I (dominant naar tonica); twee subtypen:
Nadere informatieBegintermen Basiscursus 1
Begintermen Basiscursus 1 noten kunnen lezen en benoemen in de vioolsleutel, met kruisen en mollen notenwaarden en rusten van hele t/m zestiende kunnen lezen en benoemen inzicht hebben in maatsoorten:
Nadere informatieMIDDELEEUWEN. 1. Algemeen 2. Gregoriaans 3. Ontwikkeling meerstemmigheid 4. Wereldlijke muziek 5. Instrumenten 6. Stijlkenmerken. 1.
MIDDELEEUWEN (UITTREKSEL DIGISCHOOL) 1. Algemeen 2. Gregoriaans 3. Ontwikkeling meerstemmigheid 4. Wereldlijke muziek 5. Instrumenten 6. Stijlkenmerken 1. Algemeen In de eerste eeuwen na Christus raakte
Nadere informatieEindexamen vwo muziek 2013-I
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. D. Milhaud - Le boeuf sur le toit 1 maximumscore 2 zestiende noten 1 (reine) kwart 1 2 maximumscore 1 klarinet
Nadere informatieVoorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Dinsdag 22 juni uur
Muziek Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak Dinsdag juni.0 6.00 uur 9 99 Opgavenboekje Examennummer... Naam... Dit examen bestaat uit 54 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven
Nadere informatieHARMONIELEER EDGARD VREULS EEN ANTHOLOGIE VAN DE HARMONISCHE ONTWIKKELINGEN DEEL 1: VAN BINCHOIS TOT PALESTRINA
EDGARD VREULS HARMONIELEER EEN ANTHOLOGIE VAN DE HARMONISCHE ONTWIKKELINGEN VAN 1400 TOT 1960 AAN DE HAND VAN EEN DERTIGTAL ANALYSES EN COMPOSITIE-OPDRACHTEN DEEL 1: VAN BINCHOIS TOT PALESTRINA Dit is
Nadere informatieEindexamen Muziek havo 2004-I
4 Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 punt toegekend. T. Susato - Pavane en Gaillarde La Donna 1 eerste zin: gamba( s); ook goed: (bas)vedel(s) 1 herhaling: blokfluit(en)
Nadere informatieAnalyse Door Stan Kuunders www.degitarist.nl
Analyse Door Stan Kuunders www.degitarist.nl Naam: Die Post Componist: F.P. Schubert (1797-1828) Toonsoort: B-groot Tijdens de analyse is o.a. rekening gehouden met: 1. Harmonie (grote lijnen, toonsoorten
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGEN BOEK L2 NAAM:... Hagelandse Academie voor Muziek en woord - AMV L 2 - Oefeningenboek p.
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGEN BOEK L2 NAAM:... Hagelandse Academie voor Muziek en woord - AMV L 2 - Oefeningenboek p. 1 Oefenblad 1 Wijzigingstekens 3-4 Oefenblad 2 Hele en halve
Nadere informatieNakijkblad. Analyse opdrachten Schumann Wiegenliedchen Beluister het stuk
Nakijkblad Analyse opdrachten Schumann Wiegenliedchen Beluister het stuk Eenvoudig 1. Wat is de maatsoort? weekwarts maat 2. Wat is de toonsoort? G-majeur 3. Wat is het tempo in een italiaanse aanduiding?
Nadere informatieEindexamen muziek havo I
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. W. A. Mozart - Symfonie nr. 40, Allegro assai 1 maximumscore 1 a b dynamiek piano forte bezetting deel van het
Nadere informatieImpressionisme. Wanneer? Kenmerken van muziek uit het impressionisme
Impressionisme Wanneer? Aan het einde van de negentiende eeuw lopen verschillende stijlen door elkaar. Je had de postromantiek in Duitsland, die verder gingen in romantische stijl met vooral Wagner als
Nadere informatie1. Het ritme wat ik voor ga spelen bestaat uit twee bouwstenen en extra halve noot. Schrijf de nummers van de goede bouwstenen op de juiste plek.
Werkblad B Les 1 Naam:. 1. Het ritme wat ik voor ga spelen bestaat uit twee bouwstenen en extra halve noot. Schrijf de nummers van de goede bouwstenen op de juiste plek.. Het ritme wat ik voor ga spelen
Nadere informatieToonaarden. Grote en kleine tertstoonladders
Toonaarden Grote en kleine tertstoonladders De meeste westerse muziek staat in een grote of een kleine toonaard. Die twee soorten toonaarden heb je al uitgebreid bekeken bij AMV. Even een herhaling. Er
Nadere informatieINHOUDSOPGAVE. Harmoniseren met I, IV en V in de toonsoort C Pagina 6. Harmoniseren met I, IV en V in de toonsoorten D, F en G Pagina 11
INHOUDSOPGAVE Voorwoord Pagina 2 De basis Pagina 3 Harmoniseren met I, IV en V in de toonsoort C Pagina 6 Harmoniseren met I, IV en V in de toonsoorten D, F en G Pagina 11 Harmoniseren met I t/m VI Pagina
Nadere informatieMUZIEK EN WISKUNDE: samen klinkt het goed! INTERVALLEN: KWINT EN OCTAAF
LES 1 INTERVALLEN: KWINT EN OCTAAF Basis notenleer We hebben 7 notennamen: do re mi fa- sol la si (-do) Deze notennamen kunnen we ook wel in letters weergeven: C D E F G A B (-C) Als we dan terug bij do
Nadere informatieCorrectievoorschrift VWO. Muziek (nieuwe stijl en oude stijl)
Muziek (nieuwe stijl en oude stijl) Correctievoorschrift VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs 20 03 Tijdvak 1 Inzenden scores Vul de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per school
Nadere informatieTHE LOST CHORD HARMONISEREN OP TOETSINSTRUMENTEN STEPHEN TAYLOR
THE LOST CHORD HARMONISEREN OP TOETSINSTRUMENTEN II STEPHEN TAYLOR The Lost Chord Seated one day at the organ, I was weary and ill at ease, And my fingers wander d idly Over the noisy keys; I know not
Nadere informatieBacktrackalgoritmen voor regelgebaseerde vierstemmige harmonisatie
Faculteit ngenieurswetenschappen akgroep Toegepaste Wiskunde en nformatica oorzitter: Prof. Guido anden Berghe Backtrackalgoritmen voor regelgebaseerde vierstemmige harmonisatie door Stéphanie anhove Promotor:
Nadere informatieEisen standaardpakket Algemene Theoretische vakken, klassiek
Eisen standaardpakket Algemene Theoretische vakken, klassiek SOLFÈGE A / B Solfège A: klassikaal a. het herkennen/noteren van een aantal intervallen, drie- en vierklanken (in functionele liggingen) met
Nadere informatieExamen HAVO. Muziek (nieuwe stijl en oude stijl)
Muziek (nieuwe stijl en oude stijl) Examen HAVO Vragenboekje Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Vrijdag 22 juni 14.00 16.30 uur 20 01 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen; het
Nadere informatieTheorie Groep 1. Dworp 2019 JAZZCURSUS 2019 THEORIE GROEP 1 1. Deze zomer verder nog: Popcursus augustus 2019
Theorie Groep 1 Dworp 2019 Deze zomer verder nog: Popcursus 25 30 augustus 2019 En in het najaar: Harmonie in Theorie (vanaf oktober 2019) Harmonie in de Praktijk Improvisatieworkshops Inleiding tot de
Nadere informatieImpressionisme. Wanneer? Kenmerken van muziek uit het impressionisme
Impressionisme Wanneer? Aan het einde van de negentiende eeuw lopen verschillende stijlen door elkaar. Je had de postromantiek in Duitsland, die verder gingen in romantische stijl met vooral Wagner als
Nadere informatieBegrippenlijst muziektheorie
Begrippenlijst muziektheorie Hieronder staat de begrippenlijst muziektheorie. De meeste begrippen worden uitgelegd in diverse video s op pabowijzer als onderdeel van het boek Nieuw Geluid. ISBN: 978 90
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. J. Haydn - Pianoconcert nr.
Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. Blok 1 J. Haydn - Pianoconcert nr. 11, Rondo 1 maximumscore 1 terrassendynamiek ook goed: echodynamiek 2 D 3 maximumscore 1 en
Nadere informatieDe opbouw van notenladders
De opbouw van notenladders Door Dirk Schut Voorwoord Iedereen kent de notennamen wel: a, bes, b, c, cis, d, es, e, f, fis, g en gis, maar wat stellen deze namen voor en waarom vinden we juist deze noten
Nadere informatieRUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK TWEE INTERVALLEN
RUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK TWEE INTERVALLEN Verwijzingen naar deze tekst graag als volgt: Rudolf Rasch, Nootzaken:
Nadere informatieRUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK VIER SEPTIEMAKKOORDEN
RUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK VIER SEPTIEMAKKOORDEN Verwijzingen naar deze tekst graag als volgt: Rudolf Rasch,
Nadere informatieEindexamen muziek vwo 2005-I
4 Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. G.F. Händel - Concerto grosso, opus 6 no. 8, deel 3 1 viool, viool, cello ook goed: viool, altviool, cello 2
Nadere informatiesample L E S 18 â. " % O O O O \ \ % O O O O . =75 Uit het fragment For Children :
Uit het fragment For Children : a) Noteer de maatcijfers b) oorstreep wat fout is: For Children bevat veel maatwisselingen c) Verklaar de dynamische tekens maatveranderingen F = forte (luid, sterk) accent,
Nadere informatieEindexamen muziek vwo 2006-I
4 Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. L. van Beethoven - Symfonie no. 4, deel 1 1 terts 2 per noot 1 3 1 hele orkest; ook goed: strijkinstrumenten,
Nadere informatieReflets dans l eau. Schematisch, met tonale centra: A B A B A Des As Des Es Des T D T S T (ook de totaalstructuur is plagaal!)
Reflets dans l eau We kiezen uit het rijke piano-oeuvre van Debussy de Image Reflets dans l eau, de eerste Image uit het eerste boek Images. Het is een sterk voorbeeld van impressionistische vaagheid,
Nadere informatieEen paar dingen over Renaissance-muziek die je zou moeten weten (het onderstaande 'ter herinnering' - je hebt ook aantgekeningen uit de lessen):
Een paar dingen over Renaissance-muziek die je zou moeten weten (het onderstaande 'ter herinnering' - je hebt ook aantgekeningen uit de lessen): Modi De muziek van de Zestiende Eeuw is nog niet tonaal
Nadere informatieEindexamen muziek havo 2007-I
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Twee liederen uit een Haarlems liedboek uit 1643 1 maximumscore 1 tweestemmig 2 maximumscore 1 a a b Opmerking:
Nadere informatieCorrectievoorschrift HAVO. Muziek (nieuwe stijl en oude stijl)
Muziek (nieuwe stijl en oude stijl) Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 0 0 Tijdvak Inzenden scores Uiterlijk op 30 mei de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per
Nadere informatiesample G = sol Let op volgende zaken:
Inhoud 1. de toonladder van do 4 2. de intervallen 9 3. de wondere wereld der drieklanken 11 4. diatonische harmonie 14 5. pentatonieken 18 6. de wonderbaarlijke geschiedenis van I, IV en V 22 7. wat kan
Nadere informatieRUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK ZEVEN MELODIE
RUDOLF RASCH MIJN WERK OP INTERNET, DEEL TWEE NOOTZAKEN BASISBEGRIPPEN UIT DE THEORIE VAN DE WESTERSE MUZIEK HOOFDSTUK ZEVEN MELODIE Verwijzingen naar deze tekst graag als volgt: Rudolf Rasch, Nootzaken:
Nadere informatieCorrectievoorschrift HAVO. Muziek (nieuwe stijl en oude stijl)
Muziek (nieuwe stijl en oude stijl) Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 03 Tijdvak 1 Inzenden scores Vul de scores van de alfabetisch eerste tien kandidaten per school in op
Nadere informatie, 7 traptreden (een septet heeft 7 spelers) Het octaaf is het interval tussen bijvoorbeeld een lage d en een hoge d, of een lage gis en een
De intervallen De afstand tussen twee tonen noem je een interval. Ze hebben eeuwenoude namen: prime, secunde, terts, kwart en kwint die afstammen van de Latijse rangtelwoorden (primus: eerste, secundus:
Nadere informatieEindexamen Muziek vwo 2004-I
4 Beoordelingsmodel J.P. Rameau - Les Indes Galantes, 4e acte, scène 6 1 fagot 2 3 4 twee van de volgende: gebruik van langere notenwaarden zachter gezongen deels op gelijke toonhoogte eerst alleen sopraan,
Nadere informatieVoor de beoordeling zijn de volgende passages van de artikelen 41, 41a en 42 van het Eindexamenbesluit van belang:
muziek Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 20 05 Tijdvak Het correctievoorschrift bestaat uit: Regels voor de beoordeling 2 Algemene regels 3 Vakspecifieke regels 4 Beoordelingsmodel
Nadere informatiefill $in stina n to syn sy c n o c pe opmaat opmaat motief riff
Eenfilliniseenstukjemaat,dattelkensinde4emaatgespeeldwordt. Defill9iniseenimprovisatievoordedrummerdiedandemaatvultmeteen leukerritmedanhetbasisritmedathijindevorigematenspeelde. Dikwijlswordenfill9insgeplaatstnetvoordeovergangvanstrofenaarhet
Nadere informatieAntwoordenboek. Algemene Muziekleer
Dia aal Antwoordenboek Algemene Muziekleer HAVO 2 HAVO Inhoud Hoofdstuk 1 Notenbalk en sleutel 3 Hoofdstuk 2 Noten en rusten 4 Hoofdstuk 3 Intervallen 5 Hoofdstuk 4 Diatonische reeksen 6 Hoofdstuk 5 Tempo
Nadere informatieRENAISSANCE. 1. Algemeen 2. Franco-Vlaamse school 3. Venetiaanse School 4. Geestelijke muziek 5. Wereldlijke muziek 6. Instrumenten 7.
RENAISSANCE (UITTREKSEL DIGISCHOOL) 1. Algemeen 2. Franco-Vlaamse school 3. Venetiaanse School 4. Geestelijke muziek 5. Wereldlijke muziek 6. Instrumenten 7. Stijlkenmerken 1. Algemeen De term "Renaissance"
Nadere informatieCorrectievoorschrift HAVO. Muziek (nieuwe stijl en oude stijl) Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Tijdvak 2
Muziek (nieuwe stijl en oude stijl) Correctievoorschrift HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs 2 Tijdvak 2 2 CV29 Begin Regels voor de beoordeling Het werk van de kandidaten wordt beoordeeld met inachtneming
Nadere informatieKERKTOONSOORTEN Rien Slootweg
KERKTOONSOORTEN Rien Slootweg Een octaaf bestaat op piano en orgel uit 12 tonen, 7 op de witte toetsen en 5 op de zwarte toetsen. Tussen de tonen ligt steeds een halve toonsafstand (samen in totaal 6 hele
Nadere informatieEindexamen havo muziek 2013-I
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend. Andrew Lloyd Webber - Evita, Rainbow High 1 maximumscore 1 2e gedeelte: regel 3 3e gedeelte: regel 5 4e gedeelte:
Nadere informatieTheorie groep 1. Jazzcursus
Theorie groep 1 Jazzcursus DWORP 2017 Deze zomer verder nog: Popcursus 20 25 augustus En in het najaar: Harmonie in Theorie (vanaf oktober 2017) Harmonie in de Praktijk Improvisatieworkshops Inleiding
Nadere informatieSolmiseren over methodiek in het theorieonderwijs: Interview met Jaap Zwart
Solmiseren over methodiek in het theorieonderwijs: Interview met Jaap Zwart suzanne konings Veel theoriecenten zullen de situatie herkennen dat zij in hun solfègeklas studenten krijgen die al meerdere
Nadere informatie