Verkenning CO 2 -neutrale gastoekomst

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verkenning CO 2 -neutrale gastoekomst"

Transcriptie

1 C nul 2 Verkenning CO 2 -neutrale gastoekomst Een transitie-oplossing met CO 2 -neutraal gas, door een combinatie van groen gas en gas met CO 2 -afvang In opdracht van GasTerra en Gasunie,14 juni 2016

2 Samenvatting en conclusies (1/2) Met een combinatie van groen gas in de gebouwde omgeving en niet-industriële sectoren, en gas-ccs in de industrie en gascentrales, kan in 2050 (zonder import van biomassa) een bijna CO 2 -neutrale energievoorziening worden gehaald (met een CO 2 -reductie van ca. 96% ten opzichte van 1990). Dit kan met beperkte investeringen in de energie-infrastructuur, met flexibiliteit aan opties voor elektrificatie, warmtenetten en hybride warmtepompen. Met dezelfde combinatie en een grotere inzet van groen gas uit geïmporteerde biomassa, kan een volledig CO 2 -neutrale (100% reductie) energievoorziening worden gehaald in Vermoed wordt dat dit ook kan met minder biomassa-import en meer andere opties zoals extra industriële energiebesparing en/of nieuwe CCS technieken zoals kleinschalige CCS of pre-combustion CCS. Zowel op korte als op lange termijn valt groen gas en gas-ccs binnen de kostenrange van de uitrol van sommige intermitterende duurzame bronnen, zoals wind op zee en thermische zonneenergie. Hiermee is duurzaam gas dus een reële en belangrijke transitie-oplossing, ook in synergie met de intermitterende duurzame bronnen en andere transitie-oplossingen. Daarnaast is groen gas de belangrijkste duurzame energiedrager die kostenefficiënt vraagpieken opvangt en tekorten in andere bronnen aanvult. Dat is vooral belangrijk op seizoensbasis, waarvoor in Nederland geen andere kosteneffectieve opslag voorhanden is. De inzet van groen gas biedt een oplossing voor de winterse warmtevraag die anders moeilijk te dekken is uit intermitterende duurzame bronnen zoals wind en zon. Dat biedt belangrijke leveringszekerheid - ook op langere termijn - temeer al het groene gas in Nederland zelf kan worden geproduceerd. Naast leveringszekerheid biedt deze (transitie)-oplossing optionaliteit en diversiteit in de gebouwde omgeving: met dezelfde hoeveelheid groen gas kan een emissievrije toekomst tot stand komen met een mix in diverse verhoudingen van warmtenetten, elektrische warmtepompen en hybride warmtepompen, met optimalisatie van infrastructuur op lokale omstandigheden.

3 Samenvatting en conclusies (2/2) Door de optionaliteit die ontstaat door de verschillende inzetmogelijkheden van groen gas en de flexibiliteit wat betreft infrastructuur kan de transitie beter betaalbaar worden. Groen gas kan immers andere energiedragers aanvullen en maakt gebruik van bestaande opslag- en transportinfrastructuur. Investeringen in productie en transportinfrastructuur van andere duurzame oplossingen kunnen zo geoptimaliseerd worden. Om de energietransitie te versnellen, is CCS in de industrie en bij gascentrales op korte termijn haalbaar als transitie-oplossing. Bovendien hoeft bij gas-ccs (in vergelijking met kolen) minder CO 2 opgeslagen te worden, waardoor we langer doen met opslag in gasvelden op de Noordzee. De combinatie van groen gas en CO 2 -afvang levert mogelijk ook negatieve emissies. Dat kan al vrij snel beginnen, bijvoorbeeld door kleinschalige afvang bij vergistingsinstallaties. Met negatieve emissies ontstaat de optie om te compenseren voor moeilijk te verduurzamen sectoren (bijv. sommige transportsectoren) of het inlopen van achterstanden in CO 2 -reductie (carbon debt). Om de implementatie van een transitie-oplossing met groen gas en CCS te laten slagen is ontwikkeling op verschillende fronten nodig: onder andere de logistieke professionalisering van reststromen, de ontwikkeling van aquatische biomassa, verdere ontwikkeling van diverse CCSopties en financieringsmodellen voor CCS in industrie. Aanbevolen wordt om de scenarioschets verder kwantitatief uit te werken met uitwerking van kosten, betaalbaarheid en leveringszekerheid, en daarbij de situatie in de industrie meer te detailleren qua mix van maatregelen (energiebesparing, CCS en groen gas). Daarnaast verdienen de logistiek van groen gas productie en de verdere ontwikkeling van CCS, gericht op de doelmatige realisering van het grote potentieel, aandacht.

4 Inhoud Aanleiding en doel van deze studie 5 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel 8 CO 2 -afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel 20 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst 32 Conclusies 42 Benodigde ontwikkelingsstappen 47 Geraadpleegde experts en literatuur 55 Bijlage: uitganspunten scenarioschets; lijst TRL-niveaus 60 4

5 5 1 Aanleiding en doel van deze studie

6 Aanleiding en doel De rol van gas in een CO 2 -neutrale energietoekomst De transitie naar een duurzame energievoorziening is dynamisch en onvoorspelbaar. Hoewel in de meeste energiescenario s dezelfde robuuste elementen terugkomen, zoals de toenemende rol van duurzame bronnen en decentrale opwekking, bestaat nog veel onzekerheid over de exacte invulling van de energiemix in Toch wordt door veel partijen momenteel hard gewerkt aan een CO 2 -neutrale energietoekomst. Dit proces is niet alleen een technologische uitdaging: er moet ook rekening worden gehouden met de maatschappelijke en economische haalbaarheid van verschillende duurzame bronnen en de inpassing hiervan in onze infrastructuur. Veel duurzame bronnen zijn immers nog duur of vragen om grote aanpassingen, zowel aan ons energiesysteem als in ons gedrag. Het bereiken van een CO 2 -neutraal 2050 is een complexe opgave, waarbij de inzet van alleen duurzame elektriciteit en energiebesparing waarschijnlijk niet genoeg is. Bovendien zijn er snelle, transitiegerichte oplossingen nodig om de gevolgen van klimaatverandering op korte(re) termijn tegen te gaan. Deze transitierol kan worden ingevuld door een duurzame gasvoorziening. Gas als CO 2 -neutrale energiedrager kan een belangrijke rol spelen als toevoeging op de huidige ontwikkelingen in duurzame energie, als transitie-oplossing en op langere termijn. Nederland is van oorsprong immers een land waar de gasinfrastructuur uitstekend is vormgegeven. Wanneer we voortbouwen op deze infrastructuur en de mogelijkheid van gas als CO 2 -neutrale energiedrager verkennen en ontwikkelen, kan een duurzame energietoekomst mogelijk worden versneld en verbreed. 6

7 Aanleiding en doel In deze verkenning: een schets van de rol van gas als CO 2 -neutrale energiedrager via twee routes Deze verkenning geeft een eindschets weer van de mogelijke rol van gas als CO 2 -neutrale energiedrager in 2050, met als doel een mogelijke versnelling te realiseren in de transitie naar een duurzame energietoekomst. In deze verkenning wordt gas dus voornamelijk als transitie-oplossing verkend, als aanvulling op de reeds bestaande ontwikkelingen op het gebied van duurzame energie (zoals wind op zee en zon-pv). Wanneer we als maatschappij zo snel mogelijk de CO 2 - uitstoot willen verlagen, dienen we immers alle mogelijke opties hierin mee te nemen. Bij een CO 2 -neutraal beeld van gas in 2050 is een combinatie van twee routes essentieel: De groen gas route met aandacht voor de verschillende technische mogelijkheden, het verwachte biomassapotentieel en de gewenste infrastructuur. De CO 2 -afvang route met aandacht voor de verschillende technische mogelijkheden, kansrijke opties en toepassingsrijke sectoren. Deze verkenning laat allereerst de mogelijkheden en ontwikkelingen van bovenstaande routes zien. Vervolgens wordt in het eindbeeld een energiemix geschetst waarbij de rol van gas CO 2 - neutraal is ingevuld. Uiteraard is dit beeld aangevuld met een verdeling van andere duurzame bronnen die nodig zijn om een volledig CO 2 -neutrale energietoekomst te realiseren. Voor de verdere ontwikkelingen van groen gas en CO 2 -afvang die nodig zijn om tot de geschetste invulling in de energiemix van 2050 te komen wordt een doorkijk gegeven van de benodigde stappen. 7

8 8 2 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel

9 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel De ontwikkeling van groen gas kent verschillende routes Verbranding warmte Warmtenet Natte biomassa Vergisting biogas WKK elektriciteit Elektriciteitsnet Mest (rund, kip, varken), gras, stortgas, zeewier, GFT, energiegewassen, afvalwater Opwerking groen gas Gasnet Chemie (feedstock) Droge biomassa Hout, zaagsel, riet Vergassing syngas Verbranding WKK warmte elektriciteit Warmtenet Elektriciteitsnet Methanisering groen gas Gasnet Overzicht van groen gas route in versimpelde weergave 9

10 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Momenteel is vergisting van natte biomassa de meest gangbare route, waarbij biogas wordt opgewerkt tot groen gas Verbranding warmte Warmtenet Natte biomassa Vergisting biogas WKK elektriciteit Elektriciteitsnet Mest (rund, kip, varken), gras, stortgas, zeewier, GFT, energiegewassen, afvalwater Opwerking groen gas Gasnet Chemie (feedstock) Droge biomassa Hout, zaagsel, riet Vergassing syngas Verbranding WKK warmte elektriciteit Warmtenet Elektriciteitsnet Methanisering groen gas Gasnet Overzicht van groen gas route in versimpelde weergave 10

11 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Voor vergisting zijn verschillende technische mogelijkheden, waarvan In Nederland co-vergisting het meest wordt toegepast Vergistingsmethode Werkwijze TRL* Soort biomassa Co-vergisting Monovergisting (allesvergisting) Droogvergisting Hogedrukvergisting Vergisting van mest met een coproduct (bijv. uit land- of tuinbouw of voedingsmiddelenindustrie) Vergisting van een enkele reststroom, zonder co-producten Vergisting door toevoeging van water aan stromen met een droge stofgehalte van 25-45% Vergistingsproces onder hoge druk (20-50 bar). Deze druk wordt vervolgens gebruikt voor opwerking tot groen gas 9 Voornamelijk mest met coproducten 9 Voornamelijk rioolslib, GFT, mest, maïs en VGI 7-8 Droge stromen, zoals stapelbare biomassa uit land- en tuinbouw en grassoorten 7-8 Afvalwater, zuiveringsslib, reststromen van de landbouw en voedingsmiddelenindustrie. Vergisting is een beproefde methode voor de productie van CO 2 -vrij gas met behulp van reststromen. Bovendien worden hierdoor methaanemissies vermeden. Vergisting van nieuwe reststromen bied kansen om het beschikbare biomassapotentieel aanzienlijk te vergroten. De meest toegepaste vormen in Nederland zijn co-vergisting van mest met restproducten (~100 installaties) en monovergisting van slib bij rioolwaterzuiveringsinstallaties (~100 installaties). Het aantal industriële (VGI) en GFT-(mono)vergisters ligt ieder rond de 10. Sterk stijgende handelsprijzen van co-producten versterken de zoektocht naar de inzet van goedkopere biomassastromen (zoals grassen, via droogvergisting) en naar mestmonovergisting. Bronnen: RVO website, van Dorp (2013), TKI Gas (2015) * Eigen inschatting o.b.v. gesprekken en geraadpleegde bronnen 11

12 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Het potentieel van biomassa uit vergisting in Nederland wordt geschat op 2,4 BCM in 2030, met eventuele uitbreiding door benutting zeewier Mln Nm³ groen gas Zeewier Stortgas Gras AWZI RWZI VGI Energiegewassen Kippenmest Varkensmest Rundermest GFT De Routekaart Hernieuwbaar Gas laat zien dat van de huidige hoeveelheid biomassa die wordt verzameld minder dan 0,5 BCM groen gas wordt gemaakt, voornamelijk uit de voedingsen genotsmiddelenindustrie. In 2030 kan dit volgens ECN bijna vervijfvoudigen naar 2,4 BCM groen gas (75 PJ). Het grootst deel daarvan komt uit rundermest. Daarnaast neemt ook zeewier (aquatische biomassa) een belangrijke vlucht. Hoewel de aantallen hiervoor onzeker zijn - deels afhankelijk van de verdere ontwikkeling van offshore windparken - wordt dit potentieel geschat op 5 BCM (160 PJ) in Dat zou betekenen dat het totale vergistingspotentieel in Nederland kan oplopen tot 6,9 BCM in 2030 (219 PJ). Hiervoor zijn wel de nodige innovatieinspanningen noodzakelijk; dit kan heel goed synergetisch zijn aan off-shore wind Bronnen: De Gemeynt et al. (2014), Reith (2006) Met deze aannames wordt het technisch en logistiek potentieel al volledig benut, wat inhoudt dat het aandeel tot 2050 niet veel verder zal stijgen. 12

13 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel De ontwikkeling van aquatische biomassa geïntegreerd met offshore windparken is kansrijk Omdat offshore windparken geen scheepvaart toelaten, zijn windparkoppervlakken uitermate geschikt voor de grootschalige teelt van zeewieren en andere aquacultuur. Met de groei van het aantal windparken op zee in Nederland neemt dus ook de potentie van de kweek van zeewier toe. Zeewier is een vorm van biomassa die zich gemakkelijk laat vergisten door het lage ligninegehalte, waarmee aquatische biomassa op lange termijn een belangrijke bijdrage kan leveren aan het binnenlandse biomassa aandeel voor de inzet van groen gas. Uit de Nederlandse ambitie voor wind op zee kan in 2050 ruim 5000 km 2 aan grootschalige teelt van zeewieren plaatsvinden, geïntegreerd met offshore windturbineparken. Op dit areaal kan 25 miljoen ton droge stof aan aquatische biomassa worden geproduceerd. De conversie van zeewierenbiomassa kan daarmee tot 160 PJ aan hernieuwbare gasvormige energiedragers leveren. Bronnen: Reith (2006), De Gemeynt (2014) 13

14 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Vergassing kan in potentie de mogelijkheden van duurzaam aardgas verruimen, maar behoeft verdere ontwikkeling Vergassen is een thermisch proces waarbij biomassa (bijv. hout, snoeiafval of gemaaid gras) onder lage of hoge temperatuur en druk (afhankelijk van de gekozen technologie) wordt omgezet in een bruikbaar gas. Hieruit ontstaat synthesegas, een mengsel van koolmonoxide (CO) en waterstof (H 2 ), dat via methanisering kan worden omgezet in aardgas. Met vergassing kan in tegenstelling tot vergisting snel en grootschalig gas (bio-sng) worden geproduceerd. Vergassing van biomassa is nog geen volledig ontwikkelde technologie. Demo-installaties in Zweden en Nederland* (TRL ~8) laten zien dat de grootschalige omzetting van biomassa naar groen gas wel al mogelijk is, met een hoog rendement. Ook in Oostenrijk, Zweden en Frankrijk wordt hier veel mee geëxperimenteerd. Het synthesegas dat bij vergassing wordt geproduceerd is voor meerdere toepassingen bruikbaar. Voor het opwekken van elektriciteit via gasturbines of warmtekrachtkoppeling, voor het maken van biodiesel of andere vloeibare transportbrandstoffen of voor het omzetten in groen gas voor het gasnet. Bronnen: Aranda et al. (2014), Bahlmann & van Wingerden (2011), gesprek ECN * Demo-installatie MILENA in Alkmaar van ECN wordt momenteel ontworpen 14

15 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Grootschalige vergassing is vooral belangrijk samen met import van biomassa Vergassing kan synthesegas produceren uit verschillende soorten (droge) biomassa. Zo werkte de testinstallatie in Petten onder meer op hout, sloophout, rijstkaf en sojastelen. Stichting Probos geeft aan dat het lange termijn potentieel voor (houtige) biomassa uit Nederlandse reststromen in 2050 neerkomt op (slechts) 40 PJ. Koppejan (2009) berekent het totale biomassapotentieel (vast en vloeibare biomassa) voor energie op 144 PJ in 2020, exclusief het zeewierpotentieel, met een relatief klein aandeel droge biomassa. De beschikbaarheid van droge biomassa in Nederland is al met al relatief klein; grootschalige vergassing is dan ook niet mogelijk zonder import van biomassa of productie van groen gas ten behoeve van Nederland in het buitenland. Een indicatie voor het mogelijke aanbod voor/in Nederland inclusief import kan worden afgeleid uit een mondiale schatting die het PBL heeft gedaan voor biomassastromen. Dit potentieel wordt geschat op 300 tot 800 PJ ruwe biomassa, wat neerkomt op 8,6-22,7 BCM/jaar (wanneer alle beschikbare biomassa wordt ingezet voor de productie van groen gas). 12,0 Potentieel voor vaste biomassa in Nederland volgens Probos (in PJ) Potentieel (in PJ) 10,0 8,0 6,0 4,0 2, ,0 Bos Landschap Teelt Bebouwde omgeving Vers resthout Droog resthout Gebruikt hout Riet Gras (natuur en berm) Heide Bronnen: Boosten & Oldenburger (2014), Koppejan et al. (2009), Lensink (2013), Ros & Prins (2013) 15

16 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Groen gas blijft in verschillende technische methoden duurder dan aardgas Huidige kostprijs van gas ( /GJ) 7 Marktprijs aardgas 2014* Vergassing** (Co)-vergisting 14 GFT-vergisting Kapitaallasten en operationele kosten Grondstofkosten 3 Stortgas In bovenstaande grafiek zijn voor een aantal technieken de kosten van de productie van groen gas weergegeven. De kosten van vergisting zijn onderverdeeld in co-vergisting, GFT-vergisting, stortgas en RWZI (momenteel de meest dominante methoden). Co-vergisting telt doorgaans hoge biomassakosten, vanwege de (stijgende) kosten van het cosubstraat. Deze grondstofkosten zijn bij GFT-vergisting niet van toepassing. Andere (toekomstig interessante) vergistingsmethoden, zoals mestmonovergisting, kennen vooral hogere investerings- en operationele kosten (momenteel een factor 3 á 4 ten opzicht van co-vergisters). Het grootste deel van de kosten van vergassing bestaan uit de kostprijs van biomassa. Daarnaast zullen ook de kapitaallasten in 2050 nog een groot deel in beslag nemen. 1 RWZI * Uit Nationale Energieverkenning 2015 ** Te verwachten prijs in 2050 (PBL, 2016) De huidige kostprijs van vergisting zal naar verwachting tot 2050 (licht) dalen m.b.t. kapitaallasten. De totaalkosten blijven echter in veel gevallen afhankelijk van de prijs van biomassa. Berekening op basis van Ros & Schure (2016), PwC (2012), Aranda (2014) 16

17 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Maar op lange termijn vallen groen gas en CO 2 -afvang binnen de kostenrange van duurzame alternatieven, zoals wind op zee per ton vermeden CO2 ten opzichte van aardgas Uit bovenstaande figuur blijkt dat de prijs per vermeden ton CO 2 van groen gas in dezelfde orde van grootte ligt als CO 2 -reductie bij elektriciteitscentrales, en goedkoper is (en blijft) dan duurzame alternatieven zoals thermische zonne-energie en wind op zee. Ook CO2-afvang kan worden gezien als relevant alternatief: CCS bij elektriciteitsproductie blijkt in vergelijking met fossiel aardgas niet duurder dan veel andere duurzame bronnen. Hierbij is het op middellange termijn zinvol om uit te gaan van pre-combustion CCS bij centrales, omdat deze techniek minder gevoelig is voor bedrijfstijd (zie p. 53). Alleen CO 2 reductie door wind op land is fors goedkoper dan CCS bij elektriciteitscentrales. Eigen berekeningen op basis van verwachte kosten volgens EIA (2015), PwC (2015) en Ros & Schure (2016) Bovenstaande grafiek laat de kosten per vermeden ton CO 2 zien bij elektriciteitsproductie (waarbij duurzame alternatieven worden vergeleken met een elektriciteitscentrale op aardgas zonder CCS) en de kosten per ton vermeden CO 2 van gas voor andere verbruiksdoeleinden. Hierbij is groen gas vergeleken met aardgas.

18 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel De productieketen van vergisting lijkt met centrale inrichting interessant; hiervoor zijn wel logistieke aanpassingen nodig Wanneer biogas tot groen gas wordt opgewerkt, dienen keuzes gemaakt te worden over de logistieke indeling van de productieketen. Vergisting tot biogas en opwaardering tot groen gas kunnen immers beide zowel centraal als decentraal plaatsvinden. Biomassa kan centraal of decentraal worden vergist. Momenteel vindt vergisting doorgaans decentraal plaats, op locatie van de boer, zodat de biomassa niet vervoerd hoeft te worden. De keuze voor centrale vergisting geeft echter schaalvoordelen, zorgt vaak voor een professionelere werkwijze en beperkt het aantal opwaarderingslocaties, waarmee kosten worden bespaard. Bij deze optie zijn de kosten voor transport van biomassa echter wel hoger (centralisering is dan ook het meest interessant voor stromen waar de transportkosten doorgaans lager zijn, zoals bij droogvergisting). Bij de vergisting van biomassa komt naast groen gas vaak ook CO2 vrij. Het afvangen van deze CO2 bij de vergistingsinstallatie is gunstig voor invoeding in het gasnet en uiteraard worden zo ook CO2-emissies vermeden of zelfs negatief (aangezien de koolstof uit biomassa komt). Hiervoor zijn nieuwe kleinschalige afvangtechnieken (zoals CarbonOrO, zie slide 24) belangrijk. Biomassa Biomassa Centrale vergister Centrale opwerkinstallatie g a s n e t Biomassa Bronnen: PwC (2012), gesprek Gasunie & Groen Gas Nederland, gesprek CarbonOrO 18

19 Groen gas: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Groen gas kan worden ingevoed op het gasnet, met mogelijkheden van opslag en in combinatie met CCS ook negatieve CO2-emissies Voor zowel biogas uit vergisting als synthesegas uit vergassing gelden verschillende afzetroutes. Het gas kan worden verbrand via gasturbines of WKK s voor elektriciteit en warmte, worden omgezet in brandstoffen, of worden opgewerkt tot groen gas. Bio-SNG kan daarnaast als grondstof dienen voor de chemische industrie. Hoewel biogas in Nederland nog veel wordt ingezet voor groene stroom d.m.v. WKK s, lijkt de opwerking tot groen gas een voordeligere keuze. Dit omdat restwarmte uit WKK s vaak niet optimaal kan worden benut, terwijl groen gas na opwaardering op dezelfde wijze kan worden opgeslagen en afgezet in de markt als het huidige aardgas. Bovendien kan groen gas in combinatie met (centrale) CCS opereren, wat kostenefficiënt is en op termijn voor negatieve CO2-emissies kan zorgen. Invoeding van groen gas kan via het landelijke RTL-net van GTS of via de netten van de lokale netbeheerders. De laatste variant heeft momenteel vaak de voorkeur, omdat het gas niet op hoge druk (> 40 bar) hoeft te worden gebracht, waardoor exploitatiekosten lager zijn. Deze variant is echter niet toereikend wanneer de afzetcapaciteit van het RNB-net vol raakt (in de huidige situatie sporadisch in zomermaanden). Het groen gas moet dan worden afgefakkeld. Deze situatie kan worden voorkomen m.b.v. een gasbooster, dat het overtollige groen gas opwaardeert tot hoge druk en overzet in het RTLnet, waar een grotere afzetcapaciteit beschikbaar is. Gasvraag Groen gas productie Winter Zomer Bronnen: PwC (2012), Enxis (2015), gesprek Gasunie & Groen Gas Nederland 19

20 20 3 CO 2 -afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel

21 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Voor CO 2 -afvang zijn verschillende technieken beschikbaar Bij CO 2 -afvang zit de grootste uitdaging in het scheiden van CO 2 van andere stoffen, zoals stikstof (N 2 ). Hiervoor zijn verschillende methoden beschikbaar, van klassieke (bestaande) technieken tot opkomende technieken. Klassieke technieken voor CO 2 -afvang: Post-combustion capture, waarbij CO 2 wordt afgevangen nadat de brandstof is verbrand. Het proces is gericht op het scheiden van CO 2 van andere stoffen (zoals H 2 O en N 2 ) uit de uitlaatgassen. Pre-combustion capture, waarbij voordat er verbranding plaatsvindt, de brandstof wordt omgezet naar waterstof (H 2 ) en CO 2. De CO 2 wordt afgevangen en de waterstof wordt verbrand. Oxy-fuel combustion, waarbij aardgas wordt verbrand, maar met puur zuurstof zodat er geen stikstof (N 2 ) in de uitlaatgassen zit en CO 2 alleen nog gescheiden hoeft te worden van water. Opkomende technieken voor CO 2 -afvang: Chemical looping combustion, waarbij twee reacties plaatsvinden. Eerst wordt een metaaloxide gevormd en daarna wordt de brandstof verbrand waarbij de zuurstof van de metaaloxides wordt gebruikt. Hierdoor ontstaat geen stikstof (N 2 ). Brandstofcellen (SOFC), waarbij zuurstof uit de lucht door een elektrolyt gaat, waardoor geen stikstof in de uitlaatgassen zit. Wel zit er vaak nog brandstof, die niet verbrand is, in de uitlaatgassen. Vrijwel alle huidige methodes zorgen voor een CO 2 -afvang van zo n 85%-90%. Hogere afvangpercentages zijn mogelijk, maar vaak kost dit veel energie. Chemical looping zorgt voor 100% CO 2 -afvang, bij SOFC is afvang van 90% mogelijk. Bronnen: SBC Energy Institute (2012), gesprek Fluor,, Ecofys (2014), Adanez et al. (2012) 21

22 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Niet alle technieken zijn rijp om op de markt te worden gebracht CCS techniek TRL* Eerste projecten vanaf Post-combustion 9 Heden Verbeterde post-combustion Pre-combustion 8 Heden Oxy-fuel Chemical looping combustion (CLC) 4 >2025 Brandstofcel (SOFC) 4 >2025 Post-combustion is een beproefd concept dat al wordt toegepast op centrales t/m 250 MW. Geavanceerdere post-combustion technieken zijn nog in ontwikkeling. Ook pre-combustion is vergevorderd. Deze techniek wordt in de procesindustrie al toegepast en in sommige gevallen op kleine elektriciteitscentrales. Als Oxy-fuel competitief wordt, kunnen projecten worden verwacht rond Chemical looping combustion zit nog in de wetenschappelijke onderzoeksfase. Er zijn wel wat prototypes gebouwd die het concept bewijzen, maar dit zijn modellen op kleine schaal. Dat geldt ook voor brandstofcellen. De Solid Oxyde Fuel Cell (SOFC) draait rechtsreeks op gas en kan ook voor CCS worden gebruikt, omdat daarin de brandstof en lucht gescheiden blijven. Dit is echter nog niet op grote schaal getest. Het proces van opslaan van CO 2 viel buiten de scope van deze studie. Opslaan van CO2 in lege olie- en gasvelden is een welbekend proces in de olie-en gasindustrie. De publieke voorkeur is thans, om opslagvelden op de Noordzee te gebruiken. In verband met de beperkte omvang daarvan is gas-ccs dan gunstiger dan kolen-ccs: we doen dan langer met deze opslagvelden. * Eigen inschatting o.b.v. gesprekken en genoemde bronnen Inventarisatie op basis van verschillende bronnen en interviews met experts 22

23 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Post-combustion capture is een simpele en beproefde methode Post-combustion capture is tot op heden de meest voor de hand liggende techniek. Bij Post-combustion capture wordt brandstof eerst met lucht verbrand. Daarna wordt de CO 2 afgescheiden uit de uitlaatgassen. Meestal gaat dat als volgt: de uitlaatgassen worden vermengd met een middel dat CO 2 absorbeert (vaak amines). Daarna wordt dit middel, inclusief de CO 2, uit de uitlaatgassen gehaald en verwarmd, zodat de CO 2 weer loslaat. Deze CO 2 kan dan worden gebruikt of opgeslagen. Het verbanden van het absorptiemiddel is de grootste energieverbruiker in dit proces. Post-combustion capture is een beproefd concept dat in de jaren tachtig al werd toegepast op elektriciteitscentrales, maar is nog steeds volop in ontwikkeling (voornamelijk m.b.t. verminderen van energiegebruik). De techniek is de afgelopen jaren sterk verbeterd en kan relatief eenvoudig worden geïnstalleerd. Wel is er nog weinig ervaring met het installeren van post-combustion capture technieken op elektriciteitscentrales van 1 MW en hoger, maar dit vormt technologisch gezien geen uitdaging. Bronnen: SBC Energy Institute (2012) 23

24 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Voorbeeld van ontwikkelingen verbeterde post-combustion capture (kleinschalige en energiezuiniger CO 2 -afvang) Hoewel de basis van post-combustion capture een redelijk beproefd concept is, zijn er nog steeds veel ontwikkelingen op dit gebied. Een goed voorbeeld daarvan is CarbonOrO. CarbonOrO heeft een nieuwe post-combustion techniek ontwikkelt die zorgt voor een verminderd energiegebruik. Bij conventionele post-combustion installaties is veel warmte benodigd om de CO 2 weer los te maken van de amines. Bij het CarbonOrO concept is de benodigde temperatuur voor het losmaken van de CO 2 veel lager (zo n 70 C). Dit zorgt er niet alleen voor dat er minder energie (warmte) vereist is, maar ook dat de warmte die hiervoor wordt gebruikt geen hoge temperatuur hoeft te hebben. Aangezien vrijwel alle chemische bedrijven restwarmte hebben van lage temperatuur (tot 100 C) kan deze worden restwarmte worden ingezet als warmtebron die benodigd is voor CO 2 -afvang. Deze restwarmte kan gelden als CO 2 -vrije energiebron, omdat het anders geloosd of weggekoeld zou worden. Hierdoor kost deze technologie effectief minder energie dan veel andere CCS oplossingen. De technieken van CarbonOrO worden momenteel nog niet op grote schaal ingezet. Deze technieken worden momenteel vooral geschikt gemaakt voor kleinere industriële bedrijven. Installaties van CarbonOrO worden nu al ingezet bij kleine bedrijven die van biogas groen gas willen maken voor invoeding in het gasnet. Dit zorgt voor negatieve emissies doordat bij een al CO 2 -neutrale brandstof (biomassa) nog CO 2 wordt afgevangen. Bronnen: Interview CarbonOrO 24

25 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Pre-combustion capture is een geavanceerde, maar beproefde, methode Pre-combustion capture is een veelgebruikte techniek voor CO 2 afvang. Het principe is gebaseerd op het eerst omzetten van brandstoffen in andere brandstoffen waarbij geen CO 2 ontstaat. Met behulp van zuurstof wordt van de brandstof syngas gevormd (een mengsel van CO en H 2 ). Vervolgens wordt met behulp van de water gas shift reactie een mengsel van CO 2 en H 2 O geproduceerd. Dit mengsel wordt gescheiden. De waterstof (H 2 ) kan worden verbrand met de lucht en dat geeft alleen maar water (H 2 O). De CO 2 kan worden gebruikt of opgeslagen. De techniek is de afgelopen jaren veel verbeterd. Pre-combustion capture wordt al ingezet voor elektriciteitscentrales die draaien op kolen. Het nadeel van de pre-combustion techniek is dat er meer NO x ontstaat als het wordt verbrand in de bestaande turbines. Technieken in bestaande centrales om NO x terug te dringen zijn niet te gebruiken voor de verbranding van waterstof. Bronnen: SBC Energy Institute (2012) 25

26 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Oxy-fuel combustion is een simpel concept, maar wordt niet veel gebruikt Oxy-fuel combustion is een relatief simpel concept. Het is gebaseerd op de gedachte dat als de brandstof wordt verbrand met pure zuurstof er geen mengsel van stikstof (N 2 ) en CO 2 ontstaat en CO 2 dus alleen gescheiden hoeft te worden van water (H 2 O). Bij Oxy-fuel combustion wordt lucht eerst gezuiverd. Dit betekent dat alle stikstof (en andere gassen) worden verwijderd zodat alleen pure zuurstof overblijft. Deze pure zuurstof wordt gebruikt om de brandstof mee te verbranden. Omdat het verbranden met pure zuurstof zorgt voor veel te hoge temperaturen, wordt een deel van de uitlaatgassen gerecycled en opnieuw in het verbrandingsproces ingebracht. Het oxy-fuel concept bestaat al lang. Toch zijn er maar weinig ontwikkelingen op dit gebied gaande. Dit komt met name doordat de oxy-fuel techniek relatief duur is. Het verwerken van lucht tot pure zuurstof is erg energie-intensief. Daarnaast zijn bestaande turbines niet te gebruiken voor oxy-fuel, omdat de samenstelling van het uitlaatgas dat door de turbine gaat anders is. Om de oxy-fuel techniek te gebruiken, moeten dus hele andere turbines moeten worden ontworpen. Bronnen: SBC Energy Institute (2012) 26

27 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Chemical Looping Combustion is een nieuwe veelbelovende techniek Chemical Looping Combustion is een nieuwe techniek die is gebaseerd op hetzelfde concept als oxy-fuel combustion: de brandstof wordt niet met lucht verbrand, waardoor CO 2 en N 2 niet vermengd worden. Bij Chemical Looping Combustion zijn twee reactoren. In de eerste reactor wordt zuurstof aan de lucht onttrokken om zich te binden aan een metaal (een metaaloxide). Deze metaaloxides worden naar een tweede reactor gebracht waar de brandstof wordt verbrand. Hierbij wordt de zuurstof geleverd door de metaaloxides. Hierdoor ontstaat een mengsel van CO 2 en H 2 O, wat makkelijk te scheiden is. De metaal(/metaaloxides) worden teruggevoerd naar de eerste reactor, waar zij zich weer kunnen binden aan zuurstof. De technologie is nog in ontwikkeling. Momenteel wordt het getest op kleine prototypes (10kW). Theoretisch is het mogelijk een conventionele elektriciteitscentrale op aardgas uit te breiden en zo gebruik te maken van de CLC-techniek. Een bottleneck is de reactortemperatuur die gehaald kan worden, zonder dat de metaaloxides instabiel worden. Dit is onderwerp van verder onderzoek. Bronnen: National Energy Technology Laboratory, Chemical Looping Combustion, 27

28 CO2-afvang: stand van zaken, mogelijkheden en potentieel Elektriciteitsopwekking met behulp van brandstofcellen zijn zeer veelbelovende opties Brandstofcellen zijn nog in de ontwikkelfase. Bij een brandstofcel komt alleen de zuurstof in aanraking met het brandstof waardoor CO 2 en stikstof (N 2 ) niet vermengd worden. Het basisprincipe werkt als volgt: brandstof wordt bij de anode van de brandstofcel ingebracht. De lucht wordt aan de kathode zijde ingebracht. Aan de kathodezijde worden zuurstofatomen geïoniseerd en deze worden door het elektrolyt gevoerd om te reageren met de brandstof. Hierdoor ontstaat direct elektriciteit en is dus geen turbine nodig. Na reactie in de brandstofcel ontstaat CO 2 en H 2 O, maar er blijft een restant brandstof zitten. Er zijn veel verschillende mogelijkheden om te gaan met deze overgebleven brandstof. Eén van de opties is om deze brandstof alsnog te verbranden met behulp van oxy-fuel combustion. Na oxy-fuel combustion kan de CO 2 worden gecondenseerd en opgeslagen. Brandstofcellen hebben een hoge efficiëntie, ook bij kleine vermogens. Dit maakt ze geschikt voor gedecentraliseerde elektriciteitsopwekking. Brandstofcellen zouden in de toekomst kunnen worden ingezet op off-shore locaties om daar stroom op te wekken in kleine hoeveelheden en de afgevangen CO 2 direct terug het olie/gasveld in te pompen. Ook kunnen brandstofcellen op decentraal wijkniveau/tuinbouw interessant zijn, waar de mogelijkheid is om CO 2 direct te hergebruiken. 28

29 Technische mogelijkheden voor CO 2 -afvang Er is weinig ervaring met CO 2 -afvang bij elektriciteitscentrales op gas: slechts één lopend demonstratieproject Elektriciteitscentrales op basis van olie Elektriciteitscentrales op basis van kolen Elektriciteitscentrales op basis van aardgas Elektriciteitscentrales op basis van waterstof Andere projecten Wereldwijde (demonstratie)projecten waar CO2-afvang wordt toegepast Er zijn veel lopende projecten op het gebied van CO 2 -afvang, bij elektriciteitscentrales in het bijzonder. Opvallend is dat de meeste CO 2 -afvangtechnieken gebruikt kunnen worden voor zowel kolen als voor gas, maar dat vrijwel alle demonstratieprojecten zich focussen op kolen. Hier zijn hoofdzakelijk drie redenen voor: Allereerst zijn kolencentrales veel vervuilender, waardoor voor het op korte termijn reduceren van CO 2 het effectiever is om bestaande kolencentrales uit te rusten met technieken voor CO 2 -afvang. Een groot deel van de elektriciteitsindustrie wereldwijd draait op kolen (22% van de wereldwijde elektriciteit wordt door gas opgewekt en 40% door kolen). Dit geldt echter niet voor Nederland. Het afvangen van CO 2 is ingewikkelder in elektriciteitscentrales op gas, vanwege de samenstelling van het uitlaatgas. In uitlaatgassen van kolencentrales zit relatief veel CO 2, wat afvang makkelijker maakt. CO2-afvang bij gas zorgt echter integraal voor minder uitstoot (bij afvang van kolencentrales blijft nog steeds meer CO2-uitstoot over dan bij afvang van gascentrales). Bovendien zijn de afgevangen volumes bij gas lager, waarmee minder opslagcapaciteit nodig is. Bronnen: ZERO CO 2 Database: 29

30 Technische mogelijkheden voor CO 2 -afvang CO 2 -afvang bij elektriciteitscentrales kost veel energie 60% 50% 46% 48% 55% 51% 59% Geen afvang Post-combustion Pre-combustion Oxy-fuel Verbeterde postcombustion Chemical looping combustion Brandstofcel met afvang Rendement van een gasgestookte elektriciteitscentrale bij verschillende CCS technieken(% LHV)* Wanneer een gascentrale wordt uitgerust met bestaande post-combustion technieken, of een centrale met pre-combustion of oxy-fuel technieken wordt gebouwd, zou het rendement dalen van 60% naar 50%, 46% of 48 % respectievelijk. In de praktijk betekent dat dat een centrale 16% tot 23% minder efficiënt draait door CO 2 -afvang. Toekomstige technieken hebben meer potentie. Met chemical looping combustion valt in de toekomst een rendement van 51% te halen. Brandstofcellen hebben een nog beter rendement wanneer ze commercieel inzetbaar zijn. Een brandstofcel waarbij CO 2 wordt afgevangen heeft een rendement van 59%, slechts 1% minder dan een traditionele gasgestookte elektriciteitscentrale. Bronnen: Kanniche et al. (2010) Damen et al. (2007). *Let op: voor zonder afvang, post-combustion, pre-combustion en oxy-fuel gaat men uit van compressie tot 150 bar, terwijl bij de moderne technieken rekening is gehouden met compressie tot 110 bar. Dit scheelt echter slechts zo n 1 procentpunt aan efficiëntie. 30

31 CO 2 -afvang in de industrie In de industrie kan ongeveer de helft van de CO 2 -uitstoot worden gereduceerd met behulp van CO 2 -afvang CO 2 -uitstoot industrie in 2040 In 2040 zonder efficiëntieverbetering Te besparen (niet economisch haalbaar) Te besparen (economisch haalbaar) Uitstoot In 2040 zonder efficientiëverbetering met CO2 afvang In de industrie werd in Megaton CO 2 uitgestoten. De verwachting is dat, als de efficiëntie in de industrie helemaal niet zou verbeteren, 75 Megaton wordt uitgestoten in Deze uitstoot zou met 40 Megaton kunnen worden verminderd met behulp van CCS-technieken. Van deze 40 Megaton is een reductie van zo n 23 Megaton economisch haalbaar. Met economisch haalbaar wordt bedoeld dat de kosten voor CO 2 vermijding onder de 92 per ton CO 2 ligt. Dit zou betekenen dat 700 PJ CO 2 -neutraal kan worden uitgestoten. Het economisch haalbare deel komt neer op zo n 400 PJ; hiermee is gerekend. Er zijn wel opties om dit verder te verbeteren (dit wordt aanbevolen voor verdere studie): Met behulp van energie-efficiënte maatregelen kan de uitstoot in de industrie verder worden gereduceerd, naar een totale uitstoot van 12 Mton of 28 Mton wanneer we kijken naar economisch haalbare opties. Met nieuwere CCS-technieken (zoals pre-combustion of chemical looping) zou een groter CCS potentieel in de industrie haalbaar kunnen zijn. Bronnen: Saygin, et al. (2013) 31

32 32 4 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst

33 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst Met behulp van het Energietransitiemodel is een scenario opgesteld met gas als continue energiedrager 2500, , , ,00 500,00 Primair energetisch energieverbruik 2013 vs (PJ) Groen gas Vloeibare biobrandstoffen LNG Hernieuwbare elektriciteit Afval Vaste biomassa Geïmporteerde elektriciteit Kolen Aardgas Ons 2050 scenario is gebaseerd op het RLI 95% scenario van Quintel volgens het Energietransitiemodel. In dit scenario gaan wij uit van een afname van het totaal primair energieverbruik tot 2050 van 13%. Ook het aandeel aardgas in deze energiemix wordt lager, van 1400 PJ in 2013 tot 950 PJ in Dit aandeel wordt versterkt met groen gas o.b.v. het binnenlandse biomassapotentieel. Het aandeel kolen en andere fossiele brandstoffen (m.u.v. olie voor niet-energetisch gebruik) is in dit 2050 scenario vrijwel volledig vervangen. Hiermee is aardgas de enige fossiele bron. 0, Bron: Energietransitiemodel. 2050: eigen inschatting o.b.v. Quintel RLI 95% scenario (Kerkhoven et al. (2015)) 33

34 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst In het meest gunstige geval (inclusief biomassa uit zeewier) komt het binnenlandse biomassapotentieel in 2050 op circa 200 PJ Vaste biomassa voor vergassing Natte stromen voor vergisting Aquatische biomassa 200 PJ Technisch gezien kan in 2050 grofweg tot 200 PJ aan biomassa voor de productie van groen gas worden ingezet. Hierbij wordt echter wel uitgegaan van optimale benutting van reststromen in Nederland, doorontwikkeling van vergassing en grootschalige ontwikkeling van het zeewierpotentieel in combinatie met offshore windparken. Dit betekent dat in Nederland de komende jaren flink ingezet moet worden op de verdere professionalisering en ontwikkeling van de benutting van deze stromen. Ook de bijbehorende logistiek hierbij is een belangrijk aandachtspunt. Wanneer men inzet op de import van biomassa, kan dit potentieel worden vergroot tot maximaal 800 PJ (volgens een inschatting van het PBL). Deze import zal voornamelijk kunnen worden ingezet voor vergassing, aangezien het gaat om transport van vaste biomassastromen. Binnenlands biomassapotentieel in 2050 Bronnen: De Gemeynt (2013), Reith et al.. (2006), Ros & Prins (2014)

35 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst Dit scenario gaat uit van een aantal robuuste elementen in de energievraag en het aanbod van verschillende technologieën Enkele uitgangspunten uit het Quintel-scenario: Een stijging van de vraag naar energie van 1% per jaar in de industrie (op basis van Visie op warmte in de industrie van CE Delft en verslagen expertsessies RLI). Een stijging van het aantal auto s (0,5% per jaar), vrachtwagens (1,2 % per jaar), treinen (1,2% per jaar), aantal binnenvaarders (1,1% per jaar) en het aantal binnenlandse vluchten (2,1% per jaar) (op basis van PRIMES scenario). In de industrie is er geen primair lage temperatuur warmteverbruik. Het scenario neemt aan dat alle lage temperatuur warmteverbruik wordt geleverd door restwarmte van hoge temperatuur warmteverbruik. Verbrandingstechnologieën worden massaal vervangen door elektrische technologieën (warmtepompen, elektrische auto s, e.d.). De piekvraag in de winter bedraagt 12,5% van de huidige piekvraag. Voor transport wordt gebruik gemaakt van waterstoftechnologieën, omdat de opslagcapaciteit van batterijen beperkt is. Kerncentrales zijn niet te gebruiken, omdat deze ontworpen zijn om continu aan te staan. In de energie-intensieve industrie blijft verbranding van fossiele brandstof of biomassa noodzakelijk om hoge temperaturen te halen. Er zijn geen energie-opslagfaciliteiten, maar het scenario gaat er vanuit dat overschotten kunnen worden geëxporteerd en tekorten kunnen worden opgevangen door centrales (fossiel of biomassa). Men gebruikt een rendement voor elektriciteitscentrales met CCS van 49%. 35

36 Primair energieverbruik (PJ/jaar) Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst In dit scenario (zonder import van biomassa) kan de Nederlandse CO2-emissie dalen met 96% ten opzichte van Scenario 1: primair energetisch energieverbruik zonder import van biomassa: gasinzet voor 89% CO2-neutraal, 96% daling van CO2-emissie t.o.v. 1990) 1000 Groen gas Landbouw Gebouwde omgeving De totale gasvraag komt in dit scenario uit op zo n 1100 PJ/jaar (~35 BCM), waarvan 12% wordt ingevuld door groen gas (gerelateerd aan het binnenlands biomassapotentieel in 2050*). We gaan hierbij uit van de transitie naar post-combustion en pre-combustion CCS in de industrie. Op centrale locaties wordt voor kleine procesinstallaties gas omgezet naar waterstof voor inzet in de procesindustrie. Dit zorgt voor een reductie van 86% van de huidige CO 2 -emissies in de industrie. In dit scenario komt de totale netto CO 2 -uitstoot uit op 6,21 Mton per jaar. Dit betekent dat het gasverbruik in dit scenario (zonder biomassa-importen) voor 89% CO 2 -neutraal is. Samen met de energiebesparingsmaatregelen en duurzame energie inspanningen is de totale emissiereductie die wordt gehaald met dit scenario integraal bijna 96% ten opzichte van * Met een groen gas conversierendement van 70% Industrie Overig Transport Vloeibare biobrandstoffen LNG Hernieuwbare elektriciteit Afval Vaste biomassa Geïmporteerde elektriciteit Kolen Aardgas met CCS NB: in de gebouwde omgeving is het aandeel aardgas afkomstig van gascentrales met CCS (als elektriciteit)

37 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst Waarvan de warmte in gebouwde omgeving voor 100% CO 2 -neutraal wordt ingevuld, met de huidige infrastructuur ook door hybride WP Volgens verschillende studies kan de gebouwde omgeving in 2050 voor 100% CO 2- neutraal worden gemaakt. Hybride warmtepompen geven daarvoor talloze varianten. Neem de studie van CE Delft* die oorspronkelijk uitkomt op all-electric in nieuwbouw/renovatie en veel warmtenetten in de bestaande bouw met groen gas als hulpketels plus decentrale CV's: Mlrd m3 gas eq./jaar Groen gas CV All-electric Warmtenetten Groen gas ,9 0,4 In deze plot van resultaten CE-studie is de bestaande energievraag voor warmte (ca. 11 mlrd m3 gas) teruggebracht tot 6,7 mlrd m3 in 2050 door energiebesparing. Hiervan wordt 0,9 mlrd m3 voorzien door groen gas CV, de rest door allelectric en door warmtenetten, waarbij nog 0,4 mlrd m3 groen gas nodig is in de hulpketels. Niet gekwantificeerd in de studie is het groen gas in de elektriciteitsopwekking voor de allelectric in de winter en de eventuele bijstookfactor voor restwarmte; CE gaat hiervoor uit van centrale CCS. Hierdoor is deze variant volledig CO 2 -vrij. Deze studie nam de hybride warmtepompen echter nog niet mee. Als we ervan uit gaan dat in 2050 geen pure Cv-installaties meer staan, maar overal hybride WP (mix van WP en CV), dan kan met inzet van dezelfde hoeveelheid groen gas de bestaande bouw CO 2 -neutraal worden zonder warmtenetten. Dat kan grotendeels met de huidige infrastructuur, dus ook zonder verzwaring van elektriciteitsnetten. Mlrd m3 gas eq./jaar Hybride WP All-electric Warmtenetten Groen gas 0,03 Rekenvoorbeeld 1: De uitgangspunten zijn hetzelfde als hierboven, maar nu wordt het groen gas niet gebruikt voor CV s maar voor hybride warmtepompen, dus partiele elektrificatie met gas als back-up. Hierdoor kunnen veel meer woningen worden bediend met dezelfde hoeveelheid groen gas. Warmtenetten zijn dan bijvoorbeeld veel minder nodig waardoor ook de bijstook van groen gas sterk daalt. De totale hoeveelheid groen gas daalt in dit voorbeeld naar ca. 1 mlrd m 3, waardoor iets meer groen gas overblijft voor industrie en vervoer. De penetratie van all-electric is in dit voorbeeld hetzelfde gehouden. Ook deze variant is volledig CO 2 -vrij. Bronnen: *CE Delft/Schepers et al., Berenschot (2016), (2015). 37

38 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst Met groen gas en hybride WP zijn diverse CO 2 -vrije toekomsten in de gebouwde omgeving mogelijk, afhankelijk van lokale optimalisaties In een recente studie van Ecofys* is aangetoond dat hybride warmtepompen in de bestaande bouw financieel gunstiger uitpakken dan all-electric, vooral door het verschil in infrastructurele kosten. Het is dus ook denkbaar om (met dezelfde hoeveelheid groen gas) de gebouwde omgeving CO 2 - neutraal te voorzien met hybride WP (elektra/groen gas) en warmtenetten en minder all-electric: Mlrd m 3 gas eq./jaar Hybride WP All-electric Warmtenetten Groen gas ,6 0,4 Rekenvoorbeeld 2: Weer dezelfde uitgangspunten. Het groen gas wordt gebruikt voor hybride warmtepompen, dus partiele elektrificatie met gas als back-up. Dit dekt een redelijk deel van de warmtevraag In dit voorbeeld is er van uit gegaan dat groen gas hybride WP sterker is dan all-electric in de bestaande bouw en renovatie, en dat juist warmtenetten wel breed tot stand komen, wat ook meer groen gas vraagt voor de hulpketels. De totale benodigde hoeveelheid groen gas is ook hier ca. 1 mlrd m 3. Ook deze variant is volledig CO 2 -neutraal. Uiteraard is ook een mix mogelijk waarbij groen gas hybride WP de basis vormt, met daarnaast de meer rendabele delen van het potentieel aan all-electric en warmtenetten: Mlrd m 3 gas eq./jaar Hybride WP All-electric Warmte ,25 0,75 Groen gas Rekenvoorbeeld 3: Weer dezelfde uitgangspunten. Warmtenetten en all-electric worden gerealiseerd in hun meer rendabele toepassingen afhankelijk van lokale situaties. Voor de rest wordt overgegaan op groen gas met hybride WP (dus geen losse CV s meer). De totale benodigde hoeveelheid groen gas is ook hier ca. 1 mlrd m 3. Ook deze variant is volledig CO 2 -neutraal. Dit rekenvoorbeeld is arbitrair en zou ook anders uit kunnen vallen afhankelijk van de lokale optimalisaties. De primaire brandstofmix in dit laatste rekenvoorbeeld is het meest compatibel met het RLI 95% scenario van Quintel volgens het Energietransitiemodel. In de praktijk zal de realisering per regio verschillen afhankelijk van lokale kenmerken en behoeften. In alle varianten blijft gas de winterpiek voorzien, hetzij in de hulpketels, hetzij voor gascentrales nodig voor de winterpiek in de elektrificatie. Bronnen: *Ecofys (2015) 38

39 Schets van een CO 2 -neutrale gastoekomst Groen gas is belangrijk voor het invullen van de winterpiek in de gebouwde omgeving De warmtevraag concentreert zich uiteraard in de winterperiode: de warmtevraag is dan vijf maal zo groot als in de zomer. Elke infrastructuur die warmte levert, moet rekening houden met de capaciteitspiek in de winter. Het gasnet is daar standaard op uitgelegd. Warmtenetten kunnen tot de helft van de piekcapaciteit leveren. De rest van de warmtevraag wordt voorzien door een hulpwarmteketel op gas die voorziet in de koudste dagen. Bij elektrificatie van de elektriciteitsinfrastructuur moet op een soortgelijke wijze rekening worden gehouden met capaciteitspieken in de winter. Dat is lastig omdat in de winter doorgaans juist wat minder duurzame energie uit zon plus wind beschikbaar is. Ook is de warmtevraag veel groter dan de elektriciteitsvraag, waardoor extra verzwaringen van het elektriciteitsnet nodig zouden zijn. De inzet van groen gas lost het eerste probleem (beschikbaarheid van duurzaam) op: groen gas kan namelijk opgeslagen worden voor aanvulling op zon en wind in de wintermaanden. Het tweede probleem (netcapaciteit ) wordt opgelost met een hybride warmtepomp. Dat is een hulpketel per woning die de winterpiek opvangt, waardoor uitbreiding van het elektriciteitsnet minder nodig is. Bij slimme hybride warmtepompen kan dit zelfs geheel achterwege blijven*: verduurzaming van de gebouwde omgeving met de huidige infrastructuur. Mln. m 3 gas Maandverbruik aardgas kleinverbruikers via regionale distributienetten, Bron: CBS Bronnen: Berenschot, BDH, DNV GL (2016)

Routes naar CO 2 neutraal 2050

Routes naar CO 2 neutraal 2050 Routes naar CO 2 neutraal 2050 KVGN 15 september 2016 B. den Ouden b.denouden@berenschot.com Deels eerder gepresenteerd in: Verbindingsbijeenkomst Energiedialoog, 22 juni 2016 Studies ter ondersteuning

Nadere informatie

Elementen voor een CO 2 neutraal 2050

Elementen voor een CO 2 neutraal 2050 Elementen voor een CO 2 neutraal 2050 Onderbouwingen en varianten B. Den Ouden 22 juni 2016 Verbindingsbijeenkomst Energiedialoog 2016 Een mogelijk stukje van de puzzel voor een CO 2 vrije toekomst 2 Inhoud

Nadere informatie

Perspectief voor klimaat neutraal en hernieuwbaar gas

Perspectief voor klimaat neutraal en hernieuwbaar gas Perspectief voor klimaat neutraal en hernieuwbaar gas Aardgas als transitiebrandstof of transitie van een brandstof? Marcel Weeda, ECN AkzoNobel Center, Amsterdam VEMW seminar, 22 april 2016 www.ecn.nl

Nadere informatie

Conferentie energie-opslag en -distributie

Conferentie energie-opslag en -distributie Stabiliteit van netten en energiesysteem Conferentie energie-opslag en -distributie Bert den Ouden, Berenschot 2 februari 2017 b.denouden@berenschot.nl 2-2-2017 Intermitterende duurzame bronnen Huidige

Nadere informatie

Biobased economy in het Groene Hart

Biobased economy in het Groene Hart Biobased economy in het Groene Hart Energie & Bio/Groen Gas 27 juni 2013, Langeraar, Michiel van Galen Inhoud Landelijke doelen energie en beleid Stimuleringsbeleid Groen Gas Het proces Stand van zaken

Nadere informatie

Net voor de Toekomst. Frans Rooijers

Net voor de Toekomst. Frans Rooijers Net voor de Toekomst Frans Rooijers Net voor de Toekomst 1. Bepalende factoren voor energie-infrastructuur 2. Scenario s voor 2010 2050 3. Decentrale elektriciteitproductie 4. Noodzakelijke aanpassingen

Nadere informatie

Transitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa. Ir. Harry A. Droog

Transitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa. Ir. Harry A. Droog Transitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa Ir. Harry A. Droog Voorzitter Platform Duurzame Electriciteitsvoorziening Biomassa meestook symposium, 27 mei 2010, Amsterdam

Nadere informatie

Grootschalige introductie van micro wkk systemen. Harm Jeeninga ECN Beleidsstudies

Grootschalige introductie van micro wkk systemen. Harm Jeeninga ECN Beleidsstudies Grootschalige introductie van micro wkk systemen Harm Jeeninga ECN Beleidsstudies jeeninga@ecn.nl Micro wkk een controversieel onderwerp? De discussie rondom het nut van micro wkk wordt niet altijd niet

Nadere informatie

Wat vraagt de energietransitie in Nederland?

Wat vraagt de energietransitie in Nederland? Wat vraagt de energietransitie in Nederland? Jan Ros Doel/ambitie klimaatbeleid: Vermindering broeikasgasemissies in 2050 met 80 tot 95% ten opzichte van 1990 Tussendoelen voor broeikasgasemissies Geen

Nadere informatie

KIVI factsheet Elektrificatie (Power to Heat) ----------------------------------------------------------------------------------------- ALGEMEEN Elektrificatie is het direct of indirect vervangen van fossiele

Nadere informatie

De Energietransitie van de Elektriciteitsproductie

De Energietransitie van de Elektriciteitsproductie De Energietransitie van de Elektriciteitsproductie door Adriaan Wondergem 6 october 2010 De Energietransitie van de Elektriciteitsproductie van 2008 tot 2050. De kernvragen zijn: Hoe ziet een (bijna) CO2-loze

Nadere informatie

Hernieuwbaar gas. Energiedrager van de toekomst. Wat is de rol van (hernieuwbaar) gas in de energietransitie

Hernieuwbaar gas. Energiedrager van de toekomst. Wat is de rol van (hernieuwbaar) gas in de energietransitie Hernieuwbaar gas Energiedrager van de toekomst Wat is de rol van (hernieuwbaar) gas in de energietransitie New Energy Coalition Sector Grondstoffen Kracht en licht Vervoer Warmte Eindverbruik 567 PJ 362

Nadere informatie

Wat zijn voor Nederland de argumenten voor en tegen CO2-afvang en -opslag (CCS*)?

Wat zijn voor Nederland de argumenten voor en tegen CO2-afvang en -opslag (CCS*)? Nederland de argumenten en CO2-afvang Nederland de argumenten en CO2-afvang Nederland de argumenten en CO2-afvang Nederland de argumenten en CO2-afvang Nederland de argumenten en CO2-afvang Nederland de

Nadere informatie

Biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA)

Biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA) Biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA) Marit van Hout, PBL 10 oktober 2018, Den Bosch TKI BBE overleg Wat staat er over biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het

Nadere informatie

Gas op Maat. Postbus 250, 3190 AG Hoogvliet Rotterdam Telefoon +31(0)

Gas op Maat. Postbus 250, 3190 AG Hoogvliet Rotterdam Telefoon +31(0) Gas op Maat De maatschappij is op weg naar een CO 2 -neutraal energiesysteem. De gassector wil graag bijdragen aan het behalen van deze doelstelling. In de transitieperiode is de rol van aardgas maatwerk:

Nadere informatie

Waterstof, het nieuwe gas. Klimaatneutraal is de toekomst Frans Rooijers directeur CE Delft

Waterstof, het nieuwe gas. Klimaatneutraal is de toekomst Frans Rooijers directeur CE Delft Waterstof, het nieuwe gas Klimaatneutraal is de toekomst Frans Rooijers directeur CE Delft CE Delft Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 Energie, Transport en Grondstoffen Economische, technische

Nadere informatie

Doorrekening gebouwde omgeving met het Energietransitiemodel

Doorrekening gebouwde omgeving met het Energietransitiemodel Doorrekening gebouwde omgeving met het Energietransitiemodel Mogelijke transitiepaden naar 235 en 25: tempo en soort van elektrificatie Brede bijeenkomst transitiepad lage temperatuurwarmte, 27 september

Nadere informatie

Onderwerp: Routekaart Verduurzaming Stadswarmte Utrecht en Nieuwegein

Onderwerp: Routekaart Verduurzaming Stadswarmte Utrecht en Nieuwegein Postbus 19020, 3001 BA Rotterdam Wethouder van Hooijdonk p/a gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht Rotterdam, 24 november 2016 Kenmerk: W&K/MvdB/20161124 Onderwerp: Routekaart Verduurzaming Stadswarmte

Nadere informatie

Gas als zonnebrandstof. Verkenning rol gas als energiedrager voor hernieuwbare energie na 2030

Gas als zonnebrandstof. Verkenning rol gas als energiedrager voor hernieuwbare energie na 2030 Gas als zonnebrandstof Verkenning rol gas als energiedrager voor hernieuwbare energie na 2030 1 Inhoudsopgave 1 2 3 4 5 Introductie Meer hernieuwbare energie Extra hernieuwbare energie in Nederland? Verkennen

Nadere informatie

Circulair Congres TKI-BBE Ronald Zwart, Platform Bio-Energie 08 mei 2019

Circulair Congres TKI-BBE Ronald Zwart, Platform Bio-Energie 08 mei 2019 De Toekomst van Bio-energie Circulair Congres TKI-BBE Ronald Zwart, Platform Bio-Energie 08 mei 2019 De Toekomst van Bio-energie Bio-energie is vandaag de belangrijkste bron van hernieuwbare energie in

Nadere informatie

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder Voor kwaliteitsvolle WarmteKrachtKoppeling in Vlaanderen Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder 16/12/2010 Cogen Vlaanderen Daan Curvers COGEN Vlaanderen Houtige biomassa in de landbouw 16

Nadere informatie

Waterstof. Hoe het kleinste element in het periodiek systeem een grote drijvende kracht vormt voor de energie- en chemische industrie transitie

Waterstof. Hoe het kleinste element in het periodiek systeem een grote drijvende kracht vormt voor de energie- en chemische industrie transitie Waterstof Hoe het kleinste element in het periodiek systeem een grote drijvende kracht vormt voor de energie- en chemische industrie transitie Jörg Gigler & Marcel Weeda TKI Nieuw Gas Waterstofbijeenkomst

Nadere informatie

Biomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie

Biomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie Biomassa Pilaar in de energietransitie en Uitgangspunt voor de biobased economie Klimaatverandering: onze uitdaging Onze opdracht om er snel en écht iets aan te gaan doen Overeenstemming: er moet wat gebeuren!

Nadere informatie

Klimaatneutrale gemeenten. Frans Rooijers - directeur CE Delft

Klimaatneutrale gemeenten. Frans Rooijers - directeur CE Delft Klimaatneutrale gemeenten Frans Rooijers - directeur CE Delft CE Delft - Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 - Energie, transport en grondstoffen - Economische, technische en beleidsmatige expertise

Nadere informatie

Innovatieagenda. Topsector Energie. Wind op Zee. Gas en groen gas. Energiebesparing in de Gebouwde Omgeving. Energiebesparing in de industrie

Innovatieagenda. Topsector Energie. Wind op Zee. Gas en groen gas. Energiebesparing in de Gebouwde Omgeving. Energiebesparing in de industrie op Zee B de Industrie De Nederlandse industrie is relatief energie-intensief en levert een belangrijke bijdrage aan ons Bruto Nationaal Product en de werkgelegenheid. op Zee Reductie van energieverbruik

Nadere informatie

Doorrekening gebouwde omgeving met het Energietransitiemodel

Doorrekening gebouwde omgeving met het Energietransitiemodel Doorrekening gebouwde omgeving met het Energietransitiemodel Mogelijke transitiepaden naar 235 en 25: tempo en soort van elektrificatie Brede bijeenkomst transitiepad lage temperatuurwarmte, 27 september

Nadere informatie

Les Biomassa. Werkblad

Les Biomassa. Werkblad LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE Les Biomassa Werkblad Les Biomassa Werkblad Niet windenergie, niet zonne-energie maar biomassa is de belangrijkste bron van hernieuwbare energie in Nederland. Meer dan 50%

Nadere informatie

Waterstof in de energietransitie Sleutelrol, maar geen heilige graal

Waterstof in de energietransitie Sleutelrol, maar geen heilige graal Waterstof in de energietransitie Sleutelrol, maar geen heilige graal Even voorstellen: Mara Wustmans 2015 t/m heden: Adviseur gebouwinstallaties bij Royal HaskoningDHV 2013-2014: Technisch trainee bij

Nadere informatie

Rol van WKK in een toekomstige Nederlandse energievoorziening:

Rol van WKK in een toekomstige Nederlandse energievoorziening: Rol van WKK in een toekomstige Nederlandse energievoorziening: Betaalbaar & betrouwbaar? Robert Harmsen ECN Beleidsstudies COGEN Symposium Zeist 22 oktober 2004 Een blik naar de toekomst (1) Four Futures

Nadere informatie

Les Biomassa LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE. Werkblad. Les Biomassa Werkblad. Over biomassa. Generaties biobrandstoffen

Les Biomassa LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE. Werkblad. Les Biomassa Werkblad. Over biomassa. Generaties biobrandstoffen LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE Les Biomassa Werkblad Les Biomassa Werkblad Niet windenergie, niet zonne- energie maar biomassa is de belangrijkste bron van hernieuwbare energie in Nederland. Meer dan 50%

Nadere informatie

De snelste route naar aardgasvrije wijken

De snelste route naar aardgasvrije wijken De snelste route naar aardgasvrije wijken Smart Energy NL, 5 juni 2018 Marijke Kellner, Gasunie #2 Energieverbruik: gebouwde omgeving 32% Bron: NEV 2017. Aandeel van sectoren in het bruto eindverbruik

Nadere informatie

en uitdagingen voor de toekomst Pieter Boot, maart 2018

en uitdagingen voor de toekomst Pieter Boot, maart 2018 Energie-infrastructuur: overzicht en uitdagingen voor de toekomst Pieter Boot, maart 2018 Indeling De drie fasen van ordening en regulering infrastructuur Nederland doorvoerland Wat is de opgave? Investeringen

Nadere informatie

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL Doelstellingen - Mondiaal Parijs-akkoord: Well below 2 degrees. Mondiaal circa 50% emissiereductie nodig in

Nadere informatie

Net voor de toekomst. Frans Rooijers directeur CE Delft rooijers@ce.nl

Net voor de toekomst. Frans Rooijers directeur CE Delft rooijers@ce.nl Net voor de toekomst Frans Rooijers directeur CE Delft rooijers@ce.nl CE Delft Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 Energie, Transport en Grondstoffen Economische, technische en beleidsmatige expertise

Nadere informatie

Amsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz

Amsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz RAI PTM - bijeenkomst Amsterdam 9 mei 2017 Guy Konings, Joulz 1 Stedin Netbeheer is verantwoordelijk voor het transport van gas en elektriciteit in West Nederland Onze missie: duurzame energie voor iedereen

Nadere informatie

Kernenergie. kernenergie01 (1 min, 22 sec)

Kernenergie. kernenergie01 (1 min, 22 sec) Kernenergie En dan is er nog de kernenergie! Kernenergie is energie opgewekt door kernreacties, de reacties waarbij atoomkernen zijn betrokken. In een kerncentrale splitst men uraniumkernen in kleinere

Nadere informatie

Handreiking Aanvulling op het EEP - Addendum op de MEE. In opdracht van het ministerie van Economische Zaken

Handreiking Aanvulling op het EEP - Addendum op de MEE. In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Handreiking Aanvulling op het EEP - Addendum op de MEE In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Handreiking Aanvulling op het EEP - Addendum op de MEE Deze handreiking bevat informatie over

Nadere informatie

ENERGIE-INFRASTRUCTUUR IN HET ROTTERDAMSE HAVENGEBIED. Maart 2019

ENERGIE-INFRASTRUCTUUR IN HET ROTTERDAMSE HAVENGEBIED. Maart 2019 ENERGIE-INFRASTRUCTUUR IN HET ROTTERDAMSE HAVENGEBIED Maart 2019 Inleiding De concentratie van industrie in de Rotterdamse haven is een goede uitgangspositie voor het doen slagen van de energietransitie:

Nadere informatie

VRAAG EN ANTWOORD HOUTIGE BIOMASSA ALGEMEEN

VRAAG EN ANTWOORD HOUTIGE BIOMASSA ALGEMEEN VRAAG EN ANTWOORD HOUTIGE BIOMASSA ALGEMEEN Wat is biomassa? Biomassa is organisch materiaal afkomstig van bomen en planten. Ook mest, slib en andere biologisch afbreekbare stoffen worden beschouwd als

Nadere informatie

Duorsume enerzjy yn Fryslân. Energiegebruik en productie van duurzame energie

Duorsume enerzjy yn Fryslân. Energiegebruik en productie van duurzame energie Duorsume enerzjy yn Fryslân Energiegebruik en productie van duurzame energie 1 15 11 oktober 1 Inhoud Management Essay...3 1 Management Essay De conclusies op één A4 De provincie Fryslân heeft hoge ambities

Nadere informatie

Nieuwe Waterstof Infrastructuur

Nieuwe Waterstof Infrastructuur Nieuwe Waterstof Infrastructuur Pitch VEMW congres De toekomst van de energie infrastructuur Bert den Ouden, Berenschot 29 Maart 2018 b.denouden@berenschot.nl Industriële transitiepaden en infrastructuur

Nadere informatie

2016-04-15 H2ECOb/Blm HOE KAN DE ENERGIETRANSITIE WORDEN GEREALISEERD? Probleemstelling

2016-04-15 H2ECOb/Blm HOE KAN DE ENERGIETRANSITIE WORDEN GEREALISEERD? Probleemstelling HOE KAN DE ENERGIETRANSITIE WORDEN GEREALISEERD? Probleemstelling Op de internationale milieuconferentie in december 2015 in Parijs is door de deelnemende landen afgesproken, dat de uitstoot van broeikasgassen

Nadere informatie

Wie betaalt de rekening van de energietransitie?

Wie betaalt de rekening van de energietransitie? Wie betaalt de rekening van de energietransitie? Symposium KVGN 17 november 2016 Ron Wit Ron.Wit@eneco.com Overzicht presentatie 1. Ontwikkeling broeikasgassen in Nederland 2. Ontwikkeling integrale kosten

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

DE REKENING VOORBIJ ons energieverbruik voor 85 % onzichtbaar

DE REKENING VOORBIJ ons energieverbruik voor 85 % onzichtbaar DE REKENING VOORBIJ ons energieverbruik voor 85 % onzichtbaar Drie scenario s bestaande technologie Netgebonden Infrastructuur: elektriciteit en warmte (gas) Actuele gegevens van 2012 vertaald naar 2035

Nadere informatie

We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken

We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken Daarom werken wij aan de realisatie van een innovatieve installatie die biomassa (zoals afvalhout) en andere reststromen

Nadere informatie

We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken

We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken Daarom werken wij aan de realisatie van een innovatieve installatie die biomassa (zoals afvalhout) en andere reststromen

Nadere informatie

Warmtetransitie en het nieuwe kabinet. Nico Hoogervorst

Warmtetransitie en het nieuwe kabinet. Nico Hoogervorst Warmtetransitie en het nieuwe kabinet Nico Hoogervorst 24 november 2017 Regeerakkoord Rutte III (2017 - ) Opmerkelijk: Lange formatie Klimaat-minister op EZ Duurzaam = klimaatbescherming Milieubescherming

Nadere informatie

We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken

We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken We willen de wereld laten zien dat je van restproducten duurzame energie kunt maken Daarom werken wij aan de realisatie van een innovatieve installatie die biomassa (zoals afvalhout) en andere reststromen

Nadere informatie

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug CONCEPT Omgevingsdienst regio Utrecht Mei 2015 opgesteld door Erwin Mikkers Duurzame energie per Kern in gemeente Utrechtse Heuvelrug

Nadere informatie

Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland

Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland -Technische verkenning Uitwerking van opslagbehoefte in 2050 en productie-injectiecapaciteit Juli 2019 Addendum op Ondergrondse Opslag in Nederland - Technische

Nadere informatie

Brandstofcel in Woning- en Utiliteitsbouw

Brandstofcel in Woning- en Utiliteitsbouw Brandstofcel in Woning- en Utiliteitsbouw Leo de Ruijsscher Algemeen directeur De Blaay-Van den Bogaard Raadgevende Ingenieurs Docent TU Delft faculteit Bouwkunde Inleiding Nu de brandstofcel langzaam

Nadere informatie

Biomassa WKK in de glastuinbouw

Biomassa WKK in de glastuinbouw Management samenvatting Biomassa WKK in de glastuinbouw Evaluatie van transitieroutes Februari 2005 Auteurs Opdrachtgevers : Ir. Joep Coenen, Cogen Projects Ir. Stijn Schlatmann, Cogen Projects : Productschap

Nadere informatie

Gas is geen aardgas, en hard nodig. Frans Rooijers - 4 november 2016

Gas is geen aardgas, en hard nodig. Frans Rooijers - 4 november 2016 Gas is geen aardgas, en hard nodig Frans Rooijers - 4 november 2016 CE Delft: wie zijn wij? Onafhankelijk beleidsonderzoek en advies Bijna 40 jaar; ca. 50 medewerkers Grensvlak economie, techniek en (milieu)beleid

Nadere informatie

Boeren met energie. 11 November 2010

Boeren met energie. 11 November 2010 Boeren met energie 11 November 2010 Wat doen wij? Ontwikkelen projecten energie uit biomassa Opzetten expertisecentrum energie uit hout droogtechnieken stookgedrag rookgasmetingen rookgasreiniging Ontwikkelen

Nadere informatie

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw Hoe maak je biogas? Inhoud presentatie Wie en wat is Biogas Plus? Hoe werkt een biogasinstallatie? Voor wie is een biogasinstallatie interessant? Is een biogasinstallatie duurzaam? Zijn subsidies nodig?

Nadere informatie

Veel meer hernieuwbaar hoe managen we dat? Frans Rooijers

Veel meer hernieuwbaar hoe managen we dat? Frans Rooijers Veel meer hernieuwbaar hoe managen we dat? Frans Rooijers Groeiend aandeel hernieuwbaar Doel NL en overige EU-landen: in 2020 14% >> 16% in NL, gemiddeld EU 20% Politieke wensen (regeerakkoord): meer,

Nadere informatie

GroenGas InOpwerking. Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up. Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015

GroenGas InOpwerking. Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up. Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015 GroenGas InOpwerking Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Rene Cornelissen (CCS) 11 maart 2015 Kleinschalige biogasopwaardering met Bio-Up Inhoudsopgave CCS Inleiding Situatie kleinschalige vergisting

Nadere informatie

Het is deze verduurzaming van de elektriciteitsproductie die afspraken aan de andere tafels van het Klimaatakkoord mogelijk maakt.

Het is deze verduurzaming van de elektriciteitsproductie die afspraken aan de andere tafels van het Klimaatakkoord mogelijk maakt. Notitie vereniging van energienetbeheerders in Nederland Aan Tafel Elektriciteit - Klimaatakkoord Van Marc van der Linden Datum 27 maart 2018 Onderwerp Inbreng Netbeheer Nederland voor de Tafel Elektriciteit

Nadere informatie

H-vision Blauwe waterstof voor een groene toekomst Alice Krekt, programmadirecteur Deltalinqs Cimate Program

H-vision Blauwe waterstof voor een groene toekomst Alice Krekt, programmadirecteur Deltalinqs Cimate Program H-vision Blauwe waterstof voor een groene toekomst Alice Krekt, programmadirecteur Deltalinqs Cimate Program 13-12-2018 Steven Lak voorzitter Om 2030 ambitie van broeikasgas emissiereductie te behalen

Nadere informatie

Toelichting Instrument 5. Onderdeel Toolbox voor energie in duurzame gebiedsontwikkeling

Toelichting Instrument 5. Onderdeel Toolbox voor energie in duurzame gebiedsontwikkeling Toelichting Instrument 5 Onderdeel Toolbox voor energie in duurzame gebiedsontwikkeling Instrument 5, Concepten voor energieneutrale wijken De gehanteerde definitie voor energieneutraal is als volgt: Een

Nadere informatie

Notitie totale investeringen warmtetransitie provincie Noord-Holland

Notitie totale investeringen warmtetransitie provincie Noord-Holland Notitie totale investeringen warmtetransitie provincie Noord-Holland Samenvatting De totale investeringsomvang om de woningen en utiliteitsgebouwen in de provincie Noord-Holland in 2050 klimaatneutraal

Nadere informatie

ECN-N Energiescenario s Drenthe 2030

ECN-N Energiescenario s Drenthe 2030 December 2016 ECN-N--16-031 Energiescenario s Drenthe 2030 Gerdes, J. Gewijzigd op: 16-12-2016 13:20 2 Inhoud 1 Context van de energiescenario s voor 2030 4 2 Uitgangspunten voor drie scenario s 5 3 Ontwikkelingen

Nadere informatie

Net voor de Toekomst: samenvatting

Net voor de Toekomst: samenvatting Net voor de Toekomst: samenvatting Om in 2050 een CO2-neutrale samenleving te bereiken, zal de energievoorziening de komende decennia een ingrijpende transitie moeten doormaken. Maar hoe precies, is nu

Nadere informatie

KLIMAATAKKOORD NETBEHEER NEDERLAND 11 JULI 2018

KLIMAATAKKOORD NETBEHEER NEDERLAND 11 JULI 2018 KLIMAATAKKOORD NETBEHEER NEDERLAND 11 JULI 2018 DE OPDRACHT. Meer dan 100 partijen verlagen CO 2 -uitstoot van Nederland met 49% ten opzichte van 1990 via het klimaatakkoord. Maatschappelijke organisaties,

Nadere informatie

De warmtemarkt van morgen: rol van gas, elektriciteit en warmtedistributie bij verwarming van woningen.

De warmtemarkt van morgen: rol van gas, elektriciteit en warmtedistributie bij verwarming van woningen. De warmtemarkt van morgen: rol van gas, elektriciteit en warmtedistributie bij verwarming van woningen. Inhoud De warmtemarkt Warmtevraag woningen Warmtemarkt voor woningen Gasdistributie en CV ketel Elektriciteitsdistributie

Nadere informatie

Naar een duurzame energie huishouding: belofte of mogelijkheid?

Naar een duurzame energie huishouding: belofte of mogelijkheid? Naar een duurzame energie huishouding: belofte of mogelijkheid? Luuk Beurskens, ECN Beleidsstudies KIVI NIRIA, Noordscharwoude, 23 september 2008 www.ecn.nl Inleiding ECN/NRG ontwikkelen hoogwaardige kennis

Nadere informatie

NEW BUSINESS. Guy Konings

NEW BUSINESS. Guy Konings 2015 Guy Konings Stedin is verantwoordelijk voor transport van gas en elektriciteit in West Nederland Onze missie: Altijd energie voor onze klanten, vandaag en morgen. Simpel, betaalbaar en duurzaam KERNGETALLEN

Nadere informatie

GROENE KOOLWATERSTOFFEN. Marcel Weeda, Remko Detz, Jeffrey Sipma

GROENE KOOLWATERSTOFFEN. Marcel Weeda, Remko Detz, Jeffrey Sipma GROENE KOOLWATERSTOFFEN Marcel Weeda, Remko Detz, Jeffrey Sipma AANLEIDING: Grote belangstelling voor waterstof in de aanloop naar, en binnen het Klimaatakkoord Scenario s, projecties en schattingen voor

Nadere informatie

Het KlimaatAkkoord (ieder z n opinie; hier is de mijne)

Het KlimaatAkkoord (ieder z n opinie; hier is de mijne) Het KlimaatAkkoord (ieder z n opinie; hier is de mijne) Gert Jan Kramer Tilburg Science Café, 15 Januari 2019 Haalbaarheid en Draagvlak 300 Dutch GHG emissions emissions (Mton CO 2eq ) 200 100-12% -49%

Nadere informatie

Gemeente Ede energieneutraal 2050

Gemeente Ede energieneutraal 2050 De gemeente Ede wil uiterlijk in 2050 energieneutraal zijn. Dit betekent dat we alle energie die in onze gemeente wordt gebruikt op een schone (hernieuwbare) manier willen opwekken. Dat doen we het liefst

Nadere informatie

Afvang, transport en opslag van CO 2 (CCS) 1. Wat is CCS? ECN-facts. -afvang. Methoden van CO 2. Bronnen van CO 2. Afvang van CO 2

Afvang, transport en opslag van CO 2 (CCS) 1. Wat is CCS? ECN-facts. -afvang. Methoden van CO 2. Bronnen van CO 2. Afvang van CO 2 Afvang, transport en opslag van (CCS) ECN-facts Methoden van -afvang Afvang van is een bekende technologie in verschillende industriële processen, bijvoorbeeld in de kunstmestindustrie, waterstofproductie

Nadere informatie

Impact analyse: ambitie elektrisch transport

Impact analyse: ambitie elektrisch transport Impact analyse: ambitie elektrisch transport ad-hoc verzoek EL&I 29 maart 211, ECN-L--11-27, C. Hanschke www.ecn.nl Scope en aanpak impact analyse 1.8.6.4.2 Groeiambitie Elektrische auto's [mln] 215 22

Nadere informatie

Duurzame Industrie. De ombouw van energie-intensief naar energie-efficiënt

Duurzame Industrie. De ombouw van energie-intensief naar energie-efficiënt Duurzame Industrie De ombouw van energie-intensief naar energie-efficiënt De ombouw van energie-intensief naar energie-efficiënt De verduurzaming van Nederland en van de industrie vraagt onder andere

Nadere informatie

Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025

Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025 Duurzame energie Fryslân Quickscan 2020 & 2025 Willemien Veele Cor Kamminga 08-04-16 www.rijksmonumenten.nl Achtergrond en aanleiding Ambitie om in 2020 16% van de energie duurzaam op te wekken in Fryslân

Nadere informatie

Van visie naar doen. De rol van gas en Gasunie in de duurzame energievoorziening

Van visie naar doen. De rol van gas en Gasunie in de duurzame energievoorziening Van visie naar doen De rol van gas en Gasunie in de duurzame energievoorziening Feb. 2017 1 2 Onze visie op energietransitie Het doel is: klimaatbelasting verminderen door CO2-reductie. Dit betekent: per

Nadere informatie

Change. Hoe moet het morgen met de energievoorziening? Document. magazine

Change. Hoe moet het morgen met de energievoorziening? Document. magazine Hoe moet het morgen met de energievoorziening? Nederland is verslaafd aan fossiele energie, zeker in vergelijking met landen om ons heen, vertelt Paul Korting, directeur van ECN. Er zijn genoeg scenario

Nadere informatie

Warmte: transitiepad naar een CO2 neutrale wijk

Warmte: transitiepad naar een CO2 neutrale wijk Warmte: transitiepad naar een CO2 neutrale wijk Werksessie Topsector Energie 03/10/2016 Juriaan van Tilburg, Edwin van Vliet Even voorstellen > Juriaan van Tilburg 2016-heden: consultant Ecofys > Future

Nadere informatie

DE ROL VAN GAS EN GASINFRASTRUCTUUR IN EEN DUURZAME LEEFOMGEVING. Samen naar een duurzame, betrouwbare en competitieve energiemix

DE ROL VAN GAS EN GASINFRASTRUCTUUR IN EEN DUURZAME LEEFOMGEVING. Samen naar een duurzame, betrouwbare en competitieve energiemix DE ROL VAN GAS EN GASINFRASTRUCTUUR IN EEN DUURZAME LEEFOMGEVING Samen naar een duurzame, betrouwbare en competitieve energiemix DE BELGISCHE ENERGIE- UITDAGING 2 De doelstellingen van het interfederale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid op weg naar 2020 Nr. 133 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR

Nadere informatie

Effecten en kosten van een kolenexit versus schone kolencentrales Bezinningsgroep energie 28 juni 2016

Effecten en kosten van een kolenexit versus schone kolencentrales Bezinningsgroep energie 28 juni 2016 Effecten en kosten van een kolenexit versus schone kolencentrales Bezinningsgroep energie 28 juni 2016 Ron.wit@eneco.com Overzicht presentatie 1. Ontwikkeling aandeel kolenstroom in Nederland 2. Effecten

Nadere informatie

Wilt u warmte en elektriciteit. res-fc market

Wilt u warmte en elektriciteit. res-fc market Wilt u warmte en elektriciteit res-fc market Het project Het EU-project RES-FC Market wil de marktintroductie van brandstofcelsystemen voor huishoudens (FCHS) die gebruik maken van hernieuwbare energie

Nadere informatie

Biomassa. in het klimaatakkoord en de energietransitie

Biomassa. in het klimaatakkoord en de energietransitie Biomassa in het klimaatakkoord en de energietransitie Over Morgen Energieke ruimdenkers en versnellers. Adviseurs die zichtbare oplossingen bieden voor een betere en toekomstbestendige leefomgeving. Oplossingen

Nadere informatie

Energie-neutrale woningen met groengas Inbreng voor klimaatberaadtafels Gebouwde omgeving en Energie

Energie-neutrale woningen met groengas Inbreng voor klimaatberaadtafels Gebouwde omgeving en Energie Dialoog J: Huishoudens moeten van het gas af F: Nee, van het aardgas J: Maar om de verduurzamen moet toch alles elektrisch? F: Nee, verduurzamen kan ook met groen gas J: Maar waar halen ze dan groen gas

Nadere informatie

Biomassa: brood of brandstof?

Biomassa: brood of brandstof? RUG3 Biomassa: brood of brandstof? Centrum voor Energie en Milieukunde dr ir Sanderine Nonhebel Dia 1 RUG3 To set the date: * >Insert >Date and Time * At Fixed: fill the date in format mm-dd-yy * >Apply

Nadere informatie

NAAR EEN GROENE WATERSTOFECONOMIE IN ZUID-HOLLAND EEN VISIE VOOR 2030

NAAR EEN GROENE WATERSTOFECONOMIE IN ZUID-HOLLAND EEN VISIE VOOR 2030 NAAR EEN GROENE WATERSTOFECONOMIE IN ZUID-HOLLAND EEN VISIE VOOR 2030 Een advies aan de Provincie Zuid-Holland Maart 2019 Zuid-Holland kent een dubbele urgentie voor ontwikkelen groene waterstofeconomie:

Nadere informatie

Verkenning functionele energievraag en CO 2 -emissies tot 2050

Verkenning functionele energievraag en CO 2 -emissies tot 2050 Verkenning functionele energievraag en CO 2 -emissies tot 25 1 augustus 215 3.F61 Verkenning functionele energievraag en CO 2 -emissies tot 25 Bibliotheekgegevens rapport: Verkenning functionele energievraag

Nadere informatie

Systeemintegratie - Infrastructuur Verkenning 2050 TenneT& Gasunie

Systeemintegratie - Infrastructuur Verkenning 2050 TenneT& Gasunie Soest, 5 juli 2019 Systeemintegratie - Infrastructuur Verkenning 2050 TenneT& Gasunie René Schutte - Program Manager Hydrogen Soest, 5 juli 2019 #2 Energiesysteem in 2050: Elektronen & Moleculen Een slimme

Nadere informatie

Aandeelhoudende gemeenten van Cogas willen

Aandeelhoudende gemeenten van Cogas willen Aandeelhoudende gemeenten van Cogas willen Energie verduurzamen maar: Nationaal landschap leent zich minder voor zonne- en windenergie; Ondergrond minder geschikt voor WKO en geothermie; Inzet hout: beperkt

Nadere informatie

Klimaatbeleid gericht op een energietransitie. 11 maart 2016, Ros PBL

Klimaatbeleid gericht op een energietransitie. 11 maart 2016, Ros PBL Klimaatbeleid gericht op een energietransitie 1 De transitietheorie Landschap RLIadvies Klimaatakkoord Parijs Regime Systeemverandering Niches 2 Broeikasgasemissies: de opgave! Emissies Mton CO2-eq 1990

Nadere informatie

Waterstofmobiliteit: status en uitdagingen

Waterstofmobiliteit: status en uitdagingen Waterstofmobiliteit: status en uitdagingen Marcel Weeda, ECN Mini-symposium zero-emissie openbaar vervoer in Noord-Holland Provinciehuis NH, Haarlem 16 september 2015 www.ecn.nl Inhoud Zero-emissie openbaar

Nadere informatie

Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2

Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2 Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2 Energietransitie Papierketen De ambities binnen Energietransitie Papierketen: Halvering van het energieverbruik per eindproduct in de keten per

Nadere informatie

In het hol van de leeuw?

In het hol van de leeuw? In het hol van de leeuw? Ing. Ruud Brunst Manager Applications 5-10-2016 remeha.nl We horen vaak Gas raakt op of fosiele brandstoffen worden schaars maar is dat wel zo? remeha.nl Gas zal nog lang beschikbaar

Nadere informatie

Power to gas onderdeel van de energietransitie

Power to gas onderdeel van de energietransitie Power to gas onderdeel van de energietransitie 10 oktober 2013 K.G. Wiersma Gasunie: gasinfrastructuur & gastransport 1 Gastransportnet in Nederland en Noord-Duitsland Volume ~125 mrd m 3 aardgas p/j Lengte

Nadere informatie

De kosten van de energietransitie, en: kansen voor de gasindustrie. Martien Visser Lector Energietransitie & Netwerken. Hanzehogeschool Groningen

De kosten van de energietransitie, en: kansen voor de gasindustrie. Martien Visser Lector Energietransitie & Netwerken. Hanzehogeschool Groningen De kosten van de energietransitie, en: kansen voor de gasindustrie Martien Visser Lector Energietransitie & Netwerken Hanzehogeschool Groningen Hanzehogeschool Groningen (circa 30.000 studenten) Energy

Nadere informatie

Elektrische auto stoot evenveel CO 2 uit als gewone auto

Elektrische auto stoot evenveel CO 2 uit als gewone auto Elektrische auto stoot evenveel CO 2 uit als gewone auto Bron 1: Elektrische auto s zijn duur en helpen vooralsnog niets. Zet liever in op zuinige auto s, zegt Guus Kroes. 1. De elektrische auto is in

Nadere informatie

van aardgasbuffer naar energiehub

van aardgasbuffer naar energiehub Aardgasbuffer Zuidwending van aardgasbuffer naar energiehub Voor het eerst in Nederland wordt een installatie opgezet waarbij op een schaal van 1 Megawatt (MW) ervaring wordt opgedaan met de omzetting

Nadere informatie

Groen gas. Duurzame energieopwekking. Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Welke keuzes en wat levert het op?

Groen gas. Duurzame energieopwekking. Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Welke keuzes en wat levert het op? Totaalgebruik 2010: 245 Petajoule (PJ) Groen gas Welke keuzes en wat levert het op? Huidig beleid 100 miljoen m 3 groen gas. Opbrengst: 3 PJ. Extra inspanning 200 miljoen m 3 groen gas. Opbrengst: 6 PJ.

Nadere informatie

Duurzame Industrie. De overgang naar een circulaire en een CO2-vrije industrie

Duurzame Industrie. De overgang naar een circulaire en een CO2-vrije industrie Duurzame Industrie De overgang naar een circulaire en een CO2-vrije industrie De ombouw van energie-intensief naar energie-efficiënt De verduurzaming van Nederland en van de industrie vraagt onder andere

Nadere informatie