Alternatieve Niveau 2 en 3 Cursussengids. Periode 1. UTRECHT, MEI 2014 Gemaakt door de Onderwijscommissie van de Utrechtse Biologen Vereniging

Transcriptie

1 Alternatieve Niveau 2 en 3 Cursussengids Periode 1 UTRECHT, MEI 2014 Gemaakt door de Onderwijscommissie van de Utrechtse Biologen Vereniging

2 1 Voordat je begint met lezen De alternatieve studiegids is anders dan de reguliere studiegids van het departement Biologie. De informatie in deze gids is afgestemd op die in de reguliere, maar het kan gebeuren dat ze minder up to date is. Kijk dus vooral ook naar de reguliere studiegids op de site van de Universiteit. De directe link er naartoe is als volgt: ogie/studiepunt/naslag/studiegids/pages/default.aspx Wil je meer weten over de veranderingen in het onderwijsmodel van de komende jaren, kijk dan op:

3 2 Voorwoord Lieve Biologen, De laatste studiegids van het jaar ligt alweer voor je neus. Waarschijnlijk zit je nu in de UBV-kamer met een bak koffie of thee terwijl het buiten super lekker weer is. Waar wacht je nog op? Ga lekker naar buiten, duik in het dichtstbijzijnde water en kom over een uurtje weer terug! Het feit dat je nu toch weer aan het lezen bent betekent ofwel dat je net een uurtje lekker buiten bent geweest (kudos voor jou) of dat je met je handen in het haar zit om een keuze te maken tussen cursussen die nog minstens 3 maanden van je vandaan zijn. In dat geval, komt wel goed schatje! Daar ik je vanaf mijn computer niet kan voorzien van Roosvicee zul je het moeten doen met de alternatieve studiegids! Ik hoop oprecht dat deze je van de nodige informatie kan voorzien, aan een klungelig fruitsiroopje heb je immers een stuk minder. Anyway, deze fabuleuze gids bevat wederom een schat aan waardevolle informatie die je ongetwijfeld maar half en ongeïnteresseerd zult lezen. Na een langlopend onderzoek door de commissie* is namelijk gebleken dat de populairste pagina van de alternatieve studiegids de achterste blijkt te zijn. Geheel onverwacht blijkt deze gids namelijk vooral dienst te doen voor het maken van bomen. Klaverjasbomen wel te verstaan. Als biologen zijn wij natuurlijk een groot voorstander van recycling, echter is deze speciale vorm van het herplanten van onze gewortelde vrienden toch lichtelijk gemengd ontvangen. Recycling juichen wij natuurlijk toe, echter wordt ons levenswerk zwaar verminkt en naderhand gedeponeerd in de papierbak. Dat je dit nog steeds zit te lezen betekent toch wel dat je bijzonder weinig te doen hebt of dat je nog niet hebt besloten welke cursussen je moet gaan doen in periode 1. Lees dan snel de rest van deze gids en kies de twee leukste cursussen die je kunt vinden. Zoek vervolgens drie kompanen en een pen, sla dit boekje dicht en ga lekker zitten jassen. Als het net zulk goed weer is als tijdens het moment van schrijven: pak er dan alsjeblieft een biertje bij en geniet van je laatste paar weken van het collegejaar. Cheers! Tot op de UBV! Pim van Caspel *Geen echt onderzoek, waarnemingen en interpretaties kunnen afwijken van de werkelijkheid. Pssst, zouden jullie eerst even de onderwijsevaluatie van je afgelopen cursus in willen vullen? Deze informatie is heel waardevol voor het verbeteren van onze eigen studie en wordt onder andere gebruikt voor het samenstellen van deze gids.

4 3 Toelichting Beste student, Het kiezen van de juiste vakken voor de volgende periode blijft altijd moeilijk. Voor veel studenten biedt deze alternatieve studiegids dan ook een helpende hand. Veel van jullie kennen de gids inmiddels, maar voor degene waarbij hij wat minder bekend is volgt hier een korte uitleg over wat de alternatieve studiegids precies is. De alternatieve studiegids lijkt in principe erg veel op de gewone studiegids: over elke cursus staat een stukje tekst waarin beschreven wordt wat deze cursus precies inhoudt. Het grote verschil met de gewone studiegids is dat deze stukjes geschreven zijn door studenten. Deze studenten hebben het vak vorig jaar gevolgd en delen op deze manier hun ervaringen met jullie. Zij beschrijven het verloop van de cursus, de onderwerpen die aan bod komen en geven bijvoorbeeld aan hoe zwaar zij het vonden om de desbetreffende cursus te volgen. Dit is natuurlijk wel de mening van één enkele student, maar het geeft je in ieder geval een beeld van hoe het vak in elkaar zit. Dit kan je helpen bij je beslissing. Bij iedere cursus wordt ook het slagingspercentage van de cursus vermeld. Deze slagingspercentages berusten op de studenten die het vak in een keer halen. Daarnaast worden sinds kort ook gemiddelde beoordelingen die uit de OAC-B onderwijsenquêtes zijn gekomen onder elke cursus vermeld. Dit geeft een algemeen beeld van hoe de cursus wordt beoordeeld door studenten. Let wel op, sommige cursussen zijn maar door een relatief klein deel van de deelnemers beoordeeld. Jij kunt helpen om deze cijfers nog betrouwbaarder te maken door ook de enquête in te vullen! Volg je deze periode cursussen bij Biologie? Of volg je een cursus bij een andere studie waar meer biologen over zouden moeten horen? En wil jij een nieuw stukje schrijven voor de gids van volgend jaar? Laat het ons weten! Stuur een mailtje naar met daarin het vak waarover jij een stukje zou willen schrijven. Je kunt natuurlijk ook iemand van ons aanspreken! Ben jij een ouderejaars bioloog en wil je beginnen aan je scriptie/onderzoeksproject? Ook hiervoor kun je bij ons terecht. Kijk achter in deze alternatieve studiegids voor meer informatie! Heel veel succes met het maken van je keuze en natuurlijk veel plezier bij het volgen van je cursussen! De onderwijscommissie van de UBV, Linde Berg Pim van Caspel Yeszamin Onderwater Iris Hameleers Milou Arts Jonas Jonker

5 4 Inhoudsopgave Voordat je begint met lezen 1 Voorwoord 2 Toelichting 3 Inhoudsopgave 4 Blokjesrooster 5 Voorwaarden voor het volgen van niveau 2 & 3 cursussen 5 De Onderwijscommissie van de UBV (OcUBV) 7 Periode 1 - timeslot A + D Niveau Niveau 3-11 Periode 1 - timeslot B + C Niveau Niveau 3-13 Periode 1 - fulltime Niveau 3-14 Periode 1 - timeslot A + D of B + C Niveau 3-16 Cursussen buiten Biologie 17 Dankwoord 18

6 Blokjesrooster 5

7 6 Voorwaarden voor het volgen van niveau 2 & 3 cursussen Er zijn voorwaarden voor het volgen van niveau 2 & 3 cursussen. De regels hiervoor staan genoemd in de Onderwijsexamen regeling (OER). In het artikel uit de OER dat de toelating tot het onderwijs van niveau 2 en 3 bepaalt, staat: art. 4.2 ingangseisen cursussen; voorkennis 1. Toegang tot de cursussen (practica, werkcolleges en toetsen) van het verdiepende niveau (niveau 2) van de opleiding heeft de student die van het eerste jaar van de opleiding onderdelen met een studielast van tenminste 45 studiepunten heeft behaald. 2. Toegang tot de cursussen (practica, werkcolleges en toetsen) van het gevorderde niveau (niveau 3) van de opleiding heeft de student die van de keuzeonderdelen van de opleiding op verdiepend niveau (niveau 2) van het 2e jaar onderdelen met een studielast van tenminste 15 studiepunten heeft behaald. 3. Toegang tot de cursussen Afstudeeropdracht (scriptiecursus) en Onderzoeksproject heeft de student die tenminste 120 studiepunten van de major van de opleiding heeft afgerond met een voldoende eindcijfer, waarvan het verplichte deel van de major (67½ studiepunten) geheel moet zijn behaald. 4. Vanwege gewetensbezwaren kan de student verzoeken om deel te nemen aan de cursus Biologie van dieren (niveau 1) waarbij van de cursus de verplichte dissectiepractica worden vervangen door een andere opdracht. 5. Aan de niveau 2 cursus gedragsbiologie kan eerst worden deelgenomen nadat een voldoende is behaald voor de niveau 1 cursus Biologie van dieren met dissectie en de cursus Evolutie en biodiversiteit. 6. De cursus Biologie van dieren met dissectie is verplicht voor alle cursussen van niveau 2 en 3 met practica waarbij gebruik wordt gemaakt van dieren. 7. Onverminderd het bepaalde in het vijfde en zesde lid wordt in de Universitaire Onderwijscatalogus (en de studiegids) bij elke cursus aangegeven welke voorkennis vereist is om daaraan met goed gevolg te kunnen deelnemen. De volledige OER kan je inzien en downloaden op de website van de Universiteit: t/naslag/oer/pages/default.aspx

8 7 De Onderwijscommissie van de UBV (OcUBV) De onderwijscommissie van de UBV is de commissie die service op onderwijsgebied levert aan alle Utrechtse biologiestudenten. De commissie heeft ook jou een heleboel te bieden! Aan wat voor services kun je zoal denken? - Tentamenbundel voor eerstejaars - Tentamenbank op de UBV-site - Stagebank op de UBV-site - Alternatieve studiegidsen - Alternatieve mastergids - Studie-informatie De producten van de OcUBV kun je vinden op de website van de UBV: onder het kopje onderwijs. Ook over de commissie zelf staat informatie op de website. Klik hiervoor vanaf de hoofdpagina door naar het kopje commissies. Ook organiseren we een Studeren In Het Buitenland Avond, een vakgroepentocht, een eerstejaars keuzevakkenborrel en bijlesdagen voor herkansingen van struikelvakken. Dus wil je je graag oriënteren op het buitenland, meer weten over de verschillende onderzoeksgroepen bij biologie in Utrecht of kun je wel wat hulp gebruiken bij het kiezen van je cursussen of het studeren voor je herkansing? Kom dan naar één van onze activiteiten! Voor meer algemene informatie en nieuws op onderwijsgebied kun je ook altijd een sturen naar vicevoorzitter@ubv.info of bellen naar de UBV-kamer ( ). Natuurlijk kun je ook een onderwijscommissie- of bestuurslid aanspreken, vragen staat vrij! Zin om te helpen met het maken van deze gids? Wil je in een commissie, maar er niet al te veel tijd aan kwijt zijn? Kom de OcUBV versterken! Hoe? Zoals hierboven: mail/bel/spreek iemand aan NB: Ben jij op zoek naar een gezellige commissie die niet te veel tijd kost maar wel belangrijk werk verzet? Stuur een mailtje naar vicevoorzitter@ubv.info en wie weet zien wij jou op de volgende vergadering! NB 2: Wil je een bijdrage leveren aan de tentamenbank? Vraag je docent of je het tentamen mee mag nemen voor de tentamenbank en geef het aan de vice-voorzitter van de UBV. Hier heeft iedereen profijt van!

9 8 Studieadviespaden De Bachelor Biologie kent vier studieadviespaden. Een studieadviespad is een cluster van cursussen die je een goede basis geeft voor bepaalde masterprogramma s, maar je bent niet verplicht deze cursussen te volgen. Je wordt geadviseerd een pad te volgen als je een bepaalde richting op wilt. Hieronder staan de studieadviespaden genoemd met de bijbehorende cursussen van periode 1. Meer informatie over de studieadviespaden vind je in de reguliere studiegids. Organismen, Ecosystemen en Biodiversiteit Niveau 2 Niveau 3 Theoretische ecologie Genoombiologie Microbiële interacties Biodiversiteit en landschap Mariene wetenschappen 2 Plantenfysiologie Gedragsbiologie Niveau 2 Niveau 3 - Gedragsecologie Endocrinologie Bio-ethiek Moleculaire Levenswetenschappen Niveau 2 Niveau 3 Theoretische ecologie Genoombiologie Ontwikkelingsbiologie 1 De Cel Microbiële interacties Educatie, Communicatie en Management Niveau 2 Niveau 3 - -

10 9 Periode 1 - timeslot A + D - - Niveau 2 De Cel (B-B2CEL090) De Cel is een cursus die noodzakelijk is voor het studiepad moleculaire en cellulaire biologie. Het is echter ook een handige cursus als je een andere richting op wilt, want de kennis die je opdoet staat aan de basis staat van vele onderwerpen in de biologie. De Cel bouwt voort op Moleculaire biologie uit het eerste jaar, dus als je dat een leuke cursus vond kom je hier ook zeker aan je trekken. De colleges worden gegeven door Adri Thomas, Fons Cremers en Jan Andries Post en het is een cursus waar veel studietijd in gaan zitten. Gedurende de cursus loopt er een project waarbij je een essay moet schrijven in groepen van ongeveer 6 personen over een onderdeel van het cytoskelet of een ander celbiologisch onderwerp. Het essay wordt gepresenteerd aan het eind van de cursus gedurende een symposium. Van dit project leer je primaire artikelen lezen en samenwerken, wat met 6 mensen vrij lastig is. Ik vind het essay een onderdeel dat veel toevoegt aan de cursus. Het resterende deel bestaat uit hoorcolleges, die tevens worden opgenomen, en een paar COO s en werkcolleges. Er zijn niet heel veel contacturen ingepland maar door het schrijven van je essay zul je toch vaak lang op de uithof zijn. Het boek dat gebruikt wordt is het dikke Molecular biology of the Cell, dit boek staat centraal in de cursus en hier zijn de colleges voornamelijk op gebaseerd. Het is een fijn boek dat lijkt op Campbell qua stijl en indeling. Het is belangrijk om de figuren te begrijpen en te kunnen reproduceren. Onder andere het proces van DNA naar eiwit, de chromosoomstructuur, DNA-replicatie, controle gen expressie, eiwit transport, het cytoskelet en de verschillende celorganellen worden behandeld. Het lijkt in eerste instantie een herhaling van de stof die je al hebt gehad, maar het gaat er een stuk dieper op in. Dit maakt het ook leuker, maar pas op dat je het daardoor niet onderschat! Uiteindelijk wordt de stof getoetst in drie pittige tentamens met veel details waarbij het belangrijk is om de afkortingen te kennen. Al met al een leuke en vooral uitdagende cursus. Beoordeling(door 20 van de 79 deelnemers): 7,2 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 62%-80% Theoretische ecologie (B-B2THEC05) Theoretische ecologie gaat eigenlijk verder in op een deel van de cursus systeembiologie uit het eerste jaar, namelijk het werken met modellen. Het eerste deel gaat over het modelleren van populatiedynamica in verschillende ecosystemen, dit wordt gegeven door Rob de Boer. Hij geeft duidelijke colleges, waarna je meteen een werkcollege of een computerpracticum hebt om zelf met de stof aan de slag te gaan. De begeleiding bij de werkcolleges is goed, soms zijn de opdrachten wel moeilijk maar er is dus voldoende assistentie. Bij de computerpractica ga je weer met GRIND werken. Dit deel wordt afgesloten met een toets, zelf vond ik de toets een stuk makkelijker dan veel van de opgaves die we tijdens de werkcolleges gemaakt hadden en daardoor goed te doen. Het tweede deel van de cursus wordt gegeven door Feike Schieving. Ik vond het zelf iets onduidelijker waar dat deel nou precies over ging, maar het wordt ecologische interacties genoemd. Je gaat weer met modellen werken, en dan vooral over optimalisatie van energie. Dit deel wordt op dezelfde manier gegeven, dus eerst een hoorcollege en daaropvolgend een werkcollege. Deze zijn goed te doen en de toets aan het einde van dit deel is wederom goed te doen wanneer je de werkcolleges hebt gemaakt. Voor zowel het deel van Rob als het deel van Feike wordt een dictaat aangeboden, heb je geen boeken nodig. Het derde en laatste deel van de cursus is een literatuurstudie. Je krijgt een artikel en aan de hand daarvan moet je zelf een model gaan schrijven of verbeteren. Ik vond dit zelf wel pittig, maar

11 10 ook erg tof, omdat je echt kan toepassen wat je nou de hele cursus geleerd hebt. Ook hierbij word je goed begeleid als je daarom vraagt. Aan het eind moet je een verslag inleveren en een presentatie geven in het Engels, maar je wordt niet afgerekend op je taalgebruik. Over het algemeen vond ik de cursus goed te doen, maar daar zijn de meningen wel over verdeeld. Het is best wiskundig en het maken en interpreteren van modellen moet je wel liggen, anders is de cursus niks voor jou. Maar als je de werkcolleges maakt in de tijd die ervoor staat en direct uitleg vraagt wanneer je iets niet snapt, is het zeker haalbaar. Het maken van modellen is een ontzettend handige vaardigheid, eigenlijk in elke richting binnen de biologie! Beoordeling(door 11 van de 24 deelnemers): 7,5 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 75%-100% Plantenfysiologie (B-B2PLFY09) De cursus Plantenfysiologie wordt gegeven door Marcel Proveniers. Hij geeft de cursus alleen en je zult hem dus tijdens elk college zien. Hij is erg enthousiast over zijn vakgebied en draagt zijn enthousiasme ook goed over. De cursus begint met het behandelen van een paar pigmenten die processen regelen maar schakelt dan snel over op planthormonen die eigenlijk alles regelen in een plant. Alles is erg duidelijk en wordt goed uitgelegd, je treedt steeds verder in detail en verbreed je kennis over de hormonen geleidelijk door ieder hormoon apart te behandelen. Ook wordt er vaak verwezen naar voorbeelden in de praktijk, over hoe het bijvoorbeeld in de plantenteelt wordt gebruikt. Iedere week is er een college met een aansluitend werkcollege over de behandelde stof. Dit is allemaal niet verplicht maar wel heel erg handig omdat je de stof dan vast twee keer goed hebt behandeld. Naast de hoor- en werkcolleges is er ook nog een schrijfopdracht over een maatschappelijk relevant onderwerp, dit zorgt ervoor dat je de opgedane kennis gaat toepassen om bijvoorbeeld biofuels uit te leggen en er een mening over te vormen. In de laatste week geef je ook nog een presentatie over een artikel waar je ook je opgedane kennis voor kunt gebruiken. Er zijn twee tentamens, het eerste tentamen gaat over de helft van de stof en het tweede over alle stof. Dit is veel, maar goed te doen. De cursus is prima te halen als je naar de colleges gaat. Als je de werkcolleges goed hebt gemaakt is het enkel nog een kwestie van herhalen voor het tentamen. Het boek is niet verplicht en ook niet essentieel, alles wat belangrijk is zet Marcel in de presentaties en vertelt hij bij de werkcolleges. Echter is het soms bij het leren wel handig om wat toelichting te lezen over de stof die is behandeld. De cursus is interessant als je in planten geïnteresseerd bent maar ook voor mensen die denken dat planten niks doen. Het opent je ogen voor wat een ingewikkelde organismen het wel niet zijn. Prima cursus! Beoordeling(door 28 van de 67 deelnemers): 7,5 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 78%-97%

12 11 - Niveau 3 - Genoombiologie (B-B3GENB09) De cursus Genoombiologie wordt gegeven door Guido van den Ackerveken en Berend Snel. De cursus is opgebouwd uit twee tentamens, twee debatten en een werkstuk. Het eerste deel van de cursus wordt vooral gegeven door Guido. Tijdens zijn colleges gaat het vooral over chromosoomstructuur en epigenetica. Daarnaast is er een opdracht waarbij je met een groepje tegen een ander groepje moet debatteren over een bepaald onderwerp, bijvoorbeeld de stelling dat induced pluripotent stem cells gelijkwaardig zijn aan embryonale stamcellen. De ene groep is dan tegen de stelling en de andere groep is voor en bij het debat moet je artikelen als bewijsstukken aanleveren voor jouw stelling. Dit is een hele leuke manier om actief naar artikelen te zoeken, want je wilt natuurlijk het andere groepje onderuit halen. Het tweede deel van de cursus bestaat voornamelijk uit bioinformatica, met veel computeropdrachten. Berend vertelt in zijn colleges hoe je het genoom kunt analyseren, door bijvoorbeeld genen te vergelijken met andere soorten, en wat we uiteindelijk allemaal met deze informatie kunnen. Dit moet vervolgens allemaal verwerkt worden in een werkstuk. Dit is best veel werk en de opdracht was in het begin wat onduidelijk, maar het eindresultaat zorgt er wel voor dat je alles wat tijdens college is langsgekomen, hebt toegepast. De docenten zijn goed benaderbaaren vriendelijk en ze leggen de stof duidelijk. De cursus is goed opgezet, de opdrachten (debatten, werkstuk) zijn creatieve manieren van onderwijs. Je gaat echt heel actief om met de leerstof op een heel leuke manier, het is anders dan het schrijven van een essay zoals bij veel andere cursussen het geval is. Je bent constant bezig met de verschillende opdrachten, maar het is niet te veel. Je merkt bij deze cursus dat de docenten veel tijd en enthousiasme steken in deze cursus en dat zorgt ervoor dat de cursus, ook als je de stof iets minder interessant vind, erg leuk is om te volgen is! Beoordeling(door 20 van de 43 deelnemers): 6,7 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 79%-83% Gedragsecologie (B-B3GECO09) De cursus gedragsecologie is een niveau 3 cursus die gegeven wordt door Marie José Duchateau en Gerard Driessen. Het eerste deel van de colleges wordt gegeven door Gerard en het tweede deel door Marie José. Verder heb je een onderzoek gedurende de hele cursus waarbij je uit twee verschillende richtingen kunt kiezen. De kwaliteit van de docenten is prima. Ze zijn goed verstaanbaar tijdens de colleges en leggen de onderwerpen duidelijk uit. De cursus gaat over gedrag van dieren en hun omgeving. Hier horen ook de interacties tussen dieren bij. Het gaat dus niet echt om het gedrag van een dier, maar meer de communicatie onderling en met het milieu. Je hebt elke week colleges en practica. Het practicum is eigenlijk meer een onderzoek, je krijgt een onderwerp dat je moet gaan onderzoeken en doet vervolgens ook het hele onderzoek zelf. De modelorganismen zijn Drosophila en Nasonia, en je kan naar verschillende gedragingen onderzoek doen, van paring tot kleurkeuze. Het boek is heel erg handig om te hebben, daar staat alles in je op het tentamen kunt verwachten. De hoeveelheid stof is prima te doen. De tentamens direct in het begin en ongeveer halverwege de periode heb je de beide tentamens gehad. Maar dit komt eigenlijk heel goed uit want dan heb je erna genoeg tijd voor je onderzoek en het schrijven van het verslag. Het tentamen is zeer gedetailleerd is en je zult alle feiten dus echt moeten leren. Al met al een leuk vak. Het is zeker een aanrader voor mensen die geïnteresseerd zijn in gedrag en omgeving. Beoordeling(door 25 van de 50 deelnemers): 7,7 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 68%-94%

13 12 Periode 1 - timeslot B + C - - Niveau 2 - Ontwikkelingsbiologie (B-B2OBI07) Bij Ontwikkelingsbiologie leer je over de embryonale ontwikkeling van een aantal modelorganismen, zoals de kip, Drosophila en Xenopus. De colleges van deze cursus worden gegeven door Wim Dictus en Adri Thomas. Beide docenten zijn erg betrokken en brengen de stof met veel enthousiasme en humor over. Verder geven ze hun eigen smaakje aan de cursus door leuke verhalen over hun onderzoekservaring te delen. Tijdens de cursus staat de moleculaire achtergrond van ontwikkeling centraal. Je zal dus veel leren over de manieren waarop cellen elkaar kunnen beïnvloeden en hoe cellen zich kunnen specialiseren. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de beweging en migratie van cellen in een embryo. De stof wordt voornamelijk behandeld aan de hand van hoorcolleges en practica. De practica zijn vaak vrij intensief en bieden een goede gelegenheid om te werken aan je dissectie vaardigheden. Ze zijn niet altijd samenhangend met de stof die je uit het boek moet leren maar de nabespreking aan het einde van elk practicum is erg belangrijk om bij te wonen, ook hier komen tentamenvragen over. Aan het einde van de cursus mag je de kippenembryo s die je geprepareerd en gekleurd hebt mee naar huis nemen. Tijdens de colleges wordt de stof uit het boek behandeld. De colleges bevatten niet alle stof dus je zult dus ook buiten de contacturen het boek in moeten duiken. Gedurende de cursus schrijf je met drie medestudenten een essay over één van de 25 mijlpalen van ontwikkelingsbiologie dat moet voldoen aan strenge eisen die van tevoren worden gecommuniceerd. De combinatie van colleges, practica, zelfstudie, drie tentamens en het schrijven van een essay zorgt voor een drukke cursus waar aardig wat tijd in gaat zitten. Er wordt van je verwacht dat je de stof in detail kent, waardoor de tentamens best pittig kunnen zijn. De cursus Ontwikkelingsbiologie is erg interessant en breed. De cursus heeft veel contacturen en daarnaast zul je nog veel aan zelfstudie moeten doen. De docenten brengen de grote hoeveelheid stof echter op een leuke manier, en maken het erg begrijpelijk waardoor je veel van de cursus zult leren. Beoordeling(door 19 van de 69 deelnemers): 7,8 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 59%-74% Microbiële interacties (B-B2MINT10) De cursus bestaat in feite uit twee delen. In het eerste deel wordt de interactie tussen dieren en micro-organisme behandeld. Hier worden voornamelijk eigenschappen van bacteriën behandeld en de dierlijke verdediging hiertegen. Het blijft echter wel op cellulaire schaal. In het daarop volgende deel staan plant-microbe interacties centraal. Je leert een aantal vormen van resistentie onder planten. De cursus wordt hier iets praktischer omdat je ook 2 keer de botanische tuinen in gaat opzoek naar plantenziekten. Denk hierbij aan schimmels en oomyceten. Hierop volgen weer een aantal practica en wordt er samengewerkt met een internationale onderzoeksgroep. De cursus bestaat uit hoorcolleges en practica. Er is geen reader of boek en colleges worden niet opgenomen. De twee tentamens bestaan alleen uit de in de hoorcolleges behandelde stof. Daarnaast schrijf je een verslag en geef je en presentatier en zijn er nog wat andere verplichte opdrachten. Margot Koster begeleid het eerste deel van de cursus. Het tweede deel wordt afwisselend gegeven door Corné Pietersen en Peter Bakker. Dit is prima te volgen, al zijn sommige slides een beetje onvolledig. Je leert best veel tijdens de cursus en als je zorgt dat je altijd aanwezig bent hoef je buiten ingeroosterde uren niet zoveel te doen. Beoordeling(door 17 van de 66 deelnemers): 6,6 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 73%-92%

14 13 Mariene wetenschappen 2 (B-B2MAWE14) Deze cursus wordt dit jaar voor het eerst gegeven. Er zijn dus nog geen studenten die het hebben gevolgd en hun ervaringen kunnen delen. Kijk voor de inhoud van de cursus in de reguliere studiegids. - Niveau 3 - Endocrinologie (B-B3ENDO10) De cursus Endocrinologie is een cursus over hormonen en hun werking in organismen en wordt o.a. aangeraden voor gedragsgerichte biologen. Het begint met de ontwikkeling en de functies van de hypothalamus, hypofyse en gonaden. Het tweede deel gaat meer over homeostase en de bijbehorende klieren, zoals schildklier, pancreas en bijnieren. Ook groei onder invloed van hormonen wordt aan het einde behandeld. Gastcolleges gaan o.a. over seksuele differentiatie en determinatie en de invloed van testosteron op gedrag (van mannen). De cursus wordt grotendeels gegeven door Rüdiger Schulz. Hij spreekt prettig, maar is soms wat lang van stof. De colleges van Jan Bogerd over seksuele differentiatie en determinatie gaan onwijs snel, maar zijn wel heel interessant en goed te volgen. Ook worden er twee gastcolleges gegeven over verschillende onderwerpen die best toepasselijk zijn. Het boek dat bij de cursus hoort voegt naar mijn mening niet veel toe, voor de tentamens is het vooral belangrijk de colleges te leren en het boek te gebruiken als eventueel naslagwerk. De structuur van de cursus is erg goed. Je gaat per hormoonklier de verschillende hormonen en hun functies in het lichaam af en elk college heeft dezelfde volgorde waardoor het heel overzichtelijk is. Jan Bogerd heeft vooral afbeeldingen en bijna geen tekst op de slides, waardoor het heel belangrijk is dat je aantekeningen maakt. Naast de colleges zijn er ook een aantal microscopie practica. De practica zijn goed te doen en zijn vaak eerder klaar dan op het rooster staat. De vragen over de practica in het tentamen zijn vrij makkelijk, als je tenminste goede aantekeningen hebt gemaakt bij de uitleg. De enige opdracht van de cursus is een groepsopdracht: aan de hand van een literatuurstudie moet een presentatie worden gegeven. De groepen mogen zelf worden gemaakt, maar het onderwerp wordt toegewezen. Met deze presentatie moet je ook goed/fout vragen maken, waarvan een deel in het tentamen worden geplaatst. Het tentamen bestaat uit ongeveer 80% meerkeuze en wordt afgenomen op de computer, de open vragen zijn vrij pittig en tellen zwaar mee. Beoordeling(door 25 van de 60 deelnemers): 7,3 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 83%-90% Bio-ethiek (B-B3BETH05) Bio-ethiek wordt gegeven door Candice Cornelissen en Frans Staffleu, allebei goede docenten. De cursus gaat over ethiek: wat houdt ethiek in, welke ethische theorieën zijn er en hoe kun je ethiek toepassen in de praktijk. Daarbij worden veel biologie gerelateerde casussen gebruikt, maar verder heeft het vak niet in het bijzonder met biologie te maken. Je hebt hoorcolleges van Frans (meestal op maandag) en op dinsdag en donderdag heb je twee uurtjes werkcollege van Candice of Frans. Het boek is wel handig, al moet ik zeggen dat ik het zelf niet veel heb gebruikt omdat ik vooral van de slides heb geleerd. Het vak is niet heel zwaar. Het is zeker te halen als je het gewoon bijhoudt en de colleges volgt. Je schrijft een essay over het nut van ethiek voor biologen en op het eind moet je een presentatie houden over een zelf uitgekozen ethisch probleem. Aan het einde van de cursus maar je één tentamen om de cursus mee af te sluiten. Ik vond het een erg leuke en leerzaame, maar niet al te moeilijke cursus. Je leert je gedachtes te labelen, goed te beargumenteren en problemen van verschillende kanten te bekijken. Beoordeling(door 24 van de 46 deelnemers): 7,2 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 93%-98%

15 14 Periode 1 - fulltime - - Niveau 3 - Biodiversiteit en landschap (B-B3BILA10) Biodiversiteit en landschap is een cursus die gegeven wordt door Hans ter Steege, Hans Persoon, Feike Schieving en Merel Soons. De cursus wordt gegeven in beide timeslots en is daardoor, vooral in de eerste weken, best intensief. In de eerste week van de cursus krijg je college over Terschelling en een aantal plantenfamilies. Deze families zal je ook gaan bekijken tijdens de practica in de eerste week. Tijdens deze practica leer je hoe je planten moet determineren met behulp van de Heukels flora. Ook leer je de kenmerken van een aantal families zodat je deze later makkelijk kunt herkennen. De tweede en de derde week van de cursus zijn het leukst. Je gaat dan met de hele groep naar Terschelling. De eerste week op Terschelling bestaat voornamelijk uit excursies. Je bezoekt de Noordvaarder, kwelder (Boschplaat), West aan zee en nog veel meer mooie plekjes. Tijdens deze excursies ga je naar de vegetatie kijken en leer je een aantal veel voorkomende soorten herkennen. Het is de bedoeling dat je deze soorten kunt herkennen voor de determinatietoets op de vrijdag van de eerste week. Na deze toets vorm je groepen voor de tweede week. Met deze groepen ga je zelf ergens op Terschelling onderzoek doen. Elke groep doet een ander onderzoek op een andere plek, maar het komt er op neer dat je (in ons geval in de stromende regen) plots uitzet, de vegetatie in de plots noteert en eventueel bodemsamples neemt of de hoogte van de verschillende plots meet. De bedoeling is dat je, eenmaal weer in Utrecht, deze gegevens gaat analyseren en dat je een wetenschappelijk artikel over jouw eigen onderzoek op Terschelling schrijft. De gegevens analyseren doe je met het programma R, hier leer je mee omgaan in de 4e en 5e week van de cursus. Dit betekent echter niet dat je na Terschelling niets meer hoeft te doen, of dat je geen tentamen meer hebt. Naast de colleges over het programma R, krijg je ook een beetje populatiedynamica van Feike en een aantal colleges over biodiversiteit van Hans ter Steege. Deze informatie, het boek Biodiversity, de colleges uit de eerste week van de cursus en alle informatie van Terschelling zijn tentamenstof, Je krijgt voor het tentamen een week vrij om te leren en als je in de eerste weken een beetje hebt mee gedaan, dan is dit goed te doen. De laatste weken van de cursus ben je vooral bezig met je eigen onderzoek, en deze sluit je dan ook af met een presentatie over je eigen onderzoek. Mede door het veldwerk op Terschelling is het een hele leuke cursus, waarin je erg nuttige dingen leert. Zoals omgaan met het statistiek programma R en schrijven van een artikel gebaseerd op eigen verworven resultaten. Beoordeling(door 16 van de 40 deelnemers): 8,1 Slagingspercentage(voor- en na de herkansing): 88%-97%

16 15 Onderzoeksproject (B-B3ONSCR en B-B3ONST) Wanneer je voor deze cursus kiest, kun je het schrijven van de scriptie combineren met een ministage. Je mag zelf bepalen hoe je de tijd indeelt, zolang je maar ongeveer vijf weken aan beide onderdelen besteed. Zelf heb ik ervoor gekozen om eerst vijf weken fulltime aan het onderzoek te werken, om vervolgens de resterende vijf weken aan het schrijven van mijn scriptie te besteden. Bij nader inzien is het wellicht slimmer om deze werkzaamheden wat meer af te wisselen, want vijf weken van 9:00 tot 17:00 aan een scriptie werken kost erg veel geestelijke inspanning. De meeste studenten zullen tijdens het onderzoeksproject iemand (bv. een aio) assisteren bij zijn/haar onderzoek. Ik mocht echter een eigen onderzoek verrichten, namelijk naar de evolutie van corbiculate bijen (zoals honingbijen en hommels). Dit onderzoek deed ik op het moleculaire laboratorium van Roy Erkens, omdat ik de DNA-sequentie van een bepaald gen wilde verkrijgen voor verschillende soorten bijen. Het werk was erg gevarieerd, namelijk van het vangen van bijen tot het sequencen van DNA tot het analyseren van de data achter de computer. Helaas bleek het onderzochte gen niet geschikt, waardoor ik geen bruikbare onderzoeksresultaten verkreeg. Dit zeg ik om aan te geven dat je niet teleurgesteld moet zijn wanneer er geen harde conclusies uit je onderzoek komen. Het doel van het Onderzoeksproject is daarentegen om ervaring op te doen met onderzoek en dat doe je wel degelijk. Bij het Onderzoeksproject hoort ook het houden van een presentatie voor je werkgroep. Hierin zullen de resultaten van je onderzoek besproken worden. Afhankelijk van je begeleider dien je ook een verslag in te leveren van het verrichte onderzoek. Naast het onderzoek werk je aan je scriptie. Deze thesis is geen uitgebreide uitwerking van het onderzoek, maar je moet eerder als een losstaand geheel zien. Het is echter wel mogelijk om je eigen onderzoeksresultaten erin te verwerken. Ik vond deze cursus zeer leuk en leerzaam. Aangezien het onderwerp van de scriptie gerelateerd is aan het onderzoek, was ik extra gemotiveerd om aan mijn scriptie te werken. Een bijkomend voordeel is dat de benodigde wetenschappelijke literatuur zowel betrekking heeft op de scriptie als op het onderzoek, waardoor het lezen een veel leukere bezigheid wordt. Daarnaast ben je tijdens deze cursus veel op jezelf aangewezen: je zult zelf tijdig contact op moeten nemen met je begeleider(s), je moet een degelijke tijdsplanning aanhouden en je dient creatief te zijn met het bedenken van oplossingen. Het is daarmee een uitstekende voorbereiding op de onderzoeksprojecten tijdens je master. Het Onderzoeksproject is dus echt een aanrader, zeker wanneer je het leuk vindt om onderzoek te verrichten. Graag wil ik nog als tip meegeven dat je veel uren aan het onderzoek kwijt kunt zijn. Houdt daarom een strakke planning aan, zodat je scriptie niet in het gedrang komt.

17 16 Periode 1 - timeslot A + D of B + C - - Niveau 3 - Scriptiecursus (B-B3AFST05) Deze cursus is de laatste verplichte cursus die je in je bachelor zal doen. Dat maakt hem er echter niet minder belangrijk op: het is de parel op de kroon die je bachelor is. Een mooi resultaat voor je bachelor kan zich terug betalen in wellicht een stagemogelijkheid bij de vakgroep waarbij je je scriptie hebt geschreven, maar boven alles leidt een goed resultaat tot een goed gevoel. De inschrijfprocedure voor dit vak is iets anders dan dat je gewend bent bij andere vakken. De inschrijving gebeurt eerst via Osiris, maar daarna zal je van de cursuscoördinator een krijgen met een formulier waarop je je eerste drie voorkeuren voor een vakgroep moet aangeven. Vervolgens zal er wat gepuzzeld worden om zoveel mogelijk mensen aan hun wensen tegemoet te komen. Er zijn altijd vakgroepen die veel populairder zijn dan andere, zoals gedragsbiologie. De kans dat daarvan je eerste keuze wordt gehonoreerd is lager dan bij andere vakgroepen en sta er dus niet van te kijken als je niet wordt ingeloot. Na het eerste college zal je kennis maken met je begeleider. Afhankelijk van je begeleider en zijn/haar manier van kijken zul je een onderwerp krijgen of een onafgebakende richting. Dit is vaak ook af te stemmen aan je eigen voorkeur. Er zijn een paar verplichte colleges die gegeven worden door de coördinator. Daarnaast is het boek een leesbare scriptie verplicht voor de cursus en er is ook een werkcollege waarin je bibliotheekinstructie krijgt. Dat heb je vaak al in je tweede jaar gehad maar het is zeer verfrissend om het allemaal nog een keer te horen. Je leert effectiever te zoeken naar literatuur (Web of Science, Scopus etc.) en je leert je gevonden literatuur beter te bewaren en te organiseren (RefWorks). Dan de scriptie zelf nog schrijven, je zou het haast vergeten maar daar gaat het uiteindelijk om. Reken er op dat je veel meer dan de 20 uur per week die er officieel voor staan mee bezig zal zijn. Het is wel te combineren met een andere cursus zolang die niet te zwaar is. In uitzonderlijke gevallen loont het ook om je andere vak te laten vallen om al je aandacht te kunnen richten op je scriptie. Je scriptie schrijven is dus geen makkelijke taak, maar wanneer je eenmaal klaar bent houd je er een zeer goed en voldaan gevoel aan over. Dat maakt alle tegenslagen die je tegenkomt, lange dagen, en RSI helemaal goed!

18 17 Cursussen buiten Biologie Naast al deze leuke cursussen bij Biologie is het ook mogelijk om je profileringsruimte te vullen met cursussen die door andere studies worden aangeboden. De mogelijkheden zijn oneindig en de deuren van de universiteit staan wagenwijd voor je open! Maar dit maakt het uiteraard ook lastig om juist die ene leuke cursus te vinden die zo perfect aansluit op de rest van je Bachelor. Om het voor jullie iets makkelijker te maken staan er in elke studiegids een aantal cursussen buiten Biologie. De stukjes worden geschreven door biologen uit Utrecht en de cursussen sluiten goed aan op je huidige studie. Dit is natuurlijk geen compleet overzicht van de grote diversiteit aan cursussen die je zou kunnen volgen, en als een cursus niet in deze gids staat kan het evengoed een leuke cursus zijn. Maar hopelijk brengt het jullie op ideeën! En vraag gerust aan je studiegenoten of zij iets buiten de deur hebben gevolgd, wie weet hebben ze nog een goede aanrader! Check voor je een cursus wilt gaan doen wel altijd goed de reguliere studiegids van de desbetreffende studie voor toelatingseisen en om na te gaan of de cursus dit jaar weer op dezelfde wijze gegeven wordt. Infectie en Afweer(BMW20805) Biomedische Wetenschappen Infectie en afweer is een niveau 2 cursus bij Biomedische Wetenschappen in timeslot B+C. Het is een verdiepende cursus die zowel de microbiologie van pathogenen als de werking van het immuunsyteem geïntegreerd behandeld. Het brede aanbod aan werkvormen zorgt dat je na het volgen van deze cursus een gedegen en toepasbare kennis van infectieziekten en de afweer daarvan hebt opgedaan. Zo zijn er hoorcolleges, werkcolleges en practica (verplicht), met daarnaast een korte groepspresentatie over de infectie van de week. De werkcolleges zijn kleinschalig en worden begeleid door docenten die goed bekend zijn met het vakgebied. Tijdens de werkcolleges wordt er gecontroleerd of iedereen de opdrachten gemaakt heeft door individuele personen vragen te laten behandelen. Op deze manier testen ze de kwaliteit van de antwoorden plus je inzet tijdens de werkcolleges en word je gedwongen om goed voorbereid te zijn. Dit is terug te zien in een cijfer voor participatie en inzet wat voor 10% meetelt. Deze strenge controle vond ik persoonlijk erg nuttig, je houdt de stof hierdoor goed bij waardoor je efficiënt aan het studeren bent. Naast werkcolleges heb je practica waarbij je na afloop vragen en opdrachten inlevert die door de docenten worden beoordeeld voor een tweede cijfer dat ook voor 10% meetelt. De cijfers voor participatie en de practica tellen echter alleen mee wanneer beide schriftelijke toetsen met een 5,5 gemiddeld zijn afgesloten. De eerste schriftelijke toets is een tussentoets die voor 20% meetelt en die al vrij vroeg in de cursus wordt gegeven. Het resultaat op deze toets weet je vrij snel zodat je goed kunt beoordelen of je op de juiste weg zit voor de eindtoets die voor 60% meetelt en als vrij pittig wordt ervaren. Voor Biologie studenten die dit vak bij BMW willen volgen is het verplicht om van tevoren bij de cursuscoördinator (Kristin Denzer) toestemming te vragen om de cursus te mogen doen. Ook moet je De Cel met een voldoende hebben afgesloten voordat je aan deze cursus mag beginnen. Om zeker te zijn van je plekje zou je een Minor kunnen volgen bij BMW. Je kiest dan 4 cursussen (30 ects) waaruit je Minor zal bestaan, en wanneer je officieel bent toegelaten is het zeker dat je bij alle 4 de cursussen wordt geplaatst. Er zijn echter maar een aantal Minor plekken beschikbaar per cursus waardoor je soms tot meer dan een jaar van tevoren je minor moet regelen als je populaire cursussen wilt volgen! Al met al vond ik Infectie en Afweer een interessant en uitdagende cursus met goede docenten, waar je best veel tijd in moet steken, maar hierdoor heb je aan het einde van de rit ook echt wat geleerd!

19 18 Dankwoord De Onderwijscommissie wil de volgende personen hartelijk bedanken voor hun bijdrage aan het tot stand komen van deze gids: Anke Wiersma Anouk Boersen Arne Vermeer Carlijn Hintzen Eeke Haanstra Laura Boeschoten Lisa Rijnbeek Luis Hallström Marloes Leeflang Sven van Baren Yeszamin Onderwater Bedankt!

20