Milieubeleidsplan. Gemeente Purmerend. Periode

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Milieubeleidsplan. Gemeente Purmerend. Periode"

Transcriptie

1 Milieubeleidsplan Gemeente Purmerend Periode

2 1

3 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD SAMENVATTING 1 INLEIDING AANLEIDING ACHTERGROND AMBITIES / PRIORITEITEN DOELSTELLINGEN LEESWIJZER T OTSTANDKOMING. 7 2 OVER DE GRENZEN VAN DE GEMEENTE PURMEREND INLEIDING ONTWIKKELINGEN VAN MILIEUBELEID EN REGELGEVING Mondiaal Europa Nederland Provincie Noord-Holland Purm erend DE KWALITEIT VAN WONEN HET NIEUWE WONEN I nleiding Stedenbouwkundig niveau Bestaande woningen: herstructurering en renovatie Warmte BODEMKWALITEIT GELUIDHINDER LUCHTKWALITEIT EN GEURHINDER Luchtkwaliteit VEILIG OMGAAN MET GEVAARLIJKE STOFFEN Externe veiligheid INTEGRAAL WATERBEHEER Water in de stad GROEN VERKEER EN VERVOER Fietsbeleid Purmerend openbaar vervoerstad DE KWALITEIT VAN WERKEN VERKEER EN VERVOER Mobiliteitsbeleid VERGUNNINGVERLENING EN TOEZICHT EN HANDHAVING Overdracht van kennis en informatie VOORBEELDFUNCTIE GEMEENTELIJKE ORGANISATIE 27 2

4 4.4 MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDERNEMEN Nieuwe bedrijvigheid Bestaande bedrijvigheid STIMULERINGSBELEID DUURZAME ONTWIKKELING BETREKKEN VAN BEWONERS EN BEDRIJVEN BIJ DUURZAME ONTWIKKELING DUURZAME BEDRIJFSLOCATIE GEMEENTELIJK WAGENPARK EN VERVOERSBEWEGINGEN 30 5 DE KWALITEIT VAN RECREEREN BELEIDSKADER P ROVINCIAAL BELEID DUURZAME RECREATIE Bosrecreatie Vaarrecreatie Evenem enten verduurzam en. 34 VERKLARENDE WOORDENLIJST.. 36 BIJLAGEN Bijlage I. Overzicht doelstellingen milieubeleidsplan 3

5 SAMENVATTING De gemeente Purmerend heeft een nieuw meerjaren milieubeleidsplan voorbereid. In dit milieubeleidsplan is, voor de periode , het gemeentelijk milieubeleid opgesteld en vertaald in doelstellingen. Er is gekozen voor een integrale omgevingsgerichte aanpak met drie thema s. Milieu is tegenwoordig niet meer een op zich zelf staand iets maar heeft invloed of hangt samen met praktisch alle taakvelden binnen een gemeente. In dit plan is er voor gekozen het milieubeleid te beschrijven aan de hand van drie thema's die gezamenlijk het dagelijks leven omvatten. Daarmee wordt getracht in dit plan zo veel mogelijk aan te sluiten bij de leefomgeving van de inwoners van Purmerend. De drie thema s zijn wonen, werken en recreëren. Binnen deze thema s worden diverse onderwerpen aangesneden zoals de voorbeeldfunctie van de gemeentelijke organisatie, stimuleringsbeleid duurzame ontwikkeling, het nieuwe wonen, leefomgevingskwaliteit, groen, externe veiligheid, bodem, luchtkwaliteit, geluidhinder, milieuvergunningen en toezicht op en handhaving van milieuregelgeving. Soms is een spanningsveld aanwezig tussen de drie thema s wonen, werken en recreëren. Voor alle drie de thema's moet ruimte zijn. Dit vraagt inspanning van de gemeente. Duurzame ontwikkeling draagt bij aan de leefbaarheid in de gemeente nu en in de toekomst, waarbij voldoende ruimte is voor zowel wonen, werken als recreëren. Purmerend heeft de afgelopen jaren al veel gedaan om een goede kwaliteit van wonen, werken en recreëren te bereiken. Op diverse onderwerpen zijn acties uitgevoerd. Dit heeft tot mooie resultaten geleid voor een goede leefomgeving, waarop verder kan worden gebouwd. Op verschillende plaatsen in dit milieubeleidsplan komen deze resultaten ook naar voren. Zo beschikt Purmerend bijvoorbeeld over een overwegend schone bodem, mede ook omdat in het verleden de nodige saneringen hebben plaatsgevonden. Ook heeft Purmerend een waterplan dat de waterkwaliteit en -kwantiteit beschermt en in stand houdt. Dit plan wordt in samenwerking met het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier uitgevoerd. Daarnaast is er in Purmerend veel groen en water, wat de stad aantrekkelijk maakt. Verder wordt bij aanleg en ontwerp van de stad veel rekening gehouden met mogelijkheden voor fietsverkeer en openbaar vervoer. Hierdoor beschikt Purmerend over een fijnmazig openbaar vervoersysteem. Juist in een stad met veel forenzen komt het voordeel hiervan uit de verf. Ook voor duurzaamheid heeft Purmerend de nodige aandacht. Dit uit zich bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein Baanstee-Noord. Daarbij wordt samen met ondernemers gezocht naar mogelijkheden voor duurzaamheid. Deze zijn te vinden in materiaalgebruik, energiebesparingsopties, recycling etc.. Er is al veel bereikt en, ondanks economisch krappere tijden, wil Purmerend de weg die is ingeslagen voortzetten. Dit onderhavige milieubeleidsplan is daarvoor bedoeld en maakt het daarbij te volgen beleid helder. Om het milieubeleidsplan uit te voeren zal jaarlijks een uitvoeringsplan worden opgesteld. Daarin zullen de beleidskeuzes worden ingevuld voor het betreffende jaar. 4

6 1 INLEIDING 1.1 Aanleiding De Wet milieubeheer biedt op gemeentelijk niveau de mogelijkheid tot het facultatief vaststellen van een milieubeleidsplan (art. 4.16). Hierin worden de hoofdzaken opgenomen van het door de gemeenteraad dan wel burgemeester en wethouders te voeren milieubeleid. Met dit beleid geeft de gemeente haar ambities aan die zij in de looptijd van het beleidsplan wensen te behalen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Purmerend heeft aangegeven om tot een gedragen milieubeleid te komen voor de periode Uitgangspunten: De gemeente heeft hiertoe een aantal uitgangspunten geformuleerd: - Een breed gedragen milieubeleidsplan; - Lokaalgericht; - Integratie van milieuaspecten in andere gemeentelijke taakvelden; - Budgettair neutraal uit te voeren. 1.2 Achtergrond Bij de voorbereiding en uitwerking van het milieubeleidsplan (MBP) is nauw samengewerkt met diverse afdelingen binnen de gemeente Purmerend. Vertegenwoordigers van verschillende betrokken afdelingen zijn geïnterviewd. Zij hebben vanuit hun expertise (zoals economische zaken, ruimtelijke ordening en recreatie) meegedacht en vanuit die expertise aanvullingen gegeven op het plan. Het milieubeleidsplan maakt hierdoor een slag naar integratie met andere beleidsvelden en kan hierdoor worden aangemerkt als een verbreed milieubeleidsplan. Het milieubeleidsplan geeft inzicht in wat er in Purmerend op milieugebied speelt en legt de basis voor het stellen van prioriteiten en het verdelen van middelen binnen het milieubeleid voor de komende vier jaar. Daarbij staat borging van de kwaliteit van wonen, werken en recreëren centraal. 1.3 Ambities / prioriteiten De gemeente Purmerend kenmerkt zich vooral door daadkracht. De gemeente is actief op het gebied van duurzaamheid en milieu. Dit plan richt zich op het fysieke milieu. Daarbij is de gemeente Purmerend zich bewust van haar voorbeeldfunctie. De gemeente Purmerend wil dan ook graag inzichtelijk maken wat de resultaten zijn van de ondernomen acties. Daarom zal hierover duidelijk en regelmatig gecommuniceerd worden richting de inwoners van de stad. Bij uitwerking van de acties uit het plan zal nadrukkelijk aandacht worden geschonken aan de communicatie over de resultaten. 5

7 1.4 Doelstellingen Het plan vormt een koppeling met overige beleids- en werkterreinen (denk aan ruimtelijke ordening) en bevordert daardoor doeltreffendheid en efficiëntie van het milieubeleid. Het plan vormt het kader voor de uitvoering van milieutaken. Het plan maakt aan externe partijen duidelijk wat zij van de gemeente Purmerend kunnen verwachten op het gebied van milieubeleid en hoe zij hierop hun beslissingen/handelingen kunnen afstemmen. Afbakening Milieu is een breed thema. In dit milieubeleidsplan is ervoor gekozen een zo volledig mogelijk overzicht te schetsen van het gemeentelijke beleid dat raakt aan het milieubeleid. Randvoorwaarden Voorafgaand aan het opstellen van dit plan is een verkenning uitgevoerd naar de globale probleemstelling en het ambtelijke draagvlak. Uitgangspunt is dat het plan bijdraagt aan een efficiënte inzet van mensen en middelen door het maken van duidelijke keuzes en het bepalen van inhoudelijke speerpunten. Bij de uitvoering van het plan is organisatorische inbedding van het plan een belangrijke randvoorwaarde. Zonder voldoende personele capaciteit (kwaliteit en kwantiteit) zal het plan onvoldoende kans van slagen hebben. Conform de Wet milieubeheer zal jaarlijks zal een milieuwerkprogramma worden opgesteld. Daarin worden de beleidskeuzes uit het plan verder uitgewerkt en wordt beschreven welke acties worden ondernomen om het beleid uit te voeren. Ook wordt daarin beschreven welke keuzes bij de betreffende acties zijn te maken, wie trekker is en welke middelen zijn benodigd. Bij het opstellen van dit plan is uitgangspunt geweest dat het plan budgettair neutraal is uit te voeren. Ook de acties uit het milieuwerkprogramma moeten uitvoerbaar zijn binnen de beschikbare budgetten. Integrale aanpak Het landelijk beleid, stuurt steeds meer aan op een integrale benadering van de milieuproblematiek, met als doel een goede milieu- en leefomgevingskwaliteit. Het gaat daarbij dus niet alleen om een integrale aanpak van de milieucompartimenten (bodem, water, lucht), maar ook om bijvoorbeeld veiligheid en gezondheid. Het is dan ook noodzakelijk dat de verschillende gemeentelijke disciplines bij ontwikkeling en uitvoering van het milieubeleidsplan betrokken zijn. Zo kunnen evenwichtige belangenafweging en integrale taakuitvoering werkelijkheid worden. Vanuit het milieubeleidsplan kan milieu worden ingebracht bij taakuitvoering van de gemeente op diverse gebieden. Zo kunnen vanuit het milieubeleidsplan, of vanwege wettelijke normen, randvoorwaarden worden ingebracht bij bijvoorbeeld het opstellen van bestemmingsplannen en het uitwerken van bouwplannen. 1.5 Leeswijzer Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 Een schets van de ontwikkelingen in het milieubeleid op mondiaal, Europees en nationaal niveau. De kwaliteit van Wonen De kwaliteit van Werken De kwaliteit van recreëren 6

8 1.6 Totstandkoming In dit schema is weergegeven hoe het milieubeleidsplan (MBP) tot stand is gekomen. Uitgangspunten MBP Het opstellen van het Milieubeleidsplan vindt plaats op basis van paragraaf 4.6 van de Wet milieubeheer. Het concept van dit plan is voorgelegd aan het College van B&W. Vervolgens heeft het plan van 10 januari 2011 tot 21 februari 2011 ter inzage gelegen. Op grond van de afdeling 3.4. van de Algemene Wet bestuursrecht en de gemeentelijke inspraakverordening is een ieder in voornoemde periode in de gelegenheid gesteld zijn of haar zienswijze op de inhoud van het MBP schriftelijk en/of mondeling kenbaar te maken. Concept MBP Definitief MBP College van B&W Inspraak (volgens AWB) Om uitvoering te geven aan dit milieubeleidsplan wordt jaarlijks een uitvoeringsprogramma opgesteld. 2 OVER DE GRENZEN VAN DE GEMEENTE PURMEREND 2.1 Inleiding Het is een open deur: milieubeleid gaat over grenzen heen. Voor er gefocust wordt op de gemeente Purmerend, wordt daarom eerst een beeld geschetst van de mondiale, Europese en Nederlandse ontwikkelingen op het gebied van milieubeleid. 2.2 Ontwikkelingen van milieubeleid en -regelgeving Mondiaal De wereldvoorraden zijn niet onuitputtelijk. Dat hoeft geen probleem te zijn, zolang we zorgvuldig consumeren en nadenken over (innovatieve) alternatieven. Hoe Nederland zich qua consumptie verhoudt tot andere landen in de wereld, is goed af te lezen aan de mondiale voetafdruk (zie informatiekader). Internationaal houdt men zich steeds meer bezig met de vraag of de mens het klimaat beïnvloedt, o.a. door de uitstoot van broeikasgassen. Wereldwijd groeit het besef dat er internationale milieuakkoorden nodig zijn. De internationale verdragen (bijvoorbeeld het Kyoto-protocol) winnen aan belang. De afdwingbaarheid van deze internationale regelgeving is tot op heden nog beperkt, maar toch bakent ze steeds meer de grenzen af van de milieubeleidsruimte in Nederland. 7

9 Mondiale voetafdruk Iedere persoon gebruikt een gedeelte van de ruimte op aarde. Hoeveel ruimte hangt af van iemands consumptie. Met behulp van de Mondiale Voetafdruk zijn we in staat om aan te geven hoeveel oppervlakte aarde per persoon dat is. Mondiale Voetafdruk van de gemiddelde inwoner in: Noord-Amerika 9,5 hectare Nederland 4,7 hectare Turkije 2,0 hectare Eerlijk Aarde-aandeel* 1,8 hectare Nigeria 1,7 hectare India 0,8 hectare * Als alle bruikbare ruimte op aarde verdeeld wordt over alle mensen en we geven de natuur voldoende ruimte om te overleven, dan heeft elke bewoner gemiddeld recht op 1,8 hectare. Voor meer informatie zie Europa De Europese Unie heeft rechtstreeks invloed op het Nederlandse milieubeleid. De Europese Unie is voor Nederland het forum voor de formulering van wet- en regelgeving. Normen op het gebied van water, lucht en geluid worden steeds vaker in Europese richtlijnen opgenomen. Van de lidstaten wordt verwacht dat ze deze richtlijnen omzetten in eigen wetgeving. Voorbeelden hiervan staan in het onderstaande kader. De lidstaten streven steeds naar een gezamenlijk standpunt om in te brengen op internationale milieuconferenties Nederland Het Nederlandse beleid wordt beïnvloed door de geschetste internationale ontwikkelingen. De Nederlandse klimaatdoelstellingen zijn vertaald in het nationale coalitieakkoord van september De Rijksoverheid streeft naar: in 2020 een aandeel van 14% duurzame energie (in 2009 was dit 4 %) in 2020 een vermindering van 20% van de uitstoot van broeikasgassen (t.o.v. 1990) (in 2009 was dit 6%) Doorwerking van EU normen naar Nederlands beleid/wetgeving De Europese richtlijn heeft de volgende gevolgen op Nederlands beleid/wetgeving Richtlijn Luchtkwaliteit Nieuwe normen voor bouwen Wet milieubeheer Richtlijn Omgevingslawaai Aanpassingen in de wet Wet geluidhinder Habitat- en vogelrichtlijn Aanpassingen in de wet Natuurbeschermingswet en Flora- en faunawet 8

10 2.2.4 Provincie Noord-Holland De Provincie Noord-Holland heeft een milieubeleidsplan voor de periode opgesteld. De keuzes van Gedeputeerde Staten voor dit milieubeleidsplan zijn gebaseerd op het Collegeprogramma Krachtig, in balans ( ) en het collegeprogramma Kort en Krachtig ( ). Het milieubeleidsplan laat zien wat de provincie doet en gaat doen op het gebied van milieu. Alle milieuthema s komen daarbij aan bod: afval, bodem, externe veiligheid, geluid, geur, licht en donkerte, lucht en klimaat en energie. Voor een aantal thema s bestond al beleid. Zo zijn biodiversiteit, natuur en landschap uitgewerkt in het natuurbeleid van de provincie. Het thema water is niet opgenomen in het milieubeleidsplan; hiervoor is een apart provinciaal waterplan gemaakt. De activiteiten van de Provincie moeten er toe leiden dat eind 2013 overal in Noord-Holland de zgn. basiskwaliteit is bereikt. De basiskwaliteit is vastgelegd in Europese en nationale milieunormen en regels en hangt samen met de functie van een gebied: wonen, werken of recreëren. Daarbij heeft de provincie twee overkoepelende doelen gesteld: 1. het voorkomen van schade aan de menselijke gezondheid; 2. het stimuleren van duurzame ontwikkeling in Noord-Holland voor nu en in de toekomst, zonder afwenteling van de milieubelasting naar elders. Op alle thema's uit het provinciaal milieubeleidsplan (afval, bodem, externe veiligheid, geluid, geur, licht en donkerte, lucht, klimaat en energie) gaat de provincie activiteiten uitvoeren om de gestelde doelen te halen. De keuzes voor de verschillende activiteiten is gebaseerd op wettelijke taken, de rol die de provincie kan spelen, de gestelde doelen en de gesignaleerde trends en knelpunten. De omvang en aard van de activiteiten verschillen hierdoor per thema Purmerend In veel activiteiten geeft Purmerend al vorm aan zorg voor het milieu en de leefomgeving. Daarmee zijn al de nodige resultaten bereikt waarop verder kan worden gebouwd. Voorbeelden zijn de schone bodem in Purmerend, de plaats van duurzaamheid bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein Baanstee Noord, het vele groen en water in de stad en de mogelijkheden voor fietsen en openbaar vervoer. Daarnaast moet zeker worden genoemd dat Purmerend al 30 jaar gebruik maakt van schone en duurzame warmte die geleverd wordt door de stadsverwarming van Purmerend. Hiermee is Purmerend voorloper voor wat betreft het gebruik van duurzame energie. In dit plan wordt beschreven welke beleidskeuzes de gemeente voor de komende jaren maakt ten aanzien van milieu. Purmerend vindt het belangrijk dat binnen haar grenzen goed kan worden gewoond, gewerkt en gerecreëerd en dat schade aan gezondheid van mensen wordt voorkomen. Om dit mogelijk te maken en te houden, komen in het milieubeleidsplan onderwerpen aan de orde als bodem, externe veiligheid, geur en lucht, geluid en energie. Deze onderwerpen komen ook aan bod in het provinciale milieubeleid en hangen daarnaast ook samen met de wettelijke taken die Purmerend heeft. Daarnaast besteedt Purmerend, net als de provincie, in dit plan ook aandacht aan groen. Groen beïnvloedt immers in grote mate het woon- en leefgenot. Bij uitvoering van het plan wordt waar dat gewenst is, rekening gehouden met het provinciale beleid. De beleidskeuzes die Purmerend in dit plan beschrijft zijn gebaseerd op wettelijke taken, de rol die Purmerend kan spelen en op gesignaleerde trends en knelpunten. De rol die Purmerend kan spelen wordt uiteraard ook bepaald door de middelen die Purmerend beschikbaar heeft voor uitvoering van het milieubeleidsplan. Een trend is bv de Trias Energetica (1. beperken energievraag, 2. gebruik zoveel mogelijk duurzame energie, 3. gebruik fossiele brandstoffen zo efficiënt mogelijk). Zoals eerder vermeld wordt jaarlijks in het milieuwerkprogramma nader uitgewerkt hoe de beleidskeuzes via acties worden ingevuld. 9

11 3 DE KWALITEIT VAN WONEN Inleiding Purmerend heeft de ambitie om een goede leefkwaliteit te realiseren voor alle bewoners van de gemeente, met voldoende aanbod en kwaliteit van woningen, een aantrekkelijke woon- en werkomgeving en goed bereikbare voorzieningen zoals onderwijs en zorg. Voor een aantrekkelijke woonomgeving zijn de leefkwaliteit en de sociale infrastructuur van groot belang. De woonconsument wordt steeds kritischer onder invloed van de alsmaar toenemende welvaart. Bovendien wijzigt langzaam de vraag naar de soort, de kwaliteit en de hoeveelheid woningen, als gevolg van een sterke wijziging in de samenstelling van de bevolking door vergrijzing en gewijzigde gezinssamenstelling. De gemeente heeft de wettelijke taak om de belangen van het milieu en daarmee van de leefomgeving te beschermen. Daarom ziet Purmerend erop toe dat de kernwaarden op het gebied van lucht, geur, geluid, gezondheid en externe veiligheid worden gehandhaafd. Belangrijke instrumenten voor het gemeentelijke milieubeleid zijn de vergunningverlening en toezicht en handhaving op grond van de Wet milieubeheer en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Daarnaast voert Purmerend ook eigen beleid uit om de kwaliteit van het milieu en de leefomgeving te beschermen. Duurzaamheid en milieukwaliteit zijn voor Purmerend kenmerken van ruimtelijke kwaliteit; het is prettiger wonen in een leefomgeving waar sprake is van minder geluidhinder, een betere luchtkwaliteit en een schone bodem aanwezig zijn, groen een kans krijgt en de bewoners een energiezuinige en gezonde woning hebben. 3.1 Het nieuwe wonen Inleiding Het nieuwe wonen is het wonen in een gezonde, duurzame en comfortabele woning in een groene en ontspannen woonomgeving. Het betekent meer dan het gebruik van verantwoorde materialen en spaarzaam omgaan met energie en water. De woonomgeving, groen en gezondheid zijn er ook onderdeel van. Maar ook het binnenmilieu van een woning heeft invloed op de gezondheid van de bewoners. Projectontwikkelaars en woningcorporaties hebben een rol in het nieuwe wonen. Zij dragen zorg voor de financiële realisatiemogelijkheden van bouwprojecten en/of onderhoud en beheer. Ook energiebedrijven hebben een rol. Deze heeft betrekking op het aanbieden van duurzame energievoorzieningen. De gemeente heeft de rol, die van stimulator en controleur. Bij het nieuwe wonen wordt onderscheid gemaakt in: 1) Ontwerp en inrichting op stedenbouwkundig niveau 2) Herstructurering en renovatie van bestaande woningen Stedenbouwkundig niveau Situatieschets Al 30 jaar geleden, toen de afhankelijkheid van dure fossiele brandstoffen door een oliecrisis sterk werd gevoeld, koos Purmerend voor stadsverwarming als energievoorziening. Hiermee is Purmerend voorloper op het gebied van gebiedsgericht energiebeleid. Destijds kon niet worden vermoed dat 30 jaar later - naast de nog steeds stijgende energieprijzen - inmiddels ook de eindigheid van fossiele brandstoffen en de opwarming van de aarde een maatschappelijk probleem zijn. Gelukkig beschikt 10

12 Purmerend met haar warmtenet over een infrastructuur die uitstekend geschikt is voor vergroening en verduurzaming van de warmtevoorziening van woningen en bedrijven. Naast de keuze van het warmtenet als infrastructuur, kan ook bij de inrichting van een nieuwe wijk op stedenbouwkundig niveau al milieuwinst worden geboekt. Als de verkaveling zo is dat de toekomstige woningen goed kunnen profiteren van de inval van het zonlicht, dan wordt al energie bespaard. In de regio is duurzame inrichting van ontwikkellocaties nog niet vanzelfsprekend. Kansen voor duurzame ontwikkeling kunnen vooral worden benut door het werken met gemotiveerde en milieuvriendelijke architecten en projectontwikkelaars. Er bestaat een keurmerk voor architecten en ontwikkelaars die kennis van en ervaring hebben met duurzaam bouwen. Dit keurmerk is het landelijke DUBO (Duurzaam Bouwen) -register. Hierop staan alleen organisaties die de uitgangspunten van duurzaam bouwen onderschrijven. Ambities Bij bouwprojecten wil Purmerend gaan werken met architecten en projectontwikkelaars die op een duurzame wijze willen en kunnen bouwen. Specifiek wordt gekeken naar kansen voor energiebesparing. Beleid is dat bij bouwplannen van 30 of meer woningen door de ontwikkelende partij, in overleg met de gemeente Purmerend, een energievisie op stedenbouwkundig niveau wordt opgesteld. De ontwikkelende partij draagt hiervoor de kosten. De energievisie doet voorstellen voor realistische energieconcepten en geeft aan welke stappen ondernomen moeten worden voor de realisatie van de concepten. Het vergelijkt verschillende mogelijkheden en geeft voor een locatie de gewenste energie-efficiënte en (duurzame) energie-opties aan en toetst deze op beleidsmatige en financiële uitgangpunten. Purmerend hanteert al jaren het "warmte, tenzij"-principe en blijft dit voortzetten. Dit betekent dat een nieuw te bouwen bouwwerk moet zijn aangesloten op een publieke voorziening voor verwarming wanneer deze voorziening aanwezig is, tenzij dit economisch niet rendabel is. (Rendabel volgens de regels van de gemeentelijke bouwverordening. Deze sluit al jaren aan bij het "warmte, tenzij"- principe en stelt hiervoor regels.) Omdat Purmerend het "warmte, tenzij"-principe hanteert, moet in de energievisies die worden opgesteld de aansluiting op de stadsverwarming ook uitgangspunt zijn. De stadsverwarming levert duurzame energie. Duurzame energie heeft de voorkeur boven andere vormen van energie. Op basis van de energievisie neemt de gemeente beslissingen over bijvoorbeeld de eisen die worden gesteld aan de energie-infrastructuur (warmtenetten, bekabeling voor stroom, evt gasnetten), inrichting van het plangebied (zongericht verkavelen) en aan de gebouwgebonden maatregelen. Voor de uiteindelijke realisatie van de plannen is het noodzakelijk dat de energievisie breed gedragen wordt. Bij de beoordeling van de energievisie hanteert de gemeente de zgn. Trias Energetica. Dit betekent dat besparing van energieverbruik bovenaan staat en het belangrijkste criterium is. Daarna volgt, als tweede criterium het gebruiken van duurzame energie. Dit heeft de voorkeur boven andere vormen van energie. Tot slot wordt als derde criterium het efficiënt gebruik van fossiele brandstoffen meegewogen. Belangrijk bij uitvoering van de gemeentelijke ambities op het gebied van duurzaam bouwen is aanwezigheid van deskundigheid bij beoordeling van plannen. Binnen het gemeentelijk apparaat moet voldoende kennis aanwezig zijn om DuBo aspecten te kunnen toetsen. Deze kennis wordt op peil gehouden via de reguliere middelen die jaarlijks voor opleiding beschikbaar zijn. 11

13 Beleid CODE BELEID Bij ieder bouwplan van 30 woningen of meer, stelt de ontwikkelende partij in overleg met de gemeente Purmerend, een energievisie op stedenbouwkundig niveau op Bestaande kennis binnen de organisatie ogv duurzaam bouwen wordt (kwantitatief en kwalitatief) op peil gehouden Het "warmte, tenzij"-principe wordt gehanteerd: nieuwe bouwwerken worden aangesloten op het warmtedistributienet van Purmerend, tenzij dit economisch niet rendabel is (eea conform gemeentelijke bouwverordening) De gemeente beoordeelt de energievisies op basis van de zgn. Trias Energetica. In volgorde van belangrijkheid gelden de volgende criteria: 1: besparing van energie; 2: gebruik van duurzame energie; 3: efficiënt gebruik van fossiele brandstoffen Bestaande woningen: herstructurering en renovatie Situatieschets Oudere woningen vormen het merendeel van de woningen in Nederland. Ook in Purmerend zijn veel oudere woningen. Met name in het centrum, de eerste uitbreidingswijken rond het centrum en in de wijken Wheermolen en Overwhere. Een groot deel van de bestaande woningen in deze wijken is gebouwd in perioden, dat duurzaamheid geen onderwerp was. Zo is er lang gebouwd zonder goede isolatie. Woningen in het centrum, de eerste uitbreidingswijken rond het centrum en de wijken Wheermolen en Overwhere raken verouderd. In deze wijken staan veel woningen met een minder goed woon- en leefklimaat. In Purmerend was in % van de woningen in particulier bezit. Vanaf 1 januari 2007 is het "Besluit inzake energieprestaties voor gebouwen" van kracht. Hierdoor wordt het verplicht om bij de verkoop van woningen, uitvoering van renovatiewerkzaamheden en verhuur energieonderzoek uit te voeren. Bij de bestaande woningvoorraad liggen vooral kansen op het gebied van energiebesparing, wooncomfort en gezondheid. Per 1 juli 2011 wordt "Energieprestaties op Gebiedsniveau" (EPG) van kracht. Als de EPG van kracht wordt, wordt ook de stadsverwarming meegerekend bij het bepalen van het niveau van het energielabel. De stadsverwarming levert duurzame energie, waardoor energielabels van bestaande woningen in Purmerend verbeteren. Dit betekent ook waardevermeerdering van woningen. Vergroening van het warmtenet van de stadsverwarming heeft dus ook voordelen voor de energielabels van bestaande woningen. Ambities Energiebesparingsmogelijkheden in bestaande woningbouw worden benut. Hiervoor worden burgers via voorlichting op deze mogelijkheden gewezen. Dit sluit ook aan bij het coalitie-akkoord Bij de keuze van de communicatiemiddelen zal nadrukkelijk rekening worden gehouden met de kennis die er is over informatiebronnen die het meest door burgers worden gebruikt. Verder zal de gemeente aansluiting op een publieke voorziening voor verwarming stimuleren, waar renovatie of aanpassing van bestaande bouw aan de orde is. 12

14 Beleid CODE BELEID Eens per half jaar besteedt de gemeente middels voorlichting aandacht aan energiebesparing in bestaande woningen en aan eventueel daarvoor te verkrijgen subsidies Aansluiting op een publieke voorziening voor verwarming stimuleren, waar renovatie of aanpassing van bestaande bouw aan de orde is Warmte Warmte grootste energieverbruiker Het primair energieverbruik in Nederland is petajoule (PJ) per jaar. Ruim 40 procent daarvan wordt gebruikt voor verwarming, zo blijkt uit cijfers van Agentschap nl. Dat is veel meer dan gebruikt wordt aan elektriciteit (24 procent), voor transport (18 procent) of voor gebruik van olie en aardgas als grondstof (18 procent). Het zwaartepunt van het klimaatbeleid moet dus bij warmte liggen om de overheidsdoelstellingen te kunnen realiseren. Dit vergt een forse aanpassing van het Nederlandse energiebeleid, dat tot nu toe hoofdzakelijk op duurzame elektriciteit is gericht. Duurzame warmte kent gelukkig veel vormen. Voorbeelden hiervan zijn: biobrandstoffen als hout, stro en organisch afval, winning van biogas uit natte organische stromen, vergassing, vergisting, winning van aardwarmte (geothermie), warmtepompen, zonnewarmte etc. Maar ook voor energiebesparing door hergebruik van warmte is een enorm potentieel. In Nederland wordt jaarlijks het equivalent van 15 miljard m 3 aardgas aan warmte geloosd, evenveel als nodig is om ruim 10 miljoen gezinnen te verwarmen. Een belangrijk deel kan gebruikt worden voor verwarming van gebouwen en kassen. Stadsverwarming Purmerend Purmerend loopt bij deze ontwikkeling al jaren voorop. Purmerend beschikt sinds de jaren tachtig over stadsverwarming met een eigen warmtenet. De stadsverwarming is een energievoorziening die restwarmte nuttig gebruikt of warmte duurzaam opwekt en deze warmte distribueert. Bij het opwekken van elektriciteit komt veel warmte vrij. Stadsverwarming Purmerend B.V. (hierna SVP) koopt en gebruikt op dit moment fossiele restwarmte van de elektriciteitscentrale op het industrieterrein De Baanstee in Purmerend. In deze centrale wordt water uit het distributienet van SVP opgewarmd. Het opgewarmde water wordt vervolgens naar de cv-installaties van een groot aantal woningen en bedrijven in Purmerend 13

15 getransporteerd. SVP zorgt daarnaast ook voor warm tapwater, ofwel warm water uit de kraan. CVketels, boilers, of geisers zijn in een huis met stadsverwarming daarom overbodig. Stadsverwarming, een duurzaam product Met stadsverwarming wordt minder fossiele brandstof verbruikt dan met individuele verwarming door middel van een gasgestookte CV. Daarmee wordt een belangrijke bijdrage geleverd aan de vermindering van de belasting van het milieu en het realiseren van meer duurzaamheid. In Purmerend maken bijna huishoudens en bedrijven gebruik van stadsverwarming. Samen hebben zij in 2008 zo'n ton CO2 en 48 ton NOx bespaard. Dat is evenveel als de uitstoot van auto's die kilometer per jaar rijden! In steeds meer Nederlandse steden begint men te beseffen dat stadsverwarming een goed alternatief is voor de traditionele manier van verwarmen met fossiele brandstoffen. Stadsverwarming en de toekomst SVP is druk bezig met het verder verduurzamen van het stadsverwarmingssysteem. In het businessplan van de stadsverwarming wordt aan dit onderwerp nadrukkelijk aandacht geschonken. Er wordt in dit plan heel nadrukkelijk gekeken naar de duurzaamheidspotenties van het bestaande stadsverwarmingsnet, dat al sinds 1980 bestaat. Studies bevestigen dat er behoorlijk veel te winnen valt op het gebied van verduurzamen van de bestaande netten. Er wordt gekeken naar de gehele keten. Bij de productie wordt bijvoorbeeld gekeken hoe deze op de langere termijn is te verduurzamen. Onderzocht wordt of bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van aardwarmte of biomassa. Naast de productie staat de distributie. Hiermee gaat de SVP eerst aan de slag. Er zou al op korte termijn veel winst te halen zijn als het gaat om warmteverlies en het efficiënter maken van de warmtedistributie. Ten slotte gaat SVP kijken hoe de warmte nog een tweede of derde keer kan worden gebruikt. Dat gaat dan niet om de bestaande bouw, maar bijvoorbeeld om grootschalige renovatieprojecten en nieuwbouw. Als dit gecombineerd wordt met goede isolatie kan dat leiden tot forse energiebesparingen. Ambities SVP is een bv die voor 100% eigendom is van de gemeente Purmerend. SVP bepaalt zelf de doelen die zij wil realiseren en heeft onderzocht wat haalbare doelen zijn. SVP verwacht 78% CO 2 -reductie te halen in 2020 ipv de landelijk ten doel gestelde 20%. SVP levert aan veel woningen en bedrijfspanden in Purmerend warmte. Wanneer de SVP verduurzaamd, heeft dit dan ook een groot effect in Purmerend. Met het bestaande warmtenet kan een overstap worden gemaakt naar groene warmte. Met deze overstap kunnen duurzame doelen worden bereikt. Zo levert groene warmte via SVP een zeer hoge CO2-reductie. Daarom ondersteunt Purmerend de ambitie van de SVP om het warmtenet verder te verduurzamen. De mogelijkheden om SVP te voeden met alternatieve (bio)brandstoffen worden verder onderzocht. De gemeente Purmerend wil hier graag een stimulerende rol in hebben. Dit sluit ook aan bij het coalitie-akkoord waarin staat dat Purmerend de voordelen van de SVP wil benutten. Beleid CODE BELEID Stimuleren Stadsverwarming Purmerend om het warmtenet verder te verduurzamen. 14

16 3.2 Bodemkwaliteit De kwaliteit van de bodem komt steeds meer onder druk te staan, onder invloed van landbouw, industrie en verstedelijking. De bodemkwaliteit kan worden aangetast, bijvoorbeeld door verlies van organisch materiaal, verzilting, verzuring, verdroging, verdichting, wijzigingen in het microreliëf, profielafbraak en verminderde diversiteit van bodemfauna en -flora. We lopen steeds meer aan tegen de technische grenzen van de maakbaarheid van de bodem. Het Rijk geeft aan dat we beslissingen over boven- en ondergronds ruimtegebruik moeten baseren op een beoordeling van de bodem. Purmerend houdt daarom bij ruimtelijke ontwikkelingen rekening met de kwaliteit en eigenschappen van de bodem en laat bodemaspecten in een vroeg stadium meewegen bij de ruimtelijke inrichting van gebieden. In het NMP 4 is opgenomen dat de werkvoorraad van de bodemsaneringsoperatie in Nederland in kaart moet worden gebracht. In 2030 moet voor bodem de stabiele eindsituatie zijn bereikt. Dit betekent dat alle bodemverontreiniging dan beheersbaar moet zijn. VROM stelt tot 2030 budget beschikbaar om bodemverontreiniging aan te pakken. In dit kader is het zogenaamde Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing (ISV) door het rijk in het leven geroepen. Na 2030 moet de gemeente of de markt alles zelf betalen. Op 1 juli 2008 is het Besluit bodemkwaliteit in werking getreden. Het Besluit beschrijft de regels voor het toepassen van grond, bouwstoffen en baggerspecie. Binnen dit Besluit moet een keuze gemaakt worden tussen generiek of specifiek beleid. Met generiek beleid blijft een schone bodem schoon, maar de mogelijkheden om verontreinigde grond toe te passen zijn beperkt. Met specifiek beleid kan de bodem hogere concentraties aan verontreiniging krijgen. De toepassing van verontreinigde grond is minder beperkt, waardoor het kostenbesparend kan werken. De gemeente Purmerend heeft gekozen voor het vaststellen van generiek beleid (bodembeleid dat is vastgesteld in 2009). De keuze is gemaakt om de volgende redenen: mede op basis van ervaringen zijn er geen knelpunten ten aanzien van het hergebruik van grond en de wil om de actuele bodemkwaliteit schoon te houden. In het verleden heeft Purmerend het uitgangspunt gekozen de bodem zo schoon mogelijk te maken en te houden. De gemeente heeft daardoor nu een overwegend schone bodem. Het in 2009 vastgestelde bodembeleid bestaat uit een bodembeleidsplan (geldigheid 5 jaar), een bodembeheerplan (toepassingsmogelijkheden, geldigheid 10 jaar), een bodemkwaliteitskaart (geeft de kwaliteit aan van de bodem, geldigheid 5 jaar) en een bodemfunctiekaart (wonen, industrie, landbouw/groen, geldigheid 5 jaar). Op basis van bodemregelgeving dient het vastgestelde bodembeleid, inclusief de bodemkwaliteitskaarten en de bodembeheersplannen, in 2014 te worden geactualiseerd. Ambitie De aanwezige schone bodem in Purmerend moet schoon blijven. Daarnaast is het van belang dat verontreinigde grond zo wordt beheerd dat de verontreiniging zich niet in de omgeving verspreidt. Eventueel aanwezige bodemverontreiniging mag niet leiden tot (humane) risico s 15

17 Beleid Code Beleid De bodemkwaliteit en de functie die de bodem heeft worden op elkaar afgestemd. Schone grond moet schoon blijven, licht en matig verontreinigde grond moet worden beheerd en ernstig verontreinigde grond, waarbij actuele risico s zijn, moet worden gesaneerd De bodemkwaliteitskaarten en bodembeheersplannen worden voor het totale grondgebied van de gemeente Purmerend geoptimaliseerd. Op deze wijze kunnen grondstromen en het toepassen van grond in werken en projecten beter worden gereguleerd en beheerd. Dit wordt meegenomen bij de reguliere en wettelijk verplichte actualisatie van de bodemkwaliteitskaarten en bodembeheersplannen Grondstromen in werken en projecten reguleren en beheren Geluidhinder Sinds het einde van de jaren zeventig vormt de Wet geluidhinder (Wgh) het juridische kader voor het Nederlandse geluidsbeleid. De Wgh bevat een uitgebreid stelsel van bepalingen ter voorkoming en bestrijding van geluidshinder door onder meer industrie, wegverkeer en spoorwegverkeer. De wet richt zich vooral op de bescherming van de burger in zijn woonomgeving en bevat bijvoorbeeld normen voor de maximale geluidsbelasting op de gevel van een huis. Op 1 januari 2007 is de nieuwe (gewijzigde) Wet geluidhinder in werking getreden. De wijziging van de wet is een gevolg van de modernisering instrumentarium geluidbeleid (MIGII), zoals deze op 14 juni 2005 door de tweede kamer is aanvaard. Voornaamste wijziging is de decentralisatie van de bevoegdheid tot vaststelling hogere geluidswaarden naar Burgemeester en wethouders. Hogere geluidswaarden kunnen worden vastgesteld wanneer wordt voldaan aan de randvoorwaarden die de Wet geluidhinder stelt voor het vaststellen van hogere waarden. De inwoners van de gemeente Purmerend worden in toenemende mate geconfronteerd met hinder van weg- en spoorweglawaai. Dit wordt veroorzaakt door verkeer in de gemeente en de algemene toename van het aantal verkeersbewegingen, incl. het treinverkeer. Daarnaast spelen ook andere vormen van geluidhinder in de woonomgeving een rol. Geluidshinder als gevolg van horeca en ook meer incidentele hinder als gevolg van evenementen (zoals kermissen) zijn blijvende aandachtspunten in beleid. Normering van die vormen van geluid is geregeld in respectievelijk het Activiteitenbesluit en de evenementenvergunning. Het beleid is dat hinder zoveel mogelijk wordt beperkt of voorkomen zonder teveel afbreuk te doen aan de aantrekkelijkheid en levendigheid van de betreffende activiteiten. Ambitie De primaire ambitie is om de geluidhinder niet toe te laten nemen. In de Wet geluidhinder zijn geluidsnormen opgenomen. De wet biedt mogelijkheden om in bepaalde gevallen hogere geluidswaarden vast te stellen. Hiervan kan gebruik worden gemaakt als het wenselijk is bepaalde ontwikkelingen op bepaalde locaties mogelijk te maken. De wet stelt echter wel randvoorwaarden waaraan moet worden voldaan voordat een hogere geluidswaarde kan worden toegestaan. Het kan dan gaan om geluidsisolerende voorzieningen in bijvoorbeeld woningen. Purmerend staat alleen hogere geluidswaarden toe in gevallen waarbij kan worden aangetoond dat aan de randvoorwaarden van de Wet geluidhinder wordt voldaan. Waar mogelijk en wenselijk wordt getracht gebieden met een hoge geluidbelasting stiller te maken. Bepaling van deze mogelijkheid en wenselijkheid vraagt om specifieke afwegingen. 16

18 Beleid CODE BELEID In de leefomgeving vindt geen toename plaats van de geluidbelasting. Alleen wanneer aan de randvoorwaarden van de Wet geluidhinder wordt voldaan, kunnen hogere geluidswaarden worden vastgesteld. 3.4 Luchtkwaliteit en geurhinder Luchtkwaliteit Grenswaarden voor de luchtkwaliteit worden in onze gemeente niet overschreden. Dat betekent niet dat er geen gezondheidseffecten te verwachten zijn. Zeker voor (ultra)fijnstof geldt dat alle concentraties in zekere mate bijdragen aan gezondheidseffecten. Het is daarom van belang dat de luchtkwaliteit zo goed mogelijk gewaarborgd blijft. Door landelijke wetgeving is luchtkwaliteit een onderwerp dat actueel is binnen de gemeente. Overschrijding van de wettelijke luchtkwaliteitsnormen voor de verontreinigende stoffen fijnstof (PM10), stikstofdioxide (NO2), koolmonoxide (CO), zwavel, lood en benzeen is niet toegestaan. In de praktijk komen in Nederland met name overschrijdingen voor van de norm voor stikstofdioxide en fijnstof (PM10). Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat vooral de kleinste fractie fijnstof (PM 2,5) het grootste effect heeft op de gezondheid. In de nieuwe milieuvergunningen voor de grote industrie worden scherpe normen opgenomen ten aanzien van de uitstoot van fijnstof. Overigens levert de Stadsverwarming Purmerend een goede bijdrage aan de luchtkwaliteit in Purmerend. Met stadsverwarming is de uitstoot van rookgassen aanmerkelijk lager dan deze is met gasgestookte CV-installaties voor afzonderlijke woningen. In 2008 werd een uitstoot van ca ton CO2 en ca. 48 ton NOX bespaard vanwege de stadverwarming. Ambitie De luchtkwaliteit in de gemeente Purmerend voldoet aan de normen die gesteld zijn in de Wet milieubeheer. Het verkeersbeleid zal er mede op gericht moeten zijn dat geen knelpunten op dit gebied gaan ontstaan. Beleid CODE BELEID Blijven voldoen aan de normen voor luchtkwaliteit, welke zijn weergegeven in de Wet milieubeheer. 3.5 Veilig omgaan met gevaarlijke stoffen Om Purmerend veiliger te maken, hanteert Purmerend het landelijke risicobeleid voor externe veiligheid. Dit betreft beleid omtrent de externe veiligheidsrisico's van de productie, het transport, de opslag en het gebruik van gevaarlijke stoffen. Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) verplicht gemeenten en provincies bij het maken van bestemmingsplannen en het verlenen van milieuvergunningen rekening te houden met externe veiligheid. Dit betekent bijvoorbeeld dat woningen op een minimumafstand moeten staan van een bedrijf dat werkt met gevaarlijke stoffen. 17

19 Om risico s ten gevolge van gevaarlijke stoffen te beperken wordt binnen de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland uitvoering gegeven aan het Programma Uitvoering Externe Veiligheid II (kortweg PUEV II). Dit programma voorziet in een aantal projecten en loopt van 2006 tot De implementatie van de projecten zal na 2010 doorlopen. Aangezien de gemeente Purmerend valt binnen de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland worden de projecten ook binnen de gemeente geïmplementeerd. De PUEV II zal een vervolg krijgen met PUEV III. PUEV III heeft een looptijd van 2011 tot en met Externe veiligheid Bij het verlenen van milieuvergunningen en bij het milieutoezicht houdt Purmerend onder meer rekening met externe veiligheid. Daarbij wordt gelet op de risicobronnen, de omwonenden en in het bijzonder minder zelfredzame personen. Ook wordt de koppeling gelegd tussen risiconormering, ruimtelijke ordening en rampenbestrijding. De externe veiligheid is een expliciet onderdeel van de actualisering van bestemmingsplannen. Purmerend voldoet aan de landelijke wetgeving ten aanzien van gevaarlijke stoffen. Ambitie De risico s waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld door activiteiten met gevaarlijke stoffen, op het gebied van vervoer van gevaarlijke stoffen en gebruik van deze stoffen binnen inrichtingen, worden beperkt tot ten minste de wettelijk aanvaarde normen. De uitvoering van de wettelijke kaders op het gebied van de Wet milieubeheer en de wetgeving op het gebied van het vervoer van gevaarlijke stoffen zijn voor de komende jaren een prioriteit. In het belang van rechtsgelijkheid is het uitgangspunt te voldoen aan de landelijke regelgeving. Beleid CODE BELEID De risico s waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld beperkt te houden tot de wettelijk aanvaarde normen. Dit geldt voor activiteiten met gevaarlijke stoffen zowel op het gebied van vervoer als gebruik van deze stoffen binnen inrichtingen Het up-to-date houden van de risicokaart (wettelijke verplichting). 3.6 Integraal waterbeheer Integraal waterbeheer bekijkt het water als een systeem. Het heeft als doel het beheer van de waterhoeveelheden, van de waterkwaliteit en van het leven in en rond het water beter op elkaar af te stemmen. Met deze benadering zet de rijksoverheid de duurzame en blijvende aanpak van verontreiniging en teloorgang van de waterlopen, van uitputting van de grondwaterlagen, van verdroging en wateroverlast vooraan op de agenda. De vraag naar het waarom van integraal waterbeheer hoeft niet meer gesteld te worden. Gezien de wateroverlast van de laatste tijd zal 'water' een grotere claim op de beschikbare ruimte leggen. Gemeenten en waterschappen maken steeds meer waterplannen en poldervisies. Daarbij spelen waterbodems, oevers, grond- en oppervlaktewater zowel in kwantitatieve als kwalitatieve zin, een 18

20 belangrijke rol. Daarnaast zijn verschillende functies van belang: landbouw, wonen en natuur stellen ieder eigen eisen aan het watersysteem. Dat het klimaat verandert en dat dit gevolgen heeft voor Nederland is zeker. Eenvoudig gezegd komt het erop neer dat rekening gehouden moet worden met hogere temperaturen en meer neerslag. Vooral in de winter. Purmerend is waterrijk. Dit levert een mooie omgeving op, maar dit betekent ook een extra verantwoordelijkheid. Waterkwaliteit en -kwantiteit hebben een grote invloed op de gemeente. Het hoogheemraadschap zorgt voor het beheer hiervan, maar ook de gemeente heeft taken op dit vlak. Een goede inrichting en het beheer van het rioleringstelsel vormen hier voorbeelden van. Maar ook de inrichting van wateren en hun oevers bepalen bijvoorbeeld of de natuur en groen wel of geen kans krijgen. Waterplan Purmerend Het waterplan Purmerend is gezamenlijk door de gemeente Purmerend en Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier opgesteld. Op 28 juni 2006 is het plan bestuurlijk vastgesteld. Op 29 november 2006 is het plan met een samenwerkingsovereenkomst bekrachtigd. Sindsdien zijn beide partijen bezig met de uitvoering van het plan. Jaarlijks stellen partijen een uitvoeringsprogramma vast. Wat is de bedoeling van het waterplan? Het doel van het plan is te komen tot of het scheppen van randvoorwaarden voor een aantrekkelijk, veilig en gezond watersysteem. Thema s in het plan zijn dan ook veiligheid vanuit waterkwantiteit en waterkwaliteit, ruimtelijke inrichting, riolering, beheer en onderhoud, duurzaamheid, beleving, recreatie, migratie, etc. Thema s zijn uitgewerkt in uitvoeringsprogramma s met maatregelen en afspraken die binnen een afgesproken periode uitgevoerd moeten worden. Door gezamenlijk afspraken te maken komen deze thema s het best tot hun recht. Belangrijk nevendoel is om de doelstellingen zoveel mogelijk te bereiken tegen de laagst maatschappelijke kosten. Over welk gebied gaat het waterplan? Het plangebied omvat de gemeente Purmerend. Het studiegebied betreft in het bijzonder de waterstaatkundige eenheid (of delen daarvan) polder De Purmer, Purmerland-Oost, De Vurige staart, De Gors, Overwhere en De Koog. Wat is de looptijd van het waterplan? Het plan loopt van 2005 tot Dit betekent dat in 2016 alle doelstellingen van het waterplan zijn bereikt. Het plan is in de uitwerkingsfase. Het waterplan is een koepelplan voor deels bestaande en deels op te stellen deelplannen. De deelplannen gaan specifiek in op een bepaald onderdeel van het watersysteem. Deelplannen zijn Gemeentelijk rioleringsplan (GRP+), Baggerplan, Oever- en inrichtingplan, Onderhoudsplan, Monitoringsplan en Waterhuishoudkundig maatregelenplan. Op het Waterhuishoudkundig maatregelenplan na zijn alle deelplannen eind 2009 afgerond. De gemeente heeft in 2006 het GRP+ opgesteld. In 2008 is het GRP+ geactualiseerd en vastgesteld. Enkele projecten uit dit plan zijn in uitvoering zoals het aanpassen van de riolering in de Ooster- en Westervenne. De gemeente heeft in 2008 het Oever- en inrichtingplan opgesteld. Uitvoering van dit plan is gestart in 2009 en zal de komende jaren worden voortgezet. De gemeente en het hoogheemraadschap hebben een gezamenlijk baggerplan. Samen is binnen de kaders van het baggerplan een baggerbestek opgesteld voor de periode Het hoogheemraadschap is 19

21 trekker hiervan en voert de werkzaamheden uit. De gemeente en het hoogheemraadschap verrekenen de kosten onderling. Het hoogheemraadschap en de gemeente hebben in 2007 het watersysteem geïnventariseerd om te komen tot overname van het onderhoud van het stedelijk water door het hoogheemraadschap. Parallel is een afgestemd Beheer- en onderhoudplan van de waterlopen opgesteld. Beide zijn eind 2009 afgerond. Het hoogheemraadschap heeft monitoringsplannen voor de waterkwaliteit en kwantiteit van het oppervlaktewatersysteem opgesteld. Het vastleggen van de uitgangssituatie van de biologische waterkwaliteit, de zogenaamde nulmeting, is in 2007 uitgevoerd. Vanaf eind 2009 tot en met medio 2012 vindt de uitvoering van de monitoringsplannen voor de waterkwantiteit en de chemische waterkwaliteit plaats. Naast het monitoren van wat er werkelijk in het watersysteem gebeurt, is er een computermodel gemaakt. Met de gegevens van de monitoring kan het model worden geijkt. Vervolgens kunnen er simulaties worden uitgevoerd met bijvoorbeeld veel of weinig regen. Hiermee wordt inzicht in eventuele knelpunten in het watersysteem verkregen zoals veel peilstijging of stilstaand water (kans op stankoverlast). Met de gegevens over de knelpunten in het watersysteem wordt het Waterhuishoudkundig maatregelenplan opgesteld. Hierin worden oplossingen bepaald. Voor de Purmer is in 2008 een start gemaakt met het Waterhuishoudkundig maatregelplan. Eerst zijn de zogenaamde "geen spijt" maatregelen bepaald en uitgevoerd. Op basis van de resultaten van de monitoring bepalen de gemeente Purmerend en het hoogheemraadschap in 2010 tot en met 2012 per gebied de knelpunten en de oplossingen (maatregelen) en voeren deze vervolgens uit Water in de stad Water voor een korte periode opslaan in de stad is belangrijk. Dit voorkomt wateroverlast bij natte periodes en een tekort bij droge periodes. Het opslaan van water gebeurt in sloten, kanalen en vijvers. Ambitie Het beschermen, verbeteren, reguleren en in stand houden van de kwaliteit en de kwantiteit van het totale watersysteem op het gemeentelijk grondgebied. Er is een concept "Visie op water, " (december 2010 gereed). Hierin is aangegeven op welke wijze het water in Purmerend beter, mooier en schoner kan worden gemaakt. De visie is een gezamenlijk product van de gemeente Purmerend en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en vormt een leidraad voor toekomstige ontwikkelingen. Beleid code Beleid Bij de aanleg van nieuwe wateren of de herinrichting van bestaande wateren wordt rekening gehouden met groen door de constructie van natuurlijke oevers. Uitwerking is locatieafhankelijk Bij herinrichting van straten en plantsoenen, waar mogelijk klimaat bestendige bestrating/inrichting toepassen, om het afvloeien van regenwater te verminderen en het bufferend vermogen te vergoten Integraal vervanging en dus ook afkoppeling vuil- en schoonwaterriolering in Overwhere-Zuid en Wheermolen. (onderdeel waterplan) 20

Milieubeleidsplan. Gemeente Purmerend. Periode 2012-2016

Milieubeleidsplan. Gemeente Purmerend. Periode 2012-2016 Milieubeleidsplan Gemeente Purmerend Periode 2012-2016 1 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD SAMENVATTING 1 INLEIDING.. 5 1.1 AANLEIDING.. 5 1.2 ACHTERGROND. 5 1.3 AMBITIES / PRIORITEITEN.. 5 1.4 DOELSTELLINGEN...

Nadere informatie

Concept- Milieubeleidsplan. Gemeente Purmerend. Periode

Concept- Milieubeleidsplan. Gemeente Purmerend. Periode Concept- Milieubeleidsplan Gemeente Purmerend Periode 2012-2016 1 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD SAMENVATTING 1 INLEIDING.. 5 1.1 AANLEIDING.. 5 1.2 ACHTERGROND. 5 1.3 AMBITIES / PRIORITEITEN.. 5 1.4 DOELSTELLINGEN...

Nadere informatie

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL Doelstellingen - Mondiaal Parijs-akkoord: Well below 2 degrees. Mondiaal circa 50% emissiereductie nodig in

Nadere informatie

EfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving

EfficiEncy Duurzaam. EnErgiEbEsparing. Warmte en koude. KEnnis industrie. energie financiering. instrumenten. GebouwDe omgeving Warmte en koude Kennis, advies, instrumenten en financiële steun EfficiEncy Duurzaam GebouwDe omgeving energie financiering KEnnis industrie instrumenten EnErgiEbEsparing De Nederlandse overheid streeft

Nadere informatie

VERGADERING GEMEENTERAAD d.d. 5 januari 2009 AGENDA NR. 6

VERGADERING GEMEENTERAAD d.d. 5 januari 2009 AGENDA NR. 6 VERGADERING GEMEENTERAAD d.d. 5 januari 2009 AGENDA NR. 6 VOORSTEL 1. Het vaststellen van het Milieubeleidsplan 2009 2012 een het daarin opgenomen milieu-uitvoeringsprogramma 2009; 2. Het beschikbaar stellen

Nadere informatie

UITVOERINGSPLAN MILIEU 2014 Gemeente Purmerend

UITVOERINGSPLAN MILIEU 2014 Gemeente Purmerend UITVOERINGSPLAN MILIEU 2014 Gemeente Purmerend 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Kwaliteit van wonen 4 3. Kwaliteit van werken 12 4. Kwaliteit van recreëren 16 2 1. INLEIDING Voor u ligt het milieu uitvoeringsprogramma

Nadere informatie

Helmonds Energieconvenant

Helmonds Energieconvenant Helmonds Energieconvenant Helmondse bedrijven slaan de handen ineen voor een duurzame en betrouwbare energievoorziening. Waarom een energieconvenant? Energie is de drijvende kracht Energie is de drijvende

Nadere informatie

Milieubeleidsplan gemeente Midden-Delfland, september

Milieubeleidsplan gemeente Midden-Delfland, september 1 2 Milieubeleidsplan 2011 2014 gemeente Midden-Delfland, september 2010 3 ï Milieubeleidsplan 2011 2014 gemeente Midden-Delfland, september 2010 4 ë Milieubeleidsplan 2011 2014 gemeente Midden-Delfland,

Nadere informatie

*15.0012085* 15.0012085

*15.0012085* 15.0012085 ADVIESNOTA AAN COMMISSIE RUIMTE Onderwerp en inhoud Adviesnota Postregistratienummer *15.0012085* 15.0012085 Vertrouwelijk Sector Afdeling Medewerk(st)er/tel Nee Grondgebiedzaken M. Smit 333 MS Gezien

Nadere informatie

Wat willen we bereiken?

Wat willen we bereiken? Nr: 2007-07-07 b Schipluiden: 11 juli 2007 Onderwerp: Ontwerp Regionaal Milieuplan Haaglanden 2008-2012 Aan de Raad Inleiding Het Stadsgewest Haaglanden heeft een ontwerp regionaal milieubeleidsplan vastgesteld

Nadere informatie

Milieubeleidsplan. Gemeente Wormerland. Periode Opgesteld in opdracht van: Gemeente Wormerland

Milieubeleidsplan. Gemeente Wormerland. Periode Opgesteld in opdracht van: Gemeente Wormerland Opgesteld in opdracht van: Gemeente Wormerland Contactpersonen Milieudienst Waterland: De heer R. Butter / M. van der Vlugt Koetserstraat 2a 1531 NX WORMEER T 075-655 35 31 F 075-655 35 30 E rbutter@milieudienst-waterland.nl

Nadere informatie

Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid Vaals 2012-2015

Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid Vaals 2012-2015 Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid Vaals 2012-2015 Projectcode GEMEENTE 1 Energiebesparing gemeentelijke gebouwen Doelstelling Het verbeteren van de energieprestatie van gemeentelijke gebouwen door 3%

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststelling Milieu uitvoeringsplan 2012

Onderwerp: Vaststelling Milieu uitvoeringsplan 2012 Onderwerp: Vaststelling Samenvatting: Op 28 april 2011 is het milieubeleidsplan 2012-2016 door de gemeenteraad vastgesteld. Dit milieubeleidsplan is opgesteld op basis van een kostenneutraal uitgangspunt.

Nadere informatie

Klimaat- en energiebeleid Gemeente Nijmegen

Klimaat- en energiebeleid Gemeente Nijmegen Klimaat- en energiebeleid Gemeente Nijmegen Fons Claessen sr.adviseur klimaat, energie & duurzaamheid Gemeente Nijmegen Waarom moeten we iets doen?? 1: Klimaatverandering 2: Energie en grondstoffen 3.

Nadere informatie

Ja. Ja. D66 wil dat Groningen in 2040 al CO 2- neutraal is en wil dat de provincie een ambitieuze regionale energiestrategie opstelt.

Ja. Ja. D66 wil dat Groningen in 2040 al CO 2- neutraal is en wil dat de provincie een ambitieuze regionale energiestrategie opstelt. CDA - Wij zijn voor kleinschalige windenergie rond boerderijen. Onduidelijk. ChristenUnie 2035: 60% 2045: 100% 2050: 100% klimaatneutraal Ja. Net als zonnedaken en windmolens op zee, zijn windmolens op

Nadere informatie

Paragraaf duurzaamheid

Paragraaf duurzaamheid Paragraaf duurzaamheid Paragraaf duurzaamheid Wij hebben als gemeentelijke organisatie een voorbeeldfunctie en zorgen ervoor dat de gemeentelijke organisatie energieneutraal wordt voor 2030. Voor de gemeente

Nadere informatie

WKO in duurzame gebiedsontwikkeling case Westland Ir. Marion Bakker SenterNovem 030 2393677 m.m.c.bakker@senternovem.nl

WKO in duurzame gebiedsontwikkeling case Westland Ir. Marion Bakker SenterNovem 030 2393677 m.m.c.bakker@senternovem.nl WKO in duurzame gebiedsontwikkeling case Westland Ir. Marion Bakker SenterNovem 030 2393677 m.m.c.bakker@senternovem.nl 12-11-2007Sheet nummer 1 Ontwikkelingen wereldwijd Heeft de Al Gore film impact?

Nadere informatie

Strategisch document onderdeel milieubeleidsplan Overbetuwe MILIEUKOMPAS VOOR DE TOEKOMST

Strategisch document onderdeel milieubeleidsplan Overbetuwe MILIEUKOMPAS VOOR DE TOEKOMST Strategisch document onderdeel milieubeleidsplan Overbetuwe MILIEUKOMPAS VOOR DE TOEKOMST 14 april 2009 INHOUD 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 1.2 Milieukompas voor de toekomst 2 Opgave milieubeleidsplan

Nadere informatie

Ontwerp-besluit Hogere grenswaarde geluid. Woningbouw Waardeel Glimmen

Ontwerp-besluit Hogere grenswaarde geluid. Woningbouw Waardeel Glimmen Ontwerp-besluit Hogere grenswaarde geluid Woningbouw Waardeel Glimmen Besluit van het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Haren. Nummer: Datum: INHOUD 1. INLEIDING... 3 2. BEOORDELINGSKADER...

Nadere informatie

Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden. Hans Haring, wethouder duurzaamheid Woerden

Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden. Hans Haring, wethouder duurzaamheid Woerden Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden Hans Haring, wethouder duurzaamheid Woerden Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden - Woerden: duurzaamheid tot in de haarvaten van de samenleving - Het klimaatakkoord

Nadere informatie

INFOBLAD IMPULS LOKAAL BODEMBEHEER 2012

INFOBLAD IMPULS LOKAAL BODEMBEHEER 2012 INFOBLAD IMPULS LOKAAL BODEMBEHEER 2012 1. Wat houdt de Impuls Lokaal Bodembeheer in? De Impuls Lokaal Bodembeheer (ILB) is een impulsregeling vanuit het ministerie van Infrastructuur en Milieu (I&M).

Nadere informatie

MILIEU UITVOERINGSPLAN 2016 Gemeente Purmerend

MILIEU UITVOERINGSPLAN 2016 Gemeente Purmerend MILIEU UITVOERINGSPLAN 2016 Gemeente Purmerend 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Kwaliteit van wonen 4 3. Kwaliteit van werken 12 4. Kwaliteit van recreëren 16 2 1. INLEIDING Voor u ligt het milieu uitvoeringsprogramma

Nadere informatie

Groeiplan voor warmte. een initiatief van provincies, gemeenten en sector

Groeiplan voor warmte. een initiatief van provincies, gemeenten en sector Groeiplan voor warmte een initiatief van provincies, gemeenten en sector 27 november 2015 De Provincies Gelderland, Zuid-Holland, Noord-Holland, en Limburg, Metropoolregio Rotterdam Den Haag, de Gemeenten

Nadere informatie

MILIEU UITVOERINGSPROGRAMMA 2015 Gemeente Purmerend. Versie 20 november 2014

MILIEU UITVOERINGSPROGRAMMA 2015 Gemeente Purmerend. Versie 20 november 2014 MILIEU UITVOERINGSPROGRAMMA 2015 Gemeente Purmerend Versie 20 november 2014 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Kwaliteit van wonen 4 3. Kwaliteit van werken 12 4. Kwaliteit van recreëren 16 2 1. INLEIDING

Nadere informatie

ABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving

ABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving ABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving Voorzichtig herstel bedreigde soorten Verdere achteruitgang functioneren van ecosystemen en biodiversiteit Meer aandacht voor natuur als basisvoorwaarde

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1076608 Behorend bij het B&W-advies met registratienummer 1076607 Moet in elk geval behandeld zijn in de raadsvergadering van de gemeente Ptjrmerend

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT PUBMCREüC RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad: 1121476 Datum: 6 mei 2014 Behandeld door: M.C. Deinum Afdeling / Team: RO/ROB Onderwerp: Project Solar Campus Purmerend, instemmen met

Nadere informatie

Memo in hoeverre zijn de doelstellingen in het uitvoeringsplan BMV in lijn met de uitkomsten van de bijeenkomst met betrokkenen?

Memo in hoeverre zijn de doelstellingen in het uitvoeringsplan BMV in lijn met de uitkomsten van de bijeenkomst met betrokkenen? Memo in hoeverre zijn de doelstellingen in het uitvoeringsplan BMV in lijn met de uitkomsten van de bijeenkomst met betrokkenen? Bij de behandeling van het uitvoeringsplan Brede Milieuvisie in de Ronde

Nadere informatie

Ontwikkeling Borgronden Naarden Toetsing aan milieu- en natuurwetgeving. 6 december 2017 Gerlof Wijnja

Ontwikkeling Borgronden Naarden Toetsing aan milieu- en natuurwetgeving. 6 december 2017 Gerlof Wijnja Ontwikkeling Borgronden Naarden Toetsing aan milieu- en natuurwetgeving 6 december 2017 Gerlof Wijnja De toetsing en het plangebied In deze onderzoeksfase zijn de volgende vragen onderzocht: Is woningbouw

Nadere informatie

Commissie Milieu, Verkeer en Vervoer. 29 januari 2002 Nr , RMA Nummer 3/2002

Commissie Milieu, Verkeer en Vervoer. 29 januari 2002 Nr , RMA Nummer 3/2002 Commissie Milieu, Verkeer en Vervoer 29 januari 2002 Nr. 2002-00786, RMA Nummer 3/2002 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen tot instemming met de Bodemvisie en het MeerjarenProgramma

Nadere informatie

Warmte in Nederland. Onze warmtebehoefte kost veel energie: grote besparingen zijn mogelijk

Warmte in Nederland. Onze warmtebehoefte kost veel energie: grote besparingen zijn mogelijk Warmte in Nederland Onze warmtebehoefte kost veel energie: grote besparingen zijn mogelijk Warmte kost veel energie Warmtevoorziening is verantwoordelijk voor bijna 40% van het energiegebruik in Nederland.

Nadere informatie

MILIEUBELEIDSPLAN. ONDERDEEL BODEM visiedocument. Terneuzen gaat een schone toekomst tegemoet Koning Willem III

MILIEUBELEIDSPLAN. ONDERDEEL BODEM visiedocument. Terneuzen gaat een schone toekomst tegemoet Koning Willem III MILIEUBELEIDSPLAN ONDERDEEL BODEM visiedocument Terneuzen gaat een schone toekomst tegemoet Koning Willem III Visie* De bodem van de gemeente Terneuzen is in 2030 van zodanige kwaliteit dat maximale mogelijkheden

Nadere informatie

FACTCHECKER OVER MORGEN

FACTCHECKER OVER MORGEN FACTCHECKER OVER MORGEN De druk op onze leefomgeving neemt toe. Met dezelfde ruimte willen we steeds meer doen. De hoogste tijd om in beweging te komen. Werk te maken van de leefbare stad, van elektrisch

Nadere informatie

Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory.

Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory. Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory. Een uitdagend klimaat 20 20 2020 In 2020 moet de uitstoot van CO 2 in de EU met 20% zijn teruggebracht ten opzichte van het 1990 niveau.

Nadere informatie

Speerpunten Doel Actie/uitwerking Wanneer Wie Dekking kosten /financiering Vanuit zowel het provinciale (landelijke) als lokale bodembeleid

Speerpunten Doel Actie/uitwerking Wanneer Wie Dekking kosten /financiering Vanuit zowel het provinciale (landelijke) als lokale bodembeleid Vanuit zowel het provinciale (landelijke) als lokale bodembeleid Actieve Inventarisatie Afronden asbestinventarisatie 2010 ISV-2 aanpak spoedlocaties spoedlocaties afronden Volledig overzicht van locaties

Nadere informatie

Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda

Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda Kiezen om ruimte te maken Den Haag 2040 Den Haag is volop in beweging, de stad is in trek. Verwacht wordt dat Den Haag groeit, van 530.000 inwoners in 2017 naar

Nadere informatie

Samen energie besparen! Convenant Energiebesparing 2009-2011 - Gemeente Kerkrade

Samen energie besparen! Convenant Energiebesparing 2009-2011 - Gemeente Kerkrade Samen energie besparen! Convenant Energiebesparing 2009-2011 - Gemeente Kerkrade 2 Voorwoord Beste mensen, voor u ligt de folder over het convenant energiebesparing 2009 2011. Dit is een samenwerkingsovereenkomst

Nadere informatie

Ons kenmerk: Z / mevrouw M.A. de Jong, de heer H. de Rijk

Ons kenmerk: Z / mevrouw M.A. de Jong, de heer H. de Rijk Notitie Ons kenmerk: Z-2015-15661 / 15945 Behandeld door: mevrouw M.A. de Jong, de heer H. de Rijk Onderwerp: Aantal pag. 5 Bijlagen: Concept notitie reikwijdte en detailniveau planmer Structuurvisie Ondergrond

Nadere informatie

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA UPDATE 2016 SAMENVATTING STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA Opdrachtgever Gemeente Breda Afdeling Mobiliteit en Milieu Opdrachtnemer Evert

Nadere informatie

Rol provincie bij nieuwbouw. Klik op de kavels voor meer informatie. De provincie is aanjager, kennismakelaar, verbinder, beleidsmaker en regelgever.

Rol provincie bij nieuwbouw. Klik op de kavels voor meer informatie. De provincie is aanjager, kennismakelaar, verbinder, beleidsmaker en regelgever. Rol provincie bij nieuwbouw De provincie is aanjager, kennismakelaar, verbinder, beleidsmaker en regelgever. 1 Regionale afspraken wonen 2 Keuze van de locatie 3 Initiatief voor nieuwbouw 4 Onherroepelijk

Nadere informatie

Duurzame ontwikkeling:

Duurzame ontwikkeling: Duurzaam Tynaarlo Duurzame ontwikkeling: Een ontwikkeling die kan voorzien in de behoeften van de huidige generaties zonder die van de toekomstige generaties in gevaar te brengen. (Our common future 1987)

Nadere informatie

Gezondheidseffectscreening Stad & Milieu Voor een gezonde inrichting van de woonomgeving

Gezondheidseffectscreening Stad & Milieu Voor een gezonde inrichting van de woonomgeving Gezondheidseffectscreening Stad & Milieu Voor een gezonde inrichting van de woonomgeving Uw gemeente en een gezond milieu Nieuwe woningen, nieuwe wegen, nieuwe bedrijven. In een gemeente die in beweging

Nadere informatie

v o o r d r a c h t 9 juli 2019 Documentnummer: , PPM Dossiernummer : K1261

v o o r d r a c h t 9 juli 2019 Documentnummer: , PPM Dossiernummer : K1261 v o o r d r a c h t 9 juli 2019 Documentnummer: 2019-049286, PPM Dossiernummer : K1261 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van het Startdocument Regionale

Nadere informatie

Datum collegevergadering : 9 juli 2019 Datum raadsvergadering : 25 september 2019

Datum collegevergadering : 9 juli 2019 Datum raadsvergadering : 25 september 2019 *ZEBAE9317F4* Zaak en documentnummer : Z/19/089018/DV.19-134 Commissievoorstel Datum collegevergadering : 9 juli 2019 Datum raadsvergadering : 25 september 2019 Portefeuillehouder Bart Huizing Volgnummer

Nadere informatie

Warmte in Nederland. Onze warmtebehoefte kost veel energie: grote besparingen zijn mogelijk

Warmte in Nederland. Onze warmtebehoefte kost veel energie: grote besparingen zijn mogelijk Nationaal Expertisecentrum Warmte maakt duurzame warmte en koude mogelijk Warmte in Nederland Onze warmtebehoefte kost veel energie: grote besparingen zijn mogelijk In opdracht van 1 Warmte kost veel energie

Nadere informatie

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018 ONDERWERP Prestatieafspraken 2019 SAMENVATTING Gemeente, de Heemsteedse woningcorporaties Elan Wonen en Pre Wonen en hun huurdersorganisaties Bewonersraad Elan Wonen en Bewonerskern Pre streven een gemeenschappelijk

Nadere informatie

Gemeente ř Bergen op Zoom

Gemeente ř Bergen op Zoom Gemeente ř Bergen op Zoom Voorlegger Onderwerp Nummer voorstel Datum voorstel Portefeuillehouder(s) Contactpersoon Afdeling Contactpersoon Email Contactpersoon Telefoon Programmanummeren -naam : Nota Bodembeheer

Nadere informatie

Klimaatneutrale gemeenten. Frans Rooijers - directeur CE Delft

Klimaatneutrale gemeenten. Frans Rooijers - directeur CE Delft Klimaatneutrale gemeenten Frans Rooijers - directeur CE Delft CE Delft - Onafhankelijk onderzoek en advies sinds 1978 - Energie, transport en grondstoffen - Economische, technische en beleidsmatige expertise

Nadere informatie

Initiatieven CO2 reductie MVOI BV.

Initiatieven CO2 reductie MVOI BV. Initiatieven CO2 reductie MVOI BV. MVOI BV Versie: 1 Datum: 15-05-2017 Pagina 1 van 6 Inhoud 1 Inleiding...3 2. Initiatieven waarin we zijn toegetreden....4 2.1 Warmtetafel. (Warmtenetwerk)...4 De Warmtetafel

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. categorie/agendanr. B. en W RA A 6 10/1028. Raad. Onderwerp: Vaststellen Visie op bodemkwaliteit 2012

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. categorie/agendanr. B. en W RA A 6 10/1028. Raad. Onderwerp: Vaststellen Visie op bodemkwaliteit 2012 svoorstel jaar 2012 RA12.0123 A 6 10/1028 Onderwerp: Vaststellen Visie op bodemkwaliteit 2012 Portefeuillehouder: T. Houwing-Haisma Afdeling BNR Team Ruimtelijk beleid W. Bijsterbosch, telefoon (14 05

Nadere informatie

2.2 Provinciaal beleid

2.2 Provinciaal beleid Bijlage behorend bij het raadsvoorstel en -besluit tot gewijzigde vaststelling van het bestemmingsplan Hoek Markt- Veestraat (wijzigingen tekst toelichting zijn cursief weergegeven). 2.2 Provinciaal beleid

Nadere informatie

CONCEPT FACTSHEETS KLIMAATCONTRACT PROVINCIE DRENTHE GEMEENTE HOOGEVEEN Datum: Blad 1 van 5

CONCEPT FACTSHEETS KLIMAATCONTRACT PROVINCIE DRENTHE GEMEENTE HOOGEVEEN Datum: Blad 1 van 5 Blad 1 van 5 Hoogeveen deelprogramma Diep Onder Drenthe 1. WKO installatie BVG/CH/Raadhuis 2. WKO installatie 1. Een WKO installatie in het BVG/CH/Raadhuis. 2. Duidelijkheid over de haalbaarheid van een

Nadere informatie

Flevoland. Windmolens op land zijn belangrijk en zullen wij stimuleren. Doelstelling voor de provincie

Flevoland. Windmolens op land zijn belangrijk en zullen wij stimuleren. Doelstelling voor de provincie CDA - Ja. Het CDA zet de komende jaren in op zon, wind, aardwarmte en andere vormen van alternatieve. Het CDA steunt de provinciale beleidslijn. Dat geldt ook voor beleid dat al is ingezet, bijvoorbeeld

Nadere informatie

2.1.2 lucht De luchtkwaliteit binnen Baarn wordt inzichtelijk gemaakt op de vmk (GVVP) X X

2.1.2 lucht De luchtkwaliteit binnen Baarn wordt inzichtelijk gemaakt op de vmk (GVVP) X X 3.4 Het Milieu Uitvoeringsprogramma 2012-2015 Overzicht uren Overzicht budget 2.1.1 bodem 750 750 750 750 29.266 29.266 29.266 29.266 2.1.1.1 uiterlijk 2015 alle spoedeisende locaties in beeld en gesaneerd

Nadere informatie

Balans van de Leefomgeving

Balans van de Leefomgeving Balans van de Leefomgeving 14 september 2010 Maarten Hajer Agenda 2 In vogelvlucht Successen Resterende problemen Inzoomen op grote dossiers, inclusief beleidsopties Gevolgen van economische crisis Successen:

Nadere informatie

Notitie energiebesparing en duurzame energie

Notitie energiebesparing en duurzame energie Notitie energiebesparing en duurzame energie Zaltbommel, 5 juni 2012 Gemeente Zaltbommel Notitie energiebesparing en duurzame energie 1 1. Inleiding Gelet op de ambities in het milieuprogramma 2012-2015

Nadere informatie

Energietransitie vergt strategie. Voorjaarscongres VJK 23 mei 2019

Energietransitie vergt strategie. Voorjaarscongres VJK 23 mei 2019 Voorjaarscongres VJK 23 mei 2019 Ons kantoor Ons kantoor Gespecialiseerd nichekantoor: Focus op: bouw en vastgoed, energie, industrie en overheid Expertise in zowel publieke, als private sector Korte lijnen

Nadere informatie

Bestemmingsplan Ypenburg - Deelplan 20. Vastgesteld

Bestemmingsplan Ypenburg - Deelplan 20. Vastgesteld Bestemmingsplan Ypenburg - Deelplan 20 Vastgesteld Vastgesteld, d.d. 16 februari 2017 Ypenburg - Deelplan 20 bestemmingsplan Ypenburg - Deelplan 20 (vastgesteld) Inhoudsopgave Samenvatting 3 2 bestemmingsplan

Nadere informatie

Voorstel college. Datum B&W-vergadering 29 januari 2019 Communicatie Ja Volgnummer 16 B&W-agenda Openbaar

Voorstel college. Datum B&W-vergadering 29 januari 2019 Communicatie Ja Volgnummer 16 B&W-agenda Openbaar Voorstel college Portefeuillehouder T.J.M. Groot Van Simone Hendriks Fatale datum Nee Team Trainees Datum B&W-vergadering 29 januari 2019 Communicatie Ja Volgnummer 16 B&W-agenda Openbaar Onderwerp Uitwerking

Nadere informatie

Bodemfunctiekaart Hof van Twente Besluit Bodemkwaliteit

Bodemfunctiekaart Hof van Twente Besluit Bodemkwaliteit projectnr. 204156 revisie 02 augustus 2011 Opdrachtgever Gemeente Hof van Twente Afdeling Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling Postbus 54 7470 AB Goor datum vrijgave beschrijving revisie 02 goedkeuring

Nadere informatie

Biomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie

Biomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie Biomassa Pilaar in de energietransitie en Uitgangspunt voor de biobased economie Klimaatverandering: onze uitdaging Onze opdracht om er snel en écht iets aan te gaan doen Overeenstemming: er moet wat gebeuren!

Nadere informatie

Verbreed bodembeleid

Verbreed bodembeleid Verbreed bodembeleid Ondergrondkwaliteiten in beeld Structuurvisie Rijk Beleidsvisie Bodem provincie Atlas van de ondergrond Besluit bodemenergiesystemen Hij had tekeningen gezien van de gangen waar zulke

Nadere informatie

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug CONCEPT Omgevingsdienst regio Utrecht Mei 2015 opgesteld door Erwin Mikkers Duurzame energie per Kern in gemeente Utrechtse Heuvelrug

Nadere informatie

Raadsbijlage Voorstel inzake duurzame ontwikkeling in Eindhoven

Raadsbijlage Voorstel inzake duurzame ontwikkeling in Eindhoven Milieudienst Regio Eindhoven Milieudienst Regio Eindhoven Raadsbijlage nummer 60 Inboeknummer 01X007818 Beslisdatum BTW 3 april 2001 Dossiernummer 114.308 Raadsbijlage Voorstel inzake duurzame ontwikkeling

Nadere informatie

Raadsvoorstel van het college inzake Agenda groen voor de stad 2016

Raadsvoorstel van het college inzake Agenda groen voor de stad 2016 Registratienummer DSB 2016.297 RIS294705 Raadsvoorstel van het college inzake Agenda groen voor de stad 2016 De wereld om ons heen is in beweging en ook onze stad verandert. Den Haag is echter nog steeds

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64 Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 64 Haarlem, 17 augustus 2004 Onderwerp: Agenda Provinciaal Waterplan Bijlagen: - ontwerpbesluit - procesplanning provinciaal waterplan - op weg naar een

Nadere informatie

Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Registratienr.: 2012I02088

Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Registratienr.: 2012I02088 Pagina 1 van 6 Versie Nr. 2 Definitief Afdeling: Beleid Leiderdorp, 3-01-2013 Onderwerp: RVS Transformatie naar wonen Elisabethhof 1 ( Astellas) Aan de raad. Beslispunten 1. Akkoord te gaan met transformatie

Nadere informatie

Concept Raadsvoorstel

Concept Raadsvoorstel Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht Agendapunt: Sliedrecht, 15 december 2009 Onderwerp: Milieubeleidsplan en -uitvoeringsprogramma 2010-2011 Voorgesteld besluit: Wij stellen u

Nadere informatie

Maarten van Helden Laurent de Jong. MKP-Maptable

Maarten van Helden Laurent de Jong. MKP-Maptable Maarten van Helden Laurent de Jong MKP-Maptable MKP-Maptable Instrument voor lokaal gebiedsgericht maatwerk én: voorbereid op de omgevingsvisie / omgevingsplan van de Omgevingswet 2 De Omgevingswet introduceert

Nadere informatie

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE WATER- SCHAPPEN & ENERGIE Resultaten Klimaatmonitor Waterschappen 2014 Waterschappen willen een bijdrage leveren aan een duurzame economie en samenleving. Hiervoor hebben zij zichzelf hoge ambities gesteld

Nadere informatie

Masterclass IV. Energie op bedrijventerreinen

Masterclass IV. Energie op bedrijventerreinen Masterclass IV Energie op bedrijventerreinen Programma Tijd Onderwerp Wie 16.00 Welkom Aleida van den Akker / Margreet Verwaal (Provincie Zuid-Holland) 16.05 Context en urgentie Wiebe Brandsma (Provincie

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

VNG Raadsledencampagne

VNG Raadsledencampagne Duurzaam Drimmelen VNG Raadsledencampagne Klimaat niet zonder de Raad Invloed raadsleden Borging beleid Collegiaal bestuur Collegeakkoord 2010-2014 Duurzame ontwikkeling: Een ontwikkeling die kan voorzien

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing. t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik)

Ruimtelijke Onderbouwing. t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik) Ruimtelijke Onderbouwing t.b.v. het realiseren van twee lichtmasten, Flevostraat 251 Purmerend (Sportcomplex De Munnik) Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1. Aanleiding Stichting Spurd heeft een aanvraag om omgevingsvergunning

Nadere informatie

De Milieudienst heeft op 12 augustus 2010 een uitgebreid milieuadvies (UHR10.2010.A143/10355) gegeven.

De Milieudienst heeft op 12 augustus 2010 een uitgebreid milieuadvies (UHR10.2010.A143/10355) gegeven. ADVIES aan t.a.v. kopie aan opsteller Gemeente Utrechtse Heuvelrug Mevrouw G. Veenstra geke.veenstra@heuvelrug.nl Mevrouw Dagmar Storm telefoon 030 75 40 304 datum 29 april 2011 kenmerk doc.ref onderwerp

Nadere informatie

Omgevingsvisie Giessenlanden. Plan van aanpak V1.3. Inleiding

Omgevingsvisie Giessenlanden. Plan van aanpak V1.3. Inleiding Omgevingsvisie Giessenlanden Plan van aanpak V1.3 Inleiding De omgevingsvisie van de gemeente Giessenlanden moet inspireren, ruimte bieden en uitnodigen. Een uitnodiging aan burgers, bedrijven en instellingen

Nadere informatie

Klimaatakkoord. Ministerie van Economische Zaken en Klimaat T.a.v. de heer ir. E.D. Wiebes Postbus EK 'S-GRAVENHAGE

Klimaatakkoord. Ministerie van Economische Zaken en Klimaat T.a.v. de heer ir. E.D. Wiebes Postbus EK 'S-GRAVENHAGE Klimaatakkoord Ministerie van Economische Zaken en Klimaat T.a.v. de heer ir. E.D. Wiebes Postbus 20401 2500 EK 'S-GRAVENHAGE BETREFT Procesbrief Klimaatakkoord DEN HAAG ONS KENMERK 5 oktober 2018 18.34838

Nadere informatie

Westflank Haarlemmermeer

Westflank Haarlemmermeer Nota Ruimte budget 48 miljoen euro Planoppervlak 1500 hectare Trekker Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Westflank Haarlemmermeer Westflank Haarlemmermeer is een Randstad Urgent - project.

Nadere informatie

Jaarprogramma Milieu 2015 Gemeente Gouda

Jaarprogramma Milieu 2015 Gemeente Gouda Jaarprogramma Milieu 2015 Gemeente Gouda Omgevingsdienst Midden-Holland Jaarprogramma Milieu 2015 Gouda 2 van 15 Versienummer: 1.0 Datum: 14 oktober 2014 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 4 2 Omgevingsdienst

Nadere informatie

Beleid dat warmte uitstraalt. Van warmteopties voor klimaatverbetering naar klimaatverbetering voor warmteopties

Beleid dat warmte uitstraalt. Van warmteopties voor klimaatverbetering naar klimaatverbetering voor warmteopties Beleid dat warmte uitstraalt Van warmteopties voor klimaatverbetering naar klimaatverbetering voor warmteopties Doelen rijksoverheid voor 2020 Tempo energiebesparing 2 % per jaar Aandeel duurzaam in totale

Nadere informatie

BENG en NTA. Stand van zaken

BENG en NTA. Stand van zaken BENG en NTA Stand van zaken Ir. Harm Valk Nieman Groep ZEN-Platformbijeenkomst 20 juni 2017 BENG, maar ook ZEN! Integraal benaderen comfort gebruik energie Werkgroep BENG Nieuwe projecten BENG vanaf het

Nadere informatie

Ruimtelijke motivering. Molenstraat 1a te s-hertogenbosch. Functiewijziging van wonen naar kleinschalig hotel

Ruimtelijke motivering. Molenstraat 1a te s-hertogenbosch. Functiewijziging van wonen naar kleinschalig hotel Ruimtelijke motivering Molenstraat 1a te s-hertogenbosch Functiewijziging van wonen naar kleinschalig hotel Januari 2017 Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Aan de Molenstraat 1a is nu op de begane grond

Nadere informatie

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W²

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² Raadsvergadering 29 januari 2018 Nr.: 11 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² 2018-2022. Portefeuillehouder: Wethouder P. Prins. Ter inzage liggende stukken: Collegebesluit

Nadere informatie

P.A.J.M. Wilbers raad april 2014

P.A.J.M. Wilbers raad april 2014 steller telefoonnummer Email Agendapunt commissie: P.A.J.M. Wilbers 040-2038649 pwi@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering Onderwerp Nota bodembeheer. 14raad00073 24 april 2014 aan de

Nadere informatie

De energietransitie: kansen grijpen kansen creëren

De energietransitie: kansen grijpen kansen creëren De energietransitie: kansen grijpen kansen creëren Inspiratie voor de avond Marc Londo, ECN Beleidsstudies Alkmaar 1 april 2015 www.ecn.nl Boodschappen 1. De energiehuishouding verandert, en daar zijn

Nadere informatie

Toelichting 1 Inleiding 2 Beleidskader 3 Beoordeling

Toelichting 1 Inleiding 2 Beleidskader 3 Beoordeling Toelichting Wijzigingsplan i.c. bestemmingsplan Buitengebied Sanjesreed 8c Oentsjerk (dagbesteding Bûtenút) 1 Inleiding Werk- en dagbesteding Bûtenút is gevestigd op een deel van de voormalige PTC+ locatie

Nadere informatie

http://enquete.groenepeiler.nl/admin/statistics.aspx?inquiry=47 1 van 13 5-7-2011 17:03

http://enquete.groenepeiler.nl/admin/statistics.aspx?inquiry=47 1 van 13 5-7-2011 17:03 1 van 13 5-7-2011 17:03 Enquête Enquête beheer Ingelogd als: aqpfadmin Uitloggen Enquête sta s eken Enquête beheer > De Klimaat Enquête van het Noorden > Statistieken Algemene statistieken: Aantal respondenten

Nadere informatie

Beschikking Wet milieubeheer

Beschikking Wet milieubeheer Beschikking Wet milieubeheer Besluit van burgemeester en wethouders van Woensdrecht. Datum beschikking: 16-12-2008 Onderwerp aanvraag Op 3 juli 2008 is een aanvraag om vergunning ingevolge de Wet milieubeheer

Nadere informatie

Rik Thijs

Rik Thijs Agendapunt commissie: steller telefoonnummer email Rik Thijs 0402083624 rik.thijs@valkenswaard.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering portefeuillehouder Wethouder C. Marchal onderwerp Herijking Fietsbeleidsplan

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951

Raadsstuk. Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951 Raadsstuk Onderwerp: vaststellen woonvisie 'Haarlem: duurzame, ongedeelde woonstad' Reg.nummer: 2012/220951 1. Inleiding De huidige woonvisie loopt in 2012 af. In het coalitieakkoord 2010-2014 kiezen de

Nadere informatie

Milieudienst West-Holland. Klimaatprogramma Holland Rijnland en Rijnstreek 2008-2012. Gerrit Jan Schraa Programmaleider

Milieudienst West-Holland. Klimaatprogramma Holland Rijnland en Rijnstreek 2008-2012. Gerrit Jan Schraa Programmaleider Klimaatprogramma Holland Rijnland en Rijnstreek 2008-2012 Gerrit Jan Schraa Programmaleider Klimaatprogramma Vervolg op Klimaatbeleid 2003-2007 Waarom een Klimaatprogramma? Wat houdt het programma in?

Nadere informatie

de bodemkwaliteitskaart delen Leidschenveen, kenmerk , 17 juli 2003, vast te stellen en bekend te maken.

de bodemkwaliteitskaart delen Leidschenveen, kenmerk , 17 juli 2003, vast te stellen en bekend te maken. RIS123701_10-JAN-2005 Gemeente Den Haag Ons kenmerk DSB/2003.909 I HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, gelet op: artikel 5 van de Vrijstellingsregeling grondverzet; Besluit: de bodemkwaliteitskaart

Nadere informatie

Milieubeleidsplan. Gemeente Beverwijk Periode Opgesteld in opdracht van: Gemeente Beverwijk

Milieubeleidsplan. Gemeente Beverwijk Periode Opgesteld in opdracht van: Gemeente Beverwijk Opgesteld in opdracht van: Gemeente Beverwijk Contactpersonen IJmond: De heer A.H. Los / Mevr. S. van Wees Postbus 325 1940 AH Beverwijk T 0251-263 821/811 F 0251-263 888 E Alos@milieudienst-ijmond.nl

Nadere informatie

Energievisie Borne 22 september 2011. Michel Leermakers Linda Rutgers Twence. Co Kuip HVC. www.twence.nl

Energievisie Borne 22 september 2011. Michel Leermakers Linda Rutgers Twence. Co Kuip HVC. www.twence.nl Energievisie Borne 22 september 2011 Michel Leermakers Linda Rutgers Twence Co Kuip HVC Inhoud van vanochtend Gemeente Borne Visie Twence Werkwijze Energievisie Resultaten Huidige energieconsumptie Bronpotentieel

Nadere informatie

Biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA)

Biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA) Biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het Klimaatakkoord (VHKA) Marit van Hout, PBL 10 oktober 2018, Den Bosch TKI BBE overleg Wat staat er over biomassa in het Voorstel voor Hoofdlijnen van het

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

De 10 meest gestelde vragen over aardgasvrij wonen

De 10 meest gestelde vragen over aardgasvrij wonen De 10 meest gestelde vragen over aardgasvrij wonen 1. Waarom gaan we van het aardgas af? 2 2. Wanneer moet mijn woning aardgasvrij zijn? 2 3. Wat is de rol van de gemeente? 3 4. Hoe kan ik mijn woning

Nadere informatie

W & M de Kuiper Holding

W & M de Kuiper Holding 2 januari t/m juni 2018 2 Pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Overzicht -emissie gegevens 3 Vergelijking met voorgaande jaren 4 3 -gerelateerd gunningsvoordeel 5 4 Doelstellingen 5 Reductiedoelstellingen

Nadere informatie