Parafering besluit PFO Woo Gewijzigd akkoord Geparafeerd door: Filius, J.D. D&H Geparafeerd door: Filius, J.D.

Transcriptie

1 agendapunt 3.b Aan College van Dijkgraaf en Hoogheemraden EINDSTAND KRW-MAATREGELEN SGBP1-PERIODE Portefeuillehouder Woorst, I.J.A. ter Datum 1 maart 2016 Aard bespreking Besluitvormend Afstemming SEI/MSEI Bijlagen 3 Zaaknummer Gremia Datum Aard Advies/ Parafering besluit PFO Woo Gewijzigd akkoord Geparafeerd door: Filius, J.D. D&H Geparafeerd door: Filius, J.D. Gevraagd besluit College van Dijkgraaf en Hoogheemraden I. Vaststellen van de eindstand van de uitvoering van de KRW-maatregelen van het SGBP1 ( ), dd. 21 december 2015; II. Te voldoen aan de uitvraag van Informatiehuis Water d.d. 22 december 2015 om de gegevens over de eindstand van de KRW-maatregelen van het SGBP1, d.d. 21 december 2015, via het Informatiehuis te sturen aan het Ministerie van Infrastructuur en Milieu; III. Vaststellen van de concept-informatieve brief van het College van Dijkgraaf en Hoogheemraden aan de Verenigde Vergadering inzake Eindstand KRW-maatregelen SGBP1 per (d.d. 1 maart 2015, kenmerk ). Besluit College van Dijkgraaf en Hoogheemraden

2

3 Eindstand KRW-maatregelen SGBP1 1. Probleemstelling - context Eind 2015 is de uitvoeringsperiode ( ) van het eerste stroomgebiedbeheerplan afgelopen. Delfland rapporteert de eindstand met betrekking tot de uitvoering van de KRWmaatregelen aan het rijk. De geleverde informatie wordt gebruikt voor de rapportage aan de Europese Commissie, voor een voortgangsrapportage aan de Regionaal Bestuurlijke Overleggen (RBO s, april 2016) en de Stuurgroep Water, en voor de jaarlijkse rapportage over de uitvoering van het Nationaal Waterplan. Die laatste wordt in mei 2016 aan de Tweede Kamer aangeboden. Het gaat hierbij om de KRW-maatregelen die opgenomen zijn in het WBP en in de stroomgebiedbeheerplannen (SGBP) voor de periode De gevraagde informatie geeft de eindstand weer op 21 december De uitvraag (bijlage 1) is verzorgd door het Informatiehuis Water (IHW) in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Bij de eindstand is het niet toegestaan dat een maatregel in voorbereiding of in uitvoering is, omdat eind 2015 de maatregelen voor de eerste KRW-planperiode in principe afgerond moeten zijn. Maatregelen die aan het einde van de eerste planperiode nog moeten beginnen of nog worden uitgevoerd, hebben voor deze planperiode de status Gefaseerd, Vervangen of Ingetrokken. Faseren is het doorzetten van (een deel van) de maatregel naar een volgende planperiode. Faseren is onder andere nodig voor het 1 onderzoek en een deel van de opgave van natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen. 2. Beoogd effect Het college is op de hoogte van de eindstand van de maatregelen voor de Kaderrichtlijn Water, zoals opgenomen in het stroomgebiedbeheerplan , en stemt in met het doorsturen van deze gegevens richting het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. De informatie die aan het Ministerie van Infrastructuur en Milieu geleverd wordt, wordt gebruikt voor de onderstaande zaken: Eindrapportage aan de Europese Commissie Eindrapportage voor de Regionaal Bestuurlijke Overleggen (RBO s, april 2015) Eindrapportage voor de Stuurgroep Water Eindrapportage over de uitvoering van het Nationaal Waterplan 3. Kernboodschap Delfland heeft het KRW-maatregelenpakket voor de eerste KRW-planperiode op 21 december 2015 bijna volledig gerealiseerd. Alle door Delfland geplande vismigratievoorzieningen voor de KRW zijn gerealiseerd. De baggeropgave is eveneens gereed. In de duinwaterlichamen zijn alle maatregelen door Dunea gerealiseerd. In het beheergebied van Delfland is het grootste deel van het geplande oppervlak aan natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen gereed: 26,7 van de 28,2 ha. In de praktijk is in deze periode 29,6 ha aangelegd. Dit verschil heeft te maken met de verdeling van de projecten over de verschillende KRW-waterlichamen en de verdeling tussen natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen. Deze verdeling wijkt licht af van de verdeling die vooraf voor de KRW was aangegeven.

4 De provincie Zuid-Holland heeft door vertraging bij het project Bochtafsnijding Delftse Schie een deel van haar opgave niet gereed. Het resterende deel van de opgave van Delfland en de provincie wordt gefaseerd naar de SGBP2 periode. De KRW-onderzoeken zijn op één uitzondering na, afgerond. De uitzondering is het onderzoek Beheer en onderhoud vispaaiplaatsen. Het theoretische deel is afgerond maar doordat er lange tijd onvoldoende onderzoekslocaties waren, is het veldonderzoek vertraagd. Het onderzoek wordt afrond in de 2 de SGBP plan periode. Het is de gemeenten Delft en Maassluis niet gelukt om voor het einde van de eerste KRWplanperiode alle autonome waterketenmaatregelen waar de Bestuursovereenkomst Kaderrichtlijn Water Delfland betrekking op heeft, gereed te hebben. De gemeenten ronden de resterende of, in samenspraak met Delfland, de vervangende, effectievere maatregelen in de volgende KRW-planperiode af. De KRW-maatregel Verbetering van de riolering, waar de maatregelen in de waterketen uit de bestuursovereenkomst onder vallen, is daarom gefaseerd naar SGBP2. 4. Historie - eerdere besluitvorming Op 19 november 2009 heeft de Verenigde Vergadering het Waterbeheerplan (kenmerk ) vastgesteld en daarmee het KRW-maatregelenprogramma voor de eerste KRW-planperiode. In de Bestuursovereenkomst Kaderrichtlijn Water Delfland van 7 november 2008 (kenmerk ) hebben Delfland en de gebiedspartners afgesproken om gezamenlijk uitvoering te geven aan het maatregelenprogramma voor de 1 e KRW-planperiode. Delfland heeft jaarlijks de voortgang van dit maatregelenprogramma doorgegeven aan het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. De KRW-voortgangsgegevens zijn in de voorgaande jaren behandeld op: - D&H, 21 februari 2012 (kenmerk ) - VV: informatieve brief verstuurd (dd , kenmerk ). - D&H, 19 februari 2013 (kenmerk ) - VV: informatieve brief verstuurd (dd , kenmerk ). - D&H, 18 februari 2014 (kenmerk ) - VV: informatieve brief verstuurd (dd , kenmerk ). - D&H, 17 februari 2015 (kenmerk ) - VV: informatieve brief verstuurd (dd , kenmerk ). Ook heeft Delfland in mei 2015 een prognose met betrekking tot de eindstand aan het Ministerie van Infrastructuur en Milieu doorgegeven. Deze prognose is behandeld op: - D&H, 26 mei 2015 (kenmerk ) - VV: informatieve brief verstuurd (dd , kenmerk ). 5. Regelgeving en Beleid Het rapporteren van de eindstand bij de uitvoering van de KRW-maatregelen voor SGBP1 in het beheergebied van Delfland komt voort uit de Europese Kaderrichtlijn Water die in Nederland is geïmplementeerd in de Waterwet, de Wet Milieubeheer en daarop gebaseerde AMvB s en regelingen. De Europese Kaderrichtlijn Water eist dat de waterkwaliteit in de waterlichamen van de lidstaten uiterlijk in 2027 voldoet aan de waterkwaliteitsdoelen. Deze doelen zijn vastgelegd in het Provinciaal Waterplan Zuid-Holland De maatregelen die Delfland voor de eerste KRW-planperiode heeft geformuleerd, zijn opgenomen in het WBP (VV 19 november 2009 kenmerk ). Die van de gemeenten en provincie zijn opgenomen in de Bestuursovereenkomst Kaderrichtlijn Water Delfland van 7 november 2008 (kenmerk ). Het rapporteren van de eindstand bij de uitvoering van de KRW-maatregelen aan het Rijk is verplicht op grond van het Waterbesluit en past binnen de uitvoering van het KRW-beleid dat is verankerd in WBP (VV 19 november 2009 kenmerk ), Kadernota 2011 (VV 1 juli 2010 kenmerk ), WBP (VV 19 november 2015 kenmerk ) en het Programma Schoon Water (kenmerk ). 2

5 6. Financiën N.v.t. 7. Duurzaamheid N.v.t. 8. Organisatorische en personele consequenties Het faseren van KRW-maatregelen vereist dat de resterende (delen van) maatregelen in het maatregelenprogramma voor de 2 e KRW-planperiode worden opgenomen. Hier is rekening mee gehouden in de jaarplannen. 9. OR/GO N.v.t. 10. Risico- en beheersmaatregelen Delfland streeft ernaar om de randvoorwaarden voor een goede ecologische toestand in 2021 gereed te hebben, zodat de KRW-doelen in 2027 bereikt worden. De KRW-maatregelen voor de eerste en tweede planperiode zorgen ervoor dat deze randvoorwaarden op orde komen. Doordat de gefaseerde (delen van) maatregelen alsnog in de tweede planperiode worden uitgevoerd, vormt het faseren geen risico voor het behalen van de KRW-doelen. De aanbevelingen die uit de evaluatie van Delfland over de uitvoeringsperiode van SGBP2 naar voren zijn gekomen, worden rond de zomer met het college gedeeld. Hierin wordt even eens het onderwerp waterbewustzijn meegenomen. De VV wordt via een informatieve VV op de hoogte gesteld van de aanbevelingen. 11. Communicatie (in- en extern) De communicatie naar Provincie, Rijk en Europa over de KRW loopt via het deelstroomgebied Rijn-West. Delfland communiceert onder andere via de Bestuurlijke Watertafel naar gemeenten. Rond de zomer worden aanbevelingen gedaan vanuit SGBP1. Waterbewustzijn wordt hierbij eveneens behandeld. 12. Bekendmaking en vervolgprocedure N.v.t. 13. Bevoegd orgaan D&H is bevoegd om de KRW-eindstand te rapporteren volgens artikel 84 van de Waterschapswet en artikel 3.4 van het Waterbesluit. 14. Toelichting Zie Bijlagen. De eindstand bij de uitvoering van het KRW-maatregelenprogramma voor de 1 e KRW-planperiode Categorieën eindstand De eindstand van de geplande maatregelen wordt aangeduid met vier categorieën (één voor als de maatregel in de geplande periode is afgerond en drie voor status indien een maatregel later, anders of niet wordt uitgevoerd): C) Uitgevoerd De maatregel is geheel afgerond (voorbeeld: de natuurvriendelijke oever is aangelegd) of de eindrapportage van het onderzoek is opgeleverd. 3

6 D) Gefaseerd Er is bestuurlijk besloten dat de maatregel niet in deze, maar in één van de volgende planperiodes zal worden uitgevoerd. E) Vervangen Er is bestuurlijk besloten dat in plaats van deze maatregel een andere maatregel zal worden uitgevoerd, bijvoorbeeld omdat er een kosteneffectiever alternatief is met een gelijk of beter doelbereik. F) Ingetrokken Er is bestuurlijk besloten dat de maatregel niet uitgevoerd zal worden. Categorieën E en F komen in 2015 bij Delfland niet voor. Bij het rapporteren van de eindstand is het, in tegenstelling tot de rapportage van de tussenstand, niet toegestaan om aan een maatregel de status A: Planvoorbereiding of B: In uitvoering toe te kennen. De reden hiervoor is dat het maatregelenprogramma in principe aan het einde van 2015 afgerond moet zijn. Overzicht eindstand KRW ( ) In Tabel 1 is de eindstand op 21 december 2015 van de uitvoering van de KRW-maatregelen voor de eerste KRW-planperiode weergegeven. De tabel heeft betrekking op de vijf lijnvormige oppervlaktewaterlichamen en de twee duinwaterlichamen in het Delflandse beheergebied. De conclusie is dat het KRW-maatregelenprogramma voor het Delflandse beheergebied voor de eerste planperiode op 21 december 2015 bijna volledig afgerond is. Aanleg diepe(re) vluchtplaatsen, plaggen verruigde oevers en slib verwijderen In de twee duinwaterlichamen heeft Dunea diepere vluchtplaatsen aangelegd, verruigde oevers geplagd en slib verwijderd. Dunea heeft deze maatregelen uitgevoerd. Vispasseerbaar maken gemalen en baggeren Delfland heeft aangegeven voor de KRW acht gemalen vispasseerbaar te maken. Meer dan deze acht zijn vispasseerbaar gemaakt. De baggeropgave heeft Delfland, in de Oostboezem samen met gebiedspartners, eveneens gerealiseerd. Aanleg natuurvriendelijke oevers Delfland heeft zijn deel van het geplande KRW-oppervlak aan natuurvriendelijke oevers geheel aangelegd. Dit betekent dat in het beheergebied van Delfland 36,8 kilometer, ofwel 21,3 hectare, natuurvriendelijke oever is aangelegd. Dunea heeft eveneens zijn geplande natuurvriendelijke oevers in de duinwaterlichamen aangelegd. De provincie Zuid-Holland heeft haar deel van de opgave voor het einde van 2015 niet gereed, blijkens een brief die de provincie op 13 februari 2015 aan Delfland gestuurd heeft 1. Dit komt doordat het project Bochtafsnijding Delftse Schie, waarin de provinciale opgave gepland was, vertraging heeft opgelopen. De vertraging is een gevolg van diverse bezwaren van omwonenden en onderhandelingen daarover met de gemeente Rotterdam. De provincie verwacht dat zij eind 2017 het resterende oppervlak voor natuurvriendelijke oevers (1 ha; 2,22km) gerealiseerd heeft. Zodoende is deze opgave als gefaseerd aangemerkt (zie tabel 1). Aanleg vispaaiplaatsen In het beheergebied van Delfland is 9,8 ha van de 10,3 ha opgave aan vispaaiplaatsen aangelegd. Delfland heeft zijn deel van de opgave grotendeels gereed. De aanleg 0,4 ha vispaaiplaatsen is vertraagd. De vertraging is opgelopen bij het project Buijs Ballotsingel ten gevolge van de bezwaarprocedure van het bestemmingsplan. De aanleg van de resterende opgave wordt afgerond in de SGBP2 periode. Zodoende is deze opgave als gefaseerd aangemerkt (zie tabel 1). De provincie heeft voor 1,9 hectare vispaaiplaats die gepland was voor de Bochtafsnijding Delftse Schie dankzij goede samenwerking met Delfland alternatieve lokaties elders in de 1 Brief PZH aan Delfland d.d betreffende 'Inrichtingsopgave Kaderrichtlijn Water in de Oostboezem; kenmerk PZH: PZH ; DMS-code Delfland:

7 Oostboezem kunnen vinden. De provincie verwacht dat zij eind 2017 het resterende oppervlak aan vispaaiplaatsen (0,1 ha) gerealiseerd heeft. Zodoende is deze opgave als gefaseerd aangemerkt (zie tabel 1). Onderzoek Alle voorgenomen onderzoeken zijn gereed, op één na namelijk Beheer en onderhoud vispaaiplaatsen (ook wel genaamd onderzoek E4). Het onderzoek Beheer en onderhoud vispaaiplaatsen bestaat uit een bureaustudie en een praktijkonderzoek. De bureaustudie heeft Delfland afgerond en heeft geleid tot een programma van ontwerpeisen voor vispaaiplaatsen. Het praktijkonderzoek is echter vertraagd, doordat pas vanaf 2013 begonnen is met de aanleg van vispaaiplaatsen. Hierdoor waren er lange tijd geen geschikte onderzoekslocaties en kon het praktijkonderzoek niet van start gaan. Het onderzoek is om die reden gefaseerd naar en opgenomen in het SGBP2 (zie KRW programma Delfland (VV , kenmerk ): KRW maatregel S01-05: Monitoring effect maatregelen op chemie en ecologie ). Verbetering van de riolering De gemeenten hebben conform de Bestuursovereenkomst Kaderrichtlijn Water Delfland allerlei maatregelen genomen om de riolering te verbeteren, zo ook de gemeenten Delft en Maassluis. Het is deze twee gemeenten echter niet gelukt om alle autonome waterketenmaatregelen uit de bestuursovereenkomst gereed te hebben, waardoor deze maatregel gefaseerd wordt. De gemeente Maassluis heeft haar opgave bijna gereed maar pakt vanuit het oogpunt van effectiviteit de resterende opgave binnen een breder kader op, waardoor de tijdshorizon verschoven is. De gemeente Delft heeft onder andere te kampen gehad met grootschalige infrastructurele gebiedswijzigingen die tot vertraging hebben geleid bij de uitvoering van de rioleringsmaatregelen. Afspraken met de gemeenten over de uitvoering van het resterende deel van de maatregelen of effectievere, vervangende maatregelen zijn onder andere geborgd in de rioleringsplannen die in de tweede KRW-planperiode worden voltooid. verantwoordelijke Uitgevoerd Gefaseerd 2) Tabel 1 De eindstand op 21 december 2015 bij de uitvoering van het KRWmaatregelenpakket voor de periode Maatregel WBP Opgave Eenheid SGBP1 1) Aanleg diepe(re) 2 ha Dunea 2 100% 0 0% vluchtplaatsen Aanleg natuurvriendelijke 39 km HHD/provincie/Dunea 36,8 94.4% 2.2 4) 5.6% oever 3) Aanleg 10,3 ha HHD/provincie 9,8 95,4% 0,5 5) 4,6% vispaaiplaats Baggeren m 3 HHD/provincie/gemeente Rotterdam/havenbedrijf % 0 0% Onderzoek 23 stuks o.a. HHD 22 95,7% 1 6) 4,3% Plaggen verruigde 3 km Dunea 3 100% 0 0% oevers Slib verwijderen 1000 m 3 Dunea % 0 0% Verbetering van de 3 Stuks 7) gemeente 1 33,3% 2 8) 66,7% riolering Vispasseerbaar maken gemaal 8 stuks HHD 8 100% 0 0% 1) De eenheden in de tabel zijn de eenheden waarin naar het rijk wordt gerapporteerd. 2) Er is bestuurlijk besloten dat (een deel van) de maatregel niet in deze, maar in één van de volgende planperiodes zal worden uitgevoerd. 3) Zoals medegedeeld in de VV-brief natuurvriendelijke oevers Kaderrichtlijn Water (KRW), 12 juni 2012, kenmerk , zijn zowel de natte als droge delen van de nvo s meegenomen bij het berekenen van het aantal kilometer natuurvriendelijke oevers (nvo s) die aan Brussel worden gerapporteerd. Dit geldt niet voor de duinwaterlichamen Meijendel en Solleveld. 4) Gefaseerde opgave provincie Zuid-Holland: 2,2 km 5

8 5) Gefaseerde opgave provincie Zuid-Holland: 0,1 ha; Gefaseerde opgave Delfland: 0.4 ha 6) Gefaseerde opgave Delfland 7) Eén stuk komt overeen met een cluster van waterketenmaatregelen die door één of meerdere gemeentes in het afwateringsgebied van een waterlichaam genomen worden. 8) Gefaseerde opgave gemeente Delft en Maassluis 15. Bijlagen 1. Brief IHW_eindstand KRW-maatregelen Overzicht eindstand maatregelen KRW per 21 december Brief aan de VV (kenmerk ) Eindstand KRW-maatregelen SGBP1, dd 21 december

9 Alleen in te vullen indien het een VV-voorstel betreft ** = in te vullen door team Bestuur Kenmerk VV : ** Vergaderdatum : Beleidsveld : Agendapunt : ** De Verenigde Vergadering van Delfland, op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van (datum collegevergadering), kenmerk (BIS-zaaknummer D&H besluit); gelezen het positieve/negatieve (bij ondertekening doorstrepen wat niet van toepassing is) advies van de commissie(s) (commissie noemen); overwegende dat: - (motiveer het besluit, waarom wordt dit besluit genomen). Gelet op: - artikel 84 van de Waterschapswet (bij D&H-voostellen); - artikel 77 van de Waterschapswet (bij VV-voorstellen); - alle andere wetgeving (zoals KRW, NBW, verordening Zuid-Holland, delegatiebesluit etc.; Besluit: Dit moet in overeenstemming zijn met het ontwerpbesluit (ontwerpbesluit kopiëren). Aldus besloten in de openbare vergadering van (datum) De Verenigde Vergadering voornoemd, de Secretaris, de Voorzitter, mr. drs. P.I.M. van den Wijngaart mr. M.A.P. van Haersma Buma