OTB/MER A27/A1 Deelrapport Ruimtegebruik. MER stap 2

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "OTB/MER A27/A1 Deelrapport Ruimtegebruik. MER stap 2"

Transcriptie

1 OTB/MER A27/A1 Deelrapport Ruimtegebruik MER stap 2 Oktober 2010

2 Oktober

3 Inhoudsopgave Hoofdstuk1 Inleiding 5 A. Doel van dit onderzoek...5 A.1 Doel OTB/MER A27/A A.2 Doel deelrapport Ruimtegebruik... 5 B. Leeswijzer...6 Hoofdstuk 2 Studiegebied en omgeving 7 C. Onderzoekstraject A27/A1...7 C.1 Algemeen... 7 C.2 Deelgebieden... 8 D. Studiegebied Ruimtegebruik...9 E. Relatie met andere deelonderzoeken F. Relatie met andere projecten Hoofdstuk 3 Alternatieven 13 G. Inleiding H. 0+(VERDER) situatie (referentiesituatie) I. Varianten A I.1 Module Spitsstrook A I.2 Module A27 Aansluiting Hilversum J. Voorkeursalternatief (VKA) K. Minimumalternatief (MINA) L. Meest Milieuvriendelijke alternatief Hoofdstuk 4 Wettelijk- en beleidskader 21 M. Inleiding N. Wettelijk kader N.1 Nationale wet- en regelgeving O. Beleidskader O.1 Nationaal beleid O.2 Provinciaal/regionaal beleid O.3 Gemeentelijk beleid Hoofdstuk 5 Beoordelingskader 25 P. Inleiding Q. Onderzoeksmethode R. Beoordelingskader Oktober

4 S. Toelichting per beoordelingscriterium S.1 Wonen S.2 Werken S.3 Recreatie S.4 Landbouw Hoofdstuk 6 Huidige situatie en autonome ontwikkeling 35 T. Inleiding U. Huidige situatie (2009) V. Autonome ontwikkeling (2020) V.1 Samengevat per deelcriterium W. Doorkijk Hoofdstuk 7 Effectbeschrijving alternatieven 41 X. Inleiding Y. Effectscores Y.1 Overzicht van de effectscores Y.2 Toelichting effectscores alternatieven Y.2.a Wonen Y.2.b Werken Y.2.c Recreatie Y.2.d Landbouw Y.3 Conclusies Hoofdstuk 8 Mitigerende en compenserende maatregelen 47 Z. Benodigde mitigerende en compenserende maatregelen Hoofdstuk 9 Leemten in kennis en aanzet evaluatie 49 AA. Inleiding BB. Geconstateerde leemten in kennis CC. Aanzet tot een evaluatieprogramma Bijlage A Referenties 51 Bijlage B Gehanteerde begrippen en afkortingen 53 Separate Kaartenbijlage MER, Sociale aspecten en ruimtegebruik Oktober

5 Hoofdstuk1 Inleiding A. Doel van dit onderzoek A.1 Doel OTB/MER A27/A1 De wegen rondom Utrecht vormen het hart van de weginfrastructuur van Nederland. De Rijksoverheid verwacht voor 2020 in de hele provincie Utrecht problemen met de doorstroming op de weg. De problemen die er nu zijn zullen alleen nog maar toenemen. Er zijn files op het hoofdwegennet en knelpunten op het onderliggend wegennet. Utrecht is door zijn centrale ligging onderdeel van veel belangrijke doorgaande routes. Ook is er veel regionaal verkeer op het wegennet. Infrastructurele maatregelen om bovengenoemde problemen op te lossen, hebben vaak aanzienlijke gevolgen voor mens en milieu. Het is daarom belangrijk dat er een zorgvuldige procedure wordt doorlopen. De spelregels hiervoor zijn vastgelegd in onder andere de Tracéwet en de Wet milieubeheer. Eén van de spelregels houdt in dat er voorafgaand aan de besluitvorming een MER moet worden opgesteld. Rijkswaterstaat heeft het voornemen de capaciteit van de A27 tussen aansluiting Ring Utrecht-Noord en knooppunt Eemnes en de capaciteit van de A1 tussen knooppunt Eemnes en aansluiting Bunschoten- Spakenburg uit te breiden. Voor de besluitvorming over mogelijke maatregelen om deze capaciteit te vergroten wordt de verkorte Tracéwet-procedure gevolgd. Deze zal uiteindelijk leiden tot een Tracébesluit. De Minister van Verkeer en Waterstaat (VenW) is met de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM) verantwoordelijk voor het uiteindelijke Tracébesluit. Beide Ministers vertolken in de procedure de rol van bevoegd gezag. Op grond van de Crisis- en herstelwet (31 maart 2010) dient ook de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) in te stemmen. Het Ontwerp-Tracébesluit (OTB) wordt samen met het milieueffectrapport (MER) ter inzage gelegd. Het MER A27/A1 analyseert de huidige en toekomstige problemen, oplossingen en effecten daarvan. In het Ontwerp- Tracébesluit wordt het voorkeursalternatief ruimtelijk vastgelegd. De planstudie A27/A1 maakt deel uit van een groter geheel, namelijk het beleidsprogramma VERDER. Binnen VERDER zijn er twee overkoepelende pakketstudies; Ring Utrecht en Driehoek Utrecht-Hilversum-Amersfoort. De planstudie A27/A1 valt binnen de pakketstudie Driehoek Utrecht-Hilversum-Amersfoort. A.2 Doel deelrapport Ruimtegebruik Voorliggende rapportage betreft het deelrapport Ruimtegebruik dat als onderliggend document voor stap 2 van het OTB/MER dient. In stap 1 is het Keuzedocument Voorkeursalternatief opgesteld. In stap 2 van het OTB/MER worden de effecten van het voorkeursalternatief (VKA) en het minimumalternatief (MINA) nader onderzocht. Daarnaast worden maatregelen aangegeven om de effecten van de wegverbreding te mitigeren en/of compenseren. Oktober

6 B. Leeswijzer Na deze inleiding volgt in hoofdstuk 2 een beschrijving van het studiegebied en de raakvlakken met andere deelonderzoeken en projecten. De alternatieven die in deze tweede fase van de planstudie zijn onderzocht zijn beschreven in hoofdstuk 3. Hoofdstuk 4 geeft een beschrijving van het wettelijk- en beleidskader. De werkwijze voor de effectbeoordeling en de gehanteerde beoordelingscriteria voor het aspect Ruimtegebruik worden in hoofdstuk 5 toegelicht. In het hoofdstuk 6 worden de huidige situatie en de autonome ontwikkeling beschreven met een doorkijk naar In hoofdstuk 7 zijn de effecten van de alternatieven opgenomen. De beoordeling van de effecten vindt plaats aan de hand van het eerder beschreven beoordelingskader. Hoofdstuk 8 beschrijft de mitigerende en compenserende maatregelen en het beoogde effect van deze maatregelen. Ten slotte worden in het laatste hoofdstuk 9 de leemten in kennis beschreven en een aanzet tot een evaluatieprogramma gegeven. Voor een aantal onderwerpen is een bijlage opgenomen achter in deze nota. Het betreft: Referenties (bijlage A). Gehanteerde begrippen en afkortingen (bijlage B). Bij dit deelrapport horen diverse kaarten. Deze zijn opgenomen in de separate kaartenbijlage bij het MER. Voor Ruimtegebruik betreft het de vijf kaarten Sociale aspecten en Ruimtegebruik. Oktober

7 Hoofdstuk 2 Studiegebied en omgeving C. Onderzoekstraject A27/A1 C.1 Algemeen Afbeelding 1 geeft het onderzoekstraject voor de A27/A1 weer. Het traject van de A27 loopt van de aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) tot knooppunt Eemnes (A27 en A1). Het traject van de A1 loopt vanaf knooppunt Eemnes tot de aansluiting Bunschoten-Spakenburg (12). Het onderzoekstraject ligt voor het grootste deel in de provincie Utrecht. De A27 ligt globaal tussen Hollandsche Rading en knooppunt Eemnes in de provincie Noord- Holland. Vanaf de aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) ligt de A27 binnen de gemeenten Utrecht, De Bilt, Hilversum, Laren en Eemnes. De A1 ligt vanaf knooppunt Eemnes in de gemeenten Eemnes, Baarn, Amersfoort en Bunschoten. De A27 valt binnen de waterschapsgrenzen van de Hoogheemraadschappen De Stichtse Rijnlanden en Amstel, Gooi en Vecht. Bij knooppunt Eemnes valt een klein deel van de A27 ook binnen de grenzen van Waterschap Vallei & Eem. De A1 valt volledig binnen de grenzen van Waterschap Vallei & Eem. Afbeelding 1 Onderzoekstraject A27/A1 Oktober

8 C.2 Deelgebieden Het studiegebied van de A27/A1 ligt binnen een aantal zeer verschillende landschappelijke eenheden. De volgende landschappelijke deelgebieden vallen te onderscheiden: [1] A27 Aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) / Hollandsche Rading. [2] A27 Utrechtse Heuvelrug. [3] A27/A1 rond Knooppunt Eemnes. [4] A1 Eemvallei. De begrenzing van de deelgebieden is aangegeven in Afbeelding 1. Hieronder volgt per deelgebied een beschrijving. 1. A27 Aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) / Hollandsche Rading Deelgebied 1 ligt vrijwel geheel binnen de gemeente De Bilt, alleen de aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) ligt in de gemeente Utrecht. In dit deelgebied liggen rond de A27 van zuid naar noord de kernen Groenekan, Nieuwe Wetering, Achterwetering, Maartensdijk en Hollandsche Rading. Bij de aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) vindt de overgang plaats van het stedelijke gebied van Utrecht naar het landelijk gebied ten noorden van deze aansluiting. Tussen de aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) en Hollandsche Rading ligt de A27 in een open veenweidegebied. Door de bundeling met de spoorlijn (westzijde) en de beplanting die tussen de A27 en de spoorlijn is aangebracht, is dit naar de westzijde echter niet goed zichtbaar. Samen met een gedeelte van het bosgebied op de Utrechtse Heuvelrug tussen Hilversum en Hollandsche Rading maakt het veenweidegebied onderdeel uit van het nationaal landschap Groene Hart. Het meest zuidelijke deel van dit deelgebied maakt eveneens onderdeel uit van het nationaal landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie. De archeologische verwachting binnen dit deelgebied is middelhoog en hoog vooral op die delen waar het tracé de dekzandruggen snijdt die op geringe diepte onder het oppervlak aanwezig zijn. Ook liggen in dit deelgebied twee archeologische vindplaatsen met een hoge archeologische waarde. Ter hoogte van de verzorgingsplaatsen Nijpoort en Voordaan ligt ten westen van de A27 het waterwingebied Groenekan. Dit heeft tot gevolg dat de A27 tussen de aansluitingen Ring Utrecht-Noord en Bilthoven (circa km 83,60-km 86,00) in een grondwaterbeschermingsgebied ligt. Door de invloed van de Utrechtse Heuvelrug is de grondwaterstroming in het gebied gericht van oost naar west. De grondwaterstroming staat daardoor loodrecht op de A A27 Utrechtse Heuvelrug Deelgebied 2 ligt in de gemeenten Hilversum en Laren. Binnen dit deelgebied ligt ten noordwesten van de A27 de kern Hilversum. Ten noorden van Hollandsche Rading gaat het landschap over in het stuwwal- en dekzandlandschap van de Utrechtse Heuvelrug. De A27 ligt in een natuurlijke laagte op de Utrechtse Heuvelrug. Waar deze zich op de flanken van de Heuvelrug bevindt, is de verwachting laag, op de stuwwal zelf geldt een middelhoge verwachting. Dit deelgebied is van grote waarde voor natuur. Vrijwel het gehele deelgebied is aangewezen als EHS. Daarnaast komen enkele beschermde natuurmonumenten voor, waarvan het Hilversums Wasmeer het dichtst bij het tracé van de A27 ligt. Het bosgebied op de Utrechtse Heuvelrug tussen Hilversum en Hollandsche Rading maakt daarnaast onderdeel uit van het nationaal landschap Groene Hart. De Utrechtse Heuvelrug is van grote invloed op de bodem, landschapstypen en het grondgebruik. Op de flanken van de heuvelrug gaat het landschap over van open weidegebieden ten noorden en zuiden van de heuvelrug, naar besloten bosgebieden op de heuvelrug zelf. In het oosten loopt de beboste Heuvelrug door tot Soest en Amersfoort. Ten westen van Hilversum vindt de overgang van de heuvelrug naar het veenweide en plassengebied (Loosdrecht) plaats. Daarnaast heeft de heuvelrug invloed op de afwatering en grondwaterstroming in het studiegebied. Doordat de A27 in een natuurlijke laagte binnen de stuwwal ligt, stroomt het grondwater van de heuvelrug richting de lager gelegen A27. De grondwaterstroming is hierdoor loodrecht op de A27 gericht (van oost naar west). Oktober

9 3. A27/A1 rond Knooppunt Eemnes Deelgebied 3 ligt in de gemeenten Laren en Eemnes. Er liggen in dit deelgebied geen woonkernen rond de A27/A1. De omgeving rond knooppunt Eemnes vormt een overgangsgebied tussen de Utrechtse Heuvelrug ten zuiden van het knooppunt, het beboste Gooise dekzandlandschap ten noorden en noordwesten van het knooppunt en de open Eemvallei ten oosten en noordoosten van het knooppunt. Naar het noorden toe (buiten studiegebied) ligt de A27 op de overgang van het dekzand naar het veenweidegebied (Eemvallei). Het knooppunt zelf ligt op een dekzandrug, waardoor het gebied een hoge archeologische verwachting heeft. De grondwaterstroming rond knooppunt Eemnes is van zuidoost naar noordwest en daardoor loodrecht op de weg gericht. 4. A1 Eemvallei Deelgebied 4 ligt in de gemeenten Eemnes, Baarn, Bunschoten en Amersfoort. De belangrijkste kernen rond de A1 zijn Baarn, Eembrugge en Amersfoort. Op de A1 is sprake van twee rijstroken per rijrichting Het cunet van de A1 is destijds aangelegd op drie rijstroken per rijrichting. De gehele A1 binnen het studiegebied ligt landschappelijk gezien binnen de Eemvallei. De Eemvallei is een zeer open gebied, dat in Nederland zo uniek is dat het de status nationaal landschap heeft. De ruggengraat van de Eemvallei is de kronkelende en bedijkte Eem die door deze vallei stroomt. Vanaf de aansluiting Soest is het open landschap beleefbaar vanaf de weg. Tussen de aansluitingen Soest en Eembrugge is het open landschap alleen zichtbaar ten noorden van de A1. Ten zuiden van de A1 ligt tussen deze aansluitingen de Noordschil Baarn. Deze zone is nu nog agrarisch, maar wordt in de toekomst mogelijk ontwikkeld. Tussen de aansluitingen Eembrugge en Bunschoten-Spakenburg is het open landschap van de Eemvallei zichtbaar aan beide zijden van de A1. De archeologische verwachting rond de A1 is laag vanwege de ligging in het veenlandschap. Het landschap is laag gelegen en was hierdoor te nat voor bewoning. Uitzondering hierop vormen de oeverwallen van de Eem die een zeer hoge archeologische verwachting hebben en een dekzandrug ter hoogte van de verzorgingsplaats De Slaag langs de zuidbaan van A1 die een hoge archeologische verwachting heeft. Ter hoogte van de aansluiting Bunschoten-Spakenburg is daarnaast sprake van een middelhoge verwachting. In de veengronden rond de Eem is de grondwaterstroming van zuid naar noord gericht, loodrecht op de A1. Het grondwater stroomt hier parallel aan de Eem van de Utrechtse Heuvelrug richting het Eemmeer. D. Studiegebied Ruimtegebruik Het studiegebied voor Ruimtegebruik wordt bepaald door het ruimtebeslag dat de verschillende alternatieven voor de verbreding van de A27/A1 hebben op de omgeving. Het studiegebied omvat daarmee het tracé van de A27/A1, inclusief de wijzigingen aan bermen, watergangen en het onderliggend wegennet. Binnen dit gebied vinden namelijk de fysieke ingrepen plaats die effect kunnen hebben op de ruimtelijke functies. Afbeelding 2 toont het studiegebied. Oktober

10 Afbeelding 2 Studiegebied Ruimtegebruik E. Relatie met andere deelonderzoeken Het deelonderzoek Ruimtegebruik heeft de volgende relaties met de overige deelonderzoeken: Ontwerp: De effecten op het aspect Ruimtegebruik zijn direct afhankelijk van het ontwerp voor de verbreding van de A27 en de A1. Er is dus een directe relatie tussen het ontwerp en Ruimtegebruik. Autonome ontwikkelingen: In dit deelrapport zijn de autonome ontwikkelingen in het studiegebied met betrekking tot wonen, werken en recreatie beschreven. Deze ontwikkelingen zijn ook meegenomen in diverse andere deelonderzoeken, zoals geluid en landschap. F. Relatie met andere projecten Aangezien het plangebied voor het aspect Ruimtegebruik gelijk is aan het ruimtegebruik van het ontwerp van de A27/A1, is voor dit aspect relatie met andere projecten alleen van belang indien deze projecten gevolgen hebben voor de vormgeving van de A27/A1. Er zijn twee projecten die direct aansluiten op de A27/A1 en daarmee gevolgen kunnen hebben voor de A27/A1. Deze projecten zijn: Ring Utrecht; Knooppunt Hoevelaken. Ring Utrecht De keuzes die gemaakt worden in de planstudie Ring Utrecht hebben invloed op het ontwerp voor de A27. Een vergroting van de capaciteit op de Ring Utrecht heeft tot gevolg dat de I/C verhoudingen op de A27 tussen de aansluitingen Ring Utrecht Noord en Bilthoven verder toenemen en een capaciteitsuitbreiding tot 2x4 wenselijk is. Een eventuele uitbreiding van de capaciteit op de A27 als gevolg van wijzigingen aan de Ring Utrecht wordt echter in de planstudie Ring Utrecht meegenomen. Oktober

11 Knooppunt Hoevelaken De keuzes die gemaakt worden in de planstudie Knooppunt Hoevelaken hebben invloed op het ontwerp voor de A1. Bij de aansluiting Bunschoten - Spakenburg (12) sluiten de planstudies A27/A1 en Knooppunt Hoevelaken op elkaar aan. Dit stelt eisen aan de beide ontwerpen die bij deze aansluiting op elkaar afgestemd moeten zijn. Oktober

12 Oktober

13 Hoofdstuk 3 Alternatieven G. Inleiding Begin 2009 zijn de alternatieven uit de startnotitie op een hoger abstractieniveau afgewogen op onder andere hun probleemoplossend vermogen, kosten en effecten, met als doel een bestuurlijke afweging te kunnen maken of de A27 en A1 in de toekomst drie of vier rijstroken per rijrichting moeten hebben om de doelstellingen te halen. Op basis van deze afweging worden in het MER twee alternatieven onderzocht, te weten het minimumalternatief en het voorkeursalternatief. Daarnaast wordt de autonome ontwikkeling aangevuld met de maatregelen uit 0+VERDER in het MER als referentiesituatie meegenomen. In Tabel 1 is beknopt aangegeven wat de samenstelling van de, in het MER te onderzoeken, alternatieven is. In navolgende paragrafen worden de alternatieven kort toegelicht. In het MER is een uitgebreidere toelichting opgenomen. Tabel 1 Alternatieven in MER A27/A1 Alternatieven MER A27/A1 Fase 2 A27 A1 Aansluiting Hilversum Haarlemmermeer 0+(VERDER) situatie (referentiesituatie) Voorkeursalternatief (VKA) Spitsstrook oostbaan A27 Ring Utrecht-Noord - Bilthoven 2x2 2x2 Nee Nee 2x3 met ruimtereservering voor een vierde rijstrook of openbaar vervoer (OV) verbinding. 2x4 Ja Ja Minimumalternatief (MINA) 2x3 2x3 Ja Nee H. 0+(VERDER) situatie (referentiesituatie) De planstudie A27/A1 is een op zichzelf staand onderdeel van het programma VERDER. Het programma VERDER voorziet onder andere in het verbeteren van fietsverbindingen, openbaar vervoer (OV) en mobiliteitsmanagement. In de planstudie A27/A1 worden de alternatieven vergeleken met de situatie zoals deze er in het jaar 2020 uit zou zien als de A27/A1 tussen de aansluitingen Ring Utrecht-Noord en Bunschoten- Spakenburg niet wordt aangepast en waarin de maatregelen uit het programma VERDER zijn uitgevoerd. Daarbij wordt aangenomen dat alle andere ruimtelijke en economische ontwikkelingen die in vastgestelde beleidsnota s en ruimtelijke plannen beschreven staan, uitgevoerd zijn. Bijvoorbeeld dat de bouw van geplande woongebieden gereed is. Dit zijn de zogenoemde harde ontwikkelingen. Bovendien is er vanuit gegaan dat alle MIRT 1 1 en 0-projecten en de spoedwetprojecten zijn gerealiseerd. De oostbaan en de westbaan van de A27 tussen de aansluiting Ring Utrecht-Noord en knooppunt Eemnes evenals de zuidbaan en de noordbaan van de A1 tussen knooppunt Eemnes en aansluiting Bunschoten- Spakenburg zijn in de referentiesituatie ongewijzigd ten opzichte van de huidige situatie. Dit betekent dat zowel de A27 als de A1 over het hele traject twee rijstroken per rijrichting heeft (ook wel aangeduid als 2x2 rijstroken). 1 Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruime en Transport 2009 Oktober

14 Ook het weefvak tussen knooppunt Eemnes en de aansluiting Soest wijzigt niet en blijft bestaan uit één rijstrook. Afbeelding 3 Schematisch overzicht 0+VERDER referentiesituatie I. Varianten A27 I.1 Module Spitsstrook A27 Uit de eerste verkeerskundige analyse werd duidelijk dat op het traject tussen de aansluiting Ring Utrecht-Noord en de aansluiting Bilthoven er vanuit verkeerskundig oogpunt behoefte is aan extra capaciteit in noordelijke richting voor de avondspits, dus meer dan de voorgenomen drie rijstroken. Echter een verdere verbreding op dit traject met een vierde rijstrook geeft ruimtelijk gezien meer effecten (aanpassing aansluiting Ring Utrecht-Noord, extra ruimtebeslag e.d.). Daarbij geldt dat dit traject ook deel uit maakt van het plangebied van de planstudie Ring Utrecht. Daarmee is het niet wenselijk om in de planstudie A27/A1 meer maatregelen te treffen dan nodig en vooruit te lopen op het variantenonderzoeken vanuit de planstudie Ring Utrecht. In het MER wordt voor het traject Ring Utrecht-Noord - Bilthoven de volgende twee varianten onderzocht: 1. De situatie met een verbreding van 2x2 naar 2x3. 2. De situatie met een verbreding van 2x2 naar 2x3 rijstroken én een spitsstrook over de vluchtstrook van de oostbaan van de A27 tussen Ring Utrecht-Noord (31) en aansluiting Bilthoven (32) (A27 km 83,10 - A27 km 85,10). Bij een open gestelde spitsstrook zijn er dan vier rijstroken voor het verkeer richting Eemnes beschikbaar. In het MER wordt nader ingegaan op de effecten van deze twee situaties voor de relevante aspecten. Dit heeft geresulteerd in de keuze om in het voorkeursalternatief uit te gaan van een spitsstrook ter plaatse van de oostbaan tussen Ring Utrecht-Noord en aansluiting Bilthoven, zie Afbeelding 4. In het minimumalternatief wordt uitgegaan van de situatie zonder spitsstrook. Oktober

15 Afbeelding 4 Traject A27 Ring Utrecht-Noord Bilthoven met spitsstrook op vluchtstrook van de oostbaan I.2 Module A27 Aansluiting Hilversum Bij de aansluiting Hilversum werd in eerst instantie aangenomen dat er voldoende ruimte zou zijn om een eventuele wegverbreding zonder noemenswaardige effecten en met het benutten van de twee bestaande kunstwerken over de A27 te kunnen realiseren. Bij de nadere uitwerking bleek dat de bestaande kunstwerken niet konden worden benut. Om geen onaanvaardbare concessies te doen op het gebied van verkeersveiligheid is de harde eis gesteld dat een vluchtstrook aanwezig is onder kunstwerken. Door deze eis is het noodzakelijk dat er bij de aansluiting Hilversum in ieder geval één en wellicht twee kunstwerken worden vervangen. Dit werd aanvankelijk als tegenslag ervaren, maar het bleek toch het perspectief te openen tot het nadenken over de mogelijkheid om de aansluiting Hilversum veel compacter te maken dan hij nu is. In het MER en voorliggend deelrapport wordt naast de verbreding van de A27 van 2x2 naar 2x3 ook nader ingegaan op de aansluiting Hilversum. Hiervoor worden twee varianten onderzocht: 1. De situatie waarin de huidige aansluiting wordt gehandhaafd. 2. De situatie waarin de aansluiting compacter wordt vormgegeven als een zogenaamde Haarlemmermeer aansluiting. In het MER wordt nader ingegaan op de effecten van alle afzonderlijke aspecten en worden deze twee situaties met elkaar vergeleken. Dit heeft geresulteerd in de keuze om in het voorkeursalternatief en het minimumalternatief uit te gaan van een Haarlemmermeer-aansluiting. Daardoor verdwijnen twee kunstwerken (KW7 Hilversum Noord en KW8 Hilversum Zuid) en wordt een nieuw kunstwerk (KW8A Hilversum) over de A27 aangelegd. De nieuwe vormgeving kent een beperkter ruimtebeslag. In Afbeelding 5 is het verschil in ruimtebeslag te zien. Oktober

16 Afbeelding 5 Opties aansluiting Hilversum J. Voorkeursalternatief (VKA) Het voorkeursalternatief is een combinatie tussen het driestrooks- en het vierstrooksverbredingsalternatief uit de startnotitie. Het betreft een capaciteitsuitbreiding van zowel de oostbaan als de westbaan van de A27 tussen Ring Utrecht-Noord (31) en knooppunt Eemnes met één rijstrook (van twee naar drie rijstroken). Op de A1 wordt zowel de zuidbaan als de noordbaan tussen knooppunt Eemnes en aansluiting Bunschoten/Spakenburg (12) met twee rijstroken verbreed (van twee naar vier rijstroken). Daarnaast is op de A27 een spitsstrook (avondspits) voorzien op de vluchtstrook van de oostbaan op het traject Ring Utrecht-Noord (31)-Bilthoven (32). Ten slotte is voorzien in een aanpassing van de aansluiting Hilversum (33) waarbij de aansluiting compacter wordt vormgegeven als een zogenaamde Haarlemmermeer-aansluiting. In de paragrafen I.1 en I.2 is voor respectievelijk de spitsstrook en de aansluiting Hilversum een nadere toelichting opgenomen. Hieronder zijn de aanpassingen voor de A27 en de A1 voor het voorkeursalternatief uitgesplitst. A27 Zowel de oost- als de westbaan van de A27 wordt tussen aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) en knooppunt Eemnes uitgebreid van twee naar drie rijstroken met een ruimtereservering in de middenberm voor uitbreiding in de toekomst met een eventuele 4 e rijstrook en/of openbaar vervoer (OV) verbinding. Op de A27 is een spitsstrook (avondspits) voorzien op de vluchtstrook van de oostbaan op het traject Ring Utrecht-Noord (31)-Bilthoven (32). De A27 kruist in de huidige situatie dertien kunstwerken waarvan: o twee gelijk blijven (KW11 spoorviaduct Amsterdam-Amersfoort en KW13 fietspad Heidelaan); o twee vervallen (KW7 viaduct Hilversum Zuid en KW8 viaduct Hilversum Noord); o twee worden vervangen (KW3 viaduct N234 Nieuwe Weteringseweg en KW6 fietsbrug Zwaluwenberg); o zeven worden aangepast (KW1 Viaduct Einthovendreef, KW2 Tunnel Groenekanseweg, KW4 Dorpsweg, KW5 Vuurse Dreef, KW9 Lage Vuurscheweg, KW10 N415 Soesterdijkerstraatweg en KW12 Weg over Anna s Hoeve). Naast deze wijzigingen worden twee nieuwe kunstwerken geplaatst (KW8A viaduct Hilversum en KW10A ecotunnel Monnikenberg). Daarmee zijn in de eindsituatie in totaal dertien kunstwerken aanwezig. De aansluiting Hilversum (33) wijzigt in een Haarlemmermeer-aansluiting. Oktober

17 A1 Knooppunt Eemnes wordt uitgebreid door de zuidoostelijke verbindingsboog van de A27 naar de A1 te verbreden met één rijstrook. Zowel de noord- als de zuidbaan van de A1 wordt uitgebreid van 2 naar 4 rijstroken. De A1 kruist tussen knooppunt Eemnes en de aansluiting Bunschoten-Spakenburg zes kunstwerken waarvan: o één gelijk blijft (KW14 Viaduct N221 Wakkerendijk). o vijf worden aangepast (KW15 Viaduct N414 Eemweg/ Bisschopsweg, KW16 Brug over de Eem, KW17 Onderdoorgang Zuidereind, KW18 Duiker Eemlandsche Wetering, KW19 Viaduct N199 Amersfoortseweg/Bunschoterstraat). Afbeelding 6 Schematisch overzicht Voorkeursalternatief K. Minimumalternatief (MINA) In het minimumalternatief wordt zowel de A27 als de A1 uitgebreid met één rijstrook per baan (van twee naar drie rijstroken). In afwijking van de VKA wordt geen ruimtereservering gemaakt op de A27 en wordt de spitsstrook op de oostbaan van de A27 tussen Ring Utrecht-Noord (31) en aansluiting Bilthoven (32) niet aangelegd. Wel wordt in dit alternatief de aansluiting Hilversum (33) omgebouwd als een zogenaamde Haarlemmermeer aansluiting. Navolgend zijn de aanpassingen voor de A27 en de A1 voor het minimumalternatief uitgesplitst. Oktober

18 A27 Zowel de oost- als de westbaan van de A27 wordt tussen aansluiting Ring Utrecht-Noord (31) en knooppunt Eemnes uitgebreid van twee naar drie rijstroken. De A27 kruist in de huidige situatie dertien kunstwerken waarvan: o vier gelijk blijven (KW10 N415 Soesterdijkerstraatweg, KW11 spoorviaduct Amsterdam-Amersfoort, KW12 Viaduct Weg over Anna s Hoeve en KW13 fietspad Heidelaan); o twee vervallen (KW7 viaduct Hilversum Zuid en KW8 viaduct Hilversum Noord); o twee worden vervangen (KW3 viaduct N234 Nieuwe Weteringseweg en KW6 fietsbrug Zwaluwenberg); o vijf worden aangepast (KW1 Viaduct Einthovendreef, KW2 Tunnel Groenekanseweg, KW4 Dorpsweg, KW5 Vuurse Dreef en KW9 Lage Vuurscheweg). Naast deze wijzigingen worden twee nieuwe kunstwerken geplaatst (KW8A viaduct Hilversum en KW10A ecotunnel Monnikenberg). Daarmee zijn in de eindsituatie in totaal dertien kunstwerken aanwezig. De aansluiting Hilversum (33) wijzigt in een Haarlemmermeer-aansluiting. A1 Knooppunt Eemnes wordt uitgebreid door de zuidoostelijke verbindingsboog van de A27 naar de A1 te verbreden met één rijstrook. Zowel de noord- als de zuidbaan van de A1 wordt uitgebreid van 2 naar 3 rijstroken. De A1 kruist tussen knooppunt Eemnes en de aansluiting Bunschoten-Spakenburg zes kunstwerken waarvan: o één gelijk blijft (KW14 Viaduct N221 Wakkerendijk); o vijf worden aangepast (KW15 Viaduct N414 Eemweg/ Bisschopsweg, KW16 Brug over de Eem, KW17 Onderdoorgang Zuidereind, KW18 Duiker Eemlandsche Wetering, KW19 Viaduct N199 Amersfoortseweg/Bunschoterstraat). Afbeelding 7 Schematisch overzicht Minimumalternatief Oktober

19 L. Meest Milieuvriendelijke alternatief Het Meest Milieuvriendelijke Alternatief (MMA) wordt gevormd door het alternatief met de minst negatieve milieueffecten, waarbij mitigerende maatregelen zorgen voor verzachting van negatieve effecten. Het MMA bestaat in de praktijk uit één van de beschreven alternatieven of een combinatie daarvan, aangevuld met extra maatregelen zoals duurzaam materiaalgebruik, (extra) faunamaatregelen en een optimale landschappelijke inrichting. In voorliggend deelrapport is in het hoofdstuk Mitigerende en compenserende maatregelen ingegaan op de maatregelen die nodig zijn om bepaalde effecten verder te beperken. Daarbij is enerzijds gekeken naar de maatregelen die nodig zijn om te voldoen aan wet- en regelgeving en anderzijds naar aanvullende maatregelen om de effecten verder te beperken. Deze aanvullende maatregelen maken nog geen deel uit van de alternatieven maar kunnen wel onderdeel worden van het MMA. In het MER zijn in het hoofdstuk Effectvergelijking en MMA de mitigerende en aanvullende maatregelen voor alle aspecten samengevat. Ook wordt in dat hoofdstuk nader ingegaan op de ontwikkeling van het MMA en het alternatief dat hiervoor als basis dient. Oktober

20 Oktober

21 Hoofdstuk 4 Wettelijk- en beleidskader M. Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft voor het aspect Ruimtegebruik de wet- en regelgeving en het beleidskader welke direct of indirect van invloed zijn op de voorgenomen activiteit. Het gaat daarbij om bestaande en vastgestelde plannen en om (in de nabije toekomst) van kracht zijnde wet- en regelgeving die kaderstellend kunnen zijn voor het initiatief. Het betreft hier een selectie van de belangrijkste documenten. N. Wettelijk kader Voor het project is in Tabel 2 de relevante wet- en regelgeving voor het aspect Ruimtegebruik die kaderstellend is voor het initiatief weergegeven. Daarbij wordt ingegaan op de betekenis voor het project A27/A1. Na de tabel volgt een toelichting. Tabel 2 Relevante wet- en regelgeving voor aspect Ruimtegebruik Wettelijk kader Relevantie voor project Nationale wetgeving Wet ruimtelijke ordening (Wro) De Wro regelt met ingang van 1 juli 2008 hoe ruimtelijke plannen tot stand komen of gewijzigd worden en welke bestuurslaag voor welke ruimtelijke plannen verantwoordelijk is. Ook regelt de Wro de verhoudingen tussen de verschillende overheden en bestuursorganen in Nederland. Wet op de ruimtelijke ordening (WRO) De WRO regelde tot 1 juli 2008 hoe ruimtelijke plannen tot stand kwamen of gewijzigd werden. Tracéwet Schrijft voor welke procedurestappen in de besluitvorming doorlopen moeten worden om te komen tot de aanleg of wijziging van een snelweg. N.1 Nationale wet- en regelgeving Wet ruimtelijke ordening (2008) De Wet ruimtelijke ordening (Wro) definieert met ingang van 1 juli 2008 de planningsbevoegdheden van de overheden in Nederland. Rijk, provincies en gemeenten zijn volgens de Wro verplicht om een structuurvisie op te stellen voor het hele grondgebied. De structuurvisie bevat de visie van de overheid op gewenste ruimtelijke ontwikkelingen op haar grondgebied, maar bevat geen voorschriften over het gebruik van de ruimte en is niet bindend. Gemeenten zijn volgens de Wro verplicht om bestemmingsplannen op te stellen voor het hele grondgebied. In de bestemmingsplannen staan bindende voorschriften voor het gebruik van de ruimte. Rijk en provincies kunnen bij algemene maatregelen van bestuur of bij provinciale verordeningen voorschriften opstellen voor het gebruik van de ruimte. Gemeenten dienen bij het opstellen van bestemmingsplannen deze voorschriften in acht te nemen. Oktober

22 Tevens kunnen Rijk en provincies inpassingsplannen opstellen voor projecten die van bovenlokaal of nationaal belang worden geacht. Deze inpassingsplannen treden dan in de plaats van gemeentelijke bestemmingsplannen. Wet op de ruimtelijke ordening (tot 1 juli 2008) De Wet ruimtelijke ordening (Wro) vervangt de oude Wet op de ruimtelijke ordening (WRO) die tot 1 juli 2008 van kracht was. In de WRO konden Rijk, provincies en gemeenten ruimtelijke beleidsplannen opstellen voor hun grondgebied. Daarbij werd onderscheid gemaakt in: structuurschetsen, structuurschema s en nota s voor het ruimtelijk beleid op rijksniveau, streekplannen voor ruimtelijk beleid op provinciaal niveau, en structuurplannen voor ruimtelijk beleid op gemeentelijk en regionaal niveau. Rijk en provincies konden in hun beleidsplannen zogeheten concrete beleidsbeslissingen opnemen. Deze concrete beleidsbeslissingen bevatten voorschriften over het gebruik van de ruimte en waren bindend voor gemeenten. Met de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening op 1 juli 2008 zijn alle structuurschema s, streekplannen en structuurplannen automatisch omgezet in structuurvisies. De concrete beleidsbeslissingen zijn wel van kracht gebleven. Tracéwet (1993) In deze wet is de wettelijke procedure geregeld die moet worden doorlopen voordat een weg verbreed of aangelegd kan worden. Het bestaat uit verschillende fases, met als belangrijkste publicaties de Startnotitie, de Trajectnota/MER, het Ontwerp Tracébesluit (OTB) en tenslotte het Tracébesluit (TB). De Minister van Verkeer en Waterstaat is samen met de Minister van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer verantwoordelijk voor het uiteindelijke besluit. Beide ministers vormen het bevoegd gezag. Provincies, regionale openbare lichamen, gemeenten en waterschappen worden bij de besluitvorming betrokken. O. Beleidskader Voor het project zijn in navolgende tabel de relevante beleidsplannen die kaderstellend zijn voor het initiatief weergegeven. Daarbij wordt ingegaan op de betekenis voor het project A27/A1. Na de tabel volgt een toelichting. Tabel 3 Relevant beleid voor aspect Ruimtegebruik Beleidskader Relevantie voor project Nationaal beleid Nota Ruimte (2006) Geeft op het hoogste abstractieniveau de visie en randvoorwaarden voor de inrichting van het plangebied. Nota Mobiliteit (2006) Beschrijft het nationale mobiliteitsbeleid en bijbehorende projecten. Nota Belvedere (1999) Beschrijft het rijksbeleid ten aanzien van het behoud en ontwikkeling van cultuurhistorische waarden. Provinciaal/regionaal beleid Streekplan Utrecht (2004) Geeft de provinciale visie en voorwaarden op regionale ruimtelijke ontwikkeling. Structuurvisie Noord-Holland 2040 (2010) In de structuurvisie staat het ruimtelijke beleid van de provincie Noord-Holland voor O.1 Nationaal beleid Nota Ruimte (2006) De Nota Ruimte, de nationale nota ruimtelijke ordening, beschrijft het belang van goed infrastructuur vooral als instrument voor bereikbaarheid van de verschillende Nederlandse stedelijke agglomeraties. Het beschouwt de A1 als een hoofdverbindingsas tussen de Randstad enerzijds en de regio s Twente, Arnhem-Nijmegen en het Duitse Rijn/Roergebied anderzijds. De A27 wordt in de Nota Ruimte beschouwd als een hoofdverbindingsas tussen de Randstad enerzijds en de regio s Brabant, Maastricht/Heerlen en de belangrijkste steden in Vlaanderen (België) anderzijds. Oktober

23 Nota Mobiliteit (2006) De Nota Mobiliteit (gebruikelijk afgekort tot NoMo) is, als uitwerkingsdocument van de Nota Ruimte, een beleidsdocument waarin het langetermijnbeleid op het gebied van verkeer en vervoer is vastgelegd. Onderdeel van de NoMo is een Planologische kernbeslissing (PKB) ten aanzien van het Hoofdwegennet. De NoMo streeft naar een vergroting van de samenhang tussen ruimte, verkeer en vervoer en economie. Belangrijk doel van de NoMo is om door verbetering van de bereikbaarheid de economische situatie te verbeteren, daarbij de milieuschade beperkende. Nota Belvedere (1999) De Nota Belvedere is een Nederlandse beleidsnota over de relatie tussen cultuurhistorie en ruimtelijke inrichting. De doelstelling van de nota is de cultuurhistorische waarde meer prioriteit te geven bij de inrichting van Nederland. De overheid erkent daarmee dat cultuurhistorie een inspiratiebron kan zijn voor (landschaps) architectuur en ruimtelijk ontwerp, waardoor tevens de positie van het cultuurhistorisch erfgoed wordt versterkt. De nota heeft niet de status van een wet, maar moet worden gezien als een bron van inspiratie voor provinciaal en lokaal beleid, voor concrete ontwerpopgaven en ruimtelijke plannen. O.2 Provinciaal/regionaal beleid Streekplan Utrecht (2004) Het beleid van de provincie Utrecht is erop gericht om het onderliggende wegennet, met name de wegen die waardevolle gebieden en woonkernen doorsnijden, te ontlasten van doorgaand verkeer. Dit door, als er goede alternatieven zijn, het doorgaand verkeer zoveel mogelijk naar en over het hoofdwegennet (autosnelwegen) te leiden. Ten aanzien van oneigenlijk verkeer is het beleid erop gericht om oneigenlijk verkeer te voorkomen op de wegen die daarvoor niet geschikt zijn. Het zogeheten ontmengen van verkeersstromen is daarbij een belangrijke maatregel voor een duurzame kwaliteitsverbetering van het hele netwerk. Het project A27/A1 past bij dit beleid. Structuurvisie Noord-Holland 2040 (2010) In de structuurvisie geeft de provincie aan welke belangen een rol spelen bij de ruimtelijke ordening in Noord- Holland. Hierbij gaat het om ruimtelijke kwaliteit, duurzaam ruimtegebruik en klimaatbestendigheid. De provincie wil steden optimaal benutten, landschappen open houden en ruimte bieden aan economie en woningbouw. Ten aanzien van infrastructuur is in de structuurvisie opgenomen dat het wegennet moet worden verbeterd om robuust en betrouwbaar te kunnen functioneren. De Provincie wil in eerste instantie de capaciteit van het bestaande wegennet optimaal benutten met behulp van netwerkmanagement en beprijzing. Daarnaast is een aantal grootschalige infrastructurele aanpassingen nodig. Verder is capaciteitsuitbreiding op een aantal bestaande wegen noodzakelijk. O.3 Gemeentelijk beleid Bestemmingsplannen De ruimtelijke functies binnen het plangebied zijn juridisch vastgelegd in de verschillende bestemmingsplannen van de betrokken gemeenten. Voor alle grond in Nederland moet een bestemmingsplan gelden. Gemeenten zijn verplicht om voor hun hele grondgebied bestemmingsplannen vast te stellen. Deze verplichting volgt uit de Wet ruimtelijke ordening. Oktober

24 Oktober

25 Hoofdstuk 5 Beoordelingskader P. Inleiding In dit hoofdstuk wordt de onderzoeksmethodiek en beoordelingskader weergegeven dat dient als toetsingsinstrument voor dit deelrapport Ruimtegebruik. Daarnaast wordt het beoordelingskader weergegeven voor het aspect Ruimtegebruik. Het beoordelingskader is tot stand gekomen op basis van de hiervoor beschreven wettelijke en beleidskaders. Voor het project A27/A1 zijn in 2008 door de Ministeries van VenW en VROM richtlijnen voor het MER vastgesteld. Het beoordelingskader dient tevens aan deze richtlijnen te voldoen. Q. Onderzoeksmethode Gehanteerde methoden en technieken Om de effecten ten aanzien van het aspect Ruimtegebruik te beoordelen, zijn de alternatieven en varianten vergeleken met de referentiesituatie. Op basis van ontwerptekeningen en de beschikbare gegevens over de omgeving, zijn de ruimtelijke effecten van het wegontwerp op de directe omgeving bepaald. De beoordeling van de effecten is kwalitatief uitgevoerd op basis van kwantitatieve en kwalitatieve (expert judgement) gegevens. Er zijn berekeningen uitgevoerd met het Geografisch Informatie Systeem (GIS) met betrekking tot de oppervlakte van functieveranderingen als gevolg van de nieuwe doorsnijdingen. Vervolgens zijn deze kwantitatieve data vertaald naar een kwalitatieve score, geordend in de 7 scoreklassen (met een score van tot - - -). De keuze voor afbakening van scores heeft een bepaalde mate van kwalitatieve beoordeling in zich, wat het tot een semi-kwantitatieve methode maakt. Wanneer door de aard van het effect een kwantificering van het effect niet mogelijk was, is op basis van expert judgement een kwalitatieve beoordeling van de effecten gegeven. Uitgangspunten Ten behoeve van de deelstudie Ruimtegebruik zijn allereerst de huidige ruimtelijke situatie en de ruimtelijke autonome ontwikkeling in beeld gebracht. De autonome ontwikkeling (AO) vormt samen met de huidige situatie de referentiesituatie voor de effectenstudie. Vervolgens zijn aan de hand van het beoordelingskader de effecten van de alternatieven en varianten bepaald en beoordeeld. Deze deelstudie Ruimtegebruik is faciliterend naar de andere deelstudies voor wat betreft de ruimtelijke inventarisatie en concretisering van het ruimtelijke beleid en de ruimtelijke ontwikkelingen. Naar aanleiding van de langere termijn ontwikkelingen (autonome ontwikkeling) is een beschrijving van relevant ruimtelijk beleid en ruimtelijke plannen tot 2020 voor het studiegebied geïnventariseerd en in een aparte database opgenomen, die is gekoppeld aan GIS-kaarten. Deze database is niet aan dit deelrapport toegevoegd. Deze inventarisatie heeft plaatsgevonden aan de hand van analyses van nationale, provinciale en gemeentelijke plannen, als ook via mondelinge communicatie met gemeenten. Oktober

26 R. Beoordelingskader Er is sprake van een één op één relatie tussen de beschrijving van de huidige situatie en de autonome ontwikkeling en het uit te voeren effectenonderzoek. Immers, de informatie die in deze fase wordt verzameld dient ter input van de effectbeschrijving. Andersom bepaalt de wijze van effectbeschrijving (conform de richtlijnen MER) in grote mate de omvang en de diepgang van de inventarisatie van de autonome ontwikkeling. Het beoordelingskader brengt beide samen en definieert die aspecten waarop de alternatieven ten aanzien van Ruimtegebruik beoordeeld moeten worden. Het beoordelingskader voor Ruimtegebruik wordt besproken in onderstaande paragraaf en is samengevat in Tabel 4. Na de tabel volgt een toelichting op de beoordelingscriteria. Tabel 4 Beoordelingskader Ruimtegebruik Aspect Criterium Methode Toetsing/Norm Wonen Ruimtebeslag huidige woongebieden Kwantitatief Hectare Ruimtebeslag toekomstige woongebieden Kwantitatief Hectare Te amoveren woningen Kwantitatief Aantal Ontwikkelingsmogelijkheden woongebieden Kwalitatief Beschrijvend in tekst Werken Ruimtebeslag huidige werkgebieden Kwantitatief Hectare Ruimtebeslag toekomstige werkgebieden Kwantitatief Hectare Te amoveren bedrijfspanden Kwantitatief Aantal Ontwikkelingsmogelijkheden werkgebieden Kwalitatief Beschrijvend in tekst Recreatie Ruimtebeslag huidige recreatiegebieden Kwantitatief Hectare Ruimtebeslag toekomstige recreatiegebieden Kwantitatief Hectare Doorsnijdingen met verlies recreatieve functie Kwantitatief Aantal Doorsnijdingen recreatieve routes Kwantitatief Aantal Ontwikkelingsmogelijkheden recreatiegebieden Kwalitatief Beschrijvend in tekst Landbouw Ruimtebeslag landbouwgebieden Kwantitatief Hectare Bereikbaarheid landbouwverkeer Kwalitatief Beschrijvend in tekst S. Toelichting per beoordelingscriterium Toelichting op de criteria Een weg heeft, afhankelijk van het ontwerp, een bepaald ruimtebeslag. Op het moment dat een nieuwe weg wordt aangelegd of een bestaande weg wordt verbreed, neemt het ruimtebeslag van wegen toe. Omdat vrijwel alle grond in Nederland is bestemd voor een bepaalde functie, gaat het ruimtebeslag van een nieuwe weg in de meeste gevallen ten koste daarvan. Zeker in sterk verstedelijkt gebied, zoals de Randstad, is de kans groot dat de verbreding van een weg ten koste gaat van huidige woon,- werk,- recreatie,- en landbouwgebieden. Tabel 4 toont de verschillende criteria. Behalve effectcriteria in de vorm van ruimtebeslag wordt er voor de vier genoemde functies (wonen, werken, landbouw en recreatie) ook naar potenties gekeken in de vorm van ontwikkelingsmogelijkheden voor werken, wonen en recreatie en een verbetering van de bereikbaarheid voor landbouwverkeer. Onderzoeksmethode De effecten voor deze criteria zijn beoordeeld op basis van een desktop-studie, waarbij gebruik is gemaakt van GIS-analyses. Daartoe is eerst een kaart gemaakt voor de referentiesituatie met daarop de bestaande en geplande woon,- werk,- recreatie,- en landbouwgebieden. Voor de huidige situatie is daarbij gebruik gemaakt van de zogenaamde Top50 kaarten van het Kadaster, de topografische kaarten 1:50.000, Google Earth en waar mogelijk bestaande bestemmingsplankaarten. Voor de huidige gebieden is gekeken naar relevante ruimtelijke beleidsplannen. Van zowel de huidige situatie (HS) als voor de autonome ontwikkeling (AO) zijn referentiekaarten gemaakt die de basis vormen voor de diverse desktop-studie van de verschillende deelrapporten. Oktober

27 Voor de beoordeling van de effecten, zoals beschreven in dit deelrapport, zijn de ontwerptekeningen van de verschillende varianten over de kaart met de referentiesituatie geschoven. Vervolgens is via GIS-analyses bepaald hoe groot het ruimtebeslag van de verschillende varianten is ten aanzien van woon.- werk,- recreatie,- en landbouwgebieden in het studiegebied. Nadat het ruimtebeslag is bepaald, is ingezoomd op de feitelijke effecten van het ruimtebeslag. Omdat functies vaak op een ruimer, meer geaggregeerd niveau, in de GISbestanden zijn opgenomen, kan het met name bij een klein ruimtebeslag zo zijn dat er in de praktijk geen functie verloren gaat. Op grond van het ruimtebeslag en de feitelijke effecten van dit ruimtebeslag is een kwalitatieve score bepaald. Voor het onderzoek naar het toekomstig ruimtebeslag is additioneel onderzoek gedaan. Het betreft hier de criteria ruimtebeslag toekomstige woon,- werk,- en recreatiegebieden. Voor de autonome ontwikkeling is gekeken naar relevante ruimtelijke beleidsplannen en naar ruimtelijke plannen voor woongebieden en bedrijventerreinen die een harde planstatus hebben. De harde status wil zeggen dat de ruimtelijke plannen met goed gevolg de planologische procedure hebben doorlopen, oftewel dat er een goedkeurend besluit van een raadscommissie op is genomen. Nieuwe Kaart van Nederland is hierbij alleen gebruikt als een eerste indicatie voor de ruimtelijke ontwikkelingen. Samen met de navraag bij gemeenten resulteerde dit in het autonome ontwikkelingsbestand dat geldig is voor alle deelrapportages. Van zowel de huidige situatie (HS) als voor de autonome ontwikkeling (AO) zijn referentiekaarten gemaakt die de basis vormen voor de diverse desktop-studie van de verschillende deelrapporten. Ook om de criteria voor ontwikkelingsmogelijkheden (ontwikkelingsmogelijkheden wonen,- werken,- recreatie en bereikbaarheid landbouwverkeer) te bestuderen is additioneel onderzoek gedaan. Op basis van bureaustudie is een kwalitatieve beoordeling van de kansen voor ontwikkelingen gegeven. Er is bekeken in hoeverre de zachte ontwikkelingen op het gebied van de vier functies in het studiegebied een betere ontsluitingspositie hebben verkregen door de verbreding van de rijksweg(en). Op basis daarvan is ingeschat in hoeverre deze ontwikkelingen kunnen profiteren van de alternatieven. S.1 Wonen Ruimtebeslag huidige woongebieden Met het criterium ruimtebeslag huidige woongebieden wordt onderzocht hoeveel hectare woongebied verloren gaat ten opzichte van de referentiesituatie als gevolg van de aanleg van de alternatieven. Scoringsmethodiek In navolgende tabel wordt ingegaan op de scoringsmethodiek. Hierbij wordt aangegeven wanneer een bepaalde score wordt toegekend. Tabel 5 Scoringsmethodiek ruimtebeslag huidige woongebieden Score Toelichting Omschrijving 0 Neutraal Geen significant ruimtebeslag - Licht negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname tussen 0 en 5 hectare - - Negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname tussen 5 en 10 hectare Zeer negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname meer dan 10 hectare Omdat de realisatie van de nieuwe weg geen nieuwe oppervlakten aan woongebieden kan opleveren, buiten de in de autonome ontwikkeling al voorziene uitbreidingsplannen en nieuwe plannen, zijn de positieve scoringsvariabelen niet in de bovenstaande effectscoretabel opgenomen. De scoretabel is opgesteld aan de hand van de bestaande hoeveelheid woongebieden binnen het studiegebied. Oktober

28 Ruimtebeslag toekomstige woongebieden Met het criterium ruimtebeslag toekomstige woongebieden wordt onderzocht hoeveel hectare toekomstig woongebied verloren gaat ten opzichte van de referentiesituatie als gevolg van de aanleg van de alternatieven. Scoringsmethodiek In navolgende tabel wordt ingegaan op de scoringsmethodiek. Hierbij wordt aangegeven wanneer een bepaalde score wordt toegekend. Tabel 6 Scoringsmethodiek ruimtebeslag toekomstige woongebieden Score Toelichting Omschrijving 0 Neutraal Geen significant ruimtebeslag - Licht negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname tussen 0 en 5 hectare - - Negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname tussen 5 en 10 hectare Zeer negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname meer dan 10 hectare Omdat de realisatie van de nieuwe weg geen nieuwe oppervlakten aan woongebieden kan opleveren, buiten de in de autonome ontwikkeling al voorziene uitbreidingsplannen en nieuwe plannen, zijn de positieve scoringsvariabelen niet in de bovenstaande effectscoretabel opgenomen. De scoretabel is opgesteld aan de hand van de bestaande hoeveelheid woongebieden binnen het studiegebied en de verwachte toename van woongebieden binnen het studiegebied tot 2020 (referentiesituatie). Te amoveren woningen Met het criterium te amoveren woningen wordt onderzocht hoeveel woningen moeten worden geamoveerd ten opzichte van de referentiesituatie als gevolg van de aanleg van de alternatieven. Scoringsmethodiek In navolgende tabel wordt ingegaan op de scoringsmethodiek. Hierbij wordt aangegeven wanneer een bepaalde score wordt toegekend. Tabel 7 Scoringsmethodiek aantal te amoveren woningen Score Toelichting Omschrijving 0 Neutraal Geen significant ruimtebeslag - Licht negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname tussen 1 10 woningen - - Negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname tussen woningen Zeer negatief ten opzichte van de referentiesituatie Afname meer dan 20 woningen Omdat de realisatie van de nieuwe weg geen nieuwe woningen kan opleveren, buiten de in de autonome ontwikkeling al voorziene uitbreidingsplannen en nieuwe plannen, zijn de positieve scoringsvariabelen niet in de bovenstaande effectscoretabel opgenomen. Ontwikkelingsmogelijkheden woongebieden Met het criterium ontwikkelingsmogelijkheden woongebieden wordt onderzocht hoeveel ontwikkelingsmogelijkheden er zijn ten opzichte van de referentiesituatie als gevolg van de aanleg van de alternatieven. Scoringsmethodiek In navolgende tabel wordt ingegaan op de scoringsmethodiek. Hierbij wordt aangegeven wanneer een bepaalde score wordt toegekend. Oktober

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Sociale Aspecten. MER Stap 2

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Sociale Aspecten. MER Stap 2 OTB/MER A27/A1 Deelrapport Sociale Aspecten MER Stap 2 Oktober 2010 Deelrapport Sociale Aspecten Oktober 2010 2 Sociale Aspecten Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 5 A. Doel van dit onderzoek...5 A.1

Nadere informatie

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Archeologie. MER Stap 2

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Archeologie. MER Stap 2 OTB/MER A27/A1 Deelrapport Archeologie MER Stap 2 Oktober 2010 Oktober 2010 2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 5 A. Doel van dit onderzoek...5 A.1 Doel OTB/MER A27/A1... 5 A.2 Doel deelrapport Archeologie...

Nadere informatie

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Landschap en cultuurhistorie. MER stap 2

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Landschap en cultuurhistorie. MER stap 2 OTB/MER A27/A1 Deelrapport Landschap en cultuurhistorie MER stap 2 Oktober 2010 Oktober 2010 2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 5 A. Doel van dit onderzoek...5 A.1 Doel OTB/MER A27/A1... 5 A.2 Doel

Nadere informatie

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Verkeersveiligheid

OTB/MER A27/A1 Deelrapport Verkeersveiligheid OTB/MER A27/A1 Deelrapport Verkeersveiligheid MER stap 2 Oktober 2010 Oktober 2010 2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 5 A. Doel van dit onderzoek...5 A.1 Doel OTB/MER A27/A1... 5 A.2 Doel deelrapport

Nadere informatie

OTB/MER A27/A1 Deelrapport externe veiligheid

OTB/MER A27/A1 Deelrapport externe veiligheid OTB/MER A27/A1 Deelrapport externe veiligheid MER Stap 2 Oktober 2010 Oktober 2010 2 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 5 A. Doel van dit onderzoek...5 A.1 Doel OTB/MER A27/A1... 5 A.2 Doel deelrapport

Nadere informatie

Samenvatting Startnotitie knooppunt Hoevelaken

Samenvatting Startnotitie knooppunt Hoevelaken December 2008 Samenvatting Startnotitie knooppunt Hoevelaken Het verkeersaanbod in Nederland blijft groeien. Steeds vaker leidt dit tot problemen met de doorstroming van het verkeer, ook en vooral in de

Nadere informatie

OTB/MER A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord - Knooppunt Eemnes Aansluiting Bunschoten-Spakenburg

OTB/MER A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord - Knooppunt Eemnes Aansluiting Bunschoten-Spakenburg OTB/MER A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord - Knooppunt Eemnes Aansluiting Bunschoten-Spakenburg Hoofdrapport Akoestisch onderzoek Datum 8 oktober 2010 Status Definitief OTB/MER A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord

Nadere informatie

Betere bereikbaarheid door een robuust wegennetwerk in de regio Arnhem-Nijmegen. Startnotitie

Betere bereikbaarheid door een robuust wegennetwerk in de regio Arnhem-Nijmegen. Startnotitie Betere bereikbaarheid door een robuust wegennetwerk in de regio Arnhem-Nijmegen Startnotitie Het probleem Er is een bereikbaarheidsprobleem in de regio Arnhem Nijmegen na 2020. Het Rijk, de provincie en

Nadere informatie

Projectteam Overnachtingshaven Lobith. Uitgangspuntennotitie effectstudies MIRT 3 Overnachtingshaven Lobith. ruimtelijke aspecten

Projectteam Overnachtingshaven Lobith. Uitgangspuntennotitie effectstudies MIRT 3 Overnachtingshaven Lobith. ruimtelijke aspecten Projectteam Overnachtingshaven Lobith Uitgangspuntennotitie effectstudies MIRT 3 Overnachtingshaven Lobith ruimtelijke aspecten INHOUDSOPGAVE blz. 1. KADERS 1 1.1. Wettelijk kader 1 1.2. Beleidskader

Nadere informatie

TB A27/A1. Aansluiting Utrecht-Noord - Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg. Datum 29 april 2014

TB A27/A1. Aansluiting Utrecht-Noord - Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg. Datum 29 april 2014 TB A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord - Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg Datum 29 april 2014 Status definitief TB A27A1 29 april 2014 Colofon Uitgegeven door Rijkswaterstaat Midden

Nadere informatie

Startbeslissing. Verbreding A4 Vlietland N14. Datum 12 september 2013. De Minister van Infrastructuur en Milieu, mw. drs. Schultz van Haegen.

Startbeslissing. Verbreding A4 Vlietland N14. Datum 12 september 2013. De Minister van Infrastructuur en Milieu, mw. drs. Schultz van Haegen. Startbeslissing Verbreding A4 Vlietland N14 Datum 12 september 2013 Status Eindversie De Minister van Infrastructuur en Milieu, mw. drs. Schultz van Haegen. Inhoud 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Afbakening

Nadere informatie

Tracébesluit A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Samenvatting

Tracébesluit A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Samenvatting Tracébesluit A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Samenvatting Datum Maart 2015 Status Tracébesluit Pagina 2 van 7 Aanpassingen A1 Apeldoorn-Zuid Beekbergen Voor u ligt de samenvatting van het Tracébesluit A1

Nadere informatie

Plusstrook A12 Zoetermeer Zoetermeer centrum

Plusstrook A12 Zoetermeer Zoetermeer centrum Plusstrook A12 Zoetermeer Zoetermeer centrum Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 16-12-2010 / rapportnummer 2302-55 1. Oordeel over het MER Rijkswaterstaat Zuid-Holland heeft het voornemen om

Nadere informatie

abcdefgh Aan Provincie Zuid-Holland t.a.v. de voorzitter van de adviescommissie IODS de heer M. Huls Postbus LP DEN HAAG Geachte heer Huls,

abcdefgh Aan Provincie Zuid-Holland t.a.v. de voorzitter van de adviescommissie IODS de heer M. Huls Postbus LP DEN HAAG Geachte heer Huls, abcdefgh Aan Provincie Zuid-Holland t.a.v. de voorzitter van de adviescommissie IODS de heer M. Huls Postbus 90602 2509 LP DEN HAAG Contactpersoon Doorkiesnummer Datum 16 juni 2006 Ons kenmerk DGP/WV/u.06.01301

Nadere informatie

Planstudie Ring Utrecht. 16 maart 2010 De Bilt

Planstudie Ring Utrecht. 16 maart 2010 De Bilt Planstudie Ring Utrecht 16 maart 2010 De Bilt Programma 19.30-19.45 Welkom en inleiding 19.45-20.15 Presentatie Planstudie Ring Utrecht 20.15-20.30 Gelegenheid voor vragen plenair 20.30-21.30 Gelegenheid

Nadere informatie

Planstudie A27/A1. Informatieavonden in: Hollandsche Rading (26 april 2010) Groenekan (27 april 2010) Maartensdijk (15 juni 2010)

Planstudie A27/A1. Informatieavonden in: Hollandsche Rading (26 april 2010) Groenekan (27 april 2010) Maartensdijk (15 juni 2010) Planstudie A27/A1 Informatieavonden in: Hollandsche Rading (26 april 2010) Groenekan (27 april 2010) Maartensdijk (15 juni 2010) Een samenwerkingsverband dat werkt aan oplossingen voor de mobiliteitsproblematiek

Nadere informatie

Notitie actualiteit MER en Landschapsplan A27/A12 Ring Utrecht. Datum Juni 2018 Status Definitief

Notitie actualiteit MER en Landschapsplan A27/A12 Ring Utrecht. Datum Juni 2018 Status Definitief Notitie actualiteit MER en Landschapsplan A27/A12 Ring Utrecht Datum Juni 2018 Status Definitief Colofon Uitgegeven door Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat Rijkswaterstaat Midden Nederland Postbus

Nadere informatie

Overzicht reacties externe partijen op strategische MER Hoevelaken en hoe hier mee om te gaan

Overzicht reacties externe partijen op strategische MER Hoevelaken en hoe hier mee om te gaan Overzicht reacties externe partijen op strategische MER Hoevelaken en hoe hier mee om te gaan Het eindconcept MER is gepresenteerd tijdens diverse raadscommissies van de betrokken gemeente en tijdens informatieavonden

Nadere informatie

Aanvullende toelichting over Meest Milieuvriendelijke Alternatief en niet-verbreden van de bak in de A27 bij Ring Utrecht A27/A12

Aanvullende toelichting over Meest Milieuvriendelijke Alternatief en niet-verbreden van de bak in de A27 bij Ring Utrecht A27/A12 Aanvullende toelichting over Meest Milieuvriendelijke Alternatief en niet-verbreden van de bak in de A27 bij Ring Utrecht A27/A12 Datum: 21 juni 2011 Besproken/vastgesteld: Bestuurlijke Stuurgroep Ring

Nadere informatie

Wat ging vooraf? Dit is gedaan aan de hand van het beoordelingskader uit de NRD (zie hiernaast).

Wat ging vooraf? Dit is gedaan aan de hand van het beoordelingskader uit de NRD (zie hiernaast). Proces en procedure Wat ging vooraf? Na de publicatie van de Notitie reikwijdte en detailniveau (NRD) in december 2017 zijn: Wegontwerpen gemaakt van de alternatieven Smart Mobility-maatregelen vertaald

Nadere informatie

Nieuwe aanpak voor planstudie Hoevelaken

Nieuwe aanpak voor planstudie Hoevelaken Nieuwe aanpak voor planstudie Hoevelaken Vervroegd betrekken van de markt December 2011 Nieuwe aanpak voor planstudie Hoevelaken Aanleiding Knooppunt Hoevelaken heeft een vaste plaats in de file top-25.

Nadere informatie

Ontwerp-Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg, oktober 2010

Ontwerp-Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg, oktober 2010 Pagina 3 van 83 Pagina 4 van 83 Inhoud 1 Inleiding 9 1.1 Inleiding 9 1.2 Aanleiding tot het project 9 1.3 1.4 Historie van het project 9 Wettelijk kader en gevolgde procedure 10 1.5 Relatie met andere

Nadere informatie

LEESWIJZER t.b.v. de Aanvullende Richtlijnen Ring Utrecht A27/A12 mei 2011

LEESWIJZER t.b.v. de Aanvullende Richtlijnen Ring Utrecht A27/A12 mei 2011 LEESWIJZER t.b.v. de Aanvullende Richtlijnen Ring Utrecht A27/A12 mei 2011 Voorafgaand Opbouw van dit document Deze leeswijzer hoort bij de Aanvullende Richtlijnen Ring Utrecht / onderdeel A27/A12 (vastgesteld

Nadere informatie

Milieueffectrapportage A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Samenvatting

Milieueffectrapportage A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Samenvatting Milieueffectrapportage A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Samenvatting Datum Mei 214 Versie Definitief Pagina 2 van 9 Samenvatting Milieueffectrapport A1 Apeldoorn-Zuid - Beekbergen Mei 214 Samenvatting Voor

Nadere informatie

Samenvatting Notitie reikwijdte en detailniveau MIRT Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel Gouda

Samenvatting Notitie reikwijdte en detailniveau MIRT Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel Gouda Samenvatting Notitie reikwijdte en detailniveau MIRT Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel Gouda Deze samenvatting bevat de hoofdlijn van de Notitie reikwijdte en detailniveau (NRD) van de MIRT Verkenning

Nadere informatie

Samenvatting Startnotitie Ring Utrecht

Samenvatting Startnotitie Ring Utrecht December 2008 Samenvatting Startnotitie Ring Utrecht Het verkeersaanbod in Nederland blijft groeien. Steeds vaker leidt dit tot problemen met de doorstroming van het verkeer, ook en vooral in de regio

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 561 Tracé A4 Delft Schiedam Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

N35 Nijverdal - Wierden Uitgangspunten verkeersberekeningen

N35 Nijverdal - Wierden Uitgangspunten verkeersberekeningen N35 Nijverdal - Wierden Uitgangspunten verkeersberekeningen Datum 2 november 2017 Status definitief 1 Inleiding In deze bijlage vindt u een beschrijving van de gehanteerde uitgangspunten bij het maken

Nadere informatie

Openbaar Miriam van Meerten MIRT

Openbaar Miriam van Meerten MIRT Raadsmededeling Van Aan Datum B&W vergadering Zaaknummer Vertrouwelijkheid Portefeuillehouder Onderwerp Het college van burgemeester en wethouders De gemeenteraad 6 juni 2017 Openbaar Miriam van Meerten

Nadere informatie

Samenvatting MER Aanpassing Marathonweg

Samenvatting MER Aanpassing Marathonweg Samenvatting MER Aanpassing Marathonweg Achtergrond De Marathonweg in Vlaardingen vormt de verbinding tussen de A20, afslag 8 Vlaardingen West, en de zuidkant van Vlaardingen (industriegebied Rivierzone)

Nadere informatie

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies SPELREGELS EHS Spelregels voor ruimtelijke ontwikkelingen in de EHS Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies Ministeries van LNV en VROM en de provincies 2 De Ecologische Hoofdstructuur, ook

Nadere informatie

memo Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg 63 en 65 te Doorn

memo Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg 63 en 65 te Doorn memo aan: van: c.c.: Inge Eising Gemeente Utrechtse Heuvelrug Mariël Gerritsen Pieter Birkhoff Van Wijnen Groep N.V. datum: 14 december 2015 betreft: Verlegging rode contour ter plaatse van de Driebergsestraatweg

Nadere informatie

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013

Opgesteld door ing. A.M. Rodenbach, Recreatie Noord-Holland NV, d.d. 21 januari 2013 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING, BEHOREND BIJ DE AANGEVRAAGDE VERGUNNING OMG-12-181 Voor de inrichting en het gebruik van een evenemententerrein in deelgebied De Druppels, tegenover Wagenweg 22/24 te Oudkarspel

Nadere informatie

Informatie over de integrale effectenanalyse Zuid-West 380 kv Oost (13 april 2017)

Informatie over de integrale effectenanalyse Zuid-West 380 kv Oost (13 april 2017) Informatie over de integrale effectenanalyse Zuid-West 380 kv Oost (13 april 2017) Inleiding Het Rijk en TenneT zijn voornemens om de Zuid-West 380 kv hoogspanningsverbinding van Borssele naar Tilburg

Nadere informatie

Flessenhalzen A4 en A12

Flessenhalzen A4 en A12 Flessenhalzen A4 en A12 Doel De regio s Amsterdam-Den Haag/Rotterdam-Utrecht beter met elkaar te verbinden en de doorstroming op de A4 en de A12 te verhogen via de aanleg van extra rijstroken op die delen

Nadere informatie

Ontwerp-Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg, oktober 2010

Ontwerp-Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg, oktober 2010 Pagina 3 van 14 I Ontwerp-Tracébesluit Gelet op artikel 11, eerste lid, van de Tracéwet, stel ik het Ontwerp-Tracébesluit A27/A1 Utrecht Noord Knooppunt Eemnes Aansluiting Bunschoten-Spakenburg vast. Dit

Nadere informatie

Trajectnota/MER Rijksweg 13/16 Rotterdam. Deelnota Ruimtegebruik

Trajectnota/MER Rijksweg 13/16 Rotterdam. Deelnota Ruimtegebruik Trajectnota/MER Rijksweg 13/16 Rotterdam eelnota Ruimtegebruik Trajectnota/MER Rijksweg 13/16 Rotterdam eelnota Ruimtegebruik atum augustus 2009 Status definitief ........................................................................................

Nadere informatie

Herinrichting Neherkade Den Haag

Herinrichting Neherkade Den Haag Herinrichting Neherkade Den Haag Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 24 mei 2013 / rapportnummer 2486 66 1. Oordeel over het milieueffectrapport MER De gemeente Den Haag heeft het voornemen de

Nadere informatie

Eemnes. De Eempolder ( Bron:

Eemnes. De Eempolder ( Bron: Eemnes De Eempolder ( Bron: www.eemvallei.nl) Introductie Eemnes is een kleine, zelfstandige gemeente in de provincie Utrecht, zeer centraal gelegen in het hart van Nederland. Onderzoek uit 2011 wees uit

Nadere informatie

Centrumgebied Groene Peelvallei. Openbare informatiebijeenkomst over het planmer

Centrumgebied Groene Peelvallei. Openbare informatiebijeenkomst over het planmer Centrumgebied Groene Peelvallei Openbare informatiebijeenkomst over het planmer Programma Opening en korte toelichting project Presentatie PlanMER Vragen Hoe verder? (20.15 20.25 uur) (20.25 20.55 uur)

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 27 januari 2010 ALDUS BESLOTEN 4 FEBRUARI 2010. Oostelijke randweg; afronding mer-procedure

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 27 januari 2010 ALDUS BESLOTEN 4 FEBRUARI 2010. Oostelijke randweg; afronding mer-procedure Aan de raad AGENDAPUNT 3 ALDUS BESLOTEN 4 FEBRUARI 2010 Oostelijke randweg; afronding mer-procedure Voorstel: 1. Het toetsingsadvies van de Commissie voor de mer over het milieueffectrapport (mer) oostelijke

Nadere informatie

PHS Meteren-Boxtel tracédeel Boog Meteren

PHS Meteren-Boxtel tracédeel Boog Meteren Project Meteren-Boxtel Goederentreinen tussen Rotterdam en Venlo gaan via de tot Meteren rijden. Vanaf Meteren rijden de goederentreinen verder via s-hertogenbosch en Boxtel. Zij zullen dus niet meer over

Nadere informatie

Informatiemap m.e.r. Sloeweg (N62) Resultaten van de haalbaarheidsstudie

Informatiemap m.e.r. Sloeweg (N62) Resultaten van de haalbaarheidsstudie Informatiemap m.e.r. Sloeweg (N62) Resultaten van de haalbaarheidsstudie Inhoud Deel I Achtergronden... 3 Waarom deze m.e.r.-studie?... 3 Wat zijn de knelpunten op de Sloeweg?... 3 Welke stappen zijn

Nadere informatie

1. Nota van antwoord. Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties.

1. Nota van antwoord. Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties. 1. Nota van antwoord Eindstand 2055 reacties door 3036 personen/instanties. Daarnaast zijn enkele petities/handtekeningenacties gevoerd: Petitie Voordorp 975 handtekeningen Petitie NMU meer dan 19.000

Nadere informatie

Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk

Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk Noordelijke Randweg Zevenbergen, gemeente Moerdijk Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop 15 mei 2017 / projectnummer: 2732 1. Toetsingsadvies Inleiding De gemeente Moerdijk

Nadere informatie

Milieueffectrapport A27/A1

Milieueffectrapport A27/A1 Milieueffectrapport A27/A1 Definitief Oktober 2010 Oktober 2010 2 Inhoudsopgave Samenvatting 7 Hoofdstuk 1 Inleiding 23 A. Aanleiding van de planstudie A27/A1... 23 B. Te volgen procedure... 24 C. Historie

Nadere informatie

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept Samen Ontwikkelen 2. Water Bodem & Gebruik 3. Het Groene Hart, met zijn veenweiden, Over de realisatie van

Nadere informatie

Kracht van Utrecht. De ladder van Verdaas Trede 5. Beter benutten bestaande infra: Opties voor binnen de bak van Amelisweerd

Kracht van Utrecht. De ladder van Verdaas Trede 5. Beter benutten bestaande infra: Opties voor binnen de bak van Amelisweerd Kracht van Utrecht De ladder van Verdaas Trede 5 Beter benutten bestaande infra: Opties voor binnen de bak van Amelisweerd MER 2 de fase en Kosten-Baten-Analyse-Aspecten Ir. Jan Fransen Drs. Jan Morren

Nadere informatie

1 e fase Planstudie Ring Utrecht Keuze VoorKeursAlternatief (VKA)

1 e fase Planstudie Ring Utrecht Keuze VoorKeursAlternatief (VKA) Dienst Stadsontwikkeling 1 e fase Planstudie Ring Utrecht Keuze VoorKeursAlternatief (VKA) RIA 5 oktober 2010 7-10-2010 1 De aanleiding Zwaar belast netwerk Ingewikkelde verkeersstromen Kwetsbaar gebied

Nadere informatie

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN Terneuzen Cultuurhistorische Waardenkaart Datum: februari 2013 Opgesteld door: Gemeente Terneuzen Gemeente Terneuzen Stadhuisplein 1 Postbus 35 4530 AA Terneuzen

Nadere informatie

MER/(O)TB A6/A7 Knooppunt Joure

MER/(O)TB A6/A7 Knooppunt Joure MER/(O)TB A6/A7 Knooppunt Joure MER/(O)TB A6/A7 Knooppunt Joure Datum 27 april 2012 Status Definitief rapport MER/(O)TB A6/A7 Knooppunt Joure MER/(O)TB A6/A7 Knooppunt Joure Datum 27 april 2012 Status

Nadere informatie

Besluit (I) Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht Noord - Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten - Spakenburg

Besluit (I) Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht Noord - Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten - Spakenburg Besluit (I) Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht Noord - Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten - Spakenburg Tracébesluit A27/A1 Aansluiting Utrecht Noord Knooppunt Eemnes Aansluiting Bunschoten-Spakenburg

Nadere informatie

Toetsingsadvies over het Milieueffectrapport Uitbreiding Dierenpark Amersfoort en de aanvulling daarop. 3 oktober

Toetsingsadvies over het Milieueffectrapport Uitbreiding Dierenpark Amersfoort en de aanvulling daarop. 3 oktober Toetsingsadvies over het Milieueffectrapport Uitbreiding Dierenpark Amersfoort en de aanvulling daarop 3 oktober 2002 1179-104 ISBN 90-421-1030-9 Utrecht, Commissie voor de milieueffectrapportage. INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

de Kortsluitroute. Dit nieuw aan te leggen spoortracé verbindt de Havenspoorlijn met de Betuweroute (hier ook wel de verlegde

de Kortsluitroute. Dit nieuw aan te leggen spoortracé verbindt de Havenspoorlijn met de Betuweroute (hier ook wel de verlegde De Kortsluitroute Een onderdeel van het project Betuweroute is het aanleggen van de Kortsluitroute. Dit nieuw aan te leggen spoortracé verbindt de Havenspoorlijn met de Betuweroute (hier ook wel de verlegde

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

Verdubbeling N33. Zuidbroek Appingedam

Verdubbeling N33. Zuidbroek Appingedam Verdubbeling N33 Zuidbroek Appingedam De provincie Groningen en de regio hebben zich gezamenlijk ingezet voor de verdubbeling van de rijksweg N33 tussen Zuidbroek en Appingedam. Dit moet een stimulans

Nadere informatie

Planstudie Ring Utrecht A27/A12 Opbrengstnotitie meedenkbijeenkomsten december Bijlage 2 Aansluiting Utrecht Noord april 2012

Planstudie Ring Utrecht A27/A12 Opbrengstnotitie meedenkbijeenkomsten december Bijlage 2 Aansluiting Utrecht Noord april 2012 Planstudie Ring Utrecht A27/A12 Opbrengstnotitie meedenkbijeenkomsten december 2011 Bijlage 2 Aansluiting Utrecht Noord april 2012 Rijkswaterstaat heeft voor de aansluiting Utrecht Noord een aantal mogelijke

Nadere informatie

Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie

Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie Provincie Gelderland 10 december 2010 Definitief Documenttitel Verkenning N345 Voorst Notitie Archeologie Verkorte documenttitel Verkenning N345 Voorst Status

Nadere informatie

Ontwerp-Tracébesluit A9 Badhoevedorp

Ontwerp-Tracébesluit A9 Badhoevedorp Tracébesluit omleggingomlegging Ontwerp-Tracébesluit A9 Badhoevedorp Toelichting IV 3837890 RE138 voorpl Bijlage K.indd 1 RWS-voorkant-nieuw.indd 5 30-05-2011 12:25:39 13-04-12 15:01 Tracébesluit omlegging

Nadere informatie

Projectteam Overnachtingshaven Lobith. Uitgangspuntennotitie effectstudies MIRT 3 Overnachtingshaven Lobith. externe veiligheid

Projectteam Overnachtingshaven Lobith. Uitgangspuntennotitie effectstudies MIRT 3 Overnachtingshaven Lobith. externe veiligheid Projectteam Overnachtingshaven Lobith Uitgangspuntennotitie effectstudies MIRT 3 Overnachtingshaven Lobith externe veiligheid INHOUDSOPGAVE blz. 1. KADERS 1 1.1. Wettelijk kader 1 1.2. Beleidskader

Nadere informatie

MIRT-Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel - Gouda

MIRT-Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel - Gouda MIRT-Verkenning A20 Nieuwerkerk aan den IJssel - Gouda Tussenresultaten Inhoud Waar staan we nu, vervolgstappen en planning? NRD januari 2018 en zienswijzen Drie alternatieven A20 Resultaten van het onderzoek:

Nadere informatie

VERKEER EN VERVOER. Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg N23 WEST

VERKEER EN VERVOER. Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg N23 WEST VERKEER EN VERVOER Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg N23 WEST VERKEER EN VERVOER Wijzigingsplan archeologie N23 Westfrisiaweg Colofon Uitgave Provincie Noord-Holland Postbus 123 2000 MD Haarlem

Nadere informatie

Ontwerp-structuurvisie, vastgesteld door Gedeputeerde Staten op

Ontwerp-structuurvisie, vastgesteld door Gedeputeerde Staten op PROVINCIALE COMMISSIE OMGEVINGSVRAAGSTUKKEN LIMBURG MEMO ADVIESSTUK: Structuurvisie Randweg N266 Nederweert 1. Onderwerp / plan Structuurvisie Randweg N266 Nederweert inclusief onderliggende stukken (Plan-

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Contactpersoon Gosewien van Eck Datum 14 november 2013 Kenmerk N001-1220333GGV-evp-V01-NL Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug 1 Inleiding De gemeente

Nadere informatie

Notitie Reikwijdte en Detailniveau

Notitie Reikwijdte en Detailniveau Notitie Reikwijdte en Detailniveau Opdrachtgever: Gemeente Horst aan de Maas projectnummer: 934.00.00.01.00.00 Datum: 17-04-2015 A a n l e i d i n g n i e u w b e s t e m m i n g s p l a n Voor het buitengebied

Nadere informatie

bestemmingsplan Correctieve herziening Zilvervakschool Schoonhoven Noord

bestemmingsplan Correctieve herziening Zilvervakschool Schoonhoven Noord bestemmingsplan Correctieve herziening Zilvervakschool Schoonhoven Noord Planstatus: Plan identificatie: ontwerp NL.IMRO.1931.BP1509DK003-ON01 Datum: 23 maart 2015 Contactpersoon Buro SRO: Kenmerk Buro

Nadere informatie

1. OORDEEL OVER HET MER FASE 1

1. OORDEEL OVER HET MER FASE 1 1. OORDEEL OVER HET MER FASE 1 1 2 3 4 De samenwerkende partijen uit het programma VERDER hebben het voornemen de problemen met de doorstroming in de hele provincie Utrecht op te lossen. De planstudie

Nadere informatie

Meedenkbijeenkomsten april 2012 DRIE KEUZES Splitsen en Selecteren

Meedenkbijeenkomsten april 2012 DRIE KEUZES Splitsen en Selecteren Meedenkbijeenkomsten april 2012 Op 19, 23 en 24 april hebben er verspreid over het studiegebied van het project Ring Utrecht meedenkbijeenkomsten plaatsgevonden met omwonenden en belanghebbenden. De meedenkbijeenkomsten

Nadere informatie

Dit zijn belangrijke criteria voor de bereikbaarheid van het regionale bedrijventerrein Laarberg.

Dit zijn belangrijke criteria voor de bereikbaarheid van het regionale bedrijventerrein Laarberg. Memo Van : Maarten Minkjan, Monique de Jong, Zeno van Raan Aan : Burgemeester en wethouders van de gemeenten Berkelland, Oost Gelre en Winterswijk Datum : 18 april 2017 Onderwerp : Oost-west verbinding

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord 1. Inleiding 1.1 Aanleiding Er is een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de realisatie van een kunstwerk

Nadere informatie

Bijlage I Verklarende woordenlijst

Bijlage I Verklarende woordenlijst Bijlage I Verklarende woordenlijst Aansluiting De plaats waar een weg van het onderliggend wegennet aansluit op een weg van het hoofdwegennet. Door middel van toe- en afritten van de aansluiting kan de

Nadere informatie

Samenvatting Afwegingskader

Samenvatting Afwegingskader Samenvatting Afwegingskader Dit is een samenvatting van het opgestelde en vastgestelde document Afwegingskader Noordoostcorridor. Dit geeft weer welk proces is doorlopen om te komen tot de uiteindelijke

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting Managementsamenvatting van de zienswijzen op het Ontwerp-tracébesluit/milieueffectrapport A27/A1 Aansluiting Utrecht-Noord - Knooppunt Eemnes - Aansluiting Bunschoten- Spakenburg Zienswijzeperiode 12-11-2010

Nadere informatie

iiiiiiiiiiiiiniiiiihii Oosterhout 2 mi m gemeente Aan de gemeenteraad r.van.haaf@oosterhout.nl IO.1431088 Zienswijze project A27 Houten Hooipolder

iiiiiiiiiiiiiniiiiihii Oosterhout 2 mi m gemeente Aan de gemeenteraad r.van.haaf@oosterhout.nl IO.1431088 Zienswijze project A27 Houten Hooipolder WW w iiiiiiiiiiiiiniiiiihii gemeente Oosterhout Aan de gemeenteraad 2 mi m Uw kenmerk Ons kenmerk IO.1431088 In behandeling bij r.van.haaf@oosterhout.nl Onderwerp Zienswijze project A27 Houten Hooipolder

Nadere informatie

Meteren-Boxtel. Klankbordgroep Vught - 29 augustus Martijn de Ruiter - ARCADIS. Imagine the result

Meteren-Boxtel. Klankbordgroep Vught - 29 augustus Martijn de Ruiter - ARCADIS. Imagine the result Meteren-Boxtel Klankbordgroep Vught - 29 augustus 2013 Martijn de Ruiter - ARCADIS Imagine the result Toelichting Beoordelingskader MER Afweging varianten Ontwerp s-hertogenbosch-vught Toelichting varianten

Nadere informatie

Projectnaam Laatste mijlpaal Geplande mijlpalen Procedure Corridorstudie Amsterdam Hoorn. SB Q ORSV 2017 Tracéwet met structuurvisie

Projectnaam Laatste mijlpaal Geplande mijlpalen Procedure Corridorstudie Amsterdam Hoorn. SB Q ORSV 2017 Tracéwet met structuurvisie VOORTGANGSOVERZICHT TRACÉWETPROJECTEN (PEILDATUM 31 DECEMBER 2015) gebruikte afkortingen: AV: Aanvangsbeslissing SN: Startnotitie RL: Richtlijnen TN/MER: Trajectnota/Milieueffectrapportage SP: Standpunt

Nadere informatie

abcdefgh Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG Geachte voorzitter,

abcdefgh Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG Geachte voorzitter, abcdefgh Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der StatenGeneraal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Contactpersoon Datum 29 juni 2006 Ons kenmerk DGP/WV/U.06.01313 Onderwerp Trechteringsbesluit 1 e fase MER

Nadere informatie

IJsseldelta- Zuid. Nota Ruimte budget 22,4 miljoen euro. Planoppervlak 650 hectare

IJsseldelta- Zuid. Nota Ruimte budget 22,4 miljoen euro. Planoppervlak 650 hectare IJsseldelta- Zuid Nota Ruimte budget 22,4 miljoen euro Planoppervlak 650 hectare Trekker Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Aanleg Hanzelijn met linksonder viaducten

Nadere informatie

Betreft: concept verzoek wijziging begrenzing NNB met toepassing nee-tenzij principe en o.b.v. art verordening

Betreft: concept verzoek wijziging begrenzing NNB met toepassing nee-tenzij principe en o.b.v. art verordening Conceptbrief Retouradres Postbus 90150, 5600 RB Eindhoven Provincie Noord-Brabant t.a.v. Gedeputeerde Staten Postbus 90151 5200 MC DEN BOSCH gemeente Eindhoven Ruimtelijke Expertise, Ruimtelijke Expertise

Nadere informatie

Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied

Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied Memo AAN VAN Raadsleden M. Bonouvrié ONDERWERP Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied DATUM 11 september 2012 REGISTRATIENUMMER 1101280/4283 Geachte raadsleden, Naar

Nadere informatie

(hoofdstuk uit Inspiratiegids Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit Provincie Utrecht)

(hoofdstuk uit Inspiratiegids Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit Provincie Utrecht) Bijlage: Projecten in de provincie Utrecht (hoofdstuk uit Inspiratiegids Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit Provincie Utrecht) Inleiding In de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028 en de Verordening

Nadere informatie

PS2009MME College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel

PS2009MME College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel PS2009MME04-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 6 januari 2009 Nummer PS : PS2009MME04 Afdeling : MOB Commissie : MME Registratienummer : 2008int235036 Portefeuillehouder : Ekkers

Nadere informatie

A13/A16 ROTTERDAM. Toelichting Deelgebied West. Februari 2015

A13/A16 ROTTERDAM. Toelichting Deelgebied West. Februari 2015 A13/A16 ROTTERDAM Toelichting Deelgebied West Februari 2015 TOELICHTING DEELGEBIED WEST Het gebied Het deelgebied West ligt binnen de gemeente Rotterdam. De A13/A16 sluit door middel van een (hoog) dijklichaam

Nadere informatie

Notitie Vergelijking Plateau- en Klagenfurtalternatief Rijksweg 74 ten aanzien van luchtkwaliteit

Notitie Vergelijking Plateau- en Klagenfurtalternatief Rijksweg 74 ten aanzien van luchtkwaliteit Notitie Vergelijking Plateau- en lagenfurt RWS Limburg juli 2007 1 1. Samenvatting en conclusies Rijkswaterstaat heeft in samenwerking met TNO de effecten in en rond Venlo van Rijksweg 74 op luchtkwaliteit

Nadere informatie

MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS. B.10 TRILLINGEN Provincie Noord-Brabant

MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS. B.10 TRILLINGEN Provincie Noord-Brabant MER N279 VEGHEL-ASTEN DEEL B EFFECTRAPPORT GRIJS B.10 TRILLINGEN Provincie Noord-Brabant 18 AUGUSTUS 2017 Contactpersonen ARCADIS Arcadis Nederland B.V. Postbus 264 6800 AG Arnhem Nederland 10 TRILLINGEN

Nadere informatie

BIJLAGE 3: Toetsingskader

BIJLAGE 3: Toetsingskader BIJLAGE 3: Toetsingskader In dit toetsingskader geven partijen een nadere invulling en uitwerking aan de kaders die in de PKB Plus PMR met betrekking tot het deelproject 750 hectare natuur en recreatie

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid HOOFDSTUK 3 Beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door (Europese,) landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante (Europees-,)

Nadere informatie

Verdubbeling N33 Zuidbroek Appingedam

Verdubbeling N33 Zuidbroek Appingedam Verdubbeling N33 Zuidbroek ppingedam voorgenomen voorkeursalternatief N33 Midden. Meer weg, meer waarde Verdubbeling N33 Zuidbroek ppingedam Het Rijk en de provincie Groningen willen de N33 tussen Zuidbroek

Nadere informatie

Samenvatting Startnotitie Tracénota/MER aansluiting Nuth. Een nieuwe aansluiting van de Buitenring Parkstad Limburg op de A76 ter hoogte van Nuth

Samenvatting Startnotitie Tracénota/MER aansluiting Nuth. Een nieuwe aansluiting van de Buitenring Parkstad Limburg op de A76 ter hoogte van Nuth Samenvatting Startnotitie Tracénota/MER aansluiting Nuth Een nieuwe aansluiting van de Buitenring Parkstad Limburg op de A76 ter hoogte van Nuth Nuth Schinnen Vaesrade Hoensbroek A76 A76 N298 N298 Nuth

Nadere informatie

Reactienota. Behorende bij de Structuurvisie "Wernhout 2025"

Reactienota. Behorende bij de Structuurvisie Wernhout 2025 Reactienota Behorende bij de Structuurvisie "Wernhout 2025" 1. Inleiding De ontwerp structuurvisie "Wernhout 2025" is op dinsdag 22 oktober 2013 gepresenteerd aan de bewoners en de Dorpsraad van Wernhout.

Nadere informatie

Reactienota zienswijzen Startdocument planm.e.r. bestemmingsplan buitengebied 2014 Someren

Reactienota zienswijzen Startdocument planm.e.r. bestemmingsplan buitengebied 2014 Someren Notitie Contactpersoon Maartje van Ravesteijn Datum 18 februari 2014 Kenmerk N001-1219533RMV-cri-V01-NL Reactienota zienswijzen Startdocument planm.e.r. bestemmingsplan buitengebied 2014 Someren Inleiding

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied 2016 gemeente Simpelveld

Bestemmingsplan buitengebied 2016 gemeente Simpelveld Bestemmingsplan buitengebied 2016 gemeente Simpelveld Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 11 april 2016 / projectnummer: 3109 1. Oordeel over het Milieueffectrapport De gemeente Simpelveld heeft

Nadere informatie

Thematische herziening archeologie

Thematische herziening archeologie Bestemmingsplan Thematische herziening archeologie Gemeente Brunssum Datum: 23 juli 2015 Projectnummer: 130510 ID: NL.IMRO.0899.BPPPArcheologie-OW01 INHOUD TOELICHTING 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2

Nadere informatie

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Sportpark Zegenwerp, Sint-Michielsgestel

vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Sportpark Zegenwerp, Sint-Michielsgestel vastgesteld Wijziging Verordening ruimte ivm plan Sportpark Zegenwerp, Sint-Michielsgestel Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begripsbepaling 5 Hoofdstuk 2 Algemene regels

Nadere informatie

PHS Meteren-Boxtel. Belangrijkste conclusies van het onderzoek

PHS Meteren-Boxtel. Belangrijkste conclusies van het onderzoek Project Meteren-Boxtel Goederentreinen tussen Rotterdam en Venlo gaan via de Betuweroute tot Meteren rijden. Vanaf Meteren rijden de goederentreinen verder via s-hertogenbosch en Boxtel. Zij zullen dus

Nadere informatie

de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Aanvullende Richtlijnen voor de 2 e Fase MER van de Planstudie Knooppunt Hoevelaken. Vastgesteld op 18 december 2009, overeenkomstig het bepaalde in art 7.15 Wet Milieubeheer, door de Minister van Verkeer

Nadere informatie

Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en Verordening

Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en Verordening Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en Verordening 2013-2025 RIA Utrechtse Heuvelrug 1 september 2011 Ineke Schartman Provincie Utrecht, afd. Ruimte Wat en Waarom structuurvisie/verordening Planning

Nadere informatie