1 De allergische mars
|
|
- Joke ten Wolde
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Drs. J.G.M. Rijntjes Dr. H. de Groot Het aantal volwassenen, maar vooral het aantal kinderen, met een klinisch manifeste allergie is dramatisch gestegen over de laatste decades. Het wordt algemeen aangenomen dat er een daadwerkelijke toename in de prevalentie van allergie heeft plaatsgevonden naast een toename in de (vroegtijdige) herkenning van allergische symptomen. 1.1 Prevalentie van allergie Op basis van huisartsenregistraties werd het aantal personen in Nederland met astma in 2003 geschat op bijna , wat neerkomt op 30 per mannen en 35 per vrouwen. Ongeveer 4-7% van de basisschoolkinderen heeft symptomen van astma. Daarmee is astma op dit moment de meest voorkomende chronische ziekte onder kinderen in Nederland. Astma, allergische rinoconjunctivitis en constitutioneel eczeem komen vaak bij dezelfde personen voor en uit onderzoek blijkt dat ruim de helft van de kinderen tot op volwassen leeftijd hiervan klachten blijft houden. Uit ander onderzoek blijkt dat ongeveer één op de vijf volwassenen overgevoelig reageert op blootstelling aan specifieke (inhalatieallergenen) en aspecifieke prikkels (zoals koude lucht, mist, sterk geurende stoffen, organische oplosmiddelen) waaraan ze via de luchtwegen worden blootgesteld. Bij één op de drie volwassenen zijn specifieke IgE-antistoffen aantoonbaar tegen veelvoorkomende inhalatieallergenen. Niet alleen in het buitenland, maar ook in ons land is in de laatste decennia een toename waargenomen van allergie van de boven-
2 14 Het Kinderallergie Formularium Tabel 1.1 Belangrijkste allergenen Belangrijkste allergenen in de Nederlandse populatie. Voorkomen in Nederlandse populatie Allergenen in de lucht Huisstofmijt 22-34% Graspollen 12-20% Berkenpollen 11% Huidschilfers van kat 6-15% Huidschilfers van hond 9% Schimmelsporen 4-7% Voedselallergenen Pinda en noten 30% Soja 29% Tarwe 20% Koemelk 10% Eieren 8% Vis en schaaldieren 3% Pollenallergenen Bijvoet (Artemisia vulgaris ) 5% Brandnetel (Urtica dioica ) 2% Zuring (Rumex spp. ) 2% Weegbree (Plantago lanceolata ) 2% Melde (Atriplex patula ) 1% ste en onderste luchtwegen. De laatste jaren blijft het percentage bestaande ziektegevallen (prevalentie) weer gelijk en is er mogelijk zelfs sprake van een afname. Uit diverse epidemiologische studies die deels in Nederland werden uitgevoerd blijkt dat allergie met name optreedt via blootstelling aan allergenen in de lucht, zoals huidschilfers van hond en kat, schimmelsporen, huisstofmijt, graspollen en berkenpollen. Met name bij jonge kinderen spelen voedingsmiddelen een belangrijke rol bij het veroorzaken van allergie (4-8% kinderen jonger dan 12 jaar) en volwassenen (1-2%). Volgens de
3 15 richtlijn van de EU (nr. 2003/89) moeten de belangrijkste allergenen op voedingsmiddelen worden weergegeven wanneer zij in meer dan 2% van het eindproduct voorkomen. Deze allergenen zijn verantwoordelijk voor ten minste 90% van de allergische klachten en betreffen glutenbevattende granen (tarwe, rogge, gerst, haver, spelt en kamut), schaaldieren, eieren, vis, pinda, soja, koemelk (inclusief lactose), boomnoten (amandelen, hazelnoten, walnoten, cashewnoten, selderij, mosterd, sesamzaad en zwaveldioxide en sulfieten. Bij volwassenen zijn de belangrijkste voedselallergenen schaalen scheldieren, pinda en boomnoten (hazelnoten, cashew en walnoten), terwijl bij kinderen de belangrijkste voedselallergenen koemelk, kippenei en pinda zijn. Daarnaast zijn er geneesmiddelen die bij sommige patiënten aanleiding kunnen geven tot de ontwikkeling van een allergische reactie. Echter, in slechts 10% van de vermeende allergische reacties betreft het daadwerkelijk een allergie. Gelukkig gaat het hier zelden om ernstige reacties. Ook blootstelling aan de vijf meest in de lucht voorkomende kruidpollen in Nederland geven aanleiding tot allergische klachten. Dit betreft blootstelling aan pollen van de bijvoet ( Artemisia vulgaris ), brandnetel ( Urtica dioica ), zuring ( Rumex spp. ), weegbree ( Plantago lanceolata ) en melde ( Atriplex patula, behorend tot de ganzenvoetfamilie) immunologisch werkingsmechanisme Het immuunsysteem reageert normaliter op schadelijke indringers, maar bij een allergie reageert het immuunsysteem ook op voor gezonde mensen onschadelijke stoffen in de voeding (bijv. koemelk of pinda) en in de lucht die men inademt (bijv. stuifmeel van grassen of boompollen en deeltjes van de huisstofmijt). De schade in het lichaam wordt dan niet veroorzaakt door de binnendringende stof zelf, maar door de veel te hevige reactie van het eigen immuunsysteem. Stoffen die een allergische reactie veroorzaken worden allergenen genoemd. Allergenen zijn bijna altijd eiwitten, die wijdverspreid in onze omgeving voorkomen. Momenteel zijn er zo n 707 allergenen beschreven die behoren tot 134 eiwitfamilies en dat is slechts zo n 2% van alle 9318 bekende eiwitfamilies waartoe de bekende eiwitten behoren. Deze allergenen zorgen voor een productie van allergeenspecifieke IgE-antistoffen in het bloed die
4 16 Het Kinderallergie Formularium kunnen binden aan receptoren op mestcellen in het slijmvlies van onder andere de darm en de luchtwegen (figuur 1.1). Wanneer het lichaam daarna opnieuw in aanraking komt met het allergeen, kan dit aanleiding geven tot mestceldegranulatie, waardoor onder meer histamine en andere mediatoren vrijkomen en allergische klachten ontstaan, zoals astma, hooikoorts, voedselallergie en eczeem. Hoewel niet voor de hand liggend, blijken de meeste allergenen te behoren tot slechts een gering aantal botanische families, wat suggereert dat er een gemeenschappelijk herkenningsmechanisme is. allergeen IgE receptoren MESTCEL in weefsel BASOFIEL in bloed noot: allergeen = antigeen mediatoren Figuur 1.1 Allergeengemedieerde mestcelactivatie. De meeste lichaamsvreemde stoffen (antigenen ) komen ons lichaam binnen via de mucosa. Deze slijmvliezen bekleden de darmen en longen aan de binnenkant en vormen een barrière met de buitenwereld. Het deel van het afweersysteem dat deze mucosa bewaakt, wordt ook wel het mucosale afweersysteem genoemd. Omdat de slijmvliezen continu worden blootgesteld aan allerlei stoffen, dient het immuunsysteem vooral daar de afweerreacties tegen deze antigenen te reguleren. De binnenkomst van deze stoffen dient dus getolereerd te worden. Dit immunologische fenomeen waarbij geen afweerreactie gestart wordt, wanneer onschadelijke lichaamsvreemde stoffen ons lichaam binnenkomen via de mucosa, heet mucosale tolerantie. Falen van mucosale tolerantie kan leiden tot de ontwikkeling van allergieën en/of astma.
5 17 Voor de vorming van IgE-antistoffen zijn de dendritische cellen in de slijmvliezen van de luchtwegen en het maag-darmkanaal van groot belang, omdat zij de allergenen opnemen en bewerken, en vervolgens aanbieden aan T-cellen die daarop kunnen reageren. De T-cellen die de allergeenfragmenten kunnen herkennen zullen gaan delen en uitrijpen tot effectorcellen die vervolgens gestimuleerd worden om een groep van immuunregulerende moleculen, genaamd cytokinen, te maken. Deze cytokinen coördineren de communicatie over en weer tussen dendritische cellen, T-cellen en IgE-vormende B-cellen onderling, maar ook de overige cellen in de weefsels, waardoor er een chronische allergische ontsteking ontstaat (figuur 1.2). Afhankelijk van het type cytokinen in de lymfeklier die het gebied draineert waar het allergeen binnenkomt, kunnen naïeve T-cellen uitrijpen tot Thelper-2-cellen (van belang bij allergie en afweer tegen parasieten en extracellulaire bacteriën), Treg (regulatoire T-cellen, van belang voor immuunregulatie en controle van chronische ontsteking), Thelper-17-cellen (van belang bij auto-immuunreacties) en Thelper-1-cellen (van belang bij afweer tegen intracellulaire pathogenen en kanker). Er zijn inmiddels diverse populaties regulatoire T-cellen beschreven in de literatuur. immunosuppressie Th1 ntreg Fox p3 STAT4 T-bet IFNγ Intracellulaire Pathogenen Auto immuniteit IFNγ itreg Fox p3 TGF- Thp IL-6 TGF-β Th17 RORγ STAT3 IL-7A/F IL-22 Extracellulaire Pathogenen Ontsteking Auto immuniteit Th3 Tr1 IL-10 IL-4 Th2 GATA-3 STAT6 c-maf IL-4 IL-5 IL-13 Parasieten Allergie Astma Figuur 1.2 Perifere naïeve precursor helper T-cel-subsets kunnen uitrijpen tot drie effectorpopulaties (Th1, Th2 en Th17).
6 18 Het Kinderallergie Formularium Afhankelijk van de noodzaak tot specifieke stimulatie herkent men natuurlijk voorkomende ntreg die continu immunosuppressieve cytokinen (IL-10, TGF- β ) uitscheiden en vooral voorkomen in de mucosale weefsels, waar veel contact is met vreemde stoffen. Daarnaast zijn er antigeenspecifiek geïnduceerde itreg -populaties die in de periferie (milt en lymfeklieren) (itreg) en in de mucosale weefsels (Th3 ) voorkomen. Deze kunnen ofwel direct na activatie tot actie overgaan (itreg) ofwel eerst verder uitrijpen en dan zeer selectief hun activiteit laten zien (Tr1-cellen ). TGF- β stuurt de differentiatie van T-cellen naar Foxp3+ Treg, die de mucosale tolerantie verzorgen in perifere immuuncompartimenten. Dendritische cellen ontstaan uit monocyten en komen veel voor in epitheel en vooral in de huid. Door de productie van cytokinen, zoals TGF- β en IL-10, sturen zij de tolerantie-inductie. Dendritische cellen presenteren continu antigenen van opgenomen voedingsstoffen. Wanneer Th-cellen gepresenteerde antigenen herkennen op niet-mucosale dendritische cellen, dan worden deze Th-cellen geactiveerd. In de darm worden dendritische cellen geconditioneerd tot tolerogene dendritische cellen, waardoor regulatoire T-celpopulaties worden gevormd. De precieze interacties tussen deze diverse T-cel-subsets en de rol bij het ontstaan van allergie, de ontwikkeling van klinische klachten van allergie en de mogelijkheden voor interventiestrategieën vormen momenteel een zeer actief gebied van onderzoek. 1.2 Atopie en de allergische mars Er is een principieel verschil tussen iemands perceptie van een allergisch fenomeen op basis van klinische klachten en een daadwerkelijk klinisch bewezen allergie. Zo blijkt de door ouders gerapporteerde perceptie van voedselallergie bij de Nederlandse kinderen ongeveer 15% te zijn, terwijl de daadwerkelijk met allergeenspecifieke IgE-bepalingen en middels provocatietesten klinisch bewezen voedselallergie bij kinderen niet meer dan 5-8% bedraagt. Het is al lange tijd bekend dat astma en allergie een erfelijke component hebben: kinderen van allergische ouders hebben meer kans zelf een allergische manifestatie te ontwikkelen dan andere kinderen. In geval de moeder bekend is met astma of
7 19 atopie, heeft ieder kind 50% kans op astma en indien beide ouders bekend zijn met astma of atopie, is de kans vergroot tot 70%. Hier is niet één gen voor verantwoordelijk, maar een hele reeks en gesitueerd op verschillende chromosomen. Aangezien de genetische samenstelling van de bevolking maar langzaam verandert (in het algemeen neemt dit ten minste drie generaties in beslag), zijn veranderingen in de prevalentie afgezien van veranderingen in diagnostiek merendeels toe te schrijven aan veranderingen in omgevings- en leefstijlfactoren. Daarnaast tonen tweelingstudies aan dat genetische factoren en modulatie door omgevingsfactoren voor ongeveer 50% de expressie van het allergische fenotype kunnen verklaren. Deze individueel of familiair erfelijk bepaalde gevoeligheid om allergeenspecifieke IgE-antistoffen te maken (sensibilisatie ) en allergische reacties te ontwikkelen tegen, voor gezonden doorgaans onschuldige, antigenen (allergenen) wordt atopie genoemd. Dergelijke individuen kunnen de typische symptomen van allergisch astma, rinoconjunctivitis, eczeem of voedselallergie ontwikkelen. Het is echter heel gebruikelijk dat er wel een sensibilisatie optreedt na allergeenexpositie, maar er geen klinisch manifeste allergische reactie optreedt. Andersom kunnen er ook allergische reacties optreden zonder de aanwezigheid van verhoogd allergeenspecifiek IgE in het bloed. Dit is in de praktijk echter vrij zeldzaam. Sensibilisatie is daarmee een risicofactor voor het ontwikkelen van allergische reacties en aandoeningen. Er is een bepaalde hoeveelheid allergeen nodig om bij een atopisch individu een allergie te ontwikkelen. Dit betekent dat het vermijden van allergenen de kans op het ontwikkelen van allergische reacties verkleint of de ernst van de klinische reactie vermindert. Er zijn inderdaad studies die erop wijzen dat allergeenvermijding in de vorm van sanering het ziekteverloop gunstig beïnvloedt. Hoe eerder deze sensibilisatie voor bepaalde allergenen achterhaald wordt, des te eerder er (preventieve) maatregelen getroffen kunnen worden om het ziekteverloop gunstig te beïnvloeden. Deze effectorpopulaties zijn actief bij de bescherming tegen de diverse typen infecties, maar zijn daarnaast ook betrokken bij diverse ziektebeelden wanneer zij in te grote aantallen en/of met te grote activiteit voorkomen. Om deze benodigde immuunreacties goed gecontroleerd te kunnen laten verlopen zijn er ook verschillende populaties van regulator-t-cellen (natuur-
8 20 Het Kinderallergie Formularium lijk voorkomende ntreg, antigeeninduceerbare itreg, en antigeenspecifieke Th3- en Tr1-populaties). Diverse cytokinen en de activatie door middel van verschillende typen transcriptiefactoren zijn daarvoor belangrijk. Allergie is een zeer variabele ziekte, waarbij het klinische beeld van het atopische kind door de jaren heen kan veranderen en er gedurende het leven meerdere uitingsvormen van de allergie kunnen zijn. Bovendien kan het kind zich gedurende het leven voor meerdere allergenen (gaan) sensibiliseren, wat telkens weer aanleiding kan geven tot klachten na blootstelling aan de verschillende allergenen. In de loop van het leven kan het sensibilisatiepatroon veranderen; zo wordt op de zuigelingenleeftijd soms sensibilisatie voor voedselallergenen gevonden, daarna kan sensibilisatie voor inhalatieallergenen ontstaan op de kleuterleeftijd huisdieren, de schoolleeftijd aanvankelijk huisstofmijt, gevolgd door pollen. Ook het klachtenpatroon kan hiermee samenhangend veranderen. In geval van allergie kunnen op de zuigelingenleeftijd als eerste gastro-intestinale klachten ontstaan, daarna eventueel eczeem vanaf de leeftijd van 3 maanden, gevolgd door astma op de kleuterleeftijd en ten slotte rinoconjunctivitis op schoolleeftijd. We noemen dit fenomeen de allergische mars (figuur 1.3). Hoewel de allergie zich in verschillende vormen en op verschillende momenten kan manifesteren, kan er een veelal algemeen beeld geschetst worden van de uitingsvormen van allergie bij verschillende leeftijden. Het is van groot belang voor de individuele patiënt om gedurende deze mars de belangrijkste allergenen en de mogelijk aanwezige sensibilisaties snel en doeltreffend op te sporen en preventieve maatregelen te nemen. Deze preventieve maatregelen kunnen de allergeenexpositie verminderen, waardoor de ontwikkeling van de allergie vertraagd kan worden. 1.3 Allergische symptomen bij kinderen Afhankelijk van de erfelijke aanleg, de intensiteit en duur van blootstelling aan allergenen, het type allergeen en de mate van sensibilisatie kunnen allergische symptomen ontstaan. Een dergelijke allergische reactie kan tot uiting komen in de longen (allergisch astma ), in de neus en ogen (allergische rinitis en conjunctivitis ) of in de huid (constitutioneel eczeem, urticaria,
9 21 aantal per honderd kinderen met allergische aandoeningen voedselallergie ademhalingsallergie atopisch eczeem jaar 17 ouderdom Figuur 1.3 De allergische mars. Atopisch eczeem, voedselallergie en ademhalingsallergie in een groep van 236 kinderen opgevolgd gedurende 17 jaar. angio-oedeem ). De eerste twee voorbeelden zijn uitingen van een allergie voor stoffen die worden ingeademd ( inhalatieallergenen ) en worden ook wel luchtwegallergieën genoemd. Constitutioneel eczeem is meestal de eerste manifestatie van het atopisch syndroom bij zuigelingen. Met het vorderen van de leeftijd neemt de prevalentie van constitutioneel eczeem op groepsniveau af, terwijl de prevalentie van astma en allergische rinitis toeneemt. Dit loopt ongeveer parallel aan het afnemen van de prevalentie van sensibilisatie voor voedselallergenen en het toenemen van de prevalentie van sensibilisatie voor inhalatieallergenen. Omdat deze fenomenen in de tijd dus parallel lijken te lopen bij grote groepen kinderen, wordt vaak gedacht dat constitutioneel eczeem en voedselallergie oorzakelijk met elkaar te maken hebben. Dit is echter nimmer bewezen. Sterker nog, in het merendeel van de gevallen van constitutioneel eczeem bij kinderen speelt voedselallergie géén rol van betekenis. Toch is de relatie tussen constitutioneel eczeem, allergische sensibilisatie en astma een consistente bevinding, waargenomen in vrijwel alle prognostische studies naar de langetermijnfollow-up van kinderen met een atopische constitutie. Het is belangrijk voor de voorlichting aan en begeleiding van ouders
10 22 Het Kinderallergie Formularium van kinderen met constitutioneel eczeem om een antwoord te kunnen geven op de vraag hoe groot de kans is dat een zuigeling met constitutioneel eczeem op den duur astma of rinitis gaat ontwikkelen. Ongeveer 30% van de kinderen met eczeem ontwikkelt astma in de jaren nadat het eczeem ontstaan is. Eczeem komt voor bij 10-20% van de jonge kinderen en deze prevalentie neemt de laatste decennia toe. Kinderen met eczeem worden algemeen geacht een toegenomen risico te hebben op het ontwikkelen van astma en dit is de basisgedachte van de allergische-marshypothese. Deze hypothese komt vooral voort uit cross-sectionele studies die vaak een zekere bias in zich hebben. De weinige prospectieve cohortstudies die zijn verricht, komen tot de conclusie dat de stap van eczeem op babyleeftijd naar astma op kinderleeftijd aantoonbaar is bij jongens, maar zich veel minder vaak voordoet bij meisjes. Het is reeds herhaaldelijk aangetoond dat jongens een groter risico hebben op de ontwikkeling van astma op de kinderleeftijd, wat tijdens de pubertijd omdraait naar een toegenomen risico op allergische klachten bij meisjes. Jongens hebben bij de geboorte gemiddeld een hoger IgE-niveau dan meisjes. Dit hangt samen met de verhoogde kans op allergie bij jongens ten opzichte van meisjes. Meisjes daarentegen hebben een hogere zuurgraad op hun huid en een geringere omvang van het stratum corneum in de huid en zijn daarmee bevattelijker voor (niet-allergisch) eczeem dan jongens. Dit zou kunnen duiden op een geslachtsgebonden overerving. Allergische sensibilisatie Het concept van de allergische brug houdt in dat er aan drie voorwaarden voldaan moet zijn, wil er sprake zijn van een diagnose allergie. Allereerst dient de persoon blootgesteld te zijn aan het allergeen in kwestie, wat in de werkelijkheid (ondanks vermijding) bijna altijd voor bijna iedereen het geval zal zijn. Ten tweede dient er sprake te zijn van sensibilisatie, gedefinieerd als een positieve huid- of bloedtest voor het allergeen in kwestie. En ten derde dienen er bij blootstelling aan het allergeen in kwestie allergiespecifieke klachten te ontstaan. Er is evidentie dat IgE-sensibilisatie tegen inhalatieallergenen langer persisteert dan alleen de jonge kinderleeftijd en stijgt tot een leeftijd van 6 jaar. Voedselsensibilisatie daarentegen lijkt meer voorbijgaand met een piek tijdens de jonge kinderleeftijd,
11 23 wat vaak wordt verklaard met het overgroeien van de allergie. Dit overgroeien treedt minder duidelijk op bij inhalatieallergie. Allergische sensibilisatie is een sterk dynamisch proces en een voedselallergisch kind heeft een groot risico om de allergische mars in te gaan met een switch naar inhalatiesensibilisatie en de ontwikkeling van klinische klachten na inhalatie van allergenen. Naast de duidelijke rol die mestcellen spelen in de totstandkoming van de allergische symptomen van een IgE-gemedieerde allergie, is er ook een belangrijke rol weggelegd voor basofiele granulocyten. Deze vormen een zeer geringe populatie (< 1%) van de witte bloedcellen. Basofiele granulocyten werden lange tijd verwaarloosd in het onderzoek naar mechanismen van allergie. Recente ontwikkelingen laten echter zien dat basofielen die lokaal in huid en longweefsel aanwezig zijn, grote hoeveelheden cytokinen kunnen produceren die van belang zijn voor de uitrijping van Th2-cellen door de expressie van de ST2-receptor en lokaal aanwezig TSLP dat resulteert in de productie van IL-4, IL-13 en IL-33 en stimulering van IgE-afhankelijke degranulatie. Basofielen blijken als antigeenpresenterende cellen voor de activatie en uitgroei van Th2-cellen van belang te zijn, terwijl lokaal aanwezige dendritische cellen vooral Th1-differentiatie stimuleren. Het actief ophopen van basofielen bij late-fasereacties in de huid en longen wijst op een rol van basofielen bij de lokale onstekingsreactie. Ondanks de populariteit van de allergische-marshypothese is het onderliggende werkingsmechanisme nog altijd onduidelijk. Het opgroeien van kinderen onder vergelijkbare omgevingsfactoren kan desondanks leiden tot een verschillende manifestatie van een allergie, dus bij het ene kind constitutioneel eczeem en bij het andere kind astma. Ook het hebben van vergelijkbare erfelijke factoren kan desondanks leiden tot een vergelijkbare verschillende klinische uitingsvorm van de allergie. Per slot van rekening kan het hebben van eczeem via een direct werkingsmechanisme het risico op de ontwikkeling van astma vergroten. Hierbij speelt het door epitheel geproduceerde TSLP in respons op allergeenblootstelling aan aerosolen en op de huid dat de gelijktijdige lokale ontstekingsreacties in zowel huid als longen induceert een cruciale rol. Op dit moment is nog onduidelijk wat de beslissende omgevingsfactor is die hierbij van belang is,
12 24 Het Kinderallergie Formularium ofschoon veel kinderen gesensibiliseerd lijken te zijn tegen binnenhuisallergenen. Genetische studies geven aan dat er geen duidelijke overlap is in de chromosomale regio s die geassocieerd zijn met de ontwikkeling van eczeem en astma. Daarmee zijn eczeem en astma geen verschillende uitingen van een gemeenschappelijk onderliggend genetisch mechanisme. Er zijn echter steeds meer aanwijzingen dat een beschadigde huid, en daarmee een verminderde barrièrefunctie van de huid, kan resulteren in sensibilisatie en ontwikkeling van astmaklachten. Recent is aangetoond dat bij een aantal kinderen met constitutioneel eczeem een mutatie kan worden aangetoond in het filaggrine- gen, dat predisponeert tot een droge huid met een verminderde barrièrefunctie. 1.4 Diagnostiek van allergie bij kinderen De diagnostiek van allergische aandoeningen begint met het afnemen van een anamnese en het doen van lichamelijk onderzoek. Daarna volgt bloedonderzoek, waarbij het aantal (als percentage van het aantal witte bloedcellen) eosinofiele granulocyten kan worden bepaald. Dit percentage is echter niet typisch voor allergische aandoeningen en daarmee weinig specifiek. Evenzo zijn de gehaltes aan eiwitten afkomstig van deze eosinofiele granulocyten (zoals het Eosinofiel Cationic Protein) weinig informatief. Wel informatief is het gehalte aan IgE-antistoffen in het bloed, omdat het immunoglobuline E betrokken is bij allergische reacties. De IgE-concentratie wordt uitgedrukt in ku/l, waarbij één eenheid overeenkomt met 2,4 ng. De referentiewaarden bij gezonde mensen vertonen een grote spreiding en is sterk afhankelijk van de leeftijd. Er bestaat dus een grote overlap tussen de totale hoeveelheid IgE-antistoffen bij gezonden en bij patiënten met allergische symptomen, en daardoor is de bepaling van totaal IgE weinig zinvol voor de diagnostiek. Bij allergische sensibilisatie zijn allergeenspecifieke IgE-antistoffen aantoonbaar en deze concentraties worden weergegeven in ku/l. Voor een eerste screening worden vaak veelvoorkomende inhalatie- of voedingsallergenen gecombineerd en een positieve uitslag duidt dan op sensibilisatie voor één of meer van de geteste allergenen en deze moet dan ook gevolgd worden door een bepaling met de afzonderlijke allergenen. Allergeenspecifiek IgE kan op iedere leeftijd worden bepaald.
13 25 Verschillende typen huidtesten zijn belangrijke diagnostische instrumenten voor het vaststellen van een sensibilisatie. De methoden zijn gestandaardiseerd en er zijn steeds meer gestandaardiseerde allergeenextracten beschikbaar. De resultaten van de huidtest zijn (ook voor de patiënt) snel zichtbaar. De IgE-test is echter gevoeliger en er zijn meer gestandaardiseerde allergeenextracten voor beschikbaar. Bij voedselallergenen bevatten de commerciële extracten vaak een variabele hoeveelheid allergeen en daarom wordt er bij de huidpriktest veelal gebruikgemaakt van het natuurlijke product. De huidtest is wel gevoelig voor verschillen in de reactiviteit van de huid, de aard van het gebruikte oplosmiddel van het allergeenextract en is meer belastend voor de patiënt dan een venapunctie. Voedingsmiddelen zoals pinda s worden vaak gegeten na een bepaalde thermische behandeling (bijv. koken of roosteren) en deze behandeling kan de eiwitstructuur en daarbij de immuunreactiviteit en allergeniciteit veranderen. Diagnostische in vitrotesten worden echter meestal uitgevoerd met natieve, onbehandelde eiwitten en meer kennis over het effect van de behandeling van allergenen is nodig om deze diagnostische testen verder te verbeteren. 1.5 Therapie bij allergie Jonge kinderen met constitutioneel eczeem hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van astma tijdens de basisschoolleeftijd. De grootte van dit risico is moeilijk aan te geven en hangt sterk af van de definities van constitutioneel eczeem en astma, en van de setting (1 e, 2 e of 3 e lijn) waarin deze kinderen worden gezien en gevolgd. Op grond van het nu beschikbare wetenschappelijke bewijsmateriaal is het aannemelijk dat de kans op het ontwikkelen van astma voor kinderen met constitutioneel eczeem tussen de 30% en 50% ligt. Het ontbreken van eczeem op de kinderleeftijd is echter geen garantie voor het niet ontwikkelen van astma: de meerderheid van schoolkinderen met astma heeft nooit eczeem gehad. Er is nog onvoldoende wetenschappelijk bewijs om het gebruik van therapeutische interventies, met de bedoeling de kans op het ontwikkelen van constitutioneel eczeem bij kinderen te verminderen, te rechtvaardigen.
14 26 Het Kinderallergie Formularium De rol van pathologische Th2-cellen en eosinofiele granulocyten die geïnfiltreerd zijn in de longen en huid is algemeen geaccepteerd en een doel voor therapieontwikkeling. Recent is echter ook gesuggereerd dat Th17-cellen en neutrofiele granulocyten van belang zijn bij non-atopische en steroïd resistente vormen van astma. Gerandomiseerde interventiestudies hebben niet kunnen aantonen dat allergeenvermijding een bijdrage kan leveren aan primaire preventie tegen allergische aandoeningen. Subcutane allergeenspecifieke immunotherapie (SCIT ), vooral gericht op inhalatieallergenen, heeft wel positieve effecten op de symptomen van allergische rinitis en allergisch astma bij volwassenen. Na het stoppen met de therapie zijn langdurig aantoonbare effecten gerapporteerd, die aangeven dat SCIT een staat van tolerantie heeft geïnduceerd en de ziekteactiviteit kan beïnvloeden. Ook bleek preventieve behandeling met SCIT een langdurig allergieblokkerend effect te kunnen geven bij jonge kinderen. De snelle en de zich voortdurend uitbreidende sensibilisatie tegen inhalatieallergenen tijdens de jonge kinderleeftijd suggereren dat vroegtijdige preventieve behandeling met immunotherapie de ontwikkeling van de allergische mars kan blokkeren. Recent is de sublinguale immunotherapie (SLIT ) in de belangstelling gekomen, waarbij het allergeenextract onder de tong als smelttablet wordt aangebracht. Het werkingsmechanisme van allergeenspecifieke immunotherapie is gebaseerd op een combinatie van verminderde productie van allergeenspecifiek Th2 (IL-4, IL-5, IL-13) en IgE, toename van specifiek IgG1, IgG4 en IgA, toename van Th1 (IFN- γ ) en Treg (IL-10 en TGF- β ), en een afname van het aantal mestcellen en eosinofielen en de daarbij behorende mediatoren lokaal in de weefsels. Als resultaat neemt de kwaliteit van leven toe, het medicijngebruik neemt af en de respons van allergeenspecifieke challenge-testen (huidtesten, provocatietesten) neemt ook af. Recent onderzoek laat aanwijzingen zien dat SCIT bij kinderen met een allergische rinitis de ontwikkeling van astma mogelijk zou kunnen voorkomen. Nieuwe studies zullen daar mogelijk een definitief antwoord op kunnen geven. Het lijkt daarom ook nog te vroeg om grootschalige gerandomiseerde interventiestudies uit te voeren zelfs als secundaire preventie bij kinderen
15 27 met een hoog risico op de ontwikkeling van allergische aandoeningen, maar nog zonder klinische manifestaties van allergie. De toepassing van andere interventies, zoals behandeling met microbiële producten (bijv. probiotica) die voortkomt uit de hygiënehypothese, verdienen nog meer onderzoek, gezien de tegenstrijdige resultaten van de vele studies op dit gebied. Referenties Castro-Rodriguez JA. The Asthma Predictive Index: early diagnosis of asthma. Curr Opin Allergy Clin Immunol 2011;11: Helms PJ. Recent advances in pediatric asthma treatment. Expert Rev Respir Med 2009;3: Karasuyama H, Mukai K, Obata K, Tsujimura Y, Wada T. Nonredundant Roles of Basophils in Immunity. Annu Rev Immunol 2011;29: Lambrecht BN, Hammad H. The role of dendritic and epithelial cells as master regulators of allergic airway inflammation. Lancet 2010;376: Martinez FD, Wright AL, Taussig LM, Holberg CJ, Halonen M, Morgan WJ, Group Health Medical Associates. Asthma and wheezing in the first six years of life. N Engl J Med 1995;332: Nakanishi K. Basophils as APC in Th2 response in allergic inflammation and parasite infection. Curr Opin Immunol 2010;22: Soroosh P, Doherty TA. Th9 and allergic disease. Immunology 2009;127: Stone KD, Prussin C, Metcalfe DD. IgE, mast cells, basophils, and eosinophils. J Allergy Clin Immunol 2010;125:S73-80.
De allergische mars. Drs. L.N. van Veen en dr. H. de Groot
1 1 De allergische mars Drs. L.N. van Veen en dr. H. de Groot Dit hoofdstuk begint met een overzicht van de prevalentie van allergie. Deze is de laatste decennia sterk gestegen, ook in Nederland. Vervolgens
Nadere informatieHet Kinderallergie. 1 e editie. Formularium een praktische leidraad
Het Kinderallergie 1 e editie Formularium een praktische leidraad NB: Het voorschrijven van geneesmiddelen geschiedt onder de exclu sieve verantwoordelijkheid van de behandelend arts. Voor uitgebreidere
Nadere informatieDermatologie. Constitutioneel eczeem en (voedsel)allergie
Dermatologie Constitutioneel eczeem en (voedsel)allergie Dermatologie Veel ouders van kinderen, en ook volwassenen, denken dat een allergie de oorzaak is van eczeem. Zij komen met de vraag bij de huisarts
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Het mucosale immuunsysteem Het afweersysteem beschermt het lichaam tegen infecties met bacteriën, virussen, schimmels en parasieten. De huid en de mucosale weefsels zoals bijvoorbeeld
Nadere informatieSamenvatting SAMENVATTING
SAMENVATTING Een karakteristieke eigenschap van astma is ontsteking van de luchtwegen. Deze ontsteking wordt gekenmerkt door een toename van ontstekingscellen in het longweefsel. De overgrote meerderheid
Nadere informatieWat is een allergie? Afweersysteem
De allergie survivalgids 15 Hoofdstuk 1 Wat is een allergie? Afweersysteem Voordat we uitleggen wat een allergie is, is het handig dat je eerst weet wat een afweersysteem is. Het afweersysteem van je lichaam
Nadere informatieMinisymposium voedselallergie. 28 april 2011 Chris Nieuwhof, internistallergologe/immunologe
Minisymposium voedselallergie 28 april 2011 Chris Nieuwhof, internistallergologe/immunologe Verschillende noten Verschillende noten Voedsel allergie Wat is allergie? Allergie is een afweerreactie (van
Nadere informatieChapter. Nederlandse samenvatting
Chapter Nederlandse samenvatting 10 Allergische ziekten van de luchtwegen, zoals hooikoorts (allergische rhinoconjunctivitis) en allergisch astma zijn chronische ontstekingsziekten met klachten zoals tranende
Nadere informatieSAMENVATTING IN HET NEDERLANDS
SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS Allergisch astma Allergisch astma is een veel voorkomende ziekte waarbij mensen benauwd worden wanneer ze de stof inademen waar ze allergisch voor zijn geworden. Daarnaast
Nadere informatie1/23/2013. Index. Index. Nieuwe strategieën om kinderen met KMA sneller te laten herstellen. Orale tolerantie: Concept. Vriend of vijand?
//0 Nieuwe strategieën om kinderen met KMA sneller te laten herstellen. Orale tolerantie: Concept Tolerantie wordt gedefinieerd als de actieve non-respons van het immuunsysteem op een antigeen dat via
Nadere informatieAllergie@WUR en het ACW
Allergie@WUR en het ACW Huub F.J. Savelkoul Allergie Consortium Celbiologie en Immunologie Wageningen Universiteit Algemeen: www.allergie.wur.nl Allergie @WUR Wat is allergie? te sterke afweer tegen onschuldige
Nadere informatieKlinische dagbehandeling allergologie
Klinische dagbehandeling allergologie Afdeling Kindergeneeskunde Locatie Purmerend/Volendam Inleiding Deze folder geeft informatie over de klinische dagbehandeling allergie in het Waterlandziekenhuis.
Nadere informatieVoedselallergie is een veel voorkomende vorm van overgevoeligheid voor voedsel, waarbij immunoglobuline type E (IgE)-antistoffen een rol spelen. Allergische reacties op voedsel staan steeds meer in de
Nadere informatieNederlandse samenvatting. (voor iedereen dus )
(voor iedereen dus ) Iedere dag staan we bloot aan ontelbare schadelijke micro-organismen en stoffen. Om te overleven is het immuunsysteem constant in actie om deze factoren in ons lichaam te bestrijden.
Nadere informatieAllergische rhinitis bij kinderen
Allergische rhinitis bij kinderen Dr. Jurjan R. de Boer KNO heelkunde Martini Ziekenhuis Epidemiologie Prevalentie allergische en niet allergische rhinitis in Nederland: 150 200 per 1000 personen/jaar
Nadere informatieHooikoorts. Sophia Kinderziekenhuis
Hooikoorts Sophia Kinderziekenhuis Heeft uw kind misschien last van hooikoorts? In deze folder leest u wat hooikoorts en allergie is, wat de klachten zijn en welke behandelingen mogelijk zijn. Wij willen
Nadere informatiePatiëntenvoorlichting Huisdierallergie
Patiëntenvoorlichting Huisdierallergie Dieren zijn niet weg te denken uit ons bestaan. Ze zijn in het huis aanwezig als huisdier, we komen ze tegen op het werk (denk hierbij aan boerderijdieren, proefdieren
Nadere informatieVerdiepingsmodule. Astma bij volwassenen: Aanvullende diagnostiek allergietest (Toets)
1. Toelichting Deze module is gebaseerd op de NHG-Standaard van oktober 2007 (tweede herziening) Allergie speelt een belangrijke rol in de pathofysiologie van astma: klachten en symptomen kunnen erdoor
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting NEDERLANDSE SAMENVATTING Wat is astma? Astma is een aandoening die wordt gekenmerkt door vernauwing van de luchtwegen (oftewel bronchoconstrictie) na inademing van verschillende
Nadere informatieProf.dr. R.C. Aalberse en dr. S.O. Stapel
Allergische reacties Prof.dr. R.C. Aalberse en dr. S.O. Stapel Allergische reacties zijn overgevoeligheidsreacties met een immunologische etiologie en onderscheiden zich hierdoor van de zogeheten intoleranties.
Nadere informatieChapter 10. Samenvatting
Chapter 10 Samenvatting 123 Samenvatting Samenvatting De term atopische dermatitis (AD) is voor de kat in 1982 geïntroduceerd door Reedy, die bij een groep katten met recidiverende jeuk en huidproblemen
Nadere informatieAllergie bij kinderen: peanuts?! DDr. Annemie Wijnants
Allergie bij kinderen: peanuts?! DDr. Annemie Wijnants Emma 14 jaar Op 6 jaar Symptomen: rhinitis conjunctivitis Huidtest op berk: 4+ Op 14 jaar Symptomen: lokale reactie op pinda Huidtest pinda: 4+ IgE
Nadere informatieVoedselallergie en voedselintolerantie
DC 29 Voedselallergie en voedselintolerantie 1 Inleiding Bij voedselallergie of voedselintolerantie is er sprake van overgevoelige reacties op voedsel of bepaalde bestanddelen in voedsel. De informatie
Nadere informatiePATIËNTEN INFORMATIE. Huisdierallergie
PATIËNTEN INFORMATIE Huisdierallergie Introductie Door middel van deze informatiefolder wil het Maasstad Ziekenhuis u informeren over huisdierallergie. Wij adviseren u deze informatie zorgvuldig te lezen.
Nadere informatie03 - Informatie over de sublinguale immonutherapie
03 - Informatie over de sublinguale immonutherapie Inhoud Wat is een allergie eigenlijk?... 1 Waarom is een behandeling nodig?... 1 Welke behandelingsvormen zijn mogelijk?... 2 Wat betekent 'specifieke
Nadere informatieDierenallergie. Sophia Kinderziekenhuis
Dierenallergie Sophia Kinderziekenhuis Is uw kind misschien allergisch voor dieren? In deze folder leest u wat een allergie is, wat de klachten zijn en welke behandelingen mogelijk zijn. Wij willen u vragen
Nadere informatieSamenvatting. Figuur 1. Een T cel gemedieerde immuun response. APC: antigen presenterende cel; Ag: antigen; TCR: T cel receptor.
Samenvatting Het immuunsysteem Het menselijke lichaam bevat een uniek systeem, het immuunsysteem, wat ons beschermt tegen ongewenste en schadelijk indringers (ook wel lichaamsvreemde substanties of pathogenen
Nadere informatieVoedselallergie: Veel gestelde vragen
Thema: Allergie Voedselallergie: Veel gestelde vragen Naam van spreker A.E.J. Dubois 22-11-2013 2 veel gestelde vragen over voedselallergie: 1. wat is het? welke voedingsmiddelen? welke klachten? 2. zit
Nadere informatieAllergie. A27/ Allergie bij kinderen
Allergie Wat is een allergie? Een allergie is een overdreven reactie (overgevoeligheidsreactie) van het afweersysteem op, in het algemeen niet-schadelijke stoffen, zoals: stuifmeel, huidschilfers van huisdieren,
Nadere informatieSamenvatting. Nederlandse samenvatting
Page 143 Samenvatting Onder normale omstandigheden inhaleert een volwassen menselijke long zo n 11.000 liter lucht per dag. Naast deze normale lucht worden er ook potentieel toxische stoffen en micro-organismen,
Nadere informatieKNO. Niezen, loopneus en jeukende ogen
KNO Niezen, loopneus en jeukende ogen Niezen, loopneus en jeukende ogen Een allergie is een veranderde reactie op prikkels die door bepaalde stoffen, allergenen genoemd, worden veroorzaakt. Allergenen
Nadere informatieVoedselallergie; kliniek en diagnostiek
Voedselallergie; kliniek en diagnostiek WDH allergie nascholing 5 oktober 2010 Annejet Plaisier, kinderarts Janneke Ruinemans-Koerts, klinisch chemicus Casus Dylano, ruim 2 ½ jaar oud Reden van komst:
Nadere informatie6 SPREEKUUR THUIS. Wat is allergie?
SPREEKUUR THUIS Wat is allergie? Hoe ontstaat een allergische reactie bij uw kind? De term allergie is afgeleid van de oud-griekse woorden allos (= veranderd ) en ergos (= reactie ). De allergische patiënt
Nadere informatieCollege 15 Allergie
College 15 Allergie 13-11-2013 Dit college gaat over allergie. Wat is precies een allergie? Welke immunologische mechanismen steken hier achter? Waarom ontstaat een atopie? Zijn er middelen om een allergie
Nadere informatieNederlandse samenvatting Liesbeth van rensen
Nederlandse samenvatting Liesbeth van rensen Wat is astma? Patiënten met astma hebben het regelmatig benauwd. Kenmerkend voor de ziekte is dat de benauwdheid gepaard gaat met een piepende ademhaling, hoesten
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting In het menselijk lichaam heeft het maagdarmstelsel de belangrijke taak om het voedsel te verteren en voedingsstoffen tot zich te nemen. Om deze functie uit te voeren bestaat het
Nadere informatieAllergisch aangelegd: (n)iets aan te doen?
Allergisch aangelegd: (n)iets aan te doen? Mijke Breukels, kinderartsallergologisch expert 7 maart 2017, kindercarrousel Allergieën zijn multisysteemaandoeningen Bovenste luchtwegen Onderste luchtwegen
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Samenvatting Introductie Wat zijn T cellen? T cellen zijn witte bloedcellen die een cruciale rol spelen bij het beschermen tegen ziekteverwekkers zoals virussen en bacteriën. Dit doen zij door middel van
Nadere informatieALLERGIEDIAGNOSTIEK IN HET LABORATORIUM. S.O. Stapel
ALLERGIEDIAGNOSTIEK IN HET LABORATORIUM S.O. Stapel Er bestaat een algemene neiging om elke overgevoeligheidsreactie te bestempelen als "allergie". Het ontstaan van de tot deze conclusie leidende klachten
Nadere informatieNederlandse Samenva ing
Nederlandse Samenva ing Nederlandse Samenva ing De ziekte van Crohn en colitis ulcerosa zijn de meest voorkomende vormen van chronische ontstekingen van het maag-darm-kanaal. In het engels wordt deze groep
Nadere informatieVoedselovergevoeligheid
Afdeling: Onderwerp: Diëtetiek Wat is voedselovergevoeligheid? is de overkoepelende term voor overgevoeligheidsreacties op voedsel zoals voedselallergie en nietallergische voedselovergevoeligheid (intolerantie).
Nadere informatiePATIËNTEN INFORMATIE. Hooikoorts
PATIËNTEN INFORMATIE Hooikoorts 2 PATIËNTENINFORMATIE Introductie Door middel van deze informatiefolder wil het Maasstad Ziekenhuis u informeren over hooikoorts. Wij adviseren u deze informatie zorgvuldig
Nadere informatieSamenvatting. Begripsafbakening
Samenvatting Astma en allergie zijn veel voorkomende aandoeningen met een grote invloed op de kwaliteit van leven. Vooral bij kinderen is in de laatste decennia van de twintigste eeuw een toename beschreven
Nadere informatieBenauwdheid en piepen bij kinderen jonger dan 6 jaar
Benauwdheid en piepen bij kinderen jonger dan 6 jaar Afdeling kindergeneeskunde Veel kinderen hebben als baby, peuter of kleuter wel eens last van klachten als een piepende ademhaling met benauwdheid,
Nadere informatieVoedselovergevoeligheid
Voedselovergevoeligheid Diëtetiek Beter voor elkaar 2 Voedselovergevoeligheid Wat is voedselovergevoeligheid? Voedselovergevoeligheid is de overkoepelende term voor overgevoeligheidsreacties op voedsel
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het immuunsysteem Ons immuunsysteem beschermt ons tegen allerlei ziekteverwekkers, zoals bacteriën, parasieten en virussen, die ons lichaam binnen dringen.
Nadere informatieSophia Kinderziekenhuis. Voedselprovocatie. Test op voedselallergie
Sophia Kinderziekenhuis Voedselprovocatie Test op voedselallergie Bij een voedselprovocatie onderzoeken wij of uw kind allergisch is voor bepaalde voedingsmiddelen. In deze folder leest u meer over het
Nadere informatieSubcutane immuno therapie. Sublinguale immuno therapie. Skin prick test.
Allergie A DEEL I: DIAGNOSTIEK 1e druk 2007 2e druk 2012 Samengesteld door kinderartsen, dermatologen, longartsen, KNO artsen, en laboratorium van de Isala Klinieken, en huisartsen Zwolle en omgeving.
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Respiratoir syncytieel virus Het respiratoir syncytieel virus (RSV) is een veroorzaker van luchtweginfectiesvan de mens. Het komt bij de mens met name in het winterseizoen voor.
Nadere informatieWETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN GLOBAAL RAPPORT
WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE
Nadere informatieHandboek allergologie
prof.dr. C.A.F.M. Bruijnzeel-Koomen, dr. A.C. Knulst, prof.dr. J.G.R. de Monchy, prof.dr. R. Gerth van Wijk (redactie) Handboek allergologie De Tijdstroom, Utrecht De Tijdstroom Uitgeverij, 2008. De auteursrechten
Nadere informatieDermatologie. Urticaria. Slingeland Ziekenhuis
Dermatologie Urticaria i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Wat is urticaria? Urticaria (urtica = brandnetel) is de medische naam voor netelroos of galbulten. Het is een huiduitslag die vaak heftig
Nadere informatieCentrumlocatie. Voedselprovocatie. Afdeling Allergologie
Centrumlocatie Voedselprovocatie Afdeling Allergologie Met u is afgesproken dat u een voedselprovocatie zult doen. Dit is tot op heden de enige test waarin nagegaan kan worden of u een echte reactie krijgt
Nadere informatieNederlandse samenvatting
De cellen van het menselijke immuunsysteem kunnen grotendeels worden verdeeld in een aangeboren (innate) en een verworven (adaptieve) tak. De cellen van het aangeboren immuunsysteem vormen een eerste lijn
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 134. Samenva ing Samenva ing Allergisch astma is een chronische ontstekingsziekte van de luchtwegen waarin cellen van het immuunsysteem zoals mestcellen, T- en B-lymfocyten, eosinofiele
Nadere informatie13447_BW_Casusboek Allergie.indd 9 27-09-12 15:28
Deel 1: Casuïstiek 13447_BW_Casusboek Allergie.indd 9 27-09-12 15:28 13447_BW_Casusboek Allergie.indd 10 27-09-12 15:28 n Casus 1 Kunnen we allergie voorkomen? De ouders van Stijn, een atopisch 3-jarig
Nadere informatieCentrumlocatie. Huisdierenallergie. Afdeling Allergologie
Centrumlocatie Huisdierenallergie Afdeling Allergologie Dieren zijn niet weg te denken uit ons bestaan. Ze zijn in het huis aanwezig als huisdier, we komen ze tegen op het werk (denk hierbij aan boerderijdieren,
Nadere informatieAllergie. Voedingsallergie en atopie bij hond en kat. Afweer. Afweer 28-5-2014. Eiwitten (15-40 kda) Glycoproteïne (10-70 kda)
Allergie Voedingsallergie en atopie bij hond en kat Drs. Stijn Peters info@dzeh.nl Tel. 040-3040054 Allergie Overdreven reactie op een stof/indringer Allergeen Sensitisatie Antigeen Allergeen Stoffen die
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/35756 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/35756 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hamid, Firdaus Title: Helminth infections, socio-economic status and allergies
Nadere informatieTolerantie-inductie bij voedselallergie: T-cellen als mogelijke target
Tolerantie-inductie bij voedselallergie: T-cellen als mogelijke target Trefwoorden - allergeenspecifieke T-cellen - voedselallergie - regulatoire T-cellen - tolerantie-inductie Samenvatting Op 6 april
Nadere informatie1/31/2013. Orale tolerantie: Concept. Nieuwe strategieën om kinderen met KMA sneller te laten herstellen. Index. Index
//0 Orale tolerantie: Concept Nieuwe strategieën om kinderen met KMA sneller te laten herstellen. Tolerantie wordt gedefinieerd als de actieve non-respons van het immuunsysteem op een antigeen dat via
Nadere informatieVoedselprovocatie. Havenziekenhuis. april 2012
Voedselprovocatie april 2012 Een allergie is een reactie van het afweersysteem van het lichaam gericht tegen niet schadelijke stoffen als stuifmeel, huidschilfers of voedingsmiddelen met allergische klachten
Nadere informatieAllergie- en astmacentrum voor kinderen
Patiënteninformatie Allergie- en astmacentrum voor kinderen Informatie over het allergie- en astmacentrum van Tergooi Allergie- en astmacentrum voor kinderen Informatie over het allergie- en astmacentrum
Nadere informatie1 Kinderen met allergie: inleiding
1 Kinderen met allergie: inleiding Definitie en etiologie Allereerst moet hier worden ingegaan op de naamgeving van de allergische en niet-allergische mechanismen. Er blijken nog altijd misverstanden over
Nadere informatieInleiding. Allergische IgE-gemedieerde aandoeningen, zoals waterige rhinoconjunctivitis, asthma bronchiale en constitutioneel eczeem, komen
Inleiding R. Gerth van Wijk. Inleiding Allergie wordt wel eens de ziekte van de 2 e eeuw genoemd. Deze uitspraak berust op de hoge en toegenomen prevalentie van allergische aandoeningen en de associatie
Nadere informatiePATIËNTEN INFORMATIE. Voedselallergie. Polikliniek Allergologie
PATIËNTEN INFORMATIE Voedselallergie Polikliniek Allergologie Wat is voedselovergevoeligheid? Voedselovergevoeligheid is een overdreven lichamelijke reactie op het eten, inademen of aanraken van bepaalde
Nadere informatieWat is allergie? Wat is hooikoorts?
K.N.O. Allergie Deze folder heeft tot doel u informatie te geven over allergie en de daarbij behorende klachten. Als u recent bij de KNO-arts bent geweest, die u heeft verteld dat allergie één van de
Nadere informatieAstmatische klachten bij kinderen jonger dan 6 jaar
Astmatische klachten bij kinderen jonger dan 6 jaar Afdeling kindergeneeskunde Veel kinderen hebben als baby, peuter of kleuter wel eens last van astmatische klachten, zoals een piepende ademhaling met
Nadere informatieAllergie op school of de kinderopvang, waar let je op?
Allergie op school of de kinderopvang, waar let je op? Programma 19.30 uur Welkom Algemene inleiding in voedselallergie Rienus Doedens, kinderarts-immunoloog 20.20 uur Speciale aandachtspunten voor scholen
Nadere informatieSamenvatting. Vraagstelling
Samenvatting Vraagstelling Voedselallergie staat volop in de belangstelling. De indruk bestaat dat dit een toenemend volksgezondheidsprobleem is. Verschillende verklaringen daarvoor doen de ronde, waar
Nadere informatieAtopisch eczeem Wat is atopisch eczeem? Hoe ontstaat atopisch eczeem?
Atopisch eczeem Wat is atopisch eczeem? Atopisch eczeem, ook wel constitutioneel eczeem genoemd, is een veel voorkomende huidaandoening die behoort tot het atopiesyndroom. Bij dit syndroom ontstaan ontstekingsreacties
Nadere informatieImmunotherapie: terug van weggeweest? Dr S Maddens 05-12-2013
Immunotherapie: terug van weggeweest? Dr S Maddens 05-12-2013 Immunotherapie? Repetitieve toediening van oplopende dosis allergeen Induceren van beschermende immunologische veranderingen Afname van allergische
Nadere informatieVoedselallergie bij kinderen:
Voedselallergie bij kinderen: hoe begeleid ik ouders & kind en hoe ga ik om met mispercepties? Vlieg & Melse Diëtisten Praktijk voor Voedselovergevoeligheid Mw. Dr. B.J. Vlieg-Boerstra Mw. D.J. Luiten
Nadere informatieVoedselovergevoeligheid
Voedselovergevoeligheid Diëtetiek Beter voor elkaar 2 Voedselovergevoeligheid Wat is voedselovergevoeligheid? Voedselovergevoeligheid is de overkoepelende term voor overgevoeligheidsreacties op voedsel
Nadere informatieSamenvatting. Beroepsgebonden luchtwegallergie is een belangrijk probleem
Samenvatting Beroepsgebonden luchtwegallergie is een belangrijk probleem Veel van de gemelde beroepsziekten van de luchtwegen worden veroorzaakt door blootstelling aan allergenen in de werkomgeving. Dat
Nadere informatie12. Urticaria. Dermatologie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
12. Urticaria Dermatologie Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Wat is urticaria? Urticaria (urtica = brandnetel) is de medische naam voor netelroos of galbulten. Het is een huiduitslag
Nadere informatieDiëtetiek. Voedingsadvies bij koemelkallergie. Afdeling: Onderwerp:
Afdeling: Onderwerp: Diëtetiek Wat is een koemelkallergie? Een koemelkallergie is een ongewenste reactie op het eiwit in de koemelk. De oorzaak hiervan is een abnormale reactie van het natuurlijke afweermechanisme
Nadere informatiePatiëntenvoorlichting Hooikoorts
Patiëntenvoorlichting Hooikoorts Stuifmeel van bomen, grassen maar ook onkruid is in Nederland behalve in de wintermaanden dagelijks in de buitenlucht aanwezig. Contact hiermee vermijden is dan ook niet
Nadere informatieSamenvatting. Vraagstelling
Samenvatting Vraagstelling Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leidt de Commissie Gezondheid en beroepsmatige blootstelling aan stoffen (Commissie GBBS; één van de vaste commissies
Nadere informatieAllergische Rhinitis en Astma Wat zijn zinvolle preventiemaatregelen? WDH Marjo van de Ven
Allergische Rhinitis en Astma Wat zijn zinvolle preventiemaatregelen? WDH 5-10-10 Marjo van de Ven Primaire preventie: Inhoud Vermijden van sensibilisatie Secundaire preventie: Zijn allergeenvermijdende
Nadere informatieImmunotherapie. Behandeling van allergische klachten van de luchtwegen
Immunotherapie Behandeling van allergische klachten van de luchtwegen Door onduidelijke oorzaken komen allergieën tegenwoordig vaker voor dan vroeger. Soms in lichte en soms in ernstige mate. Een allergie
Nadere informatieWat is atopisch eczeem?
Atopisch eczeem Wat is atopisch eczeem? Atopisch eczeem, ook wel constitutioneel eczeem genoemd, is een veel voorkomende huidaandoening die behoort tot het atopiesyndroom. Bij dit syndroom ontstaan ontstekingsreacties
Nadere informatieDermatologie. Voedselallergie. Afdeling: Onderwerp:
Afdeling: Onderwerp: Dermatologie 1 : Steeds meer mensen hebben er last van Huiduitslag, buikpijn, diarree, benauwdheid, een ellendig moe gevoel: deze verschijnselen komen u vast en zeker bekend voor.
Nadere informatieImmunotherapie met inhalatie-allergenen
Immunotherapie met inhalatie-allergenen Interne Geneeskunde Allergologie Inleiding U reageert allergisch op stuifmeel, huisstofmijt en/of huidschilfers van katten. Deze stoffen die in de lucht voorkomen,
Nadere informatieOnderwijsmateriaal voor toetsgroepen
1. Toelichting op dit onderwijsmateriaal Deze verdiepingsmodule is gebaseerd op de NHG-Standaard M47 van oktober 2010. Voedselallergie wordt veel vaker vermoed dan dat het feitelijk voorkomt. Daarnaast
Nadere informatieNederlandse samenvatting
6 78 Nederlandse samenvatting Colon kanker Colon (dikke darm) kanker is één van de meest voorkomende kankers en is de tweede doodsoorzaak door kanker in geïndustrialiseerde landen. Het voorstadium van
Nadere informatie01 - Informatie over de behandeling van allergieën
01 - Informatie over de behandeling van allergieën Inhoud Wat is een allergie eigenlijk?... 1 Waarom is een behandeling nodig?... 1 Welke behandelingsvormen zijn mogelijk?... 2 Wat betekent 'specifieke
Nadere informatieAllergie op school of de kinderopvang, waar let je op?
Allergie op school of de kinderopvang, waar let je op? Programma 19.30 Welkom Gerbrich van der Meulen, kinderarts-allergoloog 19.40 Algemene inleiding in voedselallergie Gerbrich van der Meulen, kinderarts-allergoloog
Nadere informatieRichtlijn Diagnostiek van Koemelkallergie bij Kinderen in Nederland
Richtlijn Diagnostiek van Koemelkallergie bij Kinderen in Nederland OVERZICHT VAN DE DOOR DE NVK GEAUTORISEERDE AANBEVELINGEN Uitgangsvraag 1 Bij welke symptomen, aanwijzingen uit de (voedings)anamnese
Nadere informatieHuisdierenallergie. Nederlandse Vereniging voor Allergologie, November 2011
Huisdierenallergie Nederlandse Vereniging voor Allergologie, November 2011 Dieren zijn niet weg te denken uit ons bestaan. Ze zijn in het huis aanwezig als huisdier, we komen ze tegen op het werk (denk
Nadere informatieVoedselallergie en -intolerantie
Algemene informatiefolder Voedselallergie en -intolerantie Stichting Voedsel Aller Allergie Patiëntenorganisatie voor voedselallergie en voedselintolerantie Inleiding Deze folder geeft antwoord op de meest
Nadere informatieIntroductie tot allergische reacties op voedsel. Immunopathogenese en klinische praktijk
Introductie tot allergische reacties op voedsel Immunopathogenese en klinische praktijk Allergieën zijn multisysteemaandoeningen Bovenste luchtwegen Onderste luchtwegen Huid GI-tractus 1 Allergiesymptomen
Nadere informatieSAMENVATTING Samenvatting Coeliakie is een genetische aandoening waarbij omgevingsfactoren en meerdere genen bijdragen aan de ontwikkeling van de ziekte. De belangrijkste omgevingsfactor welke een rol
Nadere informatieHoofdstuk 1: Algemene introductie
amenvatting Appendices Hoofdstuk 1: Algemene introductie Dit proefschrift richt zich op de relatie tussen allergie en intestinale wormen. De term allergie wordt in dit proefschrift gebruikt voor atopische
Nadere informatieOntwikkeling van allergie op kinderleeftijd
Ontwikkeling van allergie op kinderleeftijd Prof.dr. Huub F.J. Savelkoul huub.savelkoul@wur.nl Immuunsysteem en bescherming tegen infecties Het totale te verdedigen oppervlak bestaat uit 2 m 2 huid, 80
Nadere informatieImuPro wijst de weg naar een voor u goede voeding. Het is uw route naar een betere gezondheid.
Uw persoonlijke ImuPro Screen + documenten Testnummer: 2017 Geachte heer/mevrouw, Samen met deze brief ontvangt u het ImuPro resultaat van uw persoonlijke voedingsintolerantie test. Dit rapport laat in
Nadere informatieAllergieën ontstaan meestal op kinderleeftijd en in de puberteit. Na het 45 ste levensjaar nemen de klachten door allergie geleidelijk af.
Allergie Inleiding De Keel- Neus- en Oorarts (KNO-arts) heeft u verteld dat allergie mogelijk een van de oorzaken van uw klachten is. In deze folder kunt u nalezen wat allergie is. Wat is allergie? Allergie
Nadere informatieDe immunologische achtergrond van orale tolerantie. Femke Broere Assistant professor
De immunologische achtergrond van orale tolerantie Femke Broere Assistant professor Artritis (Osteo)artritis Slijtage? Immunologisch? Christopher B. Little & David J. Hunter Nature Reviews Rheumatology
Nadere informatieDermatologie. Atopisch eczeem en voeding
Dermatologie Atopisch eczeem en voeding Atopisch eczeem en voeding Belangrijke telefoonnummers Algemeen nummer UMCG (050) 361 61 61 vragen naar verpleegkundig consulent atopisch eczeem Coördinatiecentrum
Nadere informatieAllergie. Wat is luchtwegallergie? Wat is hooikoorts? Wat zijn de belangrijkste allergenen? Figuur 1. De huisstofmijt
Allergie Deze brochure biedt u informatie over luchtwegallergie en daarbij behorende klachten. Wat is luchtwegallergie? Allergie is een overgevoeligheidsreactie van het afweersysteem van het lichaam op
Nadere informatie