Van fleer tot wind, van roestig tot verstopt, van bassen tot schokken. Het semantische veld rond verkoudheid in de Zuid-Nederlandse dialecten.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Van fleer tot wind, van roestig tot verstopt, van bassen tot schokken. Het semantische veld rond verkoudheid in de Zuid-Nederlandse dialecten."

Transcriptie

1 Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Promotor: Dr. Roxane Vandenberghe Academiejaar Van fleer tot wind, van roestig tot verstopt, van bassen tot schokken. Het semantische veld rond verkoudheid in de Zuid-Nederlandse dialecten. Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de Taal- en Letterkunde door Sabrina De Clercq 1

2 Dankwoord Bij deze wil ik graag mijn promotor Dr. Roxane Vandenberghe bedanken. Al voor het tweede jaar op rij wilde ze me bijstaan om mijn project tot een goed einde te brengen. Zonder haar had ik zeker en vast nooit de resultaten behaald die ik wilde hebben. Daarnaast verdienen ook haar collega s van het WVD een speciaal dankwoordje. Zonder hun hulp was mijn thesis waarschijnlijk nooit zo gedetailleerd geweest. Prof. Devos wil ik hier ook nog bedanken. Zij heeft me immers geholpen als het op de kleine details aankwam. Daarnaast wil ik ook buiten de academische wereld graag aan een aantal mensen een dankwoordje richten. Vooral mijn vrienden wil ik laten weten dat ik hun steun en hulp immens apprecieer. Dus Kevin en Sarah, bedankt voor jullie steun. Maar verder ook aan allen: hartelijk bedankt. 2

3 Inhoudsopgave Dankwoord... 2 Inhoudsopgave Inleiding De methodologie Bronnen Eigen materiaal Vreemd materiaal Een lemma maken Het opschonen van de trefwoordenlijsten Overzicht van de geraadpleegde etymologische werken Het begrip verkoudheid Algemeen Het kaartbeeld Benoemingsmotieven van de dialectwoorden Symptomatische motieven De metonymie Topografie Motoriek Metafoor Roos Aetiologische motieven De elementenleer Humoraalpathologie Demonologie Theologie Etymologie onbekend Het begrip 'verkouden' Algemeen Kaartbeeld Etymologie Symptomatische motieven Motoriek Metonymie Metafoor Aetiologische motieven Elementenleer Humoraalpathologie Etymologie onbekend Het begrip 'snottebel' Algemeen Kaartbeeld Benoemingsmotieven

4 Metafoor Metonymie Materie Etymologie onbekend Het begrip 'fluim' Algemeen Kaartbeeld Overeenkomsten met andere lemmata Trefwoorden die overlappen met het lemma VERKOUDHEID Trefwoorden die overlappen met het lemma SNOTTEBEL Het begrip 'hoesten' Algemeen Het kaartbeeld Benoemingsmotieven Klanknabootsing Metafoor Het begrip 'kuchen' Algemeen Kaartbeeld Benoemingsmotieven Klanknabootsing Metafoor Omschrijving Etymologie onbekend Conclusie Bibliografie (Woorden)boeken en idiotica Artikelen Licentiaatsverhandelingen Websites Bijlagen

5 1. Inleiding De winter is traditioneel hét seizoen om een verkoudheid op te lopen. Deze ziekte, in de geneeskunde acute nasofaryngitis genoemd, wordt veroorzaakt door een virus dat het lichaam binnendringt. Je loopt dus geen verkoudheid op door de tocht, de koude of een plotselinge afkoeling, wat wel eens algemeen wordt aangenomen. Het virus kent honderden verschillende varianten en is bijgevolg moeilijk te ontlopen. Deze uiterst besmettelijke ziekte kan zich in een gesloten kring namelijk heel snel verspreiden en vertoont de volgende symptomen: hoesten of kuchen, vorming van snot, niezen en soms hoofdpijn. Het verloop van een verkoudheid is niet bij iedereen hetzelfde. Veel hangt immers af van het soort virus dat je lichaam via de neus of via de mond binnengedrongen is. De rhinovirussen bijvoorbeeld, die met 1 tot 4 procent het vaakst voorkomen, zorgen eerst voor de ontsteking van je bovenste luchtwegen, in casu de neusslijmvliezen. Ze tasten de slijmcellen aan en veroorzaken zo een infectie. Bijgevolg krijg je last van snotvorming, een lopende of een verstopte neus. De slijmvorming kan dikwijls van in de neusholten afdalen naar de keelholten waar het slijm zich verder opstapelt. Tast het slijm vervolgens de stembanden aan, dan kan er zelfs stemverlies optreden. Als het virus zich verder ontwikkelt, kunnen ook de onderste luchtwegen (i.e. de longen) aangetast worden. Ook daar is dan sprake van slijmvorming en dit slijm wordt ook wel fluimen genoemd. Om die fluimen naar boven te brengen, maken we een soort optrekkende beweging in de keel zodat de fluimen vervolgens uitgespuwd kunnen worden. Het kriebelende gevoel in de keel- en borststreek, veroorzaakt door de slijmvorming, zorgt ervoor dat je gaat kuchen en hoesten. Sommigen beweren daarnaast dat het hoesten ervoor zorgt dat het virus je lichaam sneller verlaat. Naast de rhinovirussen zijn het vooral de coronavirussen en de para-influenzavirussen die verkoudheden kunnen veroorzaken. Een gewone verkoudheid wordt dikwijls eens verward met specifiekere ziekten zoals sinusitis, bronchitis of griep. Dit gebeurt omdat een aantal symptomen overeen stemmen. Bij sinusitis of ontsteking van de neusholten is er bijvoorbeeld ook vorming van snot en hoofdpijn. Bronchitis of ontsteking van de luchtpijptakken wordt dan weer gekenmerkt door onder meer zwaar hoesten en slijmvorming in de longen. Griep 5

6 vertoont ongeveer dezelfde symptomen als een gewone verkoudheid, maar gaat wel dikwijls gepaard met pijnlijke spieren en koorts. In vergelijking met een gewone verkoudheid is griep dus veel hardnekkiger en ze kan zelfs de dood tot gevolg hebben. Iedereen wordt ten minste éénmaal per jaar geveld door een verkoudheid. Het is dus niet onlogisch dat men in de volksmond verschillende benamingen is gaan geven voor een verkoudheid. De Zuid-Nederlandse dialecten zijn hier het levende bewijs van: er zijn voor deze ziekte tal van dialectbenamingen ontwikkeld en net dit wordt het onderwerp van deze masterscriptie. De bedoeling van deze thesis is eigenlijk tweevoudig. In een eerste instantie willen we een aantal woordkaarten presenteren waarop de geografische verspreiding te zien is van de dialectwoorden. Ten tweede willen we een etymologisch artikel aanbieden dat het thema verkoudheid behandelt in de Zuid-Nederlandse dialecten. We zullen onder andere de verschillende dialectwoorden voor de symptomen van een verkoudheid beschrijven, namelijk hoesten, kuchen, fluimen en snottebellen. Dit onderzoek is een voortzetting of uitdieping van mijn bachelorpaper (De Clercq, Mochel, grochel, rochelen en spochelen: fluim en fluimen in de Zuid-Nederlandse dialecten, 29) dat de etymologie van de dialectwoorden voor de begrippen FLUIM en FLUIMEN OPGEVEN verklaart. Ook nu ontlenen we de methodologie aan het lexicografische project het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (zie volgende paragraaf). Dit project loopt al sedert 1972 aan de Universiteit Gent en heeft als doel om de Vlaamse dialectwoordenschat, gesproken voor 195, te inventariseren, te bewerken en vervolgens ook te publiceren. Met Vlaams bedoelen we hier in dialectologische zin het gebied van het oude Graafschap Vlaanderen, namelijk West- Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Zeeuws-Vlaanderen en Frans-Vlaanderen. De dialecten van de andere provincies van het huidige staatkundige Vlaanderen zijn reeds aan bod gekomen bij de twee zusterprojecten van het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (WVD in het vervolg), namelijk het Woordenboek van de Brabantse Dialecten (WBD in het vervolg) en het Woordenboek van de Limburgse Dialecten (WLD in het vervolg). Het eerste project werd afgerond in 25 en had als 6

7 doelgebied de provincies Vlaams-Brabant, Antwerpen en de Nederlandse provincie Noord-Brabant. Het WLD publiceerde zijn laatste aflevering in 28 en had als onderzoeksterrein Belgisch en Nederlands Limburg. Het WVD is nog niet af en er verschijnt ongeveer elk jaar een aflevering. Alle drie de projecten hanteren wel dezelfde werkwijze en hebben ook voor dezelfde indeling gekozen als het op de publicatievorm aankomt. De dialectwoordenschat is opgedeeld en gepubliceerd in drie grote delen: Landbouwwoordenschat, Vakwoordenschat en Algemene Woordenschat. Het thema dat wij hier zullen uitwerken, namelijk de dialectwoorden voor de begrippen VERKOUDHEID, VERKOUDEN, SNOTTEBEL, FLUIM, HOESTEN en KUCHEN, behoort tot het laatste onderdeel. De inhoud van deze paper zal er als volgt uitzien: na deze korte inleiding volgt een hoofdstuk over de methodologie die we gebruikt hebben om het materiaal te verzamelen en te bewerken. Ook de problemen die we bij deze werkwijze ondervonden hebben, zullen aan bod komen. Vervolgens bespreken we de concrete begrippen, namelijk VERKOUDHEID, VERKOUDEN, SNOTTEBEL, FLUIM, HOESTEN en KUCHEN. Daarbij geven we bij elk begrip eerst wat algemene informatie over onder andere de betekenis van het begrip en de opbouw van de paragraaf. Vervolgens bespreken we de geografische verspreiding van de verschillende trefwoorden op de dialectkaart en tenslotte geven we per begrip een overzicht van de verschillende benoemingsmotieven. 7

8 2. De methodologie 2.1. Bronnen Deze scriptie kon niet geschreven worden zonder de immense databank van dialectwoorden die reeds bestaat. We hebben namelijk een groot aantal trefwoorden nodig om een overzicht te krijgen van de dialectwoordenschat in het Zuid- Nederlandse gebied. Dit gebied beslaat vandaag zowel Franse, Vlaamse als Nederlandse provincies. Frans-Vlaanderen komt ongeveer overeen met het huidige Franse arrondissement Nord-Pas-de-Calais. In Vlaanderen hebben we het over West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant, Antwerpen en Limburg en in Nederland maken de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Nederlands Limburg deel uit van het Zuid-Nederlandse taalgebied. De gegevens uit de databank van het WVD, WBD en WLD kunnen ingedeeld worden in twee categorieën Eigen materiaal Ten eerste zijn er de vragenlijsten opgesteld door de redacteurs van het WVD. Men is hiermee in 1972 begonnen en de enquêtering is bijna voltooid. De laatste vragenlijsten zijn in februari 21 de deur uitgegaan. Het WVD is onomasiologisch opgezet. De vragenlijsten zijn dus zo opgesteld dat de informant een begripsomschrijving voorgelegd krijgt, waarvoor hij dan (eventueel) een dialectwoord kent en opschrijft. Het WVD kan sinds zijn begindagen rekenen op een 35-tal onbezoldigde informanten. Deze worden met uiterste zorg gekozen volgens een aantal criteria waar min of meer aan voldaan moet worden. De criteria kunnen in twee groepen opgedeeld worden, namelijk objectieve en subjectieve criteria. De eerste groep criteria houdt in dat de informant bij voorkeur geboren is voor 194, niet lang school gelopen heeft en zijn geboortedorp of stad nooit verlaten heeft. De beste informanten zijn dus vaak jong gepensioneerden, die nog nét genoeg kennis hebben van het dialect en die nog fris genoeg zijn om de vragen duidelijk in te vullen. 8

9 De subjectieve criteria houden onder meer in dat de informant een zeker introspectief vermogen met betrekking tot taal heeft; hij moet natuurlijk interesse tonen in het onderzoek, de informant moet sociaal vaardig zijn en hij moet in staat zijn om de vragen te lezen, te begrijpen en eventueel te beantwoorden. De sociale vaardigheden van de informant zijn vooral belangrijk als de redacteurs de gegevens mondeling gaan opvragen, wat meestal het geval is voor Frans-Vlaanderen. Daar kan de oudste generatie enkel nog Vlaams spreken. Haar dialect lezen en schrijven behoort niet (meer) tot de actieve kennis. De gegevens van het WVD voor ons onderzoek zijn afkomstig uit drie verschillende vragenlijsten, namelijk WVD 95 (1998), WVD 119 (1999) en WVD 123 (2). Voor het begrip VERKOUDHEID gaat het concreet over WVD 95 vraag 118: De aandoening die gepaard gaat met neusverstopping en de vorming van snot waardoor men dikwijls de neus moet snuiten Voor het begrip VERKOUDEN haalden we de gegevens eveneens uit WVD 95 vraag 118. De informanten beantwoordden deze vraag namelijk ook door een combinatie van een adjectief en het koppelwerkwoord zijn, zoals verkouden zijn. Deze bijvoeglijke naamwoorden hebben we dan opgenomen als dialectwoorden voor het begrip VERKOUDEN. De WVD-gegevens voor de snottebel zijn afkomstig uit twee verschillende vragenlijsten, maar de vraag die in beide lijsten gesteld wordt, is wel dezelfde. Het gaat concreet over de vragenlijsten WVD 95 vraag 7 en WVD 119: het lichaam 1 vraag 11. Beide vragenlijsten stelden de informanten de volgende vraag: Een slinger slijmerig vocht die bij kleine kinderen soms uit de neus hangt. Voor de concepten HOESTEN en KUCHEN haalden we de gegevens respectievelijk uit WVD 95 vraag 11 en WVD 123 vraag 16. Voor HOESTEN luidt de vraag: Welk geluid wordt er gemaakt als men verkouden is en de luchtwegen geprikkeld worden? Men moet dan... en de vraag voor het begrip kuchen is de volgende: Kuchen om de keel te schrapen?. De vraagstelling van het WVD vertoont een paar kleine gebreken. Voor bepaalde begrippen in deze scriptie is geen aparte vraag gesteld en dit resulteert in open plekken in het Vlaamse gebied op de dialectkaarten. Het begrip VERKOUDEN is hier een voorbeeld van. De gegevens van het WVD voor dit concept zijn afkomstig van de vraag naar de dialectwoorden voor de verkoudheid. In die vraag wordt dus naar 9

10 een substantief gevraagd, maar een aantal informanten antwoordden met een combinatie van een adjectief en een werkwoord, zoals verkouden zijn. Deze antwoorden hebben we onder het begrip VERKOUDEN geplaatst. Maar we komen hierop terug in paragraaf 4.2. In de toekomst kan het WVD in een speciale navraaglijst nog een aparte vraag stellen over het adjectief verkouden. De gegevens die we tot nog toe hebben voor het begrip VERKOUDEN, zijn overgenomen van een andere WVD-vraag of van oudere lexicografische projecten zoals de Zuidnederlandse Dialectcentrale (ZND in het vervolg). Daarnaast valt op dat het WVD een enkele keer met een suggestieve vraagstelling heeft gewerkt. De WVDvraag voor KUCHEN is hier een voorbeeld van, want in de vraag zelf wordt het werkwoord kuchen reeds gesuggereerd. Tot het eigen materiaal behoren ook nog de gegevens van de vragenlijsten opgestuurd door het WBD en het WLD tussen 196 en Deze gegevens zijn gelukkig al door de redacteurs van die projecten ingevoerd in een digitale databank en konden dus gemakkelijk overgeplaatst worden naar de website van het WVD, waar alle dialectwoorden voor onze begrippen samengebracht worden. We sluiten de eerste groep bronnen af met de licentiaatsverhandelingen, geschreven door studenten van de Universiteit Gent aan de Vakgroep Nederlandse Taalkunde. Net zoals voor mijn bachelorpaper (De Clercq, 29), heb ik de gegevens gehaald uit de verhandeling van Deborah De Moor (Benamingen van ziekten in de Oost- Vlaamse dialecten, 22) en Veerle Vantomme (Ziektenamen in de West-Vlaamse dialecten, 1999). Uit beide verhandelingen selecteerden we de gegevens uit vragen die peilden naar het begrip VERKOUDHEID. De gegevens voor deze verhandelingen werden mondeling opgevraagd bij een selectie van eigen informanten. De vraagstelling was ook onomasiologisch en dus heel concreet opgesteld Vreemd materiaal Naast het eigen materiaal, is er nog een tweede categorie bronnen. Die bestaat uit vroegere lexicografische projecten die ondernomen zijn in het Zuid-Nederlandse taalgebied. We sommen hier kort de belangrijkste op. Een van de voornaamste 1

11 bronnen zijn de vragenlijsten van de ZND, een project dat liep van 1922 tot Professor Grootaers, de bezieler van de ZND, wilde op basis van vragenlijsten een taalatlas opstellen en een aantal dialectwoordenboeken schrijven. Het is er echter nooit van gekomen. De vragenlijsten die voor deze masterscriptie van belang zijn, zijn de volgende: - voor het begrip VERKOUDHEID: ZND 34 vraag 7a "Ge zult een kou vatten" > een kou vatten en ZND 34 vraag 7b Ik ben verkouden. - voor het begrip VERKOUDEN: ZND 34 eveneens vraag 7a en 7b - voor het begrip HOESTEN: ZND A2 vraag 289 hoesten - voor het begrip KUCHEN: ZND 1 vraag 52 S kuchen en ZND 29 vraag 11 Zachtjes hoesten, kuchen Deze lijsten vertonen ook gebreken. De meeste vragen zijn namelijk suggestief opgesteld. Zo wilde men de informanten een handje toesteken om de eventuele dialectwoorden te vinden. Maar het gevaar is natuurlijk, dat de informant het gesuggereerde woord gewoon overschreef. Bijgevolg zijn deze gegevens eigenlijk minder betrouwbaar dan die van de WVD-vragen. We zijn dan ook voorzichtiger omgesprongen met de dialectwoorden opgetekend via dit project. Naast de ZND-lijsten zijn vooral de Amsterdamse Vragenlijsten van belang. Deze werden uitgestuurd door wat vandaag het Meertensinstituut wordt genoemd. Dit instituut heeft destijds de eerste dialectologische vragenlijsten in Nederlandstalig gebied opgestuurd. De vragen die we hieruit opgenomen hebben, zijn de volgende: - voor het begrip VERKOUDHEID: DC 27 vraag 31a: Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? Bv. "Ik ben verkouden", of: "ik heb een verkoudheid opgelopen", of: "ik heb een kou te pakken". Worden er ook uitdrukkingen gebruikt waarin "verkouden" of "verkoudheid" ontbreekt, als b.v.: "ik heb het te pakken"? Zo ja, welke? en DC 27 vraag 31b: Gebruikt men afzonderlijke uitdrukkingen voor zware en lichte verkoudheid? - voor het begrip VERKOUDEN: DC 27 vraag 31a 11

12 Bij deze vragen kunnen we ook een opmerking maken. Met vraag 31a bijvoorbeeld wordt de informant eigenlijk verschillende uitdrukkingswijzen gevraagd. Er wordt immers gevraagd naar een substantief, een adjectief én naar uitdrukkingen. Dit resulteert logischerwijs in verschillende, vaak uiteenlopende antwoorden die niet altijd het begrip VERKOUDHEID verwoorden. De adjectieven hebben we verplaatst naar het lemma VERKOUDEN; de uitdrukkingen zijn verwijderd uit de trefwoordenlijst van het lemma VERKOUDHEID. Een laatste belangrijke bron binnen het vreemde materiaal zijn de Luikse Vragenlijsten. Deze enquêtes zijn afgenomen tussen 1953 en 1956 door het Séminaire de philologie néerlandaise et de dialectologie flamande de l université de Liège. Er zijn zes vragenlijsten opgesteld, maar de eerste vijf komen volledig overeen met de Amsterdamse Vragenlijsten. De vragen waaruit wij geput hebben, zijn de volgende: - voor het begrip VERKOUDHEID: L5 vraag 31a Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? Bv.: "Ik ben verkouden", of: "Ik heb een verkoudheid opgelopen", of: "Ik heb een kou te pakken". Worden er ook uitdrukkingen gebruikt waarin "verkouden" of "verkoudheid" ontbreekt, als bv.: "Ik heb het te pakken"? Zo ja, welke? en L5 vraag 31b1: Gebruikt men afzonderlijke uitdrukkingen voor zware en lichte verkoudheid? Zware verkoudheid. en L5 vraag 31b2 : Gebruikt men afzonderlijke uitdrukkingen voor zware en lichte verkoudheid? Lichte verkoudheid. - voor het begrip VERKOUDEN: L5 vraag 31a - voor het begrip HOESTEN: L5 vraag 31a Voor het concept SNOTTEBEL halen we nog een laatste bron aan. Naast de gegevens van het WVD, WBD en WLD, die we al aangehaald hebben, werd dit begrip vervolledigd door dialectwoorden uit een Nijmeegse vragenlijst uitgestuurd door de Nijmeegse Centrale voor Dialect- en Naamkunde. Het gaat hier over N1 vraag 2: Een snottebel.(snotkeekel, snotkikkel, snotkiejke, snotneus, snottebrel) Ook hier is sprake van suggestieve vraagstelling. 12

13 De gegevens voor de Zeeuwse eilanden ten slotte zijn niet door middel van vragenlijsten van het WVD opgevraagd. Voor dit gebied konden we de gegevens halen uit het Woordenboek der Zeeuwse dialecten van dr. Ha. C. M. Ghijsen Een lemma maken Alle gegevens uit de voorgaande vragenlijsten worden binnen gehaald in de website die speciaal voor het WVD ontwikkeld is en zijn vervolgens onder de verschillende lemma s geplaatst. Een lemma kunnen we omschrijven als een verzameling van verschillende dialectwoorden die samengebracht zijn onder een overkoepelende benaming. De lemma s creëren gebeurt in de website die speciaal ontwikkeld is voor het WVD. Alle trefwoorden voor VERKOUDHEID, VERKOUDEN, SNOTTEBEL, HOESTEN en KUCHEN uit alle bronnen zijn verzameld onder het juiste lemma. De trefwoordenlijst voor het lemma FLUIM is reeds in mijn bachelorpaper verwerkt en ik heb ze nu gewoon overgenomen. Het resultaat hiervan zijn zes trefwoordenlijsten, waarvan vijf lijsten nog bewerkt moesten worden omdat ze trefwoorden bevatten die niet op hun plaats stonden. De belangrijkste oorzaak hiervan moeten we zoeken in de soms inconsequente en suggestieve vraagstelling van de verschillende projecten, behandeld onder paragraaf 2.1. De trefwoordenlijsten bevatten voorlopig al het ruwe materiaal, dat vervolgens bewerkt moest worden. Het ruwe materiaal moest namelijk opgeschoond worden tot een definitieve lijst, die als basis zal dienen voor het tekenen van een dialectkaart. Hoe dit opschonen gebeurt, wordt in de volgende paragraaf uiteengezet Het opschonen van de trefwoordenlijsten Nadat de gegevens binnengehaald waren, bevatten de verschillende lemma s een groot aantal trefwoorden. De oorspronkelijke lijst voor het lemma VERKOUDHEID bijvoorbeeld telde een 2-tal trefwoorden, KUCHEN bevatte er 142 en HOESTEN bevatte er 5. We hebben bij alle lemma s een aantal basisbewerkingen uitgevoerd zodat de lijsten er wat uniformer uit zagen. Bij de zelfstandige naamwoorden verkoudheid en snottebel bijvoorbeeld, werden grondwoord en het diminutief samen geplaatst: onder andere kou en koutje werd kou(tje), hoest werd hoest(je), snop werd 13

14 snop(je), bougie werd bougie(tje) en kaars werd kaars(je). Een andere bewerking die uitgevoerd werd, is het weglaten van de lidwoorden bij de zelfstandige naamwoorden, conform aan de methodologie van het WVD. Ook woorden mét en zonder tussenletter werden samengevoegd onder één trefwoord. We vinden een aantal voorbeelden hiervan onder het lemma SNOTTEBEL: koetnelles en koetenelles vormden samen koet(e)nelles en snotbel, snotsbel en snottebel werden samengevoegd onder snots-, snot(te)bel. Tenslotte werden de trefwoorden die naar ons inzicht een ander begrip benoemen, uit de lijst verwijderd, waaronder uitdrukkingen als rot als een mispel zijn onder hoesten en een puit in de keel hebben onder kuchen. Eenmaal deze basisbewerkingen achter de rug, kwamen de moeilijker bewerkingen aan bod. Trefwoorden waarvan we enige etymologische verwantschap vermoedden, werden allemaal onderworpen aan een etymologisch onderzoek opdat daarna die trefwoorden eventueel samen geplaatst konden worden. Dit gebeurde onder meer met buchelen en bochelen, die zowel onder het lemma HOESTEN als onder KUCHEN stonden. Voor buchelen vonden we in het WNT: zie bochelen II en bochelen III (WNT, SUB BUCHELEN). Buchelen is dus gewoon een uitspraakvariant van bochelen en daarom zijn buchelen en bochelen in de trefwoordenlijst samengevoegd onder bochelen. Andere varianten hebben we dan weer uit elkaar gehouden, omdat de verwantschap ertussen niet altijd even duidelijk was, of net omdat het aantal vormvarianten te groot was geworden om ze onder hetzelfde trefwoord te plaatsen. Zo hebben we kechen, kichen, kochen, koechen en kuchen uit elkaar gehouden, net als de frequentatieven kachelen, kechelen, koechelen en kuchelen. Specifieke problemen met de trefwoordenlijsten zullen per lemma behandeld worden Overzicht van de geraadpleegde etymologische werken Om de trefwoorden in verschillende categorieën volgens benoemingsmotief onder te verdelen, moest natuurlijk eerst grondig etymologisch onderzoek gedaan worden. 14

15 We hebben ons voor de indeling van de trefwoorden voornamelijk gebaseerd op een studie van Weijnen, Ziektenamen in de Nederlandse Dialecten (1995). Meer uitleg over deze studie volgt in hoofdstuk 3. Hieronder volgt een lijst van de etymologische (dialect)woordenboeken, die we naast het werk van Weijnen het meest geraadpleegd hebben. Een van de voornaamste bronnen is het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands (EWN in het vervolg), geschreven door onder andere Marlies Philippa, Frans Debrabandere en Arend Quak. Zij zijn specialisten inzake etymologie en hebben ervoor gezorgd dat dit woordenboek een zo volledig mogelijk overzicht biedt van de etymologie van het Nederlands. Het EWN is tevens het meest recente etymologische woordenboek: in december 29 is het vierde en laatste deel verschenen. Een andere vaste waarde die we geraadpleegd hebben, is het Etymologisch Woordenboek van Franck en Van Wijck (FVW in het vervolg). Naast deze grote werken hebben we ook informatie gehaald uit het Etymologisch dialectwoordenboek (1996) van Prof. A.A. Weijnen, het Etymologisch woordenboek van Van Dale (1997) (VD in het vervolg) en het Etymologisch Woordenboek van De Vries De Tollenaere (DVDT in het vervolg). Voor trefwoorden die streekgebonden zijn, hebben we informatie opgezocht in de verschillende idiotica en specifiek lokale woordenboeken. Hieronder volgt een lijst van die werken: Het West-Vlaamsch Idioticon van De Bo (188) Het Waasch Idioticon van Joos (189) Het Idioticon van het Antwerpsch dialect van Cornelissen en Vervliet ( ) (Corn.-Vervl. in het vervolg) Bijdrage tot een Hagelandsch Idioticon van Tuerlinckx (1886) Het Zuid-Oostvlaandersch Idioticon van Teirlinck ( ) Het Woordenboek der Zeeuwsche Dialecten van Ghijsen (1964) (WZD in het vervolg) Het Woordenboek van de Drentse dialecten van Kocks (1996) Het Gents Woordenboek van Lievevrouw-Coopman (195 1 en ) 15

16 Het Oost-Vlaams en Zeeuws-Vlaams etymologisch woordenboek van Debrabandere (25) (OVZV in het vervolg) Het West-Vlaams etymologisch woordenboek van Debrabandere (22) (WEW in het vervolg) Een laatste, heel vaak gebruikte bron is het Woordenboek der Nederlandse Taal (WNT in het vervolg). Dit canonieke werk is een proces van lange adem geweest. De eerste aflevering werd namelijk al gepubliceerd in 1864 en de laatste pas in In de verschillende hoofdstukken die volgen, verklaren we onder meer de verschillende benoemingsmotieven. Alle trefwoorden uit de lijst worden ingedeeld in een bepaalde categorie. Het criterium dat we toepassen om de volgorde van de motieven te behandelen, is frequentie. Eerst komt dus het benoemingsmotief aan bod dat van toepassing is op de meeste trefwoorden. De volgende categorieën zullen behandeld worden in de volgende paragraaf: de symptomatische motieven, de aetiologische motieven en tenslotte een subparagraaf waar we de trefwoorden samenbrengen waar we geen duidelijke etymologische informatie over gevonden hebben. 16

17 3. Het begrip verkoudheid 3.1. Algemeen Zoals vermeld in de inleiding, is een verkoudheid een ziekte die veroorzaakt wordt door een virus. Doordat er honderden varianten van dat virus bestaan, is een verkoudheid uiterst besmettelijk, vooral wanneer veel mensen samen zijn in kleine ruimtes, zoals wel vaker gebeurt in de winter. In eerste instantie zetten we de geografische verspreiding van de verschillende trefwoorden voor het lemma VERKOUDHEID uiteen. In tweede instantie behandelen we de verschillende benoemingsmotieven die gespeeld hebben bij het ontstaan van de dialectwoorden. Deze benoemingsmotieven kunnen we opsplitsen in symptomatische motieven en aetiologische motieven. Daarnaast plaatsen we enkele trefwoorden bijeen waarvan we geen bevredigende etymologische informatie konden vinden. Bij sommige trefwoorden zullen we de onomatopeïsche of klanksymbolische waarde toelichten. Maar voor we het kaartbeeld voor het lemma VERKOUDHEID beschrijven, volgt hier eerst een uiteenzetting over de verschillende overtuigingen / filosofieën die ten grondslag liggen aan de dialectwoorden voor onze begrippen. Hiervoor hebben we ons voornamelijk gebaseerd op de studie van Prof. Weijnen, namelijk Ziektenamen in de Nederlandse Dialecten (1995). In dit werk geeft hij een overzicht van de oude denkwijzen die aan de basis liggen van tal van dialectbenamingen voor verschillende ziekten. Hierbij maakt hij van het begin een duidelijk onderscheid tussen symptomatische motieven en aetiologische motieven. We zullen deze tweedeling behouden onder de paragraaf waar we de benoemingsmotieven concreet beschrijven. In de volgende alinea s geven we wat terminologische uitleg rond deze twee soorten benoemingsmotieven. Een eerste soort zijn de symptomatische motieven. In de pathologie of ziekteleer wordt onderzocht hoe een ziekte ontstaat en welk traject ze aflegt. Een onderdeel van de pathologie bestaat er bijgevolg in de symptomen van de ziekte te benoemen 17

18 en te onderzoeken. Deze symptomen worden wel eens gebruikt om de ziekte in het algemeen aan te duiden en net dit bedoelen we met symptomatische motieven. De motieven die van toepassing zijn op het begrip VERKOUDHEID, zijn de metonymie, de topografie, die motoriek, de klanknabootsing, de metafoor en roos. Deze motieven gaan we hier niet verder uitdiepen, want het zal verder uitgebreid beschreven worden onder paragraaf Bij de aetiologische motieven draait het allemaal rond het zoeken naar oorzaken van ziekten en niet naar symptomen ervan, zoals wel bij de pathologie gebeurt. Concreter worden de oorzaken van de ziekten gezocht in onder meer het bestaan van boze geesten, zielen van overledenen, de straffende God, heiligen, magie, verstoring van de wereldorde en verstoring van de lichaamsvochten. In de volgende alinea s worden enkele van deze oorzaken nader toegelicht. De demonologie is één van die overtuigingen die achter veel dialectbenamingen voor ziekten schuil gaat. Het geloof dat één of meerdere demonen de oorzaak van je ziekte is, bestaat al vele eeuwen. Die demonen manifesteren zich dikwijls onder meerdere vormen (Weijnen 1995: 65). Zo zijn er onder andere schietdemonen die zorgen voor een plotseling optredende en kortstondige pijn. Weijnen geeft hierbij het voorbeeld van een attaque of hartaanval. Slagdemonen veroorzaken dan weer een ernstige en eveneens plotselinge ongesteldheid. Een relict daarvan zien we in het tweede lid van het dialectwoord zonneslag. Daarnaast zijn er nog jachtdemonen en winddemonen. In het algemeen kunnen we zeggen dat demonen optreden wanneer je plotseling ziek wordt en wanneer je ziekte je veel pijn bezorgt of in extreme gevallen zelfs de dood of verlamming tot gevolg heeft. Maar ook een ziekte waar een lang aftakelingsproces bij hoort, wordt wel eens aan een demon toegeschreven (Weijnen 1995: 63). Weijnen geeft hiervoor het voorbeeld van tuberculose. Daarnaast speelt de theologie ook wel eens een grote rol in het benoemen van ziekten (Weijnen 1995: 125). De mensen zagen en zien soms nog steeds hun ziekte als een straf van de goden voor de zonden die ze begaan hadden / hebben. Deze overtuiging is reeds aanwezig bij de Grieken en de Romeinen. Bij de opkomst van het christendom heeft de Kerk het concept van straffende goden overgenomen van oudere culturen en geïntegreerd in haar eigen cultuur. Het geloof dat de goden hun 18

19 onderdanen straffen, dat aanwezig is in verschillende religies en culturen, heeft hier dus een christelijke laagje gekregen. Ook de elementenleer gaat al vele eeuwen mee (Weijnen 1995: 154). Ze vindt min of meer haar oorsprong bij Thales en andere presocratische filosofen (zevende tot vijfde eeuw voor Christus). Deze Griekse filosoof was ervan overtuigd dat water aan de oorsprong van alle dingen ligt, dat water de oerstof is waaruit alles verder is ontsproten. Een collega van hem, Anaximenes, geloofde dat het de lucht was die aan de basis van alles lag. Rond dezelfde periode kwam Heraclitus, die ervan overtuigd was dat het niet water of lucht, maar wel vuur was die alles deed ontstaan. Samen met de aarde vormen ze dus de vier elementen waaruit de wereld volgens de elementenleer is opgebouwd. Nu werden aan die vier elementen evenveel eigenschappen gekoppeld: water komt overeen met nat, lucht met koud, vuur met heet en aarde met droog. Uit die elementenleer is later een filosofie gegroeid die enkel betrekking heeft op het menselijk lichaam, namelijk de humoraalpathologie. De humoraalpathologie betreft vooral het menselijke lichaam, terwijl dit niet altijd het geval is bij de elementenleer (Weijnen 1995: ). De ontwikkeling van deze theorie wordt meestal toegeschreven aan Hippocrates van Kos, de stichter van de wetenschappelijk gefundeerde geneeskunde. Hij stapte af van het idee dat een ziekte een straf van de goden is. Hij stelde daarentegen dat er in het lichaam vier vochten aanwezig zijn: bloed, slijm, gele gal en zwarte gal. Wanneer er een onevenwichtige verhouding is tussen de vier vochten, dan word je ziek. Niet alleen lichamelijke ziekten, maar ook geestelijke ziekten werden of worden dikwijls verklaard door een verstoring van het evenwicht tussen de vier lichaamsvochten. Weijnen geeft zelf het voorbeeld van de frenesie (bezetenheid), die wordt verklaard door een overwicht van de gele gal (Weijnen 1995: ). De vochtenleer ligt daarnaast aan de oorsprong van de temperamentenindeling, die het karakter van een persoon bepaalt. Het overwicht van een van de vier vochten bepaalt dus je karakter. De karaktertrekken waar het over gaat zijn: sanguinisch (bloed), flegmatisch (water), cholerisch (gele gal) en melancholisch (zwarte gal). 19

20 De toepassing van deze theorieën op de verschillende dialectwoorden voor het begrip VERKOUDHEID wordt beschreven onder paragraaf 3.3, waar we de concrete trefwoorden indelen volgens de verschillende categorieën van benoemingsmotieven plaatsen. Maar eerst bespreken we in de volgende paragraaf de geografische verspreiding van de verschillende trefwoorden Het kaartbeeld De definitieve trefwoordenlijst van het lemma VERKOUDHEID (cf. bijlage 1) bevatte 61 types of verschillende trefwoorden (in totaal 315 tokens). Dit resultaat vormde de basis voor het tekenen van onze dialectkaart. Deze trefwoordenlijst werd gegenereerd in het programma Mapinfo, dat automatisch een kladkaart tekende. Dit houdt in dat alle trefwoorden met drie of meer tokens weergegeven worden op een grondkaart van het huidige Zuid-Nederlandse taalgebied. Hier moesten vervolgens een aantal bewerkingen op uitgevoerd worden. Het is namelijk de uiteindelijke bedoeling om etymologische én morfologische verwantschappen te zien tussen lexemen en om die weer te geven door de keuze van het teken en van de kleur. De uiteindelijke dialectkaart is te vinden op de volgende pagina. Op de kaart zijn een aantal interessante gebiedsvormingen rond bepaalde trefwoorden te zien. Enkele woorden komen bijna over het gehele gebied voor. Kou(tje) bijvoorbeeld is het wijdst verspreid. Het wordt gebruikt over het gehele Zuid- Nederlandse taalgebied, met uitzondering van de Nederlandse provincie Zeeland, de provincie West-Vlaanderen en Frans-Vlaanderen. In West-Vlaanderen is wel een concentratie rond het verwante koude waar te nemen. Welke dialectwoorden in Zeeland en Frans-Vlaanderen in omgang zijn voor een verkoudheid, lezen we hieronder. Naast kou(tje) is (snot)valling het vaakst voorkomende trefwoord. Ook dit is over het volledige gebied verspreid, maar wel in veel mindere mate in de Nederlandse provincies Noord-Brabant en Limburg. Daar zijn maar enkele attestaties van het trefwoord te vinden. 2

21 verkouderigheid v e r k o u d e r d h e i d v e r k o u d h e i d v e r k o u d h e i d VERKOUDHEID (snot)valling sneuvering verkou(d)erdheid verkou(d)endheid koude kou(tje) verkoudigheid verkoudheid verhitting snot snop(je) keld sneuverik snotneus klets

22 Zoals we net vermeld hebben, zien we dat bepaalde trefwoorden een mooie geografische verspreiding kennen. Een van de duidelijkste voorbeelden is waarschijnlijk het trefwoord snop(je). Het komt namelijk uitsluitend voor in Nederlands Limburg en is vooral sterk geconcentreerd in het zuiden van die provincie. Daarnaast vormt er zich in het westen van Zeeuws-Vlaanderen een mooi gebied rond verhitting. In het Waasland vervolgens, vormen de morfologische varianten sneuverik en sneuvering een mooi geografisch gebiedje. Gaan we meer naar het noorden, in Zeeland dus, dan zijn daar twee morfologische varianten van verkoudheid, namelijk verkou(d)erdheid en verkou(d)endheid waar te nemen. Het eerste kent ook een aantal attestaties in Frans-Vlaanderen. Een laatste trefwoord dat we hier nog willen vermelden, is klets. Dit trefwoord komt voornamelijk voor in het oosten en in het noorden van het Zuid-Nederlandse taalgebied. Concreet komt klets voor in de provincies Belgisch Limburg, Nederlands Limburg en Noord-Brabant Benoemingsmotieven van de dialectwoorden Symptomatische motieven In deze subcategorie bespreken we alle trefwoorden die op de een of andere wijze veeleer een symptoom van de ziekte aanduiden. De motieven die hier verder aan bod komen, zijn de metonymie, de topografie, de motoriek, de klanknabootsing, de metafoor en ten slotte roos. De indeling in deze categorieën steunt op de studie van Weijnen, Ziektenamen in de Nederlandse Dialecten (1995). We hebben echter soms een paar kleine aanpassingen aangebracht in de volgorde van de motieven, omdat de indeling van de trefwoorden dan logischer overkwam. We sommen de verschillende motieven op volgens volgorde van frequentie en beginnen bij de metonymie. 21

23 De metonymie De metonymie is een stijlfiguur waarmee een object beschreven wordt aan de hand van een kenmerk van dat object. Er hoeft bij een metonymie geen rechtstreekse overeenkomst meer te zijn tussen het beeld en het object waarnaar het verwijst, maar er moet wel nog sprake zijn van een bepaalde relatie. Een gemakkelijk voorbeeld om dit te illustreren is de zin 'Ik tel twaalf koppen'. De koppen staan voor volledige personen, die hier worden aangeduid door een deel van het lichaam. Deze categorie van de metonymie noemen we ook wel eens een pars pro toto of een deel voor het geheel. Onder deze eerste subcategorie van de symptomatische motieven kunnen vijftien van de eenenzestig trefwoorden geplaatst worden. Het vaakst voorkomende trefwoord in deze categorie is snot met 25 tokens. Geografisch gezien is het verspreid over het gehele Zuid-Nederlandse taalgebied. Morfologisch gezien is het een ablautende vorm van het werkwoord snuiten (WNT, SUB SNOT). Snot hoort hier thuis omdat het de ziekte 'verkoudheid' benoemt door middel van één van de symptomen ervan, namelijk slijmvorming in de neus. Snotneus (7 hits) kunnen we hier meteen mee verbinden. Deze samenstelling van de twee zelfstandige naamwoorden snot en neus (WNT, SUB SNOTNEUS) benoemt, net zoals het vorige trefwoord, een verkoudheid door een symptoom van de ziekte aan te duiden. De ontsteking van de neusslijmvliezen met vorming van snot tot gevolg slaat hier dus op een verkoudheid in het algemeen. Snotfok (één token) hoort hier eveneens thuis. Het is geattesteerd in het Noord-Brabantse Reusel en is morfologisch gezien een samenstelling van snot en fok. Het tweede lid van deze samenstelling duidt oorspronkelijk op het driehoekige zeil aan de voorkant van een boot, maar in snotfok wordt het metaforisch gebruikt voor een '(grote) neus' (WNT en EWN, SUB FOK). Dit trefwoord betekent dus 'snotneus' en benoemt dus ook een symptoom van een verkoudheid. Bij hoest(je) (6 tokens) kunnen we niet echt van gebiedsvorming spreken. Het komt enkele keren voor in de provincie Antwerpen en in Nederlands Limburg. Oorspronkelijk is dit een klanknabootsend woord om een hoestgeluid aan te duiden. Bewijzen hiervoor zijn onder meer te vinden in het EWN (SUB HOEST). Daar staat dat het waarschijnlijk oorspronkelijk een hoestnabootsend klankwoord is. Ook in het 22

24 WNT (SUB HOEST) wordt hoest(je) omschreven als het geluid dat ontstaat wanneer, onder een meer dan gewonen luchtaandrang uit de borst, de dicht aaneengesloten stembanden eensklaps met kracht opengaan. Waarom dit trefwoord thuishoort onder de categorie metonymie, hoeven we waarschijnlijk niet in het lang en het breed uit te leggen. Zoals we in de inleiding namelijk al uiteen hebben gezet, is hoesten één van de symptomen van een verkoudheid. Verstopte kop, met drie tokens in de trefwoordenlijst opgenomen, vormt een klein gebiedje in het zuiden van Noord-Brabant en is ook een symptoom van een verkoudheid. Eigenlijk gaat het hier over het drukkend gevoel dat veroorzaakt wordt door een verstopping van de neus. Daardoor worden je sinussen verhinderd en krijgt je volledige hoofd een zwaar gevoel. Over het trefwoord plodje (2 tokens) geven de verschillende etymologische woordenboeken meestal dezelfde uitleg. Dat dit trefwoord oorspronkelijk een klanknabootsend karakter heeft, wordt door alle geraadpleegde woordenboeken bevestigd. Over de betekenis van het woord vonden we het volgende. In het WNT (SUB PLOD) lezen we als derde betekenis voor plod: Als benaming voor een ziekte, inzonderheid voor influenza. De overgang der beteekenis is niet duidelijk. In het Etymologisch Dialectwoordenboek van Weijnen vervolgens vinden we bij ploddeken gewoon de betekenis 'influenza' zonder enige verduidelijking. Ook het Antwerpsch Idioticon (SUB PLODDEKE(N) ) komt niet verder dan deze uitleg. Voor de precieze betekenis van plodje, niet als dialectwoord voor griep, maar als dialectwoord voor een verkoudheid, schuiven we hier een eigen hypothese naar voor. We baseren ons hiervoor op mijn bachelorpaper (De Clercq, 29). Een aantal dialectwoorden voor de fluim hadden, net als plodje trouwens, als basisbetekenis 'vod, lor, lap'. Abstraheren we deze betekenis, dan krijgen we 'iets dat met een zekere kracht neergesmeten wordt op de grond'. Als we dit nu toepassen op plodje, dan kan ook dit dialectwoord een fluim aanduiden en laat net dat ook een symptoom van een verkoudheid zijn. In de betekenis van fluim kunnen we dit trefwoord dus metonymisch voor een verkoudheid beschouwen. Voor we verdergaan, bespreken we nog even de klanksymbolische waarde van de beginmedeklinkers pl- in plodje. Kort samengevat symboliseert de occlusief [p] een krachtige beweging (De Vooys 1967:43 en De Vooys 1942: 125), terwijl de likwied [l] het vloeiende karakter van de 23

25 beweging onderlijnt. Gecombineerd symboliseren de beginmedeklinkers pl- in plodje dus een krachtige, maar tegelijk vloeiende beweging. Pips en pip, respectievelijk twee en één tokens, vormen niet echt een samenhangend gebied. Pip is opgetekend in het westen van Noord-Brabant, terwijl pips geattesteerd is in het oosten van die provincie én in het uiterste zuiden van Nederlands Limburg. Het zijn oorspronkelijk afleidingen van het Latijnse pituita, wat 'slijm, verkoudheid' betekent. In de etymologische woordenboeken lezen we dat er verwante betekenissen zijn voor deze twee dialectwoorden. In het Etymologisch Woordenboek van Van Dale (SUB PIP) staat er: snot, slijm, de pip en (SUB PIPS) lezen we: van pip. De Vries en De Tollenaere omschrijven pip als een slijmig vocht, bij Cornelissen Vervliet (SUB PIP) vinden we kroep, keelontsteking en bij Lievevrouw Coopman staat er onder papeie: van pip, vogelstront. In Ghijssen haar Woordenboek der Zeeuwsche Dialecten staat er onder pip als uitleg: hoenderziekte. Het WNT (SUB PIP) geeft ons de volgende informatie: Eene ziekte van hoenders en andere vogels, waarbij zich een dik slijm afscheidt in de neusholte en soms ook de tong verhard wordt; snotziekte Pip en pips duiden dus een ziekte aan die zowel bij gevogelte als bij mensen kan toeslaan. Bij beide groepen is er namelijk sprake van slijmvorming in de neusholten en bij beide groepen kunnen we dus de betekenis 'snot' toepassen. En zoals we reeds bij dat trefwoord hebben gezien, wordt snot metonymisch gebruikt voor een verkoudheid. Bijgevolg kunnen we dit ook van pip en pips zeggen. Het trefwoord fleer komt slechts twee keer voor in de trefwoordenlijst. Dit woord is in Mechelen ook geattesteerd als dialectwoord voor de fluim (De Clercq 29: 26). Door die betekenis van 'fluim' kan fleer dus vervolgens metonymisch gebruikt worden om een verkoudheid aan te duiden. Oorspronkelijk zouden we hier met een klanknabootsing te maken hebben (WNT, SUB FLEER) die klap betekent. De meeste etymologische woordenboeken leggen echter de nadruk op de klanksymbolische waarde van de consonantencluster fl- (EWN, VD, DVDT, WEW, SUB FLEER en OVZV, SUB FLERE). De Vooys vermeldt in zijn artikel dat deze foneemverbinding een soort 24

26 vloeiing verwoordt en in de betekenis fluim is dit zeker van toepassing op fleer (De Vooys 1942: 139). Huivering is slechts éénmaal geattesteerd en morfologisch gezien is het een afleiding van het werkwoord huiveren, dat dikwijls als een klanknabootsing wordt aanzien (EWN en VD, SUB HUIVEREN). We kunnen dit trefwoord eigenlijk ook in verband brengen met de elementenleer die behandeld zal worden onder paragraaf De afkoeling of juist de opwarming van het menselijk lichaam kan namelijk de rillingen veroorzaken. We plaatsen het echter onder deze paragraaf omdat huiveringen ook een kenmerk is voor andere ziekten, die dan weer niets met deze elementenleer te maken hebben. Nu volgen vier trefwoorden met elk maar één attestatie; we behandelen ze in koppels. De benamingen neusontsteking en neuzeverstoppingen zijn morfologisch gezien twee samenstellingen. Ze verwoorden als het ware wat het virus met je doet eenmaal het je lichaam binnengedrongen is. Het zorgt er namelijk onder andere voor dat je neusslijmvliezen ontstoken raken. Hierdoor krijg je het gevoel dat je neus verstopt is, dat je niet of amper door je neus kan ademhalen en je kan er ook nasaal door gaan spreken. Het volgende koppel heeft ook een aanknopingspunt met mijn bachelorpaper (De Clercq, 29:24). Klad en klap (beide 1 token) slaan namelijk in de eerste plaats op de fluim, het slijmerig vocht dat zich ophoopt in de keelholte. Deze trefwoorden zijn dus eerst dialectwoorden voor de fluim, om daarna metonymisch voor de verkoudheid gebruikt te worden. Oorspronkelijk zijn klad en klap van klanknabootsende aard en betekenen iets als brok van iets dat bevuilen kan (Teirlinck, SUB KLAD). Bovendien hebben beide trefwoorden een klanksymbolische waarde (DVDT, VD, EWN en WNT, SUB KLAD en SUB KLAP). De beginmedeklinkers kldragen een gelijkaardige symbolische waarde als de consonantencluster pl- in plodje. De consonantencluster kl- verwoordt namelijk ook een krachtige, maar vloeiende beweging (De Vooys 1967: 43 en De Vooys 1942: 139). Het laatste trefwoord onder de categorie metonymie is strengel en komt maar één keer voor in Vliermaal (Belgisch Limburg). Dit trefwoord is eveneens opgetekend als 25

27 dialectwoord voor de fluim (De Clercq 29: 31). In deze betekenis kan het dus metonymisch gebruikt worden om een verkoudheid aan te duiden. In het WNT (SUB STRENGEL II ) wordt verder verwezen naar 'strangeljoen', waar we het volgende lezen: zekere veeziekte, gekenmerkt door benauwenis in de keel; goedaardige droes. Droes is eigenlijk een ziekte die specifiek bij paarden voorkomt en die gepaard gaat met de ontsteking van de slijmvliezen, wat snotvorming tot gevolg heeft (WNT, SUB DROES II ). Net als bij pip en pips, kunnen we hier spreken van verwante betekenissen: strengel duidt een ziekte aan die zowel bij paarden en runderen als bij mensen voorkomt Topografie Een tweede symptomatisch benoemingsmotief volgens Weijnen is de topografie. Het woord heeft niets te maken met aardrijkskundige plaatsen, zoals overigens wél het geval is in de nosologie (een tak van de geneeskunde die zich bezighoudt met de classificatie van de verschillende ziekten) met bijvoorbeeld de Spaanse pokken. Met topografie bedoelen we hier de plaatsaanduiding op of in het lichaam waar de ziekte toeslaat of waar je pijn hebt. Een prototypisch voorbeeld hiervan is hoofdpijn. De trefwoorden die hieronder thuishoren, duiden ook allemaal aan waar de pijn toeslaat of waar de ziekte zich manifesteert. Zes van de eenenzestig trefwoorden voor verkoudheid kunnen we classificeren onder de noemer topografie. Vier ervan zijn morfologische varianten van elkaar en worden samengenomen. Net zoals in de vorige paragraaf komen ook hier de trefwoorden aan bod in volgorde van dalende frequentie. Met negen hits is sinusite de koploper in de categorie topografie. Oorspronkelijk is dit een ontlening van het Latijnse sinusitis en deze benaming wordt vandaag ook gebruikt in de medische wereld. In feite duidt sinusitis een veel concretere ziekte aan dan het algemenere verkoudheid. Sinusitis kan namelijk voortvloeien uit een gewone verkoudheid, maar dat is niet altijd het geval. De ontsteking van de neusslijmvliezen bij een gewone verkoudheid kan ervoor zorgen dat de sinusholten dichtslibben en ontsteken. Dan is er sprake van sinusitis. Door het relatief hoog aantal hits besloten we om sinusite in de trefwoordenlijst te laten staan. Bij dit trefwoord hebben we te 26

28 maken met een verdoffing van de auslaut: van itis tot ite. Sinusite hoort thuis onder deze categorie omdat in het woord de plaats wordt aangeduid waar de ziekte zich manifesteert. Het is namelijk een ontsteking van de sinusholtes en wordt net als een verkoudheid veroorzaakt door een virus. Het gevolg van deze ontsteking is dat men een dikwijls een drukkend gevoel heeft over het hele hoofd, soms met lichte koorts en verstopping van de neus. De lege sinusholtes dienen om je hoofd in evenwicht te houden en als dat evenwicht verstoord is door de ontsteking, dan voelt je hoofd heel zwaar aan. Bronchite is ook een ontlening, maar ditmaal van het Latijnse bronchitis, dat terug gaat op het Griekse grondwoord broghia en het suffix itis (VD, SUB BRONCHITIS). De uitleg uit de vorige alinea is hier ook geldig: bronchitis is eigenlijk een specifiekere term dan het algemenere verkoudheid, maar voor dezelfde reden als bij sinusite hebben we het toch maar opgenomen in de definitieve trefwoordenlijst. Het specifiekere ligt hierin, dat bronchitis een ontsteking van de bronchiën of luchtpijptakken is, waardoor je vooral veel moet hoesten. De andere symptomen van een verkoudheid komen hier niet of amper aan te pas. Maar ook hier zorgt de plaatsaanduiding in bronchite ervoor dat het trefwoord in deze categorie is opgenomen. De vier overige trefwoorden nemen we samen omdat het eigenlijk gewoon morfologische varianten van elkaar zijn. Fleuris (twee hits), fleurus (één hit), fluus (één hit) en floris (één hit) zijn net als de vorige dialectwoorden ontleningen. Ze zijn afkomstig van het Klassiek Latijnse pleuritis en dit is dan weer overgenomen van het Grieks, waar het een afleiding is van pleura zijde van een man met het suffix itis (EWN, SUB PLEURIS). Met fleuris, fleurus en floris hebben we echter te maken met samengetrokken vormen die reeds in de Middelnederlandse fase zijn ontstaan. Nog een verandering die in de loop van de tijd doorgevoerd is, is de wisseling in de anlaut van pl- naar fl-. In de vorm fluus hebben we bovendien te maken met de syncope (wegval van een consonant in de inlaut) van de r. Deze vier vormen horen thuis in deze categorie omdat ook zij de plaats aanduiden waar de ziekte toeslaat of waar men pijn heeft. Ze worden namelijk wel eens beschreven of verklaard door zijdewee of pijnlijke aandoening in de zij (OVZV, VD, DVDT en De Bo, SUB PLEURIS). Dit is dan verder geëvolueerd naar de huidige 27

Inleiding Symptomen Werking van de neus

Inleiding Symptomen Werking van de neus VERKOUDHEID 202 Inleiding U komt op de polikliniek Keel-, Neus- en Oorheelkunde, omdat u last heeft van verkoudheid. Verkoudheid is een ontsteking van het slijmvlies in uw neus, bijholten en uw keel. Verkoudheid

Nadere informatie

Verstopte neus, zwelling & hoofdpijn

Verstopte neus, zwelling & hoofdpijn Verstopte neus, zwelling & hoofdpijn Wat kan je doen als alles dichtzit in je hoofd? Vind dag en nacht verlichting Zit alles dicht daarboven? Een verstopte neus? Gezwollen neusslijmvliezen? En soms nog

Nadere informatie

Een verkoudheid? Acupunctuur kan helpen. Kou vatten

Een verkoudheid? Acupunctuur kan helpen. Kou vatten Een verkoudheid? Acupunctuur kan helpen Kou vatten Het overkomt ieder wel eens door koude te worden gevat. In de volksmond noemt men dit een verkoudheid. Eigenlijk is het een aanval van een virus op de

Nadere informatie

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS?

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS? AANTEKENINGEN Alles draait om de visie op Jezus Christus. Door de eeuwen heen is er veel discussie geweest over Jezus. Zeker na de Verlichting werd Hij zeer kritisch bekeken. De vraag is waar je je op

Nadere informatie

In maart 2012 vond in Aalter de vierde Vlaamse Dialectendag van

In maart 2012 vond in Aalter de vierde Vlaamse Dialectendag van 118 Overgangsdialecten op de kaart In maart 2012 vond in Aalter de vierde Vlaamse Dialectendag van Variaties vzw plaats, met als thema Overgangsdialecten. Onderstaande tekst is een samenvatting van de

Nadere informatie

Verstopte neus, zwelling & hoofdpijn

Verstopte neus, zwelling & hoofdpijn Verstopte neus, zwelling & hoofdpijn Wat kan je doen als alles dichtzit in je hoofd? Vind dag en nacht verlichting Zit alles dicht daarboven? Een verstopte neus? Gezwollen neusslijmvliezen? En soms nog

Nadere informatie

DOPEN. Th ema s N i e u w L e v e n M a as tri ch t. Geloven = dopen

DOPEN. Th ema s N i e u w L e v e n M a as tri ch t. Geloven = dopen Th ema s N i e u w L e v e n M a as tri ch t DOPEN Geloven = dopen Op veel plekken in de bijbel wordt gesproken over dopen. Maar als je onbekend bent met dopen, waar moet je dan beginnen? We hopen dat

Nadere informatie

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag De probleemstelling is eigenlijk het centrum waar het werkstuk om draait. Het is een precieze formulering van het onderwerp dat je onderzoekt. Omdat de probleemstelling

Nadere informatie

GRIEPVACCINATIE 2012. Waardoor komt het? Wat zijn de verschijnselen? Adviezen

GRIEPVACCINATIE 2012. Waardoor komt het? Wat zijn de verschijnselen? Adviezen GRIEPVACCINATIE 2012 De griepprik zal dit jaar op woensdag 14 november worden gegeven, tussen 15 en 18 uur. Mensen die ervoor in aanmerking komen krijgen ongeveer 2 weken van tevoren een uitnodiging toegestuurd.

Nadere informatie

Zwangerschap en vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A (H1N1) ZO HOUDEN WE GRIP OP GRIEP

Zwangerschap en vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A (H1N1) ZO HOUDEN WE GRIP OP GRIEP Zwangerschap en vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A (H1N1) ZO HOUDEN WE GRIP OP GRIEP Zwangerschap en vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A (H1N1) Nieuwe Influenza A, ook wel Mexicaanse griep genoemd, geeft

Nadere informatie

Benamingen voor gierig en gierigaard in de Zuid-Nederlandse dialecten: een onomasiologisch en semasiologisch onderzoek

Benamingen voor gierig en gierigaard in de Zuid-Nederlandse dialecten: een onomasiologisch en semasiologisch onderzoek Benamingen voor gierig en gierigaard in de Zuid-Nederlandse dialecten: een onomasiologisch en semasiologisch onderzoek Promotor: Professor Magda Devos Cleo Vandenbosch Academiejaar 2008-2009 Master Taal-

Nadere informatie

Doorbraak in onderzoek naar ME

Doorbraak in onderzoek naar ME Doorbraak in onderzoek naar ME Gezaghebbende Amerikaanse overheidsinstanties hebben opnieuw bij MEpatiënten een virus aangetroffen. Al eerder berichtte EenVandaag over de ontdekking van het XMRV-virus

Nadere informatie

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw

Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Latijn en Grieks in de 21ste eeuw Kiezen voor Latijn en/of Grieks? Als leerling in het laatste jaar van de basisschool sta jij voor een belangrijke keuze. Welke studierichting moet je gaan volgen in het

Nadere informatie

Maatschap Keel-, Neus-, en Oorheelkunde. Brok in de keel

Maatschap Keel-, Neus-, en Oorheelkunde. Brok in de keel Maatschap Keel-, Neus-, en Oorheelkunde Algemeen Deze folder geeft u informatie over een brok in de keel. Diaconessenhuis Leiden Klachten Een brokgevoel in de keel komt vaak voor. Veel mensen zijn hierover

Nadere informatie

Bronchiolitis bij kinderen

Bronchiolitis bij kinderen Kindergeneeskunde Bronchiolitis bij kinderen i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Algemeen Uw kind is opgenomen in het ziekenhuis omdat het een ontsteking van de kleine luchtwegen heeft. Lang niet

Nadere informatie

2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) 2.5 a Werkcollege met werkstuk (en presentatie) datum:

2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) 2.5 a Werkcollege met werkstuk (en presentatie) datum: 2.5 Seminar Literatur- und Sprachwissenschaft (3. und 4. Semester) Die Arbeit mit dem Sprachtagebuch dient in den Seminaren Literatur- und Sprachwissenschaft zur Vertiefung und Erweiterung der erworbenen

Nadere informatie

Werkstuk gemaakt door Naomi Buur!

Werkstuk gemaakt door Naomi Buur! Werkstuk gemaakt door Naomi Buur! Hoofdstuk 1: Voorwoord blz. 1 Hoofdstuk 2: Geschiedenis blz. 2 Hoofdstuk 3: Het vervolg van de Spelen blz. 3 Hoofdstuk 4: De moderne Spelen blz. 4 Hoofdstuk 5: Olympische

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 7. 1. Medische achtergrondkennis 9 - Anatomie en fysiologie 10 - Ziektebeelden 17

Inhoud. Inleiding 7. 1. Medische achtergrondkennis 9 - Anatomie en fysiologie 10 - Ziektebeelden 17 Inhoud Inleiding 7 1. 9 - Anatomie en fysiologie 10 - Ziektebeelden 17 2. Zorgvraag verhelderen 23 - Recepten 24 - Zelfzorgvragen 30 3. Geneesmiddelen 37 - Medicijnen tegen griep en verkoudheid 38 - De

Nadere informatie

Neus correctie 2012. Aanleiding. Intake gesprek. Stap 1: Wat gaan we doen

Neus correctie 2012. Aanleiding. Intake gesprek. Stap 1: Wat gaan we doen Neus correctie 2012 Aanleiding Al een tijdje heb ik last van mijn neus. Als kind van een jaar of 5 kreeg ik een schep tegen mijn neus, wat er waarschijnlijk voor heeft gezorgd dat mijn neus brak. Als kind

Nadere informatie

Longontsteking Behandeling via het zorgpad

Longontsteking Behandeling via het zorgpad Longontsteking Behandeling via het zorgpad Albert Schweitzer ziekenhuis februari 2014 pavo 1043 Inleiding U bent in het ziekenhuis opgenomen met een longontsteking. Dit wordt ook wel een pneumonie genoemd.

Nadere informatie

Klas 4 mavo. Werkstuk ontwikkelingsland hoofdstuk 7 Pagina 1

Klas 4 mavo. Werkstuk ontwikkelingsland hoofdstuk 7 Pagina 1 Klas 4 mavo Werkstuk ontwikkelingsland hoofdstuk 7 Pagina 1 Praktische opdracht economie klas 4 Ontwikkelingslanden Dit PO is een vervolg op hoofdstuk 7. We hebben het in hoofdstuk 7 gehad over het geld

Nadere informatie

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan 1. Globaal lezen a. Lees eerst altijd een tekst globaal. Dus: titel, inleiding, tussenkopjes, slot en bron. b. Denk na over het onderwerp,

Nadere informatie

De termen kunnen de documenten terugvindbaar maken, maar de termen zijn niet geschikt om de documenten op onderwerp op te bergen.

De termen kunnen de documenten terugvindbaar maken, maar de termen zijn niet geschikt om de documenten op onderwerp op te bergen. 1. Inleiding Voor u ligt de eerste editie van de thesaurus van termen op het gebied van antroposofie, vrijeschool onderwijs, begeleiding van het vrijeschoolonderwijs en verwante onderwerpen die is ontwikkeld

Nadere informatie

Het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (WVD) Symposium Zooëgezeed St.-Niklaas 17 mei 2019

Het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (WVD) Symposium Zooëgezeed St.-Niklaas 17 mei 2019 Het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (WVD) Symposium Zooëgezeed St.-Niklaas 17 mei 2019 Prof. dr. Jacques Van Keymeulen Faculteit Letteren en Wijsbegeerte UGENT Vakgroep Taalkunde Nederlands 1 Structuur

Nadere informatie

Zorg voor eigen stem

Zorg voor eigen stem Zorg voor eigen stem Afdeling keel-, neus- en oorheelkunde Veel mensen die hun stem dagelijks (professioneel) gebruiken hebben nog weinig inzicht in de functie van de stem: om stemproblemen te voorkomen

Nadere informatie

Hoesten, niezen en neus snuiten in papieren zakdoekje. Zakdoekje direct weggooien. Handen wassen met water en zeep. ZO HOUDEN WE GRIP OP GRIEP

Hoesten, niezen en neus snuiten in papieren zakdoekje. Zakdoekje direct weggooien. Handen wassen met water en zeep. ZO HOUDEN WE GRIP OP GRIEP Hoesten, niezen en neus snuiten in papieren zakdoekje. Zakdoekje direct weggooien. Handen wassen met water en zeep. ZO HOUDEN WE GRIP OP GRIEP Lees deze brochure aandachtig. In deze brochure staat praktische

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Medisch-Sociale Wetenschappen Optie Beheer & Beleid Academiejaar 2003-2004

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Medisch-Sociale Wetenschappen Optie Beheer & Beleid Academiejaar 2003-2004 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Medisch-Sociale Wetenschappen Optie Beheer & Beleid Academiejaar 2003-2004 STUDIE NAAR DE RELEVANTIE VAN MISSION STATEMENTS IN VLAAMSE

Nadere informatie

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN Blijf kalm; Verzeker je ervan dat je de juiste persoon aan de lijn hebt; Zeg duidelijk wie je bent en wat je functie is; Leg uit waarom je belt; Geef duidelijke en nauwkeurige informatie en vertel hoe

Nadere informatie

LES 1 NEDERLANDS EN LATIJN. Onze eigen taal Wanneer je wilt weten hoe onze taal in elkaar zit, moet je eens naar de volgende vijf zinnetjes kijken:

LES 1 NEDERLANDS EN LATIJN. Onze eigen taal Wanneer je wilt weten hoe onze taal in elkaar zit, moet je eens naar de volgende vijf zinnetjes kijken: LES 1 NEDERLANDS EN LATIJN Onze eigen taal Wanneer je wilt weten hoe onze taal in elkaar zit, moet je eens naar de volgende vijf zinnetjes kijken: Het meisje ziet de roos. De moeder geeft haar baby de

Nadere informatie

RESEARCH CONTENT. Loïs Vehof GAR1D

RESEARCH CONTENT. Loïs Vehof GAR1D RESEARCH CONTENT Loïs Vehof GAR1D INHOUD Inleiding ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ blz. 2 Methode -----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Wilt u dit pakketje met vragenlijsten t.b.v. de hoestpoli invullen?

Wilt u dit pakketje met vragenlijsten t.b.v. de hoestpoli invullen? Geachte heer/mevrouw, Wilt u dit pakketje met vragenlijsten t.b.v. de hoestpoli invullen? Het pakketje bestaat uit vier verschillende vragenlijsten. Graag alle pagina s lezen en invullen. Wilt u ook uw

Nadere informatie

Vandaag is rood. Pinksteren 2014. Rood is al lang het rood niet meer Het rood van rode rozen De kleur van liefde van weleer Lijkt door de haat gekozen

Vandaag is rood. Pinksteren 2014. Rood is al lang het rood niet meer Het rood van rode rozen De kleur van liefde van weleer Lijkt door de haat gekozen Vandaag is rood. Pinksteren 2014 Rood is al lang het rood niet meer Het rood van rode rozen De kleur van liefde van weleer Lijkt door de haat gekozen Dat mooie rood was ooit voor mij Een kleur van passie

Nadere informatie

Een andere kijk op ziekte en herstel

Een andere kijk op ziekte en herstel Een andere kijk op ziekte en herstel oorspronkelijk geschreven in 1998 door drs. M.D.Dicke, apotheker voor de folder van het adviesbureau Ad Rem ter introductie van het adviesbureau Meestal wordt geprobeerd

Nadere informatie

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen 1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen Wanneer je als student in het hoger onderwijs de opdracht krijgt om te zoeken naar wetenschappelijke informatie heb je de keuze uit verschillende informatiebronnen.

Nadere informatie

Infectiepreventie. De jaarlijkse griepprik

Infectiepreventie. De jaarlijkse griepprik Infectiepreventie De jaarlijkse griepprik 1 De jaarlijkse griepprik Deze folder informeert u over de vaccinatie tegen de seizoensgriep. U krijgt deze folder omdat u, net als uw collega s, ook dit jaar

Nadere informatie

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15

Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15 Het huis van de angst en het huis van de liefde Preek van Jos Douma over Romeinen 8:15 U hebt de Geest niet ontvangen om opnieuw als slaven in angst te leven, u hebt de Geest ontvangen om Gods kinderen

Nadere informatie

Luchtweginfecties bij kinderen

Luchtweginfecties bij kinderen Als uw kind: jonger is dan drie maanden en koorts heeft (hoger dan 38 C) langer dan drie volle dagen koorts heeft koorts heeft gehad en na enkele dagen opnieuw koorts krijgt Luchtweginfecties bij kinderen

Nadere informatie

Grieppandemie. Wat moet u weten over een grieppandemie (wereldgriep)?

Grieppandemie. Wat moet u weten over een grieppandemie (wereldgriep)? Grieppandemie Wat moet u weten over een grieppandemie (wereldgriep)? Grieppandemie 2 Wat leest u in deze folder? Deze folder gaat over een grieppandemie (wereldgriep). U leest de antwoorden op 10 belangrijke

Nadere informatie

Bronchiolitis bij kinderen

Bronchiolitis bij kinderen Bronchiolitis bij kinderen Ontsteking van de kleine luchtwegen Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Uw kind is opgenomen in het ziekenhuis, omdat het een ontsteking

Nadere informatie

WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK. Wat is dat? Eva van de Sande. Radboud Universiteit Nijmegen

WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK. Wat is dat? Eva van de Sande. Radboud Universiteit Nijmegen WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK Wat is dat? Eva van de Sande Radboud Universiteit Nijmegen EERST.. WETENSCHAPSQUIZ 1: Hoe komen we dingen te weten? kdsjas Google onderzoek boeken A B C 1: We weten dingen door

Nadere informatie

Rituximab (Mabthera )

Rituximab (Mabthera ) Rituximab (Mabthera ) Maatschap reumatologie Kennemerland RITUXIMAB (MABTHERA ) Uw behandelend arts heeft aangegeven u met het geneesmiddel Rituximab te behandelen. Deze folder geeft informatie over dit

Nadere informatie

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. 4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,

Nadere informatie

Alles over RSV (Respiratoir Syncytieel Virus)

Alles over RSV (Respiratoir Syncytieel Virus) Alles over RSV (Respiratoir Syncytieel Virus) Wat is RSV RSV staat voor Respiratoir Syncytieel Virus, de meest voorkomende oorzaak van ernstige luchtweginfecties bij baby s en kinderen onder de vier jaar.

Nadere informatie

Als paarden konden spreken

Als paarden konden spreken Als paarden konden spreken Eerste druk, maart 2012 2012 Julie Beirens isbn: 978-90-484-2338-5 nur: 285 Uitgever: Free Musketeers, Zoetermeer www.freemusketeers.nl Hoewel aan de totstandkoming van deze

Nadere informatie

Doel van Bijbelstudie

Doel van Bijbelstudie Bijbelstudie Hebreeën 4:12 Want het woord Gods is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard en het dringt door, zó diep, dat het vaneen scheidt ziel en geest, gewrichten en merg, en het

Nadere informatie

SEIZOENSGRIEP EN HET GRIEPVACCIN

SEIZOENSGRIEP EN HET GRIEPVACCIN SEIZOENSGRIEP EN HET GRIEPVACCIN Nr. 108 Wat is de klassieke of seizoensgriep In de volksmond wordt er gesproken over de griep, waar het gaat over een zware verkoudheid of een luchtwegeninfectie met enkele

Nadere informatie

Bronchiolitis bij kinderen. Ontsteking van de kleine luchtwegen

Bronchiolitis bij kinderen. Ontsteking van de kleine luchtwegen Bronchiolitis bij kinderen Ontsteking van de kleine luchtwegen Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Uw kind is opgenomen in het ziekenhuis, omdat het een ontsteking

Nadere informatie

DE HEILIGE GEEST OVERTUIGD VAN RECHTVAARDIGHEID

DE HEILIGE GEEST OVERTUIGD VAN RECHTVAARDIGHEID DE HEILIGE GEEST OVERTUIGD VAN RECHTVAARDIGHEID Romeinen 8: 13 Want indien gij naar het vlees leeft, zult gij sterven; maar indien gij door de Geest de werkingen des lichaams doodt, zult gij leven. 14

Nadere informatie

VERKOUDHEID OF GRIEP?

VERKOUDHEID OF GRIEP? VERKOUDHEID OF GRIEP? Een verkoudheid wordt meestal veroorzaakt door besmetting met een virus. Die kan via speekseldruppeltjes maar meestal besmetten we ons zelf nadat we met onze handen in contact zijn

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Meneer Bashir gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen. Ze praten.

Nadere informatie

Brok in de keel. Havenziekenhuis

Brok in de keel. Havenziekenhuis Brok in de keel In deze folder staat beschreven wat een brok in de keel inhoudt en wat hiervan de oorzaak kan zijn. Uw KNO-arts kan de brok in de keel op verschillende manieren onderzoeken. Welke manieren

Nadere informatie

Tuberculose en isolatie

Tuberculose en isolatie Tuberculose en isolatie Informatie voor patiënten F0571-3415 december 2011 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus 411, 2260 AK Leidschendam

Nadere informatie

van beugel tot burn-out

van beugel tot burn-out vier kant reeks van beugel tot burn-out 20 verhalen over gezondheid Uitgeverij Eenvoudig Communiceren Oren Je ziet op straat vaak mensen met een koptelefoontje in hun oren. Ze luisteren bijvoorbeeld naar

Nadere informatie

VOORWOORD. René van Royen

VOORWOORD. René van Royen VOORWOORD Priscianus was een knappe man. Toen Rome lang geleden nog een rijk was, leerde hij de kinderen in zijn klas Latijn. Hij gaf dus les, maar wat hij in de klas vertelde schreef hij ook op. Zo ontstond

Nadere informatie

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A Individueel verslag de Reus klas 4A Overzicht en tijdsbesteding van taken en activiteiten 3.2 Wanneer Planning: hoe zorg je ervoor dat het project binnen de beschikbare tijd wordt afgerond? Wat Wie Van

Nadere informatie

Geschreven door Diernet Team zondag, 31 oktober 2010 00:00 - Laatst aangepast zondag, 31 oktober 2010 14:56

Geschreven door Diernet Team zondag, 31 oktober 2010 00:00 - Laatst aangepast zondag, 31 oktober 2010 14:56 Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Rhinitis is een ontsteking van de slijmvliezen van de neus. Sinusitis is een ontsteking van de sinussen (de bijholten) of de

Nadere informatie

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen

GODS GEZIN. Studielessen voor 4-7 jarigen GODS GEZIN Studielessen voor 4-7 jarigen 2003 Geschreven door Beryl Voorhoeve en Judith Maarsen Oorspronkelijk bedoeld voor studie in kleine groepen in de Levend Evangelie Gemeente Gebruikte Bijbelvertaling

Nadere informatie

FR 7,2 / Tuberculose kan eender wie treffen maar komt vaker voor bij mensen uit landen met een hoge incidentie. Incidentie /100.

FR 7,2 / Tuberculose kan eender wie treffen maar komt vaker voor bij mensen uit landen met een hoge incidentie. Incidentie /100. TUBERCULOSE in België Dankzij de verplichte melding van alle gevallen van actieve tuberculose kunnen de VRGT (Vlaamse Vereniging voor Respiratoire Gezondheidszorg en Tuberculosebestrijding) en de FARES

Nadere informatie

GRIEPVACCINATIE VOOR ZORGVERLENERS Hoe kan griep voorkomen worden?

GRIEPVACCINATIE VOOR ZORGVERLENERS Hoe kan griep voorkomen worden? GRIEPVACCINATIE VOOR ZORGVERLENERS Hoe kan griep voorkomen worden? WAT IS SEIZOENSGRIEP? WAT IS SEIZOENSGRIEP? > Een acute luchtweginfectie: Plots begin met koorts en rillingen Hoofdpijn Spierpijn Keelpijn

Nadere informatie

Scriptie over Personal Branding en Netwerking

Scriptie over Personal Branding en Netwerking Scriptie over Personal Branding en Netwerking 1e versie - 16 november 2012 Jana Vandromme Promotor: Hannelore Van Den Abeele 1. Inhoudstafel 1. Inhoudstafel 2. Onderzoeksvragen 2.1 Onderzoeksvraag 1 2.2

Nadere informatie

Allereerst wensen wij iedereen natuurlijk een beestachtig en gelukkig 2014 toe!

Allereerst wensen wij iedereen natuurlijk een beestachtig en gelukkig 2014 toe! Nieuwsbrief Januari 2014 Allereerst wensen wij iedereen natuurlijk een beestachtig en gelukkig 2014 toe! Wij staan in het nieuwe jaar weer voor u en uw huisdieren klaar! Ik wilde het over het nut en het

Nadere informatie

Logopedie bij stemproblemen: wat nu?

Logopedie bij stemproblemen: wat nu? Logopedie bij stemproblemen: wat nu? Inleiding U bent verwezen naar de logopedist in verband met stemproblemen. Deze leert u een juiste spreek- en ademtechniek aan zodat de stemklachten verminderen. Deze

Nadere informatie

Griep, feiten en tips vaccinatie tegen seizoensgriep

Griep, feiten en tips vaccinatie tegen seizoensgriep Griep, feiten en tips vaccinatie tegen seizoensgriep Wat is griep? De wetenschappelijke benaming voor griep is influenza. Griep is een besmettelijke ziekte en wordt veroorzaakt door het influenzavirus.

Nadere informatie

Stichting Veteranenziekte. Ik heb legionella. Wat nu? Informatie over de veteranenziekte en de gevolgen daarvan

Stichting Veteranenziekte. Ik heb legionella. Wat nu? Informatie over de veteranenziekte en de gevolgen daarvan Stichting Veteranenziekte Ik heb legionella. Wat nu? Informatie over de veteranenziekte en de gevolgen daarvan Ik heb Legionella. Wat nu? Wat kan Legionella doen met lichaam en geest? Een longontsteking

Nadere informatie

Longontsteking. Behandeling via het zorgpad. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Longontsteking. Behandeling via het zorgpad. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op Longontsteking Behandeling via het zorgpad Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. 1 Inleiding U bent in het ziekenhuis opgenomen met een longontsteking. Dit wordt ook wel een

Nadere informatie

Verwijderen van neuspoliepen onder plaatselijke verdoving

Verwijderen van neuspoliepen onder plaatselijke verdoving Verwijderen van neuspoliepen onder plaatselijke verdoving Inleiding De KNO-arts heeft met u besproken dat uw neuspoliepen klachten veroorzaken. Daarom heeft de KNO-arts u voorgesteld om de neuspoliepen

Nadere informatie

Ik laat me vaccineren tegen seizoensgriep! U toch ook?

Ik laat me vaccineren tegen seizoensgriep! U toch ook? vzw AZ Alma campus sijsele Gentse Steenweg 132 B-8340 Sijsele-Damme tel. 050 72 81 11 campus eeklo (Maatschappelijke Zetel) Moeie 18 B-9900 Eeklo tel. 09 376 04 11 www.azalma.be PERSBERICHT AZ Alma promoot

Nadere informatie

Je gezondheid, zó werk je eraan! Correct antibioticagebruik.

Je gezondheid, zó werk je eraan! Correct antibioticagebruik. Je gezondheid, zó werk je eraan! Correct antibioticagebruik www.lm.be Het natuurlijke afweersysteem De meeste virale en bacteriële infecties genezen spontaan na enkele dagen. In normale omstandigheden

Nadere informatie

Wat ga je in deze opdracht leren? Meer leren over: soorten vragen, vraagwoorden, signaalwoorden en sleutelwoorden

Wat ga je in deze opdracht leren? Meer leren over: soorten vragen, vraagwoorden, signaalwoorden en sleutelwoorden Wat ga je in deze opdracht leren? Meer leren over: soorten vragen, vraagwoorden, signaalwoorden en sleutelwoorden Soorten vragen, vraagwoorden, signaal- en sleutelwoorden Schema 1 Soorten vragen Open vraag

Nadere informatie

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. Eerst lezen. Daarna volgen er vragen en opdrachten. Gelijkenissen Toen de Heere Jezus op aarde was, heeft Hij gelijkenissen verteld om de mensen veel dingen

Nadere informatie

Oudnederlands. < Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger. Negen eeuwen Nederlands. Amsterdam (1995), p. 11-29

Oudnederlands. < Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger. Negen eeuwen Nederlands. Amsterdam (1995), p. 11-29 Duistere eeuwen Prehistorisch Nederlands en Oudnederlands < Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger Het verhaal van het Nederlands. Negen eeuwen Nederlands. Amsterdam (1995), p. 11-29 1. Waarom

Nadere informatie

De Bijbel open 2013 47 (30-11)

De Bijbel open 2013 47 (30-11) 1 De Bijbel open 2013 47 (30-11) Zie, hij bidt. Dat lezen we in Hand. 9 over Paulus. Zie hij bidt., het wordt verteld na zijn bekering op de weg naar Damascus. En het wordt gezegd alsof het iets heel bijzonders

Nadere informatie

Rituximab (Mab Thera ) bij reumatische aandoeningen

Rituximab (Mab Thera ) bij reumatische aandoeningen Rituximab (Mab Thera ) bij reumatische aandoeningen Uw behandelend arts heeft aangegeven u met het geneesmiddel rituximab te willen gaan behandelen. Deze folder geeft informatie over dit geneesmiddel.

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De huisarts

Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De huisarts Thema Gezondheid Lesbrief 3. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Wong, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat leert u in deze les?

Nadere informatie

Johannes 20, 1-18 20 april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente,

Johannes 20, 1-18 20 april Pasen 2014 Wehl. (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente, Johannes 20, 1-18 20 april Pasen 2014 Wehl (ds. A. Oude Kotte-de Boon) Thema: 'Het verhaal van Maria van Magdala ' Gemeente, We zijn er doorheen gegaan, Veertig dagen en nachten, Tijd van voorbereiding...

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer Deze les gaat over praten in de wachtkamer. Een man, meneer Wong, gaat naar de huisarts. Hij moet even wachten. Hij zit in de wachtkamer. Er zitten veel mensen.

Nadere informatie

Homeopathie voor paarden

Homeopathie voor paarden Artikel: http://horsefulness.be/homeopathie-voor-paarden/ site van Horsefulness van Karine Vanderborre Homeopathie voor paarden Homeopathie, niet iedereen heeft er vertrouwen in Ikzelf sta er volledig

Nadere informatie

Bronchiolitis. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Bronchiolitis. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Bronchiolitis Uw kind heeft bronchiolitis. Dit is een ontsteking van de kleine luchtwegen, veroorzaakt door een virus. In deze folder leest u meer over bronchiolitis. Neem altijd uw verzekeringsgegevens

Nadere informatie

Ziekte Ziekteverschijnselen Incubatietijd Besmettelijk? Wering school * Risicogroepen. Ja, 5 dagen voor tot negen dagen na het begin van de zwelling.

Ziekte Ziekteverschijnselen Incubatietijd Besmettelijk? Wering school * Risicogroepen. Ja, 5 dagen voor tot negen dagen na het begin van de zwelling. Hieronder vindt u een lijst met veel voorkomende kinderziektes op school. Als school hanteren wij de richtlijnen van de GGD. Op de site van de GGD vindt u nog meer informatie over deze kinderziektes en

Nadere informatie

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof. NGB artikel 1: DE ENIGE GOD Wij geloven allen met het hart en belijden met de mond, dat er een Enig en eenvoudig geestelijk Wezen is, dat wij God noemen: eeuwig, ondoorgrondelijk, onzienlijk, onveranderlijk,

Nadere informatie

Latijn: iets voor jou?

Latijn: iets voor jou? : n j i t a L r o o v s iet jou? De Romeinen en wij Waar komen onze letters vandaan? Hoe komen we aan de namen van de maanden? De antwoorden op vele van deze vragen vind je vaak in het verleden bij de

Nadere informatie

RSV Risicogroep Oorzaak Symptomen van RSV

RSV Risicogroep Oorzaak Symptomen van RSV RS virus Uw kind is opgenomen op de kinderafdeling van het VUmc in verband met een infectie van RSV. Opname in het ziekenhuis vindt plaats bij ernstige benauwdheid en als zich voedingsproblemen voordoen.

Nadere informatie

http://www.kidzlab.nl/index2.php?option=com_content&task=vi...

http://www.kidzlab.nl/index2.php?option=com_content&task=vi... Veelvlakken De perfecte vorm Plato was een grote denker in de tijd van de Oude Grieken. Hij was een van de eerste die de regelmatige veelvlakken heel bijzonder vond. Hij hield ervan omdat ze zulke mooie,

Nadere informatie

Studeren na het HBO. stand van zaken 2013-2014. Informatie van het Avans Studentendecanaat

Studeren na het HBO. stand van zaken 2013-2014. Informatie van het Avans Studentendecanaat Studeren na het HBO stand van zaken 2013-2014 Informatie van het Avans Studentendecanaat 1 Studeren na het HBO: onderwerpen 1. Wat moet je weten over het collegegeld als je kiest voor een nieuwe bachelor

Nadere informatie

Verwijderen van neuspoliepen onder plaatselijke verdoving

Verwijderen van neuspoliepen onder plaatselijke verdoving Verwijderen van neuspoliepen onder plaatselijke verdoving Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding De KNO-arts heeft met u besproken dat uw neuspoliepen klachten veroorzaken.

Nadere informatie

Inleiding... 1. Ademhaling... 1. Hyperventilatie... 1. Oorzaak van hyperventilatie... 2. Klachten bij hyperventilatie... 3. Wat kunt u zelf doen...

Inleiding... 1. Ademhaling... 1. Hyperventilatie... 1. Oorzaak van hyperventilatie... 2. Klachten bij hyperventilatie... 3. Wat kunt u zelf doen... Hyperventilatie Inhoudsopgave Inleiding... 1 Ademhaling... 1 Hyperventilatie... 1 Oorzaak van hyperventilatie... 2 Klachten bij hyperventilatie... 3 Wat kunt u zelf doen... 4 Tot slot... 5 Inleiding Deze

Nadere informatie

alles over rsv (respiratoir synctieel virus) een handleiding voor ouders

alles over rsv (respiratoir synctieel virus) een handleiding voor ouders alles over rsv (respiratoir synctieel virus) een handleiding voor ouders 1 2 Wat is RSV? RSV staat voor Respiratoir Syncytieel Virus, de meest voorkomende oorzaak van ernstige luchtweginfecties bij baby

Nadere informatie

Rapportage patiëntenenquête Top Ortho Maastricht

Rapportage patiëntenenquête Top Ortho Maastricht Rapportage patiëntenenquête Top Ortho Maastricht 1 juli tot 1 oktober 2015 Roozeboom consulting b.v. Nieuwe Schoolweg 2 B 9756 BB Glimmen phone +31 (0)50 406 40 40 fax +31 (0)50 406 41 40 mobile +31 (0)6

Nadere informatie

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties Deel 1: Gemiddelde leeftijd en leeftijdsopbouw Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen De se bevolkingskernen vertonen niet alleen een ongelijkmatig ruimtelijk spreidingspatroon, maar ook regionale verschillen

Nadere informatie

Extra: Ademhaling. Inleiding

Extra: Ademhaling. Inleiding Extra: Ademhaling In dit extra hoofdstuk leer je: Hoe de ademhaling van de pony functioneert Welke overeenkomsten en verschillen er zijn met het functioneren van de ademhaling van de mens Inleiding Als

Nadere informatie

Het vreemde paard van Sinterklaas. door Nellie de Kok

Het vreemde paard van Sinterklaas. door Nellie de Kok Het vreemde paard van Sinterklaas door Nellie de Kok 1 Het vreemde paard van Sinterklaas door Nellie de Kok Samenvatting Als Sinterklaas in Nederland aankomt, wil hij dat Piedewiet zijn paard, Americo

Nadere informatie

RS virus. Kinderafdeling

RS virus. Kinderafdeling RS virus Kinderafdeling Beter voor elkaar 2 RS virus Wat is het RS virus Het RS virus is de afkorting van Respiratoir Syncytieel Virus. Het is een veel voorkomend virus dat infecties van de luchtwegen

Nadere informatie

KINDERGENEESKUNDE. Bronchiolitis (RSV) KINDEREN

KINDERGENEESKUNDE. Bronchiolitis (RSV) KINDEREN KINDERGENEESKUNDE Bronchiolitis (RSV) KINDEREN Bronchiolitis (RSV) Deze folder is bedoeld voor ouders van een kindje met een bronchiolitis. In deze folder vindt u informatie over bronchiolitis. Wat is

Nadere informatie

Ziekenzegening. Inleiding. Kruisteken We staan hier samen rond het ziekbed van

Ziekenzegening. Inleiding. Kruisteken We staan hier samen rond het ziekbed van Ziekenzegening. 1. Wat wil ik tot uitdrukking brengen in dit ritueel? Zoeken naar een houvast in momenten van verdriet en ontreddering. Zoeken naar sterkte voor de zieke om zijn weg te kunnen gaan. Zoeken

Nadere informatie

Hieronder vindt u een kort overzicht van de nieuwe producten en/of de promoties die we momenteel aanbieden in de apotheek.

Hieronder vindt u een kort overzicht van de nieuwe producten en/of de promoties die we momenteel aanbieden in de apotheek. Beste klant, Hieronder vindt u een kort overzicht van de nieuwe producten en/of de promoties die we momenteel aanbieden in de apotheek. Voor vragen kan u ons gerust contacteren op het telefoonnummer 052/30.94.14

Nadere informatie

Kwaliteitskaarten vragenstructuren

Kwaliteitskaarten vragenstructuren 4 ì6cðt Kwaliteitskaarten vragenstructuren Het geheel is meer dan de som der delen. Van deel... Van bouten en moeren...via plaatmateriaal...naar constructie......naar geheel....en brug. Kind...kinderen...gezin......en

Nadere informatie

Bezinningsbijeenkomst H.A.: 25 juni 2015. We zingen: Ps. 25 : 2 en 4; Ps. 51:6 We lezen: Ps. 51 en vr. en antw. 78 HC

Bezinningsbijeenkomst H.A.: 25 juni 2015. We zingen: Ps. 25 : 2 en 4; Ps. 51:6 We lezen: Ps. 51 en vr. en antw. 78 HC Bezinningsbijeenkomst H.A.: 25 juni 2015. We zingen: Ps. 25 : 2 en 4; Ps. 51:6 We lezen: Ps. 51 en vr. en antw. 78 HC Beste mensen, hier en thuis: Wat besteedt de Heidelberger een aandacht aan het Heilig

Nadere informatie

Over dyscalculie en rekenproblemen

Over dyscalculie en rekenproblemen De Dyscalculie-Survivalgids 19 Hoofdstuk 1 Over dyscalculie en rekenproblemen Voor we verder ingaan op dyscalculie, moeten we toch eerst even vertellen wat dyscalculie eigenlijk is. Dat gaan we doen in

Nadere informatie

EEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST

EEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST EEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST Bijdragen tot Joost Buysschaert in profiel Onder redactie van Sonia Vandepitte Bart Defrancq Lieve Jooken 37 JOOST WAS HET GEWOON OM DERGELIJKE ZINNEN TE ANALYSEREN.

Nadere informatie