Arbeidsongevallen in het Verkeer. Resultaten van een LISvervolgonderzoek. M. Schutten I. Vriend K.E. Oldenziel A. Bloemhoff

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Arbeidsongevallen in het Verkeer. Resultaten van een LISvervolgonderzoek. M. Schutten I. Vriend K.E. Oldenziel A. Bloemhoff"

Transcriptie

1 Arbeidsongevallen in het Verkeer Resultaten van een LISvervolgonderzoek M. Schutten I. Vriend K.E. Oldenziel A. Bloemhoff Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus AD Amsterdam Juni 2006

2 2 Arbeidsongevallen in het Verkeer Extern rapport: 294 ISBN-10: ISBN-13: Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. Consument en Veiligheid aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid voor eventuele, in deze uitgave voorkomende, onjuistheden of onvolkomenheden. Overname van tekst of gedeelten van tekst is toegestaan, mits met de juiste bronvermelding.

3 3 Arbeidsongevallen in het Verkeer Voorwoord Veel mensen nemen deel aan het verkeer in het kader van arbeid. Niet alleen goederen- en personenvervoer, maar ook mensen op weg naar klanten en besprekingen. Hierbij kunnen ongevallen ontstaan. De omvang van dergelijke ongevallen is niet bekend. In opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft Consument en Veiligheid een onderzoek uitgevoerd om inzicht te krijgen in het aantal arbeidsgerelateerde verkeersongevallen. Ook zijn oorzakelijke factoren, achtergrond en gevolgen van arbeidsgerelateerde verkeersongevallen in kaart gebracht. Het onderzoek is uitgevoerd onder slachtoffers van een verkeersongeval, die voor hun letsel zijn behandeld op een Spoedeisende Hulpafdeling van een ziekenhuis. De resultaten geven een representatief en betrouwbaar beeld van het aantal verkeersletsels in relatie tot het verrichten van arbeid. Ook heeft het onderzoek geresulteerd in inzicht in de achtergrond van deze ongevallen, waarbij verschillen en overeenkomsten met niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen in kaart zijn gebracht. Het onderzoek kan dienen als basis voor beleid gericht op preventie en is daarom mede bestemd voor beleidsmakers bij zowel het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid als bij arbodiensten, brancheorganisaties, vakbonden en werkgevers. Onze dank gaat uit naar de twaalf ziekenhuizen die deelnemen aan het Letsel Informatie Systeem van Consument en Veiligheid voor hun medewerking en aan alle slachtoffers die de vragenlijst hebben ingevuld. Verder danken we het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dat ons de opdracht gaf voor dit onderzoek en de leden van de Begeleidingscommissie en BGZ Wegvervoer voor hun bijdrage aan de vragenlijst en rapportage. Dr. Wim Rogmans Directeur

4

5 5 Arbeidsongevallen in het Verkeer Inhoudsopgave Hoofdstuk Samenvatting 7 Summaryhfhdjh 10 1 Inleiding Ongevalscijfers Verkeersongevallen Arbeidsongevallen Arbeidsongevallen in het verkeer Doel en vraagstelling Leeswijzer 15 2 Methoden Onderzoekspopulatie Onderzoeksopzet De vragenlijst Analyses Responsgegevens 19 3 Arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Aandeel arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Reden arbeidsgerelateerde verkeersdeelname Achtergrond arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Gevolgen ongeval Oorzakelijke factoren 29 4 Niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Achtergrond niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Gevolgen ongeval Oorzakelijke factoren 38 5 Arbeidsgerelateerde verkeersongevallen in LIS Ongevalsgegevens 44 6 Beschouwing en conclusies 47

6 6 Arbeidsongevallen in het Verkeer 6.1 Representativiteit responsgroep Arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Verschillen arbeids- en niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Demografie Verkeersdeelname en gevolgen ongeval Oorzakelijke factoren Registratie in LIS Aanvullend onderzoek 50 Literatuur 51 Bijlage 1 Tabellen arbeidsgerelateerde verkeersongevallen (LIS) 53 Bijlage 2 Meewerkende ziekenhuizen 59 Bijlage 3 Vragenlijst 61 Bijlage 4 Begeleidingscommissie 73 Bijlage 5 Procedure weging 75

7 7 Arbeidsongevallen in het Verkeer Samenvatting Het aantal verkeersongevallen in Nederland dat plaatsvindt tijdens arbeid, is vooralsnog niet bekend. Om meer inzicht te krijgen in de omvang en de achtergrond van deze arbeidsgerelateerde verkeersongevallen is een onderzoek uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De onderzoekspopulatie is afkomstig uit het Letsel Informatie Systeem (LIS) van Consument en Veiligheid. In LIS staan slachtoffers geregistreerd die na een ongeval zijn behandeld op een Spoedeisende Hulp (SEH)-afdeling van een selectie van ziekenhuizen in Nederland. Aan vrijwel alle slachtoffers van 15 tot en met 64 jaar die in januari tot en met mei 2005 in LIS zijn geregistreerd voor een verkeersongeval, is een schriftelijke vragenlijst verstuurd. Dit betreft slachtoffers waarvan hebben gerespondeerd (respons was 33%). Er is informatie verzameld over motieven om deel te nemen aan het verkeer (in het kader van arbeid of niet) en determinanten van het ongeval, wijze van verkeersdeelname van het slachtoffer en de eventuele tegenpartij, ongevalsfactoren en informatie over het opgelopen letsel, waaronder soort letsel en de invloed op de mate van verzuim. Arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Uit het onderzoek blijkt dat 7% van de verkeersslachtoffers aan het verkeer deelnam in het kader van arbeid. Dat betekent dat jaarlijks minimaal verkeersongevallen tijdens arbeid plaatsvinden waarvoor behandeling op de SEHafdeling nodig is. Ongeveer een derde deel van de arbeidsgerelateerde verkeersongevallen gebeurde onderweg van of naar een klant/bespreking en een derde gebeurde in het kader van goederenvervoer. Slachtoffers werkzaam in de bedrijfstak Vervoer en Communicatie waren het meest vertegenwoordigd. Een kwart van de arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers was werknemer met een flexibel dienstverband. Bij arbeidsgerelateerde verkeersongevallen is het aandeel mannen drie keer zo groot als het aandeel vrouwen. Iets minder dan de helft van de slachtoffers was jaar oud ten tijde van het ongeval. Op het moment van het ongeval was 80% van de slachtoffers bestuurder van een voertuig (meer dan de helft reed in een personenauto of bestelauto/bus). De helft had een botsing met één ander voertuig en bij 30% van de ongevallen was geen tegenpartij betrokken. Indien er wel een tegenpartij bij het ongeval was betrokken, was dit in de meeste gevallen een personenauto of een vrachtauto. Meer dan de helft van de slachtoffers is na het ongeval (mede) behandeld door ambulancepersoneel. Behandeling door ambulancepersoneel duidt op relatief ernstig letsel. Veel voorkomend letsel was oppervlakkig letsel, botbreuken, spier- en

8 8 Arbeidsongevallen in het Verkeer peesletsel en hersenschuddingen of hersenletsel. De meeste slachtoffers hebben lang last van de gevolgen van het ongeval, iets minder dan de helft heeft langer dan 2 maanden last. Ongeveer 20% is 2 maanden of langer niet naar het werk gegaan. Tweederde deel van de arbeidsgerelateerde verkeersongevallen vindt plaats tussen 9 en 18 uur, de traditionele werktijden. Het gedrag van een ander wordt door de respondenten gezien als de belangrijkste oorzaak van het ongeval. Weersomstandigheden, drukte en een glad wegdek zijn omgevingsfactoren die volgens de slachtoffers ook een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan het ontstaan van het ongeval. Niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen De meeste niet-arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers waren bestuurder van een voertuig (90%). Iets minder dan helft reed op een fiets en een kwart in een personenauto. Bij bijna de helft van de slachtoffers was er geen tegenpartij bij het ongeval betrokken. Bij de meeste overige slachtoffers was een voertuig als tegenpartij betrokken. Dat was meestal een personenauto. Ongeveer een derde deel van de slachtoffers is (mede) behandeld door ambulancepersoneel. De meest voorkomende letsels waren oppervlakkig letsel, botbreuken en open wonden. Iets minder dan de helft van de slachtoffers had langer dan twee maanden last van het letsel. De niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen vonden met name plaats tussen 15 en 24 uur. De factoren die volgens de respondenten in belangrijke mate hebben bijgedragen aan het ontstaan van het ongeval waren het gedrag van een ander (onvoorzichtig, niet opletten), toeval of pech, of geen voorrang krijgen. Belangrijke omgevingsfactoren waren glad wegdek, weersomstandigheden en obstakels of oneffenheden op de weg. Verschillen arbeidsgerelateerde en niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Bij arbeidsgerelateerde verkeersongevallen zijn meer mannen betrokken dan bij niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen. Tevens zijn er meer oudere mensen bij betrokken. Arbeidsgerelateerde slachtoffers hebben relatief vaker ongevallen met de personenauto. Ook zijn relatief vaker één of meer voertuigen betrokken als tegenpartij. Het voertuig dat betrokken is bij een arbeidsgerelateerd verkeersongeval is vaker een vrachtwagen, vorkheftruck of personenauto. Arbeidsgerelateerde verkeersongevallen komen met name op de autosnelweg voor en amper op een fietspad. Arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers worden relatief vaker behandeld door ambulancepersoneel. Niet-arbeidsgerelateerde slachtoffers rijden (veel) vaker met de fiets. Ze zijn tevens vaker eenzijdig (dus zonder tegenpartij). Ze komen veel minder op de autosnelweg voor en veel vaker op het fietspad. Bij niet-arbeidsgerelateerde slachtoffers komen meer open wonden en oppervlakkige letsels voor.

9 9 Arbeidsongevallen in het Verkeer Arbeidsgerelateerde verkeersongevallen gebeuren vaker s ochtends tussen 9 en 12 uur, niet-arbeidsgerelateerde ongevallen gebeuren vaker s avonds tussen 18 en 24 uur. Bij arbeidsgerelateerde ongevallen speelden volgens de respondent de factoren Iemand anders lette niet op, Gedrag van een ander en Drukte meer een rol dan bij de niet-arbeidsgerelateerde ongevallen. Daarbij speelde Gebruik van alcohol vaker een rol. Registratie via LIS Dit onderzoek biedt een mogelijkheid om te zien in hoeverre de registratie van ongevallen in LIS overeenkomt met de ongevallen uit ons onderzoek. In LIS werden in 2004 minimaal arbeidsgerelateerde verkeersongevallen gemist of uitsluitend als verkeersongeval geregistreerd. Met deze onderregistratie moet dus rekening worden gehouden bij het bepalen van het aantal arbeidsongevallen gebaseerd op LIS. De in LIS geregistreerde arbeidsgerelateerde verkeersongevallen zijn niet geheel representatief voor alle arbeidsgerelateerde verkeersongevallen waarvoor het slachtoffer op de SEH-afdeling wordt behandeld. Op basis van het onderzoek blijkt dat meer arbeid-verkeersongevallen op de rijweg zijn gebeurd en waarbij het slachtoffer de bestuurder is van een voertuig. Dat voertuig is meestal een personenauto of een fiets.

10 10 Arbeidsongevallen in het Verkeer Summaryhfhdjh In the Netherlands, it is not exactly known how many traffic accidents take place during work. The present study was conducted at the initiative of the Dutch Ministry of Social Affairs and Employment in order to identify the amount and risk factors of work-related traffic accidents. The study population are all victims aged years who visited an Emergency Department for an injury resulting from a traffic accident and were registered in the Dutch Injury Surveillance System (LIS) in January to May of LIS records statistics of people treated at Emergency Departments (EDs) of about twelve hospitals in the Netherlands. These hospitals form a representative sample of the general and university hospitals in the Netherlands with a continuously staffed EDdepartment. In total, 3766 victims of a traffic accident received a postal questionnaire. Based on the questionnaire, information was gathered about the motives to participate in traffic (work-related or not) and backgrounds. The following background factors were measured in the questionnaire: (perceived) causes of the accident, means of transport of the victim and any other party involved in the accident, accident factors and injury factors, such as type of injury and absence. Work-related traffic accidents The research shows that 7% of traffic victims took part in traffic during work. That implies that annually a minimum of traffic accidents occurred in the course of labor. About one third of these work-related accidents happened on the way to or from a meeting or client and one third happened during transportation of goods. Three quarter of the work-related traffic victims is male, one quarter female. Less than half has an age between years at the time of the accident. More than half are employed on a permanent basis. At the time of the accident, eighty percent of the victims was driving a vehicle (over half drove a car or delivery van). About fifty percent had a collision with one other vehicle and thirty percent had no counterparty. When there was a counterparty in the accident, it was for the most part a car or a truck. More than half of the work-related traffic victims was (also) treated by ambulance staff. The most frequent injuries were superficial injuries, broken bones, muscle injury and concussions or brain damage. In most cases victims suffer a long time following an accident, slightly less that half suffers for two months or more from the consequences of the accident. About 20% did not attend work for two months or more.

11 11 Arbeidsongevallen in het Verkeer Two thirds of the work-related accidents take place between 9 a.m. and 6 p.m., the traditional working hours in the Netherlands. The behavior of the other person is seen by the respondents as the main cause of the accident. Weather conditions, busyness and a slippery road are aspects of the environment which according to the respondents have contributed to the cause of the accident. Non-work-related traffic accidents Most non-work-related victims were driver of a vehicle (90%). About fifty percent rode a bike and one quarter drove a car. Almost half of the victims had no counterparty. When there was a counterparty, in most cases it was a car. About one third of the victims is (also) treated by ambulance staff. The most frequent injuries are superficial injuries, broken bones and open wounds. About fifty percent had suffered from the consequences for two months or more. Non-work-related accidents mostly took place between 3 p.m. and 12 p.m.. Aspects that according to the respondents contributed to the cause of the accident were the behavior of the other person (incautiousness, not paying attention), coincidence or bad luck, or not being given the right of way. Important environmental aspects were a slippery road, weather conditions and obstacles on the road. Differences between work-related and non-work-related accidents There are more men involved (74%) in work-related accidents than in non-workrelated accidents (58%). There are less young people (15-24 years) involved in work-raleted accidents (14% versus 34%). Work-related victims have relatively more accidents with cars than non-work-related victims, who have more accidents with bicycles. A vehicle is the most common counterparty involved in work-related accidents, whereas with non-work-related accidents, there is usually no counterparty. The vehicle which is involved with a work-related accident is more often a truck, a forklift or a car. Work-related accidents usually take place on the highway, and non-work-related accidents take more place on a bicycle track. Work-related victims get more often treated by ambulance staff. Non-work-related victims have more open wounds and superficial injuries. Work-related accidents take place mostly in the morning, between 9 a.m. and 12 a.m., non-work-related accidents happen more often at night between 6 p.m. and 12 p.m.. With work-related accidents the aspects Somebody else was not paying attention, Behavior of another person and Busyness played a bigger role than with non-work-related accidents. There the aspect Use of alcohol played a bigger part. Registration in LIS In LIS, part of the work-related traffic accidents are missed or only registered as traffic accident and not as occupational accident. This means (in 2004) that a minimum of work-traffic accidents are not registered as occupational accident.

12 12 Arbeidsongevallen in het Verkeer We have to take into account the fact that the registration of accidents is incomplete when the total amount of occupational accidents is determined. The registered work-related traffic accidents in LIS are not representative for all work-related traffic accidents. In the current research there are more accidents on the road where the victim is the driver of the vehicle. This vehicle is for the most part a car or a bike. In general, accidents involving cars are more serious than traffic accidents with other vehicles. Work-related accidents are in comparison with nonwork-related accidents more serious. This is evident from the representatively higher number of treatments given to work-related victims by ambulance staff.

13 13 Arbeidsongevallen in het Verkeer 1 Inleiding De exacte omvang van arbeidsgerelateerde verkeersongevallen (bijvoorbeeld vrachtwagenchauffeurs, pizzakoeriers, of mensen op weg naar een vergadering) in Nederland is niet bekend. Consument en Veiligheid beschikt over een aantal bronnen die hiervan een indicatie kan geven, namelijk het Letsel Informatie Systeem (LIS) en Ongevallen en Bewegen in Nederland (OBiN). In LIS staan slachtoffers geregistreerd die na een ongeval, geweld of zelfmutilatie zijn behandeld op een Spoedeisende Hulp (SEH) afdeling van een selectie van ziekenhuizen in Nederland (zie bijlage 2). In LIS wordt 1% van alle verkeersslachtoffers gedefinieerd als arbeidsgerelateerd verkeersongeval. Uit gegevens van Ongevallen en Bewegen in Nederland (OBiN) a komt naar voren dat ongeveer 4% van de letsels door een verkeersongeval tevens een arbeidsongeval is. Buitenlandse schattingen lopen uiteen van circa 5% tot circa 40% 1. Om meer inzicht te krijgen in deze problematiek is een onderzoek uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dit rapport beschrijft de resultaten. 1.1 Ongevalscijfers In deze inleiding wordt eerst ingegaan op cijfers over verkeersongevallen, dan over arbeidsongevallen en tot slot arbeidsgerelateerde verkeersongevallen. Tabel 1.1 Jaarlijks aantal medisch behandelde letsels, SEH-behandelingen en ziekenhuisopnamen bij jarigen Arbeid-verkeer Verkeer 1 Arbeid 2 Medisch behandelde letsels * SEH-behandelingen Ziekenhuisopnamen 230** ** Bron: Ongevallen en Bewegen in Nederland ; Letsel Informatie Systeem , Consument en Veiligheid; Landelijke Medische Registratie , Prismant * te laag aantal cases (<10) om een betrouwbare volumeschatting te doen ** ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling uit het Letsel Informatie Systeem 1 verkeersongevallen inclusief arbeidsongevallen 2 arbeidsongevallen inclusief verkeersongevallen a Ongevallen en Bewegen in Nederland (OBiN), voorheen Ongevallen in Nederland, is een continu uitgevoerde enquête onder Nederlandse huishoudens onder andere naar letsels door ongevallen en blessures. Het gaat daarbij zowel om medisch behandelde als niet-medisch behandelde letsels. 2

14 14 Arbeidsongevallen in het Verkeer Verkeersongevallen Uit de gegevens van OBiN komt naar voren dat jaarlijks letsels medisch behandeld worden van slachtoffers in de leeftijd van jaar (zie tabel 1.1). Wanneer we kijken naar slachtoffers van alle leeftijden zien we dat bijna tweederde van de slachtoffers (63%) jonger is dan 35 jaar 2. We treffen bijna evenveel vrouwen (51%) als mannen (49%) aan onder verkeersslachtoffers. Ongeveer een kwart is automobilist en ruim 40% is fietser, naast 14% snor- en bromfietsers. Bij ongeveer een derde van de verkeersongevallen is de tegenpartij een (andere) auto (35%). Bij 18% van de ongevallen is het een enkelvoudig ongeval, dat wil zeggen dat degene is geslipt of tegen een obstakel is gebotst. Uit LIS blijkt dat jaarlijks in Nederland verkeersongevallen plaatsvinden waarbij letsel ontstaat dat behandeld wordt op een SEH-afdeling van een ziekenhuis. Circa slachtoffers worden in het ziekenhuis opgenomen (zie tabel 1.1) Arbeidsongevallen Uit de gegevens van OBiN blijkt dat jaarlijks slachtoffers van een arbeidsongeval medisch behandeld worden (tabel 1.1). Jaarlijks vinden in Nederland ongeveer arbeidsongevallen plaats die hebben geleid tot een bezoek aan de SEH-afdeling van een ziekenhuis (zie tabel 1.1). Ongeveer personen worden na behandeling op de SEH-afdeling opgenomen in het ziekenhuis Arbeidsongevallen in het verkeer Er is een verkennende analyse uitgevoerd naar arbeidsgerelateerde verkeersongevallen in LIS ( ) om een eerste indruk te krijgen van arbeidsgerelateerde verkeersongevallen op basis van de beschikbare LISgegevens. Woon-werk verkeer wordt niet als arbeidsgerelateerd verkeer geregistreerd in LIS. Hieronder staat een samenvatting van deze analyse, de uitgebreide tabellen staan in bijlage 1. Over de periode vonden jaarlijks gemiddeld SEH-behandelingen naar aanleiding van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval plaats. Naar schatting moeten jaarlijks 230 slachtoffers (11%) na behandeling op de SEH-afdeling in de leeftijd van 15 t/m 64 jaar b opgenomen worden in het ziekenhuis door een arbeidsgerelateerd verkeersongeval (zie tabel 1.1). De opnameduur in het ziekenhuis is dan gemiddeld bijna 8 dagen. Eén op de vijf slachtoffers die behandeld wordt op een SEH-afdeling loopt een fractuur op door een arbeidsgerelateerd verkeersongeval. b Voor de keuze van deze leeftijdsgroep zie paragraaf 2.1

15 15 Arbeidsongevallen in het Verkeer Ongeveer 90% van deze arbeid-verkeersongevallen betreft mannen, met name in de leeftijd van jaar (41%). De meeste vrouwen die een arbeidverkeersongeval hebben gehad zijn tussen de 15 en 29 jaar (46%). De meeste ongevallen onder jarigen komen voor in de bedrijfstak vervoer, post en communicatie en openbaar bestuur (respectievelijk 26% en 16%). Voor 30% is de bedrijfstak onbekend. Het overgrote deel van de ongevallen (40%) gebeurt op de straat, de rijweg of het trottoir. Voor 29% is de locatie onbekend. Bij 32% van de arbeidsverkeersongevallen is het slachtoffer een voetganger. In 56% van de gevallen gaat het om een botsing met een voertuig of een voetganger. 1.2 Doel en vraagstelling Er is een LIS-vervolgonderzoek uitgevoerd onder slachtoffers van een verkeersongeval om te bekijken hoeveel ongevallen zijn voorgevallen in het kader van arbeid, die worden gemist in de registratie. Het onderzoek geeft antwoord op de volgende vragen van het Ministerie van SZW: 1 Welk deel van de verkeersslachtoffers loopt letsel op door een ongeval tijdens aan beroepsactiviteiten gerelateerde werkzaamheden? 2 Wat is de reden van verkeersdeelname ten tijde van het ongeval? 3 Welke achtergrondfactoren spelen een rol (beroep, bedrijfstak, leeftijd, geslacht, betrokken voertuig, e.d.)? Consument en Veiligheid houdt zich bezig met preventie van ongevallen en is daarom geïnteresseerd in de toedracht en oorzakelijke factoren van een ongeval. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar arbeidsgerelateerde ongevallen, maar ook naar verkeersongevallen in het algemeen. Aanvullend zijn daarom door Consument en Veiligheid de volgende vraagstellingen meegenomen: 4 Wat is de toedracht en welke oorzakelijke factoren spelen een rol bij het ontstaan van de verkeersongevallen? 5 Zijn er verschillen tussen de verkeersslachtoffers en de arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers wat betreft de achtergrondfactoren en toedracht van het ongeval? 6 Zijn er verschillen tussen de slachtoffers die in LIS worden gedefinieerd als een arbeidsgerelateerd verkeersongeval (1% overlap in ) en de arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers in de hier beschreven steekproef? 1.3 Leeswijzer In dit rapport wordt het onderzoek beschreven naar verkeersongevallen in het kader van arbeid. In hoofdstuk 2 staan de gebruikte methoden van onderzoek. Hoofdstuk 3 beantwoordt de onderzoeksvragen, die gaan over arbeidsongevallen in het

16 16 Arbeidsongevallen in het Verkeer verkeer en de achtergrondfactoren die daarmee samenhangen. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op achtergronden van niet-arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers en de verschillen met arbeidsgerelateerd verkeersslachtoffers. In hoofdstuk 5 wordt gekeken naar de verschillen tussen de in LIS geregistreerde arbeidsgerelateerde verkeersongevallen ( ) en de ongevallen die in het hier beschreven onderzoek naar voren zijn gekomen. In hoofdstuk 6 wordt ingegaan op de mogelijkheden, beperkingen en conclusies van dit onderzoek. In bijlage 1 staat het uitgebreide rapport over de in in LIS geregistreerde arbeidsgerelateerde verkeersongevallen. Deze cijfers worden voor hoofdstuk 5 gebruikt. In bijlage 2 staat een lijst van de meewerkende ziekenhuizen, in bijlage 3 de gebruikte vragenlijst en in bijlage 4 de namen van de deelnemers van de Begeleidingscommissie. In bijlage 5 staat de procedure van de weging van het bestand beschreven.

17 17 Arbeidsongevallen in het Verkeer 2 Methoden 2.1 Onderzoekspopulatie De onderzoekspopulatie bestaat uit alle slachtoffers met een leeftijd van 15 tot en met 64 jaar, die gedurende de periode januari tot en met mei 2005 zijn behandeld op de SEH-afdeling van ziekenhuizen die meewerken aan LIS voor letsel ontstaan door een verkeersongeval. Er is voor deze leeftijdsgroep gekozen omdat zij het grootste deel van de beroepsbevolking omvatten en derhalve de meeste kans hebben op een arbeidsongeval. In LIS is een verkeersongeval als volgt gedefinieerd: een ongeval waarbij een voertuig is betrokken en waarbij het slachtoffer letsel heeft opgelopen als gevolg van een verkeerssituatie. Dit is inclusief boot-, trein- en vliegverkeer en éénzijdige fietsongevallen op de openbare weg en exclusief ongevallen met geparkeerde voertuigen. Voetgangers en openbaar vervoerreizigers behoren ook tot de doelgroep. Al deze slachtoffers zijn voor het onderzoek aangeschreven. In 2005 werkten 12 ziekenhuizen verspreid over Nederland mee aan LIS. De slachtoffers die zijn behandeld op de SEH-afdeling van deze 12 ziekenhuizen vormen een representatieve steekproef van alle slachtoffers behandeld op SEHafdelingen van ziekenhuizen in Nederland. Alle LIS-ziekenhuizen hebben hun medewerking aan het onderzoek verleend. In bijlage 2 is een overzicht gegeven van de ziekenhuizen die hebben meegewerkt aan het onderzoek en het aantal verkeersslachtoffers van 15 tot en met 64 jaar die per ziekenhuis zijn aangeschreven. In totaal zijn 3766 verkeersslachtoffers aangeschreven. Ten behoeve van het onderzoek is een onderverdeling gemaakt in arbeidsgerelateerde en niet-arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers. In de vragenlijst (bijlage 3, vraag 22) is dit geïnventariseerd aan de hand van een indeling vastgesteld in overleg met het Ministerie van SZW. Wanneer de respondent zelf aangeeft het verkeersongeval in het kader van arbeid te hebben opgelopen, dan wordt dit gezien als arbeidsgerelateerd ongeval. In overleg met het Ministerie van SZW en volgens de in Nederland geldende definities zijn woon-werk verkeersslachtoffers niet meegenomen als arbeidsgerelateerd ongeval. 2.2 Onderzoeksopzet Het onderzoek is uitgevoerd met behulp van een retrospectief vragenlijstonderzoek. Door de LIS-ziekenhuizen is aan de onderzoekspopulatie een schriftelijke vragenlijst toegestuurd met het verzoek deze in te vullen en binnen

18 18 Arbeidsongevallen in het Verkeer twee weken terug te sturen naar Consument en Veiligheid. De verzending vond plaats vanaf half augustus tot eind september. Hoewel de terugvraagperiode voor een aantal respondenten relatief lang is (minimaal 4 maanden, maximaal 9 maanden), wordt verwacht dat dit weinig problemen zal opleveren met bijvoorbeeld herinneringsverlies (geheugenbias). Het betreft hier namelijk relatief ernstige verkeersongevallen waarvoor medische behandeling noodzakelijk was. 2.3 De vragenlijst De vragenlijst, weergegeven in bijlage 3, bestaat uit vragen over het slachtoffer (persoonsgegevens) inclusief vragen over de eventuele werkkring van het slachtoffer, vragen over het ongeval (ongevalsgegevens) en vragen over het letsel. De respondenten die aangaven dat ze tijdens werk(tijd) een verkeersongeval hebben gehad, kregen extra vragen over hun beroep, bedrijfstak en werkkring. Een deel van de vragen in de vragenlijst komt overeen met reeds verzamelde gegevens van deze slachtoffers in LIS. Het betreft vragen over het type letsel en de locatie van het letsel, de datum en de toedrachtbeschrijving van het ongeval en leeftijd en geslacht van het slachtoffer. Hierdoor is een vergelijking mogelijk tussen de gegevens verzameld op de SEH-afdeling op het moment van het ongeval en de antwoorden die de respondent zelf in de vragenlijst heeft ingevuld. Het is niet te achterhalen welke gegevens de juiste zijn: de gegevens ingevuld in de vragenlijst of de gegevens uit LIS. In dit onderzoek is ervoor gekozen om de gegevens uit LIS als de gouden standaard te hanteren. De vragenlijst is ontwikkeld in overleg met de Begeleidingscommissie ingesteld door het Ministerie van SZW (zie bijlage 4) en deskundigen van de SWOV (Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid) en Stichting BGZ Wegvervoer. Bij de samenstelling van de vragenlijst is zo veel mogelijk gebruik gemaakt van standaard definities en classificaties, namelijk van LIS en de Standaard Beroepsindeling (SBI) van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) voor beroep en bedrijfstakindeling. Dit maakt vergelijking met landelijke cijfers mogelijk. 2.4 Analyses De gegevens uit de vragenlijst zijn met behulp van SPSS Data Entry (versie 3.0.2) ingevoerd en vervolgens gekoppeld aan de reeds bestaande gegevens van die slachtoffers uit LIS. Van de slachtoffers die hun vragenlijst hebben geretourneerd, zijn hierdoor zowel de vragenlijstgegevens als de reeds geregistreerde gegevens uit LIS beschikbaar voor analyses. Respondenten konden ook de vragenlijst onbeantwoord terugsturen en het non-respons formulier op de achterkant invullen. Dit zijn non-responders. Ook respondenten met de volgende kenmerken zijn non-

19 19 Arbeidsongevallen in het Verkeer responders: adres onbekend en dus vragenlijst niet verstuurd, vragenlijst te laat binnengekomen bij Consument en Veiligheid (na 31 oktober 2005), geen vragenlijst of non-responsformulier ontvangen. De binnengekomen gegevens die zijn binnengekomen zijn geschoond. Hierbij zijn de gegevens die de respondenten op de vragenlijst hebben ingevuld vergeleken met de reeds verzamelde LIS-gegevens. Wanneer de vragenlijstgegevens en de LIS-gegevens van dezelfde respondent van elkaar verschilden op leeftijd en/of geslacht, dan is naar de omschrijving van het ongeval gekeken binnen de vragenlijst en binnen LIS. Wanneer daar ook verschillen naar voren kwamen, is er vanuit gegaan dat de respondent niet het juiste ongeval voor ogen had bij het invullen van de vragenlijst. De respondent werd dan op non-respons gezet. Er is nagegaan of de respondenten representatief zijn voor alle verkeersslachtoffers die behandeld worden op een SEH-afdeling. Hierbij zijn zij vergeleken met alle verkeersslachtoffers van 15 tot en met 64 jaar die in 2004 een SEH-afdeling van een LIS-ziekenhuis hebben bezocht. Er bleken met name verschillen te bestaan op de variabelen geslacht, ziekenhuisopname en verkeersdeelname (zie bijlage 5). Door weging op het databestand voor deze variabelen is de responsgroep zoveel mogelijk overeenkomstig gemaakt aan de groep verkeersslachtoffers uit LIS in De procedure van de weging staat beschreven in bijlage 5. Hiermee zijn de resultaten representatief voor alle verkeersslachtoffers, die behandeld zijn op een SEH-afdeling. Om de vraagstellingen van het onderzoek te beantwoorden zijn analyses uitgevoerd. Deze analyses hebben betrekking op het vóórkomen van arbeidsongevallen in het verkeer, de redenen van verkeersdeelname en factoren die bij het ongeval een rol speelden (hoofdstuk 3). Voor alle achtergrondvariabelen zijn frequentietabellen weergegeven. Vergelijkbare gegevens zijn tevens voor nietarbeidsgerelateerde verkeersongevallen weergegeven (hoofdstuk 4). In hoofdstuk 4 worden tevens de belangrijkste verschillen benoemd tussen arbeidsgerelateerde verkeersongevallen en niet-arbeidsgerelateerde verkeersongevallen. Om de verschillen te toetsen is gebruik gemaakt van Chi-kwadraat-toetsen. Daarbij is gekozen voor een significant verschil bij p< 0, Responsgegevens De LIS-gegevens zijn beschikbaar voor alle slachtoffers die in het onderzoek zijn aangeschreven (n = 3766). Van 1282 verkeersslachtoffers is een ingevulde vragenlijst ontvangen. Na schoning waren nog 1259 vragenlijsten beschikbaar voor de analyses. Dat is een respons van 1259 / 3766 * 100% = 33%. Het merendeel van de resultaten is weergegeven in percentages (van de gewogen aantallen), waarbij het aantal respondenten is weergegeven in ongewogen aantallen. Door afronding kan het voorkomen dat het totaal in een tabel afwijkt van de som van de afzonderlijke percentages.

20 20 Arbeidsongevallen in het Verkeer Uit LIS zijn gegevens verkregen over het geslacht en de leeftijd van de respondenten op het moment van het ongeval. De verdeling van deze twee variabelen is door weging representatief gemaakt voor verkeersslachtoffers van 15 tot en met 64 jaar in 2004 (zie bijlage 5 Procedure weging ). Tabel 2.1 geeft de verdeling weer van de respondenten over geslacht en leeftijd. Tabel 2.1 Verdeling geslacht en leeftijd van de respondenten (gewogen) Leeftijd Man (n=625) Vrouw (n=634) jaar 32% 29% jaar 38% 36% jaar 30% 36% Totaal 100% 100% Binnen de groep respondenten zijn de slachtoffers evenredig verdeeld naar geslacht en leeftijdscategorie. In de vragenlijst zijn aanvullend gegevens verzameld over de nationaliteit van het slachtoffer. Deze gegevens zijn weergegeven in tabel 2.2 en vergeleken met de landelijke gegevens (ook voor leeftijd en geslacht) van de Nederlandse bevolking. Tabel 2.2 Verdeling van demografische variabelen onder de respondenten (slachtoffers verkeersongeval met SEH-behandeling van 15 tot en met 64 jaar) en de algemene bevolking van 15 tot en met 64 jaar (CBS) Respondenten Landelijke gegevens Demografische variabelen Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) CBS Geslacht Man % 51% Vrouw % 49% Leeftijd jaar % 18% jaar % 44% jaar % 38% Nationaliteit Nederlands % 81% Anders 45 4% 19% Onbekend 8 1% - Totaal % 100% Bron: CBS statline 4 In de steekproef is 59% man en uit de CBS-gegevens blijkt dat 51% van de Nederlandse bevolking man is. Verder is er ook een verschil te vinden in leeftijdsopbouw. We kunnen hieruit concluderen dat verhoudingsgewijs meer mannen dan vrouwen een verkeersongeval hebben en meer mensen van jongere leeftijd dan van oudere leeftijd. Tot slot is er een groter percentage autochtonen in de steekproef (95%) dan wat uit CBS-gegevens blijkt (81%).

21 21 Arbeidsongevallen in het Verkeer 3 Arbeidsgerelateerde verkeersongevallen 3.1 Aandeel arbeidsgerelateerde verkeersongevallen De belangrijkste vraag binnen dit onderzoek is welk aandeel van de verkeersongevallen in het kader van arbeid voorkomt (tabel 3.1). Tabel 3.1 Bezigheden tijdens ongeval Bezigheden tijdens ongeval Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Het ongeval gebeurde in de vrije tijd % Respondent was onderweg van / naar het werk % Het gebeurde onder werktijd / respondent was aan het werk 77 7% Onbekend 8 1% Totaal % Het aandeel arbeidsgerelateerde verkeersongevallen is 7%. Het aandeel verkeersongevallen dat gebeurt in het kader van woon-werk verkeer is 26%. Verreweg de meeste verkeersongevallen zijn niet gerelateerd aan werk, namelijk 67%. 3.2 Reden arbeidsgerelateerde verkeersdeelname Vervolgens is gekeken naar de reden van de arbeidsgerelateerde verkeersdeelname, oftewel in het kader van welk soort werk werd deelgenomen aan het verkeer. Resultaten staan in onderstaande tabel 3.2. Tabel 3.2 Reden arbeidsgerelateerde verkeersdeelname Werkzaamheden Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Onderweg van / naar vergadering / bespreking / klant 26 35% Goederenvervoer 24 30% Hulpdiensten, surveillance 9 12% Personenvervoer 7 8% Iets anders 11 15% Totaal % De meeste arbeidsgerelateerde verkeersongevallen gebeuren op weg naar een vergadering, bespreking of een klant (35%). Ook veel ongevallen gebeuren tijdens

22 22 Arbeidsongevallen in het Verkeer goederenvervoer (30%). Ongeveer 12% gebeurt in het kader van hulpdiensten, zoals ambulance en politie en surveillance van bewakingsdiensten. En 8% van de arbeidsgerelateerde verkeersongevallen gebeurt in het personenvervoer. Ongeveer 15% van de slachtoffers had andere werkzaamheden. 3.3 Achtergrond arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Verscheidene achtergrondfactoren van arbeidsgerelateerde verkeersongevallen zijn bekeken. Ten eerste zijn demografische gegevens, zoals leeftijd en geslacht, beroep en bedrijfsvariabelen van de betreffende slachtoffers onderzocht. Tabel 3.3 Leeftijd en geslacht slachtoffers arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Demografie Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Geslacht Man 52 74% Vrouw 25 26% Leeftijd jaar 11 14% jaar 37 47% jaar 29 39% Totaal % De meerderheid van de slachtoffers van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval is man (74%) en ongeveer een kwart (26%) is vrouw. Iets minder dan de helft (47%) is tussen de 25 en 44 jaar oud. Ongeveer 14% is in de leeftijd tussen 15 en 24 jaar oud en 39% is tussen de 45 en 64 jaar (zie tabel 3.3).

23 23 Arbeidsongevallen in het Verkeer Tabel 3.4 Categorie beroep slachtoffers arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Categorie beroep Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Landelijke gegevens (TNO)* Transportberoepen 20 26% 4% Dienstverlenend 11 15% 11% Overige beroepen 11 14% 9% Ambachtelijk / industrieel 9 11% 14% Commercieel 6 7% 15% Leidinggevende functies 5 7% 7% Gezondheidszorg / hulpverlening 6 7% 9% (Vak) specialisten 5 7% 10% Agrarisch 1 1% 2% Administratief 1 1% 14% Leerkrachten / docenten - - 4% Onbekend 2 3% 1% Totaal % 100% Bron: TNO Arbeid 5 * exclusief zelfstandigen De meeste slachtoffers van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval zijn werkzaam in een transportberoep (26%). Ook vergeleken met de landelijke cijfers is dit een hoog percentage. Bij commerciële en administratieve beroepen zien we dat bij de arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers daar veel minder mensen werkzaam zijn dan landelijk het geval is (zie tabel 3.4). Tabel 3.5 Bedrijfstak slachtoffers arbeidsgerelateerd verkeersongeval Bedrijfstak Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Landelijke gegevens (CBS) Vervoer en communicatie 13 18% 7% Openbaar bestuur / overheid 11 14% 8% Gezondheids- en welzijnszorg 9 12% 16% Overige bedrijven 9 11% 5% Handel 6 7% 12% Industrie 5 6% 15% Zakelijke dienstverlening 3 6% 13% Horeca 2 3% 5% Landbouw, bosbouw en visserij 2 2% 4% Bouwnijverheid 1 2% 6% Financiële instellingen 1 1% 4% Overige dienstverlening 1 1% * Onderwijs - - 7% Energie- en waterleidingbedrijven - - 1% Onbekend 14 18% <1% Totaal % 100% Bron: CBS 4 * niet als categorie opgenomen

24 24 Arbeidsongevallen in het Verkeer Wat betreft bedrijfstak (tabel 3.5), zien we overeenkomsten met beroep (tabel 3.4). Van alle arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers zijn de meeste werkzaam in de bedrijfstak vervoer en communicatie (18%). Vergeleken met de landelijke gegevens is dat behoorlijk veel. Ook relatief veel van de arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers zijn werkzaam in het openbaar bestuur/overheid, namelijk 14%. Ook dit percentage is vergeleken met de landelijke gegevens behoorlijk hoog. Tabel 3.6 Aard werkkring en aantal werknemers slachtoffers arbeidsgerelateerd verkeersongeval Werkkring Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Landelijke gegevens (CBS) Werknemer vast diensverband 45 60% 82% Werknemer flexibele arbeidsrelatie 20 24% 7% Zelfstandig ondernemer 9 11% 12% Onbekend 3 4% - Totaal % 100% Aantal werknemers Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Landelijke gegevens (TNO) 1 tot en met % 23% 10 tot en met % 37% 100 en meer 20 27% 36% Onbekend 8 9% 5% Totaal % 100% Bron: CBS Statline en TNO Arbeid 5 De meeste slachtoffers van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval zijn werknemers met een vast dienstverband (60%). Op de tweede plaats komen de zelfstandig ondernemers met 11%. Vergeleken met landelijke gegevens zijn er meer werknemers met een flexibele arbeidsrelatie (mensen met tijdelijke contracten, uitzendkrachten, etcetera) die een arbeidsgerelateerd ongeval hebben gehad (zie tabel 3.6). De meeste slachtoffers van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval werken in een bedrijf met 10 tot en met 99 medewerkers (46%). Ook werken veel slachtoffers in een bedrijf met 100 werknemers of meer (27%). De landelijke gegevens komen redelijk overeen met de gegevens van de arbeidsgerelateerde slachtoffers (zie tabel 3.6). Vervolgens is gekeken naar soort verkeersdeelname, frequentie van gebruik van het voertuig en bezit certificaat of rijbewijs. Zowel in LIS als in de vragenlijst is gevraagd naar soort verkeersdeelname en type voertuig. Voor onderstaande tabel is de voorkeur gegeven aan de gegevens uit de vragenlijst omdat de vragenlijst dieper inging op soort verkeersdeelname en het

25 25 Arbeidsongevallen in het Verkeer soort voertuig waarin werd gereden. Er waren meer categorieën in de vragenlijst dan in LIS. Tabel 3.7 Verkeersdeelname slachtoffer arbeidsgerelateerd verkeersongeval Soort deelname Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Bestuurder 60 80% Passagier 5 7% Voetganger 4 4% Bijrijder 4 4% Anders (stond bij voertuig) 3 3% Onbekend 1 1% Totaal % Voertuig (n=73) excl. voetganger Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Personenauto 25 38% Bestelauto, bestelbus 12 18% Fiets 10 12% Vrachtwagen 7 8% Brommer, scooter, snorfiets 5 7% Anders 4 5% (Vork)heftruck 3 4% Motor 3 3% (Auto)bus, taxibus 2 2% Trekker, landbouwvoertuig 1 2% Onbekend 1 1% Totaal % De grote meerderheid van slachtoffers van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval (80%) was bestuurder van een voertuig ten tijde van het ongeval. De meeste slachtoffers reden in een personenauto (38%) of een bestelauto (18%). Ook de fiets (12%) kwam regelmatig als voertuig voor (zie tabel 3.7). Wanneer we kijken naar frequentie van gebruik van het voertuig, zien we dat iedereen minstens één of meerdere keren per week gebruik maakt van het voertuig. Slechts één slachtoffer van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval reed één of een paar keer per maand op de motor. Iedereen was in het bezit van een certificaat of rijbewijs voor het bewuste voertuig, waarvoor dit verplicht is. Daarna is gekeken naar de eventuele tegenpartij, waar men geraakt is, op welk deel van de weg men zich bevond en of men bepaalde veiligheidsmaatregelen had genomen.

26 26 Arbeidsongevallen in het Verkeer Tabel 3.8 Tegenpartij arbeidsgerelateerd ongeval Tegenpartij aanwezig Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) 1 voertuig 39 50% Geen tegenpartij 24 30% 2 of meer voertuigen 10 16% 1 of meer voetgangers 1 1% 1 of meer voertuigen en 1 of meer voetgangers 1 1% Onbekend 2 2% Totaal % Voertuig tegenpartij (n=52) Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Personenauto 28 55% Vrachtauto 8 16% (Vork)heftruck 4 6% Bestelauto, bestelbus 3 6% Trekker, landbouwvoertuig 2 5% Fiets 2 3% (Auto)bus, taxibus 1 2% Anders 2 3% Onbekend 2 3% Totaal % De meeste slachtoffers van een arbeidsgerelateerd verkeersongeval hebben een voertuig als tegenpartij (50%). De tegenpartij is meestal een personenauto (55%) of een vrachtauto (16%). In 30% van de gevallen betrof het een eenzijdig ongeval, er was geen tegenpartij bij betrokken (zie tabel 3.8). Ongeveer de helft van de arbeidsgerelateerde verkeersongevallen vond plaats binnen de bebouwde kom (51%). Zo n 44% bevond zich buiten de bebouwde kom. De overige arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers wisten niet of het ongeval binnen of buiten de bebouwde kom plaatsvond. Veel slachtoffers bevonden zich ten tijde van het ongeval op de autosnelweg (27%), op een buitenweg (15%) of op een andere straat (22%). Bijna de helft bevond zich op een recht stuk weg (46%). Andere slachtoffers waren op het moment van het ongeval op een kruising (22%), of in een bocht (12%). De meeste arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers zijn van achteren (26%), van voren (21%), of van opzij (19%) geraakt. Ongeveer 11% is van meerdere kanten geraakt.

27 27 Arbeidsongevallen in het Verkeer Tabel 3.9 Getroffen veiligheidsmaatregelen (n=77) Maatregelen Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) 1 Autogordel 41 59% Hoofdsteunen 34 50% Airbag 29 41% Verlichting 29 37% Reflecterende band / kleding 10 12% Helm 8 9% Anders 12 16% 1 Respondenten konden meerdere antwoorden geven, vandaar dat de percentages optellen tot meer dan 100%. In dit kader is het relevant om te bezien welke maatregelen bij welk voertuig zijn getroffen (tabel 3.9). Van de slachtoffers die in een personenauto reden had een grote meerderheid (96%, n=24) zijn autogordel om. Ongeveer 86% (n=21 had een hoofdsteun, en 82% (n=21)had een airbag. Alle motorrijders (n=3) hadden hun helm op en 60% van de brommerrijders (n=3) had een helm op. Bij de laatste groep is dat echter niet voor alle soorten brommers verplicht. Bij de vrachtwagenchauffeurs viel op dat een meerderheid (71%, n=5) juist hun gordel niet om had. 3.4 Gevolgen ongeval Vervolgens zijn de gevolgen van het ongeval nagegaan, namelijk door wie men is behandeld, welk soort letsel is opgelopen, en wat de gevolgen voor het werk waren. Tabel 3.10 Behandelaar arbeidsgerelateerd verkeersongeval (n=77) Behandelaar Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) 1 SEH-afdeling ziekenhuis 67 89% 2 Ambulancepersoneel 44 56% In ziekenhuis opgenomen 23 24% Fysiotherapeut 17 22% Huisarts 11 15% In ziekenhuis poliklinisch behandeld door specialist 7 10% Bedrijfshulpverlener, EHBO-er 3 5% Huisartsenpost 2 2% In revalidatiekliniek poliklinisch behandeld 1 1% In revalidatiekliniek opgenomen 1 1% Tandarts - - In verpleeghuis opgenomen - - Anders 2 3% 1 Respondenten konden meerdere antwoorden geven, vandaar dat de percentages optellen tot meer dan 100%. 2 Alle respondenten (100%) zijn terecht gekomen op de SEH-afdeling van een ziekenhuis en zijn daar al dan niet behandeld. Dit is de rapportage van de respondenten zelf.

28 28 Arbeidsongevallen in het Verkeer Meer dan de helft is behandeld door ambulancepersoneel (56%). Bijna een kwart van de arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers is opgenomen in het ziekenhuis (24%; tabel 3.10). Tabel 3.11 Soort letsel als gevolg van arbeidsgerelateerd verkeersongeval Letsel Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) 1 Oppervlakkig letsel 41 52% Botbreuk 22 24% Spier / peesletsel 16 21% Hersenschudding / hersenletsel 17 20% Whiplash 8 12% Open wond 9 11% Orgaanletsel 5 5% Verlammingsverschijnselen 4 4% Gewricht uit de kom 3 3% Amputatie - - Brandwond(en) - - Anders 16 22% 1 Respondenten konden meerdere antwoorden geven, vandaar dat de percentages optellen tot meer dan 100%. De meeste letsels die voorkwamen bij arbeidsgerelateerde verkeersslachtoffers waren oppervlakkig letsel (52%), botbreuken (24%), spier- en peesletsel (21%) en hersenschuddingen of hersenletsel (20%; tabel 3.11). Tabel 3.12 Gevolgen van letsel: duur pijn / klachten Hoelang last gehad Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) 1 dag 2 3% 2-7 dagen 8 12% 8-14 dagen 12 17% 15 dagen - 1 maand 12 16% 1-2 maanden 5 7% Langer dan 2 maanden 38 44% Totaal % De meeste slachtoffers hebben lang last van de gevolgen van het ongeval: 44% heeft langer dan 2 maanden last (zie tabel 3.12). Ongeveer 47% heeft ten tijde van het invullen van de vragenlijst nog steeds last van de gevolgen. Vooral voor het verrichten van betaalde arbeid zijn er gevolgen geweest: 78% heeft één of meerdere dagen verzuimd van zijn of haar werk (tabel 3.13).

29 29 Arbeidsongevallen in het Verkeer Tabel 3.13 Aantal dagen werk verzuimd Aantal dagen verzuim Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) 1-7 dagen 13 19% 1-2 weken 9 12% 2-4 weken 5 6% 1-2 maanden 12 13% 2-6 maanden 13 16% 6 maanden of meer 4 5% Niet van toepassing 15 22% Onbekend 6 6% Totaal % Het gemiddeld aantal verzuimde dagen was 57 dagen. Dit was inclusief weekenden, vrije dagen en vakantie. Verder is gevraagd of de respondent dacht dat er blijvende gevolgen voor het uitoefenen van zijn of haar beroep zouden bestaan: 6% geeft aan dat het ongeval zeker gevolgen heeft voor het uitoefenen van hun beroep, en 4% zegt dat het waarschijnlijk gevolgen heeft. 3.5 Oorzakelijke factoren Tot slot zijn factoren bekeken die mogelijk bijdragen aan het ontstaan van het ongeval. Het eerste deel gaat in op het tijdstip van het ongeval, de handeling ten tijde van het ongeval en hoe lang men al onderweg was. Het tweede deel gaat in op de factoren waarvan de respondent zelf heeft aangegeven of en in welke mate die factor een rol heeft gespeeld als oorzaak van het ongeval. Tabel 3.14 Tijdstip arbeidsgerelateerde verkeersongevallen Tijdstip ongeval Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Tussen 0 en 6 uur s nachts 5 7% Tussen 6 en 9 uur s ochtends 13 18% Tussen 9 en 12 uur s ochtends 18 23% Tussen 12 en 15 uur s middags 18 22% Tussen 15 en 18 uur s middags 15 20% Tussen 18 en 24 uur s avonds 8 10% Totaal % Tweederde van de arbeidsgerelateerde verkeersongevallen zijn gebeurd tussen 9 en 18 uur. Dat lijkt logisch aangezien de meeste werkdagen lopen van 9 tot 17 uur (zie tabel 3.14).

30 30 Arbeidsongevallen in het Verkeer Tabel 3.15 Handeling ten tijde arbeidsgerelateerd verkeersongeval Handeling Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) Vooruit rijden 44 57% Stilstaan 11 16% Iets anders 7 9% Afslaan naar rechts 5 6% Afslaan naar links 4 5% Remmen 2 3% Onbekend 4 4% Totaal % Verreweg de meeste mensen zijn bezig met vooruit rijden ten tijde van het ongeval (57%; tabel 3.15). Tabel 3.16 Periode ononderbroken onderweg ten tijde van arbeidsgerelateerd verkeersongeval Minuten onderweg Aantal (in steekproef) Percentage (gewogen) 0-15 minuten 36 45% minuten 15 20% minuten 15 21% 1 tot 2 uur 4 6% 2 uur of langer 2 3% Onbekend 5 5% Totaal % Iets minder dan de helft (45%) was 0-15 minuten onderweg. Veel respondenten waren minuten (20%) of minuten onderweg (21%; tabel 3.16). De volgende tabel (3.17) laat zien in hoeverre de respondenten vinden dat de aangegeven factoren een rol hebben gespeeld bij het ontstaan van het ongeval. Wanneer de factor geen rol speelde, waren de respondenten geacht niets aan te kruisen. Daarom staat er geen informatie over in de tabel.

Fietsongevallen en alcohol

Fietsongevallen en alcohol Fietsongevallen en alcohol Ongevalscijfers Samenvatting Jaarlijks vinden gemiddeld 2.700 behandelingen plaats op een Spoedeisende Hulp (SEH) afdeling van een ziekenhuis in verband met letsel opgelopen

Nadere informatie

Vingerbeknelling door deur

Vingerbeknelling door deur Vingerbeknelling door deur Ongevalscijfers Coby Draisma Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam September 2015 Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid

Nadere informatie

Arbeidsongevallen in het verkeer Kunnen werkgevers bijdragen aan de verkeersveiligheid in Nederland?

Arbeidsongevallen in het verkeer Kunnen werkgevers bijdragen aan de verkeersveiligheid in Nederland? Arbeidsongevallen in het verkeer Kunnen werkgevers bijdragen aan de verkeersveiligheid in Nederland? Drs. Anita Venema, TNO, e-mail anita.venema@tno.nl Drs. Maartje Bakhuys-Roozeboom Samenvatting Veel

Nadere informatie

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval Fietsongevallen Ongevalscijfers Samenvatting In 212 zijn 2 personen aan de gevolgen van een fietsongeval overleden. De dodelijke fietsongevallen zijn slechts het topje van de ijsberg van alle fietsongevallen.

Nadere informatie

SEH-behandelingen naar aanleiding van GHBgebruik

SEH-behandelingen naar aanleiding van GHBgebruik SEH-behandelingen naar aanleiding van GHBgebruik H. Valkenberg Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam Maart 2012 Bij de samenstelling van deze publicatie is de

Nadere informatie

Vervolgonderzoek vuurwerkongevallen 2014-2015

Vervolgonderzoek vuurwerkongevallen 2014-2015 Vervolgonderzoek vuurwerkongevallen 2014-2015 Susanne Nijman Huib Valkenberg Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam februari 2015 Vervolgonderzoek vuurwerkongevallen 2014-2015 2 Extern

Nadere informatie

Vingerbeknelling door deur

Vingerbeknelling door deur Vingerbeknelling door deur Ongevalscijfers Martha Dijkgraaf Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam Januari 2013 Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid

Nadere informatie

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar H.Valkenberg S. Nijman Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam juni 2011

Nadere informatie

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar H. Valkenberg Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam maart 2012 Bij de

Nadere informatie

Verkeersongevallen tijdens het werk Anita Venema, Annick Starren & Marloes van der Klauw TNO Work and Health NVVC, 19 april 2012.

Verkeersongevallen tijdens het werk Anita Venema, Annick Starren & Marloes van der Klauw TNO Work and Health NVVC, 19 april 2012. 0 NVVC april 2012 Verkeersongevallen tijdens het werk Verkeersongevallen tijdens het werk Anita Venema, Annick Starren & Marloes van der Klauw TNO Work and Health NVVC, 19 april 2012. Definitie arbeidsongeval

Nadere informatie

1 Behandelingen op de Spoedeisende Hulp-afdeling (SEH) 1

1 Behandelingen op de Spoedeisende Hulp-afdeling (SEH) 1 Ongevallen met vuurwerk Jaarwisseling 2015-2016 1 Behandelingen op de Spoedeisende Hulp-afdeling (SEH) 1 Op 31 december 2015 en 1 januari 2016 zijn er 482 slachtoffers van een vuurwerkongeval behandeld

Nadere informatie

Ongevallen met een barbecue

Ongevallen met een barbecue Ongevallen met een barbecue J.A. Draisma Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam Juni 2011 Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid

Nadere informatie

Factsheet verkeerscijfers 2017

Factsheet verkeerscijfers 2017 rapport Factsheet verkeerscijfers 217 Achtergrondinformatie persbericht Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt

Nadere informatie

Fietsongevallen. Samenvatting

Fietsongevallen. Samenvatting Fietsongevallen Samenvatting Fietsers vormen een aanzienlijk deel van de verkeersslachtoffers in Nederland. Jaarlijks worden naar schatting 70.000 slachtoffers van een fietsongeval behandeld op een Spoedeisende

Nadere informatie

rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014

rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014 rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014 Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

1 Alcoholvergiftigingen

1 Alcoholvergiftigingen Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol Ongevalscijfers Samenvatting In 2012 zijn naar schatting 5.300 personen behandeld op een Spoedeisende Hulp (SEH) afdeling van een ziekenhuis naar aanleiding

Nadere informatie

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Cijfers. Tatoeages. Een analyse van OBiN-gegevens

Cijfers. Tatoeages. Een analyse van OBiN-gegevens Cijfers Tatoeages Een analyse van OBiN-gegevens Tatoeages Een analyse van OBiN-gegevens Christine Stam Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam www.veiligheid.nl Aanvraag 2015.130 Cijfers

Nadere informatie

Blessures 26.000 Spoedeisende Hulp behandelingen 3.800 Ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling 910 Doden 8

Blessures 26.000 Spoedeisende Hulp behandelingen 3.800 Ziekenhuisopnamen na SEH-behandeling 910 Doden 8 Wielerblessures Ongevalscijfers Samenvatting Jaarlijks raken er naar schatting 26.000 wielrenners geblesseerd. Het risico een wielerblessure op te lopen is kleiner dan bij veel andere sporten, maar als

Nadere informatie

Samenvatting. Bron: Letsel Informatie Systeem 2013, 2003-2013, VeiligheidNL; Continu LIS Vervolgonderzoek 2004-2009, VeiligheidNL

Samenvatting. Bron: Letsel Informatie Systeem 2013, 2003-2013, VeiligheidNL; Continu LIS Vervolgonderzoek 2004-2009, VeiligheidNL Samenvatting In 213 zijn naar schatting 5.2 personen behandeld op een Spoedeisende Hulp (SEH) afdeling van een ziekenhuis naar aanleiding van een alcoholvergiftiging (95% betrouwbaarheidsinterval 4.4-6.1).

Nadere informatie

rapport Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol

rapport Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol rapport Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar H. Valkenberg Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam maart 2013 Bij de

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Jeugd 0 t/m 18 jaar Ongevalscijfers

Jeugd 0 t/m 18 jaar Ongevalscijfers Jeugd 0 t/m 18 Ongevalscijfers Kerncijfers In 2013 leidden ongevallen (privé, sport, arbeid en verkeer) bij de jeugd van 0 tot en met 18 naar schatting tot 200.000 behandelingen op een Spoedeisende Hulp

Nadere informatie

Rapport 681. Ongevallen met hoverboards

Rapport 681. Ongevallen met hoverboards Ongevallen met hoverboards Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid voor eventuele,

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

Letsels bij kinderen 0-4 jaar

Letsels bij kinderen 0-4 jaar Letsels bij kinderen 0-4 jaar Ongevalscijfers Kerncijfers In de periode 2006-2012 leidden ongevallen (privé, verkeer en sport) bij kinderen van 0 tot en met 4 jaar tot gemiddeld naar schatting tot 94.000

Nadere informatie

Work related road safety trends and analysis in Belgium. PRAISE Madrid - October 1, 2015

Work related road safety trends and analysis in Belgium. PRAISE Madrid - October 1, 2015 Work related road safety trends and analysis in Belgium PRAISE Madrid - October 1, 2015 Study conducted by BRSI support of the Fund for Occupational Accidents analysis of 81.080 accidents (period 2008-2012)

Nadere informatie

Vallen (privé en sport)

Vallen (privé en sport) Vallen (privé en sport) Ongevalscijfers 0 tot en met 12 jaar Samenvatting Een val is de belangrijkste oorzaak van letsel bij kinderen. In 2013 zijn 67.000 kinderen van 0 tot en met 12 jaar op een SEH-afdeling

Nadere informatie

1 Overzicht problematiek. Verkeersongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting

1 Overzicht problematiek. Verkeersongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting Verkeersongevallen Ongevalscijfers Samenvatting In 212 leidden verkeersongevallen tot naar schatting 84. letsels. Voor bijna de helft van deze letsels (38.) was medische behandeling noodzakelijk. In 212

Nadere informatie

1 Omvang problematiek. Zaalvoetbalblessures. Blessurecijfers. Samenvatting

1 Omvang problematiek. Zaalvoetbalblessures. Blessurecijfers. Samenvatting Zaalvoetbalblessures Blessurecijfers Samenvatting In vijfentwintig jaar tijd is het aantal Spoedeisende Hulp (SEH) behandelingen naar aanleiding van een zaalvoetbalblessure gehalveerd. Echter zaalvoetbal

Nadere informatie

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers

rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers rapport Vallen 65 jaar en ouder Ongevalscijfers Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Ongevalscijfers. Arbeidsongevallen

Ongevalscijfers. Arbeidsongevallen Ongevalscijfers Arbeidsongevallen Arbeidsongevallen Ongevalscijfers Malou Eilering Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam www.veiligheid.nl januari 2016 Disclaimer Bij de samenstelling

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

Traumatisch hersenletsel

Traumatisch hersenletsel Traumatisch hersenletsel Ongevalscijfers Samenvatting Jaarlijks lopen naar schatting 85. mensen traumatisch hersenletsel op. Gemiddeld bezochten lijks 3. personen de SEH-afdeling van een ziekenhuis met

Nadere informatie

Spoedeisende Hulp behandelingen (2007-2011) 90 Ziekenhuisopnamen (2011) 140 Overledenen (2011) 2

Spoedeisende Hulp behandelingen (2007-2011) 90 Ziekenhuisopnamen (2011) 140 Overledenen (2011) 2 Verbranding door kleding Ongevalscijfers Samenvatting In de periode 27-211 zijn jaarlijks gemiddeld 9 mensen behandeld op een Spoedeisende Hulp (SEH)-afdeling van een ziekenhuis aan verwondingen die zijn

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Help! FILE 1 HELP! BK 2

Help! FILE 1 HELP! BK 2 Help! Hello! Can you hear me? Do you know where you are? You had an accident. My name is Reep. I m a paramedic. I will examine you and see if we need to get you to the hospital. Can you move your arms?

Nadere informatie

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol SEH-bezoeken 216 Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking

Nadere informatie

Val in sanitaire ruimten (55 jaar en ouder)

Val in sanitaire ruimten (55 jaar en ouder) Val in sanitaire ruimten (55 jaar en ouder) Samenvatting De ernst van het probleem rond vallen bij ouderen blijkt uit het grote aantal Spoedeisende hulpbehandelingen (SEH), het hoge aandeel opname na SEH-behandeling,

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Ongevallen met de elektrische fiets. Een LIS-vervolgonderzoek VOORLOPIGE RESULTATEN

Ongevallen met de elektrische fiets. Een LIS-vervolgonderzoek VOORLOPIGE RESULTATEN Ongevallen met de elektrische fiets Een LIS-vervolgonderzoek VOORLOPIGE RESULTATEN Ongevalscijfers fietsers 2011 Jaarlijks 340.000 fietsongevallen 200 dodelijke fietsslachtoffers 16.000 ziekenhuisopnamen

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 Verkeersongevallen 2016 in detail: oorzaken, leeftijd, & type weggebruiker, plaats & tijd ongeval De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium publiceert vandaag

Nadere informatie

Enkelblessures. Samenvatting. gemiddeld sporters aan een enkelblessure. Het betekent ook 1,4

Enkelblessures. Samenvatting. gemiddeld sporters aan een enkelblessure. Het betekent ook 1,4 Enkelblessures Samenvatting Jaarlijks lopen sporters 650.000 enkelblessures op. Dit is achttien procent van alle sportblessures die in een jaar ontstaan. Na knieblessures (20%) zijn enkelblessures daarmee

Nadere informatie

Arbeidsongevallen en blootstelling in de metaalsector

Arbeidsongevallen en blootstelling in de metaalsector Arbeidsongevallen en blootstelling in de metaalsector P. Giesbertz J. Kuiper A. Bloemhoff K. Oldenziel Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam November 2007 Bij

Nadere informatie

letsel, blessure of vergiftiging middelbaar onderwijs 75 jaar en ouder lager onderwijs hoger onderwijs

letsel, blessure of vergiftiging middelbaar onderwijs 75 jaar en ouder lager onderwijs hoger onderwijs In de uitwerking van het thema ongevallen wordt inzicht gegeven in het voorkomen van een letsel, vergiftiging of blessure onder de Friese bevolking van 19 jaar en ouder. Een schriftelijke gezondheidsenquête

Nadere informatie

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten The Moderating Influence of Social Support on the Relationship between Mobbing at Work

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Aantal SEH-behandelingen Aantal ziekenhuisopnamen na SEH % opnamen jaar jaar jaar en ouder

Aantal SEH-behandelingen Aantal ziekenhuisopnamen na SEH % opnamen jaar jaar jaar en ouder Ongevalscijfers Samenvatting Jaarlijks lopen 7.700 bewoners van een verpleeg- of verzorgingshuis van 65 of ouder letsel op waarvoor behandeling op een SEH-afdeling noodzakelijk is. Bijna de helft wordt

Nadere informatie

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children 1 Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working mothers with spouse and young children Verschil in stress en stressreactiviteit tussen hoogopgeleide thuisblijf-

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Ziekteverzuim Moderation of the Big Five Personality Factors on

Nadere informatie

Ongevallen met speeltoestellen

Ongevallen met speeltoestellen Ongevallen met speeltoestellen J.A. Draisma Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam Oktober 2010 Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke

Nadere informatie

Vuurwerkongevallen 2013-2014

Vuurwerkongevallen 2013-2014 Vuurwerkongevallen 2013-2014 Susanne Nijman Huib Valkenberg Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam januari 2014 Vuurwerkongevallen 2013-2014 2 Intern rapport: IR 598 Projectnummer:

Nadere informatie

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het modererend effect van coping Cyberbullying: the implications

Nadere informatie

Socio-economic situation of long-term flexworkers

Socio-economic situation of long-term flexworkers Socio-economic situation of long-term flexworkers CBS Microdatagebruikersmiddag The Hague, 16 May 2013 Siemen van der Werff www.seo.nl - secretariaat@seo.nl - +31 20 525 1630 Discussion topics and conclusions

Nadere informatie

Fietsongevallen in Noord-Brabant

Fietsongevallen in Noord-Brabant Fietsongevallen in Noord-Brabant Onderzoek naar letsels en oorzaken Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter

Nadere informatie

Ontpopping. ORGACOM Thuis in het Museum

Ontpopping. ORGACOM Thuis in het Museum Ontpopping Veel deelnemende bezoekers zijn dit jaar nog maar één keer in het Van Abbemuseum geweest. De vragenlijst van deze mensen hangt Orgacom in een honingraatpatroon. Bezoekers die vaker komen worden

Nadere informatie

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope

The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope Een onderzoek naar de relatie tussen sociale steun en depressieve-

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

Sectorprofielen Arbeidsongevallen

Sectorprofielen Arbeidsongevallen TNO-rapport Sectorprofielen Arbeidsongevallen Bijlage bij de Monitor Arbeidsongevallen 2005 Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek Stichting Consument en Veiligheid Sectorprofielen

Nadere informatie

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim.

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Bullying at work and the impact of Social Support on Health and Absenteeism. Rieneke Dingemans April 2008 Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

Werktijden van de werkzame beroepsbevolking

Werktijden van de werkzame beroepsbevolking Werktijden van de werkzame beroepsbevolking Ingrid Beckers Ruim de helft van de werkzame beroepsbevolking werkte in 22 op onregelmatige tijden. Werken in de avonduren en op zaterdag komt het meeste voor.

Nadere informatie

Rapport 707. Fietsongevallen in Zeeland Onderzoek naar letsels en oorzaken

Rapport 707. Fietsongevallen in Zeeland Onderzoek naar letsels en oorzaken Fietsongevallen in Zeeland Onderzoek naar letsels en oorzaken Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen

Nadere informatie

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.

Nadere informatie

vinger aan de pols van werkend Nederland

vinger aan de pols van werkend Nederland Innovaties voor Gezond en Veilig Werken IMPLEMENTATION AND EVALUATION OSH POLICIES NEA: vinger aan de pols van werkend Nederland De NEA Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden is het grootste iodieke onderzoek

Nadere informatie

Ouderen op de SEH: na een val in beeld

Ouderen op de SEH: na een val in beeld rapport Ouderen op de SEH: na een val in beeld Onderzoek 12 t/m 25 september 2016 op de SEH Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL

Nadere informatie

Een effectieve donormailing: vooral personen tussen de 45 en 49 jaar Zomer 2006

Een effectieve donormailing: vooral personen tussen de 45 en 49 jaar Zomer 2006 Deze factsheet is geschreven door RD Friele en R Coppen van het NIVEL in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt. Versie

Nadere informatie

Nationaal verkeerskundecongres 2016

Nationaal verkeerskundecongres 2016 Nationaal verkeerskundecongres 2016 Regionale registratie verkeersongevallen in Friesland levert uniek beeld op Jannie Docter Medisch Centrum Leeuwarden Sipke van der Meulen Regionaal Orgaan verkeersveiligheid

Nadere informatie

Enkelvoudige fietsongevallen

Enkelvoudige fietsongevallen Enkelvoudige fietsongevallen Een LIS-vervolgonderzoek Datum 21 november 2008 Status Definitief Enkelvoudige fietsongevallen Een LIS-vervolgonderzoek Datum 21 november 2008 Status Definitief Enkelvoudige

Nadere informatie

rapport Vuurwerkongevallen

rapport Vuurwerkongevallen rapport Vuurwerkongevallen 2015-2016 Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Monitor Arbeidsongevallen in Nederland 2005

Monitor Arbeidsongevallen in Nederland 2005 Monitor Arbeidsongevallen in Nederland 2005 Nederlandse Organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek TNO Stichting Consument en Veiligheid Onder redactie van: Anita Venema en Karin Jettinghoff,

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2005

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2005 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarrapportage 2005 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen april 2005 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De

Nadere informatie

Verkeersongevallen in Noord-Brabant

Verkeersongevallen in Noord-Brabant Verkeersongevallen in Noord-Brabant Cijfers over SEH-bezoeken, ziekenhuisopnamen en overledenen Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen.

Nadere informatie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en Discrepantie The Relationship between Involvement in Bullying and Well-Being and the Influence of Social Support

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Fietsongevallen in Oost-Nederland

Fietsongevallen in Oost-Nederland Fietsongevallen in Oost-Nederland Onderzoek naar letsels en oorzaken Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter

Nadere informatie

Volleybalblessures. Blessurecijfers. Samenvatting. Omvang problematiek. Jaarlijks lopen volleyballers blessures op,

Volleybalblessures. Blessurecijfers. Samenvatting. Omvang problematiek. Jaarlijks lopen volleyballers blessures op, Volleybalblessures Blessurecijfers Samenvatting Volleybal is een populaire sport in Nederland, die jaarlijks door ongeveer een half miljoen Nederlanders wordt beoefend. Het blessurerisico bij volleybal

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2004

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2004 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarrapportage 2004 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen mei 2005 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De gegevens

Nadere informatie

1 Omvang problematiek. Fitnessblessures. Blessurecijfers. Samenvatting

1 Omvang problematiek. Fitnessblessures. Blessurecijfers. Samenvatting Fitnessblessures Blessurecijfers Samenvatting Fitness is met jaarlijks ongeveer 3,1 miljoen beoefenaren in populariteit de grootste sport in Nederland. Hoewel de kans op blessures vrij klein is, leidt

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013

PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013 PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013 Minder slachtoffers door verkeersongevallen in België in 2012 De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie publiceert vandaag de recentste cijfers over

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 november 2012

PERSBERICHT Brussel, 13 november 2012 PERSBERICHT Brussel, 13 november 2012 Verkeersongevallen in België 2011 De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie publiceert vandaag de meest recente cijfers over verkeersongevallen. Het

Nadere informatie

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Bottlenecks in Independent Learning: Self-Regulated Learning, Stress

Nadere informatie

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere

Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere vrouwen: Onderzoek naar de relatie tussen angst, depressieve

Nadere informatie

Vuurwerkongevallen

Vuurwerkongevallen Vuurwerkongevallen 2014-2015 Susanne Nijman Huib Valkenberg Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam februari 2015 Vuurwerkongevallen 2014-2015 2 Extern rapport: 613 Projectnummer:

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

Werk in balans. verloop bij verzorgenden en verpleegkundigen. Work in balance. turnover of nurses and health-care workers.

Werk in balans. verloop bij verzorgenden en verpleegkundigen. Work in balance. turnover of nurses and health-care workers. Werk in balans Een onderzoek naar de invloed van werktijden op werkthuisinterferentie en de gevolgen daarvan voor burnout en verloop bij verzorgenden en verpleegkundigen. Work in balance A study of the

Nadere informatie

Determinantenonderzoek naar Factoren waarmee een Actief Stoppen-met-Roken Beleid op Cardiologieverpleegafdelingen kan worden bevorderd

Determinantenonderzoek naar Factoren waarmee een Actief Stoppen-met-Roken Beleid op Cardiologieverpleegafdelingen kan worden bevorderd Determinantenonderzoek naar Factoren waarmee een Actief Stoppen-met-Roken Beleid op Cardiologieverpleegafdelingen kan worden bevorderd Determinant Study in to Factors that Facilitate a Active Smoking-cessation

Nadere informatie

Ongevalscijfers. J.A. Draisma. Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam. April 2015

Ongevalscijfers. J.A. Draisma. Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam. April 2015 Ongevalscijfers J.A. Draisma Uitgegeven door VeiligheidNL Postbus 75169 1070 AD Amsterdam April 2015 Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL

Nadere informatie

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken

Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken 1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:

Nadere informatie

Blessurecijfers. Samenvatting. Polsblessure meest behandelde sportblessure op SEH-afdeling

Blessurecijfers. Samenvatting. Polsblessure meest behandelde sportblessure op SEH-afdeling Polsblessures Blessurecijfers Samenvatting Jaarlijks lopen sporters in Nederland gemiddeld 1. blessures aan de pols op. Voor de helft van deze blessures blijkt medische behandeling noodzakelijk. Vier op

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarapportage 2008

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarapportage 2008 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarapportage 2008 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen Mei 2009 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De gegevens

Nadere informatie

Risicogedrag Jongeren

Risicogedrag Jongeren Risicogedrag Jongeren Ongevallen en letsels en wat we daarmee moeten Letsel Informatie Systeem (LIS) Missie VNL Voorkomen van meest ernstige en meest voorkomende letsels in Nederland. Representatieve steekproef

Nadere informatie

Verloop bij de Politie: de Rol van Procedurele en Interactionele Rechtvaardigheid en Commitment

Verloop bij de Politie: de Rol van Procedurele en Interactionele Rechtvaardigheid en Commitment Verloop bij de Politie: de Rol van Procedurele en Interactionele Rechtvaardigheid en Commitment Turnover at the Police: the Role of Procedural and Interactional Justice and Commitment Inge E. F. Snyders

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2006

ONTSLAGSTATISTIEK. Jaarrapportage 2006 ONTSLAGSTATISTIEK Jaarrapportage 2006 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Directie Arbeidsverhoudingen juli 2007 Inleiding Een arbeidsovereenkomst kan op verschillende wijzen eindigen. De gegevens

Nadere informatie