VKB-protocol 6001 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) H 1, 3 e alinea, 1 e zin. Tekst versie 2.2

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "VKB-protocol 6001 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) H 1, 3 e alinea, 1 e zin. Tekst versie 2.2"

Transcriptie

1 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () H 1, 3 e alinea, 1 e zin 2.1 Definities, Kritieke afwijking, 1 e bullet Het protocol bevat eisen voor de wijze waarop de milieukundige verificatie moet worden uitgevoerd en maakt onderdeel uit van de BRL SIKB 6000, Milieukundige begeleiding (water)bodemsaneringen en nazorg. onmiddellijk kritiek effect heeft op de resultaten van het bodemsaneringsproces, zoals deze zijn vastgelegd in de kwaliteitseisen van het door het bevoegde gezag goedgekeurde bodemsaneringsplan of in de eisen zoals die bij Ministeriële Regeling zijn vastgelegd. Kritiek wil zeggen dat de afwijking direct van invloed kan zijn op de vervolgfasen van de uitvoering van de sanering of, ekst versie 2.2 Het protocol bevat eisen voor de wijze waarop de milieukundige processturing en verificatie moet worden uitgevoerd en maakt onderdeel uit van de BRL SIKB 6000, Milieukundige begeleiding (water)bodemsaneringen en nazorg. W + onmiddellijk kritiek effect heeft op de resultaten van het bodemsaneringsproces, zoals deze zijn vastgelegd in de kwaliteitseisen van het door het bevoegde gezag goedgekeurde saneringsplan, nazorgplan, verklaring van instemming, aanwijzingen (zie 1) of in de eisen zoals die bij Ministeriële Regeling zijn vastgelegd. Kritiek wil zeggen dat de afwijking direct van invloed kan zijn op de vervolgfasen van de uitvoering van de sanering of, 2.1 Definities, Milieukundige verificatie bodemsanering P 2.1, definities tabel, na In-situ reinigingstechnieken Het met monsterneming, analyses en rapportage vastleggen en beschrijven van het eindresultaat van de sanering met als doel het bevoegde gezag in staat te stellen te beoordelen of de saneringsdoelstelling is bereikt zoals die is vastgelegd in de beschikking op het saneringsplan en/of op het nazorgplan (Wbb), afgegeven door het bevoegde gezag Wbb, ófwel de verklaring van instemming met de melding in het kader van het Besluit Uniforme Saneringen (BUS), ofwel de aanwijzingen op een melding van een ongewoon voorval (art. 13 en 27 Wbb), ofwel een goedkeuringsverklaring op het saneringsplan (Wm), afgegeven door het bevoegde gezag Wm. Het met visuele inspectie in geval van asbest, monsterneming, analyses en rapportage vastleggen en beschrijven van het eindresultaat van de sanering. De milieukundige verificatie heeft als doel het bevoegde gezag in staat te stellen te beoordelen of de saneringsdoelstelling is bereikt zoals die is vastgelegd in de beschikking op het saneringsplan en/of op het nazorgplan (Wbb), afgegeven door het bevoegde gezag Wbb, ófwel de verklaring van instemming met de melding in het kader van het Besluit Uniforme Saneringen (BUS), ofwel de aanwijzingen op een melding van een ongewoon voorval (art. 13 en 27 Wbb), ofwel een goedkeuringsverklaring op het saneringsplan (Wm), afgegeven door het bevoegde gezag Wm. Kritische en niet-kritische werkzaamheden Onder kritische werkzaamheden moet worden verstaan die werkzaamheden die het saneringsresultaat kunnen beïnvloeden (b.v. grondverzet in en van verontreinigde grond voor zover van invloed op het saneringsresultaat, het vaststellen van ontgravingsgrenzen, uitvoeren van bemonsteringen, aanbrengen van systemen) en

2 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () ekst versie 2.2 werkzaamheden rondom grond- en afvalstromen (b.v. vrijkomen van grond en afval, aan- en afvoer, verwerken, controle kwaliteit). Niet-kritische werkzaamheden zijn bijvoorbeeld het inrichten van het werkterrein, grondverzet waarbij de vooraf vastgestelde ontgravingsdiepte de saneringdoelstelling is en geen partij-indeling hoeft te worden gemaakt, aanvullen van de saneringsput of aanbrengen van een leeflaag of verharding. Par. 3.1 Veldwerk Veldwerk en monsternemingen (het uitvoeren van handboringen, nemen, verpakken en conserveren van monsters, monsterneming van grondwater, verrichten van veldmetingen, maken van boorbeschrijvingen en inmeten van boorpunten en waterpassen) ten behoeve van zowel de milieukundige processturing als de milieukundige verificatie, moeten worden uitgevoerd conform de protocollen 2001 en Indien het veldwerk en de monsternemingen niet zijn uitgevoerd door een als ervaren veldwerker geregistreerde persoon of de certificaathouder niet is gecertificeerd voor de BRL SIKB 2000, moeten veldwerk en monsterneming minimaal jaarlijks worden beoordeeld, zowel op een projectlocatie als op kantoor (voor de niet in het veld te beoordelen eisen). Indien nodig kan hiervoor een extra projectbezoek worden uitgevoerd en kan de kantooraudit t.b.v. de BRL SIKB 6000 worden aangevuld met relevante eisen uit protocollen 2001 en Veldwerk en monsternemingen (het uitvoeren van visuele inspecties in geval van asbest, handboringen, nemen, verpakken en conserveren van monsters, monsterneming van grondwater, verrichten van veldmetingen, maken van boorbeschrijvingen en inmeten van boorpunten en waterpassen) ten behoeve van zowel de milieukundige processturing als de milieukundige verificatie, moeten worden uitgevoerd conform de protocollen 2001 en De visuele inspectie en monsterneming van asbest in bodem moeten worden uitgevoerd conform het protocol Indien het veldwerk en de monsternemingen niet zijn uitgevoerd door een als ervaren veldwerker onder de BRL SIKB 2000 geregistreerde persoon of de certificaathouder niet is gecertificeerd voor de BRL SIKB 2000, moeten veldwerk en monsterneming minimaal jaarlijks worden beoordeeld, zowel op een projectlocatie als op kantoor (voor de niet in het veld te beoordelen eisen). Indien nodig kan hiervoor een extra projectbezoek worden uitgevoerd en kan de kantooraudit t.b.v. de BRL SIKB 6000 worden aangevuld met relevante eisen uit protocollen 2001 en 2002 en, in geval van asbestverontreiniging, met relevante eisen uit het protocol 2018.

3 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () Par. 3.1 Bemonsteringsprotocol ekst versie 2.2 oevoeging na laatste bullet NEN 5707 Bodem Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem. H 4, na laatste zin De certificaathouder mag het uit te voeren veldwerk in het kader van milieukundige begeleiding uitbesteden aan een persoon die daarvoor erkend en geregistreerd is op basis van de BRL SIKB Deze werkzaamheden blijven in alle gevallen onder verantwoordelijkheid van de geregistreerde milieukundig begeleider vallen (zie ook paragraaf 3.9 BRL SIKB 6000). Par , 4 e alinea 1 e verrichten van monsterneming en analyses ten behoeve bullet van controle op naleving van voor de sanering afgegeven vergunningen en ontheffingen; P 4.1.1, 4 e alinea, na laatste bullets De milieukundige processturing is bij voor de processturing kritische werkzaamheden aanwezig. Dit houdt in dat de milieukundige processturing minimaal aanwezig is bij die werkzaamheden die het saneringsresultaat kunnen beïnvloeden (b.v. grondverzet in en van verontreinigde grond, vaststellen van grenzen, bemonsteringen, aanbrengen van systemen) en werkzaamheden rondom grond- en afvalstromen (b.v. vrijkomen van grond en afval, aan- en afvoer, verwerken, controle kwaliteit).in het kader van opleiding mogen taken die vallen onder processturing ook worden uitgevoerd door niet-geregistreerde personen, mits dit onder direct toezicht en onder verantwoording van de geregistreerde medewerker milieukundige processturing plaatsvindt. verrichten van visuele inspecties in geval van asbest, monsterneming en analyses ten behoeve van controle op naleving van voor de sanering afgegeven vergunningen en ontheffingen; W + De milieukundige processturing is bij voor de processturing kritische werkzaamheden aanwezig. In het kader van milieukundige processturing mag veldwerk worden uitgevoerd door een erkende en geregistreerde veldwerker (BRL SIKB 2000). De werkzaamheden moeten worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de erkende en geregistreerde milieukundig begeleider processturing. In het kader van opleiding mogen alle taken die vallen onder processturing ook worden uitgevoerd door nietgeregistreerde personen (milieukundig begeleider in opleiding), mits dit onder direct toezicht en onder verantwoording van de geregistreerde medewerker milieukundige processturing plaatsvindt. In alle gevallen moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden: de betreffende milieukundig begeleider in opleiding moet aantoonbaar in opleiding zijn (registratie door de certificerende instelling); een milieukundig begeleider zal voor BRL 6000 slechts

4 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () ekst versie 2.2 voor één periode als 'in opleiding' worden gekwalificeerd. De opleidingsperiode is maximaal 2,5 jaar, waarvan twee jaar om aan de ervaringseis te voldoen en een half jaar om te komen tot registratie en erkenning. Deze opleidingsperiode geldt voor alle protocollen van BRL SIKB 6000 tegelijk (het is niet toegestaan om een opleidingsperiode per protocol te nemen); de milieukundig begeleider in opleiding voldoet aantoonbaar aan de opleidingseisen van de milieukundig begeleider. Door de milieukundig begeleider in opleiding mogen nietkritische werkzaamheden worden uitgevoerd zonder dat daarvoor het directe toezicht van de geregistreerde milieukundig begeleider voor vereist is. Par e alinea Als onderhoudseis wordt gesteld: de projectleider moet gedurende 25% van de werktijd op jaarbasis aantoonbaar aan in-situ bodemsanering gerelateerde werkzaamheden uitvoeren; W + Als onderhoudseis wordt gesteld: de projectleider moet gedurende 25% van de werktijd op jaarbasis aantoonbaar aan (in-situ) bodemsanering gerelateerde werkzaamheden uitvoeren; In het geval van asbest in de bodem zijn aanvullende kwalificatie-eisen voor de projectleidervan toepassing; deze zijn opgenomen in VKB-protocol P 4.1.2, na 4 e alinea +W De milieukundig begeleider en de milieukundig begeleider in opleiding moeten voldoen aan de onderstaande eisen: minimaal een MBO-opleiding in een relevante richting: Civiele, Milieu- of Cultuurtechniek dan wel Procestechnologie), dan wel een diploma heeft behaald van een door de CCvD aangewezen opleiding m.b.t. milieukundige begeleiding; in het bezit zijn van veiligheidscertificaat VCAbasisveiligheid; kennis van relevante wet- en regelgeving; kennis van CROW-Publicatie P132; kennis van de toepassing van de relevante veiligheidsmetingen en normeringen.

5 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () ekst versie 2.2 Par e + 6 e alinea Als onderhoudseis wordt gesteld: de milieukundige begeleider moet gedurende 50% van de werktijd op jaarbasis aantoonbaar aan bodemsanering gerelateerde werkzaamheden uitvoeren1; jaarlijks moeten tenminste 20 werkdagen begeleiding (processturing of verificatie) van bodemsaneringen plaatsvinden, conform de taken onder en/of W + De milieukundig begeleider moet tevens voldoen aan de volgende ervaringseis: minimaal 2 jaar ervaring hebben opgedaan met de uitvoering van bodemsanering (bijvoorbeeld als milieukundig begeleider in opleiding). Als onderhoudseis wordt gesteld: de milieukundige begeleider moet gedurende 50% van de werktijd op jaarbasis aantoonbaar aan bodemsanering gerelateerde werkzaamheden uitvoeren2; De milieukundig begeleider moet minimaal twee projecten hebben uitgevoerd, waarvan minimaal één project binnen het certificatiesysteem van zijn eigen werkgever; jaarlijks moeten tenminste 20 werkdagen begeleiding (processturing of verificatie) van bodemsaneringen plaatsvinden, conform de taken onder en/of Par. 4.2, 2 e alinea 1 e bullet Par. 4.2, 2 e alinea 4 e bullet monsterneming en analyse van grond en grondwater in het kader van de eindcontrole; de wijze van eindcontrole is beschreven in het saneringsplan of wordt uitgewerkt in een afzonderlijk verificatieplan; monsterneming en analyse van grond en grondwater in het kader van de vastlegging van eventuele restverontreinigingen; In het geval van asbest in de bodem zijn aanvullende kwalificatie-eisen voor de milieukundige begeleider van toepassing; deze zijn opgenomen in het VKB-protocol visuele inspectie in geval van asbest, monsterneming en analyse van grond en grondwater in het kader van de eindcontrole; de wijze van eindcontrole is beschreven in het saneringsplan of wordt uitgewerkt in een afzonderlijk verificatieplan; visuele inspectie in geval van asbest, monsterneming en analyse van grond en grondwater in het kader van de vastlegging van eventuele restverontreinigingen; 1 Onder aan (in-situ) bodemsanering gerelateerde werkzaamheden mag worden verstaan het begeleiden van saneringen (processturing of verificatie) en/of het ontwerpen van saneringen, het schrijven van bestekken, het opstellen van verificatieplannen, het opstellen van evaluatieverslagen, het uitvoeren van veldwerk conform of onder BRL 2000, het uitvoeren van bemonsteringen onder BRL 1000, het uitvoeren van saneringen (als assistent milieukundig begeleider in opleiding of uitvoerder) en directievoering van saneringen.

6 H 5, 1e alinea oevoeging bullet Voor de visuele inspectie en monsterneming van grond in het kader van een verontreiniging met asbesthoudend materiaal wordt verwezen naar VKB-protocol H 5, 2 e alinea oevoeging na 2 e alinea In het geval van asbest in de bodem zijn specifieke eisen gesteld aan beschermingsmiddelen; deze zijn benoemd in VKB-protocol 2018 Locatie-inspectie en monsterneming van asbest in bodem 6.2, laatste alinea Indien een andere verontreinigingssituatie - of een niet eerder ontdekte verontreiniging - wordt geconstateerd dan uit het saneringsplan, de beschikking daarop of de melding blijkt, dan moeten aard en omvang hiervan worden vastgesteld. De te hanteren onderzoeksmethoden zijn beschreven in het Protocol voor nader onderzoek of de Richtlijn voor nader onderzoek voor specifieke gevallen van bodemverontreiniging. Voor de duidelijkheid wordt hierbij opgemerkt dat het niet de bedoeling is het nader onderzoek te herhalen, maar op een zo efficiënt mogelijke wijze een aanvulling hierop uit te voeren, waarbij de onbekende verontreiniging wordt gekarteerd voor zover dit relevant is voor de uitvoeringswijze van de bodemsanering. 6.3, 1 e alinea De monsterneming wordt uitgevoerd volgens VKB-protocol 2001 en de beschrijving moet voldoen aan de registratie-eisen in hoofdstuk 8. Bij monsterneming van grond kunnen een aantal specifieke situaties worden onderscheiden, die onderstaand in afzonderlijke paragrafen worden behandeld: 6.3, 3 e alinea Voor de diverse strategieën is onderscheid gemaakt voor het type verontreiniging dat bemonsterd moet worden: 1) vluchtig mobiel 2) niet-vluchtig mobiel en 3) niet-mobiel. W Indien een andere verontreinigingssituatie - of een niet eerder ontdekte verontreiniging - wordt geconstateerd dan uit het saneringsplan, de beschikking daarop of de melding blijkt, dan moeten aard en omvang hiervan worden vastgesteld. De te hanteren onderzoeksmethoden zijn beschreven in het Protocol voor nader onderzoek, de Richtlijn voor nader onderzoek voor specifieke gevallen van bodemverontreiniging of, in geval van een verontreiniging met asbesthoudend materiaal, de NEN 5707: Bodem Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem. Voor de duidelijkheid wordt hierbij opgemerkt dat het niet de bedoeling is het nader onderzoek te herhalen, maar op een zo efficiënt mogelijke wijze een aanvulling hierop uit te voeren, waarbij de onbekende verontreiniging wordt gekarteerd, voor zover dit relevant is voor de uitvoeringswijze van de bodemsanering. De monsterneming moet worden uitgevoerd conform VKBprotocol 2001 of VKB-protocol 2018 in geval van een asbestverontreiniging en de beschrijving moet voldoen aan de registratie-eisen in hoofdstuk 8. Bij monsterneming van grond kunnen een aantal specifieke situaties worden onderscheiden, die onderstaand in afzonderlijke paragrafen worden behandeld: Voor de diverse strategieën is onderscheid gemaakt voor het type verontreiniging dat bemonsterd moet worden: 1) vluchtig mobiel 2) niet-vluchtig mobiel 3) niet-mobiel en 4) asbest. 6.3, na 3 e alinea Verplaatsing alinea en toevoeging alinea Niet-mobiele en niet-vluchtige mobiele stoffen in putbodems of putwanden worden in het algemeen bemonsterd met behulp van meerdere grepen, veelal genomen met een gutsboor, die per oppervlakte-eenheid worden samengevoegd in een mengmonster, In dit protocol staat greep voor een aaneengesloten hoeveelheid grond die op één plaats aan putwand of de Voor de monsterneming van grond op vluchtig mobiele stoffen wordt door middel van in-situ metingen (meetapparaat, ijking en kalibratie) de meest kritische locatie vastgesteld. Hier wordt met behulp van een steekbus één grondmonster genomen. Van de overige stoftypen wordt een mengmonster samengesteld uit meerdere grepen. Mengmonsters worden in het veld samengesteld door samenvoegen van de grepen in

7 putbodem, wordt onttrokken. Monsters staan voor een hoeveelheid grond - al dan niet samengesteld uit meerdere grepen - die zal worden geanalyseerd. één verpakking (monsterpot). Het mengen zelf (homogenisering) gebeurt in het laboratorium voorafgaand aan de analyse. Voor de monsterneming van grond op vluchtig mobiele stoffen wordt door middel van in-situ metingen (meetapparaat, ijking en kalibratie) de meest kritische locatie vastgesteld. Hier wordt met behulp van een steekbus één grondmonster genomen. Van de overige stoftypen wordt een mengmonster samengesteld uit meerdere grepen. Mengmonsters worden in het veld samengesteld door samenvoegen van de grepen in één verpakking (monsterpot). Het mengen zelf (homogenisering) gebeurt in het laboratorium voorafgaand aan de analyse. Niet-mobiele en niet-vluchtige mobiele stoffen in putbodems of putwanden worden in het algemeen bemonsterd met behulp van meerdere grepen, veelal genomen met een gutsboor, die per oppervlakte-eenheid worden samengevoegd in een mengmonster, In dit protocol staat greep voor een aaneengesloten hoeveelheid grond die op één plaats aan putwand of de putbodem, wordt onttrokken. Monsters staat voor een hoeveelheid grond - al dan niet samengesteld uit meerdere grepen - die zal worden geanalyseerd. Par , laatste alinea Par , 1 e alinea, punt 4 Par , Ad 1, alinea 1 Een tussenbemonstering kan alleen gebruikt worden als eindbemonstering als deze voldoet aan alle eisen voor eindbemonstering in hoofdstuk 7 en wordt verricht door een partij die voldoet aan de eisen in de BRL SIKB 6000 voor milieukundige verificatie. 1. Grond die buiten de locatie in een werk of als schone grond wordt verwerkt. Indien een beschikking van SenterNovem / Bodem+ noodzakelijk is voor de vaststelling van de bestemming van een partij grond, dan moet de grond ex-situ, dus in depot, te W In het geval van verontreiniging met asbest in putbodems of putwanden vindt er eerst een visuele inspectie van de putbodems en putwanden plaats. Indien er visueel asbestverdacht materiaal aanwezig is, moeten de grove asbestverdachte stukken apart bemonsterd worden. Na de visuele inspectie vindt monsterneming plaats door per oppervlakte-eenheid op minimaal 10 willekeurige locaties een greep te nemen die worden samengevoegd in een mengmonster. De greepgrootte en monstergrootte worden bepaald op basis van de grootte van de aangetroffen asbesthoudende deeltjes tijdens de visuele inspectie van de putbodems en putwanden, conform paragraaf van NEN Het mengmonster wordt op locatie voorbehandeld conform paragraaf van NEN Na de monstervoorbehandeling worden uit het mengmonster 20 grepen van minimaal 0,5 kg genomen die worden samengevoegd tot een analysemonster Een tussenbemonstering kan alleen gebruikt worden als eindbemonstering als deze voldoet aan alle eisen voor eindbemonstering, zoals in hoofdstuk 7 beschreven en wordt verricht door een partij die voldoet aan de eisen in de BRL SIKB 6000 voor milieukundige verificatie. 4. Grond die buiten de locatie in een werk in het kader van de overgangsregeling van het Bbk, een toepassing in het kader van het Bbk of als schone grond wordt verwerkt. Indien een beschikking van SenterNovem / Bodem+ noodzakelijk is voor de vaststelling van de bestemming van een partij grond, dan moet de grond ex-situ, dus in depot, te

8 Par , Ad 1, voor toelichting Par , Ad 3, 1 e alinea Par , Ad 4 Par , laatste alinea Par. 6.7, 1 e alinea Par. 6.7, na laatste alinea Par , 1 e t/m 4 e alinea zijn gekeurd volgens het Bouwstoffenbesluit (in de toekomst het Besluit Bodemkwaliteit), te weten volgens protocol 1001 van BRL SIKB 1000 of AP04. Keuring moet geschieden door SenterNovem/Bodem+. De grond wordt onderzocht op het voor het beoogde doel geschikte stoffenpakket. Om te toetsen of ontgraven grond in aanmerking komt voor hergebruik op de locatie, wordt gebruik gemaakt van het grondkeuring VKB-protocol Daarnaast kan gebruik gemaakt worden van de andere milieuhygiënische verklaringen als bedoeld in het Besluit Bodemkwaliteit (indien en voor zover het Besluit is ingevoerd). Om te toetsen of ontgraven grond in aanmerking komt voor hergebruik in een werk buiten de locatie, of als schone grond, moet deze grond worden gekeurd conform de voorschriften van het Bouwstoffenbesluit (in de toekomst het besluit Bodemkwaliteit). De te analyseren parameters zijn de te saneren verontreinigende stoffen, eventueel uitgebreid met andere stoffen, zoals afbraakproducten indien deze zijn genoemd in het saneringsplan, de beschikking of toestemmingsverklaring van het bevoegd gezag, of stoffen voortkomend uit de lozingsvergunning. De opslagcondities van monsters zijn beschreven in het VKBprotocol Opslag van grondmonsters die mogelijk vluchtige verbindingen bevatten, moet onder gekoelde condities plaats vinden, zoals beschreven in de NVN W W W zijn gekeurd volgens het Besluit Bodemkwaliteit, te weten volgens protocol 1001 van BRL SIKB 1000 of AP04. De grond wordt onderzocht op het voor het beoogde doel geschikte en eventueel verplichte stoffenpakket. Om te toetsen of ontgraven grond in aanmerking komt voor hergebruik op de locatie, wordt gebruik gemaakt van VKBprotocol Daarnaast kan gebruik gemaakt worden van de andere milieuhygiënische verklaringen zoals deze worden aangegeven in het Besluit Bodemkwaliteit. Om te toetsen of ontgraven grond in aanmerking komt voor hergebruik in een werk buiten de locatie (conform overgangsregeling Bbk), een toepassing zoals omschreven in het Bbk of als schone grond, moet deze grond worden gekeurd conform de voorschriften van het Bouwstoffenbesluit of Besluit bodemkwaliteit). Een tussenbemonstering kan alleen gebruikt worden als eindbemonstering als deze voldoet aan alle eisen voor eindbemonstering, zoals in hoofdstuk 7 beschreven, en wordt verricht door een partij die voldoet aan de eisen in de BRL SIKB 6000 voor milieukundige verificatie. De opslagcondities van monsters zijn beschreven in het VKBprotocol 2001 of VKB-protocol 2018 in geval van asbest. Opslag van grondmonsters die mogelijk vluchtige verbindingen bevatten, moet onder gekoelde condities plaats vinden, zoals beschreven in de NVN oevoeging Indien bij de monsterneming ten behoeve van processturing en milieukundige verificatie op een niet voor asbest verdachte lokatie toch asbestverdacht materiaal wordt aangetroffen is het verplicht dit bij de monsteroverdracht te melden aan het laboratorium dat de monsters in ontvangst neemt. Bij de eindbemonstering van grond is onderscheid gemaakt voor het type verontreiniging dat bemonsterd moet worden: 1) niet-mobiel 2) mobiel en 3) vluchtig mobiel: - immobiel Na de ontgraving van immobiele verontreinigingen worden putbodems en putwanden bemonsterd met behulp van minimaal 10 ondiepe gutssteken, die in het veld worden W + Bij de eindbemonstering van grond is onderscheid gemaakt voor het type verontreiniging dat bemonsterd moet worden: 1) vluchtig mobiel 2) niet-vluchtig mobiel, 3) niet-mobiel en 4) asbest: - vluchtig mobiel Ook bij de vluchtig mobiele stoffen worden putbodems en wanden bemonsterd (boven en onder de gemiddeld hoogste

9 samengevoegd tot mengmonsters per oppervlakte-eenheid. Het grondwater hoeft vanwege de immobiliteit van de verontreiniging niet te worden gecontroleerd. - niet vluchtig mobiel Ook de mobiele niet-vluchtige verontreinigingen worden op soortgelijke wijze met behulp van gutssteken in putwanden/bodems bemonsterd, maar vanwege de mogelijke verspreiding vindt hier een separate bemonstering plaats boven en onder de gemiddeld hoogste grondwaterstand. - vluchtig mobiel Ook bij de vluchtig mobiele stoffen worden putbodems en wanden bemonsterd (boven en onder de gemiddeld hoogste grondwaterspiegel), maar middels in-situ metingen wordt per oppervlakte-eenheid de meest kritische locatie vastgesteld. Hier wordt met behulp van een steekbus een grondmonster genomen, die niet wordt gemengd met andere grondmonsters. grondwaterspiegel), maar middels in-situ metingen wordt per oppervlakte-eenheid de meest kritische locatie vastgesteld. Hier wordt met behulp van een steekbus een grondmonster genomen, die niet wordt gemengd met andere grondmonsters. - niet vluchtig mobiel Ook de mobiele niet-vluchtige verontreinigingen worden op soortgelijke wijze met behulp van gutssteken in putwanden/bodems bemonsterd, maar vanwege de mogelijke verspreiding vindt hier een separate bemonstering plaats boven en onder de gemiddeld hoogste grondwaterstand. - niet-mobiel Na de ontgraving van immobiele verontreinigingen worden putbodems en putwanden bemonsterd met behulp van minimaal 10 ondiepe gutssteken, die in het veld worden samengevoegd tot mengmonsters per oppervlakte-eenheid. Het grondwater hoeft vanwege de immobiliteit van de verontreiniging niet te worden gecontroleerd. - asbest Na de ontgraving van de asbestverontreinigingen worden putbodem en putwanden visueel geïnspecteerd op de aanwezigheid van grove asbestverdachte materialen (stukken groter dan ca. 20mm). Deze asbestverdachte stukken worden apart bemonsterd en in het veld samengevoegd tot materiaal mengmonsters per oppervlakte-eenheid. Indien binnen een oppervlakte-eenheid delen zijn te onderscheiden waarbinnen de hoeveelheid aan asbestverdachte stukjes afwijkt van de rest van de oppervlakte-eenheid, moeten deze apart worden bemonsterd. Dat wil zeggen dat de aangetroffen asbestverdachte stukken binnen een dergelijk gebied moeten worden samengevoegd tot een apart mengmonster. Het oppervlak van een dergelijk gebied moet hierbij apart worden opgemeten. Als voor de terugsaneerwaarde de interventiewaarde is gekozen geldt bij meer dan ca. 10 cm2 aan hechtgebonden asbestverdacht materiaal (asbestcement) per m2 bodemoppervlak en meer dan ca. 2 cm2 aan niethechtgebonden asbestverdacht materiaal (board,

10 isolatiemateriaal) per m2 bodemoppervlak dat niet is voldaan aan de terugsaneerwaarde. In dat geval moet de betreffende oppervlakte-eenheid of te onderscheiden deelgebied als verontreinigd worden beschouwd en er hoeft geen aanvullende monsterneming worden uitgevoerd. Indien de visuele inspectie niet tot afkeuring heeft geleid worden putbodem en putwanden verder bemonsterd door per oppervlakte-eenheid op minimaal 10 willekeurige locaties grepen te nemen die worden samengevoegd in een mengmonster. De greepgrootte en monstergrootte worden bepaald op basis van de grootte van de aangetroffen asbesthoudende deeltjes tijdens de visuele inspectie van de putbodems en putwanden, conform paragraaf van NEN De grepen moeten worden genomen met behulp van een monsterschep met een lengte van minimaal 10cm en een breedte van minimaal 5cm. Het mengmonster wordt op locatie voorbehandeld conform paragraaf van NEN 5707: visuele inspectie op de aanwezigheid van grove asbestverdachte materialen (stukken groter dan ca. 20mm). Na de monstervoorbehandeling worden uit het mengmonster 20 grepen van minimaal 0,5 kg genomen die worden samengevoegd tot een analysemonster. Par , alinea voor tabel 1 Par , abel 1, toevoeging Voor de overige monsternemingsmethoden van grond wordt verwezen naar VKB-protocol De beschrijving van de monsterneming moet voldoen aan VKB-protocol 2001 en de registratie-eisen in hoofdstuk 8. oevoeging tabel asbest Zie hieronder Opmerking: Indien gekozen is voor een terugsaneerwaarde, vergelijkbaar met de interventie-waarde, bestaat de mogelijkheid dat voldaan wordt aan deze terugsaneerwaarde terwijl er nog visueel asbest aanwezig is. Voor de overige monsternemingsmethoden van grond wordt verwezen naar VKB-protocol De beschrijving van de monsterneming moet voldoen aan VKB-protocol 2001 of VKBprotocol 2018 in geval van een asbestverontreiniging en de registratie-eisen in hoofdstuk 8. asbest Putbodem per 200 m2 ontgravingsvlak; visuele inspectie op de aanwezigheid van grove asbestverdachte materialen

11 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () (stukken groter dan ca. 20mm) van totale bodemoppervlak; monsterneming op basis van 10 ondiepe grepen conform NEN 5707 (paragraaf 8.2.2) monstervoorbehandeling op locatie conform NEN 5707 (paragraaf 7.3.4) analyse van verzamelde asbestverdachte materialen conform NEN 5707 analyse van een mengmonster samengesteld uit minimaal 20 grepen van 0,5 kg uit het oorspronkelijke mengmonster na monstervoorbehandeling op locatie conform NEN bemonstering per te onderscheiden deelgebied met een vergelijkbare dichtheid aan asbestverdachte stukjes Putwanden per 50 m2 ontgravingsvlak met een maximale verticale laagdikte van 1 meter visuele inspectie op de aanwezigheid van grove asbestverdachte materialen (stukken groter dan ca. 20mm) van totale bodemoppervlak; monsterneming op basis van 10 ondiepe grepen conform NEN 5707 (paragraaf 8.2.2) monstervoorbehandeling op locatie conform NEN 5707 (paragraaf 7.3.4) analyse van verzamelde asbestverdachte materialen conform NEN 5707 analyse van een mengmonster samengesteld uit minimaal 20 grepen van 0,5 kg uit het oorspronkelijke mengmonster na monstervoorbehandeling op locatie conform NEN bemonstering per te onderscheiden deelgebied met een vergelijkbare dichtheid aan asbestverdachte stukjes Parameters asbest Steekdiepte 0,1-0,3 m achter het ontgraven oppervlak ekst versie 2.2 Par , abel 1, oelichting tabel 1, 2 e - De in tabel 1 genoemde aantallen grepen betreffen maximum waarden. Mengmonsters op basis van meer W + - De in tabel 1 genoemde aantallen grepen betreffen minimum waarden. Mengmonsters op basis van meer grepen aandachtsstreepje grepen zijn toegestaan en zijn aan te bevelen voor zijn toegestaan en zijn aan te bevelen voor heterogene heterogene bodems. Voor kleinere ontgravingen dan 100 m 2 bodems. Voor kleinere ontgravingen dan 100 m 2 mag het mag het aantal grepen of in-situ metingen evenredig met het oppervlak worden teruggebracht naar een minimum van 5 per vak, waarbij de grepen eveneens ruimtelijk over het vak worden gespreid. aantal grepen of in-situ metingen evenredig met het oppervlak worden teruggebracht naar een minimum van 5 per vak, waarbij de grepen eveneens ruimtelijk over het vak worden gespreid. Dit geldt niet voor asbest. Hierbij moet het minimum van 20 grepen gehanteerd worden. Par , 1 e alinea Voor de eindcontrole van grootschalige locaties kan onder W Voor de eindcontrole van grootschalige locaties kan onder

12 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () Par , laatste bullet bepaalde voorwaarden de intensiteit van monsterneming worden verminderd door opschaling. Onder grootschalige bodemsaneringlocaties wordt hier verstaan de locaties waar meer dan m³ verontreinigde grond wordt ontgraven. De basis van de eindbemonstering is overeenkomstig de methoden beschreven in paragraaf de maximale opschaling houdt in dat de bemonsteringsdichtheid met een factor 10 kan worden verminderd. Dit betekent dat de oppervlakte-eenheden voor een putbodem een maximale oppervlakte krijgen van 1000 m², die worden bemonsterd met behulp van 50 grepen/steken, die worden samengevoegd tot één analysemonster , 3 e alinea De milieukundige verificatie beoordeelt of voor de meetpunten bestaande peilbuizen ten behoeve van de eindbemonstering kunnen worden gebruikt of dat nieuwe peilbuizen worden geplaatst. Nieuwe peilbuizen zijn bijvoorbeeld aan de orde als door voorkeursstroming de situatie in en om de peilbuis niet representatief is voor de bodem. Algemene richtlijn hierbij is dat tenminste een derde deel van het voorgeschreven aantal peilbuizen voor de eindbemonstering nieuw wordt geplaatst op punten die als kritisch worden beschouwd met betrekking tot het behalen van de saneringsdoelstelling. Afwijkingen hiervan moeten in het evaluatieverslag worden gemotiveerd. Par. 7.3, 2 e alinea Uitgangspunten bij het vaststellen van de omvang van een restverontreiniging zijn het Protocol voor het nader bodemonderzoek en de Richtlijn voor nader onderzoek voor specifieke gevallen van bodemverontreiniging. Hiermee wordt de intensiteit van het aantal boringen vastgesteld (in het horizontale vlak, de putbodem en het maaiveld naast/nabij de ontgraving). Het betreft hier geen herhaling van het nader onderzoek, maar een op zo efficiënt mogelijke wijze uitgevoerde aanvulling om de restverontreiniging te karteren. W + ekst versie 2.2 bepaalde voorwaarden de intensiteit van monsterneming worden verminderd door opschaling. Onder grootschalige bodemsaneringlocaties wordt hier verstaan de locaties waar meer dan m³ verontreinigde grond wordt ontgraven. De basis van de eindbemonstering is beschreven in paragraaf de maximale opschaling houdt in dat de bemonsteringsdichtheid met een factor 10 kan worden verminderd. Dit betekent dat de oppervlakte-eenheden voor een putbodem een maximale oppervlakte krijgen van 1000 m². Deze moeten worden bemonsterd met behulp van 50 grepen/steken en worden samengevoegd tot één analysemonster. In geval van een verontreiniging met asbest is opschaling niet mogelijk aangezien de bodemopbouw altijd van nature verstoord is en de verontreiniging altijd een heterogeen karakter heeft. De milieukundige verificatie beoordeelt of voor de meetpunten bestaande peilbuizen ten behoeve van de eindbemonstering kunnen worden gebruikt of dat nieuwe peilbuizen moeten worden geplaatst. Nieuwe peilbuizen zijn bijvoorbeeld aan de orde als door voorkeursstroming de situatie in en om de peilbuis niet representatief is voor de bodem. Algemene richtlijn hierbij is dat tenminste een derde deel van het voorgeschreven aantal peilbuizen voor de eindbemonstering nieuw wordt geplaatst op punten die als kritisch worden beschouwd met betrekking tot het behalen van de saneringsdoelstelling. Afwijkingen hiervan moeten in het evaluatieverslag worden gemotiveerd. Uitgangspunten bij het vaststellen van de omvang van een restverontreiniging zijn het Protocol voor nader onderzoek, de Richtlijn voor nader onderzoek voor specifieke gevallen van bodemverontreiniging en de NEN 5707: Bodem Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem. Hiermee wordt de intensiteit van het aantal boringen respectievelijk sleuven (in geval van asbest) vastgesteld (in het horizontale vlak, de putbodem en het maaiveld naast/nabij de ontgraving). Het betreft hier geen herhaling van het nader onderzoek, maar een op zo efficiënt mogelijke wijze

13 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () Par. 7.5, 1 e + 2 e alinea Par. 8.1, 4 e alinea, 3 e bullet Par. 8.1, 4 e alinea, laatste bullet Par. 8.2, 2 e alinea, 1 e bullet Laatste alinea De opslagcondities van monsters zijn beschreven in het VKB-protocol Opslag van grondmonsters die mogelijk vluchtige verbindingen bevatten, moet onder gekoelde condities plaats vinden, zoals beschreven in de NVN Monsters worden overgedragen aan een laboratorium dat geaccrediteerd is voor de monstervoorbewerking en analyses, conform AS 3000 (bij keuring van partijen grond voor SenterNovem/Bodem+) dan wel conform AP04 (zoals voorgeschreven in VKB-protocol 1001 Monsterneming grond ten behoeve van Partijkeuringen). monsterneming, aantallen grepen en analyses monsters en de locaties -diepten vastgelegd op tekeningen op schaal en/of aanmeettekeningen; afwijkende omstandigheden waardoor afgeweken is van eerder vastgesteld veiligheidsregime (bijvoorbeeld door aantreffen van verontreinigingskernen, blindgangers of asbest). monsterneming, aantallen grepen en analyses van monsters en de locaties en locatie-diepten vastgelegd op tekeningen op schaal en/of aanmeettekeningen; ezamen met de evaluatieverslag van de processturing omvat het evaluatieverslag verificatie een volledig rapport dat aan de opdrachtgever en vervolgens het bevoegd gezag wordt aangeboden om een beschikking voor beëindiging van de sanering te verkrijgen. Bij werkzaamheden die zijn uitgevoerd met een melding kan worden volstaan met een evaluatieverslag BUS (zie bijlage 2B). De in de beschikking voorgeschreven administratieve aspecten moeten worden ingevuld in de rapportage. Dit betekent dat in de meeste gevallen de rapportage eveneens zal moeten voldoen aan de standaard voor de gegevens, die in het kader van de landelijke beleidsmonitoring bodemsanering moeten W + W ekst versie 2.2 uitgevoerde aanvulling om de restverontreiniging te karteren. De opslagcondities van monsters zijn beschreven in het VKBprotocol 2001 of VKB-protocol 2018 in geval van asbest. Opslag van grondmonsters die mogelijk vluchtige verbindingen bevatten, moet onder gekoelde condities plaats vinden, zoals beschreven in de NVN Monsters worden overgedragen aan een laboratorium dat geaccrediteerd is voor de monstervoorbewerking en analyses conform AS 3000 (bij milieuhygiënisch bodemonderzoek) dan wel conform AP04 (zoals voorgeschreven in VKB-protocol 1001 Monsterneming grond ten behoeve van Partijkeuringen). Monsters moeten binnen 24 uur bij het laboratorium aanwezig zijn. Indien dit niet mogelijk blijkt moet elders opslag conform NVN 7311 plaatsvinden. visuele inspectie, monsterneming, aantallen grepen en analyses monsters en de locaties -diepten vastgelegd op tekeningen op schaal en/of aanmeettekeningen; afwijkende omstandigheden waardoor afgeweken is van eerder vastgesteld veiligheidsregime (bijvoorbeeld door aantreffen van verontreinigingskernen, niet gesprongen explosieven of asbest). visuele inspectie in geval van asbest, monsterneming, aantallen grepen en analyses van monsters en de locaties en locatie-diepten vastgelegd op tekeningen op schaal en/of aanmeettekeningen; ezamen met de evaluatieverslag van de processturing omvat het evaluatieverslag verificatie een volledig rapport dat aan de opdrachtgever en vervolgens het bevoegd gezag wordt aangeboden om een beschikking voor beëindiging van de sanering te verkrijgen. Bij werkzaamheden die zijn uitgevoerd met een BUS-melding kan worden volstaan met een evaluatieverslag BUS (zie bijlage 2B). De in de beschikking voorgeschreven administratieve aspecten moeten worden ingevuld in de rapportage. Dit betekent dat in de meeste gevallen de rapportage eveneens zal moeten voldoen aan de standaard voor de gegevens, die in het kader van de landelijke beleidsmonitoring bodemsanering moeten worden verstrekt.

14 Plaats ekst versie 2.1 ype: wijziging (W) of toevoeging () ekst versie 2.2 worden verstrekt.g Indien door de opdrachtgever een digitaal evaluatierapport verificatie wordt gevraagd, moet dit voldoen aan het uitwisselingsformat van het SIKB protocol 0101 en de gegevensset 6001 Verificatieonderzoek conventionele bodemsanering (zie Bijlage 2A, V oevoeging zin aan het eind Alles voor zover van toepassing. Bijlage 4, 1 Algemeen, 4 e aandachtsstreepje monsterneming en analyse van grond en grondwater in het kader van de eindcontrole en tussentijdse controles; visuele inspectie, monsterneming en analyse van grond en grondwater in het kader van de eindcontrole en tussentijdse controles;

VKB-protocol 6004 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) Tekst versie 2.2

VKB-protocol 6004 Plaats Tekst versie 2.1 Type: wijziging (W) of toevoeging (T) Tekst versie 2.2 H 1, 2 e alinea Par. 2.1, definities, actieve nazorg Het protocol is van toepassing bij de uitvoering van nazorg bij land- en waterbodemsanering zoals is aangegeven in Wbb, artikel 39c lid 1 onder f. De

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden Dit protocol, versie 3.0, is op 16 april 2009 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg Protocol 6001 Dit protocol, versie 4.0, is op 13-12-2012 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer,

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg Protocol 6001 Dit protocol, versie 4.0, is op 21-06-2012 vrijgegeven voor een openbare reactieronde door het Centraal College

Nadere informatie

PROTOCOL MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING BODEMSANERING MET INZET VAN HANDHELD RÖNTGEN FLUORESCENTIE SPECTROMETRIE

PROTOCOL MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING BODEMSANERING MET INZET VAN HANDHELD RÖNTGEN FLUORESCENTIE SPECTROMETRIE PROTOCOL MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING BODEMSANERING MET INZET VAN HANDHELD RÖNTGEN FLUORESCENTIE SPECTROMETRIE Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Doel... 2 3. Afbakening... 3 4. Apparatuur en hulpmiddelen...

Nadere informatie

MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING LANDBODEMSANERING MET CONVENTIONELE METHODEN

MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING LANDBODEMSANERING MET CONVENTIONELE METHODEN MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING LANDBODEMSANERING MET CONVENTIONELE METHODEN Dit protocol, versie 2.0 is op 13 maart 2007 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht

Nadere informatie

Wijzigingsblad vastgesteld door het CCvD Bodembeheer

Wijzigingsblad vastgesteld door het CCvD Bodembeheer - 1 - Wijzigingsblad vastgesteld door het CCvD Bodembeheer Van toepassing op : BRL SIKB 6000, versie 4.2 van 2 oktober 2014 Versie en datum vaststelling : versie 4, 10 maart 2016 Datum in werking treden

Nadere informatie

Huidige tekst (versie 2.1) Ontwerp-tekst (versie 2.2) Motivatie

Huidige tekst (versie 2.1) Ontwerp-tekst (versie 2.2) Motivatie Overzicht van voorgestelde wijzigingen protocol 7001 ( versie 2.2) Plaats in 1, 4 e alinea 1 e 2 zinnen 1, na 6 e alinea Huidige tekst () Ontwerp-tekst (versie 2.2) Motivatie Het onderhavige protocol bevat

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg Milieukundige begeleiding van landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg Protocol 6002 Dit protocol, versie 4.0, is op 13-12-2012 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer,

Nadere informatie

Samenwerking tussen toezichthouders in de bodemketen

Samenwerking tussen toezichthouders in de bodemketen Samenwerking tussen toezichthouders in de bodemketen Vanuit brede analyse en prioritering naar concrete inspecties in de bodemketen Francisco Leus Maarten Busstra Platform Toezicht Bodembeheer 11 november

Nadere informatie

Prins. Milieu Consultancy. Plan van aanpak voor het deels ontgraven van een puinpad. op een bosperceel aan de Veenburgerweg te Zwartebroek

Prins. Milieu Consultancy. Plan van aanpak voor het deels ontgraven van een puinpad. op een bosperceel aan de Veenburgerweg te Zwartebroek Prins Plan van aanpak voor het deels ontgraven van een puinpad op een bosperceel aan de Veenburgerweg te Zwartebroek Milieu Consultancy Asbest- en bodemonderzoek Saneringsbegeleiding Schimmelpennincklaan

Nadere informatie

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 6000 versie 5.0

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 6000 versie 5.0 Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 6000 versie 5.0 Inhoud BRL SIKB 6000, van versie 4.2 (met wijzigingsblad) naar versie 5.0... 2 Protocol 6001 van versie 4.0 (met wijzigingsblad) naar versie

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg

Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg Protocol 6001 Milieukundige begeleiding landbodemsanering met conventionele methoden en nazorg Environmental remediation with conventional methods and aftercare Definitieve normtekst Verwachte ingangsdatum:

Nadere informatie

Wijzigingsblad Vastgesteld door het CCvD BODEMBEHEER

Wijzigingsblad Vastgesteld door het CCvD BODEMBEHEER Wijzigingsblad Vastgesteld door het CCvD BODEMBEHEER Van toepassing op : BRL SIKB 1000, versie 8.2 van 2 oktober 2014 Versie en datum vaststelling : versie 2, 10 maart 2016 Wijziging nummer: 1 Datum vaststelling

Nadere informatie

Afwijken van Bbk Beoordelingsrichtlijnen

Afwijken van Bbk Beoordelingsrichtlijnen Afwijken van Bbk Beoordelingsrichtlijnen Definitieve versie d.d. 22 december 2009 (in januari 2010 gepubliceerd op site WEKA Bouw. www.weka-bouw.nl) Auteur: mr. A.M.C.C. (Annemiek) Tubbing, http://www.tubbingmilieuadvies.nl

Nadere informatie

Oude tekst (versie 2.1) Nieuwe tekst (versie 2.2) Reden aanpassing. methoden.

Oude tekst (versie 2.1) Nieuwe tekst (versie 2.2) Reden aanpassing. methoden. Overzicht van wijzigingen protocol 7002 ( versie 2.2) Plaats in H1 Oude tekst () Nieuwe tekst (versie 2.2) Reden aanpassing Het protocol is van toepassing bij de uitvoering van bodemsaneringen in het kader

Nadere informatie

BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp

BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp Opdrachtgever : Bart Boon Barneveld BV Adres : Barnseweg 124 Postcode, plaats : 3771 RP Barneveld Contactpersoon : Dhr. H. van Grootheest Telefoonnummer

Nadere informatie

Huidige tekst (versie 4.0) Ontwerp-tekst (versie 4.1) Motivatie

Huidige tekst (versie 4.0) Ontwerp-tekst (versie 4.1) Motivatie Overzicht van voorgestelde wijzigingen protocol 7001 ( versie 4.1) Plaats in 1, 1 e en 4 e alinea 2.1 definities Huidige tekst () Ontwerp-tekst (versie 4.1) Motivatie Het doel van het protocol is het beschrijven

Nadere informatie

PRESENTATIE PLATFORMDAG VOOR TOEZICHTHOUDERS BODEM EN GROND

PRESENTATIE PLATFORMDAG VOOR TOEZICHTHOUDERS BODEM EN GROND PRESENTATIE PLATFORMDAG VOOR TOEZICHTHOUDERS BODEM EN GROND HOE KOMEN DE MEETWAARDEN VAN ASBEST IN GROND TOT STAND EN HOE BETROUWBAAR ZIJN DEZE MEETWAARDEN? JAAP VAN DER BOM DIRECTEUR/SECRETARIS BRANCHEVERENIGING

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding van landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg

Milieukundige begeleiding van landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg Protocol 6002 Milieukundige begeleiding van landbodemsanering met in-situ methoden en nazorg Environmental remediation of interventions in sediment and sediment remediations Versie 5.0 1 februari 2018

Nadere informatie

ILT Sectordag. Eigen Werken RWS. aandachtspunten NEN februari Joris van Kesteren Inspectie Leefomgeving en Transport

ILT Sectordag. Eigen Werken RWS. aandachtspunten NEN februari Joris van Kesteren Inspectie Leefomgeving en Transport ILT Sectordag Eigen Werken RWS aandachtspunten NEN 5720 16 februari 2016 Joris van Kesteren Inspectie Leefomgeving en Transport Kaders I -NEN5720 NEN5717 november 2009 (vooronderzoek) NEN5720 november

Nadere informatie

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het CCvD Bodembeheer

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het CCvD Bodembeheer - 1 - INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het CCvD Bodembeheer Van toepassing op : BRL SIKB 1000, versie 8 van 17 juni 2009 Versie : 3 datum vaststelling : 16 december 2010 Datum in werking treden :

Nadere informatie

Belangrijkste wijzigingen BRL 9335 (versie 2.1 naar versie 3.2)

Belangrijkste wijzigingen BRL 9335 (versie 2.1 naar versie 3.2) Belangrijkste wijzigingen BRL 9335 (versie 2.1 naar versie 3.2) Versie 3.2 van BRL 9335 en de bijbehorende protocollen bevat een aantal belangrijke wijzigingen ten opzichte van versie 2.1. - Versie 2.1

Nadere informatie

Verklarende woordenlijst

Verklarende woordenlijst Verklarende woordenlijst Locatienaam: Onder dit nummer zijn de onderzoeksrapporten opgeslagen bij de gemeente Eindhoven. Indien aanvullende informatie wordt opgevraagd bij de gemeente, dat dient dit nummer

Nadere informatie

A. Locatie/onderzoeksgegevens. Locatie (adres) :Klein Oord Kadastraal nummer :

A. Locatie/onderzoeksgegevens. Locatie (adres) :Klein Oord Kadastraal nummer : Bodemgeschiktheidsbepaling in het kader van wabo-aanvraag aspect bouwen Datum: 29-11-2016 Aanvrager beoordeling: Ginette Mengers Omgevingsdienst Regio Arnhem (ODRA) Beoordeeld door: Petra de Wild / Carla

Nadere informatie

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het Accreditatiecollege Bodembeheer

INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het Accreditatiecollege Bodembeheer - 1 - INTERPRETATIEDOCUMENT vastgesteld door het Accreditatiecollege Bodembeheer Van toepassing op : AS SIKB 1000, versie 1.1 van 4 maart 2010 Versie en datum vaststelling : 2, 2 oktober 2012 Datum in

Nadere informatie

MELDINGENFORMULIER SANERINGSVERSLAG/NAZORGPLAN

MELDINGENFORMULIER SANERINGSVERSLAG/NAZORGPLAN MELDINGENFORMULIER SANERINGSVERSLAG/NAZORGPLAN Dit formulier alleen indienen als de provincie heeft ingestemd met het saneringsplan (Niet van toepassing bij saneringen uitgevoerd in het kader van het Besluit

Nadere informatie

Oude tekst (versie 4.1) Nieuwe tekst (versie 4.2) Reden aanpassing

Oude tekst (versie 4.1) Nieuwe tekst (versie 4.2) Reden aanpassing Overzicht van wijzigingen BRL SIKB 7000 ( versie 4.2) Plaats in Voorwoord Voorwoord Voorwoord Oude tekst () Nieuwe tekst (versie 4.2) Reden aanpassing Het certificaat dat een aannemer op grond van deze

Nadere informatie

MELDINGENFORMULIER SANERINGSVERSLAG/NAZORGPLAN

MELDINGENFORMULIER SANERINGSVERSLAG/NAZORGPLAN MELDINGENFORMULIER SANERINGSVERSLAG/NAZORGPLAN Dit formulier alleen indienen als de provincie heeft ingestemd met het saneringsplan (Niet van toepassing bij saneringen uitgevoerd in het kader van het Besluit

Nadere informatie

kwaliteit leeswijzer 2. ALGEMENE GEGEVENS 2.1. Locatiegegevens 2.2. Opdrachtgever voor sanering 2.3. Bij de sanering betrokken instanties

kwaliteit leeswijzer 2. ALGEMENE GEGEVENS 2.1. Locatiegegevens 2.2. Opdrachtgever voor sanering 2.3. Bij de sanering betrokken instanties kwaliteit Het project is uitgevoerd volgens het kwaliteitssysteem van Witteveen+Bos dat gecertificeerd is conform NEN-EN-ISO 9001:2000. Witteveen+Bos voldoet aan de veiligheidsmanagementnorm VCA**. Tevens

Nadere informatie

Ontwerp-Functiedocument. FD - Milieukundig begeleider

Ontwerp-Functiedocument. FD - Milieukundig begeleider Ontwerp-Functiedocument FD - Milieukundig begeleider Beschrijving van het beroepsprofiel en eindtermen voor een opleiding voor de functie van milieukundig begeleider Ten behoeve van de opzet van een gemeenschappelijke

Nadere informatie

Hoe houden we het werkbaar?

Hoe houden we het werkbaar? Hoe houden we het werkbaar? Veranderende eisen aan asbestonderzoek in bodem Arthur de Groof Landelijke Asbest Praktijkdag Van der Valk, Utrecht, 18 mei 2017 Wat ik u wil vertellen wijzigingen aan eisen:

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen Protocol 6003

Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen Protocol 6003 Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen Protocol 6003 Dit protocol, versie 3.2, is op 12 december 2013 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen

Nadere informatie

Bodemsanering; locatie Monierweg 4 te Coevorden, gemeente Coevorden, ontwerpbeschikking instemming met het evaluatieverslag

Bodemsanering; locatie Monierweg 4 te Coevorden, gemeente Coevorden, ontwerpbeschikking instemming met het evaluatieverslag (ONTWERP)BESCHIKKING Globiscode Aanvrager Onderwerp Datum Kenmerk DR010900125 ISC Beheer BV Bodemsanering; locatie Monierweg 4 te Coevorden, gemeente Coevorden, ontwerpbeschikking instemming met het evaluatieverslag

Nadere informatie

De veldwerkersregeling Jurgen Pijpker

De veldwerkersregeling Jurgen Pijpker De veldwerkersregeling Jurgen Pijpker Mede oprichter VVMA Lid CCvD SIKB Lid sectie meten/advies SIKB Eigenaar Vamisol De veldwerkersregeling Uitspraak RvS: Bij besluit van 27 december 2011 heeft de staatssecretaris

Nadere informatie

HET NEMEN, VERPAKKEN EN CONSERVEREN VAN GRONDMONSTERS

HET NEMEN, VERPAKKEN EN CONSERVEREN VAN GRONDMONSTERS 5 10 Protocol 2010 15 HET NEMEN, VERPAKKEN EN CONSERVEREN VAN GRONDMONSTERS 20 25 30 35 40 45 Versie 2.0, 27-9-2001 Pagina 1 van 8 Inhoud 50 1 PLAATS VAN DIT PROTOCOL IN HET KWALITEITSZORGSYSTEEM...3 1.1

Nadere informatie

Nota bodembeheer provinciebrede samenwerking bodembeleid Flevoland

Nota bodembeheer provinciebrede samenwerking bodembeleid Flevoland Bijlage 5: Bewijsmiddelen 1.1 Bodemkwaliteitskaart 1.1.1 Algemeen Bij het opstellen van de Nota bodembeheer worden de op dat moment geldende (water)bodemkwaliteitskaarten en de in concept beschikbare nieuwe

Nadere informatie

13 december 2018 (betreft concept voor validatie, openbare reactieronde, RvA-evaluatie, HUF-toets)

13 december 2018 (betreft concept voor validatie, openbare reactieronde, RvA-evaluatie, HUF-toets) Wijzigingsblad Bij versie 9.0 van BRL SIKB 1000 Vastgesteld door: CCvD Bodembeheer : BRL SIKB 1000, Monsterneming voor partijkeuringen, versie 9.0, d.d. 1 februari 2018, inclusief de daarbij horende protocollen

Nadere informatie

INMETEN VAN BOORPUNTEN EN WATERPASSEN

INMETEN VAN BOORPUNTEN EN WATERPASSEN 5 10 Protocol 2013 15 INMETEN VAN BOORPUNTEN EN WATERPASSEN 20 25 30 35 40 45 Versie 2.0, 27-9-2001 Pagina 1 van 8 50 Inhoud 1 PLAATS VAN DIT PROTOCOL IN HET KWALITEITSZORGSYSTEEM...2 1.1 VKB protocollen

Nadere informatie

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 2000 versie 6.0

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 2000 versie 6.0 Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 2000 versie 6.0 Inhoud BRL SIKB 2000, van versie 5 naar versie 6.0... 2 Protocol 2001 van versie 3.2 (met wijzigingsblad) naar versie 6.0... 4 Protocol

Nadere informatie

MELDINGENFORMULIER NADER ONDERZOEK EN/OF SANERINGSPLAN

MELDINGENFORMULIER NADER ONDERZOEK EN/OF SANERINGSPLAN MELDINGENFORMULIER NADER ONDERZOEK EN/OF SANERINGSPLAN Algemeen 1. Gegevens locatie Locatienaam 2. Melding betreft Nader onderzoek (art. 29 in samenhang met art. 37) Saneringsplan (art. 28/39) Deelsaneringsplan

Nadere informatie

Aanvullend onderzoek demping Zahnstraat 19 te Angeren

Aanvullend onderzoek demping Zahnstraat 19 te Angeren Aanvullend onderzoek demping Zahnstraat 19 te Angeren Opdrachtgever: De heer A. Schuring Projectcode: CIW00310 Project: Demping Zahnstraat 19 Angeren Datum: maandag 20 september 2010 Status: Definitief

Nadere informatie

Casus workshop 3 Boaregistratiesysteem op PTB 9 november 2010

Casus workshop 3 Boaregistratiesysteem op PTB 9 november 2010 Casus workshop 3 Boaregistratiesysteem op PTB 9 november 2010 1. Voorbereiding en uitvoering sanering Er wordt een Busmelding ingediend, waarin wordt aangegeven dat op 1 november wordt gestart met een

Nadere informatie

NOTITIE Opdrachtgevers vragen om kwaliteit

NOTITIE Opdrachtgevers vragen om kwaliteit NOTITIE Aan : Organisaties die werk uitbesteden in bodembeheer Van : Programmabureau SIKB Datum : 1 januari 2009 Kenmerk : SIKB-Cor_C_08_33373 versie 8 1. Kwaliteit, daar kunt u gewoon om vragen U wilt

Nadere informatie

advies- en ingenieursbureau RPS 11 april 2013, Den Bosch Peter Moerman Peter Broers rps.nl

advies- en ingenieursbureau RPS 11 april 2013, Den Bosch Peter Moerman Peter Broers rps.nl advies- en ingenieursbureau RPS Peter Moerman Peter Broers 11 april 2013, Den Bosch Kabels, Leidingen en Bodem Introductie Peter Moerman, Peter Broers en RPS Doel van de presentatie Globaal inzicht geven

Nadere informatie

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 1000 versie 9.0

Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 1000 versie 9.0 Overzicht wijzigingen certificatieschema BRL SIKB 1000 versie 9.0 Inhoud BRL SIKB 1000, van versie 8.2 naar versie 9.0... 2 Protocol 1001 van versie 2.1 (met wijzigingsblad) naar versie 4.0... 4 Protocol

Nadere informatie

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Directie Ruimte, Milieu en Water Provincie Zeeland Plaats: Datum: Kenmerk: Afdeling: Globiscode: Middelburg 23 augustus 2007 RMW0709706 Milieuhygiene ZL070300211 GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aanleiding

Nadere informatie

Besluit van 1 februari 2006, houdende regels voor uniforme saneringen (Besluit uniforme saneringen)

Besluit van 1 februari 2006, houdende regels voor uniforme saneringen (Besluit uniforme saneringen) (Tekst geldend op: 11-03-2010) Besluit van 1 februari 2006, houdende regels voor uniforme saneringen (Besluit uniforme saneringen) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg

Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg Beoordelingsrichtlijn Milieukundige begeleiding van (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg BRL SIKB 6000 Deze beoordelingsrichtlijn (BRL), versie 4.1 is op 12-12-2013 vastgesteld door

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Gemeente Terneuzen Postbus 35 4530 AA Terneuzen Kenmerk: B-BSEV150027/ 00101576 Afdeling: Vergunningen Datum: 14 juli 2015 Onderwerp: Beschikking op

Nadere informatie

Overzicht van wijzigingen BRL SIKB 7000 (versie 4.3 versie 5)

Overzicht van wijzigingen BRL SIKB 7000 (versie 4.3 versie 5) Overzicht van wijzigingen BRL SIKB 7000 ( versie 5) Plaats in Voorwoord Voorwoord Oude tekst () Nieuwe tekst (versie 5) Reden aanpassing Onder deze BRL vallen de uitvoering van (water)bodemsaneringen en

Nadere informatie

Uitvoering van (water)bodemsanering en ingrepen in de waterbodem

Uitvoering van (water)bodemsanering en ingrepen in de waterbodem Beoordelingsrichtlijn Uitvoering van (water)bodemsaneringen en ingrepen in de waterbodem BRL SIKB 7000 Deze BRL SIKB 7000, versie 4.2, is 16 juni 2011 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen

Nadere informatie

Via deze website kunnen onder meer de meldingsformulieren worden gedownload.

Via deze website kunnen onder meer de meldingsformulieren worden gedownload. Algemeen deel Dit meldingsformulier is niet van toepassing voor meldingen in het kader van het Besluit en de Regeling uniforme saneringen (BUS-meldingen). Voor een melding in het kader van BUS wordt verwezen

Nadere informatie

Indien sprake is van een andere gemachtigde, machtigingsformulier ingevuld en ondertekend als bijlage toevoegen.

Indien sprake is van een andere gemachtigde, machtigingsformulier ingevuld en ondertekend als bijlage toevoegen. FORMULIER EVALUATIE NAZORG BODEMSANERING IN TE VULLEN DOOR OPDRACHTGEVER SANERING OF DIENS GEMACHTIGDE 01 Type evaluatie (aankruisen wat van toepassing is) Tussenevaluatie van fase Eindevaluatie volledige

Nadere informatie

Rapport bodeminformatie

Rapport bodeminformatie Rapport bodeminformatie Rapport bodeminformatie Percelen Perceelnummers Geselecteerd gebied Locatiegegevens Locatienaam Coördinaten volgens RDM (Rijksdriehoeksmeting) middelpunt: x 258014.8 y 492124.2

Nadere informatie

OFFERTE MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING PLENKERTSTRAAT 42 TE VALKENBURG GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL

OFFERTE MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING PLENKERTSTRAAT 42 TE VALKENBURG GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL OFFERTE MILIEUKUNDIGE BEGELEIDING PLENKERTSTRAAT 42 TE VALKENBURG GEMEENTE VALKENBURG AAN DE GEUL Offerte milieukundige begeleiding Plenkertstraat 42 te Valkenburg in de gemeente Valkenburg aan de Geul

Nadere informatie

A. Op bladzijde 9 van het saneringsverslag wordt verwezen naar tabel 3.1 met gehanteerde terugsaneerwaarden, deze tabel ontbreekt.

A. Op bladzijde 9 van het saneringsverslag wordt verwezen naar tabel 3.1 met gehanteerde terugsaneerwaarden, deze tabel ontbreekt. Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied T.a.v. de heer S. Baanders Postbus 209 1500 EE ZAANDAM Locatiecode: NH/0358/01046 Zaaknummer: 3512575 Ons kenmerk: AMNO161322_eva ODNZKG Betreft: Aanvullende gegevens

Nadere informatie

2. Wie beslist over het volgen van de BUS-procedure? De saneerder of het bevoegd gezag?

2. Wie beslist over het volgen van de BUS-procedure? De saneerder of het bevoegd gezag? Veelgestelde vragen Veel gestelde vragen en antwoorden over BUS Hieronder vindt u veelgestelde vragen en antwoorden over BUS. 1. Waar is de regelgeving over het BUS te vinden? 2. Wie beslist over het volgen

Nadere informatie

Geachte heer Van Zijl,

Geachte heer Van Zijl, Dienst Water en Milieu Aan: Honingraad Holding B.V. T.a.v. de heer P.N. van Zijl Burgweg 1a 3984 LK ODIJK Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140 http://www.provincie-utrecht.nl

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Gemeente Terneuzen t.a.v. de heer A. Buyck Postbus 35 4530 AA Terneuzen Kenmerk: B-BSBE140042/ 00084997 Afdeling: Vergunningen Datum: 31 oktober 2014

Nadere informatie

Indien sprake is van een andere gemachtigde, machtigingsformulier ingevuld en ondertekend als bijlage toevoegen.

Indien sprake is van een andere gemachtigde, machtigingsformulier ingevuld en ondertekend als bijlage toevoegen. FORMULIER EVALUATIE NAZORG BODEMSANERING IN TE VULLEN DOOR OPDRACHTGEVER SANERING OF DIENS GEMACHTIGDE 01 Type evaluatie (aankruisen wat van toepassing is) Tussenevaluatie van fase Eindevaluatie volledige

Nadere informatie

BESCHIKKING 2015011064 / CHK

BESCHIKKING 2015011064 / CHK Zaaknummer 0138912 Dossier 913198 Ons kenmerk 2015011064 / CHK BESCHIKKING De Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid heeft namens Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland op 4 november 2014 een melding ontvangen

Nadere informatie

NADER ASBEST IN GROND-/PUINONDERZOEK. Middelaarseweg 2 Hoevelaken Kenmerk: J. Opdrachtgever: Gemeente Nijkerk. Datum rapport: Status:

NADER ASBEST IN GROND-/PUINONDERZOEK. Middelaarseweg 2 Hoevelaken Kenmerk: J. Opdrachtgever: Gemeente Nijkerk. Datum rapport: Status: NADER ASBEST IN GROND-/PUINONDERZOEK Middelaarseweg 2 Hoevelaken Kenmerk: 1243701J Opdrachtgever: Datum rapport: Status: Uitvoering: Projectleider en rapporteur: Gemeente Nijkerk 6 september 2012 Definitief

Nadere informatie

Aan: GZ Beheer en exploitatiemaatschappij B.V. T.a.v. de heer H. Stok Postbus DB Oudewater. Geachte heer Stok,

Aan: GZ Beheer en exploitatiemaatschappij B.V. T.a.v. de heer H. Stok Postbus DB Oudewater. Geachte heer Stok, Dienst Water en Milieu Aan: GZ Beheer en exploitatiemaatschappij B.V. T.a.v. de heer H. Stok Postbus 3 3420 DB Oudewater Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding. (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg

Milieukundige begeleiding. (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg Beoordelingsrichtlijn van (water)bodemsaneringen, ingrepen in de waterbodem en nazorg BRL SIKB 6000 Deze ontwerp-herziening beoordelingsrichtlijn (BRL), versie 3.1 is op 14 oktober vrijgegeven voor openbare

Nadere informatie

Grond of baggerspecie bevat vraag ja/nee 1 alleen sporadisch ander bodemvreemd materiaal dan steenachtig materiaal of hout

Grond of baggerspecie bevat vraag ja/nee 1 alleen sporadisch ander bodemvreemd materiaal dan steenachtig materiaal of hout Staatscourant 29-11-2018, Wijziging Rbk Rbk, art. 1.1 lid 2 is toegevoegd Grond of baggerspecie bevat vraag ja/nee 1 ten hoogste 20% bodemvreemd materiaal > 20% bvm? (bvm) in de vorm van steenachtig materiaal

Nadere informatie

waterschap roer en overmaas

waterschap roer en overmaas Rapport waterschap roer en overmaas WBL-leiding buffer Ankerkade Verkennend bodemonderzoek conform NEN 5740 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding... 1 2 Onderzoeksopzet... 3 2.1 Vooronderzoek conform

Nadere informatie

BEPALING VAN DE ZUURGRAAD IN GROND EN/OF OPPER- VLAKTEWATER M.B.V. EEN PH-METER

BEPALING VAN DE ZUURGRAAD IN GROND EN/OF OPPER- VLAKTEWATER M.B.V. EEN PH-METER 5 10 Protocol 2004 15 BEPALING VAN DE ZUURGRAAD IN GROND EN/OF OPPER- VLAKTEWATER M.B.V. EEN PH-METER 20 25 30 35 40 45 Versie 2.0, 27-9-2001 Pagina 1 van 9 50 Inhoud 1 PLAATS VAN DIT PROTOCOL IN HET KWALITEITSZORGSYSTEEM...3

Nadere informatie

Nader asbestonderzoek in bodem Wolbertsdijk 13 te Wapenveld

Nader asbestonderzoek in bodem Wolbertsdijk 13 te Wapenveld Nader asbestonderzoek in bodem Wolbertsdijk 13 te Wapenveld Projectgegevens Beknopte beschrijving locatie Huidig gebruik terrein : Agrarische bedrijfsvoering Adres : Wolbertsdijk 13 Plaats : Wapenveld

Nadere informatie

Welkom bij De Voorbereidingsfase

Welkom bij De Voorbereidingsfase Welkom bij De Voorbereidingsfase Roeland de Weerd acta Safety Professionals Voorbereidingsfase Een kabel en leidingtracé door een ernstig geval van bodemverontreiniging, wat is hiervoor nodig? Ontwerp

Nadere informatie

Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen

Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen Protocol 6003 Milieukundige begeleiding van ingrepen in de waterbodem en uitvoering van waterbodemsaneringen Environmental supervision of interventions in sediment and performance of sediment remediations

Nadere informatie

UITVOERING VAN WATERBODEMSANERING

UITVOERING VAN WATERBODEMSANERING STICHTING INFRASTRUCTUUR KWALITEITSBORGING BODEMBEHEER SIKB Protocol 7003 1 UITVOERING VAN WATERBODEMSANERING 2 30 Versie 1.1 Vrijgegeven door CCvD voor ter kritieklegging 1 april 03 Inhoudsopgave 1 DOEL

Nadere informatie

omgevingsrapportage Thorbeckestraat 84 Omgevingsrapportage

omgevingsrapportage Thorbeckestraat 84 Omgevingsrapportage omgevingsrapportage Thorbeckestraat 84 Omgevingsrapportage Pagina 1 van 11-19-04-2017 Inhoudsopgave Voorblad Inhoudsopgave Inleiding Thorbeckestraat 88 Thorbeckestraat 80-82 Thorbeckestraat 84 Thorbeckestraat

Nadere informatie

Kadastrale gemeente Sectie Nummer IJsselstein C 1048 (terrein Terberg) IJsselstein C 1216 (trottoir)

Kadastrale gemeente Sectie Nummer IJsselstein C 1048 (terrein Terberg) IJsselstein C 1216 (trottoir) 1 Afdeling Vergunningverlening Aan: Terberg Exploitatie Mij BV T.a.v. de heer A.C. van Kats Postbus 202 3400 AE IJSSELSTEIN Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2583306 Fax 030-2582990

Nadere informatie

Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid PAP E tra zaaknummer Dossler Ons kenmerk BehnndeM door / CHK de heer P.M. Stortenbck(.ṡr N

Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid PAP E tra zaaknummer Dossler Ons kenmerk BehnndeM door / CHK de heer P.M. Stortenbck(.ṡr N Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid PAP E tra zaaknummer 0115339 Dossler 909120 Ons kenmerk BehnndeM door 2013006822 / CHK de heer P.M. Stortenbck(.ṡr Noordendijk 250 Postbus 55o 3300 AN Dordrecht T [078]

Nadere informatie

Bodemrapportage. Dynamisch Rapport - 27-08-2014. Legenda. Bodemlocaties

Bodemrapportage. Dynamisch Rapport - 27-08-2014. Legenda. Bodemlocaties Bodemrapportage Dynamisch Rapport - 27-08-2014 Legenda Geselecteerd gebied 25-meter buffer Bodemonderzoeken Historisch Bodembestand (HBB) Bodemlocaties Coördinaten volgens RDM (Rijksdriehoeksmeting) Middelpunt:

Nadere informatie

- A 0 t (. (J )() 13a:t.w54f1.-&,j

- A 0 t (. (J )() 13a:t.w54f1.-&,j Van Speykstraat - A 0 t (. (J )() 13a:t.w54f1.-&,j -~Mf. Gemeente Lisse, afdeling Milieu en Bouwkunde T.a. v. dhr. C. Brouwer Postbus 200 2160 AE Lisse Kamerik, 29 maart 2007 project: 12116 Van Speykstraat

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum 00496020 ODH-2017-00105467 3 0 OKT. 2817 Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899 02 E vergunningen@odh.nl I

Nadere informatie

Overzicht van voorgestelde wijzigingen BRL SIKB 7000 (versie 4.1 versie 4.2) Plaats in Huidige tekst (versie 4.1) Ontwerp-tekst (versie 4.

Overzicht van voorgestelde wijzigingen BRL SIKB 7000 (versie 4.1 versie 4.2) Plaats in Huidige tekst (versie 4.1) Ontwerp-tekst (versie 4. Overzicht van voorgestelde wijzigingen BRL SIKB 7000 ( versie 4.2) Plaats in Huidige tekst () Ontwerp-tekst (versie 4.2) Motivatie Voorblad UITVOERING VAN (WATER)BODEMSANERINGEN Uitvoering van (water)bodemsaneringen

Nadere informatie

12 september : Admiraal Trompstraat 2 (voormalig Wilton Fijenoord terrein) te Schiedam

12 september : Admiraal Trompstraat 2 (voormalig Wilton Fijenoord terrein) te Schiedam Huisman Vastgoed b.v. T.a.v. de heer I. Spijker Admiraal Trompstraat 2 3115 HH SCHIEDAM gemeente Schiedam Cluster Stedelijke Ontwikkeling afdeling Ruimtelijk gebruik Postbus 1501 3100 EA SCHIEDAM Stadskantoor

Nadere informatie

BJU.nu Twentepoort Oost 16A 7609 RG ALMELO. Plan van aanpak asbestverwijdering Orvelterstraat 3 te Westerbork.

BJU.nu Twentepoort Oost 16A 7609 RG ALMELO. Plan van aanpak asbestverwijdering Orvelterstraat 3 te Westerbork. ` BJU.nu Twentepoort Oost 16A 7609 RG ALMELO Rijssen, 21 januari 2014 kenmerk: Betreft: BU2014-03 Plan van aanpak asbestverwijdering Orvelterstraat 3 te Westerbork. Geachte lezer, Hierbij ontvangt u het

Nadere informatie

1 Inleiding. 2 BUS-melding. Aan: Altena T.a.v. de heer H. Altena Insingerstraat 76 3766 MC Soest. Geachte heer Altena,

1 Inleiding. 2 BUS-melding. Aan: Altena T.a.v. de heer H. Altena Insingerstraat 76 3766 MC Soest. Geachte heer Altena, 1 Afdeling Handhaving Aan: Altena T.a.v. de heer H. Altena Insingerstraat 76 3766 MC Soest Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2583877 Fax 030-2582121 http://www.provincie-utrecht.nl

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Kenmerk: Afdeling: CZAV Energy BV Oostelijke Kanaalweg 5 4424 NC Wemeldinge B-BSBE180003/00185435 Vergunningen Datum: 8 februari 2018 Onderwerp: Beschikking

Nadere informatie

Aan: Gemeente Zeist T.a.v. de heer R. Groenink Postbus AM Zeist. Geachte heer Groenink,

Aan: Gemeente Zeist T.a.v. de heer R. Groenink Postbus AM Zeist. Geachte heer Groenink, Dienst Water en Milieu Aan: Gemeente Zeist T.a.v. de heer R. Groenink Postbus 513 37 AM Zeist Pythagoraslaan 11 Postbus 83 358 TH Utrecht Tel. 3-2589111 Fax 3-258342 http://www.provincie-utrecht.nl Datum

Nadere informatie

Indien sprake is van een andere gemachtigde, machtigingsformulier ingevuld en ondertekend als bijlage toevoegen.

Indien sprake is van een andere gemachtigde, machtigingsformulier ingevuld en ondertekend als bijlage toevoegen. FORMULIER EVALUATIE NAZORG BODEMSANERING IN TE VULLEN DOOR OPDRACHTGEVER SANERING OF DIENS GEMACHTIGDE 01 Type evaluatie (aankruisen wat van toepassing is) Tussenevaluatie van fase Eindevaluatie volledige

Nadere informatie

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004 Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004 Conclusies Door middel van het uitgevoerde bodemonderzoek is inzicht verkregen in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem ter plaatse

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Stichting Woonburg Karreveld 2A 4371 GA Koudekerke Kenmerk: B-BSBE150011/ 00094122 Afdeling: Vergunningen Datum: 10 maart 2015 Onderwerp: Beschikking

Nadere informatie

Straat Postbus Huisnummer 2 Postcode 5240 BB Woonplaats ROSMALEN adres Telefoon Berichtenboxnaam

Straat Postbus Huisnummer 2 Postcode 5240 BB Woonplaats ROSMALEN  adres Telefoon Berichtenboxnaam MELDINGSFORMULIER SANERINGSVERSLAG EN/OF NAZORGPLAN ALGEMENE GEGEVENS 1. Locatiegegevens Locatienaam Losplaats 3 (DICO) te Uden Straat Losplaats Huisnummer Postcode Woonplaats Uden 2. Melding betreft Behorend

Nadere informatie

: NEN 5740 ONV (onverdacht), NEN 5707 VED-H (Verdachte locatie met diffuse bodembelasting heterogeen verdeeld)

: NEN 5740 ONV (onverdacht), NEN 5707 VED-H (Verdachte locatie met diffuse bodembelasting heterogeen verdeeld) In het kader van de herontwikkeling van de locatie Boerderij Groot Krakhort aan de Bolderikhof 18 te Leusden is eens het volgende bodemonderzoek beoordeeld: Titel : Verkennend Bodemonderzoek en Asbest

Nadere informatie

LOM-Pilot ketenhandhaving landbodemsanering, grondverzet en grondstromen. Ronald Peters LOM-Implementatiemanager

LOM-Pilot ketenhandhaving landbodemsanering, grondverzet en grondstromen. Ronald Peters LOM-Implementatiemanager LOM-Pilot ketenhandhaving landbodemsanering, grondverzet en grondstromen Ronald Peters LOM-Implementatiemanager Aanleiding Interventiestrategie ketentoezicht bodemsaneringen, grondverzet & gondstromen

Nadere informatie

Toelichting bij NEN 5720 'Verkennend waterbodemonderzoek' (i.c.m. NEN 5717)

Toelichting bij NEN 5720 'Verkennend waterbodemonderzoek' (i.c.m. NEN 5717) Toelichting bij NEN 5720 'Verkennend waterbodemonderzoek' (i.c.m. NEN 5717) Voorwoord In 2009 zijn NEN 5720:2009 'Bodem - Waterbodem - Strategie voor het uitvoeren van verkennend onderzoek - Onderzoek

Nadere informatie

Tijdelijk uitplaatsen van grond Protocol 7004

Tijdelijk uitplaatsen van grond Protocol 7004 Tijdelijk uitplaatsen van grond Protocol 7004 Dit protocol 7004, versie 1.1, is op 12 december 2013 vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD) Bodembeheer, ondergebracht bij de Stichting

Nadere informatie

N. Looman. Geautoriseerd: H. Broekhuijsen

N. Looman. Geautoriseerd: H. Broekhuijsen Milieutechniek Rouwmaat Groenlo bv Postbus 74 Den Sliem 93 7140 AB Groenlo 7141 JG Groenlo TEL. 0544-474040 FAX. 0544-474049 Plan van aanpak bodemsanering Schoolbosweg 14 te Heino Opdrachtgever : Rombou

Nadere informatie

Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven

Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven 28 maart 2012 Verkennend bodemonderzoek Weideveld te Bodegraven Kenmerk MDMH: RC4-201209504 Kenmerk R001-1207269IAG-kmi-V01-NL Verantwoording Titel Verkennend

Nadere informatie

Inhoudsopgave. 4.1 Niet samenvoegen Samenwerken met certificaathouder, onder de vlag van erkend intermediair 3

Inhoudsopgave. 4.1 Niet samenvoegen Samenwerken met certificaathouder, onder de vlag van erkend intermediair 3 Informatiebrochure Opslag, bewerking en levering grond op eigen terrein Een handreiking die toelicht hoe te voldoen aan de eisen zoals opgenomen in het Besluit bodemkwaliteit Aanleiding Reeds op 1 januari

Nadere informatie

Aan: Milieudienst Zuidoost Utrecht T.a.v. de heer W. Nijhof Postbus AL ZEIST. Geachte heer Nijhof,

Aan: Milieudienst Zuidoost Utrecht T.a.v. de heer W. Nijhof Postbus AL ZEIST. Geachte heer Nijhof, 1 Afdeling Vergunningverlening Aan: Milieudienst Zuidoost Utrecht T.a.v. de heer W. Nijhof Postbus 461 3700 AL ZEIST Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2583306 Fax 030-2582990 http://www.provincie-utrecht.nl

Nadere informatie

1 Inleiding. 2 BUS-melding. Aan: BAM Techniek T.a.v. de heer J. Van Manen Postbus AB VEENENDAAL. Geachte heer Van Manen,

1 Inleiding. 2 BUS-melding. Aan: BAM Techniek T.a.v. de heer J. Van Manen Postbus AB VEENENDAAL. Geachte heer Van Manen, 1 Afdeling Handhaving Aan: BAM Techniek T.a.v. de heer J. Van Manen Postbus 68 3900 AB VEENENDAAL Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2583877 Fax 030-2582121 http://www.provincie-utrecht.nl

Nadere informatie

De deelsaneringslocatie is aangegeven op de kadastrale kaart in hoofdstuk 10.

De deelsaneringslocatie is aangegeven op de kadastrale kaart in hoofdstuk 10. 1 Afdeling Vergunningverlening Aan: Leo Lagemaat Verhuur BV T.a.v. de heer L. van de Lagemaat Bosmanskamp 5 4191 MS Geldermalsen Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2583306 Fax 030-2582990

Nadere informatie

WIJZIGINGSBLAD vastgesteld door het AC Bodembeheer

WIJZIGINGSBLAD vastgesteld door het AC Bodembeheer - 1 - WIJZIGINGSBLAD vastgesteld door het AC Bodembeheer Van toepassing op : AS SIKB 2000, versie 2.8 van 12 december 2013 Versie en datum vaststelling : 2, 10 maart 2016 Het bestuur van SIKB heeft op

Nadere informatie

aanvulling EVALUATIERAPPORT ASBEST IN GRONDSANERING Plantagebaan 179 te Wouwse Plantage

aanvulling EVALUATIERAPPORT ASBEST IN GRONDSANERING Plantagebaan 179 te Wouwse Plantage RPS Advies B.V. Tolweg 11, 4851 SJ Ulvenhout, PO Box 3440, 4800 DK Breda T +31 (0)880-23 57 80 F + 31 (0) 880-23 57 81 W www.rps.nl EVALUATIERAPPORT ASBEST IN GRONDSANERING aanvulling Plantagebaan 179

Nadere informatie