>> Ruimte duurzaam benutten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download ">> Ruimte duurzaam benutten"

Transcriptie

1 visionnr JUNI 2014 >> Ruimte duurzaam benutten VITO kijkt over de grenzen heen >> VITO ONDERSTEUNT ONTWIKKELING CHINEES MILIEUBELEID >> BELGISCHE PRIMEUR: EERSTE TESTVLUCHT MET CRUISER >> MONITORINGSTOOL VOOR DUURZAME LANDBOUW >> BELGISCHE MICROSATELLIET MAAKT DAGELIJKS DETAILOPNAMES VAN DE AARDE >> WEBPLATFORM BRENGT OORZAKEN ALGENBLOEI OP ZEE IN KAART >> FRANKRIJK ZET VITO S RUIMTEMODEL IN >> NOODREACTIESYSTEMEN VOOR ZWARE-METALENVERONTREINIGING IN CHINA >> IN DE KIJKER >> KMO VINDT VITO!

2 INTERVIEW MET DIRECTEUR ROGER DIJKMANS EN UNITMANAGERS DIRK VAN SPEYBROECK EN CLEMENS MENSINK 2 We helpen China en andere groeilanden om hun milieubeleid te ontwikkelen K euzes rond het gebruik en de inrichting van ruimte worden wereldwijd steeds belangrijker. Niet alleen in Vlaanderen, maar ook in grote delen van de wereld rukt de verstedelijking op en ontstaan groeimarkten die vaak welvaart laten primeren op een duurzaam ruimtegebruik. Toch groeit ook daar het bewustzijn dat de ruimte beperkt is en energievoorziening, gezondheid, industrie en natuur grote maatschappelijke uitdagingen vormen waarin duurzaam landgebruik telkens een cruciale rol speelt. De expertise die VITO heeft opgebouwd vanuit de Vlaamse ruimteproblematiek, wil ze meer en meer inzetten in het buitenland. VITO-directeur Roger Dijkmans: Eens een bepaald ruimtegebruik is vastgelegd, is het niet zo eenvoudig dit te veranderen. Zowat elke ruimtelijke inrichting vraagt immers de aanleg van specifieke infrastructuur. Het is dus belangrijk goede keuzes over ruimte te maken, niet alleen in het dichtbevolkte Vlaanderen, maar ook in gebieden die in volle ontwikkeling zijn, zoals China en Afrika. Het evenwicht tussen economische ontwikkeling enerzijds, en behoud van natuur en levenskwaliteit anderzijds, staat of valt ook daar met een proactief ruimtelijk beleid. Hoe kan VITO bijdragen tot een beter ruimtelijk beleid in die landen? Roger Dijkmans: Wij ontwikkelen instrumenten, die de overheid helpen ruimtelijke beleidskeuzes te maken. We vertrekken daarbij van de vragen en behoeften van eindgebruikers, maar kijken ook steeds naar duurzame oplossingen met potentieel voor ontwikkeling. In veel landen zijn die instrumenten er niet, zijn ze onvoldoende ontwikkeld, of bestaat er nog geen langetermijnvisie op duurzaamheid. Clemens Mensink, unitmanager Ruimtelijke milieuaspecten: Dat zien we ook in China, waar VITO twee Europese projecten rond luchtkwaliteit (AIRINFORM) en verontreiniging door zware metalen (METALert) coördineert. De zorg voor het leefmilieu kon daar geen gelijke tred houden met de snelle economische groei van de jongste decennia. In enkele Chinese pilootsteden en -sites zetten we nu modellen op om de kwaliteit van lucht, water en bodem te voorspellen, vooral ook in crisissituaties. Op die manier helpen we snel ontwikkelende naties als China om capaciteit op te bouwen en zo een eigen milieubeleid te ontwikkelen geïnspireerd op Europese kennis en standaarden. VITO heeft ook een sterke reputatie op het vlak van beeldverwerking, met toepassingen voor onder meer landbouwopvolging. Is er ook op dat vlak ruimte voor capacity building? Dirk Van Speybroeck, unitmanager Aardobservatie: Wij werken al jaren samen met lokale partners in Afrika: ministeries van landbouw, maar recent ook bedrijven als het Ethiopische GEOSAS, dat projecten op de Afrikaanse markt screent en die we technologisch ondersteunen. Dat gaat om projecten die geo-informatie afgeleid van satellietbeelden gebruiken voor bijvoorbeeld ruimtelijke planning en oogstvoorspellingen. We staan ook verschillende Afrikaanse overheden bij met kaarten die de effecten van verdroging en klimaatopwarming visualiseren. We meten die effecten niet zelf op, maar geven wel trends aan op basis van de satellietdata waarover we beschikken. Die data bestrijken inmiddels 15 jaar en vormen

3 3 aaneengesloten, tijdsreeksen. betrouwbare Meer en meer overheden willen onze beeldverwerkingstechnologie zelf gebruiken. Een aantal van onze projecten draait inderdaad rond capacity building: we maken eenvoudige softwaretools beschikbaar die lokale gebruikers toelaten om informatie af te leiden uit de aardobservatiebeelden. Het grote voordeel van zowel modellen als satellietbeelden is dat ze voorspellingen mogelijk maken en trends in de verf zetten. Kunnen beide technologieën elkaar nog versterken? Clemens Mensink: Dat gebeurt zelfs meer en meer. De integratie van modelberekeningen en satellietbeelden is de grote sterkte van onder meer het ISECAproject (Information System on the Eutrophication of our Coastal Areas), dat eutrofiëring of algenbloei in de Noordzee en het Engels Kanaal in kaart brengt. Het vervolgproject INFORM (Improved monitoring and forecasting of ecological status of European INland waters by combining Future earth ObseRvation data and Models) gaat overigens nog een stap verder. Daarin zullen satellietbeelden niet enkel gebruikt worden om de modellen voor eutrofiëring aan te vullen, maar ook om ze te verbeteren. Dirk Van Speybroeck: Een ander voorbeeld is SIGMA, een project dat methoden voor landbouwmonitoring optimaliseert door insitumetingen te integreren met aardobservatiedata en modelberekeningen. VITO coördineert dit prestigieuze project, dat deel uitmaakt van het Europese geomonitoringsinitiatief GEOGLAM (Global Agricultural Geo Monitoring). Onze taak is bovendien om de trendanalyses te optimaliseren op basis van een geïntegreerd gebruik van modellen en sensoren. Ruimte kan niet los gezien worden van thema s als milieukwaliteit, energie en gezondheid. Biedt VITO ook totaaloplossingen aan die passen in de duurzaamheidsgedachte? Roger Dijkmans: Duurzaamheid is het integrerende thema in al onze onderzoeksdomeinen, maar in elk domein wordt ook specifieke kennis opgebouwd. Die wordt structureel en in tal van grensoverschrijdende projecten ingezet. Instrumenten om de invloed van de leefomgeving op de gezondheid van mensen te monitoren worden gekoppeld aan modellen en sensoren ontwikkeld in het kader van duurzaam landgebruik. Ook smart cities, waarbij intelligente energiesystemen cruciaal zijn, kunnen maar echt slim zijn als de ruimtelijke inrichting van het stedelijke gebied hierop aansluit. Denk maar aan mobiliteit, ruimte voor groene energie, de verweving van wonen, werken en ontspanning Landgebruiksmodellen en sensoren spelen trouwens ook een belangrijke rol in het

4 4 lokaliseren van ruimte om uit biomassa nieuwe chemische verbindingen te winnen. Voor het telen van biomassa is immers meer ruimte nodig dan voor klassieke fossiele brandstoffen. De uitdagingen op het vlak van duurzaam landgebruik zijn niet min. Waar wil VITO de komende jaren vooral op inzetten? Clemens Mensink: We willen onze expertise verder internationaliseren. Het RuimteModel Vlaanderen bijvoorbeeld ondersteunt al jaren met succes het Vlaamse ruimtebeleid, en wordt dit jaar voor het eerst in het buitenland toegepast, met het uittekenen van een TGVtraject tussen Marseille en Italië. In Qatar onderzoeken we of onze expertise rond waterbeheer kan bijdragen tot oplossingen voor het probleem van verzilting en watergebrek. Dirk Van Speybroeck: Dé grote uitdaging op het vlak van landgebruik is de explosieve bevolkingsgroei, vooral op het Afrikaanse continent. Naar verwachting zal de bevolking daar verdriedubbelen, wat een enorme druk zal leggen op het milieu en het landgebruik. Het milieu in Afrika is bovendien zeer gevoelig voor de effecten van de klimaatverandering. Drinkwatertekorten, maar ook een gebrek aan landbouwgronden en graaslanden zorgen nu al voor heuse volksverhuizingen. Ook corruptie is een groot probleem: statistieken over voedselproductie worden kunstmatig opgevoerd en in grote gebieden worden concessies verleend aan Chinese investeerders die de landbouwopbrengsten integraal exporteren. Wij kunnen die praktijken en tendensen niet terugdringen, maar we kunnen wel correcte en objectieve informatie aanleveren, op basis van model- en satellietdata, zodat de juiste mensen kunnen ingrijpen. Afrika is een groeimarkt waarop wij ons de komende jaren zeker meer zullen richten. Meer info: en

5 UAV S HELPEN RAMPEN BEHEERSEN Belgische primeur voor VITO: eerste testvlucht met cruiser Midden mei 2014 stuurde VITO voor het eerst twee onbemande luchtvaarttuigen van het Cruiser-type het Belgische luchtruim in. Met deze primeur verovert VITO een unieke plaats in de UAVwereld (unmanned aerial vehicle) en toont ze aan dat UAV s veilig in het luchtruim kunnen opereren. Zodra de testvluchten succesvol uitgevoerd zijn en de toestellen klaar zijn voor operationele vluchten worden ze uitgerust met technologieën die tal van toepassingen mogelijk maken, zoals monitoring en management van grote rampen. 5 Koen Meuleman van VITO: De voorbije jaren hebben we veel onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van onbemande luchtvaartuigen voor monitoring. Tot dusver werkten we uitsluitend met kleinere platformen (o.a. drones) voor lokale applicaties die tot op een hoogte van maximaal 100 m vliegen. De Cruisers, die in mei aan VITO opgeleverd werden, zijn van een ander kaliber. Het gaat om vliegtuigen met een gewicht van 35 kg en een spanwijdte van 4 meter, die 4 à 6 uur in de lucht kunnen blijven. Ze halen een hoogte van 3 à 4 km en kunnen tot 50 km ver aangestuurd worden. Ter vergelijking: bij de kleinere UAV s, bijvoorbeeld onze octocopter, bedraagt het bereik maximaal 500 m. De Cruisers hebben bovendien dezelfde technologie aan boord als een sportvliegtuig en zijn dus volledig uitgerust om tussen het normale vliegverkeer te opereren. Dubbele primeur Eind 2013 bestelde VITO twee Cruisers bij het Spaanse bedrijf UAV Navigation. Deze Cruisers zijn in mei opgeleverd en werden getest op het militaire vliegveld van Weelde, ten noorden van Turnhout. Dat is een dubbele primeur, vertelt Koen Meuleman. Het is de eerste keer in België dat zo n groot stuk luchtruim wordt afgesloten voor testvluchten met civiele UAV s. We hebben een Temporary Segregated Airspace of TSA kunnen afsluiten tot op een hoogte van m en met een diameter van 6 km rond het vliegveld. Dat is uniek in België, misschien zelfs in Europa. Ook is het de eerste keer in België dat een onbemand luchtvaarttuig uitgerust wordt met een transponder. De transponder zendt signalen uit die opgevangen kunnen worden door de (Belgische) civiele en militaire luchtverkeersleiding (Belgocontrol en Belgaradar). Dit is extreem belangrijk om de veiligheid in het Belgisch luchtruim te garanderen, ook al gebruiken we momenteel een afgesloten luchtruim. Het gaat VITO echter niet alleen om de platformen zelf, maar vooral om wat men ermee kan doen. De Cruisers zullen gebruikt worden voor onderzoek rond diverse toepassingen, waaronder milieu- en luchtkwaliteitsmonitoring, en toezicht vanuit de lucht. Hiervoor zullen de toestellen uitgerust worden met een reeks sensoren zoals hyperspectrale sensoren, high definition videocamera s en andere apparatuur. Koen Meuleman: Het is belangrijk dat de sensoren bestand zijn tegen de condities in het luchtruim. Trillingen, luchtdruk en de elektrische spanning van de batterij

6 6 hebben immers een grote invloed op het functioneren ervan. Het inbouwen van de sensoren in de beperkte binnenruimte van de Cruiser is overigens geen sinecure en vergt veel kennis en ervaring met engineering. Scheepsverkeer en illegale lozingen in de haven Het gebruik van deze krachtige UAV s is tot nader order beperkt tot onderzoeksdoeleinden. Commerciële toepassingen zijn momenteel nog niet toegestaan, al ijvert VITO vanuit de belangenvereniging BeUAS mee voor een wettelijk kader. Een eerste wetgeving zou tegen de zomer van 2014 in voege moeten zijn. Dat is nodig, want er is zeker vraag naar dit soort platformen, stelt Koen Meuleman. Voor monitoring boven de Antwerpse Haven, bijvoorbeeld. Daar zouden Cruisers continu boven het havengebied kunnen vliegen, om het in- en uitgaand scheepsverkeer op te volgen, of om illegale lozingen op te sporen door schepen die de haven binnenvaren. De testvluchten in Weelde hebben alvast aangetoond dat UAV s uitgerust met een transponder kunnen opereren in gecontroleerd luchtruim, al benadrukt Koen Meuleman dat een degelijke opleiding absoluut vereist is: Om een onbemand vliegtuig van dit kaliber te besturen, moet men over dezelfde kwalificaties beschikken als piloten van sportvliegtuigjes. Het zijn immers geen ongevaarlijke toestellen: ze hebben 10 à 12 liter benzine aan boord en vliegen tegen een snelheid van 180 km per uur, op een hoogte van 1 tot 3 km. VITO hecht veel belang aan veiligheid en liet daarom vier van haar medewerkers een vliegopleiding in Spanje volgen. Monitoring van zee en heidegebied Nu de twee Cruisers opgeleverd zijn, worden ze de komende maanden verder getest op het militaire vliegveld van Weelde. De komende maanden worden ook de sensoren en randapparatuur in de toestellen aangebracht. VITO hoopt de Cruisers vanaf het voorjaar van 2015 in te zetten in het kader van de Europese projecten AIRBEAM (AIRborne information for Emergency situation Awareness and Monitoring) en LUMEN (Light UAS in non-segregated airspace for Maritime and Environmental surveillance). Koen Meuleman: Voor het LUMEN-project zullen de Cruisers vanuit Koksijde opereren om boven de Noordzee en de binnenlandse rivieren respectievelijk illegale afvallozingen in zee en overstromingen op te volgen. Voor het AIRBEAM-project zullen we dan weer de Kalmthoutse Heide monitoren. We plannen daar simulatie-oefeningen om grootschalige branden in de toekomst te bestrijden met behulp van UAV s. Die kunnen voor dergelijke scenario s immers een grote meerwaarde betekenen: ze zijn in staat het gebied continu te overvliegen en informatie te leveren om manschappen op de grond aan te sturen. Meer info: koen.meuleman@vito.be RPAS Remotely Piloted Aircraft Systems LUCHTVAARTDAG 2014! De eerste Luchtvaartdag, die plaatsvond op zaterdag 8 maart 2014, was een groot succes. Met ruim bezoekers, verspreid over de verschillende Vlaamse luchthavens, kan VITO samen met de overige deelnemende bedrijven terugblikken op een succesvolle dag. Op de luchthaven van Antwerpen toonde VITO hoe ze onbemande vliegtuigen inzet binnen verschillende onderzoeksprojecten. Koen Meuleman: Het grote publiek weet inmiddels wel wat drones zijn, maar over de toepassingen, of over de wetgeving rond het gebruik ervan, is veel minder geweten. Geïnteresseerden konden enkele UAV s van dichtbij bekijken en zelf even vliegen met de flight simulator. Meer informatie over de Luchtvaartdag 2014:

7 DUURZAME LANDBOUWPRAKTIJKEN Europees onderzoeksproject werkt aan monitoringstool voor duurzame landbouw V olgens de voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO) moet de wereldwijde voedselproductie tegen 2050 met ten minste 70 % toenemen om iedereen van voedsel te voorzien. Intensievere landbouw en areaaluitbreiding zijn mogelijke oplossingen, maar de duurzaamheid daarvan wordt sterk in vraag gesteld. Met het onderzoeksproject SIGMA werkt VITO, samen met 22 partners wereldwijd, aan een betere monitoring van de duurzaamheid van landbouwpraktijken. Eind 2017 hopen de partners een tool klaar te hebben die een nauwgezette monitoring van alle landbouwgebieden en gewassen wereldwijd mogelijk maakt. De stijgende behoefte aan voedsel stelt hoge eisen aan de wereldwijde landbouw. Areaaluitbreiding, of toename van de oppervlakte ingenomen door landbouw, en intensificatie als middel om op bestaande landbouwgronden de productie te verhogen zijn manieren om de voedselproductie op te drijven. Toch hebben beide een grote impact op het milieu, zegt Sven Gilliams van VITO: In Latijns-Amerika bijvoorbeeld worden steeds meer bossen gekapt om er sojaplantages aan te leggen. Door intensificatie komen er dan weer nutriënten in de bodem en het water terecht die de ecosystemen aantasten. Onderzoeksorganisaties en bedrijven werken samen Maar hoe beïnvloeden die landbouwpraktijken het leefmilieu en wat is er nodig voor een meer duurzame landbouw? Dat is de focus van het onderzoeksproject SIGMA, onderdeel van het Europese geomonitoringsinitiatief GEOGLAM, wat staat voor Global Agricultural Geo Monitoring. Het wil een operationeel netwerk uitbouwen dat naast onderzoeksorganisaties ook bedrijven gespecialiseerd in landbouwmonitoring omvat. Een belangrijke partner is het Nederlandse bedrijf Alterra, dat als onderdeel van Wageningen UR een jarenlange ervaring heeft met oogstvoorspellingen op basis van gewasgroeimodellen. Hendrik Bogaard van Alterra: Wij werken al 15 jaar succesvol samen met VITO, voor Europese projecten zoals Monitoring Agricultural ResourceS (MARS). Alterra gebruikt weergegevens om de gewasgroei te berekenen met behulp van complexe, dynamische modellen. De resultaten worden gebruikt om het effect van het weer op gewasgroei te analyseren. In een parallelle infrastructuur produceert VITO groenindicatoren van de vegetatie waargenomen vanuit de ruimte. Beide gegevensbanken worden door de Europese Commissie gebruikt om de productieomstandigheden te beschrijven en oogsten te voorspellen. Met de opgebouwde kennis en vaardigheden zijn Alterra en VITO specialisten in dit domein geworden. Dit uit zich onder meer in specifieke projecten op het gebied van kennisoverdrachten en trainingen. Van lokale testsites tot agro-ecologische zones Sven Gilliams: Op basis van de huidige informatiesystemen kunnen we uitspraken doen over 7 SIGMA staat voor Stimulating Innovation for Global Monitoring of Agriculture en maakt als onderzoeksproject deel uit van Europa s bijdrage tot GEOGLAM (Global Agricultural Geo Monitoring). Dat initiatief lanceerde de G20 in 2011 om oogstvoorspellingen te verbeteren en de transparantie van landbouwmarkten wereldwijd te vergroten. Op haar beurt is GEOGLAM onderdeel van het GEO-initiatief (Group on Earth Observations), dat opgericht werd tijdens de Top over Duurzame Ontwikkeling in Zuid-Afrika in De belangrijkste missie van GEO bestaat erin een Global Earth Observation System of Systems (GEOSS) op te zetten, door informatiesystemen wereldwijd te coördineren.

8 8 een deel van de landbouwproductie op korte termijn. Maar over de langetermijndynamiek van landbouwpraktijken en hun invloed op het milieu kunnen we nu nog geen uitspraken doen. Dat is echter een belangrijke voorwaarde om duurzame landbouw mogelijk te maken. Oogsten kunnen vandaag voorspeld worden op basis van gewasgroeimodellen en gedetailleerde in-situ data, die verzameld worden op testsites. Voor gewasgroeimodellen moet men immers weten over welke gewassen het gaat, wanneer die geplant zijn, of er mest toegediend werd, enz. In samenwerking met het JECAM-initiatief (Joint Experiment Crop Assessment and Monitoring) bouwt SIGMA een netwerk van dergelijke testsites uit. We hebben testsites over de hele wereld, onder meer in Europa, Afrika, China, Argentinië, Rusland en Oekraïne. Daar kunnen modellen op kleine schaal uitgetest worden en zijn in-situ data voorhanden om de modellen te valideren, legt Sven Gilliams uit. Op basis van die lokale bevindingen en door het groeperen van landbouwgebieden in agroecologische zones dat zijn gebieden met gelijkaardige klimaatomstandigheden, waar op een vergelijkbare manier aan landbouw gedaan wordt kunnen de resultaten van de testsites opgeschaald worden. Wereldwijde landbouw in kaart gebracht Ook satellietbeelden zijn cruciaal om landbouwdynamieken op wereldschaal in kaart te brengen. Sven Gilliams: We proberen zoveel mogelijk satellietbeelden te verzamelen over de testsites, ter aanvulling van de modelberekeningen en terreinmetingen. Eén van de doelen van SIGMA is om uiteindelijk een globale landbouwkaart op te stellen, die alle landbouwgebieden wereldwijd weergeeft. Een grote uitdaging: globale landbouwkaarten bestaan al wel, maar ze zijn meestal niet nauwkeurig genoeg en worden niet regelmatig bijgewerkt. Een betrouwbare landbouwmonitoring vraagt kwaliteitsvolle gegevens, op continue basis. Onze PROBA-V speelt hier een belangrijke rol in, stelt Sven Gilliams. Die maakt het binnenkort mogelijk om ook globale beelden met 100 m-resolutie te creëren. Portaalsite maakt data beschikbaar voor gebruikers Alle in-situ gegevens en satellietdata worden beschikbaar gemaakt op een portaalsite. Sven Gilliams: Partners vinden daar alle info die ze nodig hebben om modellen te ontwikkelen. Op de website zal ook een viewer beschikbaar zijn waarmee onderzoekers het tijdsprofiel van verschillende satellietgebaseerde indexen kunnen bekijken. Op basis van de beschikbare satellietdata krijgen ze zo een beter beeld van de ontwikkeling van gewassen tijdens het hele groeiseizoen of over verschillende groeiseizoenen heen. Op het einde van het project, in 2017, hopen we een globale gewasspecifieke landbouwkaart te hebben, beter geïntegreerde tijdsreeksen, nieuwe methodes om aan landbouwmonitoring te doen, maar ook een beter afgestemde community. Het netwerk is immers even belangrijk als het onderzoek, besluit Sven Gilliams. Meer info: GEBRUIK VAN SATELLIETBEELDEN BIJ LANDBOUWVERZEKERINGEN Satellietsensoren leveren ons dagelijks nieuwe beelden aan van de aarde. Ze zijn dan ook een ideaal instrument om de vegetatiegroei op te volgen. Ook vanuit de verzekeringssector is er interesse voor dit soort technologie. Voor (her)verzekeraars staat immers het detecteren van gewasschade centraal. Door vergelijking van actuele satellietbeelden met referentiebeelden krijgen ze een idee van zowel de locatie als de omvang van probleemgebieden. Die informatie kunnen ze dan gebruiken om op een efficiënte manier veldbezoeken te organiseren in de getroffen gebieden. Daarnaast worden er ook meer en meer satellietgebaseerde indexverzekeringen op de markt gebracht. Hierbij gebruikt men een index die de gewasopbrengst in een bepaald gebied weerspiegelt. Ook droogte-indexen, zoals het Agricultural Stress Index System (ASIS), worden hiervoor gebruikt. Indien de index onder een vooraf bepaalde drempelwaarde scoort, neemt men aan dat de boeren in dat gebied schade geleden hebben en betaalt de verzekering uit. Er hoeven dus geen experts meer ter plaatse te gaan om schadevaststellingen te doen. Indexverzekeringen zijn erg in opmars in ontwikkelingslanden. Ze worden vaak gekoppeld aan kredieten voor aankoop van zaadgoed en meststoffen. Bij oogstverlies, door bijvoorbeeld droogte, worden de geleende bedragen snel terugbetaald en kan er opnieuw gezaaid worden. VITO voerde recent nog een aantal haalbaarheidsstudies voor landbouwverzekeringen uit, onder meer voor Rusland, Oekraïne, Marokko, Senegal en Kenia, in opdracht van herverzekeraars, nationale overheden en internationale organisaties. Meer info:

9 PROBA-V ZES MAANDEN OPERATIONEEL Belgische microsatelliet maakt dagelijks detailopnames van de aarde Sinds december 2013 is de Belgische microsatelliet PROBA-V volledig operationeel. Nauwelijks een jaar na haar lancering leverde ze al beelden en 75 detailopnames van de aarde met een resolutie van 1 km en 300 m. VITO hoopt om eind 2014 ook een product met een nóg hogere resolutie, van 100 m, op de markt te brengen. De toepassingen zijn velerlei, maar vooral voor de monitoring van landbouwgewassen en voedselzekerheid biedt dit perspectieven. De Belgische microsatelliet PROBA-V is de opvolger van de SPOT-VEGETATION-satellieten, die zestien jaar lang beelden leverden voor diverse toepassingen op het gebied van vegetatie- en landbouwmonitoring. Sinds haar lancering op 6 mei 2013 maken al honderden wetenschappers wereldwijd gebruik van de beelden die PROBA-V naar de aarde stuurt. Mede dankzij VITO, want de onderzoeksinstelling staat in voor de verzameling, verwerking en verspreiding van de gegevens die PROBA-V genereert. Het succes van PROBA-V is niet alleen te danken aan de kwaliteit van de data, maar ook aan het feit dat de 300 m-beelden een maand na opname gratis beschikbaar zijn; de 1 km-producten zijn zelfs onmiddellijk na opname gratis beschikbaar. De 300 m-wereldsyntheses vormen een grote verbetering ten opzichte van de 1 km-beelden die voorganger SPOT- VEGETATION produceerde, omdat het aantal zuivere pixels twee- tot driemaal hoger ligt, stelt Bart Deronde van VITO. te onderscheiden, alsook om de toestand van de gewassen op te volgen. Dit product zal bijgevolg een belangrijke bijdrage leveren aan landbouwopvolging en voedselzekerheid. Teaser voor volgende missies De huidige 100 m-producten hebben nog één beperking: het is soms lang wachten op wolkenvrije lees: bruikbare beelden. Die is vandaag ontoereikend om de vegetatie optimaal op te volgen. Bart Deronde: Om goede producten te kunnen maken, hebben we wolkenvrije beelden nodig. Als men slechts eenmaal in de vijf dagen een beeld opneemt, kan het zijn dat men een volledige maand moet wachten voordat er een wolkenvrij beeld kan opgenomen worden. Voor gewasopvolging is minstens één wolkenvrij beeld per tien dagen wenselijk. Met de 100 m-producten geven we een voorsmaakje van wat we voor een volgende missie beogen, namelijk dagelijkse wereldwijde producten met een resolutie van 100 m m per pixel Het instrument van PROBA-V bestaat uit drie camera s die samen een strook van km van het aardoppervlak opnemen. De rechtse en linkse camera scannen het aardoppervlak met een pixel resolutie van 300 m. De centrale camera, die de middelste 500 km in beeld brengt, neemt echter beelden op met een resolutie van 100 m in het visuele en nabij-infrarode bereik, en van ongeveer 200 m in de kortgolvige infrarood, legt Bart Deronde uit. Voor een opname van de wereld op 100 m-resolutie heeft de sensor dus slechts vijf dagen nodig. Dat is uniek, want geen enkele andere satelliet biedt momenteel een dergelijk product aan. Vooral voor landbouwmonitoring bieden de 100 m-beelden een grote meerwaarde. Bart Deronde: Een veld met een oppervlakte van 1 ha verschijnt op de beelden met een resolutie van 1 km als één enkele pixel, waarbij de pixel meestal niet samenvalt met het veld. Op de 100 m-beelden beslaat hetzelfde veld tien pixels, wat toelaat om gewassen beter van elkaar De komende maanden zal VITO, in samenwerking met een aantal internationale onderzoekteams, de nieuwe 100 m-data testen en valideren. Wij hopen om vanaf het najaar de nieuwe producten retroactief, met ingang vanaf maart 2014, beschikbaar te kunnen stellen voor alle gebruikers wereldwijd. Meer info: bart.deronde@vito.be Proba_Missions

10 MONITORING VAN ALGENGROEI Nieuw webplatform brengt oorzaken algenbloei op zee in kaart 10 Wit schuim of groen tij op het strand, vissterfte en mislukte mosseloogsten. De gevolgen van een teveel aan voedingsstoffen (eutrofiëring) in het water laten zich ook voelen in de Zuidelijke Noordzee en het Engels Kanaal. Met het Europese project ISECA (Information System on the Eutrophication of our Coastal Areas) sloegen onderzoeksorganisaties uit Vlaanderen, Groot-Brittannië, Frankrijk en Nederland de handen in elkaar om de monitoring van eutrofiëring te verbeteren. VITO stond mee aan de wieg van een nieuw informatieplatform dat insitumetingen, satellietbeelden en modelsimulaties combineert. Met een publiekswebsite wil men ook het grote publiek sensibiliseren voor de problematiek van algengroei op zee. In de Europese Kaderrichtlijn Water en het OSPARverdrag van 1992 komt eutrofiëring ruimschoots aan bod. Het Europese beleid streeft naar een goed beheer van onze rivierbekkens en kustwateren, onder andere door de maximale hoeveelheid nutriënten te beperken die in het water mogen terechtkomen. Het zijn immers de nitraten en fosfaten afkomstig van landbouw, industrie en huishoudelijk afvalwater die leiden tot de ongewenste groei van algen, met nadelige gevolgen voor het mariene ecosysteem en de economische activiteiten in de kustzone. Mislukte mosseloogst Jean-Luc De Kok van VITO: Algen zijn van nature aanwezig in zee, maar groeien sneller wanneer er veel voedingsstoffen zoals stikstof en fosfor aanwezig zijn in het water. Een kleine toename is niet nadelig en kan bepaalde vispopulaties zelfs doen toenemen. Overmatige stimulatie maakt het water echter troebel, en zorgt voor een tekort aan zuurstof en in het ergste geval vissterfte. Dat komt doordat eutrofiëring een explosieve algengroei veroorzaakt, in die mate dat men van algenbloei of plaagalgen spreekt. Langs de kust zien we dan schuimvorming, soms meters hoog, waardoor stranden tijdelijk moeten worden afgesloten. Ook de mislukte oogst van Zeeuwse mosselen in 2001 was te wijten aan extreme algenbloei. In extreme omstandigheden zijn plaagalgen ook voor mensen en landdieren schadelijk. De algenpluimen die op het strand aanspoelen, produceren immers zwavelgassen die dodelijk kunnen zijn. Een paar jaar geleden vond men in de Franse duinen nog wilde zwijnen die gestorven waren door zuurstofgebrek, vertelt Jean-Luc De Kok. Maar ook in lagere concentraties zijn plaagalgen schadelijk, al zijn de gevolgen niet altijd meteen zichtbaar. Het is daarom belangrijk dat algengroei goed opgevolgd wordt en het beleid afgestemd wordt op het terugdringen van eutrofiëring. Nausicaa Anne Vernier

11 11 Een afbeelding van de Web-based Application Server (WAS), die in het ISECA-project ontwikkeld is en via een VITO-server toegankelijk is. De WAS biedt via kalendernavigatie directe toegang tot aardobservatiebeelden (EO- Layers) die bij het Plymouth Marine Laboratory zijn opgeslagen, metingen van de kwaliteit van het zeewater (In- Situ Missions) en modelberekeningen (Models). Dit voorbeeld toont een aardobservatiebeeld voor chlorophyll-a, een belangrijke indicator voor eutrofiëring. Onderzoekers kunnen hun eigen waterkwaliteitsmetingen toevoegen (Upload Data), zodat deze voor alle gebruikers toegankelijk zijn. Historische tijdreeksen van metingen, zoals onderaan het scherm, kunnen ook worden getoond. Dit biedt nuttige informatie over de pieken in meetwaarden, die een indicatie kunnen geven over de aanwezigheid van plaagalgen in bepaalde periodes. Observeren en modelleren Het Europese project ISECA wil het probleem van eutrofiëring in onze kustgebieden beter onder de aandacht brengen van beleidsmakers en het grote publiek, maar richt zich ook op de onderzoekswereld. ISECA ging van start in 2011 en groepeert Vlaamse, Nederlandse, Franse en Britse kennispartners, met de financiële steun van het Europese samenwerkingsprogramma Twee Zeeën. Het Franse ADRINORD (Association pour le Développement de la Recherche et de l'innovation dans le Nord Pas de Calais) coördineert het project; VITO is betrokken als partner en ontwikkelde onder meer de web application server die het informatiesysteem online beschikbaar zal maken. Het doel van het project is immers een informatieplatform op basis van data afkomstig van aardobservatie, modelsimulaties en in-situmetingen te ontwikkelen. De sterkte van ISECA is precies de integratie van verschillende soorten informatie, zegt Jean-Luc De Kok: In-situ metingen alleen geven enkel momentopnames. De combinatie met modelberekeningen en satellietbeelden, die onder andere de kleur van het water opvolgen, geeft een totaalbeeld van de situatie. Computermodellen zijn ook waardevol, omdat ze zowel de oorzaken als de gevolgen van eutrofiëring analyseren en de algenbloei kunnen voorspellen. Het voordeel van aardobservatiedata is dan weer dat ze volop beschikbaar en kostenefficiënt zijn in vergelijking met de in-situ metingen. Publiekswebsite ISECA mikt ook op een vlotte communicatie van de wetenschappelijke inzichten, zowel naar beleidsinstanties als naar het brede publiek. Jean-Luc De Kok: Als we de concentraties van bijvoorbeeld stikstof in zee blijvend willen terugdringen, dan zijn er verdere inspanningen van de landbouwsector nodig. De output van het project is dus zeker relevant voor het beleid. Ook de publieke perceptie speelt een belangrijke rol in de strijd tegen eutrofiëring. Uit een enquête van ISECA bleek dat de bevolking vertrouwd is met schuim aan onze kusten, maar dat slechts weinig mensen weten dat eutrofiëring en menselijke invloeden de oorzaak zijn. Om die kennisleemte te vullen, ontwikkelde ISECA onder meer een publiekswebsite en maakt het ook het dataplatform via een webservice vrij toegankelijk. Het project ISECA is bijna afgerond, maar het onderzoek gaat verder. We bouwen ook voort op de resultaten van een eerder groot Europees project, SPICOSA (Science and Policy Integration for Coastal System Management). In het nieuwe Europese project INFORM onderzoeken we samen met het Nederlandse Deltares en andere projectpartners hoe satellietbeelden onze modellen voor eutrofiëring nog verder kunnen verbeteren. De publiekswebsite van ISECA is beschikbaar op: Meer info:

12 VLAANDEREN EN BUURLANDEN PAKKEN RUIMTEVRAAGSTUKKEN AAN Frankrijk zet VITO s ruimtemodel in 12 Vlaanderen verstedelijkt aan een tempo van 6 hectare per dag. Dankzij het RuimteModel Vlaanderen kunnen we de impact van veranderingen in landgebruik becijferen, en die info is broodnodig om de schaarse ruimte in Vlaanderen zo optimaal mogelijk te benutten. Maar ook in andere landen zijn ruimtevraagstukken heel actueel. Met een opdracht voor de Franse spoorwegbeheerder Réseau Ferré de France tilt VITO het RuimteModel over de grenzen. Guy Engelen van VITO: We helpen om een tracé uit te tekenen voor de nieuwe TGV-verbinding tussen Marseille en Italië. Hoe ziet Vlaanderen er in 2050 idealiter uit? Er is een nieuw Beleidsplan Ruimte Vlaanderen in opmaak dat, als opvolger van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), de start kan inluiden van een ruimtelijk beleid dat veel sterker inspeelt op de dynamiek in onze samenleving. Dat moet resulteren in een metropool op mensenmaat, die de stedelijkheid van Vlaanderen benadrukt, maar zonder de mensenmaat aan te tasten. Wetenschappelijke studies zijn nodig om de ruimtelijke transitie die daarvoor nodig is, te ondersteunen. Het RuimteModel Vlaanderen helpt om verschillende ruimtelijke scenario s door te rekenen. Het model, vanaf 2006 door VITO ontwikkeld, wordt sinds 2009 ingezet voor tal van overheidsstudies. Het RuimteModel vertrekt van het principe dat toekomstig landgebruik verklaard kan worden vanuit bestaand landgebruik, door rekening te houden met lokale, regionale en globale interacties evenals randvoorwaarden die opgelegd worden door het fysieke milieu, het beleid en de ontsluiting door (verkeers)infrastructuur. De manier waarop we vandaag omgaan met ruimte, transport, energie en natuur, maar ook de huidige demografische en economische tendensen hebben een impact op hoe we de ruimte van morgen invullen, zegt Lien Poelmans van VITO. Het bijzondere aan het RuimteModel is dat het beleidsmakers concrete oplossingen biedt, alternatieven voor het referentiescenario ( business as usual ), waarbij het huidige beleid wordt doorgezet. De tool geeft overheden inzicht in de gevolgen van bestaand, gepland én mogelijk beleid.

13 Verstedelijking stoppen Het eerste project waarvoor het RuimteModel Vlaanderen ingezet werd, leverde meteen opvallende conclusies op. In opdracht van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) onderzocht VITO in 2009 de gevolgen van bevolkingsgroei en ruimtelijke ontwikkeling voor milieu en natuur. Wat bleek? Bij ongewijzigd beleid zal de behoefte aan ruimte de komende decennia dusdanig toenemen, dat de verstedelijkte ruimte dagelijks met 5,7 tot 7,2 hectare zal uitbreiden. Guy Engelen: De vraag is dan: kunnen we de verstedelijking nog stoppen of in goede banen leiden, en zo ja, op welke manier? In 2013 werkten we in opdracht van Ruimte Vlaanderen een oefening uit rond een zogenaamd ruimtebeslagneutraal scenario. Daaruit bleek dat het haalbaar is om in de toekomst niet meer ruimte te gaan innemen, op voorwaarde dat er per bewoonde hectare slechts enkele bewoners bijkomen, we allemaal wat dichter bij elkaar gaan wonen en anders omgaan met ons woningenbestand. Andere woonvormen zoeken dus, bijvoorbeeld voor ouderen die vaak lang in voor hen onaangepaste huizen blijven wonen. Ruimte voor natuur in Vlaanderen De transitie naar een metropool op mensenmaat veronderstelt ook dat functies als wonen, werken, ontspannen, natuur en mobiliteit zo optimaal mogelijk in de ruimte ingeplant worden, rekening houdend met randvoorwaarden van stakeholders. Het RuimteModel Vlaanderen werd in 2012 uitgerust met een optimalisatiemodule die dat mogelijk maakt. Met de OptimalisatieTool onderzocht VITO in opdracht van het Agentschap voor Natuur en Bos hoe Vlaanderen zijn Natura 2000-gebieden het best kan invullen. Guy Engelen: We hebben de stakeholders ondersteund bij het vastleggen van de ruimtelijke criteria. Wat begon als een wij-zijverhaal, waarbij de ogen vooral op het ANB gericht waren als beleidsmaker, groeide uit tot een project dat door iedereen werd gedragen. De OptimalisatieTool was een prima middel om dat participatieve traject te structureren. Momenteel worden de Vlaamse natuurdoelen vertaald naar het perceelniveau. Voor dat detailniveau hebben we het ZoekZoneModel op stapel staan. Binnen het doelgebied zoomen we in op percelen waar een specifieke habitat ontwikkeld kan worden en die door het ANB of Natuurpunt aangekocht of beheerd kunnen worden, vertelt Lien Poelmans. Ook willen we samenwerken met het ANB en INBO aan een OntsnipperingsTool. De bedoeling is om een aantal Vlaamse verkeersinfrastructuurelementen (wegen, spoorwegen en waterwegen) te voorzien van ecoverbindingen, dat zijn oversteekplaatsen voor vooral dieren op drukke wegen. Referentietaken voor de overheid VITO ondersteunt het INBO, het ANB en Ruimte Vlaanderen permanent bij het uitvoeren van referentietaken. Dat zijn beleidsondersteunende taken die zo belangrijk zijn voor het functioneren van het overheidsapparaat, dat daarvoor een structurele financiering is vastgelegd via de beheersovereenkomst. VITO verzamelt in opdracht van deze instanties de benodigde data, maakt noodzakelijke aanpassingen aan het RuimteModel, doet vervolgens de simulaties en ondersteunt de scenario-oefeningen. Peter Willems van Ruimte Vlaanderen: Sinds ongeveer 1 jaar werken wij structureel samen met VITO binnen het kader van referentietaak 20: ruimtelijke ordening - RuimteModel Vlaanderen. Daarbij wordt het RuimteModel ingezet om ruimtelijk-expliciete omgevings- en beleidsindicatoren te ontwikkelen en om ondersteuning te bieden bij complexe ruimtelijke analyses, modelberekeningen en scenario-oefeningen die nodig zijn bij de voorbereiding van het Vlaamse ruimtelijke beleid. De samenwerking binnen deze referentietaak loopt nog drie jaar en zal aangewend worden om samen betere en meer diepgaande resultaten uit te werken. Via kennisoverdracht kunnen we zo de capaciteitsopbouw van het Departement op het vlak van ruimtelijke analyse en indicatorontwikkeling verder vormgeven. 13

14 14 RuimteModel gaat internationaal Vlaanderen staat niet alleen met zijn aandacht voor ruimtetransitie. Ook in de ons omringende landen ontwikkelt men modellen om landgebruiksveranderingen op langere termijn te voorspellen en de gevolgen daarvan door te rekenen. Een veel gebruikte methodiek is die van de vier wereldbeelden, ontwikkeld door het International Panel for Climate Change (IPCC). Nederland heeft in 2006 een Welvaart en leefomgeving -studie (WLO) uitgevoerd om de mogelijke veranderingen van Nederland tussen 2002 en 2040 in kaart te brengen op basis van vier scenario s: Sterk Europa, Globale Economie, Regionale Gemeenschappen en Transatlantische Markten, vertelt Guy Engelen. Die WLO-methodologie hebben wij in 2011 kwalitatief en kwantitatief toegepast op de Vlaamse ruimte, in opdracht van het Steunpunt Ruimte en Wonen. Anders dan in de WLO-studie hebben we die resultaten ook ruimtelijk expliciet doorgerekend voor de periode ENERGIELANDSCHAPPEN IN SAMENWERKING MET DE VLAAMSE BOUWMEESTER , met behulp van het RuimteModel. De doorrekening van de vier scenario s tot 2050 gaf telkens een erg verschillend beeld van Vlaanderen, naargelang de nadruk lag op groei dan wel op afname van de bevolking en de economische activiteit. Dit jaar gaat VITO voor het eerst internationaal met het RuimteModel. Réseau Ferré de France, dat het Franse spoornet onderhoudt, vroeg VITO om een model op te zetten dat zou helpen bij het uittekenen van een tracé voor de nieuwe TGV-verbinding tussen Marseille en Italië. Daarvoor ontwikkelen we nu een softwarepakket, dat van onze methodologie en aanpak een commercieel product zal maken, met toepassingen ver buiten de grenzen van Vlaanderen, besluit Guy Engelen. Meer info: guy.engelen@vito.be lien.poelmans@vito.be De inplanting van duurzame energieopwekking zoals windmolens vergt meer dan technologische innovatie alleen. Ook vormgeving, leefbaarheid en integratie in de bestaande Vlaamse landschappen zijn belangrijk. VITO lanceerde daarom in samenwerking met het Team Vlaams Bouwmeester, de VLM (Vlaamse Landmaatschappij) en Ruimte Vlaanderen het project Energielandschappen. Energielandschappen zijn ruimtelijke gebieden die de functie krijgen om op grootschalig niveau energie te produceren. Het doel is om via ontwerpend onderzoek ruimtelijke concepten, ontwerpstrategieën en inrichtingsprincipes te ontwikkelen die duurzame technologieën integreren in gebiedsontwikkeling, zowel op lokaal, regionaal als internationaal schaalniveau. Het project brengt twee benaderingen samen, zegt Guy Engelen van VITO: De Vlaamse Bouwmeester doet aan ontwerpend onderzoek, een methode waarbij men schetsmatig visualiseert en proefondervindelijk leert wat wel en niet werkt in de ruimte. Wij vullen die techniek aan met onze technologisch-inhoudelijke kennis over duurzame energiebronnen. Een beperkende factor op technologisch vlak is bijvoorbeeld dat de afstand tussen de locatie waar de energie geproduceerd wordt en waar ze wordt afgenomen op de juiste manier moet worden overbrugd, zoveel mogelijk door bestaande transportnetwerken. Anderzijds is het niet de bedoeling dat hernieuwbare energieopwekking het landschap aantast of andere functies, zoals natuur, in het gedrang brengt. De multifunctionele invulling van de ruimte staat voorop. Met deze samenwerking willen we onze kennis rond energielandschappen ruimtelijk vertalen. Daaruit moeten concepten voortkomen, die vervolgens getest zullen worden via ontwerpend onderzoek. De aanbevelingen uit deze studie moeten de Vlaamse energielandschappen van de toekomst concreet vormgeven, stelt Guy Engelen. Het project Energielandschappen kadert binnen LABO RUIMTE, het samenwerkingsverband tussen Ruimte Vlaanderen en het Team Vlaams Bouwmeester.

15 EXPORT VAN VLAAMSE BODEMEXPERTISE Noodreactiesystemen voor zware-metalenverontreiniging in China Milieuverontreiniging door zware metalen is een groeiend probleem in het snel industrialiserende China. Oppervlaktewater, bodem en lucht zijn er in sommige regio s sterk vervuild. Maar wat als er een noodsituatie optreedt? Met het project METALert ontwikkelt VITO een noodreactiesysteem voor de Chinese overheid. De Vlaamse knowhow op het vlak van bodem- en waterverontreiniging komt daarbij goed van pas. Piet Seuntjens van VITO: Incidentele lozingen van metalen komen nog regelmatig voor in China, bijvoorbeeld wanneer een dam van een industrieel opslagbekken breekt of wanneer verontreinigd proceswater weglekt en in de rivier en de bodem stroomt. Dat is een probleem in heel China, maar vooral in de Zuid-Chinese provincies Hunan en Guangdong, waar het hart van de Chinese non-ferro mijnbouw en de metaalindustrie gelokaliseerd is. Via internationale projecten huren de Chinese overheden Europese expertise in om hun milieubeleid vorm te geven, zowel op lokaal als op nationaal niveau. Reageren op noodsituaties Het project METALert kadert binnen het EuropeAidprogramma en is een samenwerking van VITO, het Nederlandse TNO en twee lokale partners, de Chinese Academy for Environmental Planning (CAEP) uit Beijing en het Chenzhou Provincial Environmental Science Institute (CPESI) uit de industriestad Chenzhou. Daar zette VITO een pilootproject op om de Chinese behoeften op het vlak van verontreiniging door zware metalen in kaart te brengen. We hebben gebruikerseisen opgesteld waaraan het noodreactiesysteem, of Emergency Response System (ERS), moet voldoen. In noodsituaties moet dat systeem de overheid helpen om de locatie, de verspreiding en de concentraties van de verontreiniging te bepalen, zegt Piet Seuntjens. We ontwikkelen een softwarepakket dat gebruik maakt van modellen om bij noodsituaties kortetermijnvoorspellingen te doen. Met die informatie kan de Chinese overheid dan gepaste maatregelen nemen, zoals de bevolking ontraden om rivierwater te gebruiken. Ervaring met Kempense metalenvervuiling Het softwarepakket wordt geïntegreerd in een webgebaseerde interface die de impact van de verontreiniging in de tijd visualiseert. De software wordt gevoed met data die specifiek zijn voor de regio in kwestie, maar is gebaseerd op verspreidingsmodellen die VITO de afgelopen jaren ontwikkelde om onder meer de zware metalenvervuiling in de Kempen te simuleren. Ingeborg Joris van VITO: Samen met de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) hebben we in het verleden onderzoek gedaan naar de zware metalenverontreiniging in de Kempen, een erfenis van de non-ferro industrie. Daar deden we een ruime ervaring op met modellering, informatieverstrekking en het beheer van verontreinigingen. Die expertise exporteren we nu naar andere gebieden zoals China, waar de problematiek vandaag heel actueel is. Capaciteit opbouwen VITO s rol in China beperkt zich niet tot het ontwikkelen van een Emergency Response System (ERS); ook capaciteitsopbouw speelt een belangrijke rol in de EuropeAid-projecten. Zo omvat het METALert-project een opleidingstraject om de lokale overheden vertrouwd te maken met de software. Piet Seuntjens: In maart 2014 is een Chinese delegatie bij ons training komen volgen. We hebben hen meegenomen op het terrein, met onder andere een bezoek aan de regio Kempen, een bodemsaneringsbedrijf, en de Umicore-site in Hoboken. Zo zien ze met eigen ogen hoe een bedrijf duurzaam herontwikkeld kan worden. Tijdens en na afloop van het project zal VITO onderzoeken of de software gebruikt kan worden in andere Chinese provincies. Ingeborg Joris: Het uiteindelijke doel is het beleid te ondersteunen met concrete tools en adviezen, maar ook met opleiding en vorming van de overheden op alle niveaus. Meer info: piet.seuntjens@vito.be ingeborg.joris@vito.be 15

16 16 i-sup2014 GROWTH! Van 1 tot 3 september 2014 organiseren de partners VITO en TERI (The Energy and Resources Institute - India) de 4de editie van de internationale conferentie i-sup214 - 'Industry & Innovative Sustainable Production'. i-sup2014 nodigt INDUSTRIËLEN, WETENSCHAPPERS, BELEIDSMAKERS EN INVES- TEERDERS uit in het prestigieuze Hilton in Antwerpen om ervaringen te delen en een statement te formuleren rond vier hoofdthema s: materialen, chemie, energie en investeringen. Bij de thema s MATERIALEN, CHEMIE en ENERGIE focust i-sup2014 zich op GROEI en hoe onderzoek, investeerders en industrie daarbij de handen in elkaar slaan. Bij groei horen financiële middelen. Daarom sluiten ook internationale investeerders aan. Ze zullen ons een blik gunnen op de wijze waarop zij naar opportuniteiten kijken op het vlak van duurzame technologieën, cleantech. INVESTERINGEN vormt zo het vierde thema van de conferentie. U mag zich verwachten aan een gevarieerd en uiterst inspirerend programma met o.a. een CEO Roundtable summit, interactieve break-out sessies met thema s rond groei, innovatie, industriële processen doorschuiven en investeringen, internationale gastsprekers, een passioneel sociaal programma, uitgebreide netwerkmogelijkheden, VITO Innovation Village, een persconferentie en een opkomst van meer dan 500 deelnemers. Meer details over het programma en de sprekers: Sir Richard Branson Op maandag 1 september 2014 vindt het startevent van i-sup2014 plaats in de Stadsschouwburg van Antwerpen. Laat u inspireren door de man die een wereldimperium uitbouwde met de Virgin Group, Sir Richard Branson! Tijdens een twee uur durend spektakel zal hij zijn visie geven over ondernemersdynamiek gekoppeld aan duurzame ontwikkeling, twee facetten die een absolute voorwaarde zijn voor groei. Maak live mee hoe hij in dialoog gaat met ondernemende persoonlijkheden van eigen bodem en met dé wereldautoriteit inzake klimaat, Rajendra K. Pachauri. Over zijn Galactic-project gaat hij in discussie met onze landgenoot en astronaut Frank De Winne. Een boeiende, unieke en onvergetelijke avond die u niet mag missen. Meer info via

17 IN DE KIJKER VITO presenteert Jaarverslag 2013 In het VITO-jaarverslag 2013 staat de fundamentele en duurzame hertekening van onze systemen om de grote maatschappelijke uitdagingen van vandaag de klimaatcrisis, de naderende grondstoffenschaarste, de waterproblematiek, de bevolkingscrisis het hoofd te bieden, centraal. Met vijf onderzoeksprogramma s in duurzame ontwikkeling en cleantech investeert VITO in wetenschappelijk en economisch verantwoorde oplossingen voor een wereld in verandering. Een gezond lichaam in een duurzame wereld We worden steeds ouder, gaan meer in steden wonen, verplaatsen ons vaker en verder Maar welke invloed hebben onze omgeving en levensstijl op onze gezondheid? Die vraag klinkt de laatste jaren steeds luider. Met de ontwikkeling van innovatieve instrumenten onderzoekt VITO hoe we onze gezondheid duurzaam én met een aanvaardbaar kostenplaatje op peil kunnen houden. Zo laat moderne technologie senioren meer bewegen en kunnen visuele observatiesystemen verhinderen dat oudere of zieke mensen vallen. Via individuele monitoring meet men de blootstelling van individuen aan luchtvervuiling. Onze omgeving speelt een belangrijke rol in ons leven, maar omgekeerd hebben wij ook een grote impact op de wereld rondom ons. Door de snelle groei van steden, industrie en landbouw moeten we onze schaarse ruimte efficiënter gebruiken. Met nieuwe sensoren en modellen voor onder meer milieu- en landbouwmonitoring timmert VITO mee aan een duurzaam ruimtegebruik. Zo bouwt VITO toepassingen voor onbemande vliegtuigen die de aarde observeren. De vergaarde data laten onder meer toe om oogsten te voorspellen en de watercyclus van de Afrikaanse meren te monitoren. VITO ontwerpt ook computermodellen die bijvoorbeeld de optimale Jaarverslag 2013 spreiding van bedrijventerreinen berekenen. Met haar knowhow coacht VITO Vlaamse steden in hun streven naar een duurzamer energiebeleid. Doordachte inzet van grondstoffen Fossiele grondstoffen worden schaarser en dus ook duurder. VITO focust daarom op de duurzame inzet van materialen: hoe kunnen we minder primaire materialen gebruiken en gebruikte materialen een tweede leven geven? Zaken als aluminium printplaten van drukkerijen, baggerspecie en assen van afvalverbranding worden via VITO-projecten opnieuw gebruikt. Broeikasgassen omzetten naar waardevolle chemische componenten kan met hoogenergetisch plasma. De chemische sector speelt nog steeds een hoofdrol in de Vlaamse economie en trekt voluit de kaart van de duurzame chemie. VITO s expertise in procesintensificatie, bijvoorbeeld met membraantechnologie, helpt bedrijven om met minder energie en grondstoffen dezelfde reactie te realiseren. Op termijn wil men fossiele grondstoffen zoveel mogelijk vervangen door hernieuwbare alternatieven. Zo ontwikkelt VITO innovatieve technologieën om chemische bouwstenen uit biomassa te halen. Jaarverslag 2013 Duurzame chemie Duurzame materialen Duurzaam landgebruik Duurzame energie Duurzame gezondheid Nu onze voorraden aan fossiele grondstoffen dalen, wordt energie een strategische resource die bepaalt welke spelers morgen aan zet zijn. Vanuit actuele energievraagstukken werkt VITO aan een gemeenschappelijke visie en een uniforme markt voor hernieuwbare energie. Echte vernieuwing is immers pas mogelijk als er een breed maatschappelijk draagvlak is voor technologische innovatie, dan is transitie mogelijk. VITO wil vooral bedrijven bewustmaken van het enorme potentieel van hernieuwbare energie. 17 urzame chemie Duurzame materialen Duurzaam landgebruik urzame energie Duurzame gezondheid SURF NAAR

18 IN DE KIJKER 18 Eerste steen van Campus EnergyVille Op 14 april 2014 werd in Waterschei op de oude Thormijnsite de eerste steen gelegd van de gloednieuwe Campus EnergyVille. Dat gebeurde in aanwezigheid van politici, rectoren, investeerders en andere prominenten. Campus EnergyVille wordt de nieuwe thuisbasis van het onderzoekscentrum EnergyVille, waarin onderzoekers van KU Leuven, VITO en imec zich samen op hernieuwbare energie toeleggen. Een prestigieus topproject dat Limburg een nieuwe impuls Wim Dries: Energie en innovatie zijn hot topics bij Limburgse ondernemers. Bij EnergyVille kunnen ze die interesse straks combineren met internationale topkennis. De Campus wordt een belangrijke motor voor de nieuwe industriële ontwikkeling in Genk en de rest van Limburg. Geïnteresseerde bedrijven kunnen terecht bij de nieuwe bedrijfsincubator IncubaThor, die kantoorruimtes en researchfaciliteiten zal voorzien. Een eerste belangrijke partner van het onderzoekscentrum is alvast het Circuit van Zolder. Zij bieden EnergyVille de mogelijkheid om hun infrastructuur en het circuit te gebruiken voor tests met elektrische voertuigen. Beide partijen verbinden zich er ook toe om projecten en bedrijven voor elektrische mobiliteit te zoeken en samen evenementen te organiseren. De samenwerking werd vastgelegd in een Letter of Intent, die op 29 april 2014 werd ondertekend. Een mooi project, vindt Jacques Heynen van het Circuit: Er zit toekomst in het Circuit van Zolder, ook als centrum voor onderzoek naar groene innovatie en mobiliteit. Het Clean Mobility Smart Lab is een belangrijke pijler van onze diversificatiestrategie. Wij willen een host zijn waar ook onderzoek zich thuis voelt. Meer info: en Geothermie 2020 : paradepaardje van de Kempen breidt uit moet geven na de aangekondigde sluiting van Ford Genk. Om de oude maakeconomie van Limburg door een nieuwe kenniseconomie te vervangen, moeten we ons op nieuwe sectoren richten. Waarom niet van zwart naar groen goud gaan? Volgens de recentste cijfers kan de sector van de hernieuwbare energie in Limburg meer dan negenduizend niet-verplaatsbare jobs creëren, aldus Vlaams minister van Innovatie Ingrid Lieten. De nieuwe gebouwen van Campus EnergyVille worden het visitekaartje van het onderzoekscentrum. Op vierkante meter gooit de Campus alle nieuwe technieken in de strijd: de gebouwen worden deels opgetrokken uit technisch hoogstaand groen beton en beschikken onder meer over zonnepanelen, warmtepompen, warmte-opslagtechnieken en de nodige domotica om alles aan te sturen. Burgemeester Het EFRO-project Geothermie 2020 is een roadmapstudie van de ontwikkeling en het gebruik van geothermie, het inzetten van energie uit de diepe ondergrond. Die nieuwe technologie heeft het potentieel om een duurzame en betaalbare bron van warmte en elektriciteit te worden. De wieg van het project stond in de Kempen, maar nu bereiden de projectpartners de uitbreiding naar de rest van Vlaanderen voor. Met Geothermie 2020 wil VITO met haar partners VOKA Kempen en de Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij voor de Kempen (IOK) in eerste instantie de werkgelegenheid in de Kempen

19 en de rest van Vlaanderen stimuleren en een maatschappelijk draagvlak creëren voor deze nieuwe technologie. Dit is een transitieverhaal, waarbij technologische, economische en sociale behoeften, innovaties en maatschappelijk draagvlak met elkaar moeten verzoend worden. VOKA Kempen en de IOK richten zich daarbij vooral op de contacten met de regionale ondernemingen, de gemeenten en de burger. VITO staat in voor het onderzoek naar geologie, energiesystemen en -technologieën, transities en materiaalkunde. De uitrol kan een substantiële bijdrage leveren tot de creatie van nieuwe industriële bedrijven en tot economische vooruitgang in Vlaanderen met internationale allures. Dit project geniet de steun van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), het Vlaams Agentschap Ondernemen (Vlaamse Hermes-cofinanciering) en de Provincie Antwerpen. De Vlaamse regering erkent het belang van diepe geothermie als potentiële nieuwe energiebron en besliste op 9 mei 2014 om VITO een subsidie van twee miljoen euro toe te kennen voor haar onderzoek naar deze vorm van hernieuwbare energie. De middelen zullen worden ingezet voor de proefboring, die zal plaatsvinden op de Balmatt-site in Mol. De boring tot op ca. 3,5 km diepte wordt een cruciale test voor de nieuwe technologie. De subsidie is, na de recente goedkeuring van haar nieuwe beheersovereenkomst en van de financiering van het EFRO-project GEOTHERMIE 2020, een verdere bevestiging van de rol van VITO om in Vlaanderen en wereldwijd in te zetten op onderzoek naar duurzaamheid en het stimuleren van de economie, alsook van de noodzakelijke transitie van de maatschappij. Meer info: Europees Milieuagentschap kiest voor VITO en de OVAM Het Europees Milieuagentschap lanceerde vorig jaar een oproep om een Thematisch Centrum voor Afval en Materialen in een Groene Economie op te richten. Dat centrum moet hen van 2014 tot 2018 bijstaan in de omslag van een afval- naar een materialenbeleid. Het Thematisch Centrum zal gegevens uit Europese afval- en materialenstatistieken samenbrengen met gegevens van de lidstaten en op basis daarvan modellen en indicatoren opstellen voor het Europees Milieuagentschap. Een veeleisende opdracht, waarvoor VITO samen met de Openbare Vlaamse Afvalmaatschappij (OVAM) en een consortium van partners uit andere landen een dossier indiende. Het Europees Milieuagentschap verkoos uiteindelijk het dossier van VITO en de OVAM boven dat van twee concurrerende consortia: een prestatie om trots op te zijn. In het nieuwe Thematisch Centrum zullen VITO en de OVAM onder meer bestuderen welke beleidsmaatregelen kringloopsluiting bevorderen en een Europees afvalmodel opstellen om te voorspellen hoeveel afval er zal zijn en wat de economische effecten daarvan zijn. De partners zullen ook kengetallen ontwikkelen die aangeven in welke mate lidstaten hun economie vergroenen. Prof. Hans Bruyninckx (Executive Director Europees Milieuagentschap): Met dit nieuwe netwerk van partners kunnen we verder bouwen aan de huidige kennis over afval. Tegelijk biedt hun kennis ons de kans om naar de toekomst te kijken en de nodige wetenschappelijke kennis op te bouwen rond materiaalefficiëntie en de groene economie. Meer info: jan.verheyen@ovam.be en evelien.dils@vito.be Welke muurisolatie is het meest milieuvriendelijk? Er zijn grote verschillen in milieu-impact tussen verschillende isolatiematerialen. Dat blijkt uit een studie in opdracht van de FOD Volksgezondheid waaraan ook VITO heeft meegewerkt. Toch is het onmogelijk om de verschillende materialen te rangschikken van meer naar minder milieuvriendelijk, omdat de resultaten sterk verschillen van producent tot producent. Het productieproces speelt een grote rol: welke basisgrondstoffen worden gebruikt? Welke additieven (bijvoorbeeld brandvertragers)? Gebruikt men wegwerppaletten? Daarnaast hangt de milieu-impact ook af van het type wand waarin het isolatiemateriaal wordt gebruikt. In de uitgebreide studie vergeleken onderzoekers van VITO, VIBE, KU Leuven, CERAA en twee buitenlandse studiebureaus de milieu-impact van tien isolatiematerialen (glaswol, steenwol, EPS, XPS, PUR, papiervlokken, hennepwol, vlaswol, houtvezel en schapenwol) in drie types buitenwand: een klassieke spouwmuur, een houtskeletbouwwand en een bepleisterde buitengevel. Het onderzoek leidde 19

20 IN DE KIJKER 20 tot enkele duidelijke conclusies. De eerste is dat er zelfs voor hetzelfde type materiaal grote verschillen zijn tussen fabrikanten. Het rangschikken van types isolatiematerialen zou dus moeten gebeuren op basis van individuele milieuprofielen. Ten tweede moet elk type isolatiemateriaal gebruikt worden in de daarvoor geschikte wand. Zo zijn bio-ecologische materialen als hennep en schapenwol omwille van hun vochtgevoeligheid niet geschikt voor een normale spouwmuur, maar wel voor een houtskeletwand met een waterdichte buitenlaag. Tot slot blijkt dat hét ideale isolatiemateriaal niet bestaat: alle types hebben positieve en negatieve aspecten op het vlak van milieu-impact. Toch blijft kiezen voor een milieuvriendelijk isolatiemateriaal uiterst belangrijk om de milieu-impact van een gebouw te verminderen. Zo niet, wordt het positieve effect van een goede isolatie op het milieu tenietgedaan door de milieu-impact van het gekozen materiaal. Meer info: VITO in de spotlights op Janssen Pharmaceutica Engineering Day Op 19 februari 2014 hield Janssen Pharmaceutica in Beerse zijn jaarlijkse Engineering Day. VITO stelde op het evenement enkele onderzoeksprojecten voor rond het thema sensorcombinaties voor de relaties tussen omgeving, levensstijl en gezondheid. Evi Dons, Bart Elen en Tijs Louwies namen de presentaties voor hun rekening. Het eerste project dat zij voorstelden was de Aeroflex-fiets: daarmee kunnen lokale overheden ambulant en tijdens het hele jaar fijn stof registreren. Zulke fijnmazige metingen laten toe om de ruimtelijke planning van verkeersstromen nauwkeurig te organiseren, zodat fietsverkeer op een gezonde manier van autoverkeer kan worden gescheiden. Een tweede project dat werd belicht waren compacte fijnstofmeters: die zijn gekoppeld aan gps-gegevens en fysiologische metingen en geven een gedetailleerd beeld van hoe iemands gedrag en levensstijl bijdragen tot zijn blootstelling aan fijn stof. Die informatie kan kwetsbare groepen weerbaarder maken. Tot slot kwamen ook de nieuwe retinacamera s aan de beurt: die kunnen ambulant worden ingezet en meten de gevoeligheid van gezonde mensen voor luchtvervuiling. Meer info: johan.geysen@vito.be VITO-proevertjes inspireren VITO is al vele jaren een onderzoekspartner van de Vlaamse overheid op het vlak van duurzaamheid en duurzame ontwikkeling. Als inspiratiebron voor toekomstige gezamenlijke projecten stelt VITO elk jaar aan vertegenwoordigers van de Vlaamse overheid een vijftal onderzoeksprojecten voor die boeiende ontwikkelingen kunnen rapporteren. Op 31 januari 2014 kwam Koen De Ridder spreken over het stedelijk hitteeilandeffect, het fenomeen dat de temperatuur in een stedelijk gebied gemiddeld hoger ligt dan in de omliggende gebieden. Roel Smolders had het over de invloed van de omgeving op onze gezondheid en hoe we die anders kunnen aanpakken. Andere onderwerpen waren de plannen van VITO op het vlak van geothermie (Geert De Meyer), het hergebruik van afvalstoffen (Dirk Nelen) en de noodzaak van een meer duurzame chemie (Ludo Diels). Ook deze keer konden de VITOproevertjes hun publiek inspireren: missie geslaagd! Meer info: pierre.geuzens@vito.be en jeroen.vandeun@vito.be Alles kan schoner valt in de prijzen Op 24 maart 2014 reikte de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling (FRDO) in Brussel de Persprijs voor Duurzame Ontwikkeling uit. Die prijs bekroont een journalistiek product dat vormelijk en inhoudelijk een hoog niveau haalt en bovendien een duidelijke visie uitdraagt omtrent duurzame ontwikkeling. Winnaars waren dit jaar het Eénmagazine Koppen en de Canvas-documentaire Alles kan

Natuurverkenning 2030

Natuurverkenning 2030 Natuurverkenning 2030 Aanpak Terrestrische verkenning Scenario s Verlies en versnippering van leefgebied Vermesting Klimaatverandering Aquatische verkenning Scenario s Verontreiniging Versnippering van

Nadere informatie

Teaser. Pieter Vermeer Exit ready E: pc.vermeer@exitready.nl T: + 31(0)85 0600 320 M: + 31(0)6 1011 8222 Teaser Milan InnoVincY Pagina 1

Teaser. Pieter Vermeer Exit ready E: pc.vermeer@exitready.nl T: + 31(0)85 0600 320 M: + 31(0)6 1011 8222 Teaser Milan InnoVincY Pagina 1 Teaser T: + 31(0)85 0600 320 M: + 31(0)6 1011 8222 Teaser Milan InnoVincY Pagina 1 Missie Transformeren van landbouw waardeketens en verhogen van de productie van gewassen door het verstrekken van betaalbare

Nadere informatie

Hoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid

Hoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid Hoe versnipperde ruimte duurzamer inrichten? Het Vlaams beleid Peter Cabus Duurzaam Ruimtegebruik Antwerpen, 23 maart 2018 Leiegardens 2014, Your Estate Solution Inhoud 1. Context 2. Witboek Beleidsplan

Nadere informatie

Dynamische Energieatlas voor Steden en Regio s Guy Engelen, VITO, Unit Ruimtelijke Milieuaspecten (RMA) Tel

Dynamische Energieatlas voor Steden en Regio s Guy Engelen, VITO, Unit Ruimtelijke Milieuaspecten (RMA) Tel 16/10/2014 Dynamische Energieatlas voor Steden en Regio s Guy Engelen, VITO, Unit Ruimtelijke Milieuaspecten (RMA) Tel. 014-33 67 37 guy.engelen@vito.be; Doel van de presentatie» Korte voorstelling van

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING STAFMEDEWERKER GIS

FUNCTIEBESCHRIJVING STAFMEDEWERKER GIS FUNCTIEBESCHRIJVING STAFMEDEWERKER GIS 1. ALGEMEEN Departement: Gedeelde diensten Dienst: Stafdienst GIS Naam van de functie: Stafmedewerker GIS Weddeschaal: B1B2B3 Datum: maart 2019 2. DOEL VAN DE FUNCTIE

Nadere informatie

Total Respect Management Cyclus

Total Respect Management Cyclus Total Respect Management Cyclus Leer excellent leiding te geven en onderneem op een duurzame manier, met excellente resultaten als gevolg Hoe komt het dat bedrijven zoals Torfs, Colruyt, Umicore of Apple

Nadere informatie

Provincie Vlaams Brabant

Provincie Vlaams Brabant 170 Provincie Vlaams Brabant ENERGIE Energie is een relatief nieuw thema. De opgave om klimaatneutraal te worden, vraagt dat we vandaag nadenken over hoe we in de toekomst onze energiebehoefte gaan invullen.

Nadere informatie

ABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving

ABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving ABiodiversiteit en natuur & landschap in de samenleving Voorzichtig herstel bedreigde soorten Verdere achteruitgang functioneren van ecosystemen en biodiversiteit Meer aandacht voor natuur als basisvoorwaarde

Nadere informatie

Het Belgische luchttoezicht boven de Noordzee

Het Belgische luchttoezicht boven de Noordzee Het Belgische luchttoezicht boven de Noordzee Twaalf jaar diversifiëring van opdrachten Het Belgische programma voor luchttoezicht boven de Noordzee werd opgestart in 1991. Dit toezicht vanuit de lucht

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C381 van 16/12/97

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C381 van 16/12/97 bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C381 van 16/12/97 Uitnodiging tot het indienen van voorstellen voor OTO-werkzaamheden (geavanceerde opleidingscursussen) in het kader van het specifieke

Nadere informatie

Traject naar een lange termijnvisie voor het energiebeleid

Traject naar een lange termijnvisie voor het energiebeleid Traject naar een lange termijnvisie voor het energiebeleid Lieven Van Lieshout Econext 8 april 203 Uitdagingen van het energiebeleid Bron: IEA, WEO 202 2 Uitdagingen van het energiebeleid Bron : EC, Impact

Nadere informatie

Deze perskit bevat informatie over Ecofys, de geschiedenis van het bedrijf, de kenmerken, enkele feiten en cijfers en de belangrijkste activiteiten.

Deze perskit bevat informatie over Ecofys, de geschiedenis van het bedrijf, de kenmerken, enkele feiten en cijfers en de belangrijkste activiteiten. Ecofys Perskit Ecofys Experts in Energy Inleiding Ecofys is al meer dan 25 jaar een toonaangevend internationaal consultancybedrijf in energie en klimaatbeleid. De visie van Ecofys is "sustainable energy

Nadere informatie

De ontwikkeling van Smart grids. Our common future. Prof.dr.ir. Han Slootweg. 30 september 2016

De ontwikkeling van Smart grids. Our common future. Prof.dr.ir. Han Slootweg. 30 september 2016 De ontwikkeling van Smart grids Our common future Prof.dr.ir. Han Slootweg 30 september 2016 Agenda Het energiesysteem Verduurzaming van het energiesysteem De energietransitie Smart Grids 2 Energievoorziening

Nadere informatie

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)

Nadere informatie

Klimaatverandering, waterhuishouding en adaptatienoden in Vlaanderen

Klimaatverandering, waterhuishouding en adaptatienoden in Vlaanderen Klimaatverandering, waterhuishouding en adaptatienoden in Vlaanderen enkele aanvullende beschouwingen prof. dr. ir. Patrick Willems K.U.Leuven Afdeling Hydraulica Toekomstig klimaat? huidig klimaat: gematigd

Nadere informatie

Ruimteneutraliteit meten en verkennen

Ruimteneutraliteit meten en verkennen 29/11/2013 Ruimteneutraliteit meten en verkennen Guy Engelen, VITO Studiedag Ruimte Vlaanderen 28 november 2013 Brussel Ruimteneutraal: wat is het? ❷ evolueren naar ruimtelijke ontwikkeling waarbij de

Nadere informatie

De kustpolders: Hoe behoud een essentiële stap is richting duurzame ontwikkeling

De kustpolders: Hoe behoud een essentiële stap is richting duurzame ontwikkeling De kustpolders: Hoe behoud een essentiële stap is richting duurzame ontwikkeling Prof. dr. Patrick Meire Universiteit Antwerpen Ecosystem management research group De polders, tussen de kust en zandig/zandlemig

Nadere informatie

Project Transumo A15 Van Maasvlakte naar Achterland Innovatie input TU Delft

Project Transumo A15 Van Maasvlakte naar Achterland Innovatie input TU Delft Project Transumo A15 Van Maasvlakte naar Achterland Innovatie input TU Delft Satish K. Beella, René van Someren september 2008 Inhoudsopgave Introductie 3 Schematisch overzicht transportpreventie (goederen)

Nadere informatie

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan

Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool. Metropolitan Uw netwerk voor succesvol ondernemen in de Brusselse metropool Metropolitan Voka Metropolitan bouwt aan de Brusselse metropool Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, bundelt zijn werking in de Brusselse

Nadere informatie

24/02/2012. VITO ICT-strategie. MOVI studieavond 16 februari 2012

24/02/2012. VITO ICT-strategie. MOVI studieavond 16 februari 2012 24/02/2012 VITO ICT-strategie MOVI studieavond 16 februari 2012 Onderzoeksorganisatie Onafhankelijk Klantgericht RTO cf. IMEC, VIB, IBBT, TNO, Fraunhofer, VTT, Complementair aan universiteiten en industrie

Nadere informatie

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s In een globaliserende economie moeten regio s en ondernemingen internationaal concurreren. Internationalisatie draagt bij tot de economische

Nadere informatie

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010

Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Boodschap uit Gent voor Biodiversiteit na 2010 Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie: Conferentie over Biodiversiteit in een veranderende wereld 8-9 september 2010 Internationaal Conventiecentrum

Nadere informatie

Geachte leidend ambtenaren Geachte onderzoekers en wetenschappelijk medewerkers Beste medewerkers en collega s

Geachte leidend ambtenaren Geachte onderzoekers en wetenschappelijk medewerkers Beste medewerkers en collega s Geachte leidend ambtenaren Geachte onderzoekers en wetenschappelijk medewerkers Beste medewerkers en collega s Namens de Vlaamse Landmaatschappij heet ik u van harte welkom op de studiedag: Gebiedsgerichte

Nadere informatie

artikel SUSTAINGRAPH TECHNISCH ARTIKEL

artikel SUSTAINGRAPH TECHNISCH ARTIKEL SUSTAINGRAPH TECHNISCH ARTIKEL SUSTAINGRAPH is een Europees project, gericht (op het verbeteren van) de milieuprestaties van Europese Grafimediabedrijven binnen de productlevenscyclus van hun grafimedia

Nadere informatie

Drie domeinen als basis voor onze toekomstige veiligheid De genoemde trends en game changers raken onze veiligheid. Enerzijds zijn het bedreigingen, anderzijds maken zij een veiliger Nederland mogelijk.

Nadere informatie

Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016

Beleidsplan Ruimte Vlaanderen. BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016 Beleidsplan Ruimte Vlaanderen BBL Studienamiddag Brussel, 13 december 2016 Inhoud Ruimte in een veranderende wereld We nemen veel ruimte in, een hypotheek op de toekomst Resultaat van de structuur en gewestplanning

Nadere informatie

Nedap Varkens Prestatie Test

Nedap Varkens Prestatie Test Complete oplossingen voor varkenshouderij Nedap biedt middels elektronische individuele dieridentificatie efficiënte en slimme oplossingen voor dierverzorging in de gehele varkenshouderij. Nedap Varkens

Nadere informatie

Functiefamilie ES Experten organisatieondersteuning

Functiefamilie ES Experten organisatieondersteuning Functiefamilie ES Experten ondersteuning DOEL Instrumenten en methodes ontwikkelen* en aanpassen in een domein en de interne klanten ondersteunen bij de implementatie ervan teneinde de werking van de te

Nadere informatie

Provincie Vlaams Brabant

Provincie Vlaams Brabant 156 Provincie Vlaams Brabant OPEN RUIMTE Open ruimte is de zuurstof van onze ruimte. Het is dus een kostbaar goed, dat we moeten beschermen. Voor de Visienota Ruimte betekent dit dat we de verdere inname

Nadere informatie

Hierbij wordt het werk van mijn college s Anuja Dangol, Thérèse Steenberghen en mezelf voorgesteld, met medewerking van Diederik Tirry.

Hierbij wordt het werk van mijn college s Anuja Dangol, Thérèse Steenberghen en mezelf voorgesteld, met medewerking van Diederik Tirry. Hierbij wordt het werk van mijn college s Anuja Dangol, Thérèse Steenberghen en mezelf voorgesteld, met medewerking van Diederik Tirry. 1 Binnen WP4 hebben wij gewerkt rond de monitoring van ruimtelijk

Nadere informatie

De rol van modellen in het beheer van de waterkwaliteit case WEISS. Colloquium Duurzaam ruimtegebruik In Vlaanderen Antwerpen 23/03/2018

De rol van modellen in het beheer van de waterkwaliteit case WEISS. Colloquium Duurzaam ruimtegebruik In Vlaanderen Antwerpen 23/03/2018 De rol van modellen in het beheer van de waterkwaliteit case WEISS Colloquium Duurzaam ruimtegebruik In Vlaanderen Antwerpen 23/03/2018 Inhoud Proloog Waterkwaliteitsbeleid in Vlaanderen Rol van modellen

Nadere informatie

Inleiding. Doelstelling

Inleiding. Doelstelling 25 Inleiding Marleen Van Steertegem, MIRA-team, VMM Myriam Dumortier, NARA, INBO Doelstelling De samenleving wordt complexer, en verandert steeds sneller. Het beleid kan zich niet uitsluitend baseren op

Nadere informatie

Het Energieatol Energieopslag in de Noordzee

Het Energieatol Energieopslag in de Noordzee Het Energieatol Energieopslag in de Noordzee Dr. Walter Mondt, ECOREM 26 november 2013 1 Inhoud Voorstelling Ecorem NV Context van de studie Werkingsprincipe van het energieatol Opbouw van het energieatol

Nadere informatie

Editie Noord Limburg 3 7 juni POM Limburg Corda Campus, 3500 Hasselt T

Editie Noord Limburg 3 7 juni POM Limburg Corda Campus, 3500 Hasselt T Editie Noord Limburg 3 7 juni 2019 POM Limburg Missie, Visie & Activiteiten Missie De organisatie inspireert, ontwikkelt en versterkt de basisvoorwaarden voor duurzame sociaaleconomische groei in de provincie

Nadere informatie

Het is mij telkens een groot genoegen naar een plek te komen waar. mensen, instellingen of organisaties door samenwerking bewijzen dat

Het is mij telkens een groot genoegen naar een plek te komen waar. mensen, instellingen of organisaties door samenwerking bewijzen dat Dinsdag 20 september 2011 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Studiedag 10 jaar Duurzaam Kustbeheer - Fort Napoleon Oostende Geachte gedeputeerde, Geachte Minister

Nadere informatie

ZELFVOORZIENEND: TRENDS, MOGELIJKHEDEN EN GRENZEN

ZELFVOORZIENEND: TRENDS, MOGELIJKHEDEN EN GRENZEN ZELFVOORZIENEND: TRENDS, MOGELIJKHEDEN EN GRENZEN Lezing ter gelegenheid van het GEO Promotion Congres van eigen bodem 10 maart 2017 Groningen. door prof. em. Pier Vellinga Waddenacademie Colin OPBOUW

Nadere informatie

Natuurwaardeverkenner Onlinetool voor waardering ecosysteemdiensten (ESD)

Natuurwaardeverkenner Onlinetool voor waardering ecosysteemdiensten (ESD) Natuurwaardeverkenner Onlinetool voor waardering ecosysteemdiensten (ESD) i.s.m. Tanya Cerulus Vlaamse Overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE) Wat zijn ecosysteemdiensten? Ecosysteemdiensten

Nadere informatie

Malthus (1766 1834) Kan landbouw de wereld blijven redden? Het ongelijk van Malthus. An essay on the principle of population 25/11/2013

Malthus (1766 1834) Kan landbouw de wereld blijven redden? Het ongelijk van Malthus. An essay on the principle of population 25/11/2013 Kan landbouw de wereld blijven redden? Malthus (1766 1834) Piet VANTHEMSCHE Voorzitter Boerenbond KULeuven Universiteit 3 e Leeftijd 03-12-2013 An essay on the principle of population Het ongelijk van

Nadere informatie

Het belang van het project SAVE voor Vlaamse kmo s. Presentatie op slotevent SAVE 19 september 2018

Het belang van het project SAVE voor Vlaamse kmo s. Presentatie op slotevent SAVE 19 september 2018 Het belang van het project SAVE voor Vlaamse kmo s Presentatie op slotevent SAVE 19 september 2018 Steun vanuit het agentschap innoveren en ondernemen 1.847.150 EUR steun als VIS-traject, toegekend op

Nadere informatie

ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA

ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA Presentatie door de heer J.M. Barroso, Voorzitter van de Europese Commissie, voor de Europese Raad van 4 februari 2011 Inhoud 1 I. Waarom energiebeleid ertoe doet II. Waarom

Nadere informatie

DROP - adaptatie aan waterschaarste en droogte

DROP - adaptatie aan waterschaarste en droogte DROP - adaptatie aan waterschaarste en droogte Willem Defloor 26 september 2014, Waterforum Waterschaarste en droogte Overzicht 1. Globaal kader 2. EU Drop project 3. Droogte-indicatoren / waterinfo.be

Nadere informatie

Open data als basis voor innovatie in de landbouw

Open data als basis voor innovatie in de landbouw Open data als basis voor innovatie in de landbouw Een interview met Geert Hermans Door: Henk van der Bijl en Jan Willem Kruize geert.hermans@zlto.nl, henk.vanderbijl@planet.nl, janwillem.kruize@wur.nl

Nadere informatie

F.4 bijlage 4; Feiten en cijfers

F.4 bijlage 4; Feiten en cijfers F.4 bijlage 4; Feiten en cijfers F.4.1 Inleiding Deze bijlage geeft een toelichting bij de productie en verwerking van het Nederlands afval sinds 1985 plus een inschatting hiervan tijdens de komende planperiode.

Nadere informatie

SETIS VOOR EEN KOOLSTOFARME TOEKOMST

SETIS VOOR EEN KOOLSTOFARME TOEKOMST E u r o p e s e Commissie INFORMATIESYSTEEM VOOR STRATEGISCHE ENERGIETECHNOLOGIEËN SETIS VOOR EEN KOOLSTOFARME TOEKOMST http://setis.ec.europa.eu Europese Commissie Informatiesysteem voor strategische

Nadere informatie

Reference case Atlas Copco. Atlas Copco gebruikt Vodafone M2M om wereldwijd de klantondersteuning te verbeteren. Vodafone Power to you

Reference case Atlas Copco. Atlas Copco gebruikt Vodafone M2M om wereldwijd de klantondersteuning te verbeteren. Vodafone Power to you Atlas Copco gebruikt Vodafone M2M om wereldwijd de klantondersteuning te verbeteren Vodafone Power to you Atlas Copco gebruikt Vodafone M2M om wereldwijd de klantondersteuning te verbeteren Atlas Copco

Nadere informatie

onderzoek in transitie?

onderzoek in transitie? Transitieonderzoek: onderzoek in transitie? Erik Paredis (UGent) Yves De Weerdt (VITO) Frank Nevens (VITO) Opstartworkshop INTRAP 31 mei 2012, Leuven www.steunpunttrado.be Opbouw 1. De uitdagingen waarvoor

Nadere informatie

Latijns-Amerika aarzelt over hernieuwbare energie zaterdag, 15 augustus 2015 12:30

Latijns-Amerika aarzelt over hernieuwbare energie zaterdag, 15 augustus 2015 12:30 Waterkrachtcentrale's vormen een belangrijke energiebron in Zuid-Amerka, zoals hier bij de Itaipudam, een Braziliaans-Paraguyaanse stuwdam in de rivier de Paraná op de grens van de Braziliaanse staat Paraná

Nadere informatie

Stadsmonitor 2014 Een samenwerking tussen het Agentschap Binnenlands Bestuur en de Studiedienst van de Vlaamse Regering

Stadsmonitor 2014 Een samenwerking tussen het Agentschap Binnenlands Bestuur en de Studiedienst van de Vlaamse Regering Stadsmonitor 2014 Een samenwerking tussen het Agentschap Binnenlands Bestuur en de Studiedienst van de Vlaamse Regering Situering Opdracht: minister, bevoegd voor het Stedenbeleid De stadsmonitor is een

Nadere informatie

Grensoverschrijdende territoriale samenwerking: België Duitsland Ierland Frankrijk Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Zwitserland

Grensoverschrijdende territoriale samenwerking: België Duitsland Ierland Frankrijk Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Zwitserland MEMO/08/76 Brussel, 7 februari 2008 Grensoverschrijdende territoriale samenwerking: België Duitsland Ierland Frankrijk Luxemburg Nederland Verenigd Koninkrijk Zwitserland 1. Operationeel programma voor

Nadere informatie

Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen

Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen Heleen de Coninck, 13 september 2011 Energieonderzoek Centrum Nederland Grootste energieonderzoekcentrum van Nederland Missing link tussen

Nadere informatie

Opmaak van een prototype van een Synergiefaciliterend Sediment Kennissysteem (SfSKs)

Opmaak van een prototype van een Synergiefaciliterend Sediment Kennissysteem (SfSKs) Opmaak van een prototype van een Synergiefaciliterend Sediment Kennissysteem (SfSKs) Rapport 1 Inhoudstafel 1. Doel en context van de opdracht 3 2. Plan van aanpak 4 2.1. Methodologie 4 2.2. Stappenplan

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder

FUNCTIEFAMILIE 4.2 Beleidsthemabeheerder Doel van de functiefamilie Het beleidsthema vanuit theoretische en praktische deskundigheid implementeren en uitbouwen teneinde toepassingen omtrent het thema te initiëren, te stimuleren en te bewaken

Nadere informatie

BIODIVERSITEIT. RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER. ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering

BIODIVERSITEIT. RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER. ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering BIODIVERSITEIT RECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS VERsnippering, VER ONRECHTSTREEKSE BEDREIGING DOOR DE MENS Klimaatsverandering DUURZAME ONTWIKKELING INTEGRAAL WATERBEHEER BIODIVERSITEIT Wat? Belang?

Nadere informatie

Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen. Heleen de Coninck, 13 september 2011

Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen. Heleen de Coninck, 13 september 2011 Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen Heleen de Coninck, 13 september 2011 Energieonderzoek Centrum Nederland Grootste energieonderzoekcentrum van Nederland Missing link tussen

Nadere informatie

Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa)

Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa) Docentenvel opdracht 19 (campagne voor een duurzame wereld en een samenwerkend Europa) Lees ter voorbereiding onderstaande teksten. Het milieu De Europese Unie werkt aan de bescherming en verbetering van

Nadere informatie

Klimaatverandering en onze voedselzekerheid

Klimaatverandering en onze voedselzekerheid Klimaatverandering en onze voedselzekerheid Prof. Dr. Martin Kropff Rector Magnificus Wageningen University Vice-president Raad van Bestuur Wageningen UR Ons klimaat verandert Ons klimaat verandert Oplossingsrichtingen

Nadere informatie

Economie, innovatie en duurzaamheid zijn van

Economie, innovatie en duurzaamheid zijn van Inter-Steunpunten Transitieplatform Economie, innovatie en duurzaamheid zijn van belang in transport Hilde Meersman, Cathy Macharis, a Christa Sys, Eddy Van de Voorde, Thierry Vanelslander, Ann Verhetsel

Nadere informatie

Brussel, 8 juli 2009 07082009_SERV-advies projecten VSDO. Advies. Projecten Vlaamse strategie duurzame ontwikkeling

Brussel, 8 juli 2009 07082009_SERV-advies projecten VSDO. Advies. Projecten Vlaamse strategie duurzame ontwikkeling Brussel, 8 juli 2009 07082009_SERV-advies projecten VSDO Advies Projecten Vlaamse strategie duurzame ontwikkeling 1. Inleiding Op 8 juni 2009 werd de SERV om advies gevraagd over de fiches ter invulling

Nadere informatie

VITO/ENERGYVILLE VOOR BEDRIJVEN

VITO/ENERGYVILLE VOOR BEDRIJVEN VITO/ENERGYVILLE VOOR BEDRIJVEN Johan Vangrunderbeek, Business Developer KMO 27/06/2018 1 WIJ ZIJN ER VOOR U! OVER VITO VITO is een onafhankelijke, klantgerichte onderzoeksorganisatie. Wij reiken wetenschappelijk

Nadere informatie

Smart Grids, bouwstenen voor slimmer energiegebruik. ENGIE Infra & Mobility

Smart Grids, bouwstenen voor slimmer energiegebruik. ENGIE Infra & Mobility Smart Grids, bouwstenen voor slimmer energiegebruik ENGIE Infra & Mobility De daad bij het woord, de techniek bij de plannen Over een aantal jaren ziet de energievoorziening in Nederland er geheel anders

Nadere informatie

MAAK WERK VAN EEN INNOVATIEVE ORGANISATIECULTUUR IN UW KMO

MAAK WERK VAN EEN INNOVATIEVE ORGANISATIECULTUUR IN UW KMO DETAILED CURRICULUM MAAK WERK VAN EEN INNOVATIEVE ORGANISATIECULTUUR IN UW KMO Innovatie is noodzakelijk om in de huidige hyper-competitieve, internationale en volatiele markt continuïteit te kunnen verzekeren.

Nadere informatie

Cleantech Markt Nederland 2008

Cleantech Markt Nederland 2008 Cleantech Markt Nederland 2008 Baken Adviesgroep November 2008 Laurens van Graafeiland 06 285 65 175 1 Definitie en drivers van cleantech 1.1. Inleiding Cleantech is een nieuwe markt. Sinds 2000 heeft

Nadere informatie

Omarm de cloud. Een onderzoek naar de acceptatie van cloud computing onder Europese MKB s

Omarm de cloud. Een onderzoek naar de acceptatie van cloud computing onder Europese MKB s Omarm de cloud Een onderzoek naar de acceptatie van cloud computing onder Europese MKB s Introductie Cloud computing symboliseert een grote verschuiving in de manier waarop ITdiensten worden geleverd binnen

Nadere informatie

ipro-n Een slimme stap over de grens!

ipro-n Een slimme stap over de grens! ipro-n Een slimme stap over de grens! Startbijeenkomst ipro-n 13 juni 2016 Rob van Vollenhoven (Oost NV) Inleiding ipro-n subsidie of is er meer? innovatief & intelligent product Financiers ipro-n Projectgebied

Nadere informatie

Voorwoord. Voorzitter van stichting Blue Revolution Foundation. Karina Czapiewska 19-6-2014

Voorwoord. Voorzitter van stichting Blue Revolution Foundation. Karina Czapiewska 19-6-2014 Beleidsplan 2014 Voorwoord Dit beleidsplan voor de Blue Revolution Foundation geeft inzicht in de doelstellingen, activiteiten en verwachte besteding van gelden. Het plan is tevens opgesteld in het kader

Nadere informatie

Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag.

Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag. Toespraak bij de lancering van het Defensie Cyber Commando door de Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert op 25 september 2014 te Den Haag. Let op: Alleen het gesproken woord geldt! De lancering

Nadere informatie

STORAGE AUTOMATION IT MANAGEMENT & OPTIMIZATION DATAGROEI DE BAAS MET EXTREEM BEHEERGEMAK DOOR AUTOMATISERING EN VIRTUALISATIE

STORAGE AUTOMATION IT MANAGEMENT & OPTIMIZATION DATAGROEI DE BAAS MET EXTREEM BEHEERGEMAK DOOR AUTOMATISERING EN VIRTUALISATIE IT MANAGEMENT & OPTIMIZATION STORAGE AUTOMATION DATAGROEI DE BAAS MET EXTREEM BEHEERGEMAK DOOR AUTOMATISERING EN VIRTUALISATIE EEN EFFECTIEVE EN KOSTENEFFICIËNTE OPLOSSING VOOR DATAGROEI De druk op systeembeheerders

Nadere informatie

Een visie op de toekomstige landbouw in Nederland

Een visie op de toekomstige landbouw in Nederland Een visie op de toekomstige landbouw in Nederland Jan Willem Erisman ALV Markdal, Galder, 24 september 2018 Inhoud Introductie Louis Bolk Instituut Achtergronden huidige landbouw De visie van de minister

Nadere informatie

NOORDZEE SYMPOSIUM 2007

NOORDZEE SYMPOSIUM 2007 NOORDZEE SYMPOSIUM 2007 Hoogvliegers brengen onze kust in kaart Bart Deronde Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) Teledetectie & aardobservatie processen Inhoud Remote Sensing of teledetectie

Nadere informatie

Water, energie en grondstoffen. We kunnen geen dag zonder. Ze zijn een bron van leven en welzijn. Een bron van nijverheid en welvaart.

Water, energie en grondstoffen. We kunnen geen dag zonder. Ze zijn een bron van leven en welzijn. Een bron van nijverheid en welvaart. 3 Water, energie en grondstoffen. We kunnen geen dag zonder. Ze zijn een bron van leven en welzijn. Een bron van nijverheid en welvaart. Een bron van inspiratie voor iedereen die wil bouwen aan een betere

Nadere informatie

Voedselvoorziening in het tijdperk van verstedelijking

Voedselvoorziening in het tijdperk van verstedelijking Voedselvoorziening in het tijdperk van verstedelijking Prof.dr.ir. Han Wiskerke Wageningen Universiteit Leerstoelgroep Rurale Sociologie http://www.rso.wur.nl/uk/ http://ruralsociologywageningen.wordpress.com/

Nadere informatie

STRATAEGOS CONSULTING

STRATAEGOS CONSULTING STRATAEGOS CONSULTING EXECUTIE CONSULTING STRATAEGOS.COM WELKOM EXECUTIE CONSULTING WELKOM BIJ STRATAEGOS CONSULTING Strataegos Consulting is een strategie consultancy met speciale focus op strategie executie.

Nadere informatie

Infrastructuur. GEO-ONDERZOEK Relevante grond(water)parameters en bodemopbouw

Infrastructuur. GEO-ONDERZOEK Relevante grond(water)parameters en bodemopbouw Infrastructuur Advies en ondersteuning binnen de gehele infraketen GEO-ONDERZOEK Relevante grond(water)parameters en bodemopbouw GEO-INFORMATIE Actuele situatie van het project en de omgeving gedetailleerd

Nadere informatie

Biodiversiteit visie Boerenbond. Symposium biodiversiteit 4 november 2010

Biodiversiteit visie Boerenbond. Symposium biodiversiteit 4 november 2010 Biodiversiteit visie Boerenbond Symposium biodiversiteit 4 november 2010 1 Landbouw en biodiversiteit Domesticatie leidde tot 1000den variëteiten en soorten Heel wat biodiversiteit is er omwille van landbouw

Nadere informatie

Melk van Hier, kansen voor landbouw en natuur?

Melk van Hier, kansen voor landbouw en natuur? Melk van Hier, kansen voor landbouw en natuur? NATUUR EN LANDBOUW// VORSELAAR// 14 maart 2012 Draagvlakverbredingsproject Melk van Hier 1/1/2013 31/12/2013 Dit initiatief kadert binnen een overkoepelend

Nadere informatie

Ongeveer 17 jaar geleden startte een eerste pilootproject van de. bosgroepen in de Kempense Heuvelrug in de provincie Antwerpen,

Ongeveer 17 jaar geleden startte een eerste pilootproject van de. bosgroepen in de Kempense Heuvelrug in de provincie Antwerpen, Zaterdag 17 september 2011 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Toespraak Bosgroepen Oost-Vlaanderen - Wachtebeke Dames en heren, Beste gedeputeerde(n), Beste

Nadere informatie

SOCIAL INFORMATION SYSTEM

SOCIAL INFORMATION SYSTEM De SIS is een tool die oplossingen biedt voor uitdagingen en vragen in de wijk. Het product is vooral sterk in het verbinden van belangen. Zo stelt het organisaties in staat makkelijk en efficiënt met

Nadere informatie

Kinderopvang in transitie. Derk Loorbach, Zeist, 27-11-2014

Kinderopvang in transitie. Derk Loorbach, Zeist, 27-11-2014 Kinderopvang in transitie Derk Loorbach, Zeist, 27-11-2014 Conclusies Ingrijpende maatschappelijke verandering vraagt aanpassing Transities leiden tot onzekerheid, spanning en afbraak Omgaan met transities

Nadere informatie

Inleiding in de wereld van energieopslag

Inleiding in de wereld van energieopslag FME-CWM themamiddag energieopslag Jasper Groenewegen Duurzame lokale opwekking verschuift de balans 2 Duitse elektriciteitsprijs volgt nu al de PV productie 3 met extremen tot gevolg! 4 Kortom, we live

Nadere informatie

RUIMTEMODEL VLAANDEREN NIEUWE BELEIDSTOEPASSINGEN

RUIMTEMODEL VLAANDEREN NIEUWE BELEIDSTOEPASSINGEN RUIMTEMODEL VLAANDEREN NIEUWE BELEIDSTOEPASSINGEN Colloquium Duurzaam ruimtegebruik in Vlaanderen 23 maart 2018 VITO Not for distribution 1 RUIMTEMODEL VLAANDEREN EEN KORTE HISTORIEK 1997 2005: LeefOmgevingsVerkenner

Nadere informatie

Naar een optimale relatie tussen mens en werk

Naar een optimale relatie tussen mens en werk Naar een optimale relatie tussen mens en werk Wij optimaliseren de mens-werkrelatie In een veranderende omgeving kan uw bedrijf of organisatie niet achterblijven. Meer dan ooit wordt u uitgedaagd om de

Nadere informatie

PLANTAGELANDBOUW IN LATIJNS-AMERIKA

PLANTAGELANDBOUW IN LATIJNS-AMERIKA PLANTAGELANDBOUW IN LATIJNS-AMERIKA 0 Lesschema 1 WAT IS PLANTAGELANDBOUW? 1.1 Bestudeer de afbeeldingen en satellietbeelden van plantages 1.2 Input, proces en output 2 WAAR DOET MEN AAN PLANTAGELANDBOUW?

Nadere informatie

T.OP Kustzone Ruimte Vlaanderen en gebiedsontwikkeling

T.OP Kustzone Ruimte Vlaanderen en gebiedsontwikkeling T.OP Kustzone Ruimte Vlaanderen en gebiedsontwikkeling Stijn Vanderheiden Ruimte Vlaanderen Oostende, 21 september 2016 Vlaams ruimtelijk ontwikkelingsbeleid: 4 ambities 1. Nieuw beleidskader voor de lange

Nadere informatie

Dynamische Energie Atlas Limburg (DEA)

Dynamische Energie Atlas Limburg (DEA) Dynamische Energie Atlas Limburg (DEA) 1 Waarom een EnergieAtlas Limburg?» Hoe ontwikkelingen rond HE ruimtelijk beoordelen, ordenen, afstemmen, faciliteren, optimaliseren? => Dynamische Energie Atlas

Nadere informatie

Donderdag 14 juni Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR. Volvo Trucks Oostakker

Donderdag 14 juni Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR. Volvo Trucks Oostakker Donderdag 14 juni 2012 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Lancering eerste Volvo Hybride (26 ton) vrachtwagen Volvo Trucks Oostakker Geachte heer Sid (directeur

Nadere informatie

Windenergie in Vlaanderen groeit verder in 2012

Windenergie in Vlaanderen groeit verder in 2012 Persbericht Brussel, 15 januari 2013 Windenergie in Vlaanderen groeit verder in 2012 In 2012 groeide windenergie op land in Vlaanderen met 37 windturbines, goed voor een bijkomend vermogen van 78 MW. Daarmee

Nadere informatie

Topsectoren. Hoe & Waarom

Topsectoren. Hoe & Waarom Topsectoren Hoe & Waarom 1 Index Waarom de topsectorenaanpak? 3 Wat is het internationale belang? 4 Hoe werken de topsectoren samen? 5 Wat is de rol voor het MKB in de topsectoren? 6 Wat is de rol van

Nadere informatie

Presentatie Climalife Groep Dehon

Presentatie Climalife Groep Dehon Presentatie Climalife Groep Dehon Samenvatting 1. Groep Dehon De kracht van de groep in dienst van het merk Climalife 2. Climalife Samensteller van duurzame en vernieuwende oplossingen voor thermische

Nadere informatie

Ticon. De volgende generatie projectmanagement

Ticon. De volgende generatie projectmanagement De volgende generatie Optimaal Het virtueel bouwproces model binnen de GWW Virtueel bouwproces model Het fundament van Ticon is het Virtueel bouwproces model. Dit datamodel is een collectie van alle projectgegevens

Nadere informatie

Project Stevin & project Nemo in Zeebrugge Elia investeert in een zekere en duurzame elektriciteitsbevoorrading

Project Stevin & project Nemo in Zeebrugge Elia investeert in een zekere en duurzame elektriciteitsbevoorrading Project Stevin & project Nemo in Zeebrugge Elia investeert in een zekere en duurzame elektriciteitsbevoorrading ELIA Project Stevin & project Nemo in Zeebrugge Het project Stevin tussen Zeebrugge en Zomergem

Nadere informatie

VERKIEZINGEN 2018 De stem van de ondernemer over As

VERKIEZINGEN 2018 De stem van de ondernemer over As VERKIEZINGEN 2018 De stem van de ondernemer over As In 2017 interviewde Voka 2.365 ondernemers uit 67 Vlaamse steden en gemeenten telefonisch. Verrijkt met een financiële analyse van elke gemeentelijke

Nadere informatie

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND WERK ALS ÉÉN OVERHEID De fysieke en sociale leefomgeving van Nederland gaan de komende decennia ingrijpend veranderen. Transities in de energievoorziening, de landbouw,

Nadere informatie

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013 Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen Inleiding en verwelkoming IVO PALMERS AFDELINGSHOOFD ONDERZOEK EN MONITORING Situering onderzoek binnen Ruimte Vlaanderen Afdeling onderzoek en monitoring Missie en

Nadere informatie

Invloed van klimaatverandering op hydrologische extremen (hoog- en laagwater langs rivieren in het Vlaamse binnenland)

Invloed van klimaatverandering op hydrologische extremen (hoog- en laagwater langs rivieren in het Vlaamse binnenland) 1 Invloed van klimaatverandering op hydrologische extremen (hoog- en laagwater langs rivieren in het Vlaamse binnenland) Op 26 augustus 2008 heeft Omar Boukhris een doctoraatsstudie verdedigd aan de K.U.Leuven

Nadere informatie

Duurzame deeleconomie: de rol van de stad volgens Martijn Arets

Duurzame deeleconomie: de rol van de stad volgens Martijn Arets Duurzame deeleconomie: de rol van de stad volgens Martijn Arets Page 1 of 5 Een inleiding op de workshop delende stad Eerder al vroegen we ons af: Kan Antwerpen een duurzame deeleconomie worden? [1] Om

Nadere informatie

Complexe Projecten. Decreet: Toepassingsgebied (25 april 2014)

Complexe Projecten. Decreet: Toepassingsgebied (25 april 2014) Complexe Projecten Naar een kwaliteitsvolle en snelle aanpak van projectgedreven processen David Stevens Team Complexe Projecten Decreet: Toepassingsgebied (25 april 2014) Complexe projecten: - Groot maatschappelijk

Nadere informatie

DrainVision VISIONELE MONITORING. monitoring solutions

DrainVision VISIONELE MONITORING. monitoring solutions DrainVision VISIONELE MONITORING monitoring solutions Brengt digitale intelligentie naar de hedendaagse tuinbouwindustrie. Na vele jaren onderzoek en ontwikkeling door top wetenschappers en technologen

Nadere informatie

MIRA-T Kwaliteit oppervlaktewater. Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten DPSIR

MIRA-T Kwaliteit oppervlaktewater. Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten DPSIR Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten belasting oppervlaktewater (1995=100) 120 100 80 60 40 P landbouw N landbouw N huishoudens P huishoudens CZV huishoudens N

Nadere informatie

ONTZORG DE ZORGPROFESSIONAL DOOR VIRTUALISATIE

ONTZORG DE ZORGPROFESSIONAL DOOR VIRTUALISATIE IT MANAGEMENT & OPTIMIZATION ONTZORG DE ZORGPROFESSIONAL DOOR VIRTUALISATIE E-BOOK DE STAP NAAR EEN TOEKOMST- BESTENDIGE EN DUURZAME BASIS Virtualiseren is in veel disciplines een populaire term. Het is

Nadere informatie