In hoeverre heeft een verplichte roulatie van accountantskantoor effect op de kwaliteit van een accountantscontrole? Rick ten Haken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "In hoeverre heeft een verplichte roulatie van accountantskantoor effect op de kwaliteit van een accountantscontrole? Rick ten Haken"

Transcriptie

1 In hoeverre heeft een verplichte roulatie van accountantskantoor effect op de kwaliteit van een accountantscontrole? Rick ten Haken Bachelorscriptie Accountancy & Control Faculteit Economie en Bedrijfskunde Universiteit van Amsterdam Mevr. H. Kloosterman 25 juni 2012

2 Samenvatting Door de financiële crisis is er een discussie ontstaan over de rol van de auditor. De Europese Commissie heeft vervolgens het Groenboek uitgegeven, waarin aanbevelingen staan om het vertrouwen in de auditor te herstellen. Een van de voorstellen is een verplichte kantoorroulatie voor auditors. In Nederland is een discussie ontstaan over het mogelijke effect op de kwaliteit van de audit. Door middel van een literatuuronderzoek is gekeken naar het effect van een verplichte roulatie op de audit kwaliteit. Audit kwaliteit is gedefinieerd aan de hand van het model van Catanach(1999). Audit kwaliteit is een functie van professioneel gedrag en bekwaamheid. Deze determinanten kunnen niet los van elkaar worden gezien, maar vormen samen de audit kwaliteit. Uit het onderzoek blijkt dat een verplichte kantoorroulatie de kwaliteit van de audit niet verbetert en er zelfs een negatief effect kan optreden. Met name de bekwaamheid van de auditor wordt beperkt door een verplichte roulatie. Er wordt minder kennis en ervaring opgedaan en ook de drang naar specialisatie neemt af. Dit resulteert in een lagere bekwaamheid en een grotere kans op fouten. Dit omdat bekwaamheid positief gerelateerd is aan een langere termijn. Door het verplichte rouleren, wordt deze termijn beperkt. Ook het professionele gedrag verbetert niet door het voorstel. Over de perceptie van onafhankelijkheid zijn verschillende meningen, echter toont onderzoek wel aan dat stakeholders een verplichte kantoorroulatie niet als toegevoegde waarde boven de partnerroulatie zien. Ook de objectiviteit verbetert niet omdat onderzoek aan toont dat deze niet minder wordt naarmate de termijn langer wordt. De conclusie van dit onderzoek is dan ook dat een verplichte kantoorroulatie niet het voor een kwaliteitsverhoging zorgt, maar juist de kwaliteit kan verslechteren. 2

3 Inhoudsopgave Inleiding... 4 Theoretisch Kader... 6 Auditing... 6 Geschiedenis van roulatie voorstellen... 7 Oorzaken recente kantoorroulatie voorstel... 7 Het verplichte kantoorroulatie voorstel in Nederland... 9 Audit kwaliteit... 9 Determinanten van audit kwaliteit Bekwaamheid en professioneel gedrag Literatuuronderzoek Bekwaamheid: Professioneel gedrag: Discussie: Conclusie: Bibliografie:

4 Inleiding De recente financiële crisis heeft het financiële systeem aan het wankelen gebracht. Als reactie op deze crisis is een groot gedeelte van het financiële stelsel herzien. Er is onder andere gekeken naar de rol van banken, hedgefondsen, ratingbureaus, toezichthouders en centrale banken (Groenboek, 2011). Tevens veronderstelt het Groenboek, dat er nog te weinig aandacht is besteed naar de bijdrage die de auditor kan leveren omtrent financiële stabiliteit. Deze vraag is ontstaan omdat in de crisis veel banken in de problemen zijn geraakt door enorme verliezen. De discussie die vervolgens is ontstaan, is hoe het mogelijk is dat deze banken in de jaren daarvoor schone controleverklaringen hebben kunnen krijgen van de auditkantoren. Tevens wordt er een discussie ontwaakt over het feit of de huidige wet- en regelgeving nog wel voldoet. Een suggestie waar over gediscussieerd wordt komt ook uit het Groenboek en betreft een mogelijke verplichte roulatie van accountantskantoren na een bepaalde tijd. Als reactie op bovenstaande suggestie uit het Groenboek voor een verplichte roulatie, is er vanuit de tweede kamer een amendement ingediend door Dhr. Van Vliet. Dit voorstel is aangenomen door de tweede kamer en wacht nu een onderzoek af, ingesteld door de Eerste Kamer. Dit amendement houdt in dat er na iedere 6 jaar gerouleerd moet worden van accountantskantoor, gevolgd door een afkoelingsperiode van 2 jaar. De roulatie draagt volgens de regering bij aan het verbeteren van de kwaliteit van een audit, omdat het de onafhankelijkheid vergroot. Toch zijn er ook tegenstanders van een verplichte roulatie zoals blijkt uit een brief van BDO Accountants gericht aan de Tweede Kamer op 19 oktober Volgens hen draagt een verplichte roulatie niet bij aan het verbeteren van de kwaliteit. Deze tweedeling zorgt voor een enorme discussie tussen de voor- en tegenstanders van verplichte kantoorroulatie in Nederland. De discussie over verplichte kantoorroulatie is niet nieuw. In de Verenigde Staten is deze discussie in 2002 al begonnen door het verschijnen van de Sarbanes Oxley Act, waarin al wordt gesproken over een onderzoek naar verplichte kantoorroulatie. In SOX 2002 werd al gevraagd om een onderzoek te verrichten naar de effecten van een verplichte kantoorroulatie. Dit onderzoek is uitgevoerd door de United States General Accounting Office, oftewel GAO. Hier zijn voorstanders van verplichte roulatie vooral beleggers, toezichthouders en academici. Tegenstanders zijn met name de accountantskantoren en de bedrijven die controleplichtig zijn (Tweespalt in VS over verplichte roulatie accountantskantoren, 2012). 4

5 De vraag die hier uit voorkomt is dan ook, in hoeverre een verplichte roulatie leidt tot een verbetering van de kwaliteit van een audit. Het antwoord op bovenstaande vraag is gevonden door middel van een literatuuronderzoek, dat in het vervolg van dit betoog besproken wordt. Allereerst zal in de volgende paragraaf een literatuuroverzicht worden gegeven, waarin vooral wordt ingegaan op de begrippen audit, onafhankelijkheid en kwaliteit. Vervolgens worden de determinanten van kwaliteit uitgelegd, om zo kwaliteit te kunnen meten. Vervolgens zal in paragraaf 4 het effect van een verplichte roulatie aan de criteria uit paragraaf 3 worden getoetst. In paragraaf 5 zal in de conclusie een samenvatting van het onderzoek worden gegeven en zal het antwoord op de hoofdvraag naar voren komen.. 5

6 Theoretisch Kader Auditing Auditing is volgens Arens, Elder en Beasley (2012, p.24) het verzamelen en het evalueren van bewijs om zo een onafhankelijk oordeel te geven over de getrouwheid van informatie zoals het bedrijf die geeft. Er zijn 3 hoofdindelingen van verschillende soorten audits. Allereerst zijn er de operational audits wat inhoudt dat een auditor gaat kijken naar de efficiëntie en effectiviteit van een bepaald proces binnen een organisatie. Door het evalueren van dit proces kan de auditor met aanbevelingen komen om dit proces te verbeteren. Deze vorm van audit is vooral voor het bedrijf van belang omdat via deze manier goed gekeken wordt naar de bedrijfsvoering en inrichting van processen. Een tweede type audit is compliance audit. Hier wordt vooral gekeken of een bedrijf zich aan voorgeschreven regels en procedures houdt. De resultaten van een dergelijke audit worden veelal verstrekt aan het management. De laatste vorm van audit is de Financial statement audit waarbij een auditor bewijs gaat verzamelen om een oordeel te kunnen geven over de getrouwheid van de financiële informatie, die het bedrijf geeft. Dit bewijs bestaat in veel verschillende vormen zoals geschreven documenten met externe partijen, geschreven en elektronische data over transacties of bijvoorbeeld door observaties van de auditor (Arens, Elder, & Beasly, 2012). Bij een Financial audit zijn 3 partijen betrokken, namelijk de auditor, de klant en de externe gebruikers. De externe gebruikers zijn degenen die de financiële gegevens gebruiken om op basis daarvan beslissingen te nemen. Voorbeelden van externe gebruikers zijn bijvoorbeeld banken en beleggers aangezien banken informatie willen hebben wanneer zij een lening willen verstrekken en beleggers wanneer zij een investeringsbeslissing willen maken. Door de audit wordt het informatierisico tussen het bedrijf en de externe gebruiker verkleind. Met informatierisico wordt volgens Deckers & Kollenburg (2002) het risico bedoeld dat informatie die het bedrijf geeft foutieve informatie is. Er zijn een viertal factoren te onderdekken die bijdragen aan het ontstaan van informatierisico, namelijk het bestaan van tegengestelde belangen tussen het bedrijf en de stakeholders, de afstand tussen het bedrijf en de stakeholder, de omvang van de gegevens en als laatste de toenemende complexiteit van de gegevens. 6

7 De verantwoordelijkheid van een auditor is om een redelijke zekerheid te geven dat de financiële gegevens voldoen aan de regels en standaarden. Een fout is materieel als dit er voor zorgt dat de gebruiker op basis van juiste informatie en andere beslissing had genomen. Een auditor biedt geen volledige zekerheid omdat alle controles worden uitgevoerd op basis van steekproeven. Dit omdat het controleren van alle gegevens simpelweg te veel tijd en geld kost. Ook de toenemende complexiteit van financiële gegevens speelt hier in een rol (Arens, Elder, & Beasly, 2012). Geschiedenis van roulatie voorstellen Na een aantal grote boekhoudschandalen in de Verenigde Staten bij o.a. Enron en WorldCom is daar in 2002 de Sarbanes-Oxley Act (SOX) uitgebracht. Door de Sarbanes-Oxley Act werd het voor audit kantoren verplicht om partner roulatie toe te passen. In sectie 203 van de Sarbanes-Oxley Act is namelijk bepaald dat er partner roulatie moet plaats vinden na 5 jaar (Sarbanes-Oxley Act, 2002). Ook werd er gevraagd aan de General Accounting Office om onderzoek te doen naar de effecten van een verplichte kantoorroulatie. Het GAO kwam met de conclusie dat de reeds genomen maatregelen van verplichte partner roulatie voldoende waren om de onafhankelijkheid te verbeteren. Een verplichte kantoor roulatie werd door de GAO niet noodzakelijk geacht en dit moest dan ook overgelaten worden aan de kantoren zelf, die dit op vrijwillige basis konden toepassen. (GAO, 2004) In Nederland is in navolging op Sarbanes-Oxley Act 2002 in 2004 een wetsvoorstel ingediend waar een voorstel werd gedaan om een verplichte roulatie van auditpartner en verplichte kantoorroulatie te verplichten. Uiteindelijk is alleen een verplichte partnerroulatie ingevoerd. Deze verplichting houdt in dat auditpartners na een periode van 7 jaar verplicht moeten rouleren en er een afkoelingsperiode van minimaal 2 jaar moet plaatsvinden (Eerste Kamer, Wet toezicht accountantsorganisaties, 2004). Oorzaken recente kantoorroulatie voorstel In de jaren voorafgaand aan de financiële crisis hebben veel banken een goedkeurende verklaring van de auditor ontvangen. Toen in 2008 Lehman Brothers failliet ging en er bij andere banken grote verliezen naar voren kwamen is er veel discussie ontstaan naar de rol van de auditor. Er werd namelijk enkele maanden voor het faillissement nog een goedkeurende verklaring afgegeven door Ernst & Young. Toch kwamen er een groot aantal aanklachten tegen de accountant. Als reactie hier op heeft Ernst & Young gereageerd: We stand behind our work on the Lehman audit and our opinion that Lehman's financial statements were fairly 7

8 stated in accordance with the U.S. accounting standards that existed at the time (Accountant.nl, 2011) Het Groenboek (2011) stelt dat door deze gebeurtenissen het vertrouwen in de auditfunctie erg is afgenomen en dat het noodzakelijk is om dit vertrouwen te herstellen. Het draagt namelijk enerzijds bij aan de bescherming van beleggers omdat het de zekerheid biedt dat de cijfers een getrouw beeld van de organisatie geven. Anderzijds is het van groot belang omdat dit de kapitaalkosten van bedrijven aanzienlijk kan verlagen. Met een audit waar vertrouwen in is, is het voor een bedrijf makkelijker om geld te lenen omdat het informatierisico voor de uitlener minder groot is (Groenboek, 2011). Een oorzaak van dit dalende vertrouwen in het audit beroep is de verwachtingskloof. De taak van een auditor is het controleren van de financiële gegevens en een oordeel vormen over de getrouwheid hiervan. Wat een auditor feitelijk doet is kijken of de financiële cijfers zijn opgesteld conform de regels en richtlijnen. De maatschappij gaat echter vaak uit van de veronderstelling dat wanneer een auditor een goedkeurende verklaring afgeeft, dat het bedrijf financieel gezond is. Hierdoor is er een discussie ontstaan over de verantwoordelijkheden van de auditor. Sommige vinden dat een accountant continuïteitsproblemen naar buiten moet brengen, terwijl veel accountants juist vinden dat dit een specifieke management taak is. Kortom, binnen de maatschappij bestaan er misvattingen over de verantwoordelijkheden van accountants, waardoor er wordt getwijfeld aan de onafhankelijkheid van de auditor(hassink, 2002). Auditing vervult volgens het Groenboek een maatschappelijke functie waarvan onafhankelijkheid de toegevoegde waarde moet zijn. Wanneer een accountant een onbeperkte aanstelling heeft op een bepaalde controleopdracht, dan gaat dit niet samen met de gewenste normen van onafhankelijkheid. Dit schaadt het vertrouwen in de audit. Een mogelijke oplossing voor dit probleem is volgens het Groenboek het verplicht laten rouleren van de audit kantoren na een aantal jaar. Dit kan een positieve bijdrage leveren aan de kwaliteit van de audit (Groenboek, 2011) 8

9 Het verplichte kantoorroulatie voorstel in Nederland Het amendement dat op 6 februari 2012 is ingediend stelt voor om een kantoorroulatie in Nederland te verplichten. Na een periode van 6 jaar moet accountantskantoor verplicht rouleren. Na deze periode geldt een afkoelingsperiode van 2 jaar voordat het accountantskantoor de verplichte jaarrekeningencontrole weer mag uitvoeren. Dit amendement is op 14 februari 2012 aangenomen door de tweede kamer. Het voorstel is echter gewijzigd in een verplichte roulatie na 8 jaar, gevolgd door een afkoelingsperiode van 2 jaar. Voordat de Eerste Kamer een beslissing neemt over het al dan niet aannemen van het wetsvoorstel, heeft zij besloten om nadere voorlichting te vragen aan de Raad van State. Deze voorlichting is inmiddels ontvangen en het voorstel wacht nu op een voorbereidend onderzoek dat gepland staat voor 5 juni Na dit onderzoek zal er in de Eerste Kamer een besluit worden genomen over het al dan niet aannemen van dit voorstel (Eerste Kamer, 2011) Audit kwaliteit Om een oordeel te kunnen geven in hoeverre een verplichte kantoorroulatie effect heeft op de kwaliteit van een audit is het van belang dat duidelijk gemaakt wordt wat het begrip audit quality inhoudt. DeAngelo (1981) stelt dat audit kwaliteit bestaat uit twee componenten. Enerzijds de waarschijnlijkheid dat een controlerend accountant de materiële fout uit het boekhoudsysteem haalt, en anderzijds dat hij of zij deze fout ook daadwerkelijk rapporteert in het accountantsverslag, zodat derden beslissingen maken op basis van eerlijke informatie. Audit kwaliteit is volgens Catanach (1999) eenvoudig waar te nemen, door simpelweg te kijken naar het aantal audit fouten. Een audit fout, het niet waarnemen en/of niet rapporteren van een materiële fout, getuigt volgens Catanach van slechte auditkwaliteit. Uit recente literatuur blijkt dat de definitie van audit kwaliteit niet is veranderd. In het artikel van Firth(2010) wordt audit kwaliteit wederom beschreven zoals DeAngelo de term ook heeft gedefinieerd Uit onderzoek blijkt dat er een negatief verband bestaat tussen kwaliteit van een audit en het aantal audit failures (Francis, 2004) Hij stelt dat kwaliteit loopt op een schaal van lage kwaliteit naar hoge kwaliteit. De meeste audit failures ontstaan wanneer de kwaliteit zich aan de kant van de lage kwaliteit bevindt. Tevens beschrijft Francis(2004) dat er twee omstandigheden zijn die een audit failure veroorzaken: 1) de auditor heeft de Generally Accepted Accounting Principles niet nageleefd 2) de auditor geeft ten onrechte een goedkeurende verklaring af. 9

10 Determinanten van audit kwaliteit Binnen dit onderzoek is het noodzakelijk om te bepalen welke factoren invloed hebben op de audit kwaliteit en welke factoren beïnvloed worden door een verplichte roulatie. In deze subparagraaf zullen dan ook de determinanten bepaald worden die kwaliteit beïnvloeden. Deze determinanten vormen het framework voor het literatuuronderzoek, dat in de volgende paragraaf plaatsvindt. Audit kwaliteit is een functie die bestaat uit de factoren bekwaamheid (Ability) en professioneel gedrag (Professional Conduct). Bekwaamheid zorgt er voor dat de auditor de materiële fout ontdekt in de financiële gegevens die hij of zij controleert. Professioneel gedrag zorgt er voor dat wanneer de auditor een materiële fout ontdekt, dat deze ook daadwerkelijk gerapporteerd wordt (Catanach & Walker, 1999). Volgens Arens, Elder, & Beasly (2012) moet een audit dan ook worden verricht door een competent en onafhankelijk iemand, waarbij onafhankelijk zijn aansluit bij de verwachtingen van professioneel gedrag. Bekwaamheid en professioneel gedrag De bekwaamheid om materiële fouten te detecteren komt volgens het model van Catanach door een aantal factoren. Het hebben van technische competenties zorgt er voor dat er volgens bepaalde procedures wordt gehandeld die een bepaalde professionaliteit uitstralen. Onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat zichtbare technische kennis zorgt voor een zekere vorm van professionaliteit die zichtbaar is voor de maatschappij waardoor de kwaliteit van een audit door de maatschappij als beter wordt ervaren (Herrbach, 2001) Ook kennis is van belang om er voor te zorgen dat accountingstandaarden goed geintrepeteerd worden. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat 72% van de rechtzaken tegen auditors het gevolg is van het niet goed intrepreteren van de standaarden waardoor materiele fouten niet werden ontdekt (St Pierre en Anderson,1984). Ervaring kan volgens Catanach (1999) worden verdeeld in professionele ervaring, industrie ervaring en klant-specifieke ervaring. Met professionele ervaring wordt bedoeld, de ervaring die wordt opgedaan door de duur van de beroepsuitoefening. Industrie ervaring is de ervaring die opgedaan wordt door te specialiseren in een bepaalde branche. De laatste catagorie is de 10

11 klant-specifieke ervaring die tot stand komt door de duur van de opdracht. Ervaring draagt bij aan de kwaliteit van een audit omdat ervaring er voor zorgt dat de auditor de complexiteit sneller weet te doorgronden (Libby & Frederick, 1990). Nelson formuleert het verband tussen bovenstaande drie factoren als wanneer er meer probleemoplossende vaardigheden, technische competenties, aanwezig zijn, dat de auditor eerder en beter in staat is om materiele afwijkingen te detecteren. Deze kennis wordt vergroot door trainingen en ervaringen waardoor de auditor betere inschattingen kan maken (Nelson, 2009). Tevens maakt Nelson de koppeling met de tweede hoofdfactor van het model van Catanach, namelijk professioneel gedrag. Uit het model blijkt dat de factoren van bekwaamheid nodig zijn om professioneel gedrag te vertonen. De factoren die catanach noemt zijn ook door de AICPA gewaarborgd middels het uitgeven van officiele gedragsregels, the rules of conduct. Hierin worden elementen/factoren genoemd die volgesn de AICPA van belang zijn om het auditberoep te beschermen. Volgens de AICPA is onafhankelijkheid de factor die toegevoegde waarde van een auditor levert. Deze noodzaak wordt bevestigd door Salehi(2009) waar uit onderzoek blijkt dat onafhankelijkheid de hoeksteen van het auditberoep is, want het verkleint het gat tussen het bedrijf en de gebruiker. Wanneer een auditor niet onafhankelijk is, is het rapport verdacht en de externe auditor overbodig. De maatschappij ziet de audit namelijk als een onafhankelijk instrument voor sociale controle. Onafhankelijkheid zorgt volgens de AICPA voor objectiviteit, waardoor de audit van groot belang is en blijft. Onafhankelijkheid is de kern van de professie en moet daarom continu gewaarborgd zijn (Nivra, 2009) Ook professionele zorg draagt bij aan het verbeteren van kwaliteit. Een auditor is namelijk verplicht om zijn professionele verantwoording te nemen jegens de maatschappij. Dit houdt in dat er continu moet worden gestreefd naar verbetering van de professie. Tevens wordt er bedandrukt dat de auditor professioneel te werk gaat en het beroep niet in diskrediet brengt door overdreven verwachtingen te wekken (Nivra, 2009) Een duidelijke samenhang tussen kennis en ervaring wordt hier dan ook gemaakt. Door de gedragsregel wordt de auditor verplicht om de werkzaamheden, zowel technisch als etisch, zo goed mogelijk uit te oefenen namelijk: It imposes the obligation to perform professional services to the best of a member's ability with concern for the best interest of those for whom the services are performed and consistent with the profession's responsibility to the public, aldus de AICPA en NIVRA. 11

12 Een andere factor die bijdraagt aan professionele zorg is integriteit. Integriteit is een continue afweging wat goed, en wat fout is. Het benadrukt dat de auditor nooit persoonlijke belangen mag nastreven, maar altijd in het belang van de maatschappij moet handelen. Samenvattend zijn deze factoren volgens Catanach (2009) de essentie van auditkwaliteit. Bekwaamheid moet er voor zorgen dat materiele fouten ontdekt worden en professioneel gedrag moet leiden tot rapportage van de failures. Aansluitend bij de eerder genoemde definitie van audit kwaliteit, de kans dat een fout ontdekt en ook gerapporteerd wordt, vormt het model een duidelijke basis voor het bepalen van audit kwaliteit. Ook recentere bronnen gebruiken de maatstaven bekwaamheid en professioneel gedrag om kwaliteit te evalueren (Cameran, Merlotti, & Di Vincenzo, 2005). Het model van Catanach geeft verder een drietal factoren weer die van invloed kunnen zijn op de determinanten van audit kwaliteit. Dit zijn economische prikkels, de marktstructuur en de duur van een audit. Binnen het onderzoek naar de effecten van een verplichte roulatie, zal gekeken worden naar de factor duur van een audit. Dit omdat uit het Groenboek(2011) blijkt dat een roulatie voorstel in overweging moet worden genomen omdat een te lange termijn zal leiden tot verslechtering van de audit kwaliteit. De factoren economische prikkels en marktstructuur zullen in het onderzoek verder niet worden besproken, omdat voor deze factoren het Groenboek met andere aanbevelingen komt. Bij het verplichte roulatie voorstel wordt er puur gekeken hoe de kwaliteit kan worden verbetert door de factor tenure aan te pakken (het directe effect). 12

13 Literatuuronderzoek Zoals eerder is vermeld is er een discussie ontstaan over het verplichte roulatie voorstel. In deze paragraaf zullen allereerst de voor- en tegenstanders van het verplichte roulatie voorstel, met bijbehorende standpunten die zij innemen, worden gedefinieerd. Aan de hand van de kwaliteitsmaatstaven die in bovenstaande paragraaf zijn besproken, zal met behulp van literatuur worden bepaald of een verplichte kantoorroulatie de kwaliteit van de audit verbetert. Voorstanders van een verplichte roulatie zijn vooral de regelgevers. Zij veronderstellen dat een verplichte roulatie de onafhankelijkheid van een accountant zal vergroten, waardoor ook de kwaliteit van een audit toeneemt. Een verplichte partner roulatie alleen, is volgens hen niet voldoende en daarom is een kantoorroulatie nodig om de onafhankelijkheid te verbeteren (Roos,2004), (Kramer,2011). Een ander argument dat de voorstanders aandragen is dat een lange contractuele relatie er toe leidt dat een auditor minder kritisch wordt ten opzichte van de financiële gegevens. Zij zijn van mening dat na verloop van tijd, auditors de neiging hebben om zich te gaan identificeren met de klant waardoor er een te hechte relatie tussen de klant en de auditor ontstaat. Dit wordt in vaktermen aangeduid met familiarity or trust. Volgens de voorstanders wordt hiermee de objectiviteit en de onafhankelijkheid van de auditor aangetast (Roos,2004), (Kramer,2011). Het verschil tussen onafhankelijkheid en objectiviteit is dat objectiviteit de waarheid in volmaakte vorm is. Onafhankelijkheid is een middel om objectiviteit te bereiken, maar zorgt niet per definitie voor een hogere mate van objectiviteit (Fieret, 2007). Tegenstanders van dit voorstel zijn met name de accountantskantoren zelf en worden gesteund door grote bedrijven. Zij zijn van mening dat een verplichte roulatie zal leiden tot kennisverlies waardoor de kwaliteit van de audit zal afnemen. Ook stellen zij dat accountantskantoren minder snel geneigd zijn te gaan specialiseren waardoor de kwaliteit van een audit verslechterd. Een ander argument dat zij voordragen is dat een verplichte roulatie zal leiden tot zeer hoge kosten, waardoor de voordelen teniet worden gedaan (Roos,2004), (Kramer,2012). Om te kunnen beoordelen of een verplichte kantoorroulatie effect heeft op de kwaliteit van een audit, moet er gekeken worden naar reeds gedaan onderzoek naar de relatie tussen audit kwaliteit en de duur van de opdracht. Het roulatievoorstel beperkt immers deze duur, waardoor de tegenstanders van mening zijn dat een verplichte roulatie een negatief effect heeft op de bekwaamheid. 13

14 Zoals eerder vermeld is een audit van goede kwaliteit als de auditor er in slaagt de materiële fout te ontdekken en deze ook rapporteert. Daarom wordt in dit onderzoek naar de effecten op beide determinanten, bekwaamheid en professioneel gedrag, gekeken, zoals door het model van Catanach wordt gedefinieerd. Bekwaamheid In deze sectie wordt er allereerst gekeken naar het effect van een verplichte roulatie op de bekwaamheid van de auditor. Er wordt gekeken naar de relatie tussen de audit termijn en de bekwaamheid van de auditor. Volgens Nelson (2009) is er een positief verband tussen kennis en bekwaamheid. Kennis draagt bij aan een betere audit kwaliteit, waardoor veel accountantskantoren zich specialiseren in bepaalde branches om zo specifieke klanten binnen te halen en zich te onderscheiden van de concurrenten. Volgens Solomon(1999) kan industrie specifieke kennis op 2 verschillende manieren worden opgedaan. Enerzijds door het volgen van trainingen en opleidingen, anderzijds vormt het zich door ervaring die wordt opgedaan naar mate de duur van de opdracht groter wordt. Verder stelt hij dat experts betere kennis hebben dan niet-experts. Experts zijn dan ook eerder in staat om fouten te ontdekken en te rapporteren. Kennis en ervaring dragen in deze situatie dan ook bij aan de kwaliteit van een audit. Dit wordt bevestigd door onderzoeken tussen , gedaan naar de relatie tussen het aantal gevoerde procedures en de duur van de audit. Daaruit blijkt dat audit kantoren die voor het 1 e of 2 e jaar de klant controleren drie keer zo vaak worden aangeklaagd dan kantoren die al langer op de klant zitten (Jones,2012). Uit een onderzoek van O leary(1996) blijkt dat er een positieve relatie bestaat tussen de duur van een audit en de expertise van een auditor, waardoor de bekwaamheid toeneemt naar mate de tenure langer wordt. Deze bewering wordt deels ondersteund door een onderzoek van Brooks et al (2011) waarin wordt aangetoond dat er ook op de lange termijn een leereffect blijft optreden (toenemende bekwaamheid) en daardoor de kwaliteit van een audit wordt vergroot. Wel valt te concluderen dat het leereffect, de mate van groei, in de eerste jaren van de opdracht significant sterker is. Brooks et al (2011) concludeert echter dat de kwaliteit van een audit tot aan het eind van het 15 e opdracht jaar verbetert en pas na deze periode afneemt. Echter veronderstelt Brooks et al (2011), dat dit opgelost kan worden door blijvende training en evaluatie en niet zozeer door een verplichte kantoorroulatie. Ook naar het argument van de tegenstanders dat er veel specifieke kennis verloren gaat is onderzoek gedaan. 14

15 Romanus et al (2008) heeft namelijk onderzocht wat de relatie is tussen bekwaamheid en de mate van specialisatie in een bepaalde industrie. Bij dit onderzoek zijn er 3 hypotheses opgesteld. Allereerst is een hypothese dat er een negatief verband bestaat tussen auditor specialisatie en de kans op aanpassingen in de financiële cijfers. Dit houdt in dat men veronderstelt dat wanneer een auditor meer gespecialiseerd is in een industrie, er minder aanpassingen achteraf nodig zijn omdat de auditor de materiële fouten zelf ontdekt. De tweede hypothese die Romanus gebruikt is dat er een negatief verband bestaat tussen auditor specialisatie en de waarschijnlijkheid dat er een aanpassing moet plaatsvinden in de financiële kerngegevens van het bedrijf. Deze hypothese kijkt naar het verband tussen de auditor specialisme en het aantal aanpassingen in de core business accountants (operationele accounts) van het bedrijf. Dit onderscheidt wordt gemaakt omdat uit Palmrose(2004) blijkt dat aanpassingen in de core accounts een grotere impact heeft op de maatschappij dan aanpassingen in de niet-core accounts. De laatste hypothese gaat uit dat bij het wisselen van een nonspecialist naar een specialist er een positief verband bestaat met de waarschijnlijkheid dat er aanpassingen plaatsvinden. Hier wordt gekeken naar het effect van een verandering van een accountant en het feit of de nieuwe auditor een materiële fout ontdekt en vervolgens aanpast. Uitgangssituatie is hier wederom dat een meer gespecialiseerde auditor bekwamer is in het opsporen van materieel fouten. Uit dit onderzoek is gebleken dat alle hypotheses bevestigd worden, waardoor er geconcludeerd kan worden dat wanneer een auditor meer specifieke kennis heeft, deze bekwamer is in het opsporen van fouten dan een niet gespecialiseerde. Tevens bevestigd dit onderzoek dat bij een wissel van een specialist naar een niet specialist de kans dat fouten worden ontdekt verkleind, waardoor geconcludeerd kan worden dat de bekwaamheid van een niet specialist lager is (Romanus et al, 2008). Uit eerder besproken onderzoek van O Leary blijkt dat een langere tenure leidt tot meer ervaring en dus meer specialisme. Het onderzoek van Romanus, toont aan dat een wisseling van specialist (lange termijn) naar niet specialist (korte termijn), door het roulatievoorstel, zorgt voor een lagere auditkwaliteit. Een ander gevolg van het verloren gaan van specifieke kennis, is dat de nieuwe partij veel kosten moet maken om deze kennis te vergaren. Het betreft hier vooral kosten voor trainingen, het inhuren van specialisten en minder efficiënt werken. Johnson et al (2002) onderzocht de relatie tussen korte opdrachten, 2 a 3 jaar, en de audit kwaliteit op basis van enquêtes. Hieruit bleek dat er veel meer trainingskosten werden gemaakt. Ook kwam 15

16 hij tot de conclusie dat de audit kwaliteit bij een lange termijn (minimaal 9 jaar) niet ten koste gaat van de kwaliteit. Uit onderzoek van Arrunanda blijkt dat de kosten door de verplichte roulatie kunnen oplopen tot 128% met als gevolg dat auditkantoren minder bereid zijn om zich te gaan specialiseren, waardoor de kans op commodization aanwezig is. Ook de AICPA(2011) bevestigt in een brief aan de PCAOB deze stijgende kosten. Commodization houdt in dat er niet op een specifieke branche wordt gericht, maar men op een algemener niveau blijft. Hierdoor wordt de kwaliteit van de audit aangetast, zoals blijkt uit eerder beschreven dat verdere specialisatie leidt tot een hogere bekwaamheid. Dit zorgt er tevens voor dat auditkantoren minder klanten uit een specifieke branche aanhouden, maar juist heel divers worden. Ook dit gaat ten koste van de kwaliteit want ook het aantal klanten binnen een bepaalde industrie speelt een rol. Uit onderzoek van Francis(2004) blijkt namelijk dat hoe meer klanten in een bepaalde industrie de auditor heeft, des te meer specifieke kennis er aanwezig is. In combinatie met bovenstaande kans op commodization ontstaat het gevaar dat er minder specifieke kennis aanwezig is binnen het auditkantoor, waardoor de bekwaamheid afneemt bij een verplichte kantoorroulatie. Samenvattend kan worden verondersteld dat een verplichte kantoorroulatie er voor zorgt dat er kennis verloren gaat en er minder neiging tot specialisatie is. Ook de ervaring van audit kantoren wordt beperkt. Dit zorgt er voor dat bij een verplichte roulatie de bekwaamheid van een auditor afneemt. Uit het model van Catanach blijkt dat audit kwaliteit niet alleen bestaat uit bekwaamheid, maar ook uit professioneel gedrag. Er moet dan ook worden gekeken naar het effect van een verplichte kantoorroulatie op deze determinant. Professioneel gedrag In deze sectie wordt het effect van verplichte kantoorroulatie op professioneel gedrag besproken. Dit is volgens het model van Catanach de tweede determinant van audit kwaliteit. Een argument van de voorstanders van verplichte roulatie is dat een beperking van de tenure de onafhankelijkheid zou vergroten, waardoor de toegevoegde waarde van de audit, het onafhankelijke oordeel, gewaarborgd blijft. Het gaat in deze situatie vooral om de perceptie van onafhankelijkheid bij de maatschappij oftewel indepence in appearance Ghosh en Moon (2005) hebben de relatie onderzocht tussen audit duur en de verwachting van onafhankelijkheid. Bij de analyse is gekeken naar de verwachtingen van investeerders, onafhankelijke rating bureaus en analisten. Investeerders zien de earnings quality verbeteren, naar mate de relatie tussen de auditor en het bedrijf langer wordt. Ook rating bureaus beschouwen een langere termijn als een hogere mate van 16

17 onafhankelijk.hiermee wordt bedoeld dat de perceptie van onafhankelijkheid groter wordt, naarmate de termijn langer is. Ten slotte werd gekeken naar de analisten, waar ook een positief verband waarneembaar is tussen de perceptie van onafhankelijk en toenemende audit termijn. Dit onderzoek spreekt het argument van de voorstanders tegen, echter krijgen de voorstanders bijval door het onderzoek Dao et al. (2008) die eveneens een onderzoek heeft gedaan naar het verband tussen audit duur en verwachting van onafhankelijkheid. De onderverdeling die de onderzoekers maken is een korte termijn van maximaal 4 jaar, een medium termijn van tussen de 4 en 9 jaar en de lange termijn van 10 jaar of meer. Door het observeren van het stemgedrag van aandeelhouders, die op de algemene vergadering van aandeelhouders mochten stemmen over vervanging van de externe auditor, kwam hij tot de volgende conclusie. Aandeelhouders stemden vooral voor vervanging van de auditor op het moment dat deze de opdracht al geruime tijd uitvoerde. Dit wijst op een negatief verband tussen duur van de audit en onafhankelijkheid. Een mogelijke oorzaak is volgens Dao et al (2008) dat aandeelhouders zich bewuster worden van de onafhankelijkheidskwestie door de media aandacht. Dit verklaart volgens hem ook het verplichte roulatie voorstel. Een onderzoek van Kaplan & Mauldin (2008) ontkracht de conclusie van Dao. In dit onderzoek is onderzocht in hoeverre stakeholders een hogere onafhankelijkheid verwachten als de partnerroulatie zou worden uitgebreid met een verplichte kantoorroulatie. Kaplan voert in zijn onderzoek 2 experimenten uit waarvan het 1 e experiment uitgaat van een periode van 5 jaar en het 2 e experiment van een periode van 26 jaar. Uit beide experimenten volgde een significant resultaat dat stakeholders geen verschil zien tussen de onafhankelijkheid bij partnerroulatie en kantoorroulatie, waardoor de toegevoegde waarde van het kantoorroulatie voorstel in twijfel kan worden getrokken. Feitelijke mutaties in onafhankelijkheid, oftewel independence in fact zijn moeilijk te onderzoeken, omdat verplichte kantoorroulatie nog niet is ingevoerd. In Spanje is er echter wel een periode geweest van verplichte kantoorroulatie. Barbadillo (2009) onderzocht het effect van verplichte kantoorroulatie op onafhankelijkheid. Het rapportage gedrag van firm rotation werd vergeleken met dat van non firm rotation. Uit dit onderzoek bleek dat audit kantoren minder prikkels hebben om reputatie te verbeteren onder verplichte roulatie, wat betekent dat de onafhankelijkheid wordt aangetast. Dit onderzoek concludeert dus dat een verplichte kantoor roulatie een averechtse werking heeft op de kwaliteit van de audit. Ook objectiviteit maakt, zoals eerder besproken, volgens het model van Catanach deel uit van professioneel gedrag. 17

18 Voorstanders vinden een verplichte roulatie noodzakelijk, omdat zij veronderstellen dat naarmate de relatie tussen auditor en cliënt langer duurt, de objectiviteit aangetast wordt. Deze objectiviteit ontstaat volgens hen door de band die tussen de beide partijen ontstaat. Een auditor zou geneigd zijn om de cliënt in bescherming te nemen. Knechel & Vanstraelen (2007) onderzochten dit verband door te kijken naar de going concern opinion. Wanneer een auditor niet meer objectief zou zijn is deze geneigd om minder snel een going concern opinion te geven, aldus de voorstanders van roulatie. Er wordt een onderverdeling gemaakt in de twee soorten fouten die een auditor kan maken, namelijk. De eerste fout die wordt gedefinieerd is het geven van een going concern opinion, terwijl het bedrijf in dat jaar erop niet failliet gaat. De tweede fout is volgens Knechel & Vanstraelen het niet geven van een going concern opinion terwijl het bedrijf in dat jaar erop wel failliet gaat. Er is gekeken naar de relatie tussen het de duur en aantal type 2 fouten, echter was er geen toename van het aantal fouten te zien, waardoor kan worden aangenomen dat de auditor in dit geval objectief blijft, ongeacht de tijdsduur. Dit betekent dat de objectiviteit niet verslechterd naar mate de duur langer wordt, waardoor wederom het nu van een verplichte kantoorroulatie in twijfel kan worden getrokken. Harris (2012) beschrijft in haar onderzoek het onderzoek van Geiger en Raghunandan (2002). Hier wordt aangetoond dat vooral in de eerste jaren van een opdracht auditors de neiging hebben schone verklaringen, voorafgaand aan een faillissement, af geven. Deze bevinding sluit aan bij het onderzoek van Knechel & Vanstraelen. Een verplichte kantoorroulatie lijkt in dit geval het tegenovergestelde effect, namelijk een kwaliteitsverslechtering, te veroorzaken. Een ander argument dat voorstanders aandragen is dat bij een verplichte roulatie een auditor beter let op professional care. Wanneer een auditor namelijk weet dat er vervanging plaats gaat vinden, zal deze kritischer zijn om fouten op te sporen en te rapporteren omdat ze willen voorkomen dat de andere audit firm een materiële fout ontdekt, die zij niet hebben gezien. Dit kan leiden tot imagoschade voor het oude audit bedrijf en dat wil men voorkomen door kritischer en de audit met een hogere professionele zorg uit te voeren (Raiborn, 2006). Ook Imhoff (2003) is van mening dat een auditor kritischer is wanneer de termijn wordt gelimiteerd omdat een ander kantoor feitelijk het werk van de vorige controleert. Voor dit argument zijn echter geen wetenschappelijke bewijzen en berust op veronderstellingen. Tevens wordt dit argument weerlegd door reeds genoemde onderzoeken over bekwaamheid en professioneel gedrag. 18

19 Discussie Uit bovenstaande onderzoeken blijkt dat een verplichte kantoorroulatie niet voor het gewenste effect lijkt te zorgen, namelijk het verbeteren van de audit kwaliteit. Dit wordt bevestigd door een onderzoek van Quick(2012) die een groot aantal onderzoeken aanhaalt in zijn literatuur onderzoek. Hier uit komt voor dat vooral de meeste recente onderzoeken een verplichte kantoorroulatie juist als een verslechtering van audit kwaliteit tot gevolg heeft. Tevens concludeert Quick(2012) dat er te weinig bewijs is dat een verplichte kantoorroulatie effect heeft op de kwaliteit. Dit kan een gevolg zijn van de tegengestelde effecten op de bekwaamheid en de onafhankelijkheid. Zoals ook uit dit literatuuronderzoek blijkt, gaat een langere audit termijn samen met een betere bekwaamheid en meer specifieke kennis, waardoor de audit kwaliteit toe neemt. Ook Velte (2012) concludeert dat een onderbreking van de ervaring en leercurve een negatief effect heeft op de kwaliteit van de audit. Tevens trekt Velte de aanbeveling van de Europese Commissie in twijfel, omdat er slechts gekeken wordt naar de perceptie van onafhankelijkheid waarvoor geen theoretische of empirische onderbouwingen zijn. Ook met betrekking op onafhankelijkheid concludeert Quick dat er geen bewijs is dat een verplichte kantoor roulatie de onafhankelijkheid en daarmee de kwaliteit van een audit verbetert. Ook dit is consistent met de bevindingen in dit literatuur onderzoek, waaruit blijkt dat er twijfel bestaat over de meerwaarde van kantoor roulatie boven partnerroulatie over de perceptie van onafhankelijkheid bij stakeholders. Beperkend in een dergelijk onderzoek is het feit dat er weinig objectief onderzoek beschikbaar is naar het feitelijke effect op onafhankelijkheid. Oorzaak hiervan is dat een verplichte roulatie nog niet is doorgevoerd, waardoor huidige onderzoeken vooral gebaseerd zijn op verwachtingen. Onderzoek uit landen zoals Spanje, waar een kantoor roulatie wel verplicht is geweest tonen wel aan dat dergelijke maatregelen de onafhankelijkheid niet verbetert (Ruiz-Barbadillo,2009). Toch moet naar deze uitkomsten kritisch worden gekeken omdat effecten van een regel per land verschillend kunnen zijn. Dit wordt ondersteund door het onderzoek van Brooks(2012) waar in geconcludeerd wordt dat er geen uniforme termijn gesteld kan worden met betrekking tot duur ten opzichte van kwaliteit, gezien de cultuurverschillen. Een andere typerende bevinding is de steeds terugkomende discussie over verplichte kantoorroulatie, terwijl de meeste wetenschappelijke onderzoeken sceptisch zijn tegenover deze voorstellen. Volgens Quick(2012) komt dit omdat het voorstel alleen kijkt naar het 19

20 verbeteren van onafhankelijkheid en niet naar de factor bekwaamheid. Dit sluit aan bij eerder genoemde determinanten van audit kwaliteit, zoals aan de hand van het model van Catanach(1999) besproken is. Ook het gegeven dat de gedragsregels voor auditors er op wijzen dat er continu moet worden geprobeerd de onafhankelijkheid verder te verbeteren, omdat dit de hoeksteen van de audit professie is zorgt voor de terugkerende discussie (NIVRA). Echter wordt ook benadrukt dat audit kwaliteit bestaat uit verschillende determinanten en er niet alleen naar onafhankelijkheid moet worden gekeken, wat dus wederom aansluit met het model van Catanach. Het voorstel over verplichte kantoor roulatie bespreekt echter alleen de onafhankelijkheid (Groenboek,2011) Vooral na een fraude of economische crisis laait deze discussie op. Een mogelijke oorzaak hiervan zou de verwachtingskloof tussen de maatschappij en de auditor kunnen zijn (Hassink, 2002). Samenvattend geldt dat professioneel gedrag belangrijk is voor de kwaliteit van de audit. Echter bestaat audit kwaliteit uit meerdere determinanten. Een dergelijke verplichte roulatie verbetert volgens voorstanders het professionele gedrag en met name de onafhankelijkheid. Tegenstanders zijn van mening dat dit ten koste gaat van de andere determinant, bekwaamheid, en worden hierbij gesteund door de wetenschap. Een verplichte kantoorroulatie lijkt niet de juiste maatregel om de kwaliteit te verbeteren. Dit blijkt uit onderzoek gedaan naar de relatie tussen duur van de audit en kwaliteit. Echter is een beperking van dit onderzoek dat een kantoor roulatie in Nederland niet verplicht is, waardoor er een gebrek is aan objectieve data en het moeilijk is om een vergelijking te maken tussen beide situaties. 20

21 Conclusie Naar aanleiding van de financiële crisis, die in 2008 uitbrak, is de rol van de auditor onder druk komen te staan. Er werd gekeken hoe de auditor kan bijdragen aan financiële stabiliteit. Als antwoordt hierop heeft de Europese Commissie het Groenboek uitgebracht. In dit Groenboek staan aanbevelingen om de kwaliteit van de audit te verbeteren. Een van de aanbevelingen is een verplichte roulatie van het accountantskantoor na een aantal jaren. Vervolgens is in 2012 in Nederland een amendement ingediend om het kantoor na 8 jaar verplicht te laten rouleren. Er is echter een discussie ontstaan tussen de voor- en tegenstanders van verplichte kantoor roulatie. Een dergelijk voorstel is ook al in 2002 aan bod geweest in de VS, maar is nooit ingevoerd naar aanleiding van een onderzoek uitgevoerd door GAO. De centrale vraag binnen dit onderzoek is dan ook: in hoeverre heeft een verplichte roulatie van accountantskantoor effect op de kwaliteit van een accountantscontrole? Voorstanders zijn van mening dat de kwaliteit van de audit verbetert door toenemende onafhankelijkheid terwijl tegenstanders beweren dat een verplichte kantoorroulatie ten koste gaat van de kwaliteit, omdat de bekwaamheid van een auditor afneemt. Deze tweedeling is niet geheel vreemd, want audit kwaliteit is namelijk geen eenzijdig begrip, maar audit kwaliteit is afhankelijk van een tweetal factoren. Volgens het model van Catanach(1999) zijn dit bekwaamheid en professioneel gedrag, Uit het literatuuronderzoek blijkt dat een verplichte kantoorroulatie ervoor zorgt dat er minder specialisatie plaatsvindt, waardoor er minder kennis aanwezig is. Gezien de positieve relatie tussen kennis en bekwaamheid, heeft een verplichte roulatie een averechtse werking op deze factor, waardoor de kwaliteit van een audit verslechterd. Ook blijkt uit het literatuuronderzoek dat professioneel gedrag niet verbetert door een verplichte kantoorroulatie. Hoewel de gedragsregels van het NIVRA benadrukken dat continue verbetering van de onafhankelijkheid noodzakelijk is voor de professie, toont onderzoek niet aan dat een verplichte roulatie deze onafhankelijkheid verbetert. Ook is er bewijs dat een verplichte kantoorroulatie geen toegevoegde waarde levert boven de partnerroulatie, die al reeds van kracht is. Uit het literatuuronderzoek kan worden geconcludeerd dat een verplichte kantoorroulatie dan ook geen positief effect op de kwaliteit van een audit heeft. Het kan zelfs de audit kwaliteit verslechteren vanwege het negatieve effect op de bekwaamheid. Dit komt omdat er binnen het voorstel alleen gekeken is naar de factor professioneel gedrag, terwijl uit het model van 21

22 Catanach (1999) blijkt dat audit kwaliteit een functie is van bekwaamheid en professioneel gedrag en niet los van elkaar gezien kan worden. Een beperking van dit onderzoek is dat een verplichte kantoorroulatie in Nederland nog niet is ingevoerd, waardoor de vergelijking tussen beide situaties niet mogelijk is. Echter is er wel aangetoond dat een langere tenure niet leidt tot een verslechtering van de audit kwaliteit. Kortom, een verplichte kantoorroulatie lijkt zijn doel te missen. 22

23 Bibliografie: Accountancynieuws. (2012, maart 23). Tweespalt in VS over verplichte roulatie accountantskantoren. Opgeroepen op april 24, 2012, van Accountancynieuws: Accountant. (2011, maart 14). 'Bankiers en accountants VS ontsnappen aan claims wegens financiële crisis'. Opgeroepen op mei 3, 2012, van Accountant: pen+aan+claims.aspx Act, S.-O. (2002). Washington. Arens, A. A., Elder, R. J., & Beasly, M. S. (2012). In Auditing and Assurance Services an intergrated approach (pp ). London: Pearson. Arrunada, B. (1997). Mandatory rotation of company auditors: A critical examination. International Review of Law and Economics, Brooks, Lily Z., Cheng, C.S. Agnes, Johnston, Joseph Atkins and Reichelt, Kenneth John, When Does Audit Quality Start to Decline in Firm Audit Tenure? - An International Analysis (September 25, 2011). Cameran, M., Merlotti, E., & Di Vincenzo, D. (2005, september 1). The audit firm rotation rule: a review of the literature. Opgeroepen op mei 22, 2012, van Social Science Research Network: Catanach, A. H., & Walker, P. L. (1999). The international Debate Over Mandatory Auditor Rotation: A Conceptual Research Framework. Journal of International Accounting,Auditing & Taxation, Dao, M., Mishra, S., & Raghunandan, K. (2008). Auditor Tenure and Shareholder Ratification of the Auditor. Accounting Horizons, DeAngelo, L. E. (1981). Auditor size and audit quality. Journal of Accounting and Economics, Deckers, F., & Kollenburg, J. v. (2002). Elementaire theorie Accountantscontrole. Noordhoff Uitgevers b.v. Eerste Kamer. (2004, juni 22). Wet toezicht accountantsorganisaties. Opgeroepen op mei 23, 2012, van Eerste Kamer: Eerste Kamer. (2011, september 29). Wet op het accountantsberoep. Opgeroepen op mei 21, 2012, van Eerste Kamer: ol=vgh5mt4dsdk1 Fieret, A. (2007, januari 1). Van gevangenis naar speeltuin. de Accountant, p. 20. GAO. (2004). MANDATORY AUDIT FIRM ROTATION. Washington. Ghosh, A., & Moon, D. (2005). Auditor Tenure and Perceptions of Audit Quality. The Accounting Review, Groenboek. (2011). Beleid inzake controle van financiële overzichten: lessen uit de crisis. Brussel. Hassink, H. (2002). Accountants en verwachtingskloof: een onderzoek onder vakbonden. Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, Herrbach, O. (2001). Audit quality, auditor behaviour and the psychological contract. The European Accounting Review, Johnson, V.E., Khurana, I.K. and Reynolds, J.K. (2002), Audit firm tenure and the quality of financial reports, Contemporary Accounting Research, Vol. 19, pp

24 Jones. (2012). Release on Auditor Independence and Audit Firm Rotation. Current Issues in Auditing, C15-C27. Kaplan, S. E., & Mauldin, E. G. (2008). Auditor rotation and the appearance of independence. Journal of Accounting and Public Policy, Knechel, R. W., & Vanstraelen, A. (2007). The Relationship between Auditor Tenure and Audit Quality Implied by Going Concern Opinions. Auditing: A Journal of practice & Theory, Kramer, S. T. (2011). Audit Firm Rotation, Audit Firm Tenure and Earnings Conservatism. International Journal of Business and Management, Libby, R., & Frederick, D. M. (1990). Experience and the ability to explain audit findings. Journal of accounting Research, Nelson, M. (2009). A model and literature review of professional skepticism in auditing. Auditing: a journal of practice and theory, Nivra. (2009, januari 1). Verordening gedragscode (Ra's). Opgeroepen op mei 26, 2012, van Nba: O'Leary, C. (1996). Performance audits: Could they become mandatory for public companies? Managerial Auditing Journal, Palmrose, Z. V., Richardson, V. J., & Scholz, S. (2004). Determinants of market reaction to restatement announcements. Journal of Accounting and Economics, Quick, R. (2012). EC Green Paper Proposals and Audit Quality. Accounting in Europe, Romanus, R. N., Maher, J. J., & Fleming, D. M. (2008). Auditor Industry Specialization, Auditor Changes, and Accounting Restatements. Accounting Horizons, Roos, R. (2004). Roulatie van Accountantskantoor of interne roulatie. Maandblad voor Accountancy en Bedrijfseconomie, Ruiz-Barbadillo, E. (2009). Does Mandatory Audit Firm Rotation Enhance Auditor Independence? Evidence from Spain. A journal of Practice & Theory, Salehi, M. (2009). Audit independence and Expectation Gap: Emperical Evidences from Iran. International Journal of economics and Finance, Velte, P. (2012). External rotation of the auditor. Journal of Management Control,

Verplichte Audit-Firm Rotatie: de effecten op de kwaliteit van de accountantscontrole

Verplichte Audit-Firm Rotatie: de effecten op de kwaliteit van de accountantscontrole Verplichte Audit-Firm Rotatie: de effecten op de kwaliteit van de accountantscontrole Door: Marinka Karsemeijer Collegekaartnummer: 5876699 Datum: 21 juli 2011 Universiteit van Amsterdam (FEB) Supervisor:

Nadere informatie

In hoeverre heeft de grootte van een accountantskantoor invloed op de kwaliteit van een accountantscontrole?

In hoeverre heeft de grootte van een accountantskantoor invloed op de kwaliteit van een accountantscontrole? In hoeverre heeft de grootte van een accountantskantoor invloed op de kwaliteit van een accountantscontrole? Robert van der Vijver 6068731 Bachelorscriptie Accountancy & Control Faculteit Economie & Bedrijfskunde

Nadere informatie

Verplichte accountantskantoor roulatie en het effect op de kwaliteit van de accountantscontrole

Verplichte accountantskantoor roulatie en het effect op de kwaliteit van de accountantscontrole Verplichte accountantskantoor roulatie en het effect op de kwaliteit van de accountantscontrole Naam: Joost Bakker Studentnummer: 6189733 Datum: 25 juni 2012 Versie: Final Universiteit: Universiteit van

Nadere informatie

Zwart, wit of grijs? Een literatuurstudie naar de onafhankelijkheid van de accountant. Carly Former

Zwart, wit of grijs? Een literatuurstudie naar de onafhankelijkheid van de accountant. Carly Former Zwart, wit of grijs? Een literatuurstudie naar de onafhankelijkheid van de accountant Carly Former 0541885 9 juli 2009 Mw. E.A. Duyster-Went RA Bachelor thesis Universiteit van Amsterdam Faculteit Economie

Nadere informatie

Effecten van verplichte roulatie op de onafhankelijkheid van de accountant. Bachelorscriptie en Afstudeerseminar Accountancy en Control 6013B0320

Effecten van verplichte roulatie op de onafhankelijkheid van de accountant. Bachelorscriptie en Afstudeerseminar Accountancy en Control 6013B0320 Effecten van verplichte roulatie op de onafhankelijkheid van de accountant. Bachelorscriptie en Afstudeerseminar Accountancy en Control 6013B0320 Studiejaar 2012/ 2013 Inleverdatum: 3 juli 2013 Versie:

Nadere informatie

Verplichte kantoorroulatie en audit kwaliteit

Verplichte kantoorroulatie en audit kwaliteit Sophie van der Zwet 10108610 Verplichte kantoorroulatie en audit kwaliteit In hoeverre heeft verplichte kantoorroulatie een positieve invloed op de audit kwaliteit? Bachelorscriptie Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

De invloed van het Litigation risk op Audit Kwaliteit

De invloed van het Litigation risk op Audit Kwaliteit De invloed van het Litigation risk op Audit Kwaliteit Bachelor Scriptie Naam: Mandy Zwarthoed Studentnummer: 10003169 Inleverdatum: 2-7-2013 Opleiding: BSc Accountancy & Control Universiteit: Universiteit

Nadere informatie

Concept NBA-handreiking Publicatie kwaliteitsfactoren 17 april 2015

Concept NBA-handreiking Publicatie kwaliteitsfactoren 17 april 2015 Dit document maakt gebruik van bladwijzers. Concept NBA-handreiking 17 april 2015 Consultatieperiode loopt tot 29 mei 2015 Concept NBA-handreiking NBA-handreiking Van toepassing op: xx Onderwerp xx Datum:

Nadere informatie

Kantoorroulatie en de auditkwaliteit

Kantoorroulatie en de auditkwaliteit Kantoorroulatie en de auditkwaliteit Hoe sterk staat de juridische commissie van het Europees Parlement in haar advies over de verplichte kantoorroulatie? Omar Belkasmi SN: 5965462 Faculteit Economie en

Nadere informatie

ISA 610, GEBRUIKMAKEN VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN INTERNE AUDITORS

ISA 610, GEBRUIKMAKEN VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN INTERNE AUDITORS INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 610, GEBRUIKMAKEN VAN DE WERKZAAMHEDEN VAN INTERNE AUDITORS Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2009 in de Engelse taal gepubliceerd door de

Nadere informatie

Leidraad 20 Accountantsrapportage over de bestuurlijke mededeling bij een aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier

Leidraad 20 Accountantsrapportage over de bestuurlijke mededeling bij een aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier Leidraad 20 Accountantsrapportage over de bestuurlijke mededeling bij een aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier Titel Leidraad Accountantsrapportage over de bestuurlijke mededeling bij

Nadere informatie

De onafhankelijkheid van de accountant en het verlenen van nonaudit services: bewijs aan de hand van drie verschillende maatstaven

De onafhankelijkheid van de accountant en het verlenen van nonaudit services: bewijs aan de hand van drie verschillende maatstaven De onafhankelijkheid van de accountant en het verlenen van nonaudit services: bewijs aan de hand van drie verschillende maatstaven Bachelorscriptie Naam: Joris Tanke Studentnummer: 5947448 Bachelor: Economie

Nadere informatie

Tast het verlenen van non-audit diensten naast het verlenen van audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant aan

Tast het verlenen van non-audit diensten naast het verlenen van audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant aan 1 Tast het verlenen van non-audit diensten naast het verlenen van audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant aan Denny Smink 6082637 Definitieve versie 25 Juni 2012 Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Verschillen en overeenkomsten tussen SOx en SAS 70

Verschillen en overeenkomsten tussen SOx en SAS 70 Compact 2007/3 Verschillen en overeenkomsten tussen SOx en SAS 70 Drs. J.H.L. Groosman RE Sinds de bekende boekhoudschandalen is er veel aandacht voor de interne beheersing en goed ondernemingsbestuur,

Nadere informatie

Accountantsprotocol voor de aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier

Accountantsprotocol voor de aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier Copro 16118C Accountantsprotocol voor de aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier Versie 2.0 Amsterdam, 30 november 2016 Inhoudsopgave 1. Algemeen Kader... 3 1.1 Bestuurlijke mededeling...

Nadere informatie

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2016 van Lavide Holding N.V. te Alkmaar gecontroleerd.

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2016 van Lavide Holding N.V. te Alkmaar gecontroleerd. Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V. Grant Thornton Accountants en Adviseurs B.V. De Passage 150 Postbus 71003 1008 BA Amsterdam T 088-676 90 00 F 088-676 90 10

Nadere informatie

Prof dr Philip Wallage 2 JUNI 2010 AMSTERDAM SEMINAR EUMEDION, NIVRA EN VBA

Prof dr Philip Wallage 2 JUNI 2010 AMSTERDAM SEMINAR EUMEDION, NIVRA EN VBA Wat is de feitelijke rol van de accountant ten aanzien van het jaarverslag en elders opgenomen niet financiële informatie? In hoeverre matcht deze rol met de verwachtingen van beleggers? Prof dr Philip

Nadere informatie

Accountants BERK CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT. A. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening 2017

Accountants BERK CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT. A. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening 2017 Aan het bestuur van Recreatieschap Stichtse Groenlanden Baker Tilly Berk N.V. Papendorpseweg 99 Postbus 85007 3508 AA Utrecht T: +31 (0)30 258 70 00 F: +31 (0)30 254 45 77 E: utrecht@bakertillyberk.nl

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de directie en het bestuur van Stichting Femi Foundation to Earth, Mankind through Inspiratio

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de directie en het bestuur van Stichting Femi Foundation to Earth, Mankind through Inspiratio CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de directie en het bestuur van Stichting Femi Foundation to Earth, Mankind through Inspiration and Initiative. A. Verklaring over de in het jaarverslag

Nadere informatie

Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V.

Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V. Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V. Grant Thornton Accountants en Adviseurs B.V. De Passage 150 Postbus 71003 1008 BA Amsterdam T 088-676 90 00 F 088-676 90 10

Nadere informatie

Samenvattend auditrapport

Samenvattend auditrapport r?' m Auditdienst Rijk Ministerie van Financiën Samenvattend auditrapport I u fonds (A) IM xi' ".r r' rri Samenvattend auditrapport 2016 Infrastructuurfonds (A) 15 maart 2017 Kenmerk 2017-0000036092 Inlichtingen

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Steun Goois Natuurreservaat A. Verklaring over de jaarrekening 2017

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Steun Goois Natuurreservaat A. Verklaring over de jaarrekening 2017 CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Steun Goois Natuurreservaat A. Verklaring over de jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2017 van Stichting

Nadere informatie

JAN CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT *136076* Aan: de aandeelhouder van Scotch Whisky International B.V. A. Verklaring over de in het jaarrapport opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel

Nadere informatie

Het beperken van de duur van de aanstelling van een accountant, en het effect daarvan op de kwaliteit van de accountantscontrole

Het beperken van de duur van de aanstelling van een accountant, en het effect daarvan op de kwaliteit van de accountantscontrole Het beperken van de duur van de aanstelling van een accountant, en het effect daarvan op de kwaliteit van de accountantscontrole Inge van Maanen 5603471 Bachelorscriptie 10 ECTS Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Wim Eysink Deloitte IIA Raad van Advies. Voorstellen herziene Corporate Governance Code

Wim Eysink Deloitte IIA Raad van Advies. Voorstellen herziene Corporate Governance Code Wim Eysink Deloitte IIA Raad van Advies Voorstellen herziene Corporate Governance Code De voorstelllen voor de nieuwe corporate governance code Compliance versus impact Zeist, 8 juni 2016 Commissie Peters

Nadere informatie

A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017

A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan de Raad van Beheer van de Stichting voor Protestants Christelijk Onderwijs voor Meppel e.o. A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 Ons

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de raad van gemeente Haarlem Verklaring over de jaarrekening 2018 Ons oordeel Naar ons oordeel: geeft de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening

Nadere informatie

JAN. Aan: het bestuur van het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (Vereniging NIVON) te Amsterdam

JAN. Aan: het bestuur van het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (Vereniging NIVON) te Amsterdam CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (Vereniging NIVON) te Amsterdam A. Verklaring over de in het

Nadere informatie

De accountant en het bestuursverslag Visie NBA Young Profs

De accountant en het bestuursverslag Visie NBA Young Profs De accountant en het bestuursverslag Visie NBA Young Profs Aanleiding Op 13 november 2015 publiceerde de NBA haar consultatiedocument De accountant en het bestuursverslag: Verder kijken dan de jaarrekening.

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de gemeenteraad van de gemeente Utrecht A. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening

Nadere informatie

II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING

II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING 2. VERSTEVIGING VAN RISICOMANAGEMENT Van belang is een goed samenspel tussen het bestuur, de raad van commissarissen en de auditcommissie, evenals goede communicatie met

Nadere informatie

De onafhankelijkheid van een accountant, verplichte kantoorroulatie en scheiding van audit en nonauditdiensten.

De onafhankelijkheid van een accountant, verplichte kantoorroulatie en scheiding van audit en nonauditdiensten. De onafhankelijkheid van een accountant, verplichte kantoorroulatie en scheiding van audit en nonauditdiensten. Name: Amel Guediche Student-ID: 6041701 Thesis: BSc Economie en Bedrijfskunde - Accountancy

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Jaarr ekeni ng 31 december 2018 1 januari 2018 Gemeente U den Control e Goedkeurend 31011325A005 KVK Kvk Nummer uit DB (nog te doen) Create SBR Extensi on 1.0 Eindhoven 30 mei 2019 Controleverklaring van

Nadere informatie

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2017 van Samenwerkingsstichting Kans & Kleur gecontroleerd.

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2017 van Samenwerkingsstichting Kans & Kleur gecontroleerd. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Toezicht Samenwerkingsstichting Kans & Kleur A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben

Nadere informatie

Accountantsverslag 2012

Accountantsverslag 2012 pwc I Accountantsverslag 2012 Permar Energiek B.V. 24 mei 2013 pwc Permar Energiek B.V. T.a.v. de Raad van Commissarissen en de Directie Horaplantsoen 2 6717LT Ede 24 mei 2013 Referentie: 31024B74/DvB/e0291532/zm

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het algemeen bestuur van Waterschap Vechtstromen A. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i Aan: de aandeelhouders en de raad van commissarissen van... (naam entiteit(en)) A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 201X

Nadere informatie

T: +31 (0)30 284 98 00 E: utrecht@bdo.nl www.bdo.nl BDO Audit & Assurance B.V. Postbus 4053, 3502 HB Utrecht Van Deventerlaan 101, 3528 AG Utrecht Nederland Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Gooisch Natuurreservaat A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2016 Ons oordeel Wij hebben de

Nadere informatie

De invloed van de aanwezigheid van een audit committee op de kwaliteit van de jaarrekening

De invloed van de aanwezigheid van een audit committee op de kwaliteit van de jaarrekening De invloed van de aanwezigheid van een audit committee op de kwaliteit van de jaarrekening Bachelorscriptie - BSc Accountancy & Control Kevin Wanschers 10411305 Definitieve versie 29 juni 2015 Begeleider

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van accountants binnen de EU

Aansprakelijkheid van accountants binnen de EU Aansprakelijkheid van accountants binnen de EU Commentaar NIVRA op EU Consultatie, maart 2007 Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants Inleiding De laatste jaren wordt veel gediscussieerd

Nadere informatie

ISA 700, HET VORMEN VAN EEN OORDEEL EN HET RAPPORTEREN OVER FINANCIËLE OVERZICHTEN

ISA 700, HET VORMEN VAN EEN OORDEEL EN HET RAPPORTEREN OVER FINANCIËLE OVERZICHTEN INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 700, HET VORMEN VAN EEN OORDEEL EN HET RAPPORTEREN OVER FINANCIËLE OVERZICHTEN Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2009 in de Engelse taal gepubliceerd

Nadere informatie

Kwaliteitsverschil audit grote en middelgrote accountantskantoren. Bachelorscriptie Tamara Heuyerjans Studentnummer: 6048986

Kwaliteitsverschil audit grote en middelgrote accountantskantoren. Bachelorscriptie Tamara Heuyerjans Studentnummer: 6048986 Kwaliteitsverschil audit grote en middelgrote accountantskantoren Bachelorscriptie Naam: Tamara Heuyerjans Studentnummer: 6048986 Docent : Dhr. R. van Loon Opleiding: Bedrijfseconomie variant Accountancy

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Gooisch Natuurreservaat A. Verklaring over de in het jaarverslag op

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Gooisch Natuurreservaat A. Verklaring over de in het jaarverslag op CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Gooisch Natuurreservaat A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 B. Ons oordeel Wij hebben

Nadere informatie

Gezien de commentaren ontvangen op deze openbare raadpleging;

Gezien de commentaren ontvangen op deze openbare raadpleging; Ontwerp van norm inzake de toepassing van de nieuwe en herziene Internationale controlestandaarden (ISA s) in België en tot vervanging van de norm van 10 november 2009 inzake de toepassing van de ISA s

Nadere informatie

ISA 710, TER VERGELIJKING OPGENOMEN INFORMATIE - OVEREENKOMSTIGE CIJFERS EN VERGELIJKENDE FINANCIELE OVERZICHTEN

ISA 710, TER VERGELIJKING OPGENOMEN INFORMATIE - OVEREENKOMSTIGE CIJFERS EN VERGELIJKENDE FINANCIELE OVERZICHTEN INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 710, TER VERGELIJKING OPGENOMEN INFORMATIE - OVEREENKOMSTIGE CIJFERS EN VERGELIJKENDE FINANCIELE OVERZICHTEN Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd

Nadere informatie

Meer in detail besteden we aandacht aan de volgende onderwerpen.

Meer in detail besteden we aandacht aan de volgende onderwerpen. Introductie Het ACB heeft met interesse kennis genomen van het greenpaper: De definitie van audit kwaliteit. Wij vinden dat het nadenken over hoe controlekwaliteit gedefinieerd moet worden belangrijk,

Nadere informatie

ISA 510, INITIËLE CONTROLEOPDRACHTEN - BEGINSALDI

ISA 510, INITIËLE CONTROLEOPDRACHTEN - BEGINSALDI INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 510, INITIËLE CONTROLEOPDRACHTEN - BEGINSALDI Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2009 in de Engelse taal gepubliceerd door de International

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur en raad van commissarissen van Stichting FC Eindhoven A. Verklaring over de in he

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur en raad van commissarissen van Stichting FC Eindhoven A. Verklaring over de in he CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur en raad van commissarissen van Stichting FC Eindhoven A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017/2018 Ons

Nadere informatie

Controleverklaringen. Nieuwe stijl, heldere taal

Controleverklaringen. Nieuwe stijl, heldere taal Controleverklaringen Nieuwe stijl, heldere taal NIVRA-NOvAA 2010 Disclaimer Het NIVRA en de NOvAA hebben zich ten doel gesteld voor een zo betrouwbaar mogelijke uitgave te zorgen. Niettemin zijn het NIVRA

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Deloitte Accountants B.V. Sophialaan 24-26 8911 AE Leeuwarden Postbus 826 8901 BP Leeuwarden Nederland Tel: 088 288 2888 Fax: 088 288 9877 www.deloitte.nl Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Nadere informatie

ISA 320, MATERIALITEIT BIJ DE PLANNING EN UITVOERING VAN EEN CONTROLE

ISA 320, MATERIALITEIT BIJ DE PLANNING EN UITVOERING VAN EEN CONTROLE INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 320, MATERIALITEIT BIJ DE PLANNING EN UITVOERING VAN EEN CONTROLE Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2009 in de Engelse taal gepubliceerd door

Nadere informatie

Alternatieve financiële prestatie-indicatoren. Toezicht Kwaliteit Accountantscontrole & Verslaggeving

Alternatieve financiële prestatie-indicatoren. Toezicht Kwaliteit Accountantscontrole & Verslaggeving Alternatieve financiële prestatie-indicatoren Toezicht Kwaliteit Accountantscontrole & Verslaggeving April 2014 Inhoudsopgave 1 Conclusie en samenvatting 4 2 Doelstellingen, onderzoeksopzet en definiëring

Nadere informatie

1a Leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking bedragen x 1 T.Keulen M.C. Spies Functiegegevens Voorzitter CvB Lid CvB Aanvang en einde fun

1a Leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking bedragen x 1 T.Keulen M.C. Spies Functiegegevens Voorzitter CvB Lid CvB Aanvang en einde fun 1a Leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking bedragen x 1 T.Keulen M.C. Spies Functiegegevens Voorzitter CvB Lid CvB Aanvang en einde functievervulling 2018 1/1-31/12 1/1-31/12 Omvang dienstverband

Nadere informatie

Carmen Vorst Amsterdam, 1 juli, Bachelor scriptie. Begeleiding: Helena Kloosterman. Academisch jaar: Semester 2, Blok 3

Carmen Vorst Amsterdam, 1 juli, Bachelor scriptie. Begeleiding: Helena Kloosterman. Academisch jaar: Semester 2, Blok 3 In hoeverre tast het verlenen van non-audit services de onafhankelijkheid van de accountants aan? Een overzicht van literatuur over onafhankelijkheid in schijn en in feite van accountants. Carmen Vorst

Nadere informatie

Audit Quality. Heeft diversiteit tussen mannen en vrouwen invloed op de kwaliteit van de audit?

Audit Quality. Heeft diversiteit tussen mannen en vrouwen invloed op de kwaliteit van de audit? Audit Quality Heeft diversiteit tussen mannen en vrouwen invloed op de kwaliteit van de audit? Fleur Birnie 10059652 1 Juli 2013 Eerste versie Bachelor Economie en Bedrijfskunde Richting Accountancy &

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de Raad van Toezicht van Stichting Filmtheater t Hoogt A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben

Nadere informatie

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? - Geplaatst in VISUS 4-2017 - EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? Om de verschillen tussen de kennis uit het laatste wetenschappelijk bewijs en de klinische praktijk kleiner te maken is de afgelopen

Nadere informatie

Audit kwaliteit door de proxy earnings

Audit kwaliteit door de proxy earnings Audit kwaliteit door de proxy earnings Een analyse of earnings een juiste proxy is om audit kwaliteit te meten M.W. Blokdijk 10214534 30 Juni 2014, V1 BSc Accountancy and Control University of Amsterdam

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Toezicht van De Nederlandse Hartstichting Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening Wij vinden dat

Nadere informatie

Wat is de relatie tussen accountantscontrole en advies? Een overzicht van de bestaande literatuur.

Wat is de relatie tussen accountantscontrole en advies? Een overzicht van de bestaande literatuur. Wat is de relatie tussen accountantscontrole en advies? Een overzicht van de bestaande literatuur. Jan Bouwens 1 Professor of accounting at Cambridge University, Judge Business School en Managing director

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de Gemeente Delft en de Raad van Commissarissen van Werkse! Verklaring over de jaarrekening 2016 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2016 van

Nadere informatie

ISA 710, Ter vergelijking opgenomen informatie overeenkomstige cijfers en vergelijkende financiële overzichten.

ISA 710, Ter vergelijking opgenomen informatie overeenkomstige cijfers en vergelijkende financiële overzichten. INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 710, Ter vergelijking opgenomen informatie overeenkomstige cijfers en vergelijkende financiële overzichten. Copyright IFAC Deze Internationale controlestandaard

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan de Raad van Toezicht en het Bestuur van Stichting STBN A. Verklaring over de in het jaarversla

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan de Raad van Toezicht en het Bestuur van Stichting STBN A. Verklaring over de in het jaarversla CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan de Raad van Toezicht en het Bestuur van Stichting STBN A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben

Nadere informatie

Het assurance-raamwerk De accountant en het verstrekken van zekerheid

Het assurance-raamwerk De accountant en het verstrekken van zekerheid Het assurance-raamwerk De accountant en het verstrekken van zekerheid Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Het begrip assurance en maatschappelijke ontwikkelingen

Nadere informatie

INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA)

INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 706, PARAGRAFEN TER BENADRUKKING VAN BEPAALDE AANGELEGENHEDEN EN PARAGRAFEN INZAKE OVERIGE AANGELEGENHEDEN IN DE CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE AUDITOR

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de algemene vergadering van Nederlandse Waterschapsbank N.V. Verklaring over de jaarrekening 2014 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2014 van

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van de Vereniging Per Saldo Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarr

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van de Vereniging Per Saldo Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarr CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van de Vereniging Per Saldo Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2018 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening

Nadere informatie

Audit Assurance bij het Applicatiepakket Interne Modellen Solvency II

Audit Assurance bij het Applicatiepakket Interne Modellen Solvency II Confidentieel 1 Audit Assurance bij het Applicatiepakket Interne Modellen Solvency II 1 Inleiding Instellingen die op grond van art. 112, 230 of 231 van de Solvency II richtlijn (richtlijn 2009/139/EC)

Nadere informatie

Accountants Belastingadviseurs bezoekadres Van Elmptstraat 14 9723 ZL Groningen postbus Postbus 174 9700 AD Groningen telefoon 050-3166966 fax 050-3138180 e-mail groningen@jonglaan.nl internet www.jonglaan.nl

Nadere informatie

CONSULTATIE GREEN PAPER DE DEFINITIE VAN AUDIT KWALITEIT. Herman van Brenk MSc RA Dr. Joost van Buuren RA Drs. Remko Renes RA Drs. Marlies de Vries RA

CONSULTATIE GREEN PAPER DE DEFINITIE VAN AUDIT KWALITEIT. Herman van Brenk MSc RA Dr. Joost van Buuren RA Drs. Remko Renes RA Drs. Marlies de Vries RA CONSULTATIE GREEN PAPER DE DEFINITIE VAN AUDIT KWALITEIT Herman van Brenk MSc RA Dr. Joost van Buuren RA Drs. Remko Renes RA Drs. Marlies de Vries RA Nyenrode Business Universiteit September 2017 Inleiding

Nadere informatie

Praktijkhandreiking 1115 Aanpassing van het oordeel in de controleverklaring bij materiële tekortkomingen in de toelichting op de jaarrekening

Praktijkhandreiking 1115 Aanpassing van het oordeel in de controleverklaring bij materiële tekortkomingen in de toelichting op de jaarrekening Praktijkhandreiking 1115 Aanpassing van het oordeel in de controleverklaring bij materiële tekortkomingen in de toelichting op de jaarrekening NIVRA en NOvAA gebruiken de merknaam NBA (Nederlandse Beroepsorganisatie

Nadere informatie

Dit document maakt gebruik van bladwijzers.

Dit document maakt gebruik van bladwijzers. Dit document maakt gebruik van bladwijzers. NBA-handreiking 1138 21-11-2017 NBA-handreiking 1138 NBA-handreiking 1138 Van toepassing op: Onderwerp: Vraag en antwoord Datum: 21 november 2017 Status: NBA-handreiking,

Nadere informatie

De controle van de groepsjaarrekening

De controle van de groepsjaarrekening De controle van de groepsjaarrekening Frans de Groot en Victor Valckx, Assurance Organisaties reageren steeds sneller met overnames, herstructureringen, reorganisaties en internationalisering op de dynamische

Nadere informatie

INHOUD. Alleen voor identificatiedoeleinden RSM Nederland Risk Advisory Services B.V. 26 april 2018 w.g. M. Hommes RE

INHOUD. Alleen voor identificatiedoeleinden RSM Nederland Risk Advisory Services B.V. 26 april 2018 w.g. M. Hommes RE Rapportage ENSIA Aan : Gemeente Olst- Wijhe College van B&W Van : M. Hommes Datum : Betreft : Collegeverklaring gemeente Olst- Wijhe d.d. 24 april 2018 INHOUD 1 Conclusie... 3 2 Basis voor de conclusie...

Nadere informatie

Controleprotocol provincie Utrecht

Controleprotocol provincie Utrecht Controleprotocol provincie Utrecht Controleprotocol voor de accountantscontrole bij door de provincie Utrecht gesubsidieerde instellingen Januari 2010 Controleprotocol provincie Utrecht 1 van 7 Controleprotocol

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting FCB Dienstverlenen in Arbeidsmarktvraagstukken A. Verklaring over d

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting FCB Dienstverlenen in Arbeidsmarktvraagstukken A. Verklaring over d CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting FCB Dienstverlenen in Arbeidsmarktvraagstukken A. Verklaring over de in het financieel jaarrapport opgenomen jaarrekening

Nadere informatie

ISAE 3400, Onderzoek van toekomstgerichte financiële informatie. Copyright IFAC (volgens IFAC Overeenkomst van 12 maart 2019)

ISAE 3400, Onderzoek van toekomstgerichte financiële informatie. Copyright IFAC (volgens IFAC Overeenkomst van 12 maart 2019) INTERNATIONAL STANDARD ON ASSURANCE ENGAGEMENTS (ISAE) ISAE 3400, Onderzoek van toekomstgerichte financiële informatie Copyright IFAC (volgens IFAC Overeenkomst van 12 maart 2019) Deze Internationale standaard

Nadere informatie

Verplichte kantoorroulatie en de kwaliteit van de audit

Verplichte kantoorroulatie en de kwaliteit van de audit Verplichte kantoorroulatie en de kwaliteit van de audit Bachelorscriptie en Afstudeerseminar Accountancy & Control (6013B0320) Studiejaar 2013/2014 Naam: Cindy Lie Studentnummer: 10183256 Datum: 30 juni

Nadere informatie

Een andere blik op fraude en integriteit: zicht op geld- en goederenstromen

Een andere blik op fraude en integriteit: zicht op geld- en goederenstromen Een andere blik op fraude en integriteit: zicht op geld- en goederenstromen Hans Schoolderman Building trust in food Food Supply and Integrity Services October 2015 VMT congres, 13 oktober Hans Schoolderman

Nadere informatie

Accountants Belastingadviseurs adres Van Elmptstraat 14 9723 ZL Groningen telefoon 050-3166966 e-mail groningen@jonglaan.nl internet www.jonglaan.nl Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Nadere informatie

ISA 505, EXTERNE BEVESTIGINGEN

ISA 505, EXTERNE BEVESTIGINGEN INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 505, EXTERNE BEVESTIGINGEN Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2009 in de Engelse taal gepubliceerd door de International Auditing and Assurance

Nadere informatie

Controleprotocol verantwoording van subsidies vanaf ,- provincie Utrecht mei 2017

Controleprotocol verantwoording van subsidies vanaf ,- provincie Utrecht mei 2017 Controleprotocol verantwoording van subsidies vanaf 125.000,- provincie Utrecht mei 2017 Dit protocol vormt een uitwerking van artikel 23 lid 2, van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht (Asv).

Nadere informatie

INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 505, Externe bevestigingen. Copyright IFAC

INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 505, Externe bevestigingen. Copyright IFAC INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 505, Externe bevestigingen Copyright IFAC Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2015 in de Engelse taal gepubliceerd door de International Auditing

Nadere informatie

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN INHOUDSOPGAVE Paragrafen Inleiding... 1-4 Relevant orgaan... 5-10 Te communiceren controle-aangelegenheden

Nadere informatie

Dit document maakt gebruik van bladwijzers

Dit document maakt gebruik van bladwijzers Dit document maakt gebruik van bladwijzers NBA-handreiking 1135 4 maart 2016 NBA-handreiking 1135 NBA-handreiking 1135: Van toepassing op: Accountantsorganisaties met een oob vergunning Onderwerp Toelichten

Nadere informatie

Een nieuwe rol voor het auditcomité en een aangepast audit rapport

Een nieuwe rol voor het auditcomité en een aangepast audit rapport Een nieuwe rol voor het auditcomité en een aangepast audit rapport Jean-François CATS Inhoud van de uiteenzetting Nieuwe opdrachten van het auditcomité ingevoerd door de Audit Directieve en het Audit Reglement

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan de raad van toezicht van Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs Paul Krugerweg 44 38

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan de raad van toezicht van Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs Paul Krugerweg 44 38 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan de raad van toezicht van Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs Paul Krugerweg 44 3851 ZJ ERMELO A. Verklaring over de in het jaarverslag

Nadere informatie

Het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants

Het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants Het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants Bachelorscriptie Definitieve versie Naam: Hidde Wyngaard Studentnummer: 6074340 Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

ISA 320, Materialiteit bij de planning en uitvoering van een controle

ISA 320, Materialiteit bij de planning en uitvoering van een controle INTERNATIONAL STANDARD ON AUDITING (ISA) ISA 320, Materialiteit bij de planning en uitvoering van een controle Copyright IFAC Deze Internationale controlestandaard (ISA) werd in 2015 in de Engelse taal

Nadere informatie

Achtergrond en Probleemstelling

Achtergrond en Probleemstelling 142 Achtergrond en Probleemstelling Dit proefschrift onderzoekt hoe de kwaliteit van accountantscontroles van financiële verantwoordingen verband houden met de gereguleerde context waarin die controles

Nadere informatie

Commissie juridische zaken ONTWERPVERSLAG. over het beleid inzake controle van financiële overzichten: lessen uit de crisis (2011/2037(INI))

Commissie juridische zaken ONTWERPVERSLAG. over het beleid inzake controle van financiële overzichten: lessen uit de crisis (2011/2037(INI)) EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie juridische zaken 2011/2037(INI) 2.3.2011 ONTWERPVERSLAG over het beleid inzake controle van financiële overzichten: lessen uit de crisis (2011/2037(INI)) Commissie

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Tilburgs Ondernemingsfonds (TOF) A. Verklaring over de in het jaarv

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Tilburgs Ondernemingsfonds (TOF) A. Verklaring over de in het jaarv CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Tilburgs Ondernemingsfonds (TOF) A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij

Nadere informatie

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 550 VERBONDEN PARTIJEN

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 550 VERBONDEN PARTIJEN INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 550 VERBONDEN PARTIJEN INHOUDSOPGAVE Paragrafen Inleiding... 1-6 Bestaan en toelichting van verbonden partijen... 7-8 Transacties tussen verbonden partijen... 9-12 Onderzoek

Nadere informatie

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 610 HET IN AANMERKING NEMEN VAN DE INTERNE AUDITWERKZAAMHEDEN

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 610 HET IN AANMERKING NEMEN VAN DE INTERNE AUDITWERKZAAMHEDEN INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 610 HET IN AANMERKING NEMEN VAN DE INTERNE AUDITWERKZAAMHEDEN INHOUDSOPGAVE Paragrafen Inleiding... 1-4 Reikwijdte en doelstellingen van de interne audit... 5 Verhouding

Nadere informatie

Meer aandacht voor het bestuursverslag in de controleverklaring

Meer aandacht voor het bestuursverslag in de controleverklaring Januari 2017 Meer aandacht voor het bestuursverslag in de controleverklaring De accountant rapporteert over materiële onjuistheden De leden van de Koninklijke NBA vormen een brede, pluriforme beroepsgroep

Nadere informatie

Accountantsprotocol voor de aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier

Accountantsprotocol voor de aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier Copro 18021D Accountantsprotocol voor de aanvraag van het predicaat Koninklijk en Hofleverancier Versie 3.0 Juli 2018 Inhoudsopgave 1. Algemeen Kader... 3 1.1 Bestuurlijke mededeling... 3 1.2 Rapportage

Nadere informatie

Jaarrekening Patijnenburg 2016

Jaarrekening Patijnenburg 2016 Jaarrekening Patijnenburg 2016 CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Patijnenburg Verklaring over de in het jaarverslag

Nadere informatie

Doorlopende tekst van Verordening gedrags- en beroepsregels (VGBA) uitgaande van aanvaarding van door het bestuur ingediende amendementen 1

Doorlopende tekst van Verordening gedrags- en beroepsregels (VGBA) uitgaande van aanvaarding van door het bestuur ingediende amendementen 1 Doorlopende tekst van Verordening gedrags- en beroepsregels (VGBA) uitgaande van aanvaarding van door het bestuur ingediende amendementen 1 2 december 2013 1 De hiernavolgende tekst van VGBA geeft de tekst

Nadere informatie

Controleprotocol subsidie Vervoersautoriteit MRDH - Openbaar Vervoer, concessie Bus -

Controleprotocol subsidie Vervoersautoriteit MRDH - Openbaar Vervoer, concessie Bus - Controleprotocol subsidie Vervoersautoriteit MRDH - Openbaar Vervoer, concessie Bus - 1. Inleiding 1.1 Dit protocol heeft betrekking op de controle van de door de subsidieontvanger af te leggen verantwoording

Nadere informatie