Het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants"

Transcriptie

1 Het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants Bachelorscriptie Definitieve versie Naam: Hidde Wyngaard Studentnummer: Scriptiebegeleider: Dr. R. Boomsma Inleverdatum: 21 Juli 2013 Universiteit van Amsterdam Faculteit Economie & Bedrijfskunde Studierichting: BSc Accountancy & Control

2 Abstract De laatste jaren wordt er steeds meer kritiek geuit op het handelen van accountants. Ze zouden niet onafhankelijk genoeg zijn en teveel in het belang van klanten werken. Daarom is er in januari 2013 een wet ingevoerd waarin het voor accountants verboden wordt om zowel non-audit diensten als audit diensten te verlenen aan dezelfde klant. Deze wet is ingevoerd met het doel om de onafhankelijkheid van de accountants te vergroten. In deze scriptie wordt onderzocht wat het mogelijke effect is van het leveren van non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant bij het leveren van controlewerkzaamheden. Dit is onderzocht aan de hand van een literatuuronderzoek. Hierin wordt het mogelijke effect van non-audit activiteiten op de onafhankelijkheid van de accountant op verschillende manieren gemeten. Ten eerste wordt de invloed van non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant gemeten op basis van resultaatsturing. Vervolgens is de invloed van non-audit diensten gemeten op basis van het type verklaring dat de accountant afgeeft. Tenslotte is de invloed van non-audit diensten gemeten op basis van experimenteel onderzoek. Uit het literatuuronderzoek blijkt dat er geen eenduidig beeld naar voren komt over het effect op de onafhankelijkheid van de accountant als de audit en non-audit diensten worden gescheiden. Dit laat onverlet dat het ook noodzakelijk is dat er nog vervolgonderzoek wordt gedaan naar andere risico s die de onafhankelijkheid van de accountant kunnen aantasten. 2

3 Inhoudsopgave Pagina: Hoofdstuk 1: Inleiding 4 Hoofdstuk 2: Achtergrondinformatie De accountantscontrole en de accountantsverklaring Agency theorie Belang accountantscontrole Probleem met onafhankelijkheid Conclusie agency theorie Onafhankelijkheid Onafhankelijkheid in wezen en in schijn Bedreiging van de onafhankelijkheid Onafhankelijkheid in de wet- en regelgeving Conclusie Onafhankelijkheid 14 Hoofdstuk 3: Literatuuronderzoek Meetbaarheid onafhankelijkheid Resultaatsturing Type accountantsverklaring Experimenteel onderzoek 25 Hoofdstuk 4: Discussie 28 Hoofdstuk 5: Conclusie 30 Referenties 33 3

4 1. Inleiding Accountants zijn de laatste jaren vaak negatief in het nieuws geweest (Colbert e.a., 2008, p.115). Bij verschillende schandalen en fraudezaken waren vaak de accountants betrokken (Kinney Jr. e.a., 2004, p.563). Een van de bekendste voorbeelden is de fraudezaak bij Enron, waar grote verliezen verborgen werden gehouden door middel van schimmige constructies. De accountants werden hier mede verantwoordelijk voor gehouden (Healy & Palepu, 2003, p.12). Door dit vele negatieve nieuws is het vertrouwen in accountants afgenomen. Bovendien zouden accountants niet meer onafhankelijk genoeg zijn. Accountants zijn belangrijk voor de samenleving (Bindenga, 2000), want er vertrouwen immers veel mensen en instanties blindelings op een accountantsverklaring. Echter, deze belangrijke rol voor de samenleving kan de accountant alleen vervullen als er genoeg vertrouwen is. Dit is namelijk van groot belang voor goed werkende financiële markten (DeFond e.a., 2002, p.1247). Het vertrouwen kunnen accountants winnen en behouden door te laten zien dat ze betrouwbaar en onafhankelijk te zijn. De onafhankelijkheid van accountants staat de laatste jaren ter discussie (Colbert e.a., 2008, p.115). Het accountantsberoep is veranderd. Oorspronkelijk waren accountants er om te controleren, tegenwoordig hebben accountants echter veel meer taken dan controleren, en adviseren ze hun klanten ook veel. Naar aanleiding hiervan zijn er verschillende wetsvoorstellen gedaan in 2012, om de onafhankelijkheid van accountants te waarborgen (Eerste Kamer, 2012, p.19). In februari 2012 is door de Tweede Kamer een wetsvoorstel met wijzigingen in het accountantsberoep aangenomen. In december 2012 is dit wetsvoorstel ook door de Eerste Kamer aangenomen. In dit wetsvoorstel waren twee amendementen opgenomen. Het eerste amendement was gericht op de roulatie van accountants, het tweede amendement was gericht op de scheiding tussen audit en non-audit diensten. Per 1 januari 2013 is het tweede amendement ook daadwerkelijk ingevoerd. In deze scriptie zal daarom verder worden ingegaan op dit amendement. Het tweede amendement is gericht op de scheiding tussen audit en non- 4

5 audit diensten. Het amendement luidt: De accountantsorganisatie die wettelijke controles verricht bij een organisatie van openbaar belang, verricht naast controlediensten geen andere werkzaamheden voor die organisatie (Eerste kamer, 2012, p.19). Een organisatie van openbaar belang (OOB) kan volgens de Wet Toezicht Accountantsorganisaties (WTA) worden gezien als een in Nederland gevestigde NV, verzekeraar, kredietinstelling of speciaal aangewezen onderneming (Autoriteit Financiële Markten, 2006, p.4). In deze scriptie zal het effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant worden onderzocht. De onderzoeksvraag luidt dan ook: Wat is het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants bij het leveren van controlewerkzaamheden? Er is al regelmatig onderzoek gedaan naar de invloed van non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant bij het uitvoeren van controle werkzaamheden. In deze scriptie zal vanuit drie invalshoeken naar de onafhankelijkheid worden gekeken, namelijk door te kijken naar resultaatsturing, het type verklaring dat is afgegeven door de accountants en door te kijken naar experimenteel onderzoek. Frankel e.a. (2002) hebben onderzoek gedaan naar de onafhankelijkheid van de accountant door middel van het kijken naar resultaatsturing, en concluderen dat het leveren van non-audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant kan aantasten. Ook Ashbaugh e.a. (2003) hebben dit onderzoek uitgevoerd, maar ze kwamen echter tot een andere conclusie. Chung & Kallapur (2003) en Reynolds & Francis (2001) sluiten zich aan bij deze bevindingen van Ashbaugh e.a. (2003). Defond e.a. (2002) hebben onderzoek gedaan naar de onafhankelijkheid van de accountant door te kijken naar het type verklaring dat is afgegeven door de accountant. Volgens hen hebben non-audit diensten geen invloed op de onafhankelijkheid van de accountant. Ook Reynolds en Francis (2001), Geiger en Rama (2003) en Craswell (1999) sluiten zich hierbij aan. Zij hebben ook onderzoek gedaan naar de onafhankelijkheid van de accountants naar aanleiding van het type verklaring dat is afgegeven. Sharma en Sidhu (2001) hebben de onafhankelijkheid ook onderzocht op basis van het type accountantsverklaring maar kwamen tot een andere conclusie. Ponemon (1995) en Jenkins & Krawczyk (2000) hebben 5

6 onderzoek gedaan naar de onafhankelijkheid van de accountant op basis van experimenteel onderzoek. Ook zij komen beiden tot een andere conclusie. In deze scriptie zijn dus drie invalshoeken gebruikt om de invloed op de onafhankelijkheid van de accountant te onderzoeken. Het doel van dit onderzoek is het vergelijken van de verschillende onderzoeksmethodes en de bijbehorende conclusies en hierdoor een eenduidig beeld proberen te creëren over het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants bij het leveren van controlewerkzaamheden. Er komt uit de bestaande literatuur geen geheel eenduidig beeld naar voren over de invloed van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant. Wel kan gesteld worden dat permanente waakzaamheid geboden is om de onafhankelijkheid van de accountants te waarborgen, juist omdat de omstandigheden waarin de accountant moet opereren aan verandering onderhevig is. In het tweede hoofdstuk zullen essentiële begrippen en theorieën worden besproken en verduidelijkt. Eerst zal de accountantscontrole en de accountantsverklaring worden besproken, gevolgd door de agency theorie. Tenslotte zal het begrip onafhankelijkheid verduidelijkt worden. Vervolgens zal in het derde hoofdstuk het literatuuronderzoek beschreven worden. Hier wordt de onderzoeksvraag getoetst aan de hand van bestaande literatuur. Tenslotte zal er worden afgesloten met de discussie in het vierde hoofdstuk en de conclusie in het laatste hoofdstuk. 6

7 2. Achtergrondinformatie In dit hoofdstuk zullen relevante theorie en begrippen worden weergegeven en verduidelijkt. In de eerste paragraaf zullen de begrippen accountantscontrole en accountantsverklaring worden uitgelegd, om duidelijk te maken wat deze begrippen inhouden. In de tweede paragraaf en de bijbehorende subparagrafen zal de agency theorie worden verduidelijkt. Bij deze theorie wordt uitgegaan van een potentiële belangenverstrengeling die kan optreden tussen twee partijen, als de ene partij de andere partij inhuurt. Bijvoorbeeld tussen de accountant en de klant. Tenslotte zal in de laatste paragraaf en subparagrafen het begrip onafhankelijkheid toegelicht worden, om een duidelijk beeld te geven wat er in deze scriptie wordt bedoeld met het begrip onafhankelijkheid. 2.1 De accountantscontrole en de accountantsverklaring Het doel van de accountantscontrole is het met redelijke zekerheid vast kunnen stellen dat verantwoordingsinformatie volledig en juist is opgesteld (Arens e.a., 2012, p.162). De accountant zorgt hiervoor door middel van controle, beoordeling en rapportage. Na het uitvoeren van de accountantscontrole wordt de accountantsverklaring opgesteld en ondertekend door de accountant. Er zijn in grote lijnen vier mogelijke soorten accountantsverklaringen. De eerste verklaring, de meest positieve verklaring voor de klant, is een goedkeurende accountantsverklaring. Ten tweede is er een verklaring met beperking, waarbij er een materiële bedenking of onzekerheid is. De derde verklaring is de verklaring met oordeelonthouding. Hierbij is er een wezenlijke onzekerheid volgens de accountant. De laatste verklaring, de meest negatieve verklaring voor de klant, is de afkeurende accountantsverklaring. Hierbij is er volgens de accountant een wezenlijke bedenking. Het doel van een accountantsverklaring is het met redelijke zekerheid kunnen zeggen dat de gecontroleerde stukken volledig en juist zijn (Arens e.a., 2012). Veel instanties halen informatie uit de financiële stukken van organisaties. Omdat de accountant de juistheid en volledigheid van deze stukken 7

8 moet controleren heeft de accountant dus een grote verantwoordelijkheid. Volgens Antle (1984, p.2) is de essentie van accountancy verificatie. Verificatie is zo belangrijk omdat er bij veel bedrijven een scheiding is tussen de leiding en de eigenaar(s). Hierdoor kan tussen deze partijen informatie-asymmetrie ontstaan. Met behulp van de agency theorie kan het belang van de accountant worden verklaard. 2.2 Agency theorie In deze paragraaf wordt de agency theorie besproken. Volgens de agency theorie hebben twee partijen verschillende belangen. De eerste partij is de principaal, dit is de eigenaar van het bedrijf. De principaal huurt een agent in, de tweede partij, om werk te verrichten (Grossman & Hart, 1983, p.10). Aangezien accountants voor non-audit diensten ingehuurd en betaald worden door de klant, zijn zij dus agent van de klant. Hierdoor zou volgens de agency theorie dus een belangenverstrengeling kunnen ontstaan tussen de accountant en de klant. Dit kan van invloed zijn op de onafhankelijkheid van de accountant. Eerst zal de agency theorie gebruikt worden om het belang van de accountantscontrole uit te leggen. Vervolgens zal in de tweede subparagraaf de agency theorie worden gebruikt om een probleem uit te leggen waar de accountant mee te maken kan krijgen. De laatste subparagraaf zal het geheel kort samenvatten Belang accountantscontrole Bij de agency theorie wordt er vanuit gegaan dat men in principe handelt vanuit eigen belang. Men zal eerst het eigen nut willen maximaliseren, en dan pas kijken naar andere doelstellingen (Eisenhardt, 1989, p.58). Hierdoor kunnen de belangen van de principaal en de agent verschillend zijn, waardoor er tegengestelde belangen kunnen ontstaan. Het is moeilijk voor de principaal om te controleren wat het management precies uitvoert en of het management zich wel naar behoren gedraagt (Eisenhardt, 1989, p.58). Voor de agent is het dus al 8

9 snel verleidelijk om niet geheel in het belang van de principaal te werken. Volgens Antle is het voor het management erg makkelijk om informatie te manipuleren zonder een grote kans op ontmaskering (1984, p.2). Het management is immers beter geïnformeerd dan de principaal, want het management zorgt voor de dagelijkse bedrijfsvoering. Het management verstrekt informatie over het bedrijf aan bijvoorbeeld de aandeelhouders (principaal), en deze informatie is dus niet gecontroleerd. Gezien de tegengestelde belangen van beide partijen is het wel noodzakelijk dat er een controle van de informatie is. Dit kan door middel van de accountantscontrole, want hierdoor kan er toch een verificatie zijn tussen de principaal en de agent (Watts & Zimmerman, 1983, p.613) Probleem met onafhankelijkheid Naast het belang van de accountantscontrole, kan de agency theorie ook een probleem weergeven voor de accountant. De accountant wordt ingehuurd en betaald door een bedrijf. Hierbij kan de accountant dus als agent worden gezien, en het bedrijf dat de accountant inhuurt en betaalt als principaal. Volgens de agency theorie hebben de agent en de principaal verschillende belangen en doelstellingen (Eisenhardt, 1989, p.58). Bovendien zal men de eigen belangen verkiezen boven de belangen van anderen (Jensen & Macklin, 1976, p.308). Voor de accountant kan hierdoor een complexe situatie ontstaan. De accountant wordt immers ingehuurd door de klant, en is hierdoor dus de agent en de klant de principaal. Volgens de agency theorie zou de accountant dus uit eigen belang moeten doen wat de opdrachtgever hem opdraagt, echter hij is er om de opdrachtgever te controleren en om informatie te verifiëren (Jensen & Macklin, 1976, p ). Het is belangrijk dat de accountant zijn controleoordeel niet laat beïnvloeden door het belang van de opdrachtgever. Dit zou het onafhankelijke oordeel, en daarmee de onafhankelijkheid van de accountant, in gevaar kunnen brengen. 9

10 2.2.3 Samenvatting agency theorie De agency theorie kan gebruikt worden om zowel het belang van de accountantscontrole uit te leggen, als om een mogelijk probleem voor de accountant uit te leggen. Volgens de agency theorie zullen er tussen de principaal en de agent tegengestelde belangen ontstaan (Eisenhardt, 1989, p.58). De accountantscontrole kan deze tegengestelde belangen controleren en ervoor zorgen dat de informatie juist en volledig wordt weergegeven. Echter, de accountant kan door het uitvoeren van non-audit diensten zelf ook als agent van zijn klant worden gezien. De klant is hier dan principaal, want de klant betaalt de accountant immers voor het uitvoeren van de non-audit diensten. Het is daarom belangrijk dat de accountant zich in dit dilemma niet laat leiden door het belang van de opdrachtgever, maar altijd onafhankelijk blijft. 2.3 Onafhankelijkheid In deze paragraaf zal het begrip onafhankelijkheid worden gedefinieerd. Er is veel literatuur over de onafhankelijkheid van de accountant geschreven. Echter, er zijn verschillende definities voor het begrip onafhankelijkheid ontstaan. De meest geaccepteerde definitie is: de waarschijnlijkheid dat een accountant ontdekte fouten in de financiële verslaggeving rapporteert. Zowel Watts & Zimmerman (1983, p.615) als DeAngelo (1981, p.116) beschrijven het begrip onafhankelijkheid op deze manier. De Nederlandse Beroepenorganisatie van Accountants (NBA) definieert onafhankelijkheid vrijwel vergelijkbaar. Zij voegen daaraan toe dat objectiviteit, deskundigheid en integriteit hierbij een fundamentele rol spelen (NBA, 2006, paragraaf 2.1). Als de onafhankelijkheid van accountants wordt betwist, worden financiële stukken minder betrouwbaar en zullen de financiële risico s omhoog gaan (Quick & Warming-Rasmussen, 2009, p.142). Het is dus belangrijk dat de maatschappij vertrouwen heeft in de accountant, en dat er niet wordt getwijfeld aan de onafhankelijkheid van de accountant. De accountant wordt daarom zowel geacht onafhankelijk in schijn als onafhankelijk in wezen te zijn (NBA, 2006, paragraaf 2). Hier zal in de 10

11 volgende subparagraaf dieper op in worden gegaan. Vervolgens zullen er in de daaropvolgende subparagraaf verschillende bedreigingen worden besproken waardoor de onafhankelijkheid van de accountant in twijfel getrokken kan worden. Deze subparagraaf zal worden opgevolgd door een subparagraaf waarin onafhankelijkheid in de wet- en regelgeving wordt besproken. In deze paragraaf komen tevens de begrippen audit diensten en non-audit diensten aan bod. De laatste subparagraaf bevat een korte samenvatting Onafhankelijkheid in wezen en in schijn Onafhankelijkheid in wezen wordt beschreven als de mentale houding waarin de mening niet beïnvloed wordt door invloeden die het professionele oordeel kunnen aantasten. Hierbij kan een individu dus integer, objectief en met professionele scepsis beoordelen (Quick & Warming-Rasmussen, 2009, p.142). Onafhankelijkheid in wezen heeft dus te maken met de geesteshouding van de accountant (Dopuch e.a., 2003, p.84). Door de juiste geesteshouding zal de accountant juist handelen en kunnen fouten dus uitgesloten worden. Hierdoor worden financiële stukken dus juist beoordeeld (NBA, 2006, paragraaf 2). Onafhankelijkheid in schijn wordt ook wel onafhankelijkheid in optreden genoemd (NBA, 2006, paragraaf 2). Het houdt in dat de accountant feiten en omstandigheden zal moeten vermijden die ertoe kunnen leiden dat een redelijk denkende derde partij de integriteit, objectiviteit of de deskundigheid van de accountant in twijfel zal trekken (Quick & Warming-Rasmussen, 2009, p.142). Onafhankelijkheid in schijn is dus gericht op het aan de buitenwereld laten zien dat de accountant zich onafhankelijk opstelt (Dopuch e.a., 2003, p.84) (Colbert e.a., 2008, p.113). Om dit te verwezenlijken is het van groot belang dat de accountant geen persoonlijke, financiële of andere nauwe banden heeft met de klant. Dit kan het objectieve oordeel in gevaar brengen, en aangezien de objectiviteit een fundamenteel beginsel is van de onafhankelijkheid kan het automatisch ook de onafhankelijkheid in gevaar brengen (NBA, 2006, paragraaf 2.1). Een voorbeeld is dat een accountant het bedrijf controleert waar een goede vriend bestuurder is. Gezien de persoonlijke relatie, is het aannemelijk dat een 11

12 redelijk denkende derde partij de objectiviteit, en dus de onafhankelijkheid, in twijfel zal trekken Bedreiging van de onafhankelijkheid Er zijn verschillende bedreigingen waardoor de onafhankelijkheid van de accountant in twijfel getrokken kan worden. Volgens Quick & Warming- Rasmussen zijn er vier typische situaties die de onafhankelijkheid van de accountant zouden kunnen aantasten; persoonlijke betrokkenheid, financieel belang, persoonlijke relaties en het uitvoeren van non-audit diensten (2009, p.142). Bij persoonlijke betrokkenheid is de accountant geen buitenstaander van zijn klant, maar is hij betrokken bij de klant (2009, p.142). De accountant kan bijvoorbeeld ook een functie uitoefenen binnen het bedrijf waar hij controleert. Als de accountant een financieel belang heeft bij de klant, zal het onafhankelijke oordeel van de accountant aangetast kunnen worden (2009, p.142). De accountant benadeelt immers zichzelf als hij de klant benadeelt. Een voorbeeld is wanneer de accountant ook aandeelhouder is bij de klant. Het hebben van een persoonlijke relatie tussen de accountant en de klant is gebaseerd op sociale contacten (2009, p.142). De accountant kan bijvoorbeeld goed bevriend zijn met een bestuurder van de klant. Volgens de NBA (2006, paragraaf 2.3) is de kans aanwezig dat de accountant te veel sympathie koestert voor de belangen van een ander. De laatste situatie die de onafhankelijkheid van de accountant zou kunnen aantasten volgens Quick en Warming-Rasmussen is het uitvoeren van non-audit diensten (2009, p.142). Naast controlewerkzaamheden verricht de accountant ook advies-werkzaamheden. Volgens de NBA (2006, paragraaf 2.3) is het gevaar voor zelftoetsing hierdoor aanwezig. Dit houdt in dat de accountant zijn eigen werkzaamheden of het resultaat van zijn werkzaamheden beoordeelt. De NBA voegt als vijfde situatie nog intimidatie toe (NBA, 2006, paragraaf 2.3). Hierbij wordt de accountant zodanig geïntimideerd dat het objectieve oordeel van de accountant in gevaar komt. Hoe sterk de situatie de onafhankelijkheid van de accountant in gevaar brengt hangt af van de omvang 12

13 van de bedreiging, de status van de betrokkenen, de aard van de zaak die de bedreiging veroorzaakt en de totale omgeving (NBA, 2006, paragraaf 2.3). Hierbij kunnen ook combinaties van de eerder genoemde situaties ontstaan Onafhankelijkheid in de wet- en regelgeving In de Nederlandse wet staat dat de accountant onafhankelijk moet zijn bij het uitvoeren van zijn of haar werk. Dit is als volgt vastgelegd in de Wet Toezicht Accountantsorganisaties (WTA): Indien een accountantsorganisatie of een ander onderdeel van het netwerk betrekkingen onderhoudt met een controlecliënt of een met deze controlecliënt verbonden derde op grond waarvan een objectieve, redelijke en geïnformeerde derde partij zou concluderen dat die een bedreiging kunnen vormen voor de onafhankelijkheid van de accountantsorganisatie ten opzichte van die controlecliënt of derde, neemt de accountantsorganisatie maatregelen om haar onafhankelijkheid te waarborgen door deze bedreiging uit te sluiten of te beperken of, indien dat niet mogelijk is, accepteert de accountantsorganisatie de opdracht niet of beëindigt zij deze (WTA, 2006, Artikel 19). De onafhankelijkheid wordt hier dus gewaarborgd omdat, zodra de schijn wordt gewekt dat de onafhankelijkheid aangetast kan worden, de accountantsorganisatie de opdracht afstoot of de persoon in kwestie geen werk voor deze klant meer laat verrichten. Ondanks deze vastlegging in de Wet Toezicht Accountantsorganisaties, is in februari 2012 een wetsvoorstel dat is ingediend door de Tweede Kamerleden Plasterk, Irrgang en Braakhuis, waarin wordt gepleit voor de scheiding tussen audit en non-audit diensten, toch aangenomen. In december 2012 is dit voorstel ook aangenomen door de Eerste Kamer (Eerste Kamer, 2012, p.19). Door middel van een wetswijziging zal de onafhankelijkheid van de accountant beter gewaarborgd worden. De aanvulling van het desbetreffende artikel 24b is als volgt: De accountantsorganisatie die wettelijke controles verricht bij een organisatie van openbaar belang, verricht naast controlediensten geen andere werkzaamheden voor die organisatie (Eerste Kamer, 2012, p.19). 13

14 Hierdoor wordt het dus wettelijk verboden dat het accountantskantoor dat de audit diensten uitvoert, ook non-audit diensten voor dezelfde klant uit zal kunnen voeren. Onder audit diensten worden verschillende diensten verstaan. Ten eerste valt de controle van jaarrekeningen onder de audit diensten. Ook de controle van tussentijdse financiële informatie is een audit dienst. Ten derde is het uitvoeren van wettelijk verplichte controles een audit dienst. Daarnaast kunnen accountants zekerheid verstrekken over het directieverslag, waarin de directie verantwoording aflegt met betrekking tot het gevoerde beleid en verwachtingen voor de toekomst. Ook kunnen accountants zekerheid geven over het verslag van maatschappelijk verantwoord ondernemen, waarin het management verantwoording aflegt over het gevoerde beleid met betrekking tot duurzaamheid en maatschappelijke betrokkenheid. Verder valt het geven van zekerheid over het verslag van risicomanagement onder de audit diensten. In dit verslag wordt verantwoord hoe risico s worden gespreid en worden ingedekt. Tenslotte kan de accountant ook zekerheid geven over het verslag over deugdelijk bestuur. In dit verslag worden zaken als gedragsregels en beloningsstructure verantwoord. Indien een accountantskantoor één of meerdere van deze diensten voor een klant verricht, dan mag het kantoor geen adviesdiensten meer leveren aan deze klant. De wet is ingegaan op 1 januari Samenvatting Onafhankelijkheid De meest geaccepteerde definitie van onafhankelijk is: de waarschijnlijkheid dat een accountant ontdekte fouten in de financiële verslaggeving rapporteert. Hierbij spelen de begrippen objectiviteit, deskundigheid en integriteit een fundamentele rol. Het is belangrijk dat de maatschappij vertrouwen heeft in de accountants. De accountant wordt daarom zowel geacht onafhankelijk in schijn als onafhankelijk in wezen te zijn. Onafhankelijkheid in wezen is gericht op de feitelijke onafhankelijkheid, oftewel de geesteshouding van de accountant. 14

15 Onafhankelijkheid in schijn is gericht op het aan de buitenwereld laten zien dat de accountant zich onafhankelijk opstelt. Er zijn verschillende situaties waarin de onafhankelijkheid van de accountants zou kunnen worden aangetast, namelijk persoonlijke betrokkenheid, financieel belang, persoonlijke relaties, het uitvoeren van non-audit services en intimidatie. Om de onafhankelijkheid van accountants te kunnen waarborgen is in 2012 een wetswijziging doorgevoerd in de Wet Toezicht Accountantsorganisaties. Deze wetswijziging verbiedt het om een accountantskantoor zowel audit als non-audit diensten bij organisaties van openbaar belang uit te laten voeren. Deze wetswijziging is ingevoerd omdat het de onafhankelijkheid van accountants zou versterken. 15

16 3. Literatuuronderzoek In dit hoofdstuk zal het literatuuronderzoek beschreven worden. Er zal op zoek gegaan worden naar een antwoord op de hoofdvraag: Wat is het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants? De eerste paragraaf zal bestaan uit de verschillende manieren waarop onafhankelijkheid in de bestaande literatuur is gemeten. Vervolgens zijn deze manieren elk in een eigen subparagraaf behandeld. De laatste drie subparagrafen zijn als volgt opgebouwd: per onderzoek zijn de gebruikte steekproef en de onderzoeksmethode beschreven, vervolgens zijn de bevindingen van het onderzoek beschreven. Het beschrijven van de steekproef en de onderzoeksmethode is van belang omdat het kan helpen met het verklaren van de verschillende bevindingen. 3.1 Meetbaarheid onafhankelijkheid De accountant moet zowel in wezen als in schijn onafhankelijk zijn (NBA, 2006, paragraaf 2). Er zijn verschillende wijzen gebruikt in de bestaande literatuur om de onafhankelijkheid van accountants te kunnen meten. De bestaande literatuur wordt in de volgende paragrafen geordend op basis van de manier waarop de onafhankelijkheid meetbaar is gemaakt. Ten eerste is de invloed van non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant gemeten op basis van resultaatsturing. Deze meetmethode is gericht op de mogelijke invloed van resultaatsturing op de onafhankelijkheid van de accountant. Daarnaast is de invloed van non-audit diensten op de onafhankelijkheid gemeten op basis van het type verklaring dat is afgegeven door de accountant. Hierbij wordt achteraf gekeken of de afgegeven verklaring een terecht gegeven verklaring is geweest. Tenslotte is de onafhankelijkheid van de accountant gemeten op basis van experimenteel onderzoek. In de volgende subparagrafen worden deze meetinstrumenten nader toegelicht. 16

17 3.1.1 Resultaatsturing In deze subparagraaf worden onderzoeken besproken waarbij de invloed van resultaatsturing is gebruikt om de onafhankelijkheid van de accountant te meten. Resultaatsturing vindt volgens Healy & Wahlen plaats wanneer managers bepaalde posten in de financiële verslaggeving gebruiken om belanghebbenden te misleiden over de economische prestaties van het bedrijf of om invloed uit te oefenen op bepaalde uitkomsten die afhangen van de manier waarop dit boekhoudkundig wordt verwerkt (1999, p.368). Er zijn twee manieren waarmee het management de cijfers kan manipuleren: real activity management en accrual management. Bij real activity management wordt de datum van bepaalde transacties aangepast (Jegers, 2010, p.408). Bijvoorbeeld de transactiedatum van een bepaalde verkoop. Door de timing aan te passen kunnen managers resultaten manipuleren naar hun eigen wensen. Hierbij kan het zowel om winst als verlies gaan (Bartov, 1993, p.842). Bij accrual management kunnen resultaten gemanipuleerd worden door te kijken welke boekhoudkundige vastleggingsmethode het meest gunstig is voor het management (Healy & Wahlen, 1999, p.369). Hierbij zijn de methode van voorraadwaardering en de afschrijvingsmethode van bedrijfsmiddelen goede voorbeelden. Door resultaatsturing kunnen belanghebbenden als investeerders, verstrekkers van vreemd vermogen en de raad van bestuur van het bedrijf onjuiste financiële verslagen te zien krijgen (Healy & Wahlen, 1999, p.375). Indien een accountant non-audit diensten verleent voor een klant, en tegelijkertijd ook controlewerkzaamheden verricht, wordt de economische afhankelijkheid van de klant groter (Chung & Kallapur, 2003, p.932). Er worden immers meer inkomsten gegenereerd door de extra geleverde diensten aan de klant. Volgens de economische theorie van DeAngelo wordt verondersteld dat de mate waarin de onafhankelijkheid van de accountant wordt beïnvloed, steeds groter wordt naarmate de economische afhankelijkheid van de klant toeneemt (Chung & Kallapur, 2003, p.932). In de in deze paragraaf beschreven onderzoeken van Frankel e.a. (2002), Ashbaugh e.a. (2003), Chung & Kallapur (2003) en Reynolds & Francis (2001) is de aanwezigheid van resultaatsturing gebruikt om de onafhankelijkheid van de accountant te meten. Er is gekeken 17

18 naar de aanwezigheid van resultaatsturing en de economische afhankelijkheid van de klant. Frankel e.a. hebben onderzoek gedaan door 3074 jaarrekeningen van Amerikaanse bedrijven te onderzoeken. Alle jaarrekeningen waren opgesteld tussen februari en juni Ze hebben onderzoek gedaan naar de mogelijke invloed van non-audit beloningen op de onafhankelijkheid van de accountant, gericht op resultaatsturing. Hierbij houden non-audit beloningen alle beloningen in die de accountant ontvangt voor geleverde diensten anders dan de controle van de jaarrekening. Ze hebben op twee manieren onderzoek gedaan. Ten eerste hebben ze gekeken op welke manier non-audit beloningen de handelingswijze met betrekking tot discretionary accruals beïnvloedt. Discretionary accruals zijn opbrengsten en kosten die het verschil maken tussen de winst en de cash flow van de onderneming die niet het gevolg zijn van normale operationele bedrijfsactiviteiten, maar worden beïnvloed door managers (Mohanram, 2003, p.2). Dit is voor managers een manier om resultaten te kunnen manipuleren. Ten tweede hebben ze gekeken naar de invloed van non-audit beloningen op het behalen van winstdoelstellingen. Hierbij zijn de discretionary accruals en de winstdoelstellingen de maatstaven voor onafhankelijkheid. Er is voor beide zaken een significante positieve relatie gevonden (2002, p.98). Dit betekent dat bij hogere inkomsten uit non-audit diensten, er een grotere kans is dat de accountant zich aan zal passen naar de wensen van de klant. Overigens hebben de inkomsten uit audit diensten een significant negatief verband met de gebruikte resultaatsturing indicatoren (Frankel e.a., 2002, p.98). Dit betekent dat bij hogere inkomsten uit audit diensten, resultaatsturing juist minder voorkomt. Frankel e.a. concluderen dus dat het leveren van non-audit diensten aan een klant waar ook audit diensten aan worden geleverd een negatieve werking heeft op de onafhankelijkheid van de accountant. Een scheiding tussen audit en non-audit diensten zou volgens hen dus betekenen dat de onafhankelijkheid van de accountant beter wordt gewaarborgd. Hetzelfde onderzoek is uitgevoerd door Ashbaugh e.a.. Zij hebben het onderzoek hetzelfde opgebouwd, maar hebben naast de maatstaven discretionary accruals en winstdoelstellingen een derde maatstaf toegevoegd: 18

19 current discretionary accruals (2003, p.611). Dit is een ander instrument om resultaten de manipuleren voor managers. Volgens de onderzoekers heeft het management namelijk veel invloed op de current discretionary accruals. Het onderzoek is uitgevoerd onder 3170 jaarrekeningen die net als bij het onderzoek van Frankel e.a. ook opgesteld waren tussen februari en juni 2001 (2003, p.615). Echter, Ashbaugh e.a. vinden geen relatie tussen de non-audit beloningen en de discretionary accruals (2003, p.613). Ook tussen de non-audit beloningen en het behalen van winstvoorspellingen wordt geen relatie gevonden (2003, p.634). Ashbaugh e.a. concluderen dan ook dat de conclusie van Frankel e.a. niet klopt (2003, p.634). Volgens Ashbaugh e.a. hebben non-audit diensten geen negatieve invloed op de onafhankelijkheid van de accountant. Er zijn verschillende verklaringen voor de verschillende conclusies van beide onderzoeken. In beide onderzoeken is gebruik gemaakt van een regressieanalyse (Frankel e.a., 2002, p.84)(ashbaugh e.a., 2003, p.624). Frankel e.a. gebruiken in hun onderzoek de totale accruals en de absolute waarde van deze accruals. Ashbaugh e.a. hebben deze variabelen geschrapt. De reden hiervoor is dat de totale accruals reeds nodig zijn geweest om de discretionary accruals te berekenen, waardoor de resultaten overgewaardeerd worden omdat er twee keer met hetzelfde getal berekend wordt (2003, p.624). In plaats van deze variabelen gebruiken Ashbaugh e.a. de current discretionary accruals van een jaar eerder. Een ander belangrijk verschil tussen de onderzoeken zijn de variabelen om aan te tonen hoe bedrijfscombinaties en financieringsactiviteiten zijn opgebouwd. Frankel e.a. gebruiken hiervoor één variabele, terwijl in het onderzoek van Ashbaugh e.a. gebruik wordt gemaakt van twee variabelen: fusies en financiering (Ashbaugh e.a., 2003, p.625). Chung en Kallapur (2003) hebben onderzoek gedaan naar het relatieve economische belang van een klant voor de accountant. Om de invloed op de onafhankelijkheid van de accountant te onderzoeken, kijken ze naar de kwaliteit van de accountantscontrole. Ze gebruiken hiervoor maatstaven voor resultaatsturing (2003, p.932). Er zijn voor het onderzoek 1871 jaarrekeningen van Amerikaanse bedrijven gebruikt, die zijn opgesteld tussen februari en juni 2001 (2003, p.940). 19

20 Chung en Kallapur hebben onderzoek gedaan op basis van de economische theorie van DeAngelo (1981). DeAngelo veronderstelt in haar theorie dat de mate waarin de onafhankelijkheid van de accountant wordt beïnvloed, steeds groter wordt naarmate de economische afhankelijkheid van de klant toeneemt (Chung & Kallapur, 2003, p.932). Het belang van de klant wordt gemeten op basis van de totale omzet van een klant, gedeeld door de totale omzet van het gehele accountantskantoor. Buiten deze ratio, wordt ook een ratio gebruikt waarin er per klant wordt gekeken hoeveel er relatief aan audit en nonaudit diensten wordt verdiend. Volgens Chung en Kallapur is de marge op nonaudit diensten namelijk aanzienlijk hoger dan op audit diensten. Het is dus voor het accountantskantoor veel aantrekkelijker om non-audit diensten te verlenen (2003, p.932). Uiteindelijk concluderen Chung en Kallapur dat er geen significante relatie gevonden kan worden tussen het relatieve economische belang van de klant en de aanwezigheid van resultaatsturing (2003, p.951). Dit betekent dat de accountant zich niet aanpast aan de klant indien de klant van relatief groot belang is voor het accountantskantoor. Een scheiding van de audit en non-audit diensten zal volgens Chung en Kallapur dan ook niet helpen om de onafhankelijkheid van accountants te waarborgen. Hiermee sluiten zij zich aan bij de mening van Ashbaugh e.a. (2003). Reynolds en Francis (2001) hebben eerder ook onderzoek gedaan naar de invloed van het economisch belang van de klant op de onafhankelijkheid van de accountant. Zij hebben bij 6746 Amerikaanse bedrijven gekeken of de omvang van een klant, het behandelen van de klant beïnvloed (2001, p.378). Er is onderzoek gedaan op twee manieren. Ten eerste zijn als maatstaven de accruals en agressief geboekte winsten gebruikt (2001, p.377). Hier wordt de onafhankelijkheid dus gemeten aan de hand van mogelijk aanwezige resultaatsturing. Ten tweede wordt er ook onderzocht of het economisch belang van de klant invloed heeft op het type verklaring dat de accountant geeft. Dit zal in de volgende subparagraaf besproken worden. Uiteindelijk concluderen Reynolds en Francis dat accountantskantoren alle klanten gelijk behandelen, ongeacht het economische belang van de klant (2001, p.377). Het is dus niet zo dat de onafhankelijkheid van de accountant 20

21 wordt aangetast, naarmate het economisch belang van de klant toeneemt. Hun conclusie sluit daarom ook aan bij de conclusie van Ashbaugh e.a. (2003) en de conclusie van Chung en Kallapur (2003) wordt versterkt. De verschillende onderzoeken waarbij de invloed van resultaatsturing is gebruikt om onafhankelijkheid te meten hebben verschillende conclusies opgeleverd. Frankel e.a. (2002) concluderen dat het leveren van non-audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant negatief beïnvloedt. Ashbaugh e.a. (2003) hebben hetzelfde onderzoek op enkele punten aangepast, en komen vervolgens tot de conclusie dat het leveren van non-audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant niet negatief beïnvloedt. Chung en Kallapur (2003) sluiten zich aan bij de conclusie van Ashbaugh e.a. Ook Reynolds en Francis (2000), die al eerder een soortgelijk onderzoek als Chung en Kallapur deden, concluderen dat het leveren van non-audit diensten de onafhankelijkheid van de accountants niet negatief beïnvloedt Type accountantsverklaring In deze subparagraaf worden onderzoeken besproken waarbij het type accountantsverklaring dat is afgegeven is gebruikt om de onafhankelijkheid van de accountant te meten. In paragraaf 2.1 zijn de vier soorten accountantsverklaringen beschreven; de goedkeurende accountantsverklaring, de verklaring met beperking, de verklaring met oordeelonthouding en de afkeurende verklaring. Daarnaast kan een accountant in de accountantsverklaring een zogenaamde going concern verklaring opnemen. Een going-concern verklaring is een verklaring van de accountant dat de jaarrekening volledig en juist is, maar dat er twijfel bestaat over de continuïteit van de klant (Defond e.a., 2002, p.1248). Het uitgeven van een going concern verklaring kan voor klanten leiden tot reputatieschade, en de kans is groot dat dit de relatie tussen de accountant en de klant niet ten goede komt (Defond e.a., 2002, p.1272). Het is voor de onafhankelijkheid van de accountant van groot belang dat de accountant zich niet laat leiden door de wensen of de economische afhankelijkheid van de klant, maar dat er een integer en objectief oordeel wordt 21

22 geveld, en indien nodig een going concern verklaring wordt afgegeven. Bij de in de volgende paragraaf gebruikte onderzoeken van Reynolds en Francis (2001), Defond e.a. (2002), Geiger en Rama (2003), Craswell (1999) en Sharma en Sidhu (2001) is de onafhankelijkheid van accountants onderzocht door te kijken naar de relatie tussen het afgeven van een going concern verklaring en de economische afhankelijkheid van de klant door de accountant. Bij het in de vorige subparagraaf besproken onderzoek van Reynolds en Francis (2001) naar de invloed van het economisch belang van de klant op de onafhankelijkheid van de accountant, is onderzoek gedaan op 2 manieren. Ten eerste is de onafhankelijk gemeten door resultaatsturing. Ten tweede is de onafhankelijkheid van de accountant gemeten door te kijken of het economische belang van de klant het afgeven van een going-concern verklaring beïnvloedt (2001, p.377). Een going-concern verklaring is een verklaring van de accountant dat de jaarrekening volledig en juist is, maar dat er twijfel bestaat over de continuïteit van de klant (Defond e.a., 2002, p.1248). In het onderzoek wordt geconstateerd dat er niet minder going-concern verklaringen worden afgegeven als het economisch belang van de klant groter is. Dus concluderen Reynolds en Francis ook hier dat de accountant zich niet laat beïnvloeden door het economische belang van de klant. De onafhankelijkheid van de accountant wordt volgens hen dus niet aangetast. Defond e.a. (2002) hebben ook een onderzoek gedaan naar de onafhankelijkheid van de accountant. Ze hebben de onafhankelijkheid meetbaar gemaakt door te kijken naar de neiging van de accountant om een going-concern verklaring af te geven (2002, p.1248). Volgens Defond e.a. is het beter om onafhankelijkheid te meten aan de hand van de going-concern verklaring dan aan de hand van resultaatsturing, omdat de accountant hier een directe invloed op heeft (2002, p.1250). Het onderzoek is gedaan onder 1158 Amerikaanse bedrijven. De bedrijven waren allemaal distressed tussen februari en juni Defond e.a. stellen dat een bedrijf distressed is, indien het in een jaar verlies heeft geleden of een negatieve cashflow heeft gerapporteerd (2002, p.1255). Er is onderzocht of 22

23 er een verband te ontdekken is tussen de hoogte van non-audit beloningen en de neiging tot het afgeven van een going-concern verklaring (2002, p.1249). Uiteindelijk concluderen Defond e.a. dat er geen verband kan worden gevonden tussen de hoogte van non-audit beloningen en het afgeven van een going-concern verklaring (2002, p.1271). De onafhankelijkheid van de accountant wordt dus niet beïnvloed door de hoogte van de non-audit beloningen. Er worden ook mogelijke verklaringen gegeven waarom de accountant zich in zijn keuze niet laat beïnvloeden door de klant. Als de onafhankelijkheid van het accountantskantoor in het geding komt, kan dat leiden tot reputatieschade (Simunic, 1984, p.680). Hierdoor bestaat de kans dat het accountantskantoor klanten verliest of dat er juridische procedures tegen het accountantskantoor worden aangespannen, hetgeen ook tot substantiële financiële schade kan leiden. (Defond e.a., 2002, p.1272)(colbert e.a., 2008, p.114). Kortom, volgens het onderzoek van Defond e.a. kan worden geconcludeerd dat non-audit diensten geen negatieve invloed hebben op de onafhankelijkheid van de accountant omdat mogelijke reputatieschade en de daaruit voorkomende financiële schade zwaarder weegt dan het verlies van de individuele klant. Geiger en Rama (2003) hebben net als Defond e.a. onderzoek gedaan naar het al dan niet aanwezig zijn van een verband tussen de hoogte van non-audit beloningen en het geven van een going-concern verklaring (Geiger & Rama, 2003, p.60). Ze hebben echter een aanzienlijk kleinere, en meer gespecificeerde steekproef genomen voor hun onderzoek, namelijk 66 Amerikaanse bedrijven, met jaarrekeningen afgegeven tussen oktober 2000 en september Alle bedrijven hebben hebben financiële problemen en hebben voor het eerst een going-concern verklaring gekregen (Geiger & Rama, 2003, p.60). Geiger en Rama concluderen uiteindelijk dat er geen verband is tussen de hoogte van non-audit beloningen en het geven van een going-concern verklaring (2003, p.66). Ook volgens dit onderzoek wordt de onafhankelijkheid van de accountant dus niet aangetast naarmate de non-audit beloningen stijgen. Deze conclusie ondersteunt de conclusies van Defond e.a. (2002) en van Reynolds en Francis, namelijk dat non-audit diensten geen invloed hebben op de onafhankelijkheid van de accountant. 23

24 Een ander onderzoek is uitgevoerd in Australië door Craswell (1999). Hij heeft in drie verschillende jaren data onderzocht, namelijk de jaarrekeningen van 885 organisaties in 1984, 1477 organisaties in 1987 en 1079 organisaties in 1994 (1999, p.33). Hij heeft het onderzoek uitgevoerd in drie verschillende jaren om de onderzoeksresultaten betrouwbaarder te maken. Craswell heeft ook onderzoek gedaan naar de invloed van non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant. Dit heeft hij gedaan door te kijken of de hoogte van de non-audit beloningen invloed heeft op de beslissingen die de accountant neemt met betrekking tot de accountantsverklaring (1999, p.29). Uiteindelijk concludeert Craswell dat de hoogte van non-audit beloningen geen invloed heeft op de aard van de accountantsverklaring en een eventuele going concern verklaring (1999, p.38). Hiermee sluit hij zich aan bij de conclusies van Defond e.a. (2002), Reynolds en Francis (2000) en van Geiger en Rama (2003). Sharma en Sidhu (2001) verwachten in hun onderzoek naar de relatie tussen de hoogte van non-audit beloningen en het geven van een going concern verklaring tot een ander oordeel te komen (2001, p.602). Ze hebben bij 49 beursgenoteerde Australische bedrijven, die tussen 1989 en 1996 failliet zijn verklaard, gekeken naar de relatieve hoogte van de non-audit betalingen als deel van de totale betalingen aan het accountantskantoor (2001, p.598). Sharma en Sidhu stellen dat, wanneer een bedrijf geen going concern verklaring heeft gehad en later toch failliet wordt verklaard, dit verklaard kan worden door onvoldoende onafhankelijkheid van de accountant (2001, p.598). Er is voor Australië gekozen omdat hier de accountantsmarkt zeer competitief is. Het is voor de accountants dus belangrijk om de klanten te behouden, nieuwe klanten zijn immers moeilijk te vinden. Ze vragen zich dan ook af hoe ver de accountant zal gaan om aan de wensen van de klant te blijven voldoen, en niet te bezwijken onder de druk van het management. De hypothese die Sharma & Sidhu stelden, was dat klanten met een hoge ratio van non-audit betalingen tot totale betalingen, minder snel een going concern verklaring zouden krijgen dan klanten met een lage ratio (2001, p.602). Uiteindelijk vinden ze ook bewijs om deze hypothese niet te verwerpen. Er is namelijk een significante relatie gevonden tussen de going concern verklaring en de ratio van non-audit betalingen tot totale betalingen (2001, p.612). Sharma en 24

25 Sidhu concluderen ook dat de onafhankelijkheid van de accountant wordt aangetast door de economische afhankelijkheid van de klant (2001, p.619). In tegenstelling tot de eerdere onderzoeken van Defond e.a. (2002), Reynolds en Francis (2001), Geiger en Rama (2003) en Craswell (1999) concluderen Sharma en Sidhu dat het leveren van non-audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant wel degelijk negatief beïnvloedt. De verschillende onderzoeken waarbij de invloed van het type accountantsverklaring dat is afgegeven is gebruikt om onafhankelijkheid te meten, hebben verschillende conclusies opgeleverd. De meeste onderzoeken concluderen dat de onafhankelijkheid van de accountant niet negatief wordt beïnvloed door het leveren naar non-audit diensten. Defond e.a. (2002) concluderen dat de hoogte van de non-audit beloningen geen invloed heeft op de onafhankelijkheid van de accountant. Ongeacht de hoogte van deze beloningen, de accountants zal een onafhankelijk oordeel kunnen opmaken met betrekking tot de jaarrekening. Reynolds en Francis (2001), Geiger en Rama (2003) en Craswell (1999) sluiten zich aan bij de conclusie van Defond e.a. (2002). Echter, Sharma en Sidhu (2001) denken er anders over. Zij concluderen uit hun onderzoek dat het leveren van non-audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant wel degelijk negatief zal beïnvloeden Experimenteel onderzoek In deze subparagraaf wordt de invloed van het uitvoeren van non-audit diensten op de onafhankelijkheid van de accountant onderzocht op basis van experimenteel onderzoek. Hiervoor zijn de onderzoeken van Ponemon (1995) en van Jenkins en Kawczyk (2001) gebruikt. Ponemon (1995) heeft een scheiding gemaakt tussen de verschillende non-audit diensten. Hij heeft één non-audit dienst uitgekozen om de invloed van die dienst op de onafhankelijkheid van de accountant te onderzoeken. Deze dienst bestaat uit het bijstaan van de klant tijdens een rechtszaak (1995, p.467). 25

26 Er wordt onderzocht of de objectiviteit van de accountant wordt aangetast als hij een klant helpt met juridische adviezen. Ponemon heeft eerst een test afgenomen bij 101 echte advocaten en bij 106 accountants. Deze test is in staat om elk individu een waarde toe te kennen voor zijn ethische redenatie (1995, p.474). Na het afnemen van deze test, heeft Ponemon een proefrechtszaak voorgelegd aan alle advocaten en accountants. In de rechtszaak was er een probleem over de voorraadwaardering. Alle deelnemers werden willekeurig ingedeeld in drie groepen: aanklager, gedaagde en de controlegroep. Echter, de controlegroep bestond uit een groep experts op het gebied van recht. Na de rechtszaak moest iedereen nog een enquête invullen om te kijken welke factoren ze het belangrijkst vonden om hun taak tijdens de rechtszaak goed uit te kunnen voeren. Uiteindelijk bleek uit de enquêtes dat de advocaten de drang om te winnen het belangrijkst vonden. Daarmee wordt bedoeld dat de advocaten dus puur werken uit het belang van de klant (Ponemon, p.482). Echter, de accountants zelf vonden het winnen van de zaak niet het belangrijkst, maar een objectieve uitvoering van het proces. Uiteindelijk concludeert Ponemon dat ondanks de uitkomst van de vragenlijst, uit het onderzoek is gebleken dat de accountant beïnvloed kan worden door het bijstaan van een klant tijdens een rechtszaak (1995, p.484). De accountant vindt de objectiviteit erg belangrijk, maar volgens Ponemon wordt de objectiviteit van de accountant toch beïnvloed omdat de klant hem betaalt, en hij dus in dienst is voor de klant (1995, p.484). In feite stelt Ponemon dus vast dat de vrees voor omzetverlies wel degelijk het onafhankelijke oordeel van de accountant kan aantasten. Objectiviteit hangt samen met onafhankelijkheid. Als er niet objectief geoordeeld kan worden, dan is het oordeel ook niet onafhankelijk. Hierdoor stelt Ponemon uiteindelijk ook dat het leveren van nonaudit diensten de onafhankelijkheid van de accountant negatief kan beïnvloeden. Ook Jenkins en Krawczyk (2000) hebben onderzoek gedaan door middel van het uitvoeren van een experiment. Ze hebben onderzocht hoe de non-audit resultaten de visies van investeerders, professionals van de Big 5 en professionals van de niet-big 5 kantoren beïnvloeden. Met de Big 5 kantoren worden KPMG, Ernst & Young, Deloitte, PricewaterhouseCoopers en Arthur 26

De invloed van het Litigation risk op Audit Kwaliteit

De invloed van het Litigation risk op Audit Kwaliteit De invloed van het Litigation risk op Audit Kwaliteit Bachelor Scriptie Naam: Mandy Zwarthoed Studentnummer: 10003169 Inleverdatum: 2-7-2013 Opleiding: BSc Accountancy & Control Universiteit: Universiteit

Nadere informatie

Carmen Vorst Amsterdam, 1 juli, Bachelor scriptie. Begeleiding: Helena Kloosterman. Academisch jaar: Semester 2, Blok 3

Carmen Vorst Amsterdam, 1 juli, Bachelor scriptie. Begeleiding: Helena Kloosterman. Academisch jaar: Semester 2, Blok 3 In hoeverre tast het verlenen van non-audit services de onafhankelijkheid van de accountants aan? Een overzicht van literatuur over onafhankelijkheid in schijn en in feite van accountants. Carmen Vorst

Nadere informatie

Dit document maakt gebruik van bladwijzers.

Dit document maakt gebruik van bladwijzers. Dit document maakt gebruik van bladwijzers. NBA-handreiking 1138 21-11-2017 NBA-handreiking 1138 NBA-handreiking 1138 Van toepassing op: Onderwerp: Vraag en antwoord Datum: 21 november 2017 Status: NBA-handreiking,

Nadere informatie

In hoeverre heeft de grootte van een accountantskantoor invloed op de kwaliteit van een accountantscontrole?

In hoeverre heeft de grootte van een accountantskantoor invloed op de kwaliteit van een accountantscontrole? In hoeverre heeft de grootte van een accountantskantoor invloed op de kwaliteit van een accountantscontrole? Robert van der Vijver 6068731 Bachelorscriptie Accountancy & Control Faculteit Economie & Bedrijfskunde

Nadere informatie

The influence of non-audit services on auditor independence

The influence of non-audit services on auditor independence The influence of non-audit services on auditor independence Ka Yiu Lee 5941334 Bachelor Scriptie 25 juni - 2012 Universiteit van Amsterdam Economie en Bedrijfskunde, Studierichting Accountancy & Control

Nadere informatie

Doorlopende tekst van Verordening gedrags- en beroepsregels (VGBA) uitgaande van aanvaarding van door het bestuur ingediende amendementen 1

Doorlopende tekst van Verordening gedrags- en beroepsregels (VGBA) uitgaande van aanvaarding van door het bestuur ingediende amendementen 1 Doorlopende tekst van Verordening gedrags- en beroepsregels (VGBA) uitgaande van aanvaarding van door het bestuur ingediende amendementen 1 2 december 2013 1 De hiernavolgende tekst van VGBA geeft de tekst

Nadere informatie

JAN. Aan: het bestuur van het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (Vereniging NIVON) te Amsterdam

JAN. Aan: het bestuur van het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (Vereniging NIVON) te Amsterdam CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Natuurvriendenwerk (Vereniging NIVON) te Amsterdam A. Verklaring over de in het

Nadere informatie

Zwart, wit of grijs? Een literatuurstudie naar de onafhankelijkheid van de accountant. Carly Former

Zwart, wit of grijs? Een literatuurstudie naar de onafhankelijkheid van de accountant. Carly Former Zwart, wit of grijs? Een literatuurstudie naar de onafhankelijkheid van de accountant Carly Former 0541885 9 juli 2009 Mw. E.A. Duyster-Went RA Bachelor thesis Universiteit van Amsterdam Faculteit Economie

Nadere informatie

Directiestatuut N.V. Waterbedrijf Groningen

Directiestatuut N.V. Waterbedrijf Groningen Directiestatuut N.V. Waterbedrijf Groningen Dit Directiestatuut is op 14 december 2006 ter kennis gebracht aan de algemene vergadering van aandeelhouders en na goedkeuring door de raad van commissarissen

Nadere informatie

Kan ik procesbijstand verlenen bij een fiscale procedure van een audit cliënt van een geassocieerde accountant?

Kan ik procesbijstand verlenen bij een fiscale procedure van een audit cliënt van een geassocieerde accountant? Kan ik procesbijstand verlenen bij een fiscale procedure van een audit cliënt van een geassocieerde accountant? Juli 2018 Commissie Beroepszaken Inhoud 1. Inleiding 3 2. Samenwerken met accountants in

Nadere informatie

Tast het verlenen van non-audit diensten naast het verlenen van audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant aan

Tast het verlenen van non-audit diensten naast het verlenen van audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant aan 1 Tast het verlenen van non-audit diensten naast het verlenen van audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant aan Denny Smink 6082637 Definitieve versie 25 Juni 2012 Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Geachte leden van de rekeningencommissie,

Geachte leden van de rekeningencommissie, Postbus 202 1000 AE Amsterdam Gemeente Amsterdam T.a.v. de Rekeningencommissie Postbus 202 1000AE Amsterdam datum 9 juni 2016 ons kenmerk RA_16_122 behandeld door A. Kok onderwerp Toezicht op ACAM bijlage

Nadere informatie

AFM: Eerste bijdragemodel geeft inzicht in markt

AFM: Eerste bijdragemodel geeft inzicht in markt AFM: Eerste bijdragemodel geeft inzicht in markt Eind 2009 heeft de AFM voor het eerst het Wta Bijdragemodel toegepast in het doorlopend toezicht op accountantsorganisaties. De uitkomsten van dit bijdragemodel

Nadere informatie

Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA)

Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA) (VGBA) Geldend per 1 januari 2014 Verordening gedrags- en beroepsregels accountants De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants, Gelet op artikel 19, tweede lid, aanhef en

Nadere informatie

Controleprotocol Jaarrekening Gemeente De Bilt 2014

Controleprotocol Jaarrekening Gemeente De Bilt 2014 Behoort bij raadsbesluit d.d. 29 januari 2015 tot vaststelling van het 'Controleprotocol 2014'. Controleprotocol Jaarrekening 2014 Inhoudsopgave 1. Samenvatting... 3 2. Inleiding... 3 2.1 Doelstelling...

Nadere informatie

De accountant verklaart!

De accountant verklaart! Een accountant kan bij historische financiële informatie verschillende soorten opdrachten uitvoeren, afhankelijk van de vraagstelling van de opdrachtgever (hierna: de organisatie of het bestuur daarvan)

Nadere informatie

Verplichte Audit-Firm Rotatie: de effecten op de kwaliteit van de accountantscontrole

Verplichte Audit-Firm Rotatie: de effecten op de kwaliteit van de accountantscontrole Verplichte Audit-Firm Rotatie: de effecten op de kwaliteit van de accountantscontrole Door: Marinka Karsemeijer Collegekaartnummer: 5876699 Datum: 21 juli 2011 Universiteit van Amsterdam (FEB) Supervisor:

Nadere informatie

Controleprotocol voor de accountantscontrole op de jaarstukken 2015 van de gemeente Velsen

Controleprotocol voor de accountantscontrole op de jaarstukken 2015 van de gemeente Velsen Controleprotocol voor de accountantscontrole op de jaarstukken 2015 van de gemeente Velsen Inleiding Jaarlijks dienen de accountants van gemeenten op grond van artikel 213 van de Gemeentewet behalve een

Nadere informatie

II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING

II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING II. VOORSTELLEN VOOR HERZIENING 2. VERSTEVIGING VAN RISICOMANAGEMENT Van belang is een goed samenspel tussen het bestuur, de raad van commissarissen en de auditcommissie, evenals goede communicatie met

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de raad van gemeente Haarlem Verklaring over de jaarrekening 2018 Ons oordeel Naar ons oordeel: geeft de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening

Nadere informatie

Controleverklaringen verklaard

Controleverklaringen verklaard Controleverklaringen verklaard De strekking van de controleverklaring bij decentrale overheden Juni 2016 1 1. Wat is een controleverklaring? De accountantsverklaring of beter: de controleverklaring van

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de algemene vergadering van Nederlandse Waterschapsbank N.V. Verklaring over de jaarrekening 2014 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2014 van

Nadere informatie

Controle- en onderzoeksprotocol Ketenzorg CZ 2013

Controle- en onderzoeksprotocol Ketenzorg CZ 2013 Controle- en onderzoeksprotocol Ketenzorg CZ 2013 1 Doelstelling In het kader van de NZA beleidsregel BR/CU-7074 Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type

Nadere informatie

Naleving overgangsregeling scheiding controle en advies. 27 maart 2013

Naleving overgangsregeling scheiding controle en advies. 27 maart 2013 Naleving overgangsregeling scheiding controle en advies 27 maart 2013 Autoriteit Financiële Markten De AFM bevordert eerlijke en transparante financiële markten. Wij zijn de onafhankelijke gedragstoezichthouder

Nadere informatie

Controleprotocol Multidisciplinaire zorg 2016

Controleprotocol Multidisciplinaire zorg 2016 Controleprotocol Multidisciplinaire zorg 2016 1 Doelstelling In het kader van de NZa-beleidsregel BR/REG-17171 Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg heeft CZ voor de jaren 2015 en 2016 overeenkomsten

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT i Aan: de aandeelhouders en de raad van commissarissen van... (naam entiteit(en)) A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 201X

Nadere informatie

Het assurance-raamwerk De accountant en het verstrekken van zekerheid

Het assurance-raamwerk De accountant en het verstrekken van zekerheid Het assurance-raamwerk De accountant en het verstrekken van zekerheid Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Het begrip assurance en maatschappelijke ontwikkelingen

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Jaarr ekeni ng 31 december 2018 1 januari 2018 Gemeente U den Control e Goedkeurend 31011325A005 KVK Kvk Nummer uit DB (nog te doen) Create SBR Extensi on 1.0 Eindhoven 30 mei 2019 Controleverklaring van

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: de aandeelhouders van CTOUCH Holding B.V. A. Verklaring over de in het financieel verslag opgenomen jaarrekening 2017 Onze oordeelonthouding Wij

Nadere informatie

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Steun Goois Natuurreservaat A. Verklaring over de jaarrekening 2017

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Steun Goois Natuurreservaat A. Verklaring over de jaarrekening 2017 CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: het bestuur van Stichting Steun Goois Natuurreservaat A. Verklaring over de jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2017 van Stichting

Nadere informatie

De accountant verklaart!

De accountant verklaart! Een accountant kan bij historische financiële informatie verschillende soorten opdrachten uitvoeren, afhankelijk van de vraagstelling van de opdrachtgever (hierna: de organisatie of het bestuur daarvan)

Nadere informatie

Een kwestie van principes

Een kwestie van principes Een kwestie van principes De Verordening Gedragscode voor registeraccountants in het kort Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants Hoofdlijnen van de Verordening Gedragscode Op 1 januari

Nadere informatie

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN 24 november 2017 INHOUD HOOFDSTUK 1: Rol en status van het Reglement 1 HOOFDSTUK 2: Samenstelling RAC 1 HOOFDSTUK 3: Taken RAC 2 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Controleprotocol jaarrekening 2016

Controleprotocol jaarrekening 2016 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Wettelijk kader 3 1.2 Doel 4 2. Accountantscontrole 5 2.1 Controle getrouwheid en rechtmatigheid in het algemeen 5 2.2 Controle rechtmatigheid in het bijzonder 5 2.3 Controletoleranties

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Toezicht van De Nederlandse Hartstichting Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening Wij vinden dat

Nadere informatie

Klachten regeling. Inhoud

Klachten regeling. Inhoud Klachten regeling Inhoud 1. Doelstellingen en uitgangspunten 2. Klachtenprocedure 3. Evaluatie klachtenafhandeling 4. Geheimhouding 5. Privacy en rechtbescherming. 1. Doelstellingen en uitgangspunten.

Nadere informatie

Wetgeving voor accountantsorganisatie van OOB s Verplichte kantoorroulatie (ingangsdatum: 1 januari 2016) en scheiding van controle en advies (einde

Wetgeving voor accountantsorganisatie van OOB s Verplichte kantoorroulatie (ingangsdatum: 1 januari 2016) en scheiding van controle en advies (einde Wetgeving voor accountantsorganisatie van OOB s Verplichte kantoorroulatie (ingangsdatum: 1 januari 2016) en scheiding van controle en advies (einde overgangstermijn: 31 december 2014). Gevolgen voor Organisaties

Nadere informatie

JAN CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT *136076* Aan: de aandeelhouder van Scotch Whisky International B.V. A. Verklaring over de in het jaarrapport opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel

Nadere informatie

Niet-audit diensten en de onafhankelijkheid van de controlerend accountant

Niet-audit diensten en de onafhankelijkheid van de controlerend accountant Niet-audit diensten en de onafhankelijkheid van de controlerend accountant Mylène Goei 5784190 1 januari 2012 Faculteit Economie en Bedrijfskunde Begeleider: André Th. A. Koet RA Inhoudsopgave 1. Abstract

Nadere informatie

Controleprotocol verantwoording van subsidies vanaf ,- provincie Utrecht mei 2017

Controleprotocol verantwoording van subsidies vanaf ,- provincie Utrecht mei 2017 Controleprotocol verantwoording van subsidies vanaf 125.000,- provincie Utrecht mei 2017 Dit protocol vormt een uitwerking van artikel 23 lid 2, van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht (Asv).

Nadere informatie

Corporate governance code Caparis NV

Corporate governance code Caparis NV Corporate governance code Caparis NV De brancheorganisatie sociale werkgelegenheid en arbeidsintegratie Cedris heeft in het voorjaar van 2010 een branchecode aangenomen. In de inleiding van deze branchecode

Nadere informatie

Controle protocol Stichting De Friesland

Controle protocol Stichting De Friesland Controle protocol Stichting De Friesland 1. Doelstelling Stichting De Friesland heeft van de Belastingdienst de ANBI (algemeen nut beogende instelling) verkregen. Ten aanzien van de verantwoording van

Nadere informatie

Ref: B13.32 Betreft: Eumedion-reactie op NBA Consultatiedocument onafhankelijkheid en VGBA

Ref: B13.32 Betreft: Eumedion-reactie op NBA Consultatiedocument onafhankelijkheid en VGBA Aan de Nederlandse beroepsorganisatie van Accountants (NBA) Drs. H. Wieleman RA, voorzitter Postbus 7984 1008 AD Amsterdam Den Haag, 30 augustus 2013 Ref: B13.32 Betreft: Eumedion-reactie op NBA Consultatiedocument

Nadere informatie

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2016 van Lavide Holding N.V. te Alkmaar gecontroleerd.

Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2016 van Lavide Holding N.V. te Alkmaar gecontroleerd. Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V. Grant Thornton Accountants en Adviseurs B.V. De Passage 150 Postbus 71003 1008 BA Amsterdam T 088-676 90 00 F 088-676 90 10

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de raad van bestuur en de raad van toezicht van Stichting Zorginstellingen Pieter van Foreest Verklaring over de jaarrekening 2016 Ons oordeel Naar

Nadere informatie

Accountantsverslag 2012

Accountantsverslag 2012 pwc I Accountantsverslag 2012 Permar Energiek B.V. 24 mei 2013 pwc Permar Energiek B.V. T.a.v. de Raad van Commissarissen en de Directie Horaplantsoen 2 6717LT Ede 24 mei 2013 Referentie: 31024B74/DvB/e0291532/zm

Nadere informatie

Overzicht aanvullende waarborgen bij OOB-controle

Overzicht aanvullende waarborgen bij OOB-controle 1 2 3 4 Waarborg Vergunningplicht Een accountantsorganisatie dient te beschikken over een specifieke vergunning om een OOBcontrole te kunnen uitvoeren. Kwaliteitsbeoordelaar De accountantsverklaring wordt

Nadere informatie

Achtergrond en Probleemstelling

Achtergrond en Probleemstelling 142 Achtergrond en Probleemstelling Dit proefschrift onderzoekt hoe de kwaliteit van accountantscontroles van financiële verantwoordingen verband houden met de gereguleerde context waarin die controles

Nadere informatie

Controleprotocol subsidies gemeente Amersfoort

Controleprotocol subsidies gemeente Amersfoort Controleprotocol subsidies gemeente Amersfoort Controleprotocol voor de accountantscontrole bij door de gemeente Amersfoort gesubsidieerde organisaties November 2014 # 4174019 Algemeen Op grond van de

Nadere informatie

Controleprotocol. Accountantscontrole Jaarrekening Gemeente Berkelland Bijlage 1. Versie juni 2014 Controleprotocol pagina 1 van 9

Controleprotocol. Accountantscontrole Jaarrekening Gemeente Berkelland Bijlage 1. Versie juni 2014 Controleprotocol pagina 1 van 9 Controleprotocol Accountantscontrole Jaarrekening 2014 Controleprotocol pagina 1 van 9 Algemeen Doelstelling In dit controleprotocol staat waaraan de accountant zich moet houden bij de accountantscontrole.

Nadere informatie

CONTROLEPROTOCOL MEERJARIGE SUBSIDIES AFK KUNSTENPLANPERIODE

CONTROLEPROTOCOL MEERJARIGE SUBSIDIES AFK KUNSTENPLANPERIODE CONTROLEPROTOCOL MEERJARIGE SUBSIDIES AFK KUNSTENPLANPERIODE 2017-2020 Dit controleprotocol is opgesteld ten behoeve van de accountantscontrole van de financiële verantwoording van de subsidie die in het

Nadere informatie

Toenemende aandacht voor toezicht niet-oob accountantskantoren

Toenemende aandacht voor toezicht niet-oob accountantskantoren Toenemende aandacht voor toezicht niet-oob accountantskantoren De Autoriteit Financiële Markten (AFM) houdt sinds 2006 toezicht op accountantsorganisaties. De niet-oob vergunninghouders voeren uitsluitend

Nadere informatie

Controleprotocol. geriatrische revalidatiezorg (GRZ) 2013. - Nacalculatie DBC s GRZ. - Oude parameters. - vaststelling verrekenbedrag 2013

Controleprotocol. geriatrische revalidatiezorg (GRZ) 2013. - Nacalculatie DBC s GRZ. - Oude parameters. - vaststelling verrekenbedrag 2013 Controleprotocol geriatrische revalidatiezorg (GRZ) 2013 - Nacalculatie DBC s GRZ - Oude parameters - vaststelling verrekenbedrag 2013 Ten behoeve van de uit te voeren controle door externe accountant

Nadere informatie

Controleprotocol Subsidies Gemeente Zeist 2009

Controleprotocol Subsidies Gemeente Zeist 2009 Copro 9220 Controleprotocol Subsidies Gemeente Zeist 2009 Dit protocol treedt in werking op: 16 december 2009 Dit protocol is niet van toepassing op subsidies verleend voor het jaar 2009 of eerder Dit

Nadere informatie

Hierbij ontvangt u onze controleverklaring d.d. 30 november 2017 bij de jaarrekening 2016 van uw vennootschap.

Hierbij ontvangt u onze controleverklaring d.d. 30 november 2017 bij de jaarrekening 2016 van uw vennootschap. Amerikalaan 110 6199 AE Maastricht Airport Postbus 1864 6201 BW Maastricht Nederland Tel: 088 288 2888 Fax: 088 288 9901 www.deloitte.nl Aan de aandeelhouders van Ruelong B.V. Zanddonkweg 14 5144 NX WAALWIJK

Nadere informatie

CONTROLEPROTOCOL ID-BANEN

CONTROLEPROTOCOL ID-BANEN Copro 11134 CONTROLEPROTOCOL ID-BANEN 2011 1 Algemeen 1 1.1 Doelstelling 1.2 Procedures 2 Controleaanpak 2 2.1 Referentiekader 2.2 Rechtmatigheid 2.3 Betrouwbaarheid en Nauwkeurigheid 3 3 Accountantsproducten

Nadere informatie

CONTROLEPROTOCOL VOOR DE ACCOUNTANTSCONTROLE OP DE JAARREKENING 2016 VAN DE GEMEENTE TEN BOER.

CONTROLEPROTOCOL VOOR DE ACCOUNTANTSCONTROLE OP DE JAARREKENING 2016 VAN DE GEMEENTE TEN BOER. CONTROLEPROTOCOL VOOR DE ACCOUNTANTSCONTROLE OP DE JAARREKENING 2016 VAN DE GEMEENTE TEN BOER. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Algemene Vergadering van Aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Nederlandse Waterschapsbank N.V. Verklaring over de jaarrekening 2015

Nadere informatie

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN

INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN INTERNATIONALE CONTROLESTANDAARD 260 COMMUNICATIE OVER CONTROLE-AANGELEGENHEDEN MET HET TOEZICHTHOUDEND ORGAAN INHOUDSOPGAVE Paragrafen Inleiding... 1-4 Relevant orgaan... 5-10 Te communiceren controle-aangelegenheden

Nadere informatie

A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017

A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan de Raad van Beheer van de Stichting voor Protestants Christelijk Onderwijs voor Meppel e.o. A. Verklaring over de in het jaarverslag opgenomen jaarrekening 2017 Ons

Nadere informatie

Accountants Belastingadviseurs bezoekadres Van Elmptstraat 14 9723 ZL Groningen postbus Postbus 174 9700 AD Groningen telefoon 050-3166966 fax 050-3138180 e-mail groningen@jonglaan.nl internet www.jonglaan.nl

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 40852 3 augustus 2016 Controleprotocol voor Wlz-uitvoerders die als zorgkantoor zijn aangewezen opgave van pgb-beschikkingen

Nadere informatie

De controle van de groepsjaarrekening

De controle van de groepsjaarrekening De controle van de groepsjaarrekening Frans de Groot en Victor Valckx, Assurance Organisaties reageren steeds sneller met overnames, herstructureringen, reorganisaties en internationalisering op de dynamische

Nadere informatie

RAAD advies van 7 januari De rol van de commissaris-revisor inzake halfjaarlijkse en jaarlijkse communiqués van beursgenoteerde vennootschappen

RAAD advies van 7 januari De rol van de commissaris-revisor inzake halfjaarlijkse en jaarlijkse communiqués van beursgenoteerde vennootschappen RAAD advies van 7 januari 2000 De rol van de commissaris-revisor inzake halfjaarlijkse en jaarlijkse communiqués van beursgenoteerde vennootschappen Het koninklijk besluit van 3 juli 1996 betreffende de

Nadere informatie

Protocol onafhankelijkheid accountant WormerWonen

Protocol onafhankelijkheid accountant WormerWonen Pagina 1 van 5 Protocol onafhankelijkheid accountant WormerWonen Pagina 2 van 5 PROTOCOL INZAKE DE ONAFHANKELIJKHEID VAN DE ACCOUNTANT IN HET KADER VAN DE DIENSTVERLENING DOOR DE ACCOUNTANT AAN WORMERWONEN

Nadere informatie

d. Het controleprotocol is geen werkprogramma, maarde geeft een aantal minimale eisen ten aanzien van de verplicht uit te voeren controlepunten.

d. Het controleprotocol is geen werkprogramma, maarde geeft een aantal minimale eisen ten aanzien van de verplicht uit te voeren controlepunten. CONTROLEPROTOCOL AANGAANDE HET GEVEN VAN AANWIJZINGEN OVER DE REIKWIJDTE EN INTENSITEIT VAN DE ACCOUNTANTSCONTROLE IN HET KADER VAN INVESTERINGPROGRAMMA S AGENDA VAN TWENTE EN INNOVATIE PROGRAMMA TWENTE

Nadere informatie

Reglement auditcommissie NSI N.V.

Reglement auditcommissie NSI N.V. Artikel 1. Vaststelling en reikwijdte... 2 Artikel 2. Samenstelling Auditcommissie... 2 Artikel 3. Taken van de Auditcommissie... 2 Artikel 4. Vergaderingen... 6 Artikel 5. Informatie... 7 Artikel 6. Slotbepalingen...

Nadere informatie

Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V.

Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V. Aan: de aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Lavide Holding N.V. Grant Thornton Accountants en Adviseurs B.V. De Passage 150 Postbus 71003 1008 BA Amsterdam T 088-676 90 00 F 088-676 90 10

Nadere informatie

Praktijkhandreiking 1106 INTERNE ROULATIE BIJ NIET-OOB S Vastgesteld in de bestuursvergadering van 16 december 2009. Ingetrokken per dec '14

Praktijkhandreiking 1106 INTERNE ROULATIE BIJ NIET-OOB S Vastgesteld in de bestuursvergadering van 16 december 2009. Ingetrokken per dec '14 Praktijkhandreiking 1106 INTERNE ROULATIE BIJ NIET-OOB S Vastgesteld in de bestuursvergadering van 16 december 2009 1 PRAKTIJKHANDREIKING INTERNE ROULATIE BIJ NIET-OOB S Praktijkhandreiking 1106 Datum:

Nadere informatie

Een kwestie van principes

Een kwestie van principes Een kwestie van principes De Verordening Gedragscode voor registeraccountants in het kort Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants Hoofdlijnen van de Verordening Gedragscode Op 1 januari

Nadere informatie

III Overige gegevens staedion overige gegevens 2018

III Overige gegevens staedion overige gegevens 2018 III Overige gegevens staedion overige gegevens 2018 181 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de Raad van Commissarissen en het bestuur van Stichting Staedion Verklaring over de in het

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de gemeenteraad van de gemeente Utrecht A. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening

Nadere informatie

Controleverklaringen verklaard. De strekking van de controleverklaring bij decentrale overheden. Juni Controleverklaringen verklaard

Controleverklaringen verklaard. De strekking van de controleverklaring bij decentrale overheden. Juni Controleverklaringen verklaard Controleverklaringen verklaard De strekking van de controleverklaring bij decentrale overheden Juni 2016 1 De leden van de Koninklijke NBA vormen een brede, pluriforme beroepsgroep van ruim 20.000 professionals

Nadere informatie

Controleprotocol provincie Utrecht

Controleprotocol provincie Utrecht Controleprotocol provincie Utrecht Controleprotocol voor de accountantscontrole bij door de provincie Utrecht gesubsidieerde instellingen Januari 2010 Controleprotocol provincie Utrecht 1 van 7 Controleprotocol

Nadere informatie

Controleprotocol subsidies gemeente Alkmaar voor verantwoording subsidies > 250.000

Controleprotocol subsidies gemeente Alkmaar voor verantwoording subsidies > 250.000 Controleprotocol subsidies gemeente Alkmaar voor verantwoording subsidies > 250.000 1 Algemeen Op grond van de Kaderverordening Subsidieverstrekking van de gemeente Alkmaar kunnen subsidies worden verstrekt.

Nadere informatie

Samenvatting Beroepscode OvRAN Toelichting Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen Artikel 1.

Samenvatting Beroepscode OvRAN Toelichting Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen Artikel 1. Samenvatting Beroepscode OvRAN Toelichting Hoofdstuk1 Begripsbepalingen Hoofdstuk 2 Fundamentele Beginselen Hoofdstuk 3 Gedragsregels Controlerende leden Hoofdstuk 4 Gedragsregels Adviserende leden Hoofdstuk

Nadere informatie

Vaststellen van controleprotocol Subsidies gemeente Amsterdam 2015

Vaststellen van controleprotocol Subsidies gemeente Amsterdam 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 6259 22 januari 2015 Vaststellen van controleprotocol Subsidies gemeente Amsterdam 2015(3B, 2014, 248) Afdeling 3B Nummer 248 Publicatiedatum

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: het algemeen bestuur van Waterschap Vechtstromen A. Verklaring over de in de jaarstukken opgenomen jaarrekening 2017 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening

Nadere informatie

HOEBERT HULSHOF & ROEST

HOEBERT HULSHOF & ROEST Inleiding Artikel 1 Deze standaard voor aan assurance verwante opdrachten heeft ten doel grondslagen en werkzaamheden vast te stellen en aanwijzingen te geven omtrent de vaktechnische verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Reglement van de Auditcommissie van Stichting TBV

Reglement van de Auditcommissie van Stichting TBV Vastgesteld in de Raad van Toezicht d.d. 12 september 2007 Reglement van de Auditcommissie van Stichting TBV 0. Inleiding 0.1. Dit reglement is opgesteld door de Raad van Toezicht ingevolge artikel 18

Nadere informatie

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant T: +31 (0)30 284 98 00 E: utrecht@bdo.nl www.bdo.nl BDO Audit & Assurance B.V. Postbus 4053, 3502 HB Utrecht Van Deventerlaan 101, 3528 AG Utrecht Nederland Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Nadere informatie

VRAGENLIJST NADERE VOORSCHRIFTEN ONAFHANKELIJKHEID 1. (deel A: cliëntniveau) Cliëntnaam: Cliëntnummer: Jaar: Paraaf Datum Dossiercode

VRAGENLIJST NADERE VOORSCHRIFTEN ONAFHANKELIJKHEID 1. (deel A: cliëntniveau) Cliëntnaam: Cliëntnummer: Jaar: Paraaf Datum Dossiercode VRAGENLIJST NADERE VOORSCHRIFTEN ONAFHANKELIJKHEID 1 (deel A: cliëntniveau) Cliëntnaam: Cliëntnummer: Jaar: Paraaf Datum Dossiercode 1. Waarborgen in de organisatie van de assurancecliënt 1.1 Ga na of

Nadere informatie

Analyse belangenverstrengeling

Analyse belangenverstrengeling Analyse belangenverstrengeling Besproken in de bestuursvergadering van 7 mei 2015 Versie 31 mei 2015 Opgesteld door Mol & Pensioen 1 Inleiding Van belangenverstrengeling is sprake wanneer persoonlijke

Nadere informatie

Reglement van de auditcommissie van de Raad van Toezicht van Hogeschool Van Hall Larenstein

Reglement van de auditcommissie van de Raad van Toezicht van Hogeschool Van Hall Larenstein Reglement van de auditcommissie van de Raad van Toezicht van Hogeschool Van Hall Larenstein Dit gewijzigd reglement is op 10 december 2012 vastgesteld op grond van artikel 9 van het reglement van de raad

Nadere informatie

Verordening accountantsorganisaties

Verordening accountantsorganisaties Verordening accountantsorganisaties De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants; Gelet op artikel 19, tweede lid, onderdeel b, van de Wet op het accountantsberoep; Overwegende

Nadere informatie

Audit Quality. Heeft diversiteit tussen mannen en vrouwen invloed op de kwaliteit van de audit?

Audit Quality. Heeft diversiteit tussen mannen en vrouwen invloed op de kwaliteit van de audit? Audit Quality Heeft diversiteit tussen mannen en vrouwen invloed op de kwaliteit van de audit? Fleur Birnie 10059652 1 Juli 2013 Eerste versie Bachelor Economie en Bedrijfskunde Richting Accountancy &

Nadere informatie

Dit document maakt gebruik van bladwijzers

Dit document maakt gebruik van bladwijzers Dit document maakt gebruik van bladwijzers NBA-handreiking 1135 4 maart 2016 NBA-handreiking 1135 NBA-handreiking 1135: Van toepassing op: Accountantsorganisaties met een oob vergunning Onderwerp Toelichten

Nadere informatie

Controle protocol. 1 Doelstelling. 2 Eisen en aanwijzingen. 3 Toleranties en gewenste zekerheid

Controle protocol. 1 Doelstelling. 2 Eisen en aanwijzingen. 3 Toleranties en gewenste zekerheid Controle protocol 1 Doelstelling Het CZ Fonds moet voldoen aan de eisen van het convenant vastgelegd in 1998 tussen Zorgverzekeraars Nederland en de overheid van de Besteding Reserves Voormalige Vrijwillige

Nadere informatie

Accountant: Registeraccountant of Accountant-Administratieconsulent met certificeringsbevoegdheid.

Accountant: Registeraccountant of Accountant-Administratieconsulent met certificeringsbevoegdheid. Definities Accountant: Registeraccountant of Accountant-Administratieconsulent met certificeringsbevoegdheid. Accountantsorganisatie: Een onderneming of instelling die bedrijfsmatig wettelijke controles

Nadere informatie

Verordening Onafhankelijkheid

Verordening Onafhankelijkheid Verordening Onafhankelijkheid Samenvatting van de uitgangspunten en de veranderingen Juli 2013 Adviescollege Beroepsreglementering Streven is naar onafhankelijkheidsregels. die er zorg voor dragen dat

Nadere informatie

PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Uitsluitend voor identificatiedoeleinden PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Uitsluitend voor identificatiedoeleinden PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.

Nadere informatie

De onafhankelijkheid van de accountant en het verlenen van nonaudit services: bewijs aan de hand van drie verschillende maatstaven

De onafhankelijkheid van de accountant en het verlenen van nonaudit services: bewijs aan de hand van drie verschillende maatstaven De onafhankelijkheid van de accountant en het verlenen van nonaudit services: bewijs aan de hand van drie verschillende maatstaven Bachelorscriptie Naam: Joris Tanke Studentnummer: 5947448 Bachelor: Economie

Nadere informatie

Themaonderzoek niet-oob-accountantsorganisaties Samenvatting onderzoeksbevindingen. 26 november 2013

Themaonderzoek niet-oob-accountantsorganisaties Samenvatting onderzoeksbevindingen. 26 november 2013 Themaonderzoek niet-oob-accountantsorganisaties Samenvatting onderzoeksbevindingen 26 november 2013 Autoriteit Financiële Markten De AFM bevordert eerlijke en transparante financiële markten. Wij zijn

Nadere informatie

Provinciale Staten VOORBLAD

Provinciale Staten VOORBLAD VOORBLAD Onderwerp Aanwijzen accountant voor de verslagjaren 2013-2016 SIS-nummer Agendering (advies Griffie) PS2013-99 Commissie AFW 6 februari 2013 Provinciale Staten 13 februari 2013 Behandelwijze x

Nadere informatie

NIEUWE REGELGEVING VOOR ORGANISATIES VAN OPENBAAR BELANG De gevolgen voor uw organisatie op een rij

NIEUWE REGELGEVING VOOR ORGANISATIES VAN OPENBAAR BELANG De gevolgen voor uw organisatie op een rij NIEUWE REGELGEVING VOOR ORGANISATIES VAN OPENBAAR BELANG De gevolgen voor uw organisatie op een rij Omdat mensen tellen. Nieuwe regelgeving voor Organisaties van Openbaar Belang 3 Invoering nieuwe regelgeving

Nadere informatie

indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling Verslaggeving WTZi

indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling Verslaggeving WTZi Audit Alert 25 Verklaringen bij jaarrekeningen van AWBZ- en GGZ-instellingen indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling

Nadere informatie

Klachtenregeling Afier Accountants + Adviseurs 1

Klachtenregeling Afier Accountants + Adviseurs 1 Klachtenregeling Afier Accountants + Adviseurs 1 Inhoud 1. Doelstellingen en uitgangspunten 2. Klachtenprocedure 3. Evaluatie klachtenafhandeling 4. Geheimhouding 5. Privacy en rechtsbescherming. 1. Doelstellingen

Nadere informatie

Het effect van het verlenen van non-auditdiensten op de onafhankelijkheid van de accountant

Het effect van het verlenen van non-auditdiensten op de onafhankelijkheid van de accountant Universiteit van Amsterdam Faculteit Economie en Bedrijfskunde Bachelor Accountancy en Control Het effect van het verlenen van non-auditdiensten op de onafhankelijkheid van de accountant Naam Max van Egmond

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De ledenvergadering van de Nederlandse beroepsorganisatie van accountants, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 31296 16 juni 2016 Verordening tot wijziging van de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten

Nadere informatie

Accountants Belastingadviseurs adres Van Elmptstraat 14 9723 ZL Groningen telefoon 050-3166966 e-mail groningen@jonglaan.nl internet www.jonglaan.nl Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Nadere informatie