Samenvatting Economie Internationale Handel
|
|
- Jacobus van den Velde
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 2095 woorden 11 jaar geleden 6,5 17 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting economie Internationale Handel Hoofdstuk 1 Nederland handelsland Import en export Invoer / import = goederen die uit het buitenland zijn gekocht en geïmporteerd Uitvoer / export = goederen die aan het buitenland zijn verkocht en geëxporteerd Het verschil tussen de waarde van de import en export wordt het exportsaldo genoemd (of uitvoersaldo). Als de waarde van de export groter is dan de waarde van de import, spreken we van een exportoverschot. Indien andersom heet het een importoverschot. Redenen voor internationale handel 1. Natuurlijke omstandigheden, denk aan klimaat en aanwezigheid van grondstoffen. Waar de omstandigheden voor het produceren van een bepaald product gunstiger is, zullen de productiekosten lager liggen. 2. Technische ontwikkeling, landen waar de technische ontwikkelingen hoog zijn, met moderne productiemogelijkheden (machines) en geschoolde arbeiders zal producten sneller (dus goedkoper) en van betere kwaliteit kunnen produceren. De loonkosten per product zijn lager. 3. Infrastructuur, door betere infrastructuur kunnen grondstoffen en producten goedkoper aan- en afgevoerd worden, en de communicatie wordt vergemakkelijkt. Open economie Een open economie is een land dat relatief veel handelt met het buitenland. Er worden veel goederen en diensten geëxporteerd en geïmporteerd. Omdat de absolute geldcijfers van de import en export niets zeggen als je ze vergelijkt, worden de export- en importcijfers in verhouding tot het nationaal inkomen, oftewel nationaal product, bekeken. Dit wordt via import- en exportquotes gedaan. Als er zowel een hoge importquote als een hoge exportquote is, duidt dit op een open economie. Export = waarde export x 100% Nationaal inkomen Import = waarde import x 100% Nationaal inkomen Een open economie komt vaker voor bij kleinere landen. Hiervoor zijn twee oorzaken te geven: 1. Doordat kleine landen vaak 1 klimaat en bodemgesteldheid hebben, kunnen ze niet veel verschillende Pagina 1 van 5
2 goederen produceren. 2. Het ontbrekende schaalvoordeel bij sommige productieprocessen (d.w.z. dat de prijs per geproduceerde eenheid daalt naarmate de hoeveelheden stijgen). Dit komt door de hoge constante kosten. Grotere landen zijn vaak meer verzekerd van het verkoop van hun producten, gezien de grotere thuismarkt. Betalingsbalans De betalingsbalans is een overzicht van alle inkomsten en uitgaven van een land met betrekking tot het buitenland in 1 jaar. Het betreft hier zowel goederen als diensten. Lopende rekening Ontvangsten uit het buitenland Uitgaven aan het buitenland Export van diensten en goederen Import van diensten en goederen Bij het exporteren van goederen en diensten wordt er geld ontvangen, bij de import juist besteed. Kapitaalrekening Ontvangsten uit het buitenland Uitgaven Kapitaalimport Kapitaalexport De kapitaalrekening gaat niet over goederen of diensten, maar investeringen, leningen en beleggingen. *Saldo is ontvangsten uitgaven. Als de uitkomst positief is, spreekt men van een overschot op de lopende rekening of kapitaalrekening. Als het saldo negatief is, spreken we van een tekort. Door de ontvangsten en uitgaven van de lopende rekening en de kapitaalrekening op te tellen en van elkaar af te trekken, kun je het totale saldo van de betalingsbalans berekenen. De overheid en de betalingsbalans Nederland heeft een overschot op de lopende rekening, dankzij onze sterke exportpositie. Natuurlijk wil de overheid deze behouden. Grote export is goed voor de economie, gezien dit weer tot meer werkgelegenheid leidt. Een middel om de export te bevorderen, is loonmatiging. Hierdoor dalen de loonkosten per product waardoor de producten goedkoper verkocht geëxporteerd kunnen worden ( en dat betekend een betere exportpositie). Ook houdt dit de import in bedwang. Door grote loonsstijgingen zouden mensen meer gaan besteden, zowel in binnen- als buitenland. Zo blijft het exportoverschot op de lopende rekening intact. Er worden ook handelsmissies ondernomen en staatsbezoeken afgelegd, om zo productieopdrachten voor die landen te verkrijgen. De overheid steekt ook geld in innovatie. Multinationals Handel tussen verschillende landen, vindt niet plaats via overheden, maar via bedrijven. Soms horen bedrijven in verschillende landen bij één en hetzelfde keten. Een bedrijf met vestigingen in meerdere landen wordt een multinational genoemd. Een belangrijke reden waarom men vestigingen in andere landen zou hebben, is kostenbesparing. Zo kan de productie verplaatst worden naar landen waar de productiekosten lager zijn (bijvoorbeeld door de lagere lonen of de milieuregels zijn soepeler, waardoor er makkelijker en goedkoper geproduceerd kan worden). Een andere reden kan zijn, dat zo internationale handelsbelemmeringen teniet te doen. Als de overheid regels instelt om de import in toom te houden, kunnen multinationals deze makkelijk omzeilen. Tenslotte, kan het overnemen van bedrijven in het buitenland voordelen bieden, omdat ze zich zo verzekeren van een stabiele grondstoffentoevoer. Zo is het gehele productieproces te overzien en controleerbaar. Hoofdstuk 2 Wisselkoersen Wisselkoersen en valuta s Pagina 2 van 5
3 Een wisselkoers van een bepaalde munteenheid, of valuta, is de prijs vergeleken met andere valuta s in het buitenland. De wisselkoers wordt bepaald door de vraag en het aanbod op de valutamarkt. Op de valuta kan de ene valuta ingewisseld worden voor een andere. Er is niet 1 bepaalde wisselkoers van een valuta. Een wisselkoers kan veranderen en er zijn verschillende wisselkoersen, afhankelijk van de andere valuta waartegen de munt wordt ingewisseld. Als het aanbod daalt, stijgt de wisselkoers en andersom. Als de wisselkoers stijgt als gevolg van vraag en aanbod, wordt dit appreciatie genoemd. Als deze juist daalt, heet het depreciatie. Export en import Export en import houden sterk verband met de wisselkoers van een bepaalde valuta. De hoogte van de wisselkoers in binnen- en buitenland, kunnen het aantrekkelijk maken om juist wel te importeren of exporteren of niet. Als de wisselkoers van de binnenlandse munt is gestegen t.o.v. van andere landen (door daling van de vraag van buitenlandse valuta s of stijging van vraag van binnenlandse valuta), kan het aantrekkelijk zijn om te importeren. Producten uit het buitenland zijn nu goedkoper. Het zal echter niet andersom zijn. Geëxporteerde producten worden namelijk duurder. (Dit geldt natuurlijk ook andersom). Het betreft niet alleen goederen en diensten, maar ook de kapitaalzijde raakt hierbij betrokken. Internationale beleggers beleggen hun geld om een hoge rente en koerswinst te krijgen. De koerswinst wil zeggen, dat als de wisselkoers van de valuta waarin belegd is stijgt, zij dan winst zullen maken. Als de rente stijgt in een bepaald land, zal er dus massaal in belegd worden. De vraag zal stijgen en de wisselkoers dus ook. Tegelijkertijd daalt het aanbod. Wisselkoersen, handel en werkgelegenheid Omdat wisselkoeren invloed uitoefenen op de internationale handel, hangt dit ook nauw samen met de productie en dus werkgelegenheid. Een voorbeeld: Als de wisselkoers van de euro daalt, worden Nederlandse producten in het buitenland goedkoper. Daarmee verbeterd onze concurrentiepositie. Andere landen zullen door de goedkopere producten meer Nederlandse producten importeren. Onze export stijgt dus, en daarmee onze productie wat voor meer werkgelegenheid zorgt. Een stijging van de wisselkoers is echter weer gunstig voor de consument. Deze kan meer consumeren voor exact hetzelfde geld. Wisselkoersen en prijzen Wisselkoersen en prijzen houden nauw verband. Als de inflatie (=stijging van algemeen prijspeil) hoog is ten opzichte van andere landen, verslechterd de internationale concurrentiepositie. Daardoor daalt de vraag naar producten uit dat land. De vraag naar de valuta van dat land zal dalen, en daarmee de wisselkoers ook. Landen met een hoge inflatie hebben vaak een zwakke munteenheid en omgekeerd. Landen met een lage inflatie en een sterke valuta, hebben een sterke concurrentiepositie. Daardoor zal zowel de vraag naar producten hoog zijn als vraag naar de munt op de valutamarkt. Het is niet zo dat alleen het prijspeil de wisselkoers beïnvloedt. Het kan ook omgekeerd zijn. Een appreciatie van de euro betekend dat importeren aantrekkelijker wordt. De daling van de importprijzen houdt de inflatie laag. Een depreciatie zorgt dus voor een hogere inflatie, omdat buitenlandse producten relatief duurder worden. Voor internationale handelaren zijn stabiele wisselkoersen dus aangenaam. Het geeft zekerheid en er zit een minder groot risico aan vast. Als de wisselkoers te sterk verandert (stijgt of daalt) kan de Centrale Bank ingrijpen door de rente te verhogen. Andere banken moeten deze verandering volgen. Door de hogere rente zullen meer mensen gaan beleggen in de valuta waardoor de vraag stijgt en zo ook de Pagina 3 van 5
4 wisselkoers. Als de valuta te snel stijgt kan de rente worden verlaagd. De rentestand heeft niet alleen invloed op de wisselkoers, maar ook op het bestedingsgedrag in het binnenland. Als de rente hoger is, word lenen minder aantrekkelijk, maar sparen juist wel. Doordat er meer gespaard wordt en minder geleend, wordt er minder besteed. Dit kán gunstig zijn, maar dat hoeft niet. Dat hangt van de situatie in het land af. Een voorbeeld van een situatie waarin een daling van de bestedingen gewenst is: In een land is er sprake van overbesteding. Er is geen werkeloosheid, want er wordt meer gevraagd dan er geproduceerd kan worden. Hierdoor stijgen de prijzen, wat kan leiden tot een hogere inflatie. Als de situatie omgekeerd is, onderbesteding dus, heeft het land juist baat bij een rentedaling. Bij onderbesteding is er lage productie vanwege de lage bestedingen. Hierdoor is er werkeloosheid. Bij een rentedaling zullen dan de bestedingen stijgen, daarmee ook de productie en zo zal ook de werkeloosheid opgelost kunnen worden. Hoofdstuk 3 Economische integratie Vrijhandel en protectie De Europese economische integratie is al vrij ver gevorderd. Veel landen zijn verenigd in de Europese Unie. Onderling zijn er geen invoerrechten en grensbelemmeringen. Economisch zijn ze veelal op elkaar afgestemd. Buiten Europa zijn er echter wel invoerbelemmeringen om de eigen economieën te beschermen. Vrijhandel wil zeggen, dat de internationale handel niet wordt verhinderd. Iedereen kan, en zal, zijn spullen kopen waar ze het goedkoopst zijn. Hierdoor ontwikkeld ieder land zijn eigen specialiteit. Producten die zij heb best kunnen maken, waar de productiemogelijkheden het gunstigst zijn, zullen veelal daar vervaardigd worden. Bij vrijhandel worden dus producten gemaakt waar de kwaliteit het best is en de prijs het laagst. In theorie zorgt dit voor een hoge welvaart in de gehele wereld. In werkelijkheid zijn landen vaak goedkoper als de anderen omdat arbeiders slecht behandeld worden en de milieuwetten ontbreken of niet worden nagevolgd. Hoewel sommige producten goedkoper kunnen worden geïmporteerd, worden ze toch in het binnenland vervaardigd. Dit vanwege protectionisme; oftewel het beschermen van de eigen productie. Bij protectie heb je tarifaire en non-tarifaire maatregelen. Tarifaire protectie gaat over invoerrechten. Er is een heffing of subsidie op de prijs. Ook subsidies op exportproducten vallen onder tarifaire protectie. Tarifair komt van het woord tarief, en heeft dus altijd betrekking tot de prijs van een product. Non-tarifaire protectie doelt op het stellen van kwaliteitseisen en controles van het productieproces en dergelijke. Maatregelen bij protectie: Invoerrechten. Er wordt een tarief geheven op importproducten waardoor ze duurder worden. Zo kunnen ze minder goed concurreren met binnenlandse producten. (tarifair) Invoercontingentering / quotering. Er mag maar een bepaalde hoeveelheid van een product per jaar ingevoerd worden. (non-tarifair) Kwaliteitseisen. Er worden eisen gesteld waaraan binnenlandse producten wel en buitenlandse producten niet aan voldoen. Zo kunnen die producten geweigerd worden. (non-tarifair) Subsidiëring van de binnenlandse productie. Door het verstrekken van subsidies kunnen producten in het binnenland goedkoper geproduceerd worden. Er kan zo een lagere prijs gehanteerd worden waardoor de producten beter kunnen concurreren met buitenlandse producten. (tarifair) Pagina 4 van 5
5 Subsidiëring van de export. Hierdoor kunnen producten goedkoper aangeboden worden in het buitenland. Redenen voor protectie: Bescherming van de werkgelegenheid in het binnenland. Door een goede productie blijft de werkgelegenheid op peil. Dit kan niet als de producten uit het buitenland veel goedkoper zijn. De vraag naar binnenlandse producten zal dan namelijk dalen. Bescherming van beginnende industrieën. Door hoge opstartkosten zijn deze bedrijven extra kwetsbaar voor concurrentie uit het buitenland. Bewaren van onafhankelijkheid. Niemand wil volledig afhankelijk zijn van het buitenland zijn. Als het daar fout gaat, zit je zelf met de gebakken peren. Handelsoorlog. Protectie als reactie op het protectionisme van anderen. Dit kan een negatieve uitwerking hebben voor beide partijen. Protectie is voor de consument zelf niet erg gunstig. De keuze is minder en de producten zijn duurder. In rijke (westerse) landen worden vooral agrarische producten beschermt. Boeren worden hier veel gesubsidieerd. Hierdoor wordt er veel meer geproduceerd dan nodig. De overschotten worden opgeslagen of de overheid koopt de overschotten op en dumpt ze op de wereldmarkt voor lage prijzen. De invoerrechten op agrarische producten zijn erg hoog. Dit is vooral ongunstig voor ontwikkelingslanden. Zij produceren vaak agrarische producten en zouden deze maar al te graag exporteren naar rijke landen. Hun producten zijn niet opgewassen tegen de onze, die met veel subsidies worden geproduceerd. Zo kunnen ontwikkelingslanden geen eigen economie ontwikkelen. Pagina 5 van 5
De groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld
Samenvatting door een scholier 1909 woorden 17 april 2007 4,8 30 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Import: goederen uit het buitenland kopen Export: producten aan het buitenland verkopen Uitvoersaldo:
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale Handel
Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 1611 woorden 9 september 2001 6,5 169 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel Hoofdstuk 1 Nederland is erg
Nadere informatieInnovatie, modernisering, goede scholing - een land levert dan goede kwaliteit. Afnemers; goede verhouding prijs en kwaliteit
Samenvatting door een scholier 1633 woorden 8 juni 2007 6,5 4 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel. Hoofdstuk 1 Nederland handelsland. Nederland afhankelijk van handel omdat het
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Internationale handel
Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel Samenvatting door een scholier 1819 woorden 4 mei 2004 8,2 97 keer beoordeeld Vak Economie INTERNATIONALE HANDEL COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 3 Hoofdstuk
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale handel
Samenvatting Economie Internationale handel Samenvatting door een scholier 1484 woorden 7 oktober 2003 5,5 44 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Internationale handel HS 1 Nederland handelsland Par.
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale Handel
Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 2653 woorden 21 januari 2002 7 392 keer beoordeeld Vak Economie Internationale handel Hoofdstuk 1 Nederland Handelsland Er is
Nadere informatie1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur
Samenvatting door een scholier 1067 woorden 13 juli 2001 4 44 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting:Internationale Handel Hoofdstuk 1: ****Nederland Handelsland**** 1.1 Export/Import: de waarde van
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale Handel
Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 3059 woorden 10 juni 2004 6,4 124 keer beoordeeld Vak Economie 1.1 Introductie Bij export en import praten we over de waarde van
Nadere informatie1. De oorzaken van internationale arbeidsverdeling beschrijven en verklaren.
Samenvatting door een scholier 3866 woorden 28 november 2007 7,2 38 keer beoordeeld Vak Economie Internationale handel: Hoofdstuk 1: 1. De oorzaken van internationale arbeidsverdeling beschrijven en verklaren.
Nadere informatieBegrippenlijst Economie Internationale Handel
Begrippenlijst Economie Internationale Handel Begrippenlijst door een scholier 1948 woorden 10 maart 2004 6,4 29 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1, Nederland Handelsland arbeidsproductiviteit De
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 3593 woorden 4 april keer beoordeeld. Samenvatting economie Buitenland 2
Samenvatting door een scholier 3593 woorden 4 april 2011 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting economie Buitenland 2 Hoofdstuk 1 Internationale handel: - Nederland is erg afhankelijk
Nadere informatieLoonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag
Samenvatting Economie Europa Samenvatting door S. 1608 woorden 27 maart 2017 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het
Nadere informatieHoofdstuk 1: Waar produceren
Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het buitenland, importeert & exporteert veel Er is meer keuze aan goederen of diensten dan in een gesloten economie Concurrentiepositie
Nadere informatieHoofdstuk 5: Internationale betrekkingen
Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen Economie VWO 2011/2012 www.lyceo.nl H5: Internationale betrekkingen Economie 1. Inkomen 2. Consument 3. Producenten 4. Markt en Overheid 5. Internationale betrekkingen
Nadere informatieAls de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.
Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie
Nadere informatie6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE
Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende
Nadere informatieInternationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: 25-2-2013. Waar komt het vandaan?
Internationale handel H7 1 Waar komt het vandaan? Economie voor het vmbo (tot 8,35 m.) Internationale handel Importeren = invoeren (betalen) Exporteren = uitvoeren (verdienen) Waarom importeren: Meer keuze
Nadere informatieValutamarkt. fransetman.nl
euro in dollar wisselkoers Wisselkoers (ontstaat op valutamarkt) Waarde van een munt uitgedrukt in een andere munt Waardoor kan de vraag naar en het aanbod van veranderen? De wisselkoers van de euro in
Nadere informatieAntwoorden Economie Handel
Antwoorden Economie Handel Antwoorden door een scholier 973 woorden 14 april 2004 4,8 61 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen: Open Economie: Bijvoorbeeld: Nederland exporteert veel goederen en diensten
Nadere informatiewisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590?
wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590? 1,3644 * 590 = $805 2300 is dan 1,3644 * 2300 =$3138,12 Hoeveel euro is $789? 1,3644 dollar = 1 euro $789 / 1,3644 =578,28 euro Bereken
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie Samenvatting door een scholier 2379 woorden 23 maart 2004 5,4 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 3 Economische Integratie
Nadere informatieLesbrief Buitenland 2
Lesbrief Buitenland 2 Hoofdstuk 1 Internationale handel 1.1 Uitvoer en invoer Invoervolume ( = importvolume): Uitvoervolume (= exportvolume): de hoeveelheid goederen en / of diensten gekocht uit het buitenland
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland
Samenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland Samenvatting door een scholier 2095 woorden 5 oktober 2004 6,5 27 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie De welvaart neemt toe door internationale
Nadere informatiePraktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro
Praktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro Praktische-opdracht door een scholier 2050 woorden 10 jaar geleden 7,6 15 keer beoordeeld Vak Economie Voorwoord Het onderwerp dat we hebben
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10
Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10 Samenvatting door een scholier 2188 woorden 14 februari 2016 8,6 15 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Hoofdstuk 9: Schommelingen in de economie 9.1 Schommelingen
Nadere informatie7,9. Antwoorden door een scholier 3121 woorden 21 april keer beoordeeld. Hoofdstuk 1
Antwoorden door een scholier 3121 woorden 21 april 2006 7,9 18 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 1. a. Sportschoenen, spijkerbroek, elektronica, hamburgers, etc. b. Aardgas, kaas, bloemen, varkensvlees,
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Europa Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5
Samenvatting Economie Lesbrief Europa Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 7,1 Samenvatting door Naomi 3970 woorden 15 keer beoordeeld 9 april 2017 Vak Economie Methode LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren? 1.1 Oost-Europeanen
Nadere informatieExamen HAVO. Economie 1
Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed
Nadere informatieValutamarkt. De euro op koers. Havo Economie 2010-2011 VERS
Valutamarkt De euro op koers Havo Economie 2010-2011 VERS 2 Hoofdstuk 1 : Inleiding Opdracht 1 a. Dirham b. Internet c. Duitsland - Ierland - Nederland - Griekenland - Finland - Luxemburg - Oostenrijk
Nadere informatieEindexamen economie vwo II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een
Nadere informatieWelvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?
1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte
Nadere informatieModule 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging
Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens?
Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? 8.1 Waarom handel met het buitenland? Importeren = het kopen van goederen en diensten uit het buitenland. Waarom? -Goedkoper of van betere kwaliteit -Bepaalde
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2004-I
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2000-I
Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van
Nadere informatie7,9. Samenvatting door E woorden 21 april keer beoordeeld. 1.Waar produceren? Kennen:
Samenvatting door E. 3688 woorden 21 april 2014 7,9 44 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO 1.Waar produceren? Arbeidsmigratie: Werknemers verhuizen naar plaatsen waar werk is. Dat kan binnen een
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. Bankzaken 1 maximumscore 1 Voorbeeld van een juiste verklaring: De inflatie van 1,6% is een gemiddelde waarin de
Nadere informatieDomein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)
1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom
Nadere informatieHandel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8
betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Zakelijk boeren 1 maximumscore 1 A, B, D, E, F, H Opmerking
Nadere informatieEindexamen havo economie oud programma I
Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat mensen met een hoog
Nadere informatie3 Bij deze korte ritten worden levende dieren vervoerd en producten die snel kunnen bederven. Die moeten snel op de plaats van bestemming zijn.
Hoofdstuk 7 Nederland handelsland De grens over 1 Vanuit Nederland 10.000 365 (dagen) = 3.650.000 ritten per jaar 3.650.000 =... % van 7.400.000 3.650.000 7.400.000 100 = 49,3% 2 Binnen de EU is er vrij
Nadere informatieTe weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.
Hoofdstuk 4 Inkomen Paragraaf 4.1 De inkomensverschillen Waardoor ontstaan inkomens verschillen. Inkomensverschillen ontstaan door: Opleiding Verantwoordelijkheid Machtspositie Onregelmatigheid of gevaar
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Opgave 1 Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. 1 Voorbeeld van een juiste berekening: 47,5 27,5 100% = 72,73% 27,5
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 Rek in het arbeidsaanbod 1 maximumscore 2 Doordat het aanbod van
Nadere informatieSamenvatting Economie Europa en Conjunctuur
Samenvatting Economie Europa en Conjunctuur Samenvatting door K. 9041 woorden 25 maart 2014 8,1 24 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Europa hoofdstuk 1 Voordelen arbeidsmigratie van Nederlandse
Nadere informatieSamenvatting Economie Wereldeconomie
Samenvatting Economie Wereldeconomie Samenvatting door een scholier 1918 woorden 18 juli 2015 7,9 16 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 Het bruto binnenlands product (bbp) is een maatstaf
Nadere informatie6,1. Praktische-opdracht door een scholier 2179 woorden 5 december keer beoordeeld
Praktische-opdracht door een scholier 2179 woorden 5 december 2007 6,1 19 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Onze PO van geschiedenis gaat over de verschillende factoren van de handel. Ook in welke
Nadere informatie2 De goederen en pakketjes worden daar overgeladen om snel op de eindbestemming afgeleverd te kunnen worden.
Hoofdstuk 8 Over economische grenzen Intro Exportmedewerker 1 Bijvoorbeeld: - Goede beheersing van het Engels - Goede communicatieve vaardigheden - Goed met mensen kunnen omgaan - Goed in een team kunnen
Nadere informatieInleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1
Inleiding tot de economie Test december 2008 H17 tem H25 VERBETERING 1 Vraag 1 Bin. Munt/Buit. munt Hoeveelheid buitenlandse munt Beschouw bovenstaande grafiek met op de Y-as de hoeveelheid binnenlandse
Nadere informatieSectorwerkstuk Economie Inflatie
Sectorwerkstuk Economie Inflatie Sectorwerkstuk door een scholier 2560 woorden 7 januari 2007 6,3 70 keer beoordeeld Vak Economie De inflatie van Nederland en de Eurozone tussen 2000 en 2004. Inhoudsopgave:
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECOMONIE MAANDAG 2 MAART UUR 13:00 UUR. Belangrijke informatie
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECOMONIE MAANDAG 2 MAART 2015 11.30 UUR 13:00 UUR Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Algemene ecomonie Maandag 2 maart 2015 B / 9 2015 Stichting
Nadere informatieSamenvatting Economie Hst. 4 Het Buitenland
Samenvatting Economie Hst. 4 Het Buitenland Samenvatting door een scholier 1280 woorden 21 juli 2009 8 1 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Hst. 4 HET BUITENLAND Je moet iets weten over de verschillende
Nadere informatieANTWOORDEN HOOFDSTUK 5
ANTWOORDEN EINDTOETS HOOFDSTUK 5 RONDKOMEN ANTWOORDEN HOOFDSTUK 5 TOETS 1 RONDKOMEN 1 Prioriteiten stellen. 2 B 3 2,55 + 2,80 = 5,35 4 52 27 : 12 + 95 : 2 + 40,50 : 3 + 25 = 203. 5 A 3; B 4; C 2; D 1.
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2008-II
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 De werkgelegenheid verandert met
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2006-II
Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: kosten van politie-inzet
Nadere informatieVroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.
Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding
Nadere informatie= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land.
1 De wisselmarkt 1.1 Begrip Wisselkoers = de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. bv: prijs van 1 USD = 0,7
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo 2007-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 q v = 200 1,25 + 450 = 200 q a
Nadere informatieSamenvatting Economie Toetsweek 2
Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN
Nadere informatie7,8. Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april 2005 7,8 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 5 Internationale handel: Als mensen van het ene land goederen of diensten kopen in
Nadere informatie6,8. Als je de stof van 37.1 beheerst, kun je. Antwoorden door een scholier 3896 woorden 16 mei keer beoordeeld. Checklists Thema 8.
Antwoorden door een scholier 3896 woorden 16 mei 2003 6,8 37 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Checklists Thema 8. Als je de stof van 37.1 beheerst, kun je 1. het verschil uitleggen tussen een
Nadere informatieDomein Goede Tijden, Slechte Tijden
Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! havo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.
Nadere informatieStatistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012
Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren
Nadere informatieH2: Economisch denken
H2: Economisch denken 1 : Produceren Produceren: Het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van de productiefactoren door bedrijven en de overheid. Alleen bedrijven en de overheid kunnen produceren
Nadere informatieHoofdstuk 5 4e klas GT
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Monique Kroon 27 juni 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/80430 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieIndexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100
Samenvatting door een scholier 1391 woorden 3 juni 2005 7 34 keer beoordeeld Vak Economie Economie de arbeidsmarkt hoofdstuk 4 en 5 Hoofdstuk 4 4.1 Werkgelegenheid in Nederland Alleen een opdracht 4.2
Nadere informatieEindtermen VWO. Domein E. Wisselkoersen
Eindterm VWO Domein E Wisselkoers Domein E Wisselkoers Eindterm 19: e valuta (van e bepaald land): De vraag naar e valuta wordt bepaald door: a) Export op de lopde reking (van de betalingsbalans) Het buitland
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2007-II
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Een antwoord waaruit blijkt dat
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2000-II
Opgave 1 Uit een krant: Uitzendbranche blijft groeien Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat de uitzendbranche in het eerste kwartaal van 1998 flink is gegroeid. In vergelijking
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 vwo II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2008-I
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 ja De prijselasticiteit
Nadere informatiePerscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie
Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué Brussel, 15 september 2000 Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend.
Beoordelingsmodel Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt één punt toegekend. De economische kringloop 1 B 2 maximumscore 1 Voorbeelden van een juiste verklaring (één van de volgende): De consumenten
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vakbonden, werkgeversbonden, individuele
Nadere informatieMACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD
pdf18 MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD De macro-vraaglijn of geaggregeerde vraaglijn geeft het verband weer tussen het algemeen prijspeil en de gevraagde hoeveelheid binnenlands product. De macro-vraaglijn
Nadere informatieH1: Economie gaat over..
H1: Economie gaat over.. 1: Belangen Geld is voor de economie een smeermiddel, door het gebruik van geld kunnen we handelen, sparen en goederen prijzen. Belangengroep Belang = Ze komen op voor belangen
Nadere informatieSamenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken
Nadere informatieExamen HAVO en VHBO. Economie 1,2 oude en nieuwe stijl
Economie 1,2 oude en nieuwe stijl Examen HAVO en VHBO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Vooropleiding Hoger Beroeps Onderwijs HAVO Tijdvak 2 VHBO Tijdvak 3 Woensdag 21 juni 13.30 16.30 uur 20 00 Dit
Nadere informatieEindexamen havo economie oud programma 2012 - I
Opgave 1 Beleggingen leiden tot inkomensverschillen Aangetrokken door voorspoedige ontwikkelingen op de effectenbeurs, zijn in een land de mensen steeds meer gaan beleggen in aandelen en obligaties. Mede
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari 2009 8 3 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 11 Arbeidsmarkt = geheel vraag naar en aanbod van arbeid. Ondoorzichtige markt = werknemers+werkgevers
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2008-I
Beoordelingsmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 vergemakkelijken van het ontslaan
Nadere informatieHoofdstuk 5 4e klas GT
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Monique Kroon 27 June 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/80430 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.
Nadere informatieMicronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden
Samenvatting door een scholier 1037 woorden 19 augustus 2003 5,5 126 keer beoordeeld Vak Economie H1. Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden Macroniveau:
Nadere informatieEindexamen economie 1 vwo 2003-I
4 Antwoordmodel Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 Een voorbeeld van een juist antwoord is: Een antwoord
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2004-II
4 Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 artikel 1 Een verklaring waaruit
Nadere informatieDomein Goede Tijden, Slechte Tijden
Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! vwo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.
Nadere informatieDe armoedegrens is het bedrag dat minimaal nodig is om menswaardig te kunnen leven.
Samenvatting door Yanoe 2582 woorden 5 juli 2017 1 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 De armoedegrens is het bedrag dat minimaal nodig is om menswaardig te kunnen leven. Het gebruik
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Woensdag 9 maart 2016 B / 9 2015 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (21
Nadere informatieBruto binnenlands product
Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen
Nadere informatieVraag Antwoord Scores
Opgave 1 Hoe verdelen we de zorgkosten? 1 maximumscore 2 Stel het bbp op 100 en het totaal van de zorgkosten op 9 9 1,035 24 = 9 2,283328 = 20,55 1 100 1,0132 24 = 136,99 20,55 136,99 100% = 15% (en dat
Nadere informatieLandenanalyse H4. Week 1 Landenrisico
Landenanalyse H4 Week 1 Landenrisico Risico s en problemen die verbonden zijn met het exporteren naar het buitenland - Importbelemmeringen (als bijvoorbeeld de handelsbalans een groot tekort vertoont)
Nadere informatieOm een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.
Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag voor leerlingen van het vak economie vwo, eerste tijdvak (2019). In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende
Nadere informatie