De volledig zelfrijdende auto en schadevergoeding

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De volledig zelfrijdende auto en schadevergoeding"

Transcriptie

1 De volledig zelfrijdende auto en schadevergoeding Kan een slachtoffer bij een ongeval met een volledig zelfrijdende auto zich beroepen op de huidige wetgeving om zijn schade vergoed te krijgen of zijn er aanpassingen op de wetgeving nodig? F.B.M. Vink Studentnummer: Begeleider: mw. Mr. Y.A. Bos Tweede beoordeling: Datum:

2 Inhoudsopgave Inleiding 3 1 De wegenverkeerswet Het overmachtverweer Eigenschuld 100% Regel Eigenschuld 50% Regel Tussenconclusie 14 2 De onrechtmatige daad Verwijtbaar nalaten De onrechtmatige daad Toerekening krachtens verkeersopvattingen Tussenconclusie 21 3 Aansprakelijkheid zaken en Productaansprakelijkheid Aansprakelijkheid van roerende zaken Productaansprakelijkheid De vergoedbare schade Tussenconclusie 29 4 Toekomstige mogelijkheden Individuele risicoaansprakelijkheid Collectieve aansprakelijkheid Verkeersverzekering Tussenconclusie 37 5 Conclusie 39 Literatuurlijst 44 2

3 Inleiding Nieuws rondom de zelfrijdende auto verschijnt geregeld in de media. Het eerste serieuze ongeluk met een zelfrijdende auto waarbij een dodelijk slachtoffer viel heeft onlangs plaatsgevonden in de Verenigde Staten. De techniek van een zelfrijdende Tesla miste vanwege zonneblindheid van een sensor een aanhanger. De aansprakelijkheidsvraag kwam niet aan bod in de media. Dit is echter wel een vraag waar autofabrikanten, juristen, overheden en verzekeraars zich mee bezighouden. De volledig zelfstandig rijdende auto is hard op weg om onderdeel te worden van onze maatschappij. De autorijder verandert in de nabije toekomst van een autobestuurder in een autogebruiker wanneer er sprake gaat zijn van volledig zelfrijdende auto s. Hierdoor rijzen er vragen over de risico s die er ontstaan bij het gebruik van een auto waarover iemand feitelijk geen controle meer heeft. De belangrijke vraag rijst dan ook: Kan een slachtoffer van een ongeval met een volledig zelfrijdende auto met een beroep op de huidige wetgeving zijn schade vergoed krijgen óf zijn er aanpassingen op de wetgeving noodzakelijk? Om verschillende redenen lijkt de ontwikkeling van de zelfrijdende auto een grote stap vooruit te zijn. Men kan aan economische en milieuvriendelijke vooruitgangen denken. Zo zullen, wanneer alle auto s autonoom gaan rijden, de menselijke factoren gefilterd worden en auto s meer op constante snelheden gaan rijden. Ook colonne rijden zal mogelijk zijn, waardoor het brandstofverbruik verminderd wordt 1 en files zullen afnemen 2. Bovendien is de kans groot dat het aantal ongevallen op de openbare weg zal verminderen en dat het aantal verkeersslachtoffers aanzienlijk zal afnemen, immers menselijke fouten zijn meestal de oorzaak van een ongeval in het verkeer 3. Al met al lijken er veel voordelen te zijn aan het ontwikkelen van autonoom autorijden. Minister Schultz van Milieu en Infrastructuur ziet dan ook graag dat Nederland het voortouw neemt wat betreft het ontwikkelen en het mogelijk maken van zelfrijdende auto s 4. Sinds januari 2016 is in Wageningen met toestemming van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu gestart met een proef met volledig zelfrijdende busjes op de 1 Driverless cars. Look, no hands, The Economist Special Report Cars, Gloom and Boom, 20 April 2013, p Brookhuis e.a. 2001, p

4 openbare weg 5. Bovendien pleit de Minister voor een uitgebreide Europese samenwerking op dit gebied 6. Echter, een belangrijke voorwaarde voor het bevorderen en het gebruiken van volledig zelfrijdende auto s is het afdekken van schade die door het gebruik van deze auto s bij de mens en de maatschappij ontstaat. Vele aspecten van de huidige wetgeving laten hier nog grote onduidelijkheid over bestaan. Deze wetgeving gaat er immers vanuit dat de mens zelf bestuurder is van een auto en verantwoordelijk is voor de veiligheid. In Europa bijvoorbeeld geldt het Verdrag van Wenen inzake wegverkeer. Landen die partij zijn bij dit verdrag dienen maatregelen te treffen zodat de regelgeving op hun grondgebied inzake wegverkeer in overeenstemming is met de verdragsbepalingen 7. Artikel 8 van dit verdrag bepaalt dat elk voertuig een bestuurder dient te hebben en deze bestuurder dient altijd controle te hebben over het voertuig dat hij bestuurt 8. Daarnaast bepaalt artikel 13 onder andere dat een bestuurder van een voertuig te allen tijde een voertuig op zodanige wijze in zijn macht dient te hebben, dat hij alle benodigde voorzichtigheid kan betrachten en tegelijkertijd alle vereiste handelingen kan verrichten 9. Volledig zelfrijdende auto s echter, hebben geen bestuurder als bedoeld in artikel 1 sub v van het verdrag. In dit artikel wordt een bestuurder gedefinieerd als: degene die een motorvoertuig of enig ander voertuig bestuurt. Dit duidt erop dat de Europese wetgever een natuurlijk persoon voor ogen heeft die als bestuurder aangemerkt moet worden 10. In 2014 zijn er amendementen aangenomen bij het Verdrag van Wenen inzake wegverkeer waardoor rijsystemen die ondersteuning bieden aan de bestuurder worden toegestaan 11. Deze toevoegingen laten echter de bepalingen van artikel 8 lid 1 onaangetast, waardoor een volledig zelfrijdende auto zonder bestuurder nog niet in lijn is met het Verdrag. De overheden van België en Zweden hebben derhalve nieuwe voorstellen ingediend om het Verdrag te wijzigen 12. Zij stellen voor om in artikel 8 van het Verdrag van Wenen een onderscheid te maken tussen drie verschillende computersystemen in Vellinga & van Wees 2016 p. 1 8 Vellinga & van Wees 2016 p. 2 9 Vellinga & van Wees 2016 p van Wees 2015 p. 5 en Vellinga & van Wees 2016 p inwerkingtreding zie: Trb. 2016, ECE/TRANS/WP.1/2015/8 Online te raadplegen: 4

5 motorvoertuigen. Ten eerste zijn dat systemen die slechts bedoeld zijn om de bestuurder te ondersteunen. Ten tweede zijn dat systemen die tijdelijk alle rijtaken van de bestuurder overnemen. Dit computersysteem ziet echter op gevallen waarbij een systeem niet voor het gehele traject alle rijtaken overneemt, zodat de aanwezigheid en handelingen van een bestuurder bij dit systeem nog noodzakelijk zullen zijn 13. Bij het rijden met dit systeem wordt voorgesteld om lid 6 van artikel 8 van het Verdrag niet van toepassing te laten verklaren. Dit zal betekenen dat het een bestuurder niet langer wordt verboden om andere activiteiten tijdens het besturen van een motorrijtuig te verrichten. Ten derde wordt er gesproken over systemen die alle rijtaken overnemen van de bestuurder voor het gehele traject. Hierbij wordt voorgesteld dat, wanneer een voertuig rijdt met het laatst genoemde systeem de leden 1, 3 en 4 van artikel 8 van het Verdrag niet van toepassing worden verklaard waardoor de eis vervalt dat elk motorvoertuig een (natuurlijk) persoon als bestuurder dient te hebben 14. Pas na het verwerken van deze voorstellen zal het mogelijk worden om elke vorm van (100%) zelfrijdende auto s toe te laten op de openbare weg in landen die het Verdrag van Wenen hebben ondertekend. Het betekent echter niet dat de bestuurder niet meer in staat behoeft te zijn om op elk moment controle over het motorrijtuig te behouden, aangezien artikel 8 lid 5 niet buiten toepassing wordt verklaard 15. Wanneer een volledig zelfrijdende auto in de toekomst de openbare weg op mag en ook daadwerkelijk zal gaan deelnemen aan het verkeer, komt men, in geval van een ongeluk met een dergelijke auto, direct toe aan de vraag wie er aansprakelijk gesteld kan worden door een slachtoffer/benadeelde. De huidige en komende juridische ontwikkelingen op dit vlak zijn voor mij reden om een onderzoek in te stellen naar de vraag óf en in hoeverre de huidige wetgeving voldoende voorziet in regelgeving omtrent aansprakelijkheid bij ongevallen veroorzaakt door volledig zelfrijdende auto s en op welke aspecten de wetgeving uitbreiding of aanpassing behoeft. Zodat een slachtoffer van een ongeval met een volledig zelfrijdende auto zijn schade vergoed kan krijgen. Het gebruik van zelfrijdende auto s zal wellicht worden 13 ECE/TRANS/WP.1/2015/8 Online te raadplegen: 14 Vellinga & van Wees 2016 p. 2 en ECE/TRANS/WP.1/2015/8 p. 8. Online te raadplegen: 15 ECE/TRANS/WP.1/2015/8 p. 7. Online te raadplegen: 5

6 vertraagd of komt mogelijk zelfs niet tot groei bij ontbreken van duidelijke wetgeving over aansprakelijkheid in geval van schade terwijl het gebruik van zelfrijdende auto s zoveel positieve aspecten voor mens en milieu biedt. Door de literatuur en de huidige wetgeving toe te passen op (fictieve) voorbeelden van ongelukken waarbij een volledig zelfrijdende auto betrokken is, tracht dit onderzoek duidelijkheid te scheppen omtrent het vraagstuk of de huidige wetgeving toegepast kan worden op een volledig zelfrijdende auto. Om dit te kunnen doen zullen er per hoofdstuk voorbeelden worden gegeven van ongevallen waarbij een zelfrijdende auto betrokken is. Het eerste hoofdstuk richt zich op aansprakelijkheidsvraagstukken bij een beroep op artikel 185 Wegenverkeerswet, waarbij ongevallen tussen gemotoriseerde voertuigen en ongemotoriseerde voertuigen, zaken en personen centraal staan. Vervolgens wordt er in hoofdstuk 2 onderzocht of aansprakelijkheid aangenomen kan worden op grond van de onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW. Dit artikel ziet op gevallen waarbij een zelfrijdende auto een ander gemotoriseerd voertuig aanrijdt en hierbij schade veroorzaakt. Het derde hoofdstuk onderzoekt of bezitters van gebrekkige producten of de producenten daarvan aansprakelijk gesteld kunnen worden voor schade die ontstaan is door toedoen van een gebrekkige roerende zaak. In hoofdstuk 4 worden eventuele toekomstige mogelijkheden besproken die afwijken van het huidige aansprakelijkheidsrecht. Zodoende wordt er in de conclusie antwoord gegeven op de vraag of de huidige wetgeving toereikend is om aansprakelijkheid vast te stellen bij een ongeval met een volledig zelfrijdende auto. Op deze wijze zal dit onderzoek een antwoord geven op de volgende probleemstelling: kan een slachtoffer bij een ongeval met een volledig zelfrijdende auto zich beroepen op de huidige wetgeving om zijn schade vergoed te krijgen of zijn er aanpassingen in de wetgeving noodzakelijk? 6

7 Hoofdstuk 1 De Wegenverkeerswet De Wegenverkeerswet heeft tot doel zwakkere deelnemers, dat wil zeggen ongemotoriseerde, in het verkeer te beschermen 16. Voordat deze wet werd ingevoerd was er roep naar een wet die het mogelijk maakte om slachtoffers van verkeersongelukken schadeloos te stellen, ongeacht de vraag wie er schuld had 17. Aan de hand van fictieve voorbeeldongevallen met een volledig zelfrijdende auto en ongemotoriseerde voertuigen of personen, wordt er in dit hoofdstuk ingegaan op de vraag wie aansprakelijk gesteld kan worden naar huidig recht op basis van artikel 185 Wegenverkeerswet. Om de Wegenverkeerswet van toepassing te laten zijn moet bezien worden of een zelfrijdende auto valt onder de definitie van de Wegenverkeerswet van motorrijtuig. Artikel 1 sub c Wegenverkeerswet geeft de definitie van een motorrijtuig: alle voertuigen, bestemd om anders dan langs spoorstaven te worden voortbewogen uitsluitend of mede door een mechanische kracht, op of aan het voertuig zelf aanwezig dan wel door elektrische tractie met stroomtoevoer van elders, met uitzondering van fietsen met trapondersteuning. Aangezien een zelfrijdende auto niet een voertuig is dat bestemd is om langs spoorstaven voort te bewegen of onder de uitzondering geschaard kan worden, valt het onder de definitie van de Wegenverkeerwet. Het is op grond van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) verplicht een verzekering af te sluiten voor motorvoertuigen die op de openbare weg rijden. Hierdoor wordt de verkeersaansprakelijkheid verzekerd en wordt veroorzaakte schade afgewikkeld via een WAM verzekering. De definitie van motorrijtuig is hetzelfde als bij de Wegenverkeerswet en dus valt een zelfrijdende auto ook hier onder de definitie van motorrijtuig. Artikel 2 lid 1 WAM stelt dat een bezitter en degene op wiens naam een motorrijtuig is ingeschreven in het kentekenregister verplicht zijn een verzekering te sluiten en in stand te houden indien met het motorrijtuig op de openbare weg gereden wordt. De verzekering moet volgens artikel 3 lid 1 WAM in ieder geval de burgerrechtelijke aansprakelijkheid waartoe het 16 Kamerstukken II 1997/1998, 25759, 3, p. 7 (MvT). 17 Asser 2015 p

8 motorrijtuig aanleiding kan geven van iedere bezitter, houder en bestuurder van het verzekerde voertuig alsmede van degenen die daarmee vervoerd worden omvatten. Dit betekent dat de aansprakelijkheid krachtens 185 Wegenverkeerswet en de aansprakelijkheid krachtens de onrechtmatige daad op grond van artikel 6:162 BW in beginsel gedekt zijn 18. Het artikel 185 Wegenverkeerswet is alleen van toepassing op ongevallen die plaats vinden op de openbare weg 19. Bovendien moet er sprake zijn van een aanrijding tussen een gemotoriseerd voertuig en een ongemotoriseerd voertuig, persoon of andere zaken, blijkt uit lid 1. Voorbeeld 1.1 Een volledig zelfrijdende auto moet uitwijken op de openbare weg voor een andere auto die plotseling remt. Hierbij wordt schade veroorzaakt aan een geparkeerde fiets die langs de kant van de weg staat. Uit lid 1 van artikel 185 Wegenverkeerswet volgt dat aansprakelijkheid voor schade alleen betrekking heeft op personen of zaken die niet aanwezig zijn in het voertuig dat de schade heeft veroorzaakt. Alle inzittenden van de auto die schade veroorzaakt worden derhalve uitgesloten door lid 1 en daarbij zondert lid 3 de inzittende(n) van andere motorrijtuigen uit 20. De aansprakelijkheid volgend uit dit artikel is een kwalitatieve aansprakelijkheid, immers wanneer er sprake is van een eigenaar of houder wordt deze aangesproken in deze hoedanigheid, ongeacht de vraag of hij zelf bestuurder was 21. In de praktijk betreft artikel 185 Wegenverkeerswet ook een risicoaansprakelijkheid, aangezien de eigenaar of houder aansprakelijk is voor een ongeluk met een motorrijtuig tenzij hij aannemelijk maakt dat er sprake is van overmacht 22. Er is geen sprake van aansprakelijkheid die berust op een fout in het gedrag van de bestuurder 23. De eigenaar of houder van het bij een ongeval betrokken voertuig wordt aangesproken, ongeacht of hij zelf wel of niet de bestuurder was ten 18 Spier 2015 p Spier 2015 p Spier 2015 p Spier 2015 p Spier 2015 p Spier 2015 p. 89 8

9 tijde van het ongeval. Degene die schade heeft geleden kan dus twee verschillende personen aansprakelijk stellen, volgens lid 4: de eigenaar of houder van het voertuig dat betrokken was bij het ongeval op basis van 185 Wegenverkeerswet en/of de bestuurder op grond van de onrechtmatige daad 24. In voorbeeld 1.1 is er sprake van een zelfrijdende (gemotoriseerde) auto die schade veroorzaakt aan een geparkeerde fiets op de stoep van de openbare weg. De wegenverkeerswet is derhalve van toepassing op de geschetste (fictieve) casus. Derhalve is de eigenaar/houder gehouden de ontstane schade te vergoeden, tenzij hij aantoont dat er sprake is van overmacht 25. Daarnaast is er geen vereiste in 185 Wegenverkeerswet die stelt dat de eigenaar/houder controle over het voertuig moet hebben 26. De eigenaar of houder van de zelfrijdende auto in voorbeeld 1.1 zal derhalve op basis van artikel 185 lid 1 Wegenverkeerswet aangesproken kunnen worden en gehouden zijn de schade aan de geparkeerde fiets te vergoeden behoudens het geval dat hij overmacht kan aantonen. 1.2 Het overmachtverweer Om aansprakelijkheid op grond van artikel 185 Wegenverkeerswet af te wentelen bestaat er een beroep op overmacht volgend uit lid 1. De Hoge Raad heeft in het arrest ABP/Winterthur 27 uiteengezet wanneer een beroep op overmacht kans van slagen heeft. Dit is het geval wanneer aannemelijk wordt gemaakt dat de bestuurder van het voertuig ter zake van de wijze waarop hij aan het verkeer heeft deelgenomen, voor zover van belang voor de veroorzaking van het ongeval, rechtens geen enkel verwijt gemaakt kan worden 28. Volgens de Hoge Raad zijn hierbij fouten van andere weggebruikers, waaronder ook het (de) slachtoffer(s) van het ongeval gerekend mag (mogen) worden, alleen van belang indien zij voor de bestuurder van het motorrijtuig zo onwaarschijnlijk waren dat deze bij het bepalen van zijn verkeersgedrag met die mogelijkheid naar redelijkheid en billijkheid geen rekening behoefde te houden 29. Aangezien dit een zware eis is van de Hoge Raad zijn er in de jurisprudentie weinig 24 Asser 2015 p Spier 2015 p De Vey Mestdagh & Lubbers 2015 p HR , nr , NJ 1992, 527 (ABP/Winterthur) ECLI:NL:HR:1992:ZC HR , nr : r.o. 3.3, NJ 1992, 527 (ABP/Winterthur) ECLI:NL:HR:1992:ZC HR , nr : r.o. 3.3 NJ 1992, 527 (ABP/Winterthur) ECLI:NL:HR:1992:ZC0616 9

10 uitspraken te vinden waarin dit verweer tot een geslaagd beroep op overmacht leidde 30. Het overmachtsverweer ziet, wanneer artikel 185 Wegenverkeerswet van toepassing is, volgens de Hoge Raad niet op een gebrek aan het motorvoertuig. Dit blijkt uit een arrest 31 van de Hoge Raad waarin overwogen werd dat, hoewel de oorzaak van het ongeval een gebrek aan het motorrijtuig was, dit niet viel onder overmacht in de zin van artikel 25 lid 1 (thans artikel 185 Wegenverkeerswet) 32. Men kan hierbij bijvoorbeeld denken aan een geval waarbij een wiel van een auto afbreekt, waardoor allerlei schade kan ontstaan bij derden. Hoewel dit gebrek de oorzaak is van de ontstane schade, is het niet een omstandigheid dat tot een geslaagd beroep op overmacht kan leiden. Er zou over nagedacht kunnen worden om een nog meer beperkte invulling van overmacht aan te nemen bij volledig zelfrijdende auto s. Doordat deze auto s waarschijnlijk technisch beter in staat zijn om bijvoorbeeld in het donker gevaar aan te zien komen door nachtzicht of infrarood camera s 33, lijkt het onredelijk om dezelfde voorwaarden aan overmacht te stellen bij een volledig zelfrijdende auto zoals de maatschappij dat nu doet bij menselijke bestuurders 34. Bij voorbeeld 1.1 is er geen sprake van een fout van een andere weggebruiker die voor de computer van de zelfrijdende auto zo onwaarschijnlijk was dat hij er naar maatstaven van de redelijkheid en billijkheid rekening mee had behoeven te houden. De zelfrijdende auto moet immers rekening houden met het feit dat een andere auto plotseling flink kan remmen. Er kan in dit geval niet betoogd worden dat de bestuurder van het voertuig ter zake van de wijze waarop hij aan het verkeer heeft deelgenomen, voor zover van belang voor de veroorzaking van het ongeval, rechtens geen enkel verwijt gemaakt kan worden. Daarnaast zal een beroep op een fout van een andere weggebruiker niet snel worden aangenomen 35 en daarom zal er hier ook geen sprake van overmacht zijn. Derhalve zal aansprakelijkheid van de eigenaar/houder van de zelfrijdende auto in deze casus waarschijnlijk worden aangenomen Spier 2015 p HR , NJ 1942, Spier 2015 p Tjong Tjin Tai & Boesten 2016 p De Vey Mestdagh & Lubbers 2015 p Tekst en Commentaar Vermogensrecht, Artikel 185 Wegenverkeerswet, onderdeel F. 10

11 Voorbeeld 1.2 Op de openbare weg moet een volledig zelfrijdende auto plotseling uitwijken voor een andere auto. Doordat de zelfrijdende auto moet uitwijken rijdt hij een fietser aan. Door een softwarefout maakt de zelfrijdende auto de keus om in plaats van blikschade bij de andere auto te veroorzaken, uit te wijken en de fietser aan te rijden. In voorbeeld 1.2 is er sprake van een ongeval op de openbare weg tussen een volledig zelfrijdende auto en een fietser. De Wegenverkeerswet is derhalve van toepassing. De vraag die hier beantwoord dient te worden, in tegenstelling tot voorbeeld 1.1, is of de verkeerde keus van de zelfrijdende auto, het aanrijden van een mens in plaats van blikschade te veroorzaken aan een auto, door een softwarefout een geldig beroep op overmacht kan zijn. Uit rechtspraak van de Hoge Raad blijkt dat een gebrek aan het motorvoertuig niet kan leiden tot een beroep op overmacht 37. Een softwarefout kan, er vanuit gaande dat software als een bestandsdeel van een auto gezien moet worden, dus niet leiden tot een geslaagd beroep op overmacht. De eigenaar/houder van de zelfrijdende auto zal derhalve aansprakelijk zijn voor de schade ontstaan door het ongeval en een beroep op overmacht zal in dit geval niet slagen. 1.3 Eigen schuld: de 100% regel bij kinderen jonger dan 14 jaar Als overmacht niet aannemelijk gemaakt wordt en aansprakelijkheid vastgesteld wordt zou er eventueel nog wel sprake kunnen zijn van eigen schuld bij het slachtoffer. Dit is van belang bij de omvang van de aansprakelijkheid. Artikel 6:101 BW geldt ook voor de aansprakelijkheid bedoeld in artikel 185 Wegenverkeerswet 38. Hierin wordt bepaald dat wanneer gedragingen van de benadeelde hebben bijgedragen tot het ontstaan van het ongeval dit de omvang van de schadevergoedingsplicht van de eigenaar/houder kan verminderen. In de jurisprudentie zijn hieromtrent regels ontwikkeld. 37 HR , NJ 1942, Spier 2015 p. 165 en p

12 Voorbeeld 1.3 Een volledig zelfrijdende auto rijdt op de openbare weg. Plotseling steekt een kind van 13 jaar de weg over op zijn fiets. De zelfrijdende auto kan niet meer uitwijken en rijdt het kind aan. In de jurisprudentie is een bijzondere regel ontwikkeld in geval er sprake is van ongevallen tussen een gemotoriseerde en een ongemotoriseerde voetganger of fietser die jonger is dan 14 jaar. Deze ontwikkelde regel past in het systeem van de eigen schuldbepaling van artikel 6:101 BW 39. Dit artikel kent twee maatstaven: ten eerste moet er een afweging plaatsvinden tussen de aan het slachtoffer en de aansprakelijke persoon toe te rekenen gedragingen van het geval 40. Daarna moet gekeken worden of er op grond van de billijkheid een correctie gemaakt dient te worden op de verdeling van de schadevergoeding 41. Indien er een ongeluk plaatsvindt met een kind jonger dan 14 jaar, oordeelt de Hoge Raad dat: de eigenaar van het motorrijtuig in beginsel volledig aansprakelijk is en dat van een vermindering van schadevergoeding op grond van gedragingen van het kind slechts sprake kan zijn, wanneer die gedragingen opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid ter zake van de aanrijding opleveren 42. De Hoge Raad bevestigt dit nog een keer in het latere Arrest Marbeth van Uitregt 43. Het uitgangspunt van de Hoge Raad hierbij is dat jonge kinderen door hun impulsieve en onberekenbare gedrag kwetsbaarder zijn in het verkeer dan volwassenen 44. In voorbeeld 1.3 is er sprake van een ongeval tussen een volledig zelfrijdende auto en een fietser van 13 jaar op de openbare weg. Artikel 185 Wegenverkeerswet is derhalve van toepassing. De gedragingen van het kind zullen waarschijnlijk geen reden zijn om overmacht aan te nemen. De eigenaar/houder zal derhalve aansprakelijk zijn voor het ongeval. Daarnaast zal een beroep op de eigen schuld van het slachtoffer in dit geval niet snel slagen. Er is sprake van een kind van 13 jaar, waarvan de 39 Spier 2015 p Spier 2015 p Spier 2015 p HR , r.o. 5.3, NJ 1991, 720 (Ingrid Kolkman) ECLI:NL:HR:1992:ZC HR , r.o. 3.2 en 3.3, NJ 1991, 721 (Marbeth van Uitregt) 44 HR , r.o. 5.3, NJ 1991, 720 (Ingrid Kolkman) ECLI:NL:HR:1992:ZC

13 gedragingen in voorbeeld 1.3 niet wijzen op aan opzet grenzende roekeloosheid. De eigenaar/houder van een zelfrijdende auto zal vermoedelijk in dit geval 100% van de ontstane schade moeten vergoeden. 1.4 Eigen schuld: de 50% regel Voorbeeld 1.4 Een volledig zelfrijdende auto rijdt op de openbare weg. Plotseling steekt een fietser van 20 jaar de weg over op zijn fiets. De zelfrijdende auto ziet de fietser niet aankomen, kan zodoende niet meer uitwijken en rijdt de fietser aan. Is er sprake van een ongeval waarbij een slachtoffer betrokken is die 14 jaar of ouder is, dan is er een enigszins andere rechtsregel van toepassing dan bij de hierboven genoemde 100% regel. De Hoge Raad formuleerde het als volgt: Wanneer de eigenaar van het motorrijtuig in beginsel krachtens artikel 31 WVW (thans artikel 185 Wegenverkeerswet) aansprakelijk is, omdat hij overmacht niet aannemelijk heeft gemaakt, doch er wel een fout van de fietser of voetganger is, zonder dat evenwel sprake is van opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid, eist de billijkheid bij de verdeling van deze schade over de betrokkenen dat ten minste 50 percent van de schade ten laste van het motorrijtuig wordt gebracht wegens de verwezenlijking van het daaraan verbonden gevaar 45. Om aan opzet grenzende roekeloosheid aan te kunnen nemen, moet er volgens de Hoge Raad sprake zijn van bewustheid van het gevaar bij het slachtoffer 46. De eigenaar/houder van het gemotoriseerde voertuig zal derhalve op basis hiervan minimaal 50% van de schade moeten vergoeden. Dit baseert de Hoge Raad op de billijkheid. Een hogere schadevergoeding is mogelijk en hangt volgens de Hoge Raad af van in hoeverre gedragingen van het slachtoffer, of de eigenaar/houder hebben bijgedragen aan het ontstaan van het ongeval HR , r.o. 3.7, NJ 1993, 566 (Iza/Vrezink) ECLI:NL:HR:1992:ZC HR r.o. 4.2, NJ 2008, 64 ECLI:NL:HR:2007:AZ HR r.o. 3.7, NJ 1993, 566 (Iza/Vrezink) ECLI:NL:HR:1992:ZC

14 In voorbeeld 1.4 is er sprake van een volledig zelfrijdende auto die rijdt op de openbare weg en die aldaar een fietser aanrijdt. Artikel 185 Wegenverkeerswet is derhalve van toepassing. Dat de volledig zelfrijdende auto de fietser niet zag aankomen zou als een softwarefout gezien kunnen worden. Een gebrek aan het motorvoertuig kan echter niet als een overmachtverweer gebruikt worden. Daarnaast kunnen fouten van andere weggebruikers slechts zelden gelden als overmachtverweer. Vermoedelijk kan in dit voorbeeld aansprakelijkheid van de eigenaar/houder van de zelfrijdende auto aangenomen worden. De gedragingen van de fietser kunnen wellicht in dit voorbeeld wel voor een andere verdeling van de schadevergoedingsplicht zorgen. Om aan opzet grenzende roekeloosheid aan te nemen moet er sprake zijn van bewustheid van het gevaar aan de zijde van het slachtoffer. Is hier geen sprake van, dan zal de eigenaar/houder van de zelfrijdende auto in ieder geval gehouden zijn om 50% van de ontstane schade te vergoeden. Voor het overige deel van de schade is beslissend of gedragingen van de fietser hebben bijgedragen aan het ontstaan van de schade Tussenconclusie Door middel van de gegeven voorbeelden probeert dit onderzoek de vraag te beantwoorden of er juridische problemen ontstaan bij de toepassing van artikel 185 Wegenverkeerswet in de gevallen dat er sprake is van ongevallen waarbij een volledig zelfrijdende auto betrokken is. Artikel 185 Wegenverkeerswet is een kwalitatieve aansprakelijkheid (de eigenaar/houder van een zelfrijdende auto wordt immers in zijn hoedanigheid aangesproken) die in de praktijk echter neigt naar een risicoaansprakelijkheid. De eigenaar/houder van een zelfrijdende auto is aansprakelijk voor de schade die ontstaat bij een aanrijding tussen een gemotoriseerd voertuig en een ongemotoriseerd voertuig, persoon of zaak tenzij hij aantoont dat er sprake is van overmacht. Een softwarefout bij een zelfrijdende auto zal waarschijnlijk niet leiden tot een geslaagd beroep op overmacht aangezien de Hoge Raad oordeelde dat een gebrek aan het motorrijtuig geen geslaagd beroep op overmacht oplevert. Is er sprake van een ongeval met een persoon ouder dan 14 jaar die door zijn gedragingen heeft bijgedragen aan het ontstaan van het ongeval, dan moet in ieder 48 Spier 2015 p

15 geval 50% van de schade vergoed worden door de eigenaar/houder. Betreft het een ongeval met een slachtoffer jonger dan 14 jaar, die met zijn gedragingen heeft bijgedragen aan het ontstaan van het ongeval, zal behouders uitzonderlijke gevallen, 100% van de schade vergoed moeten worden door de eigenaar/houder. Uit dit onderzoek blijkt dat op grond van de Wegenverkeerswet de eigenaar of houder van een volledig zelfrijdende auto aansprakelijk zal zijn voor de gevolgen van het veroorzaken van een ongeluk met een zwakkere partij. Niet alle benadeelden echter zullen hun schade vergoed kunnen krijgen, doordat artikel 185 de inzittenden van het schade veroorzakende voertuig uitsluit. De huidige wetgeving kan aldus worden toegepast op de gevallen die zijn besproken in dit hoofdstuk. 15

16 Hoofdstuk 2 De onrechtmatige daad In dit hoofdstuk wordt aan de hand van fictieve ongevallen onderzocht wie er naar huidig recht aansprakelijk gesteld kan worden wanneer er sprake is van een ongeval tussen een volledig zelfrijdende auto en een ander gemotoriseerd rijtuig op grond van de onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW. 2.1 Verwijtbaar nalaten Vaststellen van aansprakelijkheid op basis van een onrechtmatige daad heeft waarschijnlijk de grootste kans als er sprake is van een verwijtbaar nalaten die aan de gebruiker van een volledig zelfrijdende auto kan worden toegerekend. Voorbeeld 2.1 Er vindt een ongeval plaats op de openbare weg waarbij een volledig zelfrijdende auto plotseling moet uitwijken voor een fietser. Door een softwarefout maakt de zelfrijdende auto de keus om in plaats van blikschade bij een stilstaande auto te veroorzaken, zware schade aan te richten bij een auto die op de rijbaan naast hem rijdt. Deze softwarefout was al ontdekt door de producent, die een update beschikbaar heeft gesteld voor alle eigenaren van de door hem geproduceerde zelfrijdende auto. De eigenaar van de zelfrijdende auto die het ongeval veroorzaakt heeft, had de update niet toegepast op zijn auto. In voorbeeld 2.1 heeft de eigenaar van de zelfrijdende auto de software niet geüpdatet. Hierdoor kan de eigenaar van de zelfrijdende auto waarschijnlijk aansprakelijk gesteld worden voor het ongeval op basis van een onrechtmatige daad 49. Er is immers in voorbeeld 2.1 vermoedelijk sprake van een verwijtbaar nalaten, waardoor een ongeval veroorzaakt wordt. Naast het in voorbeeld 2.1 geschetste ongeval, kan men eveneens denken aan voorbeelden waarbij de gebruiker had moeten begrijpen dat er omstandigheden aanwezig waren waardoor de auto minder goed zou functioneren en de bestuurder/gebruiker de auto niet in beweging had mogen zetten, althans niet zonder 49 De Vey Mestdagh & Lubbers 2015 p. 274 en Tjong Tjin Tai & Boesten 2016 p. 5 16

17 doeltreffende maatregelen te treffen om ongevallen te voorkomen 50. Zo kan men bij dergelijke omstandigheden denken aan extreme weeromstandigheden of de weg opgaan tijdens grote publieke evenementen 51. Het zal voor een slachtoffer wellicht lastig kunnen zijn om te bewijzen dat er sprake is van een verwijtbaar nalaten. Hij moet immers kunnen bewijzen dat er geen updates uitgevoerd zijn, of hij moet kunnen aantonen dat omstandigheden aanwezig waren waardoor een zelfrijdende auto niet goed zou kunnen functioneren. Dit zou kunnen worden opgelost door een aanname van een omkering van de bewijslast. De gebruiker van een zelfrijdende auto zal waarschijnlijk beschikken over alle technische gegevens van deze auto of zal de mogelijkheid hebben om de computer te kunnen laten uitlezen. Hierdoor zou hij kunnen aantonen dat hij wél de verplichte updates heeft uitgevoerd, of dat de volledig zelfrijdende auto wél naar behoren functioneerde De onrechtmatige daad Voorbeeld 2.2 Een volledig zelfrijdende auto rijdt op een tweebaansweg. Doordat de auto voor hem plotseling stil gaat staan moet de zelfrijdende auto remmen en uitwijken. Door een softwarefout maakt de zelfrijdende auto de keus om in plaats van blikschade bij een stilstaande auto te veroorzaken, zware schade aan te richten bij een auto die op de rijbaan naast hem rijdt. Aansprakelijkheid op grond van artikel 6:162 BW wordt aangenomen als iemand een onrechtmatige daad pleegt jegens een ander die aan de dader toerekenbaar is, waardoor het slachtoffer schade lijdt 53. Om aansprakelijkheid vast te kunnen stellen moet er voldaan zijn aan vijf vereisten, te weten: een onrechtmatige daad, relativiteit toerekenbaarheid, schade en causaliteit. Als de onrechtmatige gedraging wordt aangenomen kunnen er zich omstandigheden voordoen die het onrechtmatige karakter van deze daad wegnemen, namelijk een rechtvaardigingsgrond. Hieronder vallen onder andere overmacht(noodtoestand), een wettelijk voorschrift, noodweer en een 50 Tjong Tjin Tai & Boesten 2016 p Tjong Tjin Tai & Boesten 2016 p Tjong Tjin Tai & Boesten 2016 p Asser 2015 p

18 ambtelijk bevel 54. Bij een ongeval met een motorvoertuig is de rechtvaardigingsgrond van noodtoestand van belang. Een beroep op de noodtoestand is van toepassing wanneer het toebrengen van schade aan andermans eigendom te rechtvaardigen is, indien dit noodzakelijk was om gevaar voor het leven of gezondheid van hetzij zichzelf hetzij iemand anders af te weren 55. Dit is dezelfde uitsluitingsgrond als in artikel 40 van het Wetboek van Strafrecht. Vooral de vereiste van de toerekenbaarheid is van belang voor dit onderzoek. Wanneer de onrechtmatigheid van een daad vast staat en deze daad niet te rechtvaardigen valt moet dit de dader ook toegerekend kunnen worden. Dit volgt uit lid 3 van artikel 6:162 BW. Het laatste is het geval wanneer een daad te wijten is aan de daders schuld of aan een oorzaak die krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor de rekening van een dader komt 56. Aansprakelijkheid op basis van een onrechtmatige daad vereist een doen of nalaten 57. Als er sprake is van een geheel zelfrijdende auto kan er geen sprake zijn van een doen aan de kant van de gebruiker (degene die de bestemming heeft ingetoetst) op het moment van het ontstaan van een ongeval door toedoen van de zelfrijdende auto 58. Het intoetsten van een bestemming is wel een doen, op het moment van het ongeval echter kan een gebruiker niet ingrijpen en kan hem op dat moment geen doen worden verweten. Bij voorbeeld 2.2 maakt de computer een bepaalde beslissing waarop de gebruiker van de auto geen invloed heeft. Vereist voor het aannemen van aansprakelijkheid op grond van een onrechtmatige daad is dat de onrechtmatige gedraging de dader kan worden toegerekend. Bij een volledig zelfrijdende auto kan de inzittende natuurlijke persoon geen verwijt worden gemaakt voor een actie voortgekomen uit een beslissing van een computer die de auto bestuurt omdat deze persoon immers slechts een bestemming heeft ingevoerd 59. Deze gedraging is niet onrechtmatig en er zal derhalve geen grond zijn om aansprakelijkheid aan te nemen. In de geschetste casus is er derhalve geen schuld aan de zijde van de gebruiker van de zelfrijdende auto. In de literatuur wordt betoogd dat aansprakelijkheid op basis van 54 Asser 2015 p Asser 2015 p Asser 2015 p Artikel 6:162 lid 2 BW en Tjong Tjin Tai & Boesten 2016 p Tjong Tjin Tai & Boesten 2016 p De Vey Mestdagh & Lubbers 2015 p

19 een onrechtmatige daad, wanneer de computer van een zelfrijdende auto (zelf) een afweging maakt zoals in deze casus het geval is, het dan ook onwenselijk zou zijn wanneer de gebruiker naar redelijkheid niets kan ondernemen om een ongeval te voorkomen 60. Hierbij moet men denken aan onvoorzienbare omstandigheden waarmee zelfs de perfecte bestuurder (een natuurlijk persoon) naar redelijkheid geen rekening behoefde te houden 61. In het Arrest Meppelse ree 62 heeft de Hoge Raad uitgemaakt dat het maken van een verkeerde keuze, in een situatie waarbij een automobilist moet uitwijken voor een overstekende ree, de automobilist aangerekend moet worden. Het kan weliswaar begrijpelijk zijn dat er een verkeerde keuze is gemaakt, dit wil echter niet zeggen dat er rechtens geen enkel verwijt gemaakt kan worden jegens de automobilist. Hij had immers ook een andere keuzemogelijkheid. Hierbij zou men een vergelijking kunnen trekken met een volledig zelfrijdende auto die in bepaalde situaties een verkeerde keuze maakt. Een draagvlak om software aansprakelijk te kunnen stellen via de onrechtmatige daad lijkt niet aanwezig te zijn in de literatuur, tenzij de gebruiker van de zelfrijdende auto een verwijt gemaakt kan worden 63. Daarentegen wordt echter ook in de literatuur betoogd dat eventuele fouten van de zelfrijdende auto wegens verkeersopvattingen voor rekening van de bestuurder/gebruiker kunnen vallen Toerekening krachtens verkeersopvattingen Voorbeeld 2.3 Een volledig zelfrijdende auto rijdt op een tweebaansweg. Doordat de auto voor hem plotseling stilstaat moet de zelfrijdende auto remmen en uitwijken. Door een softwarefout maakt de zelfrijdende auto de keus om in plaats van blikschade bij een stilstaande auto te veroorzaken, zware schade aan te richten bij een auto die op de rijbaan naast hem rijdt. De eigenaar van de zelfrijdende auto heeft een aansprakelijkheidsverzekering. 60 Schreuder 2014 p. 7, 61 van Wees 2010 p HR , NJ 1984/331 (Meppelse ree)ecli:nl:hr:1983:ag O.a. van Wees 2010 p. 14, Schreuder 2014 p van Wees 2010 p

20 Artikel 6:162 lid 3 stelt dat een onrechtmatige daad aan een dader kan worden toegerekend indien de daad te wijten is aan een oorzaak die krachtens in het verkeer geldende opvattingen voor iemands rekening komt. Deze wijze van toerekenen kan worden gebruikt in gevallen waarbij persoonlijke verwijtbaarheid bij een dader ontbreekt, waar echter toerekening in verband met een redelijke risicoverdeling gewenst is 65. Deze bepaling moet worden uitgelegd als een verwijzing naar ongeschreven recht 66 waaruit volgt dat een rechter in beginsel de vrijheid heeft om invulling te geven aan dit begrip. Hij zal echter zoveel mogelijk aansluiting moeten zoeken bij objectieve aanknopingspunten 67. De toerekening krachtens verkeersopvattingen kan er aldus toe leiden dat schuld wordt opgerekt. Men zou kunnen betwisten of dit wenselijk is bij een schuldaansprakelijkheid, wat de onrechtmatige daad in beginsel is. In gevallen met volledig zelfrijdende auto s kan het gekunsteld overkomen om de gebruiker die zelf niet actief een onrechtmatige daad pleegt, toch schuld toe te rekenen. In voorbeeld 2.2 is er sprake van een volledig zelfrijdende auto die een ongeluk veroorzaakt. Aangezien de gebruiker vermoedelijk geen schuld heeft aan het ongeval kan er geen verwijt gemaakt worden jegens hem om aansprakelijkheid vast te stellen. In de toekomst echter zou door een rechter geoordeeld kunnen worden dat de gebruiker van een volledig zelfrijdende auto naar verkeersopvattingen aansprakelijk gehouden moet worden voor de schade veroorzaakt in dit voorbeeld. In de literatuur wordt er gediscussieerd over de vraag of het hebben van een aansprakelijkheidsverzekering een factor is die mag worden meegewogen om aansprakelijkheid vast te stellen 68. De Hoge Raad heeft uitgemaakt dat meegewogen mag worden in hoeverre ontstane schade is gedekt door een verzekering 69. Daarnaast zou men kunnen denken aan toerekening op grond van een bepaalde deskundigheid 70. Een volledig zelfrijdende auto wordt geacht veiliger te zijn dan een natuurlijke persoon als bestuurder 71. Wanneer er ongelukken veroorzaakt worden door toedoen van een dergelijke zelfrijdende auto, zou men kunnen betogen dat door deze 65 Spier 2015 p Asser 2015 p Asser 2015 p Asser 2015 p HR , NJ 2004, 584 ECLI:NL:HR:2004:AO Asser 2015 p

21 verhoogde deskundigheid aansprakelijkheid krachtens verkeersopvattingen moet worden toegerekend aan de gebruiker van een dergelijk product. In voorbeeld 2.2 maakt de zelfrijdende auto een verkeerde keus, waardoor betoogd zou kunnen worden dat de gebruiker van de zelfrijdende auto hiervoor aansprakelijk gesteld zou moeten worden. In de praktijk komt dit er dan vermoedelijk op neer dat de gebruiker van de zelfrijdende auto aangesproken wordt. Het feit dat de gebruiker een aansprakelijkheidsverzekering heeft kan als factor meegerekend worden om de gebruiker van de auto krachtens verkeersopvattingen deze onrechtmatige daad toe te rekenen. Aan de andere kant werd in paragraaf 2.2 al aangetoond dat de literatuur ook betoogt dat aansprakelijkheid op basis van een onrechtmatige daad wanneer de computer van een zelfrijdende auto (zelf) een afweging maakt (zoals in deze casus het geval is) dan ook onwenselijk zou zijn wanneer de gebruiker naar redelijkheid niets kan ondernemen om een ongeval te voorkomen 72. Hierbij moet men denken aan onvoorzienbare omstandigheden waarmee zelfs de perfecte bestuurder (een natuurlijk persoon) naar redelijkheid geen rekening behoefde te houden 73. In de toekomst zal duidelijk moeten worden welke argumenten volgens de wetgever, de jurisprudentie en de literatuur zullen prevaleren boven de andere gegeven argumenten. Ook hier kunnen bewijsproblemen ontstaan voor het slachtoffer van ongeval. Hij zal bijvoorbeeld moeten bewijzen dat een volledig zelfrijdende auto veiliger geacht wordt dan een natuurlijk persoon en dat fouten hierdoor aan de gebruiker toegerekend moeten worden ondanks dat persoonlijke verwijtbaarheid ontbreekt. 2.4 Tussenconclusie In dit hoofdstuk tracht dit onderzoek de vraag te beantwoorden of een eigenaar/houder/gebruiker van een volledig zelfrijdende auto in het geval van een ongeval met een ander gemotoriseerd voertuig aansprakelijk gesteld kan worden op grond van de onrechtmatige daad, waardoor een slachtoffer zijn schade vergoed zal krijgen. Om hierop een succesvol beroep te kunnen doen moet er sprake zijn van een onrechtmatige daad gepleegd jegens een ander die aan de dader toerekenbaar is, 72 Schreuder 2014 p. 7, 73 van Wees 2010 p

22 waardoor een slachtoffer schade lijdt. Bij ongelukken waar een volledig zelfrijdende auto betrokken is rijst de vraag of er een dader aangewezen kan worden die een verwijt gemaakt kan worden. Het intoetsen van een bestemming is immers geen verwijtbare gedraging waardoor aansprakelijkheid aan de kant van de gebruiker van de volledig zelfrijdende auto aangenomen kan worden. Vermoedelijk is het dan ook lastig om aansprakelijkheid hierop te baseren. Men kan hierbij vooral denken aan een ongeval dat ook voor een perfecte natuurlijke bestuurder onvermijdelijk zou zijn. Daarentegen zou aansprakelijkheid wel gebaseerd kunnen worden op een verwijtbaar nalaten in het geval dat de gebruiker van een volledig zelfrijdende auto nalaat adequate maatregelen te treffen voordat hij de auto in beweging zet. Hierbij kan gedacht worden aan het nalaten van het uitvoeren van benodigde software updates of aan omstandigheden waarbij de gebruiker had moeten begrijpen dat er redenen waren om aan te nemen dat de zelfrijdende auto niet naar behoren zou functioneren. Een onrechtmatige daad kan ook aan iemand worden toegerekend buiten gevallen dat er een persoonlijk verwijtbaar handelen vastgesteld kan worden: dit is aan de orde wanneer de oorzaak van een onrechtmatige daad krachtens verkeersopvattingen aan iemand toegerekend kan worden. Wellicht kan in de toekomst in de jurisprudentie bepaald worden of gedragingen dan wel fouten van een volledig zelfrijdende auto voor de rekening van de gebruiker moeten komen. De toekomst zal moeten uitwijzen of er toch juridische mogelijkheden gevonden worden om op basis van de onrechtmatige daad de gebruiker van een volledig zelfrijdende auto aansprakelijk te kunnen stellen voor schade die ontstaat bij een ongeval. Aansprakelijkheid op basis van de onrechtmatige daad naar huidig recht lijkt derhalve lastiger aan te nemen bij ongevallen waarbij een volledig zelfrijdende auto en een ander gemotoriseerd voertuig betrokken zijn dan de aansprakelijkheid op basis op artikel 185 Wegenverkeerswet. 22

23 Hoofdstuk 3 Aansprakelijkheid van zaken en productaansprakelijkheid In het vorige hoofdstuk werd aangetoond dat het vermoedelijk lastig is om de gebruiker van een volledig zelfrijdende auto een onrechtmatige daad toe te rekenen wanneer de computer van de auto een fout maakt, aangezien hem persoonlijk geen verwijt gemaakt kan worden, tenzij er sprake is van een verwijtbaar nalaten. Een slachtoffer/benadeelde die schade heeft geleden door een gebrekkige roerende zaak kan echter de bezitter hiervan aansprakelijk stellen. De bezitter van een gebrekkig product kan aansprakelijk zijn op basis van artikel 6:173 BW. Daarnaast kan een producent aansprakelijk zijn voor het in het verkeer brengen van een gebrekkig product krachtens de productaansprakelijkheid op grond van de artikelen 6:185 6:193 BW. Deze artikelen zijn een implementatie van de Europese richtlijn 85/374/EEG Aansprakelijkheid voor roerende zaken Voorbeeld 3.1 Een volledig zelfrijdende auto rijdt op een tweebaansweg. Doordat de auto vóór hem plotseling stilstaat moet de zelfrijdende auto remmen en uitwijken. Door een softwarefout maakt de zelfrijdende auto de keus om in plaats van blikschade bij een stilstaande auto te veroorzaken, zware schade aan te richten bij een auto die op de rijbaan naast hem rijdt. Artikel 6:173 BW vestigt aansprakelijkheid op de bezitter van een gebrekkige roerende zaak. Om aansprakelijkheid op basis van dit artikel aan te kunnen nemen moet er aan een aantal vereisten zijn voldaan. Lid 1 luidt als volgt: De bezitter van een roerende zaak waarvan bekend is dat zij, zo zij niet voldoet aan de eisen die men in de gegeven omstandigheden aan de zaak mag stellen, een bijzonder gevaar voor personen of zaken oplevert, is, wanneer dit gevaar zich verwezenlijkt, aansprakelijk. Uit het bovenstaande artikel blijkt dat er sprake moet zijn van een roerende zaak. Roerende zaken zijn volgens de artikelen 3:2 jo 3:3 BW stoffelijke objecten die voor 74 Asser 2015 p

24 menselijke beheersing vatbaar zijn. Software is geen roerende zaak die voor menselijke beheersing vatbaar is en zou dus volgens de definitie hier niet onder vallen. Een gebrek in software echter kan wel een gebrek in een roerende zaak veroorzaken 75. De zelfrijdende auto is in tegenstelling tot software wel een roerende zaak en deze kan door toedoen van het falen van software gebreken vertonen. Vervolgens wordt de eis gesteld dat de zaak niet voldoet aan de eisen die men daaraan mag stellen. Beslissend hiervoor is of er sprake is van een gebrek aan de roerende zaak 76. Daarnaast moet er sprake zijn van een bijzonder gevaar, bijvoorbeeld het exploderen van een mobiele telefoon. Hierdoor wordt het algemene gevaar, dat door het normale gebruik van een roerende zaak veroorzaakt kan worden, uitgesloten 77. Bovendien moet bekend zijn dat het gebrek een bijzonder gevaar vormt en dit gevaar moet zich verwezenlijkt hebben om tot aansprakelijkheid op basis van dit artikel te kunnen komen 78. Lid 2 van artikel 6:173 BW geeft uitzonderingen op de aansprakelijkheid voor roerende zaken. Een bezitter van een roerende zaak kan niet aansprakelijk gehouden worden wanneer hij, verondersteld dat hij op het tijdstip van het ontstaan van het gevaar dit gekend zou hebben, niet voor de ontstane schade aansprakelijk zou zijn op grond van de onrechtmatige daad van artikel 6:162 BW 79. Eveneens is er sprake van een uitzondering wanneer het product gebrekkig was op het moment dat deze in het verkeer werd gebracht. Deze uitzondering verwijst naar de productaansprakelijkheid van artikel 6:185 e.v. 80 wat hierna in paragraaf 3.2 behandeld zal worden. Daarnaast zondert sub b van artikel 6:173 lid 2 zaakschade tot en met de hoogte van 500,- uit. Dit kan niet naar de producent gekanaliseerd worden en zal door de bezitter vergoed moeten worden 81. Oorspronkelijk waren motorrijtuigen ook uitgezonderd van deze aansprakelijkheid. Dit is echter in 2005 ongedaan gemaakt Tekst & Commentaar Gebrekkige zaken bij: Burgerlijk Wetboek Boek 6, Artikel Spier 2015 p Asser 2015 p. 221 en Spier 2015 p Asser 2015 p en De Vey Mestdagh & Lubbers 2015 p Asser 2015 p Asser 2015 p Tekst & Commentaar Gebrekkige zaken bij: Burgerlijk Wetboek Boek 6, Artikel 173 lid 2 82 Spier 2015 p. 110 en Stb. 2005,

25 In voorbeeld 3.1 is er sprake van een roerende zaak, namelijk de volledig zelfrijdende auto, waarvan men kan stellen dat wanneer deze roerende zaak niet aan de eisen voldoet die men daarvan verwacht gevaar oplevert voor personen of zaken. Doordat de volledig zelfrijdende auto een ongeval heeft veroorzaakt, heeft het gevaar zich ook daadwerkelijk verwezenlijkt. De bezitter van de volledig zelfrijdende auto is dus in beginsel aansprakelijk op basis van artikel 6:173 BW. De uitzonderingen van lid 3 gaan in dit voorbeeld niet op en daarnaast is ook de hoogte van de schade geen uitzondering waardoor de bezitter eventuele aansprakelijkheid kan afwentelen. Een mogelijke complicatie bij de aansprakelijkheid krachtens artikel 6:173 BW zou kunnen zijn dat een roerende zaak gezien wordt als een dood voorwerp, in tegenstelling tot een dier, dat een levend wezen is met eigen energie 83. Deze eigen energie kan onberekenbare krachten opleveren 84. Hoewel een volledig zelfrijdende auto ook geen levend wezen is, is het wel een zaak die onberekenbare krachten kan opleveren. Hierdoor zou voor aansprakelijkheid vraagstukken met volledig zelfrijdende auto s eventueel aansluiting gevonden kunnen worden bij artikel 6:179 BW die de risicoaansprakelijkheid van bezitters van dieren behelst. Was de volledig zelfrijdende auto echter op het moment dat het in het verkeer werd gebracht al gebrekkig, dan zou de bezitter de aansprakelijkheid wellicht kunnen kanaliseren naar de producent. 3.2 Productaansprakelijkheid Artikel 6:185 BW stelt dat een producent aansprakelijk is voor de schade veroorzaakt door een door hem gefabriceerd product. Het is derhalve van belang om te begrijpen wat er onder producten wordt verstaan. In artikel 6:187 lid 1 BW geeft de wet een definitie: Onder product wordt voor de toepassing van deze afdeling verstaan een roerende zaak, ook nadat deze een bestanddeel is gaan vormen van een andere roerende of onroerende zaak, alsmede elektriciteit. 83 Zeeman 2016 p Zeeman 2016 p. 9 25

Juridische Aspecten van het Autonoom Rijden

Juridische Aspecten van het Autonoom Rijden Juridische Aspecten van het Autonoom Rijden 1 Wettelijke regelingen Internationaal Verdrag van Wenen inzake verkeerstekens (1968) - VN (Int. Wegencongres -1908/ Verdrag van Genève -1931) Haags verkeersongevallenverdrag

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ1 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

Zaaknummer : S21-87 Datum uitspraak : 3 oktober 2017 Plaats uitspraak : Zeist

Zaaknummer : S21-87 Datum uitspraak : 3 oktober 2017 Plaats uitspraak : Zeist Zaaknummer : S21-87 Datum uitspraak : 3 oktober 2017 Plaats uitspraak : Zeist in het geschil tussen: de heer M. van der Bijl wonende te Amstelveen verder te noemen: Van der Bijl tegen: mevrouw E.A. Rozendaal

Nadere informatie

Artikel 185 WW. Spoorboekje

Artikel 185 WW. Spoorboekje Artikel 185 WW Spoorboekje Wanneer is art. 185 WVW van toepassing? Er moet aan een aantal voorwaarden zijn voldaan wil art. 185 WVW van toepassing zijn. Allereerst zal er sprake moeten zijn van een ongeval

Nadere informatie

Convenant Regres zorg-/aansprakelijkheidsverzekeraars

Convenant Regres zorg-/aansprakelijkheidsverzekeraars Convenant Regres zorg-/aansprakelijkheidsverzekeraars De partijen: Verbond van Verzekeraars, gevestigd te Den Haag, en Zorgverzekeraars Nederland, gevestigd te Zeist, in aanmerking nemende dat: 1. zorgverzekeraars

Nadere informatie

Platform WOW Aansprakelijkheid en wegbeheer

Platform WOW Aansprakelijkheid en wegbeheer Platform WOW Aansprakelijkheid en wegbeheer Wie zijn wij? Melior Verzekeringen - Marc Mutsaars accountmanager - Cherrie Elfferich senior jurist overheidsaansprakelijkheid Wat gaan we vandaag doen? Ochtend:

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 25 759 Vaststelling en invoering van afdeling 8.14.1 (verkeersongevallen) van het Burgerlijk Wetboek Nr. 5 HERDRUK 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 759 Vaststelling en invoering van afdeling 8.14.1 (verkeersongevallen) van het Burgerlijk Wetboek Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede

Nadere informatie

Inleiding. Het systeem II 15. Causaal verband Relativiteit Groepsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid voor personen

Inleiding. Het systeem II 15. Causaal verband Relativiteit Groepsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid voor personen Inhoud I 1 2 Deel 1 II 3 4 5 6 7 8 9 10 III 11 12 13 14 15 Inleiding Aansprakelijkheidsrecht Het systeem Vestiging Aansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig handelen (art. 6:162 BW) Onrechtmatige daad

Nadere informatie

Aansprakelijkheid bij stages

Aansprakelijkheid bij stages Aansprakelijkheid bij stages Algemeen Artikel 6:170 BW bepaalt dat een werkgever aansprakelijk is voor een ondergeschikte. Door expliciet te spreken over een ondergeschikte heeft de wetgever beoogd dat

Nadere informatie

Datum 8 juni 2011 Onderwerp De op het goed werkgeverschap gebaseerde verzekeringsplicht

Datum 8 juni 2011 Onderwerp De op het goed werkgeverschap gebaseerde verzekeringsplicht 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG sector privaatrecht Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus

Nadere informatie

Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid

Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid Voorrang hebben versus overschrijding van de maximumsnelheid Mr. Bert Kabel (1) Inleiding In het hedendaagse verkeer komt het regelmatig voor dat verkeersdeelnemers elkaar geen voorrang verlenen. Gelukkig

Nadere informatie

SVA Congres maart Rotterdam

SVA Congres maart Rotterdam Aansprakelijkheidsaspecten van Platooning SVA Congres 2016 17 maart 2016 - Rotterdam Kiliaan van Wees Wat en waarom platooning? Een aantal voertuigen dat elektronisch gekoppeld is en waarbij het leidend

Nadere informatie

==================================================================== 1. Algemene bepalingen. Artikel 1

==================================================================== 1. Algemene bepalingen. Artikel 1 Intitulé : LANDSVERORDENING van 18 juli 2013 houdende regels over de aanleg, het beheer en het onderhoud van spoorwegen en de daarbij behorende infrastructuur, alsmede over het vervoer met spoorvoertuigen

Nadere informatie

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2013 no. 42 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSVERORDENING van 18 juli 2013 houdende regels over de aanleg, het beheer en het onderhoud van spoorwegen en de daarbij behorende infrastructuur, alsmede over

Nadere informatie

BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING WETTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VERSIE FEBRUARI 2012 ZEKER IS ZEKER

BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING WETTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VERSIE FEBRUARI 2012 ZEKER IS ZEKER BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING WETTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VERSIE FEBRUARI 2012 INHOUDSOPGAVE Deze bijzondere voorwaarden vormen één geheel met de algemene voorwaarden en de woordenlijst.

Nadere informatie

Het effect van de Wnra op de schaderegeling. 7 november 2017 mr. J. (Jasper) W.F. Overtoom

Het effect van de Wnra op de schaderegeling. 7 november 2017 mr. J. (Jasper) W.F. Overtoom Het effect van de Wnra op de schaderegeling 7 november 2017 mr. J. (Jasper) W.F. Overtoom Programma Schade van de ambtenaar Rechtspositionele voorschriften Werkgeversaansprakelijkheid Goed werkgeverschap

Nadere informatie

Vergoedingsregeling zwakke weggebruiker

Vergoedingsregeling zwakke weggebruiker Vergoedingsregeling zwakke weggebruiker Dit artikel zal ingaan op de meest prangende vraagstukken over die vergoedingsregeling, namelijk wie heeft recht op vergoeding? Welke zijn de voorwaarden voor de

Nadere informatie

Reflexwerking artikel 185 WVW

Reflexwerking artikel 185 WVW Reflexwerking artikel 185 WVW Een praktijkgericht juridisch onderzoek naar de doorslaggevende factoren om het recht op en de omvang van de schadevergoeding van een gemotoriseerde op een ongemotoriseerde

Nadere informatie

Convenant met UWV inzake verjaring en de regeling van enkele discussiepunten

Convenant met UWV inzake verjaring en de regeling van enkele discussiepunten Convenant met UWV inzake verjaring en de regeling van enkele discussiepunten Partijen: Verbond van Verzekeraars te Den Haag, vertegenwoordigd door R.R. Latenstein van Voorst MBA, en mr. R. Weurding, algemeen

Nadere informatie

Pieter-Frank van Dam W A M

Pieter-Frank van Dam W A M Pieter-Frank van Dam W A M INHOUD Betekenis WAM? De achtergrond en het doel van de WAM Drie hoofdelementen van de WAM Begrippenkader WAM Verzekeringsrechtelijke aspecten van de WAM Verplichte verzekering

Nadere informatie

Hoge Raad 23 november 2012, LJN: BX5880: als twee vechten om een been, mag de WAM-verzekeraar van de medeschuldenaar er mee heen?

Hoge Raad 23 november 2012, LJN: BX5880: als twee vechten om een been, mag de WAM-verzekeraar van de medeschuldenaar er mee heen? Hoge Raad 23 november 2012, LJN: BX5880: als twee vechten om een been, mag de WAM-verzekeraar van de medeschuldenaar er mee heen? Feiten In 2007 vindt een ongeval plaats tussen twee auto s. De ene wordt

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 759 Vaststelling en invoering van afdeling 8.14.1 (verkeersongevallen) van het Burgerlijk Wetboek Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING Inhoudsopgave

Nadere informatie

Aansprakelijkheid voor robots en algoritmes. Eric Tjong Tjin Tai Private Law, Tilburg Law School 12 mei 2017

Aansprakelijkheid voor robots en algoritmes. Eric Tjong Tjin Tai Private Law, Tilburg Law School 12 mei 2017 Aansprakelijkheid voor robots en algoritmes Eric Tjong Tjin Tai Private Law, Tilburg Law School 12 mei 2017 https://xkcd.com/1831/ 1. Robots: waar denken we aan? Westworld? Of: Moderne robots Algoritmes

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-246 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Klacht ontvangen op : 25 april 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Kluwer Online Research Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid

Kluwer Online Research Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid Bedrijfsjuridische berichten Verruiming van de zorgplicht en werkgeversaansprakelijkheid Auteur: Mr. T.L.C.W. Noordoven[1] Hoge Raad 23 maart 2012, JAR 2012/110 1.Inleiding Maakt het vanuit het oogpunt

Nadere informatie

Bijzondere Voorwaarden Motorrijtuigenverzekering Wettelijke Aansprakelijkheid

Bijzondere Voorwaarden Motorrijtuigenverzekering Wettelijke Aansprakelijkheid Henck Arronstraat 5 7 Pob 1030 Tel. 473400/477955 Fax 476669 Paramaribo Suriname E-mailadres: assuria@sr.net Filiaal Nickerie R.P. Bharosstraat 68 Pob 6096 Tel. 0231911 Fax 0231912 Nw. Nickerie - Suriname

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 25/08/2014

Datum van inontvangstneming : 25/08/2014 Datum van inontvangstneming : 25/08/2014 Vertaling C-359/14 1 Datum van indiening: 23 juli 2014 Verwijzende rechter: Zaak C-359/14 Verzoek om een prejudiciële beslissing Vilniaus miesto apylinkės teismas

Nadere informatie

Kennisdag Inspectie Waterkeringen. Prof.dr. Marleen van Rijswick Arnhem, 24 maart 2011

Kennisdag Inspectie Waterkeringen. Prof.dr. Marleen van Rijswick Arnhem, 24 maart 2011 Kennisdag Inspectie Waterkeringen Prof.dr. Marleen van Rijswick Arnhem, 24 maart 2011 Waterkeringen, inspecties, innovatie en aansprakelijkheid U vraagt, wij draaien Doelmatig beheer in relatie tot crisissituaties

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 955 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Burgerlijk Wetboek teneinde het verhaal van schade die wordt veroorzaakt als gevolg van een

Nadere informatie

Voorwaarden aansprakelijkheidsverzekering Personenauto

Voorwaarden aansprakelijkheidsverzekering Personenauto Voorwaardenblad 301-93 Voorwaarden aansprakelijkheidsverzekering Personenauto Deze voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien hiernaar wordt verwezen op het polisblad. Artikel 65-10.1504 Datum

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 APRIL 2018 C.17.0578.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.17.0578.N 1. BALOISE BELGIUM nv, met zetel te 2600 Antwerpen (Berchem), Posthofbrug 16, 2. AG INSURANCE nv, met zetel te 1000 Brussel,

Nadere informatie

Aansprakelijkheid ondernemers paardenbranche

Aansprakelijkheid ondernemers paardenbranche Aansprakelijkheid ondernemers paardenbranche 9 mei 2006 Barneveld Lezing PTC mr. Annemieke van Dooren-Korenstra ABAB juristen s-hertogenbosch Programma Inleiding Beperken bedrijfsrisico s Aansprakelijkheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 239 Wijziging van Boek 8 van het Burgerlijk Wetboek BES in verband met de uitvoering van het op 28 mei 1999 te Montreal tot stand gekomen Verdrag

Nadere informatie

13-05- 14. Programma van vandaag. Aansprakelijkheid van (brede) scholen

13-05- 14. Programma van vandaag. Aansprakelijkheid van (brede) scholen 13 mei 2014 Netwerk sport bewegen en gezonde leefstijl Brechtje Paijmans Doelen Advocatuur & Universiteit Utrecht paijmans@doelenadvocatuur.nl Programma van vandaag ongevallen Aspecten van verzekering

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2002.2384 (064.02) ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-693 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Klacht ontvangen op : 29 mei 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

De eigendomskwestie KNAW. 9 januari 2014. Dr. mr. H. van Meerten (disclaimer: standpunten komen voor rekening van de auteur)

De eigendomskwestie KNAW. 9 januari 2014. Dr. mr. H. van Meerten (disclaimer: standpunten komen voor rekening van de auteur) De eigendomskwestie Dr. mr. H. van Meerten (disclaimer: standpunten komen voor rekening van de auteur) 9 januari 2014 KNAW Prof. Schoordijk, NJB 2010, 2049 Enige jaren geleden betoogde ik dat de privatisering

Nadere informatie

Leergang Verzekeringsrecht Magna Charta Eigen schuld Jacco van de Meent

Leergang Verzekeringsrecht Magna Charta Eigen schuld Jacco van de Meent Leergang Verzekeringsrecht Magna Charta Eigen schuld Jacco van de Meent Artikel 7:952 B.W. De verzekeraar vergoedt geen schade aan de verzekerde die de schade met opzet of door roekeloosheid heeft veroorzaakt.

Nadere informatie

Belangenorganisatie voor Appartementseigenaren. Uw partner in gestapeld wonen!

Belangenorganisatie voor Appartementseigenaren. Uw partner in gestapeld wonen! Belangenorganisatie voor Appartementseigenaren Uw partner in gestapeld wonen! Verantwoord gebouw onderhoud aansprakelijkheid VvE door mr. K.J. Schuurs Juridische Dienst, VvE Belang Inhoud Aansprakelijkheid

Nadere informatie

Toelichting Bedrijfsregeling 7: Schaderegeling schuldloze derde

Toelichting Bedrijfsregeling 7: Schaderegeling schuldloze derde Toelichting Bedrijfsregeling 7: Schaderegeling schuldloze derde De Raad van Toezicht Verzekeringen heeft in een groot aantal uitspraken stelling genomen tegen de verwijzing van een schuldloze derde door

Nadere informatie

ARREST In de zaak A 2011/3. Inzake: Mercator Verzekeringen N.V. e.a. tegen: Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds e.a. ARRET Dans l affaire A 2011/3

ARREST In de zaak A 2011/3. Inzake: Mercator Verzekeringen N.V. e.a. tegen: Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds e.a. ARRET Dans l affaire A 2011/3 1 COUR DE JUSTICE BENELUX GERECHTSHOF ~ A 2011/3/7 ARREST In de zaak A 2011/3 Inzake: Mercator Verzekeringen N.V. e.a. tegen: Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds e.a. Procestaal: Nederlands ARRET Dans

Nadere informatie

Voorwaarden Aansprakelijkheidsverzekering

Voorwaarden Aansprakelijkheidsverzekering Deze voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien hiernaar wordt verwezen op het polisblad. Met voorbijgaan aan hetgeen anders in de verzekerings voorwaarden mocht zijn bepaald, wordt deze verzekering

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 maart 2004 C.03.0037.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.03.0037.F.- BELGISCHE STAAT, minister van Landsverdediging, Mr. Antoine De Bruyn, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen L. K., Mr.

Nadere informatie

Voorwaarden aansprakelijkheidsverzekering

Voorwaarden aansprakelijkheidsverzekering Deze voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien hiernaar wordt verwezen op het polisblad. Met voorbijgaan aan hetgeen anders in de verzekerings voorwaarden mocht zijn bepaald, wordt deze verzeke

Nadere informatie

Verkeersaansprakelijkheid verkeersfout tram; eigen schuld; uitbreiding 50% regel tot tramverkeer

Verkeersaansprakelijkheid verkeersfout tram; eigen schuld; uitbreiding 50% regel tot tramverkeer Verkeersaansprakelijkheid verkeersfout tram; eigen schuld; uitbreiding 50% regel tot tramverkeer HR 14 juli 2000, RvdW 2000, 177 C (Geertsema / De Niet en Haagsche Tramwegmaatschappij) [verschenen in:

Nadere informatie

Aansprakelijkheid in het algemeen en meer specifiek aansprakelijkheid van de wegbeheerder.

Aansprakelijkheid in het algemeen en meer specifiek aansprakelijkheid van de wegbeheerder. Aansprakelijkheid in het algemeen en meer specifiek aansprakelijkheid van de wegbeheerder. ANWB en verkeersslachtoffers Naast de inzet voor meer verkeersveiligheid is de ANWB ook betrokken bij de afwikkeling

Nadere informatie

Verdrag inzake de wet welke van toepassing is op verkeersongevallen op de weg. De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend,

Verdrag inzake de wet welke van toepassing is op verkeersongevallen op de weg. De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verdrag inzake de wet welke van toepassing is op verkeersongevallen op de weg De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen inzake de wet

Nadere informatie

AANSPRAKELIJKHEID IN HET VERKEER

AANSPRAKELIJKHEID IN HET VERKEER AANSPRAKELIJKHEID IN HET VERKEER AANSPRAKELIJKHEID Inhoud 1. De vergoeding van de zwakke weggebruiker. 2. De aansprakelijkheid van en voor de leerlingen. 3. De verzekering van leerlingen en leerkrachten.

Nadere informatie

Is de zelfrijdende auto wel veilig genoeg voor een plek op de weg?

Is de zelfrijdende auto wel veilig genoeg voor een plek op de weg? Is de zelfrijdende auto wel veilig genoeg voor een plek op de weg? 1.Inleiding In Verkeer in beeld, jaargang 8, nummer 5 staat op blz. 15 een interessante discussie over de zelfrijdende auto. Deze discussie

Nadere informatie

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190

Rapport. Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190 Rapport Datum: 7 juli 2005 Rapportnummer: 2005/190 2 Klacht Verzoekers klagen erover dat het regionale politiekorps Utrecht hun verzoek om vergoeding van de schade als gevolg van een politieonderzoek in

Nadere informatie

AGA International SA, gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Verzekeraar.

AGA International SA, gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Verzekeraar. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-158 d.d. 28 mei 2015 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Samenvatting Reisverzekering. Uitleg verzekeringsvoorwaarden.

Nadere informatie

Deel I: Algemene voorwaarden gebruik Essent oplaadpunten. Inhoudsopgave

Deel I: Algemene voorwaarden gebruik Essent oplaadpunten. Inhoudsopgave Deel I: Algemene voorwaarden gebruik Essent oplaadpunten Inhoudsopgave Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Definities

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 35/2012 van 8 maart 2012 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 35/2012 van 8 maart 2012 A R R E S T Rolnummer 5127 Arrest nr. 35/2012 van 8 maart 2012 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 29bis van de wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering

Nadere informatie

185 WVW mogelijkheden en onmogelijkheden. We zijn de gezichten vergeten van de zes vrouwen in het verkeer!

185 WVW mogelijkheden en onmogelijkheden. We zijn de gezichten vergeten van de zes vrouwen in het verkeer! 185 WVW mogelijkheden en onmogelijkheden We zijn de gezichten vergeten van de zes vrouwen in het verkeer! Bepaling Artikel 185 WVW Indien een motorrijtuig waarmee op de weg wordt gereden, betrokken is

Nadere informatie

Voorwaarden Aansprakelijkheidsverzekering Bedrijfsmotorrijtuig

Voorwaarden Aansprakelijkheidsverzekering Bedrijfsmotorrijtuig Voorwaardenblad 321-94 Voorwaarden Aansprakelijkheidsverzekering Bedrijfsmotorrijtuig Deze voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien hiernaar wordt verwezen op het polisblad. Artikel 264-20.1504

Nadere informatie

Als aan één van de voertuigverplichtingen niet wordt voldaan, is dat strafbaar (zie Achtergrond, onder 1. en 2.).

Als aan één van de voertuigverplichtingen niet wordt voldaan, is dat strafbaar (zie Achtergrond, onder 1. en 2.). Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat de Dienst Wegverkeer (verder ook: RDW) hem na een periode van meer dan zeven jaar heeft aangesproken op het feit dat hij niet over een geldige APK voor zijn

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-351 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen op : 5 juni 2018 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Privaatrechtelijk kostenverhaal door de wegbeheerder

Privaatrechtelijk kostenverhaal door de wegbeheerder Privaatrechtelijk kostenverhaal door de wegbeheerder De Hoge Raad schept duidelijkheid over verhaal van kosten voor opruimwerkzaamheden na een ongeval Hoge Raad van 12 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3594

Nadere informatie

Symposium Omkering van bewijslast. 27 oktober 2017 Rotterdam Studiekring Normatieve Uitleg

Symposium Omkering van bewijslast. 27 oktober 2017 Rotterdam Studiekring Normatieve Uitleg Symposium Omkering van bewijslast 27 oktober 2017 Rotterdam Studiekring Normatieve Uitleg Wettelijk vermoeden en omkering van de bewijslast Daan Asser 1 1. Feiten en recht Rechtsfeit is het feit of het

Nadere informatie

Is de zelfrijdende auto wel veilig genoeg voor een plek op de weg?

Is de zelfrijdende auto wel veilig genoeg voor een plek op de weg? Is de zelfrijdende auto wel veilig genoeg voor een plek op de weg? 1.Inleiding In Verkeer in beeld, jaargang 8, nummer 5 staat op blz. 15 een interessante discussie over de zelfrijdende auto. Deze discussie

Nadere informatie

Voor de beantwoording van deze vraag is het van belang om het privaatrecht van het publiekrecht te onderscheiden.

Voor de beantwoording van deze vraag is het van belang om het privaatrecht van het publiekrecht te onderscheiden. Bijlage bij DB/ AB-voorstel project Duikwrak Grevelingen In de vergadering van 1 juli 2010 heeft het DB van het Natuur- en Recreatieschap De Grevelingen kennis genomen van de voortgang van het project

Nadere informatie

RISICO-AANSPRAKELIJKHEDEN BIJ PAARDEN. I. Risico-aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door dieren

RISICO-AANSPRAKELIJKHEDEN BIJ PAARDEN. I. Risico-aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door dieren RISICO-AANSPRAKELIJKHEDEN BIJ PAARDEN I. Risico-aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door dieren In de Nederlandse wet is een aantal risico-aansprakelijkheden opgenomen, waaronder voor dieren. De

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 050.01 ingediend door: hierna te noemen 'klaagster, tegen: hierna te noemen verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Prioritaire voertuigen

Prioritaire voertuigen Prioritaire voertuigen Wat doet de politierechtbank ermee? Kathleen Stinckens Rechter in de politierechtbank Leuven Inleiding Zonder ongeval Met ongeval Voor de burgerlijke rechtbank Voor de strafrechtbank

Nadere informatie

BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING SCHADE INZITTENDEN VERSIE MEI 2006 ZEKER IS ZEKER

BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING SCHADE INZITTENDEN VERSIE MEI 2006 ZEKER IS ZEKER BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING SCHADE INZITTENDEN VERSIE MEI 2006 INHOUDSOPGAVE Deze bijzondere voorwaarden vormen één geheel met de algemene voorwaarden en de woordenlijst. Artikel 1

Nadere informatie

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt:

BESLUIT. 4. Artikel 56 Mededingingswet (hierna: Mw) luidde tot 1 juli 2009, voor zover van belang, als volgt: Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6494_1/309; 6836_1/220 Betreft zaak: Limburgse bouwzaken 1 en 2 / de heer [A] Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster LJN: BW9368, Rechtbank Amsterdam, 6 juni 2012 2. De feiten 2.1. [A] en [B] wonen tegenover elkaar in [plaats]. [C] woont

Nadere informatie

Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) De opzetclausule in aansprakelijkheidsverzekeringen

Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) De opzetclausule in aansprakelijkheidsverzekeringen Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) De opzetclausule in aansprakelijkheidsverzekeringen Prof. dr. M.L. Hendrikse Inleiding: de aard van de aansprakelijkheidsverzekering (1) Art. 7:952 BW (eigen

Nadere informatie

2 Omschrijving van enkele begrippen

2 Omschrijving van enkele begrippen 2 Omschrijving van enkele begrippen 1 INLEIDING Een probleem bij de bestudering van art. 48 (oud) Rv is dat de betekenis van veel van de gebruikte begrippen niet duidelijk is. Wat is een rechtsgrond? Is

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

Wat kan men meer bepaald voor aanhangwagens afleiden uit die definitie?

Wat kan men meer bepaald voor aanhangwagens afleiden uit die definitie? DE PROBLEMATIEK VAN DE AANHANGWAGENS De eerste Europese richtlijn betreffende verplichte verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid voor motorrijtuigen 1 bepaalt dat alle Lidstaten de nodige maatregelen

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden van De Jong Assurantiën cv en/of De Jong & Bouterse bv, behorend bij de Overeenkomst tot het verrichten van diensten

Algemene Voorwaarden van De Jong Assurantiën cv en/of De Jong & Bouterse bv, behorend bij de Overeenkomst tot het verrichten van diensten Algemene Voorwaarden van De Jong Assurantiën cv en/of De Jong & Bouterse bv, behorend bij de Overeenkomst tot het verrichten van diensten Artikel 1 Algemeen 1.1 In de Algemene Voorwaarden wordt verstaan

Nadere informatie

Opinie inzake HvJ EG 21 februari 2008, zaak C-412/04 (Commissie-Italië)

Opinie inzake HvJ EG 21 februari 2008, zaak C-412/04 (Commissie-Italië) Opinie inzake HvJ EG 21 februari 2008, zaak C-412/04 (Commissie-Italië) De artikelen 43 EG en 49 EG leggen overigens geen algemene verplichting tot gelijke behandeling op, maar een verbod van discriminatie

Nadere informatie

De verzekerings(on)mogelijkheden van werkgeversaansprakelijkheid

De verzekerings(on)mogelijkheden van werkgeversaansprakelijkheid De verzekerings(on)mogelijkheden van werkgeversaansprakelijkheid drs V.G.J. (Vincent) Zwijnenberg 8 april 2010 Onderwerpen 1. De behoorlijke verzekering volgens de Hoge Raad 2. De behoorlijke verzekering

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst vrijwilligersorganisaties. Albert Meijer, Accountmanager Overheid

Informatiebijeenkomst vrijwilligersorganisaties. Albert Meijer, Accountmanager Overheid Informatiebijeenkomst vrijwilligersorganisaties Albert Meijer, Accountmanager Overheid De VNG Vrijwilligersverzekering Gerechtshof (12 april 2017): Gemeente is eigenaar civielrechtelijk aansprakelijk (r.o.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 086 Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en het Wetboek van Strafrecht in verband met strafbaarstelling van zeer gevaarlijk rijgedrag en verhoging

Nadere informatie

Aansprakelijkheid op het ijs

Aansprakelijkheid op het ijs Aansprakelijkheid op het ijs KNSB verenigingsdag voor bestuurders 3 november 2007 Bart Bendel Wouter Vermaas Inhoud workshop Aansprakelijkheid van: Schaatsers Verenigingen Trainers Aansprakelijkheid van

Nadere informatie

Voorwaarden Schadeverzekering voor Inzittenden

Voorwaarden Schadeverzekering voor Inzittenden Deze voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien hiernaar wordt verwezen op het polisblad. Home 1 Voorwaarden Schadeverzekering voor Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Verzekerden

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. J.E.M. Sünnen, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. J.E.M. Sünnen, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-211 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. J.E.M. Sünnen, secretaris) Klacht ontvangen op : 7 maart 2018 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Contractsduur, uitvoering en wijziging overeen-komst

Contractsduur, uitvoering en wijziging overeen-komst artikel 1. Algemeen 1.1 Deze voorwaarden zijn van toepassing op iedere aanbieding, offerte en overeenkomst tussen Juncto juridisch advies en training, hierna te noemen: Juncto, en een Opdrachtgever waarop

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-548 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. B.F. Keulen, mr. J.S.W. Holtrop, leden en mr. C.J.M. Veltmaat, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Aansprakelijkheid bij verkeers- en mobiliteitseducatie

Aansprakelijkheid bij verkeers- en mobiliteitseducatie Aansprakelijkheid bij verkeers- en mobiliteitseducatie Vlaamse Stichting Verkeerskunde 28/05/2013 Ethias Verzekering Geert Van Aken 1 Risico? Excursies met de fiets Fietsvaardigheidstraining Verkeersroute

Nadere informatie

Artikel 1 Toepassingsgebied

Artikel 1 Toepassingsgebied 134 Uniforme Regelen betreffende de overeenkomsten inzake het gebruik van voertuigen in het internationale spoorwegverkeer (CUV Aanhangsel D bij het Verdrag) Artikel 1 Toepassingsgebied Deze Uniforme Regelen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 275 Wet van 3 juli 2003 tot wijziging van de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen en de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 ter

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-608 (mr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Klacht ontvangen op : 31 december 2015 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Juridische hulp na een trauma ongeval

Juridische hulp na een trauma ongeval Juridische hulp na een trauma ongeval Feenstra & Veenstra Register Experts Dhr. Michèl Feenstra, re Dhr. Mark Veenstra, re Munneke Lourens advocaten Mw. mr. Monique Snijder Mw. mr. Iris Degenaar Feenstra

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-597 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris) Klacht ontvangen op : 11 januari 2018 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Rb. 's-gravenhage 6 juli 2012, LJN BX2021, JA 2012/183. Trefwoorden: Sommenverzekering, Voordeelstoerekening, Eigen schuld

Rb. 's-gravenhage 6 juli 2012, LJN BX2021, JA 2012/183. Trefwoorden: Sommenverzekering, Voordeelstoerekening, Eigen schuld Rb. 's-gravenhage 6 juli 2012, LJN BX2021, JA 2012/183 Trefwoorden: Sommenverzekering, Voordeelstoerekening, Eigen schuld Auteurs: mr. M. Verheijden en mr. L. Stevens Samenvatting In maart 2009 vindt een

Nadere informatie

Voorwaarden Garageverzekering rubriek AVM Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen

Voorwaarden Garageverzekering rubriek AVM Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen Voorwaardenblad 364-93 Voorwaarden Garageverzekering rubriek AVM Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen Deze voorwaarden zijn uitsluitend van toepassing indien hiernaar wordt verwezen op het polisblad.

Nadere informatie

Voorwaarden. Watersport Cliëntenobjecten FGD

Voorwaarden. Watersport Cliëntenobjecten FGD Voorwaarden Watersport Cliëntenobjecten FGD 2013-01 Inhoudsopgave Algemene voorwaarden 3 Artikel 1 Begripsomschrijvingen 3 Artikel 2 Verzekeringsgebied 4 Artikel 3 Omschrijving van de dekking 4 Artikel

Nadere informatie

Antwoorden Kennisvragenlijst voorrangsvoertuigen

Antwoorden Kennisvragenlijst voorrangsvoertuigen Antwoorden Kennisvragenlijst voorrangsvoertuigen Wet- en regelgeving 1. Wanneer ben je bestuurder van een voorrangsvoertuig? (bron: artikel 29 RVV 1990) a. als je optische én geluidssignalen voert b. als

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JUNI 2008 C.06.0210.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.06.0210.F AXA BELGIUM, naamloze vennootschap, tegen ETABLISSEMENTS LELOUP, naamloze vennootschap, I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2005.0156 (004.05) ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. C.A. Koopman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. C.A. Koopman, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-299 (voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. C.A. Koopman, secretaris) Klacht ontvangen op : 5 februari 2015 Ingesteld door : Consument

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 19 DECEMBER UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 19 DECEMBER UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel INLEIDING RECHT MAANDAG 19 DECEMBER 2016 14.30-16.30 UUR Nakijkinstructie: Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal

Nadere informatie

VERZEKERINGSPERIKELEN DEEL 1. Inleiding

VERZEKERINGSPERIKELEN DEEL 1. Inleiding VERZEKERINGSPERIKELEN DEEL 1 Inleiding Na hevige regenval ondervindt eigenaar X ernstige waterschade in het privé gedeelte van zijn appartement. De regen is via de gevel het privé gedeelte binnengedrongen.

Nadere informatie

Algemene voorwaarden inzake gebruik oplaadpunten

Algemene voorwaarden inzake gebruik oplaadpunten is opgericht door en bestaat uit Cofely Energy & Infra B.V. en EV-BOX B.V. Algemene voorwaarden inzake gebruik oplaadpunten Inhoudsopgave Artikel 0 In overweging nemende Artikel 1 Definities Artikel 2

Nadere informatie