Theater. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Theater Criteria, werkwijze en procedure

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Theater. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Theater Criteria, werkwijze en procedure"

Transcriptie

1 Theater Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Theater Criteria, werkwijze en procedure Naam Aangevraagd Geadviseerd Toegekend Alex D Electrique Aluin Bambie Beumer & Drost Bonheur Theaterbedrijf Rotterdam Boogaerdt/Van der Schoot Bos Theater (Theater het Amsterdamse Bos) Carver Caspar Rapak Compagnie Barrevoet Compagnie Karina Holla (Schreeuw) De Appel De Brandstichting De Firma (Firma Rieks Swarte) De Gemeenschap De Mug (mugmetdegoudentand) De Theatercompagnie De Wetten van Kepler DJT de Reus (Daarom) DNA (De Nieuw Amsterdam) Dood Paard Dordt (Theater van de verbeelding) Droomtheater Eigen Werk / Pieter Tiddens Female Economy Fred Delfgaauw (Studio Peer) Gnaffel Golden Palace Growing up in Public Handtheater Het Blauwe Huis (Ultramarijn) Het Huis (Huis voor Jeugd- en Jongerentheater Rotterdam) Het MUZ (Het Muz theater) Hetpaarddatvliegt (Het Paard dat Vliegt) Het Syndicaat Het Toneel Speelt Het Volk Hotel Modern (De Bende) Jakop Ahlbom (Pels) Kalebas Produkties Kassys Keesen&Co Lange Poten Likeminds nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

2 Naam Aangevraagd Geadviseerd Toegekend Maanlach Maatschappij Discordia mightysociety MONK (Toneelgezelschap MONK) Munganga n Meeuw Nieuw West (Plotloos Drama) Orkater O.T. (Onafhankelijk Toneel / Opera O.T.) Parels (Parels voor de Zwijnen) PeerGrouP Powerboat PTa - Platform Theaterauteurs Schweigman & Speeltheater Holland Suver Nuver t Barre Land t Woud Ensemble Teatro Luna Blou (Elektra Blou) The Glasshouse The Lunatics (The Pigthing) Theater Adhoc theater EA Theater Kwark Theater Nomade Theater RAST Theater Terra (Poppentheater Kollektief) Theatergroep Delta Theatergroep Suburbia Toneelgroep Alaska (Uitzicht) Toneelgroep Dapper Ulrike Quade (Bewegingsalarm) Unieke Zaken Urban Myth V.I.G. (Vier Jaargetijden) Vis à Vis Warner & Consorten (Prima Materia) WdW (Willem de Wolf) Werktuig Wunderbaum ZEP (ZEP-projecten) nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

3 Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Investering in de kunsten van de toekomst door George Lawson, directeur NFPK + Het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ investeert in de kunsten van de toekomst. De eerste vierjarige subsidieronde onder de hoede van het fonds schept reële mogelijkheden voor nieuwe kwaliteit en versterkt waar nodig bestaande kwaliteit. Er is een keuze gemaakt voor een gezonde dynamiek en verscheidenheid, maar ook voor draagkracht en duurzaamheid van de sector. De rijksgesubsidieerde podiumkunsten staan voor grote veranderingen, en met reden. Analyses van de sector zelf, zoals het rapport UIT! van de commissie d Ancona, toonden een imploderend systeem met een onhoudbare versnippering van middelen, een disbalans tussen vraag en aanbod, en gebrekkige voeling met de samenleving en internationale ontwikkelingen. Niet voor niets heeft het fonds zich tot doel gesteld een eind te maken aan de mismatch van aanbod en afname in de podiumkunsten. Het fonds doet dat door scherper te selecteren op kwaliteit onder andere via het principe meer voor minder -, bevordering van dynamiek en samenhang van aanbod tot afname, en opwaardering van cultureel ondernemerschap. Daartoe staan het fonds naast programma s, project- en individuele subsidies, ook de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen ter beschikking. Dit veranderingsproces op weg naar een duurzamer cultureel landschap blijft in ontwikkeling. Maar de portefeuille van de in vierjarig ondersteunde instellingen toont onmiskenbaar een nieuw begin: met substantiële instroom naast aanzienlijke uitstroom, vermindering van het aantal gesubsidieerde instellingen, een stijging van het gemiddeld subsidiebedrag per instelling, en een evenwichtiger palet van artistieke generaties, waar dat op gronden van kwaliteit en diversiteit wenselijk was. Het fonds beschouwt het rijksgefinancierde landschap als één - kwantitatief beperkt, maar kwalitatief samenhangend en gezichtsbepalend - deel van het totale podiumkunstenlandschap. De invulling daarvan door het fonds vond daarom plaats met inachtneming van de invulling van de basisinfrastructuur door de Raad voor Cultuur. De keuzes zijn scherp. Kwaliteit was steeds een eerste voorwaarde. De leidende parameters hierbij waren vakmanschap, zeggingskracht en oorspronkelijkheid, binnen de context van uiteenlopende genres, publieksgroepen en aanvragers. Daarnaast wogen niet-artistieke criteria zwaarder mee dan voorheen, waarbij de relatie tussen scheppen, produceren, programmeren en publiek het kader bood. Aandacht kreeg de diversiteit van het landschap, de spreiding, de omvang en diversiteit van publieksbereik (inclusief internationalisering), en cultureel ondernemerschap en bedrijfsvoering. Contrasten tussen uitvoeringskwaliteit, zichtbaarheid en ingediende plannen stelden commissies hierbij nogal eens voor dilemma s. Het fonds is zich steeds bewust geweest van de pijnlijke consequenties van de beslissingen in het belang van een vitaal podiumkunstenklimaat. 5 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

4 Investeren in kwaliteit: meer voor minder 20 % meer subsidie gemiddeld per instelling Het fonds is erin geslaagd de versplintering van middelen in de gewenste richting om te buigen. Het totaalbeeld toont bijna 20 % minder instellingen. Het gemiddelde subsidiebedrag per instelling stijgt met ruim 20 %. Er wordt relatief vaak het gevraagde bedrag toegekend, ook bij nieuwkomers en in nogal wat gevallen wordt een bestaande subsidie substantieel verhoogd, zoals bij Opera Trionfo, Conny Janssen Danst, Emio Greco I PC, ISH, Noorderzon, Combattimento Consort Amsterdam, Speeltheater Holland, Rast. Het fonds heeft goed uitgewerkte plannen voor internationalisering, educatie of compositie zo veel mogelijk integraal beoordeeld, zonder naar andere regelingen te verwijzen. De stijging van het gemiddeld subsidiebedrag is des te opmerkelijker omdat er op grond van cultureel ondernemerschap ook streng gekeken is naar de begrotingen en werkelijke subsidiebehoefte. Dat leidt juist tot een neerwaartse druk op het gemiddelde subsidiebedrag per instelling. Meer voor minder is immers geen vrijbrief voor ondoelmatigheid en het nodeloos opblazen van begrotingen en vaste formatie. 30 % nieuwe initiatieven Onder de 116 gehonoreerde aanvragen ontvangen er 34 voor het eerst een vierjarige subsidie. Er is over de hele linie veel beweging en in alle sectoren is sprake van nieuwe loten aan de stam: van Muziektheater Hollands Diep en het Amstel Saxofoon Kwartet tot T.R.A.S.H. en Wunderbaum. 40 % van de bestaande subsidies verdwijnt 59 van de huidige 141 structureel gesubsidieerde instellingen verliezen hun subsidie. Voor andere instellingen staat een substantiële subsidievermindering op stapel. Vooral in de muziek, waar de versnippering van structurele subsidies relatief groot was, zijn veel aanvragen afgewezen en is sprake van forse subsidiekortingen. Een vierjarige subsidie bleek vaak het verkeerde antwoord op activiteiten die artistiek en zakelijk gezien projectmatig van aard zijn. Het NFPK + is zich er van bewust dat de optelsom van die individuele beslissingen ingrijpende gevolgen heeft voor wereldmuziek, gecomponeerde muziek, jazz en geïmproviseerde muziek. Nu duidelijk is dat de bloei van deze waardevolle onderdelen van het Nederlands muziekleven niet gebaat is met een voortzetting van de huidige subsidiepraktijk, rijst de vraag wat het fonds dan wel kan doen om de positie van die sectoren duurzaam te verbeteren. Het bestuur van het NFPK + heeft de commissie muziek daarom gevraagd om hierover voor 1 november a.s. een nader advies te geven. Dus nog voor de indiendata van de nieuwe regelingen van het fonds, waaronder de regeling voor tweejarige projecten. Vanzelfsprekend zal de commissie daarbij de volle breedte van het muziekleven betrekken. Daarnaast zijn onder meer bij theater verschuivingen opgetreden, doordat als gevolg van kwalitatief hoogwaardige aanvragen prioriteit kon worden gelegd bij genres die in de basisinfrastructuur minder vertegenwoordigd zijn. Divers aanbod voor een gevarieerd publiek Het NFPK + heeft niet alleen geoordeeld over de kwaliteit van de aanvragen zelf, maar ook afgewogen of die kwaliteit tot zijn recht kan komen in de sector. Is er niet te veel van hetzelfde, is er voldoende verscheidenheid voor een gevarieerd publiek? Met de eigen honoreringen van het fonds in combinatie met de instellingen in de basinfrastructuur, is een goede verdeling gerealiseerd over artistieke generaties, genres, conventioneel en onconventioneel, toegankelijk en complex aanbod. Het fonds is het fonds van het experiment en het jonge aanstormende talent. Maar het fonds is ook het fonds van de bewezen tradities en kwaliteit. Als het om generaties gaat bewijst de toekenning aan Discordia of Adelheid Roosen dat nieuwkomers niet altijd jong hoeven te zijn. En naast aanvragers die een relatief beperkte niche van liefhebbers bedienen zoals de muziekwerkplaats Intro in situ, Dood Paard of festival Sonic Acts, staan de bij het brede publiek populaire gezelschappen en festivals als Het Toneel Speelt, Het Nederlands Blazers Ensemble en Oerol. Culturele diversiteit De portefeuille van het fonds is ook cultureel divers, in de zin dat niet-westerse, multi- en interculturele invloeden vertegenwoordigd zijn in aanbod en publieksbereik. Het aandeel honoreringen van cultureel diverse aanvragen ligt gemiddeld iets hoger dan het percentage aanvragen. 20 % van het fondsbudget gaat naar instellingen waarvoor culturele diversiteit hun dagelijkse werk is. Zij nemen het merendeel van de aanvragen op dit terrein voor hun rekening. In overige aanvragen is culturele diversiteit maar zeer beperkt aan de orde, wat het belang van een actief fondsprogramma voor dit thema onderstreept. Er zijn nieuwe aanvragers met een cultureel divers aanbod opgestaan en oude aanvragers zijn gegroeid. Dans en muziektheater op cultureel diverse leest staan nog in de kinderschoenen, met slechts een paar aanvragen per discipline. Bij theater valt op dat makers zich duidelijker met een eigen stem profileren, en tegelijkertijd steeds meer deel uitmaken van, en dwarsverbanden zoeken met gevestigde circuits. Er zijn ook autochtone makers van producties met een cultureel diverse thematiek gehonoreerd, zoals Female Economy en het Volksoperahuis, en aanvragers voor wie culturele diversiteit zo vanzelfsprekend is dat ze het nauwelijks meer benoemen, zoals festival Jonge Harten. Wereldmuziek kent tegenover een beperkte nieuwe instroom (Baraná, Asele, Pro Moods) relatief veel afvallers. Naast zakelijke obstakels speelt de uitvoeringskwaliteit oudere ensembles parten, terwijl veel nieuwkomers nog (te) kwetsbaar zijn of geen beroep doen op de vierjarige subsidieregeling. Het fonds zet de komende jaren aanvullende instrumenten in om de bloei van de Nederlandse wereldmuziek te stimuleren. Tabel 1. Aandeel cultureel diverse aanvragen/honoreringen ten opzichte van het totale aantal aanvragen/honoreringen Muziek- Cultureel divers Totaal Dans* Festivals Muziek theater Theater Aanvragen 15 % 18 % 18 % 17 % 4 % 14 % Gehonoreerd 18 % 29 % 24 % 16 % 10 % 17 % Subsidiebedrag 20 % 55 % 22 % 13 % 9 % 13 % Internationaal Opvallend is dat de meeste aanvragers wel het belang van internationalisering erkennen, maar geen uitgewerkt internationaal beleid of internationale plannen overleggen. Aanvragers die een helder internationaal beleid presenteren dat samenhangt met nationale plannen, worden hiervoor ook beloond. Voorbeelden zijn Emio Greco I PC, Ulrike Quade en Bik Bent Braam. Daarnaast is er veel nog on(der)benutte internationale potentie geregistreerd bij instellingen. Het fonds beraadt zich op een aanpak om die potentie samen met de instellingen tot ontwikkeling te brengen. Bij de beoordeling van internationale ambities is vooral gelet op: aansluiting bij de prioriteiten van het internationaal cultuurbeleid, verbinding tussen het nationale en internationale beleid, internationale tournees, internationale samenwerking, belangwekkende internationale programmering in Nederland (bij festivals), Europese samenwerking en Europese subsidies. *Inclusief de relatief grote aanvraag van het Internationaal Danstheater die bijna de helft van het dansbudget betreft. 6 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

5 Spreiding: te land en overzee Het NFPK + heeft zich in zijn beleidsplan onder het motto global/local positief uitgesproken over spreiding als een mogelijkheid tot betere maatschappelijke verankering van podiumkunstinstellingen. Je kunt in deze tijd van globalisering zowel wereldberoemd zijn als stevig verbonden met de directe omgeving. De spreiding over het land verbetert niet spectaculair, maar wel licht. Het aandeel gesubsidieerde instellingen in de vier grote steden loopt iets terug (gemiddeld 3 % van het subsidiebedrag, 15 % van het aantal instellingen) ten gunste van de regio. Alleen Rotterdam gaat er een kleine 6 % op vooruit. In de regio wint elke provincie iets, met uitzondering van Noord-Holland en Utrecht. Uitschieters zijn de regio s noord en oost, met een toename van het subsidiebedrag van 64 % respectievelijk 45 %. Onder meer bij festivals is de invloed van spreidingsoverwegingen goed zichtbaar. Het fonds wordt uiteraard mede gestuurd door (de kwaliteit van) aanvragen die zich aandienen. Gezien de kansen voor locale inbedding en spreiding, gaat het fonds een dialoog met andere overheden aan, om de aanwas van interessante plannen buiten de Randstad te stimuleren. Voor het eerst wordt een aanvraag uit de Nederlandse Antillen en Aruba vierjarig ondersteund: Teatro Luna Blou op Curaçao. Het fonds bereidt samen met vier andere publieke fondsen en het Ministerie van OCW een subsidieregeling voor om de culturele infrastructuur op de Antillen en Aruba verder te versterken. Ketenverbindingen & cultureel ondernemerschap: eerste schreden Ondernemerschap en afstemming tussen aanbod, podia en publiek zijn cruciaal voor een nieuw podiumkunstenklimaat. Over de hele linie wekken de aanvragen in dit opzicht echter nog vaak de indruk van eerste schreden. Samenwerking tussen podia en producenten komt voorzichtig op gang. Marketingstrategieën concentreren zich veelal op traditionele publiciteit voor ongedifferentieerde doelgroepen. Maar het animo voor nieuwe, meer verfijnde en digitale instrumenten groeit her en der wel. De plannen van jongere generaties makers verraden doorgaans de meeste ondernemingslust en publieksgerichtheid. Zo springen PIPS:lab, ISH, Club Guy & Roni en Mighty Society in het oog. Dat echter ook de oudere garde kansen weet te grijpen, bewijzen de aanvragen van onder meer De Kift, Conny Janssen Danst en Het Toneel Speelt. Waar op grond van ervaring of positie van een instelling meer mag worden verwacht, heeft dat consequenties: een vermindering van het aangevraagde bedrag, een subsidie onder voorwaarden of een nieuw in te dienen plan voor ondernemerschap - in uiterste gevallen zelfs met een tussentijdse beoordeling. Het fonds heeft in de toetsing echter maatwerk geleverd. Bij de beoordeling is rekening gehouden met genre en aard van de aanvraag. Bovendien hebben niet alleen producenten, maar ook podia een rol te vervullen in een betere afstemming van vraag en aanbod. Voor ondernemerschap was de oude norm van 15 % publieksinkomsten richtinggevend. Aangestoken door de ambities van de commissie Sanders, is daarnaast waarde gehecht aan eigen inkomsten in bredere zin, een doelmatige besteding van inkomsten, en samenwerkingsvoordelen. Voor de meeste instellingen blijkt de 15 % norm haalbaar. Vooral festivals weten uitstekend eigen inkomsten te verwerven, tot niet zelden de helft van de begroting. Historisch zijn er grote verschillen ontstaan in de subsidiebedragen van instellingen met vergelijkbare taken. Het fonds heeft excessieve verschillen teruggedrongen en streeft in de toekomst naar een vorm van benchmarking, in wisselwerking met de basisinfrastructuur en aanbevelingen van de commissie Sanders. Budget Het budget voor de vierjarige subsidieregeling is samengesteld uit de door het Ministerie van OCW overgehevelde budgetten per discipline, gebaseerd op de verhoudingen in de Cultuurnota van de Minister van OCW. Het totaal beschikbare budget van ,- (prijspeil 2006) is over alle disciplines ongeveer tweeënhalf keer overtekend. Toch heeft het fonds zich bij de advisering pas in laatste instantie laten leiden door de subsidieplafonds. Toepassing van de criteria heeft bij theater en muziek geleid tot advisering binnen het beschikbare budget. Er is ongeveer 1,2 miljoen budget van deze vakdisciplines ondergebracht bij muziektheater en festivals. Dit zijn snel groeiende sectoren die ook van groot belang zijn voor de vakdisciplines. Zowel bij muziektheater als bij de festivals was er een verhoudingsgewijs hoge overtekening in deze vierjarenronde, en waren de budgetten voorheen relatief laag. Het NFPK + geeft dus meer geld aan festivals en muziektheater dan door de Cultuurnota is toegekend. Ondanks scherpe selectie en budgetverruiming bleek het beschikbare budget bij dans, muziektheater en festivals toch nog te krap om alle positief geadviseerde aanvragen te honoreren. Enkele instellingen, die in totaal ongeveer 2 miljoen vragen, eindigen daardoor onder de zaaglijn. Dat wil zeggen: een positief advies, maar geen geld vanwege een lage prioriteit. Met meer middelen zou het fonds hieraan op basis van prioritering tot 2 miljoen extra ondersteuning geven. Tabel 2 Overzicht van de belangrijkste cijfers* Muziek- Totaal Dans Festivals Muziek theater Theater aantal aanvragen waarvan cultuurnota 2005/ aantal gesubsidieerd NFPK nieuwe instellingen vervallen subsidies gevraagd bedrag geadviseeerd bedrag prijspeil gevraagd bedrag onder de zaaglijn toegekend prijspeil gemiddeld subsidie NFPK Prijspeil gemiddeld subsidie cultuurnota prijspeil * In dit overzicht is een subsidie aan de Stichting Steim opgenomen. Deze subsidie heeft een voorlopige status, omdat de mogelijkheid bestaat dat Steim alsnog in de Basisinfrastructuur wordt opgenomen. 8 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

6 Toelichting adviezen Theater In totaal heeft de adviescommissie theater 85 aanvragen voor de vierjarige subsidieregeling beoordeeld. Het merendeel, 74 aanvragen, werd direct bij het fonds ingediend. Elf aanvragen zijn op 15 mei overgedragen door de Raad voor Cultuur nadat ze niet in aanmerking waren gekomen voor de basisinfrastructuur (BIS). Over 42 aanvragen werd positief geadviseerd, 43 kwamen volgens de commissie niet (meer) voor subsidiering in aanmerking. Bovendien bracht de commissie 17 co-adviezen uit ten behoeve van de commissies dans, muziektheater en festivals. De overdracht van de elf aanvragen is exemplarisch voor de veranderingen die zich in de structuur van het culturele landschap hebben voltrokken: voortaan wordt er in het Nederlandse cultuurbestel onderscheid gemaakt tussen meerjarig gesubsidieerde instellingen die vaste functies invullen en instellingen die in stand worden gehouden door de cultuurfondsen zoals het NFPK+. De basisinfrastructuur en de door het fonds vierjarig ondersteunde instellingen maken - ondanks de bestuurlijke waterscheiding - deel uit van een samenhangend podiumkunstenlandschap. Herijken Verhuizen en herinrichten gaan hand in hand en scheppen in het gunstigste geval de ruimte om een voorschot op de toekomst te nemen. Ze geven ook aanleiding om te herijken, om in te schatten wat van blijvende of nieuwe waarde geacht wordt. Het beoordelingskader dat overeenkomstig het beleid van het NFPK+ door de commissie theater is gehanteerd laat zich typeren door de begrippen kwaliteit en complementariteit. De onderscheidende kwaliteit van de aanvrager ten opzichte van andere aanvragers en de basisinfrastructuur speelde steeds een rol. De commissie heeft bij de samenstelling van de portefeuille theater primair gekozen voor autonome kunstenaars die hun artistieke vitaliteit en oorspronkelijkheid manifest maken en die daarnaast - mede op basis van een gezonde bedrijfsvoering en positionering - zorg dragen voor een betekenisvolle verrijking van het landelijke theateraanbod. De complementariteit ten aanzien van de basisinfrastructuur in de sector theater blijkt duidelijk uit de verantwoordelijkheid die het fonds neemt voor een aantal onderscheidende genres waarin niet of zeer beperkt voorzien is in de basisinfrastructuur: mime, object- en poppentheater, beeldend locatietheater en deels ook muziektheater. In deze genres kan dankzij kwalitatief hoogwaardige aanvragen relatief veel door het fonds worden geïnvesteerd. De commissie heeft daarnaast kritisch afgewogen in welke mate talentontwikkeling, research & development, nieuw Nederlands repertoire en de diversiteit van bijvoorbeeld het jeugd- en jongerentheater al overtuigend en voldoende in de basisinfrastructuur gegarandeerd worden. Doublures zijn in principe vermeden. De uitkomst van dit complexe beoordelings- en in zijn consequentie herinrichtingsproces is uiteraard een afgewogen compromis. Deze theaterportefeuille kan gezien worden als een markeringspunt in het vernieuwde theaterlandschap. Het beoogt het oeuvre en de positie van de autonome kunstenaar, en de dynamiek van het aanbod en de afname te versterken. Balans artistieke generaties In de algemene inleiding wordt gewezen op een aantal opvallende inhoudelijke kenmerken die op de theaterportefeuille zonder meer van toepassing zijn. Er is zoals beschreven een goede balans nagestreefd in artistieke generaties, disciplines, spreiding en verhouding tussen toegankelijk en complex aanbod. De ketengedachte en de betere afstemming van aanbod en afname zijn nu gemarkeerd. Zonder te willen simplificeren of generaliseren wekken de verschillende generaties ook uiteenlopende verwachtingen wat betreft hun rendement. Van de nieuwkomers in de portefeuille wordt verwacht dat zij een artistieke belofte in zich 11 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

7 dragen, voorop gaan in artistieke ontwikkelingen en ongehinderd door institutionalisering hun eigen vliegwiel uitvinden, bijvoorbeeld op het gebied van cultureel ondernemerschap en presentatievormen. Jakop Ahlbom, Lotte van den Berg, Ulrike Quade, Eric de Vroedt, Boukje Schweigman en het collectief Wunderbaum zijn enkele voorbeelden van deze generatie. Opvallend is dat de ketengedachte bij de (veelal) jongere makers zeer levendig is. Deze generatie kunstenaars zoekt de verbinding met het publiek - via het thema of onderwerp van de voorstellingen - als vanzelfsprekend op. Men kiest daarvoor de vorm waar de inhoud om vraagt. Dat kan betekenen dat voorstellingen voor bestaande maar net zo goed voor minder gebruikelijke circuits gemaakt worden. Het artistieke kraakbeen is zeer flexibel. Het idee dat er zich onder hen de artistiek leiders van de toekomst bevinden is sterk aanwezig. Van de middengeneratie wordt verwacht dat die zich richt op verdere artistieke verdieping en het bestaansrecht primair via de inhoud afdwingt. En tegelijk moet er naar de mening van het fonds, sterker verantwoordelijkheid worden genomen op het gebied van publieksbereik en profilering in de circuits. Groepen als Bambie, Dood Paard, Golden Palace, Hotel Modern, Keesen & Co en Rast bevinden zich in die ontwikkelings- en bewustwordingsfase. Binnen de organisaties is er vaak een nog te beperkte visie op cultureel ondernemerschap en lijkt marketing vooral een toverformule. Een gunstige uitzondering hierop vormen jeugd- en jongerentheatergroepen als Beumer & Drost of Zep. De gelouterde generatie overtuigt door de verbinding die men inmiddels weet te maken tussen professionele bedrijfsvoering en artistieke identiteit, vaak uitmondend in een breed en groot publieksbereik. De Appel, Carver, Het Toneel Speelt, Onafhankelijk Toneel, Orkater en Speeltheater Holland worden in (subsidie)volume als de vlaggenschepen van de portefeuille beschouwd. Zij zouden zich nadrukkelijk en in aanvulling op de stadsgezelschappen moeten kunnen profileren en tonen veelal ook de ambitie om hun posities in de brandhaarden en in de (inter)nationale speelcircuits te versterken. Meer produceren is niet direct de weg die het fonds hen daarbij wil wijzen. Aandacht voor de artistieke ontwikkeling in de vorm van in- en doorstroom ligt meer in de rede. Er is ook plaats ingeruimd voor groepen als Maatschappij Discordia, Firma Rieks Swarte en Nieuw West die op een veel bescheidener schaal opereren en binnen een meester-leerlingmodel veel van hun kunstenaarschap en expertise op andere makers weten over te dragen. gespecialiseerde instellingen als DNA, Female Economy en Rast. Net als Wunderbaum, Dordt, Bewegingsalarm en Mightysociety leggen zij artistieke verbanden tussen actualiteit op eigen bodem en grensoverschrijdende ontwikkelingen. De grootstedelijke realiteit vindt zijn weg bij J&J Rotterdam en Likeminds, die mede zorgen voor aanwas van nieuwe makers en spelers. Er is kortom sprake van een belangrijke heroriëntatie die de interculturele en internationale invalshoeken verbreedt en de mainstream benadert. Samenstelling adviescommissie theater Adviseurs Petra Ardai Max van Engen Jarrod Francisco Bert Geurkink Simone Hogendijk Viktorien van Hulst Jan Zoet (voorzitter) Secretaris Rob Ligthert Niet betrokken bij de beoordeling van de aanvraag van: The Glasshouse Dood Paard, Female Economy, Mightysociety, Theatercompagnie Het Toneel Speelt, Het Huis (Huis voor Jeugd- & Jongerentheater Rotterdam), PeerGrouP, Theatercompagnie Aluin, t Barre Land, Growin Up in Public, Het Huis (Huis voor Jeugd- & Jongerentheater Rotterdam), Lunatics/Pigthing, Theater EA, Festivals: Cement. Powerboat, Festival Cement Bonheur, De (Internationale) Keuze, Droomtheater, Hotel Modern/ De Bende, Het Huis (Huis voor Jeugd- & Jongerentheater Rotterdam), Onafhankelijk Toneel, Powerboat, Wunderbaum De commissie is met het oog op de beoordeling van de aanvragen voor jeugdtheater en poppen- en objecttheater uitgebreid met Petra Blok en Eliane Attinger. Cultureel ondernemerschap De commissie theater is van mening dat het begrip cultureel ondernemerschap ook in het algemeen veel meer inhoudelijke invulling en aandacht behoeft, zowel van de instellingen als het NFPK+ zelf. Met nadruk geldt dat artistieke kwaliteit, binding met de samenleving en publieke perceptie uiteindelijk samen de legitimatie van subsidiëring vormen. Professionaliteit en ambitie in bedrijfsvoering en marketing zijn hiertoe noodzakelijke randvoorwaarden en geen doel op zichzelf. Met betrekking tot de verscheidenheid aan genres is al opgemerkt dat het fonds relatief veel muziektheater, mime, poppen- en objecttheater en beeldend locatietheater tot de portefeuille rekent. Het fonds neemt deze verantwoordelijkheid bewust op zich, maar ambieert dat op termijn instellingen met een dergelijke signatuur ook in de basisinfrastructuur zullen functioneren. Dit is van belang voor deze genres. Daarnaast doet de meerjarige verankering recht aan de ontwikkelingen binnen de culturele biotoop. Ten slotte moet in deze inleiding niet onvermeld blijven dat de adviescommissie theater ruimte heeft gegeven aan culturele diversiteit. Het valt op dat culturele diversiteit steeds minder een geïsoleerde benadering is en steeds meer deel uitmaakt van bredere, grensoverschrijdende artistieke visies. Er is sprake van nieuwe thema s en benaderingswijzen bij 12 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

8 Criteria, werkwijze en procedure Het NFPK + heeft aanvragen beoordeeld waarvan in de procedure bij het Ministerie van OCW is vastgesteld dat ze tot het werkgebied van het fonds behoren. Daarnaast zijn aanvragen beoordeeld van instellingen die in eerste instantie een beroep op de basisinfrastructuur hebben gedaan, maar door de Raad voor Cultuur alsnog zijn doorverwezen naar het fonds. De regeling Vierjarige Subsidies Podiumkunstinstellingen van het fonds is bedoeld voor het in continuïteit verrichten van activiteiten die bijdragen aan de kwaliteit en diversiteit van de podiumkunsten, opbouw van een publiek daarvoor en cultureel ondernemerschap. Alle criteria zijn vanzelfsprekend ingevuld en beoordeeld tegen de achtergrond van dit doel. Het doel van de vierjarige subsidieregeling is nadrukkelijk om instellingen te faciliteren om in continuïteit te werken, omdat het fonds immers ook regelingen heeft waarin (meerjarige) projectsubsidies tot de mogelijkheden behoren, waar dit meer passend is bij de aard van de activiteiten. Criteria De in behandeling genomen aanvragen zijn in de eerste plaats getoetst op artistieke kwaliteit, dat fungeerde als instaptoets. Alleen instellingen die in de ogen van de commissie over voldoende artistieke kwaliteit beschikken en hun artistieke activiteiten in continuïteit verrichten, zijn vervolgens getoetst op de overige criteria (voor functionele kwaliteit) en betrokken in de integrale afweging. Daarbij speelde ook de betekenis van een aanvraag voor het genre een rol. Kwaliteit is beoordeeld op basis van eerder werk en prestaties, artistieke ontwikkeling en potentie, en het ingediende plan met begroting. Alleen instellingen die de aangevraagde activiteiten al minimaal vier jaar verrichten als professionele podiumkunstinstelling, kwamen in aanmerking voor een vierjarige subsidie. Voor vierjarige honorering gelden strengere eisen dan voor projectaanvragen. Daarnaast is het wezenlijk dat de instelling het vertrouwen wekt niet (meer) projectmatig te werken. Honorering van projectaanvragen in het verleden geeft geen garantie voor een positieve beoordeling voor de vierjarige subsidieregeling. Maar ook omgekeerd geldt dat een negatieve beoordeling voor de vierjarige regeling de toegang tot projectbudgetten niet hoeft te belemmeren. Als kerncriteria voor artistieke kwaliteit zijn vakmanschap, zeggingskracht en oorspronkelijkheid maatgevend. Er is uitgegaan van een pluriform en dynamisch kwaliteitsbegrip: gerelateerd aan de aard en ontwikkeling van het genre, de beoogde uitvoeringscontext en de positie die de aanvrager wil innemen in de podiumkunsten. Besloten in het criterium oorspronkelijkheid is de artistieke signatuur en ontwikkeling, en onderscheidende positie van de aanvrager. Verbonden met zeggingskracht zijn de betekenisgevende werking voor publiek, aansprekendheid, impact, landelijke uitstraling en zichtbaarheid in het podiumkunstenlandschap. Vakmanschap heeft betrekking op aantoonbare vaardigheden en vakmatig inzicht. Na de kwaliteitstoets zijn, met gelijk onderling gewicht, de volgende criteria voor functionele kwaliteit (de manier waarop producties in de Nederlandse samenleving functioneren) toegepast, waarbij weer rekening is gehouden met aard en genre van de aanvraag: de mate waarin een aanvraag een bijdrage levert aan de diversiteit/verscheidenheid van de podiumkunsten (inclusief culturele diversiteit); de mate waarin een aanvraag een bijdrage levert aan geografische spreiding van de podiumkunsten; de relatie tussen scheppen, produceren, programmeren en publieksontwikkeling in de aanvraag; omvang en diversiteit van publieksbereik en ontwikkeling; cultureel ondernemerschap en bedrijfsvoering. 15 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

9 In reacties van aanvragers op de conceptadviezen is er herhaaldelijk teleurstelling over geuit dat in een aantal gevallen alleen artistieke criteria in de beoordeling ter sprake zijn gebracht. De verklaring hiervoor is dat artistieke kwaliteit een eerste voorwaarde was: was de commissie hiervan niet overtuigd, dan zijn andere criteria niet toegepast. Werkwijze en procedures In behandeling genomen aanvragen zijn voorbereid door de (discipline)secretaris. Daarbij is iedere aanvraag samengevat en in de context geplaatst van subsidiehistorie, genre en beleid van het NFPK +. Er is bovendien een analyse gemaakt van kwantitatieve parameters voor bedrijfsvoering, eigen inkomsten en publieksbereik. Aanvragen met cultureel diverse en internationale componenten zijn mede voorbereid en in het proces bij het fonds gevolgd door de programmamedewerkers culturele diversiteit respectievelijk internationalisering. Na voorbereiding op het bureau zijn de aanvragen integraal voorgelegd aan de adviescommissies. De commissies zijn formeel verantwoordelijk voor het advies. Aanvragen zijn behandeld door het team en de commissie van respectievelijk muziek, muziektheater, dans, theater en festivals. Ook aanvragen voor jeugdaanbod zijn hier beoordeeld. Bij interdisciplinaire en festivalaanvragen heeft co-advisering plaatsgevonden door de relevante disciplinecommissie(s). In deze gevallen waren ook meerdere secretarissen betrokken bij de voorbereiding. Cultureel diverse en internationale aanvragen zijn beoordeeld zoals andere aanvragen: in de disciplinecommissies, met de reguliere criteria. De advisering vond plaats in vergadering aan de hand van de genoemde criteria. Naast analyses van secretarissen en programmamedewerkers, en de eigen deskundigheid en kijkervaring hebben commissies gebruik mogen maken van dossiers van de Raad voor Cultuur, waarin opgenomen de verzamelde documentatie, gespreks- en voorstellingsverslagen. Het fonds heeft reacties ontvangen van instellingen die op grond van eerdere monitorgesprekken met de Raad voor Cultuur een positieve honorering verwachtten. De functie van monitorgesprekken was echter niet alleen in de nieuwe oordeelsvorming bij het NFPK +, maar ook destijds voor de Raad voor Cultuur louter informatief. De vergaderingen stonden onder voorzitterschap van één van de commissieleden. Op grond van de individuele beoordelingen hebben de commissies een disciplineprioritering opgesteld ten behoeve van de integrale afweging, tenzij een commissie binnen het beschikbare budget adviseerde. Commissieleden en secretarissen met directe betrokkenheid bij een aanvraag waren bij de betreffende advisering niet betrokken (zie overzicht). De adviezen zijn op 30 juni in concept verstuurd naar (alleen) de aanvragers, vergezeld van een indicatie van het subsidiebedrag. Instellingen konden binnen twee weken reageren op feitelijke onjuistheden. Die zijn door het fonds bestudeerd en verwerkt. Zo veel mogelijk instellingen waarvan de subsidie substantieel is aangetast of verdwijnt, zijn uitgenodigd voor een gesprek. Verzoeken van instellingen om een gesprek zijn waar mogelijk gehonoreerd. Na de schriftelijke reacties en gesprekken zijn de definitieve adviezen en subsidiebeschikkingen vastgesteld. De adviescommissies voor de vierjarige subsidieregeling zijn bij de start van het fonds volledig nieuw samengesteld. Daarbij is naast (erkende) artistieke deskundigheid en een brede, up-to-date kennis van het veld, ook expertise verankerd voor de keten van scheppen, produceren, programmeren en publieksbereik. In de samenstelling van de commissies is gezorgd voor vertegenwoordiging van (en kennis over) een variëteit aan genres, artistieke generaties, bestaande en nieuwe publieksgroepen, internationalisering, westerse en cultureel divers geïnspireerde kunstvormen, en kunde van marketing en cultureel ondernemerschap. 16 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

10 Alex D Electrique Stichting Alex d Electrique Alex d Electrique is een in Amsterdam gevestigd theatercollectief. Wegens het vertrek van oprichter en artistiek leider Ko van den Bosch naar het Noord Nederlands Toneel (NNT), wil het bestuur per 2009 een doorstart maken met de (voormalige) kernleden Raymonde de Kuiper, Raymond Thiry en met Aat Ceelen als artistiek leider van dit heraantredend collectief. Alex d Electrique stelt zich tot taak om geëngageerd entertainment voor een breed publiek te maken op basis van nieuw Nederlands repertoire en verwant bestaand repertoire. Alex d Electrique omschrijft zijn werk als Theater van onderop met wortels in de do-ityourself filosofie van de punk- en kraakbeweging. De kracht van het collectief schuilt in het multidisciplinaire. De makers hanteren en ontwikkelen een eigenzinnig theatraal idioom, waarbinnen beeld zich op een organische manier verweeft met spel, tekst en muziek. Alex d Electrique geeft als één van de belangrijkste kenmerken van de groep aan dat er theater gemaakt wordt vanuit een eigengereide opvatting over kunst. Kunst moet niet mooi of af of eenduidig zijn. Kunst moet ergens over gaan, verrassend en opwindend zijn. Het collectief is van mening dat er minimaal één groep in de Nederlandse theaters moet spelen die dat alles vertegenwoordigt. Alex d Electrique is naar eigen zeggen een van de weinige groepen in Nederland die op een aanstekelijke manier fysiek en beeldend theater combineert met rauwe poëzie, absurde comedy en moralismeloos engagement. Alex d Electrique heeft voor de periode jaarlijks één à twee activiteiten gepland. Hiervoor vraagt de groep bij het Fonds subsidie per jaar aan. Alex d Electrique heeft geen andere subsidies begroot. In 2009 staan twee activiteiten gepland die in totaal 75 keer spelen, met naar verwachting bezoekers. Voor de hele periode heeft Alex d Electrique vooralsnog in totaal zes activiteiten gepland. Daarmee blijft het gezelschap op het huidige productie- en activiteitenniveau. In het plan kiest Alex d Electrique voor een artistieke koers die grotendeels teruggrijpt op de vanaf 2001 beproefde activiteiten en samenstelling. Het plan beschrijft daarnaast, globaal en nauwelijks gemotiveerd, een aanvullende op teksttoneel gebaseerde artistieke beleidslijn die sterk afwijkt van de bestaande artistieke identiteit. De inhoudelijke en organisatorische consequenties van deze keuzes blijven nagenoeg onbesproken. Mede op basis hiervan constateert de commissie een gebrek aan artistieke zelfreflectie en heeft zij onvoldoende vertrouwen in de artistieke zelfstandigheid van het collectief. De commissie adviseert daarom Alex d Electrique niet op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) Gevraagd Geadviseerd 0 Toegekend 0 Alex d Electrique ontvangt structureel subsidie in het kader van de Cultuurnota De commissie is niet enthousiast over het voorliggende plan van Alex d Electrique. Daar waar Ko van de Bosch het repertoire en idioom in de lopende Cultuurnota-periode eigenhandig ontwikkelde en uitvoerde, kan de combinatie van Raymonde de Kuiper, Raymond Thiry en Aat Ceelen onvoldoende bogen op een dergelijke artistieke eindverantwoordelijkheid in de oeuvre-opbouw. De voorgenomen artistieke koers leunt enerzijds nog zwaar op Van de Bosch erfenis en inbreng als schrijver en is anderzijds nog te ongewis. Het voorgestelde repertoire van onder anderen Werner Schwab- vindt de commissie interessant maar echt van een heel andere orde omdat het bestaand en zeer specifiek tekstoneel behelst. Zij is van mening dat er een lastig overbrugbare kloof bestaat tussen multidisciplinair en dergelijk talig theater. Dit artistiek dubbelprofiel stelt duidelijk andere eisen aan de makers én aan het publiek en legt een grote druk op de hele organisatie. De commissie vindt het voor een theatergroep met een lange staat van dienst niet getuigen van professioneel inzicht dat de inhoudelijke consequenties van de doorstart onbesproken blijven. Volgens de commissie lijkt er nu primair sprake van een uitwisseling in personele zin: Ko van den Bosch af, de anderen weer op. Het plan voor geeft de commissie in onvoldoende mate het vertrouwen dat Alex d Electrique met zelfstandige daadkracht en een prikkelende artistieke visie de toekomst tegemoet gaat. 18 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

11 Aluin Stichting Theatergroep Aluin Theatergroep Aluin (Aluin) is een in 1991 opgericht theatergezelschap uit Utrecht, waarvan de artistieke kern bestaat uit regisseur Erik Snel en acteurs Gabby Bakker, Arend Brandligt, Dennis Coenen en Marcel Roelfsema. Aluin omschrijft haar stijl en aanpak als zeer persoonlijk en hecht daarom aan haar goed op elkaar ingespeelde ensemble. Andere vaste artistieke waarden van de groep zijn licht- en decorontwerper Claus den Hartog en kostuumontwerper Judith de Zwart. Regisseur Erik Snel ziet in de klassieke verhalen de basis van het theater. Juist door de afstand in tijd en taal, vertellen de werken veel over de universele mens en zijn universele tekort. Aluin zoekt in het toneelrepertoire naar schoonheid, zeggingskracht en potentiële actualiteit. Het werk kenmerkt zich naar eigen zeggen door een voorliefde voor taal, helderheid en eenvoud, humor, energie en transparantie. Het motto van het programma voor de periode luidt De goede leugen en de fatale eerlijkheid. Aluin tekent daarbij aan dat de waarheid soms een slecht bruikbaar instrument is bij vriendschap, macht en stabiliteit. In de komende periode wil Aluin vooral aandacht besteden aan het uitbouwen van zijn positie, landelijk én regionaal. Aluin maakt voorstellingen voor de vlakkevloertheaters en wil daar een groot, gemengd publiek mee bereiken. De groep gaat in de periode gemiddeld twee (reis)producties per jaar maken en ontwikkelt een aantal activiteiten in en om Utrecht en het eigen huis Villa Concordia. Aluin vraagt een jaarlijkse bijdrage van aan het Fonds en dient ook een subsidieaanvraag in bij de gemeente Utrecht ( ) en de provincie Utrecht ( ). De artistieke ontwikkeling van Aluin is gestagneerd en het activiteitenplan is een consolidatie van de afgelopen periode. De commissie acht Aluin niet van een dermate grote landelijke betekenis voor bijvoorbeeld de ontwikkeling van nieuw Nederlands repertoire of het totaalaanbod dat het structurele ondersteuning afdwingt. Aansluiting vinden bij het nieuwe Utrechtse stadsgezelschap lijkt een goede stap om de impasse waarin Aluin verkeert te doorbreken. De commissie adviseert Aluin niet op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) Gevraagd Geadviseerd 0 Toegekend 0 Aluin ontvangt subsidie in het kader van de Cultuurnota De commissie heeft waardering voor de rol die Aluin speelt in het Utrechtse culturele leven. De stabiliteit van het ensemble maakt het gezelschap herkenbaar, maar in toenemende mate ook voorspelbaar. Ondanks de eigen signatuur van de voorstellingen, herkent de commissie inmiddels het procedé waarmee Aluin de klassieken bewerkt en verwerkt. Binnen de beproefde Aluin-aanpak is er omwille van de toegankelijkheid sprake van inhoudelijke simplificatie, waardoor het rijke bronmateriaal aan gelaagdheid en zeggingskracht inboet. De speelstijl wordt als nadrukkelijk en eendimensionaal ervaren. De commissie constateert dat er sprake is van stagnatie in de artistieke ontwikkeling. De Raad voor Cultuur waarschuwde de groep hier vier jaar geleden al voor. De repertoirelijn Eigen Werk levert voorstellingen op die inhoudelijk te weinig raakvlak hebben met De Klassiekers en te vaak een onbevredigende, want oppervlakkige, indruk achterlaten. Eigen Werk vormt geen verrijking voor het nieuwe Nederlandse repertoire en is in stijl, niet wezenlijk anders dan De Klassiekers. Inhoudelijk en kwalitatief is het Eigen Werk, wat de commissie betreft, onvoldoende complementair of overtuigend. De prille stappen die Aluin onderneemt richting samenwerking met derden, lijken niet gemotiveerd door artistieke drijfveren, maar eerder functioneel te ontstaan. Het plan beschrijft deze stappen zonder veel overtuigingskracht. Desalniettemin ziet de commissie de samenwerking met het nieuwe Utrechtse stadsgezelschap als een mogelijke weg om de artistieke impasse te doorbreken. 20 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

12 Bambie Stichting Bambie Bambie is de in Amsterdam gevestigde mimegroep van Paul van der Laan en Jochem Stavenuiter. Voor de verkoop werkt Bambie samen met Bureau Berbee Culturele Affaires. De zakelijke leiding is in handen van Wernard Zilver. Bambie wil continueren, bewaken en verdiepen wat zij in de afgelopen jaren heeft opgebouwd. In de cultuurnotaperiode heeft Bambie gemerkt dat er een publiek bestaat dat behoefte heeft aan haar fysieke en beeldende voorstellingen. In die behoefte wil Bambie blijvend voorzien. Bambie wil jaarlijks één nieuwe voorstelling maken, waarbij de herkenbaarheid van het merk Bambie voorop staat. Artistieke ontwikkeling zoekt Bambie in het voornemen van beide artistiek leiders om zelf te gaan regisseren, in samenwerking met nieuwe acteurs/theatermakers, en in het bewuster inzetten van elementen zoals vormgeving en muziek, waarvoor specialisten worden aangezocht. Verder wil ze haar internationale activiteiten verstevigen. Bambie stelt: Een Bambievoorstelling kan beginnen bij een zin, maar ook bij een documentaire of een krantenfoto. Daaruit wordt een thema gedestilleerd, waar alle spelers/makers in door Van der Laan en Stavenuiter geleide improvisatiesessies hun fantasie en intuïtie op los laten. Fysieke training en scèneontwikkeling gaan gelijk op; beeld lokt beweging uit en omgekeerd. Het verloop van de uiteindelijke voorstelling ontstaat op de vloer. Kenmerkend voor Bambie is de naamgeving van de producties: een nummer per keer. Voor de komende jaren staan de voorstellingen Bambie 14 tot en met Bambie 17 gepland. In de aanvraag staan de uitgangspunten voor deze voorstellingen beschreven alsmede de makers met wie Bambie ze wil ontwikkelen. Verder gaat de groep in de komende vier jaar twee edities van De Bambierambam (het reprisefestival van Bambie) organiseren. Voor vraagt Bambie op jaarbasis subsidie aan bij het Fonds. Zij programmeert jaarlijks gemiddeld 59 voorstellingen. De commissie is van mening dat Bambie zich artistiek-inhoudelijk goed ontwikkelt en een eigen en interessante bijdrage levert aan de ontwikkeling van de mime in Nederland. Wel vindt de commissie het van belang dat de groep zich gedrevener en minder plichtmatig zal bezighouden met publieksverruiming en internationalisering. De commissie adviseert Bambie op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) Gevraagd Geadviseerd Toegekend Bambie ontvangt subsidie in het kader van de Cultuurnota Het voormalige FAPK heeft incidenteel subsidie verleend voor internationale activiteiten. De commissie is enthousiast over de ontwikkeling van Bambie in haar eerste periode als structureel gesubsidieerd gezelschap. Met haar absurdistische en poëtische stijl onderscheidt zij zich van andere aanbieders. De groep levert naar het oordeel van de commissie een interessante bijdrage aan (de ontwikkeling van) de mime in Nederland. Het beleidsplan geeft inzicht in de drijfveren van de makers. Het gaat uit van hun sterke punten maar zij schuwen ook een kritische blik op het eigen functioneren niet. Bambie weet haar ervaringen op een heldere manier naar haar toekomstige projecten te vertalen. Wat betreft het cultureel ondernemerschap van Bambie vindt de commissie dat het plan plichtmatig klinkt. De groep schrijft te streven naar publieksverruiming. De commissie is er weliswaar van overtuigd dat zij daartoe reële mogelijkheden heeft, zoals via De Bambierambam, maar merkt op dat de aanvraag niet voorziet in een uitgekiende (marketing)strategie. In het verlengde hiervan stelt de commissie vast dat ook (culturele) diversiteit in de aanvraag geen rol van betekenis speelt. De ambitie en geschetste initiatieven om internationaal actiever te opereren beoordeelt de commissie positief. Bambie heeft hiermee in de afgelopen jaren al ervaring opgedaan en doet daarmee haar voordeel. De commissie merkt echter ook op dat het plan op dit punt nauwelijks getuigt van een structurele aanpak voor de komende jaren. Het beschrijft enkele algemene voornemens en contacten, maar een overtuigende visie hoe Bambie de wereld kan veroveren is er (nog) niet. De commissie vindt dat Bambie hieraan meer aandacht moet besteden. 22 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

13 Beumer & Drost Stichting Het Toneelschap Beumer & Drost Toneelschap Beumer & Drost (Beumer & Drost) is opgericht in 1997 en gevestigd in Amsterdam. De artistieke leiding van dit jeugdtheatergezelschap wordt gevormd door Loek Beumer en Peter Drost. Beiden zijn zowel maker als speler. Per productie worden Peter van der Hoek en Géraldine Verhoeven aangetrokken. Verder wordt samengewerkt met verwante, steeds terugkerende makers als Gijs de Lange, René van t Hof, Arie Kant, Michael Helmerhorst en Wim Conradi. Beumer & Drost is een reisgezelschap dat familietheater maakt voor een breed publiek. De groep speelt in het hele land, op zomerfestivals en in het buitenland. De voorstellingen zijn een combinatie van mime, zang, tekst en beelden. Het gezelschap maakt toneel met een universele thematiek. In de huidige periode heeft het gezelschap de disciplines film en toneel gecombineerd tot cinematografisch theater en een grotezaalproductie gemaakt. Verder heeft de groep onder de noemer Het Gilde een talentontwikkelingstraject opgezet, waar nieuwkomers begeleid worden. Het nieuwe talent maakt voor een paar jaar deel uit van het gezelschap. Beumer & Drost heeft een begin gemaakt met een verkoopplan om schoolvoorstellingen te koppelen aan vrije voorstellingen. Met dit zogenoemde Regioplan wordt een nieuw publiek gegenereerd voor de groep en voor de betreffende schouwburg. Beumer & Drost vraagt extra subsidie om de organisatie te verstevigen en de ontwikkelingen op artistiek gebied te continueren. Voor wil Beumer & Drost negen producties maken waarvan twee zomer/locatievoorstellingen. De groep vraagt bij NFPK + een bedrag van per jaar. bovendien dat de groep serieuze andere initiatieven ontplooit om nieuw publiek binnen te halen. Op basis van het beleidsplan stelt de commissie vast dat Beumer & Drost over een professionele organisatie beschikt en de bedrijfsvoering op orde heeft. Het oordeel van de commissie over de subsidieaanvraag van Beumer & Drost is gezien haar artistieke meerwaarde ten opzichte van het bestaande aanbod in de basisinfrastructuur positief. De artistieke ontwikkeling van de groep vertoont naar het oordeel van de commissie de afgelopen jaren echter stagnatie, waardoor de voorstellingen, hoewel aantrekkelijk, toch ook voorspelbaar zijn. De commissie geeft geen prioriteit aan het onderdeel talentontwikkeling in het beleidsplan, omdat de basisinfrastructuur daarin voorziet. De functionele kwaliteit van de instelling wekt vertrouwen. De commissie adviseert daarom Beumer & Drost op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Ook adviseert zij het huidige subsidiebedrag te verhogen ten behoeve van verdere artistieke ontwikkeling van de groep. Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) Gevraagd Geadviseerd Toegekend Beumer & Drost ontvangt subsidie in het kader van de Cultuurnota De voorstellingen van Beumer & Drost vormen een aanvulling op het bestaande jeugd- en familietheateraanbod in de basisinfrastructuur. De commissie vindt dat het palet van het Nederlands theater, mede wordt gekleurd door de aanwezigheid van een groep als Beumer & Drost. De groep maakt toegankelijke familievoorstellingen met een groot publieksbereik in een aanstekelijke, gevarieerde theaterstijl. De voorstellingen worden verder gekenmerkt door een grote mate van vakbekwaamheid. Ook over het beleidsplan en de onderbouwing daarvan is de commissie positief. Daar staat tegenover dat de commissie vaststelt dat de groep zich in de afgelopen jaren in artistiek opzicht onvoldoende heeft ontwikkeld. De voorstellingen krijgen daardoor een voorspelbaar karakter. De commissie vindt het van belang dat deze ontwikkeling weer gestalte krijgt in de volgende periode. Aan talentontwikkeling, zoals beschreven onder Het Gilde, geeft de commissie geen prioriteit. Subsidiëring van dit soort activiteiten vindt vooralsnog uitsluitend plaats binnen de basisinfrastructuur. De commissie vindt ook dat instroom niet los van de eigen voorstellingen hoeft plaats te vinden. Beumer & Drost onderhoudt een goede band met theaters in Nederland en Vlaanderen en met zomerfestivals, en trekt een groot publiek. Voor de komende periode verwacht Beumer & Drost een lichte stijging van de verkoop en publieksinkomsten. De commissie waardeert de houding, visie en inspanningen van Beumer & Drost als cultureel ondernemer. De instelling behaalt momenteel hoge eigen inkomsten. Met het Regioplan probeert het gezelschap nieuw publiek te bereiken en meer naamsbekendheid te genereren. De commissie constateert 24 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

14 Bonheur Theaterbedrijf Rotterdam Stichting Bonheur Bonheur Theaterbedrijf Rotterdam (Bonheur) is opgericht in Sinds 2005 is Peter Sonneveld artistiek leider en tevens regisseur van het gezelschap. Bonheur onderscheidt zich van andere theatergroepen door het maken van literair vertellend theater. De bron van de voorstellingen van Bonheur vormt de literatuur in al haar vormen. Bestaande Nederlandse en buitenlandse literatuur wordt bewerkt en geschikt gemaakt om te worden verteld in een voorstelling. Peter Sonneveld kiest als regisseur en artistiek leider voor een mengeling van toneelspelen en vertellen. Over de thema s en inhoud van het werk van Bonheur staat het volgende in de aanvraag: Thematisch spreekt vanuit het materiaal een sterke fascinatie voor dood en geborgenheid. Bij de dood gaat het om het moment van inzicht waarop het leven als het ware in één oogopslag te overzien valt in zijn sterfelijkheid en noodlottigheid. In dat perspectief komt de noodzaak zich geborgen te voelen, als een van de existentiële vraagstukken van het leven, des te nadrukkelijker naar voren. Troost en bindende kracht schuilen voor Bonheur in de wetenschap dat we onzekerheid en verlangen met elkaar delen. Er worden diverse schrijvers en boektitels genoemd die volgens Bonheur in aanmerking komen voor een toneelbewerking, vanwege hun universele thematiek en hun stijl. Bonheur wil haar diversiteit aan activiteiten in vergelijking met in de komende kunstenplanperiode inperken en zich concentreren op het creëren van literair toneel, gerichte educatie en samenwerkingen op het gebied van talentontwikkeling. In het plan kiest Bonheur voor twee sterke en herkenbare pijlers in het beleid om een nog hechtere relatie met het publiek op te bouwen: de liefde voor de taal en de liefde voor de stad. Bonheur is een klein gezelschap dat graag klein wil blijven want daarin schuilt haar kracht: in het creëren van intimiteit en een vertrouwelijke band met de toeschouwer. Ze streeft niet naar een vast ensemble, maar kiest er bewust voor om per voorstelling of project artistiek personeel aan te trekken. De voorstellingen worden eerst gepresenteerd in het eigen theater, waarna in het volgende seizoen één ervan op tournee gaat. Bonheur vraagt per jaar aan het NFPK + en van de gemeente Rotterdam. Ze wil jaarlijks twee producties maken met gemiddeld negentig voorstellingen, waarvan ongeveer zestig in Rotterdam. Hoewel het werk van Bonheur en Peter Sonneveld herkenbaar is en kwaliteit bezit, vindt de commissie de zeggingskracht en oorspronkelijkheid ervan te gering. Tevens verwacht ze onvoldoende artistieke ontwikkeling. Door de lokale gerichtheid en identiteit, is de commissie van mening dat Bonheur vanuit landelijk perspectief onvoldoende onderscheidend of aanvullend is. Daarom adviseert zij het gezelschap niet op de nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) Gevraagd Geadviseerd 0 Toegekend 0 Bonheur ontvangt subsidie in het kader van de Cultuurnota en structurele ondersteuning van de gemeente Rotterdam. De commissie beschouwt het soort theater dat Bonheur maakt niet als een sub-genre gezien het feit dat literatuur vaker als basis voor voorstellingen wordt genomen. Bonheur kan in die zin geen aanspraak maken op uniciteit. Het werk, dat Bonheur bewust in een intieme setting presenteert, maakt vaak een ingetogen indruk. De stijl of vorm hebben zich in de laatste jaren niet wezenlijk ontwikkeld en leunen vooral op esthetische ingrediënten. Dat maakt het werk aangenaam maar ook rimpelloos, voorspelbaar en het is binnen die opvatting te weinig uitgesproken. In de periode gaat Bonheur artistiek gezien op dezelfde voet verder. De commissie dicht Bonheur een beperkte artistieke oorspronkelijkheid en zeggingskracht toe en ziet geen, tot weinig artistieke ontwikkeling. Daar komt bij dat de commissie de landelijke uitstraling en het bereik van de voorstellingen te beperkt vindt. Bonheur heeft een eigen traditie en positie met haar literair vertellend theater opgebouwd, maar de activiteiten en profilering van Bonheur spelen zich primair op lokaal (Rotterdams) niveau af. De complementaire kwaliteit van het werk beperkt zich tot de stadsgrenzen, waar het zeker bestaansrecht heeft. 26 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

15 Boogaerdt/Van der Schoot Stichting Boogaerdt/ Van der Schoot Boogaerdt/VanderSchoot is sinds 2001 actief als mimeduo, gevestigd in Amsterdam. Suzan Boogaerdt en Bianca van der Schoot maken voorstellingen waarin beeld en beweging voorop staan maar tekst niet wordt geschuwd. Het (on)vermogen van het lichaam wordt als uitgangspunt genomen. Teksten ontstaan meestal vanuit improvisatie. De aanvragers karakteriseren hun werkwijze als volgt: Ons spel is helder, eerlijk en toegankelijk, nooit ijdel of bedoelerig. We onderzoeken: Hoe beweegt...? in plaats van Wat beweegt? Zo creëren we een nieuwe beeldtaal. We maken geen conceptuele of intellectuele kunst. We bedenken onze voorstellingen niet, we vinden ze. Daarom is ons werk fantasievol en grillig. De diepgang zit in de gelaagdheid van beeld en emotie. Het duo maakt haar voorstellingen in samenwerking met wisselende regisseurs en ook gastspelers. Sinds 2001 werden er negen voorstellingen gemaakt en gespeeld, in theaters en op zomerfestivals. Het activiteitenplan voor de komende jaren rust op een viertal pijlers. Boogaerdt/Vander- Schoot wil doorgaan met de werkwijze die het duo eerder hanteerde in het Tsjechov-project in de zomer buiten voeden en bemesten in de zomer, krachtiger bloeien in het nieuwe seizoen. Het duo zoekt diepgang door te werken vanuit het dwingende kader van bestaande situaties of verhalen. Het wil zich voortdurend laten uitdagen om buiten de gebaande paden te treden, een inspirerend team van (gast)medewerkers. De aanvraag vermeldt onder anderen speler en regisseur René Geerlings, speler Marie Groothof, dramaturg Frederieke Vermeulen en componisten Joop van Brakel en Hans Hasebos. Tenslotte merkt het duo dat er een zeer divers publiek op haar voorstellingen afkomt: jong en oud, kunst- en amusementsliefhebbers, taaladepten en fans van beeld en beweging. Deze tweestrijd tussen het verlangen naar een eigenzinnige, compromisloze voorstelling en de hoop Tante Hetty en Ome Harry uit Nuenen een leuke avond te bezorgen, zorgt ervoor dat de voorstellingen op meerdere lagen te beleven zijn. De instelling vraagt een subsidie van aan het NFPK +. In de periode wil Boogaardt/VanderSchoot zes producties maken, vier voorstellingen voor de vlakke vloer, waarvan er twee zullen ontstaan vanuit locatievoorstellingen op festivals. reguliere theaters. Welk artistiek doel hiermee wordt nagestreefd, blijft onduidelijk. Hetzelfde geldt voor de keuze om, in navolging van het recente Tsjechovproject, verder te gaan met bewerkingen van klassieke toneelteksten. Bovendien is de ervaring van Boogaerdt/Vander- Schoot beperkt als het gaat om het werken met klassieke teksten en het principe van omwerken van festivalvoorstelling tot theatervoorstelling. Samengevat acht de commissie de kwaliteit van het werk onvoldoende overtuigend, de plannen artistiek onvoldoende uitgewerkt en onderbouwd, te summier en te onrijp om een vierjarige subsidiëring te rechtvaardigen. De commissie heeft waardering voor het werk van Boogaerdt/VanderSchoot, maar concludeert dat de artistieke kwaliteit van het werk en de plannen van Boogaerdt/VanderSchoot nog onvoldoende overtuigend is om het duo in aanmerking te laten komen voor structurele subsidie. De commissie adviseert Boogaerdt/VanderSchoot niet op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) 0 Gevraagd Geadviseerd 0 Toegekend 0 Boogaerdt/VanderSchoot heeft in het kader van de Cultuurnota subsidie aangevraagd, maar deze is niet toegekend. Van drie projectaanvragen bij het voormalige FAPK werden er twee gehonoreerd. De commisie heeft waardering voor het werk van Boogaerdt/VanderSchoot in de afgelopen periode. De voorstellingen zijn afwisselend en het gezelschap bouwt gestaag aan een oeuvre en eigen publiek. Over de mate van gelaagdheid en de artistieke kwaliteit van het werk is de commissie echter kritisch. De voorstellingen zouden aan zeggingskracht winnen indien Boogaerdt/ VanderSchoot minder (zelf)relativering aan de dag zou leggen. De commissie beoordeelt het beleidsplan negatief. De artistieke uitgangspunten zijn ongearticuleerd en overtuigen onvoldoende. Boogaerdt/VanderSchoot lijkt zich meer te laten leiden door organisatorische en vormtechnische keuzes dan door artistieke drijfveren. Zo maakt het duo in haar meerjarenplan een leidend principe van het uitwerken van een voor een festivalomgeving ontwikkelde locatievoorstelling, tot een zaalvoorstelling voor de 28 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

16 Bos Theater Stichting Theater het Amsterdamse Bos Het openluchttheater in het Amsterdamse Bos wordt sinds 1986 bespeeld door Bos Theater, een productiekern die jaarlijks gedurende de zomermaanden een theaterproductie uitbrengt. Het gezelschap karakteriseert zich als modern laagdrempelig volkstheater. Bos Theater werkt met een kerngroep van artistieke medewerkers onder leiding van Frances Sanders. Deze groep wordt jaarlijks met een aantal gasten aangevuld. Het theater werkt tevens met een vaste ploeg productiemedewerkers, decorbouwers en technici. Het gezelschap wordt ondersteund door de gemeente Amsterdam en weet verder veel publieksinkomsten en projectsubsidies te verwerven. In haar subsidieaanvraag vermeldt de groep haar plannen voor de periode Bos Theater wil, net als eerder, jaarlijks een grote theaterproductie uitbrengen die negen weken in het openluchttheater wordt gespeeld. Voor 2009 maakt de groep een keuze uit twee klassiekers in een regie van Frances Sanders, voor 2010 staat een voorstelling, geschreven en geregisseerd, door Jeroen van den Berg gepland en voor 2011 wordt een voorstelling ontwikkeld, getiteld Parzival, in samenwerking met acteurs, muzikanten en schrijvers. De plannen voor 2012 staan nog niet vast. Bos Theater vraagt een subsidie aan die alleen bedoeld is voor onderzoek en ontwikkeling. Het betreft opdrachten aan choreografen, componisten, makers uit de mime en het objecttheater als voorbereiding op producties, waaraan ze als volwaardige medewerkers naast de regisseur zullen participeren. Daarnaast is de instelling voornemens workshops, lessen of miniprojecten te organiseren met iemand van buiten de instelling met een specifieke expertise, als vooronderzoek ten behoeve van de productie die in het daaropvolgende jaar wordt uitgebracht. Verder is het Bos Theater nieuwsgierig naar wat (jonge) theatermakers middels een vrije opdracht doen, binnen de uitgangspunten die de groep heeft over modern volkstheater, met de ruimte die het theater tot haar beschikking heeft. Dit zogenaamde BosLab kent twee trajecten. Onder de naam BosLab etudes volgen vijf jonge theatermakers een (kijk)stage tijdens een repetitieperiode. In Boslab projecten worden in de wintermaanden makers begeleid die met een concreet plan komen. Voor de Boslab projecten vraagt Bos Theater ondersteuning bij andere fondsen. Aangezien NFPK + alleen subsidie aanvraagt voor het onderdeel onderzoek en ontwikkeling valt deze aanvraag teveel buiten het bestek van de vierjarige regeling. De commissie adviseert Bos Theater niet op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) 0 Gevraagd Geadviseerd 0 Toegekend 0 Bos Theater heeft in het kader van de Cultuurnota subsidie aangevraagd, maar deze is niet toegekend. De Raad bleef bij zijn oordeel van vier jaar eerder dat het gezelschap in de eerste plaats een voornamelijk lokale en regionale functie heeft. Het voormalige FAPK beschikte in 2005 negatief over een aanvraag voor de productie Ivanov. Met de vierjarige subsidie beoogt het NFPK + groepen in staat te stellen in continuïteit te werken aan professionele theaterproducties en een publiek daarvoor op te bouwen. Het is dan ook de bedoeling dat de theatergroepen een beroep doen op het Fonds voor het totale pakket aan activiteiten. Bos Theater vraagt een structurele subsidie aan bij het NFPK + voor de deelactiviteit onderzoek en ontwikkeling. Het uiteindelijke artistieke resultaat, dat te zien is op het podium, laat de instelling in haar aanvraag buiten beschouwing. Met een subsidie voor de genoemde deelactiviteiten van Bos Theater heeft het Fonds geen mogelijkheden om de kwaliteit in artistieke zin in te schatten, te bewaken en te sturen. Om die reden kan de aanvraag niet voor honorering in aanmerking komen. 30 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

17 Carver Stichting Carver Carver is een mimetheatergezelschap, opgericht in 1989 door René van t Hof, Beppie Melissen en Leny Breederveld. Het gezelschap is begonnen als collectief. Sinds 2005 wordt Carver geleid door Beppie Melissen, de andere oprichters verlieten de groep. Het gezelschap begeeft zich op de grens van toneel en mime. Carver maakt voornamelijk theaterproducties op basis van improvisatie; deze worden steeds in gezamenlijk verband ontwikkeld. Terugkerende thema s in het werk van Carver zijn: de troosteloze absurditeit van alledag, menselijke tekortkomingen, onmacht om te communiceren en verstikkende familierelaties. In 2007 startte Beppie Melissen een experiment met een jongere generatie theatermakers onder de naam Carver Special Edition. Uniek in de afgelopen periode was het maken van een productie op basis van een bestaande tekst Wankel Evenwicht van Albee. De in de afgelopen jaren gestarte samenwerking met Joke Tjalsma wordt in de komende periode voortgezet. Carver Special Edition wordt gecontinueerd en uitgebreid. Het gezelschap gaat diverse nieuwe samenwerkingsverbanden aan met gastspelers en -makers en de groep wil het experiment met teksttheater verder uitdiepen. Voor de komende periode wil Carver zes nieuwe voorstellingen realiseren: vier grote- en middelgrotezaalproducties en twee kleinere. Daarnaast worden twee producties voor de zomerfestivals gemaakt. Voor de periode vraagt Carver per jaar aan bij het Fonds. Het oordeel van de commissie over de subsidieaanvraag van Carver is positief op grond van haar artistieke reputatie en het vertrouwen in het beleidsplan. Ze denkt dat Carver erin zal slagen om nieuw elan te ontwikkelen voordat artistieke verstarring een feit is. Ook heeft de commissie vertrouwen in de functionele kwaliteit van de instelling. Daarom adviseert zij Carver op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen op basis van het huidige niveau. Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) Gevraagd Geadviseerd Toegekend Carver ontvangt subsidie in het kader van de Cultuurnota De commissie is positief over de artistieke kwaliteit van de verrichtingen van Carver. Carver heeft in de afgelopen periode bewezen in een vernieuwde samenstelling, met Beppie Melissen als artistiek leider, de authenticiteit en zeggingskracht van de groep te kunnen waarborgen. De producties vormen een vaste maar enigszins voorspelbare waarde binnen het bestaande aanbod. De artistieke ontwikkeling behoeft extra aandacht. De commissie vindt echter dat de voorgenomen beleidslijnen -nieuwe samenwerkingsverbanden, experiment met teksttheater en verkenning van de zomerbespeling met jonge makers- getuigen van ambitie, zelfreflectie en toekomstbesef. Zij juicht het toe dat Carver alert en actief is in het bestrijden van artistieke verstarring. Overigens is zij van mening dat deze ontwikkelingen plaats moeten vinden binnen het huidige budget. De commissie is van mening dat de relatie tussen scheppen, produceren, programmeren en publieksontwikkeling voldoende tot uiting komt in de aanvraag. Carver heeft in de loop der jaren een dusdanige relatie opgebouwd met theaters en festivals door het hele land, dat het gezelschap geen problemen heeft bij de afzet van de voorstellingen aan de vlakkevloertheaters. Daarmee is er sprake van een geografische spreiding over het hele land van speelbeurten en publieksbereik. Carver heeft een redelijk groot en trouw publiek, maar richt zich bij iedere productie ook op nieuwe doelgroepen. De groep bereikt dankzij de producties voor de zomerfestivals, op bescheiden schaal een nieuw en jonger publiek. De commissie is van mening dat Carver zich voldoende inspant om bestaand publiek te bereiken en nieuw publiek te trekken. Verder is de commissie van mening dat Carver overtuigende inspanningen verricht als cultureel ondernemer. Haar bedrijfsvoering is uitgekiend en van overhead is niet of nauwelijks sprake doordat dit vrijwel allemaal wordt ingekocht. Op basis van het beleidsplan stelt de commissie vast dat Carver beschikt over een professionele organisatie. 32 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

18 Caspar Rapak Stichting Caspar Rapak Caspar Rapak maakt theatervoorstellingen waarin beeld en geluid de betekenisdragende elementen vormen. De voorstellingen worden gemaakt voor een groot publiek. De focus is in eerste instantie gericht op het jeugdtheater, maar er worden ook voorstellingen gemaakt die meer op een volwassen publiek gericht zijn. Artistiek leider Peter Zegveld is van origine beeldend kunstenaar en actief op het gebied van performances, geluidskunst, experimentele muziek, animatiefilm, ruimtelijke objecten, installaties en kunstprojecten in de openbare ruimte. In de theatervorm die hij heeft ontwikkeld bundelt hij bovengenoemde disciplines. De zakelijke leiding is in handen van Wouter Overgaauw. Rondom de artistieke kern zijn in de loop der jaren Dick Hauser en Mark Whitelaw aangetrokken. Voor de periode voorziet de aanvrager vier reguliere producties voor theaters, twee locatieprojecten en een educatieproject. De theaterprojecten zijn familievoorstellingen voor de kleine en de middenzaal. Het locatieproject wordt ontwikkeld voor scholen, gymzalen, straatlocaties en festivals; Pan wordt een familievoorstelling voor een groot publiek op een buitenlocatie. Het reizend geluidslaboratorium is een educatieproject voor scholen en kan ook in theaters en op locatie gespeeld worden. Caspar Rapak geeft aan dat de structurele subsidie in de lopende kunstenplanperiode de kwaliteit en kwantiteit van de producties gunstig heeft beïnvloed, en vervolgt dat deze groei geleid heeft tot de ambitie om een volgende stap te kunnen zetten en ook producties te maken waarbij meer acteurs betrokken worden, om op die manier tot nog meer verdieping en verbreding te kunnen komen. Aan het NFPK + wordt een jaarlijks subsidie gevraagd van om de hierboven genoemde zeven projecten te realiseren. Gemiddeld zijn 70 voorstellingen per jaar gepland voor bezoekers. mede door het aan te sluiten bij het Jeugdtheater Plus project. De aanvrager schrijft meer publiek te willen bereiken, maar maakt in de aanvraag onvoldoende helder hoe zij dit voornemen wil realiseren. Het aspect (culturele) diversiteit krijgt in de aanvraag geen specifieke aandacht. De commissie kan zich echter voorstellen dat vanwege de jeugdige doelgroep er een (cultureel) divers publiek wordt bereikt. Caspar Rapak heeft in het buitenland gespeeld en wil dat in blijven doen. De aanvraag vermeldt echter geen achtergronden en drijfveren daarvoor. De aanvraag getuigt niet van een helder en structureel beleid aangaande internationalisering. Op grond van de voorstellingen in de afgelopen jaren en het plan voor de komende jaren is de commissie gematigd positief over de ontwikkeling van Caspar Rapak. De eigenzinnigheid van het werk van Peter Zegveld is echter ontegenzeggelijk onderscheidend in het (jeugd) theateraanbod. De commissie heeft bovendien de verwachting dat Peter Zegveld in staat is zich de komende jaren met hernieuwd elan te werpen op verdieping - in inhoud en vorm - van zijn werk. De beoogde uitbreiding van de cast en activiteiten heeft, wat de commissie betreft, echter geen prioriteit. De commissie adviseert Caspar Rapak op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen maar op basis van het plan en de voorstellingen in de afgelopen jaren het subsidiebedrag ten opzichte van de Cultuurnota te continueren op het huidige niveau. Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) Gevraagd Geadviseerd Toegekend Casper Rapak ontvangt subsidie in het kader van de Cultuurnota Ze is de afgelopen jaren incidenteel ondersteund door het voormalige FAPK, ondermeer voor presentaties in het buitenland. De commissie beoordeelt de voorstellingen die Caspar Rapak in de afgelopen periode heeft uitgebracht als wisselend maar per saldo positief. Ze worden soms thematisch oppervlakkig uitgewerkt en de relatie tussen vorm en inhoud is soms weinig gelaagd. Maar desondanks heeft de commissie waardering voor de authenticiteit van het werk en de theaterpersoonlijkheid van Peter Zegveld. In de aanvraag voor de periode vindt de commissie onvoldoende aanknopingspunten om uitbreiding van de activiteiten en verbreding van de werkwijze te billijken. Er is onvoldoende visie op de ontwikkeling van de theatrale vorm en inhoud geformuleerd. De commissie is niet overtuigd dat het betrekken van meer acteurs bij de voorstellingen, leidt tot (artistieke) verdieping en verbreding. Gezien eerdere voorstellingen heeft de commissie niet het vertrouwen dat de acteurs een plaats in Peter Zegveld s eigen universum zullen vinden of dat hij in staat is hen daarin te (bege)leiden. Verder slaagt Caspar Rapak er onvoldoende in een heldere visie en een plaatsbepaling ten opzichte van andere groepen in het jeugd- en objecttheater te beschrijven. Caspar Rapak werkt al meerdere jaren samen met Frontaal Theaterbureau. Er is een vast landelijk circuit ontstaan van scholen, schouwburgen, theaters en festivals die haar producties afneemt. Caspar Rapak heeft in de afgelopen jaren haar plek in de theaters bestendigd, 34 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

19 Compagnie Barrevoet Stichting Compagnie Barrevoet Compagnie Barrevoet maakt fysiek beeldend muzikaal locatietheater. Het gezelschap is sinds 1998 gevestigd op Terschelling en speelde daar sindsdien vrijwel ieder jaar op het Oerolfestival. Daarnaast maakte de groep voorstellingen en projecten die in Nederland, Duitsland en Polen op diverse festivals te zien zijn geweest. De artistieke leiding is in handen van Judith Oost. Samen met collega en medeoprichter Martin de Nooij initieert zij de projecten. Beeld, ritme, surrealiteit en het gebruik van de locatie vormen de kernpunten van de werkwijze van Barrevoet. Taal wordt alleen gebruikt als muzikaal element. Andere elementen uit de dans, mime, butoh, clownerie en commedia dell arte dienen als bouwstenen. De eerste doelstelling van Barrevoet is het onderzoeken van verschillende vormen van locatietheater en het produceren van multidisciplinaire theaterproducties binnen de sector. In de periode legt de groep zich volledig toe op het met theater onder de aandacht brengen van cultuurhistorisch erfgoed. In de aanvraag zijn per jaar het soort locaties als uitgangspunten voor de producties beschreven. Een tweede doel is het bereikbaar maken van theater voor een publiek dat niet uit de reguliere schouwburg en festivalbezoekers bestaat. Barrevoet wil gemiddeld twee (locatie)projecten per jaar maken en daarmee zo n mensen bereiken. Hiervoor vraagt het gezelschap aan het Fonds. De commissie is van mening dat Compagnie Barrevoet geen onderscheidend gezelschap is binnen het locatietheater. De prestaties in de afgelopen periode, noch het activiteitenplan voor de komende periode, geven de commissie aanleiding om structurele ondersteuning te overwegen. De commissie is er niet van overtuigd dat het werk een verrijking van het aanbod zal betekenen en adviseert om Compagnie Barrevoet niet op te nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) 0 Gevraagd Geadviseerd 0 Toegekend 0 Compagnie Barrevoet heeft in het kader van de Cultuurnota geen subsidie aangevraagd en werd ook niet incidenteel ondersteund door het voormalige FAPK. Compagnie Barrevoet is er in de afgelopen periode van haar bestaan niet in geslaagd om zich als een belangwekkende locatietheatergroep te profileren. De groep opereert onopvallend en richt zich inhoudelijk meer op onderzoek dan op presentatie. De toegevoegde waarde aan de locaties is te gering. De betekenis voor het (inter)nationale locatietheateraanbod is te beperkt en de uniciteit die de groep claimt lijkt de commissie overdreven. Zij deelt de mening van Barrevoet dat in Nederland veel interessant cultureel historisch erfgoed bestaat. Om vanuit een dergelijke algemene vaststelling interessant locatietheater te maken is het noodzakelijk er een specifiek en artistiek inhoudelijk plan of concept aan te verbinden. Van een theatergroep die in aanmerking meent te komen voor een structurele subsidie verwacht de commissie een heldere uiteenzetting van de inhoudelijke samenhang tussen de activiteiten en een schets van de beoogde artistieke ontwikkeling. Van beide vereisten treft zij in de aanvraag onvoldoende sporen aan. Kernbegrippen als humor en actualiteit krijgen door gebrek aan context weinig betekenis of meerwaarde. De gekozen locaties zijn onderling thematisch willekeurig en worden uiterst summier toegelicht. Namen van de overige artistiek medewerkers ontbreken, waardoor de commissie geen inzicht krijgt in hun (artistieke) inbreng en in het uitvoeringsniveau. De commissie vindt het plan al met al nietszeggend en ontoereikend. Zij heeft daardoor onvoldoende vertrouwen in de werkwijze en authenticiteit van Compagnie Barrevoet. 36 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

20 Compagnie Karina Holla Stichting Schreeuw Schreeuw is een Amsterdams mimegezelschap geformeerd rond Karina Holla. Tot de spelerskern behoren Andrea Beugger, Dries van der Post, Natasha Lushetich, Klara Alexova en Jan Barta. Karina Holla noemt zichzelf een vertegenwoordigster van de emotie-mime, die abstract, verhalend en absurd is. De afgelopen jaren werkte Karina Holla steeds vaker met dansers. Muziek is een basiselement in haar voorstellingen. Bij de artistieke doelstelling voor vermeldt de aanvraag ondermeer het volgende: Ik - Karina Holla - wil de komende vier jaar in mijn stukken maatschappelijke thema s aan de orde stellen. Zodat mijn werk verbonden is met wat er in deze tijd gebeurt in de wereld. Maar altijd teruggebracht tot de schaal van individuele mensen: mensen die ondanks alle negatieve krachten om hen heen weigeren zich in de prullenbak te laten gooien. Ik zie het als mijn taak om bij mijn publiek het bewustzijn, emotionele ervaring en mededogen te bevorderen, om vragen te stellen, om het bewustzijn te verruimen, troost te geven aan existentiële eenzaamheid. (...) In de plannen voor de komende jaren stel ik achtereenvolgens onderdrukking, misbruik, uitbuiting en weggegooid worden aan de orde. Voorstellingen die zich in binnen- en buitenland hebben bewezen wil Karina Holla op het repertoire houden. Met leerlingen van de mimeopleiding wordt een stuk over Buster Keaton gemaakt en uitgebracht op het ITs festival. Karina Holla geeft tevens les aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten en verzorgt workshops en lezingen. Schreeuw vraagt subsidie per jaar aan het Fonds en subsidie per jaar aan de gemeente Amsterdam, voor vier producties in Nederland en twee producties in het buitenland. De commissie is niet overtuigd van de artistieke kwaliteit van het werk van Karina Holla. Ze vindt het particulier en niet consistent. De groep werkt in wisselende samenstellingen die de profilering niet ten goede komt. De commissie adviseert Schreeuw niet op de nemen in de regeling Vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen Huidige cultuurnotasubsidie (prijspeil 2006) 0 Gevraagd Geadviseerd 0 Toegekend 0 Schreeuw heeft in het kader van de Cultuurnota subsidie aangevraagd, maar deze is niet toegekend. In de afgelopen jaren heeft de instelling met financiële ondersteuning van het Amsterdams Fonds voor de Kunst, het voormalige FAPK en Prins Bernhard Cultuur Fonds drie nieuwe producties gerealiseerd en speelde zij één reprise in binnen- en buitenland. De commissie vindt de artistieke kwaliteit van de plannen van Schreeuw onvoldoende overtuigend. De artistieke visie is zeer algemeen geformuleerd en de thema s zijn nogal particulier van aard. Het plan van de instelling levert geen scherp beeld op van de zogenoemde emotie-mime en van de plaats die deze inneemt in de bredere context van de mime. Evenmin geeft het plan inzicht in de wijze waarop deze visie en de inhoudelijk zware thema s, voldoende zeggingskracht en een zekere toegankelijkheid in de theatrale uitwerking zullen krijgen. Er is geen logisch verband aangetoond tussen de genoemde thema s en de voorgenomen producties voor de komende jaren. De centrale rol die muziek als compositorisch element in het werk zou innemen blijft onderbelicht. De commissie ervaart het werk van Karina Holla als hermetisch en onvoldoende intrigerend. Bovendien verwacht de commissie dat er, door het ontbreken van een coherent artistiek plan voor de komende jaren en door voortdurende wisselingen in het team van medewerkers, geen bijzonder en herkenbaar profiel ontstaat. 38 nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling nfpk + Adviezen en besluiten vierjarige subsidieregeling

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Griffie Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Datum commissievergadering : - DIS-stuknummer : 1473254 Behandelend ambtenaar : N.H.C.P. Jansen- Kastelijns Directie/bureau : Sociale en Culturele Ontwikkeling/

Nadere informatie

Werkwijze RRKC betreffende advisering subsidie-aanvragen Cultuurplan november 2015

Werkwijze RRKC betreffende advisering subsidie-aanvragen Cultuurplan november 2015 Werkwijze RRKC betreffende advisering subsidie-aanvragen Cultuurplan 2017-2020 30 november 2015 Inleiding Tot 1 februari 2016 12.00 uur kunnen subsidie-aanvragen voor het Cultuurplan 2017-2020 worden ingediend

Nadere informatie

Muziektheater. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Muziektheater Criteria, werkwijze en procedure

Muziektheater. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Muziektheater Criteria, werkwijze en procedure Muziektheater 3 9 13 Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Muziektheater Criteria, werkwijze en procedure 16 18 20 22 24 26 28 30 32 34 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56

Nadere informatie

Festivals. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Festivals Criteria, werkwijze en procedure

Festivals. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Festivals Criteria, werkwijze en procedure Festivals 5 11 15 Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Festivals Criteria, werkwijze en procedure 18 20 22 24 26 28 30 32 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56 58 60 62 64 66

Nadere informatie

Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten

Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en artikel 4 van het Algemeen Reglement van

Nadere informatie

Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten

Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten 1. Inleiding Met de Deelregeling projectsubsidies beoogt het Fonds Podiumkunsten de kwaliteit en diversiteit in de podiumkunsten te stimuleren

Nadere informatie

raad voor cultuur R.J.Schimmelpennincklaan 3

raad voor cultuur R.J.Schimmelpennincklaan 3 R.J.Schimmelpennincklaan 3 so-to-3612+3 2506 AE Den Haag teler.cn.3172312esse fax +31(o)70 36147 27 e-mail cultuur@cultuur.nl www.cultuur.nl De minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen de heer

Nadere informatie

Stadsschouwburg Utrecht

Stadsschouwburg Utrecht Stadsschouwburg Utrecht Bijeenkomst culturele instellingen 6 juli 2007 Verschil Maken Uitwerking: twee loketten 1. Artistieke beslissingen: fondsen persoongerichte subsidies (inter)nationale projecten

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe Thema en doelen subsidieprogramma Cultuurnota 2013-2016 Oude wereld, nieuwe mindset De provincie Drenthe staat voor een herkenbare

Nadere informatie

Muziek. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Muziek Criteria, werkwijze en procedure

Muziek. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Muziek Criteria, werkwijze en procedure Muziek 5 11 17 Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Muziek Criteria, werkwijze en procedure 20 22 24 28 30 32 36 38 40 42 44 46 48 50 52 54 56 58 60 62 64 66 68 70 72 74

Nadere informatie

UITGANGSPUNTEN SUBSIDIEREGELING CULTURELE PROJECTEN DEN HAAG 2018

UITGANGSPUNTEN SUBSIDIEREGELING CULTURELE PROJECTEN DEN HAAG 2018 Ons kenmerk RIS297300 UITGANGSPUNTEN SUBSIDIEREGELING CULTURELE PROJECTEN DEN HAAG 2018 Het College van Burgemeester en Wethouders Overwegende dat: - in het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2017-2020

Nadere informatie

Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+

Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ Deelregeling vierjarige subsidies Podiumkunstinstellingen 2009-2012 van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ 1. Definities In deze regeling wordt verstaan onder: a. Fonds: het Nederlands Fonds voor

Nadere informatie

BESLUIT INZAKE INVULLING VAN HET VOOR DE MUZIEKSTUDIO IN DCR GERESERVEERDE BUDGET EN SUBSIDIËRING LOOS

BESLUIT INZAKE INVULLING VAN HET VOOR DE MUZIEKSTUDIO IN DCR GERESERVEERDE BUDGET EN SUBSIDIËRING LOOS Gemeente Den Haag Ons kenmerk BOW/2009.259 RIS 162930 BESLUIT INZAKE INVULLING VAN HET VOOR DE MUZIEKSTUDIO IN DCR GERESERVEERDE BUDGET EN SUBSIDIËRING LOOS HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,

Nadere informatie

Contouren Tweejarige subsidies en Projectsubsidies Innovatie Amsterdams Fonds voor de Kunst, in het kader van het Kunstenplan

Contouren Tweejarige subsidies en Projectsubsidies Innovatie Amsterdams Fonds voor de Kunst, in het kader van het Kunstenplan Contouren Tweejarige subsidies en Projectsubsidies Innovatie Amsterdams Fonds voor de Kunst, in het kader van het Kunstenplan 2017-2020 Het college heeft in het coalitieakkoord opgenomen dat met ingang

Nadere informatie

Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE..DEN HAAG. Datum Betreft adviesaanvraag culturele basisinfrastructuur 2017-2020.

Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE..DEN HAAG. Datum Betreft adviesaanvraag culturele basisinfrastructuur 2017-2020. >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE..DEN HAAG Erfgoed en Kunsten Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten

Aan de leden van Provinciale Staten Aan de leden van Provinciale Staten Datum : 12 juni 2008 Briefnummer : 2008-29.290/24/A.11, CW Zaaknummer : 76825 Behandeld door : Dijk N.M. van Telefoonnummer : (050) 3164217 Antwoord op : Bijlagen :

Nadere informatie

Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie 18-01-2016

Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie 18-01-2016 Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie 18-01-2016 Om in aanmerking te komen voor een subsidie tussen 25.000 en 65.000 euro moet een project aan de volgende criteria voldoen: 1. het project

Nadere informatie

BIJLAGE Aanvullende achtergrondinformatie podiumkunsten. 1. Wat zijn podiumkunsten?

BIJLAGE Aanvullende achtergrondinformatie podiumkunsten. 1. Wat zijn podiumkunsten? BIJLAGE Aanvullende achtergrondinformatie podiumkunsten 1. Wat zijn podiumkunsten? De kunstdisciplines muziek, theater en dans vormen de podiumkunsten. Het gaat hier om professionele kunsten, wat wil zeggen

Nadere informatie

Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten

Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten Toelichting Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten 1. Inleiding Met de Deelregeling projectsubsidies beoogt het Fonds Podiumkunsten de kwaliteit en diversiteit in de podiumkunsten te stimuleren

Nadere informatie

KUNSTENPLAN 2017-2020 CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN 2017-2020 CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 Het college heeft in het coalitieakkoord

Nadere informatie

Subsidieregeling infrastructuur professionele kunsten Noord-Brabant

Subsidieregeling infrastructuur professionele kunsten Noord-Brabant CVDR Officiële uitgave van Noord-Brabant. Nr. CVDR124085_5 6 december 2016 Subsidieregeling infrastructuur professionele kunsten Noord-Brabant 2013-2016 Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant; Gelet op

Nadere informatie

Dans. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Dans Criteria, werkwijze en procedure. * toegekend onder voorwaarde(n)

Dans. Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Dans Criteria, werkwijze en procedure. * toegekend onder voorwaarde(n) Dans 3 9 13 Algemene toelichting op de adviezen en besluiten Toelichting adviezen Dans Criteria, werkwijze en procedure 16 20 22 24 26 28 30 34 38 42 44 46 48 50 54 56 58 Naam Aangevraagd Geadviseerd Toegekend

Nadere informatie

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen.

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen. KUNSTPARTICIPATIE: OVER DEZE SUBSIDIE Met de programmalijn Kunstparticipatie wil het Fonds de vernieuwing van het aanbod van kunstbeoefening in de vrije tijd realiseren. Daarnaast wil het bijdragen aan

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 28226 3 juni 2016 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 25 mei 2016, nr. 935426, houdende

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, gemeente Amsterdam De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan en de Wethouder voor Cultuur van de gemeente Amsterdam, drs. J.H. Belliot

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014 PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2014 NR: 073 Officiële naam regeling: Wijzigingsbesluit Nadere subsidieregels Cultuur 2014-2016 Citeertitel: Wijzigingsbesluit Nadere subsidieregels Cultuur 2014-2016 Naam ingetrokken

Nadere informatie

Toelichting Deelregeling composities en libretto's Fonds Podiumkunsten

Toelichting Deelregeling composities en libretto's Fonds Podiumkunsten Toelichting Deelregeling composities en libretto's Fonds Podiumkunsten 1. Inleiding Met de Deelregeling composities en libretto s wil het Fonds Podiumkunsten bijdragen aan de ontwikkeling en diversiteit

Nadere informatie

Toekenning Meerjarige activiteitensubsidies Fonds Podiumkunsten 2013-2016 2009-2012 2009-2012 2013-2016 2013-2016 2013-2016

Toekenning Meerjarige activiteitensubsidies Fonds Podiumkunsten 2013-2016 2009-2012 2009-2012 2013-2016 2013-2016 2013-2016 Toekenning Meerjarige activiteitensubsidies Fonds Podiumkunsten 20132016 20092012 20092012 20132016 20132016 20132016 Naam Instelling Fonds podiumk Basisinfrastr Aangevraagd FPK Besluit FPK Bcategorie

Nadere informatie

VEELGESTELDE VRAGEN REGELING MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIE

VEELGESTELDE VRAGEN REGELING MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIE VEELGESTELDE VRAGEN REGELING MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIE 2017-2020 I. PRAKTISCHE VRAGEN: PLANNING, WIJZE VAN INDIENEN Wanneer moet ik mijn aanvraag indienen? De aanvraag voor de periode 2017-2020 moet

Nadere informatie

Mededeling. De nadere regels 'Projecten Podiumkunst 2018' zijn ter informatie bijgesloten in de bijlage van deze mededeling.

Mededeling. De nadere regels 'Projecten Podiumkunst 2018' zijn ter informatie bijgesloten in de bijlage van deze mededeling. Mededeling Onderwerp Vaststelling nadere regels 'Projecten Podiumkunst 2018' Kern mededeling: Gedeputeerde Staten stelt Provinciale Staten middels deze mededeling in kennis van het feit dat het college

Nadere informatie

Meerjarige subsidies bij het AFK Veelgestelde vragen 2 november 2015

Meerjarige subsidies bij het AFK Veelgestelde vragen 2 november 2015 Meerjarige subsidies bij het AFK Veelgestelde vragen 2 november 2015 Aanvraag Wanneer gaat het formulier open en wanneer moet de aanvraag zijn ingediend? Het aanvraagformulier gaat op 1 december 2015 open,

Nadere informatie

INLEIDING LETTEREN REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN

INLEIDING LETTEREN REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN INLEIDING LETTEREN REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Letteren Aanvragen en toekenningen in het kort De commissie Letteren kreeg acht aanvragen ter beoordeling voorgelegd. In

Nadere informatie

Contouren meerjarige regelingen Dennis Stam, adjunct-directeur Fonds Podiumkunsten

Contouren meerjarige regelingen Dennis Stam, adjunct-directeur Fonds Podiumkunsten Contouren meerjarige regelingen 2021-2024 Dennis Stam, adjunct-directeur Fonds Podiumkunsten We gaan het hebben over de meerjarige subsidies voor de periode 2021-2024. Ik ga geen complete regeling aan

Nadere informatie

voorstel aan de raad Nota Subsidievoorstellen Cultuurnota Jongmans, B. (Bas) Kenmerk

voorstel aan de raad Nota Subsidievoorstellen Cultuurnota Jongmans, B. (Bas) Kenmerk voorstel aan de raad Opgesteld door Culturele Zaken Jongmans, B. (Bas) Kenmerk 16.506863 Vergadering Raadsvoorstellen Vergaderdatum 30 december 2016 Jaargang en nummer Geheim Nee Nota Subsidievoorstellen

Nadere informatie

Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling

Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling Bijlage Specifieke toetsingscriteria per doelstelling A. Subsidies voor incidentele activiteiten en projecten A.1 Doelstelling: Herkenbare en onderscheidende culturele identiteit door behoud en ontwikkeling

Nadere informatie

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt:

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt: Bijlage 1 Subsidie Het doel en de criteria voor het verlenen van subsidie worden in dit hoofdstuk besproken. De Algemene Wet Bestuursrecht en de Subsidieverordening evenementen gemeente Venray zijn hierbij

Nadere informatie

DANS. Lijst aanvragen meerjarige activiteitensubsidies 2013-2016 Fonds Podiumkunsten. Totaal

DANS. Lijst aanvragen meerjarige activiteitensubsidies 2013-2016 Fonds Podiumkunsten. Totaal DANS Club Guy and Roni Groningen 592.200 Conny Janssen Danst Rotterdam 468.000 Dance Works Rotterdam Rotterdam 111.600 Dansgroep Amsterdam Amsterdam 399.600 Danstheater Aya Amsterdam 558.000 De Dansers

Nadere informatie

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en artikel 4 van het Algemeen Reglement

Nadere informatie

REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR

REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort, overwegende dat het gewenst is deze projectsubsidieregeling in te stellen in de plaats van de Subsidieregeling

Nadere informatie

Hoe kan subsidie worden aangevraagd? Waaraan moet een subsidieaanvraag voldoen? Ambities en activiteiten... 4

Hoe kan subsidie worden aangevraagd? Waaraan moet een subsidieaanvraag voldoen? Ambities en activiteiten... 4 HANDLEIDING SUBSIDIEAANVRAAG PLUS PROJECT In deze handleiding vind je de informatie voor de aanvraag, inclusief nadere toelichting over het invullen van het format. Mocht je nog vragen hebben, neem dan

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, provincie Overijssel, provincie Gelderland, gemeente Zwolle, gemeente Enschede, gemeente Hengelo, gemeente Apeldoorn, gemeente Arnhem, gemeente Nijmegen De Staatssecretaris

Nadere informatie

INLEIDING THEATER REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN

INLEIDING THEATER REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN INLEIDING THEATER REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Theater Aanvragen en toekenningen in het kort De commissie Theater kreeg 45 aanvragen ter beoordeling voorgelegd. Vijf van

Nadere informatie

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt:

Subsidie. Bijlage 1. De definities van de categorieën zijn als volgt: Bijlage 1 Subsidie Het doel en de criteria voor het verlenen van subsidie worden in dit hoofdstuk besproken. De Algemene Wet Bestuursrecht en de Subsidieverordening evenementen gemeente Venray zijn hierbij

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling #NieuweStukken Fonds Podiumkunsten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling #NieuweStukken Fonds Podiumkunsten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 69346 14 december 2018 Deelregeling #NieuweStukken Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling theaterteksten Fonds Podiumkunsten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling theaterteksten Fonds Podiumkunsten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21695 19 april 2017 Deelregeling theaterteksten Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten In overleg

Nadere informatie

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2019-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2019-2020 KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Deze richtlijnen voor het ondernemingsplan

Nadere informatie

Subsidieregeling meerjarige ondersteuning culturele instellingen stadsdeel Zuid

Subsidieregeling meerjarige ondersteuning culturele instellingen stadsdeel Zuid Subsidieregeling meerjarige ondersteuning culturele instellingen stadsdeel Zuid TOELICHTING Stadsdeel Zuid wil zoals verwoord in de Uitvoeringsnotitie Kunst en Cultuur de relatie met de gevestigde culturele

Nadere informatie

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Competentie 1: Creërend vermogen De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Concepten voor een ontwerp te ontwikkelen

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Subsidieregeling professionele kunsten Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant; Bijlage(n) Gelet op artikel 2 en artikel 15 van

Nadere informatie

Subsidiekader vergroting verdienvermogen middelgrote ensembles Fonds Podiumkunsten

Subsidiekader vergroting verdienvermogen middelgrote ensembles Fonds Podiumkunsten Subsidiekader vergroting verdienvermogen middelgrote ensembles Fonds Podiumkunsten In overleg met de Tweede Kamer zijn door de minister van OCW middelen vrijgemaakt om te stimuleren dat middelgrote ensembles

Nadere informatie

REGELING ONTWIKKELINGS- EN ONDERZOEKSSUBSIDIES VOOR ROTTERDAMSE KUNSTENAARS Artikel 1 Reikwijdte

REGELING ONTWIKKELINGS- EN ONDERZOEKSSUBSIDIES VOOR ROTTERDAMSE KUNSTENAARS Artikel 1 Reikwijdte REGELING ONTWIKKELINGS- EN ONDERZOEKSSUBSIDIES VOOR ROTTERDAMSE KUNSTENAARS 2016 Artikel 1 Reikwijdte 1. Deze regeling is bedoeld voor individuele beeldende kunstenaars, autonoom werkende fotografen, ontwerpers

Nadere informatie

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2017-2018 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2017-2018 KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Deze richtlijnen voor het ondernemingsplan

Nadere informatie

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur stadsdeel Oost 2017 (2016, Z ) gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur d.d.

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur stadsdeel Oost 2017 (2016, Z ) gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur d.d. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 168028 1 december 2016 Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur stadsdeel Oost 2017 (2016, Z-16-29001) 27 september 2016 Het algemeen bestuur van de

Nadere informatie

Kunstendecreet. decreet ondersteuning professionele. kunsten Vlaamse Gemeenschap

Kunstendecreet. decreet ondersteuning professionele. kunsten Vlaamse Gemeenschap Kunstendecreet decreet ondersteuning professionele kunsten Vlaamse Gemeenschap Vernieuwing regelgeving Kunsten 1. Historiek 2. Structuur nieuwe Kunstendecreet 2.1. Organisatie Kunstenbeleid 2.2. Subsidie

Nadere informatie

Sander Bersee Directeur Directie Erfgoed en Kunsten 19 november 2015

Sander Bersee Directeur Directie Erfgoed en Kunsten 19 november 2015 Culturele basisinfrastructuur 2017-2020 Sander Bersee Directeur Directie Erfgoed en Kunsten 19 november 2015 Stand van zaken 2015 Het aanbod in de cultuursector neemt toe Toename eigen vermogen Toename

Nadere informatie

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur Stadsdeel Oost 2019, gemeente Amsterdam

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur Stadsdeel Oost 2019, gemeente Amsterdam GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 145836 11 juli 2018 Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur Stadsdeel Oost 2019, gemeente Amsterdam Stadsdeel Oost Periode 2019 Datum vaststelling

Nadere informatie

Artikelsgewijze Toelichting Individuele Subsidies

Artikelsgewijze Toelichting Individuele Subsidies 1/6 Artikelsgewijze Toelichting Individuele Subsidies Algemeen De volgende voormalige regelingen van het FAPK en FST zijn ondergebracht in deze Deelregeling: Subsidieregeling FAPK individuele subsidies

Nadere informatie

Voor amateurkunstverenigingen geldt dat de aanvraag geen betrekking mag hebben op de verplichte jaarlijkse voorstelling.

Voor amateurkunstverenigingen geldt dat de aanvraag geen betrekking mag hebben op de verplichte jaarlijkse voorstelling. AANVRAAGFORMULIER INCIDENTELE SUBSIDIE AMATEUR- EN PODIUMKUNST U kunt uw aanvraag vóór 15 januari, 15 mei of 15 september indienen bij burgemeester en wethouders van Amersfoort, postbus 4000, 3800 EA Amersfoort.

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.minocw.nl

Nadere informatie

Richtlijnen subsidieaanvraag Internationalisering

Richtlijnen subsidieaanvraag Internationalisering Richtlijnen subsidieaanvraag Internationalisering U dient een subsidieaanvraag Internationalisering in door het volledig ingevulde aanvraagformulier, vergezeld van een plan, een begroting en de gevraagde

Nadere informatie

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN PROJECTPLAN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN PROJECTPLAN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN PROJECTPLAN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE RICHTLIJNEN PROJECTPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Deze richtlijnen voor het projectplan

Nadere informatie

HANDLEIDING SUBSIDIEAANVRAAG BIS-REGELING 2017-2020

HANDLEIDING SUBSIDIEAANVRAAG BIS-REGELING 2017-2020 HANDLEIDING SUBSIDIEAANVRAAG BIS-REGELING 2017-2020 In deze handleiding vind je de informatie voor de aanvraag, inclusief nadere toelichting over het invullen van het format. Mocht je nog vragen hebben,

Nadere informatie

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem Eind juli is de eerste ronde afgerond voor de besteding van het regionale Innovatiebudget Sociaal Domein. In deze ronde is niet het volledige beschikbare budget

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid

Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid Aanvraagperiode 22 maart tot en met 6 mei 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties ook in 2018 subsidie

Nadere informatie

Regeling subsidie promotie gemeente Oisterwijk 2016

Regeling subsidie promotie gemeente Oisterwijk 2016 Regeling subsidie promotie gemeente Oisterwijk 2016 Datum vaststelling 15 september 2015 Datum publicatie Datum inwerkingtreding 1 oktober 2015 Geldigheidsduur Kalenderjaar 2016 Juridische grondslag Algemene

Nadere informatie

Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics'

Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics' Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics' Voor u ligt de beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics'. Dit betreft een tijdelijke beleidsregel voor de periode 2014 en 2015, tot de aanvang

Nadere informatie

RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST

RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST Inleiding Deze richtlijnen zijn bestemd voor iedereen die een aanvraag wil indienen

Nadere informatie

Toelichting. Deelregeling Nederlands Popmuziek Plan van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+

Toelichting. Deelregeling Nederlands Popmuziek Plan van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ 1/6 Toelichting Deelregeling Nederlands Popmuziek Plan 2009-2010 van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ Toelichting op artikel 1- Definities In de definitie van een Kernpodium wordt gesproken over

Nadere informatie

Toelichting Deelregeling internationaliseringssubsidies Fonds Podiumkunsten

Toelichting Deelregeling internationaliseringssubsidies Fonds Podiumkunsten Toelichting Deelregeling internationaliseringssubsidies Fonds Podiumkunsten 1. Inleiding De Deelregeling internationaliseringssubsidies Fonds Podiumkunsten beoogt om zowel de internationale ambities van

Nadere informatie

Algemene beleidsregels incidentele subsidies kunst en cultuur

Algemene beleidsregels incidentele subsidies kunst en cultuur Algemene beleidsregels incidentele subsidies kunst en cultuur Inleiding Het kunst- en cultuurbeleid van de gemeente Rotterdam is gericht op een gezonde stedelijke culturele sector. Een sector waarin zoveel

Nadere informatie

KUNSTENPLAN HUISHOUDELIJK REGLEMENT

KUNSTENPLAN HUISHOUDELIJK REGLEMENT KUNSTENPLAN 2017-2020 HUISHOUDELIJK REGLEMENT HUISHOUDELIJK REGLEMENT KUNSTENPLAN 2017-2020 Artikel 1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: a. AFK: het Amsterdams Fonds voor de Kunst

Nadere informatie

Regeling literaire manifestaties en activiteiten. 1 Algemeen

Regeling literaire manifestaties en activiteiten. 1 Algemeen Regeling literaire manifestaties en activiteiten Het bestuur van het Nederlands Letterenfonds, gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, gelet op artikel 10, lid 4, van de Wet op het specifiek

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20656 31 december 2010 Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten

Nadere informatie

REGLEMENT PRO SUBSIDIES

REGLEMENT PRO SUBSIDIES REGLEMENT PRO SUBSIDIES DEFINITIES Artikel 1 In deze regeling wordt verstaan onder: Stichting: Stroom: Bestuur: Directie: Commissie: de Stichting Stroom Den Haag beeldende kunst t/m architectuur de Stichting

Nadere informatie

OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem

OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan

Nadere informatie

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling:

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling: SUBSIDIEREGELING INCIDENTELE SUBSIDIES AMATEURKUNST 2013 Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort; overwegende dat het gewenst is de Subsidieregeling incidentele subsidies amateurkunst zoals

Nadere informatie

Regeling van <datum GS> tot wijziging van de Subsidieregeling Kultuer en Mienskip Fryslân.

Regeling van <datum GS> tot wijziging van de Subsidieregeling Kultuer en Mienskip Fryslân. Regeling van tot wijziging van de Subsidieregeling Kultuer en Mienskip Fryslân. Gedeputeerde Staten van Fryslân, gelet op de Algemene Subsidieverordening provincie Fryslân 2013, besluiten: vast

Nadere informatie

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en artikel 4 van het Algemeen Reglement

Nadere informatie

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2019-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2019-2020 Het bestuur van het AFK Gelet op de missie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst om te

Nadere informatie

B&O JAARREKENING Stichting RAST Bos en Lommerweg DT Amsterdam. Frans den Otter Impalastraat PM Utrecht telefoon:

B&O JAARREKENING Stichting RAST Bos en Lommerweg DT Amsterdam. Frans den Otter Impalastraat PM Utrecht telefoon: Frans den Otter Impalastraat 97 3523 PM Utrecht telefoon: 030 2516689 B&O Willem Branderhorst Duivenkamp 704 3607 VC Maarssen telefoon: 0346 573098 ADMINISTRATIEKANTOOR JAARREKENING 2014 Stichting RAST

Nadere informatie

Tenders Flexibele subsidies 2015: Nieuwe Vrijwilligersorganisaties

Tenders Flexibele subsidies 2015: Nieuwe Vrijwilligersorganisaties Tenders Flexibele subsidies 2015: Tender 4 Flexibele subsidies 2015 - Tender 4 U bent een nieuwe stichting of vereniging die (nog) geen beroep gedaan heeft op, of nog niet in aanmerking kan komen voor,

Nadere informatie

Aanvraagformulier Culturele Projecten 2018-I

Aanvraagformulier Culturele Projecten 2018-I 1 Gegevens aanvrager Naam organisatie/stichting Rechtsvorm IBAN Postadres Postcode Plaats 2 Gegevens contactpersoon Aanhef De heer Mevrouw Voorletters Achternaam Straat Postcode Plaats Telefoon / mobiel

Nadere informatie

SUBSIDIEBELEID KUNST EN CULTUUR

SUBSIDIEBELEID KUNST EN CULTUUR Gelet op artikel 5 lid 2 van de algemene subsidieverordening stelt het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel het volgende beleid vast voor de subsidiebegrotingspost kunst en cultuur.

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad Aanvraagperiode 27 augustus tot en met 5 oktober 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties ook in 2018

Nadere informatie

Interregeling ecultuurprojecten

Interregeling ecultuurprojecten Interregeling ecultuurprojecten Met ingang van 15 april 2007 stimuleren de Mondriaan Stichting, het Nederlands Fonds voor de Film en het Stimuleringsfonds Nederlandse Culturele Omroepproducties ook gezamenlijk

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT ( )

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT ( ) SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT (2016-2018) Burgemeester en wethouders van Maastricht, - gelet op artikel 2, vierde lid en artikel 3, tweede lid van de Algemene subsidieverordening

Nadere informatie

Gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4, eerste en tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Arnhem 2002;

Gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4, eerste en tweede lid, van de Algemene subsidieverordening Arnhem 2002; Doc.nummer: 2012.0.060.869 Zaaknummer: 2012-05-01072 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem; Gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4, eerste en tweede

Nadere informatie

Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur

Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur Inleiding Het kunst- en cultuurbeleid van de gemeente Rotterdam is gericht op een gezonde stedelijke culturele sector. Een sector waarin zoveel

Nadere informatie

theater MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIES

theater MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIES theater MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIES 2013-2016 theater MEERJARIGE ACTIVITEITENSUBSIDIES 2013-2016 INHOUD THEATER 4 algemene inleiding 24 Verantwoording van adviesproces en besluitvorming 30 Inleiding

Nadere informatie

nummer 6 van 2010 Vaststelling gewijzigde Beleidsregel subsidieverlening Culturele en Museale Agenda 2009-2012

nummer 6 van 2010 Vaststelling gewijzigde Beleidsregel subsidieverlening Culturele en Museale Agenda 2009-2012 nummer 6 van 2010 Vaststelling gewijzigde Beleidsregel subsidieverlening Culturele en Museale Agenda 2009-2012 Besluit van gedeputeerde staten van Drenthe van 2 februari 2010, kenmerk 2.1/2010001668, afdeling

Nadere informatie

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten

Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten Deelregeling programmeringssubsidies Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en artikel 4 van het Algemeen Reglement

Nadere informatie

Regeling TAXvideoclipfonds

Regeling TAXvideoclipfonds Regeling TAXvideoclipfonds Regeling van de Besturen van de Stichting Stimuleringsfonds Creatieve Industrie en van de Stichting Stimuleringsfonds Nederlandse Culturele Mediaproducties houdende voorschriften

Nadere informatie

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2017-2020 Het bestuur van het AFK, gelet op de missie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst om te

Nadere informatie

Subsidieverlening voor landelijke deskundigheidsbevordering van vrijwilligers.

Subsidieverlening voor landelijke deskundigheidsbevordering van vrijwilligers. Subsidieverlening voor landelijke deskundigheidsbevordering van vrijwilligers. In deze notitie wordt ingegaan op de volgende aspecten van de landelijke subsidiering van activiteiten in de sfeer van deskundigheidsbevordering:

Nadere informatie

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Onderwerp Evaluatierapport Kunstraad Groningen Steller M.M.A. Blom De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Telefoon (050) 367 62 50 Bijlage(n) 1 Ons kenmerk 6616761 Datum Uw brief van

Nadere informatie

Subsidieregeling Programmatische Activiteiten Cultuur (PAC)

Subsidieregeling Programmatische Activiteiten Cultuur (PAC) Subsidieregeling Programmatische Activiteiten Cultuur (PAC) Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Arnhem; Gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4, eerste

Nadere informatie

Activiteitenplan DMC 2015 30-09-2015

Activiteitenplan DMC 2015 30-09-2015 ACTIVITEITENPLAN 2015 Inleiding Stichting Dans en Muziekcentrum (DMC) is goed op koers met de uitvoering van het (herziene) Activiteitenplan 2013-2016. Het basisprogramma wordt uitgevoerd in lijn met de

Nadere informatie

Tweede adviesnota. van het STEM-PLATFORM. aan de stuurgroep. donderdag, 12 december Brussel, Koning Albert II - Laan.

Tweede adviesnota. van het STEM-PLATFORM. aan de stuurgroep. donderdag, 12 december Brussel, Koning Albert II - Laan. Tweede adviesnota van het STEM-PLATFORM aan de stuurgroep donderdag, 12 december 2013 Brussel, Koning Albert II - Laan Pagina 1 Beoordelingskader voor de subsidiëring van initiatieven ter ondersteuning

Nadere informatie

Regeling Gamefonds. Artikel 1. Definities In deze regeling wordt verstaan onder:

Regeling Gamefonds. Artikel 1. Definities In deze regeling wordt verstaan onder: Regeling Gamefonds Regeling van de Besturen van de Stichting Stimuleringsfonds Creatieve Industrie en van de Stichting Stimuleringsfonds Nederlandse Culturele Mediaproducties houdende voorschriften over

Nadere informatie