DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEIDSREGLEMENTERING ANNO 2010

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEIDSREGLEMENTERING ANNO 2010"

Transcriptie

1 DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEIDSREGLEMENTERING ANNO 2010 Op 1 januari 2008 kende de hoofdelijke aansprakelijkheidsreglementering een serieuze metamorfose. Deze aanpassing was nodig omdat België voor het koppelen van de hoofdelijke aansprakelijkheid aan het bezit van een registratienummer als aannemer veroordeeld werd door het Europees Hof van Justitie eind De registratie als aannemer vormt niet langer een parameter voor het toepassen van de hoofdelijke aansprakelijkheid en de inhoudings- en doorstortingsplicht. Het is nu erg belangrijk om na te kijken of de rechtstreekse medecontractant sociale en/of fiscale heeft. Als hij die heeft op het ogenblik dat het contract wordt afgesloten, ontstaat er hoofdelijke aansprakelijkheid. Het bestaan van dergelijke bij de betaling brengt ook de verplichting mee om inhoudingen en doorstortingen te verrichten. De nieuwe reglementering kent een sociaal en fiscaal luik die apart van elkaar kunnen functioneren. Stel bijvoorbeeld dat er een contract wordt aangegaan met een aannemer die op fiscaal vlak geen enkele achterstand heeft, maar wel sociale : in dit geval riskeert de rechtstreekse medecontractant enkel een hoofdelijke aansprakelijkheid op sociaal vlak die zelfs volledig weggewerkt kan worden als hij correct de inhoudings- en doorstortingsverplichting ten aanzien van de RSZ vervult op het moment van de factuurbetaling. Sedert 1 januari 2009 is de databank voor de controle van de fiscale ook operationeel. In dit artikel gaan we op de reglementering in zoals ze op 1 januari 2008 in werking trad. 1 HET TOEPASSINGSGEBIED 1.1 WERKEN IN ONROERENDE STAAT Terwijl er in de vroegere versie van de reglementering op bepaalde vlakken een onderscheid werd gemaakt tussen de werken behorende tot het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf en de werken in onroerende staat, kent de nieuwe reglementering een uniform toepassingsgebied: het werken in onroerende staat. Voor een definitie van werken in onroerende staat verwijst men naar het BTW-wetboek en meer bepaald naar het artikel 20, 2 van het KB nr. 1 van 29 december 1992 met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde. Dit artikel definieert als werken in onroerende staat : het bouwen, het verbouwen, het afwerken, het inrichten, het herstellen, het onderhouden, het reinigen en het afbreken, geheel of ten dele, van een uit zijn aard onroerend goed, en de handeling die erin bestaat een roerend goed te leveren en het meteen op zodanige wijze aan te brengen aan een onroerend goed dat het onroerend uit zijn aard wordt. Worden eveneens bedoeld, in de mate dat zij geen werk in onroerende staat zijn: iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering als de aanhechting aan een gebouw: van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een installatie voor centrale verwarming of airconditioning, daaronder begrepen de branders, de reservoirs en de regelen controletoestellen verbonden aan de ketels of aan de radiatoren;

2 van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een sanitaire installatie van een gebouw en, meer algemeen, van alle vaste toestellen voor sanitair of hygiënisch gebruik aangesloten op een waterleiding of een riool; van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische installatie van een gebouw, met uitzondering van toestellen voor de verlichting en van lampen; van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische belinstallatie,van brandalarmtoestellen, van alarmtoestellen tegen diefstal en van een huistelefoon; van opbergkasten, gootstenen, gootsteenkasten en meubels met ingebouwde gootsteen, wastafels en meubels met ingebouwde wasbak, zuigkappen, ventilators en luchtverversers waarmee een keuken of badkamer is uitgerust; van luiken, rolluiken en rolgordijnen die aan de buitenkant van het gebouw worden geplaatst; iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering van wandbekleding of vloerbedekking als de plaatsing ervan in een gebouw, ongeacht of die bekleding of bedekking aan het gebouw wordt vastgehecht of eenvoudig ter plaatse op maat wordt gesneden volgens de afmetingen van de te bedekken oppervlakte; ieder werk dat bestaat in het aanhechten, het plaatsen, het herstellen, het onderhouden en het reinigen van goederen bedoeld in 1 of 2 hierboven. Ook de terbeschikkingstelling van personeel met het oog op het verrichten van een werk in onroerende staat of van een onder 1, 2 of 3, hierboven bedoelde handelingen, wordt onder de noemer van werken in onroerende staat geplaatst. De meldingsplicht aan de RSZ is als gevolg hiervan uitgebreid tot alle werken in onroerende staat. 1.2 DE DEFINITIES VAN DE TUSSENKOMENDE PARTIJEN Aan de definities van opdrachtgever, aannemer, onderaannemer wordt in de nieuwe versie van de reglementering niet gesleuteld. Volgende definities werden weerhouden: opdrachtgever: éénieder die de opdracht geeft om tegen een prijs werken uit te voeren of te laten uitvoeren; aannemer: éénieder die zich ertoe verbindt om tegen een prijs werken uit te voeren of te laten uitvoeren voor een opdrachtgever (bouwheer); elke onderaannemer ten opzichte van de volgende onderaannemers; onderaannemer: éénieder die er zich toe verbindt, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, in welk stadium ook, tegen een prijs het aan de aannemer toevertrouwde werk of een onderdeel ervan uit te voeren of te laten uitvoeren of daartoe werknemers ter beschikking te stellen. Voor de toepassing van de inhoudingsplicht en de hoofdelijke aansprakelijkheid wordt er in de nieuwe reglementering geen onderscheid meer gemaakt tussen opdrachtgever en aannemer. Ze zijn wat dat betreft aan identieke regels onderworpen. 1.3 DE UITZONDERING VOOR DE PARTICULIERE OPDRACHTGEVERS De uitzondering op het toepassingsgebied voor de particuliere opdrachtgever blijft behouden: opdrachtgevers natuurlijke personen die werken in onroerende staat uitsluitend voor privédoeleinden laten uitvoeren, blijven buiten schot. Zij hoeven nooit inhoudingen en doorstortingen uit te voeren, ook al heeft hun aannemer sociale en/of fiscale.

3 Zij kunnen ook nooit hoofdelijk aansprakelijk gesteld worden voor de betaling van die. 2 DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VOOR SOCIALE EN FISCALE SCHULDEN 2.1 PRINCIPE De toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheid is losgekoppeld van de registratie als aannemer: terwijl men in de vroegere reglementering louter en alleen door het contracteren met een niet registreerde aannemer hoofdelijk aansprakelijk werd, verdwijnt in de nieuwe regeling elk automatisme. Voortaan kan men enkel aangesproken worden voor de betaling van de sociale en fiscale van zijn medecontractant, indien hij sociale en/of fiscale heeft op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst. 2.2 HET BEVRIJDEND KARAKTER VAN DE INHOUDINGSPLICHT Deze hoofdelijke aansprakelijkheid kan op het moment van de betaling van de factuur zelfs volledig opgeheven worden, als men dan correct zijn inhoudings- en doorstortingsplicht (zie 3) vervult. Het bevrijdend karakter van de storting van de inhoudingen vormt een belangrijk verschil met de vroegere regeling. De hoofdelijke aansprakelijkheid die voortvloeide uit het contracteren van een niet-geregistreerde aannemer, werd vroeger niet volledig gedekt door het storten van inhoudingen bij de betaling van de factuur. Deze stortingen kwamen wel in mindering van het bedrag waarvoor men aansprakelijk kon gesteld worden, maar er bleef telkens nog een saldo dat later mogelijks nog door de RSZ of de Belastingen kon opgeëist worden. In de nieuwe regeling werkt het correct uitvoeren van de inhoudingen en stortingen bevrijdend. De RSZ en Belastingen zullen dus geen bijkomende betalingen meer kunnen eisen bovenop het bedrag van de correct gestorte inhoudingen. 2.3 BEPERKING AANSPRAKELIJKHEID TOT RECHTSTREEKSE MEDECONTRACTANT Nieuw is ook dat de hoofdelijke aansprakelijkheid steeds beperkt blijft tot de rechtstreekse medecontractant. De automatische opklimmende ketenaansprakelijkheid verdwijnt. Om het verdwijnen van de ketenaansprakelijkheid op te vangen werd er wel een regeling uitgewerkt waarbij onrechtstreeks toch een vorm van ketenaansprakelijkheid kan ontstaan. De waarvoor de hoofdelijke aansprakelijkheid geldt, omvatten in de nieuwe regeling ook de bedragen die geëist worden in toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling. Wanneer een aannemer door de RSZ wordt aangesproken voor de sociale van zijn onderaannemer en hij vereffent de geëiste bedragen niet binnen de 30 dagen na verzending van een aangetekende ingebrekestelling, zal hij in de publiek toegankelijke databank van de RSZ worden aangeduid als aar (ook al heeft hij geen eigen sociale of stelt hij geen personeel tewerk). Dit betekent dat de opdrachtgever of de aannemer die op hem beroep doet van dan af inhoudingen moet verrichten en storten. Voert die opdrachtgever of aannemer dit niet correct uit, dan wordt hij hoofdelijk aansprakelijk voor de bedragen die van zijn medecontractant geëist worden in toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling. Eénzelfde mechanisme geldt voor de bedragen die de fiscus in toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling opeist. Een concreet voorbeeld ter verduidelijking: stel aannemer A doet beroep op onderaannemer B die op zijn beurt beroep doet op een andere onderaannemer C. B heeft geen sociale maar C wel. B voert echter bij de betalingen aan C de vereiste inhoudingen en stortingen niet correct uit. B is dus hoofdelijk aansprakelijk voor de sociale van C. B wordt door de RSZ aangesproken voor de betaling van de sociale van C, maar geeft hieraan geen gevolg, B zal door de RSZ in zijn databank worden aangeduid als aar waarvoor een inhoudingsplicht geldt. Aannemer A moet van dan af inhoudingen verrichten en storten bij

4 betalingen aan B. Voert A deze niet correct uit, zal hij dus op zijn beurt hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de betaling van de sociale van C. 2.4 DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VOOR SOCIALE SCHULDEN De hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale trad op 1 januari 2008 in werking. In de veronderstelling dat de inhoudingen en stortingen bestemd voor de RSZ niet correct werden uitgevoerd, is de opdrachtgever of de aannemer hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de sociale van zijn medecontractant. Deze aansprakelijkheid geldt voor de sociale die bestonden op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst als ook voor de sociale die ontstaan in de loop van de uitvoering van de overeenkomst Voor welk bedrag? De hoofdelijke aansprakelijkheid wordt beperkt tot de totale prijs van de werken (exclusief BTW) die aan de aannemer of onderaannemer zijn toevertrouwd. In vergelijking met de vroegere regeling wordt de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale dus flink opgetrokken (van 50% naar 100%). Maar, wanneer diezelfde opdrachtgever of aannemer in toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling al eerder is aangesproken door de fiscus voor de betaling van de fiscale van de betrokken medecontractant, dan kan de RSZ de opdrachtgever of aannemer in kwestie nog voor maximaal 65% van de prijs van de werken (exclusief BTW) aanspreken. Op die manier wordt vermeden dat bij een gecombineerde toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheid door de RSZ en de fiscus, de opdrachtgever of aannemer voor meer dan 100% van de prijs van de werken zou moeten opdraaien voor de betaling van de sociale en fiscale van zijn medecontractant Voor welke? De sociale omvatten in de nieuwe regeling zowel de eigen sociale van de aannemer of onderaannemer als de bedragen die van hem geëist worden in toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling. Dit laatste moet dus het wegvallen van de ketenaansprakelijkheid opvangen (zie 2.3). Men kan sociale hebben bij de RSZ en als bouwonderneming bij de PDOK- Zegelstelsel. Ten aanzien van de RSZ is er sprake van sociale als: en/of en/of en/of de onderneming niet alle vereiste aangiften (tot en met deze met betrekking tot het voorlaatste kwartaal) heeft ingediend; de onderneming aan de RSZ een bedrag van meer dan 2.500, als bijdragen, bijdrageopslagen, forfaitaire vergoedingen, verwijlintresten of gerechtskosten, verschuldigd is; de werkgever, behorende tot het Paritair Comité voor de Bouw, de specifieke voorschottenregeling, voorzien bij het bereiken van de tewerkstellingsdrempel van 3 arbeiders, niet gerespecteerd heeft. Het gaat hierbij om een werkgever die geen bijdragen verschuldigd was voor het overeenstemmend kwartaal van het voorgaande jaar. Hij moet als bouwbedrijf (ter vervanging van de gebruikelijke maandelijkse voorschottenregeling) uiterlijk de 5 de van iedere maand een voorschot van 619,73 storten vanaf de 3 de werknemer die hij op het einde van de voorgaande maand tewerkstelt. In de praktijk moeten de aldus bepaalde voorschotten tijdens de eerste vier kwartalen vanaf de indienstneming van personeel betaald worden; de werkgever, behorend tot het Paritair Comité voor de Bouw, de specifieke voorschottenregeling, voorzien bij de toename van zijn arbeiderspersoneel aan het einde van

5 en/of de maand met tenminste 3 arbeiders in vergelijking met het overeenstemmend kwartaal van het vorige kalenderjaar, niet gerespecteerd heeft. Dit bijkomend voorschot bedraagt 700 per maand en per arbeider vanaf de 3 de bijkomende arbeider; de onderneming (al dan niet ingeschreven bij de RSZ als werkgever) die hoofdelijk aansprakelijk gesteld werd (in toepassing van 3 en 4 van artikel 30bis) en die de gevorderde bedragen niet betaald heeft binnen de 30 dagen na het verzenden van een aangetekende ingebrekestelling. Ten aanzien van het PDOK (Fonds voor Bestaanszekerheid van de werklieden in het Bouwbedrijf) is er sprake van sociale als: en/of het gaat om een onderneming die tot het Paritair Comité 124 van het Bouwbedrijf behoort; voor dewelke niet alle gegevens met betrekking tot de brutovergoedingen van de arbeiders tot en met het voorlaatste vervallen kwartaal in het bezit zijn van de Patronale Dienst voor Organisatie en Controle van de Bestaanszekerheidsstelsels (PDOK); die debiteur voor meer dan 70 aan bijdragen verschuldigd in het stelsel van weerverlet- en getrouwheidszegels. Er zijn geen sociale als de onderneming hiervoor een afbetalingsplan verkregen heeft zonder gerechtelijke procedure of bij gerechtelijke beslissing die in kracht van gewijsde is getreden en ze de opgelegde termijnen strikt naleeft. 2.5 HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEID VOOR BELASTINGSCHULDEN Dit onderdeel van de reglementering is pas in werking getreden op 1 januari 2009 toen de databank voor de controle van de fiscale operationeel geworden is. In de veronderstelling dat de inhoudingen en stortingen bestemd voor de fiscus niet correct werden uitgevoerd, is de opdrachtgever of de aannemer hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de fiscale van zijn medecontractant. Deze aansprakelijkheid geldt voor de fiscale die bestonden op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst alsook voor de fiscale die ontstaan in de loop van de uitvoering van de overeenkomst Voor welk bedrag? De hoofdelijke aansprakelijkheid wordt beperkt tot 35% van de prijs van de werken (exclusief BTW) die aan de aannemer of onderaannemer zijn toevertrouwd. Maar, net als bij de sociale is er een regeling getroffen die moet vermijden dat de samenloop van de hoofdelijke aansprakelijkheid op fiscaal en sociaal vlak de 100% van het bedrag van de toevertrouwde werken zou overtreffen. Daarom vervalt de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de fiscale, wanneer de opdrachtgever of aannemer in toepassing van de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling al eerder is aangesproken door de RSZ voor de betaling van de sociale van de betrokken medecontractant Voor welke? De hoofdelijke aansprakelijkheid geldt voor de betaling in hoofdsom, verhogingen, kosten in intresten, ongeacht hun datum van vestiging, van de volgende : alle inzake directe en met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen op de inkomsten; alle inzake voorheffingen; de buitenlandse belastingschuldvorderingen waarvoor in het kader van een internationale overeenkomst de invorderingsbijstand is gevraagd; de niet betaalde bedragen in het kader van de hoofdelijke aansprakelijkheidsregeling.

6 2.6 HOOFDELIJKHEID CONFORM BURGERLIJK WETBOEK De hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale en fiscale van een aannemer blijft onderworpen aan de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek inzake hoofdelijkheid (art tot 1216). Dit heeft o.m. tot gevolg dat de RSZ en de Belastingen de aar mogen vervolgen die zij verkiezen en dat zij niet tot schuldsplitsing hoeven over te gaan. Het instellen van een vervolging tegen één van de hoofdelijke aars, stuit dan weer de verjaring ten aanzien van alle medeaars. 2.7 DE VASTSTELLING VAN SOCIALE EN FISCALE SCHULDEN Via websites Dit gebeurt volledig via het Internet: de RSZ stelt voor de vaststelling van de sociale een gegevensbank ter beschikking via haar website Voor iedere onderneming die actief is als werkgever in België en het uitvoeren van onroerende werken als haar normale activiteit heeft, wordt er een attest 30bis aangemaakt. Ook voor de aannemers of onderaannemers die op een werkmelding voorkwamen, wordt er in principe een attest aangemaakt. De attesten 30bis kunnen als volgt opgevraagd worden via de site van de Sociale Zekerheid: aannemers onroerend goed artikel 30bis inhoudingsplicht consulteren inhoudingsplicht sociale zekerheid. Als er geen 30bis-attest beschikbaar is (op het scherm verschijnt de boodschap geen gegevens 30bis beschikbaar met bovenstaande criteria ), mag men er vanuit gaan dat deze onderneming geen sociale heeft. Het is belangrijk om het attest 30bis dan even af te printen met vermelding van datum en uur van consultatie. Het valt ons hierbij op dat portaalsite van de sociale zekerheid geen datum en uur van consultatie weergeven. Deze mogelijkheid wordt wel geboden via de website van de Confederatie Bouw: via Toegang leden Bouwdatabank Bedrijven zoeken en controleren Alle bedrijven, kan er wel een attest 30bis bekomen worden waarop datum en uur van consultatie worden weergegeven. Via onze website kan men ook een controlelijst van een aantal onderaannemers laten aanmaken en bewaren. Van deze lijst kan er om het even wanneer een rapport opgevraagd worden waarin de toestand van de ondernemingen op het vlak van sociale en fiscale weergegeven wordt. Voor de fiscale dient er gecontroleerd te worden via My Minfin Naar MyMinfin zonder authentificatie E-services consulteren. De toegang tot de beschikbare gegevens voor de controle van de fiscale is enkel mogelijk via een ondernemingsnummer. Bij gebrek aan een dergelijk nummer of als de raadpleging via de toepassing één van volgende berichten tot resultaat heeft: onjuist ondernemingsnummer; onbekend ondernemingsnummer; onderneming niet opgenomen als hebbende activiteiten in de bouwsector; niet geactiveerd ondernemingsnummer; dan moet u van uw aannemer of medecontractant een attest (afkomstig van het Ontvangkantoor van de Directe Belastingen) eisen waaruit het bedrag van zijn schuld blijkt. Op de website van de Confederatie Bouw kan men via de Bouwdatabank ondernemingen controleren op zowel sociale als fiscale.

7 2.7.2 Geldigheidsduur en bijwerking van de beslissingen Elke laatste vrijdag van de maand worden de attesten op de sociale databank automatisch geactualiseerd op basis van een bijwerking van de toestand op het niveau van de RSZ en de PDOK. Hiertoe maakt de PDOK maandelijks aan de RSZ de situatie over de bouwbedrijven inzake de weerverlet- en de getrouwheidszegels. Als er een vrijstelling van inhoudingsplicht is, wordt er ineens ook een geldigheidsdatum geafficheerd die tot de laatste donderdag van de maand geldt. Als er inhoudingsplicht is, kan de onderneming die sociale heeft, deze op gelijk welk ogenblik vereffenen of een uitstel van betaling verkrijgen dat nauwkeurig nageleefd wordt. Zij kunnen in dit geval contact opnemen met de Inningdiensten van de RSZ (op de telefoonnummers 02/ , 02/ of 02/ ) met het verzoek om het attest aan te passen naar een vrijstelling van de inhoudingsplicht. Voor de fiscale databank worden in principe ook elke laatste vrijdag van de maand de attesten op de fiscale databank automatisch geactualiseerd (behalve indien de vrijdag samenvalt met een wettelijke feestdag of een officiële vakantiedag voor de openbare diensten in welke gevallen de actualisatie wordt verschoven naar de eerstvolgende werkdag). Als er een vrijstelling van de inhoudingsplicht is, wordt er ineens ook een geldigheidsdatum geafficheerd die tot de laatste donderdag van de maand geldt. Als er inhoudingsplicht is, kan de onderneming die fiscale heeft, die op gelijk welk ogenblik vereffenen of een uitstel van betaling verkrijgen dat nauwkeurig nageleefd wordt. Zij kunnen in dit geval contact opnemen met hun Ontvangkantoor van de Directe Belastingen met het verzoek om het attest aan te passen aan de vrijstelling van de inhoudingsplicht. 3 DE INHOUDINGSPLICHT 3.1 PRINCIPE Bij de betaling van een gedeelte of het geheel van de factuur moet de opdrachtgever of de aannemer nakijken of zijn rechtstreekse medecontractant al dan niet sociale en/of fiscale heeft. Het bestaan van dergelijke, te controleren via de attesten op het internet, brengt de verplichting tot inhouding en doorstorting met zich mee. Deze controle moet uitgevoerd worden bij iedere betaling van een factuur (of een deel ervan) waarbij een aannemer of onderaannemer werken in onroerende staat factureert. Opvallend in vergelijking tot vroeger is dat de regeling in de relatie opdrachtgever aannemer sinds 1 januari 2008 identiek is aan de regeling in de relatie aannemer onderaannemer (zelfde toepassingsgebied, zelfde voorwaarden, zelfde bedrijven). Het verschil in inhoudingspercentage dat er vroeger bestond bij ontvangst van een factuur voor werken PC Bouw, dan wel voor andere onroerende werken buiten het PC Bouw (bijvoorbeeld elektriciteitswerken), is volledig komen te vervallen. De inhoudingsplicht ten aanzien van de RSZ is volledig losgekoppeld van de inhoudingsplicht ten aanzien van de fiscus. Ook dit is nieuw. Als er in de vroegere regeling een inhoudingsplicht was, moest er een doorstorting naar zowel de RSZ als de Belastingsdiensten gebeuren. In het nieuw stelsel kan het dat er slechts ten aanzien van één van beide instellingen stortingen moeten uitgevoerd worden. Het sociale luik van de inhoudingsplicht geldt sinds 1 januari Het fiscale luik geldt sedert 1 januari 2009.

8 3.2 INHOUDINGEN VOOR DE RSZ Principe De opdrachtgever die een deel of het geheel van de prijs van werken in onroerende staat betaalt aan een aannemer die op het ogenblik van de betaling sociale heeft, is verplicht bij die betaling 35% van het door hem verschuldigde bedrag (exclusief BTW), in te houden en te storten aan de RSZ. Voor de opdrachtgever wordt het bedrag van de te storten inhouding dus opgetrokken van 15% naar 35%. Voor de aannemer geldt dezelfde regel: bij betaling van een deel of het geheel van de prijs van werken in onroerende staat aan zijn onderaannemer is, is hij verplicht 35% van het door hem verschuldigde bedrag (exclusief BTW), in te houden en te storten aan de RSZ, wanneer zijn onderaannemer op het ogenblik van betaling sociale heeft. De sociale worden op het niveau van de inhoudingsplicht op dezelfde manier gedefinieerd als op het niveau van de hoofdelijke aansprakelijkheid. We verwijzen voor de definitie van sociale naar Het bestaan van sociale zal blijken uit de attesten 30 bis die op het Internet gepubliceerd worden Beperking van de inhouding De inhouding kan beperkt worden tot het bedrag van de schuld van de rechtstreekse medecontractant op het ogenblik van betaling. Dit bedrag moet blijken uit een attest van de RSZ (met droogstempel) die de aannemer of onderaannemer kan voorleggen aan zijn opdrachtgever of aannemer. Bij ontvangst van een factuur van of meer nodigt de opdrachtgever of aannemer zijn rechtstreekse medecontractant hiervoor uit. Als de schuld groter is dan te verrichten inhouding of als er geen attest binnen de 30-dagentermijn wordt voorgelegd, dan moet de volledige 35% ingehouden en doorgestort worden. Het RSZ-attest vermeldt zowel de RSZ- als de bij het Fonds voor Bestaanszekerheid (PDOK-zegelstelsel) zodat bij de PDOK geen apart attest moet aangevraagd worden. Is het bedrag van de factuur kleiner van 7.143, dan is zo n attest niet nodig en kan de volledige 35% aan de RSZ gestort worden als de medecontractant sociale heeft. Dit heeft te maken met de definitie van aar bij de RSZ (= schuld van minstens 2.500). Een inhouding van 35% op een factuur beneden bedraagt sowieso minder dan en is dus steeds lager dan de schuld bij de RSZ. De RSZ-attesten met droogstempel die het bedrag van de schuld vermelden hebben slechts een beperkte geldigheidsduur van 20 dagen. Als er een betaling buiten deze termijn gebeurt, moet de inhouding toegepast worden Buitenlandse werkgevers De bestaande uitzondering voor betalingen aan buitenlandse werkgevers blijft bestaan. De inhoudingen zijn niet van toepassing op de betalingen verschuldigd aan een niet in België gevestigde werkgever, op voorwaarde dat hij geen sociale in België heeft en al zijn werknemers in het bezit zijn van een geldig detacheringsbewijs. In dit kader blijft de controle van de detacheringsbewijzen dus een must en volstaat de controle van de ontvangstbewijzen van de LIMOSA-melding niet. De LIMOSA-meldingsplicht blijft uiteraard onverkort van toepassing Praktische modaliteiten Het bedrag van de inhouding moet op hetzelfde moment aan de RSZ worden gestort als de betaling van de factuur van de medecontractant gebeurt. Het rekeningnummer van de RSZ voor deze stortingen is

9 Op de overschrijvingsformulieren die de RSZ ter beschikking stelt na ontvangst van een werkmelding moet naast de naam, het ondernemingsnummer en in voorkomend geval het adres van de aannemer of onderaannemer ook de woorden Art. 30bis worden vermeld. De datum, nummer en bedrag (excl. BTW) van de factuur zouden er ook moeten op voorkomen. De opdrachtgever of aannemer die de stortingen doet is verplicht om een aantal inlichtingen per brief aan de RSZ over te maken. Hij moet de documenten ADII 30bis 4.2 (opdrachtgever) of ADII 30bis 4.1 ingevuld naar de RSZ terugsturen, tezamen met een fotokopie van de factuur waarop de inhouding gebeurde. Als de RSZ geen documenten opstuurde (omdat er bijvoorbeeld geen werfmelding voor de betrokken aannemer of onderaannemer moest gebeuren), moet u spontaan de storting op het rekeningnummer van de RSZ verrichten en zal de RSZ zelf de nodige inlichtingenformulieren verzenden met het verzoek om deze onmiddellijk ingevuld terug te bezorgen Aanwending van de gestorte bedragen Op basis van de bekomen inlichtingen boekt de RSZ de uitgevoerde betaling ten gunste van de rekening van de medecontractant. Deze aanrekening gebeurt binnen de 10 werkdagen vanaf de ontvangst van het ingevuld inlichtingenformulier. Zij gebeurt op de tot en met het kwartaal dat voorafgaat aan dat waarin de bedragen worden gestort. Voor zover het gestorte bedrag niet gebruikt wordt voor het aanzuiveren van de gerechtskosten, de bijdragen (RSZ-PDOK), de bijdrageopslagen, de forfaitaire vergoedingen, de verwijlintresten en de buitenlandse schuldvorderingen inzake socialezekerheidsbijdragen, die verschuldigd zijn door de aannemer of de onderaannemer in wiens hoofde het werd aangerekend, wordt het op zijn aanvraag door de RSZ ten spoedigste en uiterlijk binnen een termijn van 3 maanden terugbetaald. Deze termijn vangt aan op het einde van het kwartaal tijdens hetwelk de aanvraag bij de RSZ binnenkomt. Deze termijn vangt nochtans niet aan vóór de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop de RSZ in het bezit wordt gesteld van alle gegevens betreffende de door de aannemer of de onderaannemer tewerkgestelde werknemers en hun prestaties, of, in voorkomend geval, volgend op de dag waarop een rechterlijke uitspraak aangaande een geschil omtrent de door de aannemer of de onderaannemer aan de RSZ verschuldigde bijdragen kracht van gewijsde gekregen heeft. Deze termijn vangt niet aan wanneer er een gerechtelijk onderzoek loopt, wanneer een strafrechtelijke procedure ingeleid werd (pro justitia), of wanneer een inspectiedienst een onderzoek uitvoert om bijkomende aangiften op te stellen Sancties bij het niet inhouden en doorstorten aan de RSZ De opdrachtgever of de aannemer die een medecontractant met sociale volledig betaalt, is aan de RSZ, naast het bedrag van de te storten inhouding, een bijslag verschuldigd die gelijk is aan de te betalen som. Voor iedere 100 die men aan een medecontractant met sociale betaalt, loopt men bij het niet correct inhouden en doorstorten dus een risico van 70. In de reglementering werd voorzien dat men een volledige vrijstelling kan toestaan van de bijslag: als de betrokken aannemer en onderaannemer geen aar meer zijn van sociale zekerheidsbijdragen, kan deze vrijstelling bekomen worden. Een vrijstelling van 50% van deze bijslag kan toegestaan worden indien de niet-betaling van de inhouding te wijten is aan uitzonderlijke omstandigheden. Het niet correct uitvoeren van inhoudingen en doorstortingen impliceert ook dat de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale toegepast kan worden, tenminste indien de rechtstreekse medecontractant sociale had op het ogenblik van de afsluiting van de overeenkomst.

10 3.3 DE INHOUDING VOOR DE FISCUS Principe Met de inhoudings- en doorstortingsplicht ten aanzien van de fiscus moet pas rekening gehouden worden sedert 1 januari 2009, het moment dat de fiscale databank operationeel geworden is. In de reglementering is voorzien dat de inhouding voor de fiscus ongewijzigd op 15% van het verschuldigd bedrag (excl. BTW) blijft. De opdrachtgever die een deel of het geheel van de prijs van werken betaalt aan een aannemer die op het ogenblik van de betaling fiscale heeft, is verplicht bij die betaling dit percentage (= 15%) in te houden en te storten aan de fiscus. Hetzelfde geldt voor de aannemer wanneer zijn onderaannemer op het ogenblik van betaling fiscale heeft. Het bestaan van fiscale in hoofde van de aannemer of onderaannemer kan eveneens gecontroleerd worden via een publiek toegankelijke databank (zie 2.7.1). In tegenstelling tot de sociale wordt hier geen minimumbedrag bepaald om iemand als aar aan te duiden. Om te bepalen of er al dan niet bestaan, zal er geen rekening gehouden worden met de waarvoor een correct nageleefd afbetalingsplan bestaat Beperking van de inhouding Net als de inhouding ten gunste van de RSZ kan ook de inhouding voor de Belastingen voor facturen van meer dan beperkt worden tot het bedrag van de fiscale schuld op het ogenblik van betaling. Ook hier moet daarvoor door de medecontractant van zijn Ontvangkantoor van de Directe Belastingen een attest worden voorgelegd dat het bedrag van de schuld vermeld. De geldigheidsduur van dit attest bedraagt eveneens 20 dagen Praktische modaliteiten, aanwending & terugbetaling In geval van inhoudingsplicht voor fiscale, moet u bij de betaling 15% van het verschuldigde bedrag (excl. BTW) inhouden en aan de fiscus storten. Rekeningnummer: (IBAN BE ) (BIC PCHQBEBB) Ontvangkantoor Directe Belastingen Brussel 3 en Bijzondere Ontvangsten, Kruidtuinlaan 50 Bus 3110 te 1000 Brussel (tel.: 02/ ) De storting bevat volgende vermeldingen: ondernemingsnummer van de aannemer/onderaannemer; bedrag en datum van de factuur waarop de storting betrekking heeft; naam van de aannemer. Een kopie van de factuur waarop de storting betrekking heeft moet aan het voormelde ontvangkantoor worden overgemaakt. De gestorte inhoudingen worden aangerekend op de belasting van de betrokken aannemer of onderaannemer, die daarvan door de fiscus in kennis wordt gesteld. Wanneer de belasting volledig aangezuiverd zijn, kan men bij het voormelde ontvangkantoor een aanvraag indienen tot teruggave van het overschot van de gedane stortingen. Ook hier is de terugbetalingstermijn ingekort geworden (uiterlijk 2 maand i.p.v. vroeger 6 maand) Sancties Wanneer de inhoudingen en stortingen niet correct zijn uitgevoerd is de hoofdelijke aansprakelijkheid van toepassing wanneer de medecontractant fiscale had op het

11 moment van het afsluiten van de overeenkomst. Daarbij worden de bedragen die eventueel wel gestort zijn, in mindering gebracht op de bedragen waarvoor men aansprakelijk wordt gesteld. Net als bij de sociale inhouding is er, naast de hoofdelijke aansprakelijkheid, ook nog een boete bepaald (administratieve boete gelijk aan het dubbele van het verschuldigde bedrag). Wanneer de inhouding en doorstorting niet is verricht, wordt de administratieve boete, voor ten hoogste drie overtredingen, verminderd tot een achtste, een vierde of de helft van die boete naargelang het respectievelijk een eerste, een tweede of een derde overtreding betreft, op voorwaarde dat degene die de storting niet heeft verricht, een overeenkomst had afgesloten met een aannemer die op het ogenblik van het afsluiten ervan geen fiscale had, en dat die aannemer op het ogenblik van de vaststelling van de overtreding: ofwel, geen fiscale meer heeft; ofwel, nog steeds fiscale heeft en degene die de storting niet heeft verricht, op verzoek van de administratie alsnog de vereiste storting heeft uitgevoerd binnen de door haar opgelegde termijn en het bewijs van storting wordt voorgelegd. 4 MELDING VAN WERKEN EN ONDERAANNEMERS AAN DE RSZ 4.1. WELKE WERKEN MOETEN GEMELD WORDEN? Vanaf 1 juni 2009 is het toepassingsgebied uitgebreid tot alle werken in onroerende staat alsmede bepaalde andere werken voor zover zij geen werken in onroerende staat zijn (voorheen was het beperkt tot de werken die vielen onder het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf). Het betreft in concreto volgende werken: Wettelijke grondslag Het toepassingsgebied van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 is dat welk in artikel 20, 2 van het Koninklijk Besluit nr. 1 van 29 december 1992 met betrekking tot de regeling voor de voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde wordt omschreven. Dit artikel bepaalt dat hierbij worden beoogd alle werk in onroerende staat alsmede bepaalde andere werken voor zover zij geen werken in onroerende staat zijn. Alle werken in onroerende staat D.i. alle werken die betrekking hebben op het bouwen, het verbouwen, het afwerken, het inrichten, het herstellen, het onderhouden, het reinigen en het afbreken, geheel of ten dele, van een uit zijn aard onroerend goed 1 alsmede elke handeling die zowel erin bestaat een roerend goed te leveren en het meteen op zodanige wijze aan te brengen aan een onroerend goed dat het onroerend uit zijn aard wordt (art. 19, 2 van het Wetboek). Andere beoogde werken Zelfs indien zij geen werken in onroerende staat in de zin van de hierboven geformuleerde definitie uitmaken, worden de hierna volgende activiteiten eveneens bedoeld: iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering als de aanhechting aan een gebouw: van de bestanddelen of een gedeelte van een installatie voor centrale verwarming of airconditioning, daaronder begrepen de branders, de reservoirs en de regel- en controletoestellen verbonden aan de ketels of aan de radiatoren; 1 Voorbeelden van onroerende goederen uit hun aard: de vloer en de kelderverdieping; de gebouwen: individuele woongelegenheden, appartementsgebouwen, openbare gebouwen, fabrieken, bungalows, chalets, hoeven, garages.

12 van de bestanddelen of een gedeelte van een sanitaire installatie van een gebouw en, meer algemeen, van alle vaste toestellen voor sanitair of hygiënisch gebruik aangesloten op een waterleiding of een riool; van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische installatie van een gebouw, met uitzondering van toestellen voor de verlichting en van lampen; van de bestanddelen of een gedeelte van de bestanddelen van een elektrische belinstallatie van brandalarmtoestellen, van alarmtoestellen tegen diefstal en van een huistelefoon; van opbergkasten, gootstenen, gootsteenkasten en meubels met ingebouwde gootsteen, wastafels en meubels met ingebouwde washoek, zuigkappen, ventilators en luchtverversers waarmee een keuken of badkamer is uitgerust; van luiken, rolluiken en rolgordijnen die aan de buitenkant van het gebouw worden geplaatst; iedere handeling die tot voorwerp heeft zowel de levering van wandbekleding of vloerbedekking als de plaatsing ervan in een gebouw, ongeacht of die bekleding of bedekking aan het gebouw wordt vastgehecht of eenvoudig ter plaatse op maat wordt gesneden volgens de afmetingen van de te bedekken oppervlakte; ieder werk dat bestaat in het aanhechten, het plaatsen, het herstellen, het onderhouden en het reinigen van goederen bedoeld in de vorige twee. Wordt ook bedoeld de terbeschikkingstelling van personeel met het oog op het verrichten van een werk in onroerende staat of van een onder de vorige drie hierboven vermelde handelingen. Praktische toepassing Om praktische redenen wordt een lijst van 28 activiteiten voorgesteld zodat de aannemers, die aangifte doen, in staat zijn om gemakkelijk de werken te identificeren die worden uitgevoerd door de onderaannemers waarop zij beroep doen. Deze lijst wordt vervolledigd door niet exhaustieve voorbeelden, details en toelichtingen. Er moet worden opgemerkt dat de activiteiten in kwestie worden bedoeld in de context van de definitie van alle werk in onroerende staat : bouw, onderhoud, herstelling, enz. Lijst van activiteiten die behoren tot het toepassingsgebied van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 Nr. Activiteiten 01 Waterbouwkundige werken, zee- en stroomwerken 02 Grondwerken 03 Slopingswerken 04 Metsel- en betonwerken 05 Leggen van kabels en diverse leidingen 06 Voegwerken 07 Timmer- en schrijnwerk en metalen schrijnwerk 08 Dakbedekken en isolatie tegen vochtigheid 09 Thermische en/of geluidsisolatie 10 Plaatsing van prefabelementen 11 Plaatsen van houten voorwerpen of producten 12 Glaswerken 13 Stukadoorswerken 14 Werken die verband houden met het schilderen, stofferen en behangen

13 15 Restauratiewerken 16 Steen- en marmerwerken 17 Muur- en grondbekledingswerken (met uitzondering van hout) 18 Sanitaire installaties, centrale verwarming, loodgieters- en zinkwerk, aanleg van buizen en leidingen 19 Installatie van steigers 20 Metaalconstructies en metalen kunstwerken 21 Werken aan wegen 22 Bouw van niet-metalen kunstwerken 23 Spoorlijnwerken 24 Elektrotechnische werken 25 Aanleg en onderhoud van diverse terreinen 26 Landbouwwerken 27 Schoonmaak- en onderhoudswerken 28a Uitzondering Speciale installaties De reeds bestaande uitzondering op de meldingsplicht blijft van kracht, m.n. wanneer: EN het totaalbedrag (excl. BTW) voor werken kleiner is dan de aannemer voor deze werken geen beroep doet op een onderaannemer dan wordt deze vrijgesteld van de meldingsplicht WANNEER MOET DE MELDING GEBEUREN? De geviseerde werken moeten worden gemeld vooraleer deze een aanvang nemen. Zodra de elektronische verzending van de werkmelding wordt bevestigd, wordt de aannemermelder op de hoogte gebracht van de toekenning van een identificatienummer van de melding van geografische werf (informatie die via de opdrachtgever wordt gedeeld met de overige aannemers die rechtstreeks met deze opdrachtgever en voor deze werf een overeenkomst zijn aangegaan) alsmede van de toekenning van een identificatienummer dat specifiek voor de geviseerde werken geldt. Indien tijdens de uitvoering van de werken andere onderaannemers moeten tussenkomen, is de aannemer ook verplicht om de RSZ hier voorafgaandelijk van op de hoogte te brengen. Hiertoe moet elke onderaannemer die zelf een beroep doet op een andere onderaannemer, de aannemer die een overeenkomst gesloten heeft met de opdrachtgever, daarvan voorafgaandelijk schriftelijk in kennis stellen. De aannemer zal op basis van het identificatienummer 30bis de onderaannemers via de webapplicatie kunnen toevoegen. Belangrijk: wanneer het werk aanvankelijk vrijgesteld is van melding, maar tijdens de uitvoering wordt de voormelde drempel overschreden of wordt er toch beroep gedaan op een onderaannemer, dan moet de werf onmiddellijk aan de RSZ gemeld worden. Duid dan op de elektronische aangifte het vakje aan om aan te geven dat de werf aanvankelijk onder de uitzonderingen viel, om te vermijden dat de aangifte als laattijdig zou beschouwd worden.

14 4.3. WIE MOET DE MELDING VERRICHTEN? De verplichting om de werken te melden berust bij de aannemer die de aannemingsovereenkomst met de opdrachtgever heeft gesloten. In de melding moet de aannemer alle onderaannemers opnemen die op de werf een geviseerde activiteit uitoefenen. Dit betekent dat de aannemer niet alleen zijn eigen onderaannemers moet melden, maar ook de subonderaannemers van zijn onderaannemers, enzovoort. Wie als onderaannemer tussenkomt heeft geen rechtstreekse meldingsplicht ten aanzien van de RSZ. Maar om de aannemer toe te laten een correcte melding te doen, is een onderaannemer wel verplicht om voorafgaandelijk en schriftelijk aan de aannemer mee te delen op welke onderaannemers hij op zijn beurt beroep doet. Sedert 1 januari 2008 is er een belangrijke wijziging voor de melding voor werken in eigen beheer: vóór 1 januari 2008 moest een aannemer die ook opdrachtgever was, zich niet om de werfmelding bekommeren. Sinds 1 januari 2008 moet de melding 30 bis aan de RSZ ook door de aannemer gebeuren die geviseerde werken voor eigen rekening uitvoert of laat uitvoeren om het onroerend goed daarna geheel of gedeeltelijk te vervreemden. Hierdoor worden onder meer situaties geviseerd waarbij een aannemer eerst zelf een bouwperceel aankoopt, daarop een gebouw opricht of laat oprichten en het daarna eventueel op plan of tijdens de uitvoeringsfase verkoopt HOE DE WERKMELDING VERRICHTEN? Sedert 1 juni 2009 mag de melding enkel nog elektronisch gebeuren, en NIET meer op papier. Hiertoe is er een webtoepassing beschikbaar om de werkmelding in te voeren. De Unieke werkmelding (UWM) bevindt zich op de portaalsite van de Sociale Zekerheid ( onder het gedeelte onderneming. Deze toepassing zorgt ervoor dat ondernemingen in het bijzonder nog aan andere verplichtingen (bv. melding aan het NAVB, de melding aan de inspectie in het kader van de reglementering betreffende de veiligheidscoördinatie en enkele specifieke meldingen (asbestverwijdering, werken in hyperbare omgeving of zandstraalwerken) dan de werkmeldingen aan de RSZ kunnen voldoen. Daarom is zij, binnen een luik dat gemeenschappelijk is voor alle betreffende wetgevingen, opgebouwd rond het begrip geografische bouwplaats en moet zij in het luik 30bis aangevuld worden met informatie over de contracten en de uitgevoerde werken. Via de website van de Confederatie Bouw, wordt een link gelegd naar de site van de sociale zekerheid (toegang leden bouwdatabank uw aangiftes werkmeldingen). Wanneer u een Unieke Werfmelding invoert, heeft u de keuze om dit al dan niet in de beveiligde zone te doen. In de beveiligde zone moet u zich inloggen met uw gebruikersnaam en paswoord. In deze zone beschikt u over een uitgebreid aanbod aan functionaliteiten: aanpassen van de informatie van het gemeenschappelijk deel of het luik 30bis, zelfs als de melding reeds is doorgestuurd; raadplegen van een reeds verstuurde melding (enkel de contracten die de aangever ingediend heeft); weergave van de volledige historiek van de aangiftes per aangever; weergave van een lijst met de laatste 10 onderaannemers die ingevoerd werden. Dit dient om het proces te versnellen als er voor een andere werf op dezelfde onderaannemer beroep gedaan wordt;

15 opmaken van een overzicht van de melding (als PDF-document); bijhouden van een kladversie van een melding. Dit kan nuttig zijn wanneer de gebruiker de aangifte niet direct kan vervolledigen en deze op een later tijdstip wenst te beëindigen. Het blijft ook steeds mogelijk om een werfmelding in te voeren zonder aangemeld te zijn. Als u zich niet aanmeldt, kan u enkel een werfmelding indienen en deze later aanvullen indien nodig. U heeft dan geen toegang tot de hierboven beschreven functionaliteiten. Het is dan ook aangewezen om steeds gebruik te maken van de beveiligde zone. Hoe een gebruikersnaam en paswoord verkrijgen? Indien u nog niet over de nodige login-gegevens beschikt, kan u deze aanvragen. Hiervoor moet u een formulier invullen dat u verkrijgt via een link in de beveiligde zone. Eenmaal u alle gegevens ingevuld hebt, kan u het formulier: online handtekenen met uw elektronische ID-card. Nadien wordt het formulier online doorgestuurd; uitprinten en ondertekend met de post versturen. Wanneer uw aanvraag verwerkt is, ontvangt u binnen de week uw persoonlijke login-gegevens. Overgangsmaatregel Bij wijze van overgang en in het vooruitzicht van de invoering, op 1 januari 2010, van de transfer van de werkmeldingen 30bis per batch voor bepaalde ondernemingen met een aanzienlijk aantal meldingen, aanvaardt de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid als aangifteformaat (30bis) een uittreksel van de databases van deze ondernemingen. Deze uittreksels moeten worden doorgestuurd per fax of per na contact met de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid en na goedkeuring van het formaat en de procedure door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid WELKE INFORMATIE MOET GEMELD WORDEN? Alvorens te beginnen met de geviseerde werken (zie 1) zal de aannemer op wie de opdrachtgever een beroep zal doen, aan de RSZ alle juiste informatie moeten verstrekken die nodig is om de belangrijkheid van de werken te ramen en er de opdrachtgever en, in voorkomend geval, in welk stadium ook, de onderaannemers van te identificeren. Als tijdens de uitvoering van de werken andere onderaannemers tussenkomen, zal deze aannemer de RSZ hiervan voorafgaandelijk op de hoogte moeten brengen. Daartoe zal elke onderaannemer die op zijn beurt een beroep doet op een andere onderaannemer, voorafgaandelijk de aannemer hiervan schriftelijk in kennis moeten stellen. Tot de inlichtingen die moeten worden overgemaakt aan de RSZ behoren o.a.: datum van einde van de werken: datum waarop de aanwezigheid van de aannemers en de eventuele onderaannemers op de werf niet langer gerechtvaardigd is, omdat de bestelde werken zijn beëindigd, het materiaal en de werknemers van de betrokken aannemer(s) zich niet langer gerechtvaardigd op de werf bevinden en de werf is opgekuist; de tussenkomst van een onderaannemer; afmelden van een gemelde onderaannemer wanneer hij niet tussenkomt in de uitvoering van de werken SANCTIES De aannemer die de verplichting om werken aan te geven niet of niet tijdig naleeft, is aan de RSZ een boete verschuldigd die gelijk is aan 5% van het totale bedrag van de werken, exclusief BTW, die niet gemeld werden.

16 De onderaannemer die nalaat om aan de aannemer schriftelijk te signaleren dat hij een beroep doet op één of meerdere andere onderaannemers is zelf aan de RSZ een boete verschuldigd die gelijk is aan 5% van het totale bedrag van de werken, exclusief BTW, die hij toevertrouwd heeft aan zijn onderaannemer of aan zijn onderaannemers. Indien de som die van de aannemer gevorderd wordt, veroorzaakt werd door een fout van een onderaannemer, wordt deze som verminderd met het bedrag dat door de betrokken onderaannemer voor deze fout daadwerkelijk betaald werd aan de RSZ. Ook moet de afzegging van de gemelde tussenkomst van een onderaannemer gemeld worden. Aanpassing van de sanctie De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid kan de aannemer en de onderaannemers vrijstellen van de betaling van de toegepaste sancties wanneer zij aantonen dat zij onmogelijk hun verplichtingen binnen de termijnen konden nakomen ingevolge een geval van verantwoorde overmacht. De vrijstelling kan ook toegekend worden wanneer het gaat om een eerste overtreding op die bepaling uit hoofde van de overtreder en voor zover geen enkele inbreuk op de wetgeving inzake sociale zekerheid of inzake werkloosheid of op de sociale wetgeving werd vastgesteld die verband houdt met de geviseerde werken die niet gemeld werden. De toegepaste boete kan tot 50% verminderd worden wanneer de niet-naleving van de verplichting van de aannemer en van de onderaannemer die een beroep gedaan heeft op een andere onderaannemer als uitzonderlijk beschouwd kan worden en voor zover zij de verplichtingen naleven die zijn voorgeschreven door de wet van 27 juni 1969 en de desbetreffende uitvoeringsbesluiten, evenals de verplichtingen die zijn voorgeschreven door het Koninklijk Besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling (Dimona-aangifte), met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels. 5. DE REGISTRATIE ALS AANNEMER Niettegenstaande de loskoppeling van de toepassing van de inhoudingen en de hoofdelijke aansprakelijkheid, blijft de registratie als aannemer toch behouden. De registratie is nog altijd van belang voor de toepassing van heel wat (vooral fiscale) maatregelen. Hun toepassing is gekoppeld aan de voorwaarde dat de aannemer die de werken uitvoert, geregistreerd is. Zo kan het verlaagde BTW-tarief van 6% voor renovatiewerken voor woningen ouder dan 5 jaar enkel aangerekend worden door een geregistreerde aannemer. Ander voorbeeld zijn de belastingsverminderingen bij energiebesparende investeringen. De particulier die hiervan wil genieten, moet de werken laten uitvoeren door een geregistreerde aannemer. De procedure om een registratie aan te vragen blijft voorlopig ongewijzigd. Dit betekent dat de aannemer die zich wenst te laten registreren nog steeds een aanvraag moet indienen bij de bevoegde registratiecommissie. Het is de bedoeling dat de aanvraag in de toekomst via een ondernemingsloket zal verlopen. Het centraal informaticaplatform langs waar het ondernemingsloket alle nodige gegevens aan de registratiecommissies zou moeten overmaken is echter nog niet operationeel.

Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bouwsector

Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bouwsector Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bouwsector Inleiding De bepalingen van de artikelen 402 en 403 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 (hierna: WIB 92) werden gewijzigd door de programmawet

Nadere informatie

Aangiften van werken in onroerende staat en/of gevaarlijke werken (AVW) en aanwezigheidsregistraties (CAW)

Aangiften van werken in onroerende staat en/of gevaarlijke werken (AVW) en aanwezigheidsregistraties (CAW) Aangiften van werken in onroerende staat en/of gevaarlijke werken (AVW) en aanwezigheidsregistraties (CAW) Event Agoria 26 maart 2015 1 Agenda Wettelijke basis Artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969

Nadere informatie

DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEIDSREGLEMENTERING ANNO 2009

DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEIDSREGLEMENTERING ANNO 2009 DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEIDSREGLEMENTERING ANNO 2009 Op 1 januari 2008 kende de hoofdelijke aansprakelijkheidsreglementering een serieuze metamorfose. Deze aanpassing was nodig omdat België voor het

Nadere informatie

De hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale schulden. Historiek van het principe van de hoofdelijke aansprakelijkheid

De hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale schulden. Historiek van het principe van de hoofdelijke aansprakelijkheid De hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale 1 oktober 2013 Agenda Historiek van het principe van de hoofdelijke aansprakelijkheid 2 verplichtingen (art. 30bis van de wet van 27 juni 1969) Melding

Nadere informatie

1 HET TOEPASSINGSGEBIED

1 HET TOEPASSINGSGEBIED DE HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEIDSREGLEMENTERING ANNO 2012 Op 1 januari 2008 kende de hoofdelijke aansprakelijkheidsreglementering een serieuze metamorfose. Deze aanpassing was nodig omdat België voor het

Nadere informatie

De volledige tekst kan u onderaan terugvinden. Ter voorbereiding kan het schema gehanteerd worden.

De volledige tekst kan u onderaan terugvinden. Ter voorbereiding kan het schema gehanteerd worden. Erkend Boekhouder-Fiscalist - 30167404 PF-ADVIES De volledige tekst kan u onderaan terugvinden. Ter voorbereiding kan het schema gehanteerd worden. De sociale inhoudingsplicht 1. Heeft de aannemer in kwestie

Nadere informatie

REGELING ARTIKEL 30bis: CONTROLE MEDECONTRACTANT (AANNEMER/ONDER- AANNEMER) OP SOCIALE EN FISCALE SCHULDEN

REGELING ARTIKEL 30bis: CONTROLE MEDECONTRACTANT (AANNEMER/ONDER- AANNEMER) OP SOCIALE EN FISCALE SCHULDEN 21.08.2015 REGELING ARTIKEL 30bis: CONTROLE MEDECONTRACTANT (AANNEMER/ONDER- AANNEMER) OP SOCIALE EN FISCALE SCHULDEN Opdrachtgevers en aannemers hebben de verplichting om te controleren of hun medecontractanten

Nadere informatie

Hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale en fiscale schulden bij werken in onroerende staat uitgebreid naar de opdrachtgever.

Hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale en fiscale schulden bij werken in onroerende staat uitgebreid naar de opdrachtgever. Hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale en fiscale schulden bij werken in onroerende staat uitgebreid naar de opdrachtgever. Mr. Mark Fransen Advocaat mark.fransen@monardlaw.be Op wie is de nieuwe regeling

Nadere informatie

Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bewakingssector

Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bewakingssector Bericht aan de opdrachtgevers en aannemers Bewakingssector Inleiding De bepalingen van de artikelen 402 en 403 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 (hierna: WIB 92) werden gewijzigd door de

Nadere informatie

HET NIEUWE ARTIKEL 30BIS VAN DE WET VAN 27 JUNI 1969 EN DE GEVOLGEN VOOR DE OPDRACHTGEVER. Infosessie VVSG- juni 2008

HET NIEUWE ARTIKEL 30BIS VAN DE WET VAN 27 JUNI 1969 EN DE GEVOLGEN VOOR DE OPDRACHTGEVER. Infosessie VVSG- juni 2008 HET NIEUWE ARTIKEL 30BIS VAN DE WET VAN 27 JUNI 1969 EN DE GEVOLGEN VOOR DE OPDRACHTGEVER Infosessie VVSG- juni 2008 DEFERM Jacques Adviseur PRINCEN Patrick Adviseur Inhoud van deze uiteenzetting I. Waarom

Nadere informatie

INHOUDINGSPLICHT o.a. BIJ WERKEN IN ONROERENDE STAAT

INHOUDINGSPLICHT o.a. BIJ WERKEN IN ONROERENDE STAAT INHOUDINGSPLICHT o.a. BIJ WERKEN IN ONROERENDE STAAT Koppel draait op voor RSZ-schulden schilder: 64.000 euro boete (artikel van 04/07/2011 Livius Portaalsite voor de actieve bouwer en klusser). De Limburgse

Nadere informatie

Hoofdelijke aansprakelijkheid sociale en fiscale schulden en hoofdelijke aansprakelijkheid lonen

Hoofdelijke aansprakelijkheid sociale en fiscale schulden en hoofdelijke aansprakelijkheid lonen Hoofdelijke aansprakelijkheid sociale en fiscale schulden en hoofdelijke aansprakelijkheid lonen 2 belangrijke controlemomenten Afsluiten van onderaannemingscontract Uitbetalen van de facturen Telkens

Nadere informatie

Dit kan je eenvoudig doen door aan ons kantoor een berichtje te sturen. Dank voor de medewerking.

Dit kan je eenvoudig doen door aan ons kantoor een berichtje te sturen. Dank voor de medewerking. HOOFT-JANSSEN-CLARIE & Partners Nieuwsbrief actualiteit Editie 22 jaargang 7 Afgifte kantoor: BRUGGE 1 2 e Afdeling Stationsplein 7 Driemaandelijks Uitgiftedatum: 30/04/2000 Verantwoordelijke uitgever:

Nadere informatie

Zowel op het ogenblik van de gunning van de opdracht, als bij elke betaling zal de aanbestedende overheid de voormelde databank raadplegen.

Zowel op het ogenblik van de gunning van de opdracht, als bij elke betaling zal de aanbestedende overheid de voormelde databank raadplegen. Overheidsopdrachten: hervorming van het systeem van de registratie en van de hoofdelijke aansprakelijkheid voor de sociale en fiscale schulden van de aannemers De registratie van de aannemer op het ogenblik

Nadere informatie

Werken in onroerende staat

Werken in onroerende staat Werken in onroerende staat 30bis RSZ-wet Inhoudingsplicht en hoofdelijke aansprakelijkheid Aangiften van werken (AVW) Aanwezigheidsregistraties (CAW) Check-Limosa 26/10/2017 1 Agenda Art. 30bis Wet 27

Nadere informatie

INHOUDINGSPLICHT o.a. BIJ WERKEN IN ONROERENDE STAAT

INHOUDINGSPLICHT o.a. BIJ WERKEN IN ONROERENDE STAAT INHOUDINGSPLICHT o.a. BIJ WERKEN IN ONROERENDE STAAT Koppel draait op voor RSZ-schulden schilder: 64.000 euro boete (artikel van 04/07/2011 Livius Portaalsite voor de actieve bouwer en klusser). De Limburgse

Nadere informatie

Belangrijkste administratieve formaliteiten bij het uitvoeren van bouwwerken in België door een Nederlandse onderneming met eigen personeel

Belangrijkste administratieve formaliteiten bij het uitvoeren van bouwwerken in België door een Nederlandse onderneming met eigen personeel Belangrijkste administratieve formaliteiten bij het uitvoeren van bouwwerken in België door een Nederlandse onderneming met eigen personeel Wim Bogaert Adviseur Confederatie Bouw Antwerpen Verblijf - nationale

Nadere informatie

INFORMATIEDOSSIER. Voor 20 juli: Indienen BTW aangifte Betaling van de op de aangifte verschuldigde BTW minus de betaalde voorschotten

INFORMATIEDOSSIER. Voor 20 juli: Indienen BTW aangifte Betaling van de op de aangifte verschuldigde BTW minus de betaalde voorschotten INFORMATIEDOSSIER BTW Hoe en wanneer BTW betalen? Btw betalingen dienen altijd te gebeuren op rekeningnummer BTW Brussel 679 2003000 47 (uitzondering: zie bijzondere rekening). Vermeld steeds de gestructureerde

Nadere informatie

BERICHT AAN DE AANNEMERS VAN SOMMIGE WERKEN EN AAN DE OPDRACHTGEVERS

BERICHT AAN DE AANNEMERS VAN SOMMIGE WERKEN EN AAN DE OPDRACHTGEVERS RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID Victor Hortaplein 11 1060 BRUSSEL Tel. 02-509 31 11 Fax 02-509 38 01 Internet : www.rsz.fgov.be IBAN : BE76 6790 0001 9295 BIC

Nadere informatie

Checkinatwork. De aanwezigheidsregistratie bij werken in onroerende staat

Checkinatwork. De aanwezigheidsregistratie bij werken in onroerende staat Checkinatwork De aanwezigheidsregistratie bij werken in onroerende staat Overzicht Wettelijke basis Principes De link met de Aangifte van werken artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 Context, actoren

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZG16/187 BERAADSLAGING NR. 14/031 VAN 6 MEI 2014, GEWIJZIGD OP 6 SEPTEMBER 2016, INZAKE DE TOEGANG TOT DE

Nadere informatie

Extra s. Arbeiders en bedienden van de hotelnijverheid (Horeca) paritair comité 302. Rechtsbronnen. Het begrip extra

Extra s. Arbeiders en bedienden van de hotelnijverheid (Horeca) paritair comité 302. Rechtsbronnen. Het begrip extra Arbeiders en bedienden van de hotelnijverheid (Horeca) paritair comité 302 bijwerking: september 2013 - doc.nr. 204 Extra s Opgelet! Vanaf 1 oktober 2013 zullen belangrijke nieuwigheden van kracht worden

Nadere informatie

Art. 3. Elke belastingplichtige, gehouden tot het indienen

Art. 3. Elke belastingplichtige, gehouden tot het indienen K.B. nr. 10 KONINKLIJK BESLUIT NR. 10 VAN 29 DECEMBER 1992, MET BETREKKING TOT DE UITOEFENINGSMODALITEITEN VAN DE KEUZEN, BEDOELD IN DE ARTIKELEN 15, 5, DERDE LID EN 25TER, 1, TWEEDE LID, 2, TWEEDE LID,

Nadere informatie

Checklist: bouwsector

Checklist: bouwsector Checklist: bouwsector Datum Document Checklist Inleiding Deze checklist is een tool voor de mensen uit de bouwsector en biedt een antwoord op de vraag welke informatie of welke documenten een sociaal inspecteur

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/16/121 BERAADSLAGING NR. 13/088 VAN 3 SEPTEMBER 2013, GEWIJZIGD OP 7 JUNI 2016, MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING

Nadere informatie

BERICHT AAN DE AANNEMERS VAN SOMMIGE WERKEN EN AAN DE OPDRACHTGEVERS

BERICHT AAN DE AANNEMERS VAN SOMMIGE WERKEN EN AAN DE OPDRACHTGEVERS RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID Vict or Hor t aplein 11 1060 BRUSSEL Tel. 02-509 31 11 Fax 02-509 38 01 I nter net : www.rsz.fgov.be IBAN : BE76 6790 0001 9295

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF MAART 2016

NIEUWSBRIEF MAART 2016 NIEUWSBRIEF MAART 2016 1. Rappels Om boetes en rappels te vermijden raden wij u aan om telkens uw factuur tijdig aan ons te betalen. Het toezicht op de tijdigheid van uw betalingen wordt door de verschillende

Nadere informatie

pagina 1 van 5 Beslissing Btw nr. E.T.129.030/3 dd. 02.02.2016 FOD Financiën, 04/02/2016, www.fisconetplus.be Context Belasting over de toegevoegde waarde > 17 - B.T.W. tarieven Algemene Administratie

Nadere informatie

Omzendbrief nr 15. Flashactie in de bouwsector

Omzendbrief nr 15. Flashactie in de bouwsector Omzendbrief nr 15 19.09.2018 Flashactie in de bouwsector In de week van 24 tot en met 30 september zullen de sociaal inspecteurs van de RVA op verschillende plaatsen in ons land voor het eerst een flashcontrole

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/14/070 BERAADSLAGING NR. 14/031 VAN 6 MEI 2014 INZAKE DE TOEGANG TOT DE GEGEVENSBANK AANWEZIGHEIDSREGISTRATIE

Nadere informatie

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN 1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN 1.1 Algemeen veiligheids- en gezondheidsplan Het algemeen veiligheids- en gezondheidsplan wordt opgesteld door de veiligheidscoördinator ontwerp en wordt, voor de aanvang van

Nadere informatie

Platform REI (Renta Electronic Invoice) Specifieke voorwaarden 1

Platform REI (Renta Electronic Invoice) Specifieke voorwaarden 1 Platform REI (Renta Electronic Invoice) Specifieke voorwaarden 1 1. Toepassingsgebied Deze Specifieke voorwaarden zijn van toepassing op (het gebruik van) het REI-platform. Door het gebruik van het REI-platform

Nadere informatie

Gelet op het sectoraal pensioenreglement gevoegd als bijlage bij voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 2006;

Gelet op het sectoraal pensioenreglement gevoegd als bijlage bij voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 2006; SCSZ/07/003 1 BERAADSLAGING NR. 07/005 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE INRICHTER EN DE PENSIOENINSTELLING

Nadere informatie

COMMISSIE / BELGIË. ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 9 november 2006*

COMMISSIE / BELGIË. ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 9 november 2006* COMMISSIE / BELGIË ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 9 november 2006* In zaak C-433/04, betreffende een beroep wegens niet-nakoming krachtens artikel 226 EG, ingesteld op 8 oktober 2004, Commissie van

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur De Wolf Nieuwsbrief www.lawfirmdewolf.com Onderwerp Update nieuwe wetgeving i.v.m. registratie van aannemers Datum 23 mei 2008 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud

Nadere informatie

BTW-REGELS IN DE BOUWSECTOR

BTW-REGELS IN DE BOUWSECTOR BTW-REGELS IN DE BOUWSECTOR JUNI 2011 BTW-REGELS IN DE BOUWSECTOR Uitwerking en verdere informatie: KMO PARTNERS BVBA KMO SERVICE CENTRUM BVBA Wellekensstraat 45, 9300 Aalst Tel.: 053/73 08 41 Fax: 053/80

Nadere informatie

Nr. 197 3 september 2015

Nr. 197 3 september 2015 Nr. 197 3 september 2015 Belgisch Staatsblad Programmawet voorziet nieuwe sociale en fiscale maatregelen In het Belgisch Staatsblad van 18 augustus 2015 verscheen de lang verwachte Programmawet met daarin

Nadere informatie

1. Quick start...5 a. Waarvoor dient de "Unieke werfmelding"?...5 b. Gebruik van de "Unieke werfmelding"...5

1. Quick start...5 a. Waarvoor dient de Unieke werfmelding?...5 b. Gebruik van de Unieke werfmelding...5 1. Quick start...5 a. Waarvoor dient de "Unieke werfmelding"?...5 b. Gebruik van de "Unieke werfmelding"...5 2. Een unieke werfmelding indienen...8 a. U treedt op als aannemer in uw eigen naam?... 10 b.

Nadere informatie

Overheidsopdrachten - betalingsregels

Overheidsopdrachten - betalingsregels 15.01.2015 Overheidsopdrachten - betalingsregels Deze nota probeert de belangrijkste betalingsregels die gelden bij overheidsopdrachten voor werken samen te vatten voor de opdrachten waarvoor een bekendmaking

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZG/15/135 BERAADSLAGING NR 09/004 VAN 13 JANUARI 2009, GEWIJZIGD OP 1 SEPTEMBER 2015, MET BETREKKING TOT DE

Nadere informatie

MEDEDELING. Btw-tarief op onroerende werken aan privéwoningen Wijziging vanaf 01.01.2016 Overgangsmaatregel

MEDEDELING. Btw-tarief op onroerende werken aan privéwoningen Wijziging vanaf 01.01.2016 Overgangsmaatregel MEDEDELING Btw-tarief op onroerende werken aan privéwoningen Wijziging vanaf 01.01.2016 Overgangsmaatregel De ouderdomsvereiste van een woning voor de toepassing van het verlaagd btw-tarief van 6% voor

Nadere informatie

Sectoraal pensioenstelsel

Sectoraal pensioenstelsel Sectoraal pensioenstelsel CAO van 15 maart 2016 gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid betreffende het aanvullend sectoraal pensioenstelsel voor de bedienden van de scheikundige

Nadere informatie

Ligging van de woning

Ligging van de woning Afbraak en heropbouw van gebouwen: wanneer is het verlaagd BTW-tarief van 6 % van toepassing? Inhoudsopgave Ligging van de woning... Afbraak bij de heropbouw van een privéwoning... Komen dus niet in aanmerking

Nadere informatie

Aanvraagformulier voor een subsidie infrastructuurwerken Truiense VZW s 1 voor niet-stedelijke infrastructuur

Aanvraagformulier voor een subsidie infrastructuurwerken Truiense VZW s 1 voor niet-stedelijke infrastructuur Aanvraagformulier voor een subsidie infrastructuurwerken Truiense VZW s 1 voor niet-stedelijke infrastructuur Wanneer kan je een subsidieaanvraag indienen? Uiterlijk tot 1 oktober van het jaar dat voorafgaat

Nadere informatie

Het sociaal statuut der zelfstandigen Publieke mandatarissen

Het sociaal statuut der zelfstandigen Publieke mandatarissen Het sociaal statuut der zelfstandigen Publieke mandatarissen Moderne overheid, kwalitatieve service Met de wet van 13 juli 2005 (B.S. 29 juli 2005, Ed. 2; B.S. 14 september 2005) en het KB van 10 augustus

Nadere informatie

BIJZONDER BESTEK NR. 351

BIJZONDER BESTEK NR. 351 OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN VAN SINT-GILLIS BIJZONDER BESTEK NR. 351 AFWIJKINGEN Zie A, I, 5. VOORWERP VAN DE OPDRACHT. De opdracht betreft de aanpassing van de elektrische installaties

Nadere informatie

6 % btw voor de renovatie van privéwoningen ouder dan 5 jaar

6 % btw voor de renovatie van privéwoningen ouder dan 5 jaar 6 % btw voor de renovatie van privéwoningen ouder dan 5 jaar Federale Overheidsdienst Financiën - 2014 - Deze brochure werd opgesteld door een werkgroep binnen de Federale Overheidsdienst Financiën. Ze

Nadere informatie

a) Aanvullend Sectoraal Pensioenstelsel: het pensioenstelsel dat door deze CAO wordt ingevoerd.

a) Aanvullend Sectoraal Pensioenstelsel: het pensioenstelsel dat door deze CAO wordt ingevoerd. CAO van 5 augustus 2010 gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid tot invoering van een aanvullend sectoraal pensioenstelsel voor de bedienden van de scheikundige

Nadere informatie

Gebruikershandleiding: Aangifte van werken Inhoudstafel

Gebruikershandleiding: Aangifte van werken Inhoudstafel Gebruikershandleiding: Aangifte van werken Inhoudstafel 1. Inleiding 2 2. Toegang 2 2.1. Beveiligde en onbeveiligde modus 2 2.2. Beveiligde toegang 2 3. Verschillen tussen sectoren 2 4. Beveiligde modus

Nadere informatie

2. Beslissing om het stelsel toe te passen

2. Beslissing om het stelsel toe te passen KB NR. 213 - BIJKOMENDE UREN BOUW Als gevolg van het sluiten van het sectoraal akkoord voor 2009 en 2010 in het PC voor het Bouwbedrijf moesten twee wijzigingen door een wet aangebracht worden in de bepalingen

Nadere informatie

Strategisch plan voor de bouwsector. Pistes om de voorwaarden te scheppen voor een gezonde concurrentie

Strategisch plan voor de bouwsector. Pistes om de voorwaarden te scheppen voor een gezonde concurrentie Strategisch plan voor de bouwsector Pistes om de voorwaarden te scheppen voor een gezonde concurrentie Vijf acties moeten tegelijkertijd worden ingevoerd: 1. Versterken van het rechtskader 2. Sensibiliseren

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/187 BERAADSLAGING NR 08/069 VAN 2 DECEMBER 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

De bijzondere btw-aangifte : omschrijving van de roosters

De bijzondere btw-aangifte : omschrijving van de roosters De bijzondere btw-aangifte : omschrijving van de roosters De verplichting tot indiening van een bijzondere btw-aangifte (formulier nr. 629) is opgenomen in artikel 53ter van het Btw-Wetboek. Deze aangifte

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/09/005 BERAADSLAGING NR 09/004 VAN 13 JANUARI 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/09/137 BERAADSLAGING NR 09/075 VAN 1 DECEMBER 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ

Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ Terwijl de sociale verkiezingen dichterbij komen en de meeste procedurestappen die de sociale verkiezingen voorafgaan reeds

Nadere informatie

Kosten eigen aan de werkgever

Kosten eigen aan de werkgever CLAEYS & ENGELS Advocaten Vorstlaan 280 1160 Brussel Tel +32 2 761 46 00 Fax +32 2 761 47 00 Kosten eigen aan de werkgever info@claeysengels.be www.claeysengels.be www.iuslaboris.com De bedragen die aan

Nadere informatie

RSZ bijdragen - betalingsmoeilijkheden

RSZ bijdragen - betalingsmoeilijkheden RSZ bijdragen - betalingsmoeilijkheden Bron : http://www.rsz.fgov.be/nl/werkgevers-en-de-rsz/betalingen#sancties De vier invorderingswegen van de RSZ 1 e weg is de gerechtelijke invordering : dagvaarding

Nadere informatie

Tenslotte dient de werkgever het validatieboek in te vullen. Dit kan elektronisch gebeuren.

Tenslotte dient de werkgever het validatieboek in te vullen. Dit kan elektronisch gebeuren. Kmo-kalender - december 2016 Samengesteld door de studiedienst van Deloitte Fiduciaire Kmo-kalender. Week Datum 1 Administratieve verplichting 2 Bestemming 49 01.12.2016 Tijdelijke werkloosheid Overhandiging

Nadere informatie

Formulier 2015 (Aanvraag loonkosten/kosten voor diensten 2014)

Formulier 2015 (Aanvraag loonkosten/kosten voor diensten 2014) Aanvraagformulier voor tegemoetkoming voor de loonkosten en/of voor de kosten voor diensten voor twee of meerdere artsen die deel uitmaken van een groepering Dit formulier moet opgestuurd worden naar het

Nadere informatie

Tenslotte dient de werkgever het validatieboek in te vullen. Dit kan elektronisch gebeuren.

Tenslotte dient de werkgever het validatieboek in te vullen. Dit kan elektronisch gebeuren. Kmo-kalender - december 2013 Samengesteld door de studiedienst van Deloitte Fiduciaire Kmo-kalender. Week Datum 1 Administratieve verplichting 2 Bestemming 49 02.12.2013 Tijdelijke werkloosheid Overhandiging

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/10/013 BERAADSLAGING NR 10/006 VAN 2 FEBRUARI 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Toegangsbeheer. Inhoud. Inleiding

Toegangsbeheer. Inhoud. Inleiding Toegangsbeheer Inhoud Inleiding... 1 De lokale beheerder... 2 Hoe duidt u een lokale beheerder aan?... 2 De eerste maal aanloggen... 4 Hoe verandert u van lokale beheerder?... 4 Nuttige opties op de welkomstpagina

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZG/17/021 BERAADSLAGING NR. 17/009 VAN 7 FEBRUARI 2017 MET BETREKKING TOT DE ELEKTRONISCHE MEDEDELING VAN

Nadere informatie

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 15 maart 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse.

SCSZ/06/044. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van 15 maart 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse. SCSZ/06/044 1 BERAADSLAGING NR. 06/035 VAN 18 APRIL 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE PENSIOENINSTELLING VAN DE METAALSECTOR,

Nadere informatie

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981)

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981) Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981) Gewijzigd bij : (1) Programmawet van 22 december 2003 (BS 31.12.2003) Gewijzigd bij : (2) Programmawet

Nadere informatie

BETREFT: BRUGPENSIOEN BIJZONDERE WERKGEVERSBIJDRAGEN EN INHOUDINGEN RSZ VANAF 01/04/2010

BETREFT: BRUGPENSIOEN BIJZONDERE WERKGEVERSBIJDRAGEN EN INHOUDINGEN RSZ VANAF 01/04/2010 ONDERRICHTING AAN DE WERKGEVERS 2010-2 BETREFT: BRUGPENSIOEN BIJZONDERE WERKGEVERSBIJDRAGEN EN INHOUDINGEN RSZ VANAF 01/04/2010 Ingevolge het K.B. van 29/03/2010 B.S. 31/03/2010 tot uitvoering van het

Nadere informatie

De Vlaamse Waterweg NV

De Vlaamse Waterweg NV De Vlaamse Waterweg NV Vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking voor aanneming van werken Bestek nr. AAO D ALG 17-37 Offerteformulier Raamovereenkomst: Onderhoudswerken en

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/10/141 BERAADSLAGING NR 10/080 VAN 7 DECEMBER 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

Gebruikershandleiding: Aangifte van werken Inhoudstafel

Gebruikershandleiding: Aangifte van werken Inhoudstafel Gebruikershandleiding: Aangifte van werken Inhoudstafel 1. Inleiding 2 2. Toegang 2 2.1. Beveiligde en onbeveiligde modus 2 2.2. Beveiligde toegang 2 3. Verschillen tussen sectoren 2 4. Beveiligde modus

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/18/032 BERAADSLAGING NR. 14/081 VAN 7 OKTOBER 2014, GEWIJZIGD OP 2 DECEMBER 2014, OP 1 SEPTEMBER 2015 EN

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van de Federale Overheidsdienst Financiën (hierna de FOD Finanaciën) ontvangen op 17/11/2008;

Gelet op de aanvraag van de Federale Overheidsdienst Financiën (hierna de FOD Finanaciën) ontvangen op 17/11/2008; 1/9 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr 03/2010 van 21 januari 2010 Betreft: Beraadslaging betreffende de aanvraag van de FOD Financiën om aan de opdrachtgever of de aannemer

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/023 BERAADSLAGING NR 11/018 VAN 1 MAART 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

CO-PRODUCTIE-OVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN Model artistieke samenwerking

CO-PRODUCTIE-OVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN Model artistieke samenwerking CO-PRODUCTIE-OVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN Model artistieke samenwerking De ondergetekenden: 1 (naam en rechtsvorm) woonplaats: OF waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te ingeschreven in de Kruispuntbank

Nadere informatie

Onlinedienst Inhoudingsplicht (Artikel 30bis en 30ter)

Onlinedienst Inhoudingsplicht (Artikel 30bis en 30ter) Onlinedienst Inhoudingsplicht (Artikel 30bis en 30ter) U heeft de keuze om de onlinedienst Inhoudingsplicht te gebruiken in een beveiligde (A) of in een onbeveiligde (B) modus. Om toegang te krijgen tot

Nadere informatie

WET VAN 29 MAART 1976. betreffende de gezinsbijslag voor zelfstandigen. (B.S. 6 mei 1976)

WET VAN 29 MAART 1976. betreffende de gezinsbijslag voor zelfstandigen. (B.S. 6 mei 1976) WET VAN 29 MAART 1976 betreffende de gezinsbijslag voor zelfstandigen (B.S. 6 mei 1976) Gewijzigd door: - de wet van 17 maart 1993 (B.S. 22 april 1993) ; - de wet van 6 april 1995 (B.S. 26 juli 1995) ;

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING Bestemd voor de Administratie Datum van ontvangst van de aangifte:.. FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

Nadere informatie

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2010 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2...

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in 2010 ... A1 =... B1 251 ... A2 =... B2... Identiteit:.. Repertoriumnummer:.. Ondernemingsnr. of nationaal nr.:. TABEL voor de berekening van de vrijstelling voor bijkomend personeel (artikel 67ter van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992)

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/15/004 BERAADSLAGING NR 06/082 VAN 14 NOVEMBER 2006, GEWIJZIGD OP 13 JANUARI 2015, MET BETREKKING TOT DE

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene Administratie van de Fiscaliteit

Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene Administratie van de Fiscaliteit Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene Administratie van de Fiscaliteit Bestemd voor de Administratie Datum van ontvangst van de aangifte: AANGIFTE VAN DE TAKS OP DE EFFECTENREKENINGEN 1 voor de referentieperiode

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/079 BERAADSLAGING NR 11/048 VAN 5 JULI 2011 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

CO-PRODUCTIEOVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN (Model co-financiering) ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer

CO-PRODUCTIEOVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN (Model co-financiering) ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer CO-PRODUCTIEOVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN (Model co-financiering) De ondergetekenden: 1 (naam en rechtsvorm) woonplaats: OF waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te ingeschreven in de Kruispuntbank

Nadere informatie

De aangifte. H o o f d s t u k I V

De aangifte. H o o f d s t u k I V 91 H o o f d s t u k I V De aangifte 154. De verzekeringsplichtige werkgever moet zich niet enkel inschrijven bij de RSZ: hij moet de RSZ eveneens op de hoogte brengen van elke aanwerving en uitdiensttreding

Nadere informatie

SOCIALE NOTIFICATIE. Toepassing 4 de weg : Gebruikershandleiding Versie 1.4. - 1 4 de weg - transacties 4 de weg.ksz.2008.04

SOCIALE NOTIFICATIE. Toepassing 4 de weg : Gebruikershandleiding Versie 1.4. - 1 4 de weg - transacties 4 de weg.ksz.2008.04 SOCIALE NOTIFICATIE Toepassing 4 de weg : Gebruikershandleiding Versie 1.4-1 Inhoudsopgave 1. ALGEMENE VOORSTELLING... 3 VOORWOORD... 3 TOEGANG TOT DE TOEPASSING 4 DE WEG... 3 2. DE SCHERMEN BERICHT...

Nadere informatie

CO-PRODUCTIEOVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN (Model co-financiering) ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer

CO-PRODUCTIEOVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN (Model co-financiering) ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer CO-PRODUCTIEOVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN (Model co-financiering) De ondergetekenden: 1 (naam en rechtsvorm) woonplaats: OF waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te ingeschreven in de Kruispuntbank

Nadere informatie

1. Kaderovereenkomsten: Eén enkele overeenkomst voor werken bestaande uit tussenkomsten die "op vraag" op verschillende plaatsen uitgevoerd worden.

1. Kaderovereenkomsten: Eén enkele overeenkomst voor werken bestaande uit tussenkomsten die op vraag op verschillende plaatsen uitgevoerd worden. Vragen 1. Kaderovereenkomsten: Eén enkele overeenkomst voor werken bestaande uit tussenkomsten die "op vraag" op verschillende plaatsen uitgevoerd worden. 2. Overeenkomsten van onbepaalde duur Hoe de begin-

Nadere informatie

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt

Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt Overeenkomst tussen advocaat en private cliënt Tussen : Mevrouw Lynn Meeuwissen BTW-nr.: BE 0839 091 075 Kantooradres: Laagland 22 2930 Brasschaat Telefoon: +32 303 72 77 GSM: +32 493 25 45 31 Mail: advocaat@lynnmeeuwissen.be

Nadere informatie

OSR Duurzaam. Uitgangspunten

OSR Duurzaam. Uitgangspunten OSR Duurzaam Uitgangspunten De onderstaande regeling gaat in per 1 januari 2012 en geldt uitsluitend tijdens de kalenderjaren 2012 en 2013. Deze tijdelijke regeling is een aanvulling op de reguliere OSR

Nadere informatie

OFFERTEFORMULIER. AANLEG VAN HET VICTORIA REGIAPARK IN GENTBRUGGE/GENT Besteknummer GD 09/2016. open aanbesteding

OFFERTEFORMULIER. AANLEG VAN HET VICTORIA REGIAPARK IN GENTBRUGGE/GENT Besteknummer GD 09/2016. open aanbesteding AANLEG VAN HET VICTORIA REGIAPARK IN GENTBRUGGE/GENT Besteknummer GD 09/2016 open aanbesteding OFFERTEFORMULIER Belangrijk: dit offerteformulier dient volledig te worden ingevuld.. Het totaalbedrag (excl.

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 19 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 19 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN SCSZ/05/83 1 BERAADSLAGING NR. 05/030 VAN 7 JUNI 2005 M.B.T. DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR HET FONDS VOOR BESTAANSZEKERHEID VAN DE WERKLIEDEN UIT HET BOUWBEDRIJF AAN DE UITBETALINGSINSTELLINGEN

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/10/090 BERAADSLAGING NR 10/053 VAN 6 JULI 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

SECTORAAL PENSIOENSTELSEL. Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2006 tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel

SECTORAAL PENSIOENSTELSEL. Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2006 tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel SECTORAAL PENSIOENSTELSEL Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 april 2006 tot invoering van een sectoraal aanvullend pensioenstelsel Artikel 1 - Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

Gelet op de brief van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 2 oktober 2006;

Gelet op de brief van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 2 oktober 2006; SCSZ/06/142 1 BERAADSLAGING NR 06/078 VAN 17 OKTOBER 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN DE SOCIALE ZEKERHEID AAN DE PENSIOENINSTELLING VAN DE SECTOR VAN

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/064 BERAADSLAGING NR. 08/022 VAN 8 APRIL 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.833 ----------------------------- Zitting van dinsdag 18 december 2012 ---------------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.833 ----------------------------- Zitting van dinsdag 18 december 2012 --------------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.833 ----------------------------- Zitting van dinsdag 18 december 2012 --------------------------------------------------- Hoofdelijke aansprakelijkheid voor loonschulden - Uitvoering

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/14/132 BERAADSLAGING NR. 14/070 VAN 2 SEPTEMBER 2014 INZAKE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie