DEEL 1. PERS EN GERECHT GEHEIM VOORONDERZOEK

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DEEL 1. PERS EN GERECHT GEHEIM VOORONDERZOEK"

Transcriptie

1 DEEL 1. PERS EN GERECHT GEHEIM VOORONDERZOEK A. RELATIE JUSTITIE MEDIA TIJDENS HET VOORONDERZOEK IN STRAFZAKEN 1. INLEIDING 1.1 Gespannen relatie tussen media en justitie Publieke opinieonderzoeken Reeds in 2002, 2007 en 2010 zijn er drie publieke opinie onderzoeken geweest om na te gaan hoe de Belgische bevolking staat tegenover justitie en media. 2002: 41% heeft vertrouwen in justitie 40;8% heeft vertrouwen in media Ong. 70% vindt de informatie over het justitieapparaat te weinig 2007: 66% heeft vertrouwen in justitie 47 % heeft vertrouwen in de media Ong 73% vindt de informatie over het justitieapparaat onvoldoende Toegenomen vertrouwen 2010: 61% heeft vertrouwen in justitie 51% heeft vertrouwen in de media 75% vindt de informatie over het justitieapparaat onvoldoende Afgenomen vertrouwen in justitie, vertrouwen in media neemt gestaag toe Kritieken van justitie op de media en omgekeerd - Te veel lekken - Basisprincipes en basisregels worden geschonden (bv. Recht op privacy) - Feitelijke onnauwkeurigheden - Foutieve berichtgeving Kritieken van media op justitie - Gebrekkige informatie over de fase van het vooronderzoek in strafzaken - Bepaalde gerechtelijke acties inzake fundamentalisten - Tegenstrijdige rechtspraak 1.2. Taken media en justitie a) Media: - vrijheid van meningsuiting nastreven - Journalistieke waarheid nastreven - Beogen informatie bekend te maken b) Justitie: - Individuele rechten en vrijheden beschermen 1

2 - Juridische waarheid nastreven - Beogen informatie discreet te behandelen en geheim te houden 1.3. Kenmerken justitie Structuur Media: richt zich op actuele zaken. Op korte en fragmentarische wijze overgaan op berichtgeving. Vereenvoudigen vaak gegevens. Justitie: eigen strafrechtelijke en strafrechtprocedurele regels = complex. Werkt trager Organisatie Media: pluralisme Justitie: Hiërarchisch georganiseerd geheel Beleidsmatig Justitie: Een hele resem vooronderzoeken Media: zoomt vnl in op strafzaken en niet op burgerlijke zaken. Ook ligt de nadruk vaak op het vooronderzoek Tendensen/ontwikkelingen die deze relatie hebben beïnvloed 1. Jaren 90: roep naar meer openheid en transparantie van het publiek. Gerealiseerd door de Wet Franchimont. Maar ondanks deze inspanningen (zie punt 1.1) is de meerderheid toch van oordeel dat de communicatie onvoldoende is. 2. Media: de toestanden worden vaak gehekeld in de media, bv de grote achterstand 3. Tegenstrijdige rechtspraak over drukpers en censuur -> doorn in het oog van de media / Tegenstrijdige rechtspraak Art. 25 GW: getrapte aansprakelijkheid in zaken van de drukpers -> doorn in het oog van de media 4. Opkomende nieuwe communicatietechnieken: er worden steeds meer foto s gebruikt en dit prikkelt de openbare opinie. Hier speelt de media op in. - Internet: kranten kunnen online geraadpleegd worden. - Burger treedt steeds vaker op de voorgrond en neemt vaker het woord. Ook de nietbetrokken burgers treden vaker op, bv. Via facebook. - Klokkenluiders 2. ALGEMEEN 2.1. Definitie geheim karakter van het vooronderzoek in strafzaken Er is geen definitie van terug te vinden in de wetgeving. Doctrine heeft wel geprobeerd dit te definiëren. = informatie die eigen is aan het onderzoek mag niet worden bekendgemaakt door de geheimhouders aan derden en procespartijen. a) Interne geheim karakter: geheimhouding tav procespartijen b) Externe geheim karakter: geheimhouding tav derden en publieke opinie 2

3 2.2. Accusatoir - inquisitoir a) Accusatoir procesmodel: nadruk ligt op onderzoek ter terechtzitting / Kenmerk: openbare strafprocedure b) Inquisitoir procesmodel: nadruk ligt op vooronderzoek / Kenmerk: geheime strafprocedure Belgie: heeft een gemengde strafprocedure. Het vooronderzoek wordt inquisitoir van aard beschouwd, want de nadruk ligt hier op het geheime karakter. Het onderzoek ter terechtzitting wordt als accusatoir beschouwd want hier ligt het accent op het openbare karakter, de tegensprekelijkheid en het schriftelijke karakter. 3. DOELSTELLINGEN EXTERNE KARAKTER GEHEIM VOORONDERZOEK IN STRAFZAKEN 1.Private Belangen. Deze zijn terug te vinden in rechtspraak. In 1913 heeft Hof van Cassatie dit als algemeen beginsel bestempeld. Vermoeden van onschuld. Art. 6.2 EVRM - Procedurele zin: blijken van vooringenomenheid door de rechter - Ruime zin: perceptie door het publiek en de publieke opinie - Een schending van het geheim karakter leidt bijna automatisch tot een schending van het vermoeden van onschuld in ruime zin, niet automatisch in procedurele zin. Dit blijkt uit de praktijk. Recht op bescherming van persoonlijke levenssfeer Art. 8 EVRM - Een schending van het geheim leidt niet altijd tot een schending van de goede naam. 2. Openbare belangen Beschermen rechterlijke onpartijdigheid en onafhankelijkheid, art. 6.1 EVRM: de media kan de goede werking van het gerechtelijk apparaat belemmeren. Zo kunnen burgers afgeschrikt worden om zich bv. burgerlijke partij te stellen. Maar andere mening is dat de rechterlijke partijdigheid kan juist een argument zijn voor meer publiciteit omdat media een externe controle kan zijn. Ook hier zijn evenveel argumenten pro als contra terug te vinden. Materiële waarheidsvinding (Criminogene aspecten van publiciteit: Publiciteit kan anderen aanzetten tot het plegen van strafrechtelijk bedrag. Maar andere onderzoeken spreken dit juist tegen en zeggen dat het juist de agressiviteit kan intomen bij anderen.) (Bescherming doelmatigheid: Naar aanleiding van publiciteit kunnen bv. daders ertoe aangezet worden om getuigen onder druk te zetten. Maar publiciteit kan ook een positief effect hebben, bv door het verspreiden van robotfoto s. In de 3

4 doctrine vallen dus zowel argumenten pro en contra terug te vinden.) Bv Claeys t. België en Pandy t. België Deze twee groepen van belangen leiden tot conflicterende rechtsbelangen! Recht op onafhankelijkheid en onpartijdigheid <-> vrije meningsuiting art. 10 Recht op onpartijdige rechter Publiciteit via de media maakt controle op de rechterlijke macht mogelijk Absoluut geheim van het vooronderzoek is niet mogelijk 4. RELEVANTE RECHTSPRAAK EHRM EN OMVANG BESCHERMING GEHEIME (OF VERTROUWELIJKE) INFORMATIE: onderscheid tussen 2 stromingen in de rs 4.1 Berichtgeving over het geheim vooronderzoek Artikel 10 EVRM= eenieder heeft recht op vrijheid van meningsuiting Maar! Poyraz- Turkije: tijdens het vooronderzoek in strafzaken geldt een bijzondere waakzaamheid (terughoudendheid en discretie) van de publieke functionarissen 4.2 Art. 6 EVRM: onpartijdigheid van de rechterlijke macht en vermoeden van onschuld Art. 6.1 EVRM bij het bepalen van de gegrondheid van een tegen hem ingestelde vervolging heeft eenieder recht op de behandeling van zijn zaak door een onafhankelijke en onpartijdig gerecht: - Veel internationale rechtspraak over verklaring van de rechter die wordt geuit voorafgaand aan een beslissing ten gronde die een ongunstige beoordeling laten doorschijnen, dit is een schending van artikel 6.1 EVRM. Bv Buscemi t. Italië - Begrip vervolging: autonoom begrip - Op basis van de volledige strafprocedure Art. 6.2 EVRM vermoeden van onschuld = eenieder die wegens een strafbaar feit wordt vervolgd, wordt voor onschuldig gehouden totdat zijn schuld volgens de wet wordt bewezen - Toepassing Rationae personae: Initieel zei de Europese commissie dat enkel de rechter die over de zaak ten gronde moet beslissen hiertoe gehouden was.) Dit is verruimd naar ook bv. Politie-ambtenaren en openbare ministeries e.d. ((Petra Krause t. Zwitserland) Rechtspraak EHRM: Alle publieke autoriteiten moeten vermoeden van onschuld respecteren. ( Altenet de Ribermont t. Frankrijk) - Toepassing Rationae materiae: Veel rechtspraak: Verklaringen die de schuld van de verdachte als een vaststaand gegeven invullen of minstens van aard 4

5 zijn het publiek ertoe aan te zetten geloof te hechten aan de schuld van de verdachte schenden artikel 6.2 EVRM bv. Pandy t.belgië 4.3 Art. 8 EVRM bescherming persoonlijke levenssfeer Rechtspraak richt zich naar handelingen van publieke autoriteiten. Maar de hoeveelheid van deze rechtspraak is minder uitgebreid (3 zaken: Sciacca t. Italië, Toma t. Roemenië, Gurgenidze t. Georgië)). Meestal zijn de staten wel veroordeeld in deze processen (België niet). Art. 8.1 EVRM Principe Art. 8.2 EVRM uitzondering onder drie voorwaarden Wettige basis Wettige doelstelling Noodzaak in democratische samenleving 5. WETTELIJKE BELGISCHE REGELING INZAKE DE GEHEIMHOUDING: WET FRANCHIMONT Aanvankelijk was het geheim van het vooronderzoek niet opgenomen in een wet. De doctrine steunde echter op twee wetsbepalingen :458 Sw en 125 KB tarief strafzaken. Door de wet Franchimont is hier verandering in gekomen doordat het dit geheim nu wettelijk verankerd heeft. Kleine wet Franchimont 12 maart 1998 (in werking 2 oktober 1998) : het principe van het geheimkarakter is nu opgenomen in de wet. 28 quinquies, 1 en 57, 1 SW. Beide bepalingen hebben hetzelfde idee: eenieder die beroepshalve zijn medewerking dient te verlenen aan het opsporingsonderzoek/gerechtelijk onderzoek is tot geheimhouding verplicht 6. WIE IS TOT GEHEIMGEHOUDING VERPLICHT Alle personen die op basis van hun professionele activiteiten kennis hebben van het onderzoek. Dit is een zeer ruim begrip: magistraten, deskundigen, politie-ambtenaren, (medewerkers van) griffiers, administratief personeel, gerechtsdeurwaarders, deskundigen, stagiairs 6.1 Magistraten Er is een onderscheid tussen informatie binnen het onderzoek en tussen verschillende onderzoeken. Tussen verschillende onderzoeken (dossier A, B,..) mag geen informatie worden uitgeleend en dus ook niet aan derden. (cassatie 2005) 5

6 6.2 Politie-ambtenaren Er is een onderscheid tussen informatie binnen het onderzoek en tussen verschillende onderzoeken. Tussen verschillende onderzoeken (dossier A, B,..) : principe van geheimhoudingsplicht: er mag geen informatie worden uitgeleend tussen verschillende politieambtenaren en dus ook niet aan derden. (Cassatie 2005) Politieambtenaar die meewerkt aan zaak a (vooronderzoek), maar verdachte (niet in functie) is in vooronderzoek b. Hij mag geen informatie uit zaak a aanwenden in de zaak b. Uitzondering: aanwenden rechten van de verdediging, maar dit kan slechts onder voorwaarden o.a. toestemmingsvereiste. Onderzoek ter terechtzitting: Politieambtenaar die verdachte is in zaak b wil beroep doen op informatie uit zaak a. Ook hier zijn vereisten voor informatie a decharge, o.a. toestemmingsvereiste Art. 35 wet op het politieambt: bevestiging geheim vooronderzoek/beroepsgeheim Dit houdt een drieledig verbod in in hoofde van ambtenaren van de bestuurlijke of gerechtelijke politie tav aangehouden personen, gevangen personen en opgehouden personen. Opmerking: een aangehouden persoon is een verdachte die door de politie van zijn vrijheid is ontnomen. Een gevange is een persoon die gedwongen vastzit in de gevangenis of in voorarrest zit. Opmerking: tav de slachtoffers is er geen sluitende rechtsbescherming 1. Art. 35,1 ste lid: Algemeen verbod: buiten noodzaak blootstellen aan publieke nieuwsgierigheid is verboden Er zijn twee doctrines die het begrip noodzaak een andere interpretatie geven: Enge interpretatie = situaties waarin blootstelling werkelijk noodzakelijk is voor het volbrengen van de politietaken. Ruime interpretatie steunt op invulling concept noodzaak door EHRM: situaties waarin er een dwingende sociale behoefte is tot het stellen van handelingen waardoor betrokkenen worden blootgesteld aan publieke nieuwsgierigheid 2. Art. 35,2 de lid: Specifiek verbod: het is verboden om voormelde personen te onderwerpen aan vragen van journalisten en derden zonder instemming Art. 35, 2d lid: Verboden om beeldopnames te maken of te laten maken tenzij deze bedoeld zijn voor gerechtelijke identificatie van de betrokken persoon. of andere door de gerechtelijke instantie vastgestelde doeleinden laten maken : dus verbod op passieve handeling Inspanningsverbintenis: door het gebruik van telelenzen is het soms moeilijk om te verhinderen dat foto s gemaakt worden. Het verbod moet dus gerelativeerd worden. 6

7 3. Art. 35,3 de lid: verbod om de identificatie van de betrokken persoon bekend te maken tenzij bij bevoegdheid van de betrokken gerechtelijke instantie. Het tweede en derde lid van artikel 35 zijn eerder van specifieke aard en verfijnen dan ook eerder de algemene verbodsbepaling. 7. UITZONDERING: GERECHTELIJKE INFORMATIEVERSTEKKING O.B.V.. ART. 28 QUINQUIES, 3, 57 3 SV. EN OMZENDBRIEF 30/04/1999 (INFOZONE.BE afdrukken!) Dit zijn uitzonderingen op art. 28 quinquies 1 en 57 1 Sv! Op basis hiervan kan men een gerechtelijk communicatiebeleid voeren. Voorheen was er communicatie obv omzendbrieven (1953, 1956 en 1984). Reeds voor de wet Franchimont was er dus een praktijk van omzendbrieven, ondanks het ontbreken van een wettelijk basis. Het was dus een praktijk contra legem. Het was wachten tot de wet van Franchimont voor een wettelijke opwaardering van het principe. Deze werden verduidelijkt door de omzendbrief van Artikel 28 quinquies, 3 Sv: De Pdk kan, indien het openbaar belang het vereist, aan de pers gegevens verstrekken. Hij waakt voor de inachtneming van het vermoeden van onschuld, de rechten van verdediging van de verdachte, het slachtoffer en derden, het privé leven en de waardigheid van personen. Voor zover als mogelijk wordt de identiteit van de in het dossier genoemde personen niet vrijgegeven. Artikel 57 3 Sv.: De Pdk kan, met instemming van de onderzoeksrechter en indien het openbaar belang het vereist, aan de pers gegevens verstrekken. Hij waakt voor de inachtneming van het vermoeden van onschuld, de rechten van verdediging van de verdachte, het slachtoffer en derden, het privé leven en de waardigheid van personen. Maar toen de Wet Franchimont er kwam bleken er toch problemen: Politiediensten weigeren informatie te verstrekken Restrinctieve interpretatie van beperkende modaliteiten in art. 28 quinquies, 3 en 57 3 Sv. door parketmagistraten Er werd een oplossing gevonden in een nieuwe omzendbrief van 30 april Dit was een gezamenlijke omzendbrief van de minister van justitie & college van procureurs-generaal en is in werking getreden op 15 mei Het was de bedoeling dat er een wetsevaluatie zou plaatsvinden van de omzendbrief na een termijn van 2 jaren, maar dit is nog steeds niet gebeurd en er is ook geen sprake van dat dit zou gebeuren in de nabije toekomst. Twee jaar 7

8 zou eigenlijk te vroeg geweest zijn. Uit de praktijk blijkt dat het best is om pas na 7 à 10 jaar een wetsevaluatie door te voeren. A. Persvoorlichting (wie kan gegevens melden aan de pers) *In de wet staat dat de persvoorlichting gebeurt door de Procureur des Koning, met instemming van de onderzoeksrechter in gerechtelijke onderzoek. De voorlichting gebeurt dus niet door de onderzoeksrechter zelf. *In de omzendbrief staat. 1. de procureur des konings moet zelf zijn bevoegdheid nagaan (bevoegdheidsproblematiek) Gaat het wel over de fase van de vooronderzoek? Gaat het wel over mijn arrondissement? 2. Instemming onderzoeksrechter strekt zich uit tot de mededeling in het algemeen Instemming kan zowel schriftelijk als mondeling In het OR staat geen vereiste tot motivering van weigering onderzoeksrechter In de OR staat geen verduidelijking over de interpretatie van het stilzwijgen van de onderzoeksrechter (duidelijke lacune) 3. PDK kan delegeren aan één of meerdere (eerste) substituten Permanente aanwijzing: één persoon neemt de rol als perswoordvoerder op zich Specifieke aanwijzing (= delegatie). Een specifieke machtiging voor zware dossiers - Parketmagistraat met nacht- of weekenddienst - Parketmagistraat met complex dossier 4. PDK kan delegeren aan politie (kan iemand van het burgerlijk personeel zijn): onderscheid permanente en specifieke delegatie Aanduiding personeelslid politie door korpschef, in overleg met PDK: 1. Zaken die het voorwerp uitmaken van gespecialiseerde opdrachten van gerechtelijke politie en zedenmisdrijven - Geen permanente delegatie - Specifieke delegatie mogelijk 2. Zaken die niet het voorwerp uitmaken van gespecialiseerde opdrachten van gerechtelijke politie (zaken met minder ernstig karakter) - Permanente delegatie mogelijk 3. Feiten die niet gebeurd zijn - Niet op eigen initiatief pers waarschuwen 8

9 - Geen info verstrekken die niet algemeen door het publiek kan worden vastgesteld. (dus wel: tijdstip waarop het gebeurd is) - Manifest foutieve insinuaties mogen worden ontkend B. Beperkende modaliteiten (je mag niet alles vertellen aan de pers, moet rekening houden met:) 1. Openbaar belang: infostrekking moet steeds beoordeeld worden in functie van het algemeen belang) Wet: dit valt uiteen in twee deelaspecten *Informatiebehoefte publiek *Noodwendigheden onderzoek Omzendbrief: heeft het over het algemeen belang maar beoogt dezelfde twee aspecten *Het algemeen belang moet een resultante zijn van een afweging van de belangen van een behoorlijke rechtsbedeling en de belangen van een goede informatiedoorstroming 2. Verbod tot vrijgeven identiteitsgegevens Wet: niet absoluut ( voor zover mogelijk ). De anonimiteit kan niet altijd worden gegarandeerd, zeker niet wanneer de personen een belangrijke maatschappelijke functie hebben of gekend zijn bij een breed publiek) Omzendbrief in de mate van het mogelijke (hier staat verdere concretisering in die niet in de wet staat) 1. Ten aanzien van in strafdossiers betrokken personen - Geslacht, leeftijd en woonplaats - Df. Etnische herkomst, nationaliteit en seksuele geaardheid kunnen vermeld worden indien relevant - Het is ook aangewezen steeds te vermelden dat de personen slechts verdacht worden omwille van het vermoeden van onschuld 2. Ten aanzien van slachtoffers (bv over de aard van hun verwondingen) - Geen details die hen secundair kunnen victimiseren - In de mate van het mogelijk over waken dat zij hen aanbelangende, gevoelige feiten niet eerst via de pers vernemen - Pers vragen hun identiteit niet vrij te geven totdat rechtstreekse familie op de hoogte is 3. Andere beperkende modaliteiten (= particuliere belangen) Wet: 1. Vermoeden van onschuld, 2. Bescherming privéleven, 3. Waardigheid van personen, 4. Rechten van verdediging Omzendbrief: accent ligt op vermoeden van onschuld 9

10 - Belang terminologie: vb tijdens vooronderzoek mag nog niet spreken van dader, wel van verdachte - Vermelden dat verdachte feiten ontkent/verschonings- of rechtvaardigingsgrond inroept C. Wijze van informatieverstrekking volgens omzendbrief impliceert verder 1. Objectieve en correcte voorlichting, dwz zo volledig mogelijke berichtgeving en geen persoonlijke oordeelsvorming Rekening houden met specifciteiten medium (= rekening houden met de deadlines van de media) Rekening houden met wettelijke vereisten Er mag echter nooit aan public relations gedaan worden 2. Actieve/passieve informatiestrekking A. Actief (op initiatief woordvoerder) 1. Regelmatige persbriefings 2. Bij strikte beroering van publieke opinie door strafrechtelijk feit of indien aangewezen publiek te informeren over het gevoerde beleid 3.Rechtzetten foutieve info 4. Meedelen niet-vervolging of buitenvervolgingstelling bij uitvoerige berichtgeving B Passief (op initiatief media): kan zowel gaan om 1. Bevestigen/ontkennen info 2. Verstrekken bijkomende info 3. Communicatietechnieken (duidelijkheid bieden over communicatietechniek) On the record : woordvoerder mag worden geciteerd als bron Off the record : Woordvoerder mag worden gebruikt, maar niet worden geciteerd als bron Background informatie: beogen referentiekader journalist te vergroten vb. duiding juridische begrippen, verloop van onderzoek. Inlichtingen die op geen enkele manier door de journalist mogen worden gepubliceerd, ze hebben enkel tot doel dienst inzicht te vergroten Embargo: afspraak tot het uitstellen van het verspreiden van informatie reeds door de media verzameld = gezamenlijke afspraak tussen pers en gerecht, meestal duurt een embargo kort, mn. 12 à 24 maandag - Tav journalist met exclusieve info/collectief (groep) - In omzendbrief staat geen verdere verduidelijking over de omstandigheden of de duur Informatiestop/blackout: eenzijdige beslissing woordvoerder tot stopzetten informatieverstrekking aan de media 10

11 - In omzendbrief staat geen verdere verduidelijking over de omstandigheden of de duur De formele erkenning van deze technieken is een van de belangrijkste realisaties van de richtlijn volgens Deltour. Het gaat feitelijk om een revolutie in het licht van de klassieke opvattingen over het geheim van het onderzoek 4. Middel tot informatieverstrekking Mondeling, schriftelijk of elektronisch Rekening houden met specificiteiten medium bv. Audiovisueel medium: dan beeld en klankopname vereist 5. Bestemmingen van info parket/ politie: pers Beroepsjournalisten= De informatie wordt in principe uitsluitend verstrekt aan beroepsjournalisten erkend door de bevoegde Erkenningscommissie krachten de voorwaarden opgenomen in de wet van 30 december 1963 alsmede aan journalistenstagiairs erkend door de AVBB, erkende beroepsunie (wet 30 december 1963): dit is een bepaling opgenomen voor betere kwaliteitsbewaking van de informatiestroom. Zij hebben nl. een behoorlijk arbeidsstatuut waardoor zij een minimum aan onafhankelijk hebben en respect voor de deontologische normen van het vak aan de dag kunnen leggen. o Parketmededelingen worden enkel aan beroepsjournalisten (en AVBB -stagiairs verstrekt o Politiewoordvoerders die zware zaken behandelen mogen eveneen slechts met beroepsjournalisten (en AVBB-stagiairs) spreken Uitzondering: niet-beroepsjournalisten die niet verbonden zijn aan een medium: zaken die niet het voorwerp uitmaken van gespecialiseerde opdrachten van gerechtelijke politie = politiewoordvoerders die informeren over verkeerszaken of kleine criminaliteit + de politieman die ten velde gegevens van algemene bekendheid verstrekt vlak nadat zich een incident heeft voorgedaan mag ook aan nietberoepsjournalisten info verstrekken Journalisten of beroepsjournalisten mogen nooit het monopolie op de persvrijheid krijgen, maar ze zitten wel in de vuurlinie van het recht op informatie. 8. RECHTSBESCHERMING 8.1 Strafprocesrecht 1. Straftoemeting? In de rechtspraak nog geen sporen terug te vinden. Dus er is geen strafvermindering bij toemeting van de straf omwille van publiciteit. 2. Consequenties ten aanzien van de strafzaak 11

12 Miskenning vermoeden van onschuld Miskenning geheim karakter vooronderzoek - Art. 28 quinquies, 1 en 57 1 Sv.: geen specifieke sanctionering - Nietigheid? Aangezien dit niet voorzien is, moet de nietigheid van de handelingen afzonderlijk aangevraagd worden Art. 458 Sw.: geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroep kennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd en deze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen worden om in rechte of voor een parlementaire onderzoekscommissie getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet hen verplicht die geheimen bekend te maken worden gestraft met gevangenisstraf van8d tot 6m én met geldboeten van 100 fr tot 500fr. Dus ook journalisten vallen hieronder - Vervolging schending geheim karakter vooronderzoek obstakels 12

13 B. RELATIE ADVOCAAT MEDIA TIJDENS HET VOORONDERZOEK IN STRAFZAKEN Is de advocaat gehouden tot het geheim vooronderzoek, art. 28 quinquies 1 en 57 1 Sv? De advocaat is niet beroepshalve gebonden aan het opsporings- of gerechtelijk onderzoek. Dus die is niet gehouden tot het geheim van het vooronderzoek. Maar de advocaat is gehouden aan zijn beroepsgeheim, art. 458 Sw. Wet Franchimont Ten tijde toen de wet Franchimont werd besproken was men niet zeker of deze uitzondering in de wet moest komen. Dit is wel gebeurd en dat is goed omwille van het principe van wapengelijkheid. Zo wordt duidelijk het signaal gegeven dat advocaten de mogelijkheid hebben om informatie te geven onder de beperkende modaliteiten. Ook het perspectief van het recht van verdediging pleit voor deze opname in het Sv. Het is niet de bedoeling dat de advocaat monddood wordt gemaakt. 1. ARTIKEL 28 QUINQUIES, 4 EN 57, 4 SV. Er is wel een mogelijkheid voorzien waarin de advocaat toch informatie kan verstrekken aan de media. Deze artikelen zijn geen uitzondering op art. art. 28 quinquies 1 en 57 1 Sv, maar zijn een uitzondering op art. 458 Sw.!! 1.1 Persvoorlichting door advocatuur Afwijking ten beroepsgeheim en niet tav geheim vooronderzoek vervat in 1 Instemming onderzoeksrechter is niet vereist terwijl de PdK deze instemming wel nodig heeft. Dit kan leiden tot eenzijdige berichtgeving. Het kan gebeuren dat de Pdk geen instemming krijgt, maar de advocaat kan natuurlijk wel praten Beperkende modaliteiten (waar de advocaat mee moet rekening houden) Principe: belang cliënt - Maar er moet een afweging gebeuren ten aanzien van andere belangen - Moet de cliënt zijn toestemming geven? Het wetboek van Strafvordering vereist deze toestemming niet. Maar de advocaat moet wel steeds binnen het mandaat optreden. Bovendien moet de advocaat zijn deontologische plichten ter zake naleven: reglement OVB: reglement die de relatie tussen advocaat en media nader omschrijft. Uit de reglementen blijkt dat er wel degelijk een toestemming van de cliënt is vereist om over te kunnen gaan tot informatieverstrekking aan de media. Andere beperkende modaliteiten - Principieel verbod tot vrijgeven identiteitsgegevens ( voor zover mogelijk ): dit is een inspanningsverbintenis 13

14 - Vier andere belangrijke beperkende modaliteiten: vermoeden van onschuld, bescherming privéleven, waardigheid van personen, rechten van verdediging - Regels van het beroep :advocaat met ook rekening houden met zijn eigen beroepsethiek, zijn deontologische verplichtingen. Tijdens de parlementaire bespreking van de wet Franchimont is de verwijzing naar deze regels een discussie geweest. Men heeft het toch opgenomen omdat het belangrijk is dat de stafhouder nog steeds de mogelijkheid moet hebben om tussen te komen wanneer de advocaat misbruiken pleegt. Zo is de interventiemogelijkheid van de stafhouder wettelijk verankerd. 2. REGLEMENT OVB: ADVOCAAT EN MEDIA 4 juni 2003 (afdrukken!) Deze deontologische regels moeten geïnterpreteerd worden in het licht van de hierboven besproken wetsartikelen (hiërarchie der normen) ik ben advocaat reglementen 4 juni Vóór het reglement Orde Vlaamse Balie Een aantal balies hanteren eigen reglement. Maar probleem: grenzen persvoorlichting door advocatuur vervagen. Moeilijkheden in het proces Van Noppen. Die moeilijkheden hebben geleid tot het aannemen van het reglement. Er is ook een reglement van de Orde Franstalige en Duitstalige Balie. Het is interessant om deze twee reglementen te vergelijken. 2.2 Algemene regels van het beroep 1. De advocaat mag, rekening houdend met het reglement op de publiciteit in alle omstandigheden, ook in de media, publiek gebruikmaken van zijn titel en van zijn recht op vrije meningsuiting. 2. De advocaat moet hierbij de principes van waardigheid, rechtschapenheid en kiesheid respecteren 3. Er wordt gewezen op de bijzondere hoedanigheid van advocaat 4. De advocaat moet erop toezien dat hij niet overkomt als een partij of getuige of de indruk geeft dat hij zou spreken voor derden door wie hij niet is gemandateerd. 5. De advocaat moet de regels van de confraterniteit respecteren, correcte informatie verschaffen en de informatie op een serene wijze toelichten. Op dit vlak is er een parallel met de ROFD. 6. Eigen verantwoordelijkheid voor mediastatements - Medewerking aan geschreven pers: de advocaat moet voorafgaand kennisnemen van de te publiceren tekst. Dit is een resultaatsverbintenis. 14

15 Want er wordt verwacht dat de advocaat voor de publicatie van de tekst kennis neemt van de tekst. - Cf. medewerking aan andere media (bv audiovisueel). Dit is een inspanningsverbintenis: advocaat moet voldoende inspanningen leveren om zijn mededeling te controleren. Bv. Dat hij op voorhand de vragen krijgt van een interview en hier al over kan nadenken. - Wanneer de advocaat hier niet aan voldoet, riskeert hij aansprakelijkheid. De immuniteit van het pleidooi geldt hier niet. - Twee kritieken op het onderscheid van beide media : 1. er is een vertraging van de gerechtsverslaggeving.2. In de praktijk blijkt ook dat de eindredactie vaak nog correcties aanbrengt, na goedkeuring van de advocaat. - RODF: liberale versie. Het gaat daar steeds om een inspanningsverbintenis en is dus milder. 7. Togaverbod: verbod voor advocaat om toga buiten de rechtbank te dragen - Dubbel doel: 1. afkoelingsperiode voor de advocaat na alle emoties in de rechtszaal zodat zijn uitlatingen die hij geeft aan media objectief en gematigd zijn. 2. De advocaat wordt ook minder aantrekkelijk gemaakt omdat men het idee heeft dat een advocaat in toga meer tot de verbeelding spreekt en de media dus ook aanlokkelijker maakt. - Kritiek: discriminatie geschreven pers en audiovisuele media. Het togaverbod is gericht op de audiovisuele media. Maar deze kritiek moet genuanceerd worden: langs de andere kant wordt de audiovisuele media bevoordeeld omdat er voor hen slechts een inspanningsverbintenis is. - ROFD: geen enkel togaverbod opgenomen 2.3. Regels van het beroep bij het optreden als raadsman 1. De advocaat dient te waken over de naleving van zijn beroepsgeheim en de confidentialiteit van mededelingen 2. De advocaat moet de toestemming van de cliënt bekomen om publieke mededelingen te doen - Deze mededelingen moeten vertrekken vanuit de bekommernis voor de belangen van de cliënt en het dienen van een rechtvaardige zaak. - De advocaat waakt over het in acht nemen van het vermoeden van onschuld, het privéleven, de waardigheid, de rechten van verdediging en de regels van het beroep. - Schriftelijke toestemming aangewezen: omwille van de rechtszekerheid 15

16 - ROFD: ook vereiste toestemming van de cliënt, maar er wordt niet verwezen naar vermoeden van onschuld, privacy, waardigheid, rechten van de verdediging (= de andere rechtsbelangen) 3. Zorgvuldig optreden: de tussenkomst van de advocaat dient te getuigen van zorgvuldigheid ook met betrekking tot de gerechtvaardigde belangen van derden, die niet onnodig grievend mogen worden bejegend, zijn tussenkomst dien te gebeuren met middelen die niet sluiks of anoniem zijn en rechtens geoorloofd. Geen foutieve informatie Geen beledigende informatie 4. Geen trial by media: de advocaat moet er zich van onthouden het proces in de media te voeren - ROFD: identieke bepaling 5. De advocaat moet, indien mogelijk, vooraf de stafhouder raadplegen, zijn standpunt inwinnen en zijn richtlijnen opvolgen. Dit is geen absolute verplichting, maar een inspanningsverbintenis. - Kritiek: dit kan tot een preventieve censuur leiden. - Kritiek: de stafhouder kan in een nadelige positie geplaatst worden indien hij bv door een advocaat wordt gecontacteerd en toestemming geeft, maar nadien geconfronteerd wordt met de initiëring van de tuchtvervolging. - ROFD: analoge bepaling. Voor zover mogelijk de stafhouder verwittigen alvorens informatie te verstrekken. Wat in de ROFD staat, maar niet in de ROVB: Vangnetclausule: bepaling die de advocaat toelaat een afwijking te vragen van de bepalingen van het reglement aan de stafhouder, omdat hij meent dat de toepassing strijdig is met de principes van de wapengelijkheid of de principe van het recht van verdediging Conclusie: Vergelijken met reglement Orde Franstalige en Duitse Balie (17/05/2004) Reglement Duitse en Franstalige balie geeft net iets meer mogelijkheden aan de advocaat om informatie te geven aan de media: - Geen togaverbod - Algemene inspanningsverbintenis tav geschreven pers en andere media. - Vangnetclausule 3. RECHTSBESCHERMING 3.1. Strafrecht Artikel 458 Sw.: sanctionering niet-naleving beroepsgeheim. Bv indien hij informatie verstrekt aan de pers die niet strookt met zijn belangen van de cliënt. Bv indien de advocaat beperkende modaliteiten niet respecteert. 16

17 Artikel 460 ter Sw. - Elk gebruik door de inverdenkinggestelde of de burgerlijke partij van door de inzage in het dossier verkregen inlichtingen dat tot doel en tot gevolgd heeft het verloop van het gerechtelijk onderzoek te hinderen, inbreuk te maken op het privéleven, de fysieke of morele integriteit of de goederen van een in het dossier genoemde persoon is strafbaar. - Bijzonder opzet: de bedoeling en het gevolg het gerechtelijk onderzoek te hinderen. De bedoeling moet wel degelijk echt gerealiseerd zijn. Personen die ter goeder trouw sluiten dus artikel 460 ter Sw. uit!! Bv. Iemand aanzetten zijn verklaring te wijzigen - Het gaat om situaties waarbij het verloop van het onderzoek vermoeilijkt of vertraagd wordt omdat men het onderzoek in een andere richting wil sturen. Obstakels bij vervolging? - Het journalistiek bronnengeheim: wettelijk verankerd recht voor journalisten om de identiteit van hun bronnen (bv advocaten) te verzwijgen. Stel dat een bepaald krantenartikel gevoelige informatie weergeeft zonder dat de informatiebron van de journalist wordt genoemd. Het vermoeden kan rijzen dat een advocaat of medewerker van het gerecht heeft gelekt. Wanneer de journalist zich beroept op het journalistiek bronnengeheim is het moeilijk om de informatiebron te weerhalen ter Sw.: het bijzonder opzet: hier wordt niet steeds gemakkelijk aan voldaan. communicatie reglement beroepsuitoefening 17

18 C. WET TOT BESCHERMING VAN DE JOURNALISTIEKE BRONNEN 1. BELANG JOURNALISTIEKE BRONBESCHERMING Wrm van belang? Bronnengeheim is een bestanddeel van het recht van de media om publiek te informeren als recht van het publiek om info te ontvangen. Indien men het bronnengeheim niet zou beschermen zou dat een verarming van de informatiedoorstroming betekenen. Recht van de media om te informeren Recht van het publiek op informatie Cf. rechtspraak EHRM in Goodwin t. VK Bronnengeheim als hoeksteen van de persvrijheid Rechterlijk bevel tot het bekendmaken van de bronnen is principieel strijdig met artikel 10 EVRM, tenzij in geval van een zwaarder wegend publiek belang. Zaak Ernst vs België, België werd veroordeeld 2. DEONTOLOGISCHE PLICHT EN IN DE WET GECONSOLIDEERD RECHT Parlementair initiatief 2003 tot de bronnenwet Wet 7 april 2005 tot bescherming van de journalistieke bronnen (bronnenwet) Meenemen op examen! Geheimhouding van de bronnen blijft een deontologische verplichting in hoofde van de journalisten 3. PERSONEN DIE VAN HET BRONNENGEHEIM GENIETEN 3.1. Journalisten Initiële definitie: eenieder die als zelfstandige of loontrekkende werkzaam is alsook iedere rechtspersoon die regelmatig een rechtstreekse bijdrage levert tot het verzamelen, redigeren, produceren of verspreiden van informatie voor het publiek via een medium Ondertussen veranderd na indiening van vernietigingingsberoepen bij Arbitragehof. Na arrest 7 juni 2006 (Arbitragehof): eenieder die een rechtstreekse bijdrage levert tot het verzamelen/redigeren/produceren/verspreiden van informatie voor het publiek via een medium Arbitragehof: accent op het belang van de journalistieke bronbescherming voor de persvrijheid - gedeeltelijke vernietiging artikel 2, lid 1 bronnenwet 1. Rechtstreekse bijdrage tot het informatieproces voor het publiek 18

19 Concrete betekenis toevoeging rechtstreeks is onduidelijk Geen verduidelijking in de wet van begrip informatie 2. Via een medium Geen verduidelijking in de wet van begrip medium Normale taalkundige betekenis, zowel audiovisuele als elektronische media 3.2. Redactiemedewerkers Eenieder die door de uitoefening van zijn functie ertoe gebracht wordt kennis te nemen van informatie die tot de onthulling van een bron kan leiden Ongeacht of dit verloopt via het verzamelen, de redactionele verwerking, de productie of de verspreiding van die informatie Kunnen enkel professionele redactiemedewerkers zich beroepen op de bronnenwet? Bescherming is ruimer, was doelstelling van de bronnenwet om ruime bescherming te bieden. Te ruime invulling? Technisch personeel en chauffeurs zouden niet onder de bescherming moeten vallen Informatiebronnen? Cass. 06/02/2008 Telefoonregistratie en inbeslagname GSM ten aanzien van politieman verdacht van schending van het beroepsgeheim Hij baseerde zich op art 5 van de bronnenwet. Bronnen kunnen zelf geen beroep doen op de bronnenwet 4. BEKENDMAKING INFORMATIEBRONNEN Principe: journalisten en redactiemedewerkers kunnen er niet toe gedwongen worden hun informatiebronnen vrij te geven en inlichtingen, opnames en documenten te verstrekken die onder meer: 1) De identiteit van hun informanten kunnen bekendmaken; 2) De aard of de herkomst van hun informatie kunnen prijsgeven; 3) De identiteit van de auteur van een tekst of audiovisuele productie kunnen bekendmaken; 4) De inhoud van de informatie en van de documenten zelf kunnen bekendmaken, indien daarmee de informant kan worden geïdentificeerd Draagwijdte? Ruime draagwijdte 19

20 Ook voorafgaand aan berichtgeving? Ja, blijkt uit parlementaire voorbereiding. Niet vereist dat de info ook daadwerkelijk al zou bekend gemaakt zijn aan het publiek. Ook de onderzoeksjournalistiek w- beschermd. Mag de politie een journalist vragen de identiteit van zijn informatiebron te onthullen? Uitzondering: journalisten en redactiemedewerkers kunnen ertoe gedwongen worden informatiebronnen bedoeld in art. 3 bronnenwet vrij te geven, althans indien een aantal cumulatieve voorwaarden zijn voldaan 1) Op vordering van een rechter ( hiermee voldoet de bronnenwet aan de Straatsburgse rechtspraak) Onderzoeksrechter / rechter ten gronde Begrip vordering 2) Indien die van aard zijn misdrijven te voorkomen Voorkomen = verhinderen dat een misdrijf wordt gepleegd In principe niet: peilen naar al gepleegde misdrijven of aan de gang zijnde misdrijven 3) Die ten aanzien van de fysieke integriteit van één of meer personen Geen verduidelijking in de wet van begrip fysieke integriteit Gaat niet om morele integriteit niet om andere rechtsbelangen zoals vertrouwelijkheid van de info. Ook niet vereist is dat fysieke integriteit direct zou w- aangetast. Verwijzing naar artikel 137 Sw. (terroristische misdrijven) Oorspronkelijk de enige uitzondering, later nog enkele misdrijven als uitzondering opgenomen. Niet: psychische integriteit, aantasting privacy 4) Een ernstige bedreiging opleveren Geen verduidelijking in de wet van begrip ernstige bedreiging 5) Indien de gevraagde informatie van cruciaal belang is voor het voorkomen van deze misdrijven proportionaliteitsvereiste 6) En indien de informatie op geen enkele andere manier kan worden verkregen Subsidiariteitsvereiste Uitzonderingsgrond: ruimte voor rechterlijke creativiteit? Feit dat wet geen verduidelijking biedt voor invulling van bepaalde begrippen zoals fysieke integriteit. 20

21 5. OPSPORINGS- EN ONDERZOEKSHANDELINGEN Principe: gegevens die betrekking hebben op de informatiebronnen van journalisten en redactiemedewerkers mogen niet het voorwerp uitmaken van enige opsporings- of onderzoeksmaatregel Mag tijdens de ondervraging van een journalist worden gevraagd naar de herkomst van stukken die kunnen leiden tot een misbruik van inzagerecht? Ja er mag naar gevraagd w-, af te leiden uit de rechtspraak. Het is louter een vraag, geen verplichting. Geldt dit verbod ook ten aanzien van de journalist die ervan wordt verdacht misdrijven te hebben gepleegd? Rechtsleer antwoordt bevestigend gezien de algemene draagwijdte van art 5 Bronnenwet. Uitzondering: zie supra Geen verduidelijking in de wet ten aanzien van welke plaatsen opsporings- en onderzoekshandelingen kunnen plaatsvinden Cf. wet 30 november 1998 inlichtingen- en veiligheidsdiensten: ander beschermingsregime Dit specifiek beschermingsregime is NIET te kennen. In dit regime vult men de draagwijdte enger in, vb enkel bescherming voor beroepsjournalisten. 6. SANCTIONERING BIJ MISKENNING JOURNALISTIEK BRONNENGEHEIM Geen sancties neergeschreven in de bronnenwet, maar onder andere toepassing van Strafrecht Toepassing antigoonrechtspraak? Rechter mag geen rekening houden met bewijsmateriaal dat strijdig zou zijn. Artikelen 148 en 151 Sw. Burgerlijk recht (artikel 1382 BW) Rb. Brussel 29 juni 2007 Toepassing werd gemaakt van 1382 BW Feiten: Topoverleg over dreigende terroristische actie, men vermoede een lek naar De Morgen. De betrokken journalist werd huiszoeking bevolen. Rechter besliste tot onrechtmatige daad in de zin van art 1382 en kende aan de journalist een schadevergoeding toe. Er waren alternatieven om het lek op te sporen dan huiszoeking, er werd dus niet beantwoord aan de uitzonderingsgrond want die vereist : voorkomen van misdrijven die ernstige bedreiging opleveren van fysieke integriteit en subsidiariteitsvereiste. 21

22 7. TOEPASSING STRAFRECHT Twee immuniteiten Geen vervolging van journalisten en redactiemedewerkers op grond van art. 505 Sw. als zij hun recht uitoefenen om hun informatiebronnen te verzwijgen In geval het beroepsgeheim van art. 458 Sw. wordt geschonden, kunnen journalisten en redactiemedewerkers niet op grond van art. 67, 4 Sw. worden vervolgd als zij hun recht uitoefenen om hun informatiebronnen te verzwijgen Belgische bronnenwet biedt sterkere bescherming dan europese omdat er 2 immuniteiten zijn. Gevolg Vervolging wegens helen van gehackte gegevens blijft mogelijk (artikel 550 bis, 7 Sw.) Vervolging wegens schending van een andere geheimhoudingsplicht dan artikel 458 Sw. blijft mogelijk. Vb misbruik van inzagerecht Vervolging wegens medeplichtigheid op grond van artikel 67, 2 en 3 Sw. of mededaderschap aan artikel 458 Sw. blijft mogelijk. 22

23 DEEL 2. SALDUZ: RECHT OP BIJSTAND VAN DE ADVOCAAT 1. BELGISCHE WETGEVING OUD : Toestand voor Salduz (30/8/2011, inwerking 1/1/2012) De Salduzproblematiek bestaat al acuut sinds 2008, ze bestond al iets vroeger maar toen nog niet zo acuut. Er was geen bijstand van de advocaat voorzien, m.a.w. iemand die werd verhoord door politie, ongeacht of die vrijwillig was gekomen of van zijn vrijheid beroofd was, had geen recht op een advocaat. In de landen met een Angelsaksische rechtstraditie was dit al veel langer gekend. Er waren wel enkele waarborgen voor personen die verhoord werden: art. 47 bis Sv. Dit artikel bestond al voor het arrest Salduz sinds 1998 (wet Franchimont). Een aantal rechten worden hierin verleend aan personen die worden gehoord, ongeacht hun hoedanigheid. - Bv. Vragen dat alles genoteerd werd - Bv. Bepaalde stukken bij het dossier voegen - Bv. Vragen om bepaalde onderzoeksverrichtingen Geen echte cautieplicht: de verwittiging van de persoon dat hij niet verplicht is om de vragen te beantwoorden, maar als je dat wel doet kunnen de verklaringen tegen hem gebruikt worden. Ten tijde van de wet Franchimont is hier lang over gediscussieerd, maar men heeft het niet gedurfd. Er staat wel in de wet dat er moet wel gezegd worden aan de persoon dat zijn verklaringen als bewijs in rechte worden gebruikt. Uiteindelijk komt dit wel neer op een cautieplicht, dit hebben de verstandige verdachten wel door.. Geen consultatie of aanwezigheid van de advocaat: er was ook geen recht om vooraf met een advocaat te spreken. Iemand die vrijwillig verhoord wordt, heeft natuurlijk wel die mogelijkheid. Maar iemand die al opgesloten zit, had die mogelijkheid niet. Geen uitstel van het verhoor door het gebruik van documenten in zijn bezit Enkel aanwezigheid advocaat bij samenvattende ondervraging voorlopige hechtenis; (art. 22) dit was de enige situatie waarin de advocaat het recht had om zijn advocaat bij te staan bij een verhoor. Deze samenvattende ondervraging wordt door de aangehoudene gevraagd en verricht door de onderzoeksrechter. Er was ook geen bijstand voorzien bij het verhoor door OR voorafgaand aan aanhoudingsmandaat. De OR ondervraagt altijd de betrokkene persoonlijk vooraleer hij een aanhoudingsmandaat geeft. 23

24 Sommige advocaten hadden geprobeerd om deze situatie (afwezigheid recht op bijstand) aan te klagen bij het Hof van Cassatie omwille van een schending van artikel 6 EVRM. Maar het Hof van Cassatie heeft een vaststaande rechtspraak dat deze toestand geen schending is van art. 6 EVRM. Tussenkomst van de advocaat kon wel na het verlenen van aanhoudingsbevel. Dit was de eerste gelegenheid voor de advocaat om zijn cliënt te ontmoeten. Dit is iets meer na 24 uur. 2. STRAATBURGSE RECHTSPRAAK 2.1. Rechtspraak EHRM is een orgaan van de Raad van Europa (47 landen) en dus niet van de Europese Unie! (artikel 6 kennen). Het EHRM heeft in het arrest van november 2008, de zaak Salduz, de principes mbt de bijstand van een advocaat bij het verhoor uiteengezet. Kort daarop werden deze principes verfijnd in het arrest Panovits/Cyprus. In deze zaken en in de daaropvolgende arresten werd de kwestie van de bijstand door een advocaat bij het verhoor steeds onderzocht in het licht van art. 6.3 c EVRM (= minimumstandaard). Art. 6,3 geeft 5 specifieke rechten weer die een minimumstandaard ( ten minste ) uitmaken van een eerlijk proces. Hierin wordt uitdrukkelijk bijstand van een advocaat wordt vermeld, in c. Dit is niet zo evident. Tijdens de voorbereiding van de Salduz wet vond men het recht op een bijstand van een advocaat uit de lucht vallen. Maar dit is niet zo want er waren al eerdere signalen. Imbroscia: rechten moeten effectief zijn en de aanduiding van een advocaat lost dus niet automatisch het probleem op. Murray (08/02/1996): hamvraag: kan je uit het stilzwijgen van de verdachte zijn schuld afleiden? Dit had men toegepast in dit arrest. Daarnaast zegt men ook nog dat de politieondervraging aan het begin zeer belangrijk is want dit geeft meestal aan hoe de rest van de procedure zal verlopen en artikel 6 impliceert dat van bij het begin er een recht is op een bijstand van de advocaat. En Traest zegt dat wanneer artikel 6 dit voorschrijft kan je maar twee dingen doen: deze bepaling implementeren ofwel de Raad van Europa verwaarlozen want het is supranationale wetgeving. Deze arresten raakten reeds het probleem van de bijstand van de advocaat, maar hieruit kon (nog) g een onverkort recht op bijstand van een advocaat bij het politieverhoor worden afgeleid. Artikel 6 3,c moet steeds gezien worden in de context van artikel 6,1 EVRM : recht op een eerlijk proces 24

25 Salduz 27/11/2008 Hij was een minderjarige dader ten tijde van de feiten. Men heeft lang gedacht in onze contreien dat deze zaak niet zo belangrijk was omdat de verdachte een minderjarige was, maar achteraf is duidelijk geworden dat dit niet het geval was. Hij werd in Turkije vervolgd en gearresteerd wegens het aanzetten tot terrorisme volgens de Turkse wetgeving. Hij had enkel wat publiciteit gemaakt voor de Koerdische beweging, zo werd hij onder meer verdacht van deelname aan een onwettige betoging ter ondersteuning van een illegale organisatie (de PKK) maar niet veel meer dan dat. Bij zijn eerste verhoor had hij belastende verklaringen afgelegd (bekend) en dit zonder aanwezigheid van een advocaat. Het Turkse strafwetboek voorzag wel in de mogelijkheid voor elke gearresteerde verdachte om toegang te hebben tot een advocaat, maar hier werd een uitzondering op gemaakt voor personen die verdacht werden van misdrijven waarvoor de nationale veiligheidsrechtbanken bevoegd waren. Salduz tekende voorafgaand aan zijn verhoor een formulier waarbij de rechten van gearresteerde personen uitgelegd werden en op grond waarvan hij gewezen was op zijn recht om te zwijgen. Maar nadien voor zijn verschijning voor de OR had hij zijn bekentenis ingetrokken omdat deze onder dwang zou afgelegd zijn. Pas nadat de OR zijn aanhouding bevolen had, kreeg Salduz toegang tot een advocaat. De Turkse autoriteiten hadden geen rekening gehouden met deze intrekking en hebben hem veroordeeld o.b.v. zijn eerste verklaring. Salduz ging naar het EHRM in 2001 en daar is de bom geborsten. In de zaak Murray was het EHRM nog voorzichtig met dat recht op een bijstand. Maar in deze zaak heeft men echt expliciet bevestigd dat er een recht op een bijstand van een advocaat is. Par. 54 van het arrest: kern van de redenering van het arrest Salduz: een verdachte die van zijn vrijheid beroofd is bevindt zich in een kwestsbare positie en die kwetsbaarheid kan maar gecompenseerd worden door de bijstand van een advocaat. Waarom kwetsbaar? Omdat de verdachte niets kent van de wetgeving en omdat men dikwijls lange ondervragingen houdt met meerdere ondervragers. Par. 55 van het arrest: Er moet bijstand van een advocaat zijn vanaf het eerste verhoor. Dit principe wordt ondubbelzinnig naar voor geschoven. Uitzondering voorzien voor compelling reasons : wanneer het wordt aangetoond dat, in het licht van de specifieke omstandigheden van elke zaak, dat er dwingende redenen zijn om dit recht te beperken. De rechten van verdediging, dus artikel 6 EVRM, zijn in beginsel (automatisch) onherroepelijk geschaad wanneer belastende verklaringen afgelegd tijdens een politieverhoor zonder bijstand van een advocaat, gebruikt worden voor een veroordeling. Je kan het dus niet regulariseren. = dit is het nieuwe in tegenstelling tot 25

26 de vorige arresten. = automatische schending van artikel 6 EVRM wanneer er geen bijstand van een advocaat is bij politieverhoor. In deze zaak besloot het EHRM dat Salduz zijn rechten ontegensprekelijk geschada waren door de beperking van zijn recht op bijstand van een advocaat. Turkije werd veroordeeld wegens schending van artikel 6 3,c in samenhang met artikel 6 1 EVRM. Sinds Salduz zijn er ongeveer een 60tal arresten van het EHRM gekomen die het principe van het Salduz-arrest bevestigen. Panovits/Cyprus (11/12/2008) men zegt hier hetzelfde maar voegt toe dat een afstand op een recht van bijstand mogelijk is, maar dit moet weloverwogen zijn. Feiten: In het kader van een moordonderzoek werd P. (17 jaar) samen met zijn vader uitgenodigd op het politiebureau. De politie bracht P. op de hoogte dat hij verdacht werd van de moord. Hij ontkende. Vervolgens werd hij, in afwezigheid van zijn vader, door de politie verhoord. Volgens de politie werd hij steeds gewezen op zijn recht op te zwijgen. Vrij snel legde bij belastende verklaringen af. Zijn vader, die niet bij de verhoren aanwezig was, werd door de politie meegedeeld dat hij er goed aan zou doen een advocaat voor zijn zoon te raadplegen. P. werd veroordeeld, waarbij gebruik gemaakt werd van zijn belastende verklaringen tegenover de politie. De nationale rechter verwierp het verweer van P. dat hij door de politie onder druk was gezet evenals het verweer dat hij geen rechtsbijstand had gekregen voorafgaand de politieverhoren. Volgens de nationale rechter had hij niet om rechtsbijstand gevraagd en was die bijstand hem evenmin geweigerd. In 2003 wordt de zaak aanhangig gemaakt bij het EHRM. Volgens P. waren zijn rechten van verdediging geschonden doordat hij niet geïnformeerd was over zijn recht om voorafgaand aan de politieverhoren een advocaat te consulteren en hij ook niet de kans gekregen had een advocaat in te schakelen. Hij klaagde verder dat hij onvoldoende geïnformeerd was over zijn zwijgrecht en dat zijn bekentenis tegenover de politie ten onrechte als bewijs gebruikt was. Het EHRM heeft vooral zijn aandacht gericht op het recht om voorafgaand aan het politieverhoor een advocaat te raadplegen en aan het feit dat P tijdens zijn verhoren door de politie nog minderjarig was, hetgeen volgens het Hof de afwezigheid van bijstand door een advocaat, familielid of voogd tijdens de verhoren des te problematisch maakt. Uit het arrest kan worden afgeleid dat de verdachte niet moet vragen om bijstand en dat wanneer een dergelijk verzoek uitblijft, er niet mag worden verondersteld dat er afstand gedaan is van dit recht. Een dergelijke afstand is slechts aanvaardbaar als de verdachte, nadat 26

De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor?

De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor? De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor? Is er in uw bedrijf al eens een ernstig arbeidsongeval gebeurd? Dan bent u als werkgever, als lid van de hiërarchische lijn, als preventieadviseur, als

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 16 mei 2011 ADVIES 2011-265 over de weigering om toegang te verlenen tot het volledige fiscaal dossier

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 21 maart 2011 ADVIES 2011-102 over de weigering om toegang te verlenen tot het volledige fiscaal

Nadere informatie

Kaas met gaten of gaten met kaas

Kaas met gaten of gaten met kaas Kaas met gaten of gaten met kaas Wat blijft nog over van het beroepsgeheim? Sofie Royer Instituut voor strafrecht 19 februari 2018 De Morgen De Standaard De Standaard Art. 458 Sw. Geneesheren, heelkundigen,

Nadere informatie

Wegwijs in het beroepsgeheim

Wegwijs in het beroepsgeheim Wegwijs in het Actuele ontwikkelingen in zorg en welzijn 1 april 2019 RWOD Dendermonde Anne-Sophie Versweyvelt I. Situering Beroepsgeheim in woelige tijden Beroepsgeheim in woelige tijden Beroepsgeheim

Nadere informatie

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Tervurenlaan Brussel Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle COMITE

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Tervurenlaan Brussel Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle COMITE RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Tervurenlaan 211-1150 Brussel Dienst voor Geneeskundige Evaluatie en Controle COMITE Nota CCMC 2017/014 Brussel, 20 april 2017 BETREFT : Nota Salduz

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 1 december 2015 ADVIES 2015-94 Over de weigering om toegang te verlenen tot de inspectierapporten

Nadere informatie

Analyse, gegevensverzameling en promotie Medicolegale rechten en plichten

Analyse, gegevensverzameling en promotie Medicolegale rechten en plichten STORME, LEROY, VAN PARYS Advocatenassociatie cvba Analyse, gegevensverzameling en promotie Medicolegale rechten en plichten Christiaan Beyaert c.beyaert@storme-law.be Kristiaan Vandenbussche k.vandenbussche@storme-law.be

Nadere informatie

Zeg ik het of zeg ik het niet?

Zeg ik het of zeg ik het niet? Zeg ik het of zeg ik het niet? De praktijk van het beroepsgeheim Vijand of bondgenoot van de triade? Prof. Frank Hutsebaut Ter inleiding Kernvraag: hoe zorgvuldig communiceren in het kader van de triade

Nadere informatie

Toelichting bij het arrest 7/2013 van het Grondwettelijk Hof inzake het beroep tot vernietiging van de zgn. Salduzwet

Toelichting bij het arrest 7/2013 van het Grondwettelijk Hof inzake het beroep tot vernietiging van de zgn. Salduzwet Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be NOTA Koningsstraat 148 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be Toelichting bij het arrest 7/2013 van het Grondwettelijk Hof inzake

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 29 MEI 2012 P.12.0878.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.12.0878.N M G M, inverdenkinggestelde, aangehouden, eiser, met als raadsman mr. Leslie Roelants, advocaat bij de balie te Antwerpen. I.

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets

Leidraad voor het nakijken van de toets Leidraad voor het nakijken van de toets STRAFPROCESRECHT 14 OKTOBER 2011 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 16 JUNI 2015 P.15.0599.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.15.0599.N 1. M M P V D V, beklaagde, 2. D H N H, beklaagde, aangehouden om andere redenen, eisers, beiden met als raadsman mr. Thierry

Nadere informatie

t Zitemzo met het beroepsgeheim Nele Desmet Kinderrechtswinkel vzw 02/12/ 16

t Zitemzo met het beroepsgeheim Nele Desmet Kinderrechtswinkel vzw 02/12/ 16 t Zitemzo met het beroepsgeheim Nele Desmet Kinderrechtswinkel vzw 02/12/ 16 Beroepsgeheim Opgenomen in 1867 in het Strafwetboek (art. 458 Sw.) => Omwille van maatschappelijk belang Beroepsgeheim dekt

Nadere informatie

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten

CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten CONCEPT AMvB Besluit slachtoffers van strafbare feiten Besluit van..., houdende regels voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten (Besluit slachtoffers van

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 TITEL I TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Deze wet regelt een

Nadere informatie

Bijstand door een advocaat vanaf het eerste verhoor

Bijstand door een advocaat vanaf het eerste verhoor Bijstand door een advocaat vanaf het eerste verhoor 1 Inleiding Introductie Vorming = toelichting van Salduz-wet en col 3 vuistregels in Salduz-praktijk: 1. Eerste reflex = overlopen mogelijkheden en consequenties

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 2 SEPTEMBER 2014 P.14.1380.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1380.N O D B, inverdenkinggestelde, aangehouden, eiser, met als raadslieden mr. Alain Vergauwen en mr. Pierre Monville, advocaten

Nadere informatie

Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN

Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN Vlaamse dagbladpers HET WETTELIJK KADER VAN HET DESKUNDIGENONDERZOEK IN STRAFZAKEN Frank Hutsebaut Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) KULeuven 1. Ter inleiding: enkele algemene noties 2. De bevoegdheid

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 9 januari 2012 ADVIES 2012-1 met betrekking tot de openbaarheid van auditverslagen (CTB/2011/337)

Nadere informatie

Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten

Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten Bron : Wet van 22 april 1999 betreffende de beroepstucht voor accountants en belastingconsulenten (Belgisch Staatsblad,

Nadere informatie

Recht en bijstand bij juridische procedures

Recht en bijstand bij juridische procedures Recht en bijstand bij juridische procedures In deze folder leest u meer 0900-0101 (lokaal tarief) over de juridische bijstand door Slachtofferhulp Nederland en de rechten van slachtoffers. Een wirwar van

Nadere informatie

HET MEDISCH GEHEIM EN ZIJN ALSMAAR VAGERE CONTOUREN. Benoit Dejemeppe 16 november 2018

HET MEDISCH GEHEIM EN ZIJN ALSMAAR VAGERE CONTOUREN. Benoit Dejemeppe 16 november 2018 HET MEDISCH GEHEIM EN ZIJN ALSMAAR VAGERE CONTOUREN Benoit Dejemeppe 16 november 2018 WAAROM MEDISCH GEHEIM? Individueel belang : de patiënt moet zich in vertrouwen tot de arts kunnen wenden Bescherming

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 OKTOBER 2014 P.14.1512.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1512.N I-II W R M T G, inverdenkinggestelde, aangehouden, eiser, met als raadslieden mr. Nina Van Eeckhaut en mr. Raan Colman,

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 2. TOEPASSINGSGEBIED VAN HET RECHT OP AFBEELDING...33

INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 2. TOEPASSINGSGEBIED VAN HET RECHT OP AFBEELDING...33 INHOUDSOPGAVE DANKWOORD... v VOORWOORD...vii HOOFDSTUK 1. DE GRONDSLAG... 1 1. De grondslag: het persoonlijkheidsrecht op afbeelding... 1 2. Invloed van de mensenrechten... 3 A. Art. 22 G.W.... 4 B. Art.

Nadere informatie

U wordt opgeroepen om te getuigen in een strafzaak. De oproepingsbrief vermeldt waar en wanneer u zich moet aanmelden.

U wordt opgeroepen om te getuigen in een strafzaak. De oproepingsbrief vermeldt waar en wanneer u zich moet aanmelden. U bent getuige Inleiding U wordt opgeroepen om te getuigen in een strafzaak. De oproepingsbrief vermeldt waar en wanneer u zich moet aanmelden. Deze brochure informeert u in grote lijnen over wat van u

Nadere informatie

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15 AFDELING I DE VASTSTELLING VAN HET BELEID TER BESTRIJDING VAN SOCIALE FRAUDE 1 1. Inleiding 1 2. De Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst 2 3. Arrondissementscellen 6 3.1. Samenstelling van de arrondissementscellen

Nadere informatie

Veilig online hulp aanbieden. Wat zegt de wet? Annemie Van Looveren, SAM vzw

Veilig online hulp aanbieden. Wat zegt de wet? Annemie Van Looveren, SAM vzw Veilig online hulp aanbieden. Wat zegt de wet? Annemie Van Looveren, SAM vzw Congres Onlinehulp voor welzijn en gezondheid 28 maart 2019 Privacy-discretie-beroepsgeheim Brandend actueel! Raakt aan oa:

Nadere informatie

Justitie in vogelvlucht Sociale plattegrond Oost- Vlaanderen - Gent - 21 oktober 2014

Justitie in vogelvlucht Sociale plattegrond Oost- Vlaanderen - Gent - 21 oktober 2014 Justitie in vogelvlucht Sociale plattegrond Oost- Vlaanderen - Gent - 21 oktober 2014 Wie onderzoekt? Openbaar ministerie: substituten van de procureur des Konings Rechterlijke macht: Onderzoeksrechters

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 FEBRUARI 2019 P.18.1028.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.18.1028.N J J M S, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Jorgen Van Laer, advocaat bij de balie Antwerpen, tegen 1. D W, burgerlijke

Nadere informatie

DE CIJFERBEROEPEN & HET BEROEPSGEHEIM

DE CIJFERBEROEPEN & HET BEROEPSGEHEIM DE CIJFERBEROEPEN & HET BEROEPSGEHEIM DE WETGEVING ALGEMEEN ART 458 SW : Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN 21 INLEIDING Algemene inleiding Aanleiding Probleemstelling en onderzoeksvragen 31

INHOUDSOPGAVE LIJST VAN AFKORTINGEN 21 INLEIDING Algemene inleiding Aanleiding Probleemstelling en onderzoeksvragen 31 De rol van de rechter bij de waarheidsvinding in de correctionele procedure. Een rechtsvergelijkend onderzoek naar Belgisch, Frans en Nederlands recht. Daniel DE WOLF WAV TO KNOWLfDGE \UGrfV r die keure

Nadere informatie

Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013

Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013 Steven Dewulf Studiecentrum voor militair recht en oorlogsrecht KMS 15 mei 2013 Rechtsmachtrecht Misdrijven op Belgisch grondgebied gepleegd Misdrijven buiten het grondgebied van het Rijk gepleegd Territorialiteitsbeginsel

Nadere informatie

Deel I Het principe: spreekrecht, ook voor ambtenaren 19

Deel I Het principe: spreekrecht, ook voor ambtenaren 19 Spreken of zwijgen.fm Page 5 Monday, November 5, 2012 10:12 AM INHOUDSTAFEL Voorwoord 3 Begrippenkader 15 Deel I Het principe: spreekrecht, ook voor ambtenaren 19 Hoofdstuk 1 De internationaalrechtelijke

Nadere informatie

Het mini-onderzoek : Hefboom voor het verhoor van de accountant en de belastingconsulent als getuige in strafzaken

Het mini-onderzoek : Hefboom voor het verhoor van de accountant en de belastingconsulent als getuige in strafzaken Het mini-onderzoek : Hefboom voor het verhoor van de accountant en de belastingconsulent als getuige in strafzaken Jan VAN DROOGBROECK De extern accountant en extern belastingconsulent is overeenkomstig

Nadere informatie

Hoe kan de bijstand van een advocaat in de praktijk geregeld worden?

Hoe kan de bijstand van een advocaat in de praktijk geregeld worden? Hoe kan de bijstand van een advocaat in de praktijk geregeld worden? Preadvies Laurens van Puyenbroeck & Gert Vermeulen Brussel, 12 juni 2009 1 I. Inleiding Bijstand advocaat conferentie Brussel 12 juni

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JUNI 2006 P.06.0527.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.06.0527.N 1. M. L. J. M., verdachte, met als raadsman mr. Johan Speecke, advocaat bij de balie te Kortrijk, 2. V. N. C. C., verdachte,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 14 MAART 2012 P.12.0404.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.12.0404.F J. N., Mrs. Thibault Maudoux, advocaten bij de balie te Namen, en Caroline Brotcorne, advocaat bij de balie te Brussel. I.

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Bewijs. Strafzaken. Bewijsvoering. Onrechtmatig verkregen bewijs. Toelaatbaarheid. Beoordeling door de rechter Datum 23 maart 2004 Copyright and disclaimer Gelieve

Nadere informatie

U bent gedagvaard. >voor de politierechtbank >voor de correctionele rechtbank. Wegwijs in justitie. In de hoofdrol bij justitie.

U bent gedagvaard. >voor de politierechtbank >voor de correctionele rechtbank. Wegwijs in justitie. In de hoofdrol bij justitie. Wegwijs in justitie In de hoofdrol bij justitie De instellingen Meer informatie Justitie in de praktijk Federale Overheidsdienst Justitie U bent gedagvaard >voor de politierechtbank >voor de correctionele

Nadere informatie

DEEL I DE BIJZONDERE OPSPORINGSMETHODEN... 15

DEEL I DE BIJZONDERE OPSPORINGSMETHODEN... 15 De bijzondere opsporingsmethoden.book Page 3 Thursday, June 23, 2011 10:40 AM DEEL I DE BIJZONDERE OPSPORINGSMETHODEN... 15 HOOFDSTUK 1 DE TOTSTANDKOMING VAN DE WETGEVING... 17 1. De wet van 6 januari

Nadere informatie

Beroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek

Beroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek Beroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek Doc: a135005 Tijdschrift: 135 Datum: 17/09/2011 Origine: NR Thema's: Beroepsgeheim Kwetsbare personen Mishandeling van een kind,

Nadere informatie

samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal! het beleid wordt uitgestippeld door een college van procureurs-generaal

samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal! het beleid wordt uitgestippeld door een college van procureurs-generaal Leg uit : het openbaar ministerie ( parket ) = hoeder van de openbare orde! 1) opsporen en onderzoeken 2) vervolgen 3) uitvoering van de straf samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal!

Nadere informatie

22/03/2018 BEROEPSGEHEIM EN DEONTOLOGIE EEN PRAKTISCHE BENADERING CASE HOE WETEN WE WANNEER WE GOED HANDELEN? Ellen Milants

22/03/2018 BEROEPSGEHEIM EN DEONTOLOGIE EEN PRAKTISCHE BENADERING CASE HOE WETEN WE WANNEER WE GOED HANDELEN? Ellen Milants BEROEPSGEHEIM EN DEONTOLOGIE EEN PRAKTISCHE BENADERING Ellen Milants 1 CASE Ann, vroedvrouw, komt op bezoek bij een jong gezin. Nele is 18 jaar en pas bevallen van haar eerste kindje Elise. Nele is samen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 APRIL 2015 P.15.0073.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.15.0073.F 1. P. D., 2. L. D., Mrs. Jean-Pierre Dardenne, advocaat bij de balie te Charleroi, en Régine Ceulemans, advocaat bij de balie

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT 7 NOVEMBER 2017 In de zaak van het openbaar ministerie tegen: S. V. G., zonder gekend beroep, geboren te Gent op ( ), wonende te ( ) beklaagd van: A. Hetzij door daden,

Nadere informatie

STRAFVERVOLGING VAN PROCES-VERBAAL TOT VEROORDELING

STRAFVERVOLGING VAN PROCES-VERBAAL TOT VEROORDELING STRAFVERVOLGING VAN PROCES-VERBAAL TOT VEROORDELING Christophe THIEBAUT Advocaat PAQUES, NOPERE & THIEBAUT Assistent UCL Maître de conférences FUCAM II- DE OPSPORING * Basisstuk van de strafprocedure *

Nadere informatie

Deontologische Code inzake notariële bemiddeling

Deontologische Code inzake notariële bemiddeling NATIONALE KAMER VAN NOTARISSEN Deontologische Code inzake notariële bemiddeling (Aangenomen door de A.V. op 7 oktober 2003; gewijzigd door de A.V. op 24 oktober 2006 en gewijzigd door de A.V. van 22 oktober

Nadere informatie

Beroepsgeheim. Veurne, 6 juni 2008

Beroepsgeheim. Veurne, 6 juni 2008 Beroepsgeheim Veurne, 6 juni 2008 Beroepsgeheim Art. 458 Strafwetboek Geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 OKTOBER 2010 P.10.1029.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.10.1029.N I. II. B. R., beklaagde, gedetineerd, eiser. met als raadsman mr. Peter Verpoorten, advocaat bij de balie te Turnhout. III.

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 26 NOVEMBER 2013 P.13.1234.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.13.1234.N I-II T M T, beschuldigde, gedetineerd, eiser, met als raadsman mr. Frédéric Thibaut, advocaat bij de balie te Mechelen,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 143 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering ter versterking van de positie van het slachtoffer in het strafproces Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

De wet van 13 augustus 2011 in het kader van de verkeershandhaving.

De wet van 13 augustus 2011 in het kader van de verkeershandhaving. 1. Inleiding. De wet van 13 augustus 2011 in het kader van de verkeershandhaving. De wet van 13 augustus 2011 tot wijziging van het Wetboek van Strafvordering en van de wet van 20 juli 1990 betreffende

Nadere informatie

De wet van 20 juli 1990 op de voorlopige hechtenis: begrip, evolutie en toepassingsgebied (D. De Wolf)... 19

De wet van 20 juli 1990 op de voorlopige hechtenis: begrip, evolutie en toepassingsgebied (D. De Wolf)... 19 INHOUD INLEIDING... 19 De wet van 20 juli 1990 op de voorlopige hechtenis: begrip, evolutie en toepassingsgebied (D. De Wolf)... 19 Inhoud... 19 Kernbibliografie... 19 Over wetten vóór 1990... 20 Over

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Het recht van de verdachte op toegang tot rechtsbijstand

Hoofdstuk 1: Het recht van de verdachte op toegang tot rechtsbijstand Leidraad politieverhoor Hoofdstuk 1: Het recht van de verdachte op toegang tot rechtsbijstand Artikel 1: Consultatierecht en recht op rechtsbijstand tijdens de (politie)verhoren 1. De verdachte wordt de

Nadere informatie

een als misdrijf omschreven feit proces-verbaal procureur des Konings parket of van het Openbaar Ministerie

een als misdrijf omschreven feit proces-verbaal procureur des Konings parket of van het Openbaar Ministerie uitgave juni 2015 Minderjarigen kunnen volgens de Belgische wet geen misdrijven plegen. Wanneer je als jongere iets ernstigs mispeutert, iets wat illegaal is, pleeg je een als misdrijf omschreven feit

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 9 APRIL 2013 P.12.2018.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.12.2018.N M F D, beklaagde, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 1000

Nadere informatie

Hervorming geestelijke gezondheidszorg 107 voor volwassenen Toekomstige hervorming voor kinderen Sector Arbeids- & Organisatiepsychologie

Hervorming geestelijke gezondheidszorg 107 voor volwassenen Toekomstige hervorming voor kinderen Sector Arbeids- & Organisatiepsychologie Deontologische vragen m.b.t. samenwerken in teams en netwerken Prof. Adélaïde BLAVIER, PhD Centre d Expertise en Psychotraumatismes et Psycho-Légale Département de Psychologie, Université de Liège (ULg)

Nadere informatie

BIJSTAND VAN DE ADVOCAAT BIJ HET VERHOOR VAN EEN VERDACHTE

BIJSTAND VAN DE ADVOCAAT BIJ HET VERHOOR VAN EEN VERDACHTE confessio est regina probationum BIJSTAND VAN DE ADVOCAAT BIJ HET VERHOOR VAN EEN VERDACHTE Het is genoegzaam bekend dat de Europese regelgeving en rechtspraak een belangrijke impact heeft op onze dagelijks

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015 Not.nr. : GE45.FJ.4277/14-Sw4 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE GENT VAN 15 SEPTEMBER 2015 in de zaak van het openbaar ministerie tegen: Stéphane Michel Christian W., zonder beroep, geboren te Boussu op (

Nadere informatie

De nieuwe W.C.O. regels

De nieuwe W.C.O. regels De nieuwe W.C.O. regels Luc Sterkens 1 Agenda - Situering - Belangrijke wijzigingen - Bijkomende aansprakelijkheid voor de cijferberoeper - Bedenkingen - Vragen 2 Opmerking - Seminarie voor cijferberoepers

Nadere informatie

Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties

Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties REGLEMENT Procedurereglement op de Gemeentelijke administratieve sancties Hoofdstuk 1: Toepassingsgebied, vaststellingsmodaliteiten en aangewezen ambtenaar Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel

Nadere informatie

VRAAGSTELLLING EERSTE HULP BIJ GAS

VRAAGSTELLLING EERSTE HULP BIJ GAS VRAAGSTELLLING EERSTE HULP BIJ GAS Eerste Hulp bij Gas Wat doe je als je een gas krijgt? Waar moet je op letten als je gesanctionneerd wordt voor het voeren van sociale actie? Is er beroep mogelijk? Wat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 8 MEI 2012 P.11.1908.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.11.1908.N I R. L. M. P., inverdenkinggestelde. eiser, met als raadsman mr. Michaël Verstraeten, advocaat bij de balie te Gent. II M. G.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling:

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling: 1-2-3 Aangiftewijzer Geweld, bedreiging en belediging tegen de gerechtsdeurwaarder Soms heeft de gerechtsdeurwaarder te maken met agressie en geweld. Helaas worden strafbare feiten niet altijd en automatisch

Nadere informatie

Geachte voorzitter, Geachte openingsredenaar, Mijnheer de procureur-generaal, Hooggeachte vergadering,

Geachte voorzitter, Geachte openingsredenaar, Mijnheer de procureur-generaal, Hooggeachte vergadering, Geachte voorzitter, Geachte openingsredenaar, Mijnheer de procureur-generaal, Hooggeachte vergadering, Eerst wil ik een tweetal gedachten toevoegen aan de openingsrede. In één neem ik een andere positie

Nadere informatie

WETSVOORSTEL tot wijziging van de procedure van onmiddellijke verschijning in strafzaken (ingediend door de heer Bart Laeremans c.s.

WETSVOORSTEL tot wijziging van de procedure van onmiddellijke verschijning in strafzaken (ingediend door de heer Bart Laeremans c.s. WETSVOORSTEL tot wijziging van de procedure van onmiddellijke verschijning in strafzaken (ingediend door de heer Bart Laeremans c.s.) TOELICHTING De wet van 28 maart 2000 tot invoeging van een procedure

Nadere informatie

NEDERLANDsE ORDE VAN ADVOCATEN. Strafprocesrecht

NEDERLANDsE ORDE VAN ADVOCATEN. Strafprocesrecht 4. NEDERLANDsE ORDE VAN ADVOCATEN. Strafprocesrecht Samsom H.D. Tjeenk Willink Alphen aan den Rijn 1992 Derde druk Prof. mr M. Wladimiroff Mr S.E. Marseille Dr mr J.M. Sjöcrona Mr P.R. Wery Strafprocesrecht

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 13 MAART 2012 P.11.1750.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.11.1750.N C M T J E S, beklaagde en burgerlijke partij, eiseres, met als raadslieden mr. Raf Verstraeten, mr. Patrick Hofströssler en

Nadere informatie

Informatiefiche verzekering beroepsaansprakelijkheid, burgerlijke aansprakelijkheid uitbating en rechtsbijstand

Informatiefiche verzekering beroepsaansprakelijkheid, burgerlijke aansprakelijkheid uitbating en rechtsbijstand Verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid van journalisten Productfiche (voor leden van AVBB en VJPP) Informatiefiche verzekering beroepsaansprakelijkheid, burgerlijke aansprakelijkheid uitbating

Nadere informatie

Instantie. Onderwerp. Datum

Instantie. Onderwerp. Datum Instantie Hof van Cassatie Onderwerp Overeenkomst - Bestanddelen - Toestemming - Gebrek - Geweld - Morele dwang - Gebrekkige wil - Voorwaarde - Artt. 1109 en 1112, BW Datum 23 maart 1998 Copyright and

Nadere informatie

NATIONALE KAMER VAN NOTARISSEN

NATIONALE KAMER VAN NOTARISSEN NATIONALE KAMER VAN NOTARISSEN Deontologische Code inzake notariële bemiddeling Aangenomen door de algemene vergadering op 7 oktober 2003 Gewijzigd door de algemene vergadering op 24 oktober 2006) Art.

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 13 februari 2012 ADVIES 2012-8 met betrekking tot de openbaarheid van voorbereidende documenten

Nadere informatie

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)

arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis

Nadere informatie

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek ARRESTANTENVERZORGING Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek januari 2013 Doel van het strafproces / strafvordering = het nemen van strafvorderlijke beslissingen Bestaat uit =

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Sociaal werk en Beroepsgeheim

Sociaal werk en Beroepsgeheim Sociaal werk en Beroepsgeheim Studiedag 13 maart 2018 KdG Hogeschool Antwerpen Mario Wijns Substituut-procureur des Konings Parket Antwerpen, afdeling Antwerpen, Sectie Jeugd en gezinszaken Justitie of

Nadere informatie

Factsheet De aansprakelijkheid van de arts

Factsheet De aansprakelijkheid van de arts Factsheet De aansprakelijkheid van de arts Algemeen Als u vermoedt dat een beroepsbeoefenaar uw rechten heeft geschonden, kunt u hem of de zorginstelling waarbinnen hij werkt aansprakelijk stellen. Volgens

Nadere informatie

Ombudsdienst Consumentengeschillen Advocatuur OCA

Ombudsdienst Consumentengeschillen Advocatuur OCA Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be Procedurereglement Staatsbladsstraat 8 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be ondernemingsnummer 0267.393.267 Ombudsdienst Consumentengeschillen

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 5 APRIL 2016 P.15.0005.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.15.0005.N C G P P, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Koenraad Compernolle, advocaat bij de balie te Brugge, met kantoor te 8340

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29 GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29 VERORDENING over het recht van onderzoek. (raadsbesluit van 28 november 2002) De raad der gemeente Utrecht gelet op het voorstel van b. en w. d.d. 14 november 2002

Nadere informatie

Beroepsgeheim Geheim van het onderzoek Persmededelingen door een advocaat. Krachtlijnen

Beroepsgeheim Geheim van het onderzoek Persmededelingen door een advocaat. Krachtlijnen Beroepsgeheim Geheim van het onderzoek Persmededelingen door een advocaat Patrick Hofströssler Krachtlijnen 1. Het absolute karakter van het beroepsgeheim van de advocaat is, bij perscontacten, een contradictio

Nadere informatie

Juridische kanttekeningen rond maaltijdzorg. Jan Vande Moortel Advamo Arteveldehogeschool Gent

Juridische kanttekeningen rond maaltijdzorg. Jan Vande Moortel Advamo Arteveldehogeschool Gent Juridische kanttekeningen rond maaltijdzorg Jan Vande Moortel Advamo Arteveldehogeschool Gent WIE HEEFT BESLISSINGSRECHT? De patiënt Is hij nog bekwaam? Wie bepaalt de bekwaamheid? Zijn vertegenwoordiger

Nadere informatie

BESLISSING VAN 18 OKTOBER 2007 BETREFFENDE DE GEDRAGSCODE VAN DE ERKENDE BEMIDDELAAR

BESLISSING VAN 18 OKTOBER 2007 BETREFFENDE DE GEDRAGSCODE VAN DE ERKENDE BEMIDDELAAR BESLISSING VAN 18 OKTOBER 2007 BETREFFENDE DE GEDRAGSCODE VAN DE ERKENDE BEMIDDELAAR SECTIE 1: AANSTELLING VAN DE BEMIDDELAAR ARTIKEL 1 Bij vrijwillige bemiddeling wijzen de partijen in onderlinge overeenstemming

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 18 JANUARI 2011 P.10.1347.N//1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.10.1347.N PROCUREUR-GENERAAL BIJ HET HOF VAN BEROEP TE GENT, eiser, tegen YAHOO! Inc., met zetel te CA 94089 Sunnyvale (Verenigde

Nadere informatie

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling)

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) DIENST Gent - Oudenaarde EEDVERBONDKAAI 285 9000 GENT DIENST Dendermonde OLV KERKPLEIN 30 9200 Dendermonde OOST-VLAANDEREN Voor wie? Slachtoffer/ daders

Nadere informatie

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ;

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van, nr. ; Besluit van, tot wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met een vergoeding voor de beurtelingse verlening van rechtsbijstand in het kader van politieverhoren Op de voordracht

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 MAART 2016 P.16.0346.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.16.0346.N M A A A K alias M A K alias M alias G, verdachte, aangehouden, eiser, met als raadsman mr. Zouhaier Chihaoui, advocaat bij

Nadere informatie

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5.

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5. U MOET TERECHTSTAAN INHOUD Deze brochure 3 Dagvaarding 3 Bezwaarschrift 3 Rechtsbijstand 4 Slachtoffer 4 Inzage in uw dossier 4 Getuigen en deskundigen 5 Uitstel 5 Aanwezigheid op de terechtzitting 6 Verstek

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/16/206 BERAADSLAGING NR. 16/092 VAN 4 OKTOBER 2016 INZAKE DE TOEGANG TOT DE PERSOONSGEGEVENSBANK E-PV DOOR

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van enkele artikelen van het Wetboek van Strafvordering van Aruba (AB 1996 no. 75) inzake de verlening van toevoegingen in strafzaken

Nadere informatie

POSITION PAPER SALDUZ

POSITION PAPER SALDUZ POSITION PAPER SALDUZ DE SALDUZ-WET De Salduz-wet 1 voorziet in nieuwe regels met betrekking tot het verhoor van getuigen en verdachten en is het gevolg van een arrest van het Europees Hof voor de Rechten

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 MEI 2012 P.11.1936.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.11.1936.N K E L D, inverdenkinggestelde, eiser, vertegenwoordigd door mr. Johan Verbist, advocaat bij het Hof van Cassatie, en mr. Philip

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 AUGUSTUS 2015 P.15.1158.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.15.1158.N Y M, verzoekster tot voorlopige invrijheidstelling, gedetineerd, eiseres, met als raadsman mr. Joris Van Cauter, advocaat

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 1 JULI 2014 P.14.0969.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0969.N B., veroordeelde tot vrijheidsstraf, eiser, met als raadsman mr. Kris Luyckx, advocaat bij de balie te Antwerpen. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

Actualisatie strafrecht en strafprocesrecht Voor parketjuristen, referendarissen, stagiairs, beginnende magistraten

Actualisatie strafrecht en strafprocesrecht Voor parketjuristen, referendarissen, stagiairs, beginnende magistraten Actualisatie strafrecht en strafprocesrecht Voor parketjuristen, referendarissen, stagiairs, beginnende magistraten ref.: PEN-168/2017 Doelgroep Alle nieuwe parketjuristen (verplicht) Geïnteresseerde parketjuristen

Nadere informatie

EVALUATIE VAN 1 JAAR SALDUZ- WET

EVALUATIE VAN 1 JAAR SALDUZ- WET EVALUATIE VAN 1 JAAR SALDUZ- WET Kwalitatief luik: de verdachten Studiedag «t Salduz beter gaan?! Hoe de toekomstige EU-richtlijnen implementeren in onze regelgeving?» 27 maart 2013 DSB Kris DECRAMER Inleiding

Nadere informatie