A. Keizer Justinianus

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "A. Keizer Justinianus"

Transcriptie

1 A. Keizer Justinianus Keizer Justinianus werd in 527 staatsrechtelijk keizer van het gehele Romeinse rijk, maar zijn feitelijke macht was beperkt tot het Oostelijke deel, waarvan Constantinopel de hoofdstad was. Justinianus wilde echter de macht over het gehele Romeinse rijk. Hij wilde dit doel bereiken door middel van wapens en wetten (armis legibusque). Het ideaal van Justianus en zijn tijdgenoten was gericht op het verleden. Daardoor wordt het verklaard dat de wetgeving van Justianianus voornamelijk in het Latijn is geschreven. De wetgeving die Justinianus maakte bestaat uit de Codex Justinianus, de Digesten, de Instituten en de Novellen. Codex Justinianus (529) De Codex bestaat uit constituties van de keizer. Het heeft lang geduurd voordat deze constituties van overheidswege werden gebundeld. De oudste verzamelingen werden gemaakt door privépersonen, waaronder Gregorianus en Hermogenianus. Ook deze verzamelingen werden Codex genoemd, wat boek betekent. De privéverzamelingen hadden geen autoriteit, wat voor een codificatie wel vereist is. Hierdoor hadden constituties die niet in de Codices waren opgenomen een even grote rechtskracht als constituties die er wel in waren opgenomen. De verzamelingen waren niet uitputtend. Wanneer twee of meer constituties dezelfde materie bevatten, gold de regel lex posterior derogat legi priori. Dit hield in dat de latere wet de eerdere ontkrachtte. In 426 probeerde men regels te maken voor het gebruik van de constituties en het juristenrecht. De constituties werden verdeeld in leges generales (wetten) en rescripta (beschikkingen). Alleen leges generales konden nog worden ingeroepen voor de rechter. Twaalf jaar later kwam de Codex Theodosianus tot stand. Dit was een poging van keizer Theodosius om de leges en het ius te ordenen. De keizer besloot om alle constituties die na de beide particuliere Codices waren verschenen, te ordenen en van algemene gelding te voorzien. Ook de juristengeschriften zouden op dezelfde manier worden gerangschikt. De commissie is echter niet geslaagd in het ordenen van de juristengeschriften. Uiteindelijk werd op 15 februari 438 de Codex Theodosianus afgekondigd, welke enkel keizerlijke constituties bevatte uit het tijdvak De Codex Theodosianus had, in tegenstelling tot de privéverzamelingen, wel autoriteit. Constituties uit hetzelfde tijdvak die niet in de verzameling waren opgenomen, verloren hun rechtskracht. Alle constituties binnen de Codex Theodosianus behielden overigens hun eigen rechtskracht, wat betekende dat de regel lex posterior derogat legi priori binnen de Codex bleef gelden. Honderd jaar later deed keizer Justinianus een nieuwe poging om een Codex samen te stellen. De Codex Justinianus werd afgekondigd op 7 april 529. Ook deze Codex had exclusieve werking en verving de eerdere Codices en constituties van na 435. Ook nu behielden de constituties hun rechtskracht en bleef de lex posterior-regel van toepassing. Rechtsregels die tot één persoon waren gericht kregen algemene werking en de Codex werd ingedeeld in chronologische volgorde. Digesten (533) In 530 begon een commissie onder leiding van Tribonianus aan het ordenen van de juristengeschriften. Doordat er zoveel juristengeschriften waren en niemand eigenlijk over alle juristengeschriften beschikte, ontstonden er veel problemen. In de constitutie van 426 werd ook iets geregeld over de juristengeschriften. Dit werd de lex citandi genoemd. De lex citandi hield in dat er voor de rechter slechts geciteerd mocht worden uit werken van Papinianus, Paulus, Ulpianus, Modestinus en Gaius. Wanneer deze juristen het niet met elkaar eens waren over een bepaald vraagstuk, gold de mening van de meerderheid. Wanneer er geen meerderheid tot stand was gekomen gold de mening van Papinianus en wanneer Papinianus zich niet over het vraagstuk had uitgesproken, 1

2 mocht de rechter zelf kiezen welke mening hij wilde volgen. De lex citandi heeft gegolden tot 30 december 533. De commissie was na drie jaar klaar met het ordenen van de juristengeschriften. Er ontstonden vijftig boeken, waarin bij elk fragment de naam van de schrijver stond vermeld. Dit deed men uit eerbied voor de oude juristen. Op 16 december 533 worden de Digesten door de keizer afgekondigd en van wettelijke kracht voorzien, die in werking zal treden op 30 december 533. De Digesten hebben net als de Codex exclusieve werking. Justinianus vaardigde de Digesten uit als één keizerlijke constitutie, wat betekende dat het ius als zelfstandige rechtsbron was afgeschaft. Hiermee kwam een einde aan de lex citandi, aangezien tegenstellingen niet meer werden geacht voor te komen in de Digesten. Daarnaast betekende het uitvaardigen van de Digesten als één constitutie dat het juristenrecht de jongste constitutie werd van alle keizerlijke constituties, en op die manier voorrang kreeg boven andere constituties op basis van de lex posterior-regel. Een derde gevolg was dat de lex posterior-regel niet van toepassing was binnen de Digesten. Instituten (533) Toen de Digesten bijna klaar waren, heeft Tribonianus met twee hoogleraren in de rechtsgeleerdheid een leerboek gemaakt dat een inleiding vormde op het Romeinse recht. Deze Instituten bestaan uit vier boeken en werden gedoceerd aan eerstejaars rechtenstudenten. De Instituten zijn grotendeels ontleend aan de Instituten van Gaius. Codex repetitae praelectionis (534) De Codex van 529 bleek verouderd nadat de Digesten en Instituten waren uitgevaardigd. In 534 werd daarom een hernieuwde Codex samengesteld onder leiding van Tribonianus, de Codex repitatae praelectionis. Daarin kwam geen lex citandi meer voor, aangezien deze door de Digesten overbodig was geworden. Niet de gehele Digesten en Instituten werden in de Codex opgenomen, maar slechts de constitutie die tot het maken van de Digesten opdracht gaf en de constitutie die de Digesten en Instituten kracht van wet gaf. Ook nu behielden de constituties hun eigen rechtskracht en datum. Dit betekent dat een nieuwe Codex eigenlijk niet noodzakelijk was geweest, aangezien de lex posterior-regel voorrang gaf aan de Digesten en de lex citandi afschafte. Novellen Na 534 verschenen er nog meer constituties. Vooral tijdens het ministerschap van Tribonianus verscheen er een lange reeks van constituties, deze werden Novellen (nieuwe constituties) genoemd. Alle constituties die werden uitgevaardigd door keizers kregen deze naam. Wij kennen de Novellen vooral uit een particuliere verzameling van 168 novellen, die is ontstaan onder de keizers Justinus II en TIberius II. Doorwerking De wetgeving van Justinianus bleef eeuwenlang de codificatie van het Byzantijnse Rijk. Zij werd slechts aangevuld door Novellen. De Novellen waren vaak in het Grieks, maar de oorspronkelijke tekst was in het Latijn. Dit kon de Byzantijnse bevolking niet lezen of spreken. Daardoor verschenen allerlei Griekse vertalingen en uittreksels. Deze hadden echter geen formele rechtskracht. Advocaten en rechters moesten zich beroepen op de oorspronkelijke tekst. Alleen wanneer er een latere Novelle bestond over een in het Latijn geregeld onderwerp, zette de latere tekst de eerdere opzij. De Griekse teksten golden alleen als hulpmiddel. In 900 besloot keizer Leo de Wijze om de commentaren op het werk van Justinianus te ordenen en te zuiveren. De zuiveringsoperatie werd Basilica genoemd en bestond uit zestig boeken. De Basilica zijn aan het einde van de twaalfde eeuw verheven tot codificatie. Echter, vanaf 1350 is men een uittreksel van de Basilica gaan gebruiken, de Hexabiblos. Deze is in 1835 verheven tot het officiële wetboek van het zojuist onafhankelijk geworden Griekeland. Het wetboek heeft haar werking behouden tot

3 Het vasteland van West-Europa heeft het Romeinse recht opnieuw aangenomen sinds het einde van de 11 e eeuw. Het Romeinse recht gold toen alleen in gevallen waarin het plaatselijke recht niet voorzag. Het was in geheel West-Europa het gemeenschappelijke, gemene recht (ius commune). Hier is een einde aan gekomen door de invoering van de nationale codificaties. In Nederland werd het Romeinse recht afgeschaft op 1 mei 1809 door de inwerkingtreding van het Wetboek Napoleon ingerigt voor het Koningrijk Holland. 3

4 B. Procesrecht Inleiding Iemand begint een proces omdat hij graag een voor hem gunstig vonnis wil krijgen. Op die manier kun je namelijk van de overheid verlangen dat zij dit vonnis tenuitvoerlegt. Bij tenuitvoerlegging past de overheid dwangmaatregelen toe, gericht tegen de veroordeelde of zijn vermogen. Het is dus een ernstige inbreuk op iemands bevoegdheden. Het vonnis op grond waarvan men van de overheid tenuitvoerlegging kan eisen, wordt een executoriale titel genoemd. Soorten van tenuitvoerlegging Het Romeinse recht kende slechts één executoriale titel, namelijk het veroordelende vonnis. In het huidige recht kennen we daarnaast ook nog authentieke akten. In het Romeinse recht verkreeg de eiser door de executie van het vonnis nooit datgene waar hij oorspronkelijk recht op heeft. Men werd namelijk altijd veroordeeld tot het betalen van een geldsom, ook als bijvoorbeeld de teruggave van een zaak was gevorderd. Iemand kreeg in het geval van een gestolen zaak de waarde van zijn zaak terug.. Bij grote uitzondering verleent de overheid medewerken aan een tenuitvoerlegging zonder aanwezigheid van een executoriale titel, dit is parate executie. In het Romeinse recht ging de praetor gelijk over tot executie indien die gedaagde niet verscheen op het proces. Bij eigenrichting verschaft men zich zelf recht. In slechts een enkel geval is dit toegestaan. Bijvoorbeeld als de eigenaar de gestolen zaak eigenmachtig onder de dief terugneemt. Drie procesvormen Het Romeinse recht heeft drie procesvormen gekend. De oorspronkelijke boerenstaat gebruikte het stelsel der wettelijke acties, het wereldrijk gebruikte het formulastelsel en het keizerrijk gebruikte de buitengewone rechtsgang. De overgang tussen de procesvormen ging geleidelijk. De verandering van het procesrecht valt niet samen met de verandering in de maatschappelijke opbouw. Procedure door wettelijke actie Bij deze procedure werd het geding verdeeld in twee fasen. De eerste fase speelde zich af in iure ten overstaan van een overheidsmagistraat (sinds 367 v. Chr. de praetor) en de tweede fase vond in iudicio plaats ten overstaan van de rechter. Deze rechter was een gewone Romeinse burger, eigenlijk een soort scheidsrechter. Ook nu nog is het mogelijk om een geschil voor te leggen aan een scheidsrechter (art Rv). Het vonnis van zo n scheidsrechter heeft echter geen executoriale kracht. Dit was bij de Romeinen anders. De rechter kon hier namelijk wel de executieregels in werking stellen. Door de tweedeling waren er ook twee soorten advocaten. De iurisconsultus verleende bijstand in de eerste fase, de orator in de tweede fase. Het kenmerkende van de wettelijke actie is dat de partijen ten overstaan van de magistraat enkele formele spreuken opzeiden, waarbij zij rituele handelingen verrichtten. De mondeling geuite formules werden nauwkeurig door de wet voorgeschreven. De minste afwijking of verspreking leidde tot verlies van het proces. Wanneer de rechter vervolgens de eiser in het gelijk stelde, moest deze opnieuw een wettelijke actie instellen om het vonnis ten uitvoer te leggen. De schuldeiser executeerde ten tijde van de wettelijke acties zelf en de executie was gericht tegen de persoon van de veroordeelde. Personele executie De wettelijke actie die de eiser kon instellen op grond van een voor hem gunstig vonnis was de handoplegging (manus iniectio).. De schuldeiser legde dan zijn hand op de schouder van de schuldenaar. In de oude Romeinse tijd mocht de schuldenaar na de handoplegging door de schuldeiser geboeid worden. 4

5 De eiser mocht de veroordeelde dan zelf opsluiten. Wanneer er na drie weken niemand was gekomen om hem vrij te kopen en zo het vonnis te voldoen, mocht de schuldeiser de schuldenaar als slaaf verkopen De persoon van de veroordeelde werd opgeheven, een slaaf was immers een rechtsobject. De manus iniectio was daarom een personele executie.. In het latere Romeinse recht is de personele actie onbekend. Overgang naar het formulaproces Het feit dat een verkeerde formulering een nietige actie kon opleveren en het feit dat de personele acties zeer streng waren, hebben ervoor gezorgd dat de wettelijke acties zijn afgeschaft. Tegelijkertijd werd er een nieuwe procesvorm geïntroduceerd. Dit formulaproces berustte net als de wettelijke acties op de wet, het werd dan ook wel het wettelijk geding genoemd. Echter, de wet gaf niet langer precieze formuleringen aan maar slechts algemene voorwaarden, waaraan de vorm van het proces moest voldoen. Drie voorwaarden waren voldoende. Ten eerste moesten de partijen Romeinse burgers zijn. Daarnaast moest het proces plaatsvinden in de stad Rome en tenslotte moest vonnis gewezen worden door één rechter, binnen anderhalf jaar nadat het geschil aan hem was voorgelegd. Wat als niet aan deze voorwaarden was voldaan? Naast de lex was er nog een andere rechtsbron, het imperium. Met het imperium werd de algehele overheidsmacht aangeduid. De praetor kon krachtens het imperium regels in het leven roepen, wanneer er niets bij wet was geregeld. De wet kon zelfs gecorrigeerd worden wanneer zij onbillijk werkte. Het formulaproces Bij het formulaproces werd het resultaat van de voor de praetor gevoerde procedure schriftelijk vastgelegd in een akte. Dit in tegenstelling met de wettelijke actie, waar ten overstaan van de praetor mondeling een rituele spreuk werd opgezegd. De procedure bleef wel gesplitst in een procedure voor de praetor en een procedure voor de rechter. De rechter was een gewone Romeinse burger. De rechters stonden op een door de praetor bijgehouden lijst en de partijen mochten een rechter kiezen. Het rechterschap was een publieke plicht, waaraan men zich in principe niet kon onttrekken. Wanneer de rechter opzettelijk een partijdig of onjuist vonnis wees, was hij verantwoordelijk voor alle schade die uit zijn weigering of nalatigheid voortvloeide. Dit werd uitgedrukt als iudex litem suam facit. In Nederland staat dit in art. 13 AB en art. 26 Rv. De rechter is in Nederland ook verplicht de rechtsgronden aan te vullen (art. 25 Rv) hij kent de wet, ius curia novit. De Romeinse rechter had niet zo n verplichting. Hij was gebonden aan de instructie die hij van de praetor kreeg. Zijn taken waren hierin nauwkeurig omschreven en op grond van deze opdrachten moest hij de feiten onderzoeken. De instructie mocht niet overschreden worden door aanvullingen of wijzigingen. Hoe kwam de instructie tot stand? De instructie werd niet door de praetor, maar door de partijen vastgesteld. Zij mochten dit niet in eigen woorden formuleren, maar moesten de door de praetor voorgeschreven formules gebruiken. Partijen kozen een passende formule, vulden haar in en legden het geheel vast in een akte. Deze akte werd formula genoemd. De praetor keurde hetgeen door partijen overeengekomen was goed. Op die manier kwam een procesovereenkomst tot stand, waarin partijen de inhoud van het geding overeenkwamen. Een gevolg van het sluiten van deze overeenkomst was dat een verstekgeding onmogelijk was, omdat beide partijen aanwezig moesten zijn om een overeenkomst te kunnen sluiten. Om te voorkomen dat gedaagden dan maar niet kwamen opdagen, stond er een hoge straf op het niet meewerken aan het proces. Je werd dan een indefensus, wat betekende dat de gedaagde uit zijn gehele vermogen werd ontzet. Bij een zakelijke actie werd de eiser in het bezit van de betwiste zaak gesteld wanneer de gedaagde geen medewerking verleende. De procesfase bij de praetor 5

6 De eiser moest de gedaagde van zijn actie op de hoogte stellen, zodat de gedaagde de tijd had om zich te verdedigen. De gedaagde ontving van de eiser een officiële oproep om voor de praetor te verschijnen. Deze mondelinge dagvaarding kon overal aan de gedaagde worden gegeven. Wanneer de gedaagde gehoor gaf aan de oproep, gingen partijen naar de praetor. De praetor keek eerst of er beletselen bestonden die de partijen verhinderden voor zichzelf te procederen of voor een ander in rechte op te treden. Beide partijen moesten Romeins burger zijn en iemand mocht bijvoorbeeld niet doof zijn. Ook kon het voorkomen dat de praetor meteen zag dat de vordering nooit tot een veroordeling zou kunnen leiden. In deze gevallen ontzegde de praetor de actie, zodat het geding geen doorgang kon vinden. Dit is een voorbeeld van ingrijpen door de praetor op grond van het imperium. De bekentenis Iemand die bekend had, werd beschouwd als iemand die veroordeeld was (confessus pro iudicato habetur), dit gold al sinds de wet van de twaalf tafelen De bekentenis betekende dus het einde van het geding. Wanneer de prestatie niet het geven van een geldsom inhield, werd nog wel een schatting gemaakt van de prestatie in geld. De formula De eiser formuleerde zijn eis in de formuleringen die door de praetor in zijn praetorisch edict waren vastgelegd. Voor de gedaagde die zich verweerde, gold hetzelfde. Elke formula bestond uit een aantal zinssnedes, ofwel clausules die de mogelijkheid schiepen iedere rechtsbetrekking in korte bewoordingen ondubbelzinnig weer te geven. Ook de volgorde van de verschillende clausules was voorgeschreven. Zo begon elke formula met het benoemen van de rechter. In de zin die volgde, stelde de eiser zijn eis. De hoofdzin bevatte de opdracht te veroordelen tot een geldsom, hetzij vrij te spreken. Soms begon de zin ook met een korte uiteenzetting van wat er aan de hand was. De namen van de rechter, eiser en gedaagde moesten in de blanco formula worden ingevuld. De restitutieclausule en de exceptie Een van de clausules die in de formula kon voorkomen was de restitutieclausule. Zij kwam voor in de formula van die acties die de afgifte van een zaak vorderden. Door een restitutieclausule vergrootte de eiser de kans dat hij zijn zaak terugkreeg. De rechter kon dan de gedaagde de gelegenheid geven de zaak vrijwillig af te geven, resituere. Wanneer de gedaagde dit deed, sprak de rechter vrij. Wanneer de gedaagde weigerde, volgde een veroordeling tot een geldsom. De rechter mocht de waardebepaling van de zaak echter overlaten aan de eiser. Aangezien gedaagden veroordeeld konden worden tot een bedrag dat geen maximum kende, was dit voor hen niet aantrekkelijk en kozen de meeste gedaagden voor vrijwillige afgifte. De belangrijkste clausule was de exceptio, het verweer van de gedaagde. De gedaagde ontkent de stelling van de eiser dan niet, maar stelt een nieuw feit dat de eis ontkracht. De gedaagde geeft dan bijvoorbeeld toe dat hij de koopprijs niet heeft betaald, maar voert aan dat de koop door bedrog van de eiser tot stand is gebracht en dat hij daarom niet betaalt. De exceptio had een vaste plaats en een vaste formulering. De voorwaarde werd in ontkennende zin gesteld. Wanneer niet blijkt van bedrog, moet de gedaagde veroordeeld worden. Wanneer de eiser weer iets terug te zegen had op het door de gedaagde opgeworpen verweer, werd er aan de exceptie weer een voorwaarde verbonden (replicatio). Dit kun je vergelijken met het huidige gebruik van repliek en dupliek. Goede trouw In de formula vond je vaak ook de clausule van de goede trouw. Deze verplichtte de rechter zijn beslissing te toetsen aan de regels van de redelijkheid en billijkheid. Deze regels waren in het Romeins recht een aantal objectief vaststaande regels, bijvoorbeeld 6

7 dat de schuldenaar van een geldsom rente behoorde te betalen. De clausule was niet altijd toegestaan, zoals bij de actie van stipulatie. Wanneer de clausule niet voorkwam, mocht de rechter enkel vonnissen naar de strenge, letterlijke opdracht die in de formula was vervat. De clausule van de goede trouw was steeds opgenomen in de formula s. Fictie Soms stond er een fictie in de formula. De rechter moest dan oordelen alsof een niet werkelijk gebeurd feit wel gebeurd was. Ook wij kennen nog fictieve regels. Een actie waarin fictie voorkwam werd een actio utilis, letterlijk een nuttige actie genoemd. De belangrijkste is de terugwerkende kracht. De meest beroemde fictie is nasciturus pro iam nato habetur: degene die nog geboren moet worden wordt als reeds geboren aangemerkt. In ons recht staat deze regel in art. 1:2 BW. De procesovereenkomst Wanneer hetgeen ten overstaan van de praetor was overeengekomen door het machtswoord van de praetor werd bezegeld, kwam de procesovereenkomst tot stand. Het machtswoord van de praetor zorgde niet alleen voor het goedkeuren van de actie, maar ook voor het tenietgaan van de actie. De door partijen in het geding gebrachte rechtsbetrekking ging teniet, waarvoor een voorwaardelijke rechtsbetrekking in de plaats kwam. Door de procesovereenkomst werd de rechter definitief aangewezen en de in de formula neergelegde geschilpunten werden definitief vastgesteld en bevroren. De voorwaarde bestond uit het veroordelende vonnis. Wanneer namelijk vrijspraak volgde, bleek daaruit dat van de in het geding gebrachte rechtsbetrekking tussen eiser en gedaagde geen sprake was. Het vervangen van de oude rechtsbetrekking door een voorwaardelijke nieuwe rechtsbetrekking wordt ook wel een gedwongen schuldvernieuwing genoemd. Rechtsgevolgen Het belangrijkste rechtsgevolg van de procesovereenkomst was dat tussen dezelfde partijen over hetzelfde geschil niet nogmaals kon worden geprocedeerd, aangezien de in het geding gebrachte rechtsbetrekking door de procesovereenkomst teniet was gegaan. Ook in het Nederlandse recht kun je niet een tweede keer over hetzelfde procederen (art. 236 lid 1 Rv). Het tweede gevolg van het tenietgaan van de rechtsbetrekking was dat de nieuwe rechtsbetrekking overerfelijk was. Dat was ook zo wanneer de oorspronkelijke rechtsbetrekking niet overerfelijk was, zoals bij een onrechtmatige daad. Dit betekende dat de erfgenaam aansprakelijk was voor de onrechtmatige daad vanaf het moment dat de procesovereenkomst tot stand was gekomen. Wanneer de vordering van de eiser onderworpen was aan een verjarings- of vervaltermijn, moest de eiser ervoor zorgen dat de procesovereenkomst plaats had voor het verstrijken van de termijn. Door de procesovereenkomst werd het oorspronkelijke recht namelijk vervangen door een nieuw recht, dat niet aan die termijn gebonden was. Tot slot kon na de procesovereenkomst de rechtsbetrekking niet meer door overmacht teniet gaan. Het betalen van een geldsom gaat namelijk niet door overmacht teniet. De procesfase bij de rechter Voor de procedure ten overstaan van de rechter bestonden geen vaste regels. De formula was de enige houvast, dit schreef nauwkeurig voor wat de rechter moest onderzoeken, maar niet op welke wijze. De bewijsvoering was nauwelijks aan regels gebonden. Het vonnis van de rechter was vormloos en bevatte een veroordeling of vrijspraak. Naar inhoud waren er twee soorten vonnissen: declaratoire vonnissen en constitutieve vonnissen. Bij een declaratoir vonnis constateert de rechter het bestaan van een rechtstoestand en bevestigt hij dus iets wat er al was. Bij een constitutief vonnis wordt een rechtstoestand gewijzigd en wordt er dus iets nieuws geschapen. Vrijsprekende vonnissen zijn declaratoir, veroordelende vonnissen constitutief. De actie uit een vonnis 7

8 Na het veroordelende vonnis kon er niet meteen tot executie worden overgegaan. De eiser moest eerst een nieuwe actie instellen tegen de veroordeelde gedaagde, de actie uit het vonnis (actio iudicati). Dit tweede proces verliep hetzelfde als het eerste proces. Ook hier kwam er een procesovereenkomst tot stand en volgde er een fase bij de rechter en een vonnis. De nieuwe vordering had een andere grondslag dan de eerste, zodat de regel ne bis in idem niet opging Wanneer de gedaagde opnieuw schuldig werd bevonden werd hij tot betaling van het dubbele bedrag veroordeeld. De meeste schuldenaars hadden daarom tegen die tijd al wel betaald of bekend. De nieuwe veroordeling tot het dubbele bedrag zorgde ervoor dat de praetor tot executie overging. Het gehele vermogen van de schuldenaar werd dan in beslag genomen (missio in bona). De executie De executie was een extreem middel, het doet denken aan het huidige faillissement. Ook de veroordeelde tot een klein bedrag raakte namelijk zijn gehele vermogen kwijt. Tegenwoordig legt de van een executoriale titel voorziene schuldeiser beslag op afzonderlijke vermogensbestanddelen van de veroordeelde schuldenaar. De mogelijkheid van beslaglegging op bepaalde goederen bestond in Rome pas later. Beslag op het gehele vermogen Hoe ging de executie in zijn werk? Het in beslag genomen vermogen werd na enige tijd in het openbaar geveild en in zijn geheel verkocht. De schuldeiser (of één van de schuldeisers) was de verkoper. De boedel werd toegewezen aan degene die bereid was het hoogste percentage van de schulden af te betalen. Hiermee werden de schuldeisers voldaan. De hoogst biedende op de veiling werd als bonorium emptor, koper van het vermogen aangewezen. De koper kreeg dus het hele vermogen, maar hij was niet gerechtigd tot het vermogen of de bestanddelen ervan. Hij had het immers slechts gekocht en het bezit was hem niet verschaft door de schuldenaar, maar toegekend door de praetor. De koper was geen schuldeiser of schuldenaar. De praetor zorgde er echter voor dat de eigendomsactie van de veroordeelde schuldenaar door een exceptie werd afgeweerd. Zo maakte de praetor het bezit van de opkoper onaantastbaar. Dus hoewel de veroordeelde schuldenaar als rechthebbende bleef aangemerkt, zorgde de praetor ervoor dat de opkoper de algehele beschikking had over het vermogen. Overgang naar buitengewone procedure Het formulaproces is uiteindelijk afgeschaft. Het verdwijnen van dit proces had grote juridische gevolgen. Eén van de consequenties was dat de afgrenzing van de acties vervaagde. In het formula-stelsel belichaamde iedere formula namelijk een bepaalde actie. Je kon uit de formula opmaken of het ging om een actie uit koop of onrechtmatige daad. Doordat de formula s verdwenen, kon iedereen met een subjectief recht een actie instellen. Omdat het aantal subjectieve rechten onbeperkt is, is ook het aantal acties onbeperkt. In het Romeinse recht bestond er dus eerst een beperkt, gesloten stelsel van omschreven aantal subjectieve rechten. Toen het formulaproces verdween ontstond er een open stelsel van rechten. De buitengewone procedure Onder het gewone geding verstond men het formulaproces. Onder keizer Diocletianus was het formulaproces verdwenen, dit heeft te maken gehad met de groei van het volstrekte keizerschap en de daarmee gepaard gaande centralisering en de verambtelijking van het keizerlijk bestuur. De buitengewone rechtsgang lijkt op ons moderne proces. De procedure werd niet langer opgedeeld in twee fasen, maar het gehele proces speelde zich af voor de rechter, die een van de keizer afhankelijke ambtenaar was. Rechtspraak en bestuur waren niet gescheiden. De praetor speelde geen enkele rol meer. Hierdoor verdween ook de procesovereenkomst en haar consumerende werking. Verstekgedingen en gedingen in 8

9 hoger beroep werden daardoor mogelijk. Door de mogelijkheid van hoger beroep ontstond er een stelsel van lagere en hogere rechters, waarbij de keizer zelf de hoogste rechter was. Enkele regels uit het formulaproces bleven wel gelden, zoals de regel ne bis in idem. Verjaring Ten tijde van het formulaproces kon degene wiens recht geschonden was altijd procederen, ongeacht het verloop van tijd. Dit werd in de late keizertijd anders. Er werd toen bepaald dat een actie in dertig jaar door extinctieve verjaring tenietging. Het aanvangspunt van de termijn was het tijdstip waarop de actie voor het eerst kon worden ingesteld. Na dertig jaar bleef het subjectieve recht bestaan, maar verviel de actie die eraan verbonden was. De eigenaar kon geen revindicatie meer instellen, maar had slechts nog een vordering zonder actie, een natuurlijke verbintenis. Dit wordt ook wel zwakke werking van de verjaring genoemd. Bij sterke werking gaat ook het met de actie verbonden recht teniet. Ons recht kent ook een zwakke werking toe aan verjaring (art. 3:306 BW). In het Nederlandse recht geldt echter de termijn van twintig jaar. Soms gaan zowel in het Romeinse als het Nederlandse recht zowel het recht als de actie teniet. In het Romeinse recht ging een erfdienstbaarheid teniet wanneer er twee jaar geen gebruik van werd gemaakt. 9

Beknopte geschiedenis van het Romeinse Rijk

Beknopte geschiedenis van het Romeinse Rijk I Beknopte geschiedenis van het Romeinse Rijk In dit korte overzicht ligt de nadruk op de verschillende staatsrechtelijke vormen van het Romeinse Rijk en de rechtsbronnen die het Rijk kende. 1 Koninkrijk

Nadere informatie

6.4. Het recht. De wetgeving. De rechtspraak. Boekverslag door M woorden 23 mei keer beoordeeld. De rechtspraak bij de Romeinen

6.4. Het recht. De wetgeving. De rechtspraak. Boekverslag door M woorden 23 mei keer beoordeeld. De rechtspraak bij de Romeinen Boekverslag door M. 2413 woorden 23 mei 2004 6.4 204 keer beoordeeld Vak KCV bij de Romeinen De Koningstijd en de periode van de Vroege Republiek De koningstijd was van 753 voor Chr tot ongeveer 500 voor

Nadere informatie

Aanbeveling binnentreding woning i.v.m. nutsvoorzieningen

Aanbeveling binnentreding woning i.v.m. nutsvoorzieningen Aanbeveling binnentreding woning i.v.m. nutsvoorzieningen aan LOVCK&T van Expertgroep Burgerlijk procesrecht datum 29 mei 2019 onderwerp Aanbeveling binnentreding woning i.v.m. nutsvoorzieningen / reële

Nadere informatie

Voorwoord. Lawbooks Burgerlijk Procesrecht & Bestuursprocesrecht ( ) Beste student(e),

Voorwoord. Lawbooks Burgerlijk Procesrecht & Bestuursprocesrecht ( ) Beste student(e), Hoofdstuk 5 Burgerlijk Procesrecht & Bestuursprocesrecht DEEL A 2016 2017 Voorwoord Beste student(e), Bij dezen ook het ontbrekende hoofdstuk 5 van het boek Compendium, dat voorgeschreven is in week 1

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:2411

ECLI:NL:RBOVE:2014:2411 ECLI:NL:RBOVE:2014:2411 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 18-04-2014 Datum publicatie 07-05-2014 Zaaknummer C/08/154383 / KG-ZA 14-130 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort

Nadere informatie

==================================================================== Artikel 1

==================================================================== Artikel 1 Intitulé : Landsverordening grensregeling Citeertitel: Landsverordening grensregeling Vindplaats : AB 1990 no. GT 23 Wijzigingen: Geen Artikel 1 1. Grensregeling wordt onderscheiden in: a. de geïsoleerde

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 7 NOVEMBER 2014 C.14.0122.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.14.0122.N 1. M. H., 2. A. D. K., eisers, toegelaten tot de rechtsbijstand bij beslissing van 6 januari 2014 (nr. G.13.0163.N) vertegenwoordigd

Nadere informatie

ECLI:NL:OGEAC:2016:7 Gerecht in eerste aanleg van Curaçao Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer AR 75895/2015

ECLI:NL:OGEAC:2016:7 Gerecht in eerste aanleg van Curaçao Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer AR 75895/2015 ECLI:NL:OGEAC:2016:7 Instantie Gerecht in eerste aanleg van Curaçao Datum uitspraak 11-04-2016 Datum publicatie 26-04-2016 Zaaknummer AR 75895/2015 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat gerechtsdeurwaarder X het vonnis van de kantonrechter d.d. 18 december 2007 heeft betekend, terwijl hij verzoeker niet eerst heeft uitgenodigd dan wel heeft

Nadere informatie

van gedaagde bij verschijning in de procedure geen griffierecht zal worden geheven;

van gedaagde bij verschijning in de procedure geen griffierecht zal worden geheven; Model A1, Rechtbank, kantonzaak, 1 gedaagde Naast alles wat de wet en met name het tweede lid van artikel 111 Rv overigens voorschrijft, in het bijzonder ook de waarschuwing voor verstek bij niet verschijnen

Nadere informatie

2 Omschrijving van enkele begrippen

2 Omschrijving van enkele begrippen 2 Omschrijving van enkele begrippen 1 INLEIDING Een probleem bij de bestudering van art. 48 (oud) Rv is dat de betekenis van veel van de gebruikte begrippen niet duidelijk is. Wat is een rechtsgrond? Is

Nadere informatie

Geschiedenis van het privaatrecht

Geschiedenis van het privaatrecht 1ste bach rechten Geschiedenis van het privaatrecht samenvatting Q uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen www.quickprinter.be R 1 R10 6,00 Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be 2

Nadere informatie

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding

Hoofdstuk 21. Verbintenis en rechtshandhaving Inleiding Hoofdstuk 21 Verbintenis en rechtshandhaving 21.1 Inleiding In hoofdstuk 5 was het verschil tussen absolute en relatieve rechten aan de orde. Absolute rechten zijn rechten die tegenover iedereen werken.

Nadere informatie

zaaknummer / rolnummer: 215005 / KG ZA 10-460 Vonnis in kort geding ex artikel 438 lid 4 Rv van 22 juli 2010

zaaknummer / rolnummer: 215005 / KG ZA 10-460 Vonnis in kort geding ex artikel 438 lid 4 Rv van 22 juli 2010 vonnis RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 215005 / KG ZA 10-460 Vonnis in kort geding ex artikel 438 lid 4 Rv van in de zaak van I De stichting STICHTING TRUDO, gevestigd

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:4468

ECLI:NL:RBROT:2015:4468 ECLI:NL:RBROT:2015:4468 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer C-10-459512 - HA ZA 14-950 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Dekking incassorechtsbijstand (zuivere incasso)

Dekking incassorechtsbijstand (zuivere incasso) Clausule 230 Dekking incassorechtsbijstand (zuivere incasso) Middels deze clausule wordt op deze verzekering, in afwijking van de uitsluiting incasso van artikel 6.1.9 van de Bijzondere voorwaarden Bedrijfsrechtsbijstand,

Nadere informatie

Dekking incassorechtsbijstand (zuivere incasso)

Dekking incassorechtsbijstand (zuivere incasso) Dekking (zuivere Middels deze clausule wordt op deze verzekering, in afwijking van de uitsluiting incasso van artikel 6.1.9 van de Bijzondere voorwaarden Bedrijfsrechtsbijstand, dekking verleend voor (zuivere.

Nadere informatie

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-045 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. C.E. Polak, en mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Klacht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 03-06-2009 Datum publicatie 05-06-2009 Zaaknummer 256615 / HA ZA 08-21443 juni 2009 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Artikel 4:194a BW In het concept wetsvoorstel luidde artikel 4:194a BW als volgt:

Artikel 4:194a BW In het concept wetsvoorstel luidde artikel 4:194a BW als volgt: Van : Adviescommissie Familie- en Jeugdrecht Datum : 31 augustus 2015 Betreft : 34 224 Wijziging van Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek om erfgenamen beter te beschermen tegen schulden van de erflater (Wet

Nadere informatie

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA vonnis RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 397580 / HA ZA 11-1939 Vonnis in incident van in de zaak van 1. de vennootschap naar Belgisch recht INFORMA EUROPE B.V.B.A., gevestigd

Nadere informatie

ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

ABN AMRO Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-164 d.d. 15 april 2014 (prof.mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, drs. A. Adriaansen en mr. W.H.G.A. Filott mpf, leden en mevrouw mr. M. Nijland,

Nadere informatie

Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in burgerlijke en handelszaken

Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in burgerlijke en handelszaken Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in burgerlijke en handelszaken De Staten die dit Verdrag hebben ondertekend, Verlangende gemeenschappelijke bepalingen

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 06-02-2017 Zaaknummer 200.174.828/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE 1-1-2010 Bij deze algemene voorwaarden horen: - Koopovereenkomst Grond voor eengezinshuizen, versie 1-1-2010 Definities

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:8199

ECLI:NL:RBLIM:2017:8199 ECLI:NL:RBLIM:2017:8199 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 16082017 Datum publicatie 23082017 Zaaknummer C/03/239274 / KG ZA 17423 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid BECKERS BENELUX BV, gevestigd te Breda, eiseres, advocaat mr. W.J.G. Maas te Eindhoven,

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid BECKERS BENELUX BV, gevestigd te Breda, eiseres, advocaat mr. W.J.G. Maas te Eindhoven, vonnis RECHTBANK BREDA Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 255510 / KG ZA 12-572 Vonnis in kort geding van in de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid BECKERS BENELUX

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2009:BJ2053

ECLI:NL:RBROT:2009:BJ2053 ECLI:NL:RBROT:2009:BJ2053 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 01-07-2009 Datum publicatie 09-07-2009 Zaaknummer 316131 / HA ZA 08-2408 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2011:BP8136

ECLI:NL:RBSGR:2011:BP8136 ECLI:NL:RBSGR:2011:BP8136 Instantie Datum uitspraak 15-02-2011 Datum publicatie 18-03-2011 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 385723 / KG ZA 11-78 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Voorlopige en bewarende maatregelen in Nederland

Voorlopige en bewarende maatregelen in Nederland Voorlopige en bewarende maatregelen in Nederland 1. Welke verschillende soorten maatregelen zijn er? Bewarende maatregelen zijn maatregelen die tot doel hebben waar mogelijk zeker te stellen dat de schuldenaar

Nadere informatie

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht In deze bijdrage wordt ingegaan op de problematiek van een levering van juridische eigendom van een woning

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:5084

ECLI:NL:RBROT:2017:5084 ECLI:NL:RBROT:2017:5084 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-05-2017 Datum publicatie 03-07-2017 Zaaknummer C/10/511503 HA ZA 16-981 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 25 FEBRUARI 2009 P.08.1594.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.08.1594.F J. R., Mrs. Benoît Lespire, advocaat bij de balie te Luik, en Raphaël Gevers, advocaat bij de balie te Brussel. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:229

ECLI:NL:RBROT:2016:229 ECLI:NL:RBROT:2016:229 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 06-01-2016 Datum publicatie 07-01-2016 Zaaknummer C/10/475943 / HA ZA 15-510 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Artikel 750 1. Aanneming van werk is de overeenkomst waarbij de ene partij, de aannemer, zich jegens

Nadere informatie

HC 7A, , Kort geding

HC 7A, , Kort geding HC 7A, 18-10-18, Kort geding Het kort geding is gericht op een snelle voorlopige voorziening. Een gewone bodemprocedure neemt gauw veel tijd in beslag, waardoor de schade ondertussen snel kan oplopen (bij

Nadere informatie

inachtneming van het bepaalde in artikel 4 voorlegt aan de geschillencommissie.

inachtneming van het bepaalde in artikel 4 voorlegt aan de geschillencommissie. Geschillenreglement VViN Artikel 1 - Definities In dit reglement gelden de volgende definities: 1. Eiser: de partij die een verzoek tot beslechting als bedoeld in lid 7 van dit artikel met inachtneming

Nadere informatie

LANDSVERORDENING van de 15de maart 2001 houdende het overgangsrecht ter zake van de wijzigingen die in de bestaande wetgeving in verban

LANDSVERORDENING van de 15de maart 2001 houdende het overgangsrecht ter zake van de wijzigingen die in de bestaande wetgeving in verban Zoek regelingen op overheid.nl Koninkrijksdeel Curaçao Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! LANDSVERORDENING van de 15de maart 2001 houdende het overgangsrecht ter

Nadere informatie

rolnummer: KK Vonnis van de kantonrechter te Amsterdam op de vordering in kort geding in de zaak van: gevestigd te Amersfoort eiseres

rolnummer: KK Vonnis van de kantonrechter te Amsterdam op de vordering in kort geding in de zaak van: gevestigd te Amersfoort eiseres Vonnis van de kantonrechter te Amsterdam op de vordering in kort geding in de zaak van: 11 11 augustus2016 1. Tot uitgangspunt dient het volgende: Feiten GRONDEN VAN DE BESLISSING Vonnis is bepaald op

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927

ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927 ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2011 Datum publicatie 10-02-2011 Zaaknummer 332164 / HA ZA 09-1605 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598

ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598 ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 27-06-2007 Datum publicatie 13-08-2007 Zaaknummer 153406 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding Inhoudsindicatie

Nadere informatie

6 De taak van de rechter in het burgerlijk geding

6 De taak van de rechter in het burgerlijk geding 6 De taak van de rechter in het burgerlijk geding 1 INLEIDING Over de taak van de rechter in het burgerlijk geding bestaat weinig onenigheid. Het is zijn taak om ambtshalve te beoordelen of het recht op

Nadere informatie

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer 11 februari 2016 Mr. L.A. (Leonie) Dutmer Overzicht retentierecht van de aannemer Elementen retentierecht Feitelijke macht en kenbaarheid Retentierecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:1643

ECLI:NL:RBGEL:2017:1643 ECLI:NL:RBGEL:2017:1643 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 01032017 Datum publicatie 27032017 Zaaknummer 316395 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Kort geding

Nadere informatie

TRACTATENBLAD KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1976 Nr. 144

TRACTATENBLAD KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1976 Nr. 144 25 (1976) Nr. 1 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1976 Nr. 144 A. TITEL Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Suriname betreffende de wederzijdse erkenning

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 069 Uitvoering van verordening (EG) Nr. 805/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot invoering van een Europese executoriale

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 12-05-2009 Datum publicatie 12-06-2009 Zaaknummer 156351 - KG ZA 09-197 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

vonnis RECHTBANK Overijssel Team kanton en handelsrecht, zittingsplaats Almelo Zaaknummer: \CV EXPL Vonnis van 17 april 2018

vonnis RECHTBANK Overijssel Team kanton en handelsrecht, zittingsplaats Almelo Zaaknummer: \CV EXPL Vonnis van 17 april 2018 vonnis RECHTBANK Overijssel Team kanton en handelsrecht, zittingsplaats Almelo Zaaknummer: 6507316\CV EXPL 17-3909 Vonnis van 17 april 2018 in de zaak van de vennootschap onder firma X, gevestigd en kantoorhoudende

Nadere informatie

Samenvatting Vraagstelling

Samenvatting Vraagstelling Samenvatting Vraagstelling Dit boek gaat over artikel 3:105. Artikel 3:105 verheft degene die een goed bezit, tot rechthebbende op het ogenblik dat de rechtsvordering waarmee de eigenaar tegen de bezitter

Nadere informatie

Hof van Cassatie LIBERCAS

Hof van Cassatie LIBERCAS Hof van Cassatie LIBERCAS 5-2018 AFSTAND (RECHTSPLEGING) ALGEMEEN Algemeen - Afstand van geding - Afstand doende partij - Veroordeling in de kosten - Rechtsplegingsvergoeding - Toepassing Algemeen - Afstand

Nadere informatie

INVORDERING VAN ONBETWISTE GELDSCHULDEN. Het bekomen van een uitvoerbare titel zonder tussenkomst van een rechtbank, via de gerechtsdeurwaarder

INVORDERING VAN ONBETWISTE GELDSCHULDEN. Het bekomen van een uitvoerbare titel zonder tussenkomst van een rechtbank, via de gerechtsdeurwaarder INVORDERING VAN ONBETWISTE GELDSCHULDEN Het bekomen van een uitvoerbare titel zonder tussenkomst van een rechtbank, via de gerechtsdeurwaarder 01 Elke onbetwiste schuld die een geldsom tot voorwerp heeft

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 17 FEBRUARI 2011 C.09.0548.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.09.0548.F R. T., Mr. Michel Mahieu, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen B. C., Mr. Pierre Van Ommeslaghe, advocaat bij het Hof

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164

ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164 ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 09-09-2009 Datum publicatie 14-01-2010 Zaaknummer 64517 / HA ZA 08-433 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Koninkrijksdeel Curaçao. Wetstechnische informatie. Zoek regelingen op overheid.nl

Koninkrijksdeel Curaçao. Wetstechnische informatie. Zoek regelingen op overheid.nl Zoek regelingen op overheid.nl Koninkrijksdeel Curaçao Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! LANDSVERORDENING van de 27 ste juli 1998 houdende regels, ter uitvoering

Nadere informatie

ACTUALIA BURGERLIJK PROCESRECHT 9 FEBRUARI 2017 KRIS WAGNER, ADVOCAAT

ACTUALIA BURGERLIJK PROCESRECHT 9 FEBRUARI 2017 KRIS WAGNER, ADVOCAAT ACTUALIA BURGERLIJK PROCESRECHT 9 FEBRUARI 2017 KRIS WAGNER, ADVOCAAT 1 ARTIKEL 91 GER.W. In burgerlijke en strafzaken worden de vorderingen toegewezen aan kamers met één rechter, behalve in de gevallen

Nadere informatie

Conclusie Van oudsher bestond er, in het bijzonder in het handelsverkeer, behoefte aan de mogelijkheid om de verplichting tot betaling van een schuld over te dragen aan een derde. Een opvolging onder bijzondere

Nadere informatie

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster LJN: BW9368, Rechtbank Amsterdam, 6 juni 2012 2. De feiten 2.1. [A] en [B] wonen tegenover elkaar in [plaats]. [C] woont

Nadere informatie

8. Vormerkung definitie

8. Vormerkung definitie 8. Vormerkung 8.1. definitie Vormerkung houdt in dat de koper van een woning (althans zijn notaris) zijn uit de koopovereenkomst voortvloeiende recht om de woning te kopen, kan laten inschrijven in de

Nadere informatie

BENOEMDE OVEREENKOMSTEN

BENOEMDE OVEREENKOMSTEN BENOEMDE OVEREENKOMSTEN 1. Koop De koop is een overeenkomst waarbij een partij (de verkoper) zich ertoe verbindt dat de eigendom van een zaak over te dragen aan een andere partij (de koper), die zich op

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 Instantie Datum uitspraak 21-06-2016 Datum publicatie 24-04-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie - Vindplaatsen Uitspraak Gerechtshof

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462

ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462 ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ7462 Instantie Datum uitspraak 03-09-2009 Datum publicatie 11-09-2009 Zaaknummer 629990 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-hertogenbosch Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 04052017 Datum publicatie 15052017 Zaaknummer C/03/232895 / KG ZA 17112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie:

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie: LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, 225359 Datum uitspraak: 15-02-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 17-02-2012 Handelszaak Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: In deze zaak

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Veroordeling tot betaling van een uitkering tot onderhoud. Voorwaarde. Voorafgaande ingebrekestelling van de schuldenaar Datum 3 november 2009 Copyright and disclaimer

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Belangenbehartiging opdrachtgever. Beslaglegging.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Beslaglegging. Belangenbehartiging opdrachtgever. Beslaglegging. Nadat klagers hun opdracht tot dienstverlening bij verkoop van hun woning resp. perceel grond hadden ingetrokken, is onenigheid ontstaan over de door hun

Nadere informatie

zaaknummer / rolnummer: / KG ZA

zaaknummer / rolnummer: / KG ZA vonnis RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: Vonnis in kort geding van in de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid BECKERS BENELUX B.V., gevestigd

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039

ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 ECLI:NL:RBMID:2008:BE0039 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 30-07-2008 Datum publicatie 13-08-2008 Zaaknummer 60993/HA ZA 08-23 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675

ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675 ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 20-07-2011 Datum publicatie 10-08-2011 Zaaknummer 119380 - HA ZA 10-390 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:7471

ECLI:NL:RBLIM:2017:7471 ECLI:NL:RBLIM:2017:7471 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 31072017 Datum publicatie 01082017 Zaaknummer C/03/238623 / KG ZA 17393 Rechtsgebieden Burgerlijk procesrecht Bijzondere kenmerken Kort

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 4 OKTOBER 2013 C.12.0614.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.12.0614.F INTERNATIONAL HOTELS WORLDWIDE Inc., vennootschap naar het recht van de Britse Maagdeneilanden, Mr. Paul Alain Foriers, advocaat

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

2. Soorten en verband

2. Soorten en verband Bij dit alles moet de rechter de rechten van verdediging eerbiedigen. Dit betekent dat hij, wanneer hij de rechtsgrond wenst te wijzigen en aan te passen, de debatten dient te heropenen om partijen toe

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2013:13255

ECLI:NL:RBNHO:2013:13255 1 van 5 27-2-2014 13:18 ECLI:NL:RBNHO:2013:13255 Instantie Datum uitspraak 03-07-2013 Datum publicatie 27-01-2014 Zaaknummer 424898 Rechtsgebieden Rechtbank Noord-Holland Civiel recht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 876 Regeling van het conflictenrecht betreffende het goederenrechtelijke regime met betrekking tot zaken, vorderingsrechten, aandelen en giraal

Nadere informatie

De zaak is voor Majestic behandeld door mrs. M.H.L. Hemmer en R.T. Tjemkes, advocaten te Breda.

De zaak is voor Majestic behandeld door mrs. M.H.L. Hemmer en R.T. Tjemkes, advocaten te Breda. vonnis RECHTBANK DEN HAAG Team handel zaaknummer / rolnummer: C/09/435163 / HA ZA 13-76 Vonnis van in de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid MAJESTIC PRODUCTS B.V., gevestigd

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 31 MAART 2015 P.14.0392.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0392.N 1. M L E V U, beklaagde, 2. H R G V B, beklaagde, eisers, met als raadsman mr. Jaak Haentjens, advocaat bij de balie te Dendermonde.

Nadere informatie

KBvG, Cie Wetgeving, subcommissie Griffierecht Wet griffierechten burgerlijke zaken Modellen voor aanzeggingen

KBvG, Cie Wetgeving, subcommissie Griffierecht Wet griffierechten burgerlijke zaken Modellen voor aanzeggingen Model A1, Rechtbank, 1 gedaagde: natuurlijk persoon a. indien gedaagde verzuimt advocaat te stellen of het hierna te noemen griffierecht niet tijdig betaalt, en de voorgeschreven termijnen en formaliteiten

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JANUARI 2015 P.14.1276.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.1276.N E R H C, beklaagde, eiser, tegen C V D C, burgerlijke partij, verweerder. I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF Het cassatieberoep

Nadere informatie

Overzicht studiestof Burgerlijk Procesrecht A. Inleiding

Overzicht studiestof Burgerlijk Procesrecht A. Inleiding A. Inleiding Dit hoofdstuk is een inleiding op het burgerlijk procesrecht. In dit hoofdstuk wordt vooral verteld waar het burgerlijk procesrecht toe dient, welke beginselen van belang zijn in het burgerlijk

Nadere informatie

KBvG, Cie Wetgeving, subcommissie Griffierecht Wet griffierechten burgerlijke zaken Modellen voor aanzeggingen, v4 nieuw tarief

KBvG, Cie Wetgeving, subcommissie Griffierecht Wet griffierechten burgerlijke zaken Modellen voor aanzeggingen, v4 nieuw tarief Model A1, Rechtbank, 1 gedaagde: natuurlijk persoon a. indien gedaagde verzuimt advocaat te stellen of het hierna te noemen griffierecht niet tijdig betaalt, en de voorgeschreven termijnen en formaliteiten

Nadere informatie

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed.

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed. Korte handleiding bijeenkomst 5. Overdracht van goederen. 3:83 en volgende BW Definitie overdracht: rechtsovergang van het ene rechtssubject naar het andere op basis van een een levering. Overdracht is

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 18 SEPTEMBER 2008 C.07.0098.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.07.0098.F 1. D. J., 2. D. S., 3. D. L., Mr. Cécile Draps, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen BROUWERIJEN ALKEN-MAES, naamloze

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2016:5109

ECLI:NL:RBOVE:2016:5109 ECLI:NL:RBOVE:2016:5109 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 15-11-2016 Datum publicatie 23-12-2016 Zaaknummer 5405642 VV EXPL 16-70 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

EXECUTIE EN VERREKENING

EXECUTIE EN VERREKENING EXECUTIE EN VERREKENING Geregeld komt het in familiezaken voor dat in het dictum van de uitspraak niet het bedrag wordt genoemd dat de één aan de ander verschuldigd is. Vaak gebeurt dit in verdelingszaken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BS8906

ECLI:NL:RBAMS:2011:BS8906 ECLI:NL:RBAMS:2011:BS8906 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-09-2011 Datum publicatie 14-09-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 497590 / KG ZA 11-1292 MvW/JWR

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:4741

ECLI:NL:RBLIM:2017:4741 ECLI:NL:RBLIM:2017:4741 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 24052017 Datum publicatie 29052017 Zaaknummer 04 5426165/CV 169694 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

vonnis in naam van de Koning 2. de stichting STICHTING WOONBEDRIJF IEDER1, gevestigd te Deventer, gedaagde, advocaat mr. F.A.M. Knüppe te Arnhem.

vonnis in naam van de Koning 2. de stichting STICHTING WOONBEDRIJF IEDER1, gevestigd te Deventer, gedaagde, advocaat mr. F.A.M. Knüppe te Arnhem. in naam van de Koning vonnis RECHTBANK GELDERLAND Team kanton en handelsrecht Zittingsplaats Arnhem zaaknummer I rolnummer: C/05/296700 I HA ZA 16-50 Vonnis van in de zaak van wonende te Bilthoven, gemeente

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2011:BW7791

ECLI:NL:RBAMS:2011:BW7791 ECLI:NL:RBAMS:2011:BW7791 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 02-11-2011 Datum publicatie 07-06-2012 Zaaknummer 466912 / HA ZA 10-2565 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

Verkrijgende verjaring

Verkrijgende verjaring Verkrijgende verjaring Hendrik Ploeger 10 mei 2007 1 Agenda Vereisten voor verkrijging door verjaring De registerverklaring Erfdienstbaarheid door verjaring 10 mei 2007 2 Bezitsgrens Feitelijke grens Bezit:

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop

Samenvatting. 1. Procesverloop Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2012-321 d.d. 12 november 2012 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. J.S.W. Holtrop, leden en mr. S.N.W. Karreman, secretaris)

Nadere informatie

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden.

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden. beschikking RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Civiel recht kantonrechter zittinghoudende te Utrecht zaaknummer: 2534388 UE VERZ 13805 GD/4243 Beschikking van 13 december 2013 inzake X wonende te Arnhem,

Nadere informatie

Rechtbank van eerste aanleg Leuven, strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg Leuven, strafzaken Afschnfi ear tm -rrnde tergrfftte 0errechtb~ii:?n :r >. r is leaven. Vonnisnummer/ Griffienummer 1934/2015 Repertoriumnummer/ Europees 2015/4292 2015/4293 Datum van uitspraak 7 oktober 2015 Notienummer

Nadere informatie

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd worden.

zaaknummer / rolnummer: / HA ZA Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd worden. vonnis RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 320582 / HA ZA 08-3222 Vonnis van in de zaak van [Eiser], wonende te [woonplaats], eiser, advocaat mr. M.A. Koot, tegen [Gedaagde],

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 1 FEBRUARI 2011 P.10.1335.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.10.1335.N 1. D. L. M. D., beklaagde, 2. D. A., civielrechtelijk aansprakelijke partij, 3. T. D., civielrechtelijk aansprakelijke partij,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:886

ECLI:NL:RBROT:2017:886 ECLI:NL:RBROT:2017:886 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 19-01-2017 Datum publicatie 03-02-2017 Zaaknummer C/10/518779 / KG ZA 17-53 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie