Informatieboekje Openluchtklassen Op kamp

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Informatieboekje Openluchtklassen Op kamp"

Transcriptie

1 Informatieboekje Openluchtklassen Op kamp

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Wat is type 1 diabetes? 4 3. Behandeling Inspuitingen Voeding Zelfcontrole 8 4. Hypoglycemie 9 5. Hyperglycemie Sportactiviteiten Belangrijke aandachtspunten Samenvatting Contactgegevens diabetesteam 24 maart 2017 UZ Leuven Overname van deze tekst/illustraties is enkel mogelijk na toestemming van de dienst communicatie UZ Leuven. 2

3 1. Inleiding Als je een kind met diabetes in je groep hebt, kan dat heel wat vragen oproepen: wat houdt diabetes juist in? Kan het kind gewoon mee op bos- of zeeklas, jeugdkamp,? Wat met eten? Heeft het kind speciale verzorging nodig? Wat doe je best in noodsituaties? Een kind met diabetes kan op een vrijwel normale manier alle activiteiten meevolgen, mits enkele kleine aanpassingen in zijn dagelijkse routine. Volgende voedingsadviezen en insulineaanpassingen volstaan om het kind een zorgeloze deelname te bezorgen. Het is echter van groot belang dat dergelijke uitstappen grondig vooraf voorbereid worden. Om dit te kunnen doen, is het noodzakelijk dat jullie op voorhand een activiteitenplan en het menu doorgeven aan de ouders. Wanneer het kind op consultatie komt, kan de uitstap door de verschillende specialisten (arts, diëtiste, diabetesverpleegkundige ) besproken worden en een aangepast individueel advies gegeven worden. Deze adviezen worden best door de ouders, samen met het normale voedingsschema, genoteerd en meegegeven met de begeleiders van het kamp. In deze brochure vind je meer uitleg over wat diabetes juist inhoudt, hoe het kind met de ziekte omgaat, hoe je een probleem kunt herkennen en hoe je hem of haar dan kan helpen. Op het einde vind je ook een blad met contactgegevens van de teamleden van de dienst voor diabetes kinderen en adolescenten van UZ Leuven. Bij hen kun je terecht met je vragen. 3

4 2. Wat is type 1 diabetes? Type 1 diabetes is een ziekte waarbij de opname van suiker in ons lichaam verstoord is. Suiker is een belangrijke energiebron voor onze lichaamscellen. Suiker halen we uit de koolhydraten in onze voeding. Koolhydraten zitten niet alleen in zoete voedingsmiddelen zoals frisdrank, snoep en taart (enkelvoudige suikers), maar ook in zetmeelproducten zoals brood, rijst, pasta, aardappelen, en in melk- en melkproducten, fruit (samengestelde suikers). Het verschil tussen de verschillende soorten koolhydraten in onze voeding is dat enkelvoudige suikers sneller in het bloed terecht komen, terwijl samengestelde suikers eerst moeten afgebroken worden in de maag en darmen en daardoor veel trager opgenomen worden. Alle koolhydraten uit de voeding komen uiteindelijk in het bloed onder de vorm van glucose. Om bloedglucose in de cellen toe te laten, hebben we insuline nodig. Insuline is een hormoon dat de celwand opent voor de glucose. De pancreas maakt dit hormoon aan en past de productie ervan aan aan de hoeveelheid glucose in het bloed. Kinderen met type 1 diabetes maken dit hormoon niet aan waardoor de glucose zich ophoopt in het bloed en niet in de cellen geraakt. Hieronder vind je de uitleg zoals we dit aan het kind uitleggen in het ziekenhuis. Ons lichaam heeft voortdurend energie nodig om te kunnen dansen, springen, fietsen, lopen, slapen, en nog vele andere dingen, kortom om te kunnen leven. Via de suikers in onze voeding krijgen we deze energie. We kunnen dit eigenlijk vergelijken met een vuurtje in een huis. Het huis is ons lichaam en het vuurtje, dat ontstaat door het verbranden van houtblokjes, de energie in ons lichaam. Het huis haalt dus energie uit het verbranden van houtblokjes, net zoals ons lichaam energie haalt uit de suikers (glucose) in het bloed. In onze voeding zitten dus suikers, ook wel koolhydraten genoemd, die bestaan uit snelle en trage suikers. De snelle suikers worden snel verteerd en komen snel in onze bloedbaan terecht. Deze suikers vinden we vooral in frisdrank, druivensuiker,... Trage suikers worden langzaam verteerd en komen traag in onze bloedbaan terecht. Deze suikers vinden we vooral in brood, aardappelen, rijst, pasta, Alle suikers worden omgezet in glucose (= een houtblokje), die als brandstof wordt gebruikt om energie te krijgen in ons lichaam. 4

5 Elk deel van ons lichaam bestaat uit duizenden cellen, zoals een stad bestaat uit duizenden huizen, die brandstof nodig hebben om energie te krijgen. Alle huizen hebben een deur, net zoals bij de cellen. De deuren zijn op slot. De sleutel die nodig is om de deuren van de cellen te openen is insuline. Insuline opent de deuren van de cellen, zodat de glucose vanuit de bloedbaan in de cellen kan komen. Insuline wordt gemaakt in de pancreas of alvleesklier, deze noemen we de sleutelfabriek. De sleutels worden via het bloed tot bij de huisjes (cellen) gebracht. Als we eten, ziet de sleutelfabriek hoeveel houtblokjes er voorbij stromen. De sleutelfabriek maakt dan net genoeg sleutels om de deuren van de huizen te kunnen openen en glucose binnen te laten. Als de cellen de juiste hoeveelheden glucose en insuline via het bloed krijgen, zijn de huizen blij. Bij mensen met type 1 diabetes is de sleutelfabriek stuk. Er worden dus geen sleutels meer gemaakt. Als er geen sleutels zijn, kunnen de houtblokken niet in de huizen gaan. De houtblokken blijven in het bloed en kunnen dus niet in de huizen verbrand worden, waardoor je geen energie meer krijgt en de glucose in de bloedbaan blijft. Er is dan te veel suiker aanwezig in het bloed en dit heet hyperglycemie. Omdat de pancreas geen insuline meer kan maken, moet er insuline ingespoten worden. 5

6 3. De behandeling van type 1 diabetes bestaat uit: 1. Het onderhuids inspuiten van insuline, verschillende keren per dag. De hoeveelheid insuline die nodig is, hangt af van een groot aantal factoren, zoals voeding, fysieke activiteiten, ziekte, stress 2. Voeding. De hoeveelheid grammen koolhydraten die per dag gegeten wordt, wordt gegroepeerd in maaltijden en tussentijdse snacks. Aan de hand van de hoeveelheid grammen koolhydraten per maaltijd kan men bepalen hoeveel insuline er toegediend moet worden. Kinderen met diabetes moeten zich aan een vrij strikt voedingsschema houden. Ze nemen meerdere maaltijden (ook snacks) per dag nemen en houden zich best aan een vaste hoeveelheid koolhydraten per maaltijd. Als ze dit niet doen, zullen ze een te hoge of een te lage glycemie hebben. 3. Zelfcontrole door middel van controle van de glycemie vóór de maaltijd. Zo kan de hoeveelheid glucose in het bloed (glycemie) bepaald worden. Tussen de maaltijden kan een extra controle van de glycemie nodig zijn om een te hoge (hyperglycemie) of een te lage glycemie (hypoglycemie) op te sporen. Fysieke activiteit doet de glycemie dalen. Stress kan de glycemie doen stijgen of dalen. 6

7 3.1 Inspuitingen Kinderen met diabetes moeten zich meermaals per dag inspuiten. Het is héél belangrijk dat jullie weten wanneer, welke en hoeveel insuline er moet ingespoten worden. Dit is afhankelijk van het voorgeschreven insuline- en voedingsschema. Het is noodzakelijk er op toe te zien dat het kind geen enkele inspuiting vergeet. Je kijkt ook best mee of de dosering van de insuline die het kind zich inspuit correct is. - Aangezien het kamp meestal een zeer fysieke actieve belevenis is, wordt er geadviseerd om alle insulinedosissen met +/-20% te verlagen. - Dagelijks een vast telefonisch overlegmoment met de thuisbasis in het kader van insuline-aanpassingen is aangeraden. Richtlijnen voor het inspuiten van insuline: Bepaal eerst de glycemie. De inspuiting moet gegeven worden vóór de hoofdmaaltijden. Meestal worden de kinderen behandeld met een insuline die vlak vóór de hoofdmaaltijd ingespoten moet worden. In zeldzame gevallen wordt er een insuline voorgeschreven die een halfuur vóór de maaltijd dient te worden ingespoten. Ga bij elke inspuiting na of er insuline uit de pen komt. Dit doe je door de doseerknop op 2 eenheden te zetten en de knop volledig in te drukken. Er moet dan een druppel insuline tevoorschijn komen. Is dit niet het geval, dan herhaal je deze stap tot je een druppel ziet verschijnen. Pas de dosis aan volgens het bijspuitschema dat je in het dagboekje terug vindt. Draai de insulinepen op de juiste dosis. Wanneer het kind dit zelf doet, controleer je best de hoeveelheid. Neem een smalle huidplooi en breng de naald loodrecht in. Spuit de insuline in door de doseerknop langzaam en volledig in te drukken. Laat de insulinepen ter plaatse terwijl je tot 10 telt en laat dan pas de huidplooi los en verwijder de naald uit de huid. Noteer de glycemie en de insulinedosis in het diabetesdagboekje. Het kind kan nu eten. 7

8 3.2 Voeding Maaltijden en tussendoortjes: Ieder kind met diabetes heeft van het behandelteam een voedingsschema meegekregen. De maaltijden en tussendoortjes staan erop vermeld. Extra snacks kunnen nodig zijn vóór, tijdens of na inspannende activiteiten. Ook dit kan je aan de hand van de activiteitenkalender op voorhand met de ouders bespreken. Op pagina 24 vindt je de voedingsadviezen bij sport of fysieke activiteit. 3.3 Zelfcontrole Een controle van de glycemie is nodig vóór elke hoofdmaaltijd, vóór de avondsnack en vóór het slapengaan en bij twijfel over een mogelijk te hoge of te lage glycemie. Op kamp, bos of zeeklas adviseren we om een extra controle te doen op het moment dat de begeleiding gaat slapen. Er zijn verschillende soorten glucosemeters. Voor meer uitleg en instructies, verwijzen we jullie naar de ouders. Aandachtspunten: Het kind moet steeds zijn glucosemeter, prikpen en strips bij hebben Bewaar de teststrips in de originele verpakking. Ze moeten gesloten, droog en op kamertemperatuur bewaard worden. Als er op het scherm LO verschijnt, betekent dit een extreem lage glycemie. Als er op het scherm HI verschijnt, betekent dit een extreem hoge glycemie. Controleer de glycemie opnieuw met een teststrip. Indien de glycemie met de teststrip ook 'LO' of HI' weergeeft: 'LO': onmiddellijk snelle suikers toedienen onder de vorm van cola, grenadine, Hypo-Fit Junior, zie hypoglycemie (blz 12-13) 'HI': glycemie corrigeren door insuline in te spuiten (zie bijspuitschema). Indien de glycemie niet daalt en/of bij symptomen als buikpijn of braken, moet je de ouders of een arts contacteren. Noteer het resultaat in het diabetesdagboekje. 8

9 4. Hypoglycemie Het kind heeft een hypoglycemie wanneer: de glycemie < 55 mg/dl is of er LO verschijnt bij kinderen < 6 jaar: glycemie < 60 mg/dl of LO Een lage glycemie kan voorkomen als het kind niet genoeg gegeten heeft of zijn snack vergeten is. Ook als het kind méér fysieke inspanning geleverd heeft dan normaal, kan de glycemie te laag zijn. Je kunt aan de volgende tekens merken dat een kind een hypo heeft: - bleek zien - beven, trillende benen - zweten - honger - duizeligheid - slaperig zijn - een gebrek aan concentratie - verwardheid - gedragsveranderingen (bijvoorbeeld agressief gedrag) Als er sprake is van een heel ernstige hypo kan het kind het bewustzijn verliezen en/of kan het kind onwillekeurige spiertrekkingen vertonen (cfr. stuipen). 9

10 Richtlijnen voor de opvang van een hypoglycemie: Als het kind bij bewustzijn is: 1. Geef het kind snelle suikers onder de vorm van druivensuiker, grenadine, cola. De hoeveelheid die het kind nodig heeft, vind je op de achterflap van het dagboekje of in de richtlijnen die je ontvangt van de ouders. Wanneer de glycemie < 40 mg/dl is, moet je de hoeveelheid verdubbelen. 2. Dit mag je herhalen indien het kind zich echt niet beter voelt na 5 minuten. 3. Na tien minuten moet het kind ook een beentje van een vitabiskoek eten indien het kind nog langer dan 30 minuten op de volgende maaltijd of snack moet wachten. 4. Tijdens het hersuikeren dient het kind te rusten. Na het hersuikeren kan het kind de les of andere activiteit hervatten. Een kind met een hypoglycemie mag je nooit alleen laten of alleen ergens naartoe sturen. Het kan in de war zijn en verloren lopen. Soms weigert het kind suiker te nemen. In dat geval dien je kordaat te zijn en blijf je aandringen tot het kind de suiker inneemt. 10

11 11

12 12

13 Als het kind bewusteloos is en/of stuipen heeft: 1. Strijk de Hypo-Fit Junior aan de binnenkant van de lippen/de wangen. 2. Ondertussen maak je de GlucaGen Hypokit inspuiting klaar. Indien het kind nog steeds niet voldoende bij bewustzijn is om suiker via de mond toe te dienen, dien dan de GlucaGen Hypokit intramusculair (in de dijspier) toe. Bij kinderen die minder dan 25 kg wegen is een halve dosis (1/2 mg GlucaGen) voldoende. 3. Contacteer de ouders of de arts. 4. Indien het kind na 10 minuten niet bij bewustzijn is, verwittig dan de hulpdiensten. 5. Controleer na 15 minuten opnieuw de glycemie. Als de glycemie nog laag (< 80 mg/dl) is en het kind bij bewustzijn is, geef je 100 ml (echte!) cola en een koek. Indien de glycemie hoger is dan 80 mg/dl, dan geef je het kind een koek. 6. Het kind kan na toediening van de GlucaGen Hypokit erg misselijk zijn. De glycemie dient goed opgevolgd te worden. De ouders dienen het kind op te halen om er thuis of in het ziekenhuis verder zorg voor te dragen. 13

14 GlucaGen Hypokit Glucagon is een hormoon met een werking die tegengesteld is aan die van insuline. Glucagon is aangewezen bij ernstige hypoglycemie. Glucagon is het enige product dat veilig en door iedereen gemakkelijk kan worden geïnjecteerd in geval van ernstige hypoglycemie. Een GlucaGen Hypokit bevat: een flesje met glucagonpoeder een spuitje gevuld met steriel water De oplossing moet nét voor gebruik worden klaargemaakt, want het glucagonpoeder bewaart niet in water. Glucagon kan door om het even wie geïnjecteerd worden, ook door mensen die daar geen ervaring mee hebben. Glucagon wordt bij voorkeur geïnjecteerd in de dijspier. Er wordt aangeraden steeds een GlucaGen Hypokit bij zich te hebben, teneinde tijdig te kunnen reageren bij ernstige hypoglycemie. 14

15 Richtlijnen voor het toedienen van de GlucaGen Hypokit: 15

16 5. Hyperglycemie: Het kind heeft een hyperglycemie wanneer: de glycemie > 250 mg/dl is of er HI (> mg/dl) verschijnt Hoge glycemies treden op als het kind méér gegeten of gesnoept heeft, minder bewogen heeft, te weinig of geen insuline gespoten heeft, of als het ziek is of veel stress heeft. De volgende symptomen kunnen wijzen op een te hoge glycemiewaarde: - dorst - vaak plassen - zich moe en/of prikkelbaar voelen Bij de volgende alarmsignalen moet je de ouders of de arts contacteren: - buikpijn en/of braken - versnelde ademhaling en/of verminderd bewustzijn Richtlijnen voor de opvang van een hyperglycemie: 1. Als het kind een te hoge glycemie heeft net vóór de inspuiting van de hoofmaaltijd, dient de insulinedosis aangepast te worden volgens het bijspuitschema,. Het bijspuitschema kan je terugvinden op de achterflap van het dagboekje dat de ouders meegeven. 2. Als het kind waarden hoger dan 300 mg/dl heeft, of er een HI aanduiding op de glucosemeter zichtbaar is, moet de urine gecontroleerd worden. Laat het kind op een urinestrookje plassen en volg de richtlijnen en kleurencode van de verpakking op. Wanneer de urinetest positief is voor ketonen, moet je de ouders of arts contacteren. Ook bij hoge glycemies die gepaard gaan met braken en buikpijn, moeten de ouders of arts onmiddellijk gecontacteerd worden. 16

17 6. Sportactiviteiten, actief spel, Indien een kind met diabetes fysiek erg actief is dient de insulinedosis verminderd en de voeding aangepast te worden. De hoeveelheid insuline die dient ingespoten te worden wordt vooraf met de ouders besproken. Jullie voorzien best dagelijks een contactmoment om eventueel verdere aanpassingen te doen. 17

18 Voedingsaanpassingen: De aanpassingen in de voeding moeten steeds gelinkt worden aan de activiteiten dadelijk na het eetmoment. Ontbijt: - Bij voorkeur bruin of volgranen brood. - Hartig broodbeleg (vleeswaren of kaas) indien er geen fysieke activiteit gepland is net na het ontbijt. - Gesuikerd broodbeleg indien er een fysieke activiteit gepland is net na het ontbijt, kan je kiezen om 1 of meerdere sneden brood te beleggen met zoet beleg. - Drank: indien er een fysieke activiteit gepland is net na het ontbijt, kan je er voor kiezen om gesuikerde dranken (vb. fruitsap, yoghurtdrank, ) in te schakelen; in het andere geval kies je best voor niet gesuikerde dranken. - De hoeveelheid gesuikerde voedingsmiddelen die men kan inschakelen is sterk afhankelijk van de aard van de fysieke activiteit. Tussendoortjes (voormiddag-, namiddag-, avondsnack): - Het is belangrijk om bij fysieke activiteiten de tussendoortjes trouw te nemen. Voor deze tussendoortjes werd de insuline reeds ingespoten vóór de maaltijd die eraan vooraf ging. - De klassieke snack (bv. droge koek of fruit) mag vervangen worden door een zoetere variant (bv. chocoladekoek, gesuikerd ijsje, gesuikerde chocomelk, chocolade bar, ) indien de glycemie vóór de snack lager is dan 150 mg/dl én een actief spel na de snack volgt. - Indien na de snack een gezelschapsspel of lesuur volgt, dient gekozen te worden voor de gewone snack. Middagmaal: - De warme maaltijd van het gewone menu kan zeker gevolgd worden indien er geen gesuikerde bereidingen voorzien (vb. gezoete appelmoes of perziken in siroop, ) zijn. 18

19 - Het zoet dessert mag gegeten worden indien een fysieke activiteit na het middageten volgt. Indien er een siësta voorzien wordt, wordt het dessert best gegeten net voor het van start gaan van de namiddagactiviteiten. - Drank: water of light/zero frisdranken zijn geen probleem. Avondmaal: - Zie adviezen bij het middagmaal. - Zoet dessert kan enkel bij een actieve avondactiviteit, anders kies je beter voor fruit of een droge koek. Extra snack late avond of s nachts (bij slapengaan begeleiding): - Een extra snack is nodig afhankelijk van de glycemie: < 40 mg/dl (of LO): druivensuiker(s) en1 boterham met zoet beleg of 1 gesuikerde koek mg/dl: druivensuiker(s) en 1 boterham met zoet beleg of 1 gesuikerde koek mg/dl: 1 boterham met zoet beleg of 1 gesuikerde koek mg/dl: 1 droge boterham of 1 droge koek (bijv. 1 vitabiskoek). 19

20 20

21 21

22 7. Belangrijke aandachtspunten Indien een kind met diabetes meegaat op openluchtklas of kamp, is het goed om vooraf met de ouders en eventueel iemand van het diabetesteam te overleggen. Het activiteitenprogramma en het menu kunnen dan besproken worden. Het is belangrijk onderling af te spreken wie wanneer de zorg voor het kind met diabetes op zich neemt. Dit om te voorkomen dat je denkt dat iemand anders dit reeds deed en er op die manier dingen over het hoofd worden gezien. Het handigst is vooraf een checklist op te stellen samen met de ouders. Hierop kan je de dagelijkse routinemomenten noteren en aanvinken indien in orde. Jullie spreken ook best een dagelijks contactmoment af met de ouders om glycemiewaarden en eventuele aanpassingen aan de insulinedosis te bespreken. Wat het kind steeds bij zich moet hebben: - glucosemeter, prikpen en teststrips, evt. sensoren - urineteststrookjes - insulinepen en reserve naalden - diabetesdagboekje - druivensuiker - droge en gesuikerde koeken - Hypo-Fit Junior - GlucaGen Hypokit Extra aandachtspunten: De ouders voorzien best een tas met reservemateriaal (reserve insuline, insulinepen, glucosemeter, extra druivensuiker, droge en gesuikerde koeken, Hypo-Fit Junior en GlucaGen Hypokit, urineteststrookjes voor het meten van de ketonen). De Hypo-Fit Junior en de GlucaGen Hypokit moet je steeds meenemen op daguitstappen. Jullie dienen er op te letten dat dit alles bewaard wordt in een lokaal dat altijd, ook s nachts, toegankelijk is. Wanneer jullie naar het buitenland gaan, heeft het kind best een reisattest bij waarop vermeld staat dat het kind om medische redenen naalden, spuiten, insuline, pennen, GlucaGen Hypokit, etc. bij zich heeft. 22

23 8. Samenvatting HYPO: OVERDAG: < 55 mg/dl:... druivensuiker(s) < 40 mg/dl:... druivensuiker(s) 10 minuten wachten, nadien: > 30 minuten voor volgende maaltijd of snack: 1 beentje Vitabiskoek of 1 petit beurre < 30 minuten voor volgende maaltijd of snack: enkel druivensuiker 's NACHTS OF VLAK VOOR HET SLAPENGAAN: Indien < 100 mg/dl: extra snack eten < 40 mg/dl: druivensuiker(s) + boterham met zoet beleg of 1 gesuikerde koek mg/dl: druivensuiker(s) + 1 boterham met zoet beleg of 1 gesuikerde koek mg/dl: 1 boterham met zoet beleg of 1 gesuikerde koek mg/dl: 1 droge boterham of droge koek (bv. 1 vitabiskoek) ) BIJSPUITSCHEMA: (enkel snelwerkende insuline!) > 150: + E > 200: + E > E > 300: + E > 350: + E >400: + E 23

24 9. Contactgegevens diabetesteam 24

25 25

Een kind met diabetes in de klas

Een kind met diabetes in de klas Een kind met diabetes in de klas Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Wat is type 1 diabetes? 4 3. Controle van de bloedsuiker 7 4. Voeding 7 5. Inspuitingen 8 6. Hypoglycemie 9 7. Hyperglycemie 16 8. Sportactiviteiten

Nadere informatie

Kampboekje. Insulinepomptherapie

Kampboekje. Insulinepomptherapie Kampboekje Insulinepomptherapie Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Wat is type 1 diabetes? 4 3. Wat is insulinepomptherapie? 6 4. Glycemiecontrole 7 5. Voeding 8 6. Insulinetoediening 8 7. Hypoglycemie 15

Nadere informatie

Schoolboekje. Insulinepomptherapie

Schoolboekje. Insulinepomptherapie Schoolboekje Insulinepomptherapie Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Wat is type 1 diabetes 4 3. Wat is insulinepomptherapie? 6 4. Glycemiecontrole 7 5. Voeding 8 6. Hypoglycemie 15 7. Hyperglycemie 22 8.

Nadere informatie

VLAAMSE DIABETESCENTRA VOOR KINDEREN EN ADOLESCENTEN

VLAAMSE DIABETESCENTRA VOOR KINDEREN EN ADOLESCENTEN VLAAMSE DIABETESCENTRA VOOR KINDEREN EN ADOLESCENTEN NAAM KIND:.............. CONTACTNUMMERS Mama..................... Papa....................... Andere..................... Behandelende arts.........

Nadere informatie

Hypo? De behandeling van hypoglycemie 28/01/2019. Hyperglycemie > 150 mg/dl. Hypoglycemie < 70 mg/dl

Hypo? De behandeling van hypoglycemie 28/01/2019. Hyperglycemie > 150 mg/dl. Hypoglycemie < 70 mg/dl De behandeling van hypoglycemie Fabienne Beyaert Hyperglycemie > 150 mg/dl Hypoglycemie < 70 mg/dl Hypo? Hypobrillen: firma BD 1 Afbeelding: diabeter.nl Symptomen: -> indelen in 4 categorieën: - autonome

Nadere informatie

Kinderen met diabetes samen onze zorg! vzw Hippo & Friends

Kinderen met diabetes samen onze zorg! vzw Hippo & Friends Kinderen met diabetes samen onze zorg! vzw Hippo & Friends www.hippoandfriends.com Informatie voor leraren en zorgverleners Leerkrachten en zorgverleners komen waarschijnlijk op een bepaald punt in aanraking

Nadere informatie

Hypoglycemie bij kinderen en adolescenten met diabetes mellitus

Hypoglycemie bij kinderen en adolescenten met diabetes mellitus Hypoglycemie bij kinderen en adolescenten met diabetes mellitus Dr. G. Massa in samenwerking met de Kinder- en Jeugddiabetesteam Jessa Ziekenhuis Hasselt Hypoglycemie Definitie en voorkomen Oorzaken Symptomen

Nadere informatie

www.diabetesopschool.nl

www.diabetesopschool.nl Informatie begeleiding schoolkamp Deze informatie is bestemd voor mensen die een schoolkamp begeleiden waaraan een kind met diabetes deelneemt. Als begeleiders weten hoe zij moeten handelen in bepaalde

Nadere informatie

Met diabetes naar school

Met diabetes naar school Geconventioneerd Centrum voor Kinderen en Adolescenten met Diabetes Mellitus RIZIV-identificatienummer Centrum: 7.86.712.55 Campus Virga Jesse Stadsomvaart 11, 3500 Hasselt Tel. afspraken: 011 30 98 90

Nadere informatie

Praktische gids diabetes: type 2

Praktische gids diabetes: type 2 Praktische gids diabetes: type 2 i n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n Praktische gids diabetes: type 2 2 Praktische gids diabetes 3 Inleiding 5 Wat is diabetes mellitus? 6 Soorten diabetes 7 Behandeling

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders Kind met diabetes en intensieve therapie Algemene informatie voor kind en ouders KIND MET DIABETES EN INTENSIEVE THERAPIE ALGEMENE INFORMATIE VOOR KIND EN OUDERS INLEIDING Je bent voor de behandeling van

Nadere informatie

Hoe kan ik voorkomen dat er ketonen ontstaan? Er zijn een aantal dingen die u kunt doen om te helpen verhoogde ketonenniveaus en DKA te voorkomen:

Hoe kan ik voorkomen dat er ketonen ontstaan? Er zijn een aantal dingen die u kunt doen om te helpen verhoogde ketonenniveaus en DKA te voorkomen: Ketonen en diabetes Wat zijn ketonen? Ketonen zijn een bepaald type zuur. Ketonen blijven over wanneer het lichaam een deel van zijn eigen vet verbrandt, dit gebeurt als er niet genoeg glucose aanwezig

Nadere informatie

Hypoglycemie. < 60 mg/dl = hypo Symptomen: Beven Zweten Duizelig Vlekken zien Honger Hoofdpijn, moeheid Bleek zien Karakterveranderingen.

Hypoglycemie. < 60 mg/dl = hypo Symptomen: Beven Zweten Duizelig Vlekken zien Honger Hoofdpijn, moeheid Bleek zien Karakterveranderingen. Hypoglycemie < 60 mg/dl = hypo Symptomen: Beven Zweten Duizelig Vlekken zien Honger Hoofdpijn, moeheid Bleek zien Karakterveranderingen. Hypoglycemie Behandeling: 1. Bij twijfel glycemiecontrole. 2. Indien

Nadere informatie

Type 1 diabetes bij kinderen. informatie voor patiënten

Type 1 diabetes bij kinderen. informatie voor patiënten Type 1 diabetes bij kinderen informatie voor patiënten WAT IS TYPE 1 DIABETES? 3 BEHANDELING 4 Insuline Voeding Zelfcontrole DIABETESCONVENTIE 19 Waar haal je je materiaal? KINDERBIJSLAG 21 WAT MOET JE

Nadere informatie

Diabetes bij kinderen: behandeling en instructies

Diabetes bij kinderen: behandeling en instructies Diabetes bij kinderen: behandeling en instructies Als uw kind de diagnose diabetes heeft gekregen, heeft dit grote invloed op zijn dagelijkse leven. Zo zal uw kind zijn bloedglucose moeten meten, insuline

Nadere informatie

PATIËNTEN INFORMATIE. Opstart INSULINE

PATIËNTEN INFORMATIE. Opstart INSULINE PATIËNTEN INFORMATIE Opstart INSULINE Beste mevrouw, mijnheer Er werd recent diabetes vastgesteld of heb je dit al een tijdje en start je nu met insuline? In deze brochure krijg je alle informatie die

Nadere informatie

Diabetesvoorlichting FLEXIBELE INSULINETHERAPIE

Diabetesvoorlichting FLEXIBELE INSULINETHERAPIE Diabetesvoorlichting FLEXIBELE INSULINETHERAPIE WAT IS FLEXIBELE INSULINETHERAPIE? Bij flexibele insulinetherapie spuit u vier keer per dag insuline. Een keer langwerkende insuline en drie keer snelwerkende

Nadere informatie

Eerste hulp bij ketonen

Eerste hulp bij ketonen Eerste hulp bij ketonen Wat zijn Ketonen Wat is Keto-Acidose? Bij een tekort aan aanwezige insuline in het lichaam kunnen de koolhydraten of suikers niet in de lichaamscellen. Gevolg is dat het lichaam

Nadere informatie

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik U heeft diabetes mellitus en gebruikt hiervoor twee maal daags insuline. Deze brochure geeft extra informatie over uw dieet in bijzondere situaties

Nadere informatie

Praktische gids diabetes: twee insuline-inspuitingen per dag

Praktische gids diabetes: twee insuline-inspuitingen per dag Praktische gids diabetes: twee insuline-inspuitingen per dag i n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n Praktische gids diabetes: twee insuline-inspuitingen per dag 2 Praktische gids diabetes 3 INLEIDING

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Diabetische ketoacidose

Patiënteninformatie. Diabetische ketoacidose Patiënteninformatie Diabetische ketoacidose Inhoud Inleiding... 3 Informatie over ziektebeeld diabetische ketoacidose... 3 Leer meer over DKA en bloedketonencontrole... 3 Symptomen... 4 Wie riskeert de

Nadere informatie

Praktische gids diabetes: insuline analogen

Praktische gids diabetes: insuline analogen Praktische gids diabetes: insuline analogen i n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n Praktische gids diabetes: insuline analogen 2 Praktische gids diabetes 3 Inleiding 5 Wat is diabetes mellitus?

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zelfregulatie bij intensieve therapie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zelfregulatie bij intensieve therapie Zelfregulatie bij intensieve therapie ZELFREGULATIE BIJ INTENSIEVE THERAPIE INLEIDING Deze folder geeft u algemene richtlijnen over zelfregulatie bij intensieve insulinetherapie. Zelfregulatie is het zelfstandig

Nadere informatie

Met diabetes naar school

Met diabetes naar school Geconventioneerd Centrum voor Kinderen en Adolescenten met Diabetes Mellitus RIZIV-identificatienummer Centrum: 7.86.712.55 Campus Virga Jesse Stadsomvaart 11, 3500 Hasselt Tel. afspraken: 011 30 98 90

Nadere informatie

Aandachtspunten bij pompgebruik.

Aandachtspunten bij pompgebruik. Aandachtspunten bij pompgebruik. 1. Algemeen. Zorg er altijd voor een noodkit bij te hebben met daarin het volgende: Reservekatheter, reservespuit, reservenaald, serter, reservebatterijen en insuline voor

Nadere informatie

Jaarbilan. Overzicht jaarbilan programma

Jaarbilan. Overzicht jaarbilan programma Jaarbilan Overzicht jaarbilan programma In het priklokaal gebeurt een bloedafname. Eén maal per jaar is een uitgebreid bloedonderzoek nodig. We kijken de werking van onder andere je nieren, je lever, je

Nadere informatie

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik U heeft diabetes mellitus en gebruikt hiervoor twee maal daags insuline. Deze brochure geeft extra informatie over uw dieet in bijzondere situaties

Nadere informatie

EDUCATIE DIABETES MELLITUS TYPE 1 BIJ KINDEREN

EDUCATIE DIABETES MELLITUS TYPE 1 BIJ KINDEREN Kinderdiabetesteam EDUCATIE DIABETES MELLITUS TYPE 1 BIJ KINDEREN Wat moet ik weten over mijn diabetes? Les 1 : Wat is diabetes en vingerprik Les 2 : Insulinewerking en insulinetoediening Les 3 : Hypoglycemie

Nadere informatie

I n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n

I n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n I n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n Praktische Gids Diabetes: Vier insuline inspuitingen per dag I n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n Praktische Gids Diabetes: Vier insuline inspuitingen

Nadere informatie

DIEET BIJ CF-GERELATEERDE DIABETES. In deze folder vindt u informatie over het Dieet bij CF-gerelateerde Diabetes

DIEET BIJ CF-GERELATEERDE DIABETES. In deze folder vindt u informatie over het Dieet bij CF-gerelateerde Diabetes DIEET BIJ CF-GERELATEERDE DIABETES In deze folder vindt u informatie over het Dieet bij CF-gerelateerde Diabetes Inhoud 1. Inleiding 3 2. Diabetes bij CF 4 3. Behandeling 4 3.1. Doel van de behandeling

Nadere informatie

PRAKTISCHE GIDS DIABETES

PRAKTISCHE GIDS DIABETES PRAKTISCHE GIDS DIABETES Insuline analogen Algemeen Ziekenhuis Diest Statiestraat 65 3290 Diest t 013 35 40 11 f 013 31 34 53 post@azdiest.be www.azdiest.be Inhoudsopgave Inleiding... 5 1 Wat is diabetes

Nadere informatie

PRAKTISCHE GIDS DIABETES

PRAKTISCHE GIDS DIABETES PRAKTISCHE GIDS DIABETES Twee insuline inspuitingen per dag Algemeen Ziekenhuis Diest Statiestraat 65 3290 Diest t 013 35 40 11 f 013 31 34 53 post@azdiest.be www.azdiest.be Inhoudsopgave Inleiding...

Nadere informatie

Diabetes Mellitus Type 1. Informatie over diabetes voor kinderen van de basisschool

Diabetes Mellitus Type 1. Informatie over diabetes voor kinderen van de basisschool Diabetes Mellitus Type 1 Informatie over diabetes voor kinderen van de basisschool 1 Hallo! Dit boekje is geschreven voor kinderen op de basisschool die diabetes hebben en voor hun ouders. Hierin vind

Nadere informatie

Zelfregulatie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Zelfregulatie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee! Zelfregulatie U heft suikerziekte (diabetes mellitus) en gebruikt daarvoor twee of vier maal per dag insuline. In overleg met uw arts heeft u besloten dat u zelf uw diabetes mellitus gaat regelen (zelfregulatie).

Nadere informatie

Voedingsadvies bij verhoogde bloedsuikers tijdens de zwangerschap

Voedingsadvies bij verhoogde bloedsuikers tijdens de zwangerschap Voedingsadvies bij verhoogde bloedsuikers tijdens de zwangerschap 2 Bij de Glucose Tolerantie Test was uw bloedsuiker (ook wel bloedglucose genoemd) te hoog. Daarom ontvangt u deze informatie. Wat is glucose?

Nadere informatie

EEN GEZONDE LEVENSSTIJL AANNEMEN

EEN GEZONDE LEVENSSTIJL AANNEMEN EEN GEZONDE LEVENSSTIJL AANNEMEN Eet gezond en gevarieerd Vermijd overgewicht Beweeg voldoende Stop met roken en beperk alcoholgebruik www.diabetescoach.be EEN GEZONDE LEVENSSTIJL AANNEMEN Een gezonde

Nadere informatie

Zwangerschapsdiabetes EEN BEKNOPT OVERZICHT VOOR PATIËNTEN

Zwangerschapsdiabetes EEN BEKNOPT OVERZICHT VOOR PATIËNTEN Zwangerschapsdiabetes EEN BEKNOPT OVERZICHT VOOR PATIËNTEN INHOUD Ontstaan zwangerschapsdiabetes pg 4 Diagnose pg 4 Behandeling pg 5 Glucosemeting pg 6 Zelfcontrole pg 6 Streefwaarden pg 7 Hypoglycemie

Nadere informatie

Kinderen met diabetes, hoe ga je ermee om?

Kinderen met diabetes, hoe ga je ermee om? Kinderen met diabetes, hoe ga je ermee om? Inhoud 1.Begeleiding kind met diabetes vanuit een kinderconventie 4 2.Wat is diabetes? 5 3.Behandeling diabetes type 1 7 4.Glycemie (=bloedsuiker) 14 5.Welk materiaal

Nadere informatie

Diabetes en ketonen. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Diabetes en ketonen. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op Diabetes en ketonen Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Mensen met diabetes type 1 hebben een grotere kans op het krijgen van een zogeheten ketoacidose. Bij een

Nadere informatie

Hoe u een hypoglykemie kunt herkennen

Hoe u een hypoglykemie kunt herkennen Hoe u een hypoglykemie kunt herkennen Informatie en richtlijnen ENINCR8001 Bijwerkingen boekje nl wt.indd 2 25-07-2008 12:44:3 ENINCR8001 Bijwerkingen boekje nl wt.indd 3 25-07-2008 12:44:3 Wat is een

Nadere informatie

Wat is een zorgtraject diabetes?

Wat is een zorgtraject diabetes? Zorgtraject Wat is een zorgtraject diabetes? 1.Voorwaarden - U kan in aanmerking komen voor het zorgtraject diabetes indien u diabetes type 2 hebt en - 1 of 2 insulinebehandelingen / dag krijgt - of de

Nadere informatie

Zelfregulatieschema voor intensieve insulinetherapie

Zelfregulatieschema voor intensieve insulinetherapie Zelfregulatieschema voor intensieve insulinetherapie Bij elke controle bij de diabetesverpleegkundige meebrengen DATUM: BASISSCHEMA Voor ontbijt Voor lunch Voor diner Eenheden Insuline 0 Kortwerkend (KW):

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Wat te doen bij ontregeling van een kind met diabetes mellitus en een insulinepomp

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Wat te doen bij ontregeling van een kind met diabetes mellitus en een insulinepomp Wat te doen bij ontregeling van een kind met diabetes mellitus en een insulinepomp WAT TE DOEN BIJ ONTREGELING VAN EEN KIND MET DIABETES MELLITUS EN EEN INSULINEPOMP INLEIDING Het toedienen van de juiste

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zelfregulatie bij pomptherapie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zelfregulatie bij pomptherapie Zelfregulatie bij pomptherapie ZELFREGULATIE BIJ POMPTHERAPIE INLEIDING Deze folder geeft u algemene richtlijnen over zelfregulatie. Zelfregulatie is het zelfstandig aanpassen van de bolusinsuline aan

Nadere informatie

Voedingsaanbevelingen bij kinderen met diabetes type 1. Livien Goetry Irene Dejonghe Januari 2019

Voedingsaanbevelingen bij kinderen met diabetes type 1. Livien Goetry Irene Dejonghe Januari 2019 Voedingsaanbevelingen bij kinderen met diabetes type 1 Livien Goetry Irene Dejonghe Januari 2019 Overzicht 1. Basisprincipes gezonde voeding bij kinderen met diabetes type 1 2. Wat zijn koolhydraten 3.

Nadere informatie

Heb je na het lezen van het boekje nog vragen? Stel die vragen dan aan je ouders, de kinderarts of de kinderdiabetesverpleegkundige.

Heb je na het lezen van het boekje nog vragen? Stel die vragen dan aan je ouders, de kinderarts of de kinderdiabetesverpleegkundige. Wat moet je doen bij een hypo of hyper? Deze folder is geschreven voor kinderen met diabetes en hun ouders/ verzorgers. Als je diabetes hebt, dan zijn er een aantal belangrijke regels waar je naar moet

Nadere informatie

Diabetes mel itus i n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n

Diabetes mel itus i n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n Diabetes mellitus i n f o r m a t i e v o o r p a t i ë n t e n Diabetes mellitus 2 Diabetes mellitus 3 Wat is diabetes mellitus? 5 behandeling 6 Insuline Voeding Zelfcontrole Diabetesconventie 21 Waar

Nadere informatie

Informatie diabetes bij kinderen. Afdeling Kindergeneeskunde

Informatie diabetes bij kinderen. Afdeling Kindergeneeskunde Informatie diabetes bij kinderen Afdeling Kindergeneeskunde Beste lezer, Voor je ligt de informatiefolder van het Kinderdiabetesteam van het Waterlandziekenhuis. Deze folder is gemaakt voor kinderen (en

Nadere informatie

SPREEKBEURT INFORMATIEPAKKET

SPREEKBEURT INFORMATIEPAKKET SPREEKBEURT INFORMATIEPAKKET Inhoud Wat is diabetes?... 2 Soorten diabetes... 3 Hoe herken je diabetes?... 3 Meten... 4 Hypo en hyper... 5 Eten en diabetes... 6 Koolhydraten... 7 Sporten met diabetes...

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Hypo- en hyperglycemie

Hoofdstuk 4 Hypo- en hyperglycemie Hoofdstuk 4 Hypo- en hyperglycemie 4.1 Inleiding Normaal gesproken schommelt het bloedglucosegehalte tussen 4 en 8 mmo/l. Bij mensen met Diabetes Mellitus is een waarde tussen de 4 en de 10 mmol/l acceptabel.

Nadere informatie

Praktische gids diabetes: insuline analogen

Praktische gids diabetes: insuline analogen Praktische gids diabetes: insuline analogen informatie voor patiënten 2 Praktische gids diabetes: insuline analogen Praktische gids diabetes: insuline analogen 3 INLEIDING 5 Wat is diabetes mellitus? 6

Nadere informatie

Opvolging van diabetische kinderen: de insulinebehandeling

Opvolging van diabetische kinderen: de insulinebehandeling Vernieuwd in 2007: Prof. H. Dorchy Opvolging van diabetische kinderen: de insulinebehandeling Herinnering: De insulines: Type I Humane insulines met een snelle werking (Actrapid HM, Humuline Regular) Begin

Nadere informatie

Voedingsadviezen bij tablet-gereguleerde diabetes mellitus

Voedingsadviezen bij tablet-gereguleerde diabetes mellitus Voedingsadviezen bij tablet-gereguleerde diabetes mellitus U heeft diabetes mellitus (suikerziekte) en gebruikt hiervoor tabletten. Deze folder geeft informatie over uw dieet in bijzondere situaties en

Nadere informatie

Zelfregulatie voor mensen met diabetes die één keer per dag insuline spuiten

Zelfregulatie voor mensen met diabetes die één keer per dag insuline spuiten Interne Geneeskunde Diabetes Zelfregulatie voor mensen met diabetes die één keer per dag insuline spuiten i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Algemeen Deze folder geeft u algemene en veilige richtlijnen

Nadere informatie

Voedingsadviezen bij vier maal daags insulinegebruik

Voedingsadviezen bij vier maal daags insulinegebruik Voedingsadviezen bij vier maal daags insulinegebruik U heeft diabetes mellitus en gebruikt hiervoor vier maal daags insuline. Deze brochure geeft extra informatie over uw dieet in bijzondere situaties

Nadere informatie

Insulinepomptherapie: werking en gebruik van de pomp

Insulinepomptherapie: werking en gebruik van de pomp Insulinepomptherapie: werking en gebruik van de pomp informatie voor patiënten Inleiding 3 Werking 4 De rol van insuline in ons lichaam Werking van de pancreas Werking van de insulinepomp Hyperglycemie

Nadere informatie

Ik ben voel ziek me niet lekker

Ik ben voel ziek me niet lekker Diabetesstrip Ik ben voel ziek me niet lekker Ik voel Ik me ben niet ziek lekker. Ik voel me moe, moet vaak plassen en veel drinken, zie wazig en val af. 2 Gluky heeft diabetes Naar het ziekenhuis Naar

Nadere informatie

Beweegwijzer. Samen op weg naar een actiever leven! (2) Het beweegwijzerteam bestaat uit:

Beweegwijzer. Samen op weg naar een actiever leven! (2) Het beweegwijzerteam bestaat uit: Beweegwijzer Samen op weg naar een actiever leven! (2) Het beweegwijzerteam bestaat uit: s Herenbaan 172 2840 Rumst tel.: 03/880.90.11 (algemeen) tel: 03/880.96.91 (diabetes) e-mail: diabeteszorg@hfr.be

Nadere informatie

Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime

Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime Inhoudsopgave Bladzijde Streefwaarden voor de bloedglucose 3 Bijstelregels 3 Wat te doen bij een hypoglycemie 3 Voorkomen van hypoglycemie bij lichamelijke

Nadere informatie

Interne geneeskunde. Zwangerschapsdiabetes

Interne geneeskunde. Zwangerschapsdiabetes Interne geneeskunde Zwangerschapsdiabetes Inhoudsopgave Inleiding 5 Wat is zwangerschapsdiabetes? 6 Hoe ontstaat zwangerschapsdiabetes? 6 Gevolgen van zwangerschapsdiabetes 7 Behandeling tijdens de zwangerschap

Nadere informatie

FreeStyle InsuLinx Handleiding voor or de gebruiker

FreeStyle InsuLinx Handleiding voor or de gebruiker FreeStyle InsuLinx Handleiding voor or de gebruiker GEVORDERDE MODUS Blood Glucose Monitoring System ABT-Insulinx Mode avance NL 06.indd 1 20/03/12 14:59 Blood Glucose Monitoring System FreeStyle InsuLinx

Nadere informatie

Sporten met diabetes

Sporten met diabetes Sporten met diabetes Inleiding Sport en beweging hebben invloed op de bloedsuikerwaarden. Voor iedereen is de invloed hiervan op de diabetesregulatie anders. In deze folder leest u een aantal basisadviezen

Nadere informatie

Wat is diabetes en hoe behandel je het?

Wat is diabetes en hoe behandel je het? GIDS VOOR SCHOLEN Wat is diabetes en hoe behandel je het? 1 Wat is diabetes? Diabetes is een levenslange aandoening. Het hebben van diabetes heeft een behoorlijke impact op het dagelijks leven van een

Nadere informatie

Traintechniek VOEDING VOOR MINIOREN. Coordinator Traintechniek Sylvia de Kort

Traintechniek VOEDING VOOR MINIOREN. Coordinator Traintechniek Sylvia de Kort Traintechniek VOEDING VOOR MINIOREN Coordinator Traintechniek Sylvia de Kort februari 2016 Zwemmen en voeding Je vindt sporten leuk, met name het zwemmen. Je besteed daar veel tijd aan, niet alleen tijdens

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Alcohol drinken in combinatie met insulinegebruik

Patiënteninformatie. Alcohol drinken in combinatie met insulinegebruik Patiënteninformatie Alcohol drinken in combinatie met insulinegebruik Inhoud Inleiding... 3 Wat gebeurt er met je lichaam als je alcohol drinkt?... 4 Vlak na het drinken... 4 Enkele uren later... 4 Hoe

Nadere informatie

Hypoglycemie. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

Hypoglycemie. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk Hypoglycemie T +32(0)89 32 50 50 F +32(0)89 32 79 00 info@zol.be Campus Sint-Jan Schiepse bos 6 B 3600 Genk Campus Sint-Barbara Bessemerstraat 478 B 3620 Lanaken Medisch Centrum André Dumont Stalenstraat

Nadere informatie

kindergeneeskunde informatiebrochure Diabetes

kindergeneeskunde informatiebrochure Diabetes kindergeneeskunde informatiebrochure Diabetes Inhoudstafel 1. Inleiding 4 2. Diabetes, wat is dat eigenlijk? 5 3. Het diabetesteam 9 4. Diabetescontrole 10 5. Streefwaarden voor een goede bloedsuiker

Nadere informatie

Diabetes type 2. Het belang van gezonde voeding

Diabetes type 2. Het belang van gezonde voeding Diabetes type 2 Het belang van gezonde voeding Gezond eten is voor iedereen belangrijk, maar voor mensen met diabetes type 2 zijn er extra aandachtspunten. Onze voedingsadviezen helpen je. Wat gebeurt

Nadere informatie

Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime

Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime Inhoudsopgave Bladzijde Streefwaarden voor de bloedglucose 3 Bijstelregels 3 Wat te doen bij een hypoglycemie? 3 Voorkomen van hypoglycemie bij lichamelijke

Nadere informatie

Zelfcontrole bij diabetes

Zelfcontrole bij diabetes Zelfcontrole bij diabetes Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding De arts heeft met u gesproken over het belang om zelf uw bloedglucosewaarden te controleren en zo nodig

Nadere informatie

Kinderen met diabetes samen onze zorg! vzw Hippo & Friends

Kinderen met diabetes samen onze zorg! vzw Hippo & Friends Kinderen met diabetes samen onze zorg! vzw Hippo & Friends www.hippoandfriends.com Naar schatting telt ons land 3.000 jonge diabetespatiënten. Bij kinderen is diabetes één van de meest voorkomende chronische

Nadere informatie

Zelfregulatie voor vrouwen met zwangerschapsdiabetes die één of meerdere malen per dag insuline spuiten

Zelfregulatie voor vrouwen met zwangerschapsdiabetes die één of meerdere malen per dag insuline spuiten Interne Geneeskunde Diabetes Zelfregulatie voor vrouwen met zwangerschapsdiabetes die één of meerdere malen per dag insuline spuiten i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Algemeen Deze folder geeft

Nadere informatie

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime Inhoudsopgave Bladzijde Streefwaarden voor de bloedglucose. 3 Bijstelregels 3 Wat te doen bij een hypoglycemie? 3 Bijstel-schema hypoglycemie 4 Voorkomen

Nadere informatie

VOEDINGS- EN DIEETVOORLICHTING. Diabetes Mellitus. Zeker als u ons nodig heeft

VOEDINGS- EN DIEETVOORLICHTING. Diabetes Mellitus. Zeker als u ons nodig heeft VOEDINGS- EN DIEETVOORLICHTING Diabetes Mellitus Zeker als u ons nodig heeft THUISZORG De Friese Wouden JEUGDGEZONDHEIDSZORG KRAAMZORG VOEDINGS- EN DIEETVOORLICHTING Diabetes Mellitus In deze folder vindt

Nadere informatie

FreeStyle InsuLinx Handleiding voor de gebruiker

FreeStyle InsuLinx Handleiding voor de gebruiker FreeStyle InsuLinx Handleiding voor de gebruiker GMAKKLIJK MODUS Blood Glucose Monitoring System ABT-Insulinx Mode facile NLA5 06.indd 1 20/03/12 15:01 Blood Glucose Monitoring System FreeStyle InsuLinx

Nadere informatie

ZWANGERSCHAPSDIABETES. - Patiëntinformatie -

ZWANGERSCHAPSDIABETES. - Patiëntinformatie - ZWANGERSCHAPSDIABETES - Patiëntinformatie - Zwangerschapsdiabetes is een vaak miskende aandoening die bij 16% van alle zwangere vrouwen optreedt, meestal in de tweede helft van de zwangerschap. Omdat

Nadere informatie

RICHTLIJNEN VOOR DIABETESBELEID IN RUSTHUIZEN. Door diabetescentrum AZ Sint-Blasius en de coördinerende en raadgevende artsen Vehamed

RICHTLIJNEN VOOR DIABETESBELEID IN RUSTHUIZEN. Door diabetescentrum AZ Sint-Blasius en de coördinerende en raadgevende artsen Vehamed RICHTLIJNEN VOOR DIABETESBELEID IN RUSTHUIZEN Door diabetescentrum AZ Sint-Blasius en de coördinerende en raadgevende artsen Vehamed Versie 1: Mei 2014 INHOUD 1. Algemeen 3 2. Onderscheid zorgtraject/conventie

Nadere informatie

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime Inhoudsopgave Bladzijde Streefwaarden voor de bloedglucose. 3 Bijstelregels 3 Wat te doen bij een hypoglycemie? 3 Bijregel-schema hypoglycemie 4

Nadere informatie

Hypo- en hyperglycaemie

Hypo- en hyperglycaemie Hoofdstuk 4 Hypo- en hyperglycaemie 4.1 Inleiding Normaal schommelt het bloedglucosegehalte tussen 4 en 8 mmo/l. Bij mensen met diabetes mellitus is een waarde tussen de 4 en de 10 mmol/l acceptabel. Bij

Nadere informatie

Zwangerschapsdiabetes en voeding

Zwangerschapsdiabetes en voeding Zwangerschapsdiabetes en voeding Afdeling diëtetiek Zwangerschapsdiabetes wordt ook wel diabetes gravidarum genoemd en is een tijdelijke vorm van diabetes (suikerziekte). Meestal wordt zwangerschapsdiabetes

Nadere informatie

Handleiding voor de insulinepomp Voor kinderen

Handleiding voor de insulinepomp Voor kinderen Handleiding voor de insulinepomp Voor kinderen Albert Schweitzer ziekenhuis maart 2013 pavo 0953 Inleiding Jij gaat starten met je insulinepomptherapie. Je hebt inmiddels al veel informatie en adviezen

Nadere informatie

Insulinepomptherapie. Adviezen en instructies. gemini-ziekenhuis.nl

Insulinepomptherapie. Adviezen en instructies. gemini-ziekenhuis.nl Insulinepomptherapie Adviezen en instructies gemini-ziekenhuis.nl Inhoudsopgave Bereikbaarheid diabetesteam 3 Pomp met infusie-set of pod met PDM 3 Hypoglykemie - hypo 4 Hyperglykemie - hyper 4 Geen effect

Nadere informatie

Dieetadvies bij zwangerschapsdiabetes

Dieetadvies bij zwangerschapsdiabetes Dieetadvies bij zwangerschapsdiabetes Wat is zwangerschapsdiabetes Zwangerschapsdiabetes (diabetes gravidarum) is een vorm van diabetes mellitus die tijdens de zwangerschap ontstaat. Als een vrouw deze

Nadere informatie

Wat te doen bij een hyperglycaemie 3 Zelfregulatie 3 Wat zijn de streefwaarden voor bloedglucose? 4 Aandachtspunten bij het bijreguleren 11 13

Wat te doen bij een hyperglycaemie 3 Zelfregulatie 3 Wat zijn de streefwaarden voor bloedglucose? 4 Aandachtspunten bij het bijreguleren 11 13 Bij een hyper is er een te hoge bloedglucose, vaak boven de 10 mmol/l. U kunt dezelfde waarschuwingssignalen ondervinden als in de periode voordat de diagnose werd gesteld. De meest opvallende verschijnselen:

Nadere informatie

Eet smakelijk René de Groot 15-06-2014

Eet smakelijk René de Groot 15-06-2014 Eet smakelijk René de Groot 15-06-2014 Inhoudsopgave: Kennis testen Waar is voeding eigenlijk goed voor? Waarmee moeten we dan ontbijten? Bloedsuiker spiegel Calorieën?? Schijf van 5 Hoeveel calorieën

Nadere informatie

HOE GEBRUIK IK ABASAGLAR

HOE GEBRUIK IK ABASAGLAR HOE GEBRUIK IK ABASAGLAR Waarom deze brochure? Uw arts heeft u Abasaglar voorgeschreven. In deze brochure vindt u meer informatie over deze insuline. Daarnaast vindt u in deze brochure een aantal punten

Nadere informatie

Diabetes type 2 Het belang van gezonde voeding

Diabetes type 2 Het belang van gezonde voeding Diabetes type 2 Het belang van gezonde voeding Gezond eten is voor iedereen belangrijk, maar voor mensen met diabetes type 2 zijn er extra aandachtspunten. Onze voedingsadviezen helpen je. Wat gebeurt

Nadere informatie

Patiënteninformatie Interne geneeskunde. Zwangerschapsdiabetes

Patiënteninformatie Interne geneeskunde. Zwangerschapsdiabetes Patiënteninformatie Interne geneeskunde Zwangerschapsdiabetes Zwangerschapsdiabetes (zwangerschapssuikerziekte) wordt ook wel Diabetes Gravidarum genoemd. Als een vrouw deze vorm van diabetes krijgt, gebeurt

Nadere informatie

Insulinepomptherapie Adviezen en instructies.

Insulinepomptherapie Adviezen en instructies. Insulinepomptherapie Adviezen en instructies www.nwz.nl Inhoud Bereikbaarheid diabetesteam 3 Pomp met infusie-set of pod met PDM 4 Hypoglykemie - hypo 4 Hyperglykemie - hyper 5 Wat doet u bij een defecte

Nadere informatie

voedingsadvies bij hypoglykemie

voedingsadvies bij hypoglykemie voedingsadvies bij hypoglykemie (te laag bloedglucose) 1 2 Inleiding Mogelijke klachten Wanneer u last heeft van een te lage bloedglucose (hypoglykemie) kunnen de volgende klachten zich voordoen: trillen,

Nadere informatie

INFORMATIE OVER DIABETES

INFORMATIE OVER DIABETES INFORMATIE OVER DIABETES 1126 DIABETES MELLITUS In Nederland lijden naar schatting ongeveer 650.000 mensen aan diabetes mellitus (suikerziekte). Van de Nederlandse bevolking heeft 3,9 procent nu of binnenkort

Nadere informatie

Sporten met diabetes. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Sporten met diabetes. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op Sporten met diabetes Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding Sport en beweging hebben invloed op de bloedsuikerwaarden. Voor iedereen is de invloed hiervan op de diabetesregulatie

Nadere informatie

Interne Geneeskunde Diabetesverpleegkundigen

Interne Geneeskunde Diabetesverpleegkundigen Zelfregulatie voor mensen die drie keer per dag kortwerkende insuline voor de maaltijd en één keer (middel)langwerkende insuline spuiten en zo nodig bloedglucose verlagende tabletten gebruiken Zelfregulatie

Nadere informatie

FoodSteps - diabetes in beweging 28/10/2013

FoodSteps - diabetes in beweging 28/10/2013 FoodSteps - diabetes in beweging Wat is diabetes Symptomen Gevolgen Behandeling 5% van de bevolking heeft diabetes (= 1 op 20) Zuid West-Vlaanderen: 15 000 Verwachting komende jaar: x 2 (= 1 op 10) Pancreas

Nadere informatie

Beweegprogramma diabetes mellitus

Beweegprogramma diabetes mellitus Beweegprogramma diabetes mellitus U heeft het advies gekregen van uw internist, diabetesverpleegkundige of diëtist om een beweegprogramma te volgen bij afdeling fysiotherapie in Gelre ziekenhuizen. Het

Nadere informatie

5 méér doen! Maatregelen: 6 7

5 méér doen! Maatregelen: 6 7 Wat moet je doen bij een hypo of hyper? Deze folder is geschreven voor kinderen met diabetes en hun ouders/verzorgers. Als je diabetes hebt, zijn er een aantal belangrijke regels waar je naar moet handelen

Nadere informatie