RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
|
|
- Roel Driessen
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 R.v.V.215 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 83 1, 3, van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument. Brussel, 9 december 1999
2 De Raad voor het Verbruik, die op 14 oktober 1999 door de Minister van Economie verzocht werd een advies uit te brengen over een ontwerp van koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 83 1, 3, van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, is op 9 december 1999 in plenaire zitting bijeengekomen, onder het voorzitterschap van de heer Ramaekers en heeft de volgende advies aangenomen. De Raad voor het Verbruik heeft de voorzitter verzocht dit advies over te maken aan de voogdijminister en aan de Minister van Consumentenzaken. ADVIES De Raad voor het Verbruik, Gelet op de brief van 14 oktober 1999 waarbij de Minister van Economie de Raad voor het Verbruik verzocht een advies uit te brengen over een ontwerp van koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 83 1,3, van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument; Gelet op de wet van 25 mei 1999 tot wijziging van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument; Gelet op de europese richtlijn 97/9/EG van 20 mai 1997; Gelet op de werkzaamheden van de commissie Handelspraktijken tijdens de vergaderingen van 21 oktober 1999 en 16 november 1999; Gelet op de deelname aan de werkzaamheden van de deskundigen : de heren BAUDHUIN (Handelsbeleid), BOUUAERT (B.T.O.), DUCART (O.I.V.O.), CORNILLIE en FONTAINE (SABENA), WAUMAN (N.M.B.S.), VAN DER WIELE ( V.V.R.), VINTEVOGEL (F.T.I.), BERT (Economische Inspectie), DE CONINCK (Test-Aankoop) FOLDVARI en BOUCHE (Association of regular airline representatives in Belgium), de dames LETTEN (N.M.B.S.) en DE BOECK (A.B.T.O); Gelet op de uitwerking van het advies door de heer DUCART (O.I.V.O.) en Mevrouw POLLERS (FEDIS); BRENGT HET VOLGENDE ADVIES UIT :
3 1. Algemene inleiding Op 14 oktober 1999 werd de Raad voor het verbruik door de Minister van Economie gevat teneinde een advies te formuleren over een voorontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van het artikel 83 1, 3 van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en uitzonderingsregime invoert voor de verkoop op afstand van diensten voor logies, vervoer, restaurantbedrijf en vrijetijdsbesteding. Het advies van de Raad is vereist ingevolge artikel 83, 2. De Raad doet opmerken dat in 1991 de afdeling 9 Verkopen op afstand van de wet op de handelspraktijken (WHP) geen betrekking had op de diensten op afstand, maar de mogelijkheid voorzag om deze bij KB onder het toepassingsgebied van deze afdeling te brengen. Op 1 oktober 1999 trad de wet van 25 mei 1999 tot wijziging van de WHP van 14 juli Sindsdien zijn ook de diensten op afstand onderworpen aan afdeling 9 Overeenkomsten op afstand. De Koning kan echter bepaalde diensten uitsluiten uit het toepassingsgebied van deze afdeling of van sommige bepalingen. Afdeling 9 werd overigens volledig herschreven, teneinde rekening te houden met de Europese richtlijn 97/9/EG van 20 mei 1997 betreffende de bescherming van de consument bij op afstand gesloten overeenkomsten. De bedoelde richtlijn bepaalt in artikel 3.2, tweede lid dat de artikelen 4, 5, 6 en het artikel 7 paragraaf 1 niet van toepassing zijn op de diensten voor logies, vervoer, restaurantbedrijf en vrijetijdsbesteding, verkocht op afstand, als de verkoper zich er bij de sluiting van de overeenkomst toe verplicht deze diensten op een bepaalde datum of tijdens een nader genoemde periode te verrichten. Met name de informatieplicht, de plicht om de informatie te bevestigen, de bedenktermijn en de verplichting om binnen de dertig dagen te leveren, zouden in deze gevallen niet van toepassing zijn. Deze uitzondering werd niet opgenomen in de WHP, gebruik makend van de minimumclausule in artikel 14 van de richtlijn 97/9/EG. Zij maakt het voorwerp uit van het genoemd voorontwerp van koninklijk besluit, waarover de Raad verzocht werd zich uit te spreken. Verder voorziet het voorontwerp dat indien de datum voorzien voor de uitvoering van de dienst op meer dan twee maanden te rekenen vanaf de dag na het afsluiten van de overeenkomst is vastgesteld, artikel 80 van de WHP, dat een bedenktermijn toekent aan de consument, toch van toepassing blijft. 2. Algemene bedenkingen 2.1. De Raad onderkent het grote belang van de diensten op afstand voor de verdere ontwikkeling van de elektronische handel. Hij wijst dan ook op de nood aan een duidelijk kader. De Raad onderstreept bovendien de noodzaak om afwijkingen te voorzien voor de diensten waarvan de uitvoering kort na de reservering ervan volgt, alsook voor de verkoop van tickets. Het is volgens de Raad evenmin zinvol, om voor bepaalde diensten met geringe kostprijs een zo grote bescherming te voorzien als voorgeschreven in afdeling 9 van de WHP. 2.2.Teneinde het ontwerp van koninklijk besluit waarmee de Raad werd belast opnieuw in zijn context te plaatsen, brengen de dames De Roeck en Culot, de heren Kalfa, De Muelenaere en Quintard (vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties) de volgende elementen in herinnering: Het toepassen van afdeling 9 van de WHP op de diensten in het algemeen is altijd een hoofdeis geweest van de vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties. Dezen wijzen erop dat het toepassen van een reglementering voor de overeenkomsten in verband met diensten op afstand noodzakelijk is om volgende redenen : a) De diensten op afstand in het algemeen zijn in opmars, in tegenstelling tot de verkoop van producten. De verkoop van producten vereist immers een materiële levering, en kan niet zo
4 makkelijk worden aangeboden via technieken voor communicatie op afstand. Diensten daarentegen, kunnen op maat worden verkocht via een eenvoudig telefoontje of na bestelling op het Net of nog, via een call-center; b) Transacties in het kader van een verkoop op afstand van diensten zijn impulsiever en sneller dan de productverkoop. Diensten moeten snel beschikbaar zijn en de aankoop ervan kan a posteriori onoverwogen blijken. Diensten zijn daarenboven minder tastbaar en minder homogeen, en bijgevolg ook moeilijker te vergelijken en te evalueren; c) De gemiddelde waarde van een dienstverleningscontract is meestal veel hoger, wat de nodige garanties inzake informatie en verhaalmogelijkheid vereist De WHP bevat dus bepalingen voor de diensten op afstand in het algemeen, maar niet voor de financiële diensten, althans niet op dit moment, wat de dames De Roeck en Culot, de heren Kalfa, De Muelenaere en Quintard (vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties) ten zeerste betreuren. Als bovendien nog andere dienstencategorieën van de WHP of van deze afdeling overeenkomsten op afstand zouden worden uitgesloten, dan vragen deze zelfde vertegenwoordigers zich af welke belangrijke diensten nog zouden vallen onder het bijzonder stelsel van de WHP. Zij voegen hierbij nog het feit dat volgens het artikel 80, 4, 1 de bedenktermijn niet van toepassing is op de levering van diensten waarvan de uitvoering met instemming van de consument begonnen is voor het einde van de verzakingstermijn. Afdeling 9 overeenkomsten op afstand is dus een heel specifieke afdeling, die een eigen toepassingsgebied afbakent. Deze vertegenwoordigers vragen om deze afdeling niet volledig zinloos te maken. Het toestaan van eventuele afwijkingen moet aan zeer restrictieve voorwaarden worden verbonden. De vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties stellen evenwel vast dat op grond van een eenvoudig K.B. een hele sector (en wellicht meerdere) volledig van de wet mag afwijken, zonder enig onderscheid. De betrokken sector of de betrokken sectoren vermeldt of vermelden bovendien niet op grond van welke omstandigheden een afwijking overeenkomstig het art. 83, 5 gerechtvaardigd is. 2.3.De dames Struyven en Sweerts, de heren Felix, Vandeplas en van Oldeneel (vertegenwoordigers van de distributie) en mevrouw Swalens (vertegenwoordigster van de middenstand) benadrukken dat het geenszins de bedoeling is het toepassingsgebied van de wetgeving inzake verkoop op afstand van diensten uit te hollen. Deze vertegenwoordigers wijzen er op dat de financiële diensten slechts voorlopig ontsnappen aan een reglementering inzake overeenkomsten op afstand, in afwachting dat een specifieke Europese richtlijn deze materie regelt. Verder blijven tal van andere diensten (adviesverlening, helpdesk, cursussen, ) onderworpen aan de wetgeving inzake verkoop op afstand. Zij menen dat de diverse uitzonderingen noodzakelijk zijn om de bedoelde diensten te kunnen blijven aanbieden, ook in het voordeel van de consument. Daar waar het technisch, praktisch en economisch mogelijk is, moet de consument alle waarborgen genieten die de WHP voor de verkoop op afstand van diensten voorschrijft. In enkele gevallen blijken een aantal van deze bepalingen echter een onevenredig grote hinderpaal voor het aanbieden of ontwikkelen van de dienstverlening of is het praktisch niet mogelijk de voorgeschreven verplichtingen te volgen zoals uiteengezet door dezelfde vertegenwoordigers in punt 3.3 van huidig advies. De genoemde vertegenwoordigers zijn bovendien beducht voor mogelijke misbruiken van de bedenktermijn en voor de bewijslast die aan de verkoper wordt opgelegd. Tenslotte is het voor de verkoper vaak moeilijk uit te maken of degene die de dienst bestelt, handelt voor privé- dan wel voor professionele doeleinden. 3.Specifieke opmerkingen over het ontwerp-kb 3.1.Bemerkingen van de Raad De Raad merkt op dat de aangeduide diensten nergens in de WHP, noch in de omgezette richtlijn worden gedefinieerd, en dat er geen enkele verwijzing wordt gedaan naar andere
5 regelgevingen die op de sector van toepassing zijn. De juridische onzekerheid die daaruit voortvloeit is zeker niet wenselijk. Wat de pakketreizen betreft, stelt de Raad voor om uitdrukkelijk naar de wet van 16 februari 1994 betreffende de reisovereenkomsten te verwijzen. Ook de overige diensten zouden in een definitie moeten worden opgenomen De Raad stelt overigens vast dat de Nederlandse versie veel verder gaat dan de Franstalige, en het toepassingsgebied van het ontwerp van besluit zou kunnen uitbreiden ( ( ) vallen de diensten in verband met ( )). De Nederlandse versie zou moeten aanleunen bij de richtlijn, die in artikel 3.2 de woorden diensten voor logies. vermeldt. 3.2.Standpunt en voorstellen van de consumentenorganisaties : Principes De dames De Roeck en Culot, de heren Kalfa, De Muelenaere en Quintard (vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties) herhalen hun wens om concrete afwijkingen te bepalen voor de diensten waarvan de uitvoering kort na de reservering ervan gebeurt, voor de diensten die een kleine waarde vertegenwoordigen en voor de tickets. Voor deze laatste vragen ze een technische discussie, zodat het begrip en de modaliteiten concreet kunnen worden verduidelijkt. Voor het overige zijn ze tegenstander van elke bijkomende afwijking voor specifieke sectoren of diensten. In de memorie van toelichting bij de nieuwe wet werd immers bepaald dat het bij de bestelling op afstand van een reis, van een verblijf, van een vervoer,... niet wenselijk lijkt dat de consument noch voorafgaande inlichting ontvangt, noch schriftelijke bevestiging, dat hij niet beschikt over een verzakingsrecht, dat de overeenkomst niet binnen een overeengekomen termijn uitgevoerd zou worden en dat hem bovendien de gestorte voorschotten niet zouden terugbetaald worden in geval van uitzonderlijke onmogelijkheid hem de bestelde dienst te verstrekken. De voorgestelde afwijking betekent dus een volledige ommekeer : de afwijking wordt een principe zonder nuance en zonder modaliteiten. De Belgische wetgever achtte het niet nuttig om gebruik te maken van de gedeeltelijke vrijstelling bepaald in artikel 3.2. van richtlijn 97/7/EG. Hij heeft ten volle gebruik gemaakt van de mogelijkheid, geboden door de minimumclausule in artikel 14, waardoor een lidstaat strengere bepalingen kunnen aannemen of handhaven ter verhoging van het beschermingsniveau van de consument. In verband met deze gedeeltelijke vrijstelling wensen de vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties eraan te herinneren dat zij zuiver het resultaat is van een politiek compromis (met gekwalificeerde meerderheid), in die zin dat ze op geen enkele objectieve en juridische motivering berust, behalve wat het probleem van schriftelijke bevestiging betreft en dat van de lege plaatsen tijdens een voorstelling, waarvoor de consument gereserveerd had en die door hem werden geannuleerd. Het is nu aan de executieve om eventuele modaliteiten vast te stellen voor de toepassing van de afdeling op de hier besproken op afstand gesloten overeenkomsten voor dienstverlening. Het moet mogelijk zijn om een oplossing te vinden voor de praktische problemen die rijzen wanneer de wet wordt toegepast op een specifieke sector, op bepaalde toeristische dienstverstrekkingen of op specifieke vrijetijdsbesteding, in plaats van hen volledig uit te sluiten. De vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties hebben er geen bezwaar tegen om een aantal van deze toepassingsmodaliteiten betreffende een specifieke sector of specifieke diensten te bespreken. Wat het argument betreft dat door de vertegenwoordigers van de productie, de distributie en de middenstand werd aangevoerd betreffende de concurrentievervalsing, is het voor de dames De Roeck en Culot, de heren Kalfa, De Muelenaere en Quintard (vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties) onaanvaardbaar dat een hoog beschermingsniveau van de consument in toepassing van de minimumclausule, zou gezien worden als een obstakel, of zelfs als een scheeftrekking van de markt. Dit aspect moet worden ingebouwd in de commerciële strategie van elke geloofwaardige onderneming. In dit verband, en meer bepaald in het kader van
6 een eerlijke concurrentie, zullen deze vertegenwoordigers niet nalaten om bij de diensten van de Belgische administratie en rechtbanken aangifte te doen van praktijken, ongeacht of ze door Belgische of buitenlandse personen worden toegepast, indien die niet stroken met de letter en de geest van de WHP, waarop de Belgische consument zich moet kunnen beroepen Noodzakelijke modaliteiten en aanpassingen van het K.B. Voor de dames De Roeck en Culot, de heren Kalfa, De Muelenaere en Quintard (vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties) zijn volgende verduidelijkingen en aanpassingen van het K.B. noodzakelijk : A.De wettelijke basis van het ontwerp van K.B. moet bij voorkeur berusten op het art. 83, 1 en/of 5, veeleer dan op art. 83, 3, dat een zuivere uitsluiting mogelijk maakt zoals hier voorgesteld. Zoals hoger reeds vermeld, is de afwijking veel te algemeen. Zoals in dit advies reeds verscheidene malen werd bevestigd, zijn enerzijds precieze afwijkingen mogelijk, en kunnen anderzijds voor bepaalde aspecten van de afdeling nog modaliteiten worden vastgesteld. Deze vertegenwoordigers stellen in dit verband vast dat binnen de sector de meningen uiteenlopen tussen reisbemiddelaars en reisorganisatoren. De vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties staan gunstig tegenover de voorstellen van de bemiddelaars om een afwijking te voorzien voor laattijdige boekingen of voor last-minute boekingen, en voor het leveren van toeristische diensten voor een gering bedrag, alsook voor de exclusieve verkoop van tickets buiten elke andere dienst. B. Bekijkt men de gebuikte reserveringstechnieken, dan stelt men in het algemeen problemen vast op het niveau van de telefonische boekingen en de voorafgaande informatie, of zelfs de bevestiging op een duurzame drager. Het is dus mogelijk om aan dit aspect modaliteiten te verbinden op basis van wat onder punt A. werd gezegd inzake een alternatieve vorm van informatieverstrekking. De consument die spontaan telefoneert kan zich vaak geen duidelijk beeld vormen van de voorgestelde dienst, noch heeft hij zekerheid betreffende de identiteit van zijn contactpersoon, bovendien vaak een niet-lokaliseerbaar call center. De voorafgaande informatie beantwoordt aan een behoefte, verbonden aan de specificiteit van de verkooptechniek. Dit probleem schijnt zich niet zo scherp te stellen voor andere technieken inzake communicatie op afstand, zoals Internet, waarbij het in principe mogelijk is zowel informatie als bevestiging te krijgen. Wat de bevestiging betreft, deze schijnt een vanzelfsprekendheid te zijn in het kader van het sluiten van overeenkomsten, aangezien zij de wil van beide partijen concretiseert. Beweren dat de informatie en de bevestiging niet realiseerbaar zijn, komt neer op een ontkenning van hun noodzaak in een normaal contractueel kader. C. In het ontwerp van K.B. wordt de handhaving van de bedenktermijn bepaald (lid 2 van art. 1) indien de datum voor de uitvoering van de dienst voorzien werd op meer dan twee maanden daags na het afsluiten van het contract. De vertegenwoordigers van de consumentenorganisaties stellen voor om deze termijn op maximum 15 dagen terug te brengen,te rekenen vanaf de ondertekening van de bestelbon. Dezelfde vertegenwoordigers verzetten zich bovendien vanzelfsprekend tegen een schrapping van lid 2 van art. 1 van het ontwerp van K.B., waardoor het nog ruimer zou worden dan het al is.
7 3.3.Standpunt van de vertegenwoordigers van de productie, de distributie en de middenstand Principes De dames Struyven en Sweerts, de heren Felix, Vandeplas en van Oldeneel (vertegenwoordigers van de distributie) en mevrouw Swalens(vertegenwoordigster van de middenstand) pleiten resoluut voor de invoering van de in artikel 1, eerste lid voorgestelde uitzondering voor de sector van het toerisme (logies, vervoer, restaurantbedrijf) en de vrijetijdsbesteding, conform de Europese richtlijn ter zake. Zij menen dat het niet opportuun is een wettekst in te voeren die afwijkt van hetgeen van toepassing is in andere Europese landen. Dit plaatst de Belgische ondernemingen immers zonder reden in een nadelige positie. Met name de toeristische sector is ten zeerste onderhevig aan concurrentie uit het buitenland en dit fenomeen neemt nog sterke uitbreiding met de ontwikkeling van moderne communicatiemedia en de mondialisering van de betrokken sectoren. Dezelfde vertegenwoordigers wijzen erop dat de typische eigenschappen van de verkoop op afstand van diensten in verband met toerisme en vrijetijdsbesteding, de toepassing van de artikelen 78 tot 81 1 van de WHP in de praktijk onmogelijk maken. De dames Struyven en Sweerts, de heren Felix, Vandeplas en van Oldeneel (vertegenwoordigers van de distributie) en mevrouw Swalens (vertegenwoordigster van de middenstand) bevestigen dat zij voorstander zijn van een duidelijke definitie van het toepassingsgebied van de uitzondering. Naast pakketreizen, zou de vrijstelling volgens deze vertegenwoordigers in het bijzonder moeten gelden voor alle transportbiljetten en tickets voor culturele evenementen en exposities, sportmanifestaties en pretparken, indien de dienst geleverd wordt op een bepaalde datum. Zij pleiten echter voor een eenvoudig systeem, dat niet onnodig gemoduleerd wordt naar gelang van diverse omstandigheden, teneinde geen verwarring te stichten bij de consumenten en de verkopers Commentaar bij de verschillende verplichtingen A. Artikelen 78 en 79 : Informatieverplichting en bevestiging De dames Struyven en Sweerts, de heren Felix, Vandeplas en van Oldeneel (vertegenwoordigers van de distributie) en mevrouw Swalens (vertegenwoordigster van de middenstand) menen dat een consument die op afstand een dienst bestelt (b.v. een vliegtuigticket Brussel-Parijs of een plaats voor een tentoonstelling of concert), dat in veel gevallen niet doet op basis van publiciteit of documentatie uitgaande van de verkoper. Hij contacteert gewoon een luchtvaartmaatschappij of ticketverkoper die hij kent en bestelt hetgeen hij wenst. De verkoper (of, wat meestal het geval is, het call-center dat werkt in opdracht van de verkoper) heeft aan de telefoon uiteraard niet de mogelijkheid de voorgeschreven en zeer uitgebreide informatie te verstrekken, en kan zeker niet bewijzen dat hij aan deze verplichting heeft voldaan. Hij kan er overigens van uit gaan dat de consument de dienst en de leverancier kent, anders zou deze hem niet gecontacteerd hebben voor een bestelling. 1 Dit standpunt weerspiegelt de zienswijze van de deskundigen uit de sector waarop het ontwerp-kb betrekking heeft, die deelgenomen hebben aan de werkzaamheden van de Raad, met uitzondering van de Vereniging Vlaamse Reisbureaus (VVR).
8 Ook de bevestiging van de bedoelde informatie is volgens deze vertegenwoordigers in een aantal gevallen praktisch niet realiseerbaar zonder grote financiële implicaties. In veel gevallen verstuurt de verkoper immers hetzij enkel een toegangsticket of vervoersbewijs (met daarop vaak de essentiële contractsvoorwaarden) naar de consument, hetzij helemaal niets, indien de consument deze zelf afhaalt. De situatie is totaal anders indien de consument ingaat op een aanbod dat de verkoper doet op zijn website. Daar heeft de verkoper inderdaad de mogelijkheid om uitgebreide informatie te geven. Dezelfde vertegenwoordigers zijn echter van mening dat de informatieverplichting in dit geval op Europees vlak moet geregeld worden en verwijzen naar het voorstel van richtlijn betreffende bepaalde juridische aspecten van de elektronische handel in de interne markt. In andere gevallen, en met name voor de pakketreizen, is reeds een specifieke wetgeving voorhanden die deze materie reglementeert. Met name de Reiscontractenwet van 16 februari 1994 die de richtlijn 90/314 omzet in Belgisch recht biedt de consument tal van garanties voor pakketreizen, zoals b.v. uitgebreide voorafgaande informatie, schriftelijke bevestiging van deze informatie, annulatiemodaliteiten. De vertegenwoordigers van de productie, de distributie en de middenstand wijzen er ten slotte op dat de consument nooit volledig verstoken is van informatie, gelet op de algemene informatieplicht die voorzien is in artikel 30 van de WHP. B. Artikel 80 : Bedenktermijn De dames Struyven en Sweerts, de heren Felix, Vandeplas en van Oldeneel (vertegenwoordigers van de distributie) en mevrouw Swalens(vertegenwoordigster van de middenstand) wijzen erop dat de mogelijkheid voor de consument om zich zonder opgave van motief te bedenken en de gereserveerde dienst te annuleren, geen rekening houdt met het feit dat de verkoper van de dienst in vele gevallen slechts een tussenpersoon is. Deze zal bij de reservatie door de consument op zijn beurt onmiddellijk de nodige boekingen moeten doen en de vereiste betalingen moeten verrichten. Indien de consument de verkoop nog kan annuleren, loopt de verkoper het risico de betaalde bedragen niet meer te kunnen recupereren. Dit risico is disproportioneel met het nagestreefde doel. Uit het feit dat de consument spontaan contact gezocht heeft met de verkoper mag immers blijken dat hij zowel de dienst als de leverancier kent. De toekenning van een bedenktermijn levert de verkoper over aan de willekeur van de consument, die zijn aankoop kan annuleren om redenen die geen uitstaans hebben met de intrinsieke kenmerken van de gereserveerde dienst. Wacht de verkoper anderzijds met de boeking tot de bedenktermijn verstreken is, dan is de kans groot dat de plaats niet meer vrij is. Verder benadrukken diezelfde vertegenwoordigers dat de toekenning van een bedenktermijn een aantal praktische problemen oplevert,.enkele voorbeelden tonen dit aan : Aangezien pas na de bedenktermijn betaling mag geëist worden, zal de verkoper er veelal voor opteren de tickets pas na die termijn op te sturen. In concreto betekent dit dat de reservaties twee weken vóór de datum van uitvoering moeten afgesloten worden. Dit is niet in het voordeel van de consument, die in bepaalde gevallen pas op het laatste ogenblik wenst te bestellen (tickets voor theater worden voornamelijk in de twee weken voor de voorstelling verkocht); Momenteel gebeuren hotelreservaties vaak telefonisch en door middel van een garantie via de bankkaart. Indien deze reservaties niet langer gegarandeerd zijn, loopt de uitbater het risico geen maximale bezetting te realiseren. Tenslotte is de invoering van een bedenktermijn niet noodzakelijk in het voordeel van de consument. De tarieven zullen moeten verhogen om de annulatiekosten op te vangen en ook bepaalde promoties zullen niet meer aangeboden kunnen worden via een verkoop op afstand.
9 De dames Struyven en Sweerts, de heren Felix, Vandeplas en van Oldeneel (vertegenwoordigers van de distributie) zijn van mening dat, ook al is de datum van de prestatie meer dan twee maanden verwijderd op het moment van de aankoop, de bezwaren tegen de bedenktermijn geldig blijven. De vertegenwoordigers van de productie en de distributie pleiten dan ook voor de schrapping van het tweede lid van artikel 1 van het voorontwerp van koninklijk besluit. Deze bepaling zou een negatieve impact hebben op de promoties voor vroegboekingen, die de consument momenteel geniet. C. Artikel 81 1 : Uitvoeringstermijn De dames Struyven en Sweerts, de heren Felix, Vandeplas en van Oldeneel (vertegenwoordigers van de distributie) en mevrouw Swalens (vertegenwoordigster van de middenstand) menen dat de uitvoeringstermijn van dertig dagen niet van toepassing is op de bedoelde verkopen op afstand, aangezien het per definitie om overeenkomsten gaat die de verkoper ertoe verplicht een dienst te verrichten op een bepaalde datum. De ontbinding van rechtswege van de overeenkomst in geval van niet-uitvoering is volgens deze vertegenwoordigers echter overdreven. In bepaalde gevallen moet het mogelijk zijn, b.v. voor pakketreizen, om een wijziging door te voeren, zonder dat dit automatisch leidt tot de ontbinding van het contract.
10 LEDEN AANWEZIG OP DE PLENAIRE VERGADERING VAN DE RAAD VOOR HET VERBRUIK VAN 9 DECEMBER 1999 VOORGEZETEN DOOR DE HEER RAMAEKERS 1. Leden die de organisaties van de consumenten vertegenwoordigen: Werkende: Mevrouw DE ROECK (Bond van Grote en Jonge Gezinnen) De heer KALFA (Verbraucher schutzzentrale Ostbelgien) De heer QUINTARD (F.G.T.B.) Plaatsvervangende: Mevrouw CULOT (C.S.C.) De heer DE MUELENAERE (A.C.L.V.B.) 2. Leden die de organisaties van de productie vertegenwoordigen: Werkende: Mevrouw STRUYVEN (V.B.O.) Mevrouw SWEERTS (B.V.B.) De heer FELIX (U.P.C.) De heer VANDEPLAS (FEDICHEM) Plaatsvervangend: De heer van OLDENEEL tot OLDENZEEL (V.B.O.) 3. Leden die de organisaties van de distributie vertegenwoordigen: Werkend: De heer de LAMINNE de BEX (FEDIS) Plaatsvervangend: Mevrouw POLLERS (FEDIS) 4. Leden die de organisaties van de middenstand vertegenwoordigen: Werkend: Mevrouw SWALENS (N.C.M.V.)
RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 288 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp tot wijziging van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en bescherming van de consument, wat betreft het beeld van de vrouw
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 193 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over de uitbreiding, tot het geheel van munten, van de regel van de afzonderlijke aanduiding van commissielonen, van toepassing op de omzetverrichtingen van biljetten
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 282 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van Koninklijk Besluit tot vaststelling van bepaalde reeksen van nominale hoeveelheden en tot regeling van de aanduiding van hoeveelheden voor
Nadere informatieDoc. nr. E2:31011C05 Brussel, ADVIES VAN HET BUREAU. betreffende
Doc. nr. E2:31011C05 Brussel, 9.11.1999 MH/GVB/LC ADVIES VAN HET BUREAU betreffende EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT UITVOERING VAN HET ARTIKEL 83 1, 3 VAN DE WET VAN 14 JULI 1991 BETREFFENDE DE
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. over de evaluatie van het charter opgesteld door de belgische vereniging van banken inzake een basis-bankdienst
R.v.V. 199 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over de evaluatie van het charter opgesteld door de belgische vereniging van banken inzake een basis-bankdienst Brussel, 3 juni 1999 De Raad voor het Verbruik,
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 360 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de uitoefening en de organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie Brussel,
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 273 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het ontwerp van K.B. betreffende reductie van het gehalte aan vluchtige organische stoffen in decoratieve verven en vernissen voor professioneel en niet-professioneel
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 380 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het ontwerp van KB betreffende de fabricage van en de handel in voedingssupplementen die andere stoffen bevatten dan nutriënten en planten of plantenbereidingen
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. Over het voorontwerp actieplan Maatschappelijk verantwoord ondernemen in België.
RVV 373 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over het voorontwerp actieplan Maatschappelijk verantwoord ondernemen in België. Brussel, 5 februari 2007 SAMENVATTING Via een brief van 10 juli 2006 heeft de Staatssecretaris
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. over de hypothese van het verbod of van nieuwe maatregelen ter beperking van de huis-aan-huis verkoop.
R.v.V. 200 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over de hypothese van het verbod of van nieuwe maatregelen ter beperking van de huis-aan-huis verkoop. Brussel, 5 maart 1999 De Raad voor het Verbruik, die op 5
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 404 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor Kredieten aan particulieren. Brussel,
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 455 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 augustus 1992 betreffende de kosten, de percentages, de duur en de terugbetalingsmodaliteiten
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 402 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot omzetting van richtlijn 2007/45/EG tot vaststelling van regels betreffende nominale hoeveelheden voor voorverpakte producten.
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV- 418 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van K.B. tot beperking van het op de markt brengen van voorwerpen die asbest bevatten. Brussel, 12 november 2009 1 SAMENVATTING De Raad verwelkomt
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 447 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van de taal op het etiket en op het veiligheidsinformatieblad van stoffen en mengsels, en tot aanwijzing van
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 260 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het ontwerp van Koninklijk Besluit houdende een verbod op de publiciteit voor elektrische verwarming Brussel, 20 december 2001 De Raad voor het Verbruik, die
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. over het wetsontwerp betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt
R.v.V. 201 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het wetsontwerp betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt Brussel, 5 maart 1999 De Raad voor het Verbruik die, gebruik makend van zijn recht op
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 407 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het voorontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 november 2002 houdende uitsluiting van sommige overeenkomsten op afstand
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. over de behandeling van klachten en geschillen voor de bankdiensten-krediet-beleggingen.
RVV 312 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over de behandeling van klachten en geschillen voor de bankdiensten-krediet-beleggingen. Brussel 19 juni 2003 De Raad voor het Verbruik die op eigen initiatief beslist
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.V.V. 314 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES betreffende de bijzondere procedures te voorzien bij de hernieuwing van de mandaten voor de Raad voor het Verbruik en voor de kandidatuur van nieuwe organisaties
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 379 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over de uitbreiding van de toepassing van de gedragscode inzake bankmarketing gericht op jongeren tot de verzekeringssector. Brussel, 3 mei 2007 SAMENVATTING De Raad
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 453 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit betreffende kaas. Brussel, 27 september 2012 SAMENVATTING Dit ontwerp van koninklijk besluit, tot intrekking van het koninklijk
Nadere informatieHOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO
HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Handelspraktijken Voorv. Prod. A03 Brussel, 23.09.2008 MH/AB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT OMZETTING VAN DE RICHTLIJN 2007/45/EG
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK
RvV 489 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van Koninklijk Besluit tot opheffing van het Koninklijk Besluit van 18 juli 1972 betreffende de aanduiding van de prijs van juwelen, uurwerken, goud-
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 265 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van K.B. houdende de facturatie van Elektriciteit en gas Brussel, 28 maart 2002 De Raad voor het Verbruik, die op 28 november 2001 door de Staatssecretaris
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 412 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp KB tot bepaling van de eisen waaraan houtpellets moeten voldoen om gebruikt te worden als brandstof voor niet-industriële verwarmingstoestellen. Brussel,
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 458 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over drie koninklijke besluiten m.b.t. de benamingen en de kenmerken van respectievelijk de gasolies bestemd voor verwarming en voor gebruik in niet voor de weg bestemde
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV- 401 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over de bekendmakingmodaliteiten die de Ligue des Familles voorstelt in het kader van het staken van de uitgifte van haar ristorno-zegels. Brussel, 6 november 2008
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 520 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES inzake etikettering van schoenen. Brussel, 7 december 2017 SAMENVATTING De Raad voor het Verbruik werd op 5 september 2017 door de Minister van Economie en Consumenten
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 497 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 15 juni 1988 betreffende de prijsaanduiding in de horecasector. Brussel, 4 oktober
Nadere informatieHOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO
HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N HANDELSPRAT - Fitness A04 Brussel, 29 september 2010 MH/SL/AS A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE FITNESS- EN WELLNESSCONTRACTEN
Nadere informatieN HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. betreffende
N HANDELSPR Fin. diensten A 03 Brussel, 18.05.2005 MH/SL/LC A D V I E S betreffende DE OMZETTING IN BELGISCH RECHT VAN TWEE EUROPESE RICHTLIJNEN INZAKE FINANCIËLE DIENSTEN OP AFSTAND (bekrachtigd door
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV - 441 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming (Doc 53-0831/001 tot 004). Brussel, 23 juni
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 235 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, met het oog
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. Over het Europees verbintenissenrecht.
R.V.V. 308 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over het Europees verbintenissenrecht. Brussel, 27 januari 2004 De Raad voor het Verbruik, die op eigen initiatief besliste om een advies uit te brengen over de
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 443 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van verschillende koninklijke besluiten (yoghurt en andere gefermenteerde melk, margarine en voedingsvetten,
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.V.V.344 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Inzake het ontwerp van koninklijk besluit betreffende mayonaise, tot afschaffing van het koninklijk besluit van 12 april 1955 betreffende de handel in mayonaise
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV-513 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van Koninklijk Besluit tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 23 oktober 2015 betreffende de uitvoering, wat de sociale kredietgevers en
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. Evaluatie van de aanbevelingen "reclame rond kinderfeesten
R.v.V. 294 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Evaluatie van de aanbevelingen "reclame rond kinderfeesten Brussel, 19 juni 2003 Naar aanleiding van het advies van 27 juni 2000 over de opportuniteit van een reglementering
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV- 472 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van wet tot wijziging van het Wetboek van economisch recht, met betrekking tot de afronding van betalingen in euro. Brussel, 20 maart 2014 1 SAMENVATTING
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. over voorstellen tot wijziging van de beschikkingen van het gezamenlijk aanbod.
R.v.V. 232 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over voorstellen tot wijziging van de beschikkingen van het gezamenlijk aanbod. Brussel, 30 januari 2001 De Raad voor het Verbruik, die op 20 september 2000 door
Nadere informatieDoc. nr. E2:91001C04 Brussel, A D V I E S. over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN
Doc. nr. E2:91001C04 Brussel, 15.12.1998 MH/AB/LC A D V I E S over EEN VOORONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE BESTELBON VAN NIEUWE AUTOVOERTUIGEN *** In zijn brief van 6 juli 1998 vroeg de Vice-Eerste
Nadere informatieN HANDELSPR Oneerlijke handelspraktijken A06 Brussel, MH/SL/LC A D V I E S. over een
N HANDELSPR Oneerlijke handelspraktijken A06 Brussel, 1.03.2007 MH/SL/LC A D V I E S over een VOORONTWERP VAN WET TOT WIJZIGING VAN DE WET VAN 14 JULI 1991 BETREFFENDE DE HANDELSPRAKTIJKEN EN DE VOORLICHTING
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. over een ontwerp KB betreffende de aanduiding van de tarieven van diensten van reisbemiddeling.
RvV 413 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp KB betreffende de aanduiding van de tarieven van diensten van reisbemiddeling. Brussel, 20 juli 2009 1 SAMENVATTING De Raad voor het verbruik heeft
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES. over voorstellen, met oog op de bestrijding en tot afremming van het fenomeen van consumentenbedrog
R.v.V.190 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over voorstellen, met oog op de bestrijding en tot afremming van het fenomeen van consumentenbedrog Brussel, 15 januari 1999 De Raad voor het Verbruik, die op 15
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 482 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 maart 2004 betreffende honing. Brussel, 23 april 2015 SAMENVATTING Dit voorstel
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK HUISHOUDELIJK REGLEMENT
RAAD VOOR HET VERBRUIK HUISHOUDELIJK REGLEMENT Gelet op het koninklijk besluit van 20 februari 1964 houdende instelling van de Raad voor het Verbruik gewijzigd bij de K.B. van 2 juli 1964, 27 maart 1969,
Nadere informatieRVV 377 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 377 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het verzoekschrift met het oog op het bekomen van de bescherming van de beroepstitel van interieurarchitect. Brussel, 10 april 2007 SAMENVATTING A. Algemene opmerkingen
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK
RVV 493 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot bepaling van de voorwaarden opgelegd aan verkopers en gebruikers van biociden voor begassing. Brussel, 4 juli 2016 SAMENVATTING
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 466 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 2 maart 1992 betreffende de prijsaanduidingen van kappersdiensten. Brussel, 10
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV- 476 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over de integratie van de Raad voor het Verbruik binnen de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven, zoals bepaald in artikel XIII, 17 van het Wetboek Economisch Recht.
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 470 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de verplichte terbeschikkingstelling van een oortelefoon bij verkoop van mobiele telefoons. Brussel, 10 februari
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK
RvV 429 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp KB tot wijziging van het KB van 5.09.2001 betreffende de beschikbaarheid van consumenteninformatie over het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot bij
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV- 509 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over het ontwerp van koninklijk besluit houdende oprichting van de bijzondere raadgevende commissie Verbruik binnen de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven en tot
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 357 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over het ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van bijzondere regels inzake de aanduiding van de hoeveelheid bij het op de markt brengen van sommige motorbrandstoffen
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV-473 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over de evaluatie van de gedragscode met betrekking tot elektronische facturatie Brussel, 2 april 2014 1 Samenvatting Op vraag van de Dienst Administratieve Vereenvoudiging
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V.354 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES betreffende de vaststellingswijze van de jaarlijkse kostenpercentages inzake consumentenkrediet. Brussel, 18 mei 2006 De Raad voor het Verbruik die op eigen initiatief
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 419 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 en een ontwerp van ministerieel besluit genomen in uitvoering
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 174 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een wetsontwerp tot wijziging van de wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet en tot wijziging van de wet van 13 april 1995 tot wijziging van de
Nadere informatieN HANDELSPR-Reisbemiddeling A04 Brussel, MH/SL/LC
N HANDELSPR-Reisbemiddeling A04 Brussel, 29.9.2005 MH/SL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE AANDUIDING VAN DE TARIEVEN VAN BEPAALDE DIENSTEN VAN REISBEMIDDELING (bekrachtigd
Nadere informatieCirculaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen
Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 september 2017
A D V I E S Nr. 2.051 ------------------------------ Zitting van dinsdag 26 september 2017 ---------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van een aantal
Nadere informatieA D V I E S Nr. 1.386 ------------------------------ Zitting van dinsdag 29 januari 2002 --------------------------------------------
A D V I E S Nr. 1.386 ------------------------------ Zitting van dinsdag 29 januari 2002 -------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 7, 3
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 486 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over een ontwerp van koninklijk besluit tot invoering van elektronische ecocheques en tot vaststelling van de erkenningsvoorwaarden en erkenningsprocedure voor uitgevers
Nadere informatieA D V I E S. over de
Doc. nr. E2:90---C20 Brussel, 13.11.1997 MH/AB/LC A D V I E S over de ONTWERPEN VAN MINISTERIELE BESLUITEN BETREFFENDE DE VERMELDING VAN HET ENERGIEVERBRUIK EN HET VERBRUIK VAN ANDERE HULPBRONNEN OP DE
Nadere informatieN Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES. over
N Financiële planners A2 Brussel, 27 maart 2014 MH/SL-EDJ/AS 717-2014 ADVIES over EEN ONTWERP VAN WET INZAKE HET STATUUT VAN EN HET TOEZICHT OP DE ONAFHANKELIJK FINANCIËLE PLANNERS EN INZAKE HET VERSTREKKEN
Nadere informatieHier volgen enkele situaties die zich zouden kunnen voordoen.
De reiziger heeft rechten en plichten. De nationale wetgever en de Europese wetgever hebben bepalingen ter bescherming van de consument ingesteld, of u nu een beroep heeft gedaan op de diensten van een
Nadere informatieRVV 375 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV 375 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over drie ontwerpbesluiten betreffende de regeling van de emissieniveaus van verwarmingsketels, verwarmingstoestellen en radiatoren Brussel, 15 maart 2007 De Raad
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV-468 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van koninklijk besluit tot het nemen van bijzondere maatregelen en tot afwijken van sommige bepalingen van boek VI van het Wetboek van economisch
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van donderdag 31 mei
A D V I E S Nr. 1.613 ----------------------------- Zitting van donderdag 31 mei 2007 ----------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 5 tot
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 506 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 mei 2014 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruiken van biociden
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 180 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES inzake het voorstel van wet betreffende het toegelaten debetbedrag en de toegelaten debetrente op bankrekeningen (doc.senaat nr872/1 van 06.02.1998) Brussel, 2
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 503 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES betreffende de problematiek van de herinneringskosten, de kosten van ingebrekestelling en de nalatigheidsinteresten in geval van laattijdige betaling. Brussel, 26
Nadere informatieHOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO
HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N Hervorming WHPC A04 Brussel, 20.03 2008 MH/SL/LC ADVIES OP EIGEN INITIATIEF over HET EVALUATIEVERSLAG OVER DE WET VAN 14 JULI 1991 BETREFFENDE DE HANDELSPRAKTIJKEN
Nadere informatieMINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 1 van 18 november 1996 met betrekking tot het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging
Nadere informatieFEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 74 van 27 februari 2004 over een ontwerp van koninklijk
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november
A D V I E S Nr. 1.913 -------------------------------- Zitting van woensdag 5 november 2014 ------------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van donderdag 13 november
A D V I E S Nr. 1.448 ----------------------------- Zitting van donderdag 13 november 2003 ------------------------------------------------------- Vereenvoudiging en modernisering van de sociale administratie
Nadere informatievan de verwerking van persoonsgegevens (hierna "WVP"), inzonderheid artikel 29;
1/5 Advies nr. 35/2008 van 8 oktober2008 Betreft: Adviesaanvraag betreffende een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK
RvV 488 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een voorstel van koninklijk besluit betreffende mayonaise Brussel, 3 december 2015 SAMENVATTING De Minister van Economie en Consumenten vroeg de Raad om een advies
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 449 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur en tot opheffing
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
1/6 Advies nr 09/2010 van 17 maart 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 3, 5, 3 van de Wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer
Nadere informatieMINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk
MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk ------ Advies nr. 16 van 16 oktober 1998 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit betreffende
Nadere informatieDoc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over een
Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, 03.12.2002 MH/FD/LC A D V I E S over een VOORSTEL VOOR EEN AANBEVELING VAN DE RAAD BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN DE WETGEVING INZAKE GEZONDHEID EN VEILIGHEID
Nadere informatieVoorzitter Mevrouw AELVOET, Minister van Consumenten, Volksgezondheid en Leefmilieu Kunstlaan 7
MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN 1000 BRUSSEL, North Gate III, Koning Albert II-laan 16 telefoon (02)206 41 11 telefax (02)206 57 71 site http://mineco.fgov.be BESTUUR HANDELSBELEID Commissie voor Milieu-etikettering
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de regelgeving
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,
KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE
Nadere informatieA. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.
Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve
Nadere informatieN Vastgoedmakelaar A06 Brussel, MH/BL/LC A D V I E S. over
N Vastgoedmakelaar A06 Brussel, 11.10.2005 MH/BL/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT TOT WIJZIGING VAN ARTIKEL 4, 1 VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 6 SEPTEMBER 1993 TOT BESCHERMING VAN
Nadere informatieA D V I E S. over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE NATUURLIJK MINERAAL WATER EN BRONWATER
Doc. nr. E2:90005C04 Brussel, 30.3.1999 MH/GVB/LC A D V I E S over EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE NATUURLIJK MINERAAL WATER EN BRONWATER (bekrachtigd door de Hoge Raad voor de Middenstand
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
R.v.V. 217 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over de opportuniteit om maatregelen te treffen zodat geen reclame meer in de brievenbussen gedeponeerd wordt voorzien van de melding "geen reclame a.u.b.". Brussel,
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RvV 467 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van de minimumeisen voor het aanbrengen van milieuboodschappen op bouwproducten en het oprichten van een federale
Nadere informatieADVIES Nr 10 / 2001 van 25 APRIL 2001
ADVIES Nr 10 / 2001 van 25 APRIL 2001 O. Ref. : 10 / A / 2001 / 10 BETREFT : Ontwerp van koninklijk besluit waarbij de V.Z.W. Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat gemachtigd wordt om toegang
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
1/6 Advies nr 56/2013 van 6 november 2013 Betreft: Advies inzake het ontwerp van Koninklijk besluit tot vaststelling van de bijzondere voorwaarden betreffende het register van de gemeentelijke administratieve
Nadere informatieBeslissing ET 123563 van 19 december 2012 Nieuwe regels inzake opeisbaarheid van btw Overgangsbepalingen
Beslissing ET 123563 van 19 december 2012 Nieuwe regels inzake opeisbaarheid van btw Overgangsbepalingen De uitreiking van de factuur, vooraleer het belastbaar feit zich heeft voorgedaan, is geen oorzaak
Nadere informatieDe Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;
1/6 Advies nr 25/2010 van 1 september 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van koninklijk besluit houdende wijziging van verschillende besluiten betreffende registratie van persoonsgegevens ingevolge
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV- 502 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES Over een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 27 mei 2014 betreffende het op de markt brengen van stoffen geproduceerd in nanoparticulaire
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van woensdag 13 juli
A D V I E S Nr. 1.774 ----------------------------- Zitting van woensdag 13 juli 2011 ---------------------------------------------- Gelegenheidswerk in de landbouwsector en de tuinbouwsector Eenparig
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over het ontwerp van koninklijk
Nadere informatieRAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES
RVV-371 RAAD VOOR HET VERBRUIK ADVIES over het voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument, wat betreft
Nadere informatie