Brussel, 12 juni 2014 (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 10855/14. Interinstitutioneel dossier: 2012/0266 (COD) 2012/0267 (COD)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Brussel, 12 juni 2014 (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 10855/14. Interinstitutioneel dossier: 2012/0266 (COD) 2012/0267 (COD)"

Transcriptie

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2012/0266 (COD) 2012/0267 (COD) 10855/14 PHARM 44 SAN 232 MI 492 COMPET 405 CODEC 1471 NOTA van: Secretariaat-generaal van de Raad aan: Raad nr. Comv.: 14493/12 PHARM 71 SAN 215 MI 597 COMPET 600 CODEC COR /12 PHARM 72 SAN 216 MI 598 COMPET 599 CODEC COR 1 Nr. vorig doc.: 10342/14 PHARM 40 SAN 218 MI 464 COMPET 307 CODEC 1381 Betreft: Zitting van de Raad Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken op 19 en 20 juni 2014 Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG, Verordening (EG) nr. 178/2002 en Verordening (EG) nr. 1223/2009 Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek - Voortgangsverslag - Oriënterend debat In de bijlage A gaat voor de delegaties het voortgangsverslag dat door het voorzitterschap is opgesteld en dat moet dienen als achtergrond voor een oriënterend debat, op basis van de vragen vermeld in bijlage B, tijdens de zitting van de Raad EPSCO op 20 juni Dit document bevat ook een tekst (in bijlage C) die het voorzitterschap voorstelt voor hoofdstuk IV over aangemelde instanties, van toepassing op beide voorstellen /14 yen/ons/sv 1 DG B 4B NL

2 BIJLAGE A Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen en tot wijziging van Richtlijn 2001/83/EG, Verordening (EG) nr. 178/2002 en Verordening (EG) nr. 1223/2009. Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek VOORTGANGSVERSLAG VAN HET VOORZITTERSCHAP INLEIDING EN INHOUD 1. Op 26 september 2012 heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan voorstellen voor een verordening betreffende medische hulpmiddelen en een verordening betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek en deze ingediend bij de Raad en het Europees Parlement. 2. De rechtsgrondslagen voor beide voorstellen zijn artikel 114 en artikel 168, lid 4, punt c), van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie (VWEU). De gewone wetgevingsprocedure is van toepassing. Het voorstel voor een verordening betreffende medische hulpmiddelen 1 vervangt Richtlijn 90/385/EEG van de Raad betreffende actieve implanteerbare medische hulpmiddelen 2, en Richtlijn 93/42/EEG van de Raad betreffende medische hulpmiddelen 3 ; het voorstel voor een verordening betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek 4 vervangt Richtlijn 98/79/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende medische hulpmiddelen voor in vitro-diagnostiek Doc /12 PHARM 71 SAN 215 MI 597 COMPET 600 CODEC COR 1. PB L 189 van , blz. 17. PB L 169 van , blz. 1. Doc /12 PHARM 72 SAN 216 MI 598 COMPET 599 CODEC COR 1. PB L 331 van , blz /14 yen/ons/sv 2 BIJLAGE A DG B 4B NL

3 3. De herziening van het Europees wetgevend kader inzake medische hulpmiddelen beoogt: - de beste bescherming van patiënten, consumenten en gezondheidswerkers; - veilige, doeltreffende en innovatieve medische hulpmiddelen op een efficiënte wijze op de markt te brengen en tijdig aan de gebruikers ter beschikking te stellen; - de EU concurrerend te maken en een gunstig klimaat te scheppen voor innovatie op het gebied van medische hulpmiddelen. RAADPLEGINGEN 4. Overeenkomstig het aan de Verdragen gehechte protocol nr. 2 werden de nationale parlementen van de lidstaten geraadpleegd over de vraag of de voorgestelde bepalingen voldoen aan het subsidiariteitsbeginsel. Geen van de nationale parlementen heeft bezwaar gemaakt tegen de voorstellen De Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming werd door de Commissie geraadpleegd en heeft op 8 februari 2013 advies uitgebracht Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft op 14 februari 2013 advies uitgebracht over de voorstellen. 8 Het Comité van de Regio's werd eveneens door de Raad geraadpleegd, maar bracht geen advies uit, aangezien de voorgestelde maatregelen slechts beperkte gevolgen hebben voor lokale of regionale autoriteiten. STAND VAN WERKZAAMHEDEN IN DE RAAD 7. De delegaties juichten de voorstellen over het algemeen toe. Alle delegaties hebben echter nog steeds een algemeen studievoorbehoud bij de volledige voorstellen en de Deense, de Oostenrijkse, de Poolse en de Britse delegatie maken een voorbehoud voor parlementaire behandeling Doc. 5590/13. Advies beschikbaar in document INT/ CES _ 00_ 00_TRA_AC 2012/0266 (COD) en 2012/0267 (COD) van 14 februari /14 yen/ons/sv 3 BIJLAGE A DG B 4B NL

4 8. De Groep farmaceutische producten en medische hulpmiddelen ("de groep") is viermaal bijeengekomen tijdens het Cypriotische voorzitterschap, zeven keer tijdens het Ierse voorzitterschap en hield zes vergaderingen tijdens het Litouwse voorzitterschap om een eerste lezing van alle artikelen van de twee voorstellen af te ronden. Daarnaast hebben er zeven vergaderingen van technische experts plaatsgevonden onder het Ierse en zes onder het Litouwse voorzitterschap, gewijd aan de bijlagen I, VI, VII, VIII, IX, X, XI, XII, XIII en XIV van het voorstel voor medische hulpmiddelen, en de bijlagen I, VI, VII, VIII, IX, X, XI, XII en XIII van het voorstel inzake de hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek Op 10 december 2013 heeft de Raad een gedachtewisseling gehouden met de nadruk op het uitoefenen van toezicht door bevoegde autoriteiten en aangemelde instanties en betreffende herverwerking van medische hulpmiddelen voor eenmalig gebruik Op basis van het werk van de voorgaande voorzitterschappen heeft het Griekse voorzitterschap de besprekingen in de groep toegespitst op wijzigingen in de tekst die brede steun van de delegaties konden verkrijgen en dus een basis vormen voor een toekomstig standpunt van de Raad in eerste lezing. Daartoe zijn de volgende hoofdstukken van de twee voorstellen besproken: Hoofdstuk I Werkingssfeer en definities 11 ; Hoofdstuk II Traceerbaarheid, registratie en Europese databank 12 ; Hoofdstuk III Verplichtingen van de marktdeelnemers en CE-markering 13 ; Hoofdstuk IV Aangemelde instanties 14 ; Hoofdstuk V Indeling en conformiteitsbeoordeling 15 ; De resultaten zijn gemeld aan de Raad in doc /13 + COR 1 van 7 juni 2013 en doc /13 van 26 november Doc /13. Zie doc. 8343/1/14 REV 1. Doc. 5458/14. Doc. 5458/14. Doc. 9773/14. Doc. 6908/ /14 yen/ons/sv 4 BIJLAGE A DG B 4B NL

5 Hoofdstuk VII Bewaking en markttoezicht 16 ; Hoofdstuk VIII Samenwerking tussen lidstaten, Coördinatiegroep voor medische hulpmiddelen, EU-referentielaboratoria 17 ; Hoofdstukken IX Geheimhouding, gegevensbescherming, financiering, sancties en X Slotbepalingen Het Griekse voorzitterschap is ook van plan een discussie te organiseren over Hoofdstuk VI Klinische evaluatie & klinisch onderzoek (MH-voorstel) en Klinische gegevens (IVDvoorstel), wat betekent dat het tweede onderzoek van alle hoofdstukken bijna voltooid is. 12. Al met al heeft de groep onder het Griekse voorzitterschap 15 dagen vergaderd over de twee voorstellen. 13. Tijdens de vergadering van 11 juni 2014 heeft het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel) de groep opdracht gegeven haar werkzaamheden voort te zetten zodat het standpunt van de Raad onder het volgende voorzitterschap kan worden vastgesteld. 14. In het tweede deel van het Griekse voorzitterschap spitste het debat zich toe op de hoofdstukken IV, VII en VIII, waarin een groot aantal van de belangrijkste vernieuwingen ten opzichte van het huidige wetgevingskader van de EU voor medische hulpmiddelen is opgenomen Doc /14. Doc. 9094/1/14 REV 1. Doc. 6804/ /14 yen/ons/sv 5 BIJLAGE A DG B 4B NL

6 15. Hoofdstuk IV bevat voorschriften voor de aanwijzing, door een lidstaat, van een aangemelde instantie en de betrokkenheid van andere lidstaten en de Commissie bij dit proces. Het bevat ook bepalingen over het toezicht op de aangemelde instanties door de bevoegde autoriteiten en de samenwerking tussen die autoriteiten. Ten aanzien van dit hoofdstuk steunen de meeste delegaties de algemene strekking van de door het voorzitterschap voorgestelde wijzigingen, ter verduidelijking van de procedures voor de aanwijzing van overeenstemmingsbeoordelingsorganen als aangemelde instanties, en, in het bijzonder, ter versterking van de samenwerking tussen de lidstaten en de wederzijdse controle van aangemelde instanties, bijvoorbeeld door middel van intercollegiale toetsing van nationale bevoegde autoriteiten en gezamenlijke beoordelingen door aangemelde instanties. Sommige delegaties hebben echter te kennen gegeven dat de procedures te omslachtig kunnen zijn vanuit een administratief en financieel oogpunt. 16. Hoofdstuk VII heeft betrekking op maatregelen die van toepassing zijn nadat een medisch hulpmiddel in de handel is gebracht, in het bijzonder melding van incidenten en markttoezicht. Het bevat ook strengere verplichtingen tot het nemen van corrigerende maatregelen. De meeste delegaties steunen de invoering van bepalingen in hoofdstuk VII waarin wordt vastgelegd dat, naast het toezicht op activiteiten waarin de bevoegde autoriteiten het voortouw nemen, marktdeelnemers toezicht uitoefenen na het in de handel brengen, bijvoorbeeld door het verzamelen en analyseren van gegevens over de prestaties van medische hulpmiddelen, met name in verband met bijwerkingen waarbij zij betrokken zijn /14 yen/ons/sv 6 BIJLAGE A DG B 4B NL

7 17. De belangrijkste bepaling van hoofdstuk VIII is de oprichting van een coördinatiegroep voor medische hulpmiddelen (MDCG) voor een betere samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten van de lidstaten, en met het oog op de harmonisatie van de praktijken bij de toepassing van het EU-recht op het gebied van medische hulpmiddelen. In dit hoofdstuk worden voorts regels vastgesteld aangaande de referentielaboratoria van de EU voor medische hulpmiddelen en medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek. Uit de besprekingen over dit hoofdstuk, kan worden geconcludeerd dat: = alle delegaties de oprichting van de MDCG steunen; = de meeste delegaties het idee steunen om de samenwerking tussen de lidstaten op het gebied van medische hulpmiddelen en medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek te stroomlijnen door de aanstelling van één vertegenwoordiger per lidstaat in de coördinatiegroep voor medische hulpmiddelen (MDCG) in plaats van afzonderlijke vertegenwoordigers voor medische hulpmiddelen en medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek; = veel delegaties weliswaar extra taken willen toewijzen aan de MDCG in vergelijking met wat de Commissie voorstelt, maar dat andere delegaties juist haar taken willen beperken, niet alleen om economische redenen, maar ook omdat zij vraagtekens zetten bij de capaciteit van de MDCG al haar taken te vervullen; = er een brede consensus is dat de oprichting van een netwerk van referentielaboratoria belangrijk is voor een goede evaluatie van medische hulpmiddelen voor in-vitrodiagnostiek. Wat betreft de evaluatie van medische hulpmiddelen, hebben veel delegaties de wens uitgesproken om de referentielaboratoria aan te vullen met hulpmiddelenpanels of ze geheel te vervangen door hulpmiddelenpanels teneinde relevante expertise te leveren voor regelgevende maatregelen. Enkele delegaties hebben twijfels geuit over de bruikbaarheid van nieuwe permanente structuren /14 yen/ons/sv 7 BIJLAGE A DG B 4B NL

8 VOLGENDE STAPPEN 18. Bijna alle delegaties achten het belangrijk het huidige wetgevingskader van de EU voor medische hulpmiddelen te verbeteren door nieuwe verordeningen aan te nemen op basis van de voorstellen van de Commissie. De meeste delegaties benadrukten de noodzaak van hoogwaardige regelgeving die de tand des tijds kan doorstaan, maar onderstreepten ook de noodzaak om nieuwe wetgeving aan te nemen zonder onnodige vertraging. 19. Op 2 april 2014 nam het Europees Parlement zijn wetgevingsresoluties over de twee voorstellen aan waarmee zijn eerste lezing is afgerond. 19 Aangezien uit het onderzoek van de groep blijkt dat de delegaties wijzigingen in de voorstellen willen aanbrengen die niet op alle punten overeenstemmen met de amendementen van het Europees Parlement, zijn er interinstitutionele onderhandelingen nodig om tot overeenstemming te komen. Deze onderhandelingen kunnen plaatsvinden vóór de formele vaststelling van het standpunt van de Raad in eerste lezing; in dat geval kan het Europees Parlement het standpunt van de Raad zonder amendementen goedkeuren overeenkomstig artikel 294, lid 7, onder a), van het VWEU, wat leidt tot een "akkoord in vervroegde tweede lezing". Mocht het niet mogelijk zijn om tot een akkoord te komen vóór de vaststelling van het standpunt van de Raad in eerste lezing, dan zou voor de Raad en het Europees Parlement de volgende stap zijn om een akkoord te bereiken over amendementen op het standpunt van de Raad binnen de termijnen van artikel 294, leden 7 en 14, van het VWEU, dat vervolgens kan worden goedgekeurd tijdens de plenaire vergadering van het Europees Parlement in tweede lezing. De Raad zou vervolgens zijn goedkeuring kunnen hechten aan de amendementen in overeenstemming met artikel 294, lid 8, onder a), van het VWEU en de verordeningen vaststellen na een akkoord in tweede lezing. 19 Het Europees Parlement heeft zijn amendementen op de twee voorstellen al in de plenaire zitting van 22 oktober 2013 aangenomen. Zij zijn opgenomen in de documenten 14936/13 en 14937/ /14 yen/ons/sv 8 BIJLAGE A DG B 4B NL

9 CONCLUSIE De Raad wordt verzocht: - nota te nemen van het voortgangsverslag in bijlage A, - een oriënterend debat te houden tijdens de volgende zitting op 20 juni 2014, aan de hand van de drie vragen in bijlage B, en - de voorbereidende instanties op te dragen verder te gaan met de bespreking van de voorstellen ter voorbereiding van het standpunt van de Raad dat onder het volgende voorzitterschap moet worden vastgesteld /14 yen/ons/sv 9 BIJLAGE A DG B 4B NL

10 BIJLAGE B Vragen voor het debat In het licht van het voorgaande stelt het voorzitterschap voor in de Raad een oriënterend debat te houden om antwoorden te geven op de volgende vragen teneinde sturing te geven aan de verdere bespreking door de groep: 1. Vormt de tekst in bijlage C een goede basis voor de verdere discussie over de bepalingen betreffende de aanwijzing van en het toezicht op aangemelde instanties? Zijn specifieke bepalingen voor toezicht na het in de handel brengen, onder de verantwoordelijkheid van de economische actoren, een noodzakelijk element om te zorgen voor een toereikend niveau van bescherming van patiënten? 3. Is het, rekening houdend met de doelstellingen van de verordeningsvoorstellen en met het oog op de benodigde middelen, wenselijk nieuwe taken toe te wijzen aan de MDCG, naast die welke de Commissie voorstelt? 20 Hoofdstuk IV van de voorstellen /14 yen/ons/sv 10 BIJLAGE B DG B 4B NL

11 BIJLAGE C Deze bijlage bevat ook de tekst die het voorzitterschap voorstelt voor hoofdstuk IV over aangemelde instanties, van toepassing op beide voorstellen. De nummering van de artikelen verwijst naar het voorstel voor een verordening betreffende medische hulpmiddelen. De tekst in vet en cursief, vet en cursief onderstreept is nieuw in vergelijking met wat de Commissie heeft voorgesteld. Schrapping van de door de Commissie voorgestelde tekst is weergegeven in doorstreepte letter of is doorgestreept en onderstreept /14 yen/ons/sv 11

12 Hoofdstuk IV Aangemelde instanties Artikel 28 Voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteiten 1. Een lidstaat die voornemens is een conformiteitsbeoordelingsinstantie aan te wijzen als aangemelde instantie of die een aangemelde instantie heeft aangewezen voor de uitvoering van conformiteitsbeoordelingstaken in het kader van deze verordening, wijst een autoriteit aan die verantwoordelijk is voor het opzetten en uitvoeren van de nodige procedures voor de beoordeling, aanwijzing en aanmelding van conformiteitsbeoordelingsinstanties en voor de monitoring van aangemelde instanties, met inbegrip van subcontractanten of dochterondernemingen van die instanties, hierna de "voor aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit" genoemd. 2. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit wordt zodanig opgericht en georganiseerd en functioneert zodanig dat de objectiviteit en de onpartijdigheid van haar activiteiten worden gewaarborgd en belangenconflicten met conformiteitsbeoordelingsinstanties worden vermeden. 3. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit wordt zodanig georganiseerd dat elk besluit betreffende de aanwijzing of aanmelding van een conformiteitsbeoordelingsinstantie wordt genomen door andere medewerkers dan die welke de beoordeling van de conformiteitsbeoordelingsinstantie hebben uitgevoerd /14 yen/ons/sv 12

13 4. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit verricht geen activiteiten die door aangemelde instanties op commerciële basis of in concurrentie worden uitgevoerd. 5. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit waarborgt dat de verkregen informatie vertrouwelijk wordt behandeld. Zij wisselt echter informatie over een aangemelde instantie met andere lidstaten en de Commissie uit. 6. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit beschikt over een voldoende aantal bekwame medewerkers om haar taken naar behoren uit te voeren. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit staat onverminderd artikel 33, lid 3, los van de bevoegde autoriteit voor medische hulpmiddelen; zij zorgt ervoor dat de autoriteit die verantwoordelijk is voor medische hulpmiddelen, wordt geraadpleegd over alle aspecten die specifiek betrekking hebben op medische hulpmiddelen. 7. De lidstaten verstrekken de Commissie en de andere lidstaten informatie over hun procedures voor de beoordeling, aanwijzing en aanmelding van conformiteitsbeoordelingsinstanties en voor het toezicht op aangemelde instanties, en over alle wijzigingen die een aanzienlijk effect hebben op die taken. De Commissie maakt deze informatie openbaar /14 yen/ons/sv 13

14 8. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit neemt actief deel aan de coördinatie en de collegiale beoordelingen als beschreven in artikel 38. Artikel 29 Voorschriften in verband met aangemelde instanties 1. De aangemelde instanties moeten voldoen aan de organisatorische en algemene voorschriften en de voorschriften inzake kwaliteitsmanagement, bekwaamheid, middelen en processen die nodig zijn om de taken te verrichten waarvoor zij overeenkomstig deze verordening zijn aangewezen. De voorschriften waaraan de aangemelde instanties moeten voldoen, staan vermeld in bijlage VI. 1a De aangemelde instanties stellen alle relevante documentatie, waaronder de documentatie van de fabrikant, ter beschikking van de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit, en verstrekken die aan haar op verzoek, teneinde haar in staat te stellen haar beoordelings-, monitoring- en bewakingsactiviteiten te verrichten /14 yen/ons/sv 14

15 2. Teneinde een eenvormige toepassing van de voorschriften van bijlage VI te garanderen, kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen overeenkomstig artikel 88, lid 3. Artikel 30 Dochterondernemingen en uitbesteding 1. Wanneer een aangemelde instantie specifieke taken in verband met de conformiteitsbeoordeling uitbesteedt of een beroep doet op een dochteronderneming voor specifieke taken in verband met de conformiteitsbeoordeling, controleert zij of de subcontractant of dochteronderneming aan de desbetreffende voorschriften in bijlage VI voldoet, en stelt zij de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit hiervan in kennis. 2. De aangemelde instanties nemen de volledige verantwoordelijkheid op zich voor de namens hen door subcontractanten of dochterondernemingen verrichte taken. 4. De aangemelde instanties houden alle relevante documenten over de controle van de kwalificaties van de subcontractant of de dochteronderneming en de door hen uit hoofde van deze verordening uitgevoerde werkzaamheden ter beschikking van de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit /14 yen/ons/sv 15

16 5. In het kader van de in artikel 35, lid 3, bedoelde jaarlijkse beoordeling van de aangemelde instanties wordt ook nagegaan of de subcontractanten en de dochterondernemingen van de aangemelde instanties voldoen aan de toepasselijke voorschriften in deze verordening. Het in artikel 35, lid 3, bedoelde verslag over de beoordeling bevat voor alle aannemers en dochterondernemingen van aangemelde instanties de resultaten van de op die subcontractanten en dochterondernemingen verrichte controles en de overige in artikel 30, lid 4, bedoelde documenten. 6. Wanneer een aangemelde instantie een dochteronderneming heeft of een beroep doet op een subcontractant in een andere lidstaat dan de lidstaat waar zij is gevestigd en de bevoegde autoriteit voor medische hulpmiddelen of de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit in een van de betrokken lidstaten redenen heeft om te betwijfelen dat de subcontractant of de dochteronderneming voldoet aan de voorschriften van bijlage VI, plegen die autoriteiten overleg met de voor de aangemelde instantie verantwoordelijke nationale autoriteit en kunnen zij, indien zij geen overeenstemming over een bevredigende oplossing bereiken, erom verzoeken dat de MDCG het in artikel 32, leden 3 en 4, beschreven beoordelingsproces initieert. Artikel 31 Door een conformiteitsbeoordelingsinstantie ingediend verzoek om aanmelding 1. Een conformiteitsbeoordelingsinstantie dient een verzoek om aanmelding in bij de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit van de lidstaat waarin zij gevestigd is. Het verzoek dient schriftelijk te worden gedaan in de door de betrokken lidstaat gespecificeerde officiële taal of officiële talen /14 yen/ons/sv 16

17 2. Het verzoek bevat gegevens over de conformiteitsbeoordelingsactiviteiten, de procedures en de soorten hulpmiddelen waarvoor de instantie om aanmelding verzoekt, gestaafd met documentatie waaruit blijkt dat aan alle in bijlage VI vastgestelde voorschriften wordt voldaan. In verband met de organisatorische en algemene voorschriften en de kwaliteitsmanagementvoorschriften in de punten 1 en 2 van bijlage VI kan ter ondersteuning van deze voorschriften een geldig certificaat samen met het overeenkomstige evaluatieverslag, afgegeven door een nationale accreditatie-instantie overeenkomstig Verordening (EG) nr. 765/2008, worden ingediend, waarmee de voor de aangemelde instantie verantwoordelijke nationale autoriteit rekening moet houden bij de in artikel 32 beschreven beoordeling. De instantie die het verzoek indient, stelt evenwel de volledige documentatie ter staving van de overeenstemming met die voorschriften op verzoek ter beschikking Het voorzitterschap stelt voor dit lid te verplaatsen naar 35, lid 0 aangezien het verband houdt met monitoring /14 yen/ons/sv 17

18 Artikel 32 Beoordeling van het verzoek 1. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit controleert binnen 30 dagen of het in artikel 31 bedoelde verzoek volledig is en kan van de instantie die het verzoek heeft ingediend, verlangen dat deze alle ontbrekende informatie verstrekt. Uiterlijk 60 dagen na de ontvangst van het volledige verzoek stelt zij een voorlopig beoordelingsverslag op. 2. Zij dient het voorlopige beoordelingsverslag in bij de Commissie die het onmiddellijk doorstuurt naar de bij artikel 78 opgerichte Coördinatiegroep voor medische hulpmiddelen (MDCG). Het verslag wordt door de autoriteit ingediend in een officiële taal of officiële talen, gespecificeerd door de betrokken lidstaat, en op verzoek van de Commissie of de MDCG, in een bijkomende officiële taal van de Unie. 2a. Binnen 7 dagen na de indiening van het voorlopige verslag plant de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit samen met de instantie die het verzoek heeft ingediend een beoordeling ter plekke, die ten minste 84 dagen en ten hoogste 104 dagen na de indiening bij de MDCG moet plaatsvinden. De nationale autoriteit deelt die planning aan de MDCG mee /14 yen/ons/sv 18

19 3. Binnen 14 dagen na de in lid 2 bedoelde indiening van het voorlopige verslag wijst de Commissie een gezamenlijk beoordelingsteam aan, bestaande uit drie deskundigen die zijn gekozen uit de in artikel 32a bedoelde lijst van deskundigen en die voldoen aan artikel 82 wat betreft de conformiteitsbeoordelingsinstantie die het verzoek heeft ingediend. De eerste deskundige is afkomstig uit de lidstaat van de conformiteitsbeoordelingsinstantie die het verzoek heeft ingediend en wordt benoemd door de Commissie. De tweede deskundige is afkomstig uit een andere lidstaat en wordt benoemd door de lidstaat van de conformiteitsbeoordelingsinstantie die het verzoek heeft ingediend. De derde deskundige wordt benoemd door de Commissie en leidt het gezamenlijke beoordelingsteam. De deskundige die het team leidt, neemt deel aan de beoordeling van de instantie die het verzoek heeft ingediend en gaat na of de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit haar verplichtingen nakomt en haar benoemings- en monitoringactiviteiten metterdaad uitvoert. 3 a. Het gezamenlijke beoordelingsteam wordt uit passende deskundigen samengesteld op basis van de conformiteitsbeoordelingsactiviteiten en de soorten hulpmiddelen die in het verzoek van de conformiteitsbeoordelingsinstantie worden vermeld of, met name wanneer deze procedure overeenkomstig artikel 37 wordt geïnitieerd, om ervoor te zorgen dat het specifieke probleem adequaat kan worden beoordeeld. 3 b. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit verstrekt het gezamenlijke beoordelingsteam alle relevante documenten die nodig zijn ter staving van haar voorlopige beoordelingsverslag, teneinde dit team in staat te stellen een voorlopige beoordeling te verrichten van de vraag of de instantie die het verzoek heeft ingediend de voorschriften en verplichtingen van bijlage VI nakomt. Deze documenten zijn beschikbaar in de in lid 2 bedoelde talen /14 yen/ons/sv 19

20 3 c. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit verstrekt het gezamenlijke beoordelingsteam haar oorspronkelijke plan voor een beoordeling ter plekke van de aangemelde instantie. Na zijn beoordeling van het verzoek levert het gezamenlijke beoordelingsteam een bijdrage aan het plan voor de beoordeling ter plekke. Indien het gezamenlijke beoordelingsteam, na een eerste beoordeling, het verzoek niet toereikend acht om de voorlopig geplande beoordeling ter plekke uit te voeren, stelt het de nationale autoriteit binnen 30 dagen na de aanwijzing van het team daarvan in kennis met opgave van zijn redenen. De autoriteit beslist of het verzoek wordt verworpen dan wel of de beoordeling ter plekke doorgaat overeenkomstig lid 4, of vraagt de instantie die het verzoek heeft ingediend maatregelen te nemen overeenkomstig lid 3d. 3 d. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit stelt, op basis van de door het gezamenlijke beoordelingsteam opgegeven redenen of op basis van haar eigen bevindingen, de instantie die het verzoek heeft ingediend in kennis van de uit de beoordeling voortvloeiende maatregelen die moeten worden genomen alvorens de beoordeling kan worden voortgezet. Nadat de instantie die het verzoek heeft ingediend die maatregelen heeft genomen, dient zij een geactualiseerd verzoek in, waarin zij met name vermeldt welke maatregelen zijn genomen. De beoordeling wordt voortgezet overeenkomstig lid 3b /14 yen/ons/sv 20

21 4. Binnen negentig dagen na de aanstelling van het gezamenlijke beoordelingsteam of, in voorkomend geval, na de actualisering van het verzoek overeenkomstig lid 3d, onderzoeken de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit en het gezamenlijke beoordelingsteam de tezamen met het verzoek overeenkomstig artikel 31 ingediende documentatie en plannen zij samen een beoordeling ter plekke - die zij ook samen uitvoeren - van de conformiteitsbeoordelingsinstantie die het verzoek heeft ingediend en, indien relevant, van binnen of buiten de Unie gevestigde dochterondernemingen of subcontractanten die bij het conformiteitsbeoordelingsproces zullen worden betrokken. Een dergelijke beoordeling ter plekke betreft niet de voorschriften waarvoor de conformiteitsbeoordelingsinstantie die het verzoek heeft ingediend een certificaat heeft ontvangen dat is afgegeven door de nationale accreditatie-instantie bedoeld in artikel 31, lid 2, tenzij de nationale autoriteit en het gezamenlijke beoordelingsteam na rijp beraad aldus besluiten. De beoordeling ter plekke van de instantie die het verzoek heeft ingediend, wordt geleid door de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit. 4 a. Bevindingen betreffende de niet-naleving door een instantie van de in bijlage VI vastgestelde voorschriften worden tijdens het beoordelingsproces aan de orde gesteld en besproken tussen de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit en het gezamenlijke beoordelingsteam om tot een gemeenschappelijke overeenstemming over de beoordeling van het verzoek te komen. Het gezamenlijke beoordelingsteam vermeldt gevallen van niet-naleving van bijlage VI, opmerkingen over de prestaties van de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit en alle mogelijkheden tot verbetering in een verslag dat aan de MDCG, de Commissie en de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit moet worden verstrekt. Afwijkende meningen worden in het beoordelingsverslag van het gezamenlijke beoordelingsteam aangegeven en meegedeeld aan de MDCG, de Commissie en de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit /14 yen/ons/sv 21

22 5. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit dient, na de uitvoering van alle uit de beoordeling voortvloeiende maatregelen, haar beoordelingsverslag en, indien van toepassing, de ontwerpaanmelding in bij de Commissie, de MDCG en de leden van het gezamenlijke beoordelingsteam. 6. Het gezamenlijke beoordelingsteam brengt zijn advies over het beoordelingsverslag van de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit en, indien van toepassing, de ontwerpaanmelding binnen 21 dagen na ontvangst van die documenten uit bij de Commissie, die dit advies onmiddellijk indient bij de MDCG. Binnen 21 dagen na ontvangst van het advies van het gezamenlijke beoordelingsteam stelt de MDCG een aanbeveling op over de ontwerpaanmelding die de desbetreffende nationale autoriteit naar behoren in aanmerking neemt bij haar besluit over de aanwijzing van de aangemelde instantie. 7. De Commissie kan door middel van uitvoeringshandelingen maatregelen vaststellen met betrekking tot de uitvoeringsvoorschriften en de bijbehorende documenten voor de indiening van het in artikel 31 bedoelde aanmeldingsverzoek en de beoordeling van het verzoek, als vastgesteld in dit artikel. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 88, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. Artikel 32a Benoeming van deskundigen voor de gezamenlijke beoordeling van aanmeldingsverzoeken 1. De lidstaten benoemen deskundigen die gekwalificeerd zijn voor de beoordeling van conformiteitsbeoordelingsinstanties op het gebied van medische hulpmiddelen om deel te nemen aan de in artikel 32 bedoelde gezamenlijke beoordelingsactiviteiten /14 yen/ons/sv 22

23 2. De Commissie houdt een lijst bij van de uit hoofde van lid 1 benoemde deskundigen, tezamen met informatie over hun specifieke bekwaamheid en expertise. Artikel 33 Aanmeldingsprocedure 1. De lidstaten melden de door hen aangewezen conformiteitsbeoordelingsinstanties met behulp van het door de Commissie ontwikkelde en beheerde elektronische aanmeldingsinstrument aan bij de Commissie en de andere lidstaten. 2. De lidstaten kunnen alleen conformiteitsbeoordelingsinstanties aanmelden die aan de minimumvoorschriften van bijlage VI voldoen en waarvoor de beoordeling uit hoofde van artikel 32 is afgerond. 3. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit wijst geen aangemelde instantie aan voor taken in verband met medische hulpmiddelen, tenzij de bevoegde autoriteit voor medische hulpmiddelen vóór de aanmelding een positief advies over de aanmelding heeft uitgebracht wat betreft conformiteitsbeoordelingen met betrekking tot medische hulpmiddelen. 4. De aanmelding geeft duidelijk de reikwijdte van de aanwijzing aan, onder vermelding van de conformiteitsbeoordelingsactiviteiten, de conformiteitsbeoordelingsprocedures en het soort hulpmiddelen dat de aangemelde instantie mag beoordelen /14 yen/ons/sv 23

24 4 a. De Commissie stelt binnen [drie] jaar na de inwerkingtreding van deze verordening door middel van uitvoeringshandelingen een lijst met codes en de overeenkomstige soorten hulpmiddelen op om de reikwijdte te beschrijven van de aanwijzing van de aangemelde instanties die de lidstaten in hun aanmelding moeten aangeven. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 88, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. 5. De aanmelding gaat vergezeld van het definitieve beoordelingsverslag van de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit, het advies van het gezamenlijke beoordelingsteam en de aanbeveling van de MDCG. Wanneer de aanmeldende lidstaat de aanbeveling van de MDCG niet volgt, verstrekt hij een naar behoren onderbouwde rechtvaardiging daarvan. 6. De aanmeldende lidstaat verstrekt aan de Commissie en de andere lidstaten bewijsstukken betreffende de getroffen regelingen om ervoor te zorgen dat de aangemelde instantie regelmatig wordt gemonitord en blijft voldoen aan de in bijlage VI vastgestelde voorschriften. 7. De Commissie en de andere lidstaten kunnen binnen 28 dagen na de aanmelding bezwaar tegen de aanmelding aantekenen om redenen die verband houden met de aangemelde instantie of tegen de monitoring daarvan door de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit /14 yen/ons/sv 24

25 8. Wanneer een lidstaat of de Commissie overeenkomstig lid 7 bezwaar aantekent, legt de Commissie de aangelegenheid binnen 10 dagen na het verstrijken van de in lid 7 bedoelde periode aan de MDCG voor. Na raadpleging van de betrokken partijen brengt de MDCG haar advies uit binnen 40 dagen nadat de aangelegenheid aan haar is voorgelegd. 22 8a Wanneer de MDCG, na te zijn geraadpleegd overeenkomstig lid 8, bezwaar aantekent, verstrekt de aanmeldende lidstaat binnen 28 dagen na ontvangst daarvan een schriftelijk antwoord op het advies van de MDCG. In dat antwoord wordt ingegaan op de in het advies gemaakte bezwaren en worden de redenen vermeld waarom de aanmeldende lidstaat voornemens is de conformiteitsbeoordelingsinstantie al dan niet aan te wijzen. 22 Zin van het voorzitterschap geschrapt omdat het is opgenomen in het nieuwe lid 8 bis /14 yen/ons/sv 25

26 9. Wanneer geen bezwaar wordt aangetekend overeenkomstig lid 7 of wanneer de MDCG, na te zijn geraadpleegd overeenkomstig lid 8, van mening is dat de aanmelding kan worden aanvaard, of wanneer de aanmeldende lidstaat heeft geantwoord overeenkomstig lid 8a en besluit de conformiteitsbeoordelingsinstantie aan te wijzen, maakt de Commissie de aanmelding dienovereenkomstig bekend. Bij de bekendmaking van de aanmelding voegt de Commissie de informatie over de aanmelding van de aangemelde instantie toe aan het in artikel 27, lid 2, punt e), bedoelde elektronische systeem. Die informatie gaat vergezeld van het definitieve beoordelingsverslag van de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit, het advies van het gezamenlijke beoordelingsteam en de in lid 5 van dit artikel genoemde aanbeveling van de MDCG. Voorts neemt de Commissie details van het in lid 8 van dit artikel bedoelde advies en het in lid 8a van dit artikel bedoelde antwoord op in het elektronische systeem, waar deze toegankelijk zullen zijn voor de lidstaten en de Commissie. 10. De aanmelding wordt geldig op de dag na de bekendmaking ervan in de door de Commissie ontwikkelde en beheerde databank van aangemelde instanties. De bekendgemaakte aanmelding bepaalt de reikwijdte van de rechtmatige activiteiten van de aangemelde instantie. 11. De betrokken conformiteitsbeoordelingsinstantie kan pas activiteiten als aangemelde instantie verrichten nadat de aanmelding geldig is geworden overeenkomstig lid /14 yen/ons/sv 26

27 Artikel 34 Identificatienummer en lijst van aangemelde instanties 1. De Commissie kent een identificatienummer toe aan elke aangemelde instantie waarvoor de aanmelding overeenkomstig artikel 33, lid 10, geldig wordt. Zij kent slechts één identificatienummer toe, ook als de instantie uit hoofde van diverse handelingen van de Unie is aangemeld. 2. De Commissie maakt de lijst van de uit hoofde van deze verordening aangemelde instanties openbaar, inclusief de aan hen toegekende identificatienummers en de conformiteitsbeoordelingsactiviteiten en de soorten hulpmiddelen waarvoor zij zijn aangemeld. De Commissie zorgt ervoor dat de lijst wordt bijgehouden Artikel 35 Toezicht, monitoring en herbeoordeling van aangemelde instanties Na te zijn aangewezen, werkt de aangemelde instantie de in artikel 31, lid 2, bedoelde documentatie telkens bij wanneer relevante veranderingen plaatsvinden, met name met betrekking tot personeel, voorzieningen, dochterondernemingen of subcontractanten, die van invloed kunnen zijn op de naleving van de voorschriften van [bijlage VI/deze verordening], 24 om de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit in staat te stellen de continue naleving van alle voorschriften in bijlage VI te monitoren en te verifiëren Dit is het vroegere artikel 31, lid 3. Moet nog worden afgestemd op de gekozen formulering elders /14 yen/ons/sv 27

28 1. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit ziet toe op en monitort de aangemelde instanties op zijn grondgebied om ervoor te zorgen dat zij blijven voldoen aan de voorschriften en verplichtingen in deze verordening. De aangemelde instanties verstrekken op verzoek alle relevante informatie en documenten om de autoriteit, de Commissie en andere lidstaten in staat te stellen na te gaan of aan die criteria wordt voldaan. De aangemelde instanties stellen de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit onverwijld in kennis van relevante veranderingen als bedoeld in lid De aangemelde instanties reageren onverwijld op door hun eigen autoriteit ingediende verzoeken betreffende de conformiteitsbeoordelingen die zij hebben uitgevoerd en verlenen desgevraagd toegang tot hun bedrijfsruimten overeenkomstig lid 3e. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit van de lidstaat waarin de instantie is gevestigd, ziet erop toe dat gereageerd wordt op verzoeken die door de autoriteiten van een andere lidstaat of door de Commissie worden ingediend, tenzij een gegronde reden bestaat om dit niet te doen, in welk geval beide partijen de MDCG kunnen raadplegen. Daartoe ontvangt de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit een kopie van al dergelijke verzoeken die worden ingediend bij aangemelde instanties op hun grondgebied /14 yen/ons/sv 28

29 3. Ten minste eens per jaar beoordeelt de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit of elke onder haar verantwoordelijkheid vallende aangemelde instantie en de dochterondernemingen en subcontractanten nog steeds aan de voorschriften en verplichtingen in bijlage VI voldoen. Deze beoordeling omvat een bezoek ter plekke bij elke aangemelde instantie en, indien nodig, bij haar dochterondernemingen en subcontractanten. De nationale autoriteit verricht haar monitoring-, toezicht- en herbeoordelingsactiviteiten overeenkomstig een beargumenteerd plan om ervoor te zorgen dat zij de monitoring van en het toezicht op de continue naleving door een aangemelde instantie van de voorschriften van deze verordening doeltreffend kan uitvoeren. De autoriteit dient haar jaarlijks plan voor toezicht, monitoring of herbeoordeling van aangemelde instanties elk jaar eind oktober in bij de MDCG en bij de Commissie. 3 a. De nationale autoriteit monitort de aangemelde instanties door het ten minste eens per jaar bijwonen van audits van het personeel van de aangemelde instantie, zo nodig met inbegrip van dochterondernemingen en subcontractanten, bij het verrichten van kwaliteitsbeoordelingen in de bedrijfsruimte van een fabrikant. 3 b. De nationale autoriteit beoordeelt, als onderdeel van haar voortdurende monitoring van en haar voortdurend toezicht op aangemelde instanties, een passend aantal door aangemelde instanties gemaakte beoordelingen van de klinische evaluaties van de fabrikant en van de technische documentatie om de conclusies van de fabrikant te verifiëren. Het beoordeelde monster van dossiers wordt gepland en is representatief voor de soorten hulpmiddelen en risico's die door de aangemelde instantie zijn gecertificeerd. Het gekozen monster wordt naar behoren gemotiveerd en gedocumenteerd. Deze beoordelingen worden ter plekke én elders uitgevoerd /14 yen/ons/sv 29

30 3 c. De monitoring van en het toezicht op de aangemelde instanties die door de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit worden uitgevoerd, worden uitgevoerd door personeel met passende competenties en kwalificaties. Het personeel kan zowel interne als externe deskundigen omvatten, en is representatief voor de reeks hulpmiddelen waarvoor de aangemelde instantie is aangewezen. 3 d. Bij de monitoring van en het toezicht op de aangemelde instanties die door de nationale autoriteiten worden uitgevoerd, worden ter sturing van hun activiteiten gegevens bekeken die voortvloeien uit systemen voor markttoezicht, bewaking en toezicht na het in de handel brengen. De autoriteit zorgt voor een systematische follow-up van klachten, bewakingsverslagen en andere informatie, ook van andere lidstaten, waaruit kan blijken dat een aangemelde instantie niet aan de verplichtingen voldoet dan wel afwijkt van gemeenschappelijke of beste praktijken. Daarnaast zijn er doeltreffende mechanismen voorhanden voor het verzekeren van de stroom van informatie tussen de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit en de voor medische hulpmiddelen verantwoordelijke autoriteit. Er moet bijzondere nadruk worden gelegd op de beoordeling van de klinische gegevens die relevant zijn voor het medisch hulpmiddel. 3 e. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit kan naast de beoordelingen ter plekke van het toezicht en de herbeoordeling zo nodig kort tevoren aangekondigde, onaangekondigde of door een concrete reden ingegeven beoordelingen verrichten om een specifieke kwestie aan te pakken of de naleving te verifiëren. 3 f. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit documenteert en registreert bevindingen in verband met niet-naleving door de aangemelde instantie van de voorschriften in bijlage VI, en eist van de aangemelde instantie noodzakelijke corrigerende en preventieve maatregelen. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit ziet toe op de tijdige uitvoering en de doeltreffendheid van die maatregelen /14 yen/ons/sv 30

31 3 g. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit kan op basis van de in lid 3f, bedoelde bevindingen specifieke sancties opleggen aan een aangemelde instantie op zijn grondgebied. De nationale autoriteit moet op verzoek van de MDCG of van de Commissie kunnen motiveren waarom zij de aangemelde instantie sancties heeft opgelegd, in plaats van de in artikel 36 bedoelde aanmelding te wijzigen. 4. Drie jaar na de aanmelding van een aangemelde instantie en daarna elke drie jaar wordt er door de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit van de lidstaat waar de instantie is gevestigd, een herbeoordeling uitgevoerd om te bepalen of de aangemelde instantie nog steeds aan de voorschriften van bijlage VI voldoet, en wordt er een gezamenlijk beoordelingsteam aangewezen volgens de procedure van artikel 32, leden 3 en De lidstaten brengen ten minste eens per jaar bij de Commissie en de andere lidstaten verslag uit over hun monitoringactiviteiten in verband met hun aangemelde instanties en, waar van toepassing, dochterondernemingen en subcontractanten. Dat verslag bevat bijzonderheden over het resultaat van de monitoring- en toezichtactiviteiten, met inbegrip van bijzonderheden over de verificatie van technische en klinische evaluaties die door de autoriteit zijn uitgevoerd. Dit verslag wordt door de MDGC en de Commissie als vertrouwelijk behandeld, doch bevat een samenvatting die openbaar wordt gemaakt. Ieder jaar dienen de aangemelde instanties een jaarlijks activiteitenverslag met de in punt [nog te bepalen] van bijlage VI bedoelde informatie in bij de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit en bij de Commissie. De Commissie zendt het aan de MDCG /14 yen/ons/sv 31

32 Artikel 35 a Klinische beoordelingen van bepaalde aangemelde instanties 1. Daarnaast, als onderdeel van de toezichtactiviteiten als bedoeld in artikel 35, leden 3 en 4, van deze verordening, dienen de voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteiten bij de MDCG een plan in voor een beoordeling elders van een monster van beoordelingen van klinische evaluaties, door fabrikanten ingediend ter ondersteuning van hulpmiddelen van klasse III en/of implanteerbare hulpmiddelen, dat representatief is voor het aantal en de soort hulpmiddelen die zijn beoordeeld door elke aangemelde instantie waarvoor zij verantwoordelijk zijn. 2. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit stelt vast dat de evaluatie naar behoren door de aangemelde instantie is uitgevoerd, en verifieert de conclusies van de aangemelde instantie. Bij de beoordeling door de nationale autoriteit wordt een beroep gedaan op passende interne en, waar nodig, externe klinische expertise. Die beoordelingen worden uitgevoerd met gebruikmaking van de gemeenschappelijke technische specificaties als bedoeld in artikel De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit gebruikt bij haar beoordeling relevante gegevens uit de toezichtsystemen als omschreven in hoofdstuk VII van deze verordening, de beschikbare gemeenschappelijke technische specificaties en de meest geavanceerde methoden. 4. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit legt een verslag voor over het hulpmiddel, het klinisch bewijsmateriaal, de evaluatie, de conclusies van de aangemelde instantie en haar eigen conclusies over deze beoordeling. Dat verslag wordt samen met de beoordeling van de aangemelde instantie opgenomen in de Europese gegevensbank als bedoeld in artikel De MDCG zal zorg dragen voor de coördinatie van de gezamenlijke klinische beoordeling van een monster van klasse III en/of implanteerbare hulpmiddelen bij de aangemelde instanties die via het in artikel 35a, lid 1, bedoelde plan voor het nemen van een monster zijn geïnformeerd /14 yen/ons/sv 32

33 6. De voor de aangemelde instanties verantwoordelijke nationale autoriteit leidt de beoordeling in overleg met minstens twee klinische deskundigen die over passende ervaring beschikken met het beoordelen van klinisch bewijsmateriaal en met het soort hulpmiddel. 7. De MDCG stelt een lijst op van klinische deskundigen, aangewezen als deskundigen van de nationale autoriteit, of externe klinische deskundigen, aangewezen op basis van hun klinische specialiteit. Ook de Commissie kan deskundigen leveren voor de gezamenlijke klinische beoordelingsteams. De MDCG zet een systeem op om onpartijdigheid te verzekeren en om mogelijke belangenconflicten te beheersen. 8. Het gezamenlijk klinisch beoordelingsteam voltooit zijn beoordeling overeenkomstig de beginselen als neergelegd in de leden 2 en 3 van dit artikel, en wel binnen dertig dagen nadat alle benodigde documentatie aan het team is verstrekt. Tijdens die termijn kan het team de betrokken aangemelde instantie om verduidelijkingen verzoeken of vragen stellen. 9. Het gezamenlijk klinisch beoordelingsteam stelt binnen vijftien dagen na de voltooiing van zijn beoordeling een verslag op, dat onmiddellijk aan de MDCG wordt gezonden. 10. Indien een gezamenlijk klinisch beoordelingsverslag tekortkomingen aanwijst in de beoordeling door een aangemelde instantie van de klinische evaluatie, bevat het een aanbeveling voor de MDCG in verband met corrigerende maatregelen die voor het betrokken hulpmiddel passend worden geacht. 11. Indien de MDCG oordeelt dat deze tekortkomingen op afdoende wijze zijn gemotiveerd en bewezen, zullen er, naargelang de soort tekortkoming, corrigerende maatregelen worden genomen. Dat kan neerkomen op, maar zal niet beperkt zijn tot, een intensievere beoordeling door een gemeenschappelijk klinisch beoordelingsteam van de verslagen die overeenkomstig artikel 35a, lid 3, door de autoriteit worden ingediend, en een gemeenschappelijke klinische beoordeling van de aangemelde instantie ter plekke overeenkomstig artikel 37, lid De Commissie stelt in overleg met de MDCG richtsnoeren op ter ondersteuning van de werking van klinische beoordelingen /14 yen/ons/sv 33

10728/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/ev 1 DRI

10728/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/ev 1 DRI Raad van de Europese Unie Brussel, 7 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2012/0266 (COD) 10728/4/16 REV 4 ADD 1 MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: PHARM 43 SAN 284 MI 478 COMPET 402 CODEC 977

Nadere informatie

10729/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/fb 1 DRI

10729/4/16 REV 4 ADD 1 cle/mak/fb 1 DRI Raad van de Europese Unie Brussel, 7 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2012/0267 (COD) 10729/4/16 REV 4 ADD 1 MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: PHARM 44 SAN 285 MI 479 COMPET 403 CODEC 978

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) ENT 175 EEE 60 SAN 99 CODEC 831 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER,

Nadere informatie

17217/2/10 REV 2 bar/lep/mv 1 DG I 1A

17217/2/10 REV 2 bar/lep/mv 1 DG I 1A RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 10 december 2010 (14.12) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2008/0241 (COD) 17217/2/10 REV 2 ENV 824 MI 510 CODEC 1413 NOTA - HERZIENE VERSIE van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0399 (COD) 6932/18 LIMITE NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap INST 96 JUR 109 CODEC 343 JUSTCIV

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 28.1.2016 L 21/45 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/100 VAN DE COMMISSIE van 16 oktober 2015 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen tot bepaling van het gezamenlijke besluitvormingsproces met

Nadere informatie

15414/14 van/mak/sv 1 DG D 2A

15414/14 van/mak/sv 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 20 november 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2012/0360 (COD) 15414/14 JUSTCIV 285 EJUSTICE 109 CODEC 2225 NOTA van: aan: het voorzitterschap het Comité van

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (2014/287/EU)

(Voor de EER relevante tekst) (2014/287/EU) 17.5.2014 L 147/79 UITVOERINGSBESLUIT VAN DE COMMISSIE van 10 maart 2014 tot vaststelling van de criteria voor de oprichting en evaluatie van Europese referentienetwerken en de leden daarvan en voor de

Nadere informatie

AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT * op het voorstel van de Commissie

AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT * op het voorstel van de Commissie 10.4.2019 A8-0020/585 Amendement 585 Pavel Svoboda namens de Commissie juridische zaken Verslag A8-0020/2018 József Szájer Aanpassing van een aantal rechtshandelingen die verwijzen naar de regelgevingsprocedure

Nadere informatie

8753/1/11 REV 1 yen/pw/rb 1 DRI

8753/1/11 REV 1 yen/pw/rb 1 DRI RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 14 april 2011 (20.04) (OR. en) 8753/1/11 REV 1 PE 164 INST 195 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap de delegaties Consensus - Gedelegeerde handelingen Voor de

Nadere informatie

17019/11 lep/rts/rv 1 DG G 2B

17019/11 lep/rts/rv 1 DG G 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 november 2011 (23.11) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2011/0152 (COD) 17019/11 SOC 1001 CODEC 2059 VERSLAG van: het voorzitterschap aan: het Comité van permanente

Nadere informatie

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0062/

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0062/ Europees Parlement 2014-2019 Zittingsdocument A8-0062/2019 4.2.2019 ***I VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende gemeenschappelijke regels ter waarborging

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 14.12.2016 COM(2016) 798 final 2016/0399 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van een aantal rechtshandelingen op het gebied

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst) (12) De aanvrager, de lidstaten, met uitzondering van de lidstaat-rapporteur,

(Voor de EER relevante tekst) (12) De aanvrager, de lidstaten, met uitzondering van de lidstaat-rapporteur, L 252/26 Publicatieblad van de Europese Unie 19.9.2012 UITVOERINGSVERORDENING (EU) Nr. 844/2012 VAN DE COMMISSIE van 18 september 2012 tot vaststelling van de nodige bepalingen voor de uitvoering van de

Nadere informatie

18475/11 las/gra/fb 1 DG H 2A

18475/11 las/gra/fb 1 DG H 2A RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 december 2011 (13.12) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2009/0157 (COD) 18475/11 JUSTCIV 356 CODEC 2397 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.:

Nadere informatie

Het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité hebben respectievelijk op 20 april 1994 en op 30 juni 1993 advies uitgebracht.

Het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité hebben respectievelijk op 20 april 1994 en op 30 juni 1993 advies uitgebracht. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 november 2004 (16.11) (OR. en) PUBLIC 14287/04 Interinstitutioneel dossier: 1992/0449/B (COD) LIMITE SOC 523 CODEC 1208 VERSLAG van: de Groep sociale vraagstukken

Nadere informatie

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.

Nadere informatie

7051/16 pro/ons/as 1 DGB 1 A

7051/16 pro/ons/as 1 DGB 1 A Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0013 (NLE) 7051/16 AGRI 125 AGRIORG 15 NOTA I/A-PUNT van: aan: nr. vorig doc.: 15242/1/15 REV 1 Nr. Comdoc.:

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2009 COM(2008)897 definitief 2006/0008 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 340/6 20.12.2017 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/2382 VAN DE COMMISSIE van 14 december 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot standaardformulieren, templates

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275

PUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) 13967/03 LIMITE PUBLIC JUSTCIV 208 TRANS 275 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken)

Nadere informatie

6812/15 cle/gra/hh 1 DG D 2A

6812/15 cle/gra/hh 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 6 maart 205 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 203/09 (COD) 682/5 JUSTCIV 40 FREMP 36 CODEC 283 NOTA van: aan: het voorzitterschap de Raad nr. vorig doc.: 6599/5 JUSTCIV

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 februari 2013 (20.02) (OR en) 5826/13. Interinstitutioneel dossier: 2012/0284 (NLE) TRANS 30

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 februari 2013 (20.02) (OR en) 5826/13. Interinstitutioneel dossier: 2012/0284 (NLE) TRANS 30 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 februari 2013 (20.02) (OR en) Interinstitutioneel dossier: 2012/0284 (NLE) 5826/13 TRANS 30 NOTA I/A-PUNT van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Coreper/de

Nadere informatie

1. Het Coreper heeft het ontwerp-besluit van de Raad op 1 december 2004 besproken aan de hand van document 15281/04 + COR 1.

1. Het Coreper heeft het ontwerp-besluit van de Raad op 1 december 2004 besproken aan de hand van document 15281/04 + COR 1. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, december 004 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 004/038 (CNS) 58//04 REV LIMITE COPEN 44 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 374/04 COPEN 8

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 mei 2014 (27.05) (OR. en) 10139/14 Interinstitutioneel dossier: 2012/0011 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 mei 2014 (27.05) (OR. en) 10139/14 Interinstitutioneel dossier: 2012/0011 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 mei 2014 (27.05) (OR. en) 10139/14 Interinstitutioneel dossier: 2012/0011 (COD) DATAPROTECT 79 JAI 357 MI 450 DRS 71 DAPIX 68 FREMP 101 COMIX 276 CODEC 1346 NOTA van:

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 24 januari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 5569/17 ENV 50 COMPET 37 VOORSTEL van: ingekomen: 19 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE PUBLIC Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE AGRILEG 144 CODEC 1043 NOTA I-PUNT van: aan: nr. Comv.:

Nadere informatie

geraadpleegd door de Raad overeenkomstig artikel 39, lid 1 van het EU-Verdrag (C5-0757/2000),

geraadpleegd door de Raad overeenkomstig artikel 39, lid 1 van het EU-Verdrag (C5-0757/2000), P5_TA(2002)0430 Europees netwerk voor justitiële opleiding * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het initiatief van de Franse Republiek met het oog op de aanneming van het besluit van de

Nadere informatie

5865/17 gar/van/fb 1 DG G 3A

5865/17 gar/van/fb 1 DG G 3A Raad van de Europese Unie Brussel, 10 februari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0014 (COD) 5865/17 ENT 29 MI 87 CODEC 140 NOTA van: aan: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers/de

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0346 (NLE) 14116/16 COEST 289 WTO 316 VOORSTEL van: ingekomen: 31 oktober 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 55/13

Publicatieblad van de Europese Unie L 55/13 28.2.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 55/13 VERORDENING (EU) Nr. 182/2011 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 16 februari 2011 tot vaststelling van de algemene voorschriften en beginselen

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 november 2006 (OR. en) 12131/6/06 REV 6 ADD 1. Interinstitutioneel Dossier: 2006/0005 (COD) ENV 429 CODEC 826

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 november 2006 (OR. en) 12131/6/06 REV 6 ADD 1. Interinstitutioneel Dossier: 2006/0005 (COD) ENV 429 CODEC 826 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 23 november 2006 (OR. en) Interinstitutioneel Dossier: 2006/0005 (COD) 12131/6/06 REV 6 ADD 1 ENV 429 CODEC 826 MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Gemeenschappelijk standpunt

Nadere informatie

8537/15 dau/pw/sm 1 DG G 3 A

8537/15 dau/pw/sm 1 DG G 3 A Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0246 (COD) 8537/15 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad CONSOM 74 MI 286 TOUR 5 JUSTCIV 95 CODEC

Nadere informatie

REGLEMENT VAN ORDE VAN HET TECHNISCH COMITÉ MOTORVOERTUIGEN. Vastgesteld op 26 november 2013 Herziene versie vastgesteld op 30 oktober 2018

REGLEMENT VAN ORDE VAN HET TECHNISCH COMITÉ MOTORVOERTUIGEN. Vastgesteld op 26 november 2013 Herziene versie vastgesteld op 30 oktober 2018 REGLEMENT VAN ORDE VAN HET TECHNISCH COMITÉ MOTORVOERTUIGEN Vastgesteld op 26 november 2013 Herziene versie vastgesteld op 30 oktober 2018 HET TECHNISCH COMITÉ MOTORVOERTUIGEN, Gezien Richtlijn 2007/46/EG

Nadere informatie

RICHTSNOER (EU) 2016/1993 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK

RICHTSNOER (EU) 2016/1993 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK L 306/32 RICHTSNOEREN RICHTSNOER (EU) 2016/1993 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 4 november 2016 tot vaststelling van de beginselen voor de coördinatie van de beoordeling krachtens Verordening (EU) nr.

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.3.2018 C(2018) 1558 final UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 19.3.2018 betreffende de procedurele stappen van de raadplegingsprocedure om vast te stellen

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Publicatieblad van de Europese Unie. (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 4.1.2017 L 1/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1 VAN DE COMMISSIE van 3 januari 2017 betreffende procedures voor vaartuigidentificatie in het kader van Richtlijn

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 1 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0105 (NLE) 9741/17 VOORSTEL van: ingekomen: 29 mei 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: COEST 113 PHYTOSAN 8 VETER 42

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 april 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers/gemengd Comité

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 april 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers/gemengd Comité Raad van de Europese Unie Brussel, 8 april 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0313 (COD) 7645/16 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 6 april 2016 Betreft: FRONT 160 MAR 109 CODEC 383 COMIX 262

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

De tekst zoals die er nu uitziet, staat in document 12932/99 CONSOM 70 ECOFIN 238 CODEC 684.

De tekst zoals die er nu uitziet, staat in document 12932/99 CONSOM 70 ECOFIN 238 CODEC 684. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 november 1999 (21.12) (OR. en) 12931/99 Interinstitutioneel dossier: 98/0245 (COD) LIMITE CONSOM 69 ECOFIN 237 CODEC 683 INLEIDENDE NOTA van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD Brussel, 17.5.2010 COM(2010)233 definitief 2010/0125 (NLE) betreffende de sluiting van een protocol bij de Euro-mediterrane overeenkomst

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 oktober 2009 (5.0) (OR. en) 4299/09 ADD AGRILEG 82 DEEG 93 NOTA I/A-PUNT - ADDENDUM van: de Groep veterinaire deskundigen (volksgezondheid) aan: het Coreper/de Raad

Nadere informatie

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT EUROPEES PARLEMENT 1999 Zittingsdocument 2004 C5-0208/1999 25/10/1999 ***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT Betreft: GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. /1999 DOOR DE RAAD VASTGESTELD OP 29 MAART 1999 MET

Nadere informatie

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING Europees Parlement 2014-2019 Commissie juridische zaken 2013/0119(COD) 17.3.2016 ***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING betreffende het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de

Nadere informatie

Advies nr. 1/2016. (uitgebracht krachtens artikel 325 VWEU)

Advies nr. 1/2016. (uitgebracht krachtens artikel 325 VWEU) Advies nr. 1/2016 (uitgebracht krachtens artikel 325 VWEU) betreffende een voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 wat

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet.

Voor de delegaties gaat hierbij de ontwerp-verordening zoals deze er na de vergadering van de Groep visa van 20 februari 2003 uitziet. Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 februari 2003 (10.03) (OR. en) PUBLIC 6614/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0027 (CNS) LIMITE VISA 35 COMIX 117 NOTA van: aan: nr. Comv.: Betreft: het

Nadere informatie

5130/3/15 REV 3 ADD 1 sm 1 DPG

5130/3/15 REV 3 ADD 1 sm 1 DPG Raad van de Europese Unie Brussel, 4 maart 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0165 (COD) 5130/3/15 REV 3 ADD 1 ONTWERP-MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: ENT 8 MI 12 CODEC 23 PARLNAT 13 Standpunt

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 29.5.2017 COM(2017) 265 final 2017/0105 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Unie in te nemen standpunt in het subcomité voor sanitaire en fytosanitaire

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 31.10.2016 COM(2016) 703 final 2016/0346 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Associatiecomité in

Nadere informatie

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B

7566/17 eer/gys/sl 1 DGG 3B Raad van de Europese Unie Brussel, 23 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0279 (COD) 7566/17 PI 33 CODEC 463 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig

Nadere informatie

Voor de delegaties gaat hierbij de tekst van de bovengenoemde verordening, zoals die op 28 april 2010 is overeengekomen door het Coreper.

Voor de delegaties gaat hierbij de tekst van de bovengenoemde verordening, zoals die op 28 april 2010 is overeengekomen door het Coreper. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 april 2010 (07.05) (OR. en) 9109/10 Interinstitutioneel dossier: 2009/0125 (CNS) POSEIMA 3 POSEICAN 3 POSEIDOM 3 REGIO 36 UD 117 NOTA van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

14469/16 nuf/gra/mt 1 DG E 2A

14469/16 nuf/gra/mt 1 DG E 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 21 november 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0277 (COD) 14469/16 AVIATION 231 CODEC 1668 RELEX 949 VERSLAG van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0061/

***I VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0061/ Europees Parlement 2014-2019 Zittingsdocument A8-0061/2019 4.2.2019 ***I VERSLAG over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende bepaalde aspecten van de luchtvaartveiligheid

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 17 november 2003 (OR. en) 2003/0001 (COD) LEX 478 PE-CONS 3668/1/03 REV 1 MAR 117 SOC 348 CODEC 1193 OC 575 RICHTLIJN 2003/103/EG VAN HET EUROPEES

Nadere informatie

14491/18 ons/gra/hh 1 TREE.2.B LIMITE NL

14491/18 ons/gra/hh 1 TREE.2.B LIMITE NL Raad van de Europese Unie Brussel, 23 november 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0003(COD) 14491/18 LIMITE NOTA van: aan: nr. vorig doc.: 14268/18 Nr. Comdoc.: Betreft: het voorzitterschap

Nadere informatie

L 120/20 Publicatieblad van de Europese Unie 7.5.2008 AANBEVELINGEN COMMISSIE

L 120/20 Publicatieblad van de Europese Unie 7.5.2008 AANBEVELINGEN COMMISSIE L 120/20 Publicatieblad van de Europese Unie 7.5.2008 AANBEVELINGEN COMMISSIE AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6 mei 2008 inzake de externe kwaliteitsborging voor wettelijke auditors en auditkantoren die

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 2.5.2018 COM(2018) 249 final 2018/0117 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S)

RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) RAAD VA DE EUROPESE U IE, Brussel, 8 juli 2011 (18.07) (OR. en) 12667/11 Interinstitutioneel dossier: 2011/0111 (C S) POSEIDOM 11 POSEICA 11 POSEIMA 10 REGIO 55 I ST 351 UD 181 OTA van: aan: Betreft: het

Nadere informatie

10049/19 mey/gra/fb 1 ECOMP.2.B

10049/19 mey/gra/fb 1 ECOMP.2.B Raad van de Europese Unie Brussel, 7 juni 2019 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2018/0196(COD) 10049/19 NOTA van: aan: het voorzitterschap FSTR 106 REGIO 142 FC 46 CADREFIN 267 RELEX 583 SOC 443 PECHE

Nadere informatie

Richtsnoeren voor de behandeling. van klachten door. verzekeringsondernemingen

Richtsnoeren voor de behandeling. van klachten door. verzekeringsondernemingen EIOPA-BoS-12/069 NL Richtsnoeren voor de behandeling van klachten door verzekeringsondernemingen 1/8 1. Richtsnoeren Inleiding 1. Artikel 16 van de Eiopa-verordening 1 (European Insurance and Occupational

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 29.11.2007 COM(2007) 761 definitief 2007/0266 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer

Nadere informatie

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A

14956/15 ADD 1 mou/gra/mt 1 DG D 2A Raad van de Europese Unie Brussel, 26 februari 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2013/0119 (COD) 14956/15 ADD 1 JUSTCIV 286 FREMP 291 CODEC 1654 ONTWERP-MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Standpunt

Nadere informatie

DOC herzien NL-7978

DOC herzien NL-7978 0 EUROPESE COMMISSIE DG WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN Werkgelegenheidsstrategie en Europees Sociaal Fonds - Beleidsontwikkeling en coördinatie ESF, plaatselijke ontwikkeling en sociale economie - ESF-comités

Nadere informatie

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN

INHOUD. Bladzijde A-PUNTEN RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 mei 2005 (17.05) (OR. fr) 8136/05 ADD 1 PV/CONS 22 COMPET 72 RECH 81 ADDENDUM BIJ DE ONTWERP-NOTULEN 1 Betreft: 2653e zitting van de Raad van de Europese Unie (CONCURRENTIEVERMOGEN),

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 mei 2008 (04.06) (OR. en) 9935/08 SOC 316 COMPET 194

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 mei 2008 (04.06) (OR. en) 9935/08 SOC 316 COMPET 194 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 mei 2008 (04.06) (OR. en) 9935/08 SOC 316 COMPET 194 VERSLAG van: het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel) aan: de Raad EPSCO Nr. vorig doc.: 9081/08

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

9011/1/15 REV 1 jwe/van/sl 1 DG B 3A

9011/1/15 REV 1 jwe/van/sl 1 DG B 3A Raad van de Europese Unie Brussel, 11 juni 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2008/0140 (CNS) 9011/1/15 REV 1 VERSLAG van: aan: het voorzitterschap SOC 330 ANTIDISCRIM 6 JAI 338 MI 326 FREMP 114

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN L 115/12 Publicatieblad van de Europese Unie 27.4.2012 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 363/2012 VAN DE COMMISSIE van 23 februari 2012 inzake de procedures

Nadere informatie

PE-CONS 56/1/16 REV 1 NL

PE-CONS 56/1/16 REV 1 NL EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 15 februari 2017 (OR. en) 2016/0218 (COD) LEX 1718 PE-CONS 56/1/16 REV 1 COWEB 151 WTO 354 CODEC 1855 VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN

Nadere informatie

A8-0062/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie vervoer en toerisme. Verslag

A8-0062/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie vervoer en toerisme. Verslag 8.2.2019 A8-0062/ 001-017 AMENDEMENTEN 001-017 ingediend door de Commissie vervoer en toerisme Verslag Pavel Telička A8-0062/2019 Gemeenschappelijke regels ter waarborging van basisconnectiviteit in het

Nadere informatie

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE 29.11.2011 Publicatieblad van de Europese Unie L 314/41 AANBEVELINGEN AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 22 november 2011 betreffende de procedure voor de erkenning van opleidingcentra en examinatoren voor

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 18 augustus 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0248 (NLE) 11723/16 TRANS 324 VOORSTEL van: ingekomen: 17 augustus 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer

Nadere informatie

8338/1/15 REV 1 ass/pw/sm 1 CAB SG

8338/1/15 REV 1 ass/pw/sm 1 CAB SG Raad van de Europese Unie Brussel, 25 april 2016 (OR. en) 8338/1/15 REV 1 POLGEN 61 CODEC 604 PE 84 NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: de delegaties nr. vorig doc.: 5084/12 Betreft: Terminologie

Nadere informatie

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit de Inspectie voor de Gezondheidszorg

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit de Inspectie voor de Gezondheidszorg Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit de Inspectie voor de Gezondheidszorg Afspraken tussen de Staatssecretaris van Economische Zaken en de Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport over de wijze

Nadere informatie

HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN

HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN L 72/24 15.3.2018 HANDELINGEN VAN BIJ INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN INGESTELDE ORGANEN BESLUIT Nr. 2/2017 VAN HET COMITÉ DAT IS INGESTELD BIJ DE OVEREENKOMST TUSSEN DE EUROPESE GEMEENSCHAP EN DE ZWITSERSE

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2005) 526 definitief.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2005) 526 definitief. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 oktober 2005 (25.10) 13693/05 Interinstitutioneel dossier: 1992/0449 (COD) SOC 414 CODEC 938 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23

Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 18.10.2008 Publicatieblad van de Europese Unie L 277/23 VERORDENING (EG) Nr. 1024/2008 VAN DE COMMISSIE van 17 oktober 2008 tot vaststelling van gedetailleerde maatregelen ter uitvoering van Verordening

Nadere informatie

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Commissariaat voor de Media

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Commissariaat voor de Media Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Commissariaat voor de Media Afspraken tussen de Staatssecretaris van Economische Zaken en het Commissariaat voor de Media over de wijze van samenwerking tussen

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie 25.3.2017 L 80/7 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/556 VAN DE COMMISSIE van 24 maart 2017 houdende de nadere regeling voor de inspectieprocedures inzake goede klinische praktijken overeenkomstig Verordening

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 december 2002 (OR. en) 14052/2/02 REV 2 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 december 2002 (OR. en) 14052/2/02 REV 2 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 9 december 2002 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD) 14052/2/02 REV 2 ADD 1 ECO 336 UD 111 CODEC 1406 MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Door de Raad op

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 12.2.2019 COM(2019) 88 final 2019/0040 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende bepaalde aspecten van spoorwegveiligheid en

Nadere informatie

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.5.2018 COM(2018) 261 final 2018/0124 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijnen 2006/112/EG en 2008/118/EG wat betreft de opname van de Italiaanse

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.1.2017 COM(2017) 23 final 2017/0010 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

(1999/C 55/06) MOTIVERING VAN DE RAAD

(1999/C 55/06) MOTIVERING VAN DE RAAD bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 55 van 25/02/99 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. 13/1999 door de Raad vastgesteld op 22 december 1998 met het oog op de aanneming van Richtlijn

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 april 2014 (OR. en) 7911/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0079 (NLE) PECHE 147

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 april 2014 (OR. en) 7911/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0079 (NLE) PECHE 147 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 april 2014 (OR. en) 7911/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0079 (E) PECHE 147 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD betreffende

Nadere informatie

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juni 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0906 (COD) 9975/16 INFORMATIEVE NOTA van: aan: Betreft: I. INLEIDING het secretariaat-generaal van de Raad CODEC

Nadere informatie

TREE.1 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0030 (COD) PE-CONS 55/19

TREE.1 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0030 (COD) PE-CONS 55/19 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 14 maart 2019 (OR. en) 2019/0030 (COD) PE-CONS 55/19 EDUC 78 JEUN 19 SPORT 17 SOC 108 RELEX 162 RECH 104 CADREFIN 104 PREP-BXT 61 IA 71 CODEC 486 WETGEVINGSBESLUITEN

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING VAN DE

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT. overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT. overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie EUROPESE COMMISSIE Brussel, 9.3.2017 COM(2017) 127 final 2012/0267 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking

Nadere informatie

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 29.12.2017 L 348/1 I (Wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN VERORDENING (EU) 2017/2454 VAN DE RAAD van 5 december 2017 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 904/2010 van de Raad betreffende de administratieve

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 4 juli 2014 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2014/0194 (COD) 5520/14 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 26 juni 2014 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: ECOFIN 49 UEM 12 STATIS

Nadere informatie

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Voedsel en Waren Autoriteit

Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Voedsel en Waren Autoriteit Samenwerkingsprotocol Consumentenautoriteit Voedsel en Waren Autoriteit Afspraken tussen de Staatssecretaris van Economische Zaken en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de wijze

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 30.6.2016 L 173/47 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1055 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 2016 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de technische middelen voor een passende

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 337/1. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Publicatieblad van de Europese Unie L 337/1. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) 22.12.2005 Publicatieblad van de Europese Unie L 337/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 2103/2005 VAN DE RAAD van 12 december 2005 tot wijziging

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 171/100 26.6.2019 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/1084 VAN DE COMMISSIE van 25 juni 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 142/2011 wat betreft de harmonisatie van de lijst van erkende of geregistreerde

Nadere informatie

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006

Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad. van 18 december 2006 30.12.2006 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 396/849 Richtlijn 2006/121/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot wijziging van Richtlijn 67/548/EEG van de Raad betreffende

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.8.2018 COM(2018) 567 final 2018/0298 (COD) Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 391/2009 wat betreft

Nadere informatie

1. Goedkeuring van de voorlopige agenda. Niet-wetgevingswerkzaamheden. 2. (event.) Goedkeuring van de lijst van A-punten CM 4719/15 1 NL

1. Goedkeuring van de voorlopige agenda. Niet-wetgevingswerkzaamheden. 2. (event.) Goedkeuring van de lijst van A-punten CM 4719/15 1 NL Raad van de Europese Unie Secretariaat-generaal Brussel, 20 november 2015 CM 4719/15 OJ CONS SOC EMPL SAN CONSOM BERICHT CONVOCATIE EN VOORLOPIGE AGENDA Contact: coreper1@consilium.europa.eu Tel./Fax:

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 10 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0406 (CNS) 7120/17 LIMITE PUBLIC FISC 62 ECOFIN 188 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de

Nadere informatie