Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Transcriptie

1 Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Ons kenmerk C / op de op 30 september 2013 bij hen ingekomen aanvraag van Van Leuken BV, om vergunning krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) voor het project, gelegen aan de Hoogschaijksestraat 17 te Schaijk. s-hertogenbosch, 7 maart Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, namens deze, ing. J.J.T. Cremers, directeur Omgevingsdienst Brabant Noord

2 INHOUDSOPGAVE 1 Onderwerp 3 2 Besluit 3 3 Rechtsmiddelen 3 PROCEDURELE ASPECTEN 5 1 Gegevens aanvrager 5 2 Projectbeschrijving 5 3 Huidige vergunningsituatie 5 4 Bevoegd gezag 6 5 Volledigheid van de aanvraag en opschorting procedure 6 6 Procedure regulier 6 7 Adviezen 6 VOORSCHRIFTEN MILIEU 7 1 Afvalstoffen Bedrijfsvoering 7 INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN 8 1 Toetsingskader milieu Inleiding Toetsing milieuneutraal of -vriendelijke verandering 8 BIJLAGE 1: BEGRIPPEN 10 Van Leuken BV, Schaijk 2/10

3 BESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING 1 Onderwerp Wij hebben op 30 september 2013 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van Van Leuken BV. Het betreft het milieuneutraal wijzigen van de inrichting. De aanvraag gaat over Hoogschaijksestraat 17 te Schaijk. De aanvraag is geregistreerd onder OLO-nummer en ons registratienummer C Concreet wordt verzocht om een vergunning ex artikel 2.1, lid 1, onder e (milieu). 2 Besluit Wij besluiten, gelet op de overwegingen die zijn opgenomen in deze vergunning en gelet op artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht: de omgevingsvergunning te verlenen voor de het milieuneutraal wijzigen van de inrichting (artikel 2.1 lid 1 onder e Wabo); dat de volgende delen van de aanvraag onderdeel uit maken van deze vergunning: - het OLO-aanvraagformulier met nummer , d.d. 30 september 2013; - beschrijving van de voorgenomen verandering van de inrichting, september 2013, opgesteld door Van de Pas Consultancy BV; - wijziging Acceptatiebeleid Van Leuken BV te Schaijk, opgesteld door Van de Pas Consultancy BV; - aanvulling/aangepaste documentnummer , ingekomen op 12 februari 2014; - onderzoek luchtkwaliteit Van Leuken BV te Schaijk, wijzigingen ten opzichte van de huidige situatie t.b.v. milieuneutrale wijziging vergunning, opgesteld door Buro Blauw, rapportnummer BL V02, d.d. 11 februari aan deze vergunning het voorschrift te verbinden dat is opgenomen in het hoofdstuk voorschriften. 3 Rechtsmiddelen Tegen dit besluit bestaat de mogelijkheid om schriftelijk bezwaren in te dienen. De bezwaartermijn van 6 (zes) weken vangt aan met ingang van de dag na toezending van het besluit. Deze schriftelijke bezwaren moeten worden gericht en worden toegezonden aan het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, t.a.v. het secretariaat van de Hoor- en Adviescommissie voor de behandeling van bezwaar- en beroepschriften, Postbus 90151, 5200 MC s-hertogenbosch. Het bezwaarschrift moet worden ondertekend en moet ten minste bevatten: a. naam en adres van de indiener; b. de dagtekening; c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht; d. de gronden van het bezwaar. Van Leuken BV, Schaijk 3/10

4 Wij verzoeken u tevens in de linkerbovenhoek van de envelop het woord bezwaarschrift te vermelden. Het secretariaat van de Hoor- en Adviescommissie is bereikbaar onder nummer (073) , faxnummer (073) en adres bezwaar@brabant.nl Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Het is daarom mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift een voorlopige voorziening te vragen bij de Voorzitter van de Rechtbank Oost-Brabant, Postbus 90125, 5200 MA s Hertogenbosch. Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van een besluit, gedurende de tijd die nodig is om het bezwaar te behandelen. Voorwaarde om een dergelijke voorlopige voorziening te vragen is dat er sprake is van een spoedeisend belang. Voor het vragen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd. Van Leuken BV, Schaijk 4/10

5 PROCEDURELE ASPECTEN 1 Gegevens aanvrager Op 30 september 2013 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ontvangen. Het betreft een aanvraag van Van Leuken BV. 2 Projectbeschrijving Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: het verschuiven van hoeveelheden van de te accepteren afvalstoffen zonder de vergunde totale hoeveelheid te overschrijden, daarnaast wordt gevraagd om een euralcode voor grond en voor bedrijfsafval toe te voegen. Een uitgebreide projectomschrijving is opgenomen in de aanvraag om vergunning. Gelet op bovenstaande omschrijving wordt vergunning gevraagd voor het milieuneutraal veranderen van een inrichting. 3 Huidige vergunningsituatie Voor de inrichting zijn eerder de onderstaande vergunningen verleend dan wel meldingen geaccepteerd: Soort vergunning Datum Kenmerk Onderwerp Oprichtingsvergunning Wm Het oprichten van een inrichting voor o.a. containerverhuur en transport, het innemen, bewaren, op- en overslaan en bewerken van afvalstoffen, het verhandelen van materialen en grondstoffen en het uitvoeren van aannemingswerkzaamheden. Ambtshalve wijziging Wm Het wijzigen van de vergunning in verband met nieuwe/gewijzigde regelgeving Eural, Bssa en NRB. Melding 8.19 Wm De volgende wijzigingen zijn o.a. gemeld: twee dubbelwandige dieseltanks zijn vervangen door ØØn tank, de tank met afgewerkte olie is verplaatst, de hoeveelheden afgewerkte olie in de werkplaats is vergroot, ruim de helft van de vloer van het buitenterrein is beklinkerd in plaats van aangelegd met asfalt. Ambtshalve wijziging Wm Het wijzigen van de vergunning houdt verband met het vervangen van het Bouwstoffenbesluit door het Besluit Bodemkwaliteit. De hierboven genoemde vergunningen zijn volgens de Invoeringswet Wabo gelijkgesteld aan een omgevingsvergunning voor onbepaalde tijd. Van Leuken BV, Schaijk 5/10

6 4 Bevoegd gezag Gedeputeerde Staten zijn bevoegd gezag voor de inrichting. Dit volgt uit artikel 2.4 van de Wabo juncto artikel 3.3 lid 1 van het Bor. De activiteiten van de inrichting zijn genoemd in Bijlage I onderdeel C categorie 28.4 van bijlage 1 onderdeel C van het Bor en daarnaast betreft het een inrichting waartoe een IPPC-installatie behoort. 5 Volledigheid van de aanvraag en opschorting procedure In verband met het ontbreken van een aantal gegevens hebben wij de aanvrager op 11 november 2013 in de gelegenheid gesteld om uiterlijk 9 december 2013 de aanvraag aan te vullen. Daarna heeft aanvraagster twee maal verzocht om de termijn voor het aanleveren van de aanvullende gegevens te verlengen. De laatste keer is verlengd tot en met 14 februari Wij hebben de aanvullende gegevens ontvangen op 12 februari Na ontvangst van de aanvullende gegevens hebben wij de aanvraag getoetst op volledigheid. Wij zijn van oordeel dat de aanvraag voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook in behandeling genomen. De termijn voor het nemen van het besluit is opgeschort tot de dag waarop de aanvraag is aangevuld. In dit geval is de termijn voor het nemen van het besluit opgeschort met 94 dagen. 6 Procedure regulier Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo. Gelet hierop hebben wij conform artikel 3.8 Wabo van de aanvraag digitaal gepubliceerd op internet: Wij hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de beslistermijn van 8 weken te verlengen met 6 weken als bedoeld in artikel 3.9, lid 2 Wabo. Van deze verlenging is digitaal kennis gegeven op internet: 7 Adviezen In de Wabo en het Bor worden bestuursorganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betrokkenheid aangewezen als adviseur. Gelet op het bepaalde in artikel 2.26 Wabo, alsmede de artikelen 6.1 tot en met 6.5 van het Bor, hebben wij de aanvraag ter advies gezonden aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Landerd. Wij hebben van de wettelijke adviseur met betrekking tot deze procedure geen advies ontvangen. Van Leuken BV, Schaijk 6/10

7 VOORSCHRIFTEN MILIEU 1 Afvalstoffen 1.1 Bedrijfsvoering Binnen de inrichting mogen per kalenderjaar niet meer dan de hieronder aangegeven hoeveelheden afvalstoffen worden be-/verwerkt. Te be-/verwerken afvalstoffen Euralcodes Maximale hoeveelheid (gebruikelijke benaming) (ton/jaar) Puin c Bouw- en sloopafval c Bedrijfsafval en Daarnaast mag de inrichting grond met de euralcode accepteren. NB: Voor de overige afvalstoffen die binnen de inrichting geaccepteerd en/of be- en verwerkt mogen worden, zijn de voorschriften en/of het dictum uit de vigerende vergunningen van toepassing. Van Leuken BV, Schaijk 7/10

8 INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN 1 Toetsingskader milieu 1.1 Inleiding De aanvraag heeft betrekking op het milieuneutraal of milieuvriendelijk veranderen of veranderen van de werking van een inrichting of mijnbouwwerk als bedoeld in artikel 2.1, lid 1 aanhef en onder e Wabo. In artikel 2.14, lid 5, van de Wabo is bepaald dat een omgevingsvergunning voor een verandering van de inrichting of de werking daarvan die niet leidt tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu kan worden verleend als wordt voldaan aan de voorwaarden uit artikel 3.10, derde lid, van de Wabo. Een toetsing aan deze aspecten heeft plaatsgevonden. 1.2 Toetsing milieuneutraal of -vriendelijke verandering De Wabo bepaalt in artikel 2.14, lid 5 dat een omgevingsvergunning voor een milieuvriendelijke of milieuneutrale verandering kan worden verleend als voldaan wordt aan de voorwaarden uit artikel 3.10, lid 3 van de Wabo. Hieruit volgt dat de gevraagde vergunning kan worden verleend indien de realisering van de met deze aanvraag beoogde verandering van de inrichting of verandering van de werkwijze binnen de inrichting: - niet zal leiden tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu dan volgens de geldende vergunning zijn toegestaan; - niet zal leiden tot het ontstaan van een andere inrichting dan waarvoor vergunning is verleend; en - niet m.e.r.-plichtig is. Toetsing gevolgen voor milieu a. Lucht De emissies naar de lucht worden beoordeeld volgens de systematiek van de Nederlandse emissie Richtlijn Lucht (NeR) en de luchtkwaliteitseisen zoals genoemd in artikel 5.16 bijlage 2 van de Wm. Een milieuneutrale wijziging kan alleen verleend worden als de luchtkwaliteit door de aangevraagde wijzigingen van de inrichting hetzelfde blijft of beter wordt. Bij de aanvraag is een luchtkwaliteitsonderzoek toegevoegd met rapportnummer BL V02, d.d. 11 februari 2014 opgesteld door Buro Blauw. Wij hebben dit onderzoek beoordeeld. Wij hebben hieruit geconcludeerd dat de luchtkwaliteit door de wijziging van de inrichting niet afneemt of zelfs verbetert ten opzichte van de vigerende situatie. De aangevraagde verandering heeft geen gevolgen voor de emissies naar de lucht. Ten opzichte van de reeds vergunde activiteiten wordt slechts een verruiming van de euralcodes aangevraagd en een verschuiving van de verwerkingscapaciteit aangevraagd. De totale opslag- en verwerkingscapaciteit en het aantal transportbewegingen blijven ongewijzigd. Binnen de inrichting vindt het breken of sorteren van puin niet plaats. Het breken van puin vindt plaats bij een erkende verwerker. b. Afvalstoffen Door de aangevraagde wijzigingen worden geen andere afvalstoffen binnen de inrichting geaccepteerd dan reeds vergund. Wel worden voor de reeds vergunde stromen grond en bedrijfsafval extra euralcodes aangevraagd. Deze nieuw te accepteren euralcodes en hebben een vergelijkbare samenstelling met de reeds vergunde euralcodes c en voor deze stromen. In de vigerende oprichtingsvergunning van 17 augustus 2001 zijn Van Leuken BV, Schaijk 8/10

9 voor beide afvalstoffen voorschriften opgenomen. Daarnaast zijn voor grond in de ambtshalve wijziging van 2 oktober 2009 voorschriften opgenomen met betrekking tot Besluit bodemkwaliteit, acceptatie- en verwerking(beleid) en bodem. Deze voorschriften voldoen voor de aangevraagde extra euralcodes. Tevens wordt een verschuiving van verwerkingscapaciteit aangevraagd. De verwerkingscapaciteiten van gemengd bouw- en sloopafval en bedrijfsafval nemen ieder met ton per jaar af. De verwerkingscapaciteit van puin neemt met ton per jaar toe. Het verschuiven van de verwerkingscapaciteit leidt niet tot andere dan de reeds vergunde acceptatievoorwaarden en be- en verwerkingsactiviteiten. De aangevraagde verschuivingen hebben geen gevolgen voor de doelmatige verwerking van de afvalstoffen en wij kunnen daarom de gevraagde wijzigingen op dit onderdeel vergunnen. In deze vergunning is een nieuw voorschrift opgenomen met de gewijzigde jaarlijkse verwerkingscapaciteiten voor de reeds vergunde afvalstromen puin, bouw- en sloopafval en bedrijfsafval. c. Geluid Ten opzichte van de reeds vergunde activiteiten wordt geen verruiming van de totale opslag- en verwerkingscapaciteit en het aantal transportbewegingen aangevraagd. De aangevraagde veranderingen hebben daarom geen gevolgen voor de geluidsbelasting van de inrichting. d. Overige aspecten De aanvrager heeft voldoende aannemelijk gemaakt, dat er voor de overige milieuaspecten geen toename zal zijn van de milieubelasting. De verandering leidt niet tot andere of grotere nadelige gevolgen voor het milieu. Toetsing andere inrichting Op basis van de in de aanvraag opgenomen beschrijving van de verandering kan worden opgemaakt dat de verandering niet leidt tot een andere inrichting dan waarvoor eerder een vergunning is verleend. Toetsing milieueffectrapport De aangevraagde veranderingen komen niet voor in de C- of D-lijst van het Besluit Mer. Daarom is geen Mer of Mer-beoordeling nodig. Conclusie Naar aanleiding van de ingediende aanvraag en de daarbij overgelegde gegevens concluderen wij dat de aangevraagde verandering in samenhang met het verbinden van voorschriften aan de vergunning, voldoet aan het toetsingskader. Van Leuken BV, Schaijk 9/10

10 BIJLAGE 1: BEGRIPPEN AFVALSTOFFEN: Alle stoffen, preparaten of voorwerpen, waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen. EMISSIE: Uitworp van ØØn of meer verontreinigende stoffen naar de lucht (vracht per tijdeenheid). OVERSLAAN: het kortdurend stallen van containers met afval, bijvoorbeeld containers diedoor schepen worden aangevoerd en daarna door voertuigen worden verder getransporteerd, of andersom; het overbrengen van afval in een groter transportmiddel, bijvoorbeeld vanuit de chemokar naar grotere vrachtwagens. Het kan daarbij gaan om afval dat door rechtspersoon A is ingezameld of wordt getransporteerd en tijdelijk binnen de inrichting van rechtspersoon B wordt overgeslagen; het stallen van met afval geladen voertuigen, bijvoorbeeld het overnachten van een volle vrachtwagen op een inrichting. VERWERKING: Nuttige toepassing of verwijdering, met inbegrip van aan toepassing of verwijdering voorafgaande voorbereidende handelingen. Van Leuken BV, Schaijk 10/10