ALLOCATIE Monitoringmethodiekplan (MMP)

Transcriptie

1 ALLOCATIE Monitoringmethodiekplan (MMP) 11 maart 2019

2 BELANGRIJKE INFORMATIE Zeker te lezen vóór invullen het MMP-sjabloon en het NIMs-datacollectiesjabloon!!! FAR-Bijlage VI: Minimuminhoud van het monitoringmethodiekplan FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring Guidance 5 on Monitoring and Reporting Nota: De volgende slides bevatten enkel een samenvatting van Bijlage VI en VII. Voor details verwijzen we naar de bijlagen zelf

3 FAR-Bijlage VI: Minimum inhoud MMP (1/5) Algemene informatie over de installatie MMP Tabs A-D behalve C-I en D-I Tab A: versiebeheer Tab B: identificatie van de installatie Tab C deel II: beschrijving van de belangrijkste processen met flowdiagram en verwijzing naar het MP (voor de emissiebronnen) Tab C deel III: informatie over de technische verbindingen (cfr. 3 uit de voorbereiding MMP) Tab D deel II: verwijzing naar de verplichte procedures

4 FAR-Bijlage VI: Minimum inhoud MMP (2/5) Informatie over subinstallaties MMP Tab C-I en D-I, Tab F-1 (a) en G-I (a) Tab C deel I: Overzicht van de subinstallaties Tab D deel I (a): Oplijsting van de delen van de installatie die door meerdere subinstallaties gebruikt worden, vb. stoomketels voor WBM-CL en WBM-non CL Tab F deel I (a): Omschrijving van de PBM subinstallaties (exclusieve technische eenheden, processen, inputs en outputs, cfr. Informatie uit 2.2 van de voorbereiding MMP) Tab G deel I (a): Omschrijving van de WBM, BBM en PE subinstallaties (exclusieve technische eenheden, processen, inputs en outputs, cfr. Informatie uit 2.2 van de voorbereiding MMP)

5 FAR-Bijlage VI: Minimum inhoud MMP (3/5) Monitoringmethoden op installatieniveau MMP Tab D-I (c) en E Tab D deel I (c): Beschrijving methode voor het vermijden van datagaps (ontbrekende gegevens) en dubbeltellingen. Tab E: Beschrijving van de toegepaste monitoringmethode voor: o Brandstofinput o Meetbare warmte: opwekking, verbruik, invoer en uitvoer o Afvalgassen ( waste gases ) o Elektriciteit (voor uitwisselbaarheid)

6 FAR-Bijlage VI: Minimum inhoud MMP (4/5) Monitoringmethoden op subinstallatieniveau MMP Tab F-I (b) tot (h), G-I (b) tot (f) & Tab H Tab F deel I: monitoringmethode voor de bepaling van volgende gegevens voor de PBM s (b) jaarlijkse activiteitsniveau van de PBM( s) (c) direct toewijsbare emissies (d) geproduceerde warmte (e) (f) (g) (h) ingevoerde warmte brandstofinput en bijhorende EF in- en uitvoer van meetbare warmte afgasbalans voor de update v/d benchmarks

7 FAR-Bijlage VI: Minimum inhoud MMP (5/5) Monitoringmethoden op subinstallatieniveau Tab G deel I: monitoringmethode voor de bepaling van volgende gegevens voor de fall-back subinstallaties (BBM, WBM, PE) (b) jaarlijkse activiteitsniveau (c) direct toewijsbare emissies (d) brandstofinput (enkel bij WBM en BBM) (e) & (f) opgewekte/ingevoerde/uitgevoerde warmte (enkel bij WBM en BBM) voor de update v/d benchmarks Tab H: monitoringmethode voor de bepaling van speciale data bij sommige PBM s

8 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring Hfdst 3: Methode voor gegevensverzameling als specifieke gegevens voor een subinstallatie ontbreken Methode voor verdeling tussen subinstallaties op basis van: gebruikstijd van de installatie massa of volume van vervaardigde producten Methode voor uitsplitsen als verschillende meetinstrumenten (van verschillende kwaliteit) bijdragen tot de resultaten Methode voor meetinstrumenten buiten de controle van de exploitant facturen, metingen of correlaties van anderen Indirecte bepalingsmethoden (vb. voor verdeling meetbare warmte) literatuurdata, ontwerpdata, empirische correlaties

9 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring Hfdst 4: Keuze van zo nauwkeurig mogelijke bepalingsmethoden en gegevensbronnen 4.1 Technische onhaalbaarheid: Toepassing van een specifieke bepalingsmethode is technisch niet haalbaar en kan onderbouwd worden C.A. aanvaardt de uitleg van technische onhaalbaarheid 4.2 Onredelijke kosten De exploitant verklaart en onderbouwt dat een specifieke bepalingsmethode tot onredelijke kosten leidt d.w.z. de kosten zijn hoger dan het voordeel van de bepalingsmethode Formule: voordeel = 1% *20 /ton CO2 * recente kosteloze allocatie van de subinstallatie Minimum: 2000 (500 bij installatie met geringe emissies) C.A. aanvaardt de uitleg van onredelijke kosten

10 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring 4.3: Proces: Kies de meest nauwkeurige gegevensbronnen die technisch haalbaar zijn en niet leiden tot onredelijke kosten: gebruik primaire gegevensbronnen Voor controle doeleinden: vermeld ondersteunende gegevensbronnen ter ondersteuning van primaire gegevensbronnen Kies bronnen zoals uitgelegd in 4.4 tot 4.6 Uitzondering mogelijk o.b.v. FAR art.7.2

11 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring FAR Art 7.2 In afwijking van lid 1 mag de exploitant overeenkomstig de punten 4.4. tot en met 4.6 van bijlage VII andere gegevensbronnen gebruiken wanneer aan een van de volgende voorwaarden is voldaan: a) het gebruik van de meest nauwkeurige gegevensbronnen overeenkomstig punt 4 van bijlage VII is technisch niet haalbaar; b) het gebruik van de meest nauwkeurige gegevensbronnen overeenkomstig punt 4 van bijlage VII zou tot onredelijke kosten leiden; c) de exploitant toont, op basis van een vereenvoudigde onzekerheidsbeoordeling waarin de voornaamste bronnen van onzekerheid worden benoemd en de bijbehorende onzekerheidsniveaus worden geschat, ten genoegen van de bevoegde autoriteit aan dat het bijbehorende nauwkeurigheidsniveau van de door de exploitant voorgestelde bron ten minste even hoog is als het nauwkeurigheidsniveau van de meest nauwkeurige gegevensbronnen overeenkomstig punt 4 van bijlage VII.

12 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring Backward en forward looking methodiek (GD-5 4.7) Dataverzameling voor (historische data = backward looking) kunnen van lagere kwaliteit zijn, maar deze voor de volgende ronde kunnen beter zijn (forward looking) Voor backward looking data kan het technisch onhaalbaar zijn om hoge kwaliteit te garanderen Voor het looking forward deel kunnen (sub)-meters geïnstalleerd worden als de kosten haalbaar zijn

13 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring Voorbeelden Art. 7.2 Gebruik van een weegschaal van een leverancier kan een hogere kwaliteit garanderen dan een eigen meting Gebruik van een debietmeter met P/T-compensatie van een buurbedrijf voor een gasstroom heeft een betere kwaliteit dan eigen meter zonder P/T-compensatie Gebruik van gasoliemeter van de tankwagen als er geen eigen debietmeter is

14 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring Voorbeelden van ondersteunende gegevensbronnen: Correlatie tussen productiehoeveelheid en aardgas- en /of stoomverbruik Gebruik van stoombalansen om ontbrekende data in te vullen Gebruik van literatuurwaarden en stoichiometrie voor calorische waarde bepaling

15 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring Bij de keuze van gegevensbronnen gaat men als volgt te werk: a) voor de bepaling van de hoeveelheden producten, brandstoffen en andere materialen, neemt de exploitant de in punt 4.4 van deze bijlage beschreven algemene gegevensbronnen en hun onderlinge rangorde in aanmerking; b) voor de bepaling van de hoeveelheden energiestromen (meetbare en niet-meetbare warmte, elektriciteit), neemt de exploitant de in punt 4.5 van deze bijlage beschreven algemene gegevensbronnen en hun onderlinge rangorde in aanmerking; c) voor de bepaling van de eigenschappen van producten, brandstoffen en andere materialen, neemt de exploitant de in punt 4.6 van deze bijlage beschreven algemene gegevensbronnen en hun onderlinge rangorde in aanmerking.

16 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring 4.4: Gegevensbronnen voor kwantificering van materialen en brandstoffen Bij het kiezen van de meest nauwkeurige gegevensbronnen die beschikbaar zijn voor het kwantificeren van de hoeveelheden (uitgedrukt in ton of Nm3) naar/uit de installatie of elke subinstallatie aangevoerde en afgevoerde materialen, brandstoffen, afgassen of producten, moeten de onderstaande algemene gegevensbronnen worden gebruikt: a) methoden in overeenstemming met het goedgekeurde monitoringplan; b) aflezingen van meetinstrumenten onder nationale wettelijke meteorologische controle c) aflezingen van meetinstrumenten onder controle van de exploitant voor de directe bepaling van een niet onder b) vallende gegevensverzameling; d) aflezingen van meetinstrumenten niet onder controle van de exploitant voor de directe bepaling van een niet onder b) vallende gegevensverzameling; e) aflezingen van meetinstrumenten voor de indirecte bepaling van een gegevensverzameling, mits overeenkomstig punt 3.4 een passende correlatie is vastgesteld tussen de meting en de gegevensverzameling in kwestie; f) andere methoden, met name voor historische gegevens of indien de exploitant geen andere bron ter beschikking staat.

17 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring 4.5: Gegevensbronnen voor kwantificering van energiestromen Bij het kiezen van de meest nauwkeurige gegevensbronnen die beschikbaar zijn voor het kwantificeren van de in TJ of GWh uitgedrukte hoeveelheden naar/uit de installatie of elke subinstallatie aangevoerde en afgevoerde meetbare warmte of elektriciteit, moeten de onderstaande algemene gegevensbronnen worden gebruikt: a) aflezingen van meetinstrumenten onder nationale wettelijke meteorologische controle b) aflezingen van meetinstrumenten onder controle van de exploitant voor de directe bepaling van een niet onder a) vallende gegevensverzameling; c) aflezingen van meetinstrumenten niet onder controle van de exploitant voor de directe bepaling van een niet onder a) vallende gegevensverzameling; d) aflezingen van meetinstrumenten voor de indirecte bepaling van een gegevensverzameling, mits overeenkomstig punt 3.4 van deze bijlage een passende correlatie is vastgesteld tussen de meting en de gegevensverzameling in kwestie; e) berekening van een indicatie voor het overeenkomstig methode 3 van punt 7.2 bepalen van de netto hoeveelheden meetbare warmte (gebruik van gemeten rendement) f) andere methoden, met name voor historische gegevens of indien de exploitant geen andere bron ter beschikking staat.

18 FAR-Bijlage VII: Methoden voor gegevensmonitoring 4.6: Gegevensbronnen voor materiaaleigenschappen Bij het kiezen van de meest nauwkeurige gegevensbronnen die beschikbaar zijn voor het bepalen van eigenschappen zoals het vochtgehalte of de zuiverheidsgraad van de stof, het koolstofgehalte, de calorische onderwaarde en het biomassagehalte enz. van producten, materialen, brandstoffen of afgassen als inputs of outputs van de installatie of subinstallatie, moeten de onderstaande algemene gegevensbronnen worden gebruikt: a) methoden voor het bepalen van berekeningsfactoren zoals in het goedgekeurde monitoringplan; b) laboratoriumanalyses overeenkomstig punt 6.1 van deze bijlage; c) vereenvoudigde laboratoriumanalyses overeenkomstig punt 6.2 van deze bijlage; d) constante waarden gebaseerd op één van de onderstaande gegevensbronnen: standaardfactoren die door de lidstaat worden gebruikt voor zijn nationale inventaris waarden uit de literatuur waarden van de leverancier van een brandstof of materiaal e) constante waarden gebaseerd op standaardfactoren en stoichiometrische factoren uit bijlage VI MRR of op analyses uit het verleden of op wetenschappelijk bewijs gebaseerde waarden.

19 Overige hoofdstukken uit Bijlage VII, FAR Hfdst 7: Bepaling van netto meetbare warmte (NMW) Methode 1: Gebruik van metingen Meet massadebiet m, temperatuur en druk, bereken enthalpie in en uit en daarna: Q = (h in -h uit )*m Als bij stoom of warm water er geen retour is of h uit niet berekenbaar is gebruik dan T= 90 C om h uit te bepalen Methode 2: Gebruik van documentatie (bvb ontwerp gegevens, literatuur waarden, empirische correlaties) Methode 3: Bereken NMW uit brandstofverbruik en een gemeten rendement Methode 4: Bereken NMW uit brandstofverbruik en een standaardrendement van 70%

20 Overige hoofdstukken uit Bijlage VII, FAR Hfdst 5: Methoden om de jaarlijkse hoeveelheden materialen en brandstoffen te bepalen Hfdst 6: Voorschriften voor labo-analyses en de bemonstering Hfdst 8: Regels om brandstoffen en emissies van WKK toe te wijzen voor het bijwerken van benchmarkwaarden Hfdst 10: Regels om emissies op subinstallatieniveau te bepalen voor het bijwerken van benchmarkwaarden

21 Voorbeeld - Subinstallaties 4 subinstallaties: (invullen in C I 1 en 2) PBM: styreenproductie HBM-CL: productie bulkchemicaliën FBM-CL: Productie bulkchemicaliën Veiligheidsfakkelen Pr-em-CL: waste gas type c

22 Installatie grenzen Flaring 150 TJ 30 TJ Safety flaring Fuel Waste gas export naar ETS 280 TJ C input Fuel ton C /80%C 5600 TJ / CW = 44,8 GJ/t Productieinstallatie Warmte ton product C output,1 stoom-3 50 TJ C output,2 Grondstof ton Product 5000 ton C / 80%C / 280 TJ CW = 44,8 GJ/t warmte-1 Product aardgas 500 TJ Productie Fuel WKK Product ton 1000 TJ Stoom bulkchemicaliën C-intern Product gasolie 20 TJ Fuel waste gas c Stoom Safety flaring Naverbrander Warm water Elec warmte-2 naar ETS-NCL 100 TJ ELEKTRICITEIT 270 TJ

23 Details Productie bulkchemicaliën F7 JET-A F101 F1 Reactor-1 Dist -1 Dist -3 F3 F5 F102 F2 F4 Reactor-2 Dist -2 F6 Dist- 4 Finishing-1 F401 Finishing-2 F402 F a k k e l F301 F8 JET-B F50 ST-1 Ontgasser HD-stoom LD-stoom fakkelgas Verificatiebureau condensaat Benchmarking Vlaanderen C-houdende brandstof gasolie

24 Info bij PBM- Tab_F Product benchmark Databron activiteit Nauwkeurigheid Ondersteunende gegevensbron actitviteit Nauwkeurigheid Jaarlijks totaal weegschaal-1 4.4b Metrologische controle omde 4 jaar gewichten van facturen en voorraadopname eind jaar 4.4d Somvan gewogen hoeveelheden

25 Bijlage bij Tab_G Warmtedrager Verbruikers stoom in allocatie Som verbruikers in allocatie Stoom Condensaat Verbruikers buiten PBM Meter (ton/j) PT-compensatie? Lokatie meter Enthalpie (GJ/t) in Nauwkeurigheid Retour (%) Temperatuur ( C) Enthalpie (GJ/t) cond Reactor 1 F-1 Ja bij verbruiker 2, c ,419 Reactor 2 F-2 ja bij verbruiker 2, c ,419 Distillatie 1 F-3 neen bij verbruiker 2, c 0-0,377 Distillatie 2 F-4 neen bij verbruiker 2, c 0-0,377 Distillatie 3 F-5 ja bij verbruiker 2, c ,251 Distillatie 4 F-6 ja bij verbruiker 2, c ,167 Jet-A F-7 enkel P 50 m van verbruiker 2, c life - 0 Jet-B F-8 enkel P 50 m van verbruiker 2, c life - 0 Finishing-1 Schatting - - 2,815 Zie bijgevoegd model 0-0,415 Finishing-2 Schatting - - 2,815 Zie bijgevoegd model 0-0,415 Verbruikers stoom niet in allocatie Ontgasser-1 Berekening - - 2, c Verliezen Berekening - - 2,815 Berekening Stoomturbine voor elektriciteit ST-1 ja 50 m van verbruiker 3, b ,335 Som verbruikers niet in allocatie

26 Bijlage bij Tab_G Brandstof benchmark Verbruikers brandstof in allocatie Nauwkeurigheid Calorische waarde Nauwkeurigheid Verbruikers in EO Type brandstof Meter (ton/j) debietmeter (GJ/ton of Nm³) CW Reactor 1 gasolie F a 42,3 4.6a Reactor 2 gasolie F a 42,3 4.6a Veiligheidsfakkelen fakkelgas F b analyse 4.6b Finishing-1 C- output,2 F b 44,8 4.6c Finishing-2 C- output,2 F b 44,8 4.6c

27 Bijlage bij Tab_G PROCESEMISSIES Naam Gew-% onvolledig Warmterecuperatie Nauwkeurigheid Calorische waarde Nauwkeurigheid procesemissiegas Type (b of c) geoxideerde C via HBM of FBM? Debietmeting (ton/j) debietmeter (GJ/ton of Nm³) CW Afgas-1 c 2,1 HBM F a c

28 Praktische informatie MMP in te dienen bij het VBBV tegen 31 maart opsturen naar Codering excel-bestand MMP XXX-3518 MMP.xlsx met XXX = VER-nummer 35 codering VBBV voor MMP 18 slaat op 2018 (laatste jaar referentieperiode) ook de bijlagen met deze code nummeren: vb. XXX-3518 MMP Bijlage 1 + korte inhoud (.doc, pdf, )

29 Dank u! Vragen?