Wat wil ik onderzoeken? De Europese Monetaire Unie, de Europese Unie en de Europese en Nederlandse Bank in relatie daarmee.
|
|
- Martha Moens
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Werkstuk door een scholier 5283 woorden 28 juni ,6 63 keer beoordeeld Vak Economie Wat wil ik onderzoeken? De Europese Monetaire Unie, de Europese Unie en de Europese en Nederlandse Bank in relatie daarmee. Welke verzamelde informatie kan ik gebruiken voor mijn werkstuk? De Economische en Monetaire Unie (EMU) gaat veel verder dan het EMS. We onderscheiden drie fasen: 1990-'94: de lidstaten liberaliseren het kapitaalverkeer volledig. Dit hield onder meer in dat de EU-burger in elke lidstaat een bank- en spaarrekening kan openen, een hypotheek kan afsluiten, een lening kan aangaan, een verzekering kan sluiten en aandelen en obligaties vrij kan verhandelen '99: in Frankfurt wordt het Europees Monetair Instituut (EMI) opgericht, de voorloper van de Europese Centrale Bank (ECB). Taak: het versterken van de coördinatie van het monetair beleid van de lidstaten, met het oog op prijsstabiliteit. Het EMI wordt geraadpleegd door de nationale centrale banken voordat een belangrijke beslissing wordt genomen. Verder worden deze instellingen onafhankelijk van de politiek, zoals de Bundesbank en De Nederlandsche Bank dat al waren. Tegelijkertijd moet de economische convergentie planmatig worden vergroot. De Commissie controleert of de convergentieplannen worden uitgevoerd en brengt verslag uit aan de Raad over eventueel benodigde aanpassingen. Daarbij gaat het vooral het terugdringen van het begrotingstekort van de lidstaten tot minder dan 3 procent van het Bruto Nationaal Product (BNP) en de staatsschuld tot minder dan 60 procent van het BNP. Zo niet, dan wordt daarover rapport opgemaakt en stelt de Raad vervolgens vast of zo'n zogenaamd 'buitensporig tekort' daadwerkelijk bestaat. Hij doet dan een aanbeveling aan de betrokken lidstaat die bij wijze van sanctie eventueel openbaar wordt gemaakt. Vanaf 1999: de Monetaire Unie is een feit. De deelnemers gaan over op één gemeenschappelijke munt, de euro, die eerst wordt geïntroduceerd in het giraal betalingsverkeer. Een volledig onafhankelijke Europese Centrale Bank bepaalt het monetair beleid. Belangrijkste taak is het handhaven van de prijsstabiliteit ofwel het beperken van de inflatie. In 2002 komt de euro als munt en biljet in omloop. Laatste stap op de weg naar de EMU In het streven naar het slechten van ook de niet met douanerechten verbonden belemmeringen voor het vrije verkeer van goederen, diensten en personen en de verwezenlijking van de interne Europese markt, bleek de gemeenschappelijke munteenheid echter al gauw een vereiste. In juni 1989 presenteerde Jacques Delors, voorzitter van de Commissie, op de Europese Raad van Madrid een rapport over de stappen die naar een economische en monetaire unie moesten leiden. Op basis hiervan werden door de Raad de algemene beginselen vastgesteld: invoering van één munt, een in diverse Pagina 1 van 12
2 fasen verlopend proces, waarvan de eerste fase zou ingaan op 1 juli 1990, een parallellisme tussen de monetaire en economische aspecten. Tijdens deze eerste fase verbinden de lidstaten zich ertoe om "convergentieprogramma's" in te dienen die zijn bedoeld om convergentie te brengen in hetgeen door hen op economisch gebied wordt verwezenlijkt en dit te verbeteren, teneinde de vaststelling van vaste pariteiten tussen hun munteenheden mogelijk te maken. De convergentiecriteria waren neergelegd in een apart protocol bij het Verdrag van Maastricht. Dit zijn de eisen waaraan een land moest voldoen voor toelating tot de EMU: - prijsstabiliteit: een inflatie van niet meer dan 1,5 procent boven het gemiddelde inflatieniveau van de drie lidstaten met de laagste inflatie; - een begrotingstekort van niet meer dan 3 procent van het BNP en een staatsschuld van niet meer dan 60 procent; - een wisselkoers die de laatste jaren binnen de bandbreedte van het EMS lag; - een rentepercentage dat de laatste jaren niet meer dan 2 procent hoger was dan het gemiddelde rentepercentage van de drie lidstaten met het laagste renteniveau. In mei 1998 werd (op basis van de cijfers over 1997) besloten welke landen aan de EMU zouden deelnemen. Dat zijn voorlopig in elk geval: België, Duitsland, Finland, Frankrijk, Ierland, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal en Spanje. Vier landen bleven er vooralsnog buiten: Griekenland en Zweden, omdat zij niet voldeden aan de convergentiecriteria; Denemarken en Groot-Brittannië, omdat zij nog niet willen deelnemen. Overigens was alleen de staatsschuld van Frankrijk, Engeland, Luxemburg en Finland kleiner dan 60 procent van hun respectievelijke BNP. De Commissie oordeelde evenwel, dat in alle andere lidstaten (behalve Griekenland) "de schuldquote in voldoende mate afneemt en de referentiewaarde in een bevredigend tempo nadert". In mei 2000 concludeerde de Commissie, dat Griekenland voldoet aan de convergentiecriteria; toetreding van Griekenland tot de eurozone is voorzien voor 1 januari Zweden kan vooralsnog niet worden toegelaten: de Zweedse wetgeving is niet in overeenstemming met de betreffende bepalingen in het EG- Verdrag en Zweden voldoet niet aan het wisselkoerscriterium. Het EMI werd per 1 juli 1998 omgezet in de Europese Centrale Bank (ECB), waarvan de directie werd benoemd. De Nederlander Wim Duisenberg, oud-president van De Nederlandsche Bank, leidde al het EMI en werd benoemd tot eerste ECB-president voor de termijn van 8 jaar. Vervolgens werd bevestigd dat vanaf 1 januari 1999 de centrale banken en het bankwezen onderlinge transacties in euro's uitvoeren en nieuwe overheidsschulden in euro's worden uitgegeven. Op die datum wordt tevens de koers van de euro vastgesteld: 1 euro = ƒ 2, Voorts werden de onderlinge koersen van de munten van de deelnemers vastgelegd, teneinde koersaanpassingen te voorkomen die het gevolg zijn van speculatie in de maanden voor 1 januari Vanaf die datum geldt een nieuw wisselkoersmechanisme, WKM II. De valuta van niet aan de EMU maar wel aan dit WKM deelnemende landen krijgen een spilkoers ten opzichte van de euro. Er komt een standaardmarge van fluctuatie van ongeveer 15 procent ten opzichte van de spilkoers. Bij het bereiken van de drempels wordt geïntervenieerd. Een flexibel gebruik van het rente-instrument is een belangrijk Pagina 2 van 12
3 aspect van het mechanisme. Een land buiten de eurozone dat aan het WKM II deelneemt, kan verzoeken om een smallere fluctuatiemarge met ondersteuning door interventies en financiering. De munt van dat land kan zo als het ware de eurozone worden ingesluisd. Begin 2000 besloten de ministers van Financiën uit de eurozone om de begrotingsconsolidatie en de structurele hervormingen in de Unie te versnellen. In een eerste rapport over het functioneren van de EMU, gepubliceerd in mei 2000, maant de Commissie de deelnemende landen beter te presteren dan de begrotingsdoelstellingen voorschrijven, een verslapping van hun begrotingsbeleid tijdens de huidige economische hoogconjunctuur te vermijden, en de belasting op arbeid af te bouwen. De Commissie baseert haar aanbevelingen op de gunstige economische omstandigheden in de gehele eurozone. Vanaf 1 januari 2002 wordt de euro in circulatie gebracht. Hoogstens een half jaar later verdwijnen de nationale valuta uit de circulatie en zijn dan geen wettig betaalmiddel meer. De Economische en Monetaire Unie zou voor de Europese eenmaking politiek een echte stap vooruit moeten betekenen. Samenvoeging van de munteenheden die voor de landen in Europa eeuwenlang de symbolen en middelen van hun soevereiniteit zijn geweest, is een onderneming die sinds het Romeinse Rijk zonder precedent is in onze geschiedenis en die in de wereld zijn weerga niet kent. Het gemeenschappelijke Europese betaalmiddel moet op 1 januari 1999 worden ingevoerd en vanaf 1 januari 2002 de diverse nationale munteenheden vervangen, hetgeen de burger nog meer het gevoel moet gaan geven tot een nieuwe eenheid te behoren. De geboorte van de gemeenschappelijke Europese munteenheid is het resultaat van een lange, geduldige ontwikkelingsgang. Reeds in het in 1970 opgestelde verslag-werner wordt de oprichting van een Economische en Monetaire Unie voorgesteld; deze zou tot stand moeten komen in drie fasen, gespreid over een periode van tien jaar. De politieke bereidheid van de lidstaten om een dergelijke unie tot stand te brengen wordt echter doorkruist door de gevolgen van de eerste oliecrisis, waardoor het aanvankelijke enthousiasme wegebt. In 1972 wordt het Europees wisselkoersstelsel ingevoerd, bekend als de Europese "slang". In 1974 keurt de Raad een besluit goed wat gaat over de verwezenlijking van een hoge graad van convergentie in de Gemeenschap, alsook een richtlijn inzake stabiliteit, groei en volledige werkgelegenheid. De groeiende economische instabiliteit ondermijnt echter geleidelijk aan de grondslagen waarop het stelsel rustte: de Franse frank, het pond sterling en de Italiaanse lire verlaten de slang. Het EMS en de ECU RECHTSGRONDSLAG Resolutie van de Europese Raad van Brussel van december DOELSTELLINGEN - Stabilisering van de wisselkoersen. - Beperking van de inflatie. - Het via samenwerking voorbereiden van de Europese monetaire eenwording. RESULTATEN 1. Oprichting Pagina 3 van 12
4 - Tot de oprichting van het Europees Monetair Stelsel is besloten bij de resolutie van de Europese Raad van 5 december Het EMS trad op 13 maart 1979 in werking op grond van een op dezelfde dag gesloten akkoord tussen de centrale banken van de toenmalige lidstaten van de Gemeenschap. 2. Elementen en mechanismen van het EMS a. De ecu - De ecu was het centrale element. Als samengestelde munteenheid (valutamand) was de ecu opgebouwd uit bepaalde bedragen van elk van de munteenheden van de deelnemende lidstaten. Deze bedragen werden berekend door het aan iedere munt toegekende gewicht te vermenigvuldigen met de wisselkoers van deze munt ten opzichte van de ecu. Het gewicht van elke munt werd vastgesteld aan de hand van het aandeel van een land in het communautaire BNP en zijn aandeel in de intracommunautaire handel. Voor de ecu gold derhalve een specifieke koers ten opzichte van elk van de munteenheden waaruit zij bestond: deze koers was gelijk aan het aantal eenheden (of fracties van eenheden) waarmee de munteenheid in de ecu was vertegenwoordigd, plus de bedragen van de andere ecu-componenten, omgerekend in de betrokken munteenheid tegen de centrale wisselkoers (spilkoers) of tegen de actuele wisselkoers (marktkoers). - Voorts was het een rekeneenheid waarin met name de begroting van de Gemeenschap werd uitgedrukt. - De ecu werd normaliter niet gebruikt om te betalen: zij was geen wettig betaalmiddel. b. Spilkoersen en het monetaire stabilisatiemechanisme - Spilkoersen. Uit de ecukoers van een gegeven munt kon de koers in elk van de deelnemende munten worden afgeleid (cross rates): dit waren de bilaterale spilkoersen. Deze koersen konden in onderlinge overeenstemming worden aangepast (devaluatie of revaluatie). - Maximale fluctuatiemarges. De spilkoersen vormden de grondslag voor de belangrijkste EMS-taak: de vaststelling van een percentage waarmee een munteenheid ten opzichte van de spilkoers met een andere valuta maximaal naar boven of naar beneden mocht afwijken. De deelnemende lidstaten hebben zich daartoe verplicht. Aanvankelijk werd dit percentage vastgesteld op 2,25%, later werd het gewijzigd. - Het interventiemechanisme. Als het maximumpercentage was bereikt, waren de twee betrokken centrale banken verplicht in te grijpen om overschrijding van het percentage te voorkomen. Een dergelijke interventie werd uitgevoerd door het aankopen van de valuta in kwestie in het geval van een daling ten opzichte van de spilkoers of verkopen van de valuta in het geval van een stijging. - Preventief optreden. Zelfs nog voor het maximaal toegestane schommelingpercentage was bereikt, was het land van de betrokken valuta verplicht in te grijpen. Zodra de wisselkoers uitsteeg boven 75% van het maximumpercentage (afwijkingsindicator), werd de munt als "afwijkend" beschouwd en moest het land corrigerende maatregelen nemen: renteverhogingen, een strakker begrotingsbeleid en ondersteuning van de wisselkoers in het geval van een dalende koers en het omgekeerde bij een stijgende koers. c. Mechanismen voor de financiering van monetaire interventies Het Europees Fonds voor monetaire samenwerking (EFMS) beheerde de korte-termijnkredietfaciliteit van het EMS, die was opgezet voor de financiering van maatregelen ter ondersteuning van aan het stelsel deelnemende valuta's. 3. Ontwikkeling van het EMS Pagina 4 van 12
5 a. De jaren '80 - Bij de oprichting van het EMS in 1979 traden alle lidstaten van de Gemeenschap, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk toe tot het EMS, waarbij hun valuta's een fluctuatiemarge kenden van 2,25% ten opzichte van hun spilkoersen, met uitzondering van de Italiaanse lire, waarvoor een marge van circa 6% gold. - Griekenland, dat in 1981 tot de Gemeenschap toetrad, nam niet deel aan het wisselkoersmechanisme (ERM). - Spanje en Portugal, die in 1986 tot de Gemeenschap toetraden, namen niet meteen deel aan het EMS: Spanje ging daartoe over in 1989 en Portugal in 1992, waarbij hun fluctuatiemarge werd vergroot tot 6%. - In 1987 (op hun vergadering van 17 september in Bazel-Nyborg) namen de ministers van Financiën een aantal maatregelen om het EMS te versterken:. een betere coördinatie van het preventieve optreden ("inter-marginale" interventies: voordat de grenzen van de fluctuatiemarges werden bereikt);. meer korte-termijnfinanciering en meer gebruik van het rente-instrument om de wisselkoersen stabiel te houden;. een flexibelere procedure voor herschikking van de monetaire pariteiten (zonder tussenkomst van de ministers van Financiën). b. De crisis van Het EMS geraakte in september en oktober 1992 in een ernstige crisis door de grote onrust op de Europese valutamarkten als gevolg van de problemen in verband met de ratificatie van het Verdrag van Maastricht in Denemarken en Frankrijk. Het Britse pond en de Italiaanse lire verlieten het wisselkoersmechanisme in september 1992 en in november van hetzelfde jaar werden de Spaanse peseta en de Portugese escudo met 6% gedevalueerd ten opzichte van de overige ERM-munten. In januari 1993 werd het Ierse pond met 10% gedevalueerd, gevolgd door een verdere devaluatie van de peseta en de escudo in mei. In augustus 1993 trokken de ministers van Financiën hieruit de nodige conclusies en werden de fluctuatiemarges verhoogd tot 15%. c De laatste jaren is de toestand duidelijk genormaliseerd. In 1996 zaten alle EMS-munten (inclusief de lire, die opnieuw tot het stelsel was toegetreden, en de Oostenrijkse en Finse munten die in 1995 respectievelijk 1996 hun intrede hadden gedaan) weer binnen de oorspronkelijke fluctuatiemarge (2,25%). 5. Het nieuwe wisselkoersmechanisme (EMS II) De Europese Raad van Amsterdam stelde in juni 1997 de grondbeginselen en de structuur van een nieuw wisselkoersmechanisme vast dat de verhoudingen moet regelen tussen de gemeenschappelijke munt en de munten van de lidstaten van de Europese Unie die niet aan de monetaire unie deelnemen. Het nieuwe mechanisme trad op 1 januari 1999, de ingangsdatum van de derde fase van de EMU, in werking. In tegenstelling tot het EMS I, waarin voor alle munten ten opzichte van elkaar centrale pariteiten (spilkoersen) en fluctuatiemarges golden, werden in het nieuwe mechanisme de pariteiten en marges van het nieuwe wisselkoersmechanisme uitsluitend ten opzichte van de euro vastgesteld. De centrale pariteiten worden echter op multilaterale basis vastgesteld en bewaakt. ROL VAN HET EUROPEES PARLEMENT Pagina 5 van 12
6 - Het Europees Parlement heeft herhaaldelijk aangedrongen op versterking van het EMS door middel van nauwe coördinatie van het monetaire beleid van de lidstaten. Het heeft het ook gepleit voor uitbreiding van het gebruik van de ecu, met name voor stelselmatig gebruik ervan in het gehele intra-communautaire betalingsverkeer, omdat dit de economische en financiële integratie van de Gemeenschap bevordert en het Europese bewustzijn van de burgers versterkt (zie met name de resoluties van 20 november 1987 en 24 oktober 1991). - Na de crisis van 1992 heeft het Parlement zich gekeerd tegen op concurrentievoordelen gerichte devaluaties en gepleit voor opheffing van de juridische obstakels die het gebruik van de ecu in handelstransacties in de weg stonden (resoluties van 16 september en 27 oktober 1993). Voorts heeft het Parlement erop aangedrongen besluiten over toetreding of uittreding van een munt op communautair niveau te nemen, het Europees Monetair Instituut hierin een sleutelrol te laten vervullen en een toetsing uit te voeren op grond van objectieve economische gegevens (resolutie van 6 mei 1994). - Ten slotte heeft het EP zich uitgesproken voor een nieuw, eenvoudig, transparant en flexibel wisselkoersmechanisme voor het regelen van de verhoudingen tussen de lidstaten die aan de monetaire unie deelnemen en de overige lidstaten (resoluties van 30 november 1995 en van 18 juni 1996). Europese Centrale Bank Het dagelijks bestuur van het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) is in handen van de ECB. De Raad van Bestuur van de ECB bestaat uit de directie van de ECB en de presidenten van de centrale banken van de EU-lidstaten. De directie wordt gevormd door de president, de vice-president en vier leden. Zij voert het monetair beleid uit overeenkomstig de richtsnoeren en besluiten van de Raad van Bestuur en geeft daartoe de nodige instructies aan de nationale centrale banken. Instellingen Europese Unie: Het Europees Parlement Het Europees Parlement is de enige internationale instelling waarvan de leden democratisch, bij rechtstreekse algemene verkiezingen gekozen zijn. De 626 Parlementsleden oefenen op Europees niveau de democratische controle uit. Het Parlement vervult een essentiële rol bij de formulering, wijziging en goedkeuring van de Europese wetgeving en doet politieke voorstellen voor een verdere eenwording. Het zet zich in voor de bescherming van de mensenrechten en onderhoudt contacten met alle democratisch gekozen parlementen ter wereld. De Europese Commissie De Europese Commissie bestaat uit twintig commissarissen. Zij zijn volkomen onafhankelijk van de nationale regeringen, die hen hebben benoemd. Zij dragen een collectieve verantwoordelijkheid. De Commissie doet voorstellen voor wetgeving en maatregelen op Europees niveau. Zij ziet toe op de toepassing daarvan en coördineert de uitvoering van het beleid op de verschillende gemeenschappelijke beleidsterreinen. De benoeming van de Commissie moet worden goedgekeurd door het Europees Parlement, dat ook de bevoegdheid heeft de Commissie naar huis te sturen. Pagina 6 van 12
7 De Raad van de Europese Unie De Raad van de Europese Unie(Raad van Ministers) wordt, al naar gelang het onderwerp, gevormd door vijftien ministers, één voor elke lidstaat. (Zo bestaat de Raad van ministers van Buitenlandse Zaken uit de 15 ministers van Buitenlandse Zaken.) De Raad en het Parlement stellen de EG-wetgeving vast, op voorstel van de Europese Commissie. De Europese Raad De Europese Raad (of de Europese Top) bestaat uit de staatshoofden c.q. regeringsleiders van de lidstaten plus de voorzitter van de Europese Commissie. De Europese Raad komt minstens twee maal per jaar bijeen om het beleid van de Gemeenschap in grote lijnen uit te zetten en om in het kader van de Europese politieke samenwerking actuele internationale vraagstukken te bespreken. Het Hof van Justitie Het Hof van Justitie is het hoogste rechtscollege van de Europese Unie. Het bestaat uit vijftien rechters, die door de lidstaten in onderling overleg worden benoemd, en negen advocaten-generaal. Het Hof van Justitie ziet toe op de naleving van het recht bij de interpretatie en toepassing van de Verdragen. De Rekenkamer De Rekenkamer oefent controle uit op het financiële beheer van de EU. Zij telt vijftien leden. Het Economisch en Sociaal Comité Het Economisch en Sociaal Comité is een adviesorgaan dat bestaat uit 222 vertegenwoordigers van de verschillende sociaal-economische sectoren in 2de Unie. Het Comité van de regio's Het Comité van de regio's is een adviesorgaan dat bestaat uit 222 vertegenwoordigers van de lagere overheden, die worden aangewezen door de lidstaten. Het Comité van de regio's is de spreekbuis van de lagere overheden op Europees niveau. Vanaf 1 januari 1999 is het Europees Stelsel van Centrale Banken verantwoordelijk voor het monetaire beleid in de eurozone. Besluiten over het monetaire beleid worden genomen door de Raad van Bestuur van de ECB. Het doel van het Europese monetaire beleid is het handhaven van prijsstabiliteit in het eurogebied. Onder prijsstabiliteit wordt verstaan een stijging van de geharmoniseerde consumptieprijzen van minder dan 2% op jaarbasis. Hiertoe wordt een operationele strategie gehanteerd, die op twee pijlers rust. In de eerste plaats richt het ESCB zich op de groei van de geldhoeveelheid. De geldgroei is één van de Pagina 7 van 12
8 belangrijkste indicatoren voor de ontwikkeling van de inflatie. Voor deze groei geldt een referentiewaarde van 4½%. Afwijkingen hiervan kunnen aanleiding zijn voor een rente-aanpassing, zij het niet automatisch. Een renteverhoging leidt tot een verlaging van de geldgroei en daarmee tot minder inflatiedruk en vice versa. In de tweede plaats wordt bij het Europese monetaire beleid rekening gehouden met een aantal andere macro-economische en financiële marktvariabelen die informatie verschaffen over de toekomstige inflatie-ontwikkeling. Het ESCB voert dus geen wisselkoersbeleid (bijvoorbeeld stabilisatie van de koers van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar) omdat de eurozone een relatief gesloten economisch blok is. De drie pijlers van de EU De EU heeft drie punten waar hard aan gewerkt wordt. Eén Europese gemeenschap. Eén democratie en één economie binnen de EU. Iedereen stemt over de EU en iedereen mag handelen met iedereen. Gezamenlijk buitenlands en veiligheidsbeleid. Samen verdediging van EU beheren en vrede met landen buiten de EU behouden. Samenwerking bij rechtspraak en politie. De leden van de EU maken samen afspraken over het het asielbeleid en immigratiebeleid. Ook gaan ze meer vechten tegen de criminaliteit. Dat is nodig, omdat veel criminele organisaties internationaal werken. De eerste pijler is het belangrijkste punt. Hier gaat het vooral om het maken van één Europese munt en één Europese bank. Organisatie van het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) Het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) bestaat uit de Europese Centrale Bank (ECB) en de nationale centrale banken (NCB's) van alle 15 lidstaten van de EU. De term "Eurosysteem" wordt gebruikt om te verwijzen naar de ECB en de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro hebben ingevoerd. De nationale centrale banken van de lidstaten die geen deel uitmaken van het eurogebied hebben als lid van het ESCB echter een speciale status: aangezien het hen toegestaan is hun eigen monetaire beleid te voeren, nemen zij niet deel aan de besluitvorming met betrekking tot het gemeenschappelijke monetaire beleid voor het eurogebied en de implementatie van dergelijke besluiten. Overeenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en de Statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale bank, is het hoofddoel van het Eurosysteem het handhaven van prijsstabiliteit. Onverminderd deze doelstelling, ondersteunt het ESCB het algemene economische beleid in de Gemeenschap en handelt het in overeenstemming met het beginsel van een open markteconomie. De door het Eurosysteem uit te voeren fundamentele taken zijn: - het bepalen en ten uitvoer leggen van het monetair beleid van het eurogebied; - het verrichten van valutamarktoperaties; - het aanhouden en beheren van de officiële externe reserves van de lidstaten; en - het bevorderen van een goede werking van het betalingsverkeer. Het Eurosysteem draagt verder bij tot een goede beleidsvoering van de bevoegde autoriteiten ten aanzien Pagina 8 van 12
9 van het bedrijfseconomisch toezicht op kredietinstellingen en de stabiliteit van het financiële stelsel. De ECB heeft een adviesfunctie ten opzichte van de Gemeenschap en de nationale autoriteiten inzake aangelegenheden die onder haar bevoegdheid vallen, met name waar het gaat om communautaire of nationale wetgeving. Bovendien, teneinde de taken van het ESCB te kunnen vervullen, verzamelt de ECB, bijgestaan door de nationale centrale banken, de benodigde statistische gegevens, hetzij bij de bevoegde nationale autoriteiten hetzij rechtstreeks bij de economische subjecten. Het besluitvormingsproces in het Eurosysteem is gecentraliseerd via de besluitvormende organen van de ECB, oftewel de Raad van Bestuur en de Directie. Zolang er lidstaten zijn die de euro nog niet hebben ingevoerd, zal er tevens een derde besluitvormend orgaan, de Algemene Raad, bestaan. De Raad van Bestuur bestaat uit alle leden van de Directie en de Presidenten van de nationale centrale banken van de lidstaten zonder derogatie, d.w.z. die landen die de euro hebben ingevoerd. De hoofdtaken van de Raad van Bestuur zijn: - het goedkeuren van de richtsnoeren en het nemen van besluiten die nodig zijn om de tenuitvoerlegging van de aan het Eurosysteem toevertrouwde taken te garanderen; - het formuleren van het monetaire beleid van het eurogebied, in voorkomend geval met inbegrip van besluiten met betrekking tot intermediaire monetaire doelstellingen, de belangrijkste rentetarieven en de liquiditeitsvoorziening in het Eurosysteem, en - het opstellen van de nodige richtsnoeren voor de uitvoering van dit beleid. De Directie bestaat uit de President, de Vice-President en vier overige leden, die worden gekozen uit personen met een erkende reputatie en beroepservaring op monetair en bancair gebied. Zij worden in onderlinge overeenstemming door de regeringen van de lidstaten op het niveau van de staatshoofden en regeringsleiders benoemd op aanbeveling van de Raad van de EU die het Europees Parlement en de Raad van Bestuur van de ECB (c.q. de Raad van het Europees Monetair Instituut (EMI) voor de eerste benoemingen) vooraf heeft geraadpleegd. De belangrijkste verantwoordelijkheden van de Directie zijn: het uitvoeren van het monetaire beleid overeenkomstig de door de Raad van Bestuur van de ECB vastgestelde richtsnoeren en besluiten en daartoe de nodige instructies te geven aan de nationale centrale banken. het uitoefenen van die bevoegdheden die de Raad van Bestuur van de ECB aan haar heeft gedelegeerd. De Algemene Raad bestaat uit de President, de Vice-President en de Presidenten van nationale centrale banken van alle 15 lidstaten. De Algemene Raad voert de taken uit die de ECB heeft overgenomen van het EMI en die, vanwege de derogatie van een of meerdere lidstaten, nog in de derde fase van de Economische en Monetaire Unie (EMU) dienen te worden uitgevoerd. De Algemene Raad speelt tevens een rol bij: - de adviesfuncties van de ECB; - het verzamelen van statistische gegevens; - het opstellen van jaarverslagen; - het opstellen van de vereiste regels ter standaardisatie van de financiële administratie en verslaglegging van de door de nationale centrale banken uitgevoerde transacties; - het nemen van maatregelen verband houdend met het bepalen van de sleutel voor inschrijving op het kapitaal van de ECB, met uitzondering van de reeds in - - het Verdrag opgenomen maatregelen; - het vaststellen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel van de ECB; en - het treffen van de nodige voorbereidingen voor het onherroepelijk vaststellen van de wisselkoersen van Pagina 9 van 12
10 de valuta's van de lidstaten met een derogatie ten opzichte van de euro. Het Eurosysteem is onafhankelijk. Bij het uitvoeren van de met het Eurosysteem verband houdende taken is het aan de ECB, noch aan een nationale centrale bank, noch aan enig lid van hun besluitvormende organen toegestaan instructies te vragen aan dan wel te aanvaarden van enig extern orgaan. De instellingen en organen van de Gemeenschap alsmede de regeringen van de lidstaten mogen niet trachten de leden van de besluitvormende organen van de ECB of van de nationale centrale banken bij de uitvoering van hun taken te beïnvloeden. De Statuten voorzien in de volgende maatregelen ter zekerstelling van de benoeming van de Presidenten van de nationale centrale banken en de leden van de Directie van de ECB: - een minimum ambtstermijn van vijf jaar voor presidenten, met mogelijkheid tot herbenoeming; - een minimum ambtstermijn van acht jaar voor leden van de Directie zonder mogelijkheid van herbenoeming (hierbij dient te worden opgemerkt dat een systeem van gespreide benoemingen is gebruikt voor de leden van de eerste Directie, met uitzondering van de President, teneinde de continuïteit te waarborgen); en - ontheffing uit de functie is alleen mogelijk ingeval van handelingsonbekwaamheid of ernstig tekortschieten; in dat geval is het Europese Hof van Justitie bevoegd geschillen te beslechten. Het kapitaal van de ECB bedraagt EUR 5 miljard. De enige inschrijvers op het kapitaal van de ECB en de enige aandeelhouders van de ECB zijn de nationale centrale banken. De inschrijving op het kapitaal geschiedt volgens een sleutel vastgesteld op basis van het respectievelijke aandeel van de lidstaten in het bbp en de bevolking van de Gemeenschap. Tot dusver is er een bedrag van net onder EUR 4 miljard gestort. De nationale centrale banken van het eurogebied hebben hun respectievelijke inschrijvingen op het kapitaal van de ECB volledig voldaan. De nationale centrale banken van de niet-deelnemende lidstaten hebben 5% van hun respectievelijke inschrijvingen op het kapitaal van de ECB gestort als bijdrage aan de operationele kosten van de ECB. Bijgevolg werd een aanvangskapitaal aan de ECB gedoteerd van net onder EUR 4 miljard. Als Griekenland op 1 januari 2002 begint aan de derde fase van de EMU, zal de Griekse centrale bank de resterende 95% van haar inschrijving op het kapitaal van de ECB storten. Daarnaast hebben de nationale centrale banken van de aan het eurogebied deelnemende lidstaten de ECB van externe reserves voorzien voor een totaalbedrag van ongeveer EUR 40 miljard. De bijdrage van de afzonderlijke nationale centrale banken werden vastgesteld in verhouding tot hun aandeel in het geplaatste kapitaal van de ECB, terwijl iedere nationale centrale bank een vordering toegekend kreeg door de ECB ter grootte van haar bijdrage. 15% van de bijdragen geschiedde in goud, en de resterende 85% in Amerikaanse dollars en Japanse yen. Overeenkomstig artikel 117 (ex artikel 109 F) van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (het "Verdrag"), had het Europees Monetair Instituut (EMI) tot taak het juridische, organisatorische en logistieke kader uit te werken dat nodig was voor het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB), bestaande uit de Europese Centrale Bank (ECB) en de nationale centrale banken [EN] van de lidstaten, om in de derde fase van de Economische en Monetaire Unie (EMU) zijn taken te vervullen, en dit kader ter goedkeuring voor te leggen aan de ECB op het tijdstip van haar oprichting. Een van de hoofdtaken van het EMI bestond derhalve uit het leggen van de fundamenten voor het ESCB om het zo in staat te stellen zijn werkzaamheden te verrichten vanaf de start van de derde fase. Pagina 10 van 12
11 Krachtens de Verdragsbepalingen, heeft het EMI zich met name gericht op: - het voorbereiden van een reeks instrumenten en procedures voor het voeren van één monetair beleid in het toekomstige eurogebied, en het analyseren van potentiële monetaire-beleidsstrategieën; - het bevorderen van de harmonisatie van het verzamelen, samenstellen en verspreiden, met een voldoende mate van detaillering, van monetaire en bancaire statistieken, betalingsbalansstatistieken en andere financiële gegevens voor het eurogebied; - het ontwikkelen van het kader voor het verrichten van valutamarktoperaties, alsmede het aanhouden en beheren van de deviezenreserves van de aan het eurogebied deelnemende lidstaten; - het bevorderen van de doelmatigheid van het grensoverschrijdende betalings- en effectenverkeer ter ondersteuning van de integratie van de euro-geldmarkt, met name door het ontwikkelen van de technische infrastructuur (het TARGET-systeem) zodat het verwerken van grensoverschrijdende betalingen in euro net zo soepel verloopt als dat van binnenlandse betalingen; en - het voorbereiden van de eurobankbiljetten, met inbegrip van het ontwerp en de technische specificaties. Met het oog op het treffen van verdere voorbereidingen voor de oprichting van het ESCB, hetgeen tevens wordt uiteengezet in de Statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank (de "Statuten"), die aan het Verdrag zijn gehecht, nam het EMI de volgende taken op zich: uitwerking van de regels en werkwijzen ter harmonisatie van de financiële administratie met als doel het opstellen van een geconsolideerde balans van het ESCB voor interne en externe verslagleggingsdoeleinden; het installeren van de noodzakelijke informatie- en communicatiesystemen ter ondersteuning van de door het ESCB uit te voeren operationele- en beleidsfuncties; en het bepalen van mogelijke manieren waarop het ESCB bij zou kunnen dragen aan het door de bevoegde toezichthouders gevoerde beleid ter bevordering van de stabiliteit van kredietinstellingen en het financiële stelsel. Het EMI heeft tevens ondersteuning verleend bij de voorbereiding van nationale en communautaire wetgeving met betrekking tot de overgang naar de derde fase, met name op het gebied van monetaire en financiële wetgeving, waaronder de statuten van de nationale centrale banken. Bij de voorbereiding op de derde fase heeft het EMI bovendien met andere EU-organen samengewerkt. Hetzij krachtens een Verdragsvereiste of in reactie op een uitnodiging van de Europese Raad, heeft het EMI rapporten ingediend inzake: een scenario voor de overgang op de gemeenschappelijke munt; samenwerking ten aanzien van monetair- en wisselkoersbeleid tussen het eurogebied en andere EUlanden; en de voortgang die door lidstaten van de EU is geboekt bij de naleving van hun verplichtingen met betrekking tot het scheppen van de voorwaarden die zijn vereist voor deelname aan de Economische en Monetaire Unie (economische en juridische convergentie). Overeenkomstig de statutaire vereisten deed het EMI regelmatig verslag van de voortgang van zijn voorbereidende werkzaamheden, met name in zijn vier Jaarverslagen van 1994 t/m Bovendien heeft het EMI in januari 1997 een rapport gepubliceerd waarin de details van het operationele kader van het ESCB voor het voeren van een gemeenschappelijk monetair beleid werden uiteengezet, conform de Verdragsvereiste dat dit kader uiterlijk 31 december 1996 uitgewerkt moest zijn. In drie gevallen werden afzonderlijke rapporten gepubliceerd over de voortgang naar convergentie. Een aantal meer gespecialiseerde publicaties behandelden onderwerpen op het gebied van monetair beleid, Pagina 11 van 12
12 wisselkoersbeleid, betalings- en effectenafwikkelingssystemen, statistieken, bankbiljetten en de overgang op de euro. Samen met alle interne documenten over de door het EMI met de steun van de nationale centrale banken verrichte voorbereidende werkzaamheden, goedgekeurd door de Raad van het EMI tijdens de 45 vergaderingen die gedurende de periode van 1994 tot en met 1998 in Frankfurt am Main werden gehouden, is een groot aantal conceptuele, gedetailleerde ontwerp- en implementatieteksten aan de ECB overhandigd. Pagina 12 van 12
Praktische opdracht Economie Economische Monetaire Unie
Praktische opdracht Economie Economische Monetaire Unie Praktische-opdracht door een scholier 3907 woorden 17 juni 2004 6,1 37 keer beoordeeld Vak Economie Samenvattingen: Deelvraag 1: De Economische en
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 16.5.2007 COM(2007) 256 definitief 2007/0090 (CNS) Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD overeenkomstig artikel 122, lid 2, van het Verdrag betreffende
Nadere informatieRECHTSGRONDSLAG DOELSTELLINGEN RESULTATEN
DE INSTELLINGEN VAN DE ECONOMISCHE EN MONETAIRE UNIE De instellingen van de Europese Monetaire Unie dragen de hoofdverantwoordelijkheid voor het vastleggen van het Europese monetaire beleid, voor besluiten
Nadere informatie10889/10 VP/mg DG G I
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 juni 2010 (OR. en) 10889/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0135 (E) ECOFIN 360 UEM 209 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESLUIT VAN DE RAAD overeenkomstig
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de aanneming van de euro door Letland op 1 januari 2014
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 5.6.2013 COM(2013) 345 final 2013/0190 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de aanneming van de euro door Letland op 1 januari 2014 NL NL TOELICHTING 1. ACHTERGROND
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de aanneming van de euro door Estland op 1 januari 2011
NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 12.5.2010 COM(2010) 239 definitief 2010/0135 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de aanneming van de euro door Estland op 1 januari 2011 NL NL TOELICHTING
Nadere informatie5,2. 1.Het ontstaan van de Europese Unie. 2.Geschiedenis van de EU: Werkstuk door een scholier 1839 woorden 10 oktober keer beoordeeld
Werkstuk door een scholier 1839 woorden 10 oktober 2002 5,2 13 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer Hoofdstuk 1 1.Het ontstaan van de Europese Unie Op 18 april 1951 werd de eerste stap gezet richting een
Nadere informatieIk ga het in mijn werkstuk over de euro en de Europese Unie hebben. De volgende punten zal ik in mijn werkstuk verwerken;
Werkstuk door een scholier 2376 woorden 29 november 2001 7,3 29 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Ik ga het in mijn werkstuk over de euro en de Europese Unie hebben. De volgende punten zal ik in mijn
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN
or** ir ir * ie *ür* COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 31.12.1998 COM( 1998) 732 def. 98/0353 (CNB) Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD over de omrekeningskoersen tussen de euro
Nadere informatieRegels inzake gemeenschappelijke wisselkoersarrangementen van de euro, alsmede wijziging van enkele andere wetten.
Regels inzake gemeenschappelijke wisselkoersarrangementen van de euro, alsmede wijziging van enkele andere wetten. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE BANK
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 30.5.2000 COM (2000) 346 definitief 2000/0137 (CNS) 2000/0134 (CNS) 2000/0138 (CNB) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.3.2003 COM(2003) 114 definitief 2003/0050 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de statistische gegevens die moeten worden gebruikt
Nadere informatiePraktische opdracht Economie Euro
Praktische opdracht Economie Euro Praktische-opdracht door een scholier 1619 woorden 17 februari 2003 6,7 12 keer beoordeeld Vak Economie 1 Onderzoeksvraag. Mijn onderzoeksvraag is: Wat zijn de voor- en
Nadere informatie1. Inleiding Ik ga het in mijn werkstuk over de euro en de Europese Unie hebben. De volgende punten zal ik in mijn werkstuk verwerken;
Werkstuk door een scholier 2302 woorden 20 februari 2000 6 144 keer beoordeeld Vak Economie 1. Inleiding Ik ga het in mijn werkstuk over de euro en de Europese Unie hebben. De volgende punten zal ik in
Nadere informatie6, Het verband tussen de euro en de ecu De ecu. Werkstuk door een scholier 1684 woorden 7 december keer beoordeeld
Werkstuk door een scholier 1684 woorden 7 december 2001 6,3 18 keer beoordeeld Vak Economie De euro in de praktijk. Hoofdstuk 1: De euro. 1.1 Begrip. Sinds 1 januari 1999 hebben de deelnemers aan de Europese
Nadere informatie-...,..>. a... (do? de Commissie ingediend)
C -...,..>. a. t...,....... (do? de Commissie ingediend) Voorstel voor een besluit van de Raad [ I betreffende de statistische gegevens die moeten worden gebruikt voor de vaststelling van de verdeelsleutel
Nadere informatieEUROPESE CENTRALE BANK (ECB)
EUROPESE CENTRALE BANK (ECB) De Europese Centrale Bank is de centrale instelling van de economische en monetaire unie en zij is sinds 1 januari 1999 verantwoordelijk voor de uitvoering van het monetair
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE BANK
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.6.2006 COM(2006) 320 definitief 2006/0109 (CNS) 2006/0110 (CNB) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 22.1.2004 COM(2004) 32 definitief 2004/0009 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD over de omrekeningskoersen tussen de euro en de munteenheden
Nadere informatieRESTREINT UE. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 1.7.2014 COM(2014) 447 final 2014/0208 (NLE) This document was downgraded/declassified Date 23.7.2014 Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1993 Nr. 51. Verdrag betreffende de Europese Unie, met Protocollen; Maastricht, 7februari 1992
10 (1992) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1993 Nr. 51 A. TITEL Verdrag betreffende de Europese Unie, met Protocollen; Maastricht, 7februari 1992 B. TEKST De Nederlandse
Nadere informatieOpbouw van de Europese Monetaire Unie
Opbouw van de Europese Monetaire Unie Seminarie voor leerkrachten, NBB Brussel, 21 oktober 2015 Ivo Maes DS.15.10.441 Construct EMU 21_10_2015 NL Opbouw van de Europese monetaire unie 1. Beschouwingen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1978-1979 15 534 Wisselkoersarrangement Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage, 20
Nadere informatieWETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 over de invoering van de euro
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 19 december 2005 (OR. en) 14883/05 Interinstitutioneel dossier: 2005/0145 (CNS) UEM 205 ECOFIN 370 OC 877 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING
Nadere informatieCOMMISSE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN
***** COMMISSE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 22.12.1998 COM(1998) 801 def. 98/ 0364(CNB) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de monetaire regelingen in de Franse territoriale gemeenschappen
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.6.2011 COM(2011) 360 definitief 2011/0157 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening en de sluiting van de monetaire overeenkomst tussen de
Nadere informatieP5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol
P5_TA(2002)0269 Toekomstige ontwikkeling van Europol Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad over de toekomstige ontwikkeling van Europol en zijn volledige opneming in het institutioneel bestel
Nadere informatieEUROPESE CENTRALE BANK
13.3.2013 Publicatieblad van de Europese Unie C 73/5 III (Voorbereidende handelingen) EUROPESE CENTRALE BANK ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 19 oktober 2012 betreffende een voorstel voor een verordening
Nadere informatieHoofdstuk 24 Valutamarkt
Hoofdstuk 24 Valutamarkt Open vragen 24.1 Een valutahandelaar van een bank die in dollars handelt, krijgt op een gegeven moment de volgende gegevens op zijn beeldscherm (we gaan ervan uit dat het verschil
Nadere informatieBESLUIT VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK. van 17 november 2008. tot vaststelling van het kader voor de gezamenlijke aanbesteding van het Eurosysteem
NL BESLUIT VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 17 november 2008 tot vaststelling van het kader voor de gezamenlijke aanbesteding van het Eurosysteem (ECB/2008/17) DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE
Nadere informatieADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 25 april 2006 inzake het Nederlandse voorstel van wet op het financieel toezicht (CON/2006/20)
NL ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 25 april 2006 inzake het Nederlandse voorstel van wet op het financieel toezicht (CON/2006/20) Inleiding achtergrond en juridische basis Op 6 mei 2004 ontving
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 16.5.2007 COM(2007) 257 definitief 2007/0091 (CNB) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 in verband met
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1994 Nr. 266
15 (1965) Nr. 5 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1994 Nr. 266 A. TITEL Verdrag tot instelling van één Raad en één Commissie welke de Europese Gemeenschappen gemeen hebben, met
Nadere informatieVoorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 in verband met de invoering van de euro in Litouwen
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.6.2014 COM(2014) 325 final 2014/0169 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 in verband met de invoering van de euro
Nadere informatieGeconsolideerde TEKST
NL Geconsolideerde TEKST samengesteld door het CONSLEG-systeem van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen CONSLEG: 2000D0014 01/01/2004 Aantal bladzijden: 7 < Bureau voor officiële
Nadere informatieProcedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten
Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR De procedures in de verschillende lidstaten SAMENVATTING In de preambule van het Verdrag betreffende de Europese Unie luidt het dat één van de doelstellingen
Nadere informatieDe tekst van dit document is identiek aan die van de voorgaande versie.
Raad van de Europese Unie Brussel, 8 januari 2016 (OR. en) 8877/95 DCL 1 UEM 37 DERUBRICERING van document: d.d.: 14 juli 1995 nieuwe status: Betreft: ST 8877/95 RESTREINT Publiek Aanneming in de talen
Nadere informatieSTATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT
STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT De Regeringen van de hierna genoemde landen: De Bondsrepubliek Duitsland, Oostenrijk, België, Denemarken, Spanje, Finland, Frankrijk,
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Aanbeveling voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD
NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Aanbeveling voor een Brussel, 16.10.2009 COM(2009) 570 definitief 2009/0158 (CNB) BESCHIKKING VAN DE RAAD met betrekking tot het standpunt dat de Europese
Nadere informatieProfielwerkstuk Economie De euro en de gevolgen voor de werkgelegenheid
Profielwerkstuk Economie De euro en de gevolgen voor de werkgelegenheid Profielwerkstuk door een scholier 2839 woorden 6 maart 2002 6,2 126 keer beoordeeld Vak Economie Inleiding Op 1 Januari 2002 was
Nadere informatieBELEIDSLIJN VAN DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK INZAKE WISSELKOERSAANGELEGENHEDEN BETREFFENDE DE TOETREDENDE LANDEN
18 december 2003 BELEIDSLIJN VAN DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK INZAKE WISSELKOERSAANGELEGENHEDEN BETREFFENDE DE TOETREDENDE LANDEN I. ALGEMENE BEGINSELEN Bij toetreding tot de Europese
Nadere informatieAanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD. tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.5.2017 COM(2017) 530 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2004 (05.11) (OR. en) 14028/04 EUROPOL 50 JAI 409
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 november 2004 (05.11) (OR. en) 14028/04 EUROPOL 50 JAI 409 NOTA van: de Franse, de Duitse, de Italiaanse, de Spaanse en de Britse delegatie aan: het Comité van artikel
Nadere informatieDeel 3. Wat doet de Europese Unie? 75
DEEL 3.4 DE EURO Deel 3. Wat doet de Europese Unie? 75 3.4. DE EURO DOEL - De leerlingen/cursisten ontdekken de voordelen van het gebruik van de eenheidsmunt: wisselen van geld is niet meer nodig, je spaart
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 september 2001 (13.09) (OR. it) 11551/01 UEM 73 ECOFIN 228
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 september 2001 (13.09) (OR. it) 11551/01 UEM 73 ECOFIN 228 INGEKOMEN DOCUMENT Betreft: monetaire overeenkomst tussen de Italiaanse Republiek, namens de Europese Gemeenschap,
Nadere informatieSamenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014
P7_TA(2013)0082 Samenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014 Resolutie van het Europees Parlement van 13 maart 2013 over de samenstelling van het Europees Parlement
Nadere informatieNaslagwerk Economie van Duitsland. Hoofdstuk 9: Duitsland en de euro. 9.1 Overzicht
Naslagwerk Economie van Duitsland 9.1 Overzicht Eind jaren zestig werd in Europa hardop gesproken over een gezamenlijk economisch beleid met een gemeenschappelijke munt. In 1979 werd dit plan concreet
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de Europese Unie; (met Protocollen) Maastricht, 7 februari 1992
10 (1992) Nr. 13 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2012 Nr. 182 A. TITEL Verdrag betreffende de Europese Unie; (met Protocollen) Maastricht, 7 februari 1992 B. TEKST De Nederlandse
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Aanbeveling voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 19.2.2004 SEC(2004) 204 definitief 2004/0046 (CNB) Aanbeveling voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD met betrekking tot het standpunt dat de Gemeenschap zal
Nadere informatieWerkstuk Aardrijkskunde Europese Unie
Werkstuk Aardrijkskunde Europese Unie Werkstuk door een scholier 2970 woorden 21 maart 2005 5,4 25 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Inhoudsopgave Inleiding De geschiedenis De regeling in Europa ( organen
Nadere informatieEUROPESE CENTRALE BANK
NL Deze inofficiële versie van de Gedragscode voor de leden van de Raad van Bestuur dient uitsluitend ter informatie B EUROPESE CENTRALE BANK GEDRAGSCODE VOOR DE LEDEN VAN DE RAAD VAN BESTUUR (2002/C 123/06)
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 16.12.2003 COM(2003) 825 definitief 2003/0317 (CNS) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG ter verlenging van de
Nadere informatie5. Protocol tot vaststelling van het statuut van de. Europese Investeringsbank
De Slotakte vermeldt de verbindende protocollen en de niet-verbindende verklaringen Slotakte De CONFERENTIE VAN DE VERTEGENWOORDIGERS VAN DE REGERINGEN VAN DE LIDSTATEN, bijeen te Brussel op 30 september
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22 INFORMATIEVE NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan: het Coreper/de Raad nr.vorig doc.: 11093/04 JUSTCIV 101 Betreft:
Nadere informatieSTATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT
STATISTIEKEN VAN DE ECB EEN KORT OVERZICHT AUGUSTUS 2003 De statistieken van de Europese Centrale Bank (ECB) hebben als belangrijkste doel de ondersteuning van het monetaire beleid van de ECB en andere
Nadere informatieBEGELEIDENDE NOTA Betreft: Monetaire overeenkomst tussen de Italiaanse Republiek, namens de Europese Gemeenschap, en de Republiek San Marino
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 juli 2001 (09.07) (OR. it) 10622/01 UEM 71 ECOFIN 193 BEGELEIDENDE NOTA Betreft: Monetaire overeenkomst tussen de Italiaanse Republiek, namens de Europese Gemeenschap,
Nadere informatieVERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET ECONOMISCH EN FINANCIEEL COMITÉ
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.5.2014 COM(2014) 277 final VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET ECONOMISCH EN FINANCIEEL COMITÉ overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EU) nr. 1210/2010 van het Europees
Nadere informatieGECONSOLIDEERDE VERSIE
30.3.2010 Publicatieblad van de Europese Unie C 83/1 GECONSOLIDEERDE VERSIE VAN HET VERDRAG BETREFFENDE DE EUROPESE UNIE EN HET VERDRAG BETREFFENDE DE WERKING VAN DE EUROPESE UNIE (2010/C 83/01) 30.3.2010
Nadere informatieToetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase
Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase Opgave 1 Sinds 1 juni 1998 maakt De Nederlandsche Bank (DNB) samen met de centrale banken van andere
Nadere informatieMODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG!
MODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG! I.I De geboorte van de Europese Unie Zoals jullie waarschijnlijk wel weten zijn er de vorige eeuwen veel oorlogen in Europa geweest. Vooral de Eerste en de Tweede Wereldoorlog
Nadere informatieWie bestuurt de Europese Unie?
Wie bestuurt de Europese Unie? De Europese Unie (EU) is een organisatie waarin 28 landen in Europa samenwerken. Eén ervan is Nederland. Een aantal landen werkt al meer dan vijftig jaar samen. Andere landen
Nadere informatieBESLUIT (EU) 2017/935 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
1.6.2017 L 141/21 BESLUIT (EU) 2017/935 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 16 november 2016 betreffende de delegatie van de bevoegdheid tot vaststelling van deskundigheids- en betrouwbaarheidsbesluiten
Nadere informatieWETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Moldavië
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 juni 2000 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 99/0213 (CNS) 9028/00 LIMITE ECOFIN 137 NIS 66 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad
Nadere informatieWie bestuurt de Europese Unie?
Wie bestuurt de Europese Unie? 2 De Europese Unie (EU) is een organisatie waarin 28 landen in Europa samenwerken. Eén ervan is Nederland. Een aantal landen werkt al meer dan vijftig jaar samen. Andere
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.6.2003 COM(2003) 348 definitief 2003/0127 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD waarbij de lidstaten worden gemachtigd in het belang van de Europese
Nadere informatieWie bestuurt de Europese Unie?
Wie bestuurt de Europese Unie? De Europese Unie (EU) is een organisatie waarin 28 landen in Europa samenwerken. Eén ervan is Nederland. Een aantal landen werkt al meer dan vijftig jaar samen. Andere landen
Nadere informatie1950 De Verklaring van Schuman
Hoofdstuk 3 31 Van Gemeenschappelijke Markt tot euro 8 mei 1945 : de Tweede Wereldoorlog (1939-1945) wordt beëindigd. Europa ligt in puin. De angst voor een herhaling van een dergelijk drama brengt politici
Nadere informatieVoorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD over de invoering van de euro /* COM/96/0499 DEF - CNS 96/0250 */
Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD over de invoering van de euro /* COM/96/0499 DEF - CNS 96/0250 */ Publicatieblad Nr. C 369 van 07/12/1996 blz. 0010 Voorstel voor een verordening van de Raad
Nadere informatiePUBLIC. Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 13967/03 LIMITE JUSTCIV 208 TRANS 275
Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 29 oktober 2003 (05.11) 13967/03 LIMITE PUBLIC JUSTCIV 208 TRANS 275 NOTA van: het voorzitterschap aan: het Comité burgerlijk recht (algemene vraagstukken)
Nadere informatieAEG deel 3 Naam:. Klas:.
AEG deel 3 Naam:. Klas:. 1-Video Grensverleggend Europa; Het moet van Brussel. a-in welke Europese stad staat Jan Jaap v.d. Wal? b-beschrijf in het kort waarom een betere Europese samenwerking nodig was.
Nadere informatieOPRICHTING VAN HET ESCB DOELSTELLINGEN EN TAKEN VAN HET ESCB
PROTOCOL BETREFFENDE DE STATUTEN VAN HET EUROPEES STELSEL VAN CENTRALE BANKEN EN VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK * DE HOGE VERDRAGSLUITENDE PARTIJEN, GELEID DOOR DE WENS de statuten van het Europees Stelsel
Nadere informatieEuropa in crisis. George Gelauff. Rijksacademie voor Financiën, Economie en Bedrijfsvoering
Europa in crisis George Gelauff Rijksacademie voor Financiën, Economie en Bedrijfsvoering Opzet Baten en kosten van Europa Banken en overheden Muntunie en schulden Conclusie 2 Europa in crisis Europa veruit
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.6.2014 COM(2014) 226 final 2014/0128 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's NL NL TOELICHTING 1. ACHTERGROND
Nadere informatieBEGELEIDENDE NOTA het Praesidium de Conventie Betreft: Ontwerp-tekst van een aantal afdelingen van deel III, met toelichting
EUROPESE CONVENTIE SECRETARIAAT Brussel, 27 mei 2003 (OR. fr, en) CONV 727/03 BEGELEIDENDE NOTA van: het Praesidium aan: de Conventie Betreft: Ontwerp-tekst van een aantal afdelingen van deel III, met
Nadere informatieRAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 mei 2010 (OR. en) 9925/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0006 (NLE) SIRIS 83 SCHENGEN 42 COMIX 372
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 mei 2010 (OR. en) 9925/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0006 (E) SIRIS 83 SCHENGEN 42 COMIX 372 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: VERORDENING
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.5.2019 COM(2019) 242 final 2019/0116 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in de Raad van Ministers in te nemen standpunt met
Nadere informatieDE VERDRAGEN VAN MAASTRICHT EN VAN AMSTERDAM
DE VERDRAGEN VAN MAASTRICHT EN VAN AMSTERDAM Het Verdrag van Maastricht heeft de voorgaande Europese verdragen gewijzigd en een Europese Unie gecreëerd die rust op drie pijlers: de Europese Gemeenschappen,
Nadere informatieAanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 1.6.2012 COM(2012) 255 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot verlening van een machtiging om onderhandelingen te openen over aanpassing van de volgende overeenkomsten
Nadere informatieMandaat van het Auditcomité
ECB-OPENBAAR November 201 7 Mandaat van het Auditcomité Een Auditcomité op hoog niveau dat door de Raad van Bestuur is opgericht krachtens artikel 9b van het Reglement van orde van de ECB versterkt de
Nadere informatiePublicatieblad van de Europese Gemeenschappen. (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)
L 139/1 I (Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing) VERORDENING (EG) Nr. 974/98 VAN DE RAAD van 3 mei 1998 over de invoering van de euro DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op
Nadere informatieRICHTSNOER (EU) 2016/1993 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
L 306/32 RICHTSNOEREN RICHTSNOER (EU) 2016/1993 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 4 november 2016 tot vaststelling van de beginselen voor de coördinatie van de beoordeling krachtens Verordening (EU) nr.
Nadere informatieAanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.12.2017 COM(2017) 830 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanvulling van het Besluit van de Raad van 22 mei 2017 waarbij machtiging wordt verleend tot het
Nadere informatieEUROPESE CENTRALE BANK
25.9.2003 Publicatieblad van de Europese Unie C 229/7 EUROPESE CENTRALE BANK ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 19 september 2003 op verzoek van de Raad van de Europese Unie inzake het ontwerp-verdrag
Nadere informatieBEKNOPTE INLEIDING OP CENTRAAL BANKIEREN EN MONETAIR BELEID IN HET EUROGEBIED
BEKNOPTE INLEIDING OP CENTRAAL BANKIEREN EN MONETAIR BELEID IN HET EUROGEBIED Deze bijlage bevat een kort overzicht van het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB), het Eurosysteem en een inleiding
Nadere informatieEUROPESE CONVENTIE SECRETARIAAT. Brussel, 23 april 2003 (24.04) (OR. fr) CONV 691/03. NOTA het praesidium de Conventie
EUROPESE CONVENTIE SECRETARIAAT Brussel, 23 april 2003 (24.04) (OR. fr) CONV 691/03 NOTA van: aan: Betreft: het praesidium de Conventie Instellingen - Ontwerp-artikelen voor titel IV van deel I van de
Nadere informatieMEDEDELING VAN DE COMMISSIE
EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX [ ](2013) XXX draft MEDEDELING VAN DE COMMISSIE Uitvoering van artikel 260 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie Aanpassing van de gegevens die worden
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1998 200 Wet van 26 maart 1998, houdende nieuwe bepalingen inzake De Nederlandsche Bank N.V. in verband met het Verdrag tot oprichting van de Europese
Nadere informatie(Door de Commissie overeenkomstig artikel 189 A, lid 2, van het EG-Verdrag ingediend op 19 maart 1997)
Gewijzigd voorstel voor een VERODENING (EG) VAN DE RAAD over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten /* COM/97/0117 DEF - CNS 96/0248 */
Nadere informatieEUROPESE CENTRALE BANK
8.5.2009 Publicatieblad van de Europese Unie C 106/1 I (Resoluties, aanbevelingen en adviezen) ADVIEZEN EUROPESE CENTRALE BANK ADVIES VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 20 april 2009 inzake een voorstel
Nadere informatieONTWERP VAN TWEEDE VERSLAG
EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie begrotingscontrole 2013/2197(DEC) 3.7.2014 ONTWERP VAN TWEEDE VERSLAG over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de algemene begroting van de Europese
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET
49 (1994) Nr. 7 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2015 Nr. A. TITEL Overeenkomst inzake Partnerschap en Samen waarbij een partnerschap tot stand wordt gebracht tussen de Europese
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 13.09.2005 COM(2005) 426 definitief Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de ondertekening, namens de Europese Gemeenschap, van Verdrag nr.
Nadere informatieDe organisatie van de EU
I De organisatie van de EU 1 Inleiding De Europese Unie (EU) bestaat inmiddels uit 28 lidstaten. Nadat zes lidstaten het samenwerkingsverband begonnen, hebben de EU en haar rechtsvoorgangers verschillende
Nadere informatie(Door de Commissie ingediend op 18 oktober 1996) DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Voorstel voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD over bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten /* COM/96/0496 DEF - CNS 96/0248 */ Publicatieblad
Nadere informatieEUROPESE CENTRALE BANK
31.10.2003 L 283/81 EUROPESE CENTRALE BANK RICHTSNOER VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK van 23 oktober 2003 voor transacties van deelnemende lidstaten met hun werksaldi in buitenlandse valuta's ingevolge artikel
Nadere informatieCOMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 09.11.2005 COM(2005) 357 definitief/2 2005/045 (CNS) CORRIGENDUM: Annule et remplace la version du 02.08.2005. Concerne toutes les versions linguistiques
Nadere informatieTRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 180
47 (1997) Nr. 4 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 2004 Nr. 180 A. TITEL Overeenkomst inzake economisch partnerschap, politieke coördinatie en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap
Nadere informatieRaad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)
Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0051 (NLE) 6144/15 VOORSTEL van: ingekomen: 3 maart 2015 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: SOC 70 EMPL 31 ECOFIN 97 EDUC
Nadere informatieVoorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité
EUROPESE COMMISSIE Brussel, 11.6.2014 COM(2014) 227 final 2014/0129 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité NL NL TOELICHTING
Nadere informatie