Diversiteitscompetente supervisie

Transcriptie

1 Diversiteitscompetente supervisie De ontwikkeling van een toepasbaar model Gabriela A. Sempértegui Promovenda Universiteit van Tilburg, GZ-psycholoog i.o. Psychologisch Centrum Lambertushof & Tonny van der Steen Systeemtherapeut bij het Centrum voor Angst en Stemmingsstoornissen, GGzBreburg Tilburg

2 Hoe is het model ontstaan? Uitdaging: 1. Recht aan de diversiteitscompetentie training 2. Werkbaar voor diverse disciplines 3. Overdraagbaarheid Aanname: veel kennis, expertise in teams over diversiteit. Hoe dit te faciliteren en bevorderen

3 Kernthema s van diversiteitscompetentie Diversiteitskenmerken Intersectionaliteit / kruispuntdenken Constructie van identiteit Groepsindentiteit en sociale positie die wordt toegewezen Machtsverschillen/maatschappelijke ordeningsprincipes

4 Hulpmiddelen Diversiteitsaccronymen en matrix Social GRRAAACCEEESS (Burnham, Alvis Palma & Whitehouse, 2008) ADDRESSING (Hays, 2008) Diversiteitsmatrix (Celik, Abma, Klinge & Widdershove, 2012)

5 Social GRRAAACCEEESS Gender Race Religion Age Ability Appearance Class Culture Ethnicity Education Employment Sexuality Spirituality

6 ADDRESSING Age and generational influences Developmental disabilities Disabilities acquired later in life Religion and spiritual orientation Ethnic and racial identity Socioeconomic status Sexual orientation Indigenous heritage National origin Gender

7 Diversiteitsmatrix

8 Supervisiemodel Incidentie methode Diversiteitskenmerken/intersectionaliteit niet vanzelfsprekend Diversiteitscompetente supervisie

9 De stappen 1. Wat is je beeld van de casus? Wat zijn jouw hypothesen? Aannames expliciet maken

10 De stappen 2. Heb je vragen? Is het beeld van de casus compleet? Rekening houden met de diversiteitskenmerken (social GRRAAACCEEESS, ADDRESSING) en intersectionaliteit. Risico~ en beschermende factoren.

11 De stappen 2. Heb je vragen? Is het beeld van de casus compleet? Rekening houden met de diversiteitskenmerken (social GRRAAACCEEESS, ADDRESSING) en intersectionaliteit. Risico~ en beschermende factoren.

12 De stappen 2. Heb je vragen? Is het beeld van de casus compleet? Rekening houden met de diversiteitskenmerken (social GRRAAACCEEESS, ADDRESSING) en intersectionaliteit. Risico~ en beschermende factoren.

13 De stappen 3. Waar liggen je affiniteiten? Waar verwacht je het lastig mee te krijgen? Verbinding, identificatie, weerstand, afkeer? Therapeut reflecteert ook op eigen diversiteit; het gaat niet alleen over de andere ander. Verschillen/gelijkenissen verzwijgen/in dialoog brengen.

14 De stappen 4. Waar zie je mogelijkheden? Welke stappen zou je nog aanbevelen? Met de nieuwe kennis, vanuit je eigen discipline, welke aanpak is te adviseren? Diversiteitsaspecten en intersectionaliteit in het bijzonder faciliterende en belemmerende factoren voor de bedachte aanpak.

15 De stappen 5. Met wie gaat de inbrenger van de casus verder in gesprek? Blindevlekken zijn openingen geworden.

16 Conclusies Model is een basis Supervisie is een wederkerig proces Veel kennis in huis om te benutten Structuur en ruimte Elke training behoeft verdieping en onderhoud van het geleerde

17 Vragen Contact: Tonny van der Steen: Gabriela Sempértegui: Bedankt voor jullie aandacht!