Besluit van het Commissariaat voor de Media betreffende de toepassing van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob).

Transcriptie

1 Besluit Kenmerk: 25954/ Betreft: besluit over publicatie sanctiebesluit en beslissing op bezwaar daartegen, betreffende het verzilveren van via Esso en American Express verkregen bol.com-cadeaubonnen bij de verkoop van boeken. Besluit van het Commissariaat voor de Media betreffende de toepassing van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). a. Verloop van de procedure 1. Het Commissariaat heeft bij besluit van 12 juli 2011(kenmerk: 25328/ ), verzonden op 28 juli 2011 beslist op het bezwaar van bol.com tegen de sanctiebeschikking van 10 maart 2011 (kenmerk 24410/ ). 2. In de begeleidende brief van 28 juli 2011 (kenmerk: 25328/ ) heeft het Commissariaat meegedeeld dat alle besluiten worden gepubliceerd op de website van het commissariaat en dat, mocht bol.com van mening zijn dat in de beslissing op bezwaar bedrijfsvertrouwelijke gegevens staan, verzocht wordt dit binnen twee weken schriftelijk en gemotiveerd aan het Commissariaat kenbaar te maken. 3. Bij van 10 augustus 2011 heeft bol.com verzocht om haar veertien dagen uitstel te verlenen ten aanzien van het antwoord op de vraag of genoemde beslissing op bezwaar bedrijfsvertrouwelijke gegevens bevat. 4. Bij van donderdag 11 augustus 2011 is het gevraagde uitstel verleend. 5. Bij van 23 augustus 2011 heeft bol.com meegedeeld welke gegevens in de sanctiebeschikking en in de beslissing op bezwaar als bedrijfsvertrouwelijk beschouwd moeten worden en heeft bol.com verzocht om die gegevens niet openbaar te maken. b. Juridisch kader 6. De relevante wettelijke bepalingen zijn weergegeven in de bijlage bij dit besluit. c. Standpunt bol.com 7. Bol.com verzoekt om in beide besluiten de naam van haar wederpartijen en de naam van hun spaarprogramma s, voor zover daaruit af te leiden valt wie de wederpartij is, niet bekend te maken en ook de ingangsdatum van de betreffende contracten vertrouwelijk te behandelen.

2 8. Voorts verzoekt bol.com in haar van 23 augustus 2011 om de hierna genoemde nummers, althans de aangehaalde zinsnedes daarin niet openbaar te maken. Ten aanzien van het sanctiebesluit betreft het de volgende nummers en zinsnedes daarin. Onder 8 & 11: die afhankelijk is..afgenomen ; 19: Administratie- en.gebracht. ; 20: Bol.com betaalt.afhangt van het resultaat. ; 23: Dit kortingspercentage..aangeschaft. ; 24: helemaal; 41: De gestelde wordt verkocht.. Ten aanzien van de beslissing op bezwaar betreft het de volgende nummers en zinsnedes daarin. Onder: 13: en dat afhankelijk is.wordt afgenomen. ; 16: en dat afhankelijk is wordt afgenomen. ; 21: helemaal; 36 en 37: helemaal. d. Overwegingen Commissariaat 9. Het kader voor de beoordeling van de vraag of publicatie van de besluiten achterwege moet blijven is de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob). 10. Ingevolge het bepaalde in artikel 8, eerste lid Wob verschaft het bestuursoorgaan dat het rechtstreeks aangaat uit eigen beweging informatie over het beleid, de voorbereiding en de uitvoering daaronder begrepen, zodra dat in het belang is van een goede en democratische bestuursvoering. 11. Gezien de zienswijze van bol.com en gelet op de aard en inhoud van de betreffende besluiten dient het Commissariaat te beoordelen of daarin gegevens zoals bedoeld in artikel 10, eerste lid onder c en d Wob zijn opgenomen. Vervolgens dient te worden beoordeeld of openbaarmaking opweegt tegen een of meer van de in artikel 10, tweede lid Wob genoemde belangen. 12. Met betrekking tot artikel 10 eerste lid onder c Wob geldt bij de beoordeling dat dit artikel volgens vaste rechtspraak restrictief moet worden uitgelegd en dat van bedrijfs- en fabricagegegevens in de zin van artikel 10, eerste lid, sub c Wob slechts sprake is indien en voor zover uit die gegevens wetenswaardigheden kunnen worden gelezen of afgeleid met betrekking tot de technische bedrijfsvoering of het productieproces dan wel met betrekking tot de afzet van de producten of de kring van afnemers en leveranciers. 1 Daarbij is van belang dat ook financiële gegevens onder de reikwijdte van dat artikel kunnen vallen. Namen wederpartijen 1 ABRvS 11 maart 2009, nr /1-2 -

3 13. Het Commissariaat is het onderzoek dat heeft geleid tot het besluit en tot de beslissing op bezwaar gestart naar aanleiding van een brief van een derde, die het Commissariaat wees op de spaarprogramma s van Esso en American Express waarmee onder meer gespaard kon worden voor bol.com-cadeaubonnen. De namen van de wederpartijen van bol.com zijn daarbij niet in vertrouwelijkheid aan het Commissariaat meegedeeld. Alleen al hierom is voor wat betreft de namen van bol.coms wederpartijen de uitzonderingsgrond van artikel 10 eerste lid sub c Wob, dat immers vereist dat de gegevens vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld, niet toepasselijk. 14. Het Commissariaat stelt vast dat de namen van de wederpartijen van bol.com geen persoonsgegevens zijn zoals bedoeld in paragraaf 2 van hoofdstuk 2 van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp). Aan artikel 10, eerste lid sub d Wob is voor wat betreft de namen van de wederpartijen van bol.com dus evenmin voldaan. 15. Dat tegenover het belang van publicatie van deze gegevens belangen staan zoals genoemd in artikel 10, tweede lid Wob is het Commissariaat niet gebleken en heeft bol.com ook niet aangevoerd. Ingangsdatum contracten 16. De ingangsdatum van de contracten is, gezien het in randnummer 8 genoemde criterium, niet een gegeven zoals omschreven in artikel 10, eerste lid sub c Wob, noch is een dergelijke datum een persoonsgegeven als bedoeld in artikel 10, eerste lid sub d Wob. 17. Ook hier geldt dat van belangen zoals genoemd in artikel 10, tweede lid Wob niet is gebleken. Passages in de sanctiebeschikking 18. De door bol.com aangegeven passages in de sanctiebeschikking geven de modaliteiten van de financiële verplichtingen tussen bol.com en Esso dan wel American Express weer. Daar worden echter geen concrete bedragen, percentages en aantallen genoemd, maar wordt alleen de relatie tussen de hoogte van door bol.com verleende kortingspercentages en het aantal verkochte cadeaubonnen beschreven. Gelet hierop kan naar het oordeel van het Commissariaat, mede gelet op het uitgangspunt dat artikel 10 eerste lid sub c Wob restrictief moet worden uitgelegd, niet worden gezegd dat deze gegevens bedrijfsgegevens in de zin van dat artikel zijn. Waarom dit het geval zou zijn heeft bol.com in haar zienswijze ook niet onderbouwd. 19. Ook ten aanzien van deze gegevens geldt dat geen sprake is van persoonsgegevens als bedoeld in artikel 10 eerste lid sub d Wob, noch van belangen zoals genoemd in artikel 10, tweede lid Wob. Passages in de beslissing op bezwaar 20. Ten aanzien van de door bol.com genoemde passages in de beslissing op bezwaar geldt hetzelfde als voor de passages in de sanctiebeschikking. Daarbij overweegt het - 3 -

4 Commissariaat dat bol.com in bezwaar zelf heeft gesteld dat het toegepaste model zeer gebruikelijk is voor internetwinkels. Omdat ook in de beslissing op bezwaar geen concrete bedragen, percentages en aantallen worden genoemd, valt ook hierdoor niet in te zien dat sprake is van bedrijfsgegevens in de zin van artikel 10, eerste lid, sub c Wob. 21. Tot slot is ook met betrekking tot publicatie van de passages in de beslissing op bezwaar geen sprake van belangen als genoemd in artikel 10, eerste lid, sub d Wob of van belangen als bedoeld in artikel 10, tweede lid Wob. Belangenafweging 22. Ten aanzien van het bepaalde in artikel 10, tweede lid Wob, zoals aangehaald in de randnummers 12, 14, 16 en 19 overweegt het Commissariaat nog dat met name niet is gebleken dat er sprake is van belangen zoals bedoeld in sub e (eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer) of sub g (het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling van bij de aangelegenheid betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen personen dan wel van derden). Resumerend 23. Op grond van al het bovenstaande is de zienswijze van bol.com naar het oordeel van het Commissariaat ongegrond en zal worden besloten om de sanctiebeschikking en de beslissing op bezwaar integraal te publiceren. e. Besluit 24. Het Commissariaat besluit de sanctiebeschikking (kenmerk: 24410/ ) en de beslissing op bezwaar (kenmerk: 25328/ ) twee weken na bekendmaking van dit besluit integraal te publiceren. Hilversum, 20 september 2011 COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA, prof. dr. Tineke Bahlmann voorzitter prof. mr. dr. Madeleine de Cock Buning commissaris Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het Commissariaat voor de Media, postbus 1426, 1200 BK te Hilversum

5 Bijlage Juridisch kader Artikel 8, eeste lid Wob bepaalt dat het bestuursorgaan dat het rechtstreeks aangaat, uit eigen beweging informatie verschaft over het beleid, de voorbereiding en de uitvoering daaronder begrepen, zodra dat in het belang is van een goede en democratische bestuursvoering. Artikel 10, eerste lid, onder c Wob bepaalt dat het verstrekken van informatie ingevolge de Wob achterwege blijft voor zover dit bedrijfs- en fabricagegegevens betreft die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld. Artikel 10, eerste lid, onder d Wob bepaalt dat het verstrekken van informatie ingevolge de Wob achterwege blijft voor zover dit persoonsgegevens betreft als bedoeld in paragraaf 2 van hoofdstuk 2 van de Wbp, tenzij de verstrekking kennelijk geen inbreuk op de persoonlijke levenssfeer maakt. Artikel 10 tweede lid Wob bepaalt dat het verstrekken van informatie ingevolge de Wob eveneens achterwege blijft voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen (onder meer) de volgende belangen: a. de betrekkingen van Nederland met andere staten en met internationale organisaties; b. de economische of financiële belangen van de Staat, de andere publiekrechtelijke lichamen of de in artikel 1a, onder c en d, bedoelde bestuursorganen; c. de opsporing en vervolging van strafbare feiten; d. inspectie, controle en toezicht door bestuursorganen; e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer; f. het belang, dat de geadresseerde erbij heeft als eerste kennis te kunnen nemen van de informatie; g. het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling van bij de aangelegenheid betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen dan wel van derden