Ondermandatenregister 2016

Transcriptie

1 Ondermandatenregister 2016 behorende bij het Algemeen besluit van het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van het stadsdeel Nieuw-West d.d. 10 maart 2015 (laatste wijziging ) Inhoud Leeswijzer Algemene bevoegdheden Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer Openbare ruimte, groen en parken Afval Monumenten en archeologie Wonen Economie Milieu en duurzaamheid Wegen Parkeren Gemeentelijk vastgoed Waterbeheer Welzijn (incl. jongerenwerk) Schuldhulpverlening Maatschappelijke ondersteuning Jeugdgezondheidszorg

2 16. Vrijwilligerswerk Diversiteit en discriminatie Kunst in de openbare ruimte en buurtgebonden cultuurinitiatieven Sport Wet op de lijkbezorging Inspraak, initiatief en burgerparticipatie Subsidieverlening Vergunningverlening, toezicht en handhaving Overige gemandateerde bevoegdheden Bijlagen Bijlage 1 Overzicht (wijzigings)besluiten Bijlage 2 Ondermandaatbesluiten schuldhulverlening Bijlage 3 Ondermandaatbesluit dagelijks bestuur Nieuw-West t.b.v. de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied Bijlage 4 Ondermandaat-, en machtigingbesluit subsidiëring uitvoering schuldhulpverlening

3 Leeswijzer 1. Dit organisatieregister regelt, ondermachtiging en ondervolmacht van het dagelijks bestuur en/of de voorzitter van het dagelijks bestuur de ambtelijke organisatie. Het gaat om bevoegdheden van het algemeen bestuur, het college en de burgemeester. 2. De nummering van dit organisatieregister komt overeen met de nummering van het bevoegdhedenregister (bijlage 3 van de Verordening op de bestuurscommissies) en het mandatenregister - (laatste wijziging 29 oktober 2014, 2014/int/1448). 3. Kolom bevoegd org : Het eerstgenoemde org is het bevoegde org (ab/college/burgemeester). Met wordt geduid dat de is gemandateerd. Met wordt geduid dat de is ondergemandateerd. Als het eerstgenoemd wordt, is sprake van een door de centrale stad (raad of college) het gedelegeerde. Als het college eerstgenoemd wordt, is sprake van een waarvoor mandaat het is gegeven. Als de burgemeester eerstgenoemd wordt, is sprake van een waarvoor mandaat de voorzitter (van het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie) is gegeven. 4. Kolom soort overdracht : In deze kolom staat of het dagelijks bestuur of de voorzitter de in, ondermachtiging of ondervolmacht overdraagt een functionaris (ambtenaar). 5. Kolom : In deze kolom staat welke functionaris (ambtenaar) de in, ondermachtiging of ondervolmacht uitvoert namens het algemeen bestuur, college of burgemeester. Dit kan ook een functionaris zijn die niet werkzaam is bij het stadsdeel. 6. Kolom bijzonderheden en beperkingen : In deze kolom st bijzondere voorwaarden, beperkingen en instructies die gelden bij het gebruik van de. 7. Collegebevoegdheden die rechtstreeks RVE s en stadsdeelsecretarissen zijn gemandateerd zijn opgenomen in het Bevoegdhedenbesluit ambtelijke organisatie Amsterdam d.d. 16 december 2014 (BD ), laatste wijziging d.d. 12 juli

4 0. Algemene bevoegdheden A.1 besluiten tot het g van privaatrechtelijke rechtshandelingen van de Gemeente Amsterdam art. 160, lid 1, hef en onder e, Gemeentewet College Bestuur en Organisatie en /-leiders - overige functionarissen zoals gewezen in de Budgethoudersregeling Algemene beperkingen en voorwaarden a. geldt niet voor het oprichten of deelneming in een rechtspersoon b. financiële dekking moet wezig zijn in de vorm van een daarvoor bestemde begrotingspost c. het g van de rechtshandeling moet voortvloeien uit de de bestuurscommissie expliciet opgedragen taken en bevoegdheden d. de rechtshandelingen vinden plaats binnen stedelijke kaders, dit betekent in elk geval in lijn met de nota inkopen en besteden, de bestedingsinstructies, de nota 10 wegen, het leningen- en garantiebeleid, de nota doelgericht op afstand 2. e. het g van een rechtshandeling heeft betrekking op het verhaal van kosten van de grondexploitatie bij een ruimtelijk besluit, als bedoeld in artikel 6.24 Wro. Verdere instructies tot een maximumbedrag conform de stedelijke Budgethoudersregeling Noot 1: De ondergemandateerde is beperkt tot privaatrechtelijke rechtshandelingen: a. voor -zover het g van die rechtshandelingen voortvloeien uit de het betreffende onderdeel of functie opgedragen taak of werkzaamheden; b. tot het schaffen van goederen, het huren of leasen van bedrijfsmiddelen, het inhuren van personeel, alsmede 4

5 het vervreemden van overtollige goederen, voor zover deze goederen niet meer zijn vereist voor de bedrijfsvoering, dan wel het vervreemden van goederen die het resultaat zijn van die bedrijfsvoering, alles voor zover deze rechtshandelingen noodzakelijk zijn voor een goed en doelmatig functioneren van de het stadsdeel. c. het verlenen van advies- of onderzoeksopdrachten, voor zover deze betrekking hebben op het werkterrein van het stadsdeel of het betreffende onderdeel of functie en noodzakelijk zijn voor een goed en doelmatig functioneren van het stadsdeel. Hierbij geldt de voorwaarde dat de voor de genoemde rechtshandeling gemoeide financiële dekking wezig is in de vorm van een daarvoor bestemde begrotingspost of daarvoor beschikbaar gesteld krediet. Noot 2: Er is ook voor: Besluiten tot het g van overeenkomsten waarin wordt overgeg tot het verhuren van gemeentelijke eigendommen, indien er sprake is van een goedgekeurd vastgoed(gebieds)plan, : a. Stadsdeelsecretaris, Gebiedspoolmamanger; b. RVE-directeuren Ruimte en Duurzaamheid en Gemeentelijk Vastgoed A.2 verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen (waaronder het ondertekenen van overeenkomsten) art. 171 Gemeentewet Burgemeester Voorzitter Volmacht Bestuur en Organisatie - Afdelingszie de bijzonderheden bij nr. A.1 betreft privaatrechtelijke rechtshandelingen voortvloeiend uit de bij nr. A 1 5

6 hoofden /-leiders -overige functionarissen zoals gewezen in de Budgethoudersregeling A.3 beslissen op sprakelijkstellingen van derden art. 160, lid 1, hef en onder e, Gemeentewet College en - RVE-directeuren Voorwaarden, beperkingen, instructies als onder A1 (o.a. behandeling en afdoening van correspondentie over de genoemde bevoegdheden). A.4 besluiten om een derde sprakelijk te stellen, in gebreke te stellen in het kader van een door de bestuurscommissie ingestelde (rechts-) vordering, voor zover deze vordering, sprakelijkstelling, ingebrekestelling betrekking heeft op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissie art. 160, lid 1, hef en onder e, Gemeentewet College en - RVE-directeuren Voor een rechtsvordering uit overeenkomst zie A1, en voor een rechtsvordering uit onrechtmatige daad (en overige verbintenissen uit de wet) zie A3. 6

7 A.5 besluiten die betrekking hebben op bestuursrechtelijke geldschulden, voor zover deze betrekking hebben op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissie titel 4.4 Awb Bestuur en Organisatie en /-leiders - RVE-Directeuren A.6 beslissen op ingebrekestellingen wegens het niet tijdig beslissen, voor zover dit betrekking heeft op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissie paragraaf Awb Zie hiernaast onder algemene opmerking Algemene opmerking: De mandaatverlening omvat tevens de tot het toekennen van een dwangsom in het kader van de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen, voor zover deze betrekking heeft op het werkterrein van de afdeling (. Art 3 lid 7 Mandaatbesluit (Alg. bepalingen) Verder zijn er expliciete ondermandaten de volgende functionarissen: Bestuur en Organisatie ; Teammanagers ; Gebiedspoolmanager; - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid; - RVE-directeur Dienstverlening 7

8 - Directeur van de Geneeskundige en Gezondheidsdienst (GGD); Commandant van de Brandweer Amsterdam voor Ingebrekestellingen die verband houden met handhaving. - Rayonmanagers beheer openbare ruimte voor ingebrekestelling die verband houden met verkeer; - Manager Marktbureau, Afdelingshoofd voor ingebrekestellingen die verband houden met Markten en openbare ruimte; - Directeur Omgevingsdienst en door hem te wijzen ambtenaren die belast zijn met de uitvoering van ingebrekestellingen die verband houden met milieu; - RVE-directeur Juridisch Bureau voor ingebrekestellingen die betrekking hebben op bezwaarschriften die in behandeling zijn bij het team juridische zaken. A.7 behandelen en afdoen van klachten als bedoeld in titel 9.1 Awb, voor zover die betrekking hebben op een gelegenheid opgenomen in de takenlijst en het bevoegdhedenregister titel 9.1 Awb College ondermachtiging ; Bestuur en organisatie - Klachtencoördinator en de ondermachtiging omvat niet de verantwoordelijkheid voor een zorgvuldige klachtbehandeling. De kaders voor zorgvuldige klachtbehandeling worden vastgesteld in een stedelijke regeling A.8 vervallen vervallen vervallen vervallen vervallen vervallen 8

9 A.9 Vervangen door reproducties, en vervreemden van archiefbescheiden en opmaken van een verklaring van vervanging door reproducties, en vervreemding van archiefbescheiden art. 7, 8, eerste en tweede lid, Archiefwet art. 6, eerste en tweede lid, 7, eerste en tweede lid, 8, Archiefbesluit College mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016 A.10 overbrengen en vervroegd overbrengen van archiefbescheiden naar de gemeentelijke archiefbewaarplaats en het opmaken van een verklaring van overbrenging art. 12, eerste lid, art. 13, eerste lid, Archiefwet en art. 8, 9, eerste, tweede en derde lid, Archiefbesluit College Ondermandaat Stadsdeelsecretaris mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016 A.11 verzoeken om een machtiging van Gedeputeerde Staten om overbrenging naar de gemeentelijke archiefbewaarplaats op te schorten art. 13, derde en vierde lid, Archiefwet College Stadsdeelsecretaris mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies terugwerkende kracht tot en met 1 januari

10 A.12 opmaken van een verklaring van vernietiging van archiefbescheiden art. 8, Archiefbesluit College Stadsdeelsecretaris mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016 A.13 stellen van beperkingen de openbaarheid van archiefbescheiden art. 15, eerste en tweede lid en art. 16, tweede lid, Archiefwet en art. 10, Archiefbesluit College Stadsdeelsecretaris mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016 A.14 overdragen van archiefbescheiden van een organisatieonderdeel een ander organisatieonderdeel art. 4, onder d, van het Besluit informatiebeheer 2010 College Stadsdeelsecretaris mandaat is beperkt tot de archiefbescheiden die zien op de taken en bevoegdheden van de bestuurscommissies terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2016 A.15 besluiten om tegen een uitspraak van de bestuursrechter hoger beroep dan wel incidenteel hoger beroep in te stellen, incl. het indienen van een verzoek om een art. 8: 104, lid 2 Awb; art. 8:110, lid 1 Awb Juridisch - RVE-directeur Juridisch Bureau (was A.9) RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen van de RVE 10

11 voorlopige voorziening te treffen (inzake besluiten die op grond van een gedelegeerde zijn genomen) A.16 1)vertegenwoordigen van het algemeen bestuur bij procedures bij de bestuursrechter waarbij besluiten de orde zijn die op grond van een gedelegeerde zijn genomen machtiging 1) Stadsdeelsecretaris - RVE-directeur Juridisch Bureau (was A.10) RVE-directeur J kan /machtiging verlenen door hem te wijzen functionarissen van de RVE 2) het machtigen van vertegenwoordigers als bedoeld onder 1) 2) Stadsdeelsecretaris - RVE-directeur Juridisch Bureau en A.17 1) beslissen op verzoeken om verstrekking van informatie m.b.t. bestuurlijke gelegenheden als art. 6 Wob Bestuur en Organisatie - Afdelings- (was A.11) 11

12 bedoeld in art. 6 Wet openbaarheid van bestuur voor zover die betrekking hebben op de in dit bevoegdhedenregist er opgenomen bevoegdheden hoofden (Gebiedspool, VTH, Beheer, Afval) 2) voorbereidingshandelingen, mededelingen, buiten behandeling laten van een vraag Art 4:5 Awb jo art 3, lid 4 Wob en art 4 Wob 2) De functionaris belast met de coördinatie van verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. 3) verdagen en opschorten van de beslistermijn Art 6, lid 2, 3 en 4 3) De functionaris belast met de coördinatie van verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur. Bestuur en organisatie - en - Gebieds- RVE-directeur kan /machtiging verlenen door hem te wijzen functionarissen van de RVE 12

13 managers - RVE-directeur Juridisch Bureau 4) beslissen op het verstrekken van informatie m.b.t. een door een handhaver openbare ruimte onder verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie opgelegde sanctie wegens een verkeersovertreding. art. 6 Wob 4) Afdelingshoofd Toezicht en - Teammanager Procesuitvoering A.18 beslissen inzake het uit eigen beweging verstrekken van informatie m.b.t. bestuurlijke gelegenheden zoals bedoeld in art. 8 Wet openbaarheid van bestuur, voor zover die betrekking hebben op de in dit bevoegdhedenregist er opgenomen bevoegdheden art. 8 Wob Niet ondergemandateerd (was A.12) A.19 beslissen op bezwaarschriften tegen in van art. 7:11 Awb * (was A13) * het de stadsdeelsecretaris geldt uitsluitend voor: 1. het niet-ontvankelijk verklaren van 13

14 het genomen besluiten, gebaseerd op een het gedelegeerde of gemandateerde bezwaarschriften waarbij de bezwaarschriftencommissie een nietontvankelijk advies heeft uitgebracht (en er geen sprake is van een proceskostenvergoeding ex. Art 7:15 Awb) 2. Beslissingen op bezwaarschriften gericht tegen: - het besluit op de vraag om een Europese gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld onder J.1 en gehandicaptenparkeerplaatsen als bedoeld onder I.1.; - tegen het verwijderen van fietsen, genomen op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening; - besluiten over ontheffingverlening o.g.v. art. 87 Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 als bedoeld onder I.2 (blauwe zone-ontheffingen). behandeling vindt plaats overeenkomstig de Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften. Nemen van verdagingsbesluiten in het kader van klachtenbehandeling Artikel 9:11, lid 2 Awb ; Bestuur en organisatie - Klachtencoördinator (was A.14) A.21 Doorzenden van bezwaar- en beroepschriften Artikel 6:15 Awb - RVE-directeur (was A.15) met inachtneming van de bepalingen in de Verordening 14

15 Juridisch Bureau behandeling bezwaar- en beroepschriften RVE-directeur kan /machtiging verlenen door hem te wijzen functionarissen van de RVE A.22 Nemen van verdagingsbesluiten m.b.t. de behandeling van bezwaarschriften Artikel 7:10, lid 3 Awb - RVE-directeur Juridisch Bureau (was A.16) met inachtneming van de bepalingen in de Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften RVE-directeur kan /machtiging verlenen door hem te wijzen functionarissen van de RVE A.23 Het bevestigen van verder uitstel Artikel 7:10, lid 4 Awb - RVE-directeur Juridisch Bureau (was A.17) met inachtneming van de bepalingen in Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften RVE-directeur kan /machtiging verlenen door hem te wijzen functionarissen van de RVE A.24 Beslissen op een verzoek om in te stemmen met rechtstreeks beroep bij de administratieve rechter Artikel 7:1a Awb - RVE-directeur Juridisch Bureau (was A.18) RVE-directeur kan /machtiging verlenen door hem te wijzen functionarissen van de RVE 15

16 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer Algemene beperkingen: 1. Mandaat en geldt niet voor stedelijke gebieden, projecten en belangen, zoals nader gegeven op bij dit register behorende kaart nr Mandaat en is beperkt tot projecten tot maximaal 5 miljoen (investering of opbrengst waarbij de hoogste maatgevend is) dan wel tot projecten waarvan de voorbereiding en uitvoering bij afzonderlijk besluit de bestuurscommissie is toebedeeld (minder complexe projecten). 3. Als op grond van onderdeel 7 (Milieu en duurzaamheid) de bevoegdheden o.g.v. de Wabo en milieuregelgeving bij het college blijven, dan blijven de bevoegdheden genoemd in de onderdelen B.12 tot en met B.17 ook bij het college en vindt er dus ook geen mandaatverlening plaats het 4. Ingeval van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) blijven de bevoegdheden genoemd onder B.12 tot en met B.17 ook bij het college en vindt er dus geen mandaatverlening plaats het. 5. Mandaat en geldt niet als de vergunningverlening betrekking heeft op tunnels. B.1 doen van een kennisgeving van het voornemen een bestemmingsplan voor te bereiden art , lid 1 Besluit ruimtelijke ordening B.2 plegen van vooroverleg art , lid 1 Besluit ruimtelijke ordening College College -Stadsdeelsecretaris - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid. - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid College 16

17 B.3 plegen van vooroverleg i.v.m. voorbereiden van het vaststellen van een wijzigingsplan art. 3.9a Wet Stadsdeelsecretaris ruimtelijke ordening, art. - Gebiedspoolmanager 3.1.1, lid 1 Besluit - RVE-directeur ruimtelijke Ruimte en ordening Duurzaamheid B.4 plegen van vooroverleg i.v.m. voorbereiden van het vaststellen van een uitwerkingsplan art. 3.9a Wet ruimtelijke ordening, art , lid 1 Besluit ruimtelijke ordening College - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid B.5 besluiten tot het stellen van nadere eisen art. 3.6, lid 1, hef en onder d en lid 4 Wet ruimtelijke ordening N.v.t. B.6 beslissen tot het toepassen van de coördinatieregeling art. 3.30, lid 2 en lid 3 en art Wet ruimtelijke ordening of College mandaat/ Stadsdeelsecretaris - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid soort overdracht is afhankelijk van en volgt de van de te coördineren bevoegdheden Voor zover een van de te coördineren besluiten een bestemmingsplan, wijzigingsplan, uitwerkingsplan of omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, 17

18 onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) betreft, heeft mandaat uitsluitend betrekking op: de beslissing om de coördinatieregeling toe te passen beslissingen en handelingen die samenvallen/samenlopen met beslissingen in het kader van de voorbereiding van het bestemmingsplan, wijzigings- en uitwerkingsplan en projectafwijkijkingsbesluit B.7 1) beslissen op vragen voor het verkrijgen van een vergoeding voor planschade (incl. sluiten van een overeenkomst) art. 6.1 (m.u.v. het bepaalde onder lid 2, hef en onder a) en 6.4a Wet ruimtelijke ordening, art en Besluit ruimtelijke ordening 2) Geen mandaat geldt alleen als het schadeveroorzakend besluit door de bestuurscommissie genomen is 2) Het buiten behandeling stellen van een verzoek om planschade, als het verzoek niet voldoet enig wettig voorschrift voor het in behandeling nemen of als de ingediende 2) Wet ruimtelijke ordening, artikel 6.1 jo artikel 4:5 Algemene wet bestuursrecht 2) Stadsdeelsecretaris - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid 18

19 stukken onvoldoende zijn voor de beoordeling van het verzoek. 3) Aanwijzen van een adviseur en opdracht verstrekken om een advies uit te brengen over een planschadeverzoek Gemeentewet, artikel 160 lid 1 sub e en Procedurereg eling planschadever ordening 3) Stadsdeelsecretaris - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid B.8 verbinden voorschriften exploitatiebijdrage omgevingsvergunning en stellen termijn exploitatiebijdrage art Wet ruimtelijke ordening Vergunningen - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.9 stilleggen bouw bij niet voldoen betalen exploitatiebijdrage art. 6.21, lid 1, Wet ruimtelijke ordening - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend 19

20 Ruimte en Duurzaamheid B.10 invorderen exploitatiebijdrage bij dwangbevel art. 6.21, lid 2, Wet ruimtelijke ordening - Gebiedspoolmanager - RVE-directeur Ruimte en Duurzaamheid - en mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.11 geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning bij niet betalen van exploitatiebijdrage art. 6.21, lid 3, Wet ruimtelijke ordening Vergunningen en mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.11a het opnemen van de in artikel 6.24 Wro genoemde bepalingen in (anterieure en posterieure) art Wet ruimtelijke ordening en art Besluit College Ondermandaat/- machtiging 20

21 overeenkomsten; het publiceren van de kennisgeving van de overeenkomst; het ter inzage leggen van een zakelijke beschrijving van de inhoud van de overeenkomst. ruimtelijke ordening B.12 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) art. 2.1, lid 1, hef en onder a, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo B.13 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van art. 2.1, lid 1, hef en onder b, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, 21

22 een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, in gevallen waarin dat bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit is bepaald (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) art. 2.22, art. 2,23, art. 2.24, 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo B.14 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan, een beheersverordening, een exploitatieplan, de regels gesteld krachtens art. 4.1, lid 3 art. 2.1, lid 1, hef en onder c, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.12, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art art. 2.24, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, mandaat geldt niet als sprake is van een vraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit)* * college waarvoor mandaat is verleend de stadsdeelsecretaris 22

23 of art. 4.3, lid 3 van de Wet ruimtelijke ordening of een voorbereidingsbesluit voor zover toepassing is gegeven art. 3.7, lid 4, tweede volzin, van die wet (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) art. 3.11, art. 3.12, art Wabo B.15 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk met het oog op de brandveiligheid bij algemene maatregel van bestuur gewezen categorieën gevallen (brandveilig gebruik) (incl. weigeren, art. 2.1, lid 1, hef en onder d, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art

24 wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) Wabo B.16 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) art. 2.1, lid 1, hef en onder g, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo B.16a beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsart. 2.1, lid 1, hef en onder h, art. 24

25 vergunning voor het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo B.16b beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) art. 2.2, lid 1, hef en onder c, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo juncto art. 21 Erfgoedverord Wijzigingen m.b.t. de Erfgoedverordening treden in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari

26 ening 2013 B.16c beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het maken, hebben of veranderen van een uitweg of het gebruik daarvan te veranderen (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) art. 2.2, lid 1, hef en onder e, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.20, lid 1, art. 2.22, art. 2.23, art. 2.24, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo juncto art. 3 garageverordening mandaat geldt niet als sprake is van een vraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit*) * college waarvoor mandaat is verleend de stadsdeelsecretaris B.16d afhandelen van een sloopmelding en stellen en wijzigen van voorschriften. art t/m 1.30 Bouwbesluit

27 B.17 vervallen vervallen vervallen vervallen vervallen vervallen B.18 intrekken van een omgevingsvergunning art. 2.33, art Wabo mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.19 beslissen tot het nemen van verhaal op de krachtens art. 4.1 Wabo gestelde financiële zekerheid bij niet-nakoming verplichting (incl. invorderen bij dwangbevel) art. 4.1, lid 3 Wabo mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.20 beslissen op verzoeken tot toekennen van een naar billijkheid te art. 4.2 Wabo mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend 27

28 bepalen vergoeding in de gevallen genoemd in art. 4.2, lid 1 Wabo B.20a afhandelen gebruiksmelding alsmede stellen en wijzigen nadere voorwaarden art t/m 1.22 Bouwbesluit 2012 mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.21 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing geluidhinder bij bouwen sloopwerkzaamheden hoofdstuk 8 Bouwbesluit 2012 mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend 28

29 B.22 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing trillingshinder bij bouw- en sloopwerkzaamheden hoofdstuk 8 Bouwbesluit 2012 mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.23 beslissen dat het uiterlijk van de bouwwerken genoemd in artikel 12, lid 1, hef en onder a en b in ernstige mate in strijd is in met redelijke eisen van welstand, beoordeeld naar de criteria opgenomen in de welstandsnota, bedoeld in artikel 12, eerste lid,, 12a, eerste lid, onderdeel b Woningwet art. 12, lid 1, en 12a, eerste lid, onderdeel b Woningwet Zie ook X.8 en X.10 B.24 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing van in het Bouwbesluit art. 6, lid 2, art. 2, lid 2 en 3 Woningwet mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend 29

30 gegeven voorschriften omtrent het slopen of het uitvoeren van bouw- of sloopwerkzaamheden, voor zover dat bij of krachtens Bouwbesluit is toegest B.25 verlenen van de verklaring (als bedoeld in art. 2.4 Wabo) waarin wordt verklaard dat de omgevingsvergunning voor bouwen wordt verleend als de ontheffing van het Bouwbesluit door de minister wordt verleend art. 7, lid 2 Woningwet mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend B.26 het bij omgevingsvergunning expliciet toest een bouwwerk te bouwen, dan wel deel daarvan in stand te laten voor zover daarbij niet wordt vold de op dat bouwen van art. 7b, lid 1 en 2 art 8, lid 2 en lid 5 Woningwet mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend 30

31 toepassing zijnde voorschriften in de Bouwverordening omtrent het tegeng van het bouwen van een bouwwerk op verontreinigde bodem alsmede de bouwverordening kan voorschriften bevatten van stedenbouwkundige aard. B.27 vervallen (opleggen gedoogplicht brengen, onderhouden, wijzigen of verwijderen NAPpeilmerken een bouwwerk of gebouw) vervallen vervallen vervallen vervallen B.28 vaststellen standplaatsen en ligplaatsen en de afbakening van panden, verblijfsobjecten, standplaatsen en ligplaatsen art. 6, lid 2 en lid 3 Wet basisregistrati es adressen en gebouwen (BAG) en art. 4, lid 1, hef en onder c, mandaat geldt alleen als de omgevingsvergunning door de bestuurscommissie is verleend 31

32 Verordening op de vastgoedregistratie Amsterdam 2011 B.29 vervallen vervallen vervallen vervallen vervallen vervallen B.30 wijzingen geven voor het brengen van naamborden art. 5 Verordening op de vastgoedregistratie Amsterdam 2011, B.31 wijzingen geven voor het brengen van (huis)nummerborden op objecten door rechthebbenden art. 6 Verordening op de vastgoedregistratie Amsterdam 2011 Niet gemandateerd N.v.t. 32

33 2. Openbare ruimte, groen en parken Algemene beperking: mandaat is beperkt tot situaties die zich geheel binnen de grenzen van een stadsdeel voordoen C.4 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het vellen of doen vellen van een houtopstand (incl. weigeren, wijzigen, stellen van voorschriften, houden beslissing, overdracht, verlengen beslistermijn en alle voorbereidende en uitvoerende besluiten) art. 2.2, lid 1, hef en onder g, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo juncto art. 3, eerste lid Bomenverord ening 2014 a. zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer b. delegatie geldt niet indien sprake is van een vraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) C.4a alle overige besluiten ter uitvoering van de Bomenverordening, met uitzondering van de wijzing van toezichthouders Bomenverordening 2014 Vergunningen, 33

34 Beheer C.5 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing om voorwerpen te brengen boven of over de weg of vast te maken bomen of objecten die zijn bestemd voor of gebruikt worden ten behoeve van de openbare dienst art. 4.2, lid 2, APV Vergunningen C.6 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een vergunning om voorwerpen of stoffen op,, in of boven de weg te plaatsen, te brengen, te hebben of te storten art. 4.3, lid 1, APV, - RVE-directeur Dienstverlening RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen C.7 het stellen van nadere regels en het wijzen van wegen en weggedeelten als art. 4.5, lid 2 en lid 3, APV Niet gemandateerd N.v.t. 34

35 bedoeld in art. 4.5 APV C.8 1. wijzen van plakobjecten voor het brengen van meningsuitingen die geen reclame zijn; 2. stellen van nadere regels voor het gebruik van de gewezen plakobjecten art. 4.8, lid 1 en lid 4, APV Niet gemandateerd N.v.t. C.9 1. beoordelen van mededelingen inzake de toelaatbaarheid van reclame onroerende zaken; art APV stellen van nadere regels over de toelaatbaarheid van reclame roerende zaken; 3. vaststellen van de vereisten waar een 2. niet gemandateerd 3. niet gemandateerd 35

36 mededeling moet voldoen C.10 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het maken van reclame op of de weg art. 4.11, lid 3, APV - RVE-directeur Dienstverlening RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen C.11 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het verspreiden van voorwerpen voor reclamedoeleinden art. 4.12, lid 2, APV - RVE-directeur Dienstverlening RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen C.12 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor werkzaamheden op of in de weg art. 4.13, lid 2, APV 36

37 - RVE-directeur Dienstverlening RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen C.13 geven van de afmetingen waarbinnen beplantingen op of in de weg moeten worden teruggebracht art. 4.14, lid 2, APV -Stadsdeelsecretaris Toeicht en C.14 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van voertuigen van autobedrijven e.d. art. 4.20, lid 2, APV Vergunningen C wijzen van weg of weggedeelten waarop het verboden is voertuigen te koop te bieden; 2. beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het te koop bieden van voertuigen art. 4.21, lid 3, APV 1. niet gemandateerd n.v.t. 2. Stadsdeelsecretaris 37

38 C.16 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van reclamevoertuigen art. 4.23, lid 2, APV - RVE-directeur Dienstverlening RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen C.17 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van grote voertuigen art. 4.24, lid 3, APV C.18 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor het parkeren van caravans e.d. art. 4.25, lid 3, APV 1) art. 4.27, lid 1, 2 en 4 APV 1) 1) C.19 1) uitoefenen bevoegdheden inzake het parkeren van fietsen, bromfietsen en gehandicapten- Stadsdeelsecretaris 38

39 voertuigen 2) wijzen van gebieden waarin fietsen of bromfietsen uitsluitend in een daarvoor bestemde voorziening mogen worden geparkeerd 2) art. 4.27, lid 3, APV 2) Niet gemandateerd 2) N.v.t. C.20 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het gebruik van explosieven art. 5.4, lid 1, APV C.21 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor veroorzaken hinder door toestellen, geluidsapparatuur en machines in werking te hebben of andere handelingen te verrichten art. 5.5, lid 2, APV - RVE-directeur Dienstverlening RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen mandaat heeft uitsluitend 39

40 C.22 wijzen van ten hoogste twaalf dagen of delen van dagen per kalenderjaar waarop de in artikel Activiteitenbesluit opgenomen geluid- en lichthindervoorschriften ten behoeve van incidentele festiviteiten en activiteiten binnen een inrichting voor sportactiviteiten niet van toepassing zijn art. 5.6, lid 3 Burgemeester Niet ondergemandateerd onder b, APV Voorzitter betrekking op inrichtingen in de zin van art. 1.1, vierde lid Wet milieubeheer, die op 1 januari 2013 niet behoren tot een categorie van inrichtingen waarvoor een vergunning is benodigd op grond van artikel 2.1 lid 1 onder e Wabo C.22 a C.22 b wijzen van ten hoogste twee dagen of delen van dagen per kalenderjaar waarop de in het Activiteitenbesluit Opgenomen geluidsvoorschriften ten behoeve van incidentele festiviteiten binnen een inrichting voor horeca-activiteiten niet van toepassing zijn. wijzen van ten hoogste twaalf dagen of delen van dagen per kalenderjaar waarop de in het art. 5.6, lid 2 onder c, APV art. 5.6 lid 2 onder d, APV Burgemeester Voorzitter Burgemeester Voorzitter Niet ondergemandateerd Niet ondergemandateerd Bevoegdheid voorzitter heeft uitsluitend betrekking op inrichtingen in de zin van art. 1.1, vierde lid Wet milieubeheer, die op 1 januari 2013 niet behoren tot een categorie van inrichtingen waarvoor een vergunning is benodigd op 40

41 Activiteitenbesluit opgenomen geluidsvoorschriften ten behoeve van Incidentele festiviteiten binnen een inrichting voor sport- en recreatieinrichtingen niet van toepassing zijn. grond van artikel 2.1 lid 1 onder e Wabo C wijzen van plaatsen waar met een motorvoertuig of een bromfiets een wedstrijd mag worden gehouden; 2. stellen van regels over het gebruik van de onder punt 1 bedoelde plaatsen art. 5.8, lid 2, APV Niet gemandateerd N.v.t. C wijzen van groenvoorzieningen waarin het verboden is zich daarin te bevinden; 2. beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor gebruik groenvoorzieningen art. 5.9, lid 1, lid 2 en lid 3, APV 1. niet gemandateerd 2. Mandaat ad 2 beperkt tot: Verkrijgen van ontheffing van het tijdelijke verbod zich te bevinden in openbare groenvoorzieningen vanwege het inzaaien van gras 41

42 C.25 wijzen van plaatsen waarop de opruimplicht voor uitwerpselen van honden niet van kracht is art. 5.12, lid 2, onder a, APV Niet gemandateerd N.v.t. C.26 wijzen van plaatsen waar het lijngebod voor honden niet van kracht is art. 5.13, lid 3, APV Niet gemandateerd N.v.t. C.27 wijzen van plaatsen waar het verboden is voor honden art APV Niet gemandateerd N.v.t. C.28 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een ontheffing voor de verkoop van duivenvoer art. 5.16, lid 3, APV C.29 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het uitvoeren van werkzaamheden in de openbare ruimte (incl. houden, intrekken en overschrijven) art. 8, lid 1, art. 9, art. 14. art. 19 en art. 21 Verordening werken in de open-bare ruimte (WIOR) - RVE-directeur mandaat geldt niet als de openbare ruimte betrekking heeft op het hoofdnet auto of het hoofdnet rail RVE-directeur kan verlenen door 42

43 Dienstverlening hem te wijzen functionarissen C.30 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een instemmingsbesluit voor het uitvoeren van werkzaamheden in of op openbare gronden in verband met de leg, instandhouding of opruiming van kabels art. 5.4, lid 1, hef en onder b, Telecommunicatiewet -Afdelingshoofd - RVE-directeur Dienstverlening mandaat geldt niet als de openbare ruimte betrekking heeft op het hoofdnet auto of het hoofdnet rail RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen C wijzen van wegen waarop het verboden is zich op of de weg op te houden met het kennelijke doel anderen te bewegen een abonnement te nemen op een krant, blad of andere publicatie, een steunver-klaring te geven, om lid of donateur te worden van een organisatie of om deel te nemen een onderzoek of enquête; 2. beslissen op vragen voor het art. 2.50, lid 3 en lid 4 APV 1. niet gemandateerd 2. 43

44 verkrijgen van een ontheffing voor het bieden van diensten op de openbare weg Vergunningen - RVE-directeur Dienstverlening RVE-directeur kan verlenen door hem te wijzen functionarissen 44

45 3. Afval D.1 besluiten dat inzameling van huishoudelijke afvalstoffen nabij elk perceel plaatsvindt art. 4, lid 2 Afvalstoffenverordening 2009 Niet gemandateerd N.v.t. D.2 besluiten dat huishoudelijke afvalstoffen minder vaak dan 1 keer per week worden ingezameld art. 4, lid 3 Afvalstoffenverordening 2009 Niet gemandateerd N.v.t. D.3 wijzen met behulp van welk al dan niet van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel of met behulp van welke inzamelvoorziening de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt art. 4, lid 4 Afvalstoffenverordening 2009 Niet gemandateerd N.v.t. D.4 stellen van regels art. 8, lid 3 Niet gemandateerd N.v.t. 45

46 omtrent het gebruik van een van gemeentewege verstrekt inzamelmiddel Afvalstoffenverordening 2009 D.5 stellen van regels omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen moeten worden geboden art. 8, lid 4 Afvalstoffenverordening 2009 Niet gemandateerd N.v.t. D.6 vaststellen van de dagen en tijden waarop categorieën huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling mogen worden geboden art. 9, lid 1 Afvalstoffenverordening 2009 Niet gemandateerd N.v.t. D.7 stellen van regels omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling bieden van huishoudelijke afvalstoffen de inzameldienst of andere inzamelaars art. 10, lid 1 Afvalstoffenverordening 2009 Niet gemandateerd N.v.t. D.8 stellen van regels art. 14, lid 3 Niet gemandateerd N.v.t. 46

47 omtrent de dagen, tijden, wijzen en plaatsen waarop de krachtens artikel 13 gewezen bedrijfsafvalstoffen de inzameldienst ter inzameling kunnen worden geboden Afvalstoffenverordening

48 4. Monumenten en archeologie Algemene beperking:als op grond van onderdeel 7 (Milieu en duurzaamheid) de bevoegdheden o.g.v. de Wabo en milieuregelgeving bij het college blijven, dan blijven de bevoegdheden genoemd in dit onderdeel ook bij het college en vindt er dus ook geen mandaatverlening plaats het Wijzigingen m.b.t. de Erfgoedverordening treden in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2016 E.1 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar wordt gebracht art. 2.1, lid 1, hef en onder f, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo b. zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer c. mandaat geldt niet indien sprake is van een vraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) E.2 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een gemeentelijk monument art. 2.2, lid 1, hef en onder b, art. 2.5, art. 2.6, art. 2.25, lid 3, art. 2.26, art. 2.29, art. 2.31, art. 3.1 t/m a. zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer b. mandaat geldt niet indien sprake is van een vraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) 48

49 of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een gemeentelijk monument op een dusdanige wijze waardoor het wordt ontsierd of de monumentale waarden in gevaar worden gebracht 3.6, art. 3.8, art. 3.9, art. 3.10, art. 3.11, art. 3.12, art Wabo juncto art. 10 Erfgoedverordening Amsterdam E.3 intrekken van een omgevingsvergunning voor het verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument of gemeentelijke monument of het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument of gemeentelijk monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar wordt gebracht art Wabo en art.14 Erfgoedverord ening Amsterdam - zie algemene beperkingen nummer 3, 4 en 5 genoemd bij onderdeel 1. Gebiedsontwikkeling en ruimtelijk beheer - mandaat geldt niet indien sprake is van een vraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, artikel 2.10 en artikel 2.12, eerste lid, hef en onder a, onder 3º Wabo (projectafwijkingsbesluit) E.4 toepassen van de artikelen 3:11 tot en met 3:17 van de Awb ten behoeve van een door de minister te nemen besluit art. 14a Monumenten wet

50 op een vraag voor een vergunning voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een archeologisch monument dan wel een vergunning voor het herstellen, gebruiken of te laten gebruiken op een wijze, waardoor het archeologisch monument wordt ontsierd of in gevaar gebracht van een archeologisch monument E.5 1) wijzen, intrekken en wijzigen van een wijzing van een gemeentelijk monument art. 3, lid 1, art. 8, lid 1 en art. 9, lid 1, Erfgoedverordening Amsterdam Niet gemandateerd N.v.t. 2) voorbereiding besluit als bedoeld onder 1) 2) Afd. 3.4 Awb 2) 2) mandaat 2) Niet ondergemandateerd 2) Het mandaat geldt voor het opstellen van het ontwerpbesluit, behandeling zienswijze. Tenslotte gaat het over tot het al dan niet nemen van een besluit tot wijzing, intrekken en wijzigen van een gemeentelijk monument E.6 bepalen dat een art. 3, lid 4, - Stadsdeel- 50

51 beschrijving wordt opgesteld van het beoogde te wijzen gemeentelijk monument Erfgoedverordening secretaris -Gebiedspool- Amsterdam manager E.7 bepalen dat een gemeentelijk monument gedocumenteerd moet worden art. 9, lid 5, Erfgoedverordening Amsterdam - Gebiedspoolmanager E.8 beslissen op vragen voor het verkrijgen van nadeelcompensatie art. 25 Erfgoedverordening Amsterdam Niet ondergemandateerd 51

52 E.9 wijzen van stads- en dorpsgezichten als gemeentelijk stads- en dorpsgezicht art. 16 Erfgoedverordening Amsterdam Niet gemandateerd N.v.t. zie ook E.13 E.10 registreren van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten op de lijst van gemeentelijke stadsen dorpsgezichten art. 17 Erfgoedverordening Amsterdam - Gebiedspoolmanager E.11 wijzigen van de wijzing van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten art. 18 Erfgoedverordening Amsterdam Niet gemandateerd N.v.t. E.12 intrekken van de wijzing van gemeentelijke stads- en dorpsgezichten art. 19 Erfgoedverordening Amsterdam Niet gemandateerd N.v.t. E.13 reageren op een voornemen tot wijzing van stads- en dorpsgezichten als gemeentelijk stads- en dorpsgezicht of wijziging art. 16 en 18 Erfgoedverordening Amsterdam College N.v.t. zie ook E.9 52

53 van een wijzing als gemeentelijk stads- en dorpsgezicht E.14 het nemen van een selectiebesluit conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie art. 24, lid 1 Erfgoedverord ening Amsterdam n.v.t. de RVE Monumenten en Archeologie stelt vast of een archeologisch rapport (artikel 39, lid 2 van de Monumentenwet) voldoet de kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie en het Kwaliteitshandboek van de afdeling Archeologie van de RVE Monumenten en Archeologie. De RVE Monumenten en Archeologie stelt de hand van een archeologisch rapport ook het selectiebesluit op E.15 het vaststellen van een programma van eisen conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie art. 24, lid 3 Erfgoedverord ening Amsterdam n.v.t. E.16 het vaststellen of een bouwhistorisch onderzoek of rapport voldoet de Richtlijnen Bouwhistorisch Onderzoek art. 1, lid 1 en artikel 3, lid 4 Erfgoedverord ening Amsterdam - Gebiedspoolmanager 53

54 54

55 5. Wonen Wijzigingen m.b.t. de Huisvestingsverordening treden in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2016 F.1 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een onttrekkingsvergunning alsmede het overschrijven van een vergunning art. 21, lid 1, onder a, Huisvestingswet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsv erordening Amsterdam 2016 de om te handhaven op grond van artikel 30 van de Huisvestingswet valt niet onder de van de bestuurscommissie F.2 intrekken van een (tijdelijke) onttrekkingsvergunning art. 26 Huisvestingswet 2014 en art van de Huisvestingsv erordening Amsterdam

56 F.3 vervallen beslissen op vragen voor het verkrijgen van een tijdelijke onttrekkingsvergunning ten behoeve van short stay, alsmede het intrekken en overschrijven van een verleende vergunning vervallen art. 30, lid 1, onder a, Huisvestingswet en art. 38 Regionale huisvestingsverordening Amsterdam 2013 F.4 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een samenvoegingsvergunning alsmede het overschrijven van een vergunning art. 21, lid 1, onder b, Huisvestingswet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsv erordening Amsterdam 2016 de om te handhaven op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet valt niet onder de van de bestuurscommissie F.5 intrekken van een samenvoegingsvergunning art. 26 Huisvestingswet 2014 art van de Huisvestingsv erordening 56

57 Amsterdam 2016 F.6 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een omzettingsvergunning alsmede het overschrijven van een vergunning F.7 intrekken van een omzettingsvergunning art. 21, lid 1, onder c, Huisvestingswet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsv erordening Amsterdam 2016 art. 26 Huisvestingswet 2014 art van de Huisvestingsv erordening Amsterdam 2016 de om te handhaven op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet valt niet onder de van de bestuurscommissie F.8 beslissen op vragen voor het verkrijgen van art. 21, lid 1, onder d, van de om te handhaven op grond van artikel 21 van de Huisvestingswet valt niet onder de 57

58 een vergunning voor woningvorming alsmede het overschrijven van een vergunning de Huisvestings- wet 2014 en hoofdstuk 3, afdeling I, paragrafen 1 tot en met 3 van de Huisvestingsv erordening Amsterdam 2016 van de bestuurscommissie F.9 intrekken van een vergunning voor woningvorming art. 26 Huisvestingswet 2014 art van de Huisvestingsv erordening Amsterdam 2016 F.10 beslissen op vragen voor het verkrijgen van een splitsingsvergunning alsmede het overschrijven van een vergunning art. 22 Huisvestingswet 2014ergen Hoofdstuk 4, afdeling I, paragrafen 4 58