PIJNBESTRIJDING BIJ DE BEVALLING: INVLOED VAN MEDICATIE OP DE FOETUS 1

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "PIJNBESTRIJDING BIJ DE BEVALLING: INVLOED VAN MEDICATIE OP DE FOETUS 1"

Transcriptie

1 Tijdschr. voor Geneeskunde, 57, nr. 13, 2001 PIJNBESTRIJDING BIJ DE BEVALLING: INVLOED VAN MEDICATIE OP DE FOETUS 1 L. GOOSSENS 2, 3, K. SMETS 2, A. ZECIC 2, P. VANHAESEBROUCK 2 Inleiding Pijn en angst tijdens de arbeid veroorzaken hoge catecholaminespiegels met een verminderde uteruscontractiliteit, een langere arbeid en mogelijk vertraging van de hartfrequentie tot gevolg (1). Door baringspijn treden secundair hypocarbie en hypoxemie op, wat aanleiding geeft tot vernauwing van uteriene vaten. Een goede (regionale) pijnstilling (zoals de epidurale anesthesie, toegepast sedert 1949) om de arbeidspijn te bestrijden, zorgt voor een betere samenwerking van de moeder die het bewustzijn bewaart en voor een betere placentale doorbloeding met hogere zuurstofsaturaties. Foetale en neonatale effecten (2) De foetus en de neonatus kunnen op twee manieren beïnvloed worden door maternale anesthetica/analgetica, namelijk door het primair farmacologisch effect, rechtstreeks afhankelijk van de chemische eigenschappen van de gebruikte medicatie, en door de secundaire effecten eigen aan het gebruik van anesthetica en analgetica in het algemeen. 1 Postgraduaatcursus De huisarts in de hedendaagse verloskunde (organisatie: prof. dr. M. Temmerman, Vrouwenkliniek U.Z. Gent), ingericht door de Vereniging der Geneesheren, Oud-Studenten der Universiteit te Gent (maart-mei 2000). 2 Vakgroep Pediatrie, Dienst Neonatale Intensieve Zorgen, Universitair Ziekenhuis Gent. 3 Correspondentieadres: dr. L. Goossens, Dienst Neonatale Intensieve Zorgen (1B1), Kliniek voor Kinderziekten C. Hooft, Universitair Ziekenhuis, De Pintelaan 185, 9000 Gent. Samenvatting In de hedendaagse verloskunde wordt vaak tijdens de bevalling maternale pijnbestrijding toegepast. Terwijl vroeger vooral heil gezocht werd in systeemmedicatie die veel bijwerkingen had voor moeder en foetus, wordt tegenwoordig nagenoeg uitsluitend nog regionale anesthesie toegepast. Een overzicht van de gebruikte medicatie alsook de ongewenste effecten voor moeder en kind worden beschreven. Een beperkt aantal vermeldingen buiten beschouwing gelaten, ontbreken op dit ogenblik aanwijzingen dat regionale analgesie/ anesthesie meer verwikkelingen veroorzaakt tijdens de arbeid of negatieve langetermijneffecten bij de pasgeborene. Farmacologische effecten De foetus wordt in zekere mate beschermd door fenomenen van dilutie en eiwitbinding. Hoe sterker de eiwitbinding, hoe langer het farmacologisch effect aanhoudt, maar hoe minder kans dat de placentabarrière overschreden wordt. Deze bescherming is natuurlijk niet absoluut en wordt in grote mate tenietgedaan door hoge maternale concentraties aan anesthetica/ analgetica, indien deze bijvoorbeeld intraveneus toegediend werden. 1. Analgesie bij uitsluitend gebruik van systeemmedicatie (2, 3) Alhoewel geen eerste keuze, kan systeemmedicatie een alternatief betekenen in situaties 916

2 waarbij epidurale anesthesie niet beschikbaar of tegenaangewezen is zoals bij lokale infectie, algemene sepsis, coagulopathie, hypovolemie. Het betreft voornamelijk narcotica maar ook andere medicaties zoals barbituraten, fenothiazinen en benzodiazepinen. Barbituraten (zelden nog gebruikt) Barbituraten zijn zeer vetoplosbaar, gaan snel doorheen de placentabarrière en hebben een lang halfleven. Ze werken kalmerend en angstverminderend, maar hebben geen goede analgetische eigenschappen. Bij hoge maternale dosering treedt een significante neonatale depressie op. In dat geval is cardiorespiratoire ondersteuning na de geboorte nodig tot de baby de medicatie zelf kan uitscheiden. Dit proces kan 2 dagen duren. Fenothiazinen (zelden nog gebruikt) Fenothiazinen (bv. promethazine: Phenergan ) diffunderen snel doorheen de placenta en kunnen verantwoordelijk zijn voor een vermindering van de foetale beat-to-beat -variatie. Deze daling van de variabiliteit van het foetaal hartritme, dat in normale omstandigheden 6 à 10 slagen per minuut bedraagt, kan een teken zijn van foetale nood. Fenothiazinen veroorzaken geen neonatale depressie wanneer de aanbevolen dosering niet overschreden wordt. Benzodiazepinen (zelden nog gebruikt) Het meest gebruikte middel was diazepam (Valium ). Dit geeft enkele minuten na de intraveneuze toediening ongeveer even hoge spiegels bij moeder als kind. Omdat de neonatus maar een beperkte capaciteit heeft om diazepam te metaboliseren, kunnen aanzienlijke hoeveelheden gedurende een week aanwezig blijven in het bloed indien aan de moeder een hoge dosis werd toegediend (30 mg). In dat geval vertoont de baby symptomen van hypotonie, lethargie en hypothermie. Midazolam (Dormicum ) diffundeert in belangrijke mate doorheen de placenta en heeft een neonataal halfleven van 6 uur. De meeste neonati vertonen bij de geboorte een verlaagde tonus en neiging tot hypothermie. Respiratoire depressie komt eveneens vaak voor. Omdat er veiligere alternatieven bestaan, vinden wij dat barbituraten, fenothiazinen en benzodiazepinen tegenwoordig geen plaats hebben in de pijnbestrijding bij de bevalling. Narcotica (narcotische analgetica) De effectiviteit van de analgesie, alsook het optreden van bijwerkingen zijn sterk dosisafhankelijk. Als maternale bijwerkingen beschrijft men sedatie, nausea, braken, verminderde gastrische motiliteit en respiratoire depressie. De vetoplosbare narcotica gaan snel over van de maternale naar de foetale circulatie; zij veroorzaken daar een respiratoire depressie die afhankelijk is van de dosis, het tijdstip en de manier van toedienen. Pethidine (meperidine = VS; pethidine = Eng.) wordt vaak intramusculair toegediend op initiatief van en door de vroedvrouw en is het meest gebruikte narcoticum in Noord-Amerika en Europa (3). Narcotica zoals pethidine hebben actieve metabolieten die het nadeel hebben dat ze de duur van het analgetisch effect bij de foetus aanzienlijk verlengen door de fysiologisch vertraagde metabolisatie bij de foetus. De intramusculaire toediening is geassocieerd met een hoge frequentie van neonatale ademhalingsdepressie als de baby 2 tot 4 uur nadien geboren wordt. Daarom wordt aangeraden, als men toch beslist om pethidine toe te dienen, dit intraveneus in te spuiten zodat de medicatie niet alleen sneller zal werken bij de moeder, maar ook sneller de foetus bereikt. Het ongewenst effect van neonatale ademhalingsdepressie is namelijk maximaal 30 tot 60 minuten na intraveneuze injectie bij de moeder. Het is weinig waarschijnlijk dat de baby tijdens deze tijdspanne geboren wordt (2). Na intramusculaire of intraveneuze toediening van pethidine vertoont het foetaal hartritme een kortdurende daling in variabiliteit. Morfine wordt nog zelden langs algemene weg toegediend omdat er voor goede analgesie een te hoge dosis nodig is met ernstige respiratoire depressie tot gevolg. Het is ook veel minder vetoplosbaar dan pethidine waardoor het pijnstillend effect met enige vertraging optreedt. Piek-analgesie wordt bereikt 1 tot 2 uur na intramusculaire toediening en 20 tot 30 minuten na intraveneuze toediening. Morfine in lage dosis kent wel een toepassing in de spinale anesthesie (4). Fentanyl is 100 maal krachtiger dan morfine en 800 maal dan pethidine. Het werkt snel en kortstondig en is in sterke mate eiwitgebonden waardoor de placentale transfer beperkt is. Het heeft tevens geen actieve metabolieten. In een juiste dosering veroorzaakt fentanyl meestal geen foetale of neonatale problemen (3). Bij 917

3 hoge dosering (meer dan 100 mg) is de beat-tobeat -variabiliteit tijdelijk verminderd en kan een daling in de hartfrequentie optreden na 10 tot 20 minuten. Ingeval neonatale depressie door maternale narcotica vermoed wordt, niettegenstaande theoretisch juist toegediende doses (wat iets vaker voorkomt na pethidine dan na fentanyl zoals blijkt uit vergelijkend onderzoek (3), kan naloxon als antidotum toegediend worden (Narcan 0,1 mg/kg). Het effect hiervan wordt na een paar minuten waargenomen en kan enkele uren aanhouden. Vaak zijn er meerdere toedieningen van naloxon nodig. In het kader van het neonataal abstinentiesyndroom (bij chronisch maternaal gebruik) wordt dit echter afgeraden omdat plotse ontwenning kan leiden tot de dood van de baby. Algemene analgesie en anesthesie Inhalatie Het betreft hier niet-geïoniseerde, sterk vetoplosbare stoffen met een laag moleculair gewicht die bijgevolg snel doorheen de placentabarrière gaan. In de literatuur wordt deze vorm van analgesie vaak beschreven (2, 3), maar in onze streken wordt ze zelden toegepast. In geval van neonatale problemen gaat het meestal over een lichte ademhalingsdepressie die met eenvoudige cardiorespiratoire ondersteuning kan worden verholpen. Op die manier krijgt het anestheticum de kans om via de longen van de baby verwijderd te worden. Er wordt voornamelijk gebruik gemaakt van N 2 O-inhalatie (lachgas). Omdat een diffuse hypoxie kan optreden, raadt men aan equimolaire hoeveelheden N 2 O en O 2 toe te dienen (Entonox ). Algemene endotracheale anesthesie met neuromusculaire blokkers (2) Niet-depolariserende neuromusculaire blokkers In normale omstandigheden diffunderen deze hooggeïoniseerde, slecht in vet oplosbare, niet-depolariserende neuromusculaire blokkers (bv. D-tubocurarine, pancuronium, atracurium, vecuronium) in beperkte mate doorheen de placentabarrière. Neonatale paralyse kan optreden bij grote en over lange tijd toegediende doses (bij behandeling van maternale tetanus of status epilepticus) (5). Tegenwoordig geeft men de voorkeur aan suxamethonium (Myoplegine ). Depolariserende neuromusculaire blokkers Succinylcholine wordt gehydrolyseerd in het maternale bloed door het enzym pseudo-cholinesterase. Als dit enzym in lage concentratie of in een (genetisch bepaalde) atypische vorm aanwezig is, kan verlengde maternale en neonatale respiratoire depressie door spierparalyse optreden. De diagnose van neonatale neuromusculaire blokkade kan gesteld worden op basis van de voorgeschiedenis (langdurige toediening van neuromusculaire blokkers bij de moeder of aanwezigheid van atypisch pseudo-cholinesterase bij de moeder), het antwoord van de moeder op toediening van neuromusculaire blokkers en het klinisch onderzoek bij de baby. Een verlamde neonatus heeft een normale cardiovasculaire functie en een goede kleur maar ademt niet spontaan, heeft geen reflex respons en vertoont spierslapheid. De voornaamste behandeling bestaat uit respiratoire ondersteuning tot de medicatie wordt uitgescheiden, wat tot 48 uur kan duren. Eventueel kunnen cholinesteraseremmers gegeven worden (neostigmine mg/kg). Vanwege de mogelijke bijwerkingen (het optreden van een acute cholinerge crisis) dient altijd vooraf atropine toegediend te worden. Indien de oorzaak van de neonatale paralyse met zekerheid kan toegeschreven worden aan het gebruik van neuromusculaire blokkers bij de moeder, opteren we voor een afwachtende houding met cardiorespiratoire ondersteuning. Regionale analgesie en anesthesie (4) Lokale anesthetica Lokale anesthetica worden ingedeeld in 2 groepen: (amino)esters en (amino)amiden. Ze worden op verschillende wijze gemetaboliseerd en hebben verschillende foetale effecten. Esters Esters (bv. 2-chloroprocaïne) worden in het maternale bloed afgebroken door pseudo-cholinesterase, hetzelfde enzym dat verantwoordelijk is voor de hydrolyse van succinylcholine. Tegenwoordig worden ze zelden of nooit meer gebruikt en bijgevolg hier niet beschreven. Amiden Amiden worden voornamelijk gemetaboliseerd ter hoogte van de hepatische microsomen. Dit verloopt aanzienlijk trager dan de hydrolyse 918

4 van esters, zodat tijdens regionale anesthesie hoge maternale bloedspiegels aanwezig kunnen zijn. De doordringbaarheid van de placentabarrière is zeer verschillend voor de verschillende medicaties. Mepivacaïne (Scandonest ) diffundeert het gemakkelijkst doorheen de placenta, bupivacaïne (Marcaine ) en ropivacaïne (Naropin ) het moeilijkst. Bupivacaïne wordt daarbij in sterke mate aan eiwit gebonden (95%) in maternaal weefsel en serum, wat de placentale doorgankelijkheid vermindert. Het is het meest gebruikte lokale anestheticum om zijn lange werking (2 tot 3 uur, afhankelijk van de gebruikte concentratie: 0,25% of 0,125% en 0,5% bij sectio) en zeer goede pijnstilling met beperkte blokkade van de motorische functies. De effectiviteit van het product wordt versterkt door de geassocieerde toediening van opiaten (snellere en langere analgesie) (2). Slechts een beperkt aantal studies bestuderen het effect van epiduraal toegediende opiaten op het foetaal hartritme wanneer deze geassocieerd worden aan een amide. De resultaten van deze studies zijn tegenstrijdig, wat mogelijk verklaard kan worden door het verschil in gebruikte doses, de interferentie met andere toegediende lokale anesthetica en de methode van analyse van het foetaal hartritme (6). Bupivacaïne is cardiotoxisch en mag niet intravasculair ingespoten worden. Lidocaïne (Xylocaine, 10% voor normale analgesie, 2% bij kunstverlossingen of sectio caesarea) wordt niet routinematig gebruikt voor epidurale anesthesie bij langdurige arbeid, omdat het maar een korte werkingsduur vertoont (70-90 minuten). Vanaf de derde dosis treedt tevens tachyfylaxie op. Bij de acidotische foetus komt lidocaïne meer voor in de geïoniseerde vorm die moeilijker opnieuw overgaat naar de placenta en bijgevolg opgestapeld wordt in de foetale weefsels ( ion trapping -fenomeen) leidend tot verdere neonatale depressie (voornamelijk bij de preterme baby) (4). Om die reden wordt het gebruik van lidocaïne afgeraden bij tekenen van foetale nood. Bij doses van meer dan 400 mg (meer dan 40 ml van een 1%-oplossing) treedt foetale hypotonie op. In geval van milde maternale overdosage met lokale anesthetica is de neuromusculaire tonus van de pasgeborene gedaald zoals ook na gebruik van magnesium. Bij directe intravasculaire of intrafoetale inspuiting van een lokaal anestheticum kan er een significante depressie optreden met bradycardie, aritmie en ernstige cardiale depressie met acidose. Als grote hoeveelheden lokale anesthetica de baby bereikt hebben tijdens regionale anesthesie, is het zeer belangrijk de baby niet onmiddellijk te laten geboren worden. De moeder moet dan de nodige cardiorespiratoire ondersteuning krijgen zodat het anestheticum de kans krijgt om terug van de foetus naar de moeder te diffunderen, waar herverdeling van de medicatie kan optreden. Bij onmiddellijke verlossing gaat deze belangrijke uitscheidingsweg verloren. In geval van maternale cardiorespiratoire collaps dient de bevalling onmiddellijk plaats te vinden om de baby maximale overlevingskansen te bieden en om maternale cardiorespiratoire reanimatie mogelijk te maken. Opiaten Hoe meer vetoplosbaar het product is, hoe sneller de opiaatreceptoren worden bereikt, hoe sneller de werking is en hoe korter de werkingsduur zal zijn met snelle klaring uit het cerebrospinaal vocht. Voorbeelden van producten zijn fentanyl, sufentanyl, alfentanyl en pethidine. De meeste ervaring werd tot nu toe opgebouwd met fentanyl en sufentanyl (7, 8). Zij verzekeren een snelle en goede pijnstilling zonder ernstige bijwerkingen en genieten op dit ogenblik de voorkeur. De hydrofiele opiaten, zoals morfine, dringen trager door, zijn later actief, hebben een langdurige werking en worden trager uit het lumbaal vocht geëlimineerd. Bijwerkingen komen vaker voor. Voordelen van epidurale opiaten ten opzichte van lokale anesthetica zijn: geen sympathectomie (behalve pethidine), geen hypotensie (behalve pethidine), zeer snelle werking (vetoplosbare producten), geen blokkade van de motorische functies, geen nadelig effect op de uteriene contractiliteit. Onder de nadelen worden vermeld: ademhalingsonderdrukking, duizeligheid, jeuk, urineretentie, nausea, braken, kortstondige analgesie, niet voldoende effect in het late eerste en tweede stadium en onbruikbaar voor instrumentele verlossing. Epinefrine Epinefrine werd (vooral vroeger) gebruikt bij lokale anesthesie voor zijn vasoconstrictieve eigenschappen. De opname van het anestheticum wordt hierdoor verminderd en het effect ter hoogte van de receptor verlengd (2). Er treedt ook een onmiddellijk analgetisch effect via het a-adrenerge systeem op. Tegenwoordig wordt het gebruik van epinefrine bij regionale anesthesie 919

5 vooral bepaald door lokale richtlijnen en individuele gewoonten. Bij een accidentele intraveneuze bolusinjectie kan tachycardie optreden, evenals een verminderde uteriene doorbloeding met ernstige gevolgen voor de baby. Door de b-mimetische werking van epinefrine kan een lichte daling van de uteruscontractiliteit optreden. Naast epinefrine worden geen andere vasoconstrictoren in de literatuur vermeld. Indirecte effecten (2, 9) Daling van de arteriële zuurstofspanning Ieder mechanisme dat maternale hypoxie induceert, bezwaart de maternofoetale uitwisseling van zuurstof en geeft aanleiding tot foetale nood. Dit kan optreden bij overdosage van narcotica of inhalatie-anesthetica, bij totale spinale anesthesie of bij maternale aspiratie. Vermindering van de algemene perfusie De uteroplacentale doorbloeding wordt bepaald door het hartdebiet en de perfusiedruk. Anesthesietechnieken kunnen foetale depressie veroorzaken door verschillende mechanismen. Daling van het hartdebiet secundair aan een daling van de veneuze terugstroom door compressie van de vena cava ( supine hypotension syndrome ) is een eerste mechanisme. Een daling van het hartdebiet kan ook het gevolg zijn van myocarddepressie door overdosering van inhalatie-anesthetica of lokale anesthetica. Ten slotte kan daling van de systeembloeddruk optreden door sympathectomie bij hoogspinale of peridurale anesthesie. Vasoconstrictie van de arteriële uteriene bloedvaten Sommige lokale anesthetica, zoals lidocaïne en mepivacaïne, kunnen constrictie veroorzaken van segmenten van de uteriene arterie. Het gebruik van vasopressoren voor de behandeling van hypotensie veroorzaakt door sympathectomie na regionale anesthesie kan eveneens vasoconstrictie van de uteriene vaten veroorzaken. Daarom lijkt het raadzamer om bij de behandeling van hypotensie medicatie met een primair a-adrenerg effect te vermijden (alternatieven: dobutamine 8mg/kg/min, dopamine 5-15 mg/kg/min, epinefrine in lage dosis 0,05-0,1 mg/kg/min). Toegenomen uteriene tonus Een toename van de uteriene tonus vermindert de uteroplacentale doorbloeding door belemmering van de intervilleuze veneuze outflow. Dit kan veroorzaakt worden door hoge spiegels van lokale anesthetica (na intraveneuze injectie) of door a-adrenerge vasopressoren. Het meest geobserveerde foetale effect na obstetrische analgesie/anesthesie is een voorbijgaande daling van het foetaal hartritme, secundair aan verminderde uteriene doorbloeding. Als de placentale doorbloeding reeds gecompromitteerd is, kan dit voldoende zijn om voorbijgaande foetale hypoxie te veroorzaken. Diagnose en behandeling van indirecte foetale depressie Vermindering van de uteroplacentale doorbloeding leidt tot tekenen van foetale nood (verminderde beat-to-beat -variatie, late deceleraties, langdurige foetale bradycardie) die vastgesteld kunnen worden door foetale monitoring. Foetale hartmonitoring is dan ook een belangrijk onderdeel van iedere obstetrische anesthesietechniek. De behandeling van indirecte foetale depressie is zoveel mogelijk oorzakelijk: een verhoging van het hartdebiet of bloeddruk door verandering van maternale positie, gebruik van doeltreffende vasopressoren, zuurstoftoediening, aanpassen van de oxytocine-infusie. Invloed van epidurale anesthesie op de pasgeborene tijdens de eerste levensdagen Bij gebruik van maternale analgesie wordt de baby gemiddeld op een later tijdstip aangelegd, wat een negatieve invloed zou hebben op het verder verloop van de borstvoeding. Baby s die een kortstondige (binnen 1 uur vóór de geboorte) of helemaal geen analgesie krijgen en bij wie borstvoeding vroeger gestart wordt, bereiken sneller een effectieve borstvoeding dan baby s die langdurig anesthesie krijgen (10). Recentelijk zijn er aanwijzingen dat vanwege maternale koorts tijdens epidurale anesthesie een groter aantal pasgeborenen wordt onderworpen aan een sepsisscreening (34% tegenover 10% van de baby s geboren zonder epidurale anesthesie). Alhoewel er de incidentie aan infectie niet toeneemt, worden er viermaal meer antibiotica toegediend (11). Ten slotte blijkt uit een enkele 920

6 studie dat neonati, geboren zonder enige vorm van maternale anesthesie, de eerste levensmaand beter scoren voor wat betreft oriëntatie en motoriek dan neonati geboren onder epidurale anesthesie. Er wordt een dosisgerelateerd effect vastgesteld (12). Besluit De momenteel toegepaste regionale pijnbestrijding bij de bevalling lijkt zowel voor moeder als kind een veilige techniek met minimale risico s. Een beperkt aantal vermeldingen buiten beschouwing gelaten (12-15), ontbreken op dit ogenblik aanwijzingen dat regionale analgesie/ anesthesie meer verwikkelingen veroorzaakt tijdens de arbeid (16) of negatieve langetermijneffecten bij de pasgeborene. Het belang van het maternaal comfort met een veralgemeende positieve invloed op de baby (daling van circulerende catecholaminen, minder maternale hypo- en hyperventilatie) is een belangrijk pluspunt van obstetrische analgesie. LITERATUUR 1. FAURE EA. The pain of parturition. Semin Perinatol 1991; 15: NAULTY JS. Obstetric anesthesia. In: Avery GB, Fletcher MA, McDonald MG, eds. Neonatology. Pathophysiology and management of the newborn. Philadelphia: JB Lippincott Company, 1994: COALSON DW, GLOSTEN B. Alternatives to epidural analgesia. Semin Perinatol 1991; 15: CURRAN MJ. Options for labor analgesia: techniques of epidural and spinal analgesia. Semin Perinatol 1991; 15: MALHOTRA N, HAN L. Principles of analgesia in the neonate. Semin Perinatol 1991; 15: ST-AMANT MS, KOFFEL B, MALINOW AM. The effects of epidural opioids on fetal heart rate variability when coadministered with 0,25% bupivacaine for labor analgesia. Am J Perinatol 1998; 15: FOGEL ST, DAFTARY AR, NORRIS MC, DALMAN HM, HOLTMANN B. The incidence of fetal heart rate abnormalities: Combined spinal/epidural vs epidural anesthesia for labor (abstract). Anesthesiology 1998; 88: A ALBRIGHT GA, FORSTER RM. Does combined spinal/ epidural analgesia with subarachnoid sufentanil increase the incidence of emergency caesarean delivery? Reg Anesth 1997; 22: DOUGLAS MJ. Potential complications of spinal and epidural anesthesia for obstetrics. Semin Perinatol 1991; 15: CROWELL MK, HILL PD, HUMENICK SS. Relationship between obstetric analgesia and time of effective breast feeding. J Nurse Midwifery 1994; 39: LIEBERMAN E, LANG JM, FRIGOLETTO F Jr, RICHARD- SON DK, RINGER SA, COHEN A. Epidural analgesia, intrapartum fever, and neonatal sepsis evaluation. Pediatrics 1997; 99: SEPKOSKI CM, LESTER BM, OSTHEIMER GW, BRAZEL- TON TB. The effects of maternal epidural anesthesia on neonatal behavior during the first month. Dev Med Child Neurol 1992; 34: HALPERN SH, LEIGHTON BL, OHLSSON A, BARRETT JF, RICE A. Effect of epidural vs parenteral opioid analgesia on the progress of labor: a meta-analysis. JAMA 1998; 280: JACOBSON B, NYBERG K, GRONBLADH L, et al. Opiate addiction in adult offspring through possible imprinting after obstetric treatment. BMJ 1990; 301: WITTELS B. Does epidural anesthesia affect the course of labor and delivery? Semin Perinatol 1991; 15: KARINIEMI V, HARRELA M. Significance of meconium staining of the amniotic fluid. J Perinat Med 1990; 18:

ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE

ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE ANESTHESIE TIJDENS LACTATIE Inleiding Borstvoeding is momenteel gouden standaard WHO en AAP bevelen borstvoeding gedurende 6 maanden aan meer en meer moeders die operatie (vb. Sterilisatie-curretage) ondergaan

Nadere informatie

PP. overeenkomend met epinefrine 5 µg/ml. Marcaine 0,5%-Adrenaline 1: : bevat bupivacaïnehydrochloride-monohydraat,

PP. overeenkomend met epinefrine 5 µg/ml. Marcaine 0,5%-Adrenaline 1: : bevat bupivacaïnehydrochloride-monohydraat, april 26, 2001 Marca090.B1D -1- Marcaine 7 Injectievloeistof voor perineurale en epidurale toediening 4.3300.3PP Samenstelling Marcaine 0,25%: bevat bupivacaïnehydrochloride-monohydraat, overeenkomend

Nadere informatie

Samenvatting. Psoas compartiment nervus ischiadicus blokkade voor. prothetische heup chirurgie. Klinische effectiviteit versus ongewenste bijwerkingen

Samenvatting. Psoas compartiment nervus ischiadicus blokkade voor. prothetische heup chirurgie. Klinische effectiviteit versus ongewenste bijwerkingen Psoas compartiment nervus ischiadicus blokkade voor prothetische heup chirurgie Klinische effectiviteit versus ongewenste bijwerkingen In dit proefschrift presenteren wij een risk / benefit analyse van

Nadere informatie

WAT ALS IK PIJN HEB? Dr. P Vanfleteren Dienst Anesthesie

WAT ALS IK PIJN HEB? Dr. P Vanfleteren Dienst Anesthesie WAT ALS IK PIJN HEB? Dr. P Vanfleteren Dienst Anesthesie WAT IS PIJN? De manier waarop pijn wordt ervaren is verschillend voor iedereen en afhankelijk van Emotie Bewustzijn Motivatie Sociaal Cultureel

Nadere informatie

Medicalisering van de partus:

Medicalisering van de partus: Medicalisering van de partus: Gevolgen voor de borstvoeding Rob Hardeman Klinisch verloskundige Ziekenhuis Rivierenland Tiel "Borstvoeding loont" 7-10-2008 Medicaliseren van de partus Actief ingrijpen

Nadere informatie

Richtlijn toediening van intranasale medicatie (algemeen) Inleiding

Richtlijn toediening van intranasale medicatie (algemeen) Inleiding Richtlijn toediening van intranasale medicatie (algemeen) M.F. Kok, SEH-arts KNMG Intranasale toediening is een niet-invasieve, snelle en effectieve manier van medicatietoediening, met name geschikt voor

Nadere informatie

Publieksbijsluiter Fentanyl-Janssen

Publieksbijsluiter Fentanyl-Janssen Publieksbijsluiter Fentanyl-Janssen Lees deze bijsluiter zorgvuldig vóór u dit geneesmiddel gaat gebruiken. Doe dat ook als u Fentanyl-Janssen al vaker hebt gebruikt; er kan immers belangrijke nieuwe informatie

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43949 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Douma, Marit Title: Remifentanil for labour pain : safety and efficacy Issue Date:

Nadere informatie

Casusbespreking IC Local anesthetic systemic toxicity (LAST)

Casusbespreking IC Local anesthetic systemic toxicity (LAST) Casusbespreking IC Local anesthetic systemic toxicity (LAST) Maaike Fenten 5-7-2017 Achtergrond Lokaal anesthetica op de IC Epidurale anesthesie Locoregionale anesthesie Intraveneus lidocaïne? Inhoud Fysiologie

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. XYLOCAINE 5 %, zalf. Lidocaïne

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. XYLOCAINE 5 %, zalf. Lidocaïne BIJSLUITER BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS XYLOCAINE 5 %, zalf Lidocaïne Lees goed de hele bijsluiter, want deze bevat belangrijke informatie Dit geneesmiddel kunt u zonder voorschrift krijgen.

Nadere informatie

Baxter B.V. Suprane Deel IB1 1/7 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. Suprane. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Baxter B.V. Suprane Deel IB1 1/7 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. Suprane. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Deel IB1 1/7 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING bevat desfluraan als zuivere substantie. 3. FARMACEUTISCHE VORM Inhalatiegas. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1. Therapeutische

Nadere informatie

Samenstelling Fentanyl. citras 0,0785 mg (R 5240) (= fentanyl. 0,05 mg (R 4263)), natr.chlorid., aqua ad iniect. q.s. ad 1 ml.

Samenstelling Fentanyl. citras 0,0785 mg (R 5240) (= fentanyl. 0,05 mg (R 4263)), natr.chlorid., aqua ad iniect. q.s. ad 1 ml. Wetenschappelijke bijsluiter Benaming Fentanyl -Janssen Registratiehouder Janssen-Cilag NV Antwerpseweg 15-17 B-2340 Beerse Fabrikant GlaxoSmithKline Manufacturing S.p.A. Strada Provinciale Asolana N.

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. XYLOCAINE 2 % GEL (in spuit), gel voor urethraal gebruik. lidocaïnehydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. XYLOCAINE 2 % GEL (in spuit), gel voor urethraal gebruik. lidocaïnehydrochloride BIJSLUITER BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS XYLOCAINE 2 % GEL (in spuit), gel voor urethraal gebruik lidocaïnehydrochloride Lees goed de hele bijsluiter, want deze bevat belangrijke informatie Dit

Nadere informatie

Een ieder betrokken bij de toediening van remifentanil PCA (arts en klinisch verloskundige) is opgeleid en heeft kennis van:

Een ieder betrokken bij de toediening van remifentanil PCA (arts en klinisch verloskundige) is opgeleid en heeft kennis van: DISCLAIMER Protocollen geven aan hoe lokaal uitvoering wordt gegeven aan beroepskaders, -normen, standpunten en richtlijnen. Protocollen worden lokaal/plaatselijk vastgesteld, rekening houdend met de typische

Nadere informatie

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een

Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een 1 2 Achtereenvolgens zullen we bij de bespreking van de farmacokinetiek het distributievolume, de clearance van een medicament, de verdeling van een medicament tussen plasma en weefsels en de effecten

Nadere informatie

BIJSLUITER Comfortan 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden en katten.

BIJSLUITER Comfortan 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden en katten. BIJSLUITER Comfortan 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden en katten. 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,

Nadere informatie

BIJSLUITER Bupaq Multidose 0,3 mg/ml - oplossing voor injectie voor honden en katten

BIJSLUITER Bupaq Multidose 0,3 mg/ml - oplossing voor injectie voor honden en katten Notice Version NL Bupaq Multidose 0,3 mg/ml BIJSLUITER Bupaq Multidose 0,3 mg/ml - oplossing voor injectie voor honden en katten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1 NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL PLACIVET 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Acepromazine maleaat: 20 mg/ml. Hulpstoffen:

Nadere informatie

BIJSLUITER Dolorex 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paard, hond en kat

BIJSLUITER Dolorex 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paard, hond en kat BIJSLUITER Dolorex 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paard, hond en kat 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,

Nadere informatie

BIJSLUITER Atosiban Devrimed 6,75 mg/0,9 ml

BIJSLUITER Atosiban Devrimed 6,75 mg/0,9 ml BIJSLUITER Atosiban Devrimed 6,75 mg/0,9 ml 1 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Atosiban Devrimed 6,75 mg/0,9 ml oplossing voor injectie Atosiban Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

B ijsluiter NL versie P rocaine hydrochloride 4% - VMD B. BIJSLUITER - 1 -

B ijsluiter NL versie P rocaine hydrochloride 4% - VMD B. BIJSLUITER - 1 - B. BIJSLUITER - 1 - 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND V.M.D. n.v. Hoge Mauw 900 B-2370

Nadere informatie

Ruggenprik tijdens de bevalling

Ruggenprik tijdens de bevalling H.291380.0215 Ruggenprik tijdens de bevalling (Epidurale pijnbestrijding) Wat is epidurale pijnbestrijding Bij deze ruggenprik spuit de anesthesioloog via een dun slangetje (katheter) verdovingsvloeistof

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL: DOMITOR, 1 mg/ml, inspuitbare oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Medetomidin.

Nadere informatie

Wetenschappelijke bijsluiter. Benaming Dipidolor. Registratiehouder Janssen-Cilag N.V. Antwerpseweg 15-17 B-2340 Beerse. Fabrikant

Wetenschappelijke bijsluiter. Benaming Dipidolor. Registratiehouder Janssen-Cilag N.V. Antwerpseweg 15-17 B-2340 Beerse. Fabrikant Wetenschappelijke bijsluiter Benaming Dipidolor Registratiehouder Janssen-Cilag N.V. Antwerpseweg 15-17 B-2340 Beerse Fabrikant GlaxoSmithKline Manufacturing S.p.A. Strada Provinciale Asolana N. 90 (loc

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL ZOLETIL 100 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen: Tiletamine base... 250 mg Zolazepam base...

Nadere informatie

SF Z SINT-FRANCISKUSZIEKENHUIS. Anesthesie Epidurale verdoving bij een bevalling

SF Z SINT-FRANCISKUSZIEKENHUIS. Anesthesie Epidurale verdoving bij een bevalling SF Z SINT-FRANCISKUSZIEKENHUIS Anesthesie Epidurale verdoving bij een bevalling De epidurale verdoving Pijnstilling voor de zwangere vrouw tijdens de arbeid en de bevalling Inleiding: Het natuurlijk proces

Nadere informatie

Een verhit postoperatief beloop

Een verhit postoperatief beloop Een verhit postoperatief beloop Centraal anticholinerg syndroom? R Verhage C Hofhuizen Casus Dhr V, 31-1-1952 Voorgeschiedenis: - dilatatie aorta ascendens. - AF, thrombus linker hartoor (verdwenen na

Nadere informatie

BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Linisol 1 %, oplossing voor injectie Lidocaïne hydrochloride monohydraat

BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Linisol 1 %, oplossing voor injectie Lidocaïne hydrochloride monohydraat BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE PATIËNT Linisol 1 %, oplossing voor injectie Lidocaïne hydrochloride monohydraat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke

Nadere informatie

METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG

METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG METHADON ALS PIJNSTILLER IN DE PALLIATIEVE ZORG RUBEN VAN COEVORDEN HUISARTS HOSPICE ARTS JHI CONSULENT PALLIATIEVE ZORG WAT KOMT AAN BOD? Indicaties Beschikbare preparaten Farmacokinetiek Farmacodynamiek

Nadere informatie

BIJSLUITER Synthadon 10 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten

BIJSLUITER Synthadon 10 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten BIJSLUITER Synthadon 10 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,

Nadere informatie

Stellorphine sine conservans 10mg/1ml oplossing voor injectie

Stellorphine sine conservans 10mg/1ml oplossing voor injectie Stellorphine sine conservans 10mg/1ml PIL Page 1 de 5 Bijsluiter Lees de hele bijsluiter aandachtig door alvorens dit geneesmiddel in te nemen. Bewaar deze bijsluiter, misschien heeft u hem nog een keer

Nadere informatie

PETHIDINE HCl 50 MG/ML PCH oplossing voor injectie. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 22 september 2011 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1

PETHIDINE HCl 50 MG/ML PCH oplossing voor injectie. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 22 september 2011 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Pethidine HCl 50 mg/ml PCH,. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Pethidine HCl 50 mg/ml PCH bevat 50 mg pethidinehydrochloride

Nadere informatie

Acute pijntherapie voor de geriatrische patiënt

Acute pijntherapie voor de geriatrische patiënt Acute pijntherapie voor de geriatrische patiënt Jona Houthuys promotor: Dr. Gert Poortmans Pijn bij de geriatrische patiënt Prevalentie Evaluatie van pijn Complicaties van pijn vertraagd herstel verminderde

Nadere informatie

Pijnstilling tijdens de bevalling

Pijnstilling tijdens de bevalling Patiënteninformatie Pijnstilling tijdens de bevalling rkz.nl De geboorte van een kind is lichamelijk en emotioneel een intensieve en vaak heftige ervaring. Vlak voor en tijdens de bevalling gebeurt er

Nadere informatie

Bijlage III. Wijzigingen die moeten worden aangebracht in de desbetreffende rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter

Bijlage III. Wijzigingen die moeten worden aangebracht in de desbetreffende rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter Bijlage III Wijzigingen die moeten worden aangebracht in de desbetreffende rubrieken van de Samenvatting van de Productkenmerken en de Bijsluiter NB: Deze Samenvatting van de productkenmerken, Etikettering

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Dantroleennatrium

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Dantroleennatrium : informatie voor de gebruiker DANTRIUM IV, 20 mg poeder voor oplossing voor injectie Dantroleennatrium Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke

Nadere informatie

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp. 1000 mg paracetamol.

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp. 1000 mg paracetamol. 1.3.1.1 SmPC Page 1 of 5 1.3.1.1 SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS Samenvatting van de productkenmerken 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Kruidvat Paracetamol 120 mg, zetpillen. Kruidvat Paracetamol 240 mg,

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Fentanyl-Janssen 0,05 mg/ml oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml Fentanyl-Janssen bevat 0,05 mg

Nadere informatie

Reanimatie van de pasgeborene

Reanimatie van de pasgeborene Reanimatie van de pasgeborene Anne Debeer, neonatale intensieve zorgen, UZ Leuven Katleen Plaskie, neonatale intensieve zorgen, St Augustinus Wilrijk Luc Cornette, neonatale intensieve zorgen, AZ St-Jan

Nadere informatie

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Citanest 3% Octapressine. Lokaal anestheticum voor tandheelkundig gebruik.

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Citanest 3% Octapressine. Lokaal anestheticum voor tandheelkundig gebruik. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Citanest 3% Octapressine Lokaal anestheticum voor tandheelkundig gebruik. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Prilocaïnehydrochloride 30 mg/ml en felypressine 0,54 μg/ml.

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. PAPAVERINE HCl STEROP 40mg / 2ml PAPAVERINE HCl STEROP 100mg / 3ml Oplossing voor injectie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. PAPAVERINE HCl STEROP 40mg / 2ml PAPAVERINE HCl STEROP 100mg / 3ml Oplossing voor injectie BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER PAPAVERINE HCl STEROP 40mg / 2ml PAPAVERINE HCl STEROP 100mg / 3ml Oplossing voor injectie Papaverine hydrochloride Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Neurobion 100 mg 100 mg 1 mg / 3 ml oplossing voor injectie Vitaminen B 1 + B 6 + B 12

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Neurobion 100 mg 100 mg 1 mg / 3 ml oplossing voor injectie Vitaminen B 1 + B 6 + B 12 Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Neurobion 100 mg 100 mg 1 mg / 3 ml oplossing voor injectie Vitaminen B 1 + B 6 + B 12 Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Narcostart 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Narcostart 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Narcostart 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml oplossing voor

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN - 1 - 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL inspuitbare oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel : Procaini hydrochloridum

Nadere informatie

(1) Risico op acute pancreatitis Er zijn meldingen geweest van acute pancreatitis na de behandeling met carbimazol/thiamazol.

(1) Risico op acute pancreatitis Er zijn meldingen geweest van acute pancreatitis na de behandeling met carbimazol/thiamazol. GEADRESSEERDE ADRES POSTCODE WOONPLAATS 31 januari 2019 Belangrijke risico-informatie: Geneesmiddelen die carbimazol of thiamazol (synoniem: methimazol) bevatten: (1) risico op acute pancreatitis en (2)

Nadere informatie

BIJSLUITER. Bupredine Multidose 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden, katten en paarden

BIJSLUITER. Bupredine Multidose 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden, katten en paarden BIJSLUITER Bupredine Multidose 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden, katten en paarden 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

Notice Version NL Zoletil 100 B. BIJSLUITER

Notice Version NL Zoletil 100 B. BIJSLUITER B. BIJSLUITER BIJSLUITER ZOLETIL 100 lyofilisaat en oplosmiddel voor oplossing voor injectie 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK

Nadere informatie

2. WAT U MOET WETEN VOORDAT U LINISOL 1 %, OPLOSSING VOOR INJECTIE, GEBRUIKT

2. WAT U MOET WETEN VOORDAT U LINISOL 1 %, OPLOSSING VOOR INJECTIE, GEBRUIKT BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER Linisol 1 %, oplossing voor injectie Lidocaïne hydrochloride monohydraat Bijsluiter Linisol 1 % Pagina 1/7 Lees de hele bijsluiter zorgvuldig door voordat

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. Efedrinechoorhydraat

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. Efedrinechoorhydraat BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS EPHEDRINE HCl STEROP 10mg/ml EPHEDRINE HCl STEROP 50mg/ml Oplossing voor injectie Efedrinechoorhydraat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL ROBINUL-NEOSTIGMINE 0,5 mg/ml 2,5 mg/ml oplossing voor injectie. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Glycopyrronium bromide

Nadere informatie

BIJSLUITER. Iso-Vet 1000 mg/g Vloeistof voor inhalatiedamp

BIJSLUITER. Iso-Vet 1000 mg/g Vloeistof voor inhalatiedamp BIJSLUITER Iso-Vet 1000 mg/g Vloeistof voor inhalatiedamp 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND

Nadere informatie

Lidocaïnehydrochloride 10 mg/ml Emulsie voor injectie Lidocaïnehydrochloride 20 mg/ml Emulsie voor injectie

Lidocaïnehydrochloride 10 mg/ml Emulsie voor injectie Lidocaïnehydrochloride 20 mg/ml Emulsie voor injectie Lees deze bijsluiter zorgvuldig door voordat u start met het gebruik van dit geneesmiddel Bewaar deze bijsluiter, het kan nodig zijn om deze nogmaals door te lezen. Heeft u nog vragen, raadpleeg dan uw

Nadere informatie

Study of unexplained neurologic deficit following neuraxial anesthesia or analgesia strategies

Study of unexplained neurologic deficit following neuraxial anesthesia or analgesia strategies Study of unexplained neurologic deficit following neuraxial anesthesia or analgesia strategies Vrijdag 5 april 2013 Bram Peeters, Medical Student René Heylen, MD, PhD Guy Wilms, MD, PhD Marc Van de Velde,

Nadere informatie

Psychiatrie rond zwangerschap. Corné van Lieshout, psychiater

Psychiatrie rond zwangerschap. Corné van Lieshout, psychiater Psychiatrie rond zwangerschap Corné van Lieshout, psychiater Casus 1 Mw. Pietersen 32 jaar Na 1 e partus (25 e ) depressief, na 2 mnd spontaan over Na 2 e partus (28 e ) weer depressief. HA gaf 50mg sertraline

Nadere informatie

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Pijnbestrijding tijdens de bevalling Pijnbestrijding tijdens de bevalling Inhoudsopgave 1 Inleiding... 1 2 Hoe ontstaat pijn?... 1 3 Invloed van pijn... 2 4 Hoe kan de pijn worden bestreden?... 2 5 Pijnbehandelingen met medicijnen... 3 Ruggenprik

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN NALBUFINE HCL ORPHA 10 mg/ml oplossing voor injectie 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL NALBUFINE HCL ORPHA 10 mg/ml oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Xylometazoline EG bevat 1 mg xylometazolinehydrochloride per ml.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Xylometazoline EG bevat 1 mg xylometazolinehydrochloride per ml. SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Xylometazoline EG 100 mg/100 ml neusspray, oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Xylometazoline EG bevat 1 mg xylometazolinehydrochloride

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Fentadon 50 microgram/ml, oplossing voor injectie voor honden

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Fentadon 50 microgram/ml, oplossing voor injectie voor honden SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Fentadon 50 microgram/ml, oplossing voor injectie voor honden 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml bevat: Werkzaam bestanddeel:

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Sededorm 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Sededorm 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Sededorm 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke ml bevat: Werkzaam

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. Ropivacaïne Hydrochloride Hospira 2 mg/ml oplossing voor injectie ropivacaïnehydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. Ropivacaïne Hydrochloride Hospira 2 mg/ml oplossing voor injectie ropivacaïnehydrochloride BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS Ropivacaïne Hydrochloride Hospira 2 mg/ml oplossing voor injectie ropivacaïnehydrochloride Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken.

Nadere informatie

FINIMAL, tabletten. Bayer B.V., Energieweg 1, 3641 RT Mijdrecht Bayer Consumer Care, Postbus 80, 3640 AB Mijdrecht

FINIMAL, tabletten. Bayer B.V., Energieweg 1, 3641 RT Mijdrecht Bayer Consumer Care, Postbus 80, 3640 AB Mijdrecht Lees deze bijsluiter zorgvuldig door, want deze bevat belangrijke informatie voor u. Dit geneesmiddel is verkrijgbaar zonder doktersvoorschrift (recept), voor de behandeling van een milde aandoening waarbij

Nadere informatie

ALTIJD OP ORDE MET OVERZICHTELIJK BETROUWBAAR VEILIG. VRAAG NU EEN OFFERTE AAN! Voor het complete aanbod: etiketbv.nl. van zelfklevend...

ALTIJD OP ORDE MET OVERZICHTELIJK BETROUWBAAR VEILIG. VRAAG NU EEN OFFERTE AAN! Voor het complete aanbod: etiketbv.nl. van zelfklevend... ALTIJD OP ORDE MET Medische etiketten moeten aan hoge kwaliteitseisen voldoen. Etiket BV is uw betrouwbare partner, die tegen een scherpe prijs en volgens de hoogste normen uw etiketten levert. Een groot

Nadere informatie

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Pijnbestrijding tijdens de bevalling Pijnbestrijding tijdens de bevalling 2 Bevallen doet pijn. Weinig vrouwen zullen opkijken van deze uitspraak. Zij weten dat pijn bij een bevalling hoort en een normaal verschijnsel is. Bijna alle vrouwen

Nadere informatie

ANESTHESIEBROCHURE MATERNITEIT EPIDURALE VERDOVING BIJ ARBEID EN BEVALLING / KEIZERSNEDE GECOMBINEERDE EPIDURALE SPINALE VERDOVING BIJ KEIZERSNEDE

ANESTHESIEBROCHURE MATERNITEIT EPIDURALE VERDOVING BIJ ARBEID EN BEVALLING / KEIZERSNEDE GECOMBINEERDE EPIDURALE SPINALE VERDOVING BIJ KEIZERSNEDE ANESTHESIEBROCHURE MATERNITEIT EPIDURALE VERDOVING BIJ ARBEID EN BEVALLING / KEIZERSNEDE GECOMBINEERDE EPIDURALE SPINALE VERDOVING BIJ KEIZERSNEDE 1 1. Inleiding Na overleg met uw gynaecoloog / vroedvrouw

Nadere informatie

Suprane Deel IB1 2/11

Suprane Deel IB1 2/11 Deel IB1 1/11 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING bevat desfluraan als zuivere substantie. 3. FARMACEUTISCHE VORM Vloeistof voor inhalatiedamp. 4. KLINISCHE GEGEVENS

Nadere informatie

Versie 10, 02/2016 Language rev.1, 04/2016 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Versie 10, 02/2016 Language rev.1, 04/2016 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Versie 10, 02/2016 Language rev.1, 04/2016 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Marcaine 5 mg/ml Spinaal 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Marcaine

Nadere informatie

INHOUD Dit protocol is gebaseerd op de NVN richtlijn 2011 Prognose van post-anoxisch coma. 1 september 2012

INHOUD Dit protocol is gebaseerd op de NVN richtlijn 2011 Prognose van post-anoxisch coma. 1 september 2012 INHOUD Dit protocol is gebaseerd op de NVN richtlijn 2011 Prognose van post-anoxisch coma. 1 september 2012 Inleiding: Een post-anoxisch coma wordt veroorzaakt door globale anoxie of ischemie van de hersenen,

Nadere informatie

INHOUD Anesthesie. Farmacologie in de Anesthesie : OPIOÏDEN. Geschiedenis terminologie. Geschiedenis terminologie. Papaver somniferum

INHOUD Anesthesie. Farmacologie in de Anesthesie : OPIOÏDEN. Geschiedenis terminologie. Geschiedenis terminologie. Papaver somniferum INHOUD Geschiedenis terminologie Farmacologie in de Anesthesie : OPIOÏDEN Classificatie Werkingsmechanisme Opioïd-receptoren Dr. D. Van Beersel Lessenreeks verdiepende stagiairs 2019 Farmacokinetiek Geschiedenis

Nadere informatie

Basisbegrippen in de anesthesie tijdens verdiepende stage (groep 2 - startend 8 april 2019):

Basisbegrippen in de anesthesie tijdens verdiepende stage (groep 2 - startend 8 april 2019): Basisbegrippen in de anesthesie tijdens verdiepende stage (groep 2 - startend 8 april 2019): Aanpassingen op 19/03/2019 in t groen Aanpassingen op 25/03/2019 in t rood Maandag 8 april leslokaal 1 (1400-1830)

Nadere informatie

Anesthesiologie. Pijnbestrijding bij de bevalling

Anesthesiologie. Pijnbestrijding bij de bevalling Anesthesiologie Pijnbestrijding bij de bevalling Anesthesiologie In deze brochure kunt u meer lezen over de mogelijkheden van pijnbestrijding bij de bevalling in het Universitair Medisch Centrum Groningen

Nadere informatie

Fysiologische respons op hypothermie II

Fysiologische respons op hypothermie II Fysiologische respons op hypothermie II Invloed op farmacokinetiek en dynamiek bij de neonatale patient TR de Haan, Y Bijleveld, R Mathot, PharmaCool study group. ZonMw Inleiding/ achtergrond Perinatale

Nadere informatie

Summary of product characteristics / 1 van 7

Summary of product characteristics / 1 van 7 1.3.1.1 Summary of product characteristics 1.3.1.1 / 1 van 7 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING : Elke ml oplossing voor injectie bevat 10 mg. : Elke ml oplossing

Nadere informatie

Midazolam. Benzodiazepinen. Volwassenen Intramusculair/subcutaan: onverdund, 5 mg/ml Intraveneus als bolusinjectie: onverdund, 1 mg/ml, de

Midazolam. Benzodiazepinen. Volwassenen Intramusculair/subcutaan: onverdund, 5 mg/ml Intraveneus als bolusinjectie: onverdund, 1 mg/ml, de Midazolam Afleveringsvorm F.T.G. Toedieningsroute Toedieningscategorie Ampul met 5 mg = 5 ml (1 mg/ml) midazolam (als hydrochloride) Ampul met 5 mg = 1 ml, 15 mg = 3 ml en 50 mg = 10 ml (5 mg/ml) midazolam

Nadere informatie

BIJSLUITER Vetergesic Multidosis 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten Buprenorfine als buprenorfine hydrochloride

BIJSLUITER Vetergesic Multidosis 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten Buprenorfine als buprenorfine hydrochloride BIJSLUITER Vetergesic Multidosis 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten Buprenorfine als buprenorfine hydrochloride 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL

Nadere informatie

LIGNOCAINE HCl 2 % + Adrenaline tartr.0,0036 % KELA

LIGNOCAINE HCl 2 % + Adrenaline tartr.0,0036 % KELA LIGNOCAINE HCL 2% + Adrenaline tartr.0,036 % Kela 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL LIGNOCAINE HCl 2 % + Adrenaline tartr.0,0036 % KELA 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen:

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 9 Nederlandse Samenvatting F.S. de Man 1,2, N. Westerhof 1,2, A. Vonk-Noordegraaf 1 Departments of 1 Pulmonology and 2 Physiology, VU University Medical Center / Institute for Cardiovascular Research,

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Domidine 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paarden en runderen

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Domidine 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paarden en runderen SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Domidine 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor paarden en runderen 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml oplossing voor

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Synthadon 10 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden en katten. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: Werkzaam

Nadere informatie

GEVORDERDE EERSTE HULP. Shock, Anafylaxie en de EpiPen. Pim de Ruijter. vrijdag 18 oktober 13

GEVORDERDE EERSTE HULP. Shock, Anafylaxie en de EpiPen. Pim de Ruijter. vrijdag 18 oktober 13 GEVORDERDE EERSTE HULP Shock, Anafylaxie en de EpiPen Pim de Ruijter Inhoud Kort over shock Wat is allergie precies? Allergische reactie Inhoud Anafylaxie en anafylactische shock Gebruik van de EpiPen

Nadere informatie

Medicamenteuze pijnstilling tijdens de bevalling... 2 Injecties met pethidine (morfine-achtige stof) Toepassing... 4

Medicamenteuze pijnstilling tijdens de bevalling... 2 Injecties met pethidine (morfine-achtige stof) Toepassing... 4 Contents Medicamenteuze pijnstilling tijdens de bevalling.... 2 Injecties met pethidine (morfine-achtige stof)... 2 Toepassing:... 2 Voordelen pethidine:... 2 Nadelen pethidine:... 3 Infuuspompje met remifentanil

Nadere informatie

SAMENVATTING EN CONCLUSIES

SAMENVATTING EN CONCLUSIES SAMENVATTING EN CONCLUSIES De afgelopen 10 jaar hebben de taxanen paclitaxel (Taxol ) en docetaxel (Taxotere ) een belangrijke plaats verworven in de chemotherapeutische behandeling van kanker. Beide geneesmiddelen

Nadere informatie

IB-2 Panadol Zetpillen 1000 mg voor Volwassenen maart 2010 en Kinderen vanaf 12 jaar Blz.1/5 RVG 29787 NL

IB-2 Panadol Zetpillen 1000 mg voor Volwassenen maart 2010 en Kinderen vanaf 12 jaar Blz.1/5 RVG 29787 NL Blz.1/5 RVG 29787 NL Lees deze bijsluiter zorgvuldig door, want deze bevat belangrijke informatie voor u. Dit geneesmiddel is verkrijgbaar zonder doktersvoorschrift (recept), voor de behandeling van een

Nadere informatie

BUPAQ MULTIDOSE 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten

BUPAQ MULTIDOSE 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL BUPAQ MULTIDOSE 0,3 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: Werkzaam

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2 2 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL MARCAINE HYPERBARE 0,5 %, oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING MARCAINE HYPERBARE 0,5% bevat bupivacaïne

Nadere informatie

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL ROBINUL-NEOSTIGMINE 0,5 mg/ml 2,5 mg/ml oplossing voor injectie. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. XYLOCAINE 2 % GEL (in tube), gel voor urethraal gebruik. lidocaïnehydrochloride

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. XYLOCAINE 2 % GEL (in tube), gel voor urethraal gebruik. lidocaïnehydrochloride BIJSLUITER BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS XYLOCAINE 2 % GEL (in tube), gel voor urethraal gebruik lidocaïnehydrochloride Lees goed de hele bijsluiter, want deze bevat belangrijke informatie Dit

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Pijnbehandeling bij de bevalling

Patiënteninformatie. Pijnbehandeling bij de bevalling Patiënteninformatie Pijnbehandeling bij de bevalling Pijnbehandeling bij de bevalling Polikliniek Verloskunde/ Gynaecologie, route 2.2 Telefoon (050) 524 5840 Inleiding Dit is de informatiefolder van de

Nadere informatie

In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2011/REG NL 10246/zaak 217151 In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Beschikkende op de aanvraag d.d. 6 juni 2011 van Ecuphar N.V. te Oostkamp tot verlenging van de

Nadere informatie

Bevallen in Bronovo. Welkom! Presentatie Verloskunde en Gynaecologie

Bevallen in Bronovo. Welkom! Presentatie Verloskunde en Gynaecologie Bevallen in Bronovo Welkom! Welkom in Bronovo Inhoud voorlichtingsavond Voorbereiding op de bevalling De bevalling Wat als het nèt anders gaat? Pijnstilling Praktische informatie Voorbereiding Onder controle

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Detonervin 10 mg/ml, Oplossing voor injectie voor Paarden en Runderen

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Detonervin 10 mg/ml, Oplossing voor injectie voor Paarden en Runderen SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Detonervin 10 mg/ml, Oplossing voor injectie voor Paarden en Runderen 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml oplossing

Nadere informatie

12 Langdurige epileptische aanvallen

12 Langdurige epileptische aanvallen 12 Langdurige epileptische aanvallen Definitie en etiologie Incidentie Anamnese Lichamelijk onderzoek Epileptische aanvallen duren van enkele seconden tot hooguit enkele minuten. In de literatuur wordt

Nadere informatie

BIJSLUITER. Narcostart 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten

BIJSLUITER. Narcostart 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten BIJSLUITER Narcostart 1 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,

Nadere informatie

Pijnbestrijding tijdens de bevalling

Pijnbestrijding tijdens de bevalling Pijnbestrijding tijdens de bevalling De geboorte van een kind is lichamelijk en emotioneel een intensieve en vaak heftige ervaring. Vlak voor en tijdens de bevalling gebeurt er veel in uw lichaam. Aan

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Hulpstof met bekend effect: Natrium (als natriumchloride en natriumhydroxide): 123 µmol/ml

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Hulpstof met bekend effect: Natrium (als natriumchloride en natriumhydroxide): 123 µmol/ml SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Linisol 1 %, oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Lidocaïne hydrochloride monohydraat. 100 mg (10 mg/ml)

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. ATIPAZOLE 5 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden en katten

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. ATIPAZOLE 5 mg/ml, oplossing voor injectie voor honden en katten SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL ATIPAZOLE 5 mg/ml, voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: Werkzaam bestanddeel: Atipamezole:

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLNDSE SMENVTTING Het doel van het onderzoek dat beschreven staat in dit proefschrift, was het verkrijgen van meer inzicht in de veranderingen die optreden in de doorbloeding van de hartspier tijdens

Nadere informatie

VSV ACHTERHOEK OOST. MEDICAMENTEUZE PIJNBESTRIJDING DURANTE PARTU achtergrondinformatie

VSV ACHTERHOEK OOST. MEDICAMENTEUZE PIJNBESTRIJDING DURANTE PARTU achtergrondinformatie VSV ACHTERHOEK OOST MEDICAMENTEUZE PIJNBESTRIJDING DURANTE PARTU achtergrondinformatie Pethidine Pethidine werd gesynthetiseerd in 1939 en al snel toegepast tijdens de bevalling. Omdat het beter vet oplosbaar

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 1 februari 1991 betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw (officieuze coördinatie).

Koninklijk besluit van 1 februari 1991 betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw (officieuze coördinatie). Koninklijk besluit van 1 februari 1991 betreffende de uitoefening van het beroep van vroedvrouw (officieuze coördinatie). ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze

Nadere informatie

Juridische aspecten postoperatieve zorg, Postoperatieve pijnbehandeling, Nieuwe technieken. G.M. Woerlee, Anesthesioloog

Juridische aspecten postoperatieve zorg, Postoperatieve pijnbehandeling, Nieuwe technieken. G.M. Woerlee, Anesthesioloog Juridische aspecten postoperatieve zorg, Postoperatieve pijnbehandeling, Nieuwe technieken G.M. Woerlee, Anesthesioloog NIEUWERE ANESTHESIE TECHNIEKEN?? POSTOPERATIEVE PIJN VERMINDERING Lokale anesthetica

Nadere informatie

Samenstelling: serum: baclofen 2443 µg/l, diazepam 1634 µg/l, desmethyldiazepam 1460 µg/l, oxazepam 79 µg/l, temazepam 158 µg/l.

Samenstelling: serum: baclofen 2443 µg/l, diazepam 1634 µg/l, desmethyldiazepam 1460 µg/l, oxazepam 79 µg/l, temazepam 158 µg/l. TOXICOLOGIE Ronde 2017.1 Patiënt bekend met alcoholproblematiek en momenteel onder behandeling van verslavingszorg. Recent op de centrale spoedopvang geweest in verband met een eerste gegeneraliseerd tonischclonisch

Nadere informatie