Leo Bergmans. ph s zonder formules. Maart 2007

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Leo Bergmans. ph s zonder formules. Maart 2007"

Transcriptie

1 p s zonder formules 007 Maart 007

2 andleiding voor de leerkracht Inhoud Voor het berekenen van de p van allerlei oplossingen met water als oplosmiddel(zuren, basen, zouten, buffers, amfolyten) worden meestal formules gebruikt en er wordt van de leerlingen verwacht dat ze die formules kunnen afleiden en/of memoriseren en kunnen toepassen. Dit systeem heeft nadelen en beperkingen. Nadelen De formules vertonen gelijkenissen en kunnen daardoor aanleiding geven tot twijfels, waarbij de leerlingen dan, bij testen, toetsen en eamens, meestal een foutieve keuze maken. ( Leerlingen zijn als gassen: nietideaal, vooral onder hoge druk. Steven Zumdahl) Bij het gebruik van formules gaan vaak de achterliggende concepten verloren. Beperkingen De formules zijn enkel geldig voor oplossingen met bepaalde concentraties (niet te geconcentreerd, niet te verdund). De formules zijn enkel geldig voor uitgesproken sterke zuren en basen en voor zwakke zuren en basen die merkelijk sterker zijn dan water. Er worden zes concepten aangereikt waarbij het gebruik van formules overbodig wordt en die in de meeste gevallen de eacte p opleveren. Voordelen De leerlingen moeten geen formules memoriseren. De leerlingen passen telkens opnieuw de theorie in verband met het chemisch evenwicht toe en worden zich steeds meer bewust van het belang ervan. Geregeld moet een vierkantsvergelijking opgelost worden, waardoor de leerlingen ook het belang van die wiskundige techniek in de praktijk ervaren. chemie@edict.be

3 Enkele voorafgaande opmerkingen pberekeningen In het hoger onderwijs komt in elk chemieeamen wel een oefening voor waarin de p van een oplossing met een bepaalde samenstelling moet berekend worden. Dit is een van de redenen waarom er ook in het secundair onderwijs nogal wat tijd aan pberekeningen wordt besteed. Achteraf, na afstuderen, blijkt dan dat in de praktijk dergelijke pberekeningen zelden of nooit moeten uitgevoerd worden. Vanwaar dan die grote aandacht? Leerlingen en studenten moeten uiteraard chemische kennis en vaardigheden bezitten, zoals: het berekenen van concentraties van oplossingen, het herberekenen van de concentraties na samenvoegen van een aantal oplossingen, het uitvoeren van stoichiometrische berekeningen (overmaat, beperkend reagens), het herkennen van zuren, basen, zouten, amfolyten, buffers, het verschil kennen tussen sterke en zwakke zuren en basen, het herkennen van sterke en zwakke zuren en basen, het voorspellen van de evolutie van de p tijdens zuurbasetitraties, het verschil tussen een aflopende en een evenwichtsreactie kennen, het voorspellen van verschuivingen in een evenwicht, het berekenen van de samenstelling van een evenwichtsmengsel, Bij pberekeningen zijn veel van deze vaardigheden nodig. Dit is wellicht de belangrijkste reden om pberekeningen in chemieeamens op te nemen. Er worden dan in één klap heel wat vaardigheden getoetst. De eacte pwaarde is dan, binnen zekere grenzen, niet echt cruciaal. et is vooral de kennis van andere concepten die zal beoordeeld worden. Je moet pberekeningen dus eerder zien als een middel om chemische kennis en vaardigheden te beoordelen. chemie@edict.be

4 K K w K z K b In heel wat leerboeken vinden we volgende ingewikkelde (en volgens mij onnodige, zelfs foutieve) werkwijze terug. Ionisatie van water O O 3 O O O 3.O K ev ev O. ev O ev ierin vervangt men dan de verschillende concentraties door hun waarden, waarbij men ervan uitgaat dat de concentratie van water gelijk is aan 55,5 mol/l. Dit levert dan volgende evenwichtsconstante op: 7 7. K 3, ,5.55,5 en de teller van deze breuk noemt men K O 3.O 14 w ev ev In sommige andere leerboeken gaat men als volgt tewerk: O O. O K ev ev O ev ierin vervangt men dan de verschillende concentraties door hun waarden, waarbij men ervan uitgaat dat de concentratie van water gelijk is aan 55,5 mol/l. Dit levert dan volgende evenwichtsconstante op: 7 7. K 1, ,5 en de teller van deze breuk noemt men K. O 14 w ev ev Water als zuur O O 3 O O O 3.O ev K ev 3, O.O ev ev O 3.O ev K ev 55,5.3, z 1, 8. O O ev chemie@edict.be 3

5 Water als base O O 3 O O O 3.O ev K ev 3, O.O ev ev O 3.O ev K ev 55,5.3, b 1, 8. O O ev Deze benadering is volgens mij foutief 1 omdat in zuiver water de concentratie van water een zinloos begrip is. Is de definitie van concentratie niet de hoeveelheid opgeloste stof per liter oplossing? In zuiver water is helemaal geen stof opgelost, het gaat hier niet over een oplossing. In dergelijke gevallen mag de concentratie in de concentratiebreuk gewoon weggelaten worden. Bovendien is de concentratie van water (als we de term toch gebruiken) absoluut constant. En helemaal niet manipuleerbaar. En niet enkel omdat er slechts zeer weinig watermoleculen ioniseren. Stel bijvoorbeeld dat de helft van de watermoleculen ioniseert, zodat er maar de helft van de watermoleculen nietgeïoniseerd achterblijven. Dan nog verandert de concentratie van water niet. De hoeveelheid opgelost water is gehalveerd, maar ook de hoeveelheid oplosmiddel en dus de hoeveelheid oplossing. De concentratie verandert dus helemaal niet. et heeft absoluut geen zin om die concentratie in de concentratiebreuk op te nemen. Bovendien heb ik zware bedenkingen bij het feit dat in de laatste twee gevallen één waterconcentratie weggelaten wordt en er één blijft staan. Belangrijke opmerking is nog dat als we voor water een K z 1,8. 16 nemen, methanol een sterker zuur is dan water (K z van methanol 3,. 16 ), wat, gezien het inductief effect van de methylgroep, helemaal niet kan. 1 The Equilibrium Constant (D.C. arris, Eploring Chemical Analysis, 3rd ed., 005, Freeman Equilibrium describes the state that a system will reach if you wait long enough. Most reactions of interest in analytical chemistry reach equilibrium in times ranging from fractions of a second to many minutes. If reactants A and B are converted into products C and D with the stoichiometry a A b B c C d D (16) we write the equilibrium constant K in the form c d [ C] [ D] K (17) a b [ A] [ B] where the small superscript letters denote stoichiometric coefficients and each capital letter stands for a chemical species. The symbol [A] stands for the concentration of A relative to its standard state (defined bellow). We say that the reaction is favored whenever K > 1. In deriving the equilibrium constant, each quantity in Equation 17 is epressed as the ratio of the concentrations of a species to its concentration in its standard state. For solutes, the standard state is 1 mole/l. For gases, the standard state is 1 bar; for solids and liquids, the standard states are the pure solid or liquid. It is understood (but rarely written) that the term [A] in Equation 17 really means [A]/(1 M) if A is a solute. If D is a gas, [D] really means (pressure of D in bars)/(1 bar). To emphasize that [D] means pressure of D, we usually write P D in place of [D]. If C were a pure liquid or solid, the ratio [C]/(concentration of C in its standard state) would be unity (1) because the standard state is the pure liquid or solid. If [C] is a solvent, the concentration is so close to that of pure liquid C that the value of [C] is essentially 1. Each term of Equation 17 is dimensionless because each is a ratio in which the units cancel; thefore all equilibrium constants are dimensionless. To evaluate an equilibrium constant 1. The concentrations of solutes should be epressed in moles per liter.. The concentrations of gases should be epressed in bars. 3. The concentrations of pure solids, pure liquids, and solvents are omitted because they are unity. chemie@edict.be 4

6 Uit thermodynamische berekeningen blijkt ook dat bovenstaande benadering foutief is, zoals blijkt uit onderstaande uitwerking. Thermodynamische gegevens (andbook of Chemistry and Physics) o kj f J ( ) S o ( ) mol mol.k O 85,84 69, O 85,84 69,94 O 9,94,50 We berekenen, steunend op deze thermodynamische waarden, de evenwichtsconstante van volgend evenwicht: O O kj kj kj o 0 ( 9, 94 ) ( 85, 84 ) mol mol mol kj 55,9 mol (Deze waarde stemt, op het teken na, overeen met de neutralisatieenthalpie.) J J J S o 0 (,50 ) (69,94 ) mol.k mol.k mol.k J 80, 44 mol.k G o o T. S o J J ,15K ( 80, 44 ) mol mol.k J mol o G RT.lnK G o lnk RT J mol J 8,31.98,15K mol.k 3, K 9,941. De evenwichtsconstante van bovenstaand evenwicht is dus ook gelijk aan 14 en niet gelijk aan 1, chemie@edict.be 5

7 We berekenen nu, steunend op deze thermodynamische waarden, de evenwichtsconstante van het andere evenwicht: O O 3 O O kj kj kj o 85,84 ( 9,94 ).( 85,84 ) mol mol mol kj 55,9 mol J J J S o 69,94 (, 90 ).(69, 94 ) mol.k mol.k mol.k J 80, 44 mol.k Vermits deze waarden identiek zijn aan de waarden voor het vorige evenwicht, is de evenwichtsconstante uiteraard ook identiek aan de vorige waarde. De evenwichtsconstante van bovenstaand evenwicht is dus ook gelijk aan 14 en niet gelijk aan 3, et maakt dus helemaal niets uit hoe we de evenwichten schrijven! Deze evenwichten kunnen we beschouwen als: de ionisatie van water, de protolysereactie van water als zuur, de protolysereactie van water als base. Al deze evenwichten zijn identiek! De evenwichtsconstanten dus ook. KK 14 w K z O K b O. O 3 O. O ev ev ev ev chemie@edict.be 6

8 Is NaO een base? Elke chemicus zal op deze vraag bevestigend antwoorden, zonder twijfel. Is NaO een brønstedbase? In heel wat leerboeken behandelt men NaO wèl als een arrheniusbase, maar niet als een brønstedbase. In dat laatste geval beschouwt men het hydroideion als brønstedbase. Deze zienswijze wordt in dit document niet gevolgd. We beschouwen NaO dus wel degelijk als een brønstedbase om volgende redenen. Iedereen beschouwt het (gehydrateerde) natriumion Na( O) 6 als een brønstedzuur, zij het zeer zwak. Uit de watermantel van dat ion wordt een proton afgesplitst: Na( O) 6 Na ( O) 5 O et deeltje dat daarbij ontstaat, Na ( O) 5 O, is dus de geconjugeerde base. In verband met dit deeltje kunnen we twee bedenkingen maken: Wat ga je antwoorden als een leerling vraagt: Wat is dit deeltje eigenlijk? Dit deeltje bevat eigenlijk twee ionen Dit deeltje Na ( O) 5 O is volgens mij niets anders dan NaO. Dus: NaO is een base en het (gehydrateerde) Na ion is het geconjugeerde zuur. Protolyse van NaO NaO O Na. O O of NaO O Na aq O Na. O K b NaO Een bijkomend argument voor deze zienswijze is het feit dat men voor meerwaardige sterke basen meer dan één baseconstante terugvindt in de gespecialiseerde tabellenboeken. Zo vinden we voor Ca(O) in het andbook of Chemistry and Physics 74 th edition op p. 8.45: Ca(O) strong CaO pk b 1, De eerste baseconstante is die van Ca(O) en die is, net als die van NaO, zeer groot. Dus ook Ca(O) is te beschouwen als een brønstedbase. De tweede baseconstante is die van CaO en die is heel wat kleiner (6,3. ). De vereenvoudigde redenering Ca(O) Ca O is dus zelfs niet helemaal correct. chemie@edict.be 7

9 Zuurbasekoppels Er circuleren nogal wat verschillende waarden voor de zuur en baseconstanten. Dit is normaal, want het meten van die constanten is niet zo eenvoudig. We gebruiken in deze tekst onderstaande waarden. Kz pk z Zuur Base pkb K b STERKE ZUREN >>1 << 0 I I Br Br Cl Cl SO 4 SO 4 NO3 NO 3 >> 14 <<1,0. 14 BASEN ZWAKKER DAN WATER ZWAKKE ZUREN O O 14,00 1, ,. 1,9 SO4 SO4 1,08 8, ,5. 3,1 3 PO 4 PO 4 11,88 1,3. 1 7,. 4 3,14 F F,86 1, ,8. 4 3,74 COO COO,6 5, ,3. 5 4,0 C6 5 COO C 6 5 COO 9,80 1,6. 1,8. 5 4,74 C3 COO C 3 COO 9,6 5,6. 4,. 7 6,38 CO 3 CO 3 7,6,4. 8 1,1. 7 6,96 S S 7,04 9,1. 8 6,. 8 7,1 PO 4 PO4 6,79 1,6. 7 5,6. 9,5 N4 N3 4,75 1,8. 5 4,0. 9,40 CN CN 4,60,5. 5 4,8. 11,3 CO3 CO3 3,68,1. 4 3, ,44 PO4 PO4 3 1,56,8. 1, ,00 S S 0,00 9,1. 3 1, ,00 O O 0 1 ZWAKKE BASEN ZUREN ZWAKKER DAN WATER <<1,0. 14 >>14 Na.aq K.aq Ca.aq NaO KO *Ca(O) Ba.aq *Ba(O) O O N3 N << 0 >>1 STERKE BASEN * De twee opeenvolgende protolysestappen worden niet in acht genomen. chemie@edict.be 8

10 p s zonder formules 1 Zuren Sterke zuren Sterk eenwaardig zuur (0,0 mol/l Cl) O O K O 14 w Cl Cl (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) mol/l Cl Cl Begin 0, ,0 0,0 0,0 Evenwicht 0 1, ,0 p log 1, , 00 Als we de protonen afkomstig van water verwaarlozen naast de protonen afkomstig van het sterke zuur, dan wordt de berekening eenvoudiger. mol/l Cl Cl Begin 0, ,0 0,0 0,0 Evenwicht 0 0,0 0,0 p log 00, 1, 00 Dit levert dezelfde pwaarde op. Bovenstaande berekeningswijze stemt trouwens overeen met de klassieke formule: p sterk zuur log c o sterk zuur chemie@edict.be 9

11 Concept 1 Sterk zuur O O K O 14 w X X (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) Indien mogelijk 7 verwaarlozen naast c o. p berekenen. Opmerking Zwavelzuur behandelen als een sterk éénwaardig zuur. Klassieke formule p sterk zuur log c o sterk zuur chemie@edict.be

12 Sterk tweewaardig zuur (0,0 mol/l SO 4 ) O O K O 14 w SO 4 SO 4 (sterk zuur is volledig geïoniseerd voor eerste stap) SO 4 SO 4 SO 4 K 1,. z SO SO 4 4 mol/l SO 4 SO 4 SO 4 Begin 0, ,0 0,0 0,0 Evenwicht 0 0,0 7 0,0 Als we de evenwichtsconcentraties in K z vervangen door bovenstaande waarden, dan SO 4 krijgen we volgende vergelijking: ( 7 0,0 ). K z 1 K z SO SO4 ( 0,0 4 ),. ieruit volgt: ( 1, ). 1,. ( 0,0 ) 1, ,. 3 0 Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : 9, mol/l SO 4 SO 4 SO 4 Evenwicht 0 0, , , p log 1, , 96 (0,95906) Dit is de eacte waarde. Beduidende cijfers Gewoonlijk wordt bij het resultaat van een pberekening 1, maimaal decimalen gebruikt. Omdat het verschil tussen de eacte en de benaderende pwaarden meestal zeer klein is worden in deze en volgende voorbeelden vaak 6 decimalen gebruikt. chemie@edict.be 11

13 Als we de protonen afkomstig van water verwaarlozen ( 7 schrappen) de protonen afkomstig uit de tweede stap verwaarlozen ( 0) dan wordt de berekening veel eenvoudiger: mol/l SO 4 SO 4 SO 4 Evenwicht 0 0,0 0 0,0 p log 00, 1, 00 Als we zwavelzuur behandelen als een sterk eenwaardig zuur, dan wijkt de p slechts zeer weinig af van de eacte waarde. Als we de protonen afkomstig van water verwaarlozen ( 7 schrappen) de tweede protolysestap als aflopend beschouwen ( 0,0) dan krijgen we volgende situatie: mol/l SO 4 SO 4 SO 4 Evenwicht 0 0 0,0 0,00 p log 0, 00 0,70 (0, 69897) Als we zwavelzuur op die manier behandelen (beide stappen aflopend), dan wijkt de p méér af van de eacte waarde. We krijgen dus de beste benadering als we zwavelzuur beschouwen als een sterk eenwaardig zuur! chemie@edict.be 1

14 Sterk eenwaardig zuur met zeer kleine concentratie ( 8 mol/l Cl) O O K O 14 w Cl Cl (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) Concept 1 mol/l Cl Cl Begin Evenwicht 0 1, p log 1, , 96 (6,95861) Dit is de eacte waarde. Als we in dit geval de protonen afkomstig van water verwaarlozen naast de protonen afkomstig van het sterke zuur, dan vinden we een onmogelijke pwaarde (basisch gebied). mol/l Cl Cl Begin 0, Evenwicht p log 8 8, 00 chemie@edict.be 13

15 Sterk eenwaardig zuur met grote concentratie (,0 mol/l Cl) O O K O 14 w Cl Cl (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) Concept 1 mol/l Cl Cl Begin 7 0 Evenwicht 0 ( 7 ) p log 1, 00 De pwaarde die we in dit geval vinden is negatief. Dit heeft alles te maken met het feit dat, door de grote concentraties van ionen, de oplossing niet meer ideaal is. De ionen hinderen elkaar zeer sterk (geladen deeltjes, grote concentraties) en gedragen zich niet meer zoals ze dat doen in verdunde oplossingen. Door die hindering lijkt het wel alsof er minder ionen aanwezig zijn dan er werkelijk zijn. In dit geval mogen we bovenstaande concepten/formules niet meer toepassen. We moeten dan activiteiten i.p.v. concentraties gebruiken. p a log a In deze formule stelt a de activiteit van de protonen voor. Die activiteit is gelijk aan: a γ.c ierin is γ de activiteitscoëfficiënt van de protonen en die kan berekend worden uit de ionensterkte I van de oplossing met de formule: log γ i AZ i I 1 waarin I c iz en A 0,509. i i In dit voorbeeld vinden we achtereenvolgens: 1 1 I ci Z i c Z c Cl Z Cl i 1 mol mol (1) (1) L L log γ AZ I 0, , 61 γ 0, 05 a mol mol γ L L pa log a 0 5 0,61 ( ) chemie@edict.be 14

16 Zuren Zwakke zuren Zwak eenwaardig zuur (0,0 mol/l Ac) (1,3 % ionisatie) O O K O 14 w Ac Ac Ac K 18,. 5 z Ac mol/l Ac Ac Begin 0,0 7 0 Evenwicht 0,0 7 Als we de evenwichtsconcentraties in K z vervangen door bovenstaande waarden, dan krijgen we volgende vergelijking: ( 7 ). K 5 z 18 Ac ( 0,0),. ieruit volgt: 7 1,8. 5 1, ( ) 5 6 1,81. 1,8. 0 Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : 3 1,336.. mol/l Ac Ac Evenwicht 9,867. 1, , p log 1,337. 3, 88 (,8756) Als we de protonen afkomstig van water verwaarlozen naast de protonen afkomstig van het zwakke zuur, dan wordt de berekening eenvoudiger: mol/l Ac Ac Begin 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 K 18 5 z Ac,. ( 0,0) chemie@edict.be 15

17 ieruit volgt: 5 6 1,8. 1,8. 0 Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : 3 1, mol/l Ac Ac Evenwicht 9,867. 1, , p log 1,337. 3, 88 (,8758) We vinden dezelfde pwaarde. Als we bovendien [Ac] gelijkstellen aan de beginconcentratie (bij een zwak zuur ioniseren slechts weinig moleculen, dan wordt de berekening nog eenvoudiger: mol/l Ac Ac Begin 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 K 18 5 z,. Ac 0,0 ieruit volgt: 1,8. 6 1, mol/l Ac Ac Evenwicht 0,0 1, , p log 1, , 87 (36) Ook hier is de afwijking bijzonder klein. chemie@edict.be 16

18 Concept Zwak zuur O O K O 14 w X X X K z X Substitutie van de evenwichtsconcentraties in K z levert een vierkantsvergelijking op waaruit X kan berekend worden. Substitutie van in de tabel levert [ ] op en hieruit kan de p berekend worden. Indien het zwakke zuur merkelijk sterker is dan water (K z > 1 ) en de concentratie ervan niet te klein is, mogen de protonen, afkomstig van water, verwaarloosd worden. 3 Indien het zwakke zuur voldoende zwak is (K z < 3 ) mag bovendien verwaarloosd worden naast c o. Opmerking Bij meerwaardige zwakke zuren houden we enkel rekening met de eerste protolysestap. Klassieke formule 1 1 pzwak zuur pk z log c A ozwak zuur 3 De protonen, afkomstig van water, mogen verwaarloosd worden als K w << K z. c o of K z. c o > 1. chemie@edict.be 17

19 Minder zwak eenwaardig zuur (0,0 mol/l IO 3 ) (± 70 % ionisatie) O O K O 14 w IO 3 IO 3 IO 3 K 17,. 1 z IO 3 Concept mol/l IO 3 IO 3 Begin 0,0 7 0 Evenwicht 0,0 7 4 De protonen, afkomstig van water, mogen verwaarloosd worden: het zwakke zuur is merkelijk sterker dan water en de concentratie ervan is niet uitzonderlijk klein. et zuur is echter onvoldoende zwak om te verwaarlozen naast 0,001 mol/l 5 : mol/l IO 3 IO 3 Evenwicht 0,0 IO 3 K z IO3 IO3 1 17,. ( 0,0) 1,7. 1 1,7. 0 7, mol/l IO 3 IO 3 Evenwicht,936. 7, , p log 7, ,15 (093) 4 andbook of Chemistry and Physics 74 th edition p IO3 : K a 1,7. 1 pk a 0,77 5 Als we toch verwaarlozen naast 0,001 mol/l, dan vinden we voor 1, en een p 0,88(4776). Een vrij grote afwijking dus. chemie@edict.be 18

20 Zeer zwak eenwaardig zuur (0,0 mol/l O ) (0,00049 % ionisatie) O O K O 14 w O O O 4 1 z O Concept mol/l O O Begin 0,0 7 0 Evenwicht 0,0 7 6 De protonen, afkomstig van water, mogen niet verwaarloosd worden: het zwakke zuur is niet opmerkelijk sterker dan water. et zuur is echter voldoende zwak (slechts 0,00049 % ionisatie) om te verwaarlozen naast 0,001 mol/l 7. mol/l O O Evenwicht 0,0 7 O K z O O, ( ). 0,0 7, , mol/l O O Evenwicht 0,0 5, , p log 5, ,7 (6,6565) 6 andbook of Chemistry and Physics 74 th edition p O : K a,4. 1 pk a 11,6 Chemistry Catherine ousecroft nd edition p. 591 K a 1,78. 1 pk a 11,75 7 Als we de protonen, afkomstig van water, toch verwaarlozen, dan vinden we voor 4, en een p 6,31(6,0989). De afwijking is dus vrij klein. chemie@edict.be 19

21 Zeer zwak eenwaardig zuur met zeer kleine concentratie ( 4 mol/l O ) (0,016 % ionisatie) O O K O 14 w O O Concept O K 4 1 z O,. mol/l O O Begin Evenwicht 4 7 De protonen, afkomstig van water, mogen niet verwaarloosd worden: het zwakke zuur is niet opmerkelijk sterker dan water. et zuur is echter voldoende zwak (slechts 0,016 % ionisatie) om te verwaarlozen naast 0,001 mol/l 8. mol/l O O Evenwicht 4 7 O K z O O 7 ( )., , , mol/l O O Evenwicht 4 1, , p log 1, , 99 (6,98993) 8 Als we de protonen, afkomstig van water, toch verwaarlozen, dan vinden we voor 1, en een p 7,81(7,80989). Dit is een onmogelijke p (basisch gebied)! chemie@edict.be 0

22 Zwak tweewaardig zuur (0,0 mol/l CO 3 ) O O K O 14 w CO 3 CO 3 CO CO3 z z 1 CO3 CO 3 CO 3 CO 3 CO CO z z CO3 CO 3 3 ouden we rekening met de protonen afkomstig van water en met de twee protolysestappen, dan vinden we: mol/l CO 3 CO 3 CO 3 Begin 0, y y y Evenwicht 0,0 y y 7 y Als we de evenwichtsconcentraties in K 1 en K vervangen door bovenstaande waarden, dan krijgen we een stelsel van twee vergelijkingen met onbekenden: ( 7 y )( y ) K 7 z 4 CO3 K z 1 CO3 ( 0,0 ),. ( 7 y ).y K 11 z 4 8 K z CO CO3 ( y 3 ),. Dit stelsel kan opgelost worden, maar dat vereist heel wat wiskundige vaardigheid en eventueel een geschikt rekenprogramma (Derive bijv.). Als we echter de tweede protolysestap van CO 3 verwaarlozen (dit mag want K is veel kleiner dan K 1 : y << ), dan wordt dit stelsel veel eenvoudiger: ( 7 y 7 )( y) ( ) 4,. 7 (1) 0,0 0,0 ( ) ( ) ( ) ( ) 7 y.y 7.y 4, () ( y) Uit vergelijking (1) volgt: 5,. 7 4,. 8 0, en dan volgt uit (): 4, y 4, ( ) mol/l CO 3 CO 3 CO 3 Evenwicht 9,97953., , , p log, , 69 (3,68871) chemie@edict.be 1

23 Concept mol/l CO 3 CO 3 Begin 0,0 7 0 Evenwicht 0,0 7 De protonen, afkomstig van water, mogen verwaarloosd worden: het zwakke zuur is opmerkelijk sterker dan water. et zuur (1 ste stap) is ook voldoende zwak om te verwaarlozen naast 0,001 mol/l. mol/l CO 3 CO 3 Evenwicht 0,0 CO 3 K z CO3 CO3 7. 4,. 0,0 4,. 8, mol/l CO 3 CO 3 Evenwicht 0,0, , p log, , 69 (3,68838) We bekomen hetzelfde resultaat. chemie@edict.be

24 Zwak driewaardig zuur (0,0 mol/l 3 PO 4 ) O O K O 14 w 3 PO 4 PO 4 PO 4 PO 4 PO K PO 3 4 K z z 1 3PO4 PO,. 3 4 PO 4 K 6 8 PO K z z PO 3 4 PO,. 4 4 PO 4 PO PO 13 4 Kz K 36,. PO z 3PO 3 4 PO 4 4 ouden we rekening met de protonen afkomstig van water en met de drie protolysestappen, dan vinden we: 3 mol/l 3 PO 4 PO 4 PO 4 PO 4 Begin 0, y y z z y z Evenwicht 0,0 y y z z 7 y z Als we de evenwichtsconcentraties in K 1, K en K 3 vervangen door bovenstaande waarden, dan krijgen we een stelsel van drie vergelijkingen met 3 onbekenden: ( 7 y z )( y ) K 3 z 7 5 PO 3 4 K z 1 3PO4 ( 0,0 ),. ( 7 y z )( y z ) K 8 z 6 K z PO PO 3 4 ( y 4 ),. ( 7 y z ) z K 13 z K 36 z,. PO 3PO 3 4 ( y z) 4 Dit stelsel kan opgelost worden, maar dat vereist heel wat wiskundige vaardigheid en eventueel een geschikt rekenprogramma (Derive bijv.). Als we echter de tweede protolysestap van 3 PO 4 verwaarlozen (dit mag want K is veel kleiner dan K 1 : y << ) en de derde protolysestap van 3 PO 4 verwaarlozen (dit mag want K 3 is veel kleiner dan K : z << y) dan wordt dit stelsel veel eenvoudiger: ( 7 ) 7, 5. 3 (1) ( 0,0 ) ( 7 ) y 6,. 8 () 7 z 36,. 13 (3) y ( ) chemie@edict.be 3

25 Uit vergelijking (1) volgt: 7, ,5. 4 0, Daarna volgt uit (): 6,. 8. y 6, ( ) Daarna volgt uit (3): 36,. 13. y z 9, ( ) mol/l 3 PO 4 PO 4 PO 4 PO 4 3 Evenwicht 7,684., , , , p log, , 6 (175) Concept mol/l 3 PO 4 PO 4 Begin 0,0 7 0 Evenwicht 0,0 7 De protonen, afkomstig van water, mogen verwaarloosd worden: het zwakke zuur is opmerkelijk sterker dan water. et zuur (1 ste stap) is echter niet voldoende zwak (7,5. 3 ) om te verwaarlozen naast 0,001 mol/l. mol/l 3 PO 4 PO 4 Evenwicht 0,0 PO 4 K z PO 3 4 PO , 5. ( 0,0) 7, , , mol/l 3 PO 4 PO 4 Evenwicht 7,683., , p log, , 6 (175) Ook hier bekomen we hetzelfde resultaat. chemie@edict.be 4

26 3 Basen Sterke basen Sterke eenwaardige base (0,0 mol/l NaO) O O K O 14 w NaO O Na. O O (sterke base: aflopende reactie) mol/l NaO Na. O O Begin 0, ,0 0,0 0,0 Evenwicht 0 0,0 1, po log 1, ,00 p 14 po 13, 00 Als we de hydroideionen afkomstig van water verwaarlozen naast de hydroideionen afkomstig van de sterke base, dan wordt de berekening eenvoudiger. mol/l NaO Na. O O Begin 0, ,0 0,0 0,0 Evenwicht 0 0,0 0,0 po log 0, 0 1, 00 p 14 po 13, 00 Dit levert dezelfde pwaarde op. Bovenstaande berekeningswijze stemt trouwens overeen met de klassieke formule: psterke base 14 log c o sterke base chemie@edict.be 5

27 Concept 3 Sterke base O O K O 14 w MO O M. O O (sterke base: aflopende reactie) Indien mogelijk 7 verwaarlozen naast c o. po berekenen. p berekenen. Opmerking M(O) kan behandeld worden als een sterke éénwaardige base. M(O) kan ook behandeld worden als een sterke tweewaardige base. Klassieke formule psterke base 14 log c o sterke base chemie@edict.be 6

28 Sterke tweewaardige base (0,0 mol/l Ca(O) ) O O K O 14 w Ca(O) O CaO.aq O (sterke base is volledig gedissocieerd voor eerste stap) CaO.aq O Ca.aq O Ca O K 6, 3. b CaO CaO mol/l Ca(O) CaO.aq Ca.aq O Begin 0, ,0 0,0 0,0 Evenwicht 0 0,0 7 0,0 Als we de evenwichtsconcentraties in K b vervangen door bovenstaande waarden, dan CaO krijgen we volgende vergelijking:. ( 7 0,0) K b 6 3 CaO,. ( 0,0) ieruit volgt:. ( 1, ) 6, 3. ( 0,0) 1, , Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : 3,6400. mol/l Ca(O) CaO.aq Ca.aq O Evenwicht 0 6, , , po log 1, , 87(558) p 14 po 13,1 (14) andbook of Chemistry and Physics 74 th edition p Ca(O) : strong CaO : pk b 1, chemie@edict.be 7

29 Als we de hydroideionen afkomstig van water verwaarlozen ( 7 schrappen) de hydroideionen afkomstig uit de tweede stap verwaarlozen ( 0) dan wordt de berekening veel eenvoudiger: mol/l Ca(O) CaO.aq Ca.aq O Evenwicht 0 0,0 0 0,0 po log 0, 0 1,00 p 14 po 13, 00 Als we Ca(O) behandelen als een sterke éénwaardige base, dan wijkt de p slechts zeer weinig af van de eacte waarde. Als we de hydroideionen afkomstig van water verwaarlozen ( 7 schrappen) de tweede stap als aflopend beschouwen ( 0,0) dan krijgen we volgende situatie: mol/l Ca(O) CaO.aq Ca.aq O Evenwicht 0 0 0,0 0,00 po log 0, 00 0,69897 p 14 po 13, 30(1) Als we Ca(O) op die manier behandelen (beide stappen aflopend), dan wijkt de p iets meer af van de eacte waarde. We krijgen dus de beste benadering als we Ca(O) beschouwen als een sterke éénwaardige base! chemie@edict.be 8

30 Sterke eenwaardige base met zeer kleine concentratie ( 8 mol/l NaO) O O K O 14 w NaO O Na. O O (sterke base: aflopende reactie) Concept 3 mol/l NaO Na. O O Begin Evenwicht 0 8 1,1. 7 po log 1, ,96 (6,95861) p 14 po 7, 04(139) Dit is de eacte waarde. Als we in dit geval de hydroideionen afkomstig van water verwaarlozen naast de hydroideionen afkomstig van de sterke base, dan vinden we een onmogelijke pwaarde (zure gebied). mol/l NaO Na. O O Begin Evenwicht po log 8 8,00 p 14 po 6, 00 chemie@edict.be 9

31 Sterke eenwaardige base met grote concentratie (,0 mol/l NaO) O O K O 14 w NaO O Na. O O (aflopende reactie) Concept 1 mol/l NaO Na O Begin 0 7 Evenwicht 0 ( 7 ) po log 1,00 p , 00 (, ) De pwaarde die we in dit geval vinden is groter dan 14. Dit heeft alles te maken met het feit dat, door de grote concentraties van ionen, de oplossing niet meer ideaal is. De ionen hinderen elkaar zeer sterk (geladen deeltjes, grote concentraties) en gedragen zich niet meer zoals ze dat doen in verdunde oplossingen. Door die hindering lijkt het wel alsof er minder ionen aanwezig zijn dan er werkelijk zijn. In dit geval mogen we bovenstaande concepten/formules niet meer toepassen. We moeten dan activiteiten i.p.v. concentraties gebruiken. pao log a O In deze formule stelt a O de activiteit van de hydroideionen voor. Die activiteit is gelijk aan: a γ O O.c O ierin is γ O de activiteitscoëfficiënt van de hydroideionen en die kan berekend worden uit de ionensterkte I van de oplossing met de formule: log γ i AZ i I 1 waarin I c iz en A 0,509. i i In dit voorbeeld vinden we achtereenvolgens: 1 1 I c i Z i c Na Z c O Z Na O i 1 mol mol (1) (1) L L log γ AZ I 0, 509. ( 1). 1, 61 O O γ 0, 05 O a mol mol γ O O.c O,. L, L pao log a log 0, 5 0, 61 O pa 14 pao 14 0, 61 13, 39 chemie@edict.be 30

32 4 Basen Zwakke basen Zwakke eenwaardige base (0,0 mol/l N 3 ) (1,3 % protolyse) O O K O 14 w N 3 O N 4 O N O 4 K 18,. 5 b N 3 mol/l N 3 N 4 O Begin 0,0 0 7 Evenwicht 0,0 7 Als we de evenwichtsconcentraties in K b vervangen door bovenstaande waarden, dan krijgen we volgende vergelijking:. ( 7 ) K 5 b 18 N3 ( 0,0),. ieruit volgt: 7 1,8. 5 1, ( ) 5 6 1,81. 1,8. 0 Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : 3 1,336.. mol/l N 3 N 4 Evenwicht 9,867. 1, , O po log 1,337. 3,88 (,8756) p 14, ,1 (47) Als we de hydroideionen afkomstig van water verwaarlozen naast de hydroideionen afkomstig van de zwakke base, dan wordt de berekening eenvoudiger: mol/l N 3 N 4 O Begin 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 chemie@edict.be 31

33 K 18 5 b N3,. ( 0,0) ieruit volgt: 5 6 1,8. 1,8. 0 Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : 3 1,336.. mol/l N 3 N 4 Evenwicht 9,867. 1, , O po log 1,336. 3,88 (,8759) p 14, ,1 (47) We vinden dezelfde pwaarde. Als we bovendien [N 3 ] gelijkstellen aan de beginconcentratie (bij een zwakke base reageren slechts weinig moleculen), dan wordt de berekening nog eenvoudiger: mol/l N 3 N 4 O Begin 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 K b N3 0,0,. ieruit volgt: 1,8. 6 1, mol/l N 3 N 4 Evenwicht 0,0 1, , O po log 1, ,8736 po 14, ,13 (11,176) Ook hier is de afwijking bijzonder klein. chemie@edict.be 3

34 Concept 4 Zwakke base O O K O 14 w B O B O A O K b B Substitutie van de evenwichtsconcentraties in K b levert een vierkantsvergelijking op waaruit B kan berekend worden. Substitutie van in de tabel levert [O ] op. ieruit kan de po en de p berekend worden. Indien de zwakke base merkelijk sterker is dan water (K b > 1 ) en de concentratie ervan niet te klein is, mogen de hydroideionen, afkomstig van water, verwaarloosd worden. (1) Indien de zwakke base voldoende zwak is (K b < 3 ) mag bovendien verwaarloosd worden naast c o. Klassieke formule 1 1 pzwakke base 14 pk b log c B ozwakke base (1) De hydroideionen, afkomstig van water, mogen verwaarloosd worden als K w << K b. c o of K b. c o > 1. chemie@edict.be 33

35 Mengsels van zuren en basen Mengsel van twee zuren Mengsel van twee sterke zuren Cl (0,00 mol/l) en NO 3 (0,0 mol/l) O O K O 14 w Cl Cl (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) NO 3 NO 3 (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) Concept 1 mol/l Cl NO 3 Begin 0,00 0,0 7 0,00 0,0 0,00 0,0 Evenwicht 0 0 ( 7 ) 0,300 p log 0, 300 0, 5 (879) Cl (0,0 mol/l) en NO 3 (0,001 mol/l) O O K O 14 w Cl Cl (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) NO 3 NO 3 (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) Concept 1 mol/l Cl NO 3 Begin 0,0 0, ,0 0,001 0,0 0,001 Evenwicht 0 0 ( 7 ) 0,1 p log 0, 1 1, 00 (0,995678) Als we de protonen afkomstig van NO 3 verwaarlozen naast de protonen afkomstig van Cl, dan vinden we dezelfde pwaarde: mol/l Cl NO 3 Evenwicht 0 0 p log 00, 1, 00 ( 7 ) 0,0 ( 0,001) Als de concentratie van het ene sterke zuur minstens 0 keer groter is dan de concentratie van het andere sterke zuur, dan moeten we met dit laatste zuur (kleinste concentratie) geen rekening houden. chemie@edict.be 34

36 Mengsels van zuren en basen Mengsel van twee zuren Mengsel van een sterk en een zwak zuur Cl (0,0 mol/l) en Ac (0,0 mol/l) O O K O 14 w Cl Cl (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) Ac Ac Ac K 1, 8. 5 z Ac Concept 1 mol/l Cl Ac Ac Begin 0,0 0, ,0 0,0 Evenwicht 0 0,0 ( ) ( 0,0) K 0, z Ac,. ( ) 0,01,8. 5 1, , , Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : ( 7 ) 0,0 5 1, mol/l Cl Ac Ac Evenwicht 0 0, , , p log 1, , 00 (0,9999) et blijkt duidelijk dat de protonen afkomstig van het zwakke zuur Ac ( 1, ) te verwaarlozen zijn naast de protonen afkomstig van het sterke zuur (0,0). Als we dat doen vinden we een p 1,00. chemie@edict.be 35

37 Cl ( 3 mol/l) en Ac (0,0 mol/l) O O K O 14 w Cl Cl (sterk zuur is volledig geïoniseerd: aflopende reactie) Ac Ac Ac K 1, 8. 5 z Ac Concept 1 mol/l Cl Ac Ac Begin 3 0, Evenwicht 0 0,0 ( 7 ) 3 3 ( ). K 18 5 z,. Ac ( 0,0) ( ) 3 1,8. 5 1, ,018. 1,8. 0 Oplossen van deze vierkantsvergelijking levert : 4 9, mol/l Cl Ac Ac Evenwicht 0 0, , , p log 1, , 7 (,71536) Verwaarlozen van de protonen afkomstig van het zwakke zuur Ac ( 9, ) naast de protonen afkomstig van het sterke zuur ( 3 ), levert: mol/l Cl Ac Ac Evenwicht 0 0,0 p 3,00. De afwijking is dan duidelijk merkbaar. ( 7 ) 3 ( ) Bij een mengsel van een sterk zuur en een zwak zuur mag het zwakke zuur verwaarloosd worden naast het sterke zuur. Dit mag echter niet indien de concentratie van het sterke zuur 0 keer (of meer dan 0 keer) kleiner is dan de concentratie van het zwakke zuur. chemie@edict.be 36

38 Mengsels van zuren en basen Mengsel van twee zuren Mengsel van twee zwakke zuren Ac (0,0 mol/l) en CN (0,0 mol/l) O O K O 14 w Ac Ac Ac K 1, 8. 5 z Ac CN CN CN K 4, 9. z CN Concept 1 mol/l Ac CN Ac CN Begin 0,0 0, y y y Evenwicht 0,0 ( ) 0,0 ( y) ( 7 ) y y De protonen, afkomstig van water, mogen verwaarloosd worden (beide zuren zijn merkelijk sterker dan water en hun concentraties zijn niet te klein). Bovendien zijn beide zuren voldoende zwak (K z < 3 ), zodat en y mogen verwaarloosd worden naast de beginconcentraties. ( y ). K 18,. 5 ( y ).y z K Ac 0,0 z 4, 9. (1) CN 0,0 6 ( y ). 1,8. 11 ( y ).y 4, 9. () Uit () volgt: 4,9. 11 ( y ) y (3) Substitutie in (1): 1,8. 6 1,8. 6.y ( y) 4, y (4) (Dit betekent dat het zuur Ac keer meer protonen afsplitst dan het zuur CN. Ga maar na: de zuurconstante van Ac is keer groter dan die van CN. Opgelet: dit geldt enkel omdat de concentraties van beide zuren gelijk zijn!) Substitutie in (3): ( ) y y y 4,9. 11 ieruit volgt: y 1, en y 1, ,9. 11 y 8 y 3,6518. en mol/l Ac CN Ac CN Evenwicht 0,0 0,0 1, , , chemie@edict.be 37

39 p log 1, , 87 (35) Als we het zwakste zuur (CN) gewoon verwaarlozen, dan vinden we:. K 18 5 z,. Ac 0,0 1,8. 6 1, p, 87 Bij een mengsel van twee zwakke zuren mag het meest zwakke zuur verwaarloosd worden naast het minst zwakke zuur. Dit mag echter enkel indien de K z.co waarde voor het ene zwakke zuur minstens 0 keer kleiner is dan de K z.co waarde voor het andere zwakke zuur. Ac (0,0 mol/l) en Fm 9 (0,0 mol/l) O O K O 14 w Ac Ac Ac K 18,. 5 z Ac Fm Fm Fm K 18,. 4 z Fm Concept 1 mol/l Ac Fm Ac Fm Begin 0,0 0, y y y Evenwicht 0,0 ( ) 0,0 ( y) ( 7 ) y y De protonen, afkomstig van water, mogen verwaarloosd worden (beide zuren zijn merkelijk sterker dan water en hun concentraties zijn niet te klein). Bovendien zijn beide zuren voldoende zwak (K z < 3 ), zodat en y mogen verwaarloosd worden naast de beginconcentraties. ( y ). K 18,. 5 ( y ).y z K 4 Ac 0,0 z 18,. (1) Fm 0,0 y. 1,8. 6 y.y 1, 8. 6 ( ) () y Uit () volgt: ( ) 1,8. 6 y ( ) (3) 9 Fm COO (mierenzuur waterstofformiaat) chemie@edict.be 38

40 1,8. 6 1,8. 6.y Substitutie in (1): y ( y) 1,8. 6 (4) (Beide zuren splitsen evenveel protonen af!) 1,8. 6 Substitutie in (3): ieruit volgt: 1,8. 6 en y 9, mol/l Ac CN Ac CN Evenwicht 0,0 0,0 1, , , p log 1, , 7 (185) Als we het zwakste zuur (Ac) gewoon verwaarlozen, dan vinden we:. K 18 4 z,. Fm 0,0 1,8. 6 1, p, 87 De fout die we in dit geval maken is vrij groot. chemie@edict.be 39

41 Mengsels van zuren en basen Mengsel van twee basen Mengsel van twee sterke basen We kunnen hier op dezelfde manier redeneren als in de gevallen van mengsels van twee zuren. NaO (0,00 mol/l) en KO (0,0 mol/l) O O K O 14 w NaO O Na. O O (sterke base: aflopende reactie) KO O K. O O (sterke base: aflopende reactie) Concept 3 mol/l NaO KO O Begin 0,00 0,0 0 0,00 0,0 0,00 0,0 Evenwicht 0 0 0,300 po log 0, 300 0,588 p 14 0,588 13, 48 (13, 4771) Als de concentratie van de ene sterke base minstens 0 keer groter is dan de concentratie van de andere sterke base, dan moeten we met die laatste base (kleinste concentratie) geen rekening houden. chemie@edict.be 40

42 Mengsels van zuren en basen Mengsel van twee basen Mengsel van een sterke en een zwakke base Bij een mengsel van een sterke base en een zwakke base mag de zwakke base verwaarloosd worden naast de sterke base. Dit mag echter niet indien de concentratie van de sterke base 0 keer (of meer dan 0 keer) kleiner is dan de concentratie van de zwakke base. NaO (0,0 mol/l) en N 3 (0,0 mol/l) O O K O 14 w NaO O Na. O O (sterke base: aflopende reactie) N 3 O N 4 O N O 4 K 18,. 5 b N 3 Concept 3 mol/l NaO N 3 O Begin 0,0 0,0 0 0,0 0,0 Evenwicht 0 0,0 ( ) 0,0 ( ) po log 0, 0 1,00 p 14 1,00 13, 00 chemie@edict.be 41

43 Mengsels van zuren en basen Mengsel van twee basen Mengsel van twee zwakke basen Bij een mengsel van twee zwakke basen mag de meest zwakke base verwaarloosd worden naast de minst zwakke base. Dit mag echter enkel indien de K b.co waarde voor de ene zwakke base minstens 0 keer groter is dan de K b.co waarde voor de andere zwakke base. O O K O 14 w N 3 O N 4 O N O 4 K 18,. 5 b N 3 N O O N 3 O O N O O b NO Concept 4 mol/l N 3 N O O N 4 Begin 0,0 0,0 0 0 y y Evenwicht 0,0 ( ) 0,0 ( y) ( y) N O 4 K 18,. 5 b N 3 18,. 5 0,0 1, , mol/l N 3 N O O N 4 Evenwicht 9, ,0 1, , po log 1, ,8736 p 14, ,13 (11,176) chemie@edict.be 4

44 Zouten Zouten zijn samengestelde stoffen (binair, ternair, quaternair) die opgebouwd zijn uit positieve (metaal of ammonium)ionen en negatieve ionen. De ionen vormen een ionrooster. Bij oplossen in water komen de ionen uit het rooster los en kunnen ze vrij bewegen. In het kader van de brønstedtheorie is het positieve ion altijd een zuur en het negatieve ion altijd een base. et negatieve ion heeft soms daarnaast ook nog een zuur karakter (amfolyt). Zouten zijn dus minstens bifunctioneel (Z B) en maimaal trifunctioneel (Z B Z). Voor de pberekening van een oplossing van een zout in water moeten we uiteraard rekening houden met al deze karakters en bovendien nog met het water zelf. Water is te beschouwen als een zuur met zuurconstante K z 14 en als een base met baseconstante K b 14. In beide gevallen is het karakter dus zeer zwak en enkel theoretisch van belang. In de praktijk loopt het meestal niet die vaart. Sommige karakters zijn namelijk minder uitgesproken dan het overeenstemmende karakter van water en dus te verwaarlozen. Met het oog op de pberekening kunnen we de zouten dus indelen als volgt: zuur trifunctionele zouten ZBZ N4 PO4 zuur base N4 Ac zuur of zuur base bifunctionele zouten ZB Na PO4 base We kunnen het natriumion (als zuur) verwaarlozen naast water als zuur. et is het geconjugeerde zuur van de base NaO. Dit is een sterke base (K b > 3 ) en de K z van Na is dus kleiner dan 17 en dus veel kleiner dan die van water. chemie@edict.be 43

45 Na Ac monofunctionele zouten Z of B base We kunnen het natriumion (als zuur) verwaarlozen naast water als zuur. et is het geconjugeerde zuur van de base NaO. Dit is een sterke base (K b > 3 ) en de K z van Na is dus kleiner dan 17 en dus veel kleiner dan die van water. of N4 Cl zuur We kunnen het chlorideion (als base) verwaarlozen naast water als base. et is de geconjugeerde base van het zuur Cl. Dit is een sterk zuur (K z > 3 ) en de K b van Cl is dus kleiner dan 17 en dus veel kleiner dan die van water. Na Cl We kunnen het natriumion (als zuur) verwaarlozen naast water als zuur. et is het geconjugeerde zuur van de nonfunctionele zouten base NaO. Dit is een sterke base (K b > 3 ) en de K z van Na is dus kleiner dan 17 en dus veel kleiner dan die van water. We kunnen het chlorideion (als base) verwaarlozen naast water als base. et is de geconjugeerde base van het zuur Cl. Dit is een sterk zuur (K z > 3 ) en de K b van Cl is dus kleiner dan 17 en dus veel kleiner dan die van water. Berekenen van de p van een oplossing van een zout Om de formules te kunnen generaliseren worden de ladingen en de indices weggelaten! zuur Veronderstel een oplossing van een zout AB in water. et zout is uiteraard volledig gedissocieerd. We veronderstellen dat het zout trifunctioneel is. AB zuur A B base In deze oplossing, een mengsel van water en ionen, kunnen we volgende evenwichten beschouwen. Merk op dat alle concentraties evenwichtsconcentraties zijn. chemie@edict.be 44

46 Vermits deze vier evenwichten beschouwd worden in één en hetzelfde milieu (alle deeltjes bevinden zich in waterige oplossing), beïnvloeden ze elkaar. Dit betekent dat met elke concentratie de concentratie in het mengsel bedoeld wordt. Vandaar de inde m bij elke evenwichtsconcentratie. Met [ ] m wordt dus de evenwichtsconcentratie van in het mengsel bedoeld, zonder rekening te houden met de herkomst van de protonen! Autoprotolyse van water Bij sterke zuren en basen is dit evenwicht te verwaarlozen (et aantal protonen dat door water geleverd wordt is te verwaarlozen naast het grote aantal dat afkomstig is van het sterke zuur of dat opgenomen wordt door de sterke base.). Ook bij zuren en basen die zwak zijn (maar sterker dan water) zal dit evenwicht geen rol spelen, tenzij die zuren en basen, wat sterkte betreft, vergelijkbaar zijn met water. En we moeten dit evenwicht zeker in rekening brengen voor zuren en basen die zwakker zijn dan water! Vandaar dat we in dit algemene geval met dit evenwicht rekening houden. O O K O 14 w. m m Protolyse van het zuur A et betreft hier het evenwicht waarbij het positieve ion van het zout (een zuur) een proton afgeeft. Voorbeelden: Na, K, Ca, N 4, De geconjugeerde base van het positieve ion stellen we voor met het symbool B 1 : eventuele ladingen worden weggelaten. A. B 1 m m B1 K K z zuur A A m Protolyse van de base B et betreft hier het evenwicht waarbij het negatieve ion van het zout (een base) een proton opneemt. Voorbeelden: Cl, NO 3, Ac, CO3, PO 4, et geconjugeerde zuur van het negatieve ion (als base) stellen we voor met het symbool A : eventuele ladingen worden weggelaten. B base A A 1 K b B K m Kz K B A w. m m Protolyse van het zuur B et betreft hier het evenwicht waarbij het negatieve ion van het zout (een zuur) een proton afgeeft. De geconjugeerde base van het negatieve ion (als zuur) stellen we voor met het symbool B 3 : eventuele ladingen worden weggelaten. B zuur B3. B m 3 K K m z B B m In dit mengsel van zuren en basen willen we de concentratie van de protonen of de p berekenen. chemie@edict.be 45

47 De protonenconcentratie in het mengsel is het resultaat van deze vier evenwichten. m afgegevendoor water afgegevendoor A opgenomendoor B afgegeven doorb Telkens een watermolecule een proton afsplitst, ontstaat er ook een O ion. We kunnen dus schrijven: O m m afgegeven door A opgenomen door B afgegeven door B Telkens het zuur A een proton afgeeft ontstaat er een B 1 deeltje. We kunnen dus schrijven: O B m m 1 m opgenomendoor B afgegeven door B Telkens de base B een proton opneemt ontstaat er een A deeltje. We kunnen dus schrijven: O B A m m 1m m afgegeven door B Telkens het zuur B een proton afgeeft ontstaat er een B 3 deeltje. We kunnen dus schrijven: O B A B m m 1m m 3m We vervangen de evenwichtsconcentraties hierboven door bruikbare concentraties. O 14 K K w w. O m m m m. B K A m 1 z. m A K m z B A A 1 m m m A K. B. 1 K b B b m B m A m Kz K B K A w w. m m m. B K B m 3 z. m B K m z B B B 3 m m m Voor de protonenconcentratie vinden we nu: O B A B m m 1m m 3 m K. A K. B. z K. B K A b m B z w m m B m K w m m m chemie@edict.be 46

48 Door beide leden te vermenigvuldigen met [ ] m bekomen we volgende vergelijking: B K.. b B K K. A m m w z K. B m A z m K w B m B K.. b B m m Kw K z. A K. B m K A z w m B m K. B b B ( 1 m ) Kw K z. A K. B m K A z w m B m Kw K. B b B ( m ) Kw K z. A K. B m K A z w m B m ( Kw K. A z K. B ). A z K m B w m m Kw K b. B B m De ionen waaruit een zout opgebouwd is, zijn altijd zwakke zuren en/of zwakke basen. Sterke zuren of basen komen dus nooit voor in zouten! Daarom mogen we veronderstellen dat die ionen slechts weinig protonen afgeven en/of opnemen en dat de concentraties ervan in het mengsel gelijk zijn aan de oorspronkelijke concentraties. Daardoor kunnen we bovenstaande vergelijking als volgt schrijven: ( K.. ). w Kz c A o K A z c B o K B w m Kw K b.c B ob Met deze algemene formule kan [ ] m en dus de p van gelijk welk zout berekend worden. De formules (zwak zuur, zwakke base, amfolyt, ) die gewoonlijk gebruikt worden zitten hierin verwerkt. Dit blijkt duidelijk uit onderstaande beschouwingen. chemie@edict.be 47

49 p van een nonfunctioneel zout NaCl e.a. Kz 0 B zuur ( K.. ). w Kz c A o K A z c B o K B w m Kw K b.c B ob zuur Na Cl base. K w Kw Kw 14 m K w p 7 K za << 14 K << 14 b B Voor dergelijke nonfunctionele zouten vinden we altijd p 7, ongeacht de concentratie. et zijn neutrale zouten (afgeleid van een sterk zuur en een sterke base). De leerlingen kunnen voorspellen dat deze zouten neutraal reageren. chemie@edict.be 48

50 p van een monofunctioneel zout Monofunctioneel zuur N 4 Cl e.a. zuur K za 5,6. N4 Cl Kz 0 B zuur base K << 14 bb ( K.. ). w Kz c A o K A z c B o K B w m Kw K b.c B ob K. c. K z A oa w K z. c m K A o w A p Uit deze vergelijking volgt ook de klassieke formule die we voor een zwak zuur kunnen gebruiken: K. c. K z A oa w K. c m K za o w A log log K logc z m A oa 1 1 log log K logc m za oa 1 1 p log K logc z A oa 1 1 p pk log z c A oa Zwak zuur zout (0,0 mol/l N 4 Cl) N4 Cl zuur K za 5,6. base K << 14 bb De leerlingen kunnen voorspellen dat deze zouten zwak zuur reageren en dat ze de p van een oplossing ervan kunnen berekenen zoals bij een zwak zuur. O O K O 14 w N 4 N 3 N 3 K z 5 6 N,. 4 chemie@edict.be 49

51 Concept mol/l N 4 N 3 Begin 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 K 5 6 z N 0,0,. 4 ieruit volgt: 5, , mol/l N 4 N 3 Evenwicht 0,0 7, , p log 7, ,13 (5,1591) Monofunctioneel basisch NaAc e.a. Kz 0 B zuur ( K.. ). w Kz c A o K A z c B o K B w m Kw K b.c B ob Na Ac zuur base K za << 14 K bb 5,6.. K w Kw K w m K b.c K.c B ob bb ob p Uit deze vergelijking volgt ook de klassieke formule die we voor een zwakke base kunnen gebruiken:. K w Kw K w m K b.c B o K B b.c B ob log 8logKb log c m B ob 1 1 log 14 log K logc m b B ob 1 1 p 14 log K logc b B ob 1 1 p 14 pk log b c B ob chemie@edict.be 50

52 Zwak basisch zout (0,0 mol/l NaAc) Na Ac zuur base K za << 14 K bb 5,6. De leerlingen kunnen voorspellen dat deze zouten zwak basisch reageren en dat ze de p van een oplossing ervan kunnen berekenen zoals bij een zwakke base. O O K O 14 w Ac O Ac O Ac O K 5 6 b Ac Concept 4 mol/l Ac Ac O Begin 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 K 5 6 b Ac,. 0,0 ieruit volgt: 5, , mol/l Ac Ac O Evenwicht 0,0 7, , po log 7, ,1591 p 14 5,1591 8, 87(409) chemie@edict.be 51

53 p van een bifunctioneel zout Bifunctioneel zout afgeleid van een zwak zuur en een zwakke base N 4 Ac e.a. Kz 0 B ( K.. ). w Kz c A o K A z c B o K B w m Kw K b.c B ob N4 Ac zuur K 5,6. za p zuur base K bb 5,6. K. c.k K. K z A oa w za w m K b.c K B ob bb (De laatste vereenvoudiging mag enkel uitgevoerd worden als het zout evenveel positieve als negatieve ionen bevat en dus co c A o, wat praktisch altijd het B geval is.) Uit deze vergelijking volgt ook de klassieke formule die we voor een amfolyt kunnen gebruiken: log 14 log K z logk m A bb 1 1 log 7 log K m z log K A bb 1 1 p 7 log K log K z A bb 1 1 p 7 pk pk z A bb 1 p 7 ( pk pk ) z A bb chemie@edict.be 5

54 Bifunctioneel zout (0,0 mol/l N 4 Ac) N4 Ac zuur K 5,6. za base K bb 5,6. De leerlingen moeten enkel kunnen voorspellen hoe deze zouten reageren (in dit geval neutraal, omdat het zure karakter van het positieve ion net even zwak is als het basische karakter van het negatieve ion. De p moet niet kunnen berekend worden. O O K O 14 w N 4 N3 N 3 K1 K z 5, 6. N N 4 4 Ac 1 1 Ac Ac K 5 6 4,. K z 18 5 Ac N,. 4 Vermits het positieve ion een zuur is en het negatieve ion een base, kunnen die met elkaar reageren: N 4 Ac N 3 Ac 4 5 N3 Ac K K 1.K 5, 6. 5., 6. 3, 14. N Ac 4 et valt op dat de evenwichtsconstante klein is en dat het evenwicht dus ver naar links ligt ( is te verwaarlozen naast 0,0): mol/l N 4 Ac N 3 Ac Begin 0,0 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 0,0 K 314 5,. ( 0,0) ieruit volgt: 3, ,6. 4 mol/l N 4 Ac N 3 Ac Evenwicht 0,0 0,0 5,6. 4 5,6. 4 chemie@edict.be 53

55 De p kan nu op twee manieren berekend worden: N 3 K 5 6 z,. N N 4 4 5, , 6. of 0,0 5 6,. 0., 0 7 5, 6. 4 Ac K 18 5 z,. Ac Ac 0, 0 18,. 5 5, ,..,. 7 00, p 7 chemie@edict.be 54

56 Bifunctioneel zout (0,0 mol/l N 4 CN) N4 CN zuur K 5,6. za base K,0. 5 bb De leerlingen moeten enkel kunnen voorspellen hoe deze zouten reageren (in dit geval zwak basisch, omdat het basische karakter van het negatieve ion sterker is dan het zure karakter van het positieve ion). De p moet niet kunnen berekend worden. O O K O 14 w N 4 N3 N 3 K1 K z 5, 6. N N 4 4 CN 1 1 CN CN K 04 9,. K z 4 9 CN CN,. Vermits het positieve ion een zuur is en het negatieve ion een base, kunnen die met elkaar reageren: N 4 CN N 3 CN 9 N3 CN K K 1.K 5, 6.., 04. 1, 14 N CN 4 et valt op dat de evenwichtsconstante niet klein is, maar ook niet groot. We hebben dus te maken met een evenwicht dat niet links, maar ook niet rechts ligt ( is NIET te verwaarlozen naast 0,0): mol/l N 4 CN N 3 CN Begin 0,0 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 0,0 K 114, ( 0,0 ) ieruit volgt: 1,07 0,0 5,17. chemie@edict.be 55

57 mol/l N 4 CN N 3 CN Evenwicht 4,83. 4,83. 5,17. 5,17. De p kan nu op twee manieren berekend worden: N 3 K 5 6 z,. N N 4 4 5, ,. of 4, ,..,. 5, ,. CN K 4 9 z,. CN CN 4, 83. 4, , ,..,. 5, 4. 4, 83. p log 5,3. 9,8 chemie@edict.be 56

58 Bifunctioneel zout (0,0 mol/l N 4 F) N4 F zuur K 5,6. za base K bb 1,4. 11 De leerlingen moeten enkel kunnen voorspellen hoe deze zouten reageren (in dit geval zwak zuur, omdat het zure karakter van het positieve ion iets sterker is dan het basische karakter van het negatieve ion). De p moet niet kunnen berekend worden. O O K O 14 w N 4 N3 N 3 K1 K z 5, 6. N N 4 4 F 1 1 F F K 139 3,. K z 7 4 F F,. Vermits het positieve ion een zuur is en het negatieve ion een base, kunnen die met elkaar reageren: N 4 F N 3 F 3 7 N3 F K K 1.K 5, 6. 1., 39. 7, 78. N F 4 et valt op dat de evenwichtsconstante klein is en dat het evenwicht dus ver naar links ligt ( is te verwaarlozen naast 0,0): mol/l N 4 F N 3 F Begin 0,0 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 0,0 K ,. ( 0,0) ieruit volgt: 7, ,8. 5 mol/l N 4 Ac N 3 Ac Evenwicht 0,0 0,0 8,8. 5 8,8. 5 chemie@edict.be 57

59 De p kan nu op twee manieren berekend worden: N 3 K 5 6 z,. N N 4 4 8, , 6. of 0,0 5 6,. 0., 0 6, , 8. 5 F K 7 4 z,. F F 0, 0 7,. 4 8, ,..,. 6, , p log 6, ,0 chemie@edict.be 58

60 5 Amfolyten Bifunctioneel zout met een amfolyt als negatief ion Na PO 4 e.a. zuur K << 14 za Na PO4 Kz 6,. 8 B zuur base K b 1,33. 1 B ( K.. ). w Kz c A o K A z c B o K B w m Kw K b.c B ob Kz. co. K. B B w Kz K B w m Kb. co K B B b B p Uit deze vergelijking volgt ook de klassieke formule die we voor een amfolyt kunnen gebruiken: K. z K B w m K b B log 14 logk z logkb m B B 1 1 log 7 logk log z K m B b B 1 1 p 7 logkz logk B b B 1 1 p 7 pkz pk B b B 1 p 7 ( pkz ) B pkb B chemie@edict.be 59

61 Amfolyt (0,0 mol/l Na PO 4 ) Kz 6,. 8 B zuur Na PO4 base K b 1,33. 1 B O O K O 14 w PO 4 PO 4 PO 8 4 K1 K z 6,. PO PO PO PO 4 3 PO K 133,. K z PO PO, Vermits het negatieve ion een amfolyt is, kan volgende reactie optreden: PO 4 PO 4 3 PO 4 PO 3PO K K 1.K 6,. 1., 33. 8, 5. PO 4 et valt op dat de evenwichtsconstante klein is en dat het evenwicht dus ver naar links ligt ( is te verwaarlozen naast 0,0): mol/l PO 4 PO 4 3 PO 4 Begin 0,0 0 0 Evenwicht 0,0 K 8 5 6,. ( 0,0) ieruit volgt: 8,5. 8,87. 4 mol/l PO 4 PO 4 3 PO 4 Evenwicht 0,0,87. 4,87. 4 chemie@edict.be 60

62 De p kan nu op twee manieren berekend worden: PO 4 K 6 8 z,. PO PO 4 4, ,. 8 0,0 6 8,. 0., 0, 16. 5,87. 4 of PO 4 K z,. PO 3 4 PO 3 4 0,0 7, 5. 3, ,87. 4,.., ,0 p log, , 67 chemie@edict.be 61

63 Concept 5 Amfolyten (De ionladingen werden weggelaten, behalve voor.) X X X K1 K z X X X 1 X X K K z X X X X X X X K K 1.K X Substitutie van de evenwichtsconcentraties in K levert een vierkantsvergelijking op waaruit kan berekend worden. Substitutie van de evenwichtsconcentraties in K 1 of K levert [ ] op en hieruit kan de p berekend worden. Indien het zure en het basische karakter van het amfolyt voldoende zwak is (K < 3 ) mag verwaarloosd worden naast c o. Klassieke formule 1 p 7 (pkz p K b) chemie@edict.be 6

5.4 ph van oplossingen van zwakke zuren of zwakke basen

5.4 ph van oplossingen van zwakke zuren of zwakke basen Opmerking: We gaan ervan uit, dat bij het mengen van oplossingen geen volumecontractie optreedt. Bij verdunde oplossingen is die veronderstelling gerechtvaardigd. 5.4 ph van oplossingen van zwakke zuren

Nadere informatie

2 H 2 O(vl) H 3 O + (aq) + OH - (aq) Deze evenwichtsreactie wordt meestal eenvoudiger als volgt geschreven:

2 H 2 O(vl) H 3 O + (aq) + OH - (aq) Deze evenwichtsreactie wordt meestal eenvoudiger als volgt geschreven: Zuren en basen 1. Autoionisatie van water Op het eerste gezicht geleidt water de elektrische stroom niet. Bij gebruik van meer gevoelige meetapparatuur blijkt water toch de elektrische stroom te geleiden,

Nadere informatie

EVENWICHTEN VOOR ZUREN EN BASEN

EVENWICHTEN VOOR ZUREN EN BASEN EVENWICHTEN VOOR ZUREN EN BASEN Een zuur is een chemisch bestanddeel dat waterstofionen afsplitst bij oplossen in water H zuurrest water H zuurrest Een base is een chemisch bestanddeel dat hydroxide-ionen

Nadere informatie

Zelfs zuiver water geleidt in zeer kleine mate elektrische stroom en dus wijst dit op de aanwezigheid van geladen deeltjes.

Zelfs zuiver water geleidt in zeer kleine mate elektrische stroom en dus wijst dit op de aanwezigheid van geladen deeltjes. Cursus Chemie 4-1 Hoofdstuk 4: CHEMISCH EVENWICHT 1. DE STERKTE VAN ZUREN EN BASEN Als HCl in water opgelost wordt dan bekomen we een oplossing die bijna geen enkele covalente HCl meer bevat. In de reactievergelijking

Nadere informatie

Protolyse van zwakke zuren en basen

Protolyse van zwakke zuren en basen Protolyse van zwakke zuren en basen Zwakke protolyten protolyseren in oplossing slechts gedeeltelijk. Waterstoffluoride bv. is een zwak zuur: HF + H 2 O H 3 O + + F De evenwichtsvoorwaarde is: K = [H 3

Nadere informatie

ZUREN EN BASEN. Samenvatting voor het VWO. versie mei 2013

ZUREN EN BASEN. Samenvatting voor het VWO. versie mei 2013 ZUREN EN BASEN Samenvatting voor het VWO versie mei 2013 INHOUDSOPGAVE 1. Vooraf 2. Algemeen 3. Zuren 4. Basen 5. Het waterevenwicht 6. Definities ph en poh 7. ph BEREKENINGEN 7.1. Algemeen 7.2. Water

Nadere informatie

Scheikunde SE2. Hoofdstuk 8

Scheikunde SE2. Hoofdstuk 8 Scheikunde SE2 Hoofdstuk 8 Paragraaf 2 Indicatoren: stoffen waarmee je kunt bepalen of een oplossing zuur of basisch is. Zuur: als een oplossing een ph heeft van minder dan 7. Basisch: als een oplossing

Nadere informatie

ph-berekeningen aan tweewaardige zuren

ph-berekeningen aan tweewaardige zuren ph-berekeningen aan tweewaardige zuren Een korte beschouwing over zwavelzuur en oxaalzuur door dr.ir. R.C.M. Jakobs versie 16 december 2017 Dit document is samengesteld ter ondersteuning en verdieping

Nadere informatie

5 VWO. H8 zuren en basen

5 VWO. H8 zuren en basen 5 VWO H8 zuren en basen Inleiding Opdracht 1, 20 min in tweetallen Nakijken; eventueel vragen stellen 8.2 Zure, neutrale en basische oplossingen 8.2 Zure, neutrale en Indicator (tabel 52A) Zuurgraad 0-14?

Nadere informatie

ZUREN EN BASEN. Samenvatting voor het HAVO. versie mei 2013

ZUREN EN BASEN. Samenvatting voor het HAVO. versie mei 2013 ZUREN EN BASEN Samenvatting voor het HAVO versie mei 2013 INHOUDSOPGAVE 1. Vooraf 2. Algemeen 3. Zuren 4. Basen 5. Het waterevenwicht 6. Definities ph en poh 7. ph BEREKENINGEN 7.1. Algemeen 7.2. Water

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 9, 10, 11 Zuren/Basen, Evenwichtsconstanten Samenvatting door een scholier 1087 woorden 22 januari 2009 6 42 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie Scheikunde

Nadere informatie

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO versie december 2014 INHOUDSOPGAVE 1. Vooraf 2. Wat is een buffer? 3. Hoe werkt een buffer? 4. Geconjugeerd zuur/base-paar 5. De ph van een buffer De volgende

Nadere informatie

8 Zuren en basen. 1 Waterconstante H O + H O + H H

8 Zuren en basen. 1 Waterconstante H O + H O + H H 8 Zuren en basen #1 We onderzoeken het geleidingsvermogen van zuiver water met de testlamp. We meten de geleiding opnieuw, maar dit keer met een zeer goelige geleidingssensor. 1 Waterconstante Zuiver water

Nadere informatie

ANTWOORDEN Herhaling zuren, basen en buffers

ANTWOORDEN Herhaling zuren, basen en buffers ANTWOORDEN Herhaling zuren, basen en buffers 1) Wat geeft de onderstaande afbeelding weer? Je ziet deze deeltjes afgebeeld: het zwakke zuur HA (want veel deeltjes zijn niet geïoniseerd), de zwakke base

Nadere informatie

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding

BUFFEROPLOSSINGEN. Inleiding BUFFEROPLOSSINGEN Inleiding Zowel in de analytische chemie als in de biochemie is het van belang de ph van een oplossing te regelen. Denk bijvoorbeeld aan een complexometrische titratie met behulp van

Nadere informatie

ph-berekeningen aan tweewaardige zuren

ph-berekeningen aan tweewaardige zuren ph-berekeningen aan tweewaardige zuren Een korte beschouwing over zwavelzuur en oxaalzuur door dr.ir. R.C.M. Jakobs versie januari 2015 Dit document is samengesteld ter ondersteuning en verdieping van

Nadere informatie

5 Water, het begrip ph

5 Water, het begrip ph 5 Water, het begrip ph 5.1 Water Waterstofchloride is een sterk zuur, het reageert als volgt met water: HCI(g) + H 2 0(I) Cl (aq) + H 3 O + (aq) z b Hierbij reageert water als base. Ammoniak is een zwakke

Nadere informatie

Hoofdstuk 3: Zuren en basen

Hoofdstuk 3: Zuren en basen Hoofdstuk 3: Zuren en basen Scheikunde VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Onderwerpen Scheikunde 2011 2012 Stoffen, structuur en binding Kenmerken van Reacties Zuren en base Redox Chemische technieken Koolstofchemie

Nadere informatie

25/02/2017. [H 2 S] = K b,2 [OH ] = 1,

25/02/2017. [H 2 S] = K b,2 [OH ] = 1, 25/02/207 Meerstapshydrolyse van anionen Sommige anionen, afkomstig van meerbasische zuren hydrolyseren in meerdere stappen. De mate waarin elk van die hydrolysestappen doorgaat is afhankelijk van de desbetreffende

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstukken 8&9: zuren en basen

Samenvatting Scheikunde Hoofdstukken 8&9: zuren en basen Samenvatting Scheikunde Hoofdstukken 8&9: zuren en basen Samenvatting door een scholier 1810 woorden 4 december 2017 4,8 9 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Scheikunde hoofdstuk 8 Zuren

Nadere informatie

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO

ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO ZUUR-BASE BUFFERS Samenvatting voor het VWO versie december 2017 INHOUDSOPGAVE 1. Vooraf 2. Wat is een buffer? 3. Hoe werkt een buffer? 4. Geconjugeerd zuur/base-paar 5. De ph van een buffer De volgende

Nadere informatie

Hoofdstuk 6: Zure en base oplossingen / ph

Hoofdstuk 6: Zure en base oplossingen / ph Hoofdstuk 6: Zure en base oplossingen / ph 6.1 Herhaling: zure en basische oplossingen Arrhenius definieerde zuren als volgt: zuren zijn polaire covalente verbindingen die bij het oplossen in water H +

Nadere informatie

De waterconstante en de ph

De waterconstante en de ph EVENWICHTEN BIJ PROTOLYSEREACTIES De waterconstante en de ph Water is een amfotere stof, dat wil zeggen dat het zowel zure als basische eigenschappen heeft. In zuiver water treedt daarom een reactie van

Nadere informatie

OEFENTOETS Zuren en basen 5 VWO

OEFENTOETS Zuren en basen 5 VWO OEFENTOETS Zuren en basen 5 VWO Gesloten vragen 1. Carolien wil de zuurgraad van een oplossing onderzoeken met twee verschillende zuur-baseindicatoren en neemt hierbij het volgende waar: I de oplossing

Nadere informatie

Scheikunde hoofdstuk 8 en 9 VWO 5 SE 2 Hoofdstuk 8

Scheikunde hoofdstuk 8 en 9 VWO 5 SE 2 Hoofdstuk 8 Scheikunde hoofdstuk 8 en 9 VWO 5 SE 2 Hoofdstuk 8 2 Een oplossing kan zuur, basisch of neutraal zijn. Om het verschil in zuurgraad in een getal te kunnen uitdrukken gebruik je de ph. Is de ph < 7 is de

Nadere informatie

6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers.

6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers. 6 VWO SK Extra (reken)opgaven Buffers. Opgave I. 1 Je wilt een buffermengsel maken met ph = 4,20. Welke stoffen kun je het beste als uitgangsstoffen nemen? Opgave II. 2 In 1,00 liter water is opgelost

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN VWO ZUREN EN BASEN + ph-berekeningen

OEFENOPGAVEN VWO ZUREN EN BASEN + ph-berekeningen OEFENOPGAVEN VWO ZUREN EN BASEN + ph-berekeningen OPGAVE 1 01 Bereken hoeveel mmol HCOOH is opgelost in 40 ml HCOOH oplossing met ph = 3,60. 02 Bereken ph van 0,300 M NaF oplossing. 03 Bereken hoeveel

Nadere informatie

7.4.3 - de ph-schaal van 0 tot 14 in verband brengen met zure, neutrale en basische oplossingen en met de concentratie van H+-ionen en OH--ionen;

7.4.3 - de ph-schaal van 0 tot 14 in verband brengen met zure, neutrale en basische oplossingen en met de concentratie van H+-ionen en OH--ionen; Leergebied: concentratie Leerplannen LP Chemie 2e gr KSO GO 5.5.2 - de massaconcentratie van een oplossing definiëren als het aantal gram opgeloste stof per 100 ml oplossing; de oplosbaarheid van een stof

Nadere informatie

Oefenvraagstukken 5 VWO Hoofdstuk 11. Opgave 1 [HCO ] [H O ] x x. = 4,5 10 [CO ] 1,00 x 10

Oefenvraagstukken 5 VWO Hoofdstuk 11. Opgave 1 [HCO ] [H O ] x x. = 4,5 10 [CO ] 1,00 x 10 Oefenvraagstukken 5 VWO Hoofdstuk 11 Zuren en basen Opgave 1 1 Ga na of de volgende zuren en basen met elkaar kunnen reageren. Zo ja, geef de reactievergelijking. Zo nee, leg duidelijk uit waarom niet.

Nadere informatie

vrijdag 15 juni 2012 15:26:05 Midden-Europese zomertijd H6 Zuren en basen 4havo voorjaar 2012

vrijdag 15 juni 2012 15:26:05 Midden-Europese zomertijd H6 Zuren en basen 4havo voorjaar 2012 H6 Zuren en basen 4havo voorjaar 2012 Toetsing in periode 4! 6 juni! DTM-T zuur/base t/m 6.6! Tabel 6.10,6.13,6.17 en ph-berekeningen (zoals in vragen 14,15,26 en 27)! Toetsweek einde periode! TW441 H1

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN VWO6sk1 TENTAMEN H1-11

OEFENOPGAVEN VWO6sk1 TENTAMEN H1-11 OEFENOPGAVEN VWO6sk1 TENTAMEN H1-11 06-07, HU, oktober 2006 1. POLARITEIT, WATERSTOFBRUGGEN Zie het apart uitgedeelde stencil voor extra theorie (is tentamenstof!) en een oefenopgave. 2. CHEMISCH REKENEN

Nadere informatie

Hoofdstuk 14: Zuur-Base

Hoofdstuk 14: Zuur-Base Hoofdstuk : uur-ase Wat is een zuur? -het bevat H-atomen -het splitst H af bij oplossen in water HO H zelfde energie als covalente binding H-rest H rest H-rest HO HO rest HO permanent Hl H l Sp² hybridisatie

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. Zuren en basen. Chemie 5 (2u)

Hoofdstuk 6. Zuren en basen. Chemie 5 (2u) Hoofdstuk 6 Zuren en basen Chemie 5 (2u) Deze slides voor de lesbegeleiding worden ter beschikking gesteld, maar ze zijn te beperkt om als samenvatting van de cursus te kunnen dienen. Dissociatie van ionverbindingen

Nadere informatie

Je kunt de ph van een oplossing meten met een ph-meter, met universeelindicatorpapier of met behulp van zuur-base-indicatoren.

Je kunt de ph van een oplossing meten met een ph-meter, met universeelindicatorpapier of met behulp van zuur-base-indicatoren. Boekverslag door Merel 797 woorden 22 januari 2017 6.9 14 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Zie de bijlage voor de grafiek en alle tabellen. H8 Zuren en en Basen Chemie Overal 8.2 De

Nadere informatie

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M?

toelatingsexamen-geneeskunde.be Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing met een concentratie van 0,1 M? Chemie juli 2009 Laatste wijziging: 31/07/09 Gebaseerd op vragen uit het examen. Vraag 1 Geef de structuurformule van nitriet. A. B. C. D. Vraag 2 Wat is de ph van een zwakke base in een waterige oplossing

Nadere informatie

7. Chemische reacties

7. Chemische reacties 7. Chemische reacties 1. Definitie Bij een chemische reactie verdwijnen één of meer stoffen en ontstaan één of meer nieuwe stoffen. De stoffen die verdwijnen noemen we de uitgangsstoffen of reagentia.

Nadere informatie

8 - in een gegeven zuur-base-evenwicht de betrokken deeltjes, op basis van de protonenoverdracht, identificeren als zuur of als base.

8 - in een gegeven zuur-base-evenwicht de betrokken deeltjes, op basis van de protonenoverdracht, identificeren als zuur of als base. Leergebied: base Leerplannen LP Chemie 2e gr KSO GO 7 - Zuren en basen 7.3.4 - basen voorstellen als stoffen die in water OH--ionen vrijmaken; LP Chemie 3e gr KSO GO 8 - in een gegeven zuur-base-evenwicht

Nadere informatie

Hoofdstuk 12 Zuren en basen

Hoofdstuk 12 Zuren en basen Hoofdstuk 12 Zuren en basen bladzijde 1 Opgave 1 Reactie van de volgende zuren met water: HNO 3 HNO 3 H 2O H 3O NO 3 C 2H 5NH 3 C 2H 5NH 3 H 2O H 3O C 2H 5NH 2 HCN HCN H 2O H 3O CN HClO 4 HClO 4 H 2O H

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten

Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten Hoofdstuk 4 Kwantitatieve aspecten 4.1 Deeltjesmassa 4.1.1 Atoommassa De SI-eenheid van massa is het kilogram (kg). De massa van een H-atoom is gelijk aan 1,66 10 27 kg. m(h) = 0,000 000 000 000 000 000

Nadere informatie

2 Concentratie in oplossingen

2 Concentratie in oplossingen 2 Concentratie in oplossingen 2.1 Concentratiebegrippen gehalte Er zijn veel manieren om de samenstelling van een mengsel op te geven. De samenstelling van voedingsmiddelen staat op de verpakking vermeld.

Nadere informatie

Oplossingen Scheikunde van 2001

Oplossingen Scheikunde van 2001 www. Oplossingen Scheikunde van 2001 Disclaimer: Alle uitwerkingen zijn onder voorbehoud van eventuele fouten. Er is geen enkele aansprakelijkheid bij de auteur van deze documenten. Om deze vragen te kunnen

Nadere informatie

ßCalciumChloride oplossing

ßCalciumChloride oplossing Samenvatting door R. 1673 woorden 17 februari 2013 8 1 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Pulsar chemie Additiereactie Bij een reactie tussen hexeen en broom springt de C=C binding open. Aan het molecuul

Nadere informatie

Een reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn?

Een reactie blijkt bij verdubbeling van alle concentraties 8 maal zo snel te verlopen. Van welke orde zou deze reactie zijn? Hoofdstuk 19 Reactiesnelheid en evenwicht bladzijde 1 Opgave 1 Voor de volgende reactie: 4 NH 3(g) + 5 O 2(g) 4 NO(g) + 6 H 2O(g) blijkt onder bepaalde omstandigheden: S = 2,5 mol/l s. Hoe groot zijn:

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 (de week van) woensdag 6 februari 2008 Deze voorronde bestaat uit 25 meerkeuzevragen verdeeld over 5 onderwerpen en 4 open vragen met in totaal

Nadere informatie

Chemie 2001 Vraag 1 Je wil 1 liter van een 0,010 M oplossing van glucose (C6H1206) bereiden, door een geschikt volume van een meer geconcentreerde oplossing over te brengen in een maatkolf van 1,0 liter

Nadere informatie

5 Zuur-basereacties. 1 Waterconstante H O + H O + H H

5 Zuur-basereacties. 1 Waterconstante H O + H O + H H 5 Zuur-basereacties #1 We onderzoeken het geleidingsvermogen van zuiver water met de testlamp. We meten de geleiding opnieuw, maar dit keer met een zeer goelige geleidingssensor. 1 Waterconstante Zuiver

Nadere informatie

Ar(C) = 12,0 u / 1 u = 12,0 Voor berekeningen ronden we de atoommassa s meestal eerst af tot op 1 decimaal. Voorbeelden. H 1,0 u 1,0.

Ar(C) = 12,0 u / 1 u = 12,0 Voor berekeningen ronden we de atoommassa s meestal eerst af tot op 1 decimaal. Voorbeelden. H 1,0 u 1,0. 5. Chemisch rekenen 1. Atoommassa De SI-eenheid van massa is het kilogram (kg). De massa-eenheid die we voor atomen gebruiken is u (unit). 1 27 1 u 1,66 10 kg m 6 C-nuclide m(h) = 1,0 u m(o) = 16,0 u m(c)

Nadere informatie

Scheikunde Vraag 1. Vraag 1: <A> <B> <C> <D>

Scheikunde Vraag 1. Vraag 1: <A> <B> <C> <D> Scheikunde Vraag 1 Je wil 1 liter van een 0,010 M oplossing van glucose (C 6 H 12 O 6 ) bereiden, door een geschikt volume van een meer geconcentreerde oplossing over te brengen in een maatkolf van 1,0

Nadere informatie

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen In onderstaande zelftest zijn de vragen gebundeld die als voorbeeldvragen zijn opgenomen in het bijhorend overzicht van de verwachte voorkennis chemie 1. Elementaire chemie en chemisch rekenen 1.1 Grootheden

Nadere informatie

Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held

Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held Chemie (ph) bij het inkuilen Scheikunde klas V41a en V41b door Erik Held Inkuilproces Proces bij het inkuilen: In de kuil ondergaat het gewas een biochemisch proces onder invloed van micro-organismen Een

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2002-II

Eindexamen scheikunde havo 2002-II 4 Antwoordmodel Zuurstofvoorziening 1 aantal protonen: 16 aantal elektronen: 17 aantal protonen: 16 1 aantal elektronen: aantal protonen vermeerderd met 1 1 2 4 KO 2 2 K 2 O + 3 O 2 alleen KO 2 voor de

Nadere informatie

Stoffen, structuur en bindingen

Stoffen, structuur en bindingen Hoofdstuk 1: Stoffen, structuur en bindingen Scheikunde vwo 2011/2012 www.lyceo.nl Onderwerpen Scheikunde 2011 2012 Stoffen, structuur en binding Kenmerken van Reacties Zuren en base Redox Chemische technieken

Nadere informatie

XII. Zuur-base evenwichten

XII. Zuur-base evenwichten 1 XII. Zuur-base evenwihten aiditeitsonstanten: zie bijlage 4 GEEN examenstof: moleulaire strutuur en zuursterkte (p XII-20 t.e.m. XII-26) WEL examenstof: opmerking onderaan op p XII-22 Zuur/basetitratie

Nadere informatie

Chemisch rekenen, zo doe je dat!

Chemisch rekenen, zo doe je dat! 1 Chemisch rekenen, zo doe je dat! GOE Opmerkingen vooraf: 1. Belangrijke schrijfwijzen: 100 = 10 2 ; 1000 = 10 3, enz. 0,1 = 1/10 = 10-1 ; 0,001 = 1/1000 = 10-3 ; 0,000.000.1 = 10-7, enz. gram/kg = gram

Nadere informatie

De twee snelheidsconstanten hangen op niet identieke wijze af van de temperatuur.

De twee snelheidsconstanten hangen op niet identieke wijze af van de temperatuur. In tegenstelling tot een verandering van druk of concentratie zal een verandering in temperatuur wel degelijk de evenwichtsconstante wijzigen, want C k / k L De twee snelheidsconstanten hangen op niet

Nadere informatie

Opgave 1 Twee eeuwen terug

Opgave 1 Twee eeuwen terug pgave 1 Twee eeuwen terug 1 x y z + (x + ¼ y ½z) 2 x 2 + ½y 2 2 Mg 2 (s) + 6 2 (l) Mg 2. 6 2 (s) 3 2 + 2 Na Na 2 3. 2 Er is 5,5535 5,6311 = 0,0822 g 2 opgenomen. Dat komt overeen met 12 0, 0822 = 2,229

Nadere informatie

5-1 Moleculen en atomen

5-1 Moleculen en atomen 5-1 Moleculen en atomen Vraag 1. Uit hoeveel soorten moleculen bestaat een zuivere stof? Vraag 2. Wat is een molecuul? Vraag 3. Wat is een atoom? Vraag 4. Van welke heb je er het meeste: moleculen of atomen?

Nadere informatie

Berekening van de saturatie-index

Berekening van de saturatie-index Compendium voor de monsterneming, meting en analyse van water Berekening van de saturatieindex Versie november 2018 WAC/III/A/011 Inhoud INHOUD 1 Doel 3 2 Toepassingsgebied 3 3 Werkwijze 3 3.1 Doel van

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo II

Eindexamen scheikunde havo II Opgave aantal protonen : 48 aantal elektronen : 46 aantal protonen: 48 aantal elektronen: aantal protonen minus 2 2 selenide ion : Se 2- cadmium(ii)selenide : dse selenide-ion: Se 2- formule cadmiumselenide

Nadere informatie

1 Algemene begrippen. THERMOCHEMIE p. 1

1 Algemene begrippen. THERMOCHEMIE p. 1 TERMOCEMIE p. 1 1 Algemene begrippen De chemische thermodynamica bestudeert de energieveranderingen en energieuitwisselingen bij chemische processen. Ook het voorspellen van het al of niet spontaan verloop

Nadere informatie

OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN

OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN OPGAVE 1 OEFENOPGAVEN VWO EVENWICHTEN In een ruimte van 5,00 liter brengt men 9,50 mol HCl(g) en 2,60 mol O 2 (g). Na evenwichtsinstelling is 40,0% van de beginstoffen omgezet en is er Cl 2 (g) en H 2

Nadere informatie

PbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl

PbSO 4(s) d NH 4Cl + KOH KCl + H 2O + NH 3(g) NH 4. + OH - NH 3(g) + H 2O e 2 NaOH + CuCl 2 Cu(OH) 2(s) + 2 NaCl Hoofdstuk 11 Chemische reacties bladzijde 1 Opgave 1 De ionen die in water ontstaan: a NaCl Na Cl - b AgNO 3 Ag - NO 3 c (NH 4) 2SO 4 2 NH 4 SO 4 d KOH K OH - e NiSO 4 Ni 2 SO 4 Opgave 2 Schrijf de volgende

Nadere informatie

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen In onderstaande zelftest zijn de vragen gebundeld die als voorbeeldvragen zijn opgenomen in het bijhorend overzicht van de verwachte voorkennis chemie. 1. Elementaire chemie en chemisch rekenen 1.1 Grootheden

Nadere informatie

Voorkennistoets De Bewegende Aarde Voorkennis voor het basisdeel H1, H2, H3

Voorkennistoets De Bewegende Aarde Voorkennis voor het basisdeel H1, H2, H3 Voorkennistoets De Bewegende Aarde Voorkennis voor het basisdeel H1, H2, H3 A. wiskunde Differentiëren en primitieve bepalen W1. Wat is de afgeleide van 3x 2? a. 3x b. 6x c. x 3 d. 3x 2 e. x 2 W2. Wat

Nadere informatie

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 16 april 2018

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 16 april 2018 l UITWERKING CCVS-TENTAMEN 16 april 2018 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van woensdag 5 januari 01 tot en met woensdag 1 februari 01 Deze voorronde bestaat uit 4 meerkeuzevragen verdeeld over

Nadere informatie

Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden

Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden Vraag 1 Welke van volgende formules stemt overeen met magnesiumchloriet? MgCl Mg(ClO 2 ) 2 Mg(ClO 3 ) 2 Mg3(ClO 3 ) 2 Optie A: Hier is wat kennis over het periodiek systeem der elementen

Nadere informatie

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017

SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 SCHEIKUNDEOLYMPIADE 2017 CORRECTIEMODEL VOORRONDE 2 af te nemen in de periode van 20 tot en met 24 maart 2017 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 7 onderwerpen en 3 opgaven met

Nadere informatie

Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt?

Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt? Chemie Vraag 1 5,0.10-4 mol van een metaalchloride wordt opgelost in water. Er is 60 ml van een 2,5.10-2 mol.l -1 zilvernitraatoplossing nodig om alle chlorideionen neer te slaan onder de vorm van zilverchloride.

Nadere informatie

Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt?

Wat is de formule van het metaalchloride waarin M het symbool van het metaal voorstelt? Chemie Vraag 1 5,0.10-4 mol van een metaalchloride wordt opgelost in water. Er is 60 ml van een 2,5.10-2 mol.l -1 zilvernitraatoplossing nodig om alle chlorideionen neer te slaan onder de vorm van zilverchloride.

Nadere informatie

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen

1. Elementaire chemie en chemisch rekenen In onderstaande zelftest zijn de vragen gebundeld die als voorbeeldvragen zijn opgenomen in het bijhorend overzicht van de verwachte voorkennis chemie. 1. Elementaire chemie en chemisch rekenen 1.1 Grootheden

Nadere informatie

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 november OPGAVE 1 zeven stoffen. Frank Povel

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 november OPGAVE 1 zeven stoffen. Frank Povel l UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 november 2018 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

MILIEUCHEMIE: OEFENINGEN

MILIEUCHEMIE: OEFENINGEN MILIEUCHEMIE: OEFENINGEN OEFENZITTING 1 1. De reactie tussen calciet (vaste stof; alkalisch) en (gas; zuur) is: Waarvoor bij en totale druk; is de in de atmosfeer die in evenwicht staat met de oplossing,

Nadere informatie

6. Oplossingen - Concentratie

6. Oplossingen - Concentratie 6. Oplossingen - Concentratie 1. Opgeloste stof Oplosmiddel Oplossing Een oplossing is een homogeen mengsel (oplossing) van een vloeistof (oplosmiddel of solvent) en een (of meer) andere stoffen (opgeloste

Nadere informatie

27 ste Vlaamse Chemie Olympiade

27 ste Vlaamse Chemie Olympiade 27 ste Vlaamse Chemie Olympiade 2009-2010 2 de ronde 10 februari 2010 Je naam en voornaam: Je adres: De naam van je school: Het adres van je school: Je leerjaar: Aantal lesuren chemie per week die je dit

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. De ph/zuurgraad is een getal waarin de hoeveelheid zuur of base wordt uitgedrukt. Dit getal ligt meestal tussen de 0 en 14.

Hoofdstuk 6. De ph/zuurgraad is een getal waarin de hoeveelheid zuur of base wordt uitgedrukt. Dit getal ligt meestal tussen de 0 en 14. Samenvatting door W. 879 woorden 15 oktober 2012 5,8 52 keer beoordeeld Vak Methode Scheikunde Chemie overal Hoofdstuk 6 2 De PH van een oplossing De ph/zuurgraad is een getal waarin de hoeveelheid zuur

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties

Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties Hoofdstuk 2: Kenmerken van reacties Scheikunde VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Onderwerpen Scheikunde 2011 20122012 Stoffen, structuur en binding Kenmerken van Reacties Zuren en base Redox Chemische technieken

Nadere informatie

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden

Module 2 Chemische berekeningen Antwoorden 2 Meten is weten 1 Nee, want bijvoorbeeld 0,0010 kg is net zo nauwkeurig als 1,0 gram. 2 De minst betrouwbare meting is de volumemeting. Deze variabele bepaald het aantal significante cijfers. 3 IJs: 1,5

Nadere informatie

Stabilisator voor PVC

Stabilisator voor PVC Stabilisator voor PVC 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: Als chlooretheen polymeriseert ontstaan lange ketens zonder dwarsverbindingen. De ketens kunnen langs elkaar bewegen (bij

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo I

Eindexamen scheikunde havo I pgave (mono)stikstofmono-oxide Indien als antwoord stikstofoxide is gegeven 2 Een juiste verklaring leidt tot de uitkomst 7 (elektronen). elk atoom bevat 8 elektronen in totaal bevat het 2 - ion dus 2

Nadere informatie

Chemie: oefeningen zuren, hydroxiden en zouten

Chemie: oefeningen zuren, hydroxiden en zouten Chemie: oefeningen zuren, hydroxiden en zouten Teken de structuurformule van salpeterigzuur HNO 2 en van salpeterzuur HNO 3 : Doevoor jezelf telkens ook de controles! Controles HNO 2 : - 2x6 e - (2 O)

Nadere informatie

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen.

Natuurlijk heb je nu nog géén massa s berekend. Maar dat kan altijd later nog. En dan kun je mooi kiezen, van welke stoffen je de massa wil berekenen. Hoofdstuk 17: Rekenen in molverhoudingen 17.1 Rekenen aan reacties: een terugblik én een alternatief In hoofdstuk 11 hebben we gerekend aan reacties. Het achterliggende idee was vaak, dat je bij een reactie

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN MAVO-4 I EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1973 MAVO-4 Woensdag 9 mei, 9.00 11.00 NATUUR-EN SCHEIKUNDE II (Scheikunde) OPEN VRAGEN Dit examen bestaat voor iedere kandidaat uit 8 OPGAVEN

Nadere informatie

Prof. dr. J. Yperman Prof. dr. W. Guedens Lic. M. Reynders

Prof. dr. J. Yperman Prof. dr. W. Guedens Lic. M. Reynders Prof. dr. J. Yperman Prof. dr. W. Guedens Lic. M. Reynders 007 Universiteit Hasselt 1 Inhoudsopgave POTENTIOMETRIE... EEN GEUTOMTISEERDE ZUUR-BSE TITRTIE... Doelstellingen... Bepaling van de waarden van

Nadere informatie

Opgaven zuurgraad (ph) berekenen. ph = -log [H + ] poh = -log [OH - ] [H + ] = 10 -ph [OH - ] = 10 -poh. ph = 14 poh poh = 14 ph ph + poh = 14

Opgaven zuurgraad (ph) berekenen. ph = -log [H + ] poh = -log [OH - ] [H + ] = 10 -ph [OH - ] = 10 -poh. ph = 14 poh poh = 14 ph ph + poh = 14 Opgaven zuurgraad (ph) berekenen Met behulp van deze formules dien je berekeningen te kunnen uitvoeren. Deze hoef je niet uit je hoofd te leren, maar je moet ze wel kunnen toepassen. Bij een toets zullen

Nadere informatie

Oefenopgaven ZUREN en BASEN vwo

Oefenopgaven ZUREN en BASEN vwo Oefenopgaven ZUREN en BASEN vwo OPGAVE 1 Men lost de volgende zouten op in water: (i) ammoniumnitraat (ii) kaliumsulfide (iii) natriumwaterstofsulfaat 01 Geef voor elk van deze zouten de oplosvergelijking.

Nadere informatie

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Scheikunde Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door K. 1077 woorden 22 maart 2016 6,1 9 keer beoordeeld Vak Scheikunde Impact 3 vwo Scheikunde hoofdstuk 1 + 2 Paragraaf 1: Stoffen bijv. Glas en hout,

Nadere informatie

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 15 april 2019

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 15 april 2019 l UITWERKING CCVS-TENTAMEN 15 april 2019 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

7.0 Enkele belangrijke groepen van verbindingen

7.0 Enkele belangrijke groepen van verbindingen 7.0 Enkele belangrijke groepen van verbindingen 7.1 Oxiden Vrijwel alle elementen kunnen, min of meer heftig reageren met zuurstof. De gevormde verbindingen worden oxiden genoemd. In een van de voorafgaande

Nadere informatie

Mens erger je niet: chemistry edition

Mens erger je niet: chemistry edition Mens erger je niet: chemistry edition Behandelde leerstof: Het spel gaat over het thema: gedrag van stoffen in water. Inhoud: Het spel Mens erger je niet: chemistry edition bevat: - 1 spelbord - 1 dobbelsteen

Nadere informatie

Extra oefenopgaven. Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008

Extra oefenopgaven. Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008 Extra oefenopgaven Inleiding Scheikunde voor anesthesiemedewerkers en operatie-assistenten assistenten i.o. voorjaar 2008 1. Geef van de volgende stoffen de chemische formule; geef ook aan tot welke categorie

Nadere informatie

Oefenvraagstukken 5 HAVO Hoofdstuk 13 Antwoordmodel

Oefenvraagstukken 5 HAVO Hoofdstuk 13 Antwoordmodel Oefenvraagstukken 5 AVO oofdstuk 13 Antwoordmodel Reactieomstandigheden 1 + 2 et zuur was in overmaat aanwezig dus de hoeveelheid O 2 is afhankelijk van de hoeveelheid ao 3. Alle drie gaan uit van dezelfde

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE 1 af te nemen in de periode van 28 januari tot en met 4 februari 2015 Deze voorronde bestaat uit 20 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en

Nadere informatie

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE

NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE NATIONALE SCHEIKUNDEOLYMPIADE CORRECTIEMODEL VOORRONDE af te nemen in de periode van januari tot en met 5 februari 04 Deze voorronde bestaat uit 0 meerkeuzevragen verdeeld over 8 onderwerpen en open opgaven

Nadere informatie

Eindexamen scheikunde havo 2000-II

Eindexamen scheikunde havo 2000-II Eindexamen scheikunde havo -II 4 Antwoordmodel Lood Een juiste afleiding leidt tot de uitkomst (neutronen). berekening van het aantal neutronen in een U-38 atoom en berekening van het aantal neutronen

Nadere informatie

10.2. Kwantitatieve aspecten van zuurbase-reacties

10.2. Kwantitatieve aspecten van zuurbase-reacties 10.2. Kwantitatieve aspecten van zuurbase-reacties 1. ph-berekeningen van oplossingen van zuren en basen De zuurgraad ph = weergave van de zuurgraad van een oplossing ( zuurconcentratie) ph = - log a(h

Nadere informatie

Algemene en Technische Scheikunde

Algemene en Technische Scheikunde Algemene en Technische Scheikunde Naam en voornaam: Examennummer: Reeks: Theorie: Oefeningen: Totaal: 1A 2A 3B 4B 5B 6B 7B 8B 1B 2B 3A 4A 5A 6A 7A 8A 1 1 H 1.008 2 He 4.003 2 3 Li 6.941 4 Be 9.012 5 B

Nadere informatie

ZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,.

ZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,. PARATE KENNIS CHEMIE 4 e JAAR SCHEMA ZUIVERE STOF één stof, gekenmerkt door welbepaalde fysische constanten zoals kooktemperatuur, massadichtheid,. MENGSEL bestaat uit meerdere zuivere stoffen, de kooktemperatuur,

Nadere informatie

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 juli 2015

UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 juli 2015 UITWERKING CCVS-TENTAMEN 27 juli 2015 Frank Povel NB. Deze uitwerking is door mij gemaakt en is niet de uitwerking die de CCVS hanteert. Er kunnen dan ook op geen enkele wijze rechten aan deze uitwerking

Nadere informatie

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Oplossingen van 2018 Tandarts Geel 21 juli 2018 Brenda Casteleyn, PhD Vraag 1 De samenstelling van een oplossing wordt in volgende tabel weergegeven: Ionsoort

Nadere informatie