Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Duin- en Bollenstreek T.a.v. het bestuur Postbus AH KATWIJK

Transcriptie

1 Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Duin- en Bollenstreek T.a.v. het bestuur Postbus AH KATWIJK Datum: 14 juni 2018 Betreft: Bevindingen uit de jaarrekeningcontrole Geacht bestuur, Hierbij ontvangt u het verslag van bevindingen naar aanleiding van de door ons uitgevoerde controle van de jaarrekening 2017 van uw organisatie. In dit verslag rapporteren wij u over onze bevindingen en aanbevelingen zoals die voortvloeien uit onze jaarrekeningcontrole. In deze rapportage wordt vooral aandacht geschonken aan zaken waarin verbeterpunten aanwezig zijn. Daarmee wordt voorbijgegaan aan de vele goed georganiseerde processen en systemen binnen uw organisatie. Een concept van dit verslag is op 15 mei 2018 met de directeur en controller besproken. Opdracht Het bestuur heeft ons opdracht gegeven de jaarrekening van Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Duin- en Bollenstreek te Katwijk te controleren. Deze controle heeft als doel het komen tot een onafhankelijk oordeel over de getrouwheid van deze jaarrekening. De jaarrekening is opgesteld onder verantwoordelijkheid van het bestuur van de stichting. Het is onze verantwoordelijkheid een controleverklaring inzake de jaarrekening te verstrekken. Onze controle heeft zich niet verder uitgestrekt dan noodzakelijk was om tot een oordeel te komen over de getrouwheid van de jaarrekening De administratieve organisatie en de daarin opgenomen maatregelen van interne controle zijn door ons beoordeeld voor zover passend in onze opdracht tot controle van deze jaarrekening. Wellicht ten overvloede wijzen wij u erop dat onze beoordeling van de administratieve organisatie beperkter is dan bij een opdracht tot beoordeling van de werking, effectiviteit en efficiency van de administratieve organisatie als geheel. Wij hebben de controleopdracht uitgevoerd in overeenstemming met de in Nederland van toepassing zijnde controle- en overige standaarden. Tevens zijn wij nagegaan of de subsidiebepalingen zoals vastgesteld door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) zijn nageleefd. Bij onze controle hebben wij het Onderwijs Accountantsprotocol OCW 2017 betrokken.

2 Bevindingen betreffende het proces van de controle van de jaarrekening Bij aanvang van onze controlewerkzaamheden waren de door ons benodigde stukken beschikbaar. Van de diverse posten in de jaarrekening waren onderbouwingen aanwezig. Wanneer zaken niet aanwezig of duidelijk waren zijn deze op een correcte wijze opgelost. Wij willen de betrokken medewerkers van uw stichting en uw administratiekantoor bedanken voor de goede samenwerking en de constructieve houding die wij tijdens de uitvoering van onze controle hebben ondervonden. Controleverschillen Tijdens onze controlewerkzaamheden hebben wij een tweetal controleverschillen geconstateerd. Dit betrof een niet opgenomen verplichting aan Horizon College (parkschool ZMOK) in verband met overdracht groeibekostiging voor 2016/2017 ad U had deze verplichting in eerste instantie niet opgenomen omdat u hier tot op heden geen factuur voor ontvangen hebt. Daarnaast betrof dit een correctie in verband met per saldo dubbel verantwoorde groeibekostiging aan het Hoenderloo College voor VSO ad Beide correcties zijn gecorrigeerd in de definitieve jaarrekening en hebben per saldo een negatief effect van op het resultaat van Wij hebben derhalve geen ongecorrigeerde materiële controleverschillen te melden. Strekking van de controleverklaring Wij hebben het voornemen om een goedkeurende controleverklaring te verstrekken bij de door het bestuur opgestelde jaarrekening van Stichting Samenwerkingsverband V(S)O Duin- en Bollenstreek. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Deze controleverklaring heeft betrekking op de jaarrekening 2017 die de volgende cijfers bevat: - Eigen vermogen per 31 december Balanstotaal per 31 december Netto kasstroom over Nettoresultaat over Stelselwijziging Op 1 december jl. is er een brief van het ministerie van OCW verschenen met betrekking tot de verantwoording van de middelen extra ondersteuning. Deze brief heeft enerzijds betrekking op de verantwoording in de jaarrekening en het bestuursverslag en anderzijds op de monitoring en verantwoording door en binnen samenwerkingsverbanden passend onderwijs. Laatstgenoemd onderwerp, wat in een notitie is opgenomen, dient nog met de sectororganisaties besproken en definitief vastgesteld te worden. 2

3 De notitie met betrekking tot de monitoring en verantwoording door en binnen samenwerkingsverbanden passend onderwijs, is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: 1. Het samenwerkingsverband legt verantwoording af over alle middelen die het tot haar beschikking heeft. 2. De schoolbesturen hebben binnen het passend onderwijs twee rollen. Zij zijn zich hiervan bewust en handelen hiernaar. 3. Verantwoorden gaat over beoogde en bereikte doelen en resultaten. 4. Iedereen die activiteiten uitvoert (en dus middelen besteedt) legt verantwoording af. 5. Er is ruimte voor regionale verschillen. Met betrekking tot de jaarrekening van het samenwerkingsverband is de hoofdlijn dat de volledige normbekostiging onder de beleidsmatige sturing van het samenwerkingsverband valt en daarom ook in zijn geheel, inclusief de middelen die DUO rechtstreeks aan de instellingen betaalt, door het samenwerkingsverband verantwoord moeten worden. De doorbetaling dient aan de uitgavenkant opgenomen te worden. Dit betreft alle uitgaven aan schoolbesturen waar geen concrete tegenprestatie ten behoeve van het samenwerkingsverband tegenover staat. Uiteraard dienen de reguliere uitgaven, zoals kosten van detachering e.d. ook onder de uitgaven opgenomen te worden. De rubricering in de jaarrekening van de samenwerkingsverbanden is als gevolg hiervan aangepast. De aanpassing is in uw jaarrekening verwerkt als een stelselwijziging. Dit betekent dat deze retrospectief heeft plaatsgevonden en dat deze toegelicht is in de grondslagen voor waardering van activa en passiva en resultaatbepaling. Omdat de stelselwijziging geen resultaateffecten heeft, heeft er geen herrekening van het eigen vermogen plaatsgevonden. Wel zijn de vergelijkende cijfers van het voorgaande boekjaar aangepast aan de gewijzigde grondslag. Hierbij zijn de verschillen met de oorspronkelijke cijfers in de toelichting aangegeven. Wij hebben vastgesteld dat de stelselwijziging in uw jaarrekening op correcte wijze, in overeenstemming met Richtlijn 140 van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, is doorgevoerd. Zoals uit pagina 20 van de jaarrekening blijkt heeft dit tot gevolg gehad dat zowel de rijksbijdragen als de doorbetalingen aan scholen over hoger uitkomen dan verantwoord was in de jaarrekening over Als gevolg van de hiervoor genoemde wijzigingen dient hebt u ook de meerjarenbegroting in de continuïteitsparagraaf aangepast. Voor het bestuursverslag en in het bijzonder de continuïteitsparagraaf is een tweetal aanpassingen geadviseerd. Dit betreft enerzijds het flexibel omgaan met zaken die bij samenwerkingsverbanden niet spelen en/of juist specifiek zijn en anderzijds de ontwikkeling van de leerlingaantallen. Voor de leerlingaantallen wordt geadviseerd 3

4 deze voor de samenwerkingsverbanden specifiek te maken door bijvoorbeeld de verdeling tussen (v)so, pro, lwoo en sbo-leerlingen op te nemen, alsook de ontwikkelingen in deze verdeling. In xbrl wordt overigens alleen het totaal aantal leerlingen gevraagd, de onderverdeling kan in de toelichting opgenomen worden. Onafhankelijkheid Onze beroepsorganisatie, de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA), heeft in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO), richtlijnen ten aanzien van de onafhankelijkheid gegeven. Ook in de Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta) worden nadere richtlijnen gegeven betreffende de onafhankelijkheid. Deze richtlijnen worden door ons gehanteerd bij onze beroepsuitoefening. In 2017 hebben zich geen omstandigheden voorgedaan als gevolg waarvan onze onafhankelijkheid ten aanzien van de controleopdracht bedreigd kon worden. Financiële rechtmatigheid In het Onderwijs Accountantsprotocol OCW 2017 is het normenkader voor de controle op financiële rechtmatigheid opgenomen. Dit normenkader bestaat uit: relevante bepalingen in de onderwijswet- en regelgeving; aanbestedingswetgeving (Europees en nationaal); individuele subsidiebeschikkingen waaruit blijkt dat deze verantwoord moeten worden in model G onder 2. De overige van toepassing zijnde wet- en regelgeving, zoals de belastingwetgeving, valt dus buiten het kader van de beoordeling op financiële rechtmatigheid. Deze overige wet- en regelgeving hebben wij, voor zover nodig, betrokken in onze werkzaamheden om het getrouwe beeld van de jaarrekening vast te stellen. Frauderichtlijn De primaire verantwoordelijkheid voor het voorkomen en ontdekken van fraude en onjuistheden, inclusief het naleven van de wet- en regelgeving, berust bij het bestuur van de stichting. Ook het nemen van preventieve en repressieve beheersingsmaatregelen om de kans op fraude of onjuistheden en overtreding van wet- en regelgeving te beperken behoort tot de verantwoordelijkheid van het bestuur. Het is de taak van het bestuur om vast te stellen in hoeverre het management de benodigde beheersingsmaatregelen heeft genomen. Bij de uitvoering van onze controle hanteren wij controlestandaard 240 De verantwoordelijkheid van de accountant voor het onderkennen van het risico van fraude in het kader van de controle van financiële overzichten. Onze controle is niet specifiek gericht op het ontdekken van fraude. Het bestuur heeft ons aangegeven niet op de hoogte te zijn van specifieke frauderisico s en/of van een verhoogd risico dat de jaarrekening als gevolg van 4

5 fraude een afwijking van materieel belang zou kunnen bevatten. Tijdens onze controle van de jaarrekening 2017 zijn ons geen aanwijzingen van fraude gebleken. Vermogens- en liquiditeitspositie Vermogenspositie Ten opzichte van 2016 is de solvabiliteit gedaald van 98% tot 91%. Voor onderwijsinstellingen is een ondergrens voor solvabiliteit 2 van 30% gedefinieerd. Omdat u geen voorzieningen hebt zijn bij u solvabiliteit 1 en 2 gelijk. Het weerstandsvermogen, rekening houdend met de doorgevoerde stelselwijziging, is gedaald van 25% tot 17%. Door de Inspectie is een ondergrens voor het weerstandsvermogen van 5% gedefinieerd. Liquiditeitspositie Ook de liquiditeitspositie van de stichting is zeer ruim te noemen. Met een current ratio van 10,8 kan ruimschoots worden voldaan aan de kortlopende verplichtingen. De waarde 1,0 geeft aan dat de kortlopende schulden voldaan kunnen worden met de aanwezige liquide middelen en kortlopende vorderingen. Op grond van deze ontwikkelingen is sprake van een zeer goede vermogenspositie van de stichting. U hebt inmiddels een risicoanalyse opgesteld waarin u hebt berekend wat het benodigde risicovermogen is. Dit hebt u bepaald op een minimum van Op basis hiervan hebt u een traject bepaald om het vermogen verder af te bouwen. Een en ander is verwerkt in de meerjarenbegroting. Omdat er nog geen specifieke normen voor samenwerkingsverbanden zijn hebben wij uw kengetallen vergeleken met die van reguliere onderwijsinstellingen. Hieronder hebben wij de door de inspectie van het onderwijs gehanteerde kengetallen voor het voortgezet onderwijs opgenomen ten behoeve van het inzicht. 5

6 Norm Solvabiliteit 1 eigen vermogen / totaal vermogen Solvabiliteit 2 (eigen vermogen + voorzieningen) / totaal vermogen Rentabiliteit (3 -jarig) nettoresultaat / totaal baten Rentabiliteit (2 -jarig) nettoresultaat / totaal baten Rentabiliteit (1 -jarig) nettoresultaat / totaal baten Weerstandsvermogen eigen vermogen / totaal baten Huisvestingsratio (afschrijvingsen gebouwen en terreinen + huisvestingslasten) / totaal lasten Current ratio vlottende activa / kortlopende schulden n.v.t. minimaal 30% minimaal 0% minimaal -5% minimaal -10% minimaal 5% maximaal 10% minimaal 0,75 Richtlijnen voor de jaarverslaggeving De inrichting van uw jaarrekening hebben wij beoordeeld op grond van de richtlijnen voor de jaarverslaggeving die het ministerie van OCW heeft gegeven in haar brochure: Richtlijn Jaarverslag Onderwijs en de overige vigerende wet- en regelgeving, waaronder in het bijzonder Richtlijn 660 Onderwijsinstellingen uit de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving. Tevens hebben wij, aan de hand van het door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties opgestelde Controleprotocol WNT, gecontroleerd of uw jaarrekening voldoet aan de WNT. Wij hebben vastgesteld dat uw jaarverslag voldoet aan deze wet- en regelgeving. Bestuursverslag De jaarverslagen van het bestuur en het toezichthoudend orgaan hebben wij van u ontvangen en beoordeeld. Wij hebben vastgesteld dat deze verslagen voldoen aan de wettelijke bepalingen, waaronder de Regeling jaarverslaggeving onderwijs, en geen materiële tegenstrijdigheden of onjuistheden bevatten ten opzichte van de jaarrekening, de uitkomsten van de jaarrekeningcontrole en de kennis die wij van uw instelling hebben. In overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs hebt u in het jaarverslag gerapporteerd over specifieke aspecten van het financiële beleid en de verwachte effecten daarvan in de drie verslagjaren volgend op 2017.Daarnaast hebt u gerapporteerd over de aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersingsen controlesysteem en de belangrijkste risico s en onzekerheden. Ook heeft het toezichthoudend orgaan verslag gedaan van de wijze waarop zij de directeur heeft 6

7 ondersteund en/of geadviseerd met betrekking tot beleidsvraagstukken en de financiële problematiek. Wij hebben vastgesteld dat deze informatie volledig is opgenomen en dat deze informatie verenigbaar is met de jaarrekening en geen materiële onjuistheden bevat. Ook hebben wij vastgesteld dat de meerjarenbegroting die aan deze informatie ten grondslag ligt, is ontleend aan de planning-en-controlcyclus en door het bestuur is goedgekeurd. Beoordeling onzekerheden en schattingen In de jaarrekening is een aantal aspecten, zoals afschrijvingen, voorzieningen en onder kortlopende schulden opgenomen reserveringen, opgenomen waarvan de waardering in belangrijke mate wordt beïnvloed door schattingen van het management en specifieke invulling van algemeen geaccepteerde waarderingsgrondslagen. De gehanteerde schattingen zoals de opgenomen reserveringen voor nog te verwachten kosten zijn naar onze mening passend voor de onderwijssector. De belangrijkste rechten en verplichtingen die op basis van algemeen aanvaarde waarderingsgrondslagen niet in de balans kunnen worden opgenomen zijn adequaat toegelicht in de jaarrekening en onder de niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen. Administratieve organisatie en interne beheersing Tijdens onze interim-controle hebben wij de opzet, het bestaan en de werking van de administratieve organisatie en interne beheersing (AO/IB) binnen uw organisatie beoordeeld. Wij hebben naar aanleiding van onze controle geconstateerd dat de opzet van de AO/IB, gelet op de doelstelling daarvan voldoende is. Tevens hebben wij vastgesteld dat er sprake is van een adequate werking van de AO/IB. Dit levert een positieve bijdrage aan het in control zijn van uw organisatie. Wij merken op dat wij ons bij de beoordeling van de AO/IB hebben beperkt tot het deel van de AO/IB waarop wij steunen bij de controle van de jaarrekening. Proces inkopen en aanbestedingen De declaraties van de directeur worden niet zichtbaar geautoriseerd door het bestuur. Wel is sprake van functiescheiding tussen het indienen van de declaraties en het verwerken ervan in de financiële administratie door het administratiekantoor. Om ook inhoudelijke goedkeuring van de declaraties te bewerkstelligen adviseren wij u de door de directeur ingediende declaraties zichtbaar periodiek (bijvoorbeeld eens per halfjaar) te laten goedkeuren namens het bestuur. Wij hebben overigens geen onjuiste of onrechtmatige declaraties aangetroffen. Proces betalingen Wij hebben geconstateerd dat de medewerker financiën en de directeur tot een limiet van zelfstandig betalingen kunnen uitvoeren met betrekking tot de 7

8 spaarrekening. Van deze rekening kunnen echter uitsluitend overboekingen gedaan worden naar de betaalrekening. Daarnaast kan de directeur ook met betrekking tot de betaalrekening zelfstandig betalingen uitvoeren tot een limiet van Wij hebben van u begrepen dat dit past binnen de gestelde bevoegdheden van het samenwerkingsverband. Uit hoofde van onze controle hebben wij geen onjuiste of onrechtmatige bestedingen aangetroffen. Bevindingen naar aanleiding van de controle op rechtmatigheidsaspecten Europese aanbesteding Wij hebben geconstateerd dat u in 2014 een detacheringsovereenkomst hebt afgesloten met Stichting Fioretti Teylingen voor de inhuur van de directeur van het samenwerkingsverband. De overeenkomst had een looptijd van twee jaar met een optie tot jaarlijkse stilzwijgende verlenging. Omdat vanaf 2017 stilzwijgend wordt verlengd dienen wij de opdrachtwaarde te beoordelen op basis van de verwachte kosten voor vier jaar. Gelet op de besteding in 2017 van komt de geraamde opdrachtwaarde uit op en wordt de drempelwaarde met betrekking tot de Europese aanbesteding overschreden. De gemaakte kosten in 2017 ad dienen wij aan te merken als onrechtmatige besteding. Wij dienen dit op te nemen in een rapport van bevindingen ten behoeve van DUO. Een en ander heeft geen effect op de strekking van de controleverklaring met betrekking tot de rechtmatigheid. Wij adviseren u het contract inzake de detachering van de directeur af te sluiten in overeenstemming met de Nationale aanbestedingswet. Bevindingen naar aanleiding van specifieke posten in de jaarrekening Hieronder geven wij een aantal bevindingen weer met betrekking tot specifieke posten in de jaarrekening. Wij hebben ervoor gekozen alleen de posten waarbij wij voor u relevante opmerkingen hebben te vermelden. Doorbetaling rijksbijdragen Vanuit onze controle op de doorbetalingen van rijksbijdragen hebben wij geconstateerd dat niet altijd schriftelijke vastlegging wordt gedaan van in het bestuur afgesproken tarieven en evaluatie van ingediende aanvragen voor ondersteuningsgelden. Het gaat hierbij om bedragen die de scholen ontvangen van het samenwerkingsverband. De scholen ontvangen hierbij vooraf een schriftelijk overzicht van de toegekende bedragen. In het geval van Stichting Fioretti Teylingen is naar aanleiding van mondelinge evaluatie achteraf een lager bedrag toegekend. Naar onze mening is een goede vastlegging hieromtrent van belang om desgevraagd achteraf verantwoording over af te kunnen leggen richting bestuur en controlerende instanties zoals de inspectie van het onderwijs en de accountant. Wij adviseren u afgesproken tarieven per opgenomen programma binnen de begroting gerelateerd aan het ondersteuningsplan jaarlijks vast te leggen. Ditzelfde geldt voor de evaluatie van ingediende aanvragen voor ondersteuningsgelden door de deelnemende schoolbesturen. 8

9 Algemene ontwikkelingen Wettelijke verplichting publiceren jaarverslag Openbaarmaking van de jaarrekening en het volledige bestuursverslag geschiedt door indiening bij OCW/DUO en daarnaast door publicatie daarvan op de eigen website van de instelling. Nadat is getracht om de openbaarmaking via de eigen website te regelen via de branchecodes Goed Bestuur, is eind 2016 door de minister besloten om deze bepaling ook in de RJO te gaan verankeren. Deze aanpassing zal in de loop van 2018 worden geëffectueerd, maar het verdient aanbeveling daaraan reeds thans gevolg te geven. Met deze aanpassing krijgt het ministerie van OCW een juridische basis om uiteindelijk besturen te sanctioneren die hun jaarverslag niet publiceren. Op dit moment geldt nog geen wettelijke verplichting om het jaarverslag openbaar te maken via de schoolwebsite. Wel hebben de leden van de VO-raad in de Code Goed onderwijsbestuur afgesproken om hun jaarverslagen actief openbaar te maken. In de praktijk geven nog niet alle besturen hieraan gehoor. U neemt uw jaarverslagen reeds op uw website. Bescherming persoonsgegevens Wij hebben begrepen dat u aandacht heeft voor de Wet Meldplicht Datalekken en de Europese Verordening inzake gegevensbescherming (EU-AVG) die vanaf mei 2018 van kracht zal worden. U hebt beleid geformuleerd met betrekking tot de Wet Meldplicht Datalekken. Wij wijzen er op dat gegevensbescherming niet uitsluitend een vraagstuk voor de ICT-processen en data in ICT-systemen betreft. Het vraagstuk ligt naar onze mening breder en betreft een organisatiebreed bewustzijn hoe omgegaan wordt met gegevens (en privacygevoelige gegevens in het bijzonder). Wij adviseren u de impact van de EU-AVG voor uw organisatie tijdig te beoordelen en waar nodig maatregelen te nemen. Inmiddels hebt u een privacyreglement opgesteld en wordt op korte termijn een functionaris gegevensbeschermer aangesteld. Evaluatiewet WNT van kracht per 1 juli 2017 Met de Evaluatiewet WNT is de WNT op een aantal onderdelen vereenvoudigd en verbeterd. Het is hierbij de doelstelling van de wetgever geweest de administratieve lasten voor instellingen die onder de WNT vallen, te verminderen. Hierna geven wij, op hoofdlijnen, de voor u meest relevante wijzigingen weer. Omdat de WNT complexe wetgeving blijft, met veel uitzonderingssituaties, adviseren wij u bij specifieke omstandigheden altijd vooraf advies van een specialist in te winnen. De belangrijkste wijzigingen voor onderwijsinstellingen zijn: - Bezoldigingen tot en met hoeven niet meer vermeld te worden (met ingang van , verantwoording over 2017). Functionarissen met een 9

10 bezoldiging tot en met dit bedrag hoeven alleen met naam en functie in de WNT-verantwoording opgenomen te worden. Het algehele verbod op variabele beloningen is vervallen. Variabele vergoedingen zijn toegestaan zolang de totale bezoldiging binnen het van toepassing zijnde WNTmaximum blijft (met ingang van ). - Ook ontslaguitkeringen die voortvloeien uit niet algemeen verbindend verklaarde cao s of andere collectieve regelingen zijn uitgezonderd van de normering voor ontslaguitkering (met ingang van ). - WNT-instellingen zijn verplicht hun WNT-verantwoording, als onderdeel van de jaarrekening of apart document, minimaal zeven jaar, vrij toegankelijk en eenvoudig vindbaar, op internet te publiceren (met ingang van ). - Het begrip gewezen topfunctionaris vervalt (de laatste verantwoording gewezen topfunctionarissen is over het kalenderjaar 2017). - Een topfunctionaris die ten minste 12 maanden een topfunctie heeft vervuld en vervolgens een niet-topfunctie bij dezelfde instelling gaat vervullen blijft nog 4 jaar aangemerkt als topfunctionaris. - Op een enkele uitzondering na maximeert de WNT de totale bezoldiging als topfunctionaris bij verschillende WNT-instellingen tot het algemeen bezoldigingsmaximum. Zoals reeds aangegeven blijft de toepassing van de WNT maatwerk en kan het niet goed naleven hiervan tot vervelende consequenties leiden. Het vooraf inwinnen van advies blijft dus van groot belang. Controleprotocol WNT 2017 Naast de wetswijziging is een volledig vernieuwd Controleprotocol WNT 2017 verschenen. Dit protocol bevat een limitatieve beschrijving van de werkzaamheden en daarmee de reikwijdte en diepgang van de accountantscontrole. Wij zullen, meer dan voorheen, kennis dienen te nemen van de administratieve organisatie / interne (AO/IB) beheersing rond de WNT. Het controleprotocol gaat er van uit dat minimaal de volgende maatregelen van AO/IB door de instelling zijn ingevoerd: - Bij het opstellen of aanpassen van arbeidsovereenkomsten of contracten met topfunctionarissen wordt aantoonbaar gecontroleerd of de afspraken passen binnen het bezoldigingsmaximum. - Bij het opstellen of aanpassen van afspraken over ontslagvergoedingen of afvloeiingsregelingen wordt aantoonbaar gecontroleerd of de afspraken passen binnen het toepasselijke maximum voor uitkeringen bij einde dienstverband. - Een andere functionaris dan de topfunctionaris of extern accountant controleert tenminste één keer per jaar of de werkelijke bezoldiging en ontslagvergoedingen per topfunctionaris in overeenstemming zijn met: o de overeengekomen afspraken o de van toepassing zijnde maxima. 10

11 - De functionaris legt de wijze waarop deze controle is uitgevoerd en de uitkomsten van zijn werkzaamheden vast. Deze andere functionaris zou naar onze mening bijvoorbeeld de controller kunnen zijn. - De instelling beschikt over een overzicht per topfunctionaris met alle betalingen aan en ontvangsten van de topfunctionarissen gedurende het kalenderjaar. Het overzicht bevat zowel betalingen in de salarisadministratie als betalingen buiten de salarisadministratie. Wanneer bovenstaande maatregelen van AO/IB (nog) niet bij uw organisatie functioneren verzoeken wij u hier invulling aan te geven. Wanneer deze niet aanwezig zijn dienen wij aanvullende controlewerkzaamheden uit te voeren. Bestuursverslag Op dit moment loopt er een project om tot een nieuwe inrichting van het bestuursverslag te komen. Het doel van dit project is om de relevantie van het bestuursverslag te vergroten, de uniformiteit van de bestuursverslagen van de diverse instellingen te vergroten en de omvang te beperken. Inmiddels is er een concept handreiking voor het nieuwe bestuursverslag verschenen waar een aantal pilotinstellingen mee gaat experimenteren. Zij gaan het bestuursverslag 2017 inrichten conform deze handreiking, Daarna zal er een evaluatie plaats vinden en wordt de handreiking zo nodig bijgesteld. Het is de verwachting dat de handreiking vanaf het verslagjaar 2018 voor alle onderwijsinstellingen gaat gelden. De wettelijke regelingen rond het bestuursverslag worden vooralsnog niet aangepast. Tenslotte Wij hopen dat onze constateringen en adviezen u helpen om uw organisatie te sturen en te beheersen en uw verslaggeving te optimaliseren. Wij zijn graag bereid tot een nadere toelichting op en doordenking en uitwerking van oplossingsrichtingen. Wij vertrouwen erop u hiermede van dienst te zijn geweest. Met vriendelijke groet, Van Ree Accountants drs. J. (Jaap) Bergman RA 11