Dossier ZOE 532. Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Zoersel

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Dossier ZOE 532. Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Zoersel"

Transcriptie

1 Gemeente Zoersel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Addendum actualisatie en partiële herziening Tekstbundel Informatief, richtinggevend en bindend deel Dossier ZOE 532 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Zoersel 6 maart 2012

2 Provincie: Gemeente Opdrachtgever: Ontwerper: Dossiergegevens: Antwerpen Zoersel Gemeentebestuur van Zoersel Handelslei Zoersel Tel. : 03/ IGEAN dienstverlening Doornaardstraat Wommelgem Tel: 03/ Fax: 03/ ruimtelijkeordenining@igean.be Projectnummer ZOE532 Samengesteld volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening d.d (en latere wijzigingen) Opgemaakt: (1 schetsontwerp) Aangepast: (1 concept voorontwerp) verdere uitwerking obv. besprekingen ambtelijke werkgroepen dd , en en overleg met Dienst Ruimtelijke Planning Provincie Antwerpen dd (2 concept voorontwerp) aangepast aan besprekingen ambtelijke werkgroepen dd , en (3 concept voorontwerp) aangepast aan de opmerkingen van het vooroverleg dd en bespreking ambtelijke werkgroepen dd , en (4 concept voorontwerp) aangepast aan bespreking ambtelijke werkgroepen dd (ontwerp) aangepast aan plenaire vergadering dd , advies GECORO en bespreking ambtelijke werkgroep dd (definitief) aangepast aan het advies van de GECORO dd E. Symens ruimtelijk planner J. Van Hoydonck directeur-zaakvoerder 6 maart dossier ZOE532 1

3 Inhoud Aanvullingen voorwoord... 5 Aanvullingen informatief deel Planningscontext Ruimtelijke plannen en bepalingen met verordenend karakter Bestaande ruimtelijke structuur Nederzettingsstructuur Prognoses en confrontaties met betrekking tot de meest relevante deelstructuren Prognoses en confrontaties met betrekking tot wonen Ruimte voor KMO Ruimte voor recreatie Nieuw lokaal bedrijventerrein Kievit Aanvullingen richtinggevend deel Ontwikkelingsperspectieven voor deelruimten Deelruimte 1: N12 en St.-Antonius Deelruimte 2: N14 en Zoersel-dorp Deelruimte 3: groene long met de woonkern Halle Deelruimte 5: oostelijke open ruimte Ontwikkelingsperspectieven voor deelstructuren Gewenste nederzettingsstructuur Gewenste ruimtelijk-economische structuur Gewenste toeristisch-recreatieve structuur Gewenste lijninfrastructuur en mobiliteit Aanvullingen bindend deel Bindende selecties en categorisering van de elementen van de gewenste ruimtelijke structuur Ruimtelijk-natuurlijke structuur Nederzettingsstructuur Ruimtelijk-economische structuur Toeristisch-recreatieve structuur Lijninfrastuctuur Het landschap Prioritaire beleidsmaatregelen en acties Open ruimte Wonen Werken Recreatie maart dossier ZOE532 2

4 Figurenlijst Figuur 1: stedenbouwkundig ontwerp Klooster Figuur 2: verkavelingsaanvraag Jukschot Figuur 3: mogelijke invulling uitbreiding recreatie en nieuw bedrijventerrein Figuur 4: inrichtingschets terreinen Eendracht Figuur 5: principeschets geluidswal Figuur 6: Watermolen Halle Figuur 7: KMO-zone Heideweg Figuur 8: watertoets KMO-zone Heideweg Figuur 9: zonevreemde sport en recreatie Figuur 10: situering Domein Martinus Figuur 11: nabijheid van boscomplexen Figuur 12: projectgebied Klooster Figuur 13: woonuitbreidingsgebied Zoersel Kapelstraat Figuur 14: watertoets WUG Kapelstraat Figuur 15: Bremlaan-Vennenlaan, Zoersel Figuur 16: bijkomend bedrijventerrein Figuur 17: bijkomend bedrijventerrein Tabellenlijst Tabel 1: binnengebieden (niet-uitgerust) in woongebied Tabel 2: woonuitbreidingsgebieden Tabel 3: theoretisch beschikbaar aanbod aan onbebouwde percelen in Tabel 4: juridisch beschikbaar aanbod aan onbebouwde percelen in Tabel 5: bijkomend aanbod Tabel 6: reëel aanbod aan bijkomende percelen en woningen Tabel 7: woonbehoefte volgens verschillende scenario s Tabel 8: reële aanbod Tabel 9: confrontatie aanbod en behoefte volgens verschillende scenario s Tabel 10: Bindend Sociaal Objectief Zoersel Tabel 11: herbestemming bestaande KMO-zones naar een bestemming van open ruimte Tabel 12: inventaris van de mogelijk omgevingszonevreemde bedrijven Tabel 13: totale omvang nieuwe lokale bedrijventerrein Tabel 14: herlokalisatiebehoefte bestaande sport- en jeugdverenigingen Tabel 15: programmatie van ongeordend woongebied Tabel 16: balans woningprogrammatie Tabel 17: voorlopige classificatie van de zonevreemde bedrijven Tabel 18: classificatie van zonevreemde terreinen voor sport en recreatie maart dossier ZOE532 3

5 Bedoeling en inhoud van het addendum In zitting van besliste het College van Burgemeester en Schepenen van Zoersel tot aanstelling van IGEAN dienstverlening als ontwerper voor de herziening van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS). Het voorliggend document is een addendum bij het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) Zoersel, zoals het werd goedgekeurd door de Deputatie van de provincie Antwerpen op 11 augustus Het bundelt de tekstwijzigingen (aanvullingen, schrappingen en/of toevoegingen) als gevolg van de actualisatie en gedeeltelijke herziening van het GRS en dient er dan ook samen mee gelezen te worden. De opbouw van het addendum is als volgt: 1. Een korte aanvulling op het voorwoord van het GRS geeft duiding bij de verantwoording van de actualisatie en gedeeltelijke herziening. 2. Een overzicht van de wijzigingen van en aanvullingen op het informatief gedeelte. 3. Een overzicht van de wijzigingen van en aanvullingen op het richtinggevend gedeelte. 4. Een overzicht van de wijzigingen van en aanvullingen op de bindende bepalingen. Hierbij zal telkens verwezen worden naar de nummering van hoofdstukken en de paginanummers van het in 2005 goedgekeurde GRS. Bij dit in 2005 goedgekeurde GRS hoorde eveneens een kaartenatlas. De kaarten die gewijzigd werden ten opzichte van het vorige GRS zijn te vinden in de kaartenatlas bij dit addendum. 6 maart dossier ZOE532 4

6 Aanvullingen voorwoord

7 6 maart dossier ZOE532 6

8 De onderstaande tekst wordt toegevoegd aansluitend aan het voorwoord (p. 3). Actualisatie en gedeeltelijke herziening Waarom een actualisatie en gedeeltelijke herziening van het GRS Zoersel? Het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS) werd in 2005 opgemaakt met als planhorizon Met het aflopen van de planhorizon is er onduidelijkheid ontstaan over de taakstellingen (onder meer de taakstellingen opgelegd door de hogere overheid). De huidige herziening heeft dan ook grotendeels de bedoeling om de planperiode te verlengen tot 2012, daarbij inspelend op de actualisatie van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), definitief vastgesteld op 17 december 2010, en het Ruimtelijk Structuurplan van de Provincie Antwerpen (RSPA), definitief goedgekeurd door de minister op 4 mei Ondertussen hebben ook een aantal processen en ruimtelijke uitvoeringsplannen uitvoering gegeven aan het GRS. De resultaten van deze gevoerde planprocessen geven eveneens aanleiding tot een actualisatie. Tegelijk biedt deze herziening de mogelijkheid om een aantal actuele en acute knelpunten in de gemeente op te nemen. Inhoud van de actualisatie en gedeeltelijke herziening van het GRS Zoersel - verlengen van de planhorizon - actualisatie van behoefteberekening en taakstellingen op basis van: - evaluatie van de vorige taakstellingen - inschatting van de behoeften voor de komende planperiode(n) - actualisatie en herziening RSV en RSPA, met aangepaste taakstellingen voor het gemeentelijk beleid - Conform de partiële herziening van het RSV en het RSPA wordt, wat betreft de taakstellingen, de planhorizon tot 2012 verlaten. Dit betekent dat de taakstellingen die voortvloeien uit de inschatting van de ruimtebehoeften voor de periode , ook ná 2012 een grondslag bieden voor bestemmingswijzigingen. - herzieningen en aanvullingen - Sinds de goedkeuring van het GRS zijn er verscheidene ruimtelijke uitvoeringsplannen opgemaakt. De teksten en kaarten dienen hieraan te worden aangepast. - Uit gevoerde planprocessen en de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP s) zijn een aantal knelpunten naar voren gekomen die nopen tot gedeeltelijke herziening van o.m. een aantal selecties en beleidsmaatregelen. - Het GRS dient eveneens te worden afgestemd op het geactualiseerde mobiliteitsplan van de gemeente. Aanleiding van de gedeeltelijke herziening per thema - nederzettingsstructuur - de herziening van de woningprogrammatie zoals opgenomen in het GRS 2005 is noodzakelijk vanwege: - het aflopen van de planhorizon specifieke knelpunten bij de uitvoering van de woningprogrammatie: - versnipperde eigendomsstructuur in het gebied Bremlaan te Zoersel maakt ontwikkeling moeilijk; 6 maart dossier ZOE532 7

9 - buurtprotest omwille van het aansnijden van het gebied Hallevelden te Halle; - actualisering van het beleid op basis van nieuwe behoefteberekening en taakstelling - ruimtelijk-economische structuur - bijsturen van de taakstelling inzake bijkomend lokaal bedrijventerrein op basis van herziening RSV en RSPA - herzien van de ontwikkelingsperspectieven voor enkele bestaande bedrijventerreinen op basis van gevoerde planningsprocessen en actuele ontwikkelingen - aanpak acuut knelpunt inzake zonevreemde bedrijven - toeristisch-recreatieve structuur - groeiende behoefte aan recreatieve infrastructuur maakt uitbreiding van de bestaande recreatieve infrastructuur noodzakelijk - enerzijds worden hiervoor de bestaande recreatiezones volgens het gewestplan, BPA s en RUP s aangewend - anderzijds worden er zoekzones aangeduid waar een bestemmingswijziging naar recreatie mogelijk kan worden gemaakt - actueel knelpunt inzake perrons noopt tot gedeeltelijke herziening van de selectie en categorisering van perrons - lijninfrastructuur & mobiliteit - in 2010 werd de sneltoets van het mobiliteitsplan Zoersel uitgevoerd, waarna door de gemeente werd geopteerd voor een actualisatie van het beleidsplan - uit deze actualisatie volgen o.m. aanpassingen aan de categorisering van lokale wegen en bovenlokale fietsroutes - op advies van de provinciale dienst mobiliteit wordt deze categorisering uit het bindend gedeelte geschrapt 6 maart dossier ZOE532 8

10 Aanvullingen informatief deel

11 6 maart dossier ZOE532 10

12 2. Planningscontext 2.2. Ruimtelijke plannen en bepalingen met verordenend karakter De onderstaande tekst vervangt paragraaf Ruimtelijke Uitvoeringsplannen. (p ) De hiernavolgende uitvoeringsplannen worden eveneens gesitueerd op Kaart 5: RUP s - BPA s in de kaartenatlas bij dit addendum. Deze kaart vervangt Kaart 5: BPA s Ruimtelijke uitvoeringsplannen Goedgekeurde ruimtelijke uitvoeringsplannen Gewestelijke RUP s 1. Gewestelijk RUP Leidingsstraat Herentals-Zandhoven-Zoersel (Besl. Vl. reg ) Provinciale RUP s 1. PRUP Rodendijk (MB BD ) 2. PRUP Risschotseloop (MB BD ) Kaart 5: RUP s - BPA s Gemeentelijke RUP s 1. RUP Zonevreemde woningen (BD GR ) 2. RUP Reservering van twee woongebieden (BD GR ) 3. RUP KFC Eendracht (BD GR ) 4. RUP Paardenoefenveld (BD GR ) 5. RUP Toeristische perrons A-B-C (BD GR ) 6. RUP KFC St.-Martinus (BD GR ) 7. RUP Residentie Halmolen (BD GR ) 8. RUP Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat (herziening BPA) (BD GR ) 9. RUP Kringlooppark (BD GR ) 10. RUP Kerkhof en omgeving : (BD GR ) Ruimtelijke uitvoeringsplannen in opmaak 1. RUP Achterstraat : voorlopig vastgesteld GR openbaar onderzoek van tem na aanpassingen terug naar voorlopige vaststelling GR voorzien op 2. Gewestelijk RUP Erfgoedlandschap Abdij van Westmalle (voorlopig vastgesteld door Vl. Reg. dd , openbaar onderzoek van tem ) De onderstaande tekst vervangt paragraaf Bijzondere plannen van aanleg. (p ) De bijbehorende kaarten Kaart 5: BPA s wordt vervangen door Kaart 5: RUP s en BPA s in de kaartenatlas bij dit addendum Bijzondere plannen van aanleg 1. BPA nr.3 Joosten en omgeving (MB ) 2. BPA KWZI Schriekbos (MB ) 3. BPA Carpoolparking (MB ) 4. Sectoraal BPA zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport-, recreatie- en jeugdactiviteiten (MB gedeeltelijk) met 3 deelplannen: Voetbal Delbekestraat, Chirojongens St.-Antonius, TC den Otter 6 maart dossier ZOE532 11

13 De onderstaande tekst en de bijbehorende kaart 5bis: HAG wordt toegevoegd aan het informatief gedeelte Herbevestigde agrarische gebieden In uitvoering van het RSV stelde de Vlaamse overheid tussen 2004 en 2009 een gebiedsgerichte ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos op in overleg met de lokale besturen en middenveldorganisaties voor dertien buitengebiedregio s. Zoersel behoort tot de regio s Antwerpse Gordel & Klein Brabant en Neteland. Op basis van deze ruimtelijke visies herbevestigde de Vlaamse Regering de bestaande plannen van aanleg en ruimtelijke uitvoeringsplannen voor ca ha agrarisch gebied. De regering besliste dat voor deze gebieden geen bestemmingswijzigingen nodig zijn en dat de agrarische bestemmingen op de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen behouden blijft, tenzij expliciet anders vermeld. De planningsprocessen zijn intussen afgerond en resulteerden in de goedkeuring van de beleidsmatige herbevestiging van de bestaande gewestplannen voor een aantal agrarische gebieden en een operationeel uitvoeringsprogramma. Kaart 5 bis toont een uittreksel van de bijbehorende kaarten. De gele gebieden zijn de herbevestigde agrarische gebieden (HAG). In Zoersel zijn er drie dergelijke gebieden: 2. Omgeving Grote Heide (Zoersel-Zandhoven) 8. Kwikaard 9. Meerheide-Hulsten-Geleg De overige gebieden van de agrarische structuur zullen samen met de resterende taakstelling inzake bijkomende natuur- en bosgebieden vastgelegd worden in gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen op basis van de prioriteiten en fasering bepaald in de operationele uitvoeringsprogramma s die voor iedere buitengebiedregio goedgekeurd zijn. Via de beleidsbeslissingen over de herbevestigde agrarische gebieden geeft de Vlaamse regering het ruimtelijk beleid aan dat ze in deze gebieden wenst te voeren, zijnde het behoud van de agrarische functie zoals ze vastgelegd is in de plannen van aanleg en de ruimtelijke uitvoeringsplannen. In een omzendbrief (RO/2010/01) geeft de Vlaamse regering haar beleidsvisie weer over de gemeentelijke, provinciale en gewestelijke planningsinitiatieven die in de herbevestigde agrarische gebieden mogelijk zijn. De beslissing van de Vlaamse regering heeft uitsluitend betrekking op de agrarische, natuur-, bos- en overige groengebieden op de bestaande rechtsgeldige plannen van aanleg en ruimtelijke uitvoeringsplannen die liggen binnen de perimeter aangeduid op de kaarten. De beslissing heeft geen betrekking op alle andere bestemmingen (woongebieden, recreatiegebieden, industriegebieden ) op de gewestplannen, de gemeentelijke plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen die binnen deze perimeters liggen. De Vlaamse overheid zal gemeentelijke (en provinciale) initiatieven die een planologische aanpassing van de beleidsmatig herbevestigde agrarische gebieden inhouden voldoende terughoudend beoordelen. Indien in een ruimtelijk structuurplan toch een planningsinitiatief wordt voorgesteld in een herbevestigd agrarisch gebied, dan moet dat als dusdanig worden opgenomen in de bindende bepalingen van het betreffende structuurplan. 6 maart dossier ZOE532 12

14 Er wordt daarom bij de planningsinitiatieven die de gemeente zich voorneemt in het richtinggevend gedeelte en die in agrarisch gebied zijn gelegen, nagegaan of deze zich in herbevestigd agrarisch gebied bevinden. Indien dit het geval is, dan worden deze dus ook opgenomen in het bindend gedeelte. Paragraaf Gemeentelijke studies en plannen in voorbereiding wordt volledig geschrapt. 6 maart dossier ZOE532 13

15 3. Bestaande ruimtelijke structuur 3.5. Nederzettingsstructuur De onderstaande tekst vervangt volledig paragraaf Aanbod aan onbebouwde percelen. (p ) De bijbehorende kaarten Kaart 26: binnengebieden in woongebied en Kaart 27: woonuitbreidingsgebieden worden vervangen door de kaarten in de kaartenatlas bij dit addendum Aanbod aan onbebouwde percelen Inventarisatie theoretisch aanbod 2007 Bij de huidige herziening van het GRS werd het aanbod aan bouwgronden opnieuw geïnventariseerd. Conform de richtlijnen van het provinciebestuur werden hiervoor de kadastrale plannen van 2007 gebruikt. Dit aanbod bestaat uit: a. in woongebied (incl. woonparkgebied en woongebied met landelijk karakter) - onbebouwde percelen gelegen in goedgekeurde, niet-vervallen verkavelingen; - onbebouwde percelen gelegen aan een uitgeruste weg (niet gelegen in een goedgekeurde, niet-vervallen verkaveling) - enkelvoudige percelen - meervoudige percelen - potentiële woningen in binnengebieden - niet gelegen in een BPA of RUP - gelegen in een BPA of RUP b. in woonuitbreidingsgebied - onbebouwde percelen gelegen aan een uitgeruste weg - enkelvoudige percelen - meervoudige percelen - potentiële woningen in binnengebieden Bij deze inventarisatie werd vertrokken van de inventarisatie die in het kader van de opmaak van het GRS 2005 werd uitgevoerd. De verschillende categorieën werden respectievelijk als volgt geïnventariseerd: - De onbebouwde percelen in verkavelingen werden eenvoudig geteld, net als de enkelvoudige onbebouwde percelen gelegen aan een uitgeruste weg. - Voor de meervoudige onbebouwde percelen gelegen aan een uitgeruste weg, werd een inschatting gemaakt van het aantal mogelijke kavels, rekening houdende met de bebouwing in de omgeving. - De resterende gedeelten van het woongebied betreffen niet-uitgeruste gronden, de zgn. binnengebieden. In Tabel 1 en op kaart 26: binnengebieden in woongebied worden deze mogelijke inbreidingsgebieden in het bestaande woongebied aangeduid, met weergave van het theoretisch aantal te realiseren woningen, gebaseerd op een gewenste dichtheid van 15 woningen per hectare, met uitzondering van de twee binnengebieden in woonpark, waar met 10 woningen per hectare werd gerekend(*). 6 maart dossier ZOE532 14

16 Kaart 26: binnengebieden in woongebied Tabel 1: binnengebieden (niet-uitgerust) in woongebied Nr. Gebied Woonkern Omschrijving Bestemming GWP Opp. (ha) Aantal woningen (15/ha) A1 St.-Antonius E. Vermeulenstraat - Bethaniënlei Woongebied 2,3 34 A2 St.-Antonius Bethaniënlei - De Knod Woongebied 2,2 33 A3 St.-Antonius E. Vermeulenstraat - Bethaniënlei Woongebied 1,4 21 A4 St.-Antonius Kastanjeweg - Oude Liersebaan Woongebied 1,1 16 A5 St.-Antonius Medelaar - Zoerselhoek Woongebied 0,65 9 A6 St.-Antonius Rodenbachlaan Woongebied 1,75 26 A7 St.-Antonius Frans Janssenslaan - Groenlaan Woongebied 1,1 16 A8 St.-Antonius Dennenlaan Woonpark 2,2 22(*) A9 St.-Antonius Otterdreef Woonpark 2,7 27(*) H1 Halle Driesheide - Heideweg Woongebied 0,56 8 H2 Halle Heideweg - D'Eike Woongebied 0,30 4 H3 Halle D'Eike - Kattenberg - Ketelheide Woongebied 1,0 15 H4 Halle Lotelinglaan - Lindedreef - Kattenberg Woongebied 1,0 15 H5 Halle Kattenberg Woongebied 0,51 7 H6 Halle Watermolen Noord Woongebied 1,4 21 H7 Halle Watermolen Zuid Woongebied 3,4 51 H8 Halle Sniederspad Woongebied 0,46 6 Z1 Zoersel De Doelen Woongebied 0,90 13 Z2 Zoersel Cyriel Buyselaan Woongebied 1,2 18 Z3 Zoersel Molenbaan Woongebied 0,50 7 Z4 Zoersel Graffendonk Woongebied 1,7 25 Totaal 28, Bron: eigen verwerking IGEAN 6 maart dossier ZOE532 15

17 - Voor wat betreft het aanbod gelegen in BPA of RUP gaat het om enerzijds 12 bouwmogelijkheden in het RUP Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat, 4 bouwmogelijkheden in het (nog goed te keuren) RUP Achterstraat en ongeveer 175 bouwmogelijkheden in het (nog goed te keuren) RUP Kerkhof en omgeving (zie de bijlagen: paragraaf 3.2.4). - Tabel 2 en kaart 27 geeft een overzicht van al de woonuitbreidingsgebieden in de gemeente Zoersel met weergave van hun totale oppervlakte. Hierbij horen eveneens twee woongebieden die d.m.v. een gemeentelijk RUP zijn omgevormd tot reservegebied voor wonen(**). Er wordt eveneens ingeschat hoeveel woningen er in deze gebieden nog mogelijk zijn, rekening houdende met de reeds gerealiseerde delen en de bestemming. Verder werd er ook reeds rekening gehouden met de eventuele ligging langs een uitgeruste weg. Kaart 27: woonuitbreidingsgebieden en reservegebied voor wonen Tabel 2: woonuitbreidingsgebieden Nr. Woonkern Gebied Omschrijving Totale opp. (ha) OBP langs weg (enkelv.) OBP langs weg (meerv.) percelen in binnengebied totaal 1 StA Achterstraat 19,3 gemeenschapsvoorzieningen 0 2 StA Het Klooster 10,8 gemeentelijk woonproject 0 3 StA Ten Otter 11, StA Knodse Plas - De Knod 55, StA Boskant 20, StA Medelaar - Stijn Streuvelslaan(**) 5, StA Guido Gezellelaan(**) 5, Hal KFC St.-Martinus 8,2 recreatieve infrastructuur 0 9 Zoe Voorne (noord) 62, Zoe Voorne (zuid) 45, Zoe Kapelstraat - De Beemdekens 18, Totalen Bron: eigen verwerking IGEAN 6 maart dossier ZOE532 16

18 Samenvatting Tabel 3: theoretisch beschikbaar aanbod aan onbebouwde percelen in 2007 Aanbod in woongebied Onbebouwde percelen in goedgekeurde verkavelingen 728 Onbebouwde percelen langs uitgeruste wegen enkelvoudige percelen meervoudige percelen Aantal potentiële woningen in binnengebieden niet gelegen in een BPA/RUP gelegen in een BPA/RUP Totaal in woongebied 1997 Aanbod in woonuitbreidingsgebied Langs uitgeruste wegen enkelvoudige percelen meervoudige percelen In binnengebied 1121 Totaal in woonuitbreidingsgebied 1335 Totaal (woongebied + woonuitbreidingsgebied) 3332 bron: eigen onderzoek IGEAN, 2009 Vergelijking inventarisatie door provinciebestuur Tijdens een informeel overleg tussen de gemeenten, het provinciebestuur en IGEAN op werd een nota overhandigd waarin het aanbod aan bouwmogelijkheden samenvattend werd weergegeven. De cijfers zijn afkomstig van een onderzoek 1 dat werd gevoerd in het kader van de herziening van het RSPA. Volgens deze studie zijn er in Zoersel in 2007 volgende bouwmogelijkheden: - totaal aanbod mogelijks aan te snijden: waarvan langs een uitgeruste weg: 2080 (WG+WUG+WP), waarvan 1469 in woongebied - waarvan woongebied in binnengebied: in woonparkgebied - waarvan woonuitbreidingsgebied in binnengebied: waarvan extra aanbod via GRS of BPA: 0 - totaal aanbod niet aan te snijden (herbestemming naar andere bestemming): 21 Vanuit een vergelijking tussen deze cijfers en de eigen inventarisatie kunnen enkele opmerkelijke vaststellingen worden gedaan: - Volgens de provinciale cijfers zouden er in 2007 in totaal nog 3790 bouwmogelijkheden zijn in de gemeente Zoersel. In 1999 waren er in de gemeente 3811 bouwmogelijkheden. Aangezien er in de periode geen bijkomend woongebied is gecreëerd zou dit betekenen dat er in de periode slechts 21 bouwmogelijkheden zijn benut. Dit is niet realistisch. De cijfers van de provincie kunnen dan ook in vraag gesteld worden. 1 Onderzoek naar woontendensen en -behoeften binnen de provincie Antwerpen, eindrapport februari 2010, Soresma iov Provinciebestuur Antwerpen. 6 maart dossier ZOE532 17

19 - Het aanbod in binnengebieden is in de studie van het provinciebestuur veel te hoog ingeschat: er zouden volgens hen 782 bouwmogelijkheden zijn. Volgens de eigen inventarisatie zijn er dit slechts Extra aanbod volgens BPA wordt op 0 bepaald. Dit is manifest onjuist: o.a. in het RUP Kerkhof en omgeving bvb. is er nog een belangrijk aanbod te realiseren. - Het aanbod gelegen in woongebied langs een uitgeruste weg komt min of meer overeen: volgens de provinciale cijfers zijn dit 1469 bouwmogelijkheden, volgens de eigen inventarisatie zijn er dit In de studie van het provinciebestuur wordt de methodiek voor de inschatting beschreven. Het gaat over een GIS-analyse van het digitale kadasterplan (referentiejaar 2007), het digitale gewestplan (toestand 2002) en alle voorhanden zijnde digitale BPA s en RUP s. De inschatting gebeurde op basis van een visuele interpretatie van deze bronnen. Er werd geen controle gedaan aan de hand van bvb. luchtfoto s of terreinonderzoek. Er wordt in de studie expliciet toegegeven dat er een zekere foutenmarge optreedt. Verder werd het potentieel woningaanbod bepaald d.m.v. van een geometrische GIS-operatie, waarbij een digitale wegenkaart werd gebruikt om te kunnen onderscheiden welke percelen al dan niet langs een uitgeruste weg zijn gelegen. De eigen inventarisatie is dan ook veel nauwkeuriger. Er werd bvb. wel heel wat terreinonderzoek gedaan (o.m. de uitrusting van wegen werd op terrein vastgesteld). Bovendien werd de inventaris verder verfijnd op basis van de lokale kennis, eigendomsgegevens en verschillende besprekingen met het gemeentebestuur. Om deze redenen wordt hiernavolgend verder gewerkt met de eigen inventarisatie van bouwmogelijkheden, zoals weergegeven in Tabel 3. Juridisch aanbod 2007 In de vorige paragrafen werd het totale aanbod aan beschikbare bouwmogelijkheden besproken. Dit is echter een theoretisch beschikbaar aanbod. Niet alle percelen zijn ook vanuit juridisch oogpunt bebouwbaar. Om van het theoretisch aanbod naar het juridisch aanbod te komen, moeten een aantal aspecten in rekening worden gebracht: - De percelen gelegen in woonuitbreidingsgebieden (gewestplan) en reservegebied voor wonen (RUP) behoren niet tot het juridisch aanbod, zelfs al zijn ze gelegen langs een voldoende uitgeruste weg. - Voor percelen gelegen in binnengebieden (niet in een BPA of RUP) in woongebied heeft het gemeentebestuur zelf de sleutel in handen: de goedkeuring van het wegentracé is immers een bevoegdheid van de gemeenteraad. De gemeente bepaalt dus zelf welke van deze binnengebieden als juridische voorraad dienen beschouwd te worden. De programmatie van deze binnengebieden 2 wordt bepaald in het richtinggevend gedeelte van dit GRS, op basis van de ligging t.o.v. de kernen, de grootte van de gebieden zelf en een evenwichtige verdeling van de bijkomende woningen over de drie deelgemeenten. Op basis van die afweging kunnen een aantal binnengebieden aangesneden worden, met als voorwaarde dat het moet gaan om een project dat kadert in het woonbeleid van de gemeente m.b.t. sociaal en betaalbaar wonen. Deze binnengebieden worden dus bij het juridisch beschikbaar aanbod gerekend en vertegenwoordigen een aanbod van 156 potentiële woningen. 2 zie richtinggevend gedeelte, Tabel 15 6 maart dossier ZOE532 18

20 Tabel 4: juridisch beschikbaar aanbod aan onbebouwde percelen in 2007 Aanbod in woongebied Onbebouwde percelen in goedgekeurde verkavelingen 728 Onbebouwde percelen langs uitgeruste wegen enkelvoudige percelen meervoudige percelen Aantal potentiële woningen in binnengebieden niet gelegen in een BPA/RUP gelegen in een BPA/RUP Totaal 1762 Reëel aanbod bron: eigen onderzoek IGEAN, 2009 Realisatiegraden Niet alle percelen in Tabel 4 worden echter onmiddellijk op de markt aangeboden of zijn bouwrijp. Voor de berekening van het reële aanbod aan bouwmogelijkheden gelden volgende principes conform de richtlijnen van het provinciebestuur: - Voor de kavels die gelegen zijn in een goedgekeurde verkaveling wordt de realisatiegraad van verkavelingen in de gemeente in rekening gebracht: gemiddeld bedraagt deze 47,5% over een periode van vijf jaar en 60% over een periode van 10 jaar (zie de bijlagen: paragraaf 3.2.3). - Voor de kavels die niet gelegen zijn in een goedgekeurde verkaveling geldt een realisatiegraad van minimaal 45% op 10 jaar 3. Planningshorizon De planningshorizon op korte termijn wordt conform de richtlijnen van het provinciebestuur gesteld op 2012, op lange termijn wordt 2022 als einddoel genomen. Het reële aanbod dient dus te worden berekend voor een periode van 5 jaar ( ) en voor een periode van 15 jaar ( ). Omgerekend naar deze periodes dienen volgende percentages worden toegepast: - van de onbebouwde percelen in goedgekeurde verkavelingen zullen 47,5% op de markt komen in de periode (korte termijn) 72,5% op de markt komen in de periode (lange termijn) - van de overige onbebouwde percelen langs uitgeruste weg zullen 22,5% op de markt komen in de periode (korte termijn) 67,5% op de markt komen in de periode (lange termijn) Betreffende het aanbod in binnengebieden in woongebied Zoals in het richtinggevend gedeelte wordt gesteld, kunnen een aantal van deze binnengebieden ontwikkeld worden, op voorwaarde dat deze kaderen binnen het gemeentelijk beleid inzake sociaal en betaalbaar wonen. Ook voor de bijkomende kavels en/of woningen in deze gebieden geldt dat deze niet onmiddellijk op de markt aangeboden worden. In eerste instantie moet immers een verkavelingsvergunning worden aangevraagd. Er wordt dan ook van uit gegaan dat deze kavels en/of woningen volgens eenzelfde realisatiegraad als de verkavelingen in de gemeente op de markt zullen komen. 3 Besl. Vl. Reg. van 3 juli 2009 tot bepaling van nadere regels voor de vaststelling van de spanning tussen de woningbehoefte en het bouwpotentieel 6 maart dossier ZOE532 19

21 Betreffende het aanbod in BPA s en/of RUP s Er wordt vanuit gegaan dat enkel de 12 bijkomende woningen in het RUP Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat op korte termijn zullen worden gerealiseerd. Gelet op de nog te voeren goedkeuringsprocedure voor de twee andere RUP s, kan gesteld worden dat deze bijkomende woningen niet voor 2012 op de markt zullen komen en dus slechts op lange termijn zullen worden gerealiseerd. Bijkomend aanbod vanuit concrete projecten Het reële aanbod dient nog aangevuld te worden met het aanbod dat op korte termijn door het gemeentebestuur zelf in twee concrete projecten wordt gecreëerd. Gemeentelijk woonproject het Klooster De realisatie van dit project (één van de projecten uit het GRS 2005) is volop aan de gang. Dit gebied wordt in twee fasen ontwikkeld, waarbij in beide fases een deel sociale kavels worden ontwikkeld en een deel sociale woningen (i.s.m. een SHM). De verkavelingsvergunning voor de eerste fase (deel 1a en 1b) is in aanvraag. Figuur 1: stedenbouwkundig ontwerp Klooster 6 maart dossier ZOE532 20

22 Fase 1 sociale kavels 47 sociale woningen 14 Fase 2 sociale kavels 22 sociale woningen 17 Tabel 5: bijkomend aanbod bron: IGEAN Er kan gesteld worden dat de 47 kavels uit de eerste fase nog voor 2012 op de markt komen. Gelet op de bouwverplichting (3 jaar) die zal worden opgelegd, worden deze voor 100% meegeteld in het reëel aanbod. Rekening houdende met de tijd nodig voor de bouwaanvraag en het bouwen van de woningen, zal het aandeel sociale woningen naar alle waarschijnlijkheid niet meer voor 2012 gerealiseerd worden. Deze worden dus (samen met de kavels en woningen uit fase 2) bij het aanbod op lange termijn geteld. Gemeentelijk woonproject Jukschot Figuur 2: verkavelingsaanvraag Jukschot 6 maart dossier ZOE532 21

23 De verkavelingsaanvraag voor een gedeelte van het woonuitbreidingsgebied Jukschot is eveneens in procedure. Het gaat om de afwerking van de doodlopende woonstraat Stoppelveld, waar 6 kavels kunnen gerealiseerd worden. Ook hier is het de bedoeling om deze kavels nog voor 2012 op de markt te brengen en zal er een bouwverplichting gelden. Dit aanbod wordt dus eveneens voor 100% op korte termijn meegerekend. Samengevat worden er op korte termijn (tot 2012) dus 53 bouwmogelijkheden ( kavels) gecreëerd vanuit deze gemeentelijke projecten. Op lange termijn (tot 2022) betekent dit 106 bijkomende bouwmogelijkheden. Totaal reëel aanbod Dit geeft volgende resultaten: Tabel 6: reëel aanbod aan bijkomende percelen en woningen Onbebouwde percelen in goedgekeurde verkavelingen Onbebouwde percelen langs uitgeruste wegen Aanbod in binnengebieden in woongebied Woningen in BPA/RUP Aanbod vanuit gemeentelijke woonprojecten Totaal bron: eigen berekeningen Dit totaal reëel aanbod dient geconfronteerd te worden met de woningbehoefte voor dezelfde periodes. Op basis van die confrontatie kan in het richtinggevend deel van het GRS het beleid worden bepaald voor het al dan niet aansnijden van woonuitbreidingsgebieden. 6 maart dossier ZOE532 22

24 6. Prognoses en confrontaties met betrekking tot de meest relevante deelstructuren De onderstaande tekst vervangt volledig paragraaf 6.2. Prognoses en confrontaties met betrekking tot wonen. (p ) 6.2. Prognoses en confrontaties met betrekking tot wonen Woonbehoefte De woonbehoefte voor de gemeente Zoersel wordt bepaald door de hogere overheid. In het vorige RSPA werden de mogelijkheden bepaald door de selectie van Zoersel als gemeente met een hoofddorp type III (waar de woonbehoefte werd bepaald in functie van de natuurlijke aangroei van de bevolking). Deze categorisering wordt gewijzigd in de herziening van het RSPA. Het provinciebestuur legt hierin ook de woonbehoefte vast voor de periode Voor de periode wordt eveneens een cijfer gegeven, maar dit is slechts informatief. In opdracht van het gemeentebestuur werd de woonbehoeftestudie 2003 geëvalueerd en geactualiseerd (zie ook bijlage). In dit kader werd de woonbehoefte berekend volgens twee bijkomende scenario s: een open en gesloten prognose op basis van de bevolkingspiramide van Deze cijfers worden eveneens slechts informatief meegegeven, maar ze geven duidelijk aan dat de woonbehoefte, zoals vastgesteld door het provinciebestuur, niet de werkelijke behoefte vertegenwoordigt maar slechts een gedeelte ervan. Het resterende gedeelte wordt immers herverdeeld ten voordele van de stedelijke gebieden. Tabel 7: woonbehoefte volgens verschillende scenario s woonbehoefte volgens herziening RSPA woonbehoefte volgens gesloten prognose (o.b.v. piramide ) woonbehoefte volgens open prognose (o.b.v. piramide ) bronnen: RSPA en eigen berekeningen IGEAN Confrontatie aanbod en behoefte Zoals eerder in dit addendum werd bepaald bedraagt het reële aanbod aan bouwmogelijkheden voor deze periodes: Tabel 8: reële aanbod aanbod aan bouwmogelijkheden Dit aanbod is voldoende om in de behoefte aan woningen, zoals vastgesteld door het provinciebestuur, te voorzien. Indien echter gekeken wordt naar de open prognose (die dichter bij de werkelijkheid zit), dan blijkt dat het aanbod niet volstaat om aan de behoefte te voldoen. Tabel 9: confrontatie aanbod en behoefte volgens verschillende scenario s woonbehoefte volgens RSPA woonbehoefte volgens gesloten prognose (o.b.v. piramide ) woonbehoefte volgens open prognose (o.b.v. piramide ) maart dossier ZOE532 23

25 Conclusies Uit deze cijfers valt af te leiden dat het reële aanbod aan bouwmogelijkheden in de gemeente volstaat om aan de woonbehoefte, zoals deze werd vastgelegd in het RSPA, tegemoet te komen. Dit betekent dat er in principe geen woonuitbreidingsgebieden kunnen aangesneden worden. Enkel indien er compensatie wordt geboden (door het reserveren van bestaand woongebied) kunnen ruimtelijk verantwoorde woonuitbreidingsgebieden worden aangesneden. Dit is het beleid dat door het provinciebestuur wordt uitgezet en dat door het gemeentebestuur moet gevolgd worden. In het richtinggevend gedeelte wordt dit verder uitgewerkt. Er kunnen echter wel enkele kanttekeningen gemaakt worden bij deze aanpak. Methodiek RSPA De woonbehoefte die in het RSPA wordt vastgelegd, werd als volgt bepaald 4 : - vertrekkend van de bevolkingspiramide op werd in de eerste plaats een gesloten prognose (op basis van overlevingskansen en vruchtbaarheidscijfers) opgemaakt (zie ook de bijlagen bij dit addendum, waar een gelijkaardige methodiek werd toegepast op het gemeentelijke niveau); - het op die manier bekomen aantal inwoners wordt gedeeld door de gemiddelde gezinsgrootte (rekening houdende met de gezinsverdunning) en resulteert zo in het verwachte aantal huishoudens; - in tweede instantie werd de migratie (in- en uitwijking) in rekening gebracht, om zo tot een open prognose te komen; Uit de bekomen resultaten blijkt dat op basis van de huidige trends geen fundamentele trendbreuk zal kunnen gerealiseerd worden. In de provincie Antwerpen wordt immers gestreefd naar een 65/35 verhouding (65% van de bijkomende woningen moeten in de stedelijke gebieden worden gerealiseerd en slechts 35% mag in het buitengebied, waartoe Zoersel behoort, worden gerealiseerd). Om die trendbreuk te realiseren wordt een deel van de woningbehoefte herverdeeld van de gemeenten in het buitengebied naar de gemeenten in stedelijk gebied. Bij deze herverdeling wordt vertrokken van het gemiddelde van de open en gesloten prognose. De gemeenten in het buitengebied mogen 80% van dit gemiddelde behouden, maar moeten 20% afstaan aan de gemeenten in stedelijke gebieden. De woonbehoefte die in het RSPA wordt vastgelegd betreft dus niet de werkelijke behoefte, maar dient eerder gezien te worden als het maximaal toelaatbare aantal bijkomende woningen. Dit provinciale beleid heeft, ondanks de mooie intenties, tot gevolg dat de druk op de woningmarkt in gemeenten als Zoersel, met een hoge migratiedruk, nog verhoogd wordt, omdat de private immobiliënmarkt vooral door kapitaalkrachtige inwijkelingen wordt ingepalmd. Dit is een gevolg van de suburbanisatie, maar ook van de tewerkstelling in de verzorgingssector en de selectie van buurgemeente Malle als economisch knooppunt en de druk (op het wonen en op de mobiliteit) die dit met zich meebrengt voor de omliggende gemeenten. Het gevolg hiervan is gekend: sterk stijgende grondprijzen die het voor de jonge plaatselijke bevolking dikwijls onmogelijk maken om zich in de gemeente te vestigen. 4 bron: Onderzoek naar woontendensen en -behoeften binnen de provincie Antwerpen, Soresma iov Provinciebestuur Antwerpen, eindrapport februari maart dossier ZOE532 24

26 Vergelijking met eigen prognoses De prognoses die in het kader van deze herziening zijn opgesteld (zie de bijlagen bij dit addendum) zijn o.i. realistischer. Deze werden immers opgemaakt op basis van recentere cijfers (bevolkingspiramide ) en houdt reeds rekening met de werkelijke aangroei in de jaren 2007 en Er kan trouwens vastgesteld worden dat de open prognose het dichtst bij deze werkelijke aangroei van het aantal huishoudens aanleunt. Ervaringen met lopende projecten in de gemeente Op basis van het GRS 2005 werkt de gemeente momenteel het project betaalbaar en sociaal wonen in het woonuitbreidingsgebied Klooster uit. Er werden vier drukbezochte infosessies georganiseerd over dit project waarin, samen met de kleinere verkaveling Jukschot, 53 kavels worden aangeboden. Op nog geen week tijd hebben zich hiervoor bijna 200 kandidaten aangediend. Deze projecten mogen dus op zeer veel belangstelling rekenen en tonen duidelijk de lokale nood aan betaalbare gronden/woningen aan. Het gemeentebestuur wenst dan ook bijkomende gelijkaardige projecten mogelijk te maken. Dit beleid wordt verder uitgewerkt in het richtinggevend gedeelte. Bindend Sociaal Objectief Tenslotte kan eveneens gesteld worden dat deze opgelegde maximale woonbehoefte op geen enkele manier rekening houdt met het Bindend Sociaal Objectief (BSO), dat bij de invoering van het Decreet Grond- en Pandenbeleid (DGPB) wordt opgelegd aan elke gemeente in Vlaanderen. Het BSO is een gemeentelijke omschrijving van het sociaal woonaanbod dat ten minste moet worden verwezenlijkt tegen 31 december Het is samengesteld uit 3 delen: een objectief voor sociale huurwoningen, een objectief voor sociale koopwoningen en een objectief voor sociale kavels. Voor Zoersel bedraagt het BSO: Tabel 10: Bindend Sociaal Objectief Zoersel te realiseren tegen 2020 bijkomend te realiseren tegen sociale huurwoningen sociale koopwoningen 74 sociale kavels 3 Naar aanleiding van het DGPB dient elke gemeente dus tegen 2020 (en 2025) een bindend sociaal objectief te realiseren en dit om het aantal sociale woningen in Vlaanderen te doen toenemen. Er werd daarom in de Vlaamse Codex voor Ruimtelijke Ordening (VCRO) de mogelijkheid tot afwijking van het richtinggevend en bindend deel van een ruimtelijk structuurplan ingeschreven (art en art en 3). Om het bindend sociaal objectief te realiseren, dienen inspanningen geleverd te worden om meer sociale woningen te bouwen, in de eerste plaats binnen het bestaand woningpatrimonium en woongebied, maar daarnaast ook in nieuwe woonprojecten. Omdat nieuwe woonprojecten in een gebied met een andere bestemming dan woongebied steeds dienen ingepast te worden in de woningprogrammatie en in het GRS, zijn de afwijkingsregels voor het realiseren van het bindend sociaal objectief ook van toepassing bij de opmaak of herziening van een GRS (standpunt Deputatie in brief aan de gemeente Zoersel van 8 juli 2011). 5 Die gemeenten die op 1 januari 2008 over minder dan 3% sociale huurwoningen beschikken dienen een specifieke inhaalbeweging te realiseren tussen 2013 en maart dossier ZOE532 25

27 Bij een herziening van een GRS kunnen deze gegevens aangewend worden om het bijkomend aansnijden van woonuitbreidingsgebied (of gebieden met een andere bestemming), in functie van sociale woningbouw, te verankeren in het structuurplan, ook al past deze niet in de woningprogrammatie. Stand van zaken sociale woonprojecten (dd ) bron: verslag lokaal woonoverleg Zoersel dd Geplande projecten: a) Klooster In totaliteit (1 en 2 fase) kunnen binnen dit project tussen 30 en 44 sociale woningen worden gerealiseerd. Het schepencollege stelt voor om tussen de helft en 2/3 koopwoningen en tussen 1/3 en de helft huurwoningen te voorzien. De huisvestingsmaatschappij werkt een architectuur-ontwerp uit. b) Meesterhoeve 6 huurwoningen - de werken zijn gestart c) Salphensebaan 22 woongelegenheden (huurwoningen) - archeologisch onderzoek is in uitvoering, daarna starten de werken Gerealiseerde projecten: a) Zoersel Dorp 32-34: 7 woongelegenheden (huurwoningen) b) Berkenlaan: 7 huurwoningen bestemd voor senioren c) SVK: 29 huurwoningen Totaal: Project Aantal woningen waarvan koopwoningen Klooster minimaal 30 maximaal à à 29 waarvan huurwoningen 10 à à 22 Meesterhoeve 6 6 Salphensebaan Zoersel Dorp Berkenlaan 7 7 SVK Totaal 101 à à à 93 Conclusie: Om aan het bindend sociaal objectief te voldoen moeten er nog bijkomende projecten gezocht worden, zowel voor sociale koop- als sociale huurwoningen. 6 maart dossier ZOE532 26

28 De onderstaande tekst vervangt volledig paragraaf 6.3. Ruimte voor KMO. (p ) 6.3. Ruimte voor KMO Zoersel als bedrijfsondersteunend hoofddorp Vanuit de herzieningen van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Antwerpen (RSPA) is bepaald dat in elk bedrijfsondersteunend hoofddorp een bijkomend lokaal bedrijventerrein kan worden gerealiseerd met een richtinggevende omvang van 5 ha (voor de periode ), mits er een behoefte kan worden aangetoond. Deze behoefte wordt hiernavolgend aangetoond vanuit twee invalshoeken: 1. In de eerste plaats plant het gemeentebestuur de omvorming van een aantal bestaande KMO-gronden in Zoersel naar een bestemming van open ruimte. Voor enkele gronden is deze bestemming al vastgelegd, voor andere dient dit nog te gebeuren. 2. In de tweede plaats wordt op basis van een update van de gegevens inzake bedrijvigheid uit het vorige GRS een inschatting gemaakt van de behoefte bij de bestaande bedrijven in de gemeente. 1. Herbestemming van bestaande KMO-gronden in de gemeente KMO-Kwikaard De herbestemming van 1,6 ha niet meer te ontwikkelen gronden werd inmiddels vastgelegd in het BPA nr. 3 Joosten en omgeving. KMO-Gestelbos In deze zone bevindt zich een gebouw met een tweetal bedrijven. Het resterende gedeelte van 1,5 ha is bebost en sluit aan bij bovenlokale groenstructuren. De gemeente opteert voor een herbestemming van dit resterende gedeelte. KMO-Heybleukens Deze zone van 0,7 ha wordt in het RUP Kerkhof en omgeving herbestemd naar woonzone met ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen. KMO-Heideweg De KMO-zone Heideweg (2,1 ha) is destijds op het gewestplan ingekleurd omwille van de aanwezigheid van een bedrijf op die plaats. Dat dit ruimtelijk geen ideale plaats is voor de ontwikkeling van bedrijvigheid wordt door iedereen erkend. Voor deze zone wordt een gedeeltelijke omvorming naar woongebied in het vooruitzicht gesteld. Een gedeelte van de zone (+/- 3800m²) wordt teruggegeven aan de Schijnvallei en zal een bestemming van open ruimte krijgen. Samenvatting Enkel de gedeelten die effectief naar een open ruimte bestemming worden omgevormd komen in aanmerking om in rekening gebracht te worden als motivering voor de aanleg van een bijkomend bedrijventerrein in de gemeente. Tabel 11: herbestemming bestaande KMO-zones naar een bestemming van open ruimte Zone KMO-Kwikaard KMO-Gestelbos KMO-Heybleukensstraat KMO-Heideweg Totaal Opp. 1,6 ha 1,5 ha 0 ha 0,38 ha 3,48 ha bron: eigen verwerking 6 maart dossier ZOE532 27

29 2. Herlokalisatiebehoefte van bestaande bedrijven in de gemeente In het kader van de opmaak van het vorige GRS is er een uitgebreide studie verricht, bestaande uit enerzijds een bedrijvenenquête en een individuele bevraging van enkele bedrijven met een specifieke problematiek. 2.a. Bedrijvenenquête Vanuit deze enquête onder 60 bedrijven in Zoersel werd vastgesteld dat er een herlokalisatiebehoefte bestond van ongeveer 2 ha. Aangezien er in Zoersel zelf en in de ruime omgeving in de afgelopen periode geen bijkomende KMO-gronden zijn gerealiseerd kan er vanuit worden gegaan dat deze behoefte nog steeds dezelfde is. 2.b. Bedrijven in specifieke situaties Bijkomend werd met een aantal bedrijven met een specifieke problematiek (bedrijven die in KMO-zone of woonzone zijn gelegen maar die als omgevingszonevreemd kunnen beschouwd worden of die op hun huidige locatie niet meer kunnen uitbreiden) een individueel gesprek gevoerd. In bijgaande tabel worden deze bedrijven weergegeven en wordt een update gegeven van de huidige situatie op basis van gegevens en kennis vanuit het gemeentebestuur en de gemeentelijke administratie. Tabel 12: inventaris van de mogelijk omgevingszonevreemde bedrijven Naam Adres Activiteit Herlokalisatiebehoefte Opmerkingen Eigenaar/uitbater Transport Van Aerde Driesheide 34 Transportbedrijf 5 ha Interesse voor herlokalisatie, maar regionaal bedrijf H. Van Aerde & Zonen bvba Transport Update 2011: het bedrijf bevindt zich nog steeds op de huidige locatie (in woongebied in de woonkern van Halle) en heeft dan ook nog steeds dezelfde herlokalisatiebehoefte, die echter de doelstellingen van een lokaal bedrijventerrein overstijgen. In rekening te brengen als lokale behoefte: 0 ha NV Stuyts Heideweg 39 Binnen- & buitenschrijnwerk 2 ha op lange termijn (dit bedrijf zit momenteel op KMO zone Heideweg) nv Stuyts Update 2011: dit bedrijf neemt quasi de volledige KMO-zone Heideweg in beslag. Het ontwikkelingsperspectief van deze zone ligt op termijn eerder op het vlak van wonen. Dit komt in het richtinggevend gedeelte ook nog aan bod. Het bedrijf is momenteel op zoek naar een nieuwe (betere) locatie van +/- 2ha in de omgeving, maar deze is op de huidige markt niet beschikbaar. In rekening te brengen als lokale behoefte: 0 ha Transport Block Driesheide 46 Transportbedrijf 0,5 ha Interesse voor herlokalisatie bvba Block Update 2011: dit bedrijf zit nog steeds op dezelfde locatie en de herlokalisatiebehoefte is dus nog steeds dezelfde. In rekening te brengen als lokale behoefte: 0,5 ha Garage Delta Medelaar 116a garage geen uitspraak geen uitbreidingsmogelijkheden meer op huidige locatie Garage Delta bvba Update 2011: dit bedrijf zit nog steeds op dezelfde locatie. In rekening te brengen als lokale behoefte: 0 ha Emrol Zandstraat 185 Stockage / Gaat weg Update 2011: Dit bedrijf is ondertussen verhuisd naar het bedrijventerrein in buurgemeente Malle. Op de huidige locatie is een ander bedrijf gekomen (Nirotrans) waarvan geweten is dat er een uitbreidingsbehoefte bestaat. Op deze locatie (+/- 0,4 ha) is echter uitbreiding niet meer mogelijk. De herlokalisatiebehoefte wordt geraamd op 0,5 ha. In rekening te brengen als lokale behoefte: 0,5 ha 6 maart dossier ZOE532 28

30 Naam Adres Activiteit Herlokalisatiebehoefte Opmerkingen Eigenaar/uitbater Kemland Vesaliuslaan 4 Handel en overslag bouwmaterialen / voorkeur aan nv Kemland uitbreiding ter plaatse Update 2011: het bedrijf is niet meer op deze locatie. In rekening te brengen als lokale behoefte: 0 ha Schrijnwerkerij Pemen Antwerpsedreef schrijnwerkerij 0,3 ha Update 2011: dit bedrijf is ondertussen verhuisd naar Zandhoven. In rekening te brengen als lokale behoefte: 0 ha Kermans bvba Groenlaan 29 Grond- en afbraakwerken; transport 1 ha vragende partij voor aankopen van KMOgrond Update 2011: dit bedrijf is nog steeds vragende partij voor een herlokalisatie naar een nieuwe bedrijventerrein. In rekening te brengen als lokale behoefte: 1 ha Totaal in rekening te brengen als lokale behoefte: 2,0 ha Totaal De totale omvang van het nieuwe lokale bedrijventerrein kan dus als volgt worden bepaald: Tabel 13: totale omvang nieuwe lokale bedrijventerrein Oppervlakte 1. herbestemming bestaande KMO-zones 3,4 ha 2.a. algemene bedrijvenenquête 2,0 ha 2.b. bedrijven in specifieke situaties 2,0 ha totaal 7,4 ha Dit getal is indicatief en kan bij de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan nog verhoogd worden omwille van de terreinconfiguratie of om voor voldoende aanbod te zorgen. 6 maart dossier ZOE532 29

31 De onderstaande tekst wordt toegevoegd aan het hoofdstuk 6 van het informatief gedeelte 6.5. Ruimte voor recreatie Herlokalisatiebehoefte bestaande verenigingen Bij de volgende verenigingen is er een bij de gemeente gekende herlokalisatiebehoefte. Deze behoefte wordt bvb. veroorzaakt doordat de vereniging op haar huidige locatie gekneld zit en dus niet meer kan uitbreiden of doordat de huidige locatie minder gunstig gelegen is (bvb. jeugdverenigingen in rustige woonwijk) en deze infrastructuur idealiter zou samengebracht worden, eventueel geclusterd met bestaande recreatieve voorzieningen. In de tabel wordt naast de huidige oppervlakte van het betrokken terrein ook een indicatie van deze herlokalisatiebehoefte weergegeven (obv. de huidige oppervlakte voor de Scouts en Chiro en obv. van de gekende behoefte van TC de Kievit). Tabel 14: herlokalisatiebehoefte bestaande sport- en jeugdverenigingen Opp. huidig terrein Inschatting gewenste opp. indien herlokalisatie Scouts Zoersel (zonder speelbos) 0,3 ha 0,5 ha Chiro Zoersel 0,5 ha 0,5 ha TC de Kievit 0,6 ha 1,2 ha Totaal 1,4 ha 2,2 ha Sportbeleidsplan In het sportbeleidsplan (goedgekeurd door de gemeenteraad op 17 december 2007) zijn eveneens verschillende aanknopingspunten terug te vinden waaruit de nood aan bijkomende ruimte voor recreatie blijkt: - Er is nood aan bijkomende indoor-infrastructuur. Deze nood wordt deels gelenigd door de bouw van een nieuwe sporthal in deelgemeente St.-Antonius, maar in een aantal sectoren blijft er een nood bestaan. - Er is eveneens een tekort aan outdoor-infrastructuur. Het gemeentebestuur streeft naar een evenwichtige spreiding van faciliteiten voor buitenterreinen in elke deelgemeente. Specifiek wordt in het sportbeleidsplan melding gemaakt van noodzakelijke uitbreidingen in Halle (aan KFC St.-Martinus) en in Zoersel (aan KFC Eendracht). - Uit een bevraging van individuele bewoners blijkt dat men wel tevreden is over kwaliteit van de bestaande voorzieningen, maar blijkt ook dat er onvoldoende infrastructuur is in de gemeente. De vraag naar bijkomende infrastructuur omvat vooral een zwembad (75%) maar ook looppaden, indoor-tennis infrastructuur en mogelijkheden voor fitness. - Ook niet-sportverenigingen (bvb. jeugd-, wijk- en buurtverenigingen) werden in het kader van het sportbeleidsplan bevraagd. Deze vragen om occasioneel gebruik te kunnen maken van de gemeentelijke sportinfrastructuur. Momenteel kan dit niet omdat deze infrastructuur overbevraagd is. Samengevat Er is dus duidelijk een behoefte aan (bijkomende) ruimte voor recreatie in de gemeente, zowel vanuit kwantitatief als vanuit kwalitatief oogpunt. 6 maart dossier ZOE532 30

32 De onderstaande tekst wordt toegevoegd aan het hoofdstuk 6 van het informatief gedeelte 6.6. Nieuw lokaal bedrijventerrein Kievit In het vorige GRS (2005) werd een locatie gekozen voor het nieuwe lokale bedrijventerrein. Deze sluit aan bij de vernieuwde recreatieterreinen van KFC Eendracht, waarvoor een gemeentelijk RUP (BD ) werd opgemaakt, en bij het bestaande bedrijventerrein De Schaaf-Delften op het grondgebied van Malle. In opdracht van het gemeentebestuur werd de verdere ontwikkeling van deze zone met uitbreiding van de recreatiezone en de inplanting van een nieuw lokaal bedrijventerrein verder onderzocht. Op bijgaande figuur wordt één van de onderzochte scenario s weergegeven. In dit scenario wordt ook een gedeelte van het grondgebied van de gemeente Malle omgevormd naar bedrijventerrein. Figuur 3: mogelijke invulling uitbreiding recreatie en nieuw bedrijventerrein Er dient nog verder onderzoek te gebeuren (o.m. onderzoek naar de best mogelijke ontsluiting van het terrein). De bijgaande figuur heeft dan ook enkel informatieve waarde, maar geeft wel aan wat de mogelijkheden van het gegeven terrein zijn. De bestaande recreatiezone (RUP KFC Eendracht) omvat ongeveer 6,20 ha, de voorgestelde uitbreidingszone voor recreatie ongeveer 1,11 ha en het nieuwe bedrijventerrein (inclusief buffer) omvat +/- 8,52 ha, waarvan 6,69 ha op het grondgebied van Zoersel en 1,83 op het grondgebied van Malle. Deze cijfers zijn louter informatief: bij de opmaak van een RUP voor deze zone zal bepaald worden in welke mate er uitbreiding voor recreatie wordt voorzien en in welke mate bedrijventerrein. 6 maart dossier ZOE532 31

33

34 Aanvullingen richtinggevend deel

35 6 maart dossier ZOE532 34

36 3. Ontwikkelingsperspectieven voor deelruimten 3.3. Deelruimte 1: N12 en St.-Antonius De onderstaande tekst wijzigt paragraaf Gewenste ruimtelijke structuur. (p ) Voor de leesbaarheid wordt de volledige paragraaf overgenomen. De tekst die de bestaande tekst vervangt en/of aanvult wordt in grijs gemarkeerd en de tekst die wordt geschrapt wordt ook als dusdanig weergegeven. De bijbehorende kaart Kaart 1: gewenste ruimtelijke stuctuur van N12 en St.-Antonius wordt vervangen door de kaart in de kaartenatlas bij dit addendum. Voor de leesbaarheid worden de wijzigingen op de kaart aangeduid met een kader (zwarte omlijning) Gewenste ruimtelijke structuur Kaart 1: gewenste ruimtelijke structuur van N12 en St.-Antonius Bebouwd perifeer landschap De hogere overheid stelt in samenspraak met de gemeenten een verkavelings- en dichthedenbeleid voor dit gebied op. De gemeente doet in dit verband reeds de volgende suggesties. In de woonwijken aansluitend op de kern van St. Antonius wordt een dichtheid van 15 woningen per hectare nagestreefd (aangeduid als stedelijk park). Dit gebeurt conform de doelstellingen van het RSV. Ook de sociale projecten die in dit gebied gerealiseerd zullen worden moeten aan deze doelstelling voldoen. In de woonparkgebieden staan het groene karakter en het rustig woonklimaat voorop. Verdichting is hier niet aan de orde. Een grotere variatie aan woningtypologieën kan wel mits de schaal en het karakter van de omgeving worden gerespecteerd en ondersteund. In principe bepaalt de hogere overheid door middel van een ruimtelijk uitvoeringsplan de afbakening van dit gebied en legt zij ontwikkelingsperspectieven vast. Binnen die afbakening kan de gemeente zelf ook nog planningsinitiatieven nemen. Centrumgebied Binnen het centrumgebied van St. Antonius zijn volgende plekken structurerend: de Kapellei-Handelslei (N12), het St. Teunisplein en de schoolomgeving aan de Achterstraat. De gemeente is reeds gestart met een BPA (nr. 2 Achterstraat) om een kwalitatieve invulling te geven aan het gebied tussen Achterstraat en Handelslei. Dit gebeurt vooral door het voorzien van een volwaardige straatwand langs de noordzijde van de Achterstraat. De Achterstraat zelf is reeds ingericht als woonstraat. Dit BPA wordt verder afgewerkt als RUP. De kern kan kwalitatief verbeterd worden met structurele invullingen. Een grotere diversiteit in woonvormen wordt aangemoedigd. Nieuwe woningtypologieën moeten de veranderende behoeften van de samenleving opvangen en kunnen als strategische projecten een impuls betekenen voor de omgeving. Vanwege het woon- en winkelkarakter en de aanwezige gemeenschapsvoorzieningen in de kern is het belangrijk veel aandacht te schenken aan de zwakke weggebruiker, parkeergelegenheid en de inrichting van het openbaar domein. 6 maart dossier ZOE532 35

37 Gemeentelijk woonproject Woningprogrammatie Woonuitbreidingsgebied Klooster De woonuitbreidingsgebieden ten zuiden van de kern zijn vrij gunstig gelegen: op wandelafstand van de kern St.-Antonius en vlakbij de N12, die volgens het RSPA moet gaan fungeren als belangrijke openbaar vervoersas naar Antwerpen. De gemeente wil op deze lokaties gefaseerd sociale woningen en kavels voor middengroepen realiseren. Deze gebieden kunnen ontsloten worden voor langzaam verkeer gericht op de N12. De gemeente opteert om in een eerste fase één van deze gebieden (een deel van het woonuitbreidingsgebied het Klooster) aan te snijden voor de ontwikkeling van een gemeentelijk woonproject. De ontwikkeling van dit gebied zit momenteel in een vergevorderd stadium (aanvraag verkavelingsvergunning voor de eerste fase) en kan op bijzonder veel belangstelling rekenen. Het gemeentebestuur zal dan ook na de realisatie en verkoop van de kavels in eerste fase snel werk willen maken van de tweede fase. Het gebied blijft dan ook aangeduid als prioritair te ontwikkelen, zowel de 1 ste als de 2 de fase. Binnengebieden in woongebied In St.-Antonius zijn de meeste binnengebieden in woongebied duidelijk niet kernversterkend. In deze kern worden bovendien reeds bijkomende woningen voorzien op dichter bij het centrum gelegen locaties (RUP s Kerkhof en omgeving, Achterstraat en Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat en verkavelingen Klooster en Jukschot). De binnengebieden in woon- of woonparkgebied worden dan ook gereserveerd. Eén van deze gebieden komt wel in aanmerking voor de uitbreiding van bestaande gemeenschapsvoorzieningen (bvb. psychiatrische verzorging en/of seniorenhuisvesting). Verzorgingssector Eventuele bijkomende infrastructuur i.f.v. de verzorgingssector zou in de omgeving van de bestaande moeten gerealiseerd worden. Omwille van de relatief beperkte beschikbare ruimte moeten dergelijke projecten inventief zijn. Agrarisch gebied Joostens en omgeving Het kleinschalig landbouwgebied in de omgeving van het RVT Joostens vormt een belangrijk onderdeel van de bovenlokale groenstructuur die het bebouwd perifeer landschap domineert. Het maximale behoud van de open ruimte staat hierbij voorop. De waterlopen die door het gebied stromen zijn de dragers van de natuurlijke structuur. De zichten op de open ruimte van op de Kapellei en Delbekestraat moeten zoveel mogelijk gevrijwaard blijven. Belangrijk aspect voor deze ruimte is de verwevenheid van landbouw en natuur. Daarom moet het gebied een aangepaste bestemming krijgen die enerzijds de levensvatbaarheid van de landbouwbedrijven garandeert en die anderzijds natuurlijke ontwikkeling ondersteunt. De gemeente maakt reeds een BPA op waarin een gepaste bestemming aan dit gebied gegeven wordt. Het BPA nr. 3 Joostens en omgeving legt deze aangepaste bestemmingen vast en is goedgekeurd in Eventuele aanpassingen en/of herzieningen van dit BPA kunnen, binnen de bovenstaande visie, indien noodzakelijk worden opgemaakt. 6 maart dossier ZOE532 36

38 Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat Van de drie deelkernen heeft Sint-Antonius ondanks zijn beperkte omvang de grootste ontwikkeling gekend. Naast een dichte bebouwing zijn er langs N12 ook twee grote verzorgingsinstellingen gevestigd die nog steeds in ontwikkeling zijn. De structuur van Sint-Antonius wordt daardoor gekenmerkt door de aanwezigheid van grote voorzieningenclusters temidden het woongebied. Binnen Sint-Antonius zijn een aantal plekken structurerend waaronder Kapellei- Handelslei, en de schoolomgeving aan Achterstraat. De kern kan kwalitatief verbeterd worden met structurele invullingen, bij voorkeur op deze plekken. Vanwege het woonen winkelkarakter en de aanwezige gemeenschapsvoorzieningen in de kern is het belangrijk veel aandacht te schenken aan de zwakke weggebruiker en de inrichting van het openbaar domein. Vanuit de bestaande ruimtelijke structuur, gebaseerd op de openbaar vervoersas langs N12, worden de nog mogelijke en gewenste ontwikkelingen lijnvormig uitgebouwd. Activiteiten en functies worden kernversterkend ingeplant en zoveel mogelijk verbonden met de haltes op de openbaar vervoersas door middel van langzaam verkeersverbindingen. De realisatie van een cluster van gemeenschapsvoorzieningen langsheen Achterstraat haakt in op de bestaande ruimtelijke structuur en past binnen de opties van het gemeentelijk mobiliteitsplan zoals dat door de PAC gunstig is bevonden. De gecombineerde realisatie van een cluster van gemeenschapsvoorzieningen op (deel)gemeentelijk niveau langsheen Achterstraat en van een nieuw park in de oostzijde van het plangebied beantwoordt aan de doelstellingen die het RSV voor het buitengebied aangeeft. Met deze ontwikkeling worden de essentiële functies van het buitengebied gevrijwaard (het gebied is geen structureel landbouw-,bosbouw- of natuurgebied en de beoogde ontwikkelingen inzake wonen en diensten situeren zich uitdrukkelijk op het niveau van de woonkern en gemeente in het buitengebied). De beoogde ontwikkeling vindt niet plaats in een structureel belangrijke open ruimte, maar op geordende wijze langs de randen van een potentieel bebouwbaar gebied, waarvan een omvangrijk deel definitief als open ruimte gevrijwaard wordt. De ontwikkeling versterkt kwantitatief en kwalitatief mee de dorpskern van Sint-Antonius. Ze bereikt daardoor gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit, die steunt op het aanwezige fysische systeem. Het versterken van de open ruimte door de functies landbouw, natuur en bos is als doelstelling voor het buitengebied als geheel en voor de structureel belangrijke open ruimten daarbinnen van belang, maar is niet van toepassing op dit kleine, omsloten gebied in het bebouwd perifeer landschap. De ruimtelijke visie voor dit gebied werd vertaald in het gemeentelijk RUP Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat (BD ). De opmaak van een BPA (gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat) werd reeds opgestart. Het BPA Het RUP voorziet voornamelijk in een project voor de inplanting van gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsuitrusting op gemeentelijk niveau (o.m. gemeentelijke voorzieningen, scholen, groene ruimten, parkeererven, ). Hierbij is de samenhang van de nieuwe functies met de aanpalende woonstraten, de aanwezige school en de bestaande dorpskern van groot belang. Het plan voorziet ook in twee woonprojectzones met ongeveer 45 sociale woningen 12 bijkomende woningen. 6 maart dossier ZOE532 37

39 Het is de bedoeling dat de geplande voorzieningen zo goed mogelijk te voet, per fiets of via het openbaar vervoer bereikbaar zijn. Naast de bestaande voet- en fietsverbindingen werden in het ontwerp BPA RUP nog enkele voet- en wandelpaden voorzien die de Achterstraat makkelijk ontsluitbaar maken. Er worden tevens de nodige bijkomende fietsenstallingen voorzien. Via een aantal (voet- en fiets-) verbindingen tussen de Achterstraat en de N12 wordt het openbaar vervoer makkelijker bereikbaar. Uiteraard zullen ook een aantal bezoekers de verplaatsing naar de gemeenschapsvoorzieningen per wagen maken. Er dient dan ook de nodige ruimte voor parkeerplaatsen voorzien te worden. De twee woonprojectzones die werden vertaald in dat RUP, makendeel uit van het juridisch aanbod en werden verrekend in de bepaling van het reële aanbod. Momenteel blijkt uit de praktijk dat er vragen kunnen worden gesteld bij de uitvoerbaarheid van deze projecten. Eventuele aanpassingen en/of herzieningen van dit RUP kunnen, binnen de bovenstaande visie, indien noodzakelijk worden opgemaakt. Het gemeentebestuur zal, bij een herziening van het RUP eveneens de uitvoerbaarheid van de woonprojecten verder onderzoeken. Dit onderzoek kan leiden tot de schrapping van één van beide of beide woonprojectzones. Kleinhandelsconcentratie langs N12 (Kapellei) De gemeente beschouwt deze zone als een kleinhandelsconcentratie van gemeentelijk niveau. Zij kan hiervoor een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan opmaken, waarin de beperkte ontwikkelingsperspectieven vastgelegd worden. Ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde sport en recreatie De zonevreemde recreatieterreinen in deze deelruimte liggen min of meer aansluitend bij het bestaande woongebied. Daarom wordt er geopteerd om deze terreinen op te nemen in een sectoraal BPA voor de zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport-, recreatie- en jeugdactiviteiten. Het voetbalterrein aan de R. Delbekestraat is gelegen aan de rand de open ruimte van Joostens en omgeving. Vanwege het gebrek aan ruimte voor voetbalverenigingen in de gemeente is het behoud van deze terreinen gewenst. Verdere insnijding van de open ruimte is echter niet gewenst. De manege Marengo veroorzaakt echter flink wat overlast in de woonomgeving en is bovendien niet in orde met bouw- noch milieuvergunningen. Het behoud van deze terreinen is niet gewenst. De activiteiten werden inmiddels stopgezet. De lokalen van de chirojongens zijn gelegen langs de achterkant van de bebouwing langs de Kapellei en daardoor is de insnijding in de open ruimte ook minimaal. De locatie kan behouden blijven. De tennisterreinen van tennisclub Den Otter zijn gelegen in een woonuitbreidingsgebied en worden omgeven door bestaande bebouwing. Bovendien zal een deel van het gebied op korte termijn aangesneden worden voor sociale woningen en kavels. In het kader van de verweving van functies kunnen deze terreinen behouden blijven en eventueel uitbreiden, mits de sociale draagkracht van de omgeving niet overschreden wordt. 6 maart dossier ZOE532 38

40 Verspreide sport- en recreatiepolen De ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde sport en recreatie werden vertaald in een sectoraal BPA voor de zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport-, recreatieen jeugdactiviteiten. Door middel van dit sectoraal BPA zijn deze terreinen en gebouwen niet meer zonevreemd en de verdere ontwikkelingsmogelijkheden werden in principe in dit BPA vastgelegd. Eventuele herzieningen en/of uitbreidingen van dit BPA dienen steeds te worden afgetoetst aan de visie op deze deelruimte en de draagkracht van de omgeving. De in het sectoraal BPA weerhouden terreinen en gebouwen worden als verspreide sport- en recreatiepolen aangeduid: A. Voetbal Delbekestraat (MB van ) B. De activiteiten van de manege Marengo zijn reeds enige tijd stopgezet. C. Chirojongens St.-Antonius (MB van ) D. TC den Otter (MB ) Ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde bedrijven De ontwikkeling van hoeve Jeanne (verkooppunt van nv VanPelt) blijft best beperkt tot de huidige terreinen. Bovendien moet de zichtbaarheid van het open landschap vanop de weg gegarandeerd blijven. De garage aan de Delbekestraat kan nog blijven bestaan tot Herstel van het oorspronkelijke landschap na beëindiging van de activiteit is een strikte voorwaarde. Deze beide bedrijven worden opgenomen in het BPA Joostens en omgeving. De ontwikkelingsperspectieven voor de beide bedrijven werden vertaald en juridisch vastgelegd in het BPA nr. 3 Joostens en omgeving. Eventuele herzieningen van dit BPA dienen steeds te worden afgetoetst aan de visie op deze deelruimte en de draagkracht van de omgeving. Gemeentelijke recreatiepool de Welvaart De gemeente opteert voor de uitbouw van een gemeentelijke recreatiepool in (een deel van) de recreatiezone gelegen aan het domein de Welvaart. Deze zone is niet ver van de bestaande gemeentelijke recreatiepool Bethaniën gelegen. Deze bestaande pool is gelegen in het binnengebied tussen Bethaniënlei en Emiel Vermeulenstraat. De ruimte is hier volledig opgebruikt door de bestaande infrastructuur en velden. De recreatiezone aan het domein de Welvaart werd door het gewestplan Turnhout bestemd als zone voor dag- en verblijfsrecreatie. De optie voor uitbouw van een gemeentelijke recreatiepool kan gerealiseerd worden binnen deze bestemming. Perron St.-Antonius In relatie tot het agrarisch gebied achter Joostens en het verder gelegen Molenbos vervult de kern van St.-Antonius een toeganggevende functie. Deze toegangen moeten herkenbaar gemaakt worden en zoveel mogelijk gebeuren langs lokale wandelwegen en paden (cfr. aangeduide wandel- en fietspaden in BPA Joostens en omgeving). Molenbos en domein de Welvaart De stad Antwerpen is eigenaar van het domein, maar de mogelijkheid bestaat dat zij dit van de hand willen doen. Het gemeentebestuur is geïnteresseerd aangezien het hier om een waardevolle infrastructuur (gebouwen en sportvelden) gaat die in een schitterende omgeving ligt. 6 maart dossier ZOE532 39

41 Een ontwikkeling als poort tot het gebied Brechtse Heide - Domein Trappisten behoort tot de mogelijkheden. Het opmaken van een structuurschets voor dit domein kan zorgen voor een beleidskader. Overleg met de buurgemeenten Malle en Brecht is hiervoor aangewezen. In opdracht van het gemeentebestuur werd de infrastructuur (gebouwen en sportvelden) aangekocht door IGEAN dienstverlening. De bedoeling is nog steeds om het domein te ontwikkelen als poort tot het gebied Brechtse Heide - Domein Trappisten. Daarbij wordt bvb. gedacht aan een functie als natuur-educatief centrum. De gemeente opteert voor de verdere uitwerking van dit ontwikkelingsperspectief in overleg met de Stichting Kempens Landschap. Het opmaken van een inrichtingsschets of masterplan voor dit domein kan zorgen voor een beleidskader. Belangrijke aandachtspunten zijn de ontsluiting van het gebied en de relatie met de ontwikkeling van een gemeentelijke recreatiepool, zoals hoger vermeld. Er wordt momenteel een gewestelijk RUP Erfgoedlandschap Abdij van Westmalle opgemaakt. Het gemeentebestuur brengt haar visie op het gebied (zoals in het GRS beschreven) in het planningsproces in en vraagt aan de Vlaamse overheid om hiermee rekening te houden. Indien het gewestelijk RUP echter geen rekening houdt met de gemeentelijke visie en (delen van) het recreatiegebied omzet naar bosgebied (of een andere open ruimte functie), dan kan dit gecompenseerd worden door de realisatie van bijkomende recreatiezone(s) elders in de gemeente. 6 maart dossier ZOE532 40

42 3.4. Deelruimte 2: N14 en Zoersel-dorp De onderstaande tekst wijzigt paragraaf Gewenste ruimtelijke structuur. (p ) Voor de leesbaarheid wordt de volledige paragraaf overgenomen. De tekst die de bestaande tekst vervangt en/of aanvult wordt in grijs gemarkeerd en de tekst die wordt geschrapt wordt ook als dusdanig weergegeven. De bijbehorende kaart Kaart 2: gewenste ruimtelijke stuctuur van N14 en Zoersel wordt vervangen door de kaart in de kaartenatlas bij dit addendum. Voor de leesbaarheid worden de wijzigingen op de kaart aangeduid met een kader (zwarte omlijning) Gewenste ruimtelijke structuur Kaart 2: gewenste ruimtelijke structuur van N14 en Zoersel Herinrichting van het centrumgebied Bij de herinrichting van het centrumgebied ten gevolge van de omleidingsweg zijn twee aspecten van belang. Enerzijds moet met de heraanleg het historisch karakter van Zoersel ondersteund worden en anderzijds moet deze ingreep gebeuren ten voordele van de zwakke weggebruiker. Het historische karakter van de kern wordt ook weerspiegeld in de bebouwingstypologie. Recent worden echter meer en meer appartementscomplexen gebouwd die hieraan afbreuk doen. De gemeente wil voor deze kern een specifieke bestemming, die streeft naar een meer harmonisch geheel, uitwerken in een ruimtelijk uitvoeringsplan waarbij bvb. een maximum aantal bouwlagen kan opgelegd worden en net zoals in de andere kerngebieden van Zoersel ook het voorzien van parkeergelegenheid kan overwogen worden bij ruimtelijke ingrepen. De zone rond de kerk heeft een bijzondere historische waarde. Om deze zone te vrijwaren kan in datzelfde ruimtelijk uitvoeringsplan een afbakening worden bepaald en specifieke voorschriften worden opgesteld. Gemengd woongebied In deze gebieden bevinden zich reeds een aantal voorzieningen en deze kunnen daar ook blijven. De woonfunctie blijft echter prioritair. Behoud en versterking van het groene karakter van de woonwijken Het monofunctioneel woongebied heeft een uitgesproken groen karakter. De woningen staan als het ware in het bos. Streekeigen beplanting biedt meer kansen voor een blijvende groenstructuur in het woongebied. Het zijn bovendien goedkopere planten, ze groeien sneller en hebben een langere levensduur doordat ze aangepast zijn aan het klimaat. Gemeentelijk woonproject Ook in Zoersel zijn er nog grote stukken woonuitbreidingsgebied op het gewestplan. Ook deze zijn reeds voor een groot deel aangesneden. De gemeente wil in een eerste fase het gebied aan de Bremlaan ontwikkelen als een gemeentelijk woonproject voor sociale en middengroepen. Het zijn gronden dicht bij de kern gelegen en praktisch aan alle kanten omsloten met bebouwing. Het ontwikkelen van dit gebied betekent in feite het afwerken van de wijk. 6 maart dossier ZOE532 41

43 Woningprogrammatie a. Woonuitbreidingsgebied Kapelstraat: ontwikkeling verweven met recreatie De zone ten oosten van de N14 die het recreatiegebied aan de Kapelstraat en het woonuitbreidingsgebied ten noorden van de Herentalsebaan omvat wordt aangeduid als te ontwikkelen gebied. Het gemeentebestuur opteert voor een gefaseerde ontwikkeling. Om tegemoet te komen aan de woonbehoefte kan de gemeente in een eerste fase een deel van het woonuitbreidingsgebied ontwikkelen d.m.v. een verkavelingsvergunning. In een tweede fase opteert de gemeente voor de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan voor deze zone, waarin het resterende gedeelte van het woonuitbreidingsgebied wordt omgezet naar woongebied en het nog niet gerealiseerde gebied voor dagrecreatie kan worden herschikt. Een belangrijk aandachtspunt is de mogelijke gevoeligheid voor overstromingen van de gronden. Het ruimtelijk uitvoeringsplan dient hiervoor een oplossing te formuleren. b. Woonuitbreidingsgebied Bremlaan-Vennenlaan Het gebied aan de Bremlaan-Vennenlaan (woonuitbreidingsgebied) kent een versnipperde eigendomsstructuur. De ontwikkeling ervan als een gemeentelijk woonproject (zoals aangeduid in het GRS 2005) is dan ook niet evident gebleken. In functie van het afwerken van de wijk kunnen hier echter wel bijkomende woningen gerealiseerd worden in de gedeelten van het woonuitbreidingsgebied die reeds aan een uitgeruste weg zijn gelegen. Gedeeltes van deze gronden kunnen dus ontwikkeld worden, ook al zijn ze in privé-eigendom. Binnengebieden in woongebied In de woonkern Zoersel zijn de binnengebieden vrij dicht bij het centrum gelegen. Gelet op hun kernversterkende ligging en de functie van deelgemeente Zoersel kan elk van deze gebieden dan ook in aanmerking komen om ontwikkeld te worden. In twee van deze gebieden heeft de gemeente (of IGEAN als verlengstuk van de gemeente) reeds gronden in eigendom. Het gaat om de volgende gebieden waarvoor de gemeente zelf initiatief zal nemen om deze te ontwikkelen. Gemeentelijk woonproject de Doelen Het gaat hier om gronden gelegen in woongebied, deels niet ontwikkeld en deels in gebruik door een jeugdvereniging. Op voorwaarde dat er een nieuwe locatie voor deze jeugdvereniging wordt gevonden (in de zone voor dagrecreatie Kapelstraat) worden deze gronden aangeduid als gemeentelijk woonproject. Gemeentelijk woonproject C. Buysselaan Deze gronden zijn eveneens gelegen in woongebied. Delen ervan zijn in eigendom van het gemeentebestuur, de rest is in privé-eigendom. Het gemeentebestuur zal verder onderzoeken hoe dit gebied, in samenwerking met de betrokken eigenaars, kan ontwikkeld worden en de gronden worden dan ook aangeduid als gemeentelijk woonproject. Verspreid wonen Voor de twee zones (Voorste Hoeven en Veldweg) is er geen verdere groei gewenst. Enkel tussenliggende percelen aan een uitgeruste weg kunnen eventueel bebouwd worden. 6 maart dossier ZOE532 42

44 Gemeentelijke recreatiepolen Zone voor dagrecreatie Kapelstraat De ontwikkeling van deze zone wordt bemoeilijkt door de inplanting van de reeds aanwezige infrastructuur. Voor grootschalige terreinen (voetbalveld bvb.) is er hier onvoldoende plaats. Kleinschalige verenigingen en infrastructuur kunnen hier echter wel. Een verdere uitbreiding van de zone naar het zuiden (woonuitbreidingsgebied) werd overwogen. Dit bleek echter financieel niet haalbaar vanwege de hoge grondprijzen. Bovendien acht de gemeente de sociale draagkracht voor een dergelijke activiteit in de woonkern beperkt. 1. Gemeentelijke recreatiepool Kapelstraat De zone voor dagrecreatie zoals ingetekend op het gewestplan is gedeeltelijk gerealiseerd en omvat recreatieve infrastructuur zoals een sporthal en enkele lokalen voor o.a. jeugdverenigingen. Het gemeentebestuur wenst het overblijvende areaal aan gebied voor dagrecreatie verder te realiseren, voornamelijk onder de vorm van kleinschalige overdekte infrastructuur. Voor grootschaliger open luchtterreinen is de gemeentelijke recreatiepool aan de terreinen van KFC Eendracht beter geschikt. In functie van de verdere afwerking van de woonkern Zoersel en het aangrenzende woonuitbreidingsgebied kan het nog niet gerealiseerde gebied voor dagrecreatie herschikt worden. Hierbij speelt de overweging van overlast naar de omwonenden een belangrijke rol. Eventueel kan de gemeente opteren voor een inplanting van de zone voor dagrecreatie grenzend aan de nieuw te realiseren omleidingsweg rond Zoersel. Er wordt dan ook een zoekzone voor recreatie aangeduid op deze plaats. Het betreft hier een herschikking van het nog niet gerealiseerde gebied voor dagrecreatie op het gewestplan, dat m.a.w. wordt omgeruild tegen woonuitbreidingsgebied. Terreinen van KFC Eendracht De voetbalterreinen van KFC Eendracht Zoersel zitten momenteel in een erg precaire situatie: de gebouwen zijn hoofdringend aan renovatie toe, door het wegvallen van voetbalterreinen elders in de gemeente is de behoefte toegenomen en dringt een uitbreiding van de terreinen zich op. Zoals hiervoor reeds aangehaald zijn er geen realistische alternatieven in de woonkern Zoersel. 6 maart dossier ZOE532 43

45 De gemeente opteert daarom om dit terrein vanwege de hoogdringendheid zeker mee op te nemen in het sectoraal BPA zonevreemde terreinen voor sport-, recreatie- en jeugdactiviteiten. Om de open ruimte zoveel mogelijk te vrijwaren worden de terreinen en gebouwen herschikt zo dicht mogelijk tegen de bestaande industriële gebouwen op het grondgebied van Malle. Dit geeft de mogelijkheid om de visueel erg storende wand van deze gebouwen uit het zicht te onttrekken. Figuur 4: inrichtingschets terreinen Eendracht In deze fase zal een (voorlopige) ontsluiting van de terreinen voor autoverkeer gericht zijn op de Westmallebaan. Voor het langzaam verkeer kan de huidige ontsluiting vanuit de woonwijk Kievit behouden blijven. In een volgende fase (samen met de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein) kan deze gemeentelijke recreatiepool (op lokaal niveau) verder ontwikkelen: herlokalisatie van terreinen die in het woongebied gekneld zitten kan hier dan overwogen worden. Dit geeft dan de mogelijkheid om infrastructuur van het nieuwe bedrijventerrein (parkeergelegenheid en ontsluitingsweg) mede te gebruiken. Het is hierbij geenszins de bedoeling dat bij deze realisatie er een toegang tot het lokaal bedrijventerrein en/of het industrieterrein De Schaaf/Delften wordt voorzien langs de Westmallebaan. 2. Gemeentelijke recreatiepool de Eendracht De voetbalterreinen van KFC Eendracht zijn opgenomen in het RUP KFC Eendracht (BD ). Dit RUP zorgt in de eerste plaats voor rechtszekerheid voor de vereniging, maar geeft ook uitbreidingsmogelijkheden. Verder wordt een ontsluiting naar de Westmallebaan voorzien en mogelijkheden voor parkeervoorzieningen. De gemeente opteert voor de verdere uitbouw van deze recreatiepool: op die manier kunnen o.m. verenigingen die in het woongebied gekneld zitten en/of voor overlast zorgen naar hier hergelokaliseerd worden. Er is hier immers noch ruimte voor verdere ontwikkelingen. Deze dienen echter kleinschalig te blijven. Het is niet de bedoeling om hier bovenlokale functies mogelijk te maken. Gelet op de behoefte aan ruimte voor recreatie wil de gemeente snel werk maken van de verdere uitbouw deze recreatiepool d.m.v. een RUP. Dit planningsinitiatief betreft geen omvorming van herbestemd agrarisch gebied. Het gemeentebestuur voorziet de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein aansluitend bij deze locatie. Op die manier kan eventueel de infrastructuur van het nieuwe bedrijventerrein (ontsluiting en parkeergelegenheid) mede gebruikt worden. Het is hierbij geenszins de bedoeling om het bedrijventerrein te ontsluiten via het recreatieterrein naar de Westmallebaan. 6 maart dossier ZOE532 44

46 Ontwikkeling nieuw bedrijventerrein De gemeente wil op de aangeduide locatie een nieuw lokaal bedrijventerrein inrichten voor de opvang van in het woongebied niet meer vermengbare bedrijven. Bovendien kan er hier infrastructuur (bv. parkeervoorzieningen) gebundeld worden met het aangrenzende te ontwikkelen recreatieterrein. Een belangrijke voorwaarde is het doortrekken van de omleidingsweg naar het bedrijventerrein te Malle, zodat ook het nieuwe lokale bedrijventerrein hierop kan ontsluiten. Deze ontsluiting zal over het grondgebied van de gemeente Malle moeten gebeuren. De gemeente Zoersel startte hiervoor reeds overleg met haar buurgemeente. Verder onderzoek zal moeten uitwijzen of een rechtstreekse aansluiting van het bedrijventerrein op de verlengde omleidingsweg mogelijk is dan wel een onrechtstreekse aansluiting via het industrieterrein Delften. De landschappelijke inpassing van de gebouwen en terreinen zal als randvoorwaarde worden opgelegd. Aspecten hiervan zijn o.m. het plaatsen van de gebouwen zo dicht mogelijk tegen de industriële bebouwing op het grondgebied van Malle en het voorzien van een efficiënte buffering. Het planningsinitiatief voor de ontwikkeling van het nieuwe bedrijventerrein betreft geen omvorming van herbestemd agrarisch gebied. KMO Gestelbos Het nog niet ontwikkelde (en beboste) deel van deze zone sluit aan bij een grotere groenstructuur. De gemeente wil daarom dit deel niet verder ontwikkelen en als gedeeltelijke compensatie voor het bijkomend bedrijventerrein kunnen deze gronden een groene bestemming krijgen. Suggestie van afbakening kleinhandelsconcentratie Rodendijk De gemeente suggereert aan de provinciale overheid om de bestaande bedrijven in de af te bakenen kleinhandelsconcentratie op te nemen, zodanig dat er rechtszekerheid kan geboden worden voor deze bedrijven. Kleinhandelsconcentratie Rodendijk Het ontwikkelingsperspectief voor deze kleinhandelsconcentratie werd door het provinciebestuur vertaald naar het PRUP Rodendijk. Ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde bedrijven De twee zaken langs de N14 (nrs. 1 en 2 op de kaart) kunnen behouden blijven tot de stopzetting van de activiteiten. Een verdere uitbreiding van deze bedrijven zou een insnijding in de open ruimte betekenen en is dus niet meer mogelijk. De nabestemming van de terreinen zal moeten bepaald worden in het RUP voor de zonevreemde bedrijven dat de gemeente moet opmaken. Het bedrijf Groene Vogel (nr. 1 op kaart 2) is failliet gegaan. Gelet op de recente herbevestiging van het agrarisch gebied op het gewestplan is het niet wenselijk om in de gebouwen (vnl. serres) nieuwe zonevreemde activiteiten toe te staan. De gemeente kan hier een RUP opmaken om dit gebied bouwvrij te houden. De site is gelegen in herbevestigd agrarisch gebied. Het planinitiatief betreft het bouwvrij houden van de site en houdt geen wijziging in van de agrarische hoofdfunctie. Het bedrijf nr. 2 werd opgenomen in het PRUP Rodendijk. De stedenbouwkundige voorschriften van dit PRUP bepalen dan ook de verdere ontwikkelingsmogelijkheden. 6 maart dossier ZOE532 45

47 Het bedrijf DK-Invest is gelegen op de grens van Malle en Zoersel. Het grootste deel van het bedrijf ligt op het bedrijventerrein te Malle. Als dusdanig is dit dan ook meer een juridisch probleem dan een ruimtelijk probleem. Bij de opmaak van een gemeentelijk RUP voor het bedrijventerrein kan er een oplossing hiervoor geboden worden. Perrons Vanuit de perrons in deze deelruimte kunnen er toegangen tot Zoerselbos voorzien worden. Als vertrekpunt kunnen hiervoor de bestaande kerkwegels dienen en oude drevenstructuren hersteld worden. De geplande carpoolparking aan het op- en afrittencomplex kan zeker dienen als parkeergelegenheid voor recreanten. Buffer tussen de omleidingsweg en het woongebied In principe krijgt de woonkern Zoersel een omleidingsweg in de nabije toekomst. Door de aanleg van deze ringweg ten oosten van de dorpskern zullen er een aantal weilanden en akkers die momenteel tot in het woongebied reiken, afgesneden worden van het agrarisch gebied in het oosten van de gemeente. De gemeente wil aan deze gebieden een groene bestemming geven als buffer voor de omleidingsweg. Na de aanleg van de ringweg die Zoersel moet ontlasten van het doorgaande (vracht-) verkeer, zal de gemeente waar mogelijk een buffer aanleggen tussen deze weg en het woongebied. Deze buffer vervult twee functies: weren van het geluid en visueel afschermen. Figuur 5: principeschets geluidswal Mogelijke maatregelen voor het verminderen van de geluidshinder: bronmaatregelen: - toepassing van een geluidsreducerend wegdek maatregelen in het overdrachtsgebied - afstand houden tot woningen (waar mogelijk) - plaatsen van een geluidswal of scherm maatregelen bij de ontvanger - geluidsisolerende maatregelen 6 maart dossier ZOE532 46

48 3.5. Deelruimte 3: groene long met de woonkern Halle De onderstaande tekst wijzigt paragraaf Gewenste ruimtelijke structuur. (p ) Voor de leesbaarheid wordt de volledige paragraaf overgenomen. De tekst die de bestaande tekst vervangt en/of aanvult wordt in grijs gemarkeerd en de tekst die wordt geschrapt wordt ook als dusdanig weergegeven. De bijbehorende kaart Kaart 3: gewenste ruimtelijke stuctuur van de groene long en Halle wordt vervangen door de kaart in de kaartenatlas bij dit addendum. Voor de leesbaarheid worden de wijzigingen op de kaart aangeduid met een kader (zwarte omlijning) Gewenste ruimtelijke structuur Kaart 3: gewenste ruimtelijke structuur van de groene long en Halle Centrumgebied Het centrumgebied heeft momenteel een kleinschalig uitzicht met een historisch karakter. Bij het beoordelen van ruimtelijke ingrepen moet deze overweging meespelen. Zo kan een maximum aantal bouwlagen opgelegd worden en dient de nodige aandacht besteed te worden aan de openbare ruimte (overwegen van achteruitbouwen bij nieuwbouw). Het voorzien van parkeergelegenheid moet steeds overwogen worden bij ruimtelijke ingrepen. Woonparkgebieden De wijken Schriekbos en Ten bos worden geselecteerd als geïsoleerde woonwijken en hier wordt geen stimulerend beleid gevoerd. Uitbreiding van deze zones is niet gewenst en bijkomende woningen kunnen enkel binnen de juridische voorraad. Gemeentelijk woonproject In Halle is het woonuitbreidingsgebied bijna volledig ingenomen door sportinfrastructuur en werd de ruimte voor een sociaal project gevonden in een stuk bosgebied aansluitend bij de woonkern. Het is een zone die praktisch ingesloten is door weginfrastructuur en bebouwing. Woningprogrammatie Binnengebieden in woongebied In Halle zijn momenteel geen grote, nieuwe projecten gepland. Er wordt daarom geopteerd om ook in Halle enkele binnengebieden vrij te geven voor een mogelijke realisatie op korte termijn van projecten in functie van betaalbaar en sociaal wonen. Het gaat enerzijds om een aantal vlakbij het centrum gelegen kleinere binnengebieden en anderzijds om een groter gebied (Watermolen) dat twee binnengebieden omvat. Voor deze laatste twee binnengebieden zal de gemeente zelf initiatief nemen om de ontwikkeling ervan in goede banen te leiden. De gemeente wenst de realisatie als een samenhangend geheel te realiseren inclusief groenvoorzieningen. Gedeelten hiervan liggen aan een uitgeruste weg, andere gedeelten zijn nog niet geordend. Een vrij groot gedeelte van deze zone werd tot voor kort door een kippenkwekerij (het witte gebouw op de luchtfoto op Figuur 6) in beslag genomen, maar deze heeft zijn activiteiten stopgezet. Het gemeentebestuur onderzoekt hier de mogelijkheden voor de realisatie van een gemeentelijk woonproject. Enerzijds kan de gemeente hierbij optreden als regisseur van het project in samenwerking met de verschillende eigenaren. Anderzijds kan de gemeente eveneens als ontwikkelaar optreden door, waar mogelijk, gronden te verwerven en deze zelf te ontwikkelen, eventueel in samenwerking met een intergemeentelijke vereniging. 6 maart dossier ZOE532 47

49 De opmaak van een stedenbouwkundige studie kan daarbij als leidraad dienen. De gedeelten die langs een uitgeruste weg liggen kunnen in principe onmiddellijk ontwikkeld worden. Voor de binnengebieden wordt er naar gestreefd om een gedeelte van deze gronden als groene ruimte te behouden en een gedeelte van de gronden als gemeentelijk woonproject te ontwikkelen. Belangrijk is dat het gebied daarbij steeds in zijn totaliteit wordt bekeken. De gemeente wil dan ook een ontwerpwedstrijd hieromtrent organiseren. De beide op de figuur aangeduide binnegebieden beslaan een oppervlakte van ongeveer 4,8 ha woongebied. Gelet op de randvoorwaarde dat er in het ontwerp ook een belangrijke groene ruimte dient te worden voorzien, vertegenwoordigen deze binnengebieden een potentieel van +/- 52 woningen. Figuur 6: Watermolen Halle Herbestemming KMO-zone Heideweg De KMO-zone Heideweg werd destijds, bij de opmaak van het gewestplan, als ambachtelijke zone ingekleurd omwille van de aanwezigheid van een bestaand bedrijf. Dat deze locatie niet ideaal is, zowel wat betreft de ontsluiting als de ligging ten opzichte van de beekvallei, daar is iedereen het over eens. Vanuit ruimtelijk oogpunt zijn er twee belangrijke knelpunten: - de insnijding in de richting van het Groot Schijn; - de ligging ten opzichte van een rustige woonwijk. 6 maart dossier ZOE532 48

50 De omvorming van de KMO-zone naar groengebied zou beide knelpunten kunnen oplossen maar dit is niet haalbaar, omwille van de huidige bestemming op het gewestplan en gelet op het feit dat er zich een bestaand bedrijf in de zone bevindt, dat bovendien over een stedenbouwkundige vergunning beschikt voor de oprichting van een nieuw bedrijfsgebouw. De omvorming van de KMO-zone naar wonen is wel haalbaar en zou zeker een verbetering betekenen van de woonkwaliteit in de omgeving. Ten opzichte van de Schijnvallei is een woonontwikkeling in dit gebied echter een vrijwel even groot knelpunt als de ontwikkeling van bedrijvigheid. Figuur 7: KMO-zone Heideweg In samenspraak met de hogere overheid werd er overeengekomen om slechts een deel van de zone te ontwikkelen voor wonen en het dieper gelegen deel te herbestemmen in functie van een teruggave aan het valleigebied. Dit veronderstelt een voldoende teruggave aan het valleigebied. Op Figuur 7 wordt indicatief weergegeven in groene puntlijn waar de grens zal komen te liggen, in relatie tot de omgeving: op ongeveer dezelfde hoogte als het woongebied van de woonkern Halle aan de Kannunik Ullenslaan ten westen van de KMO-zone en op ongeveer dezelfde hoogte als het speelterrein van de Scouts ten oosten van de KMO-zone. Op deze manier zal ongeveer 0,38 ha een bestemming van open ruimte krijgen. 6 maart dossier ZOE532 49

51 Figuur 8: watertoets KMO-zone Heideweg Uit Figuur 8 blijkt dat er zich binnen de KMO-zone geen overstromingsgevoelige gebieden zijn gelegen. De zone is immers hogerop tegen de valleiflanken gelegen. Er is dus vanuit de watertoets geen bezwaar tegen het bebouwen van deze gronden. Bovendien zal het gedeelte dat naar een open ruimte bestemming wordt omgevormd het meest noordelijke gedeelte van de zone zijn, het dichtst bij de beek gelegen. Een deel van deze gronden wordt dan ook meegenomen in de woningprogrammatie als bijkomend woongebied. Binnen de zone bevinden zich momenteel reeds twee (vergunde) woningen, aangeduid op Figuur 7 met rode omranding. bestaande KMO-zone (volgens gewestplan) 2,12 ha twee percelen met woning teruggave aan valleigebied (bestemming van open ruimte) oppervlakte bijkomend woongebied - 0,42 ha - 0,38 ha 1,32 ha Om deze opties te kunnen realiseren zal de gemeente een ruimtelijk uitvoeringsplan opmaken voor de omvorming van de KMO-zone deels naar woongebied en deels naar een bestemming van open ruimte. Gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut Monnikenheide Deze instelling is een opvangcentrum voor lichamelijk en geestelijk gehandicapten. De terreinen zijn op het gewestplan bestemd als gemeenschapsvoorzieningen en kunnen ook als dusdanig bestendigd worden. RVT Sparrenhof Het rust- en verzorgingstehuis Sparrenhof vervult een belangrijke rol in het sociale weefsel van Halle en zal dat in de toekomst ook nog blijven doen. Voor de terreinen van het RVT werd het RUP Residentie Halmolen opgemaakt, waarin de verdere ontwikkelingsmogelijkheden werden vastgelegd. KMO-zone Heideweg De ontsluiting van deze zone is problematisch. Grote vrachtwagens hebben geen toegang tot het terrein en zijn genoodzaakt hun goederen te lossen in de woonstraat. 6 maart dossier ZOE532 50

52 Een betere ontsluiting moet voorzien worden, aangezien herlokalisatie niet mogelijk is wegens een gebrek aan beleidsinstrumenten. Gebiedsgerichte afweging van de zonevreemde terreinen voor sport en recreatie Aan de rand van de woonkern bevinden zich een drietal terreinen voor sport en recreatie en jeugdverenigingen. Door hun ligging aansluitend bij het woongebied, lijkt het ruimtelijk verantwoord deze terreinen te behouden. Verder insnijden in de open ruimte dient echter vermeden te worden en de landschappelijke inpassing van de terreinen moet opgelegd worden. De terreinen van KFC St.-Martinus kunnen behouden blijven en beperkt uitbreiden. De terreinen en de lokalen van VVKSM St.- Maarten kunnen gehandhaafd worden (de gebouwen zelf liggen trouwens in het woongebied). Figuur 9: zonevreemde sport en recreatie Ook de manège Liefkenshoeve ligt aan de rand van het woongebied, maar meer afgelegen en bovendien insnijdend in het landschap. Vanuit deze overweging kan dit terrein enkel gehandhaafd worden, een verdere uitbreiding van de terreinen is niet toegestaan. Enkel de gebouwen kunnen eventueel beperkt uitbreiden. Voor terreinen die niet aansluiten bij het woongebied dient er een afweging te worden gemaakt van de specifieke dynamiek van de activiteit tegenover de ruimtelijke draagkracht van de omgeving. De terreinen van TC de Meerheide liggen op het landgoed van Kasteel Zoerselhof. Het geheel is ruimtelijk niet storend. De terreinen kunnen gehandhaafd worden, uitbreiding is echter niet gewenst. De Arizona Ranch bevindt zich vrij geïsoleerd in bosgebied. Het behoud van de activiteit zoals ze momenteel is, is hier niet gewenst. De bestaande gebouwen (gelegen in een geldige verkaveling) kunnen echter wel ingeschakeld worden als een kleinschalig perron voor de Halse Bossen. Vanuit het planningsproces dat in de gemeente gevoerd is voor de zonevreemde terreinen voor sport en recreatie werd ervoor geopteerd om voor de terreinen in deze deelruimte geen bestemmingsplan op te maken. Voor de terreinen van VVKSM St.-Maarten werd geopteerd om deze niet op te nemen in het sectoraal BPA. Dit bleek niet meer noodzakelijk omdat er voor de geplande nieuwe gebouwen een vergunning kon verleend worden omdat deze werden ingeplant in de strook woongebied langs de Heideweg. Er werd voor de manege Liefkenshoeve een regularisatievergunning verleend op basis van het besluit van de Vlaamse regering van 28 november 2003 tot bepaling van de toelaatbare functiewijzigingen voor gebouwen, gelegen buiten de geëigende bestemmingszone. Het terrein diende dus niet meer opgenomen te worden in het sectoraal BPA. Voor de terreinen van TC de Meerheide werd eveneens geopteerd om deze niet op te nemen in het sectoraal BPA: vanwege de ligging in natuurgebied en nabij het kasteel Zoerselhof diende dit in een groter kader bekeken te worden. 6 maart dossier ZOE532 51

53 Gemeentelijke recreatiepool De terreinen van KFC St.-Martinus werden intussen opgenomen in een RUP dat aan de gronden een recreatieve bestemming toekent, met buffering naar de omgeving. Deze terreinen vormen het zwaartepunt van de recreatieve activiteiten in Halle en ze worden aangeduid als gemeentelijke recreatiepool. Zoekzones voor uitbreiding recreatie Het RUP KFC St.-Martinus werd op maat geschreven van de huidige voetbalvereniging. De terreinen kunnen wel medegebruikt worden, maar dit kan uiteraard enkel voor sportverenigingen die gelijkaardige sporten beoefenen. Om in de toekomst te kunnen voorzien in de mogelijk bijkomende behoefte aan recreatieterreinen worden in deze deelruimte twee zoekzones aangeduid: een eerste zone in agrarisch gebied palend aan de terreinen van KFC St.-Martinus en een tweede zone ten zuiden van de woonkern in bosgebied (speelbos Hallevelden). (zie ook p. 83) Het agrarisch gebied waarvan sprake betreft geen herbevestigd agrarisch gebied. Gebieden voor verblijfsrecreatie De gemeente opteert voor het behoud van de gebieden zoals ze zijn aangeduid op het gewestplan. Ontwikkelingsperspectieven voor horeca Het perron St.-Martinushoeve aansluitend bij Halle kan in de toeristisch-recreatieve structuur ingeschakeld worden als rust-, vertrek- of halteplaats. Als ondersteuning voor de zachte recreatie in het gebied worden ook de tavernes In de Wandeling, het Boshuisje en Villa Quinta als perrons geselecteerd. Deze ontwikkelingsperspectieven werden vertaald in het RUP Toeristische perrons (BD ) waarin de Villa Quinta als perron Zoerselbos-oost (C) en de taverne In de Wandeling als perron Zoerselbos-west (A) werden opgenomen. Eventuele aanpassingen en/of herzieningen van dit RUP kunnen, binnen de visie op de betrokken deelruimte, indien noodzakelijk worden opgemaakt. De Arizona Ranch werd eveneens in dit RUP opgenomen als perron Halse Bossen (B). Ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde bedrijven Het bedrijf AVEVE bevindt zich in een concentratie van zonevreemde woningen. Het bedrijf kan daar blijven en indien nodig beperkt uitbreiden, schaalvergroting is echter niet gewenst. Het Domein Martinus groeide in de loop der jaren uit tot een succesvol hotel en conferentiecentrum, waarvan de huidige infrastructuur stilaan uit zijn voegen barst. In het GRS 2005 werd deze infrastructuur opgenomen als toeristisch perron. Op deze plek bevindt zich reeds tientallen jaren een hotel/pension, dat de laatste jaren verder is uitgegroeid tot een bloeiend bedrijf, waarvan de activiteiten gaan van hotel tot conferentiecentrum tot feestzaal. Deze overstijgen dan ook de ontwikkelingsperspectieven van de toeristische perrons. Het Domein Martinus wordt dan ook opgenomen als een zonevreemd bedrijf, waarvoor het gemeentebestuur een RUP kan opmaken. Op Figuur 10 wordt het domein gesitueerd ten opzichte van het gewestplan. Een klein gedeelte van het hoofdgebouw is gelegen in het woongebied van Halle, een gedeelte van de ontsluitingsinfrastructuur in bosgebied, maar het grootste gedeelte van het domein is gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Het betreft hier geen herbevestigd agrarisch gebied. 6 maart dossier ZOE532 52

54 Het is de bedoeling om een oplossing te bieden voor de gedeeltelijk zonevreemde infrastructuur en de bestaande activiteiten als hotel/conferentiecentrum te bestendigen. Daarnaast zijn ook parkeerfaciliteiten een aandachtspunt. Gezien de ligging nabij de woonkern kunnen uitbreidingsmogelijkheden verantwoord worden. Eventuele uitbreiding van het hoofdgebouw dient dan wel in het aangrenzende woongebied gesitueerd te worden. Figuur 10: situering Domein Martinus Gebiedsgerichte aanpak voor het gebied Berkemei-Hooidonkeinde Tussen de twee valleien van Tappelbeek en Schijn bevindt zich het (hoofdzakelijk) agrarisch gebied Berkemei-Hooidonkeinde. In functie van de specifieke, lokale problematiek van verweving van wonen, bedrijvigheid en open ruimte kan de gemeente een gebiedsgericht RUP opmaken, waarin een verwevingsvoorstel en specifieke bestemmingen worden uitgewerkt. Het betreft hier geen herbevestigd agrarisch gebied. Landschappelijk inpassing en afbakening van de woonkern Ten zuiden van Halle bevindt zich een waardevol bosgebied. Om dit gebied te vrijwaren van de woonkern, kan er een buffering voorzien worden. Meestal kan er hiervoor de bestaande begroeiing gebruikt worden. In het noorden grenst Halle aan de open ruimte. Daar moet er waar mogelijk zoveel mogelijk de visuele link met dit gebied gevrijwaard blijven. Bij het beplanten van perceelsranden moet er hiermee rekening gehouden worden. 6 maart dossier ZOE532 53

55 3.7. Deelruimte 5: oostelijke open ruimte De onderstaande tekst wijzigt paragraaf Gewenste ruimtelijke structuur. (p ) Voor de leesbaarheid wordt de volledige paragraaf overgenomen. De tekst die de bestaande tekst vervangt en/of aanvult wordt in grijs gemarkeerd en de tekst die wordt geschrapt wordt ook als dusdanig weergegeven Gewenste ruimtelijke structuur Gehucht Drengel-Einhoven Het behoud van het landelijk karakter van den Drengel wordt vertaald in het behoud van de typische hoeven en het in goede banen leiden van de ontwikkeling en inrichting van de publieke én private buitenruimten. Dit geldt eveneens voor de historisch gegroeide groep (zonevreemde) woningen rond Einhoven, welke ook een specifiek eigen karakter hebben. De gemeente kan een ruimtelijk uitvoeringsplan opmaken voor deze deelruimte of delen ervan, waarin ze specifieke bestemmingen uitwerkt. Aangezien een groot gedeelte van deze deelruimte gelegen is in herbevestigd agrarisch gebied zal dit RUP mogelijk betrekking op herbevestigd agrarisch gebied. Zone voor verblijfsrecreatie De gemeente opteert voor het behoud van deze zone, zoals ze op het gewestplan staat aangeduid. Ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde sport en recreatie Verspreide sport- en recreatiepolen Het paardenoefenveld is gelegen in een natuurgebied op gemeentelijk niveau. De recreatieve activiteit kan blijven mits nastreving van verweving met natuur (geen uitbreiding van terreinen of activiteit, geen bijkomende mobiliteit, zo min mogelijk verhardingen, ). De ontwikkelingsperspectieven voor het paardenoefenveld werden vertaald in het RUP Paardenoefenveld (BD ). Eventuele herzieningen en/of uitbreidingen van dit RUP dienen steeds te worden afgetoetst aan de visie op deze deelruimte en de draagkracht van de omgeving. Ontwikkelingsperspectieven voor zonevreemde bedrijven De Hipposhop is een zeer kleinschalig dierenbedrijf in een verlaten landbouwzetel dat qua schaal past in de landelijke omgeving. Kringlooppark De ligging van het kringlooppark is een historische erfenis. Toen elke gemeente nog instond voor zijn eigen huisvuilverwerking, werd die plaats als stortplaats gebruikt. Bij de opmaak van de gewestplannen werd rekening gehouden met de aanwezigheid van de stortplaats en werd een zone voor stortplaatsen voorzien. Deze werd echter foutief ingetekend, namelijk naast de plaats waar het gemeentelijk stort zich bevindt. De stortplaats zelf kwam hierdoor te liggen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. In de jaren tachtig werd de stortplaats ingericht als kringlooppark. Het ministerie van de Vlaamse gemeenschap leverde hiervoor de nodige bouwvergunning af. In 2001 werd een stedenbouwkundige vergunning bekomen voor de op het terrein aanwezige verhardingen en constructies. 6 maart dossier ZOE532 54

56 Omwille van recente investeringen (aanleg nieuwe toegangsweg om de bereikbaarheid te verbeteren) en omwille van de hoge saneringskosten is herlokalisatie niet opportuun. De gemeente kan hier door middel van een RUP de bestemming van de gronden van het kringlooppark wijzigen naar een bestemming van openbaar nut. Ter compensatie kan eventueel de bestaande zone voor stortplaatsen een agrarische bestemming krijgen. Het gewestplan werd gecorrigeerd d.m.v. het RUP Kringlooppark (BD ). De verdere ontwikkelingsmogelijkheden van het kringlooppark werden vastgelegd in de stedenbouwkundige voorschriften van dit RUP. Eventuele aanpassingen en/of herzieningen en/of uitbreidingen van dit RUP dienen steeds te worden afgetoetst aan de visie op deze deelruimte en de draagkracht van de omgeving. Verdere insnijding in de open ruimte is hier niet gewenst en niet meer mogelijk. Landbouw Een belangrijk aandachtspunt voor de landbouw in deze deelruimte is het landschappelijk waardevolle karakter. Twee aspecten zijn hierbij van belang: kleine landschapselementen als afboording van percelen zoveel mogelijk behouden, onderhouden en waar mogelijk herstellen; de nabijheid van de boscomplexen op het grondgebied van Malle vraagt het opleggen van randvoorwaarden aan de landbouw, zeker daar waar de landbouw grenst aan deze bosgebieden. Figuur 11: nabijheid van boscomplexen Perron In Einhoven wordt een kleinschalig perron geselecteerd: het gaat hier om nog bewaard gebleven oude landgebouwen, waar er ook een rustpunt in het recreatief netwerk kan voorzien worden. Dit rustpunt betreft enkel kleinschalige recreatieve activiteiten die in de bestaande bebouwing kunnen geïnstalleerd worden. Het gemeentebestuur organiseert hier ieder jaar een kerstspel dat stilaan tot een traditie is uitgegroeid. Het spel wordt telkens opgevoerd in de bestaande stal en er wordt dan tijdelijk een tent opgericht waar de mensen zich kunnen verwarmen en voorzien van eten en drinken. Na 20 jaar kerstspel in deze omstandigheden, acht de gemeente de tijd rijp om dit gebeuren in een meer permanente en comfortabeler infrastructuur onder te brengen. De oprichting van een kleinschalig gebouw op de plaats van deze stal, waar ook fietsenstallingen en informatie over het recreatieve netwerk voorzien worden, kan worden verantwoord vanuit de ligging in een bestaande cluster van zonevreemde woningen, het historische gehucht Einhoven, de ligging buiten de ruimtelijk kwetsbare gebieden en de functie als rustpunt in het recreatief netwerk. Het is niet de bedoeling om hier permanente verblijfsinfrastructuur op te richten of het gebouw een permanente horeca-invulling te geven. De bebouwing dient kleinschalig te blijven, in harmonie met de omgevende bebouwing en het landelijk karakter van het gehucht Einhoven. De site van de kerststal is niet gelegen in herbevestigd agrarisch gebied. 6 maart dossier ZOE532 55

57 Ecologische verbindingen De gemeente zal hier onderzoeken welke maatregelen kunnen getroffen worden en welke acties kunnen ondernomen worden om hier een effectieve ecologische verbinding (bvb. onder de vorm van een boscorridor) tussen Zoerselbos en de bossen van Blommerschot te Malle te realiseren. Deze acties kaderen in een strategisch project, waarbij beheersovereenkomsten met landbouwers kunnen worden afgesloten en andere maatregelen zoals bvb. bosuitbreiding kunnen getroffen worden. Met strategisch project wordt hier bedoeld, dat dit project als een voorbeeld moet dienen. Na een evaluatie kunnen deze maatregelen en acties eventueel ook toegepast worden op andere delen van de gemeente. Vallei van de Delfte Beek De vallei van de Delfte Beek is structuurbepalend voor de natuurlijke en agrarische structuur op Vlaams niveau. Als dusdanig vormt deze beekvallei een ruimtelijke drager voor heel het gebied. In het beleid zal dan ook terdege rekening moeten gehouden worden met dit element. Delen van deze vallei zijn trouwens het voorwerp van de opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) Onderdelen van de grote eenheid natuur - vallei van de Molenbeek en Tappelbeek. De gebieden in dit GRUP maken deel uit van een groter gebied dat functioneert als een ruimtelijk-functioneel samenhangend natuurgebied. Volgende punten zijn voor de gemeente essentiële aandachtspunten bij de verdere afbakening van de vallei van de Delfte Beek als element van de open ruimte structuur en zijn derhalve suggesties voor het verdere planningsproces op Vlaams niveau: - behoud, ontwikkeling en beheer van kleine landschapselementen, nadruk op houtkanten, bomenrijen en (schaarse) veedrinkpoelen; - meer natuurgericht bosbeheer (behoud van struiklaag bij exploitatie van populieren, bosrandontwikkeling, enz ); - stimulering van bosuitbreiding op braakliggende gronden; - herstel waterkwaliteit Delfte Beek; - natuurtechnisch berm- en waterlopenbeheer; - bestaande zandwegen niet verharden; - een smalle strook langsheen de Visbeek reserveren (door aankoop of beheersovereenkomst) voor de ontwikkeling van een brede houtkant of van ruigten (dit vermindert de rechtstreekse inspoeling van meststoffen in de beek); - natuurtechnisch beheer van landbouwkundig marginale graslanden en actueel matig soortenrijke graslanden (na aankoop of beheersovereenkomst); - aanpak illegale recreatie (minimaal streven naar een betere inpassing in het landschap, op eigen kosten). 6 maart dossier ZOE532 56

58 4. Ontwikkelingsperspectieven voor deelstructuren De onderstaande tekst wijzigt paragraaf 4.3. Gewenste nederzettingsstructuur. (p ) Voor de leesbaarheid wordt de volledige paragraaf overgenomen (met uitzondering van de woningprogrammatie, die in zijn geheel wordt vervangen, zie ook verder). De tekst die de bestaande tekst vervangt en/of aanvult wordt in grijs gemarkeerd en de tekst die wordt geschrapt wordt ook als dusdanig weergegeven. De bijbehorende kaart Kaart 7: gewenste nederzettingsstructuur wordt vervangen door kaart 7 in de kaartenatlas bij dit addendum. Voor de leesbaarheid worden de wijzigingen, toevoegingen en schrappingen op kaart 7 aangeduid Gewenste nederzettingsstructuur Gemeentelijke visie en concepten Kaart 7: gewenste nederzettingsstructuur Optimalisatie van de nederzettingsstructuur Volgens de confrontatie tussen aanbod en behoefte volstaat het bestaande aanbod van woon- en woonuitbreidingsgebieden op het gewestplan om in de komende jaren de natuurlijke aangroei van de Zoerselse bevolking op te vangen. Er worden dus geen bijkomende woongebieden aangeduid. Bij het invullen van de woonbehoeften kiest de gemeente voor een duidelijk inbreidingsgericht beleid. Dit beleid is niet enkel gericht op het ontwikkelen van de resterende woongebieden, maar het zal ook gericht worden op renovatie en hergebruik van bestaande woningen en gebouwen, waar dit nodig en mogelijk is. Het bestaande woningpatrimonium moet geoptimaliseerd worden. Hiervoor wordt de nederzettingsstructuur gedifferentieerd in verschillende beleidscategorieën. In het RSV wordt reeds een van deze categorieën gedefinieerd: het bebouwd perifeer landschap. De uitgangspunten voor het bebouwd perifeer landschap zijn het beschermen van de nog fragmentarisch voorkomende onbebouwde ruimte, het beheer en de beheersing van de nog aanwezige dorpen en de bundeling van de dynamiek inzake wonen en werken in de dorpen en op geselecteerde plaatsen. Concentreren van activiteiten in de kernen Door middel van een gericht beleid en strategische projecten wil de gemeente versterkte kernen realiseren. Hierbij moet een herkenbare inrichting met groene elementen worden nagestreefd en moet er een evenwicht worden gezocht met het doorgaand verkeer. Handel en diensten binnen de kernen moeten in de eerste plaats de plaatselijke bevolking dienen. Een goede inpassing van bestaande en nieuwe kleinschalige functies wordt nagestreefd binnen het bestaande bebouwde weefsel. Oplossing voor de problematiek van de zonevreemde woningen De gemeente wenst een maatschappelijk aanvaardbare oplossing te geven aan de zonevreemde woningen. Deze moeten rechtszekerheid krijgen door middel van een afwegingskader in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan dat voor de burgers juridische draagkracht krijgt in een ruimtelijk uitvoeringsplan. De gemeente beschikt sinds over een gemeentelijk RUP Zonevreemde woningen. Dit plan biedt rechtszekerheid en vormt het beleidskader voor de zonevreemde woningen in de gemeenten. 6 maart dossier ZOE532 57

59 Voldoende woonmogelijkheden voor de eigen bevolking De taakstelling naar de gemeenten in het buitengebied betreffende opvang van de behoefte aan bijkomende woningen en bedrijventerreinen wordt opgelegd door het provinciebestuur in het RSPA. Volgens de confrontatie tussen aanbod en behoefte volstaat het bestaande aanbod van woon- en woonuitbreidingsgebieden op het gewestplan om in de komende jaren de natuurlijke aangroei van de Zoerselse bevolking op te vangen. Er worden dus geen bijkomende woongebieden aangeduid. Zoersel wordt daarbij geselecteerd als hoofddorp type III, hetgeen onder meer betekent dat zij slechts bijkomende woningen kan realiseren in functie van de opvang van de natuurlijke aangroei. Probleem hierbij is echter de suburbanisatie: de laatste decennia heeft de gemeente een sterke inwijking gekend en deze zet zich nu nog door. Het gevolg hiervan is gekend: sterk stijgende grondprijzen die het voor de jonge plaatselijke bevolking dikwijls onmogelijk maken om zich in de gemeente te vestigen. De gemeente wil daarom de natuurlijke aangroei van haar bevolking opvangen door middel van twee pistes: Volgens de confrontatie tussen aanbod en behoefte volstaat het bestaande aanbod in woongebied op het gewestplan om in de woonbehoefte, zoals deze in het RSPA werd vastgelegd door het provinciebestuur, te voorzien. In het informatief gedeelte werden bij dit cijfer, opgegeven door het provinciebestuur, reeds enkele kanttekeningen geplaatst (zie pagina 23 e.v. van dit addendum). Uit het advies van de Dienst Ruimtelijke Planning, uitgebracht in het kader van het structureel overleg (dd ) over het voorontwerp herziening GRS Zoersel, blijkt echter duidelijk dat enkel dit cijfer mag gebruikt worden en dat dit als een maximum cijfer dient gezien te worden. Binnen dit opgelegde kader wenst het gemeentebestuur een beleid te voeren dat erop gericht is om betaalbare en geschikte woningen en/of bouwmogelijkheden aan te bieden aan de eigen bevolking van Zoersel. Dit beleid krijgt vorm in twee pistes en een aantal flankerende maatregelen. 1. verdichting in de kernen met sociale woningen Het gemeentebestuur wil hiermee onder meer een betaalbare en geschikte woonmogelijkheid bieden aan jongeren, die anders omwille van de druk op de woningmarkt gedwongen zijn om uit te wijken. Zij zijn vooral op zoek naar een doorstroomwoning. Het voorzien van meer (sociale) appartementen op schaal van de dorpen past in deze optie. 2. sociale kavels voor jonge gezinnen in ruimtelijk verantwoorde woonuitbreidingsgebieden 2. betaalbaar wonen voor jonge gezinnen in ruimtelijk verantwoorde binnengebieden (woongebied of woonuitbreidingsgebieden) Aldus wil de gemeente betaalbare, geschikte en kwalitatieve bouwgronden aanbieden aan de eigen bevolking van Zoersel. Dit kan niet gerealiseerd worden door privé ontwikkelaars. De gemeente dient hiertoe zelf initiatief te nemen of een samenwerking aan te gaan met huisvestingsmaatschappijen of intercommunales. Een evenwichtige spreiding over de woonkernen St.-Antonius, Zoersel en Halle zal de programmatie van deze projecten bepalen. Verder dient er gekeken te worden naar de ligging van deze gebieden t.o.v. de woonkern. Indien voor deze projecten woonuitbreidingsgebied wordt aangesneden, bvb. omdat deze beter gelegen zijn en ruimtelijk meer verantwoord zijn, dan dient dit gecompenseerd te worden door het reserveren van een zelfde oppervlakte bestaand woongebied elders. 6 maart dossier ZOE532 58

60 flankerende maatregelen en verder onderzoek Daarnaast zal de gemeente ook de nodige flankerende maatregelen nemen om te garanderen dat deze woningen en kavels ook effectief de natuurlijke aangroei opvangen en geen aanleiding geven tot een nieuwe instroom vanuit de stedelijke gebieden. Ook de nodige maatregelen om de realisatiegraad van verkavelingen te verhogen kunnen genomen worden. Mogelijkheden daartoe zijn o.a. het opleggen van een bouwverplichting en het heffen van belasting op onbebouwde percelen. De gemeente neemt zich ook voor om verder onderzoek te verrichten naar mechanismen en maatregelen om ook op lange termijn het elementair recht op comfortabel wonen voor de komende generaties te blijven garanderen. Werken aan de woonomgevingskwaliteit Naast de woning is ook de woonomgeving van belang. Bij het ontwikkelen van woongebieden dient er steeds voldoende aandacht te gaan naar de omgevingskwaliteit. Specifieke aandachtspunten daarbij kunnen zijn: - Voldoende en veilige voet- en fietsverbindingen naar de voorzieningen binnen de dorpskern. - Voldoende groen en recreatie in de onmiddellijke woonomgeving - Nadruk op verblijfsfunctie (zone 30 of woonerf) en niet op de verkeersfunctie Behoud en versterking van het groene en rustige karakter van de woonwijken Een belangrijke potentie van de woongebieden in de gemeente Zoersel is het groene karakter van de woongebieden buiten de centra. Deze eigenschap moet gevrijwaard blijven en eventueel versterkt worden. Ook bij het aansnijden van woongebied kan hiermee rekening gehouden worden. Door maximaal behoud van de begroeiing en bomen na te streven of door andere woonvormen (halfopen en gekoppelde bebouwing) te gebruiken kan men de impact van deze bebouwing op de open ruimte beperken Elementen van de gewenste nederzettingstructuur Bestuursniveau Ruimtelijke elementen Vlaams Gewest Bebouwd perifeer landschap (of provincie) Ontwikkelingsperspectieven Het bundelen van de ontwikkelingen inzake wonen en werken in die plaatsen waar een functionele of morfologische concentratie en verdichting bestaat of wenselijk is (bv. Stationsomgevingen, de historische dorpskernen, knooppunten van openbaar vervoer, in de centra van de wijken, in fragmenten waar concentratie aan kleinhandel, diensten e.d. voorkomen) Het verbeteren van de interne samenhang tussen fragmenten en het geven van een eigen identiteit aan fragmenten Het vrijwaren van het onbebouwde karakter van fragmenten, een duidelijke rol toekennen aan ieder fragment Het naar functie uitzuiveren en differentiëren van het wegennet en een net van verbindingen voor het lokaal verkeer en het fiets- en voetgangersverkeer Het creëren van mogelijkheden voor meer intensieve vormen van landbouw 6 maart dossier ZOE532 59

61 Bestuursniveau Ruimtelijke elementen Gemeente Nederzettingscategoriën in het bebouwd perifeer landschap: Stedelijk park: - de wijken Moleneind ten westen van de N12 - de wijken Bloemenwijk en Medelaar ten oosten van de N12 Woonpark: - de wijken Risschot en Goudveld ten oosten van de N12 - de wijken de Ploeg en Driehoek in het zuidwesten Centrumgebied St.-Antonius Gemeente Woonkernen: Halle Zoersel Zoersel wordt aangeduid als hoofddorp. Gemeente Binnen de woonkernen en het bebouwd perifeer landschap wordt er nog onderscheid gemaakt tussen de centrumgebieden, waar zich de kleinhandel en functies bevinden, en de monofunctionele woongebieden. Centrumgebieden: Als centrumgebied van St.- Antonius worden de straten Kapellei vanaf Liersebaan en Handelslei tot aan de Uytroevenlaan geselecteerd, ten zuiden de Achterstraat en de Zoerselsteenweg tot aan Medelaar en ten noorden de Heybleukenstraat en het St- Teunisplein Selectie van Zandstraat-Dorp- Oostmallebaan en de Kerkstraat tot aan Krekelenberg als centrumgebied van Zoersel Halle-dorp als centrumgebied van Halle Ontwikkelingsperspectieven hanteren van een minimale woningdichtheid van 15 woningen/ha in het stedelijk park (nieuwe invullingen zoals de gemeentelijke woonprojecten dienen hieraan te voldoen) hanteren van een maximale woningdichtheid van 12 woningen/ha in het woonpark Compacte kernen met de nodige voorzieningen Aandacht voor architecturale kwaliteit Verdichting dmv specifieke typologieën Voldoende gemeenschapsuitrusting Aandacht voor het openbaar domein Integratie van het wonen in de landelijke omgeving Landschappelijk typerende elementen uit de omgeving als vertrekbasis Tegengaan van verdere verdichting in het landelijk gebied kernversterking en inbreiding op niveau van de respectieve kernen kleinhandel en diensten worden bij voorkeur in de centrumgebieden gelokaliseerd, ook telkens op niveau van de respectieve kernen bedrijvigheid is ook mogelijk, indien echter de draagkracht van de woonomgeving overschreden wordt moet een herlokalisatie naar een lokaal bedrijventerrein binnen de gemeente mogelijk zijn de woonfunctie blijft prioritair, ook in de centrumgebieden, mogelijkheden voor wonen boven winkels en kantoren moeten geboden worden. 6 maart dossier ZOE532 60

62 Bestuursniveau Ruimtelijke elementen Gemeente Geïsoleerde woonwijken: de wijken Schriekbos, Hulsten en Ter bos Gemeente Gemeente Gehucht het gehucht Drengel Lintbebouwing kernlinten langs de N14 als uitlopers van Zoersel kernlinten langs Eikenlaan- Driesheide en Berkenlaan als uitlopers van Halle Ontwikkelingsperspectieven Een geïsoleerde woonwijk bestaat uit een groep woningen in een overwegend open bebouwingsstructuur waar in principe geen voorzieningen aanwezig zijn en waar geen binding bestaat met een dorpskern of woonwijk. In uitzondering kunnen in deze woonwijken voorzieningen voorkomen van lokaal of bovenlokaal belang. In een geïsoleerde woonwijk wordt geen stimulerend beleid gevoerd. Woningen kunnen hier ontwikkeld worden binnen de juridische voorraad en op terreinen die volledig worden omsloten door bebouwing (= afwerken van de woonwijken). Voor de voorzieningen die er aanwezig zijn kan een specifiek ontwikkelingsbeleid ontwikkeld worden. Een gehucht bestaat uit een groep woningen in een overwegend gesloten bebouwingsstructuur waar in principe geen voorzieningen aanwezig zijn en waar geen binding bestaat met een dorpskern of woonwijk. In uitzondering kunnen in deze woonwijken voorzieningen voorkomen van lokaal of bovenlokaal belang. In een gehucht wordt geen stimulerend beleid gevoerd. Woningen kunnen hier enkel ontwikkeld worden binnen de juridische voorraad. Voor de voorzieningen die er aanwezig zijn kan een specifiek ontwikkelingsbeleid bepaald worden. Het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen gaat in tegen de verdere toename van lintbebouwing in Vlaanderen. Ook de provincie ondersteunt dit beleid en reikt aan de gemeente in het RSPA een aantal principes en ontwikkelingsperspectieven aan. wegen met een verbindingsfunctie (in het bijzonder de secundaire wegen) worden zoveel mogelijk gevrijwaard van verlinting, de aansluiting van aangelanden moet worden herzien, bijvoorbeeld door het koppelen van inritten verdere bebouwing en functieverdichting worden niet gestimuleerd, vrijliggende percelen vangen uitsluitend de woonfunctie op aan een zo laag mogelijke dichtheid Uitwerking naar mogelijke gemeentelijke maatregelen Bebouwd perifeer landschap De afbakeningslijn van het gebied dient vastgelegd te worden in een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. Het provinciebestuur doet in haar structuurplan de suggestie naar de Vlaamse overheid om dat afbakeningsproces aan haar over te laten specifiek voor het bebouwd perifeer landschap ten noordoosten van Antwerpen (delen van de gemeenten Kapellen, Brasschaat, Schilde, Schoten en Zoersel). 6 maart dossier ZOE532 61

63 Het bepalen van het te voeren beleid binnen dit afgebakende gebied zal dan gebeuren door het provinciebestuur in samenspraak met de gemeenten. Na de afbakening van het gebied kan de gemeente een verkavelingsbeleid vastleggen door middel van een verkavelingsverordening of door middel van een gemeentelijk RUP. Woonkernen & centrumgebieden De gemeente is reeds bezig met een aantal planningsprocessen voor het centrumgebied van St.-Antonius. Als beleidsmaatregel zal zij de BPA s nr.2 Achterstraat en nr.4 Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat afwerken. (Indien nodig kunnen deze planningsprocessen als RUP s worden verdergezet) Voor alle drie de woonkernen St.-Antonius, Halle en Zoersel of delen ervan kan de gemeente RUP s opmaken en/of herzien waarin o.a. de afbakening van de centrumgebieden en voorschriften voor inrichting, uitzicht en bebouwingstypologie van die centrumgebieden worden vastgelegd. Ook andere aspecten (zoals bvb. de perronfunctie, zie 4.5) kunnen in deze RUP s worden vastgelegd. Specifiek voor de woonkern Zoersel kan er in een dergelijk ruimtelijk uitvoeringsplan een zone afgebakend worden waarbinnen de nadruk zal liggen op de cultuurhistorische waarde van de Kerk en haar omgeving. Woningprogrammatie Kaart 8: woningprogrammatie De woningprogrammatie zoals opgenomen in het GRS 2005 wordt volledig geschrapt en vervangen door onderstaande tekst. De bijbehorende kaart Kaart 8: woningprogrammatie wordt eveneens volledig geschrapt en vervangen door kaart 8 in de kaartenatlas bij dit addendum. Planhorizon Eén van de doelstellingen van de herziening van het GRS is het verlengen van de planhorizon. Dit is met name van belang voor de woningprogrammatie. In het vorige GRS werd immers alleen bepaald welke gebieden al of niet konden aangesneden worden voor eind Conform de partiële herziening van het RSV en het RSPA wordt, wat betreft de taakstellingen, de planhorizon tot 2012 verlaten. Dit betekent dat de taakstellingen die voortvloeien uit de inschatting van de ruimtebehoeften voor de periode , ook ná 2012 een grondslag bieden voor bestemmingswijzigingen. Balans woningprogrammatie 2007 Om in de vorige planperiode ( ) woonuitbreidingsgebieden te kunnen aansnijden (voor sociale woonprojecten of sociale verkavelingen) was de gemeente verplicht dit te compenseren door bestaand woongebied te reserveren. Inmiddels heeft de gemeente middels een RUP (BD ) twee woongebieden gereserveerd op lange termijn, voor een totale oppervlakte van 11,2 ha. Confrontatie aanbod en behoefte Uit de confrontatie van aanbod en behoefte blijkt dat het reële aanbod volstaat om tegemoet te komen aan de woonbehoefte in de periode Dit betekent dat de gemeente in principe geen woonuitbreidingsgebieden kan aansnijden tenzij dit wordt gecompenseerd. 6 maart dossier ZOE532 62

64 De gemeente wenst haar beleid inzake betaalbaar en sociaal wonen verder te zetten en maakt in functie van dit beleid de aansnijding van ruimtelijk verantwoorde binnengebieden (zowel in woongebied als in woonuitbreidingsgebied) mogelijk. Het aansnijden van binnengebieden in woongebied is juridisch mogelijk, hiervoor is geen compensatie vereist. Bovendien werden bij de berekening van het reële aanbod de binnengebieden in woongebied, die volgens de hiernavolgende programmatie kunnen aangesneden worden, reeds meegeteld. Voor het aansnijden van woonuitbreidingsgebieden zal de gemeente putten uit de 11,2 ha reservegebied voor wonen, die zoals in de vorige paragraaf vermeld reeds middels een RUP werd vastgelegd. 1. Programmatie voor het aansnijden van binnengebieden in woongebied In het kader van deze partiële herziening is een afweging gemaakt van alle in het woongebied (of woonparkgebied of woongebied met landelijk karakter) nog aanwezige binnengebieden. Het betreft telkens gebieden die nog geordend moeten worden. Het betreft m.a.w. gebieden waar nog geen ontsluiting is voorzien en waarvoor dus nog een wegentracé goedgekeurd moet worden. Het goedkeuren van dergelijke wegentracés is een bevoegdheid van de gemeenteraad. Het is dan ook aan de gemeente om te bepalen welke van deze gebieden in aanmerking kunnen komen om aangesneden te worden. Dit gebeurt op basis van een ruimtelijke afweging, waarbij er ook gestreefd wordt naar een evenwichtige verdeling van de bijkomende woningen over de drie deelgemeenten en er rekening wordt gehouden met het bovenlokale kader dat deelgemeente Zoersel als hoofddorp aanduidt (waar in principe de meeste bijkomende woningen moeten voorzien worden). Bij de ruimtelijke afweging wordt in de eerste plaats gekeken naar de ligging van de binnengebieden ten opzichte van de centrumstraten in de woonkernen. Op kaart 26 van het informatief gedeelte werd daarom een afstand uitgezet van telkens 100 meter (in blauwe lijnen) vanaf de straten die als centrumstraten werden aangeduid. Dit werd vijf maal herhaald, zodat de buitenste blauwe lijn een afstand van 500 meter (in vogelvlucht) aangeeft tot de dichtstbijzijnde centrumstraat. Dit is uiteraard een arbitraire benadering, maar deze oefening geeft een vrij goede indicatie van het al dan niet kernversterkende karakter van deze binnengebieden. In St.-Antonius zijn de meeste binnengebieden in woongebied duidelijk niet kernversterkend. In deze kern worden bovendien reeds bijkomende woningen voorzien op dichter bij het centrum gelegen locaties (RUP s Kerkhof en omgeving, Achterstraat en Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat en verkavelingen Klooster en Jukschot). De binnengebieden in woon- of woonparkgebied worden dan ook gereserveerd. Eén van deze gebieden (A7) komt wel in aanmerking voor de uitbreiding van bestaande gemeenschapsvoorzieningen (bvb. seniorenhuisvesting). In de woonkern Zoersel zijn de binnengebieden vrij dicht bij het centrum gelegen. Gelet op hun kernversterkende ligging en de functie van deelgemeente Zoersel kan elk van deze gebieden dan ook in aanmerking komen om ontwikkeld te worden. In Halle zijn momenteel geen grote, nieuwe projecten gepland. Er wordt daarom geopteerd om ook in Halle enkele binnengebieden vrij te geven voor een mogelijke realisatie op korte termijn. Het gaat enerzijds om een aantal vlakbij het centrum gelegen kleinere binnengebieden en anderzijds om een groter gebied (Watermolen) dat twee binnengebieden omvat en waarvan de gemeente de realisatie als een samenhangend geheel wenst te realiseren inclusief groenvoorzieningen. Twee binnengebieden (H1 en H2) zijn moeilijk ontsluitbaar en eigenlijk te klein om nog voor een woonproject in aanmerking te komen, deze worden aangeduid als reservegebieden. 6 maart dossier ZOE532 63

65 In Tabel 15 wordt voor elk binnengebied het toekomstperspectief weergegeven. - reserve lange termijn: het gebied komt niet in aanmerking voor aansnijding - nutsvoorzieningen (bvb. seniorenhuisvesting) - project betaalbaar en sociaal wonen: het gebied kan in aanmerking komen voor aansnijding Voor deze laatste categorie is het zeker niet de bedoeling om deze zomaar vrij te geven. Het wegentracé zal enkel worden goedgekeurd indien het project dat voorligt kadert in het gemeentelijk beleid inzake betaalbaar en sociaal wonen. Het woonproject Klooster vervult een voorbeeldfunctie bij de beoordeling van dergelijke projecten. Nr. Woonkern Tabel 15: programmatie van ongeordend woongebied Omschrijving Programmatie Opp. (ha) A1 St.-Antonius E. Vermeulenstraat - Bethaniënlei reserve lange termijn 2,3 A2 St.-Antonius Bethaniënlei - De Knod reserve lange termijn 2,2 A3 St.-Antonius E. Vermeulenstraat - Bethaniënlei reserve lange termijn 1,4 A4 St.-Antonius Kastanjeweg - Oude Liersebaan reserve lange termijn 1,1 A5 St.-Antonius Medelaar - Zoerselhoek reserve lange termijn 0,65 A6 St.-Antonius Rodenbachlaan reserve lange termijn 1,75 A7 St.-Antonius Frans Janssenslaan - Groenlaan nutsvoorzieningen 1,1 A8 St.-Antonius Dennenlaan reserve lange termijn 2,2 A9 St.-Antonius Otterdreef reserve lange termijn 2,7 H1 Halle Driesheide - Heideweg reserve lange termijn 0,56 H2 Halle Heideweg - D'Eike reserve lange termijn 0,30 Aantal woningen (15/ha) H3 Halle D'Eike - Kattenberg - Ketelheide project betaalbaar en sociaal wonen 1,0 15 H4 Halle Lotelinglaan - Lindedreef - Kattenberg project betaalbaar en sociaal wonen 1,0 15 H5 Halle Kattenberg project betaalbaar en sociaal wonen 0,51 6 H6 Halle Watermolen Noord project betaalbaar en sociaal wonen 1,4 H7 Halle Watermolen Zuid project betaalbaar en sociaal wonen 3,4 H8 Halle Sniederspad project betaalbaar en sociaal wonen 0,46 6 Z1 Zoersel De Doelen project betaalbaar en sociaal wonen 0,90 13 Z2 Zoersel Cyriel Buyselaan project betaalbaar en sociaal wonen 1,2 18 Z3 Zoersel Molenbaan project betaalbaar en sociaal wonen 0,50 6 Z4 Zoersel Graffendonk project betaalbaar en sociaal wonen 1,7 25 Totaal mogelijk te realiseren De gebieden die als project betaalbaar en sociaal wonen worden aangeduid, kunnen in principe op korte termijn ontwikkeld worden. Het totale aantal (156) woningen uit de tabel werd dan ook bij het aanbod aan bouwmogelijkheden en potentiële woningen geteld (zie paragraaf van dit addendum). De opties die hieromtrent worden genomen staan dan ook los van de confrontatie tussen aanbod en behoefte. 6 voor verdere toelichting van deze twee binnengebieden: zie pagina 44 e.v. 6 maart dossier ZOE532 64

66 2. Programmatie voor het aansnijden van woonuitbreidingsgebied De opties die hiernavolgend genomen worden voor het aansnijden van woonuitbreidingsgebied zijn wel verbonden aan het resultaat van de confrontatie tussen aanbod en behoefte. Aangezien uit deze confrontatie blijkt dat het aanbod volstaat om aan de behoefte (volgens het behoeftescenario van het RSPA) te voldoen, kunnen de woonuitbreidingsgebieden enkel worden aangesneden mits compensatie. Hiernavolgend komen de gebieden die voor een woonontwikkeling op korte termijn in aanmerking komen aan bod, waarbij telkens wordt aangegeven welke oppervlakte dient gecompenseerd te worden. Aangezien voor deze projecten het Decreet Grond- en Pandenbeleid van toepassing is, zullen delen van het project door een sociale huisvestingsmaatschappij worden gerealiseerd. Deze delen dienen niet gecompenseerd te worden zolang het sociaal objectief, opgelegd door het Decreet Grond- en Pandenbeleid van 27 maart 2009, in de gemeente niet is bereikt. Woonproject Klooster, St.-Antonius De realisatie van het woonproject Klooster is in volle gang voor wat betreft de eerste fase. Gezien de grote lokale belangstelling voor de aangeboden kavels en woningen, zal de tweede fase van het project op korte termijn opgestart worden. Het volledige projectgebied (fase 1 + 2) beslaat 6,64 ha, waarvan 0,39 ha in woongebied en 6,25 in woonuitbreidingsgebied gelegen is. Het ontwerp voor het volledige projectgebied omvat eveneens een projectzone van 1,42 ha die voorbehouden wordt voor de realisatie van sociale woningbouw. 6 maart dossier ZOE532 65

67 Figuur 12: projectgebied Klooster Totale oppervlakte projectgebied Oppervlakte in woongebied Oppervlakte voorbehouden voor sociale woningbouw (volgens aanvraag) Te compenseren 6,64 ha - 0,39 ha - 1,42 ha 4,83 ha RUP Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat, St.-Antonius Dit RUP (BD ) omvat twee zones van samen 1,12 ha waar woonuitbreidingsgebied werd omgevormd naar woongebied. Zoals reeds eerder in dit addendum gesteld, zal de gemeente de uitvoerbaarheid van deze twee woonprojecten verder onderzoeken. Indien uit dit onderzoek blijkt dat één van beide of beide woonprojectzones niet wordt weerhouden, dan zal dit worden vertaald in een herziening van het RUP Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat en uit de balans van de woningprogrammatie worden gehaald. Te compenseren 1,12 ha 6 maart dossier ZOE532 66

68 Kapelstraat, Zoersel Figuur 13: woonuitbreidingsgebied Zoersel Kapelstraat totale oppervlakte projectgebied waarvan woonuitbreidingsgebied waarvan recreatiegebied oppervlakte voorbehouden aan ruimte voor water oppervlakte voorbehouden voor recreatie 8,55 ha 7,46 ha 1,09 ha - 2,50 ha - 1,45 ha 6 maart dossier ZOE532 67

69 resterende oppervlakte voor wonen oppervlakte voorbehouden voor sociale woningbouw (21 % van 4,60) resterende oppervlakte (te compenseren) 4,60 ha - 0,97 ha 3,63 ha Dit gedeelte van het woonuitbreidingsgebied aan de Kapelstraat is nog ongeordend. Het gedeelte aangeduid op de figuur heeft een oppervlakte van ongeveer 8,55 ha. Hiervan is 7,46 ha gelegen in woonuitbreidingsgebied en 1,09 ha in recreatiegebied Zoals reeds aangegeven op pagina 42 is het de bedoeling om op termijn de omvorming van dit woonuitbreidingsgebied naar woongebied te realiseren, samen met een herschikking van delen van de nog niet gerealiseerde zone voor dagrecreatie. Deze herschikking betreft in feite het omwisselen van zone voor dagrecreatie tegen woonuitbreidingsgebied en is dan ook een neutrale operatie m.b.t. de compensatie. Om een dergelijke herschikking mogelijk te maken zal de gemeente een RUP opmaken. Op Figuur 14 is te zien dat een gedeelte van het plangebied mogelijk overstromingsgevoelig is. Bij de ontwikkeling van het gebied zal hiermee rekening moeten worden gehouden, in die zin dat er voldoende ruimte voor waterberging (infiltratie- en buffervoorzieningen) moet worden voorzien. Deze ruimte wordt best als een ruimtelijk aaneengesloten ecologische corridor, verbonden aan de waterloop, ontworpen. Idealiter kan het op zichzelf functioneren. Hiervoor wordt (richtinggevend) 2,5 ha van het totale projectgebied voorbehouden. Deze ecologische ruimte kan zodanig worden ingericht dat delen ervan ook als speelruimte kunnen dienen. Gelet op de substantiële omvang van een dergelijke ecologische ruimte (+/- 30% van het projectgebied) kan gesteld worden dat dit behoort tot de gebiedscategorie overig groen en dat Figuur 14: watertoets WUG Kapelstraat deze oppervlakte dus ook niet dient gecompenseerd te worden. Het gemeentebestuur wenst op korte termijn reeds een gedeelte van dit woonuitbreidingsgebied aan te snijden voor een gemeentelijk woonproject en zal d.m.v. een stedenbouwkundig ontwerp (als voorafname van het op te maken RUP) voor de totaliteit van het gebied, incl. recreatiezone, onderzoeken of in een eerste fase reeds voor een gedeelte van het gebied een verkavelingsvergunning kan aangevraagd worden. 6 maart dossier ZOE532 68

70 Bremlaan-Vennenlaan, Zoersel Te compenseren Figuur 15: Bremlaan-Vennenlaan, Zoersel 1,40 ha Het woonuitbreidingsgebied in Zoersel ten noorden van Voorne kent een zeer versnipperde structuur. Er zijn verschillende wegen in het gebied, maar deze zijn niet allemaal voldoende uitgerust. De gedeeltes die op korte termijn kunnen ontwikkeld worden, zijn aangeduid op Figuur 15. Ze zijn beide gelegen aan een voldoende uitgeruste weg en bevinden zich bovendien vlak bij het centrumgebied van Zoersel, waar alle dagelijkse voorzieningen aanwezig zijn. De gemeente selecteert deze gronden voor de ontwikkeling van bijkomende woningen. Dit betekent dat deze gronden (privaat) kunnen ontwikkeld worden op korte termijn. De beide zones samen beslaan een oppervlakte van +/- 1,1 ha en hebben dus een potentieel voor de realisatie van ongeveer 15 woningen. 6 maart dossier ZOE532 69

71 3. Omvormen KMO-zone Heideweg naar woongebied en open ruimte Zoals beschreven op pag. 48 e.v. zal de gemeente een ruimtelijk uitvoeringsplan opmaken voor de omvorming van de KMO-zone deels naar woongebied en deels naar een bestemming van open ruimte. Er wordt hierbij van uitgegaan dat voor de delen van de zone voor KMO die worden omgevormd naar woongebied geen compensatie moet worden voorzien, aangezien dit een omvorming betreft van een harde functie naar een harde functie. 4. Balans woningprogrammatie De woonuitbreidingsgebieden die aangesneden worden dienen gecompenseerd te worden door elders in het bestaande woongebied gronden te reserveren voor lange termijn of te herbestemmen. Zoals reeds aangehaald beschikt de gemeente over een RUP waarin twee woongebieden gereserveerd worden op lange termijn, voor een totale oppervlakte van 11,20 ha. Deze oppervlakte komt in aanmerking als compensatie voor het aansnijden van de hoger vermelde gebieden. Gebied ter compensatie RUP Reservering van twee woongebieden (BD ) Te compenseren gebieden WUG Klooster fase RUP Gemeenschapsvoorzieningen Achterstraat WUG Kapelstraat Zoersel WUG Bremlaan-Vennenlaan Resterend krediet Tabel 16: balans woningprogrammatie Zoals blijkt biedt het RUP Reservering van twee woongebieden voldoende compensatie voor het aansnijden van de voorgestelde gebieden. Flankerende maatregelen Als flankerende maatregelen in het woonbeleid zal de gemeente blijven bouwverplichtingen opleggen bij nieuwe verkavelingen. Ook de belasting op onbebouwde percelen zal blijven bestaan. De gemeente kan ook begeleidende maatregelen treffen voor het aankopen of renoveren van een woning (vb. sociale lening, premies, ). Oppervlakte 11,20 ha - 4,83 ha - 1,12 ha - 3,63 ha - 1,40 ha 0,22 ha Verder onderzoek naar mogelijkheden voor een duurzaam en sociaal woonbeleid Ook voor de ontwikkeling van private verkavelingen is een spaarzame omgang met bodem en materiaal, evenals beheersing en beperking van volumes essentieel om het elementair recht op comfortabel wonen voor de komende generaties betaalbaar te houden. Om die reden moet de realisatie van geschakelde woningen dan ook aangemoedigd worden en zelfs afgedwongen door middel van bouw- en verkavelingsvoorschriften. Verder kan de gemeente nog volgende mechanismen die hiertoe kunnen bijdragen verder onderzoeken: - publiek-private samenwerking waarbij projecten voor sociale woningbouw worden geïntegreerd in toekomstige verkavelingsaanvragen; - de afbakening van gevoelige omgevingen die qua schaal of aard van dusdanig belang zijn dat daar regulerend dient opgetreden te worden, dit d.m.v. RUP s en/of verordeningen; 6 maart dossier ZOE532 70

72 - de installatie van onafhankelijke multidisciplinaire adviescommissie die aan het College van Burgemeester en Schepenen advies verstrekt over bouw- en/of verkavelingsprojecten; - het optreden van de gemeente als initiatiefnemer en/of bouwheer, mits verwerving van de nodige gronden, om het grondbeleid van de gemeente te sturen naar het beschikbaar maken van betaalbare kwaliteitswoningen die voldoen aan de gestelde eisen van duurzaamheid, spaarzaamheid en volumebeperking. Visie met betrekking tot zonevreemde woningen Algemeen Bij de uitwerking van dit onderdeel is rekening gehouden met de aanpak zoals door de hogere overheid vooropgesteld 7 en weergegeven in het decreet op de ruimtelijke ordening (incl. de diverse wijzigingen). De aanpak zoals in het GRS voorgesteld zal verder worden verfijnd in een op te maken gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. In deze fase van het onderzoek is niet nagegaan of het wettelijk vergunde gebouwen betreft. Voor opname in dit ruimtelijk uitvoeringsplan komen enkel behoorlijk vergunde of vergund geachte woningen in aanmerking. Er zal ook rekening worden gehouden met het besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van de toelaatbare functiewijzigingen voor gebouwen, gelegen buiten de geëigende bestemmingszone 8. Typering Zoals reeds in het informatief gedeelte uiteengezet worden er vanuit ruimtelijkmorfologisch standpunt en in relatie tot de omgevende bestemmingszones en wetgeving volgende 8 typeringscategorieën in Zoersel onderscheiden: - Geïsoleerde individuele zonevreemde woningen gelegen in niet-kwetsbaar gebied (agrarisch en landschappelijk waardevol agrarisch gebied volgens gewestplan) - Geïsoleerde individuele zonevreemde woningen gelegen in parkgebied - Geïsoleerde individuele zonevreemde woningen gelegen in ruimtelijk kwetsbaar gebied (natuur, bos en groen, VEN, ) - Individuele zonevreemde woningen gelegen in niet-kwetsbaar gebied, aansluitend op bestaand woongebied - Individuele zonevreemde woningen gelegen in KMO-gebied, aansluitend op bestaand woongebied - Individuele zonevreemde woningen gelegen in ruimtelijk kwetsbaar gebied, aansluitend op bestaand woongebied - Concentraties van zonevreemde woningen in niet kwetsbaar gebied - Concentraties van zonevreemde woningen in ruimtelijk kwetsbaar gebied Beleidscategorieën Voor deze categorieën dient een beleid te worden gevoerd waar een basisonderscheid wordt gehanteerd tussen: - Geïsoleerde individuele zonevreemde woningen - Individuele zonevreemde woningen aansluitend op woongebied - Geïsoleerde zonevreemde woningconcentraties 7 Gebiedsgericht beleid voor zonevreemd wonen, handleiding voor gemeenten - MVG, AROHM, Afdeling Ruimtelijke Planning, mei Besluit van de Vlaamse regering van 28 november 2003 tot bepaling van de toelaatbare functiewijzigingen voor gebouwen, gelegen buiten de geëigende bestemmingszone. (BS ) 6 maart dossier ZOE532 71

73 - Cultuurhistorisch of architecturaal waardevolle gebouwen Dit basisonderscheid zal verder gebiedsgericht worden ontwikkeld in een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, in eerste instantie naargelang het type al dan niet in kwetsbaar of niet-kwetsbaar gebied ligt, in tweede instantie (desgevallend, als verdere differentiëring) naargelang de aard van de bestemmingszone. Zo leidt het basisonderscheid en het onderscheid kwetsbaar gebied / niet-kwetsbaar gebied tot een indeling in beleidscategorieën, waaraan telkens een specifiek ontwikkelingsperspectief kan gekoppeld worden. Verder gebiedsgericht onderzoek in een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de zonevreemde woningen Specifieke beleidsdoelstellingen kunnen aan de verschillende deelruimten verschillende accenten geven die hun vertaling vinden in de gewenste ruimtelijke structuur per deelruimte. Voor de zonevreemde woningen kunnen deze uitmonden in verschillende randvoorwaarden of de uitbreidings- of herbouwingsvoorwaarden specifiëren. Bijkomend kan er nog nagegaan worden of de woning voldoet aan één van de volgende criteria. - ligging langs uitgeruste weg - aanwezigheid van nutsvoorzieningen - nabijheid van woongebied of andere bebouwing - clustervorming - waterhuishouding (aanwezigheid grachten en/ riolering) - ruimtelijke draagkracht van de omgeving - gelegen in VEN- of habitatrichtlijngebied - opname in de inventaris Bouwen door de eeuwen heen - bescherming als monument Aandachtspunten Een aantal zonevreemde woningen bevindt zich in gebieden die nog af te bakenen zijn op Vlaams en/of provinciaal niveau of waarvoor het Vlaamse of provinciale niveau specifieke RUP s zal opmaken. Er is echter op alle beleidsniveaus bevestigd dat de zonevreemde woningen een bevoegdheid zijn van het gemeentebestuur. De gemeente kan dus in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de zonevreemde woningen uitspraken doen over alle zonevreemde, in hoofdzaak vergunde of vergund geachte woningen, ook al zijn deze gelegen in gebieden van Vlaams of provinciaal niveau. Dit RUP zal dus voor een aantal van de zonevreemde, in hoofdzaak vergunde of vergund geachte woningen, slechts een soort van aanvullende stedenbouwkundige voorschriften bevatten, die in overdruk over de bestaande bestemming van het gebied worden gelegd. In een aantal gebieden waar zonevreemde woningen in geconcentreerde vorm voorkomen (zoals bv. aan Berkemei-Hooidonkeinde, aan de Zoerselhofdreef- Zoerselbosdreef of aan Drengel-Einhoven) is de problematiek echter breder dan alleen de zonevreemde woningen. In deze gebieden is o.a. ook de verweving van bestaande activiteiten met de open ruimte en het wonen aan de orde. In deze gevallen kan de gemeente, indien nodig, aparte gebiedsgerichte RUP s opmaken, waarin een verwevingsvoorstel en gepaste bestemmingen worden uitgewerkt. 6 maart dossier ZOE532 72

74 De onderstaande tekst wijzigt paragraaf 4.4. Gewenste ruimtelijk-economische structuur. (p ) Voor de leesbaarheid wordt de volledige paragraaf overgenomen. De tekst die de bestaande tekst vervangt en/of aanvult wordt in grijs gemarkeerd en de tekst die wordt geschrapt wordt ook als dusdanig weergegeven. De bijbehorende kaart Kaart 9: gewenste ruimtelijk-economische structuur wordt vervangen door de kaart in de kaartenatlas bij dit addendum. Voor de leesbaarheid worden de wijzigingen op de kaart aangeduid met een kader (zwarte omlijning) Gewenste ruimtelijk-economische structuur Gemeentelijke visie en concepten Kaart 9: gewenste ruimtelijk-economische structuur Optimaliseren van de economische structuur De bestaande KMO-zones (volgens gewestplan) in Zoersel zijn niet altijd optimaal gelegen en sommige ervan zijn niet volledig ingevuld. De gemeente wil hieraan een oplossing bieden door samen met de ontwikkeling van een bijkomend lokaal bedrijventerrein, gedeelten van deze terreinen te herbestemmen als gebieden van de natuurlijke en/of agrarische structuur. Indien er geen bijkomend bedrijventerrein komt, dient dit scenario herbekeken te worden om de toekomst van bedrijvigheid in Zoersel niet te hypothekeren. Een oplossing aanreiken voor de problematiek van zonevreemde bedrijven Het verder ontwikkelen van bedrijven in woonlinten, in waardevolle landschappen en in het buitengebied (agrarisch gebied) wordt in principe ontmoedigd. De bestaande, vergunde bedrijvigheid kan slechts getolereerd worden indien de impact op de omgeving beperkt is en de draagkracht ervan niet overschreden wordt en indien de schaal verzoenbaar is met de omgeving. Ook zal er rekening gehouden worden met de landschappelijke waarde en de graad van versnippering: een bedrijf in een kleine reeds versnipperde ruimte tast de draagkracht van de omgeving minder zwaar aan dan een inplanting temidden van een uitgestrekte en ongeschonden open ruimte. Uitbreidingen zijn slechts beperkt mogelijk om een gezonde bedrijfsvoering mogelijk te maken. Verweven van kleinere en niet belastende activiteiten, die omwille van hun schaal en aard verweefbaar zijn met de woonfunctie in kernen en hoofddorpen, wordt daarentegen geduld en zelfs aangemoedigd. Wonen moet wel binnen het woongebied de hoofdfunctie blijven en mag niet verdrongen of gehinderd worden. Omgevingsbelastende bedrijfsactiviteiten worden dan ook geweerd. Ieder bedrijf in of aan de rand van woongebied moet hiertoe afzonderlijk worden beschouwd. 6 maart dossier ZOE532 73

75 Elementen van de gewenste ruimtelijk-economische structuur Bestuursniveau Ruimtelijke elementen Ontwikkelingsperspectieven Provincie Bovenlokaal Gemeente Gemeente Gemeente Gemeente Kleinhandelsconcentratie type III(b): Rodendijk Verzorgingsinfrastructuur Bethaniën Bijkomend lokaal bedrijventerrein Kievit Dit type kleinhandelsconcentratie heeft geen ruimtelijke samenhang met een stedelijk gebied en komt niet in aanmerking voor ontwikkeling. Provinciaal beleid gericht op: strikte begrenzing betere ruimtelijke organisatie Het provinciale beleid werd vastgelegd in een provinciaal RUP voor deze kleinhandelsconcentratie. De psychiatrische instelling Bethaniën hangt samen met het Algemeen Ziekenhuis St.-Jozef op het grondgebied van Malle. Als dusdanig heeft deze infrastructuur een bovenlokale uitstraling. Aangezien de instelling een belangrijke werkgever is in de regio, moet deze sector garanties krijgen om blijvend te kunnen bestaan en ontwikkelen binnen de haar toebedeelde ruimte. streven naar zuinig en efficiënt ruimtegebruik bij de inrichting van het bedrijventerrein: medegebruik van parkeergelegenheid bouwen in de hoogte gezamenlijke brandwegen ontsluiting via gemeentelijke verzamelweg op verlengde omleidingsweg degelijke buffering naar de open ruimte moet voorzien worden KMO-Kwikaard: herbestemmen van het gedeelte in landbouwgebruik KMO-Heideweg: verbeteren van de ontsluiting en verminderen van de overlast voor de omwonenden (gedeeltelijk herbestemmen naar woongebied) afbouw van de KMO-zone door omvorming naar een gedeelte woongebied en een gedeelte open ruimte KMO-Heybleukensstraat: behoud van de zone bedrijvigheid uitdovend, omvormen naar zone voor wonen en gemeenschapsvoorzieningen KMO-Gestelbos: herbestemmen van het niet-gebruikte deel (bebost gebied) RVT Joostens RVT Sparrenhof instelling Monnikenheide gemengd steenweglint: langs de N12 (buiten het centrumgebied) Zoersel is een pool voor de gezondheidssector. Een aantal instellingen bevinden zich in het woongebied en kunnen daar ook verder ontwikkelen. Een aantal andere bevindt zich in aparte zones voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut buiten het woongebied. De instellingen kunnen zich ontwikkelen binnen de hen toebedeelde ruimte. Voor het RVT Sparrenhof geldt momenteel het gemeentelijk RUP Residentie Halmolen geen verdere groei buiten de kernen bestaande bedrijven kunnen blijven geen ontwikkeling van nieuwe bedrijven 6 maart dossier ZOE532 74

76 Bestuursniveau Ruimtelijke elementen Ontwikkelingsperspectieven Gemeente Zonevreemde bedrijven Classificatie en bijbehorend ontwikkelingsperspectief 9 : Cat 0: herlokalisatie is gewenst Cat 1: uitbreiden niet toegestaan, verder werken binnen de bestaande volumes, geen nieuwe bedrijvigheid bij stopzetting, herlokalisatie op korte of middellange termijn is aangewezen. Cat 2: beperkt uitbreiden toegestaan (verbouwingen en beperkte uitbreidingen), geen schaalvergroting, nieuwe activiteiten minder storend dan bestaande (ifv dynamiek en aard). Cat 3: beperkt uitbreiden toegestaan (verbouwingen en beperkte uitbreidingen), geen schaalvergroting, geen beperkingen wat betreft activiteiten. Cat 4: het bedrijf kan zich verder ontwikkelen, randvoorwaarden in functie van de omgeving, nieuwe activiteiten minder storend dan bestaande(ifv dynamiek en aard). Cat 5: het bedrijf kan zich verder ontwikkelen, randvoorwaarden in functie van de omgeving, geen beperkingen wat betreft activiteiten Uitwerking naar mogelijke gemeentelijke maatregelen Kleinhandelsconcentratie Rodendijk Het provinciebestuur maakt een provinciaal RUP op voor de afbakening en organisatie van de kleinhandelsconcentratie. Twee handelszaken (Okay en Selfmade) werden in het informatief gedeelte aangeduid als zonevreemde kleinhandelszaken: deze vormen eveneens een deel van de kleinhandelsconcentratie, maar zijn geheel of gedeeltelijk gelegen in agrarisch gebied. De gemeente suggereert aan de provincie om deze zaken mee op te nemen in de af te bakenen concentratie en op die manier de zonevreemdheid op te heffen. Verdere suggesties en aandachtspunten vanuit het gemeentebestuur: - geen bijkomende bedrijven, maar wel garanties voor de leefbaarheid van de bestaande bedrijven; - de bestaande woningen moeten hun plaats krijgen in het geheel; - behoud van het groene karakter; - bij stopzetting van de activiteiten van één of meer van de bestaande bedrijven mag niet eender welke nieuwe handelsactiviteit maar moet er een grondige toetsing gebeuren omwille van de ligging in de open ruimte. 9 Omzendbrief RO 2000/01 over het sectoraal BPA zonevreemde bedrijven 6 maart dossier ZOE532 75

77 Bijkomend lokaal bedrijventerrein de Kievit Aansluitend bij het bestaande industrieterrein van Malle wil de gemeente Zoersel een bijkomend lokaal bedrijventerrein ontwikkelen. Deze locatie werd als meest aangewezen aangeduid, vanwege de ruimtelijke bundeling met het bestaande bedrijventerrein. De ontsluiting van dit lokaal bedrijventerrein dient te gebeuren via de geplande doortrekking van de omleidingsweg rond Zoersel. Bovendien is er de mogelijkheid om het terrein te bundelen met bestaande infrastructuur voor sport en recreatie. Zo kan bijvoorbeeld een centraal gelegen parkeergelegenheid voor beide gebruikers dienen. Bereikbaarheid voor langzaam verkeer is reeds voorzien op het grondgebied van Zoersel. Deze fietsas kan worden doorgetrokken naar Malle. Er dient wel zoveel mogelijk gestreefd te worden naar het behoud van de open ruimtecorridor ter hoogte van Kievit. Figuur 16: bijkomend bedrijventerrein Om deze zaken juridisch vast te leggen maakt de gemeente een RUP voor de fasering en ontwikkeling van lokaal bedrijventerrein de Kievit. Zoals aangetoond in het informatief gedeelte (hoofdstuk 6) is de behoefte aan herlokalisatie van bestaande bedrijven in de gemeente ongeveer 3,8 ha. De herbestemming van bestaande KMO-gronden in de gemeente omvat 3,1 ha. Richtinggevend wordt de grootte van het bedrijventerrein dus bepaald op 6,9 ha, waarbij er enerzijds ruimte (3,8 ha) moet voorbehouden worden voor te herlokaliseren bedrijven en er anderzijds wel nieuwe bedrijven zich kunnen vestigen (3,1 ha). Deze cijfers dienen op dit moment als richtcijfers geïnterpreteerd te worden. Bij de opmaak van het RUP voor de fasering en ontwikkeling van het lokaal bedrijventerrein de Kievit zal een nieuwe behoeftemotivering noodzakelijk zijn. 6 maart dossier ZOE532 76

78 De optie om aansluitend bij het bestaande industrieterrein van Malle een bijkomend lokaal bedrijventerrein te ontwikkelen blijft behouden. Er wordt momenteel een studie opgemaakt door de POM waarin: - een economische visie voor Malle en Zoersel wordt ontwikkeld; - de ontsluiting van het bedrijventerrein wordt onderzocht; - een herinrichting van het industrieterrein wordt onderzocht. Op basis van deze studie zal de provincie verdere stappen ondernemen over de invulling van het economisch knooppunt Malle. De ontsluiting van het lokaal bedrijventerrein de Kievit is afhankelijk van de keuzes die op basis van deze studie worden genomen. In het GRS worden dan ook alle mogelijkheden open gelaten. Vanuit het hogere beleidskader wordt de Figuur 17: bijkomend bedrijventerrein omvang van dit bedrijventerrein richtinggevend op 5 ha bepaald. Deze oppervlakte kan echter vermeerderd worden omwille van de terreinconfiguratie of om voldoende aanbod te voorzien. De gemeente kan een RUP opmaken voor de fasering en ontwikkeling van lokaal bedrijventerrein de Kievit. Dit is een planningsinitiatief dat niet gelegen is in herbevestigd agrarisch gebied. Bestaande KMO-zones KMO-Kwikaard De herbestemming van een gedeelte van de KMO-zone Kwikaard werd vastgelegd door middel van het BPA nr.3 Joostens en omgeving. KMO-Gestelbos De herbestemming van het gedeelte van KMO-Gestelbos kan vastgelegd worden in het gemeentelijk RUP voor het nieuwe bedrijventerrein de Kievit. KMO-Heideweg De gemeente onderzoekt scenario s voor de verbetering van de ontsluiting van deze terreinen. Indien het gekozen scenario een herbestemming van delen van de zone teweegbrengt, dan kan de gemeente hiervoor een RUP opmaken. De gemeente opteert voor een omvorming van deze zone naar een deel open ruimte en een deel woongebied. De gemeente kan hiervoor een RUP opmaken. KMO-Heybleukensstraat Behoud van de zone. 6 maart dossier ZOE532 77

1. Inleiding Bindende selecties en categorisering van de elementen van de gewenste ruimtelijke structuur...3

1. Inleiding Bindende selecties en categorisering van de elementen van de gewenste ruimtelijke structuur...3 Bindend deel Inhoud 1. Inleiding...2 1.1. Inhoud en werkwijze van het bindend deel... 2 1.1.1. Decreet op de ruimtelijke ordening (18 mei 1999)...2 1.1.2. Leeswijzer...2 1.2. Doorwerking van het gemeentelijk

Nadere informatie

Gemeente Zoersel Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Reservering binnengebieden in woongebied Toelichtingsnota Dossier ZOE01040

Gemeente Zoersel Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Reservering binnengebieden in woongebied Toelichtingsnota Dossier ZOE01040 Gemeente Zoersel Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Reservering binnengebieden in woongebied Toelichtingsnota Dossier ZOE01040 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Zoersel april 2017 Provincie:

Nadere informatie

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën:

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën: SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 180 van LYDIA PEETERS datum: 1 december 2016 aan JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW Woonuitbreidingsgebieden en woonreservegebieden - Ontwikkeling

Nadere informatie

Woonprogrammatie. Voorstel methodiek en berekening Studiedag 23 nov. 2012

Woonprogrammatie. Voorstel methodiek en berekening Studiedag 23 nov. 2012 Woonprogrammatie Voorstel methodiek en berekening Studiedag 23 nov. 2012 1 Inhoud 1. Algemene methodiek (herziening PRS) 2. Berekenen bruto-taakstelling 3. Confrontatie met aanbod 2 Algemene methodiek

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 3e Directie Dienst 33 Ruimtelijke ordening en Stedenbouw aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt,

Nadere informatie

Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel

Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel Dossier WUU582 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Wuustwezel November 2006 Provincie Gemeente

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE ONTWERP GRS Bindend deel Identificatienummer : 104792414/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 21.05.2007 Voorontwerp GRS 2007 jpa 20.03.2008 Ontwerp

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Berlare

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Berlare Provincie Oost-Vlaanderen Arrondissement Dendermonde Gemeente Berlare Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Berlare Bindend gedeelte Studiebureau VDS b.v.b.a. 2 Gemeente Berlare Gemeentelijk Ruimtelijk

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem Gemeente Kruishoutem Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem Ontwerp Bindend gedeelte Uitgave Datum 1 november 2004 2 februari 2005 3 mei 2005 4 oktober 2005 5 april 2006 Studiebureau VDS b.v.b.a.

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1602849 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Sint-Gillis-Waas fase 1' Definitieve

Nadere informatie

Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne

Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne PRESENTATIE GRS Herne Wat komt aan bod: Wat is een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan? Hoe past het gemeentelijk structuurplan in het structuurplan van de provincie Vlaams-Brabant en de Vlaamse overheid?

Nadere informatie

Omzendbrief RO/2010/01

Omzendbrief RO/2010/01 Omzendbrief RO/2010/01 Aan: de colleges van burgemeester en schepenen de deputaties van de provincies Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport Koning Albert II-laan

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 februari 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakening kleinstedelijk

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Knesselare. In opdracht van : Gemeentebestuur van Knesselare. Bindend gedeelte

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Knesselare. In opdracht van : Gemeentebestuur van Knesselare. Bindend gedeelte Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Knesselare In opdracht van : Gemeentebestuur van Knesselare Bindend gedeelte Inhoud 1 RUIMTELIJKE KERNBESLISSINGEN VAN UIT DE GEWENSTE DEELSTRUCTUREN... 2 1.1 RUIMTELIJKE

Nadere informatie

ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN.

ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. De commissie, vergaderd in besloten zitting van 15 november en 29 november

Nadere informatie

RUP SINT - KATHARINASTRAAT TOELICHTINGSNOTA

RUP SINT - KATHARINASTRAAT TOELICHTINGSNOTA RUP SINT - KATHARINASTRAAT TOELICHTINGSNOTA ONTWERP Mei 2011 Inhoudsopgave 1 AANLEIDING VAN HET RUP... 3 2 SITUERING VAN HET RUP... 3 3 PLANNINGSCONTEXT... 4 3.1 Relatie met het gemeentelijk ruimtelijk

Nadere informatie

Gemeente Schilde Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Jachthoornlaan Stedenbouwkundige voorschriften Dossier SHI125-3

Gemeente Schilde Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Jachthoornlaan Stedenbouwkundige voorschriften Dossier SHI125-3 Gemeente Schilde Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Jachthoornlaan Stedenbouwkundige voorschriften Dossier SHI125-3 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Schilde september 2011 Provincie: Gemeente

Nadere informatie

Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou

Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou Structuurplan "De Watounaar" Bewonersplatform Watou. Ruimtelijke Ordening Watou. De diverse planinstrumenten van toepassing op het grondgebied van Poperinge. Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening

Nadere informatie

RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent

RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent Het Gentse stadsbestuur maakt een thematisch ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op, het RUP Stedelijk Wonen. Daarmee wil de Stad stedenbouwkundige problemen

Nadere informatie

Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Zoersel

Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Zoersel Gemeente Zoersel Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan KFC St.-Martinus & reservering van twee woongebieden Deelgebied A en B Memorie van toelichting Dossier ZOE125-127 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur

Nadere informatie

Opvolgingsnota Actieprogramma voor onbebouwde percelen in publieke (en semi-publieke) eigendom GEMEENTE OPWIJK

Opvolgingsnota Actieprogramma voor onbebouwde percelen in publieke (en semi-publieke) eigendom GEMEENTE OPWIJK Opvolgingsnota Actieprogramma voor onbebouwde percelen in publieke (en semi-publieke) eigendom GEMEENTE OPWIJK Op 25 oktober 2012 keurde de gemeenteraad het actieprogramma goed. In uitvoering daarvan werd

Nadere informatie

gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan

gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan gemeente zoersel - RUP herziening BPA gemeenschapsvoorzieningen achterstraat - kaart 1 elementen van bovenlokaal belang

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Scheldepolders Hingene in Bornem DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse

Nadere informatie

WOON RESERVE GEBIEDEN. 20 juli Leiegardens 2014, Your Estate Solution

WOON RESERVE GEBIEDEN. 20 juli Leiegardens 2014, Your Estate Solution WOON RESERVE GEBIEDEN 20 juli 2018 Leiegardens 2014, Your Estate Solution SITUERING Woonreservegebieden (± 12.000ha) = woonuitbreidingsgebieden (WUG s) + specifieke reservegebieden reservegebieden voor

Nadere informatie

DEPARTEMENT RUIMTELIJKE ORDENING EN MOBILITEIT DIENST RUIMTELIJKE PLANNING

DEPARTEMENT RUIMTELIJKE ORDENING EN MOBILITEIT DIENST RUIMTELIJKE PLANNING DEPARTEMENT RUIMTELIJKE ORDENING EN MOBILITEIT DIENST RUIMTELIJKE PLANNING Omzendbrief voor de opmaak van de woningprogrammatie als onderdeel van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Omzendbrief voor

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1505496 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Stekene en Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Stekene en Sint-Gillis-Waas

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 januari 2017 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP De Beunt Lier voorlopige

Nadere informatie

TOELICHTING RUIMTELIJKE UITVOERINGSPLANNEN

TOELICHTING RUIMTELIJKE UITVOERINGSPLANNEN TOELICHTING RUIMTELIJKE UITVOERINGSPLANNEN RUP Peerlaarstraat en RUP Eertberglei gemeente Bonheiden, informatieavond 10 februari 2015 13004_PT_006_informatieavond relevante begrippen gewestplan, plan van

Nadere informatie

TEKSTEN. ruimtelijk structuurplan kalmthout. gemeente kalmthout 31 maart 2006

TEKSTEN. ruimtelijk structuurplan kalmthout. gemeente kalmthout 31 maart 2006 TEKSTEN ruimtelijk structuurplan kalmthout gemeente kalmthout 31 maart 2006 colofon Het ruimtelijk structuurplan Kalmthout is opgemaakt in opdracht van de gemeenteraad. De ontwerper is Studiegroep Omgeving

Nadere informatie

GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GRS GAVERE - BINDEND GEDEELTE 1 INHOUD 1. VOORSTEL BINDENDE BEPALINGEN 3 1.1. RUIMTELIJKE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR 3 1.2. RUIMTELIJK-ECONOMISCHE

Nadere informatie

Gemeente Kapellen Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Tekstbundel Informatief, richtinggevend, bindend deel en bijlagen

Gemeente Kapellen Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Tekstbundel Informatief, richtinggevend, bindend deel en bijlagen Gemeente Kapellen Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Tekstbundel Informatief, richtinggevend, bindend deel en bijlagen Dossier KAP 502 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Kapellen juni 2005

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Bindende bepalingen

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Bindende bepalingen GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS ONTWERP GRS Bindende bepalingen Identificatienummer : 00287314/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 15.11.2002 Voorontwerp GRS 2002 10.02.2004

Nadere informatie

Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) Woonuitbreidingsgebied Sint Pieter Kuurne

Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) Woonuitbreidingsgebied Sint Pieter Kuurne Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) Woonuitbreidingsgebied Sint Pieter Kuurne 1. Situering Kuurne 1. Situering plangebied - Gelegen ten noord westen van het centrum van Kuurne, nabij de kern van Sint-Pieter

Nadere informatie

Procedures en terminologie Lindelei. 11 september 2018 infomoment

Procedures en terminologie Lindelei. 11 september 2018 infomoment Procedures en terminologie Lindelei 11 september 2018 infomoment Inhoudsopgave 1. huidige bestemming Lindelei 2. gemeentelijk ruimtelijk structuurplan bestemmingsplan 3. RUP Lindelei = bestemmingsplan

Nadere informatie

Nota woonprogrammatie

Nota woonprogrammatie Nota woonprogrammatie 2017-2027 1. Kader Binnen de herziening van het provinciaal ruimtelijke structuurplan West-Vlaanderen (PRS-WV) werden de krachtlijnen vastgelegd voor het beleid met betrekking tot

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 24 maart 2011 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Koen Helsen Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 4/7 Uitvoering RSPA : PRUP Kievermont Geel voorlopige

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 maart 2015 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Gewestelijk RUP - Bonheiden, Rotselaar, Tremelo,

Nadere informatie

Infobrochure Activeringsheffing 2017

Infobrochure Activeringsheffing 2017 Infobrochure Activeringsheffing 2017 Inhoud Inleiding 1. Register van onbebouwde percelen a. Wanneer is een perceel onbebouwd? b. Zijn er uitzonderingen? c. Begrip eigenaar d. Hoe wordt een onbebouwd perceel

Nadere informatie

Publicatie :

Publicatie : Publicatie : 1998-11-04 MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 22 SEPTEMBER 1998. - Omzendbrief RO 98/05 betreffende het bijzonder plan van aanleg voor zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport-, recreatie-

Nadere informatie

welomlijnde criteria, vooruitlopend op het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, worden beslist zonder dat daartoe een gemeentelijke

welomlijnde criteria, vooruitlopend op het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, worden beslist zonder dat daartoe een gemeentelijke Betreft: Omzendbrief RO/2002/03 in verband met het opmaken van een gemeentelijke woonbehoeftestudie en het ontwikkelen van woonuitbreidingsgebieden met of zonder woonbehoeftestudie De Raad van State oordeelde

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 maart 2015 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Gewestelijk RUP - Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 september 2014 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Uitvoering RSPA : PRUP Oude kanaalarm Puurs

Nadere informatie

Grond- en pandendecreet gereedschapskist voor betaalbaar wonen

Grond- en pandendecreet gereedschapskist voor betaalbaar wonen VVSG-MAGAZINE VOOR GEMEENTE EN OCMW Halfmaandelijks magazine van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw - Paviljoenstraat 9-1030 Brussel verschijnt 20 x per jaar Afgiftekantoor Gent X P2A9746

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 september 2016 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakeningslijn Heist-op-den-

Nadere informatie

Partiële herziening GRS Ieper. Infomarkt

Partiële herziening GRS Ieper. Infomarkt Partiële herziening GRS Ieper Infomarkt Programma Stand van zaken Wat is een GRS? Bevoegdheidsniveaus en spelregels Verhaallijn: Ieper 2040 Evolutie sinds 2000 Uitdagingen voor een vernieuwd ruimtelijk

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1502705 Provincieraadsbesluit betreft Aalst, Berlare, Haaltert, Lede, Sint-Niklaas en Stekene - PRUP 'Reconversie zones voor verblijfsrecreatie

Nadere informatie

Stad Gent werkt aan Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Stedelijk Wonen

Stad Gent werkt aan Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Stedelijk Wonen Stad Gent werkt aan Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Stedelijk Wonen Het Gentse stadsbestuur maakt een thematisch ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op, het RUP 167 Stedelijk Wonen. Met dit RUP wil

Nadere informatie

Opmaken van de woningprogrammatie 2007-2022, als onderdeel van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan

Opmaken van de woningprogrammatie 2007-2022, als onderdeel van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan HANDLEIDING DIENST RUIMTELIJKE PLANNING Departement Ruimtelijke Ordening en Mobiliteit Opmaken van de woningprogrammatie 2007-2022, als onderdeel van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Versie september

Nadere informatie

Desselgem en Beveren-Leie Woningbehoeftestudie. oktober 2011, einddocument

Desselgem en Beveren-Leie Woningbehoeftestudie. oktober 2011, einddocument Desselgem en Beveren-Leie Woningbehoeftestudie oktober 2011, einddocument Colofon Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500 Kortrijk tel +32 56 24 16

Nadere informatie

WUG Ommegang GeCoRo

WUG Ommegang GeCoRo WUG Ommegang GeCoRo 20.09.2016 VOORSTELLING - collectief van inwoners, buren en vrienden - ontstaan naar aanleiding van opmaak verkavelingsplan WUG Ommegang - bezorgd omwille van de grote impact op het

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Opwijk, herziening Gemeente Opwijk

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Opwijk, herziening Gemeente Opwijk Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Opwijk, herziening Gemeente Opwijk Projectnummer: 43-03/26000512 2/183 43-03/26000512 OPDRACHTGEVER Gemeente Opwijk Marktstraat 55 1745 Opwijk Ann Van Damme Rony Willems

Nadere informatie

Conceptnota ontwikkeling reservegebieden

Conceptnota ontwikkeling reservegebieden Conceptnota ontwikkeling reservegebieden DC 2015_ Dit document is bestemd voor DC van 17 juni 2015 Betreft reactie op de conceptnota opgemaakt door de Vlaamse regering die zich uitspreekt over de denkrichting

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP COLOFON Opdracht: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Zelzate Opdrachtgever: Gemeentebestuur Zelzate Grote Markt 1 9060 Zelzate Opdrachthouder: SORESMA

Nadere informatie

1 Algemene inleiding bij de gecoördineerde versie van 2016

1 Algemene inleiding bij de gecoördineerde versie van 2016 GRS SCHOTEN 1 E PARTIËLE HERZIENING - INFORMATIEF GEDEELTE - 1 1 Algemene inleiding bij de gecoördineerde versie van 2016 1.1 Algemeen Waar de menselijke maat verloren raakt, daar kan menselijkheid verloren

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 november 2011

college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 november 2011 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 10 november 2011 Besluit GOEDGEKEURD A-punten stadsontwikkeling Samenstelling De heer Patrick Janssens, burgemeester

Nadere informatie

SumResearch Urban Consultancy

SumResearch Urban Consultancy SumResearch Urban Consultancy GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN LEDE Deel III: bindend deel SumResearch / Ruimtelijk Structuurplan Lede bindend deel - i INHOUD 1. INLEIDING 1 2. PRIORITEITEN OF ACTIES

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan De Pinte Bindende Bepalingen

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan De Pinte Bindende Bepalingen Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan De Pinte Bindende Bepalingen Technum Afdeling Ruimtelijke Planning Leiepark 18 9051 Gent T 09 240 09 11 F 09 240 09 00 INHOUD 1 OPVOLGING, OVERLEG EN SAMENWERKING...

Nadere informatie

Actualisatie en gedeeltelijke herziening. Informatie- en inspraakvergadering

Actualisatie en gedeeltelijke herziening. Informatie- en inspraakvergadering Actualisatie en gedeeltelijke herziening Informatie- en inspraakvergadering Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen? - is geen bestemmingsplan - bevat geen informatie over individuele percelen Ruimtelijk Structuurplan

Nadere informatie

1. Inleiding Bindende selecties van de elementen van de gewenste ruimtelijke structuur Open ruimte-structuur...

1. Inleiding Bindende selecties van de elementen van de gewenste ruimtelijke structuur Open ruimte-structuur... Bindend gedeelte Inhoud 1. Inleiding... 2 1.1. Inhoud en werkwijze van het bindend deel... 2 1.1.1. Decreet op de ruimtelijke ordening (18 mei 1999)... 2 1.1.2. Leeswijzer... 2 1.2. Doorwerking van het

Nadere informatie

Verordening Wonen herziening gr 9 februari 2015

Verordening Wonen herziening gr 9 februari 2015 Verordening Wonen herziening gr 9 februari 2015 Stedenbouwkundige verordening betreffende de differentiatie van woonvormen binnen de stad Dilsen-Stokkem. Deze verordening wordt best samen met de toelichting

Nadere informatie

Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bindend gedeelte Zwalm April 2012

Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bindend gedeelte Zwalm April 2012 Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bindend gedeelte Zwalm April 2012 Studiebureau Adoplan Ruimtelijke Planning en Stedenbouw Milieu en Mobiliteit Opdrachtgever: Gemeentebestuur Zwalm Zuidlaan 36 9630

Nadere informatie

In opdracht van Gemeentebestuur Maldegem. Bindend gedeelte. Studiebureau Vansteelandt bvba

In opdracht van Gemeentebestuur Maldegem. Bindend gedeelte. Studiebureau Vansteelandt bvba Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Maldegem In opdracht van Gemeentebestuur Maldegem Bindend gedeelte december 2005 Studiebureau Vansteelandt bvba Stationsstraat 3a 9810 Eke (Nazareth) tel: 09/243 81

Nadere informatie

Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet. Advies

Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet. Advies Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet Advies Voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en van het decreet betreffende

Nadere informatie

ZELZATE RUP EUROHAL. Procesnota

ZELZATE RUP EUROHAL. Procesnota ZELZATE RUP EUROHAL 01.06.2018 WWW.VENECO.BE I. COLOFON Dit document is een publicatie van Gemeentebestuur Zelzate Grote Markt 1 9060 Zelzate Planid: RUP_43018_214_00006_00001 Versie Datum Omschrijving

Nadere informatie

13/ / Informatief deel

13/ / Informatief deel 13/183 43-03/26000512 DEEL 2 Informatief deel Leeswijzer Het is de bedoeling dat het informatief gedeelte de bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente schetst, met inbegrip van de ruimtelijk relevante

Nadere informatie

Partiële herziening GRS POPERINGE

Partiële herziening GRS POPERINGE Partiële herziening GRS POPERINGE 1 Inhoud van de presentatie Stand van zaken planproces Bevoegdheden Woonstructuur Ruimtelijk-economische structuur Open ruimte en blauwgroene netwerken Toeristisch-recreatieve

Nadere informatie

GEMEENTE SCHOTEN GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE. BE _not_05_bindend_v06

GEMEENTE SCHOTEN GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE. BE _not_05_bindend_v06 GEMEENTE SCHOTEN GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GRS SCHOTEN 1 E PARTIËLE HERZIENING - BINDEND GEDEELTE - I INHOUD: BINDEND GEDEELTE 1. INLEIDING 2 2. BINDENDE BEPALINGEN

Nadere informatie

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE 2014-2019 Vastgesteld bij gemeenteraadsbeslissing van 27 maart 2014 en vervangen bij gemeenteraadsbeslissing

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan. Kluisbergen. Gecoördineerde ontwerpversie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan. Kluisbergen. Gecoördineerde ontwerpversie Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kluisbergen Gecoördineerde ontwerpversie opgemaakt door: TECHNUM nv Afd RUIMTELIJKE PLANNING KORTRIJKSESTEENWEG 1144 A 9051 GENT Tel 09/240.09.11 Fax 09/240.09.00

Nadere informatie

Het bindend sociaal objectief halen na de arresten van het Grondwettelijk Hof kansen en knelpunten. Jeroen Schreurs Tom Nulens Jeroen Van Pottelberge

Het bindend sociaal objectief halen na de arresten van het Grondwettelijk Hof kansen en knelpunten. Jeroen Schreurs Tom Nulens Jeroen Van Pottelberge Het bindend sociaal objectief halen na de arresten van het Grondwettelijk Hof kansen en knelpunten Jeroen Schreurs Tom Nulens Jeroen Van Pottelberge Inleiding en situering Arrest nr. 145/2013 van het Grondwettelijk

Nadere informatie

Aanpak problematiek van de weekendverblijven. Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos

Aanpak problematiek van de weekendverblijven. Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos Inleiding Aanpak problematiek van de weekendverblijven Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos Verdere stappen Vragen? 6 mei 2009 dienst ruimtelijke planning - PRUP Leugenboombos 1

Nadere informatie

Integrale aanpak woonbeleid CASE WAREGELM

Integrale aanpak woonbeleid CASE WAREGELM Integrale aanpak woonbeleid CASE WAREGELM WOONBELEID 1. Visievorming 2. Instrumenten inzetten 3. Projecten 1. Visievorming Eind 2006: woonplan Waregem goedgekeurd Eind 2009: nood aan actualisatie DGP,

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING, VLAAMSE REGERING Besluit van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Openruimtegebieden Beneden-Nete DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse Codex

Nadere informatie

Betreft: GRS leper - herzlening. BIjlagen: GRS + besluit

Betreft: GRS leper - herzlening. BIjlagen: GRS + besluit Ruimtelijke Planning AANGETEKEND Aan het college van burgemeester en schepenen P/A Grote Markt 34 8900 leper Sint-Andries, 08/03/2018 Betreft: GRS leper - herzlening Contactpersoon: Gertjan Lebrun Onze

Nadere informatie

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD PROVINCIE VLAAMS-BRABANT ZITTING van 22 september 2011 Aanwezig : MM. Johan Deleu, raadslid voorzitter; Mevr. Lutgard Van Biesen Van der Borght, burgemeester;

Nadere informatie

INHOUD. Inleiding. 3. Vrijstellingen van activeringsheffing. a. Hoe kan ik een vrijstelling verkrijgen? 4. Meer informatie.

INHOUD. Inleiding. 3. Vrijstellingen van activeringsheffing. a. Hoe kan ik een vrijstelling verkrijgen? 4. Meer informatie. ACTIVERINGSHEFFING INHOUD Inleiding 1. Register van onbebouwde percelen. a. Wanneer is een perceel onbebouwd? b. Zijn er uitzonderingen? C. Begrip eigenaar. d. Hoe wordt een onbebouwd perceel vastgesteld?

Nadere informatie

Gemeente Zoersel Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Groene Vogel

Gemeente Zoersel Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Groene Vogel Gemeente Zoersel Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Groene Vogel Stedenbouwkundige voorschriften Dossier 136 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur Zoersel Januari 2015 Provincie: Gemeente Opdrachtgever:

Nadere informatie

Inzetten op kernversterking basis voor een doordacht ruimtelijk beleid

Inzetten op kernversterking basis voor een doordacht ruimtelijk beleid Inzetten op kernversterking basis voor een doordacht ruimtelijk beleid 17 juni 2015 1-17/06/2015 Bron: www.volkskrant.nl Bron: SVR-projectie 2015 Bron: getty 2-17/06/2015 De druk op de ruimte blijft toenemen

Nadere informatie

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN bvba Advies Ruimtelijke Kwaliteit (bvba ARK) Augustijnenlaan

Nadere informatie

BEPERKTE HERZIENING GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SCHOTEN Informatievergadering. Wat is een (gemeentelijk) ruimtelijk structuurplan?

BEPERKTE HERZIENING GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SCHOTEN Informatievergadering. Wat is een (gemeentelijk) ruimtelijk structuurplan? BEPERKTE HERZIENING GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SCHOTEN Informatievergadering 24 mei 2016 Inhoud Wat is een (gemeentelijk) ruimtelijk structuurplan? Beperkte herziening / actualisatie Procedure

Nadere informatie

Besluit van de Bestendige Deputatie

Besluit van de Bestendige Deputatie ~" Provincie Oost-Vlaanderen. Gemeente Sint-Gillis-Waas 1 8 JAN. 2006 aanwezig André Denys,. gouverneur-voorzitter Marc De Buck, Alexander Vercamer, Ivan Verleyen, Frans Van Gaeveren 3e Directie Dienst33

Nadere informatie

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit

De gemeenteraad. Ontwerpbesluit De gemeenteraad Ontwerpbesluit OPSCHRIFT Vergadering van 25 januari 2016 Besluit nummer: 2016_GR_00029 Onderwerp: Definitieve vaststelling van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP nr. 164 Wonen

Nadere informatie

In bijlage bezorgen wij U de vereiste documenten voor de ontheffingsaanvraag tot opmaak van een planmer.

In bijlage bezorgen wij U de vereiste documenten voor de ontheffingsaanvraag tot opmaak van een planmer. De gemeente Ledegem is gestart met de opmaak van het RUP Vierschaere. In bijlage bezorgen wij U de vereiste documenten voor de ontheffingsaanvraag tot opmaak van een planmer. Geformuleerde adviezen (Provincie

Nadere informatie

VR DOC.0931/2BIS

VR DOC.0931/2BIS VR 2018 2007 DOC.0931/2BIS VR 2018 2007 DOC.0931/2BIS Voorontwerp van decreet tot wijziging van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, wat betreft de ontwikkelingsmogelijkheden voor woonreservegebieden

Nadere informatie

Inhoudstafel INLEIDING...2

Inhoudstafel INLEIDING...2 ontwerp ruimtelijk structuurplan Turnhout Inhoudstabel Inhoudstafel INLEIDING...2 DEEL 1 INFORMATIEF GEDEELTE...8 INLEIDING: ANALYSE VAN DE RUIMTELIJKE CONTEXT...11 HOOFDSTUK I: SITUERING & GESCHIEDENIS...12

Nadere informatie

Herziening GRS Dendermonde

Herziening GRS Dendermonde Herziening GRS Dendermonde Toelichting deelkern Appels 5 december 2011 Openbaar onderzoek 31 oktober tot 29 januari 2011 1 Inleiding Tweede toelichtingsronde Alle opmerkingen zijn bekeken en overwogen

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 26 februari 2016

college van burgemeester en schepenen Zitting van 26 februari 2016 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 26 februari 2016 Besluit A-punt GOEDGEKEURD stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling de heer Bart De Wever, burgemeester

Nadere informatie

Infovergadering woensdag 15 september 2010

Infovergadering woensdag 15 september 2010 Infovergadering woensdag 15 september 2010 RUP Mussenhoeve 1 Overzicht Verwelkoming Koen T Sijen, burgemeester Situering Ria Van Den Heuvel, schepen ruimtelijke ordening Voorstelling RUP Etienne Symens,

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Kustpolders tussen Oudenburg, Jabbeke en Stalhille' DE VLAAMSE REGERING, Gelet

Nadere informatie

GEMEENTE LIERDE RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN BINDEND GEDEELTE

GEMEENTE LIERDE RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN BINDEND GEDEELTE GEMEENTE LIERDE RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN BINDEND GEDEELTE GRS LIERDE BINDEND GEDEELTE I INHOUD 1. VOORSTEL BINDENDE BEPALINGEN 2 1.1. WOON- EN LEEFSTRUCTUUR 2 1.2. RUIMTELIJK-ECONOMISCHE STRUCTUUR 3 1.3.

Nadere informatie

Imagine the result. Woningbehoeftestudie gemeente ESSEN Planperiodes: 2007-2012-2017-2022

Imagine the result. Woningbehoeftestudie gemeente ESSEN Planperiodes: 2007-2012-2017-2022 Imagine the result Woningbehoeftestudie gemeente ESSEN Planperiodes: 2007-2012-2017-2022 Projectnummer 04/005918 Versie D mei 2010 2/68 04/005918 OPDRACHTGEVER Gemeente Essen Heuvelplein 23 2910 ESSEN

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 16 november 2012

college van burgemeester en schepenen Zitting van 16 november 2012 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 16 november 2012 Besluit GOEDGEKEURD A-punten stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling De heer Patrick Janssens,

Nadere informatie

Roeselare - Tielt. 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79)

Roeselare - Tielt. 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79) Roeselare - Tielt 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79) 0180 De gebieden die als "reservegebied voor woonwijken" zijn aangeduid, kunnen op initiatief van de gemeente of de vereniging van gemeenten

Nadere informatie

1801 Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Wingene Ontwerp in functie van de voorlopige vaststelling Bindend gedeelte

1801 Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Wingene Ontwerp in functie van de voorlopige vaststelling Bindend gedeelte 1801 Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Wingene Ontwerp in functie van de voorlopige vaststelling Bindend gedeelte INHOUD 0 Inleiding 2 1 Prioriteiten 2 2 Opmaak masterplannen, landschapsplannen of

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 maart 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Gewestelijk RUP - Beerse, Brecht, Malle, Merksplas,

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING, VLAAMSE REGERING Besluit van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische

Nadere informatie

Provinciale Directie Dienst Ruimtelijke planning en mobiliteit

Provinciale Directie Dienst Ruimtelijke planning en mobiliteit Provinciale Directie Dienst Ruimtelijke planning en mobiliteit ROGS/01-9/PAUKVDV BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 23 september 1997

Nadere informatie

1. Inleiding Bindende selecties van de elementen van de gewenste ruimtelijke structuur...3

1. Inleiding Bindende selecties van de elementen van de gewenste ruimtelijke structuur...3 Bindend gedeelte Inhoud 1. Inleiding...2 1.1. Inhoud en werkwijze van het bindend deel... 2 1.1.1. Decreet op de ruimtelijke ordening (18 mei 1999)... 2 1.1.2. Leeswijzer... 2 1.2. Doorwerking van het

Nadere informatie

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat. september 2011, ontwerp 1

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat. september 2011, ontwerp 1 Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat september 2011, ontwerp 1 Colofon Formele procedure Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500

Nadere informatie