Onderzoek vergelijking nulmetingen en standaardkostenmodellen Arbeids- en publieksveiligheid



Vergelijkbare documenten
Onderzoek administratieve lasten personeels- en veiligheidsregistraties bij verffabrikanten

INHOUD. Voorwoord 3. Hoofdstuk 1 En nu als de wiedeweerga reduceren 5. Hoofdstuk 2 Omissies in beleid 7. Hoofdstuk 3 Ontwikkelingen

ME/MW RL/FvK/2002/ Advies departementale actieprogramma s vermindering administratieve lasten 2002

Samenvatting. 1 Inleiding. 2 Doelstelling en uitgangspunten onderzoek

Administratievelastenmeting. Provincie Gelderland Michel Bloemheuvel, Rob Blank en Stefan Prij 20 mei 2015

Onderwerp: Risico inventarisatie project rwzi Utrecht Nummer: Dit onderwerp wordt geagendeerd ter kennisneming ter consultering ter advisering

Beschrijving van de generieke norm: ISO 27001:2013. Grafimedia en Creatieve Industrie. Versie: augustus 2016

Factsheet administratieve lasten. Onderdeel van de Evaluatie Arbowet 2007/ Beleidsdoorlichting artikel 44 SZW-begroting

Rekenkamercommissie Vallei en Veluwerand

betrokkene: degene over wie persoonsgegevens in de persoonsregistratie zijn opgenomen;

AEP PRIVACYREGLEMENT. Versie 1.0 PRIVACYREGLEMENT. Wassenaarseweg CH Den Haag Kamer van koophandel nummer

Concept-Convenant verlaging caseload gezinsvoogdij. Convenant. 1. De Minister voor Integratie, Jeugdbescherming, Preventie en Reclassering

Communicatieplan Energie- & CO 2

Projectevaluatie. Naleefanalyse brandveiligheid kinderdagverblijven Harold van Uden, medewerker team Stedelijke Bedrijvigheid

Asbestonderzoek bij scheepswerven en treinonderhoudsplaatsen deelproject asbestobjecten Datum 16 mei 2011 Status Definitief

onderzoeksopzet handhaving

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: zwembaden en sauna's. Datum 25 september 2009 Status Definitief

Aan de raad van de gemeente Lingewaard

-S-ff" U^ / J^, i'.r^ CAND OP ' JAN nte Oostzaan. VROM-Inspectie Ministerie van Infrastructuur en tailieu. Datum 6 januari 2011

Gedeputeerde staten, Besluiten vast te stellen de Beleidsregel actieve openbaarheid Zuid-Holland 2017.

Auditstatuut. Systeemtoezicht Wegvervoer

RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: Raadsvergadering van 8 maart 2012 Agendanummer: 10.2

Wat en hoe te meten? Korte handleiding voor het meten van kosten van regeldruk voor bedrijven en burgers

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds handelende in overeenstemming met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Bewerkersovereenkomst Wet bescherming persoonsgegevens

Raad voor Cultuur. Telefax

Controleprotocol subsidies gemeente Alkmaar voor verantwoording subsidies >

Minder en eenvoudiger regels: tòch brandveilig! Drs. Harry Boschloo Ministerie VROM Wonen, Wijken en Integratie

COMMUNICATIEPLAN (PUBLIEKE VERSIE) Communicatie plan CO₂ Prestatieladder (niveau 3)

Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming Continu veiliger

Consultatiedocument Nieuwe Nederlandse Standaard 3001N voor directe opdrachten 21 juli 2016

Controle protocol Stichting De Friesland

Kwaliteitssysteem datamanagement. Meetbaar Beter

4. Bij voorkeur zal de raad van toezicht van Stichting P60 bij de werving van nieuwe toezichthouders buiten het eigen netwerk zoeken.

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

CO2- communicatieplan

Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels. Verslag uitgevoerde activiteiten Datum 13 december 2010 Status Definitief

Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein "Invoerrechten en accijnzen" over de periode

PROCEDURE AUDITS. Inleiding. Werkwijze. Afspraken en rapportage. Afwijkingen en tekortkomingen

Het vervoeren van verontreinigde bodem. We doen het veilig of..?

Overwegende, In aanmerking genomen:

Onderzoeksplan. Onderbesteding in de provincies Gelderland en Overijssel

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden.

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

WERKPROGRAMMA KAPITAAL VERLENGING EUROVERGUNNING

Energiemanagement Actieplan

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Verwerkingsovereenkomst

Inhoud I Begrippen. Probleem Aanpak stock Aanpak flow

PROVINCIAAL BLAD. maar minder dan maar minder dan maar minder dan

Ons kenmerk: Montfoort: oktober 2013 Onderwerp: Nieuwe Drank- en Horecawet Verzonden: Bijlagen: 2

Stappenplan certificering van de MVO Prestatieladder en de CO 2 -Prestatieladder. Datum: Versie: 02

Administratieve Lasten door uitvoering

Procesbeschrijving bij de regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen

Bepalingen over de brandweerzorg, de rampenbestrijding, de crisisbeheersing en de geneeskundige hulpverlening (Wet veiligheidsregio s)

CIOT-bevragingen Proces en rechtmatigheid

Samenwerkingsverbanden en de AVG

ENERGIEMANAGEMENT ACTIEPLAN. 3 oktober 2013

Toelichting. I. Algemeen. 1. Inleiding

Risicomanagement in SWV PO en VO. Bé Keizer (expert passend onderwijs) Rick de Wit (Infinite Financieel)

1.1 Hoe vrijblijvend is de Arbowet?

Bijlage: Transponeringstabel. Omschrijving beleidsruimte

Nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen

Opheffen verbod op het toepassen Nr. RMW-634 van secundaire grondstoffen in integrale milieubeschermingsgebieden Vergadering 16 oktober 1998

Vragenformulier Arbeids- en gezondheidsomstandigheden en milieubescherming EEW Delfzijl BV

Reglement voor de Audit Commissie Stichting WSW

Het Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur wordt als volgt gewijzigd:

CONTROLEPROTOCOL VOOR DE ACCOUNTANTSCONTROLE OP DE JAARREKENING 2016 VAN DE GEMEENTE TEN BOER.

Code of Conduct Gateway Review

Reglement van orde Rekenkamercommissie Westerveld

Gelet op de artikelen 16, 16b, onderdeel c, en 16 c, onderdeel c, van het Besluit bedrijfsvergunning en veiligheidscertificaat hoofdspoorwegen;

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL

Bestuursreglement voor de Nederlandse Uitdaging

Kwaliteitshandboek v1.0 CO 2 -Prestatieladder Roelofs

Communicatieplan. Energie- & CO 2 beleid. Van Gelder Groep

CO2- communicatieplan

Initiatiefvoorstel klankbordgroepen

Plan van aanpak. Project : Let s Drop. Bedrijf : DropCo BV

Inspectierapport 't Zonnetje (KDV) Imstenrade PL Heerlen Registratienummer

Controle protocol. 1 Doelstelling. 2 Eisen en aanwijzingen. 3 Toleranties en gewenste zekerheid

(Voor de EER relevante tekst)

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid

Rekenkamercommissie. Onderzoeksplan subsidiebeleid

Artikel I. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz, enz, enz.

TITEL I OPRICHTING VAN EEN INTERN VERZELFSTANDIGD AGENTSCHAP "INTERNE AUDIT VAN DE VLAAMSE ADMINISTRATIE"

De notitie verantwoording Wet Werk en Bijstand 2004 geeft hiervoor de kaders weer.

PROGRAMMA AANSCHERPING EN VERBETERING MELDCODE EN WERKWIJZE VEILIG THUIS

Bijlage: Transponeringstabel. Omschrijving beleidsruimte

Handhavingsbeleid Wet lokaal spoor. 1. Inleiding

Briefadvies NVWA. 21 januari 2019

Kwaliteitssysteem datamanagement. Meetbaar Beter

Raadsstuk. Onderwerp: 213a verordening Reg.nummer: 2012/469231

VERWERKERSOVEREENKOMST (EENZIJDIG)

4.2 Inzichten in de behoeften en verwachtingen van de belanghebbenden. 4.3 Het toepassingsgebied van het milieumanagementsystee m vaststellen

CO2- communicatieplan

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De terugmeldingsverplichting. Datum 22 mei 2014

Zundertse Regelgeving

Onderwerp : Algemene Subsidieverordening Bergeijk 2016

Grote brand Chemie-Pack: Leren we van ongevallen? Agenda. Het onderzoek. De casus: Wie is Chemie-Pack (filmpje) Wie was Chemie-Pack (nog een filmpje)

Transcriptie:

Onderzoek vergelijking nulmetingen en standaardkostenmodellen Arbeids- en publieksveiligheid Actal Definitief

Onderzoek vergelijking nulmetingen en standaardkostenmodellen Arbeids- en publieksveiligheid Actal Definitief Utrecht, 4 april 2003 E.A.E. Dickmann drs. J.G. van der Tang

Inhoudsopgave 1 Samenvatting 3 2 Inleiding 6 2.1 Achtergrond en doelstelling 6 2.2 Projectorganisatie en -afstemming 7 2.3 Clusteraanpak 8 3 Onderzoek 10 3.1 Projectfasering 10 3.2 Raamwerk onderzoek 11 3.3 Pre-onderzoek 14 3.4 Nader onderzoek 14 3.5 Analyse 15 3.6 Consolidatie 16 4 De onderzoeksresultaten 18 4.1 Kwantitatieve onderzoeksresultaten 18 4.2 Kwalitatieve onderzoeksresultaten 20 4.3 Conclusies en aanbevelingen 32 4.3.1 Administratieve lastenreductie 32 4.3.2 Nulmetingen en standaardkostenmodellen 34 Bijlagen I II III Deelnemers project Groslijst situaties Overzicht onderzoeksresultaten

3 1 Samenvatting Inleiding In 2002 en 2003 vraagt Actal nadrukkelijk de aandacht voor de clusteraanpak, waarmee hij beoogt overlappende gegevensuitvraag en verschillen in begrippen en informatiestromen van verschillende beleidsterreinen in beeld te brengen (te clusteren). Actal meent dat de inzet van actuele nulmetingen en standaardkostenmodellen een voorwaarde is om te komen tot een forse vermindering van de administratieve lastendruk. Actal streeft er dan ook naar dat deze meetinstrumenten bij de clusteraanpak worden ingezet. Actal heeft aan Cap Gemini Ernst & Young (CGE&Y) gevraagd een onderzoek uit te voeren, waarin nulmetingen en standaardkostenmodellen op het terrein van arbeidsveiligheid en publieksveiligheid worden vergeleken. De centrale doelstelling van het onderzoek vergelijking nulmetingen en standaardkostenmodellen arbeids- en publieksveiligheid is tweeledig en kan als volgt worden samengevat: 1. Het zowel kwalitatief als kwantitatief bieden van inzicht in vergelijkbare informatiestromen op het terrein van arbeidsveiligheid en publieksveiligheid. 2. Het absoluut en relatief kwantificeren van de mogelijke reductie van administratieve lasten indien vergelijkbare informatiestromen op het terrein van arbeidsveiligheid en publieksveiligheid gestroomlijnd dan wel vereenvoudigd worden. Onderzoek In eerste instantie zijn de te hanteren definities en uitgangspunten voor het verdere onderzoek in kaart gebracht en heeft een inventarisatie van de te onderzoeken situaties plaatsgevonden. Vervolgens is dit doorvertaald naar prioriteiten voor het onderzoek. Dit heeft geresulteerd in een overzicht van overlappende informatiestromen die in het onderzoek zijn betrokken en een kwantificering van de daaruit voortvloeiende administratieve lasten op basis van reeds uitgevoerde nulmetingen. Hierna heeft een praktijkonderzoek plaatsgevonden door het houden van interviews met een bezoek waarna de gegevens uit de interviews geanalyseerd zijn. Hierbij zijn de administratieve lasten gecategoriseerd naar de mate waarin ze overlap vertonen en zijn suggesties ter stroomlijning in kaart gebracht en gekwantificeerd. De resultaten zijn opgenomen in dit eindrapport. Onderzoeksresultaten De onderzochte situaties en de kwantitatieve onderzoeksresultaten zijn in de onderstaande tabel weergegeven. Volledigheidshalve is vermeld dat met het onderzoek is beoogd aansprekende voorbeelden ter administratieve lastenreductie te inventariseren en te onderzoeken. Het onderzoek heeft zich uitgestrekt over tien, in overleg met Actal gekozen, situaties en heeft geresulteerd in een indicatief overzicht van overlappende informatiestromen en reductiesuggesties binnen de gekozen situaties (en is dus niet uitputtend).

4 Nr. Omschrijving Huidige situatie Gestroomlijnde situatie 1 1 Straling Omschrijving 2 2 Afvalstoffentransport Onderzoek controleapparatuur en APK-keuring 3 Vergunningaanvraag grensoverschrijdend vervoer (VROM en V&W) 4 Melden ritgegevens bij provincie en noteren op de vrachtbrief 5 3 Opslag gevaarlijke stoffen Inspectie door de provincie op bedrijfsvoering alsmede interne audits 6 Melden van vervoer gevaarlijke stoffen over eigen terrein 7 Maandelijkse rapportage omtrent afvalstoffen en jaarverslag 8 Verschillende etiketteringsvoorschriften (drie wetten) Kosten bedrijf Kosten doelgroep Omschrijving à ÃGelijk met APK-keuring uitvoeren onderzoek van het controle-apparatuur à ÃVergunningaanvraag grensoverschrijdend vervoer bij VROM à ÃElektronisch aansluiten van de melding op de vrachtbrief à ÃGebruik van auditresultaten door de provinciale inspectie à ÃCentraliseren van de drie gelijksoortige meldingen à à ÃGebruik van de maandelijkse rapportage in jaarverslag ÃStroomlijnen etiketteringsvoorschriften Kosten bedrijf Kosten doelgroep Reductie (per administratieve verplichting per situatie) P Q PxQ % Er heeft stroomlijning plaatsgevonden doordat de resultaten van stralingsmetingen naar één interdepartementaal orgaan worden verzonden in plaats van naar meerdere. In hoeverre dit heeft geleid tot reductie van de administratieve lasten is niet aan te geven omdat dit geruime tijd geleden heeft plaatsgevonden. à à à 12000 à 5% à à à 385 à 3% à à à 5.000 à 45% à à à 253 à 22% à à à 253 à 67% à à à 253 à 7% à à à 62 à 50% 9 4 Rampen en noodsituaties Brzo is gelijksoortig aan Arbo, Wm en Regeling veiligheidsadviseur 10 5 Voorkoming van Legionella Inspectie op beheersplan / leidingwater. Separaat zwembadwater 11 6 Asbestverwijdering Gelijke metingen uit Asbestverwijderingsbesluit en Arbo 12 Gelijke procedures uit Asbestverwijderingsbesluit en Arbo 13 7 Grootkeuken Decentraal en centraal registreren van meetresultaten 14 8 Mesttransport Meewerken aan zestien inspecties 15 9 Transport bijzondere objecten Vergunning beroepsvervoer bij RDW en incidenteel bij gemeenten 16 Enquête-verplichting bij NIWO en CBS 17 Jaarlijks keuren van hijskranen. Periodiek keuren van hijsmiddelen 18 10 Veiligheid slachthuis Bij aanvraag bouwvergunning toets door RVV en gemeente 19 Dagelijkse controle afvalstromen RVV en kwartaalrapportage VHI à ÃTheoretische reductie à à à 253 à 33% Ã? Tijdens inspectie beheersplan / leidingwater tevens zwembadwater Ãx Ãx x 25% à ÃTheoretische reductie à à à 450 à 0% à ÃTheoretische reductie à à à 200 à 9% Ã? Enkel decentraal registreren van meetresultaten à ÃCombineren van inspecties waardoor drie inspecties resteren à ÃGemeenten aansluiten bij RDW à à à à ÃEnquête-verplichting via NIWO naar CBS ÃTijdens hijskraankeuring tevens hijsmiddelen keuren ÃToetsing bouwvergunning door één instantie ÃGebruik van dagelijkse controle ten behoeve van kwartaalrapportage Ãx Ãx x 17% à à à 1.222 à 50% à à à 450 à 51% à à à 450 à 4% à à à 450 à 70% à à à 29 à 13% à à à 97 à 43% Aanbevelingen ten aanzien van administratieve lastenreductie Gedurende het onderzoek is gebleken dat gebruik maken van nulmetingen en standaardkostenmodellen een geschikte manier is om de clusteraanpak vorm te geven. Met behulp van clusteraanpak is een aantal categorieën van suggesties naar voren gekomen om administratieve lasten te reduceren: Afstemmen van verschillende vergunningaanvragen; Afstemmen van verschillende vormen van toezicht (inspecties en keuringen); Afstemmen van bedrijfsmatige activiteiten op wet- en regelgeving en inspecties; Instellen van een centraal toezichthoudend orgaan; Stroomlijnen van etiketteringvoorschriften en daaraan ten grondslag liggende classificatie.

5 Aanbevelingen ten aanzien van nulmetingen en standaardkostenmodellen Om nulmetingen en standaardkostenmodellen eenvoudiger vergelijkbaar te maken waardoor deze effectiever gebruikt kunnen worden bij de clusteraanpak zijn, op hoofdlijnen, de onderstaande aanbevelingen uit het onderzoek naar voren gekomen: Afstemmen van bestaande standaardkostenmodellen ten aanzien van; o De hoogte van de gebruikte uurtarieven; o De grootte van de doelgroepen; o Het elimineren van handelingen die in diverse standaardkostenmodellen voorkomen; Uitvoeren van resterende nulmetingen op het niveau van de centrale en de decentrale overheid; In de standaardkostenmodellen opgenomen verplichtingen die in het verleden reeds gestroomlijnd zijn en waarbij administratieve lastenreductie in het verleden heeft plaatsgevonden, om deze als voorbeeld voor andere situaties te gebruiken.

6 2 Inleiding 2.1 Achtergrond en doelstelling In november 1998 is door het Kabinet de Commissie Administratieve Lasten (CAL) in het leven geroepen. Haar eindrapport heeft in november 1999 geleid tot grotere aandacht voor administratieve lasten en tot de instelling van een onafhankelijk orgaan voor de toetsing van administratieve lasten: het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal). Actal streeft ernaar een cultuuromslag teweeg te brengen in het denken en doen van de wet- en regelgevers om reductie van administratieve lasten voor het Nederlandse bedrijfsleven te bevorderen. Hiertoe voert Actal een formele toets van de administratieve lasten van voorgenomen wet- en regelgeving uit en denkt mee met de wet- en regelgevers tijdens de voorbereiding van wet- en regelgeving. In 2002 en 2003 vraagt Actal nadrukkelijk de aandacht voor de clusteraanpak, waarmee hij beoogt overlappende gegevensuitvraag en verschillen in begrippen en informatiestromen van verschillende beleidsterreinen in beeld te brengen (te clusteren). Actal meent dat de inzet van actuele nulmetingen en standaardkostenmodellen een voorwaarde is om te komen tot een forse vermindering van de administratieve lastendruk. Actal streeft er dan ook naar dat deze meetinstrumenten bij de clusteraanpak worden ingezet. Actal heeft aan Cap Gemini Ernst & Young (CGE&Y) gevraagd een onderzoek uit te voeren, waarin nulmetingen en standaardkostenmodellen op het terrein van arbeidsveiligheid en publieksveiligheid worden vergeleken. De centrale doelstelling van het onderzoek vergelijking nulmetingen en standaardkostenmodellen arbeids- en publieksveiligheid is tweeledig en kan als volgt worden samengevat: 1. Het zowel kwalitatief als kwantitatief bieden van inzicht in vergelijkbare informatiestromen op het terrein van arbeidsveiligheid en publieksveiligheid. 2. Het absoluut en relatief kwantificeren van de mogelijke reductie van administratieve lasten indien vergelijkbare informatiestromen op het terrein van arbeidsveiligheid en publieksveiligheid gestroomlijnd dan wel vereenvoudigd worden.

7 2.2 Projectorganisatie en -afstemming Het onderzoek is uitgevoerd door CGE&Y in nauw overleg met de projectgroep van Actal. De projectorganisatie is weergegeven in figuur 1. Projectbewaking Uitvoering en afstemming project Projectleider Actal Contractmanager Projectgroep Actal Projectleider CGE&Y Projectteam CGE&Y Figuur 1. Projectorganisatie In bijlage I zijn de leden van de projectgroep van Actal, het projectteam van CGE&Y en de contractmanager weergegeven. Uitvoering en afstemming project Het project is uitgevoerd door CGE&Y. Hierbij heeft regelmatig, tenminste bij afronding en aanvang van iedere projectfase, afstemming plaatsgevonden met de projectgroep van Actal. De projectgroep heeft toegezien op de uitvoering van het project conform het plan van aanpak en de daarbij horende begroting. Tevens heeft de projectgroep suggesties gedaan ten aanzien van de te onderzoeken situaties. Draagvlak Gezien het feit dat Actal met de resultaten van dit onderzoek beoogt, door middel van enige aansprekende voorbeelden, de verschillende departementen ervan te overtuigen dat als gevolg van de clusteraanpak de administratieve lastendruk kan worden gereduceerd, is het van belang dat draagvlak voor het onderzoek en de resultaten in een vroegtijdig stadium is gecreëerd. Dit heeft als volgt plaatsgevonden: Het houden van een tiental interviews met representatieve. Het houden van een interactieve workshop, een ADS, met de administratieve lastencoördinatoren en/of door hen aangewezen beleidsmedewerkers van de ministeries onder wier verantwoordelijkheid de tien situaties vallen en andere betrokkenen.

8 2.3 Clusteraanpak Verschillende departementen leggen via wet- en regelgeving administratieve verplichtingen op aan en particulieren. Ieder departement doet dit vanuit een eigen oogpunt. Zij trachten daarmee zekere risico s te beheersen en te minimaliseren. Voor dit onderzoek zijn in dit verband arbeids- en publieksveiligheid van belang. Uit de opgelegde verplichtingen kunnen, voor zover het betreft, administratieve lasten voortvloeien. Het wetgevingsproces is zodanig ingericht dat ieder departement verantwoordelijk is voor een afgebakend beleidsterrein en daarvoor wet- en regelgeving treft. Als gevolg van de afbakening van de wetgevingsdomeinen kan het voorkomen dat de verschillende verantwoordelijke departementen vanuit verschillende invalshoeken gelijksoortige verplichtingen opleggen aan het bedrijfsleven. De handhaving van wet- en regelgeving en het toezicht op de naleving van deze wet- en regelgeving, is op dezelfde wijze verdeeld tussen de verschillende wetgevingsdomeinen. Hierdoor kunnen gelijksoortige en zelfs overlappende informatiestromen ontstaan. De dubbele administratieve lasten worden daarmee bepaald door 1) de administratieve verplichtingen uit de diverse wet- en regelgeving, die van toepassing is op 2) uit bepaalde doelgroepen en 3) in bepaalde situaties. Bij de clusteraanpak is vanuit de nulmetingen en standaardkostenmodellen nagegaan voor de situaties waarin overlap plaatsvindt, welke handelingen elkaar overlappen. Vervolgens is per situatie bepaald wat de overlappende administratieve lasten per bedrijf en per doelgroep zijn. Dit is schematisch weergegeven in onderstaande figuur 2. Wetgeving Adm. verplichting Situatie AL Bedrijf Cluster Doelgroep Figuur 2. Invalshoeken voor de reductie van administratieve lasten Door het in kaart brengen van deze informatiestromen is inzicht verkregen in vergelijkbare administratieve handelingen die, weliswaar met een ander doel, meermaals door het bedrijfsleven moeten worden uitgevoerd. Door vergelijking van bestaande nulmetingen en standaardkostenmodellen is het mogelijk dit inzicht te verkrijgen. Vervolgens is het mogelijk om suggesties te doen die ertoe leiden dat informatiestromen, die door verschillende departementen worden veroorzaakt, worden vereenvoudigd en/of gestroomlijnd. Hiermee kan de administratieve lastendruk worden gereduceerd. Dit is weergegeven in figuur 3.

9 Kenmerkend voor de clusteraanpak 1 is dat niet vanuit één specifiek ministerie wordt gekeken naar de administratieve verplichtingen uit één wet, maar dat vanuit een bepaald cluster en/of een bepaalde doelgroep wordt gekeken naar de administratieve verplichtingen vanuit de wet- en regelgeving van verschillende ministeries. Hierdoor ontstaat inzicht in situaties waarin sprake is van overlap of raakvlakken en biedt deze aanpak daarmee extra kansen voor lastenreductie, die vanuit één specifiek wetgevingsdomein niet naar voren komen. Overheid Risico s omtrent Administratieve lasten Situatie: Straling VROM Milieu Nulmeting Vergelijkbare informatiestromen 1. Meten van straling binnen de inrichting Ministerie Wetgeving Berichten AL Grootte AL AL per bedrijf doelgroep totaal Sommatie VROM Wm Maandelijks 50 1000 euro 50.000 euro meten Rapporteren 300 euro 50 15.000 euro SZW Werknemer Nulmeting 50 Inspectie 500 euro 25.000 euro 80.000 euro SZW Arbo-besluit Jaarlijks meten 5000 euro 100 500.000 euro 50 Inspectie 500 euro 25.000 euro V&W Vervoer Nulmeting Overlappende informatiestromen 525.000 euro 605.000 euro Meten van straling 2. VROM Wm Wekelijks buiten de inrichting meten 500 euro 50 25.000 euro VWS Volksgezondheid Nulmeting Nulmeting 50 Inspectie 500 euro 25.000 euro 50.500 euro VWS Jaarlijks meten 100 euro 25 2.500 euro 25 Inspectie 500 euro 12.500 euro BZK / Gemeenten Inwoners Nulmeting Nulmeting 15.000 euro 65.500 euro Totaal vergelijkbare informatiestroom voor situatie Straling: 670.500 euro Figuur 3. Vergelijking informatiestromen op basis van nulmetingen en standaardkostenmodellen 1 De clusteraanpak is omschreven in het Advies departementale actieprogramma s vermindering administratieve lasten 2002 van Actal d.d. 1 juli 2002 (DAP-advies 2002).

10 3 Onderzoek 3.1 Projectfasering Om de doelstellingen van het project in een beheersbare opzet te realiseren, is het project in vijf fasen verdeeld. Elke fase is afgerond met een concreet en toetsbaar resultaat. Deze tussenresultaten hebben voor Actal gediend als beslispunten om de projectwerkzaamheden tussentijds te evalueren en gericht aan te sturen. Fase 1 Fase 2 Fase 3 Fase 4 Fase 5 Opstellen raamwerk Uitvoeren pre-onderzoek Uitvoeren nader onderzoek Analyseren onderzoeksgegevens Consolideren onderzoeksresultaten De onderzoeksmethodiek ten behoeve van het onderzoek vergelijking nulmetingen en standaardkostenmodellen arbeids- en publieksveiligheid waarin verschillende informatiestromen worden vergeleken, is weergegeven in figuur 4. Hierin is tevens de relatie tussen de projectfasen schematisch weergegeven. Raamwerk Pre-onderzoek Nader onderzoek Analyse Consolidatie Definities en uitgangspunten Inventarisatie informatiestromen Categorisering Reikwijdte onderzoek Kwantificering informatiestromen Interviews Stroomlijning Bepalen situaties Kwantificering overlap / reductie Afstemmen resultaten Fase 1 Fase 2 Fase 3 Fase 4 Fase 5 Plan van aanpak Overzicht overlappende informatiestromen Tussenrapportage Concept eindrapport Eindrapport Figuur 4. Overzicht projectfasen

11 3.2 Raamwerk onderzoek Definities en uitgangspunten Voor de uitvoering van het onderzoek naar mogelijke lastenreductie is aangesloten bij de definities en uitgangspunten, zoals die in de reeds uitgevoerde nulmetingen zijn gebruikt en zoals die zijn gehanteerd in de EZ-notitie Meten en monitoren. Kader 1. Uitgangspunten en definities De volgende definities en uitgangspunten zijn in overleg met de projectgroep in aansluiting op eerdere administratieve lastenonderzoeken vastgesteld: Administratieve lasten: De kosten om te voldoen aan informatieverplichtingen, voortvloeiend uit wet- en regelgeving van de overheid. Het gaat om het verzamelen, bewerken, registreren, bewaren en ter beschikking stellen van informatie. Bedrijfsleven: Het onderzoek heeft zich beperkt tot het bedrijfsleven binnen Nederland, waarbij het bedrijfsleven als volgt wordt gedefinieerd: de sector conform de definitie van de Nationale Rekeningen van het CBS; dat wil zeggen alle sectoren van de economie met uitzondering van 1) openbaar bestuur en overheidsdiensten, 2) verplichte sociale verzekeringen en 3) onderwijs. Standaardkostenmodel: Bij het berekenen van de administratieve lasten is de werkwijze gebaseerd op de methode die is ontwikkeld in het standaardkostenmodel PeQunia, zoals dat in eerdere onderzoeken door CGE&Y is ontwikkeld en gebruikt. De onderzoeksgegevens zijn afkomstig uit de per december 2002 beschikbare en relevante nulmetingen en standaardkostenmodellen. Volledige naleving: De kosten van de administratieve lasten zijn geraamd op basis van de aanname van volledige naleving van de wetgeving. Dit ondanks het feit dat in de praktijk (een deel van) de wet- en regelgeving door een aantal niet zal worden nageleefd. Indien van toepassing zal kwalitatief worden aangegeven dat, als gevolg van niet-volledige naleving, de administratieve lasten lager zijn. Referentiejaar: Bij de vergelijking en de interviews is 2001 als referentiejaar gebruikt omdat daarvan de gegevens beschikbaar zijn in de meeste, per december 2002 beschikbare nulmetingen en standaardkostenmodellen. Indien een model gegevens uit voorgaande jaren bevat, zijn de meest recente gegevens gebruikt. Indien gegevens uit verschillende jaren in de vergelijking gebruikt zijn en dit voor de vergelijkbaarheid van de gegevens van belang is, is dat kwalitatief toegelicht. Gemengde functies: Een aantal houdt registraties bij op basis van meer redenen dan verplichtingen uit de wet- en regelgeving. In het onderzoek zijn de kosten van dergelijke verplichtingen met gemengde functies in eerste instantie toegerekend aan de wet- en regelgeving. Hierbij is echter kwalitatief aangegeven welk deel van de registratie ook aan andere doeleinden kan worden toegerekend. Overheid: Bij het bepalen van de administratieve lasten zijn zowel de lasten veroorzaakt door de centrale overheid, als lasten veroorzaakt door handhavings- en uitvoeringsinstanties (zoals Arbeidsinspectie en VROMinspectie, keuringsinstanties), meegerekend. Uiteraard voor zover deze administratieve lasten betrekking hebben op de te onderzoeken situatie. Geen aanvullende nulmeting: Tijdens het onderzoek is uitgegaan van juistheid en volledigheid van de reeds uitgevoerde en beschikbare nulmetingen en standaardkostenmodellen en de gegevens die daarin zijn opgenomen. Er is expliciet geen aanvullende meting uitgevoerd. Indien van toepassing, is kwalitatief aangegeven hoe met ontbrekende gegevens is omgegaan.

12 Reikwijdte van het onderzoek De omvang van het onderzoek is in eerste instantie bepaald door de wet- en regelgeving die verplichtingen oplegt in het kader van arbeidsveiligheid en publieksveiligheid. Deze beleidsterreinen vallen onder de verantwoordelijkheid van verschillende overheidsinstellingen. In overleg met de projectgroep is bepaald dat het onderzoek zich richt op de wet- en regelgeving die valt onder de verantwoordelijkheid van de in kader 2 opgenomen overheidsinstellingen. Kader 2. Overheidsinstellingen die in het onderzoek worden betrokken De wet- en regelgeving, vallend onder verantwoordelijkheid van de volgende ministeries, is in het onderzoek betrokken. Dit vanwege het feit dat de onder deze ministeries ressorterende wet- en regelgeving vanuit verschillende invalshoeken administratieve verplichtingen oplegt in het kader van arbeids- en publieksveiligheid. Œ Ministerie van VROM beheersing van milieurisico s Œ Ministerie van V&W beheersing van vervoersrisico s Œ Ministerie van SZW beheersing van risico s voor de werknemer Œ Ministerie van LNV beheersing van risico s voor de omgeving Œ Ministerie van VWS beheersing van risico s voor de volksgezondheid Bepalen van de te onderzoeken situaties In het onderzoek is een tiental situaties geïnventariseerd, waarbij 1) vanuit verschillende overheidsinstellingen administratieve verplichtingen worden opgelegd en 2) één of meerdere toezichthoudende activiteiten een informatiestroom op gang brengen. In eerste instantie zijn twintig situaties geïdentificeerd, mede op basis van het, in opdracht van Actal door CGE&Y uitgevoerde, onderzoek Inventarisatie interdepartementale mogelijkheden voor reductie van administratieve lasten; Cluster Ruimte, Economie en Veiligheid d.d. 13 maart 2002. Deze twintig situaties zijn opgenomen in bijlage II. In overleg met de projectgroep is hieruit een definitieve keuze gemaakt voor een tiental geschikte situaties. De criteria op basis waarvan de keuze voor de tien te onderzoeken situaties is gebaseerd, zijn opgenomen in kader 3.

13 Kader 3. Criteria op basis waarvan situaties zijn bepaald 1. Afbakening onderzoek: of de situaties binnen het kader van het onderzoek vallen, is afhankelijk van: Afbakening departementen: de wetgeving die van toepassing is op de betreffende situatie valt mede onder verantwoordelijkheid van een van de in kader 2 opgenomen departementen. Uitgevoerde nulmeting: voor de betreffende situatie is een nulmeting en een standaardkostenmodel beschikbaar. 2. Haalbaarheid stroomlijning: of reductie van de administratieve lasten haalbaar is, is afhankelijk van: Juridisch mogelijk: het is mogelijk de regelgeving die van toepassing is op de betreffende situatie te beïnvloeden, dan wel te wijzigen (kent dus mede een nationale grondslag). Beleidsmatig wenselijk: de verwachting is dat de betreffende situatie ook daadwerkelijk te stroomlijnen is en dat hiervoor politiek draagvlak bestaat. 3. Wenselijkheid reductie: of stroomlijning wenselijk is, is afhankelijk van: Kwantitatief effect: de verwachting is dat de betreffende situatie een relatief grote lastenreductie teweegbrengt ofwel per bedrijf (P) ofwel dat het van toepassing is op een relatief grote doelgroep (Q). Kwalitatief effect: de situatie is van toepassing op een doelgroep die de overlap als probleem ervaart en daarom behoefte heeft aan verandering en veranderingsgezind is (draagvlak binnen de doelgroep). In overleg met de projectgroep is bepaald de hieronder opgenomen situaties te onderzoeken op overlappende informatiestromen en reductiemogelijkheden voor administratieve lasten. Nr. Titel situatie Omschrijving Situatie met één of meerdere overlappende informatiestromen in het kader van: 1. Straling het veroorzaken van straling binnen en buiten een inrichting (metingen, registraties, inspecties) 2. Afvalstoffentransport het vervoeren van afvalstoffen (registraties, meldingen) 3. Opslag gevaarlijke stoffen het opslaan en bewaren van gevaarlijke stoffen (registraties, inspecties) 4. Rampen en noodsituaties het opstellen van rampenbestrijdings- en noodplannen in vaste inrichtingen 5. Voorkoming van legionella het voorkomen van legionella in openbare inrichtingen (keuringen en inspecties) 6. Asbestverwijdering het verwijderen van asbest (metingen en registraties) 7. Grootkeuken het hebben, houden en gebruiken van gereedschappen (keuringen en inspecties) 8. Mesttransport het transporteren van mest (registraties en vrachtdocumenten) 9. Transport bijzondere objecten het transporteren van bijzondere objecten; "convoi exceptionel" (meldingen en ontheffingen) 10. Veiligheid slachthuis het exploiteren van een slachthuis (keuringen en inspecties)

14 3.3 Pre-onderzoek De inventarisatie heeft zich gericht op het in kaart brengen van vergelijkbare informatiestromen voor de tien vastgestelde situaties die een zekere mate van overlap vertonen. Hiervoor is gebruikgemaakt van een vergelijking van reeds bestaande nulmetingen en standaardkostenmodellen. Voor iedere vergelijkbare informatiestroom is tot op het niveau van berichten en handelingen de hoogte van de administratieve verplichting op micro- (per bedrijf) en macroniveau (het gehele Nederlandse bedrijfsleven) in euro weergegeven. In figuur 5 is een fictief voorbeeld van het resultaat van het preonderzoek voor een situatie weergegeven. In het nader onderzoek is dit tot op een dieper niveau onderzocht. Situatie: Straling Vergelijkbare informatiestromen 1. Meten van straling binnen de inrichting Ministerie Wetgeving Berichten AL Grootte AL per bedrijf doelgroep totaal VROM Wm Maandelijks 1000 euro 50 50.000 euro meten Rapporteren 300 euro 50 15.000 euro AL Sommatie Inspectie 500 euro 50 25.000 euro 80.000 euro SZW Arbo-besluit Jaarlijks 5000 euro 100 500.000 euro meten Inspectie 500 euro 50 25.000 euro 525.000 euro 605.000 euro 2. Meten van straling VROM Wm Wekelijks 500 euro 50 25.000 euro buiten de inrichting meten Inspectie 500 euro 50 25.000 euro 50.500 euro VWS Jaarlijks 100 euro 25 2.500 euro meten Inspectie 500 euro 25 12.500 euro 15.000 euro 65.500 euro Totaal vergelijkbare informatiestroom voor situatie Straling: 670.500 euro Figuur 5. Fictief overzicht overlappende informatiestromen 3.4 Nader onderzoek In het nader onderzoek is bepaald in hoeverre vergelijkbare informatiestromen in de praktijk daadwerkelijk overlap vertonen; i.e. dezelfde gegevens bevatten. Ook is in het nader onderzoek nagegaan op welke wijze stroomlijning van overlappende informatiestromen kan plaatsvinden. Het nader onderzoek is uitgevoerd door het houden van een tiental interviews bij representatieve voor een bepaalde situatie. Uitgangspunt hierbij is geweest te benaderen die met verschillende situaties in aanraking komen.

15 Er heeft tenminste één interview per situatie plaatsgevonden. In beginsel heeft het interview plaatsgevonden bij een respondent uit de betreffende nulmeting, zodat is gewaarborgd dat een bedrijf representatief is voor de betreffende situatie(s). Gedurende het onderzoek is gebleken dat het verminderen van administratieve lasten die vanuit verschillende oogpunten worden opgelegd (clusteraanpak) een aansprekend onderwerp is. Gebleken is namelijk dat het bedrijfsleven bijzonder goed en zeer enthousiast medewerking heeft verleend aan het onderzoek vanwege het feit dat de benaderde graag een bijdrage leveren aan een vervolg op de uitgevoerde nulmeting waaraan ze reeds hebben meegewerkt. Tijdens de interviews hebben de ook nog meermaals aangegeven dat het onderwerp hoog op de agenda staat en dat ze graag suggesties geven om de administratieve lastendruk te reduceren. De die hebben meegewerkt aan het onderzoek zijn opgenomen in bijlage I. Gedurende het interview is voor ieder bericht nagegaan welke handelingen binnen dat bericht overlap vertonen met handelingen van vergelijkbare berichten uit die situatie. Indien gedurende het onderzoek bleek dat nadere informatie voor de specificatie van handelingen noodzakelijk is, is tevens de oorspronkelijke wettekst als informatiebron gebruikt. Tijdens het interview is gebruikgemaakt van het overzicht overlappende informatiestromen, zoals dat in het pré-onderzoek is opgesteld. Ook is het interview gebruikt om draagvlak voor het onderzoek en de onderzoeksresultaten te creëren. Tevens is uit de interviews naar voren gekomen of en in welke mate bepaalde handelingen reeds gestroomlijnd zijn en op welke wijze (verdere) stroomlijning kan plaatsvinden. Voor de tien situaties zijn in totaal negentien reële suggesties ter stroomlijning (administratieve lastenreductie) geïdentificeerd. 3.5 Analyse Bij de analyse zijn per bericht de negentien suggesties ter stroomlijning van de handelingen gekwantificeerd op basis van de reeds uitgevoerde nulmetingen, de bestaande standaardkostenmodellen en de interviewresultaten. Hierbij is per situatie waarbij sprake is van overlap in administratieve handelingen, een inschatting gemaakt van de reductie in administratieve lasten (P). Deze inschatting is gebaseerd op: De administratieve lasten per deelhandeling en de geconstateerde overlap in de nulmetingen; De bevindingen ten aanzien van de gerealiseerde interne afstemming; De suggesties die zijn gedaan om administratieve handelingen te stroomlijnen. Vervolgens is nagegaan in hoeverre de overlappende informatiestromen van toepassing zijn op dezelfde doelgroepen (Q) op basis van de doelgroepinformatie gebruikt uit de nulmetingen en de standaardkostenmodellen. Door de reductie per bedrijf (P) te vermenigvuldigen met het aantal (Q) is een inschatting verkregen van de totale reductie van administratieve lasten voor die specifieke situatie. Hierdoor is inzicht verkregen in de reductiemogelijkheden voor de tien betreffende situaties. In onderstaande figuur 6 is dit schematisch weergegeven.

16 Totale reductie per situatie. Voorbeeld keuring brand- en blustoestellen Overlappende Administratieve handelingen lasten Suggestie Handeling ter stroomlijning Wm 1 3 Handeling Wm 1 Suggestie ter stroomlijning 2 Overlappende Administratieve Overlappende handelingen lasten lastenhandeling handelingen Wm Handeling 2 Wm Administratieve 1Wm 1 lasten Handeling Wm 1 Handeling Wm 1 Handeling Wm 2 Overlappende Handeling Administratieve Wm handelingen Handeling 2lasten Administratieve Suggestie Wm 11 ter stroomlijning lasten 1 Handeling: Handeling Handeling Wm 2 Arbo Administratieve 1 lasten lasten: lasten Wm Handeling 1 Wm 1 Handeling Wm 2 Keuring brand- en blustoestellen Handeling Vb. Handeling 1000 Wm 2euroArbo 1 Administratieve Handeling: Deelhandeling: Overlappende Wm Handeling 2lasten Arbo Administratieve afgifte Wm (deel-)handelingen Wm 1 2certificaat 1Administratieve lasten lasten: lasten Handeling Arbo 1 Administratieve Reductie lasten per bedrijf Gelijke doelgroep Keuring Handeling - en blustoestellen brand Wm 1 Handeling Vb. Handeling 1000 Wm 2euro 2 Arbo 1 Handeling: Handeling Administratieve Arbo 1(P) lasten: (Q) Handeling Deelhandeling: Handeling 1: Inspectie Arbo Administratieve Handeling Wm afgifte 1 2 brand- Administratieve Arbo certificaat lasten 1 en blustoestellen Reductie Administratieve lasten per bedrijf lasten: Reductie Vb. per 100 bedrijf euro Gelijke doelgroep Keuring Gelijke doelgroep Handeling: brand- en Handeling blustoestellen Deelhandeling: controle Handeling Wm Administratieve 2 certificaat Arbo Vb. 11(P) lasten: (Q) Deelhandeling: (P) (Q) Inspectie - en blustoestellen brand afgifte certificaat Handeling Administratieve Arbo 1 Reductie lasten Vb. per 100 bedrijf euro Gelijke doelgroep Deelhandeling: controle certificaat Handeling 2: Handeling Arbo 1 (P) Administratieve lasten: (Q) per bericht Inspectie schipreductie per bedrijf Gelijke Vb. doelgroep Totale reductie (PxQ) Deelhandeling: controle (P) certificaat Overlap (Q) per bedrijf Gelijke per doelgroep bericht (P) (Q) (PxQ) Totale reductie ( Overlap per bedrijf 100 Gelijke euro bericht 1000 Totale reductie (P) (Q) (PxQ) (PxQ) 100 euro 1000 100.000 euro Overlappende deelhandeling: Overlap per bedrijf Gelijke doelgroep Totale reductie controle certificaat (P) (Q) (PxQ) 1000 Handeling 1 Keuring branden blustoestellen Vb. - Overlappende Deelhandeling Vb. - Handeling 2 Inspectie schip Vb.- Figuur 6. Schematische weergave kwantitatieve analyse In het onderzoek is de nadruk gelegd op de mogelijk nog te realiseren reductie. Reductie die in het verleden reeds is behaald (bijvoorbeeld door interne afstemming of door centralisatie van handhavingactiviteiten), is kwalitatief aangegeven. Dit is voorgekomen bij de situatie straling, waarbij het niet mogelijk is gebleken een kwantitatieve schatting te maken. De situatie is in dit rapport opgenomen om als voorbeeld te kunnen dienen voor andere situaties. 3.6 Consolidatie In de consolidatiefase zijn de uiteindelijke onderzoeksresultaten in de totale context van het onderzoek beschouwd. Hiermee is het draagvlak voor de resultaten van het onderzoek vergroot. De consolidatie heeft plaatsgevonden met behulp van een Advanced Development Session (ADS). In samenwerking met enige brancheorganisaties, betrokken overheidsinstellingen en een vertegenwoordiging vanuit de projectgroep zijn de resultaten van de analyse getoetst en is gekomen tot een prioriteitsstelling van de suggesties ter reductie van de administratieve lasten. De deelnemers aan de ADS zijn opgenomen in bijlage I.

17 Voorafgaand aan de ADS is, in overleg met de projectgroep, uit de negentien suggesties ter reductie een selectie gemaakt van de tien belangrijkste suggesties. Deze zijn tijdens de ADS beoordeeld op: Juistheid van de kwantitatieve gegevens. Haalbaarheid van de suggestie; is de suggestie juridisch mogelijk en beleidsmatig wenselijk? Wenselijkheid van de suggestie; is er sprake van voldoende kwantitatief en kwalitatief effect? De tien beoordeelde suggesties zijn: 1. Vergunningaanvraag voor grensoverschrijdend beroepsvervoer via een instantie laten verlopen; 2. Gelijktijdig inspecteren van het beheersplan en het water in verband met legionellabesmetting; 3. Elektronisch aansluiten van de melding van de ritgegevens aan de provincie op de vrachtbrief; 4. Samenvoegen van drie maandelijkse rapportages over vervoer van gevaarlijke stoffen tot één; 5. Afstemmen van verschillende etiketteringvoorschriften; 6. Aansluiten van alle gemeenten bij de RDW ten behoeve van de ontheffing exceptioneel transport; 7. Gelijktijdig uitvoeren van de keuring van controleapparatuur met de APK-keuring bij vrachtwagens; 8. Gebruiken van interne en certificeringsaudits bij provinciale inspecties; 9. Gebruiken van het uitslagregister (registratie afvalstromen) bij de kwartaalrapportage omtrent afval; 10. Samenvoegen dan wel afstemmen van zestien verschillende inspecties bij mesttransporteurs. Op basis van de resultaten van de ADS is het eindrapport bijgesteld. Daarnaast is een samenvatting opgesteld, waarin is aangegeven wat de haalbaarheid en het effect op de administratieve lastenreductie is van de suggesties ter stroomlijning, zoals deze tijdens de ADS door de deelnemers zijn aangegeven.

18 4 De onderzoeksresultaten In dit hoofdstuk zijn de onderzoeksresultaten zowel kwantitatief als kwalitatief weergegeven. Ook is een aantal aanbevelingen gedaan over het gebruik van nulmetingen en standaardkostenmodellen. 4.1 Kwantitatieve onderzoeksresultaten Voor de tien onderzochte situaties is in het pré-onderzoek geïnventariseerd welke overlappende informatiestromen voorkomen in de bestaande nulmetingen en standaardkostenmodellen 2. In het nader onderzoek is vervolgens nagegaan 1) of reeds stroomlijning van deze overlappende informatiestromen heeft plaatsgevonden en 2) of en op welke wijze stroomlijning in de toekomst kan plaatsvinden om de administratieve lasten te reduceren. In de analysefase zijn de resultaten van het peé-onderzoek en het nader onderzoek gecombineerd, hetgeen heeft geleid tot: Voor de tien onderzochte situaties zijn door de geïnterviewde negentien suggesties gedaan tot stroomlijning van overlappende informatiestromen met als gevolg reductie van de administratieve lasten; Voor ieder van deze overlappende informatiestromen en reductiesuggesties is inzicht verkregen in de huidige administratieve lastendruk op micro- (per bedrijf) en macroniveau (gehele doelgroep); Voor ieder van deze overlappende informatiestromen en reductiesuggesties is inzicht verkregen in de administratieve lastendruk na stroomlijning op micro- (per bedrijf) en macroniveau (gehele doelgroep); Voor ieder van deze overlappende informatiestromen en reductiesuggesties is inzicht verkregen in zowel de absolute als relatieve administratieve lastenreductie op micro- (per bedrijf) en macroniveau (gehele doelgroep). Macroniveau betekent in dit verband, de doelgroep vallend binnen de onderzochte situatie. Er is dus geen extrapolatie gemaakt voor geheel Nederland, omdat binnen de kaders van het onderzoek niet is vast te stellen of en in hoeverre andere doelgroepen te maken hebben met exact dezelfde overlappende informatiestromen. Volledigheidshalve is vermeld dat met het onderzoek is beoogd aansprekende voorbeelden ter administratieve lastenreductie te inventariseren en te onderzoeken. Het onderzoek beperkt zich daarmee tot: De tien, in overleg met de opdrachtgever gekozen situaties; Een indicatief overzicht van overlappende informatiestromen en reductiesuggesties binnen de gekozen situaties (en dus geen uitputtend overzicht). In onderstaande tabel 1 is een samenvatting opgenomen van de kwantitatieve onderzoeksresultaten. Een uitgebreid overzicht van de onderzoeksresultaten is opgenomen in bijlage III van het rapport. In de volgende paragraaf is per situatie een korte toelichting op de resultaten gegeven. 2 Er bestaan reeds vele nulmetingen op het niveau van de centrale overheid, doch nog niet voor alle wet- en regelgeving is een nulmeting uitgevoerd. Op het niveau van decentrale overheden zijn tot op heden geen nulmetingen uitgevoerd.

19 Nr. Omschrijving Huidige situatie Gestroomlijnde situatie 1 1 Straling Omschrijving 2 2Afvalstoffentransport Onderzoek controleapparatuur en APK-keuring 3 Vergunningaanvraag grensoverschrijdend vervoer (VROM en V&W) 4 Melden ritgegevens bij provincie en noteren op de vrachtbrief 5 3 Opslag gevaarlijke stoffen Inspectie door de provincie op bedrijfsvoering alsmede interne audits 6 Melden van vervoer gevaarlijke stoffen over eigen terrein 7 Maandelijkse rapportage omtrent afvalstoffen en jaarverslag 8 Verschillende etiketteringsvoorschriften (drie wetten) Kosten bedrijf Kosten doelgroep Omschrijving à ÃGelijk met APK-keuring uitvoeren onderzoek van het controle-apparatuur à ÃVergunningaanvraag grensoverschrijdend vervoer bij VROM à ÃElektronisch aansluiten van de melding op de vrachtbrief à ÃGebruik van auditresultaten door de provinciale inspectie à ÃCentraliseren van de drie gelijksoortige meldingen à à ÃGebruik van de maandelijkse rapportage in jaarverslag ÃStroomlijnen etiketteringsvoorschriften Kosten bedrijf Kosten doelgroep Reductie (per administratieve verplichting per situatie) P Q PxQ % Er heeft stroomlijning plaatsgevonden doordat de resultaten van stralingsmetingen naar één interdepartementaal orgaan worden verzonden in plaats van naar meerdere. In hoeverre dit heeft geleid tot reductie van de administratieve lasten is niet aan te geven omdat dit geruime tijd geleden heeft plaatsgevonden. à à à 12000 à 5% à à à 385 à 3% à à à 5.000 à 45% à à à 253 à 22% à à à 253 à 67% à à à 253 à 7% à à à 62 à 50% 9 4 Rampen en noodsituaties Brzo is gelijksoortig aan Arbo, Wm en Regeling veiligheidsadviseur 10 5 Voorkoming van Legionella Inspectie op beheersplan / leidingwater. Separaat zwembadwater 11 6 Asbestverwijdering Gelijke metingen uit Asbestverwijderingsbesluit en Arbo 12 Gelijke procedures uit Asbestverwijderingsbesluit en Arbo 13 7 Grootkeuken Decentraal en centraal registreren van meetresultaten 14 8 Mesttransport Meewerken aan zestien inspecties 15 9 Transport bijzondere objecten Vergunning beroepsvervoer bij RDW en incidenteel bij gemeenten 16 Enquête-verplichting bij NIWO en CBS 17 Jaarlijks keuren van hijskranen. Periodiek keuren van hijsmiddelen 18 10 Veiligheid slachthuis Bij aanvraag bouwvergunning toets door RVV en gemeente 19 Dagelijkse controle afvalstromen RVV en kwartaalrapportage VHI à ÃTheoretische reductie à à à 253 à 33% Ã? Tijdens inspectie beheersplan / leidingwater tevens zwembadwater Ãx Ãx x 25% à ÃTheoretische reductie à à à 450 à 0% à ÃTheoretische reductie à à à 200 à 9% Ã? Enkel decentraal registreren van meetresultaten à ÃCombineren van inspecties waardoor drie inspecties resteren à ÃGemeenten aansluiten bij RDW à à à à ÃEnquête-verplichting via NIWO naar CBS ÃTijdens hijskraankeuring tevens hijsmiddelen keuren ÃToetsing bouwvergunning door één instantie ÃGebruik van dagelijkse controle ten behoeve van kwartaalrapportage Ãx Ãx x 17% à à à 1.222 à 50% à à à 450 à 51% à à à 450 à 4% à à à 450 à 70% à à à 29 à 13% à à à 97 à 43% Tabel 1. Samenvatting kwantitatieve onderzoeksresultaten Deze reductiesuggesties zijn in categorieën ingedeeld op basis van een reële inschatting van de mate waarin de overlappende handelingen gelijk zijn: Categorie I: minder dan een kwart van de handelingen is gelijk; Categorie II: een kwart tot de helft van de handelingen is gelijk; Categorie III: de helft tot driekwart van de handelingen is gelijk; Categorie IV: meer dan driekwart van de handelingen is gelijk. Categorie I bevat negen van de negentien reductiesuggesties; voor deze negen kan dus een administratieve lastenreductie worden behaald van minder dan 25% van de huidige administratieve lastendruk.

20 De categorieën II en III bevatten tevens negen reductiesuggesties; hiervoor kan een administratieve lastenreductie van meer dan 25% van de huidige administratieve lastendruk worden behaald. Opgemerkt hierbij is dat de kabinetsdoelstelling 25% reductie van de administratieve lasten bedraagt. De reductiesuggesties uit categorie III (de helft tot driekwart van de handelingen is gelijk) bevatten met name voorstellen die zich richten op het hergebruiken van verstrekte gegevens, waarbij meerdere instantie gebruikmaken van reeds bekende (en verstrekte) gegevens. 4.2 Kwalitatieve onderzoeksresultaten Situatie 1 Straling De situatie straling heeft betrekking op overlappende informatiestromen in het kader van het veroorzaken van radioactieve straling binnen en buiten een inrichting. De situatie heeft zich in het onderzoek toegespitst op overlappende informatiestromen als gevolg van wettelijk verplichte registraties en inspecties. Gedurende het onderzoek is aangegeven dat in het verleden, voor 1992, reeds stroomlijning heeft plaatsgevonden op initiatief vanuit de branche. Deze situatie kan als voorbeeld dienen voor andere branches en situaties. De stroomlijning is tot stand gekomen door de resultaten van stralingsmetingen (radioactieve stoffen) naar één interdepartementaal orgaan te zenden in plaats van naar meerdere. Ook heeft reeds stroomlijning plaatsgevonden bij de invoering van het ADR (internationaal verdrag betreffende vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg) die van hoger niveau is dan nationale wet- en regelgeving. Hier is wetgeving omtrent het transport van radioactieve stoffen centraal en uniform opgenomen. In hoeverre bovenstaande heeft geleid tot reductie van de administratieve lasten is niet aan te geven vanwege het feit dat bedoelde stroomlijning geruime tijd geleden heeft plaatsgevonden en hieromtrent op dit moment bij de geïnterviewde geen informatie meer beschikbaar dan wel kennis, aanwezig, is.

21 Situatie 2 Afvalstoffentransport De situatie afvalstoffentransport heeft betrekking op overlappende informatiestromen in het kader van het vervoeren van afvalstoffen. De situatie spitst zich toe op overlappende informatiestromen als gevolg van wettelijk verplichte registraties en meldingen. Gedurende het onderzoek zijn de in onderstaande tabel opgenomen suggesties gedaan om overlappende informatiestromen te stroomlijnen. Suggestie 1 Situatie afvalstoffentransport Omschrijving huidige situatie Omschrijving stroomlijning Bij vrachtwagens dient eens per twee jaar de controleapparatuur te worden onderzocht. Tevens dient eens per de controle-apparatuur uit te voeren gedurende de APK- Stroomlijning kan plaatsvinden door het onderzoek van drie jaar een APK-keuring te worden uitgevoerd. Dit keuring, waardoor geen extra tijd aan het onderzoek hoeft vindt plaats door dezelfde instantie. te worden besteed. Reductie Instanties ÃSHUÃYUDFKWZDJHQ SZW 12.000 vrachtwagens met transport gevaarlijke stoffen V&W ÃWRWDDO Inspectie Haalbaar Wenselijk Ja, het lijkt op korte termijn te realiseren. Ja, het kan namelijk een relatief groot bedrag bedragen. Opmerking De administratieve lastenreductie in deze situatie bevat het reduceren van de onderzoekstijd. De reductie is in feite groter, omdat naast de onderzoekstijd, ook de aan- en afrijdtijd wordt gereduceerd. Deze situatie heeft betrekking op 12.000 vrachtwagens die afvalstoffen transporteren. De reductiesuggestie zou betrekking kunnen hebben op een grotere doelgroep, namelijk alle beroepsvervoerders met tachografen in Nederland. Binnen de kaders van het onderzoek heeft echter geen extrapolatie voor geheel Nederland plaatsgevonden. Suggestie 2 Situatie afvalstoffentransport Omschrijving huidige situatie Afvalstoftransportondernemingen dienen een vergunning aan te vragen voor grensoverschrijdend beroepsvervoer bij V&W en bij VROM. Reductie ÃSHUÃEHGULMI 385 transporteurs van afvalstoffen ÃWRWDDO Haalbaar Ja, het lijkt op korte termijn te realiseren. Omschrijving stroomlijning Stroomlijning kan plaatsvinden door de twee vergunningaanvragen samen te voegen tot één vergunningaanvraag bij VROM, omdat deze gebaseerd is op een internationale verplichting (internationaal EVOAverdrag). De verplichting naar V&W toe verdwijnt hiermee. Suggestie zou zijn dat VROM een kopie van de vergunning verstuurt aan V&W ter informatie. Instanties V&W VROM Wenselijk Ja, doch geen hoge prioriteit, omdat het relatief weinig extra inspanning vergt van de betrokken.

22 Suggestie 3 Situatie afvalstoffentransport Omschrijving huidige situatie Voor vervoerders van afvalstoffen bestaat de verplichting ritgegevens te melden bij de provincie. Dit gebeurt geheel elektronisch. Voorts bestaat de verplichting ritgegevens te noteren op de vrachtbrief en deze gedurende de rit voorhanden te hebben. Reductie ÃSHUÃULW 5.000 ritten met gevaarlijke stoffen ÃWRWDDO Haalbaar Ja, maar zal enige inspanning vergen en het kan hoge kosten met zich meebrengen. Omschrijving stroomlijning Stroomlijning kan plaatsvinden door de provinciale verplichting (output) en de vrachtbrief (input) op elkaar af te stemmen, zodat na invoering van de ritgegevens de vrachtbrief alleen nog geprint hoeft te worden in plaats van het huidige "overschrijven". Hiermee is tevens gewaarborgd dat de in- en outputgegevens gelijk zijn, hetgeen een en ander. eenvoudiger te handhaven maakt. Instanties Provincies V&W Wenselijk Ja, het heeft hoge prioriteit omdat handelingen die dubbel plaatsvinden tot grote ergernis kunnen leiden en het zou om een relatief groot bedrag kunnen gaan. Opmerking: Deze situatie heeft betrekking op 5.000 ritten met gevaarlijke stoffen. De reductiesuggestie zou betrekking kunnen hebben op een grotere doelgroep, namelijk alle ritten met vrachtwagens in Nederland. Binnen de kaders van het onderzoek heeft echter geen extrapolatie voor geheel Nederland plaatsgevonden.

23 Situatie 3 Opslag gevaarlijke stoffen De situatie opslag gevaarlijke stoffen heeft betrekking op overlappende informatiestromen in het kader van het opslaan en bewaren van gevaarlijke stoffen. De situatie spitst zich toe op overlappende informatiestromen als gevolg van wettelijk verplichte registraties en inspecties. Gedurende het onderzoek zijn de in onderstaande tabel opgenomen suggesties gedaan om overlappende informatiestromen te stroomlijnen. Suggestie 1 Situatie opslag gevaarlijke stoffen Omschrijving huidige situatie Omschrijving stroomlijning De provincie voert vier keer per jaar een inspectie op Stroomlijning kan plaatsvinden door de resultaten van de naleving van onder andere het Besluit risico s en zware interne toetsingen te verstrekken aan de handhaver. Op ongevallen (Brzo) uit (de beheersing van de bedrijfsvoering). Deze bedrijfsvoering wordt door de organisatie zelf besluiten (na correcte implementatie van de systematiek) basis van deze toetsingsresultaten kan de inspectie ook, niet verplicht, getoetst via certificerings- en interne de inspectie terug te brengen tot één keer per jaar. audits op het gebied van kwaliteit-, arbo- en milieumanagement. Reductie Instanties ÃSHUÃEHGULMI Provincies (Provinciaal overleg) 253 BZK ÃWRWDDO SZW VROM Haalbaar Wenselijk Ja, maar het zal veel inspanning en wederzijds vertrouwen vergen om te implementeren. het voor vele situaties kan gelden. Ja, het kan namelijk een relatief groot bedrag zijn omdat Opmerking: Deze situatie heeft betrekking op 253. Het zou betrekking kunnen hebben op een grotere doelgroep, namelijk alle waarbij het gebruikelijk is een kwaliteitssysteem te hebben. Binnen de kaders van het onderzoek heeft echter geen extrapolatie voor geheel Nederland plaatsgevonden. Suggestie 2 Situatie opslag gevaarlijke stoffen Omschrijving huidige situatie De rapportage van het vervoer van gevaarlijke stoffen op eigen terrein dient maandelijks te worden verstrekt aan drie instanties. Reductie ÃSHUÃEHGULMI 253 ÃWRWDDO Haalbaar Ja, op relatief korte termijn. Omschrijving stroomlijning Stroomlijning kan plaatsvinden door de rapportage aan één instantie toe te zenden, die vervolgens voor de communicatie naar de andere instantie zorgdraagt. Instanties Provincies Zelfstandige bestuursorganen (ZBO s) Wenselijk Ja, het zou zelfs op een dergelijk wijze moeten plaatsvinden. Opmerking: Deze situatie heeft betrekking op administratieve lasten die worden opgelegd vanuit een ZBO. Hiervoor heeft geen nulmeting plaatsgevonden. De onderzoeksresultaten zijn derhalve gebaseerd op een interview.