Basisregistratie ondergrond (BRO) Uitgiftehandboek



Vergelijkbare documenten
Basisregistratie ondergrond (BRO) Uitgiftehandboek

Basisregistratie ondergrond (BRO) Innamehandboek

Basisregistratie ondergrond (BRO) Innamehandboek

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Uitgiftehandboek

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Een handreiking voor conversie

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Een handreiking voor conversie

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Uitgiftehandboek

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Catalogus

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Catalogus

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Koppelvlakbeschrijving

Basisregistratie Ondergrond

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Een handreiking voor conversie

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Handleiding voor aansluiten op webservices. Datum 13 januari 2017 Status Versie 1.0

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Handleiding voor innameloket Geotechnisch Sondeeronderzoek. Datum 4 juli 2017 Status Versie 1.0

13: Inloop Pauze Afsluiting

Aandachtspunten en vragen en antwoorden LO Aandachtspunten met betrekking tot nationaliteitsgegevens

Basisregistratie Ondergrond

Functionaliteit: lvwoz-processor 1. In deze versie worden de opentunnel.extra eigenschappen van berichten correct geretourneerd naar OpenTunnel.

AFO 142 Titel Aanwinsten Geschiedenis

Basisregistratie Ondergrond, BRO

Gegevenscatalogus Basisregistratie Ondergrond (BRO) Deelcatalogus GEOTECHNISCHE SONDERINGEN

Functioneel ontwerp. Regisseur

0.1 LVBAG Bevragen Productbeschrijving. versie 1.0. Datum. 10 augustus Document versie. 1.0 ConceptICT Services Keten RZDirectie IT

Juliana van Stolberglaan CA Den Haag Postbus AC Den Haag [Handleiding Generieke interface Energielabels.

Functionele en technische meldingen

Handleiding Portaal. Digipoort. Versie Datum 25 januari 2012

StUF XML schemavalidatie minimale eis aan software Proces & Voorwaarden

Gebruikershandleiding Digimelding voor bronhouders BAG

Beheervoorziening BSN - Use Case Specificatie 16: Toets of nummer een BSN is

BRO GMW Ketentest vragen

Gebruikershandleiding

2BA Deeplink Gebruiksbeschrijving

Gegevenscatalogus Basisregistratie Ondergrond (BRO) Algemene catalogus

In samenwerking met de Expertgroep BCM

Handleiding autorisatie Zaken Doen DUO.nl Versie voor beheerders

Checklist testen Lopende zaken MijnOverheid. Versie 1.1

Technische documentatie Tellerstand dienst (OKR) AFS 6.1

Generieke interface energielabels

Handleiding Groenhuysenpas

Beheervoorziening BSN - Overzicht functionaliteiten

Handreiking Digipoort X400, SMTP, POP3 en FTP Bedrijven

Handleiding voor aansluiten op Digilevering

Basisregistratie Ondergrond, BRO

Gebruikershandleiding Digimelding BALI - HR

Handreiking Digipoort SMTP, POP3 en FTP Overheden

FOUTAFHANDELINGEN TIJDENS HET AANLEVEREN VAN BESTANDEN VOOR KNOOPPUNTDIENSTEN WMO EN JW

Processen en juridische aspecten LV WOZ

Impactanalyse Samenwerkende Catalogi 4.0. Wat zijn de wijzigingen met de komst van SC 4.0 ten opzichte van SC 2.1

Technische Handleiding. ideal

Gebruikers Handleiding voor instellingen die gebruik maken van. Nabij Patiënt Testen. Met web applicatie Tropaz 2.0

Handleiding. Koppelen mede-uitvoerder(s) aan perceelgebonden machtiging

In samenwerking met de Expertgroep BCM

1. Inhoudsopgave Vooraf Stap 1: Functie aanvragen Stap 2: Certificaat installeren Stap 3: URL registreren...

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Catalogus

IBAN API. Simpel & krachtig. Documentatie : IBAN REST API Versie : 1.0 DE BETAALFABRIEK

Functioneel ontwerp. Omgevingsloket online. Koppeling met BAG

Basisregistratie Ondergrond (BRO) Van Peilbuis Tot Portal (VPTP) Hans van der Meij. Geologische Dienst Nederland, TNO

WHOIS-beleid.eu-domeinnamen v.1.0. WHOIS-beleid.eu-domeinnamen

Aanvragen en gebruik Overheids IdentificatieNummer (OIN)

Beheervoorziening BSN - Use Case Specificatie 21: Registreren opgewaardeerd SoFi-nummer

Topicus Jeugdzorg VVE- UP. Functionele beschrijving

Procesbeschrijving Punch out aansluiting DigiInkoop

BAG Beheerauditrapportage

Technische documentatie Overdracht bedrijfsvoorraad B2B AFS 6.2

Terugmelden in Verbeterdekaart.nl

GEBRUIKERSHANDLEIDING BESTANDSKOPPELING OVERGANGSRECHT KINDREGELINGEN. Versie 1.0 Datum Augustus 2014 Communicatie Inlichtingenbureau

Functioneel ontwerp. Omgevingsloket online. Koppeling met GBA

Versie Juni Voorlopige Handreiking iwmo van de gemeente Den Haag

Bijlage 1-Procedure voor de implementatie van het AGR-GPS systeem PROCEDURE VOOR DE IMPLEMENTATIE VAN HET AGR-GPS SYSTEEM

Excellerend Kwartaaltip

Jaarboek 2012 Handhaving. Handhaving

Handleiding Digipoort Portaal

Handleiding dashboard. 3WA SaaS platform

KUC071 Uitgifte reisdocument

BESCHRIJVING ROLSTOELEN STANDAARD

AFO Leveranciers

Gebruikershandleiding Digikoppeling Serviceregister

Protocol: omgaan met productcodelijstwijzigingen en de informatie-uitwisseling in iwmo en ijw

Draaiboek Invoering Basisregistratie Personen l Afnemers

Start BRO-systeem Grondwatermonitoringput per 4 juli 2017

Beheervoorziening BSN - Use Case Specificatie 28: Ophalen nummergegevens

Handleiding zelfstandig ondernemers Afbouw en Natuursteen

0.1 Verdieping BAG Bevragen. versie 0.1. Datum. 1 juli Document versie. 0.1 ConceptICT Services Keten RZDirectie IT

AFO Beheer rekeningen

Arbeidsongeschikt. En dan? Klantbrochure

Verkoop- en leveringsvoorwaarden WashWallet

Functionele Dataservice Beschrijving

Gebruikershandleiding Nabij Patiënt Testen. Met webapplicatie Tropaz 2.0

Beheervoorziening BSN - Use Case Specificatie 33: Stellen Bulkvraag

Privacyverklaring ViopTo

ALL-CRM Gebruikershandleiding AC-DataCumulator

HANDLEIDING KWALITEITSCONTROLE DATA-UITWISSELING NT2

Aansluit handleiding Omgevingsloket online. Webservices INREGELOMGEVING (INR) Directie Concern Informatievoorziening

Informatieobjecten zijn systematisch beschreven

Martijn Klomp Kadaster. Martijn Odijk IenM. Workshop BAG 2.0 GGB-regiobijeenkomst

HANDLEIDING CALLMENOW. Datum: augustus 2009 Versie: 1.1

September 2018 Versie 2.0

CONTRACTMANAGEMENT VAN WET NAAR CONTRACT

Checklist Testen Berichtenbox - MijnOverheid

Een inleiding in de Unified Modeling Language 79

Transcriptie:

Basisregistratie ondergrond (BRO) Uitgiftehandboek Geotechnisch sondeeronderzoek Datum 1 juni 2015 Versie 0.8

Colofon Bestuurskern Dir. Ruimtelijke Ontwikkeling Plesmanweg 1-6 Den Haag Algemeen contact Programmabureau BRO Directoraat-Generaal Ruimte en Water bro@minienm.nl Versie 0.8 Auteur TNO Geologische Dienst Nederland

Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 1.1 Doel en doelgroep uitgiftehandboek... 5 1.2 Samenhang met andere documentatie... 5 1.3 Leeswijzer... 7 1.4 Versiehistorie... 7 1.5 Contactinformatie... 7 2 Uitgifte van gegevens... 8 2.1 Twee manieren van uitgifte... 8 2.2 DINOloket of de uitgiftewebservice... 8 2.3 Uitgifte via de webservice... 10 3 Opvragen van geotechnisch sondeeronderzoek via de webservice... 12 3.1 Het formuleren van een verzoek... 12 3.2 Een verzoek tot levering van de kengegevens van geotechnische sondeeronderzoeken... 13 3.3 De berichten... 14 3.3.1 Het verzoek tot levering... 14 3.3.2 Toegang geweigerd... 15 3.3.3 Bericht van afwijzing... 15 3.3.4 Bericht van levering... 16 3.4 Een verzoek tot levering van de gegevens van een geotechnisch sondeeronderzoek... 18 3.5 De berichten... 19 3.5.1 Het verzoek tot levering... 19 3.5.2 Toegang geweigerd... 19 3.5.3 Bericht van afwijzing... 19 3.5.4 Bericht van levering... 19 4 Opvragen van geotechnisch sondeeronderzoek via het DINOloket... 21 5 Specificatie van de berichtgegevens bij uitgifte via de webservice... 22 5.1 Inleiding... 22 5.2 Attributen en entiteiten... 22 Pagina 4 van 29

1 Inleiding 1.1 Doel en doelgroep uitgiftehandboek In de basisregistratie ondergrond (BRO) wordt een aantal typen gegevens geregistreerd, de registratieobjecten. Een van de registratieobjecten is geotechnisch sondeeronderzoek. Het uitgiftehandboek richt zich op de partijen die geotechnisch sondeeronderzoek van de BRO willen opvragen en beschrijft hoe het proces van gegevensuitgifte globaal verloopt. Het doel is de afnemers van gegevens, de data-afnemers, in algemeen begrijpelijke bewoordingen inzicht te geven in de stappen die in dit proces worden doorlopen, in de begrippenwereld die wordt gehanteerd, in de vormen van controle en in de berichten die tussen de afnemer en de registerbeheerder worden uitgewisseld. 1.2 Samenhang met andere documentatie Voor ieder registratieobject in de BRO worden de volgende beschrijvende documenten opgesteld: een catalogus, de handboeken voor inname en uitgifte; de koppelvlakbeschrijvingen voor inname en uitgifte. In de catalogus staan de definities van alle entiteiten en attributen van het registratieobject beschreven. Tevens zijn hierin een beschrijving van de kardinaliteit (het aantal keer dat de entiteit of het attribuut voorkomt), regels voor het gebruik en de waardes die toegestaan zijn voor de attributen te vinden. Tot slot wordt de samenhang tussen de entiteiten beschreven. De catalogus beschrijft dus de inhoud van de BRO en vormt de basis voor de andere beschrijvende documenten. Een handboek voor inname of uitgifte beschrijft het proces dat bij inname of uitgifte van gegevens wordt doorlopen. Alle registratieobjecten kunnen aangeboden worden via webservices, bepaalde registratieobjecten kunnen ook aangeboden worden via het innameloket. Bij uitgifte is het anders en kan de afnemer voor alle objecten kiezen tussen webservices of DINOloket. In een handboek worden ook de gegevens gedefinieerd die betrekking hebben op het proces van inname of uitgifte. Om te Pagina 5 van 29

zien wat er aangeleverd moet worden of wat er uitgeleverd kan worden, heeft men de catalogus nodig. De koppelvlakbeschrijvingen zijn geschreven voor softwareontwikkelaars en zijn bedoeld voor de partijen die de webservices gaan gebruiken. Op basis van de twee vorige typen documenten staat hierin beschreven hoe het registratieobject en de processen van inname of uitgifte worden vertaald naar het technische koppelvlak dat is gerealiseerd door middel van webservices. De koppelvlakbeschrijving gaat dus in op de technische kant van de overdracht van gegevens. Voor geotechnisch sondeeronderzoek is er nog een bijzonder document, de handreiking voor conversie. In die handreiking wordt inzichtelijk gemaakt hoe de informatie uit het GEF-CPT formaat naar IMBRO-XML moet worden omgezet. Het GEF formaat is de thans in het werkveld gebruikte standaard voor uitwisseling, en IMBRO-XML is het formaat dat de BRO vraagt. Deze documenten hangen samen zoals hieronder afgebeeld. Dataleveranciers Data-afnemers Handreiking conversie GEF-CPT Report naar IMBRO-XML Gegevensdefinitie registratieobject Catalogus voor BRO Geotechnisch Sondeeronderzoek Beschrijving transacties Innamehandboek voor BRO Geotechnisch Sondeeronderzoek Uitgiftehandboek voor BRO Geotechnisch Sondeeronderzoek Beschrijving technische realisatie Koppelvlakbeschrijving CPT Innamewebservice Koppelvlakbeschrijving CPT Uitgiftewebservice Figuur 1: Samenhang tussen documentatie Pagina 6 van 29

1.3 Leeswijzer Hoofdstuk 1 geeft het doel en de doelgroep, de samenhang met andere documenten en de versiehistorie van dit uitgiftehandboek. Hoofdstuk 2 geeft een inleiding op de uitgifte van geotechnisch sondeeronderzoek. Hierbij wordt ingegaan op de keuzen die een data-afnemer moet maken als hij gegevens wil opvragen. Hoofdstuk 3 legt uit hoe het opvragen van gegevens via de webservice verloopt. Het hoofdstuk vertelt welke gegevens een data-afnemer moet meesturen met zijn verzoek en welke gegevens hij terug kan verwachten als antwoord. Hoofdstuk 4 legt globaal uit hoe het opvragen via DINOloket verloopt. Hoofdstuk 5 geeft een specificatie van de gegevens die nodig zijn om de uitgifte via de webservice goed te laten verlopen. 1.4 Versiehistorie Versie Datum Omschrijving 0.8 1 juni 2015 Versie t.b.v. ketentest uitgiftewebservice 1.5 Contactinformatie Voor vragen, suggesties of opmerkingen kunt u via info@dinoloket.nl contact opnemen met de servicedesk van de Basisregistratie ondergrond (BRO). Pagina 7 van 29

2 Uitgifte van gegevens 2.1 Twee manieren van uitgifte Iedereen mag gegevens opvragen uit de registratie ondergrond en men heeft daarbij de keuze uit twee mogelijkheden, via DINOloket of via een uitgiftewebservice. De verschillen tussen de twee zijn groot en wat de gebruiker kiest hangt af van de technische mogelijkheden waarover hij beschikt en van zijn informatiebehoefte. DINOloket is een website die toegang geeft tot de gegevens van alle registratieobjecten in de BRO. De gebruiker van het loket wordt stapsgewijze door het proces van uitgifte geleid. Hij kan op de website bepalen in welke objecten hij geïnteresseerd is, de belangrijkste gegevens daarvan bekijken en uiteindelijk besluiten van welke objecten hij gegevens wil opvragen. De opgevraagde gegevens worden hem vervolgens per e-mail toegestuurd. DINOloket is een laagdrempelige manier om gegevens uit de registratie ondergrond te krijgen. Een gebruiker die het loket gebruikt om gegevens te krijgen, een data-afnemer, hoeft bij het indienen van zijn aanvraag alleen zijn contactgegevens op te geven. De data-afnemer die gebruik maakt van de webservice moet zelf over een systeem beschikken dat geschikt is gemaakt voor het aanroepen van de webservice. Via de webservice worden de gegevens onmiddellijk geleverd. De data-afnemer die gebruik wil maken van de webservice moet zich eerst bij de BRO laten registreren om het gebruiksrecht te verkrijgen. De enige eis die daarbij wordt gesteld is dat de organisatie waar de dataafnemer werkt beschikt over een PKI-overheidscertificaat. 2.2 DINOloket of de uitgiftewebservice Uitgifte van gegevens is niet veel meer dan het verwerken van een verzoek tot de levering van bepaalde gegevens. Uitgifte lijkt daarmee een simpel proces maar, zoals gezegd, maakt het verschil of het DINOloket of de uitgiftewebservice wordt gebruikt. De verschillen beginnen al met de inhoud van het verzoek. Pagina 8 van 29

Voordat een gebruiker van DINOloket een verzoek tot levering van gegevens kan indienen moet hij een aantal keuzen maken. De website leidt de gebruiker stapsgewijze naar het indienen van het verzoek, en het is de gebruiker zelf die bepaalt wat hij allemaal uit de BRO geleverd wil krijgen 1. Wil hij bijvoorbeeld gegevens hebben van alle grondwatermonitoringsputten en alle boor- en sondeeronderzoek in een bepaald gebied, dan kan hij dat allemaal tegelijk opvragen. Is hij in eerste instantie alleen geïnteresseerd in sondeeronderzoek, dan kan hij zich daartoe beperken. Het loket kan de belangrijkste gegevens van de objecten waarin de gebruiker geïnteresseerd is laten zien, en biedt ook het allerlei filtermogelijkheden om selecties te maken. Met dat soort functionaliteit kan de gebruiker desgewenst ook een heel gerichte keuze maken. Kortom, het scala aan keuzen dat DINOloket biedt is groot en dat betekent dat er een grote verscheidenheid aan verzoeken mogelijk is. De website zelf is zo gebouwd dat men eigenlijk geen fouten kan maken bij het invoeren van keuzen zodat er bij het verwerken van het verzoek niet veel controles meer nodig zijn. Opvragen van gegevens via de uitgiftewebservice kent minder vrijheidsgraden. Allereerst is er voor ieder type registratieobject een aparte webservice. Wil men gegevens van meer dan een type hebben, dan moet men verschillende webservices gebruiken. Een ander verschil is dat men de gegevens altijd in het IMBRO-XML formaat krijgt. Een derde verschil is dat het verzoek dat via de webservice wordt ingediend elementair is. De gebruiker kan of alle gegevens van een enkel registratieobject opvragen of een beperkte selectie van gegevens van een aantal registratieobjecten tegelijk. De reden die daarachter ligt is dat een webservice alleen in algemene gebruikerswensen voorziet. De meer specifieke wensen moeten afgehandeld worden door het systeem dat de data-afnemer gebruikt om de service aan te roepen. Dat systeem moet toegesneden zijn op de eisen die het bedrijfsproces van de data-afnemer stelt en de functionaliteit bieden die als aanvulling op de webservice gewenst is. Een laatste verschil is dat het proces van uitgifte bij het gebruik van de webservice strikt geformaliseerd is. De webservice 1 Gebruikt men het loket dan kan men naast gegevens uit de BRO ook gegevens uit het DINO-systeem opvragen, maar op dat aspect gaat dit handboek niet verder in. Pagina 9 van 29

verzorgt de communicatie tussen twee softwaresystemen en om te borgen dat de verwerking van een verzoek automatisch kan verlopen zijn er allerlei controles ingebouwd. 2.3 Uitgifte via de webservice Het proces van uitgifte via de webservice verdient nadere aandacht omdat het een generiek karakter heeft en voor alle registratieobjecten op gelijke wijze verloopt. Uitgifte van gegevens via de webservice is een proces dat onmiddellijk verloopt en slechts enkele stappen kent. Het eerste houdt in dat tussen het moment waarop een verzoek wordt ingediend en de levering van de gegevens vrijwel geen tijd verloopt. Dat het voor alle registratieobjecten op gelijke wijze verloopt, betekent dat uitgifte een vast patroon volgt. Het systeem van de data-afnemer doet een verzoek tot levering van gegevens, het systeem van de BRO beoordeelt het verzoek, het haalt de gegevens op en levert ze uit. Dat wil zeggen wanneer alles goed verloopt. Zit er een per ongeluk een fout in, dan wordt het verzoek door het systeem afgewezen. In alle gevallen krijgt het systeem van de data-afnemer een antwoord terug van de basisregistratie ondergrond. Data-afnemer Basisregistratie Ondergrond (BRO) Verzoek Systeem van de data-afnemer Antwoord op het verzoek Systeem van de BRO Figuur 2: Interactie tussen systeem van de data-afnemer en systeem van de BRO Een verzoek tot levering van gegevens is zoals gezegd elementair omdat het aansluit bij een standaard informatiebehoefte. De aanname is dat de gebruiker aanvankelijk niet precies weet welke objecten hij wil hebben en dat hij daarom eerst op zoek gaat naar de objecten die aan bepaalde criteria voldoen. Weet de gebruiker eenmaal welke objecten aan zijn criteria voldoen, dan kan hij alle gegevens per object opvragen. Vanuit dit perspectief ondersteunt de basisregistratie ondergrond de volgende typen verzoeken. Pagina 10 van 29

1. Een verzoek tot levering van de kengegevens van een aantal registratieobjecten. De data-afnemer geeft in zijn verzoek de eisen mee waaraan de registratieobjecten die hij zoekt moeten voldoen. In antwoord daarop krijgt hij van ieder van de objecten die aan de eisen voldoet de gegevens geleverd die het object karakteriseren. 2. Een verzoek tot levering van de gegevens van een bepaald registratieobject. De data-afnemer geeft in zijn verzoek het BRO-ID van het registratieobject dat hij wil hebben mee. In antwoord daarop krijgt hij alle gegevens van het object geleverd. Voor bepaalde typen registratieobject is er geen nuancering van dit type verzoek nodig. Dat zijn de objecten waarvan na registratie geen nieuwe gegevens meer aangeleverd worden. Geotechnisch sondeeronderzoek is daar een voorbeeld van. Andere typen registratieobject vertegenwoordigen een object waarvan de eigenschappen in de werkelijkheid kunnen veranderen. Die veranderingen worden geregistreerd en zo bouwt het object in de registratie ondergrond een geschiedenis op. De grondwatermonitoringsput is een voorbeeld daarvan. Voor registratieobjecten met een geschiedenis, zijn er twee varianten van dit type verzoek: 2.1 Een verzoek tot levering van de actuele gegevens van een bepaald registratieobject. Als antwoord krijgt de data-afnemer alleen de gegevens die de actuele toestand beschrijven. 2.2 Een verzoek tot levering van de actuele en historische gegevens van een bepaald registratieobject. Als antwoord krijgt de dataafnemer alle gegevens van het object. Pagina 11 van 29

3 Opvragen van geotechnisch sondeeronderzoek via de webservice 3.1 Het formuleren van een verzoek Opvragen van geotechnisch sondeeronderzoek via de webservice verloopt geheel automatisch, maar het systeem van de data-afnemer moet wel een aantal dingen weten om de gegevens te kunnen opvragen. Om te beginnen moet het systeem weten welke BRO-webservice moet worden aangeroepen. Het gaat daarbij om het adres waar de uitgiftewebservice op het internet te vinden is. In het geval van geotechnisch sondeeronderzoek is het adres: https://www.broservices.nl/wus/oscpt-v0.8. Het laatste stukje in het adres (-v0.8) geeft het versienummer van de uitgiftewebservice aan. Het nummer verandert met het in gebruik nemen van een nieuwe versie 2. Vervolgens moet het systeem weten wat voor type verzoek de data-afnemer wil indienen. Als de data-afnemer zijn keuze heeft gemaakt, weet het systeem welke functie van de service het moet gebruiken. De data-afnemer heeft de keuze uit twee typen verzoek. Geotechnisch sondeeronderzoek heeft namelijk een eenmalig karakter. Nadat het is afgerond worden alle gegevens in een keer geregistreerd in de BRO. Het registratieobject kunt dus geen verschil tussen actuele en historische gegevens. Heeft de data-afnemer een globaal idee van wat hij wil hebben en wil hij dus eerst op zoek naar de geotechnische sondeeronderzoeken die aan bepaalde eisen voldoen, dan zal hij kiezen voor een verzoek tot de levering van de kengegevens van geotechnische sondeeronderzoeken. Weet hij al precies welk geotechnisch sondeeronderzoek hij wil hebben, dan vraagt hij om de levering van de gegevens van dat sondeeronderzoek. Voor beide typen verzoeken moet de data-afnemer aangeven op welke kenmerken hij de levering wil baseren. Om de verwerking van een verzoek tot levering goed te laten verlopen moet de data-afnemer ook een eigen identificatie aan het verzoek meegeven. 2 De versie die in de ketentest wordt gebruikt (0.8) is nog niet de versie die in productie zal worden genomen, maar de directe voorloper daarvan. Pagina 12 van 29

Wanneer de data-afnemer zijn keuzen aan het eigen systeem kenbaar heeft gemaakt kan het verzoek worden ingediend en begint de basisregistratie ondergrond met de verwerking. In de volgende paragrafen wordt de verwerking in meer detail beschreven en worden de inhoud van de berichten die worden uitgewisseld toegelicht. 3.2 Een verzoek tot levering van de kengegevens van geotechnische sondeeronderzoeken De verwerking van een verzoek tot levering van de kengegevens verloopt volgens een vaste opeenvolging van stappen. Dit is waar het in het kort op neerkomt: 1. De data-afnemer stuurt vanuit zijn systeem een verzoek tot levering van de kengegevens van geotechnische sondeeronderzoeken. Daarbij geeft hij de kenmerken mee waarop de levering moet worden gebaseerd. 2. Het systeem van de BRO voert een toegangscontrole uit. O Wanneer toegang wordt geweigerd, ontvangt (het systeem van) de data-afnemer daarvan een melding. 3. Wanneer toegang tot het systeem van de BRO is verkregen, begint de controle van het verzoek en wordt vastgesteld of het verzoek technisch en inhoudelijk aan de gestelde eisen voldoet. O Wanneer de controle fouten oplevert, wordt het verzoek afgewezen en ontvangt (het systeem van) de data-afnemer daarvan bericht. 4. Wanneer het verzoek correct is verzamelt het systeem van de BRO de kengegevens van de sondeeronderzoeken die aan de meegegeven kenmerken voldoen. O Wanneer de verzameling gegevens te groot is, wijst het BRO-systeem het verzoek tot levering alsnog af en ontvangt (het systeem van) de data-afnemer daarvan bericht. 5. Wanneer de verzameling onder het gestelde maximum ligt stuurt het BRO-systeem de data-afnemer als antwoord de opgevraagde gegevens. Het verzoek van de data-afnemer en het antwoord dat de BRO daarop geeft worden berichten genoemd. De stappen en de bijbehorende berichten worden in het onderstaande plaatje uitgebeeld. Pagina 13 van 29

Systeem van de data-afnemer Systeem van de BRO Stap 1: Doen van een verzoek tot levering Data-afnemer! Toegang geweigerd Stap 2: Uitvoeren toegangscontrole Verzoek tot levering Stap 3: Controleren verzoek Bericht van afwijzing Stap 4: Verzamelen gegevens Bericht van levering Verwerking Figuur 3: Verwerking van een verzoek tot levering van kengegevens 3.3 De berichten 3.3.1 Het verzoek tot levering Verzoek tot levering uw transactiekenmerk kenmerken Het belangrijkste onderdeel van het verzoek tot levering van de kengegevens van geotechnische sondeeronderzoeken is het geheel aan kenmerken waarop de levering moet worden gebaseerd. Door het meegeven van kenmerken kan de dataafnemer de zoekvraag preciseren naar plaats, tijd, kwaliteit en aard van het onderzoek. De kenmerken die de data-afnemer kan kiezen, worden in hoofdstuk 5 gespecificeerd. Het is een selectie van de gegevens van geotechnisch sondeeronderzoek, zoals opgenomen in de catalogus, met daarbij aangegeven hoe de waarde moet worden gespecificeerd. De dataleverancier kan één kenmerk meegegeven of kenmerken combineren. Naast de kenmerken, moet de data-afnemer het verzoek een eigen identificatie meegeven en dat wordt uw transactiekenmerk genoemd. Het transactiekenmerk is nodig in de communicatie, Pagina 14 van 29

bijvoorbeeld als er iets mis is gegaan en de data-afnemer daarover contact zoekt met de servicedesk. 3.3.2 Toegang geweigerd! Toegang geweigerd Als bij het uitvoeren van de toegangscontrole blijkt dat de toegang moet worden geweigerd, ontvangt (het systeem van) de data-afnemer daarvan melding. De toegangscontrole bestaat uit twee stappen: Het systeem van de BRO controleert of de data-afnemer daadwerkelijk is wie hij beweert te zijn. Hiervoor gebruikt de data-afnemer een soort van digitaal paspoort, het PKI-overheidscertificaat. Het systeem van de BRO controleert of de data-afnemer al het recht heeft gekregen voor het gebruik van de uitgiftewebservice voor geotechnisch sondeeronderzoek. 3.3.3 Bericht van afwijzing Bericht van afwijzing uw transactiekenmerk foutmelding tijdstip van afwijzing Het bericht van afwijzing bestaat uit verschillende onderdelen. Het belangrijkste is de reden van afwijzing, de foutmelding. Het bericht van afwijzing bevat verder het tijdstip van afwijzing en een verwijzing naar het verzoek. In de verwerking van een verzoek tot levering van kengegevens zijn twee controles ingebouwd die na elkaar worden uitgevoerd. Een bericht van afwijzing kan (1) worden gestuurd als de BRO tegen fouten aanloopt in het verzoek zelf of (2) als blijkt dat de levering het toegestane maximum overschrijdt. Pagina 15 van 29

Stap 3: Controleren verzoek Stap 4: Verzamelen gegevens Bericht van afwijzing Figuur 4: Twee controles die kunnen leiden tot een bericht van afwijzing De eerste controle, de controle die de BRO op het verzoek zelf uitvoert, dekt twee aspecten. Er wordt een technische controle uitgevoerd, en vervolgens vindt een inhoudelijke controle plaats van de gegevens die de data-leverancier mee heeft gegeven. Foutmeldingen die op technische fouten betrekking hebben zijn alleen bedoeld voor programmeurs en worden uitgebreid behandeld in de koppelvlakbeschrijving. Fouten in de gegevens die de data-afnemer heeft meegegeven kunnen juist ook voor hem van belang zijn. In zo n foutmelding wordt van iedere fout opgenomen - bij welk gegeven de fout is geconstateerd - wat eventueel de waarde van het gegeven is - wat de fout is Een bericht van afwijzing dat gestuurd wordt als de gegevens al verzameld zijn, de tweede controle, heeft een heel ander karakter. Het aantal objecten waarvan kengegevens worden geleverd is beperkt tot 2000. De foutmelding geeft in dit geval alleen aan dat het maximum van 2000 is overschreden. Het verzoek wordt niet verder verwerkt, en de data-afnemen wordt gevraagd een aangepast verzoek in de dienen. 3.3.4 Bericht van levering Bericht van levering uw transactiekenmerk aantal objecten tijdstip van uitgifte De kengegevens van de geotechnische sondeeronderzoeken Het bericht van levering bestaat ook weer uit verschillende onderdelen. Het belangrijkste zijn de gegevens die zijn opgevraagd. Pagina 16 van 29

Het bericht van levering bevat verder een verwijzing naar het verzoek tot levering, een vermelding van het aantal objecten waarvan kengegevens geleverd zijn, en het tijdstip waarop de gegevens zijn uitgegeven. De kengegevens die standaard worden uitgegevens zijn in de onderstaande tabel opgenomen. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de catalogus. Entiteit Geotechnisch sondeeronderzoek Registratiegeschiedenis Gestandaardiseerde locatie Aangeleverde locatie Aangeleverde verticale positie Traject Sondeonderzoek Conuspenetratietest Attribuut BRO-ID rapportagedatum bronhouder sondeernorm kwaliteitsregime kader inwinning tijdstip registratie object in onderzoek locatie referentiestelsel locatie referentiestelsel verschuiving lokaal verticaal referentiepunt verticaal referentievlak voorgeboord tot einddiepte dissipatietest uitgevoerd kwaliteitsklasse starttijd meten Er is een uitzondering op de standaardlijst en dat is wanneer een object door de registerbeheerder uit registratie is genomen. Dat geval doet zich bijvoorbeeld voor wanneer er een object ten onrechte is opgenomen in de registratie en de registerbeheerder na onderzoek en in overleg met de bronhouder heeft moeten besluiten het object uit registratie te nemen. In dat uitzonderlijke geval ontvangt de data-afnemer enkel de volgende gegevens over het betreffende registratieobject: Entiteit Geotechnisch sondeeronderzoek Registratiegeschiedenis Attribuut BRO-ID uit registratie genomen tijdstip uit registratie genomen Pagina 17 van 29

Tot slot kan het voorkomen dat er geen enkel registratieobject bestaat dat aan de kenmerken voldoet die zijn meegegeven. Dan ontvangt de data-afnemer wel een bericht van levering, maar zal aantal objecten nul bedragen en het blok met kengegevens van geotechnische sondeeronderzoeken leeg zijn. 3.4 Een verzoek tot levering van de gegevens van een geotechnisch sondeeronderzoek De verwerking van een verzoek tot levering van de gegevens van een geotechnisch sondeeronderzoek verloopt iets anders dan dat van een verzoek tot levering van kengegevens. Systeem van de data-afnemer Systeem van de BRO Stap 1: Doen van een verzoek tot levering Data-afnemer! Toegang geweigerd Stap 2: Uitvoeren toegangscontrole Verzoek tot levering Bericht van afwijzing Stap 3: Controleren verzoek Bericht van levering Stap 4: Verzamelen gegevens Verwerking Figuur 5: Verwerking van een verzoek tot levering van de gegevens van een geotechnisch sondeeronderzoek Het verschil is dat er na stap 4 geen controle op volume hoeft te worden uitgevoerd, aangezien er maar van één geotechnisch sondeeronderzoek gegevens worden opgevraagd. De berichten die worden uitgewisseld zijn eigenlijk alleen qua inhoud anders. Een bijzonderheid is dat dat bronhouders en data-leveranciers in dit geval iets meer gegevens geleverd krijgen dan andere afnemers. Pagina 18 van 29

3.5 De berichten 3.5.1 Het verzoek tot levering Verzoek tot levering uw transactiekenmerk BRO-ID Het verzoek tot levering van de gegevens van een geotechnisch sondeeronderzoek bestaat uit slechts twee gegevens. Het transactiekenmerk en het BRO-ID van het geotechnisch sondeeronderzoek dat de data-afnemer wil krijgen. 3.5.2 Toegang geweigerd De toegangscontrole is voor alle typen verzoeken hetzelfde en de melding die het systeem van de data-afnemer krijgt na weigering van de toegang is dus ook altijd hetzelfde. 3.5.3 Bericht van afwijzing Een bericht van afwijzing wordt bij dit type verzoek alleen gestuurd als de BRO tegen fouten aanloopt in het verzoek zelf. De technische controle is voor alle typen verzoeken hetzelfde, en het kenmerkende verschil zit in de inhoudelijke controle en die betreft alleen het transactiekenmerk en het BRO-ID. De controle is eenvoudig: de twee gegevens moeten aan de specificaties (zie hoofdstuk 5) voldoen. 3.5.4 Bericht van levering Bericht van levering uw transactiekenmerk tijdstip van uitgifte De gegevens van het geotechnisch sondeeronderzoek Het bericht van levering bestaat ook bij dit type verzoek uit drie elementen. Het belangrijkste element wordt gevormd door de gegevens van het geotechnisch sondeeronderzoek dat opgevraagd is. De andere twee elementen zijn het tijdstip waarop de gegevens zijn uitgegeven en een verwijzing naar het verzoek tot levering. Pagina 19 van 29

Welke gegevens er precies worden uitgegeven hangt in de eerste plaats af van de vraag of de data-afnemer ook de bronhouder of de dataleverancier van het betreffende geotechnisch sondeeronderzoek is. De bronhouder en de dataleverancier krijgen alle gegevens van het registratieobject geleverd. Dat geldt zelfs in het uitzonderlijke geval dat het registratieobject door de registerbeheerder uit registratie is genomen. De andere data-afnemers krijgen niet alle gegevens. Wat zij krijgen hangt af van de vraag of een object uit registratie is genomen. Normaliter krijgen deze gewone data-afnemers alle gegevens van het geotechnisch sondeeronderzoek geleverd op vijf na. De vijf gegevens die ze niet geleverd krijgen zijn: Entiteit Geotechnisch sondeeronderzoek Aangeleverde locatie Aangeleverde verticale positie Attribuut uitvoerder object-id bronhouder dataleverancier uitvoerder locatiebepaling uitvoerder verticale plaatsbepaling In het uitzonderlijke geval dat het registratieobject uit registratie is genomen, krijgen de gewone data-afnemers alleen de volgende gegevens: Entiteit Geotechnisch sondeeronderzoek Registratiegeschiedenis Attribuut BRO-ID uit registratie genomen tijdstip uit registratie genomen Tot slot kan het voorkomen dat de data-afnemer een BRO-ID heeft opgegeven dat niet bestaat. In dat geval ontvangt hij een bericht van levering waarin het element met gegevens van het geotechnisch sondeeronderzoek leeg is. Pagina 20 van 29

4 Opvragen van geotechnisch sondeeronderzoek via het DINOloket Dit hoofdstuk is in deze versie van het uitgiftehandboek niet uitgewerkt. Pagina 21 van 29

5 Specificatie van de berichtgegevens bij uitgifte via de webservice 5.1 Inleiding Bij uitgifte via de webservice horen verschillende typen berichten. De opbouw van de berichten is besproken in hoofdstuk 3 en de elementen die daarin zijn genoemd worden in dit hoofdstuk gespecificeerd. Uitzondering daarop zijn de twee elementen die de gegevens omvatten die opgevraagd worden en die de essentie vormen van een bericht van levering. 5.2 Attributen en entiteiten 1. Naam attribuut uw transactiekenmerk Een kenmerk dat de data-afnemer meegeeft om het verzoek tot levering te identificeren. Tekst Maximale lengte 200 2. Naam entiteit kenmerken De eigenschappen waaraan de gegevens die de data-afnemer geleverd wil krijgen moeten voldoen. Regels Een verzoek tot levering van de kengegevens van geotechnische sondeeronderzoeken omvat één of meer kenmerken; het enige kenmerk dat niet gebruikt kan worden is het BRO-ID. Een verzoek tot levering van de gegevens van een geotechnisch sondeeronderzoek kent één kenmerk: het BRO-ID. Toelichting De waarden die door de data-afnemer worden ingevuld voor de kenmerken moeten voldoen aan de gegevensdefinitie die in de catalogus staat. De gegevens die worden uitgegeven voldoen aan alle meegegeven kenmerken. Naam kenmerk Kardinaliteit 1-1 BRO-ID De identificatie van een object dat in de registratie ondergrond is opgenomen. Registratieobjectcode Pagina 22 van 29

Type Opbouw Code CPTNNNNNNNNNNNN Regels Het BRO-ID wordt alleen gebruikt in een verzoek tot levering van de gegevens van een geotechnisch sondeeronderzoek. Naam kenmerk Kardinaliteit 0-1 Type kwaliteitsregime De aanduiding van de kwaliteitseis waaraan de gegevens van het object voldoen. Kwaliteitsregime Codelijst Naam kenmerk Kardinaliteit 0-1 Type Opbouw bronhouder De identificatie die het bestuursorgaan dat bronhouder is van de gegevens in de basisregistratie ondergrond als onderneming in het Handelsregister heeft. KvK-nummer Code NNNNNNNN Naam kenmerk Waardebereik starttijd meten conuspenetratietest De datum en het tijdstip waarop de conuspenetratietest is gestart. Voor de starttijd meten conuspenetratietest kan een van en een tot waarde worden meegegeven. Kardinaliteit starttijd meten conuspenetratietest van : 0-1 starttijd meten conuspenetratietest tot : 0-1 IMBRO/A DatumTijd OnvolledigeDatum Regels Indien alleen van wordt opgegeven (en niet tot ), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven vanaf starttijd meten conuspenetratietest van en later. Indien alleen tot wordt opgegeven (en niet van ), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven tot en met starttijd meten conuspenetratietest tot. Indien tot eerder in de tijd ligt dan van, dan wordt het verzoek tot levering afgewezen. Pagina 23 van 29

Naam kenmerk Waardebereik tijdstip registratie object De datum en het tijdstip waarop er voor het eerst gegevens van het object in de registratie ondergrond zijn opgenomen. Voor het tijdstip registratie object kan een van en een tot waarde worden meegegeven. Kardinaliteit Tijdstip registratie object van : 0-1 Tijdstip registratie object tot : 0-1 DatumTijd Regels Indien alleen van wordt opgegeven (en niet tot ), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven vanaf tijdstip registratie object van en later. Indien alleen tot wordt opgegeven (en niet van ), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven tot en met tijdstip registratie object tot. Indien tot eerder in de tijd ligt dan van, dan wordt het verzoek tot levering afgewezen. Naam kenmerk Waardebereik tijdstip laatste correctie De datum en het tijdstip waarop de laatste verbetering in de gegevens van het object is doorgevoerd. Voor het tijdstip laatste correctie kan een van en een tot waarde worden meegegeven. Kardinaliteit Tijdstip laatste correctie van : 0-1 Tijdstip laatste correctie tot : 0-1 DatumTijd Regels Indien alleen van wordt opgegeven (en niet tot ), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven vanaf tijdstip laatste correctie van en later. Indien alleen tot wordt opgegeven (en niet van ), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven tot en met tijdstip laatste correctie tot. Indien tot eerder in de tijd ligt dan van, dan wordt het verzoek tot levering afgewezen. Naam kenmerk Waardebereik einddiepte De diepte waarop het sondeonderzoek is beëindigd. Kardinaliteit einddiepte van : 0-1 einddiepte tot : 0-1 Voor de einddiepte kan een van en een tot waarde worden meegegeven. Pagina 24 van 29

Maximale lengte 3.3 Eenheid Rationaal getal m (meter) Regels Indien alleen van wordt opgegeven (en niet tot ), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven vanaf einddiepte van en hoger. Indien alleen tot wordt opgegeven (en niet van), dan worden de geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven tot en met einddiepte tot. Indien tot hoger ligt dan van, dan wordt het verzoek tot levering afgewezen. Toelichting De waarden van de einddiepte van de geotechnisch sondeeronderzoek in de BRO liggen tussen de 0 en 200 meter. Naam kenmerk Kardinaliteit 0-1 Type sondeernorm De norm die omschrijft volgens welke afspraken, specificaties en/of criteria het geotechnisch sondeeronderzoek is uitgevoerd. Sondeernorm Codelijst Naam kenmerk Kardinaliteit Type Regels kwaliteitsklasse De klasse binnen de sondeernorm volgens welke het geotechnisch sondeeronderzoek is uitgevoerd. 0-N (N is gelijk aan het aantal kwaliteitsklassen) Kwaliteitsklasse Codelijst Er kan geen kwaliteitsklasse worden opgegeven als de sondeernorm niet is ingevuld. De volgende norm - klasse combinaties zijn toegestaan: 5140 klasse 1, 2, 3, 4 22476-1 klasse 1, 2, 3, 4 22476-12 klasse 5, 6, 7 3680 nvt Voor IMBRO/A-gegevens geldt als aanvullende regel dat de kwaliteitsklasse de waarde onbekend kan hebben, wanneer de sondeernorm ongelijk is aan NEN 3680. Naam kenmerk dissipatietest uitgevoerd De aanduiding die aangeeft of er een of meer Pagina 25 van 29

Kardinaliteit 0-1 Type dissipatietesten zijn uitgevoerd in het sondeonderzoek. IndicatieJaNee Codelijst Naam kenmerk Kardinaliteit 0-1 Type in onderzoek De aanduiding die aangeeft of het object door de registerbeheerder in onderzoek is genomen. IndicatieJaNee Codelijst Naam kenmerk Bepaalde parameters De 25 parameters die in een conuspenetratietest bemeten kunnen worden met de aanduiding of de waarde in het onderzoek is vastgesteld. Kardinaliteit sondeertrajectlengte: 0-1 diepte: 0-1 verlopen tijd: 0-1 conusweerstand: 0-1 gecorrigeerde conusweerstand: 0-1 netto conusweerstand: 0-1 magnetische veldsterkte x: 0-1 magnetische veldsterkte y: 0-1 magnetische veldsterkte z: 0-1 totale magnetische veldsterkte: 0-1 elektrische geleidbaarheid: 0-1 helling oost-west: 0-1 helling noord-zuid: 0-1 helling x: 0-1 helling y: 0-1 hellingresultante: 0-1 magnetische inclinatie: 0-1 magnetische declinatie: 0-1 plaatselijke wrijving: 0-1 porienratio: 0-1 temperatuur: 0-1 waterspanning u1: 0-1 waterspanning u2: 0-1 waterspanning u3: 0-1 wrijvingsgetal: 0-1 Type Toelichting IndicatieJaNee (voor iedere opgegeven <parameter naam>) Codelijst Indien <parameter naam> is opgegeven worden alle geotechnisch sondeeronderzoeken uitgegeven waar de waarde van <parameter naam> = ja. Pagina 26 van 29

Naam kenmerk gebied Kardinaliteit 0-1 Getalswaarde 2.9 Eenheid Een deel van het aardoppervlak, gedefinieerd als een vierhoek. Op te geven bounding box: Coördinatenpaar links boven: Coördinatenpaar voor ETRS89 (φ,λ) Coördinatenpaar rechts onder: Coördinatenpaar voor ETRS89 (φ,λ) (graden, decimaal) Regels Er kan geen gebied worden opgegeven als de locatie is opgegeven. De coördinatenparen bevinden zich in Nederland of zijn Exclusieve Economische Zone. Beide coördinatenparen moeten gevuld zijn. Het referentiestelsel van het gebied is ETRS89. Geeft alle geotechnisch sondeeronderzoeken binnen het opgegeven bounding box. Uitgifte vindt plaats op basis van de gestandaardiseerde positie. Naam kenmerk locatie Kardinaliteit 0-1 Een deel op het aardoppervlak, gedefinieerd als een cirkel. Op te geven punt met straal: Coördinatenpaar: Coördinatenpaar voor ETRS89 (φ,λ) Φ: Getalswaarde2.9 ( graden, decimaal) Λ: Getalswaarde2.9 ( graden, decimaal) Straal: Getalswaarde2.9 ( graden, decimaal) Regels Er kan geen locatie worden opgegeven als het gebied is opgegeven. Het coördinatenpaar bevindt zich in Nederland of zijn Exclusieve Economische Zone. Het referentiestelsel van de locatie is ETRS89. Indien de straal leeg is, wordt de exacte locatie uitgegeven. Geeft alle geotechnisch sondeeronderzoeken binnen de opgegeven straal rondom het coördinatenpaar Uitgifte vindt plaats op basis van de gestandaardiseerde positie. 3. Naam entiteit foutmelding De verzameling van foutomschrijvingen die onderdeel zijn van een bericht. Pagina 27 van 29

Toelichting Een Foutmelding op inhoud is een foutmelding n.a.v. een controle op aangeleverde berichtgegevens. Indien een fout gevonden wordt na controle op aangeleverde berichtgegevens wordt verder gegaan met controleren. Foutmelding op inhoud bevat 1 of meer foutomschrijvingen. Een foutmelding op verzoek is een foutmelding n.a.v. een technische controle op protocol en schema. De Foutmelding op verzoek bevat 1 foutomschrijving. Een Foutmelding op volume is een foutmelding n.a.v. een controle op volume. Indien een fout gevonden wordt na controle op volume wordt verdere controle gestopt. De Foutmelding op volume bevat 1 foutomschrijving. Een foutmelding wordt bij afwijzing van een verzoek tot levering door de BRO gegenereerd. De foutmelding wordt in het bericht van afwijzing meegegeven. Naam attribuut foutomschrijving De tekst die de gevonden fout omschrijft. Tekst Maximale lengte 200 Toelichting De foutomschrijving is een onderdeel van de foutmelding. 4. Naam attribuut tijdstip van afwijzing De datum en het tijdstip waarop een verzoek tot levering door de BRO is afgewezen. DatumTijd Regels Het tijdstip van afwijzing wordt in het bericht van afwijzing meegegeven. Toelichting Het tijdstip van afwijzing wordt door de BRO toegekend. 5. Naam attribuut aantal objecten Het aantal verzamelde objecten uit de Registratie Ondergrond die voldoen aan de opgegeven kenmerken. Pagina 28 van 29

Maximale lengte 4 Natuurlijk getal Regel Het aantal objecten wordt in het bericht van levering dat als antwoord op een verzoek tot levering van kengegevens wordt verstuurd meegegeven. Het maximum aantal objecten is 2000. 6. Naam attribuut tijdstip van uitgifte De datum en het tijdstip waarop de gegevens door de BRO zijn uitgegeven. DatumTijd Regels Het tijdstip van uitgifte wordt in het bericht van levering meegegeven. Toelichting Het tijdstip van uitgifte wordt door de BRO toegekend. Pagina 29 van 29