ROP-advies nr. 6, blad 1. Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake de Wet op het ouderschapsverlof



Vergelijkbare documenten
Hieronder worden eerst de bepalingen uit de Wet arbeid en zorg behandeld en daarna volgen de aanvullende bepalingen uit de CAO.

A. De toelichting op artikel 6:4 wordt gewijzigd en komt te luiden:

B. De toelichting op artikel 6:4:1a wordt gewijzigd en komt te luiden:

CVDR. Nr. CVDR19688_5

CVDR. Nr. CVDR133971_1. Regeling ouderschapsverlof

Betaald ouderschapsverlof voor het primair onderwijs schooljaar

OUDER SCH APSVERLOF Artikel 1. Begripsbepaling Artikel 2. Recht op ouderschapsverlof Artikel 3. Aanvraag van verlof

Ledenbrief 15/052 CvA/LOGA 15/10, d.d. 23 juni 2015 inzake wijzigingen CAR-UWO i.v.m. wijzigingen Wet arbeid en zorg Eijsden-Margraten

Bijlage 1 bij U Bijlage CAR teksten. A. De toelichting op artikel 6:4 wordt gewijzigd en komt te luiden: Buitengewoon verlof.

Toelichting op de nieuwe afspraken over ouderschapsverlof in de CAO Jeugdzorg. Nieuwe versie, februari 2015

Toelichting op de nieuwe afspraken over ouderschapsverlof in de CAO Jeugdzorg

Omvang van het verlof Iedere ouder heeft éénmaal recht op 26 weken ouderschapsverlof voor elk kind onder de 8 jaar.

Wijzigingen in de CAR/UWO, Wet arbeid en zorg. Het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Samenwerking Kempengemeenten,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden

Aanvraagformulier ouderschapsverlof

ARBEIDSDUUR. Keuzemogelijkheden voor militairen BURGERS PAGINA 6. T wee uren langer of korter werken

: aan medewerkers die 72 maanden of minder voor het behalen van hun AOW leeftijd zijn

Bijlage bij B&W-flap d.d. 16 december 2014 BD versie 2 december Aanpassing in het kader van de CAO

LOGA GPD

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake Arbeid en Zorg

GEMEENTE LANC5ĒDIJK ING. 2 4 JUN Z01S. ons kenmerk ECWGO/U Lbr: 15/052 CvA/LOGA 15/10

NOTA. nota voor burgemeester en wethouders. datum: 5 juni 2009 registratienummer: B/

provinciaal blad V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N

Gemeente Amsterdam College van burgemeester en wethouders. Hamervoordracht voor de collegevergadering van

ons kenmerk ECWGO/U Lbr: 15/052 CvA/LOGA 15/10

In artikel B.15, tweede lid, wordt na het woord vakantie-uitkering ingevoegd: en de eindejaarsuitkering.

VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR

Ouderschapsverlof voor meerlingen. informatief. geen. circulaire van 26 november 1997(EA97/U4257) circulaire van 6 november 1998 (EA98/U55017)

Beh. Ambt.: Síreefdaí.: ons kenmerk. ECWGO/U Lbr: 15/052 CvA/LOGA 15/10

Tweede Kamer der Staten-Generaal

========= ===== * Recht op uitkering 5a:1. * Berekeningsgrondslag 5a:2. * Hoogte van de Aanvulling werkgever 5a:3

Maak een nieuw dienstverband aan vanaf 1 maart. Dat doet u via Werknemers, Nieuw, en dan de middelste optie Maak een nieuw dienstverband voor :

Veel gestelde vragen en antwoorden over het Generatiepact Woondiensten

De wetteksten huidig en nieuw Afdeling 3 Boek 7 Burgerlijk Wetboek: Vakantie en Verlof

Tweede Kamer der Staten-Generaal

MARZ/CvA/U Lbr 06/86

Zundertse Regelgeving

IKAP-Regeling rijkspersoneel

Regeling Generatiepact Noord-Hollands Archief

Deeltijd-ww: wat betekent dat? Antwoorden op de meest gestelde vragen over de regeling deeltijd-ww tot behoud van vakkrachten

LEVENSLOOPREGLEMENT Stichting Samenwerking Voortgezet Onderwijs in de regio Steenwijk, Weststellingwerf en Westerveld ( SVO Wolvega/Steenwijk)

Bijlage bij onderhandelingsresultaat CAO-OI

GEMEENTEBLAD. Nr Regeling generatiepact gemeente Veere 2019

Verlof uit de Wet Arbeid en Zorg. Toelichting op verschillende vormen van verlof

Generatiepact voor de branche Woondiensten

De wijzigingen gaan, met terugwerkende kracht, in per 1 januari Artikel 18:1:5, eerste lid, wordt gewijzigd en komt als volgt te luiden:

Hoofdstuk 9 Duurzame inzetbaarheid Paragraaf A Persoonlijk budget Artikel 9.1 Aanspraak Artikel 9.2 Hoogte Artikel 9.3 Aanwending

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Eerste Kamer der Staten-Generaal

VOORSTEL OPSCHRIFT AANHEF MOTIVERING. Vergadering van 18 augustus Onderwerp: Wijziging arbeidsvoorwaarden - Besluitvormend

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 49gg, achtste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Doorwerken na 65 jaar

Vakantie, vakantietoelage en (zwangerschaps- en bevallings)verlof

Toelichting op de jaarurensystematiek

Overzicht verlofvormen WAZ CvA-notitie - juni 2009

Pensioenovereenkomst (inclusief pensioenovereenkomst voor beroepsmilitairen)

BETAALD EN ONBETAALD OUDERSCHAPSVERLOF PRIMAIR ONDERWIJS

Ouderschapsverlof in het primair onderwijs

1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014.

Reacties op de Beleidsverkenning modernisering regelingen verlof en arbeidstijden

In deze ledenbrief treft u een aantal wijzigingen aan van de CAR-UWO met als doel redactionele onvolkomenheden in de CAR-UWO te herstellen.

Actualiteiten arbeidsrecht. 14 november 2011 Stephanie Profijt Astrid Riemslag

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

VISMA SOFTWARE WHITEPAPER

Aanvullende TiU-regeling Bijzonder Verlof

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Verordening van 6 november 2012 tot wijziging van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling

Richtlijn werk en mantelzorg

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Model uitvoeringsregeling bijzonder budget voor oudere medewerkers en overgangsregeling BAPO -bestuur-

Formulier 4: Melding opnemen levenslooptegoed (artikel 6a:9 CAR/UWO)

Wijziging CAR-LAR als gevolg van circulaire CVA/U en CVA/U per 1 april 2012

Toelichting artikel 2.8 wijziging omvang aanstelling

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg;

Overzicht vervallen of gewijzigde artikelen in de cao PO ??

Hoofdstuk 6 Vakantie, vakantietoelage en (zwangerschaps- en bevallings)verlof

Vakantieregeling TU Delft 1

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

Personeelshandboek BAPO-regeling Stichting Lek en IJssel (versie juni 2009)

Met ingang van 1 januari 2015 worden de artikelen 1:2a en 1:2b toegevoegd. Deze komen als volgt te luiden:

Wijzigingen in de CAR-UWO Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS. A Wijzigingen als gevolg van LOGA-ledenbrief ECWGO/U

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wijzigingen in de CAR-UWO Gemeenschappelijke regeling Stroomopwaarts MVS. A Wijzigingen als gevolg van LOGA-ledenbrief ECWGO/U

Verlof rond zwangerschap, adoptie, pleegzorg en geboorte

Provinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008

Hoe hou je Werk en Privé in Balans?

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Artikel 6.28 doorbetaling bij ouderschapsverlof

1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014.

Bijlage 2 bij ledenbrief ECCVA/U Bijlage 2 CARUWO teksten

B&W. Agendapunt, dinsdag 9 december Wijziging diverse artikelen in de Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam (NRGA)

De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006.

De artikelen die hieronder zijn weergegeven bevatten de tekst zoals die gold op 30 juni 2006.

Hieronder is een handreiking opgenomen voor de uitvoering in de praktijk bij situaties van loondoorbetaling van zieke medewerkers.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Generatiepact Brummen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

vast te stellen de 4e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt:

O N B E TA A L D V E R L O F E N U W I N KO M E N M A A RT

Transcriptie:

ROP-advies nr. 6, blad 1 Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake de Wet op het ouderschapsverlof

Advies nummer 6 's-gravenhage, 8 mei 1995 ROP-advies nr. 6, blad 2

Inleiding ROP-advies nr. 6, blad 3 Op 23 november 1994 heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de leden van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid advies gevraagd inzake de evaluatie van de Wet op het ouderschapsverlof. De adviesaanvraag is verdeeld in een aantal onderdelen. Ten eerste wordt aangegeven dat de minister gaarne de reactie van de ROP verneemt op: 1. de resultaten van de evaluatie ouderschapsverlof; 2. de gedachte om de vormgeving van de wettelijke regeling ouderschapsverlof te wijzigen. Tevens wordt advies gevraagd over: a. de beperking van het ouderschapsverlof tot dienstbetrekkingen in Nederland; b. het standpunt dat de procedure ongewijzigd kan blijven; c. de mogelijkheid tot afwijking bij schriftelijk beding; d. het voornemen tot onderzoek naar de mogelijkheid van een loopbaanonderbrekingsregeling. Voorts wordt de vraag voorgelegd welke mogelijkheden de Raad ziet om te bevorderen dat de volledige dekking van het overlijdens- en invaliditeitsrisico in bepaalde pensioenregelingen wordt gecontinueerd. Resultaten evaluatie ouderschapsverlof In de evaluatie komt naar voren dat in de overheidssectoren naar verhouding meer ouderschapsverlof wordt aangevraagd dan in het bedrijfsleven. De Raad acht dit resultaat niet verrassend, aangezien in de meeste overheidssectoren sprake is van betaald ouderschapsverlof. De Raad acht het interessant dat in de evaluatie als opvallend naar voren is gekomen dat de doorslaggevende reden voor het opnemen van het verlof is "meer tijd voor de kinderen". De regeling werkt kennelijk niet zozeer als de stimulans zoals deze bedoeld was, nl. om te blijven werken (één van de twee overwegingen die in de adviesaanvraag genoemd worden tot invoeren van ouderschapsverlof). Indien de mogelijkheid bestaat om in deeltijd te gaan werken, maken de meeste vrouwen daarvan gebruik. Er zijn zelfs meer vrouwen die direct in deeltijd gaan werken zonder dat zij ouderschapsverlof opnemen. Dit neemt niet weg dat de Raad onderkent dat ouderschapsverlof een positieve stimulans voor deeltijdarbeid kan zijn. In de adviesaanvraag wordt aangegeven dat ouderschapsverlof niet zo zeer een rol speelt in de afweging tussen stoppen met werken of niet, maar veel meer betekenis lijkt te hebben voor werkende ouders, vrouwen én mannen, die niet van plan zijn te stoppen met werken maar tijdelijk

ROP-advies nr. 6, blad 4 minder willen werken om voor een kind te kunnen zorgen. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de andere overweging om het ouderschapsverlof in te voeren, namelijk een bijdrage aan de herverdeling van betaalde en onbetaalde arbeid. Geconstateerd wordt echter dat deze bijdrage nog niet structureel is. De Raad zou willen opmerken dat het gezien de lengte van het wettelijk ouderschapsverlof ook moeilijk te verwachten is dat een dergelijke structurele bijdrage wordt geleverd. Zoals ook in de adviesaanvraag is gesteld biedt deeltijdarbeid een meer structurele oplossing voor de combinatie ouderschap en betaalde arbeid. De Raad acht het hierbij van belang dat ouderschapsverlof een positieve invloed kan hebben op de bevordering van deeltijdarbeid. Ook dit is in de evaluatie naar voren gekomen: een aanzienlijk deel van de verlofgangers blijkt het ouderschapsverlof te beschouwen als een periode om voor zichzelf deeltijdarbeid uit te proberen. De Raad zou graag het evaluatierapport Gemeenten over ouderschapsverlof (mei 1994) van het SGBO, Onderzoeks- en Adviesbureau van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten onder uw aandacht willen brengen aangezien deze specifiek over de ervaringen bij één van de overheidssectoren gaat. Vormgeving ouderschapsverlof De Raad hecht er aan te benadrukken dat zijn advies in deze uitsluitend betrekking heeft op wijzigingen in de wettelijke regeling van het onbetaalde ouderschapsverlof en geen rechtstreekse betrekking heeft op de sectorale regelingen van het onbetaalde ouderschapsverlof. De minister stelt voor om niet langer dwingend vast te houden aan deeltijdverlof; deeltijdverlof zou eerder een aantrekkelijke variant kunnen zijn. Dit betekent dat deeltijders die minder dan 20 uur werkzaam zijn recht krijgen op ouderschapsverlof. Hierbij wordt tevens voorgesteld het verlof over een langere periode dan zes maanden uit te smeren. Vervolgens geeft de minister aan dat bij een concretisering van een gewijzigde vormgeving van het ouderschapsverlof de thans bij de rijksoverheid bestaande flexibele invulling van het ouderschapsverlof model zou kunnen staan. Onderstaand volgt volledigheidshalve een overzicht van de aanvullende voorwaarden per overheidssector met betrekking tot het recht op ouderschapsverlof. Uit dit overzicht blijkt dat bij een aantal sectoren de werkgever kan toestaan dat het ouderschapsverlof flexibel wordt opgenomen. Rijk (art. 33g ARAR) Algemeen: duurzame verzorging en opvoeding van een kind: aanspraak op ouderschapsverlof. Recht vervalt als kind 4 jaar is. 1 Dienstbetrekking 1 jaar.

ROP-advies nr. 6, blad 5 2 Aanstelling 16 uur/week. 3 Max. 6 maanden. Mogelijke afwijking, mits instemming werkgever: max. 1 jaar, mits maximale aantal verlofuren bij 6 maanden verlof niet wordt overschreden (van 3 maanden 100% tot 12 maanden 25%). 4 Max. 0,5 * arbeidsuren/week gedurende 6 maanden. 5 Verlofuren 75% bezoldigd. 6 Terugbetaling bezoldiging indien binnen een jaar ontslag wordt genomen buiten de rijksdienst. 7 Melding wens opname ouderschapsverlof minstens 2 maanden voor ingangsdatum. Ingang en einde verlof kunnen afhankelijk worden gesteld van datum bevalling, bevallingsverlof en of aanvang verzorging. 8 Instemming werkgever bij verzoek werknemer afzien/afbreken van ouderschapsverlof bij onvoorziene omstandigheden, mits groot dienstbelang anders eist. Werkgever behoeft pas na een maand aan verzoek te voldoen. Resterend ouderschapsverlof vervalt. 9 Werkgever kan wegens dienstbelang na overleg spreiding uren per week wijzigen, tot een maand voor het opgegeven tijdstip van ingang van ouderschapsverlof. Aanvulling (Staatsblad 1989, nr. 422) Pensioenopbouw gaat door. Invaliditeitsrisico gedekt. Tegemoetkoming ziektekosten blijft gelijk. Eervol ontslag ---> aanspraak op ontslaguitkering behouden. Bij ziekte geen opschorting verlof. Bij ziekte doorbetaling van bezoldiging op basis van de bezoldiging die wordt genoten tijdens het ouderschapsverlof. Na afloop ouderschapsverlof doorbetaling bezoldiging op basis van bezoldiging waarop recht bestond bij hervatting functie. Evenredige korting bij opbouw aanspraken vakantie. Defensie - Burgerpersoneel (art. 47 BARD) Als Rijk. Defensie - militair personeel (art. 87a AMAR) Als Rijk behalve: 2 Vervalt.

ROP-advies nr. 6, blad 6 3 Geen mogelijkheid van flexibel verlof. 4 Alleen verlof voor dat deel dat de arbeidsduur per week van twintig uur te boven gaat. 5 Geen bezoldiging. 7 Aanvraag half jaar voorafgaand aan verlof. Werkgever kan op grond van gewichtige redenen van dienstbelang bepalen dat de aanspraak op ouderschapsverlof word opgeschort. Rechterlijke Macht Als Rijk. Politie (art.41 BARP) Als Rijk. 6 Bij functieaanvaarding binnen de politiedienst geen terugbetaling bezoldiging. Primair, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs (I-C39 RPBO) Onbetaald ouderschapsverlof conform wettelijke regeling, met de volgende 'verruiming': Betrekkingsomvang > 0.4 deel van een normbetrekking. Verschillende deelbetrekkingen binnen onderwijs mogen bij elkaar worden opgeteld (mits langer dan een jaar geduurd). Max. 1 jaar. Alleen verlof voor dat deel van de betrekkingsomvang dat het 0,4 deel van de normbetrekking te boven gaat. Hoger beroepsonderwijs (HBO-cao) Per HBO-instelling kan gekozen worden voor betaald ouderschapsverlof (75%) gedurende maximaal een half jaar voor 50% van de werktijd, met de mogelijkheid dit verlof gedurende een half jaar te verlengen met de onbetaalde variant. Gemeenten (Model-verordening) Als Rijk behalve: 3 Flexibilisering vervalt. 4 Minimum van 8 uur. 5 Voor de schalen 1, 2 en 3 resp. 90, 85 en 80% bezoldiging. 6 Bij functieaanvaarding bij een andere gemeente geen terugbetaling bezoldiging. 7 Melding 3 maanden voor ingangsdatum. Opbouw vakantietoelage op basis van gekorte bezoldiging. Bezoldiging bij ziekte tijdens eerste 10 dagen ziekte conform bezoldiging

ROP-advies nr. 6, blad 7 bij ouderschapsverlof, daarna zonder korting (dan ook weer volledige opbouw vakantietoelage). Provincies Als Gemeenten (m.u.v. één Provincie). Waterschappen Geregeld per waterschap. De werkgever betaalt het werkgeversdeel van de ziektekosten- en pensioenpremie over het verlofdeel van het wettelijk (onbetaald) ouderschapsverlof. ************ Wat betreft de beleidsconclusie op pagina 7 van de adviesaanvraag, dat het niet langer nodig is om in de wettelijke regeling dwingend vast te houden aan deeltijdverlof zou de Raad willen opmerken dat er mogelijk organisatorische problemen kunnen ontstaan indien de vorm van deeltijdverlof geheel wordt losgelaten. De Raad stelt derhalve ten behoeve van dit onderdeel de volgende tekst voor: De werknemer heeft recht verlof op te nemen waarvan de omvang correspondeert met 50% van de werktijd gedurende een half jaar, waarbij in geval van deeltijdverlof een arbeidsomvang van minimaal 8 uur per week moet blijven bestaan. De Raad kan zich vinden in het voorstel om in de wet de mogelijkheid van flexibel ouderschapsverlof op te nemen, echter met dien verstande dat tevens in de wet wordt bepaald dat een werkgever op grond van gewichtige redenen kan weigeren dat het verlof flexibel wordt opgenomen. Ook in deze zin heeft de Raad een tekstvoorstel: De werknemer heeft recht het verlof flexibel op te nemen, te weten in de vorm van voltijdverlof of met een ruimere spreiding van verlofuren over een periode van maximaal 1 jaar, tenzij gewichtige redenen zich tegen deze werknemersvoorkeur verzetten. De Raad heeft voor de terminologie gewichtige redenen gekozen, aangezien hiermee wordt aangesloten bij de huidige tekst van de Wet op het ouderschapsverlof. Gevraagd wordt of de thans bestaande mogelijkheid van de werkgever, om na overleg met de werknemer op grond van gewichtige redenen tot vier weken voor aanvang van het verlof de spreiding van de verlofuren over de week te wijzigen, zover moet strekken dat deze tevens de voorkeur van de werknemer voor een voltijd dan wel (50% of 25%) deeltijdverlof omvat. De Raad is van mening dat het recht van de werknemer op flexibel ouderschapsverlof, tenzij gewichtige redenen zich hiertegen verzetten,

ROP-advies nr. 6, blad 8 uitgangspunt dient te zijn. Indien na toekenning van dit verlof tot vier weken voor de aanvang van het verlof nieuwe feiten van gewichtige aard ontstaan of bekend worden, ontstaat er een nieuwe situatie waarin opnieuw een afweging gemaakt moet kunnen worden. Op dat moment - derhalve onder bovengenoemde omstandigheden - is het mogelijk dat op grond van gewichtige redenen de werkgever na overleg met de werknemer bepaalt dat de vorm van het verlof in tegenstelling tot de oorspronkelijke toekenning wordt gewijzigd. De beperking van het ouderschapsverlof tot dienstbetrekkingen in Nederland Aangegeven wordt dat de beperking op het recht op ouderschapsverlof indertijd is ingegeven door het feit dat de organisatorische en financiële problemen van het in deeltijd moeten vervangen van verlofgangers te groot werd geacht als het verlofgangers betreft die in het buitenland werken en naast salaris doorgaans ook vergoeding voor huisvesting, verhuiskosten en representatie ontvangen. De Raad is van mening dat de thans bestaande beperking van het recht op ouderschapsverlof tot dienstbetrekkingen in Nederland kan vervallen, met uitzondering van het personeel dat in dienst is van het ministerie van Defensie en de Dienst Buitenlandse Zaken van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Voor dit personeel wenst de Raad de bepaling dat het recht op ouderschapsverlof alleen ontstaat als de dienstbetrekking in Nederland wordt vervuld, te handhaven. Het standpunt dat de procedure ongewijzigd kan blijven De Raad stemt ermee in dat er geen aanleiding is om wijzigingen te overwegen in de definitie van de rechthebbenden, in de procedure van het aanvragen van het verlof en in de procedure van (tussentijdse) beëindiging van het verlof. De mogelijkheid tot afwijking bij schriftelijk beding Gevraagd wordt of een regeling, waarbij onder dezelfde voorwaarde als op pagina 9 van de adviesaanvraag genoemd, afwijking bij schriftelijk beding (cao en individuele arbeidsovereenkomst) mogelijk is, de voorkeur verdient. Desgevraagd gaf een woordvoerder van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan dat onder schriftelijk beding ook wordt verstaan een publiekrechtelijke regeling. De Raad is geen voorstander van de mogelijkheid om bij individuele

ROP-advies nr. 6, blad 9 arbeidsovereenkomst af te wijken van de wettelijke regeling voor ouderschapsverlof, indien deze een afwijking in negatieve zin betekent. Het voornemen tot onderzoek naar de mogelijkheid van een loopbaanonderbrekingsregeling Aangegeven wordt dat het kabinet van mening blijft dat betaald ouderschapsverlof in eerste instantie een zaak is voor het arbeidsvoorwaardenoverleg tussen sociale partners. In dit kader wordt verwezen naar de mogelijkheid van een loopbaanonderbrekingsregeling. Bezien zal worden in hoeverre de Belgische en Deense ervaringen met een dergelijke regeling - waarbij sprake is van betaling van de verlofganger - voor Nederland aanknopingspunten voor beleid bieden. Zodra de verkenning hiernaar is afgerond zal over dit onderwerp tezamen met een adviesaanvraag over de overige verlofvormen worden toegezonden. De Raad kan zich vinden in uw voorstel met betrekking tot een verkenning naar de mogelijkheden van een loopbaanonderbrekingsregeling Opbouw ouderdomspensioen en dekking van het overlijdens- en invaliditeitsrisico tijdens ouderschapsverlof. Gemeld wordt dat uit onderzoek naar ouderschapsverlof en pensioenregelingen blijkt dat 28% van de pensioenregelingen een door het kabinet gewenste vrijwillige opbouwmogelijkheid voor het ouderdomspensioen ontberen. Uit het hierboven vermelde overzicht blijkt dat bij de overheidssectoren de opbouw van pensioen tijdens ouderschapsverlof wordt gecontinueerd. Voorts wordt bij de overheidssectoren het overlijdens- en invaliditeitsrisico gedurende het ouderschapsverlof volledig gedekt. Het ligt daarom niet in de weg van de Raad om voorstellen voor het genoemde probleem in de particuliere sector te formuleren.