werkt voor en met bewoners in wijken en buurten



Vergelijkbare documenten
c A R i N T R E G G E L A N D H u i s T GERBRAND H E N G E LO

Eerste nummer. Op kamers Eerst durfde ik de woonkamer niet naar binnen. Eetfobie. Het was moeilijk om te zien dat mijn nichtje van 5 meer at dan ik.

Mijn ouders zijn gescheiden en nu? Een folder voor jongeren met gescheiden ouders over de OTS en de gezinsvoogd

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Nieuwsbrief 14, september 2010

Vrijwilligerswerk bij Carintreggeland

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Algemene informatie Wmo

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

KIEZEN VOOR WERK: HANDLEIDING

Alleen een plastic tasje

U in het middelpunt Die migraine hè Levenservaring verzilveren

Verslag gehandicapten platform.

VERKOOP & BOUWFORMULE

FOUT VRIENDJE? PAS OP! Hulp. Internet. Heb je vragen? Bel dan naar Meldpunt Jeugdprostitutie, tel.:

Ja hoor. Dan moet je rechtdoor. Bij de moet je naar rechts en daarna de links. Het postkantoor is aan rechterhand.

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Verhaal: Jozef en Maria

De mantelzorg DER LIEFDE

U en uw buren. Wie zijn die mensen? Maak even kennis. Missie van Haag Wonen

Daphne. Wij hebben de g.k.ij. op bezoek gekregen. We hebben spelletjes gedaan. Dat moest bij. Met 1 arm of iets anders.

explore the big questions of life Een introductie

Over schulden gesproken

Ervaringen van mensen met verstandelijke beperkingen of psychiatrische problemen met zelfstandig wonen en deelname aan de samenleving

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

ONDERSTEUNING VAN MENSEN MET EEN LICHAMELIJKE HANDICAP EN/OF NIET-AANGEBOREN HERSENLETSEL

September 2008 Door: Charlotte Storm van s Gravesande. Bijbehorende foto's: zie onderaan de tekst. Hallo mede dierenvrienden,

Gewoon meedoen!

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

Probleem? Geen probleem. Met de vaardigheden die Humanitas je aanreikt, verander je je leven. Helemaal zelf. En het mooie is: iedereen kan het.

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Ik besloot te verder te gaan en de zeven stappen naar het geluk eerst helemaal af te maken. We hadden al:

3 Bijna ruzie. Maar die Marokkanen en Turken horen hier niet. Ze moeten het land uit, vindt Jacco.

BELLINCKBORG HENGELO

De Driestroom Begeleiding bij zelfstandig wonen

Borstkanker ''Angst voor het onbekende''

NIEUWSBRIEF. 3 e jaargang - februari nr. 2 Onder redactie van het secretariaat van CCN-Z.

Vrijwilligerswerk bij Carintreggeland

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

9 Vader. Vaders kijken anders. Wat doe ik hier vandaag? P Ik leer mijn Vader beter kennen. P Ik weet dat Hij mij geadopteerd

NOORWEGEN. Vertrek: s ochtends moesten we gewoon naar school tot 12 uur. we werden

Waarom zijn er ongelukkige mensen?

Anne Frank, haar leven

Kijk nog eens in het boek op bladzijde 80 naar Werkwoorden in een andere tijd.

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

Vangnetteam Parkstad. Secretariaat Meldpunt: T Bezoekadres: Raadhuisstraat 3, 6444 AA Brunssum

De Budget Ster: omgaan met je schulden

De pianomannen We waren naar de Tiliander in Oisterwijk geweest. We hadden daar een voorstelling gezien van 2 pianomannen. We moesten best lang

Judith Suyling. kindertherapie ouderbegeleiding. Poppenkast

carintreggeland huis Anholtskamp Markelo


Wij staan klaar voor iedereen

ik? Houd je spreekbeurt over GGNet

Een Berbers dorp. Mijn zussen en ik mochten van mijn vader naar school. Meestal mochten alleen jongens naar school.

goede redenen voor het bezoeken van een zelfhulpgroep

Noach bouwt een ark Genesis 6-8

Wat mevrouw verteld zal ik in schuin gedrukte tekst zetten. Ik zal letterlijk weergeven wat mevrouw verteld. Mevrouw is van Turkse afkomst.

Wilgenhoek. Tekening Maarten Oortwijn

Matteüs 25: Gezinsdienst: Wachten duurt lang!

Familie aan tafel. Een werkvorm voor individuele coaching of intervisie.

Goed wonen voor iedereen

Bijbellezing: Johannes 2 vers Bruiloftsfeest

Vacature. Wat is jouw kijk? Ik ben aan het dementeren en zoek een begeleider die: Bij deze kaart hoort opdrachtkaart 86.

Stufe 1. Kreuzen Sie die richtige(n) Lösung(en) an. 1. Waar kom je a) van. b) vandaan. c) vandaag. 2. u Duitse? a) Bent b) Ben c) Zijn

Luisteren: muziek (A2 nr. 7)

Maatschappelijke Zorgboerderij. Amatheon. Nikki van Berlo. Jasmijn Borms. Joy Willems T4B

Wanneer vertel je het de kinderen? Kies een moment uit waarop je zelf en de kinderen niet gestoord kunnen worden.

OVER VITALITEIT; WAAROM PAMPEREN FIJN LIJKT MAAR MACHTELOOS MAAKT

Neus correctie Aanleiding. Intake gesprek. Stap 1: Wat gaan we doen

OP BEZOEK BIJ OMA TOBBEN

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

WERK ZE! Lesmateriaal voor reïntegratie

Dit boekje is van... Mijn naam is: Mijn gezinsvoogd heet: Het telefoonnummer van de gezinsvoogd is:

Opstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.

Luisteren: muziek (A2 nr. 1)

Wat doen jongeren op internet?

U en uw buren 65384_U en uw buren.indd :16

Eerste week vd advent

Meten van mediawijsheid. Bijlage 6. Interview. terug naar meten van mediawijsheid

1. Hoeveel uur per week zaten jongeren op internet in 2009?

Ik ben Sim-kaart. Mobiel bellen groep 5-6. De Simkaart is een meisje, tikkeltje ondeugend en een echte kletsgraag. Aangeboden door

JEUGDIGEN. Hulp na seksueel misbruik. vooruitkomen +

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Leren & Werken

Actielessen. Les 5. Feest in de buurt! Wat leert u in deze les? Veel succes!

Verkiezingsprogramma in gewone taal. Middelburg

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

Kijk maar naar enkele reacties van leerlingen en ouders.

Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Wijs Worden. werkboek. deel 1 DAMON

Lei en griffel: Kinderen schreven met een griffel op een lei. Soms leerden ze lezen met een ABC-boekje.

Zaken voor mannen. Verhalen van mannen met epilepsie

Copyright Beertje Anders

Naam: Mariska v/d Boomen. Klas: TG2C. Datum: 25 Juni. Docent: Van Rijt. Schrijfverslag.

Welke krachten en drempels ervaren deelnemers door de workshops van Artability in Thessaloniki?

Gewoon zo! WONEN: HOE ONTMOET JE BUURTBEWONERS?

Knallen met je vrienden! Leuk, maar ook voor anderen?

Transcriptie:

werkt voor en met bewoners in wijken en buurten Oma Geertje vertelt.

2

Welbions: we werken er allemaal. Wij zijn dé woningcorporatie van Hengelo en verhuren meer dan 13.000 woningen aan in totaal 25.000 mensen. Dat is een propvol stadion van FC Twente en bijna een derde van alle inwoners van Hengelo! Welbions streeft naar wijken en buurten waarin onze bewoners en klanten als ze willen - hun leven lang prettig kunnen wonen en leven. Vitale wijken noemen we dat. Dat doen we niet alleen, maar we werken samen met allerlei organisaties in de stad op het gebied van wonen, zorg, welzijn, werken en leren. Dat is waar we nu anno 2010 staan. We blikken terug én vooruit met Oma Geertje. Hengelo, 23 december 2010 3

Wat was Geertje blij met de woning: ze kon eindelijk trouwen 4

Geertje gaat trouwen en krijgt haar eigen huis Oma Geertje woonde bijna haar hele leven aan de Paulus Potterstraat in de wijk het Wilbert. Ze heeft die huizen nog zien bouwen. Wat was ze blij met de woning: ze kon eindelijk trouwen. Ze kwamen van het boerenland; een groot gezin in een klein en slecht huis. Naar school was ze wel geweest, maar niet meer dan drie klassen lagere school. Ze moest helpen in het huishouden en zorgen voor de andere kinderen. Haar vrijer Henk kon werk krijgen bij Stork, werk met een bedrijfsschool en een huis! Het huis had een grote tuin, waar ze mooi hun eigen moestuin konden maken met aardappelen en groenten. En ze konden er kippen houden. In de buurt werkten bijna alle mannen bij Stork en gingen naar de bedrijfsschool. Je had wat met elkaar, het was veilig en vertrouwd. Soms was er ook wel ruzie, soms ging het helemaal verkeerd in een gezin. Je kent het wel: man aan de drank en geen geld voor het huishouden. Maar er was altijd wel een oplossing of iemand die wijze raad had. De woning was van de vereniging. Je moest elke week de huur betalen. Die huur werd aan de deur opgehaald, elke week door dezelfde man. Die man wist van elk gezin wel zo n beetje hoe het er voor stond, hoe scheef de lamp hing. En als het mis ging regelde hij dat je wat later kon betalen. Of hij regelde dat de sociaal werkster van de vereniging langs kwam. Dan was je overigens niet jarig, want die mevrouw was streng op het naleven van de regels in en om het huis. Maar ja, op die manier leerden mensen het wel. Iedereen was lid van de vereniging. Er waren vergaderingen en je kon in het bestuur komen. Op die vergaderingen werd van alles besproken: hoe het ging in de buurt, 5

Die mevrouw van de woningbouw was streng op het naleven van de regels (blz. 5) 6

welke activiteiten er werden georganiseerd, wat er aan de woningen moest worden gedaan en ook wat je wel en wat je niet mocht doen in en aan je woning. De kinderen vliegen uit Geertje kreeg kinderen, drie om precies te zijn: Wim, Betsie en Jos. Ze konden met z n allen prima in het huisje wonen. De kinderen gingen verder leren, de ambachtsschool en de huishoudschool. De jongste wilde daarna nog verder leren. Dat was nog een hele kunst, want de ruimte in het huis was klein en die opgroeiende kinderen namen steeds meer ruimte in. Gelukkig werden er volop woningen gebouwd in Hengelo. In Klein Driene konden de twee oudsten, Wim en Betsie, al snel een huisje krijgen, een flatje. Praktisch alle kinderen uit de buurt gingen daar wonen. De meeste mensen kenden elkaar daar dan ook wel. Ze hadden daar ook wat met elkaar, het was er veilig en vertrouwd. Met de jongste wilde het niet vlotten, hij ging rare dingen doen. Was veel van huis weg, logeerde bij vrienden en kennissen. Al snel bleek dat hij geen enkele opleiding meer volgde en maar wat aanrommelde. Gelukkig kreeg hij een kameraad met wie hij in Rotterdam ging wonen. Met de andere twee kinderen ging het goed. De mannen deden het goed op hun werk en konden zich verbeteren. Maar dat betekende wel dat de één naar Arnhem ging en de ander naar Utrecht. 7

De ruimte in het huis was klein en die opgroeiende kinderen namen steeds meer ruimte in (blz.7) 8

De buurt verandert Met Jos ging het toch niet zo goed en hij kwam weer thuis wonen. Er was wel plek genoeg in haar huisje na het overlijden van haar man, maar zo n jongen met al z n problemen in huis is niet gemakkelijk. Maar ja, wat moest Geertje anders? De buurt was erg veranderd, mensen gingen en nieuwe mensen kwamen. Soms kon je ze niet eens verstaan. Zoals haar nieuwe Turkse buren. Dat was in het begin even wennen, maar later hielp Achmed haar soms met een klusje en kwam Sadia vaak thee drinken en bracht dan baklava of andere zoetigheid mee. Dat vond Geertje wel lekker! En de vereniging was er ook niet meer, er was nu de woningbouw. Die was wel goed hoor, maar er kwam niet meer elke week iemand om de huur op te halen. Alleen als er wat stuk was, dan kwam Kees die het onderhoud deed. De jongste had geen geld, geen werk, maar wel veel problemen. En veel contacten; met de sociale dienst, met maatschappelijk werk, met de verslavingszorg, met de politie. Dat ging zo een tijdje door. Geertje werd ook een dagje ouder en had het moeilijk. Maar alle instanties bleven zeggen dat het goed zou komen met de jongste. Er kwamen veel mensen over de vloer om de jongste te helpen, maar het hielp allemaal niet. Geertje maakte zich zoveel zorgen om Jos, dat ze een keer vergat de huur te betalen. Voor het eerst van haar leven had ze een huurachterstand en kreeg ze te maken met huurincasso van de woningbouw. Ze schaamde zich, maar gelukkig is dat allemaal goed gekomen. Maar ook haar huis werd een dagje ouder. 9

De woningbouw schreef dat haar huisje gerenoveerd moest worden. De schrik sloeg om haar hart 10

De woning in een nieuw jasje of verhuizen? De woningbouw schreef een brief dat haar huisje gerenoveerd moest worden en dat ze daarom een tijdje haar huis uit zou moeten. De schrik sloeg haar om het hart. Hoe moest dat nu, met die jongste. Er kwam iemand van de woningbouw langs. Een mevrouw die zich wijkconsulent noemde. En die mevrouw wilde niet alleen over de renovatie praten, maar ook over hoe verder met Geertje ging. Aan haar heeft ze haar hele verhaal verteld. Dat luchtte wel op! De mevrouw van de woningbouw zorgde ervoor dat met de jongste gepraat werd. Door iemand van weer een andere organisatie. En zo ging hij naar een andere woning waar hij leerde om op zichzelf te staan. Die renovatie wilde Geertje niet meer. Ze kon een seniorenwoning krijgen. Nou, dat moest dan maar. De kinderen werden opgetrommeld om Geertje te helpen verhuizen naar een nieuwe woning in een andere wijk. Dat laatste was wel een probleem. Wie moest haar nu helpen bij de dagelijkse dingen als een schilderijtje ophangen, die formulieren. Wie is er nu vertrouwd? Een andere mevrouw van de woningbouw, ook een wijkconsulent, kwam haar opzoeken om te kijken of alles een beetje liep. Die mevrouw vertelde wat er allemaal mogelijk is als ze hulp nodig mocht hebben. Er was een klus- en hulpdienst, mensen uit de buurt wilden haar wel helpen bij dagelijkse dingen. Dat had de woningbouw geregeld via de stichting KlusPlus. Daarmee werken ze samen Je moest wel lid worden, maar dan kwam er af en toe iemand voor een klusje en een praatje. En zo leerde oma meer mensen kennen én haar nieuwe buurt. Met de jongste ging het beter. Hij had geleerd z n zaken op orde te brengen en had een baantje bij buurtbeheer. 11

De kinderen werden opgetrommeld om Geertje te helpen verhuizen naar de nieuwe woning (blz. 11) 12

Van woningbouw naar Welbions We zijn intussen in 2020. Het economisch herstel heeft lang geduurd. De jongste heeft nog steeds geen vaste baan, maar wel veel vrienden, de meesten van hetzelfde slag. Voor oma Geertje is het leven prettig, er zijn zo de vaste dingen en ze heeft ook mensen leren kennen. De kinderen en kleinkinderen komen regelmatig op bezoek en ze gaat vaak naar de ontmoetingsruimte in het flatgebouw om een kaartje te leggen. Ze vindt het prettig dat in het gebouw een plek is waar mensen elkaar kunnen opzoeken. Je kunt er zelfs eten. En er zijn vaste mensen van de woningbouw waar je altijd terecht kunt. Ze noemen zichzelf nu woningcorporatie en er is er nog maar één in Hengelo. De buurt doet veel met elkaar om het onderling goed te houden. Er is een buurtvereniging waar bijna iedereen lid van is. Er zijn vergaderingen waar van alles besproken wordt, hoe het gaat in de buurt, welke activiteiten er worden georganiseerd. De woningcorporatie komt daar regelmatig praten over de dingen die zij willen doen en dan kun je daar je eigen mening over geven. Zo ontstaat voor oma Geertje weer een beetje dat gevoel dat je wat met elkaar hebt, dat het veilig en vertrouwd is. De jongste en zijn vrienden hebben een plek gevonden waar ze kunnen wonen en leven. De woningcorporatie heeft er voor gezorgd dat er vaste plekken in de stad zijn waar zij kunnen wonen, waar ook toezicht is. Bijzonder is dat! Want alleen gaat hij het niet redden. Niet dat hij slecht is, maar het zit er gewoon niet in. 13

Oma Geertje gaat vaak naar de ontmoetingsruimte in het flatgebouw om een kaartje te leggen (blz. 13). 14

De woningcorporatie heeft in de buurt van oma een nieuw buurthuis gebouwd waar van alles gebeurt, waar ook kinderen naar school gaan. Oma gaat er wel eens naar toe, om te helpen of om spelletjes te doen met de kinderen die er op school zitten. Zo ontmoet oma weer veel andere mensen. Ook Jos komt er, hij heeft een beetje rust gevonden en is nu vrijwilliger in het buurthuis, sommigen van zijn vrienden ook. Thuis in mijn buurt! Voor oma is de woningbouw, zo noemt ze het eigenlijk nog steeds, weer een beetje die vereniging. Je kunt er geen lid van worden, maar je hebt wel het gevoel dat je er terecht kunt als er wat is. Je hebt wel het gevoel dat ze er voor zorgen dat het een beetje goed gaat in de buurt en dat als het ergens fout gaat er een plek is waar je terecht kunt. Ze zorgen er voor dat het een beetje stabiel, een beetje leuk blijft in de buurt. Ze zeggen dat ze werken aan vitale wijken en buurten. Oma Geertje snapt dat niet helemaal, maar vindt het wel fijne mensen. Ze doen niet alles zelf hoor! Ze werken juist heel veel samen met andere organisaties, als een soort spin in het web. Ze zijn er altijd, ze luisteren goed naar je en ze doen de goede dingen in de buurt. Ze zorgen ervoor dat je je een beetje thuis voelt. 15

Welbions: ze werken veel samen met andere organisaties, als een spin in het web (blz. 15). 16

17

Colofon Tekst: Peter Pinkhaar Tekeningen: Martin Tankink Welbions, december 2010 18