werkbladen thema 6 feestdagen en vrije tijd



Vergelijkbare documenten
werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL

werkbladen thema 4 gezondheid

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

werkbladen thema 1 naar een nieuwe school

werkbladen thema 5 werk

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Schrijven. U leert een kaartje te schrijven OPDRACHTKAART.

hoe ik kan reageren op familieberichten van de buren, bijvoorbeeld als er iemand jarig is, of er een baby geboren is.

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

LESBRIEF. Karel is jarig. Samenvatting: De begrippen zijn: Wij maken kinderdromen waar

Spreekoefeningen. Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen. (voor het inburgeringsexamen - spreken)

OPA EN OMA DE OMA VAN OMA

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 1 NEDERLAND

werkbladen thema 8 DE gemeente

Bijlage 1. Beste ouders/verzorgers van de leerlingen van groep 3/4,

Thema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

taal portfolio Taalportfolio 9+

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie

Hallo ouders/ verzorgers van de kinderen van B4

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts

Lesbrief 35. AOW aanvragen.

Thema Gezondheid. Lesbrief 5. De tandarts

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

Antwoorden Thema 2 Feesten

Wat heb je gisteren gedaan?

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Spreken. Les 5: Wat zeg je? Gezondheid OPDRACHTKAART.

Weekprogramma: Week 1; 0 jaar De meegenomen foto s worden met de baby s bekeken. 1 jaar De kinderen wijzen zichzelf en de familie op foto s aan.

Thema Gezondheid. Les 5. De tandarts

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Brood, tafel, maaltijd houden

dat ouders vaak afspraken maken om hun kinderen bij elkaar thuis te laten spelen.

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 5. Werk vragen in een winkel

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. Naar het ziekenhuis.

Thema Op het werk. Lesbrief 15. Vrij vragen

Vragenlijst Prettig Schoolgaan versie voor de basisschool

Eerste week vd advent

Leesboekje familie en vrienden

Lesbrief 14. Naar personeelszaken.

Thema Kinderen en school. Lesbrief 20. Op het schoolplein

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

Spreekopdrachten thema 3 Kinderen

Dit boekje hoort bij het project

Matteüs 25: Gezinsdienst: Wachten duurt lang!

Lesbrief 38. Aangifte doen van geboorte

Lesbrief. Bij ons in het dorp Jan Terlouw

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Thema Kinderen en school. Lesbrief 19. Samen naar de bibliotheek

2c nr. 1 zinnen met want en omdat

Spreekopdrachten thema 8 Opleidingen

Thema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken

CP15. functioneringsgesprek

Ga een boodschap doen in een Nederlandse winkel. Je moet wachten tot je aan de beurt bent. Als je wacht, luister je goed als andere mensen praten.

Wat kan ik voor u doen?

C Relaties. C1 Bij wie hoor ik? 3 C2 Vriendschap 7 C3 Verliefd 12 C4 Verkering 16 C5 Trouwen 22

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD

Thema 1 Nederland. Inhoudsopgave

Thema Kinderen en school. Lesbrief 10. Voor het eerst naar school

wensenboek deel cliënten

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Thema In en om het huis.

biografie en leerplan wie ben ik? wat kan ik? wat wil ik?

Voor jou! Dit boek is voor jou. Het gaat over God. En over God en jou samen. Over Gods liefde voor jou.

Lesbrief. De familieblues Yvonne Kroonenberg

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

3t/m5. thema: Groep. De Meester bij de meesters WIE GEEF JIJ EEN. Lucee woont in Sierra Leone. Lees haar verhaal!

Thema Gezondheid. Lesbrief 1. Een afspraak maken

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

VERSJES: Mourik lou VADERDAG. Lieve papa, kom eens even met uw hoofd heel dicht bij mij. k wil u graag een zoentje geven en u krijgt daar nog wat bij!

Gewoon zo! WONEN: HOE ONTMOET JE BUURTBEWONERS?

Spreken. Les 4: Wat zeg je? In een kledingzaak OPDRACHTKAART.

COACHFRIEND. Werkboek. (voeg hier je profielfoto toe)

Spreken. Les 5: Wat zeg je? Gezondheid. SPREKEN NIVEAU A1

Gezond thema: DE HUISARTS

Handboek NT2 in het volwassenenonderwijs

Spreken. Les 6: Wat zeg je? Telefoon OPDRACHTKAART.

LOPKE OVERZICHT ALGEMENE FICHES, VERHALEN EN ACTIVITEITENFICHES DERDE KLEUTERKLAS. ECEGO-Expertisecentrum voor Ervaringsgericht Onderwijs

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

december 2012 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte Kerstkaart

Thema 10: Hiep, hiep, hoera!

TAKENBOEK DEEL 1 0-A1

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.

Hoe kunt u voor uw bijzondere kleinkind zorgen? Tips voor opa s en oma s. Foto Britt Straatemeier. Deze brochure werd mogelijk gemaakt door:

Actielessen. Les 5. Feest in de buurt! Wat leert u in deze les? Veel succes!

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Kijk op: nt2taalmenu wordt gemaakt door: Frans Snik, Ed Kniesmeijer en René den Nijs. Brieven schrijven

Wie is dat? thema. Hoe heet jij? Ik weet het niet! Beatriz. Marco. Hallo, ik heet Jürgen. Dag mevrouw. Dag meneer. Hoi! Ik heet Bushra. En jij?

Opstartlessen. Les 2. Wonen. Wat leert u in deze les? Veel succes! Een gesprek voeren over wonen. Zeggen hoe u woont.

Hoe maak ik... Naam: Groep:

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

Eerwraak. Naam: Paul Rustenhoven Klas: 4GTL1 Inlever datum : Titel: Eerwraak Schrijver: Karin Hitlerman. Blz 1.

zondagmorgen 14 november 2010 Welkomkerk ds. W.H. Hendriks-Vogelaar

Mijn computer is leuk!

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Anna en Noah starten met een opleiding in een avondschool. Ze doen een graduaat marketing. Tijdens de eerste pauze praten ze met elkaar.

Dit thema gaat over de verschillende feestdagen en vieringen in Nederland. Onderwerpen. Wat kun je meenemen?

Thema Op zoek naar werk

Spreken. Les 3: Wat zeg je? De supermarkt OPDRACHTKAART.

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Transcriptie:

werkbladen thema 6 feestdagen en vrije tijd

6.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken Badria wordt vandaag 5 jaar. Jan koopt een boek voor Badria. Badria pakt het cadeautje uit. tweede ronde filmkijken Waarom kijkt Jan door het raam? Hij hoort muziek. / Hij ruikt de taart. Waar koopt Jan een cadeautje? Wanneer pakt Badria het pakje uit? In de supermarkt. / In de cadeauwinkel. Als Jan weg is. / Morgen. feestdagen en vrije tijd

e ronde filmkijken: Wat vraagt Badria aan Jan? a. Kom je straks koffiedrinken Jan? b. Kom je straks theedrinken Jan? Jan feliciteert Tarik. Wat zegt Jan? a. Gefeliciteerd met je dochter. b. Gefeliciteerd met je zoon. Badria blaast de kaarsjes uit. Wat roept Jan? a. Lang zal ze leven! b. Hieperdepiep hoera! feestdagen en vrije tijd

6. de stamboom WERKBLAD alleen Luister naar de docent. Kijk naar de stamboom. Geef daarna antwoord op de vragen. Omcirkel het goede antwoord. Werkblad: 6.0 / 6. / 6. / 6. / 6.4 / 6.5 / 6.6 / 6.7 / 6.8 / 6.9 De familie van Zoera Dina Hassan Tarik Zoera Jaffar Noha Peter Badria Anna Joost 4 5 6 Dina is de moeder van Zoera. Kijk in de stamboom en omcirkel het goede antwoord:. Dina is de moeder van Zoera. Zoera heeft een zus en een broer.. Zoera heeft een zus en een broer. Hassan heeft kleinkinderen.. Hassan heeft kleinkinderen. Noha is de tante van Badria. 4. Noha is de tante van Badria. Dina is de oma van Badria. 5. Dina is de oma van Badria. 6. Jaffar is de opa van Badria. Jaffar is de opa van Badria. feestdagen en vrije tijd 4

6. FAMILIEZAKEN WERKBLAD met een andere cursist Praat met een andere cursist: Welke woorden horen bij geboorte, verjaardag en overlijden? Vul de woorden in op de goede plaats. Sommige woorden kunt u vaker gebruiken. Werkblad: 6.0 / 6. / 6. / 6. / 6.4 / 6.5 / 6.6 / 6.7 / 6.8 / 6.9 feliciteren de crematie jarig de baby condoleren de taart Waar hoort het bij? Vul feestvieren de woorden in op het de cadeau goede plaats. dood de kaart blij de begrafenis verdrietig zingen feliciteren de crematie jarig de baby condoleren de taart feestvieren het cadeau dood de kaart blij de begrafenis verdrietig zingen de geboorte de verjaardag het overlijden feestdagen en vrije tijd 5

6. GEBOORTE- EN OVERLIJDENSBERICHTEN alleen Plak een geboortebericht en een overlijdensbericht op de volgende bladzijde. Geef antwoord op de vragen. Kijk daarna naar het werkblad van uw buurman of buurvrouw. Zijn de antwoorden goed? geboortebericht 4 5 6 Hoe heet de baby? Is de baby een jongen of een meisje? Wanneer is de baby geboren? Wat is de achternaam van de baby? In welke plaats woont de baby? Heeft de baby broertjes of zusjes? overlijdensbericht 4 5 6 Wie is overleden? Wanneer is hij of zij overleden? Hoe oud is hij of zij geworden? Waar is hij of zij geboren en overleden? Had hij/zij kinderen en kleinkinderen? Wanneer is de begrafenis/crematie? feestdagen en vrije tijd 6

plak hier een geboortebericht: plak hier een overlijdensbericht:

6.4 FELICITEREN EN CONDOLEREN met een andere cursist Eén van u leest de -zinnen. De ander leest de -zinnen. Wissel van rol. de geboorte : Hoi.., hoe gaat het? : Goed, ik heb een zoontje dochtertje gekregen! : Wat leuk, gefeliciteerd! : Bedankt! : Alles goed met de baby? : Ja, prima. de verjaardag : Hoi.., hoe gaat het? : Goed, ik ben vandaag jarig. : O, gefeliciteerd! : Bedankt! : Hoe oud ben je nu? : jaar. feestdagen en vrije tijd 8

het overlijden : Dag.., wat is er aan de hand? : Mijn opa is overleden. oma tante.. : Wat erg! Gecondoleerd. : Dank je. het huwelijk : Hallo., hoe gaat het? : Prima, ik ben vorige week getrouwd! : Gefeliciteerd! Was het een leuk feest? : Ja, fantastisch! feestdagen en vrije tijd 9

6.5a IEMAND FELICITEREN WERKBLAD Werkblad: 6.0 / 6. alleen / 6. / 6. / 6.4 / 6.5 / 6.6 / 6.7 / 6.8 / 6.9 Lees WERKBLAD de kaart: Bekijk de kaart. Schrijf daarna de kaart over. Werkblad: 6.0 / 6. / 6. / 6. / 6.4 / 6.5 / 6.6 / 6.7 / 6.8 / 6.9 Lees de kaart: Noha de Wit Parkweg 44 Noha 88 de HH Wit Laren Parkweg 44 88 HH Laren Schrijf de kaart: Schrijf de kaart: feestdagen en vrije tijd 0

6.5b IEMAND FELICITEREN met een andere cursist Stel vragen aan een andere cursist. Schrijf de antwoorden op de juiste plek. Schrijf ook uw naam op de juiste plek. 4 5 Tip: Vraag: Hoe spel je dat? Hoe heet je? Wat is je achternaam? Wat is je adres? Wat is je postcode? Wat is je woonplaats? Jaffar Al Atabbi Langstraat 55 44 RR Didam Gefeliciteerd! Groetjes,... 4 5 feestdagen en vrije tijd

6.5c IEMAND FELICITEREN met een andere cursist Stel vragen aan een andere cursist. Schrijf de antwoorden op de juiste plek. Schrijf links op de kaart: Gefeliciteerd! Groetjes, <uw eigen naam> 4 5 Tip: Vraag: Hoe spel je dat? Hoe heet je? Wat is je achternaam? Wat is je adres? Wat is je postcode? Wat is je woonplaats? Jaffar Al Atabbi Langstraat 55 44 RR Didam feestdagen en vrije tijd

6.6 FEESTDAGEN WERKBLAD met een andere cursist Praat met een andere cursist. Wat doen mensen met Sinterklaas, Kerst en het Suikerfeest? Zet kruisjes. Werkblad: 6.0 / 6. / 6. / 6. / 6.4 / 6.5 / 6.6 / 6.7 / 6.8 / 6.9 Wat doen mensen met? Kruis aan. Sinterklaas Kerst Suikerfeest vieren met familie en vrienden een gedicht maken lekker eten mooie kleren aan kaarsen branden naar de moskee gaan nieuwe kleren kopen snoepen een kerstboom in huis liedjes zingen met de kinderen naar de kerk gaan geld geven cadeautjes geven een kaart sturen feestdagen en vrije tijd

6.7 WAT IS UW HOBBY met een andere cursist Eén van u leest een zin van. Bv: Wat is jouw hobby? De ander leest een zin van. Bv: Mijn hobby is... WERKBLAD Wat is jouw hobby? Wat vind je leuk? Waar houd je van? Werkblad: 6.0 / 6. / 6. / 6. / 6.4 / 6.5 / 6.6 / 6.7 / 6.8 / 6.9 Wat is jouw hobby? Mijn hobby is. Wat vind je leuk? Ik vind leuk. Waar houd je van? Ik houd van Mijn hobby is. Ik vind leuk. Ik houd van lezen televisie kijken koken naaien schoenen passen fietsen voetballen op vakantie gaan computeren dansen slapen muziek maken wandelen zwemmen fitness foto s maken feestdagen en vrije tijd 4

6.8 WAT KAN IK DOEN IN MIJN WOONPLAATS met een andere cursist Zoek op internet. Ga naar www.google.nl. Typ in: zwembad + woonplaats (bijvoorbeeld Rotterdam). Klik op de website van het zwembad. Vul het werkblad in. adres: telefoon: openingstijden vrij- of recreatief zwemmen: 4 openingstijden familiezwemmen: 5 entreeprijs (x) voor een kind: 6 entreeprijs (x) voor een volwassene: 7 8 Zijn er zwemlessen voor volwassenen? ja / nee Andere informatie: feestdagen en vrije tijd 5

6.9 WAT HEB IK GELEERD IN DIT THEMA? alleen Wat heeft u geleerd in dit thema? Wat kunt u goed? Wat kunt u nog niet zo goed? Wat gaat u nog oefenen? Vul het schema in. Dit ga ik nog oefenen: Ik ken de Nederlandse woorden voor familieleden. Ik weet wat de geboorte, de verjaardag en het overlijden is. Ik kan iemand feliciteren of condoleren. Ik kan een eenvoudig kaartje schrijven. Ik ken een paar Nederlandse feestdagen en ik weet wat mensen dan doen. Ik weet wat mensen doen in hun vrije tijd. Ik kan zeggen wat ik leuk en niet leuk vind. Ik kan informatie zoeken of vragen over activiteiten. feestdagen en vrije tijd 6