i ALGEMEEN REGLEMENT KONINKLIJKE NEDERLANDSE LAWN TENNIS BOND



Vergelijkbare documenten
TAEKWONDO BOND NEDERLAND

Algemeen Reglement Nederlandse Darts Bond Versie: 28 mei 2016 Pagina 1 van 7

Algemeen reglement 2012

ALGEMEEN REGLEMENT NEDERLANDSE TRIATHLON BOND

Algemeen Reglement KNDSB 10 juni ALGEMEEN REGLEMENT KONINKLIJKE NEDERLANDSE DOVEN SPORT BOND

Afdelingsreglement NOAB 6 mei 2013 AFDELINGSREGLEMENT NOAB. Inhoudsopgave. Artikel 1 Afdelingsreglement. Artikel 2 Afdelingen

Algemeen Reglement Koninklijke Nederlandse Lawn Tennis Bond

HUISHOUDELIJK REGLEMENT RIJVERENIGING ANY DALE

AFDELINGSREGLEMENT. Afdelingsreglement NHV d.d

Districtsreglement 1

Algemeen Reglement Ned. Floorball en Unihockey Bond 15 oktober

Inhoudsopgave. Artikel 1 Algemene bepalingen. Artikel 2 Aanmelding en toelating tot het lidmaatschap

Huishoudelijk Reglement Rijvereniging en Ponyclub t Einde

Algemeen Reglement KNBB 18 december

Algemeen Reglement NADB Vastgesteld door de Bondsraad op 8 november 2015

Huishoudelijk reglement. Paardensport vereniging Van t Knoal

DISTRICTSREGLEMENT TBN 4 juli 2005

Districtsreglement KNMV algemene vergadering 14 mei DISTRICTSREGLEMENT KNMV

wijzigingen naar aanleiding van Algemene ledenvergadering november 2012

HUISHOUDELIJK REGLEMENT RIJVERENIGING NIENOORD. Inhoudsopgave. Artikel 1 : Algemene bepalingen

AFDELINGSREGLEMENT NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND. Uitgave november In deze uitgave is de tekst van artikel 3 aangepast

HUISHOUDELIJK REGLEMENT. van de afdeling Jong. van de Personeelsvereniging van het RIVM/BBio/PD-ALT

Algemeen Reglement KNBLO-NL algemene vergadering 28 juni

Algemeen Reglement NADB 21 november ALGEMEEN REGLEMENT NEDERLANDSE ALGEMENE DANSSPORT BOND

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Huishoudelijk reglement MKB Hapert

REGLEMENT JONG BOUWEND NEDERLAND. Index: Regiobestuur Jong Bouwend Nederland Taken en bevoegdheden regiobestuur Jong Bouwend Nederland

Sectiereglement KNKF 3 juni december 2012 update 19 april 2013 Fred Kollen

Algemeen reglement. Paarden sportvereniging de Burcht

Artikel 2 - DUUR De vereniging, opgericht achttien februari negentienhonderd achtentachtig, duurt voor onbepaalde tijd.

Sectiereglement KNBB versie: 18 december SECTIEREGLEMENT KNBB. Inhoudsopgave. Artikel 1 Organisatie en reglement.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

H u i s h o u d e l ij k R e g l e m e n t

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

STATUTEN VAN VOLLEYBALVERENIGING VIOS EEFDE

Artikel 1 Naam en zetel De vereniging draagt de naam Hellevoets Effect en is gevestigd te Hellevoetsluis.

doen wat voor de beoefening van het bridgespel nuttig kan worden geacht. STATUTEN Naam en zetel Art. 1 Lidmaatschap

Huishoudelijk Reglement Atletiekvereniging Hylas

CONCEPT HUISHOUDELIJK REGLEMENT DISTRICT NOORD-HOLLAND versiedatum

HUISHOUDELIJK REGLEMENT KBO AFDELING ZEEWOLDE

ALGEMEEN REGLEMENT POLOCROSSE VERENIGING NEDERLAND U.A.

Artikel 1: de vereniging draagt de naam "Bridge Veghel '77" en is gevestigd te Veghel.

Statuten Roller Derby Vereniging Parliament of Pain

MODEL HUISHOUDELIJK REGLEMENT ============================= Rechten en verplichtingen der leden

Statuten, club- en huishoudelijk reglement Biljartvereniging De Vette Keu.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VERENIGING GEPENSIONEERDEN SCHIPHOL (november 2015)

Reglement van de kringen

Huishoudelijk Reglement

Huishoudelijk reglement tafeltennisvereniging Actief. Huishoudelijk reglement Tafeltennisvereniging Actief

HUISHOUDELIJK REGLEMENT Basketbalvereniging Pluto

STATUTEN WATERSPORTVERENIGING ONDERDENDAM

Huishoudelijk Reglement. 1 Explicitering van de rechten en plichten van leden

RSI-VERENIGING HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Artikel 4 1.Benoeming, schorsing en ontslag van de leden van het bestuur geschieden op de wijze als in artikel 8 van de statuten bepaald.

LAWN TENNISCLUB B.R.Z. BEEK

STATUTEN SGS Naam, zetel en duur

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Artikel 7. Bestuur. Het bestuur bestaat, tenzij de algemene vergadering anders beslist, uit tenminste vijf

HUISHOUDELIJK REGLEMENT HANDBALVERENIGING. Sterksel. Opgericht Ingeschreven bij het. Nederlands Handbal Verbond.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VOGELWACHT UTRECHT

gebaseerd op statuten d.d. -5 juli 2005 aan deze versie kunnen geen rechten worden ontleend

Huishoudelijk reglement EHBO Vragender

Huishoudelijk reglement

ART. 3 VERENIGINGSJAAR Het verenigingsjaar, tevens boekjaar, loopt van 1 juni tot en met 31 mei daaropvolgend.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT van de in Eindhoven gevestigde vereniging IJSCLUB EINDHOVEN

HUISHOUDELIJK REGLEMENT TENNISVERENIGING FRANKRIJK

INTERNE SPELREGELS STATUTEN

Leden. Huishoudelijk reglement Februari 2011

Huishoudelijk Reglement Badmintonclub Grubbenvorst

1. De vereniging draagt de naam: VERENIGING VOOR STUDENTEN PSYCHOLOGIE EN PEDAGOGIEK AAN DE VRIJE UNIVERSITEIT.

STATUTEN FOTOCLUB WESTERKWARTIER

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN DE VERENIGING BRIDGEDISTRICT NOORD-HOLLAND

Huishoudelijk Reglement

STATUTEN. Naam en zetel Art. 1. De vereniging draagt de naam Bridgeclub Uitgeest. Zij heeft haar zetel in de gemeente Uitgeest.

Naam en zetel. Organisatie. Geldmiddelen

HUISHOUDELIJK REGLEMENT DISTRICTEN. Versiedatum: TOEPASSINGSGEBIED. 1. Dit reglement is van toepassing op de vereniging "Bridgedistrict *.

HUISHOUDELIJKE REGLEMENT NHV AFDELING NOORD HOLLAND NOORD

Huishoudelijk reglement vereniging

Huishoudelijk Reglement

MarineBedrijf-, Sport en Ontspanningsvereniging (MBSOV)

statutair gevestigd te Amsterdam,

HUISHOUDELIJK REGLEMENT RAYON ZUID NBB

Huishoudelijk reglement van het bridgedistrict Noord-Holland

Artikel 2. Het verenigingsjaar loopt van 1 januari tot 31 december van het lopende kalenderjaar.

Historische Vereniging Den Dolder

S T A T U T E N Naam Artikel 1 Artikel 2 DOEL EN MIDDELEN Artikel 3 Artikel 4 LEDEN Artikel 5

Statuten en Huishoudelijk reglement der Bachelor Students of International Studies

HUISHOUDELIJK REGLEMENT KZV DE LANSINGH

De algemene vergadering gehouden het navolgende Huishoudelijk Reglement van toepassing verklaard.

Schiedamse TennisClub Spieringshoek Huishoudelijk Reglement

De leden zijn verplicht adresveranderingen ten spoedigste aan de secretaris op te geven.

Huishoudelijk Reglement van Schaakvereniging EsPion

De Nederlandse Burger Partij HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Huishoudelijk reglement

Huishoudelijk reglement voor de Orde van Advocaten en de raad van de orde in het arrondissement Amsterdam

DOEL Artikel 3 De verenging stelt zich ten doel door middel van het beoefenen van de budosport het lichamelijk en geestelijk niveau te bevorderen.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Algemeen Reglement Koepel Fokkerij 15 oktober

Den Haag, 1 januari HH Reglement Versie 1.2. Pagina 1/7

REGLEMENT LEIDSE AMATEUR FOTOGRAFEN VERENIGING

Transcriptie:

i ALGEMEEN REGLEMENT KONINKLIJKE NEDERLANDSE LAWN TENNIS BOND Inhoudsopgave Artikel 1: KNLTB Artikel 2: Categorieën van leden en aangeslotenen Artikel 3: Toelating van leden en beëindiging van het lidmaatschap Artikel 4: Toelating van aangeslotenen en beëindiging van het aangesloten zijn Artikel 5: Algemene rechten en verplichtingen van verenigingen en wedstrijdcomités Artikel 6: Algemene rechten en verplichtingen van bondsleden, persoonlijke leden en bondskaarthouders Artikel 7: Administratieve overtredingen Artikel 8: Agenda van de vergaderingen van de Ledenraad Artikel 9: Taken en bevoegdheden leden Bondsbestuur Artikel 10: Vergaderingen van het Bondsbestuur Artikel 11: Verkiezingen en benoemingen Artikel 12: Organisatorische indeling Artikel 13: Landelijke Commissies Artikel 14: Landelijke Werkgroepen Artikel 15: Permanente en Tijdelijke Commissies Artikel 16: Reglementen Artikel 17: Onderscheidingen Artikel 18: Vergoeding kosten Artikel 19: Bondscontributie, heffingen en afdrachten Artikel 20: Toegang tot wedstrijden Artikel 21: Handhaving orde en veiligheid Artikel 22: Officiële Mededelingen Artikel 23: Verkrijging officiële uitgaven Artikel 24: Bondsvlag en wisselprijzen Artikel 25: Aansprakelijkheid Artikel 1 - KNLTB 1. De KNLTB is aangesloten bij: a. NOC*NSF; b. de International Tennis Federation (ITF); c. Tennis Europe. 2. De KNLTB is als vereniging onder de naam Nederlandsche Lawn Tennis Bond op 5 juni 1899 opgericht. Op 28 juni 1939 is aan deze vereniging het predikaat Koninklijke verleend. 3. Het Bondsbestuur vertegenwoordigt de KNLTB nationaal en internationaal, zowel bij de in lid 1 genoemde organisaties als bij andere organisaties. Artikel 2 - Categorieën van leden en aangeslotenen 1. De KNLTB kent leden en aangeslotenen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 en artikel 5 van de statuten. De categorie bondsleden is onderverdeeld in de categorieën senioren en junioren. Alle categorieën leden van verenigingen behoren ofwel tot de categorie senioren, ofwel tot de categorie junioren. 2. Ieder bondslid ontvangt jaarlijks als bewijs van zijn lidmaatschap van de KNLTB een ledenpas. Deze ledenpas doet dienst als identiteitsbewijs en als wedstrijdpas. Tevens staat hierop het persoonsgebonden bondsnummer vermeld. De ledenpas is uitsluitend geldig van 1 april van het lopende boekjaar tot en met 31 maart van het daarop volgende boekjaar, met dien verstande dat bij beëindiging van het lidmaatschap de ledenpas zijn geldigheid verliest op het moment dat het lidmaatschap eindigt.

3. Een bondskaarthouder ontvangt als bewijs van het aangesloten zijn bij de KNLTB een bondskaart. De bondskaart is uitsluitend geldig in het lopende boekjaar. Artikel 3 - Toelating van leden en beëindiging van het lidmaatschap 1. Een vereniging meldt zich als lid aan door het indienen van een schriftelijk verzoek bij het Bondsbestuur. Het verzoek moet zijn ondertekend door degenen die statutair bevoegd zijn de vereniging te vertegenwoordigen. De vereniging legt haar statuten en huishoudelijk reglement over, alsmede een opgave van de namen en adressen van haar bestuursleden en van een introductie van het bestuur van het district waaronder de vereniging na toelating tot het lidmaatschap zal ressorteren. Tevens legt de vereniging een volledige lijst van al haar leden over. Alvorens over te gaan tot de introductie van een vereniging, vergewist het betreffende Districtsbestuur zich er onder meer van dat de vereniging voldoet aan de eis als genoemd in lid 2 sub e. van dit artikel, dat de bestuursleden niet van slecht levensgedrag zijn, alsmede dat de naam van de vereniging niet bezwaarlijk is. 2. Het Bondsbestuur kan tot niet-toelating van een vereniging besluiten indien: a. de statuten en/of het huishoudelijk reglement van de vereniging bepalingen bevatten die in strijd zijn met het Burgerlijk Wetboek; b. de statuten en/of het huishoudelijk reglement van de vereniging bepalingen bevatten die het Bondsbestuur in strijd acht met de statuten, reglementen of belangen van de KNLTB; c. in de statuten en/of het huishoudelijk reglement van de vereniging bepalingen ontbreken die het Bondsbestuur daarin noodzakelijk acht; d. het Bondsbestuur bezwaar heeft tegen de naam van de vereniging; e. de vereniging minder dan dertig leden telt; f. het Bondsbestuur andere gewichtige bezwaren heeft tegen het lidmaatschap van de vereniging. 3. Een als lid toegelaten vereniging meldt al haar leden schriftelijk bij het Bondsbestuur als bondslid aan. 4. Een persoonlijk lid verkrijgt het lidmaatschap door zich na te zijn onderscheiden of te zijn benoemd schriftelijk bij het Bondsbestuur als persoonlijk lid aan te melden. 5. Het Bondsbestuur kan voor de aanmelding van de verschillende categorieën leden het gebruik van uniforme aanmeldingsformulieren voorschrijven. 6. Verenigingen ontvangen na hun toelating een exemplaar van de statuten en de relevante reglementen. 7. Het lidmaatschap van de KNLTB wordt beëindigd met inachtneming van het bepaalde in artikel 7 van de statuten. 8. Verenigingen en persoonlijke leden zeggen hun lidmaatschap van de KNLTB schriftelijk op bij het Bondsbestuur. Een opzegging voor het volgende boekjaar dient voor 1 december van het lopende boekjaar te geschieden. Een bondslid zegt zijn lidmaatschap van de KNLTB op door een schriftelijke mededeling aan het bestuur van zijn vereniging, dat daarvan schriftelijk mededeling doet aan het Bondsbestuur. introd Artikel 4 - Toelating van aangeslotenen en beëindiging van het aangesloten zijn 1. Een wedstrijdcomité meldt zich als zodanig schriftelijk aan bij de KNLTB door inzending van een ondertekend aanmeldingsformulier. Een wedstrijdcomité telt ten minste vijf meerderjarige bondsleden, van wie ten minste één bondsgedelegeerde is. Leden van de Ledenraad, het Bondsbestuur, een Districtsbestuur, alsmede belanghebbenden bij de tennissport kunnen geen zitting hebben in een wedstrijdcomité. Een wedstrijdcomité dient te beschikken over een reglement. Indien het reglement van het wedstrijdcomité vermeldt dat het wedstrijdcomité al zijn wedstrijden op een bepaald tennispark of in een bepaalde l2

tennishal organiseert, mag de betreffende tennisaccommodatie-exploitant of zijn partner zitting hebben in het wedstrijdcomité en moeten, wanneer één of meer verenigingen op dat park of in die hal spelen, ten minste twee vertegenwoordigers van die vereniging(en) in het wedstrijdcomité zitting hebben. Het wedstrijdcomité doet schriftelijk opgave van de personen die in het wedstrijdcomité zitting hebben en legt een introductie over van het bestuur van het district waaronder het na toelating zal ressorteren. Alvorens over te gaan tot de introductie van een wedstrijdcomité, vergewist het betreffende Districtsbestuur zich er onder meer van dat de leden van het wedstrijdcomité niet van slecht levensgedrag zijn, alsmede dat de naam van het wedstrijdcomité niet bezwaarlijk is. Eerst nadat de KNLTB heeft vastgesteld dat is voldaan aan de gestelde voorwaarden, wordt het wedstrijdcomité toegelaten als aangeslotene bij de KNLTB. 2. Een bondskaarthouder meldt zich als zodanig schriftelijk aan bij de KNLTB, met vermelding van zijn volledige naam, adres, geboortedatum en speelsterkte, alsmede een verklaring van een vereniging dat hij is geplaatst op een wachtlijst voor het verkrijgen van het lidmaatschap van die vereniging. Gelijktijdig met het inzenden van het aanmeldingsformulier moet de voor de bondskaart verschuldigde bijdrage, zoals vastgesteld door het Bondsbestuur, worden voldaan. Eerst nadat de KNLTB heeft vastgesteld dat is voldaan aan de gestelde voorwaarden, wordt de bondskaarthouder toegelaten als aangeslotene bij de KNLTB. 3. Het Bondsbestuur kan voor de aanmelding van wedstrijdcomités en bondskaarthouders het gebruik van uniforme aanmeldingsformulieren voorschrijven. 4. Wedstrijdcomités ontvangen na hun toelating een exemplaar van de statuten en de relevante reglementen. 5. Wedstrijdcomités melden het Bondsbestuur schriftelijk wanneer zij het aangesloten zijn bij de KNLTB wensen te beëindigen. Een schriftelijke mededeling tot beëindiging voor het volgende boekjaar dient voor 1 december van het lopende boekjaar te geschieden. 6. Het Bondsbestuur kan het aangesloten zijn van een wedstrijdcomité met onmiddellijke ingang beëindigen indien het wedstrijdcomité niet meer voldoet aan de voorwaarden die de KNLTB aan een wedstrijdcomité stelt. 7. Het bondskaarthouderschap eindigt, behoudens verlenging, uiterlijk 31 december van het jaar van toelating. Het Bondsbestuur kan het aangesloten zijn van een bondskaarthouder met onmiddellijke ingang beëindigen indien een bondskaarthouder niet meer voldoet aan de voorwaarden die de KNLTB aan het bondskaarthouderschap stelt. Artikel 5 - Algemene rechten en verplichtingen van verenigingen en wedstrijdcomités 1. Verenigingen hebben het recht toernooien te organiseren volgens de bepalingen van het Toernooireglement, tenzij hen dit recht door enige tuchtmaatregel is ontzegd. Verenigingen hebben tevens het recht deel te nemen aan de door de KNLTB georganiseerde landelijke competities en aan de door of namens hun district georganiseerde Districts- en Regiocompetities met inachtneming van de bepalingen van het Competitiereglement, tenzij hen dit recht door enige tuchtmaatregel is ontzegd. Verenigingen hebben voorts het recht om gebruik te maken van de diensten voor verenigingen die de KNLTB biedt. 2. Wedstrijdcomités hebben het recht toernooien te organiseren met inachtneming van de reglementen die van toepassing zijn en onder de voorwaarden die de KNLTB stelt. 3. In aansluiting op het bepaalde in artikel 6 van de statuten zijn verenigingen verplicht: a. desgevraagd op eerste verzoek de verlangde relevante inlichtingen en opgaven volledig en juist te verstrekken aan het Bondsbestuur, een Districtsbestuur, de Strafcommissie en de Commissie van Beroep, dan wel aan een door genoemde organen aangewezen commissie of persoon; b. jaarlijks voor 1 februari op de door het Bondsbestuur voorgeschreven wijze opgave te l3

doen van de namen met voorletters, adressen en geboortedata van haar bestuursleden en functionarissen met vermelding van de functies, waaronder de competitieleider, en van het aantal banen en de plaats waar deze zijn gelegen, de aard van het speeloppervlak en het telefoonnummer van de accommodatie; c. in geval van een tussentijdse wijziging in de in lid 3 sub b. bedoelde gegevens hiervan op de door het Bondsbestuur voorgeschreven wijze binnen veertien dagen mededeling te doen aan het Bondsbestuur; d. op de door het Bondsbestuur voorgeschreven wijze en binnen de aangegeven tijd opgave te doen van de namen met voorletters, adressen en geboortedata van alle leden, alsmede van andere door het Bondsbestuur verlangde relevante gegevens; e. het Bondsbestuur of zijn gemachtigde te allen tijde inzage in of afschrift te geven van de boekhouding en de administratie met de daarbij behorende bescheiden; f. een door de KNLTB geroyeerd bondslid met onmiddellijke ingang het lidmaatschap van zijn vereniging op te zeggen, alsook om door de KNLTB geroyeerde leden niet als lid of betrokkene toe te laten of aan wedstrijden te laten deelnemen; g. toe te zien op de naleving van een aan een bondslid of bondskaarthouder opgelegde straf; h. van alle bondsleden een registratie bij te houden waarop de gegevens zijn vermeld die door de KNLTB worden verlangd; i. de gehele administratie gedurende de wettelijk voorgeschreven termijn te bewaren. j. voorgenomen wijzigingen in haar statuten en reglementen ter goedkeuring voor te leggen aan het Bondsbestuur; k. wijzigingen in haar statuten en reglementen onverwijld ter kennis te brengen van het Bondsbestuur en van het betreffende Districtsbestuur; l. om onder opgave van redenen binnen veertien dagen schriftelijk mededeling te doen aan het Bondsbestuur en aan het betreffende Districtsbestuur van een door de vereniging geroyeerd bondslid of van een aan een bondslid opgelegde schorsing van vier weken of langer; m. om een bondslid dat geselecteerd is voor een nationaal team in de gelegenheid te stellen voor dit team uit te komen en om aan trainingen daarvoor deel te nemen; 4. Het is een vereniging verboden een overeenkomst aan te gaan met een persoon die niet beschikt over een geldige door de KNLTB verstrekte tennislerarenlicentie ter zake van het geven van tennislessen en/of het ter beschikking stellen van een tennisbaan voor het geven van tennislessen. 5. Een wedstrijdcomité is verplicht: a. er zorg voor te dragen dat zijn reglement voldoet aan de door het Bondsbestuur gestelde voorwaarden; b. schriftelijk kennis te geven aan het Bondsbestuur van wijzigingen in zijn reglement binnen twee weken nadat tot een wijziging is besloten. Deze wijzigingen treden tegenover de KNLTB in werking nadat het Bondsbestuur heeft bericht er geen bezwaren tegen te hebben; c. jaarlijks voor 1 februari op de door de KNLTB voorgeschreven wijze opgave te doen van: (1) de namen en adressen van de leden van het wedstrijdcomité, met vermelding van hun specifieke functie in het wedstrijdcomité; (2) het aantal banen waarover het wedstrijdcomité in het betreffende boekjaar de beschikking heeft, alsmede de plaats waar de banen zijn gelegen, de aard van het speeloppervlak en l4

het telefoonnummer waaronder de speelaccommodatie is te bereiken; d. het optreden van tussentijdse wijzigingen in de onder c. verstrekte opgaven op de door de KNLTB voorgeschreven wijze en tijd te melden; e. de jaarlijkse bijdrage en andere gelden op de door de KNLTB voorgeschreven wijze en tijd af te dragen. 6. Het Bondsbestuur is bevoegd om de termijn waarbinnen een vereniging of wedstrijdcomité tot een verplichting gehouden is te verlengen. Artikel 6 - Algemene rechten en verplichtingen van bondsleden, persoonlijke leden en bondskaarthouders 1. Bondsleden hebben, tenzij dit door enige tegen hen getroffen tuchtmaatregel wordt verhinderd, het recht deel te nemen aan persoonlijke wedstrijden en ploegenwedstrijden, georganiseerd of goedgekeurd door de KNLTB, voorzover de voor de betreffende wedstrijd geldende bepalingen hun deelneming toelaten en met inachtneming van de bepalingen van het Toernooireglement en van het Competitiereglement. Het Bondsbestuur kan, met het oog op de belangen van de KNLTB, deelneming aan een bepaalde wedstrijd verbieden, mits dit besluit uiterlijk twee weken voor de wedstrijd aan de betrokken persoon wordt medegedeeld. 2. Bondskaarthouders hebben met inachtneming van het Toernooireglement het recht deel te nemen aan één of meer door de KNLTB georganiseerde of goedgekeurde, in Nederland te houden persoonlijke en ploegenwedstrijden, voor zover de voor de betreffende wedstrijden geldende bepalingen hun deelneming toelaten. 3. Met inachtneming van het bepaalde in artikel 6 van de statuten verplichten bondsleden en persoonlijke leden zich: a. desgevraagd op eerste verzoek de verlangde relevante inlichtingen en opgaven volledig en juist te verstrekken aan het Bondsbestuur, een Districtsbestuur, de Strafcommissie en de Commissie van Beroep, dan wel aan een door genoemde organen aangewezen commissie of persoon; b. om zich ter gelegenheid van een tenniswedstrijd, hetzij vóór, hetzij gedurende, hetzij na de wedstrijd behoorlijk te gedragen en zo nodig mee te helpen bij het handhaven van de orde; c. om niet deel te nemen aan en geen medewerking te verlenen aan het organiseren of doen houden van wedstrijden, die niet zijn georganiseerd door of onder auspiciën van de KNLTB. 4. Leden zijn verplicht te bevorderen dat aan wedstrijden deelnemende bondsleden zich zoveel mogelijk onder gelijkwaardige omstandigheden met elkaar kunnen meten, waarbij noch voorafgaand noch tijdens een wedstrijd de door een deelnemend bondslid te verrichten prestatie opzettelijk of onbewust wordt beïnvloed door het gebruik of het toedienen van verboden middelen, als bedoeld in het Dopingreglement. Leden zijn voorts verplicht volledige en tijdige medewerking te verlenen aan dopingcontroles. 5. Het is een bondsfunctionaris verboden om, gebruik makend van het feit dat hij een bondsfunctie bekleedt, enig geldelijk voordeel te trekken uit de tennissport. Artikel 7 - Administratieve overtredingen 1. Aan bondsleden, bondskaarthouders, verenigingen en wedstrijdcomités kunnen straffen worden opgelegd, wanneer zij zich schuldig hebben gemaakt aan één of meer administratieve overtredingen. 2. Administratieve overtredingen als bedoeld in dit artikel zijn limitatief opgesomd in het Toernooireglement. 3. De bevoegdheid om straffen als bedoeld in dit artikel op te leggen berust bij de hiertoe benoemde commissie van de KNLTB. l5

4. De in lid 3 van dit artikel bedoelde commissie is bevoegd een straf op te leggen aan: a. bondsleden en/of bondskaarthouders die zich aan een administratieve overtreding hebben schuldig gemaakt. b. verenigingen en/of wedstrijdcomités die zich aan een administratieve overtreding hebben schuldig gemaakt. 5. Het strafopleggende orgaan dient bij het opleggen van een straf voorzover mogelijk de strafmaat te hanteren zoals vastgelegd door het Bondsbestuur en de opgelegde straffen zijn, voorzover toepasbaar, geldend in alle districten. 6. In geval van administratieve overtredingen kunnen de volgende straffen worden opgelegd: a. aan bondsleden en/of bondskaarthouders: 1. een waarschuwing of een berisping; 2. een geldboete van ten hoogste het bedrag dat door het Bondsbestuur is vastgesteld; 3. de ontzegging van het recht om hier te lande aan persoonlijke en/of ploegenwedstrijden deel te nemen gedurende een periode van ten hoogste zes maanden. b. aan verenigingen en/of wedstrijdcomités: 1. een waarschuwing of een berisping; 2. een geldboete van ten hoogste het bedrag dat door het Bondsbestuur is vastgesteld; 3. de ontzegging van het recht om hier te lande aan wedstrijden deel te nemen respectievelijk wedstrijden te organiseren gedurende een periode van ten hoogste twaalf maanden. De straffen onder sub a. genoemd zowel als die onder sub b. genoemd, kunnen ook voorwaardelijk en/of (al dan niet ten dele) gezamenlijk worden opgelegd. 7. Het strafopleggend orgaan bepaalt wanneer de periode bedoeld in lid 6 sub a.3 en in lid 6 sub b.3 van dit artikel begint. De straffen bedoeld in sub a. en b. van lid 6 van dit artikel worden schriftelijk ter kennis van de betrokkenen gebracht. 8. a. Tegen een straf opgelegd door een in dit artikel bedoelde commissie, staat beroep open bij de Commissie van Beroep; b. Het beroep als in dit artikel bedoeld, wordt ingesteld door indiening per aangetekend schrijven van een met redenen omkleed beroepschrift binnen zeven dagen nadat de straf ter kennis van belanghebbende is gekomen of geacht wordt te zijn gekomen. c. Het strafopleggend orgaan kan tot tenuitvoerlegging van de straf besluiten ondanks ingesteld beroep. d. Bij ingesteld beroep beslist de Commissie van Beroep in hoogste instantie. 9. Administratieve overtredingen krachtens dit hoofdstuk bestraft en afgedaan, kunnen niet alsnog voor de Strafcommissie worden gebracht. 10. Het strafopleggend orgaan bepaalt of de door hem gedane uitspraak dient te worden gepubliceerd in de Officiële Mededelingen. Artikel 8 Vergaderingen van de Ledenraad 1. Volgens het bepaalde in artikel 9 lid 4 van de statuten wordt bij de oproep voor een vergadering van de Ledenraad de voorlopige agenda bekend gemaakt. De (voorlopige) agenda en de bijbehorende stukken worden tegelijk met de oproep per post of op elektronisch wijze toegezonden respectievelijk beschikbaar gesteld aan de leden van de Ledenraad, aan de verenigingen, aan de persoonlijke leden en aan de districten. 2. Voorstellen tot wijziging van een reglement als genoemd in artikel 21 lid 2 van de statuten, vaststelling van een nieuw reglement, wijziging van de statuten, alsmede ontbinding van de KNLTB worden binnen de daarvoor in de statuten bepaalde termijn per post of op elektronische wijze toegezonden respectievelijk beschikbaar gesteld aan de leden van de l6

Ledenraad, aan de verenigingen, aan de persoonlijke leden en aan de districten. De aankondiging van de in dit lid bedoelde voorstellen heeft tevens plaats in de Officiële Mededelingen van de KNLTB. 3. De agenda van de voorjaarsvergadering van de Ledenraad bevat in elk geval: a. het vaststellen van de notulen van de vorige vergadering van de Ledenraad; b. het jaarverslag van het Bondsbestuur over het afgelopen boekjaar; c. het financieel verslag van het Bondsbestuur over het afgelopen boekjaar; d. het verslag van de externe registeraccountant; f. het vaststellen van de balans en de staat van baten en lasten over het afgelopen boekjaar; g. het verlenen van décharge aan de leden van het Bondsbestuur; h. het eventueel behandelen van een suppletoire begroting voor het lopende boekjaar; i. de rondvraag. 4. De agenda van de najaarsvergadering van de Ledenraad bevat in elk geval: a. het vaststellen van de notulen van de vorige vergadering van de Ledenraad; b. het vaststellen van het activiteitenplan voor het volgende boekjaar; c. het vaststellen van contributies en andere bijdragen voor het volgende boekjaar; d. het vaststellen van de begroting voor het volgende boekjaar; e. de rondvraag. 5. De algemeen directeur woont alle vergaderingen van de Ledenraad bij, tenzij Bondsbestuur of Ledenraad anders beslissen. De algemeen directeur heeft in deze vergaderingen de bevoegdheid om advies uit te brengen. Artikel 9 - Taken en bevoegdheden leden Bondsbestuur 1. De voorzitter is belast met de algemene leiding van de KNLTB. De voorzitter is bevoegd de binnen de organisatie van de KNLTB te houden vergaderingen bij te wonen en deze vergaderingen desgevraagd van advies te dienen en treedt bij officiële gelegenheden op als vertegenwoordiger en woordvoerder van de KNLTB. Deze bevoegdheid geldt niet voor het bijwonen van vergaderingen van de Strafcommissie en de Commissie van Beroep. De voorzitter treedt, tenzij de Ledenraad anders heeft besloten, op als voorzitter van de vergadering van de Ledenraad. Bij afwezigheid van de voorzitter neemt de vice-voorzitter de functie van de voorzitter waar. Deze treedt, zolang de waarneming duurt, in alle rechten en verplichtingen van de voorzitter. 2. De secretaris is verantwoordelijk voor het voeren van de correspondentie, voor de algemene administratieve organisatie, met uitzondering van de administratie van de districten, en voor de verslaglegging van de vergaderingen van het Bondsbestuur en van de Ledenraad. De secretaris is verantwoordelijk voor het jaarverslag. De secretaris treedt op als secretaris van de vergaderingen van de Ledenraad. 3. De penningmeester is verantwoordelijk voor het beheer van de bondsfinanciën, het opstellen van het financieel verslag, alsmede met de juiste besteding en aanwending van de bondsfinanciën, met het aanvragen van subsidie en met de algehele financiële administratie van de KNLTB. De penningmeester pleegt hierover overleg met de overige leden van het Bondsbestuur. De penningmeester is verantwoordelijk voor het opstellen van de begroting. De penningmeester legt de ontwerpbegroting voor het komende boekjaar uiterlijk in oktober ter vaststelling voor aan het Bondsbestuur. De penningmeester draagt zonodig zorg voor het opstellen van een suppletoire begroting en legt het ontwerp daarvan tijdig aan het Bondsbestuur voor. 4. De leden van het Bondsbestuur die verantwoordelijk zijn voor de aandachtsgebieden Wedstrijdtennis, Breedtetennis en Toptennis zijn speciaal belast met het opstellen van l7

beleidsplannen, begrotingen en activiteitenplannen van hun aandachtsgebied, welke stukken aan het Bondsbestuur worden overgelegd, alsmede met het informeren van het Bondsbestuur over de gegeven adviezen en informatie door de voorzitters van de betreffende Districtscommissies en de betreffende Landelijke Commissies. 5. Bij de uitoefening van zijn taken wordt het Bondsbestuur bijgestaan door de beroepsorganisatie. 6. Het Bondsbestuur is bevoegd uitgaven te doen voor ten hoogste het bedrag van de algemene reserve voor zover het kosten betreft die niet zijn begroot en die men redelijkerwijs niet onder één van de begrotingsposten kan onderbrengen, zulks tot een maximum van 2% van het begrotingstotaal van het lopende boekjaar van de KNLTB. Alvorens de door de Ledenraad aan het Bondsbestuur gegeven extra financiële ruimte te benutten, is het Bondsbestuur verplicht na te gaan welke financiële middelen ter beschikking zijn. Het totaal van bedoelde uitgaven mag niet groter zijn dan het bedrag van de algemene reserve. Artikel 10 - Vergaderingen van het Bondsbestuur. 1. Het Bondsbestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee andere Bondsbestuursleden dit gewenst achten. 2. De voorzitter bepaalt de wijze van vergaderen. Het Bondsbestuur kan ook anders dan in een bijeenkomst vergaderingen houden, mits alle betrokken Bondsbestuursleden daaraan deelnemen of in geval van afwezigheid verklaard hebben met die wijze van vergaderen in te stemmen. 3. Het Bondsbestuur kan slechts rechtsgeldige besluiten nemen, indien ten minste vier leden aan de vergadering deelnemen of daarin door een aanwezig bestuurslid vertegenwoordigd zijn. 4. Indien de stemmen in een Bondsbestuursvergadering staken, is de stem van de voorzitter doorslaggevend, tenzij bij meerderheid wordt besloten in een volgende Bestuursvergadering opnieuw over het onderwerp te stemmen. Artikel 11 - Verkiezingen en benoemingen 1. Alle verkiezingen en benoemingen voor een bondsfunctie geschieden door kandidaatstelling en zo nodig stemming en herstemming met inachtneming van het bepaalde in artikel 19 van de statuten. 2. Een kandidaatstelling geschiedt niet eerder dan nadat de kandidaat zich bereid heeft verklaard een eventuele benoeming te aanvaarden. 3. Indien de benoeming in functie geschiedt, geschiedt de kandidaatstelling ook in die functie. 4. Indien meer dan één vacature dient te worden vervuld, geschiedt de kandidaatstelling voor elke vacature afzonderlijk. 5. Alle personen die een bondsfunctie bekleden moeten lid zijn van de KNLTB, meerderjarig zijn en beschikken over de Nederlandse nationaliteit. Indien een kandidaat voor een bondsfunctie geen lid is, dan geschiedt de benoeming onder de voorwaarde dat de kandidaat zich na zijn benoeming aanmeldt als persoonlijk lid, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 lid 4 van dit reglement. Een kandidaatstelling kan niet plaatsvinden indien er sprake is of kan zijn van belangenverstrengeling. 6. Een kandidaat die geen lid is zal schriftelijk verklaren dat hij zich direct na zijn benoeming zal aanmelden als persoonlijk lid. Van een kandidaatstelling voor de Ledenraad, het Bondsbestuur, een Districtsbestuur, de Strafcommissie en de Commissie van Beroep wordt schriftelijk kennis gegeven aan allen die het recht van toegang hebben tot de vergadering waarin de benoeming kan plaatshebben, hetzij bij de oproep voor de vergadering, hetzij middels een afzonderlijk schrijven, verzonden ten minste driemaal vierentwintig uur voor het begin van de vergadering. l8

Indien een kandidaat de in dit lid bedoelde verklaring(en) vóór de stemming intrekt, wordt gelegenheid gegeven staande de vergadering in diens plaats één of meer kandidaten te stellen. 7. Het Bondsbestuur is verantwoordelijk voor de organisatie met betrekking tot de verkiezingen en benoemingen in de vergaderingen van het Bondsbestuur en de Ledenraad. Een Districtsbestuur is verantwoordelijk voor de organisatie met betrekking tot de verkiezingen en benoemingen in het eigen district, waaronder de verkiezing van de leden van de Ledenraad. 8. Indien tussentijds een vacature ontstaat, voorziet de eerstvolgende vergadering daarin zo mogelijk. Indien de voorziening in een vacature geen uitstel kan vergen, kan het desbetreffende bestuur besluiten tot een schriftelijke kandidaatstelling en verkiezingsprocedure op de wijze die zoveel mogelijk overeenkomt met de voorgeschreven wijze van verkiezen en benoemen. 9. Diegene die is benoemd in de Ledenraad, het Bondsbestuur, een Districtsbestuur, een Permanente Commissie, een Tijdelijke Commissie, een Landelijke Commissie, een Landelijke Werkgroep, een Districtscommissies of een Districtswerkgroep, kan te allen tijde als zodanig worden geschorst of ontslagen door het orgaan dat hem heeft benoemd. Artikel 12 - Organisatorische indeling De KNLTB wordt organisatorisch als volgt ingedeeld: a. in functioneel opzicht in de aandachtsgebieden Wedstrijdtennis, Breedtetennis en Toptennis; b. in territoriaal opzicht in districten. Artikel 13 - Landelijke Commissies 1. Het Bondsbestuur kan voor verschillende aandachtsgebieden Landelijke Commissies instellen. 2. De Landelijke Commissies dragen zorg voor de beleidsvoorbereiding op de respectievelijke aandachtsgebieden en voeren bijzondere opdrachten uit ten behoeve van het Bondsbestuur. De Landelijke Commissies verrichten hun werkzaamheden uitsluitend ten behoeve van het Bondsbestuur en leggen via het betreffende lid van het Bondsbestuur dat verantwoordelijk is voor het betreffende aandachtsgebied verantwoording af aan het Bondsbestuur. 3. De Landelijke Commissies onderhouden het contact met de desbetreffende Districtscommissies respectievelijke districtsfunctionarissen. De Landelijke Commissies dragen zorg voor het doen laten plaatsvinden van een gestructureerd overleg met districtcommissies voor het betreffende aandachtsgebied. 4. De Landelijke Commissies doen aan het betreffende lid van het Bondsbestuur verslag van hun bevindingen, met name van de uitkomsten van het overleg met districtcommissies, teneinde in het Bondsbestuur de resultaten van de inhoudelijke discussies onderdeel te kunnen laten zijn van de strategische afwegingen en beslissingen ten behoeve van de gehele bondsorganisatie. 5. De Landelijke Commissies bestaan uit bondsleden en/of persoonlijke leden en uit werknemers. Werknemers hebben een adviserende stem en worden benoemd door de algemeen directeur. De overige leden worden na voordracht van de Landelijke Commissie benoemd door het Bondsbestuur. De voorzitter wordt in functie benoemd en kan geen werknemer zijn. De algemeen directeur heeft het recht vergaderingen van de Landelijke Commissies bij te wonen en heeft in deze vergaderingen de bevoegdheid advies uit te brengen. 6. Met uitzondering van de werknemers worden de leden van een Landelijke Commissie benoemd voor de duur van twee jaren. Leden van een Landelijke Commissie zijn l9

benoembaar tot een maximum van vijf aaneengesloten perioden van twee jaren. Nadat een lid van een Landelijke Commissie aansluitend vijf maal tot lid van die commissie is benoemd, kan hij nadien niet tot lid van die commissie worden benoemd dan nadat een daaropvolgende periode van twee jaren is verstreken. Alsdan is het in de eerste en tweede zin bepaalde wederom van toepassing. Onder een jaar wordt in dit verband verstaan een periode van twaalf maanden. Artikel 14 - Landelijke Werkgroepen 1. Het Bondsbestuur kan voor verschillende aandachtsgebieden Landelijke Werkgroepen instellen. De leden van een Landelijke Werkgroep zijn specialisten op het betreffende aandachtsgebied. 2. Behoudens uitzonderingen, in welk geval een Landelijke Werkgroep rechtstreeks onder het Bondsbestuur ressorteert, ressorteert een Landelijke Werkgroep rechtstreeks onder de Landelijke Commissie welke is ingesteld voor het betreffende aandachtsgebied. 3. De Landelijke Werkgroepen adviseren en voeren bijzondere opdrachten uit ten behoeve van de Landelijke Commissies dan wel het Bondsbestuur. De Landelijke Werkgroepen verrichten hun werkzaamheden uitsluitend ten behoeve van de Landelijke Commissies respectievelijk het Bondsbestuur en leggen hieraan rechtstreeks verantwoording af. Ten aanzien van de beslissingen over de uitvoering van werkprocessen is de werkgroep gehouden de daarvoor vastgestelde richtlijnen te volgen. Bij een eventueel geschil tussen een Landelijke Commissie en de daaronder ressorterende Landelijke Werkgroep beslist het Bondsbestuur. 4. De Landelijke Werkgroepen bestaan uit bondsleden en/of persoonlijke leden en uit werknemers. Werknemers hebben een adviserende stem en worden benoemd door de algemeen directeur. De overige leden worden na voordracht van de Landelijke Commissie onder welke de betreffende Landelijke Werkgroep ressorteert, benoemd door het Bondsbestuur. Voor de Landelijke Werkgroepen die rechtstreeks onder het Bondsbestuur ressorteren geldt dat de voordracht door de betreffende Landelijke Werkgroep wordt gedaan. De voorzitter wordt in functie benoemd en kan geen werknemer zijn. De algemeen directeur heeft het recht vergaderingen van de Landelijke Werkgroepen bij te wonen en heeft in deze vergaderingen de bevoegdheid advies uit te brengen. 5. Met uitzondering van de werknemers worden de leden van een Landelijke Werkgroep benoemd voor de duur van twee jaren. Leden van een Landelijke Werkgroep zijn benoembaar tot een maximum van vijf aaneengesloten perioden van twee jaren. Nadat een lid van een Landelijke Werkgroep aansluitend vijf maal tot lid van die werkgroep is benoemd, kan hij nadien niet tot lid van die werkgroep worden benoemd dan nadat een daaropvolgende periode van twee jaren is verstreken. Alsdan is het in de eerste en tweede zin bepaalde wederom van toepassing. Onder een jaar wordt in dit verband verstaan een periode van twaalf maanden. Artikel 15 - Permanente en Tijdelijke Commissies 1. Er zijn Permanente Commissies en Tijdelijke Commissies met een bijzondere opdracht. 2. Van de Permanente Commissies benoemt de Ledenraad de leden van: a. de Strafcommissie; b. de Commissie van Beroep. 3. Van de Permanente Commissies benoemt het Bondsbestuur de leden van: a. de Commissie Financiën. 4. De wijze van benoeming van de leden van de Strafcommissie en de Commissie van Beroep, evenals hun taken en verantwoordelijkheden, is nader geregeld in het Tuchtreglement. 5. De Commissie Financiën bestaat uit ten minste drie en ten hoogste zeven leden. De l10

Commissie Financiën heeft tot taak het Bondsbestuur en in het bijzonder de penningmeester te adviseren met betrekking tot het financiële beleid van de KNLTB. Het Bondsbestuur benoemt na overleg met de commissie de voorzitter van de commissie in functie. Het lidmaatschap van de Commissie Financiën is onverenigbaar met het lidmaatschap van de Ledenraad en het Bondsbestuur. Artikel 16 - Reglementen 1. Het Reglement Begripsbepalingen vermeldt de definities van de belangrijkste in de statuten en reglementen opgenomen begrippen. 2. Het Districtsreglement regelt de organisatie, de taken en de bevoegdheden van de districten en de organen van de districten. 3. Het Toernooireglement vermeldt alles wat betreft de organisatie van en deelneming aan wedstrijden, geen competitiewedstrijden zijnde, en aan toernooien voorzover hieromtrent niet reeds bepalingen in de statuten of in een reglement zijn opgenomen. 4. Het Competitiereglement vermeldt alles wat betreft de organisatie van en deelneming aan de competitie, voorzover hieromtrent niet reeds bepalingen in de statuten of in een reglement zijn opgenomen. 5. Het Reglement voor de Nationale Ranglijsttoernooien vermeldt alles wat betreft de organisatie van en deelneming aan de Nationale Ranglijsttoernooien. 6. Het Eredivisiereglement vermeldt alles wat betreft de organisatie van en deelneming aan de Eredivisie. 7. Het reglement voor de Tennisarbitrage regelt alles omtrent de arbitrage van de door de KNLTB georganiseerde of goedgekeurde wedstrijden. 8. Het Reglement Jeugd Ranglijsttoernooien vermeldt alles wat betreft de organisatie van en deelneming aan de Jeugd Ranglijsttoernooien. 9. Het Licentiereglement vermeldt de voorwaarden, waaronder de KNLTB aan personen de bevoegdheid verleent tot het geven van tennisonderricht aan verschillende categorieën van tennisbeoefenaren. 10. Het Dopingreglement vermeldt wat het dopingverbod inhoudt, hoe de controle op overtreding van het dopingverbod wordt uitgevoerd en welke strafmaatregelen ingeval van een overtreding worden genomen. 11. Het Tuchtreglement vermeldt de regels met betrekking tot het tucht(proces)recht binnen de KNLTB.. Artikel 17 - Onderscheidingen 1. De KNLTB kent de volgende onderscheidingen: a. Beschermheer, Beschermvrouwe en Erevoorzitter; b. Erelid; c. Lid van Verdienste; d. Bondsonderscheidingsteken; e. Drager van de Gouden Bondsspeld; f. Tulpdrager; g. Bondsinsigne; h. Erelid van een district; i. Lid van Verdienste van een district; j. Drager van de Gouden Speld van een district; k. Drager van de Zilveren Speld van een district. 2. De titel van Beschermheer, Beschermvrouwe of Erevoorzitter kan in buitengewone gevallen door de Ledenraad op voorstel van het Bondsbestuur worden verleend aan een persoon die geen lid van de KNLTB behoeft te zijn. Het insigne van Beschermheer, Beschermvrouwe en l11

Erevoorzitter bestaat uit het hiervoor door het Bondsbestuur vastgestelde model van het Bondsinsigne. 3. Het predikaat Erelid kan door de Ledenraad op voorstel van het Bondsbestuur worden verleend aan een persoon die zich in de tennissport en/of tegenover de KNLTB zowel nationaal als internationaal heeft onderscheiden. Het insigne van Erelid bestaat uit het Bondsinsigne voorzien van een smalle goudkleurige bies. 4. Het predikaat Lid van Verdienste kan door de Ledenraad op voorstel van het Bondsbestuur worden verleend aan een bondslid of persoonlijk lid dat de tennissport op districtsniveau en nationaal niveau op buitengewone wijze en/of met verstrekkende positieve gevolgen heeft gediend. Het insigne van Lid van Verdienste bestaat uit het Bondsinsigne voorzien van een smalle zilverkleurige bies. 5. Het Bondsonderscheidingsteken kan door het Bondsbestuur worden toegekend aan een persoon die de tennissport op nationaal of internationaal niveau op buitengewone wijze heeft gediend. Het Bondsonderscheidingsteken bestaat uit het Bondsinsigne voorzien van een smalle bronskleurige bies. 6. De Gouden Bondsspeld kan door het Bondsbestuur worden toegekend aan een persoon die zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt jegens de KNLTB of de tennissport. Het insigne van Drager van de Gouden Bondsspeld bestaat uit een goudkleurig insigne met twee gekruiste goudkleurige rackets en een zwarte tulp. 7. De titel Tulpdrager wordt door het Bondsbestuur toegekend aan personen die sedert 1920 deel hebben uitgemaakt van een Nederlandse ploeg voor de Davis Cup of Fed Cup competitie. Het insigne van Tulpdrager bestaat uit een insigne met het logo van de KNLTB en de tekst Tulpdrager/Tulpdraagster. 8. Het Bondsinsigne wordt ter beschikking gesteld aan de leden van het Bondsbestuur, voor de duur van hun benoeming. Het Bondsinsigne is een gestileerde zwarte tulp op een veld in schildvorm van oranje-blanje-bleu, uitgevoerd in emaille naar een door het Bondsbestuur vastgesteld model en dragende de letters KNLTB. Het schild is hoog twee eentiende centimeter en breed één drietiende centimeter. 9. De districtsonderscheidingen worden nader geregeld in het Districtsreglement. Voorts kent de KNLTB een bondsdas en een bondsshawl volgens een door het Bondsbestuur vastgesteld model en kleur. De bondsdas of bondsshawl wordt uitgereikt aan hen die deel uitmaken van een ploeg welke de KNLTB in een internationale wedstrijd vertegenwoordigt, alsmede aan hen die door de KNLTB naar een buitenlandse wedstrijd of internationale vergadering worden uitgezonden. De bondsdas of bondsshawl mag ook worden gedragen door Ereleden, Leden van Verdienste, Dragers van het Bondsonderscheidingsteken, door de leden van het Bondsbestuur en door de algemeen directeur. De bondsdas en bondsshawl kunnen als blijk van waardering worden uitgereikt aan buitenlandse bondsofficials. De KNLTB kent een scheidsrechtersbadge volgens een door het Bondsbestuur van de KNLTB vastgesteld model en dragende de letters KNLTB. Artikel 18 - Vergoeding kosten 1. Het Bondsbestuur bepaalt aan welke bondsfunctionarissen voor welke werkzaamheden een onkostenvergoeding wordt verstrekt. Met inachtneming van de wettelijke bepalingen bepaalt het Bondsbestuur de hoogte van de onkostenvergoedingen. 2. Het Bondsbestuur stelt richtlijnen op voor de wijze waarop de onkostenvergoedingen worden verstrekt. In geen geval wordt een onkostenvergoeding voldaan dan na goedkeuring door de penningmeester van het Bondsbestuur, casu quo de onder diens verantwoordelijkheid opererende functionaris, en na overlegging van het originele bewijsstuk dan wel van een door het Bondsbestuur voorgeschreven, volledig en juist ingevulde declaratie. l12

3. Declaraties tot vergoeding van onkosten worden gericht aan het Bondsbestuur casu quo het Districtsbestuur. Bedoelde declaraties moeten binnen een maand na de datum waarop de onkosten zijn gemaakt zijn ingediend en in elk geval uiterlijk 15 januari van het daarop volgende boekjaar, tenzij het Bondsbestuur een andere termijn heeft toegestaan. Te laat ingediende declaraties behoeven door de KNLTB niet te worden voldaan. 4. Indien over de declaratie van een onkostenvergoeding verschil van mening bestaat, beslist het Bondsbestuur. Artikel 19 - Bondscontributie, heffingen en afdrachten 1. De jaarlijkse bondscontributies en bijdragen voor leden en aangeslotenen worden vastgesteld met inachtneming van het bepaalde in artikel 14 van de statuten. 2. Verenigingen, wedstrijdcomités en bondskaarthouders dragen de eigen bijdrage af aan het Bondsbestuur. Een vereniging draagt daarbij tevens de bondscontributie af voor de bij de vereniging aangesloten bondsleden. 3. Persoonlijke leden van de KNLTB zijn geen bondscontributie verschuldigd. 4. De contributienota van bondsleden wordt jaarlijks aan de verenigingen in rekening gebracht en wel in de maand februari met een voorlopige nota die is gebaseerd op het aantal bondsleden van die vereniging op 31 januari van dat boekjaar, en in de maand oktober van het betreffende boekjaar met een definitieve nota, welke is gebaseerd op het aantal bondsleden van die vereniging op 31 januari van dat boekjaar, vermeerderd met het aantal nieuw aangemelde bondsleden in de periode 31 januari tot 1 oktober van het boekjaar. 5. Indien een vereniging in het lopende boekjaar doch vóór 30 september lid van de KNLTB is geworden ontvangt deze in de maand van toetreding tot het lidmaatschap een voorlopige nota, welke is gebaseerd op het aantal bondsleden op het moment van toetreding, en in de maand oktober een definitieve nota, welke is gebaseerd op het aantal aangemelde bondsleden op het moment van toetreding in het betreffende boekjaar, vermeerderd met het aantal nieuw aangemelde bondsleden in de periode tussen de toetreding tot het lidmaatschap en 1 oktober van dat boekjaar. 6. Tenzij anders in de statuten of reglement is bepaald, moet hetgeen op grond van de bepalingen van de statuten en reglementen is verschuldigd binnen vier weken na de datum van de nota aan de KNLTB worden voldaan. Indien binnen deze termijn bezwaar tegen de nota wordt gemaakt dient in elk geval het niet betwiste gedeelte binnen de genoemde termijn te worden voldaan. Artikel 20 - Toegang tot wedstrijden Persoonlijke leden, leden van de Ledenraad, leden van het Bondsbestuur, leden van een Districtsbestuur, leden van een Permanente Commissie, leden van een Landelijke Commissie en leden van een Landelijke Werkgroep hebben het recht van toegang tot alle wedstrijden, georganiseerd door de KNLTB, volgens regels te stellen door het Bondsbestuur. Artikel 21 - Handhaving orde en veiligheid Het Bondsbestuur kan voorschriften geven tot het handhaven van de orde bij wedstrijden, alsmede personen aanwijzen die belast zijn met de controle op de naleving van die voorschriften. Artikel 22 - Officiële Mededelingen 1. Alle mededelingen, waarvan de statuten of reglementen publicatie voorschrijven, of waarvan dit door het Bondsbestuur gewenst wordt geacht, alsmede alle uitvoeringsbesluiten worden opgenomen in de Officiële Mededelingen van de KNLTB. 2. De Officiële Mededelingen worden ter kennis gebracht van de leden van het Bondsbestuur, l13

de leden van de Ledenraad, de leden van de Districtsbesturen, de persoonlijke leden, de bondsfunctionarissen, de verenigingen en de wedstrijdcomités. 3. De Officiële Mededelingen kunnen worden gepubliceerd in het bondsorgaan of een ander mededelingenblad van de KNLTB en/of op elektronische wijze. Het Bondsbestuur is verantwoordelijk voor de wijze waarop de Officiële Mededelingen worden gepubliceerd. Artikel 23 - Verkrijging officiële uitgaven 1. Verenigingen en wedstrijdcomités ontvangen bij aanvang van hun lidmaatschap respectievelijk toelating een exemplaar van de statuten en de reglementen. 2. Verenigingen en wedstrijdcomités ontvangen tegen een jaarlijks door het Bondsbestuur bepaalde bijdrage een exemplaar van het jaarboek, vier exemplaren van het bondsorgaan, een exemplaar van elk nieuw uitgegeven reglement en een exemplaar van elke herdruk van bestaande reglementen. De leden van het Bondsbestuur en andere door het Bondsbestuur te bepalen bondsfunctionarissen ontvangen deze uitgaven kosteloos. 3. Leden en aangeslotenen kunnen op aanvraag en tegen betaling van de vastgestelde bijdrage de statuten, reglementen en andere officiële uitgaven van de KNLTB ontvangen. Artikel 24 - Bondsvlag en wisselprijzen 1. De bondsvlag is een vlag welke drie horizontale banen heeft met een witte boven- en witte benedenbaan. Midden in de oranje baan bevindt zich een gestileerde zwarte tulp op een veld in schildvorm van oranje-blanje-bleu. 2. Gouden bondsvlaggen voor verenigingen zijn vlaggen welke op dezelfde wijze zijn uitgevoerd als de bondsvlag, maar welke in de bovenhoek van de vlag aan de zijde waar deze aan een vlaggenmast is bevestigd zijn voorzien van het embleem of de kleuren van de voor toekenning in aanmerking komende vereniging. De gouden bondsvlag wordt uitgereikt aan verenigingen die hebben kunnen aantonen dat zij vijftig jaar bestaan en daarvan ten minste vijfentwintig jaar lid zijn van de KNLTB. 3. Over de instelling van bondswisselprijzen en over de beëindiging van de toekenning ervan beslist uitsluitend het Bondsbestuur. De houders van wisselprijzen worden in het jaarboek van de KNLTB vermeld. Artikel 25 - Aansprakelijkheid 1. De KNLTB is behoudens opzet of grove schuld niet aansprakelijk voor schade die leden lijden als gevolg van de beoefening van de tennissport, hun deelname aan wedstrijden of trainingen, dan wel door toedoen van door de KNLTB aangestelde personen of door voorgeschreven apparatuur. 2. Leden die schade toebrengen aan de eigendommen van de KNLTB dienen die schade op eerste verzoek volledig te vergoeden. 3. Leden die schade toebrengen aan anderen dan de KNLTB, zijn voor die schade aansprakelijk en vrijwaren de KNLTB voor alle aanspraken die bedoelde anderen jegens de KNLTB zouden kunnen doen gelden. i l14