IV.3. Audiologisch onderzoek (referentie-eis)



Vergelijkbare documenten
IV.3. (documentversie2 van 16 juli 2014) Audiologisch onderzoek (referentie-eis)

Privacyregels (referentie-eis)

Proceseisen ('hoorzorgeisen')

IV.4. Inrichting, apparatuur, instrumenten (referentie-eis)

Schematisch inhoudsoverzicht van de normen gehanteerd door de Raad voor Accreditatie. RvA (ISO/IEC 17011) accreditatie van conformiteitbeoordelende

VIII. Besluiten, contracten en formulieren

II Informatie over het 'handboek'

Examenmatrijs opleiding audicien, behorend bij kerntaak 1 Linker kolom: Onderscheid kennis en gedrag (uit KD en Body of Knowledge)

Motivatie bij geluidseisen en uitkomstmaten zoals gecommuniceerd in 2016

VII. Beoordelingsregels

SAL-test. Inleiding. Het principe van de SAL-test:

Wat is het effect van revalidatie bij unilateraal gehoorverlies?

Registratie-eisen. Gedrukte versies van dit handboek worden door StAr op beperkte schaal in omloop gebracht.

Spraakaudiometrie met het vrije veld als referentie; een implementatiemethode

Audiometrische triage bij de audicien

Protocol t.b.v. verstrekken van hoorhulpmiddelen in het kader van de Zorgverzekeringswet.

Allart Knoop, Gertjan Dingemanse. Gehoor- en Spraak Centrum, afdeling KNO Erasmus MC, Rotterdam

V. Richtlijnen en protocollen

Organisatie- en inrichtingseisen

Evaluatie van de hoortoestelaanpassing

Audiometrie. Bij mensen met een verstandelijke beperking. Henriëtte Koch Audiologisch Centrum

Informatie over StAr

Introductie van de hoofdcategorie. Gehoormetingen. Maart Review en invoer: I. Dackweiler. 1 Algemene gegevens

Welke kwaliteit willen we bereiken met audiometrie en gehooraanpassing?

Verloop pieklatentie vs intensiteit

Erkenningsschema Vestigingen waar triage wordt uitgevoerd

Verantwoordingsdocument

Protocol t.b.v. verstrekken van hoorhulpmiddelen in het kader van de Zorgverzekeringswet.

DE ONTWIKKELING VAN HET HOORPROTOCOL.

Mogelijkheden van ruismaskeerders en hoortoestellen bij tinnitusrevalidatie

Hoortoestel voorschrijven: regelgeving en adviezen voor de KNO-praktijk

Keuzestress in de evaluatie

Gehooronderzoek (audiometrie)

Proeve van Bekwaamheid SBBO - Nieuwegein

G. Dingemanse, J. Feenstra Gehoor- en Spraak Centrum, afdeling KNO Erasmus MC, Rotterdam, Nederland

Lawaaischade bij slechthorenden en hoortoestelgebruik

De koppeling tussen HRIU en PRIU

Hoorzorg binnen een instelling

Kerntaak 1: Voert ondersteunende audicienswerkzaamheden uit

Simulatie van de uitwendige gehoorgangakoestiek: evaluatie van de perceptieve effecten na mastoidectomie

Audiometrie bij USHER2A patiënten

De rol van spectrale en temporele resolutie binnen het Auditief Profiel

Hoortoestelaanpassing bij de audicien via open receptuur. Joop Leijendeckers Donneke Arts-Hendriks Arjan Bosman

Branche specifieke eisen audiciens vestigingen

Formulier body of knowledge kwalificatiedossier Audicien

Ervaringen met hoortoestellen in de Arbo-curatieve zorg. Wouter Dreschler klinisch-fysicus audioloog

VAS, afdeling Antwerpen 1

Subjectieve kinderaudiometrie

Libra R&A locatie Leijpark. Gehoor en gehooronderzoek bij VIN-revalidanten. Informatie voor familie en naasten

GEHOORPROTHESISTEN Art. 31 pag. 1 officieuze coördinatie

Interactieve versus prescriptieve aanpassing van hoortoestellen.

NOAH-3 PROTOCOL HOORTOESTELAANPASSING

Observatie-audiometrie met insert earphones bij kinderen van 2, 4 en 6 maanden oud

Gehooronderzoek. Audiometrie

Gehooronderzoek. Audiologisch Centrum. Afdeling KNO

Compensatie van gehoorverlies met beengeleidingstoestellen: Praktische aspecten van de BAHA. Bert Maat

Nieuwe regelgeving hoortoestellen

Hoortoestelaanpassing bij mensen met Usher 2A

Algemeen Privacybeleid Second Opinion Hoortoestellen b.v.

van kracht vanaf 1 juli 2014

van kracht vanaf 1 juli 2014

Objectieve Diagnostiek. Tympanometrie Oto-Akoestische Emissies BERA Rechts 70 db, Links 90 db

Veldnorm. hoortoestelverstrekking

Verbetering hoormogelijkheden van kinderen met bilaterale percutane beengeleiders

Audiologische diagnostiek en revalidatie. Cas Smits, klinisch fysicus-audioloog

Visual Reinforcement Audiometry

VWVJ. Karen Van Doorslaer Referatendag - 07/12/2007 ONTWIKKELING VAN STANDAARD GEHOORONDERZOEK IN HET CLB

magazines Deloitte Carros The Optimist

K.B In werking B.S

Veldnorm. hoortoestelverstrekking

Onderzoeken bij gehoor- en oorklachten op de polikliniek KNO

Symposium Audicienregister

De Audiciens. Star seminar Evaluatie van de hoortoestelaanpassing. british acadamy of audiology

Hoofdstuk 2 GEHOORSTOORNISSEN. Inleiding. Gehoorstoornissen. Soorten gehoorverlies

Telegraaf-project. Het OAE-gram, een gevoeliger test voor gehoorscreening?

Functioneringsgericht voorschrijven

Studiegids opleiding Audiologie-Assistent

ASSR als onderdeel van de audiologische diagnostiek bij jonge kinderen

Keel- Neus- Oorheelkunde Gehooronderzoek Audiometrie

Verstandelijke beperking en gehoorstoornissen TOPICS INLEIDING. Melina Willems audiologe Inleiding

De pdin The pediatric digits-in-noise test. Cas Smits VU medisch centrum, Amsterdam

Een bezoek aan het spreekuur KNO

De Pilot Verkorten Doorlooptijd. Rinske Tabak

Het NOAH-protocol en Het AZOS-PROJECT

Phonak CROS B. Wanneer u gesprekken vanuit elke richting kunt volgen, life is on

Keel-, neus en oorheelkunde. Slechthorendheid en Hoortoestellen

Audiogrammen. Een gezond gehoor. Geleidingsverlies. Ed de Geus februari Luchtgeleiding: Beengeleiding: UCL: MCL: Spraakaudiogram:

FAQ Lawaai Prof. J. Malchaire

NVA najaarsvergadering De bijdrage van tekst uit een automatische spraakherkenner aan het verstaan van spraak in ruis

Revalidatie van het gehoor bij volwassenen

Protocol Hoorhulpmiddelen juli 2018

Subjectieve audiometrie bij jonge kinderen: Wat is de rol van Visual Reinforcement Audiometry (VRA)?

Automatisering in de audicienspraktijk. Inleiding. Het netwerk

slechthorendheid en hoortoestellen

Audiometrie. Inleiding. Testen in het algemeen. De Ewing test

Het gebruik en de interpretatie van COSI in relatie tot het professioneel oordeel van de audicien. Noor Bremmers

Inhoud. Slechthorendheid, hoe zat het ook alweer?

BERA, Tymp en OAE bij de pasgeborene. Bert van Zanten UMC-Utrecht

Frequentie specifieke ABR

Gebruikershandleiding. voor Jacoti ListenApp versie 2.1. Bouwjaar 2015

Transcriptie:

Stichting Audicienregister StAr IV.3. Audiologisch onderzoek (referentie-eis) Audiologie en otoscopie bij intake en eindcontrole Gedrukte versies van dit handboek worden door StAr op beperkte schaal in omloop gebracht. Het handboek bestaat uit afzonderlijke documenten die alle door StAr voor iedereen, beschikbaar worden gesteld op haar website, www.audicienregister.nl. Het auteursrecht op deze documenten berust bij de Stichting Audicienregister. StAr hanteert voor het gebruik ervan de zogenaamde fair use policy. Raadpleeg voor de meest actuele versie steeds de website. De Stichting Audicienregister - StAr - wil haar registratie- en erkenningensysteem en alle daarbij horende documenten met de grootst mogelijke zorgvuldigheid vaststellen, actueel houden en uitvoeren. Daarbij komt het voor dat StAr bestaande wet- en regelgeving citeert en interpreteert. Toch blijven beroepsbeoefenaren en organisaties er zelf voor verantwoordelijk dat zij zich houden aan de wetten en regels die op hun activiteiten van toepassing zijn. StAr aanvaardt geen aansprakelijkheid voor mogelijke schade van haar contractanten en van derden als gevolg van de vaststelling en uitvoering van haar registratie- en erkenningensysteem en / of door of namens Star op basis daarvan uitgevoerde beoordelingen en genomen registratie-, erkenningen- of accreditatiebesluiten. StAr vraagt van haar contractanten haar te vrijwaren tegen mogelijke aanspraken van derden. 12 juni 2014

IV.3. AUDIOLOGISCH ONDERZOEK 1. AUDIOLOGISCH ONDERZOEK BIJ INTAKE 1.1. Otoscopische screening Specificatie van: Bron: III.3.:3.6. NEN-EN 15927:2010 en aanvullingen uit de Syllabus voor scholing en nascholing van de audicien - Oor onder de loep, (Themans, tweede druk 2010), in het bijzonder: hoofdstuk 9, pagina 164 e.v. De door de audicien uit te voeren otoscopische screening bestaat uit inspectie van: a. de gehoorgang, b. het trommelvlies, c. de oorschelp d. en de ruimte achter het oor. 1.2. Basisaudiometrie Bron: NEN EN 15927:2010 EN ISO 8253-1 - EN ISO 8253-3. 1.2.1. Met basisaudiometrie kan worden volstaan: a. indien geen triage plaatsvindt (bijvoorbeeld na verwijzing door een voorschrijver), b. of indien triage plaatsvindt met behulp van de SAG-test. 1.2.2. Basisaudiometrie bestaat uit de volgende componenten: a. Toonaudiometrie ter bepaling van gehoordrempels, zo nodig gemaskeerd, ten minste bij de volgende frequenties: luchtgeleiding: beengeleiding vanaf 20 dbhl te meten bij: 250 Hz, 500 Hz, 1.000 Hz, 2.000 Hz, 4.000 Hz en 8.000 Hz. en zo nodig in vanaf 30 dbhl te meten bij: 500 Hz, 1.000 Hz, 2.000 Hz en 4.000 Hz. b. Spraakaudiometrie in stilte, indien geïndiceerd met maskering. c. Zo nodig aanvullende audiometrische testen, bijvoorbeeld: IV.3. Audiologisch onderzoek 2 (van 5)

meting spraak in ruis, tympanometrie, UCL-meting (drempel onaangenaam geluid), MCL-meting (meest comfortabel geluidsniveau), dynamisch bereik te meten op relevante frequenties. 1.3. Triage-audiometrie Bron: NEN EN 15927:2010 EN ISO 8253-1 - EN ISO 8253-3. Bijlage opgenomen in Syllabus klinische audiologie 1, Gehoor onder de loep (Zuidema, 2010) Rapport implementatie SAG-test (Dreschler, 2011) 1.3.1. Toonaudiometrie ter bepaling van gehoordrempels, zo nodig gemaskeerd, ten minste bij de volgende frequenties: a. Luchtgeleiding: vanaf 20 dbhl. te meten bij: 250 Hz, 500 Hz, 1.000 Hz, 2.000 Hz, 4.000 Hz en 8.000 Hz. en zo nodig bij b. Ter bepaling van een air-bone gap vanaf 15 dbhl 1 te meten bij: 500 Hz, 1.000 Hz, 2.000 Hz en 4.000 Hz. 1.3.2. Spraakaudiometrie in stilte, indien geïndiceerd met maskering. 1.3.3. Zo nodig aanvullende audiometrische testen, bijvoorbeeld: a. meting spraak in ruis, b. tympanometrie, c. UCL-meting (drempel onaangenaam geluid), d. MCL-meting (meest comfortabel geluidsniveau), e. dynamisch bereik te meten op relevante frequenties. 1 Nader onderzoek wordt verricht naar de vraag in hoeverre het meten vanaf 15 dbhl relevant is voor klanten die zich voor hoorzorg melden bij audiciens. IV.3. Audiologisch onderzoek 3 (van 5)

1.4. Triagescreening door middel van SAG-test Bron: NEN-EN 15927:2010 EN ISO 8253-1 en EN ISO 8253-3 Bijlage opgenomen in Syllabus klinische audiologie 1, Gehoor onder de loep (Zuidema, 2010) Rapport implementatie SAG-test (Dreschler, 2011) Toonaudiometrie ter bepaling van de aanwezigheid van een air-bone gap, uitgevoerd conform Rapport implementatie SAG-test (Dreschler, 2011): Luchtgeleiding vanaf 20 dbhl te meten bij: 250 Hz, 500 Hz, 1.000 Hz, 2.000 Hz, 4.000 Hz en 8.000 Hz. en zo nodig bij 2. AUDIOLOGISCHE BEOORDELING BIJ EINDCONTROLE Specificatie van: III.3.:3.9. Bron: NEN EN 15927:2010 - EN ISO 8253-3. aanvullingen uit AZOS-onderzoek (Dreschler e.a. 2006) blz. 175 e.v. Verificatie van de gehoorverbetering en van de bereikte compensatie van functionele beperkingen met behulp van: a. binaurale spraakaudiometrie ( speech audiometry in sound field ) met en zonder ruis, met en zonder hulpmiddelen met elkaar vergeleken, in overeenstemming met EN ISO 8253-3, b. vragenlijst over de door de klant ervaren verbeteringen door het gebruik van de hooroplossing. De vragen kunnen betrekking hebben op de situatie voor en na het gebruik van de hooroplossing, of op de direct ervaren verbetering. Bij voorkeur zal een wetenschappelijk gevalideerde vragenlijst worden gebruikt en zal de klant minstens een aantal weken ervaring hebben opgedaan met het dagelijks gebruik van de hooroplossing. Voorbeelden van gangbare gevalideerde vragenlijsten zijn (de waar nodig in het Nederlands vertaalde versies van): COSI ('Client Oriented Scale of Improvement', Dillon e.a. 1999) GHABP ( Glasgow Hearing Aid Benefit Profile, Gatehouse, 1999) de 'Amsterdamse vragenlijst voor auditieve beperkingen en handicap' (Kramer e.a. 1995) 2.2. Verificatie dat de klant geen ongemak ervaart bij luid geluid. IV.3. Audiologisch onderzoek 4 (van 5)

2.3. In aanvulling op bovenstaande evaluatiemetingen kunnen ook andere methoden nuttig zijn: a. UCL-meting, b. insertion gain / real ear measurement, daarbij in aanmerking nemend dat voorkeuren van de klant kunnen leiden tot afwijkingen van de tot doel gestelde waarden, c. visual speech mapping, d. vrije veld metingen, e. richtinghoren, f. presentatie van voor de klant relevante geluidslandschappen. IV.3. Audiologisch onderzoek 5 (van 5)