Prinsjesdag 2011. Administratiekantoor Van der Wardt. 1 Inleiding. 2 Aanhangige Wetsvoorstellen en andere maatregelen. Septemberbrief 2011



Vergelijkbare documenten
Decemberbrief Inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen

Nieuwsbrief september 2011

Fiscale eindejaarstips 2009 en wijzigingen 2010

Belastingplan Het Belastingplan 2012 noemt de volgende wijzigingen in de heffingskortingen:

Tip Als uw financiële situatie het toelaat, doteer dan dit jaar nog maximaal aan uw oudedagsreserve.

Van Wantrouwen naar Vertrouwen. 6 december 2011 Gijs van der Voet

Belastingplan Mr. Erica Kientz FB Erik van Limbeek FFP

! Het is verstandig om vooraf een berekening te (laten) maken om te voorkomen dat de aangifte

Wat verandert er in 2014?

Van der Helm Consultancy

1 Belastingplannen 2016

voor ondernemers

FISCAL EINDEJAARTIPS VOOR HET FAMIILEBEDRIJF(2014)

De regeling is al goedgekeurd voor Voor 2014 maakt deze deel uit van het Belastingplan, wat nog moet worden goedgekeurd.

Intermediairdagen 2011

Belastingplan Vs

PRINSJESDAG 2014 Beknopt overzicht aangekondigde maatregelen Prinsjesdag 2014

Fiscale eindejaarstips

Nieuwsbrief december 2011

Whitepaper Prinsjesdag 2011

De belangrijkste maatregelen voor pensioenen, levensverzekeringen en bancaire producten.

Inkomstenbelasting / premie volksverzekeringen...2

Prinsjesdag fiscale actualiteiten

FISCALE SIGNALEN [1/7] Special Prinsjesdag: belastingpakket Ondernemen

Belastingcijfers 2015

Decemberbrief Inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen

Nieuwsbrief van d.d Fiscaal boekjaar volgens 52/53-wekenstelsel toch toegestaan

Nieuwsbrief december 2012

ST NIEUWSBRIEF 2015 deel 8

Whitepaper Prinsjesdag 2011

BELASTINGPLAN 2010 SCHENK- EN ERFBELASTING LOONHEFFING/ SOCIALE VERZEKERINGSWETTEN

ALLE ONDERNEMINGSVORMEN

Overgangsrecht Wet inkomstenbelasting 2001


Doe nog vóór 1 januari 2019 een schenking

RB EINDEJAARSTIPS EN AANDACHTSPUNTEN 2012

Wijzigingen minimumloon en sociale uitkeringen 2016

NIEUWE BTW-REGELS VOOR PRIVÉGEBRUIK ZAKELIJKE AUTO

algemeen 1.1 Belastingplichtige/partner/pleegkinderen / 17

1. Arbeidskorting nog verder omhoog in 2015 Het kabinet heeft in totaal 500 miljoen uitgetrokken om de arbeidskorting verder te kunnen verhogen.

Nieuwsbrief november 2014

Belastingplan 2012 Auto van de zaak Particulieren - Werkenden Werkgevers Werkgever en werknemer IB-ondernemers Vennootschapsbelasting Toeslagen -

Wijzigingen op privégebied

ACTIEPUNTEN. EIND 2018 voor de DGA TARIEVEN WONING BTWVERHOGING EIGEN KLAAR VOOR

Miljoenennota-ontbijt Almere 17 September Mr. A. (André) Verduijn RB Countus accountants + adviseurs

Actuele aanpassingen in de autobelastingen

Het kabinet was verder voornemens om de tariefopstap van te verhogen naar Dit voornemen is echter niet doorgevoerd.

VvAA belastingworkshop. Februari/maart 2014

Fiscaal Actueel

Als u gaat scheiden. Let op! PA 960-1Z81FD (2126)

Volkswagen Bedrijfswagensplan

LOONHEFFINGEN. Loonheffingen...2

Tip! Het onderbrengen van het bedrijfspand in een aparte bv maakt een toekomstige bedrijfsoverdracht gemakkelijker te structureren en te financieren.

Prinsjesdag 2010 Belastingplan 2011 Otto Brands

Cijfer- en percentageoverzicht LIJFRENTEVERZEKERING

PE+ Actualiteiten 2015 Wft Basis

Heffingskortingen 2016

Als u 65 jaar of ouder bent

Nieuwe Successiewet 2010 (Schenk- en Erfbelasting)

Advieswijzer: Werken als zzp'er in 2016

Advieswijzer. Werken als zzp er Denk ondernemend. Denk Bol.

Administratiekantoor Van den Dungen B.V. Nieuwsbrief 2012, 1 e jaargang, 1 e editie

1. Inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen

Slim Schenken en nalaten

Goed om te weten voor uw personeelsadministratie 2014

Checklist Auto van de zaak De heilige koe bij de hoorns gevat

Gevolg is wel dat levensloop, spaarloon, de arbeidskorting voor ouderen en de doorwerkbonus verdwijnen.

Belastingcijfers 2016

INLEIDING 1 GEBRUIKSAANWIJZING Opzet en indeling van de Almanak Werken in de actualiteit De winstaangifte 9

Tips voor alle belastingplichtigen

Als u gaat samenwonen

IPA-ACON GROEP nieuwsbrief

Je eigen woning en de Belastingdienst in 2012

Nieuwsbrief juli 2011

Advieswijzer Werken als zzp'er

Belastingdienst. Nieuwsbrief Loonheffingen 2014

Fiscale wetsvoorstellen. Voor 2014 en volgende jaren

Eindejaarstips Tips omzetbelasting Check herziening van btw Correcties laatste btw-aangifte 2011 Pas btw-correctie toe op auto van de zaak

OVERZICHT WIJZIGINGEN FISCALE REGELGEVING 2013

Bepaal nu of u dit jaar of pas volgend jaar investeert

Prinsjesdagontbijt 17 september 2014

Belastingplan Zoals aangeboden aan de 2 e Kamer op 16 september Krijn Doornekamp

geen max. 12% van de winst max. dotatie oudedagsreserve

Wijzigingen per 1 januari Wijzigingen per 1 januari 2017

MKB-NIEUWSBRIEF 08/2015

Graag ontvangen wij van u een kopie van de jaaropgave(n) 2010 van uw werkgever(s) of uitkeringsinstantie.

Als u premies betaalt voor kapitaalverzekeringen

NIEUWSBRIEF SEPTEMBER 2015

Aanpassingen bij de vierde druk boekhouden voor fiscaal juristen

De fiscale aspecten van een onroerende recreatiewoning

Let op! Het is pas per 1 januari 2017 mogelijk om gebruik te maken van deze uitgebreide schenkingsvrijstelling.

Kerncijfers Levensverzekering - kapitaalverzekering. 2. Levensverzekering - lijfrente. Kapitaalverzekering Brede Herwaardering

Vragen en antwoorden Intermediairdagen 2012 sessie Inkomstenbelasting

Belastingplan en overige fiscale maatregelen 2017

! S&O-inhoudingsplichtigen die minder S&O-uren realiseren dan was opgegeven, hebben

IPA-ACON GROEP nieuwsbrief

info &boon tips & boon

Actualiteitenseminar Loonheffingen & Arbeidsrecht Presentatie Auto van de zaak

Loonheffingen Nationaal. Datum: januari/februari 2013

Fiscale eindejaarstips. Sjoerd van den Heuvel

Transcriptie:

Septemberbrief 2011 Prinsjesdag 2011 Inhoud: 1) Inleiding pagina 1 2) Aanhangige Wetsvoorstellen en andere maatregelen pagina 1 3) Onlangs in werking getreden wet- en regelgeving pagina 3 4) Belastingplan 2012 en de Fiscale verzamelwet 2011 pagina 3 5) Tips en aandachtspunten najaar 2011 pagina 9 1 Inleiding De fiscale wetgeving wordt ieder jaar aangepast. Met deze brief informeren wij u graag over de voorgestelde wetswijzigingen. Veel voorstellen zijn nog in behandeling bij de Eerste of Tweede Kamer en kunnen daarom nog op onderdelen wijzigen. Verder heeft minister Kamp in een brief aan de Tweede Kamer over het Pensioenakkoord enkele toezeggingen gedaan die (nog) niet in de Prinsjesdagvoorstellen zijn verwerkt. Dit betekent dat een aantal in deze brief genoemde zaken onder voorbehoud is opgenomen. Naast informatie over de nieuwe wetgeving, bevat deze brief ook een overzicht met tips en actiepunten waarmee u uw fiscale voordelen dit jaar nog optimaal kunt benutten. 2 Aanhangige Wetsvoorstellen en andere maatregelen 2.1 Vereenvoudiging en flexibilisering BV-recht Op dit moment ligt nog steeds het wetsvoorstel inzake de vereenvoudiging en flexibilisering van het BV-recht ter behandeling bij de Eerste Kamer. Het wachten is nog op de bijbehorende invoeringswet die nog door de Tweede Kamer moet worden goedgekeurd. De wetsvoorstellen betreffen onder meer de afschaffing van het minimumkapitaal en van de bankverklaring en de accountantsverklaring bij inbreng van een onderneming. Wanneer u op korte termijn een BV gaat oprichten, kan de notaris bij het opstellen van de statuten al rekening houden met een aantal aangekondigde wijzigingen. Het is nog niet bekend wanneer de wetten in werking treden. 2.2 Herziening personenvennootschapsrecht van de baan Lange tijd zag het er naar uit dat de bestaande rechtsvormen maatschap en vennootschap onder firma (VOF) zouden komen te vervallen, maar inmiddels is bekendgemaakt dat de wetsvoorstellen waarin dit was geregeld, worden ingetrokken. Alles blijft dus (in ieder geval) voorlopig bij hetzelfde. 2.3 Nog steeds geen register voor (para)medici Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft nog steeds niet het register geopend met criteria voor de opleidings- en beroepskwalificaties van gezondheidskundige zorgverleners die voor de BTW-vrijstelling in aanmerking komen. Zolang het register er nog niet is, blijft een overgangsregeling van kracht. Bent u ondernemer/beroepsbeoefenaar maar heeft u geen BIGregistratie en/of BIG-beroep, maar verricht u wel medische handelingen met geen ander doel dan de gezondheidskundige verzorging van de mens, dan kunt u de BTW-vrijstelling onder voorwaarden voorlopig dus blijven toepassen. 1 van 13

2.4 Het verlaagd BTW-tarief niet meer voor de paardenhandel Op 1 januari 2012 worden de regels voor toepassing van het verlaagd BTW-tarief voor levende dieren aangepast. Als het wetsvoorstel wordt aangenomen, is het verlaagd tarief dan alleen nog van toepassing op de levering van rundvee, schapen, geiten en varkens, ongeacht hun bestemming, omdat deze dieren gewoonlijk bestemd zijn om te worden gebruikt in de menselijke en dierlijke voedselketen. Op de levering van paarden daarentegen kan dit tarief uitsluitend worden toegepast als de levering geschiedt met het oog op slacht. Paarden zijn namelijk gewoonlijk en in het algemeen niet bestemd voor de bereiding van levensmiddelen. Het verlaagd tarief geldt nu ook voor het opfokken van paarden. Door de wijziging komt ook daaraan een einde. Dit betekent dat het opfokken van paarden vanaf 1 januari 2012 belast is tegen het normale tarief van 19%. 2.5 Verhoging verplicht eigen risico Zorgverzekeringswet Er ligt een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer om de eigen bijdrage voor de Zorgverzekeringswet van 170 naar 210 te verhogen. 2.6 Verhoging AOW-leeftijd naar 66 jaar Er is een nieuw wetsvoorstel ingediend die de AOW-leeftijd koppelt aan de stijgende levensverwachting. Daartoe wordt de eerst stap in 2020 gezet. De AOW-leeftijd wordt dan naar 66 jaar verhoogd. Naar verwachting gaat de AOW-leeftijd in 2025 naar 67 jaar, maar dat staat nu nog niet definitief vast. Dat hangt dus af van de stijgende levensverwachting, als die hoger of lager is dan nu wordt verwacht, kan de verhoging van de AOW-leeftijd daaraan worden aangepast. 2.7 Latere ingangsdatum eerste AOW-uitkering Er ligt een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer dat bepaalt dat de ingangsdatum van de AOW-uitkering niet meer is de eerste dag van de maand waarin de pensioenleeftijd wordt bereikt, maar pas de dag waarop de AOW-gerechtigde die leeftijd daadwerkelijk bereikt. 3 Onlangs in werking getreden wet- en regelgeving 3.1 Korting AOW-partnertoeslag een feit Als u een AOW-uitkering ontvangt en u heeft een partner die jonger is dan 65 jaar met geen of weinig inkomen, dan kan uw AOW-uitkering worden aangevuld met een toeslag ter grootte van 50% van het netto minimumloon. Sinds 1 augustus jl. is een korting van 10% op dit AOW-partnerpensioen ingevoerd. Bovendien is de berekeningswijze veranderd. De hoogte van de toeslag was voorheen afhankelijk van het inkomen van uw jongere partner. De hoogte van de korting is nu echter afhankelijk van het gezinsinkomen boven 2.511 per maand. Overigens is al in de jaren negentig van de vorige eeuw besloten om de AOW-partnertoeslag helemaal af te schaffen voor mensen die vanaf 2015 65 jaar worden. 3.2 Meer mogelijkheden voor werken naast uw vroegpensioen Mensen in de leeftijd van 60 tot 65 jaar hebben sinds 7 september 2011 meer mogelijkheden om naast hun pensioen te blijven werken. Tot dan toe moest u als u gedeeltelijk vervroegd met pensioen was gegaan, uw arbeid in gelijke mate verminderen. Als u dat niet deed, dan werd uw hele pensioenaanspraak op de vervroegde ingangsdatum van uw pensioen belast. Onder de nieuwe regeling kunt u als u na uw 60 ste verjaardag vervroegd gedeeltelijk met pensioen gaat, naast uw pensioen blijven werken zonder dat uw pensioenaanspraak wordt belast. Let wel, uw pensioenregeling moet wel de mogelijkheid bieden om vervroegd met pensioen te gaan. 2 van 13

3.3 Langer loon doorbetalen ook bij onvoldoende re-integratie van vangnetters ZW Sinds 1 juli 2011 moet u zich als werkgever ook inspannen voor de re-integratie van werknemers die onder het vangnet van de Ziektewet vallen. Dit zijn werknemers die ziek zijn door orgaandonatie, door zwangerschap of bevalling of zieke werknemers met een no-riskpolis. Voorheen had u voor hen weliswaar ook al een re-integratieplicht, maar het UWV kon aan u geen sancties opleggen als u daaraan onvoldoende had voldaan. Sinds 1 juli jl. kan het UWV dat wel en u na twee jaar ziekte verplichten langer loon door te betalen of, als het dienstverband al is beëindigd, de Ziektewetuitkering terug te betalen. Deze uitbreiding van de loondoorbetalingsplicht geldt alleen voor werknemers die op of na 1 juli 2011 ziek zijn geworden. U doet er verstandig aan om in de overeenkomst met uw arbodienst aanvullende afspraken te maken over de re-integratie-inspanningen voor werknemers met een Ziektewetuitkering. 3.4 Doorlopende controle in plaats van verklaring van geen bezwaar Sinds 1 juli 2011 heeft u geen verklaring van geen bezwaar van het Ministerie van Justitie en Veiligheid meer nodig voor de oprichting van een BV of NV en een statutenwijziging (bijvoorbeeld voor een fusie of splitsing). Toen is namelijk de Wet controle op rechtspersonen in werking getreden, waarbij de verklaring van geen bezwaar door een systeem van doorlopende controle is vervangen. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie houdt dan door middel van risicoprofielen een doorlopend toezicht op oneigenlijk gebruik van een besloten vennootschap, maar ook van stichtingen en verenigingen met rechtsbevoegdheid en bepaalde andere rechtspersonen. Hierdoor worden alle wijzigingen, zoals aandelenoverdrachten en bestuurswisselingen geregistreerd. Niet alleen het Ministerie van Veiligheid en Justitie houdt dit doorlopende toezicht, maar ook instanties als het AFM, de Nederlandsche Bank, de politie, het Openbaar Ministerie en de Belastingdienst. 3.5 Nieuwe regels voor hypotheken Op 1 augustus 2011 zijn de aangescherpte regels voor het verstrekken van hypotheken in werking getreden. De hypotheek voor de aankoop van een eigen woning mag sindsdien niet meer dan 110% van de marktwaarde van de woning (inclusief overdrachtsbelasting) mag bedragen. Door de tijdelijke verlaging van de overdrachtsbelasting (zie punt 4.6.1 hierna) wordt dit maximum tijdelijk verlaagd naar 106%. De hypotheek mag bovendien slechts voor 50% van die waarde aflossingsvrij zijn. De marktwaarde is de koopprijs van de woning, of de koopaanneemsom met meerwerk en bouwrente, of de meest recente WOZ-waarde of de taxatiewaarde. De geldverstrekker bepaalt welke van deze vier waarden hij/zij hanteert voor de hypotheekverstrekking. Een andere belangrijke wijziging is dat nog slechts in een heel beperkt aantal situaties van de voorgeschreven inkomensnorm mag worden afgeweken. De aangescherpte regels gelden alleen voor nieuwe hypotheken. 4 Belastingplannen 2012 en de Fiscale verzamelwet 2011 Onderstaand gaan we in op de meest relevante onderdelen van het Belastingplan 2012, de Overige Fiscale Maatregelen 2012, het wetsvoorstel Uitwerking Autobrief, de nieuwe Geefwet en de Fiscale verzamelwet 2011. 4.1 Inkomstenbelasting 4.1.1 Uitbreiding partnerbegrip U bent voor de inkomstenbelasting ook fiscaal partner van elkaar als u zonder samenlevingscontract met elkaar samenwoont en op hetzelfde adres bij de gemeentelijke basisadministratie (GBA) staat ingeschreven én aan één van de volgende criteria voldoet. U heeft samen een kind gekregen of erkend; of 3 van 13

Tenminste één van u is als partner aangemeld bij de pensioenregeling; of U heeft samen een huis gekocht. Daar komt een criterium bij. U bent ook fiscaal partner van elkaar als u samen met een kind van een van u beiden op hetzelfde adres bij de GBA staat ingeschreven. De uitbreiding is bedoeld voor samengestelde gezinnen. Als sprake is van (onder)huur, dan worden de huisgenoten in de gelegenheid gesteld om aan te tonen dat geen sprake is van fiscaal partnerschap. 4.1.2 Zelfstandigenaftrek wordt vaste basisaftrek De zelfstandigenaftrek wordt vanaf 1 januari 2012 vormgegeven als een vaste, niet-geïndexeerde basisaftrek van 7.280 per jaar. Daarboven blijft de bestaande MKB-winstvrijstelling van 12% van toepassing. Het is de bedoeling dat op termijn het urencriterium wordt afgeschaft. Bovendien gaat het kabinet onderzoeken of invoering van een aparte winstbox met slechts één of twee tarieven in de inkomstenbelasting tot de mogelijkheden behoort. 4.1.3 Minder toevoegen aan de oudedagsreserve U kunt nu nog 12% van uw winst aan de oudedagsreserve toevoegen met een maximum van 11.882. In 2012 wordt dit maximum verlaagd naar 9.382. 4.1.4 Invoering Research- en Development aftrek Er wordt in 2012 een extra aftrek voor exploitatie- en investeringskosten in research en development ingevoerd, de zogenoemde R & D-aftrek. De aftrek is bedoeld voor directe kosten van R & D, niet zijnde de loonkosten. Het kan dus zinvol zijn om kosten voor research en development naar volgend jaar uit te stellen. In het Belastingplan 2013 wordt aanvullend innovatiebeleid bekendgemaakt. 4.1.5 Geen belastingheffing bij einde terbeschikkingstelling door echtscheiding Sinds 1 januari 2011 wordt bij algehele of beperkte gemeenschap van goederen het ter beschikkingsgestelde vermogensbestanddeel aan beide partners toegerekend, ieder voor de helft. De 50%/50%-toerekening geldt alleen voor de terbeschikkingstelling aan de eigen BV en niet voor de terbeschikkingstelling aan een ondernemer/natuurlijk persoon, zoals in een eenmanszaak, maatschap of vennootschap onder firma (VOF). Ingeval van een echtscheiding waarbij de aandelen in de BV en het vermogensbestanddeel aan de ene ex-echtgenoot worden toegerekend, zou zonder nadere regelgeving de andere ex-echtgenoot belasting moeten betalen wegens beëindiging van de terbeschikkingstelling. Voor deze situatie wordt nu een regeling getroffen waardoor de andere echtgenoot zonder belastingheffing zijn/haar helft kan overdoen aan de voortzettende ex-echtgenoot. U kunt er overigens ook voor kiezen om wel tussentijds met de Belastingdienst af te rekenen. U moet daartoe dan een gezamenlijk verzoek indienen bij de inspecteur. 4.1.6 Wijzigingen voor bijtelling (zeer) zuinige auto s van de zaak De regelingen voor milieuvriendelijke auto s worden aangepast. Tot 1 juli 2012 wordt voor de bijtelling privégebruik zuinige (20%) en zeer zuinige (14%) auto s van de zaak in loon- en inkomstenbelasting aangesloten bij de huidige CO2-vrijstellingsgrenzen. Daarna volgt voor deze auto s een neerwaartse jaarlijkse bijstelling van de CO2-grenzen per 1 januari (in 2012 per 1 juli), waarbij de grens voor de 14%-bijtelling gelijk blijft aan de vrijstellingsgrens voor de Belastingen op Personenauto s en Motorrijwielen (BPM) en de 20%-bijtelling uiteindelijk alleen nog geldt voor auto s met een CO2- uitstoot van maximaal 110gr/km. In bestaande situaties houden auto s de verlaagde bijtelling voor de periode gelijk aan de gebruikelijke leasetermijn (60 maanden), rekenend vanaf het moment waarop de auto voor het eerst op kenteken is gesteld. Daarna wordt gekeken of de auto op grond van de dan 4 van 13

geldende CO2-grenzen voor een verlaagde bijtelling in aanmerking komt. Voor tussen 2012 en 2015 aangeschafte personenauto s met een CO2-uitstoot van niet meer dan 50 gr/km geldt gedurende de gebruikelijke leasetermijn een 0%-bijtelling. 4.1.7 Verlaging drempel voor aftrek scholingsuitgaven Scholingsuitgaven zijn aftrekbaar voor de inkomstenbelasting voor zover deze uitgaven een drempel van 500 overschrijden. Deze drempel wordt verlaagd tot 250. 4.1.8 Verruiming giftenaftrek Ter stimulering van het cultureel ondernemerschap wordt de aftrek van giften in de inkomstenbelasting aan een ANBI die als culturele instelling is aangemerkt, tijdelijk (in beginsel 5 jaar) extra verruimd. Voor de giftenaftrek mogen giften aan deze instellingen met een factor van 1,5 worden vermenigvuldigd. 4.1.9 Wijzigingen in de kindregelingen Er zijn maatregelen voorgesteld die wijzigingen aanbrengen in de verschillende kindregelingen. In de inkomstenbelasting wordt voorgesteld: Beperking van de aftrek voor kosten van levensonderhoud van kinderen tot 30 jaar naar kinderen tot 21 jaar; Handhaving leeftijdsgrens van 16 jaar voor het inkomensafhankelijke deel van de alleenstaandeouderkorting, maar verlaging van leeftijdsgrens voor het niet-inkomensafhankelijke deel van 27 jaar naar 18 jaar. Dit deel wordt voortaan toegekend op basis van de leeftijd van het jongste kind; Afschaffing kindertoeslag heffingsvrije vermogen box 3. Verder wordt overigens ook de kinderbijslag gemiddeld 35 per kind per jaar verlaagd en gaat u meer bijdragen aan de kosten voor kinderopvang. De kinderopvangtoeslag wordt gekoppeld aan het aantal gewerkte uren door de minstverdienende ouder en kunt u niet meer met terugwerkende kracht aanvragen en ontvangen. Het kabinet heeft inmiddels de voorgestelde beperking van het kindgebonden budget tot twee kinderen al weer ingetrokken. 4.1.10 Kinderalimentatieverplichting ook geen schuld meer in box 3 Voor zover een alimentatieverplichting betrekking heeft op kinderen, kan deze tot nu toe nog steeds als schuld in box 3 in aanmerking worden genomen, ongeacht of hiervoor tevens aftrek in box 1 is geclaimd. Daaraan komt volgend jaar een einde, want dan kunnen ook deze onderhoudsverplichtingen geen schuld meer zijn in box 3. Overigens zijn ook de corresponderende aanspraken op kinderalimentatie ook niet in box 3 bij de ontvangende ouder belast. 4.1.11 Verruiming aftrek weekenduitgaven voor gehandicapten De aftrek van weekenduitgaven voor gehandicapten wordt verruimd door de leeftijdsgrens te verlagen van 27 naar 21 jaar. 4.1.12 Beperking van aftrek voor monumentenpanden Eigenaren van monumentenpanden hebben nu meer aftrekmogelijkheden dan gewone huizenbezitters. Het kabinet vindt dat niet altijd terecht. Daarom worden de aftrekbare onderhoudskosten voor monumentenpanden tot 80% beperkt en wordt de aftrek van eigenaarslasten (bijvoorbeeld de opstalverzekering) en afschrijvingen afgeschaft. 5 van 13

4.1.13 Lagere waardering van verpachte woningen Woningen die worden verhuurd mogen in box 3 lager dan de WOZ-waarde worden gewaardeerd. Dat gaat volgend jaar ook gelden voor verpachte woningen, mits de pachtovereenkomst voor tenminste 12 jaar is gesloten. 4.1.14 Werkbonus in plaats van doorwerkbonus en arbeidskorting ouderen Op 1 januari 2013 vervangt de werkbonus de huidige doorwerkbonus en arbeidskorting ouderen. De werkbonus is bedoeld voor 62-plussers en bedraagt 3.000 per jaar. Mensen die tot hun 65 ste doorwerken ontvangen de bonus maximaal drie keer. Voorafgaand aan de invoering van de werkbonus wordt al op 1 januari 2012 de arbeidskorting ouderen afgeschaft. De opbouwpercentages van de doorwerkbonus worden in 2012 verlaagd en in 2013 wordt ook deze regeling afgeschaft. 4.2 Loonbelasting 4.2.1 Einde spaarloonregeling De spaarloonregeling wordt per 1 januari 2012 afgeschaft. Dit betekent dat u dan geen geld meer kunt inleggen op de spaarloonregeling. Er is wel voorzien in een overgangsregeling. Die houdt in dat u vanaf 1 januari 2013 de mogelijkheid heeft om uw spaarsaldo zonder belastingheffing op te nemen. Let wel, als u eind 2013 het saldo nog niet heeft besteed, dan valt het saldo op 1 januari 2014 in de heffing van box 3. Het is ook mogelijk dat u het spaarsaldo laat staan. Als u zich dan houdt aan de voorwaarden van de spaarloonregeling, dan blijft de vrijstelling in box 3 gelden. In dat geval valt het tegoed jaarlijks vrij. 4.2.2 Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik voor de bestelauto Naast de verklaring geen privégebruik komt er voor werknemers per 1 januari 2012 ook een verklaring uitsluitend zakelijk gebruik voor bestelauto s. De werknemer hoeft in dat geval ter voorkoming van een bijtelling wegens privégebruik geen rittenregistratie bij te houden. De verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto werkt als volgt. Vooraf wordt door de werknemer en werkgever gezamenlijk een verklaring aan de Belastingdienst afgegeven dat de bestelauto uitsluitend zakelijk wordt gebruikt. Toezicht kan plaatsvinden met behulp van camerabeelden. Deze mogelijkheid kan een oplossing bieden voor de groep bestelautorijders die de bestelauto van de zaak niet privé gebruikt en die nu geen beroep kan of wil doen op de bestaande bijzondere regelingen zoals het verbod op privégebruik of het niet buiten werktijd gebruiken van de bestelauto (achter het hek). 4.2.3 Belastingvoordelen voor zuinige auto s De aanpassingen in de regelingen voor milieuvriendelijke auto s voor ondernemers in de inkomstenbelasting (zie punt 4.1.6 hiervoor) gelden uiteraard ook in de loonheffing voor werknemers aan wie u een auto van de zaak ter beschikking heeft gesteld. 4.2.4 Beperking toepassingsbereik 30%-regeling U kunt aan werknemers uit het buitenland met een specifieke deskundigheid die in Nederland schaars of niet aanwezig is, onder voorwaarden een onbelaste vergoeding van 30/70 van het loon geven. Deze 30%-regeling (of expatregeling) wordt voor maximaal 10 jaar toegekend, maar deze looptijd wordt verkort met bepaalde perioden van verblijf of tewerkstelling in Nederland in het verleden. De 30%- regeling wordt op vier punten gewijzigd. 6 van 13

4.3 Schenk- en erfbelasting 4.3.1 Lagere waardering van verpachte woningen Ook voor de schenk- en erfbelasting geldt dat vanaf volgend jaar verpachte woningen lager dan de WOZ-waarde mogen worden gewaardeerd, mits de pachtovereenkomst voor tenminste 12 jaar is gesloten. 4.3.2 Meer commerciële activiteiten voor ANBI Een algemeen nut beogende instelling (ANBI) krijgt vanaf 1 januari 2012 meer mogelijkheden om commerciële activiteiten te ontplooien zonder dat haar ANBI-status in gevaar komt. De voorwaarde is dat de opbrengsten van de commerciële activiteiten ten goede komen aan het algemeen nuttige doel. 4.4 Vennootschapsbelasting 4.4.1 Renteaftrekbeperking voor overnameholdings Als een belastingplichtige voor de vennootschapsbelasting op of na 1 januari 2012 met geleend geld een andere vennootschap overneemt, dan wordt de aftrek van de rente op de overnameschuld beperkt voor zover die rente meer dan 1 miljoen bedraagt. Als echter sprake is van een gezonde financiering, dan blijft de aftrekbeperking ook buiten toepassing. Overnames die voor 1 januari 2012 hebben plaatsgevonden blijven ongemoeid. 4.4.2 Verruiming giftenaftrek De huidige giftenaftrek in de vennootschapsbelasting kent een drempel van 227 waarboven de giften aan een algemeen nut beogende instelling (ANBI) aftrekbaar zijn. Bovendien is de aftrek gemaximeerd tot 10% van de winst. Vanaf 1 januari 2012 vervalt de drempel en wordt het maximum verhoogd van 10% tot 50% van de winst, waarbij het totaal aan aftrekbare giften per jaar niet meer dan 100.000 mag bedragen. Ter stimulering van het cultureel ondernemerschap wordt de aftrek van giften aan een ANBI die als culturele instelling is aangemerkt, tijdelijk (in beginsel 5 jaar) extra gestimuleerd. Voor de giftenaftrek mogen giften aan deze instellingen tot een bedrag van maximaal 5.000 met een factor van 1,5 worden vermenigvuldigd. 4.4.3 Verhoging winstgrens voor vrijstelling vennootschapsbelasting voor ANBI s Algemeen nut beogende instellingen (ANBI s) en algemeen belang beogende instellingen (SBBI s) of andere stichtingen en verenigingen met beperkte winstgevende ondernemingsactiviteiten in de Vpb zijn vrijgesteld van vennootschapsbelasting als de winst voor die activiteiten niet meer bedraagt dan van 7.500 per jaar en 37.500 over het jaar zelf en de vier voorafgaande jaren. Ter stimulering van het cultureel ondernemerschap worden deze drempels verdubbeld naar 15.000 respectievelijk tot 75.000. Tevens vervalt de eis dat het algemeen of sociaal belang op de voorgrond moet staan. Daarnaast wordt aan culturele instellingen de mogelijkheid geboden om te kiezen voor integrale belastingplicht. 4.5 Omzetbelasting 4.5.1 Nieuwe regeling BTW-heffing over privégebruik auto van de zaak Op 1 juli jl. is, vooruitlopend op de goedkeuring in het Belastingplan 2012, de nieuwe regeling voor het privégebruik van de auto van de zaak in de BTW in werking getreden. Er wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen privégebruik door werknemers en door ondernemers en er is geen koppeling meer met de bijtelling in de loon- en inkomstenbelasting. Als voor het privégebruik van de auto van de zaak, waartoe voor de BTW ook het woon-werkverkeer wordt gerekend, geen vergoeding wordt betaald, dan 7 van 13

wordt het privégebruik als fictieve dienst belast. Als wel een vergoeding wordt betaald, dan is de betaalde vergoeding voor het privégebruik in beginsel tegen 19% BTW belast. Als geen vergoeding wordt betaald voor het privégebruik, maar er is wel een sluitende rittenadministratie bijgehouden, dan bedraagt de BTW 19% over de uitgaven voor de werkelijk gereden privékilometers. Als er geen vergoeding voor privégebruik wordt betaald en een sluitende rittenadministratie ontbreekt, dan wordt de BTW forfaitair gesteld op 2,7% van de catalogusprijs (incl. BPM en BTW) van de auto. Deze BTW wordt berekend naar rato van het aantal dagen dat de auto (mede) voor privédoeleinden ter beschikking heeft gestaan en wordt in het laatste tijdvak van het kalenderjaar (was boekjaar!) aangegeven. 4.5.1.1 Ook BTW-correctie bij eigen bijdrage Na de invoering van de bovenstaande regelgeving werd gesteld dat de BTW-correctie buiten toepassing moest blijven als de terbeschikkingstelling van de auto niet kosteloos is, maar de werknemer daarvoor een eigen bijdrage betaalt. In het Belastingplan is bepaald dat als een onzakelijk lage vergoeding wordt betaald, die vergoeding tenminste op de normale zakelijk waarde wordt gesteld. 4.5.1.2 Privégebruik margeauto s De heffing over het privégebruik van een margeauto is alleen mogelijk als een vergoeding voor het privégebruik wordt betaald. Als dat niet het geval is, dan is volgens de Staatssecretaris de BTW op de gebruikskosten en het onderhoud van de auto niet aftrekbaar voor zover er sprake is van privégebruik. De goedkeuring dat in deze gevallen 75% van de BTW op deze kosten aftrekbaar is, is per 1 juli 2011 vervallen! De Staatssecretaris sluit echter niet uit dat de goedkeuring op een later tijdstip weer van kracht wordt. We houden u op de hoogte. 4.5.2 Formalisering suppletieaangifte De suppletieaangifte is nu nog een vrijwillige verbetering die u kunt gebruiken ter correctie van foutieve boekingen en dergelijke, waardoor u te veel of te weinig BTW heeft aangegeven en voldaan. De suppletieaangifte wordt echter geformaliseerd. Dat wil zeggen dat het indienen van een dergelijke aangifte valt onder de wettelijke informatieplicht. Doet u echter met de suppletieaangifte een verzoek om teruggaaf van te veel afgedragen BTW, dan wordt het verzoek nog wel als een te laat ingediend verzoek aangemerkt. Als de Belastingdienst dan niet aan het verzoek tegemoetkomt, dan heeft u geen mogelijkheid om daartegen in bezwaar of beroep te gaan. 4.6 Overige fiscale zaken 4.6.1 Tijdelijke verlaging tarief overdrachtsbelasting bij aankoop woningen De tijdelijke verlaging van het tarief van de overdrachtsbelasting voor de aankoop van woningen van 6 naar 2%, is wettelijk vastgelegd. De verlaging geldt met terugwerkende kracht van 15 juni 2011 tot en met 30 juni 2012. 4.6.2 Na verzuimboete ook vergrijpboete mogelijk Een verzuimboete is een lagere boete dan een vergrijpboete. Tot nu toe kunt voor hetzelfde feit geen vergrijpboete meer krijgen als aan u al een verzuimboete is opgelegd. Daarin komt volgend jaar verandering. Dan kan voor hetzelfde feit wel alsnog een hogere vergrijpboete worden opgelegd, als sprake is van feiten en omstandigheden die later bekend worden. De eerder opgelegde verzuimboete wordt dan met de vergrijpboete verrekend. 8 van 13

4.7 Pensioen en lijfrente 4.7.1 Vitaliteitssparen in plaats van spaarloon- en levensloopregeling Vanaf 1 januari 2013 vervangt het vitaliteitssparen de huidige spaarloon- en levensloopregelingen. De nieuwe regeling biedt werknemers, ondernemers en resultaatgenieters de mogelijkheid om fiscaalvriendelijk te sparen. De inleg is aftrekbaar in box 1 en het spaarsaldo niet belast in box 3. Belastingheffing vindt pas plaats bij opname van het spaartegoed. De maximale inleg bedraagt 5.000 per jaar en het spaartegoed mag maximaal 20.000 bedragen. U kunt zelf bepalen waarvoor u het saldo opneemt, dus opname voor eerder stoppen met werken is ook mogelijk. 4.7.2 Einde levensloopregeling met overgangsregeling De levensloopregeling wordt al op 1 januari 2012 afgeschaft. Er is echter een overgangsregeling getroffen. De regeling blijft tot 1 januari 2013 openstaan voor alle bestaande spaarders die op 31 december 2011 een positief saldo op hun levenslooprekening hebben. Vanaf 1 januari 2013 blijft de levensloopregeling onder de huidige voorwaarden alleen bestaan voor spaarders die op 1 januari 2013 58 jaar of ouder zijn. Bij de invoering van het vitaliteitssparen kunnen bestaande levenslooptegoeden in één keer onder inhouding van belasting worden opgenomen of omgezet in de vitaliteitsregeling. Dit laatste kan ook als het saldo meer bedraagt dan 20.000. Daarbij geldt wel de beperking dat als u op 1 januari van enig jaar 62 jaar of ouder bent, de jaarlijkse opname op 10.000 is gemaximeerd. 4.7.3 Uitbreiding vrijwillige voortzetting pensioenopbouw U kunt als ondernemer en/of zelfstandige zonder personeel (ZZP'er) vanaf volgend jaar langer fiscaal ondersteund meeliften in de pensioenregeling van het bedrijf waar u het laatst in loondienst was. De maximale termijn voor de fiscale aftrekbaarheid van pensioenpremies wordt dan namelijk van 3 naar 10 jaar verlengd. In de Pensioenwet stond al een termijn van 10 jaar, maar de fiscale voordelen waren beperkt tot 3 jaar. Na het derde jaar na de uitdiensttreding wordt het pensioengevend loon wel gemaximeerd met als bovengrens het laatstverdiende pensioengevend loon in de periode tot uw ontslag. Let wel, u kunt alleen van de verlenging profiteren als uw (voormalige) werkgever de mogelijkheid van de vrijwillige voortzetting in de arbeidsvoorwaarden heeft opgenomen. 4.8 Sociale Zekerheid 4.8.1 Invoering mobiliteitsbonus voor oudere werknemer Vanaf 2013 wordt een mobiliteitsbonus geïntroduceerd voor het in dienst nemen van een werknemer die ouder is dan 55 jaar. Voor het aannemen van een uitkeringsgerechtigde en/of arbeidsgehandicapte van 50 jaar of ouder ontvangt u een verhoogde mobiliteitsbonus. 5 Tips en aandachtspunten najaar 2011 5.1 Tips en aandachtspunten voor alle ondernemers 5.1.1 Kiest u wel of (nog) niet voor de werkkostenregeling? Sinds 1 januari 2011 is de werkkostenregeling ingevoerd. Er zijn vergoedingen en verstrekkingen die sindsdien onbelast blijven, maar anderen zijn alleen onbelast als deze binnen het algemeen forfait van 1,4% van de totale fiscale loonsom blijven. Als de vergoedingen en verstrekkingen het forfait overschrijden, dan moet u als werkgever over het meerdere een loonheffing betalen tegen een vast tarief van 80%. Tot 2014 kunt u echter jaarlijks nog kiezen voor toepassing van de oude regeling van vergoedingen en verstrekkingen. Om te kunnen bepalen welke regeling voor u het voordeligst is, moet u een aantal afwegingen maken. Aan de hand van een inventarisatie van de huidige arbeidsvoorwaarden 9 van 13

moet u (laten) beoordelen of en hoe deze arbeidsvoorwaarden in de werkkostenregeling passen. U wilt immers vermijden dat u 80% loonheffing (eindheffing) moet betalen. Bestaande afspraken met werknemers moeten mogelijk worden herzien. Wij ondersteunen u graag bij de afwegingen die u moet maken en de acties die u ten aanzien van de overgang naar de werkkostenregeling moet ondernemen. 5.1.2 Vraag tijdig de Verklaring arbeidrelatie aan De Belastingdienst verstrekt onder voorwaarden automatisch een Verklaring arbeidsrelatie (VAR). Dit geldt voor alle soorten VAR. Als u als opdrachtnemer echter niet aan de voorwaarden voor een automatische VAR voldoet, bijvoorbeeld als u nog geen 3 jaar achter elkaar eenzelfde VAR heeft aangevraagd en gekregen, dan is de VAR slechts een jaar geldig. U moet dan dus voor 2012 een nieuwe VAR aanvragen. Dat kan sinds 1 september 2011. 5.1.3 Rond renovatiewerkzaamheden aan woningen tijdig af Begin juni 2011 werd de termijn waarbinnen het tijdelijk verlaagd BTW-tarief voor renovatiewerkzaamheden aan woningen van toepassing is, tot 1 oktober 2011 verlengd. De verlenging geldt echter alleen voor werkzaamheden die vóór 1 juli 2011 zijn aangevangen en vóór 1 oktober zijn afgerond. Dit laatste is het geval als de oplevering heeft plaatsgevonden en de opdrachtgever het werk heeft aanvaard. Eind deze maand stopt deze tijdelijke stimuleringsmaatregel. Als de afronding van de werkzaamheden pas na 1 oktober 2011 plaatsvindt, moeten alle werkzaamheden in beginsel alsnog met het normale tarief van 19% worden belast, ook als al deelfacturen met 6%-tarief zijn uitgereikt. 5.1.4 Tijdig aanmelden voor eigenrisicodragerschap WGA U kunt als werkgever elk jaar per 1 januari of per 1 juli besluiten om eigenrisicodrager voor de WGA te worden. Als u per 1 januari van het publieke stelsel over wilt naar het eigenrisicodragerschap dan moet u de aanvraag daartoe vóór 2 oktober bij de Belastingdienst hebben ingediend. Het eigenrisico dragen voor de WGA is voor u in feite alleen aantrekkelijk als u geen langdurig zieke (ziek geworden vanaf 1 januari 2004) werknemers heeft en geen (ex-)werknemers heeft die een WGA-uitkering ontvangen. U betaalt namelijk in dat geval, zolang u geen zieke werknemers heeft, een lagere premie dan in het publieke bestel. 5.1.5 Bereid u voor op de nieuwe regels in de vakantiewetgeving Vanaf volgend jaar gelden er nieuwe regels voor de opbouw en opname van de wettelijke minimumvakantiedagen. Voor u als werkgever kan met name de uitbreiding van de opbouw van de minimumvakantiedagen tijdens ziekte tot een lastenverzwaring leiden, als u na twee jaar ziekte tot ontslag van de zieke werknemer wenst over te gaan. U zult de zieke werknemer dan alle minimumvakantiedagen moeten uitbetalen als hij/zij niet in staat is geweest om die dagen op te nemen. Verder geldt een vervaltermijn voor de minimumvakantiedagen. Niet opgenomen vakantiedagen vervallen zes maanden na afloop van het kalenderjaar. Voor de al voor 1 januari 2012 opgebouwde minimumvakantiedagen en de eventuele bovenwettelijke vakantiedagen blijft de verjaringstermijn 5 jaar. U zult uw verlofadministratie op de nieuwe vakantiewetgeving moeten aanpassen, zodat u inzichtelijk heeft welke dagen het eerst vervallen. 5.2 Tips en aandachtspunten voor ondernemers zonder BV 5.2.1 Einde tijdelijke willekeurige afschrijving Ter bestrijding van de economische crisis is onder meer de tijdelijke regeling willekeurige afschrijving voor bepaalde investeringen in 2009, 2010 en 2011 getroffen. U mag in die jaren maximaal 50% per jaar afschrijven, ook als u het bedrijfsmiddel nog niet in gebruik heeft genomen. Heeft u echter in 2009 van de regeling gebruikgemaakt, let er dan op dat u de bedrijsmiddelen uiterlijk 31 december 2011 in gebruik 10 van 13

heeft genomen. Heeft u de regeling op investeringen in 2010 toegepast, dan heeft u daarvoor nog tot 1 januari 2013 de tijd. Tot eind december van dit jaar kunt u nog met toepassing van de tijdelijke vervroegde afschrijving investeren. U moet dan wel zorgen dat u de bedrijfsmiddelen vóór 1 januari 2014 in gebruik heeft genomen. Bedrijfsmiddelen die hoofdzakelijk (voor 70% of meer) ter beschikking worden gesteld aan derden, zijn (op enkele uitzonderingen na) van deze regeling uitgesloten. 5.2.2 Breng overtollige liquiditeiten onder in box 3 Rendement op overtollige liquiditeiten wordt binnen de onderneming zwaarder belast dan privé in box 3. Binnen de IB-onderneming tegen 46,8% en in box 3, uitgaande van een rendement op de belegging van 4%, tegen 30%. Overtollige liquiditeiten kunt u dus beter aan uw onderneming onttrekken en overbrengen naar een bankrekening in privé (box 3). Let er op dat u dit niet te kort voor en na het jaareinde doet, omdat het dan niet het beoogde effect heeft. 5.3 Tips en aandachtspunten voor ondernemers met BV 5.3.1 Einde tijdelijke verruiming verliesverrekening Ondernemers in de vennootschapsbelasting kunnen normaliter verliezen verrekenen met de winst uit het voorafgaande jaar en de 9 komende jaren. Verliezen uit 2009, 2010 en 2011 mag u echter verrekenen met de winsten uit de 3 voorafgaande jaren. Daar staat wel tegenover dat de voorwaartse verliesverrekening wordt ingekort van 9 naar 6 jaar. De tijdelijke verruiming loopt eind 2011 af. Het verlies uit 2011 kunt u nog verrekenen met de winst over 2008. 5.3.2 Voorkom verliesverdamping Een verlies uit 2002 of eerdere jaren kunt u nog verrekenen met boekjaren die aanvangen in het kalenderjaar 2011. Tussen 1995 en 2007 gold een onbeperkte voorwaartse verliesverrekening die tot verliezen uit 1986 terugwerkte. Sinds 2007 bestaat er weer een beperking van de voorwaartse verliesverrekening tot 9 jaar, maar op grond van een overgangsregeling kunnen verliezen van 2002 en ouder (tot 1986) weliswaar niet onbeperkt, maar nog wel tot en met 2011 met toekomstige winst worden verrekend. Het boekjaar 2011 is dus het laatste jaar dat u deze verliezen nog kunt verrekenen. Heeft u nog oude verliezen? Wij kijken graag naar de concrete verrekeningsmogelijkheden die u nog heeft. 5.4 Tips en aandachtspunten voor alle belastingbetalers 5.4.1 Bent u al fiscaal partner voor de inkomstenbelasting? Sinds 1 januari 2011 gelden nieuwe regels voor wie fiscaal partner van elkaar kunnen zijn. Gehuwden, geregistreerden en samenwoners met een notarieel samenlevingscontract die op hetzelfde adres bij de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens zijn ingeschreven, zijn fiscaal partner van elkaar. Ongehuwde samenwoners zonder notarieel samenlevingscontract die fiscale partners van elkaar willen zijn, kunnen dat alleen nog zijn als zij op hetzelfde adres zijn ingeschreven bij de basisadministratie persoonsgegevens én: samen een kind hebben gekregen of erkend; of elkaar als partner hebben aangemeld bij hun pensioenregelingen; of samen een huis hebben gekocht. Als u als samenwoners nog dit jaar fiscaal partner van elkaar wilt zijn, moet u zorgen dat u nog dit jaar aan tenminste één van deze voorwaarden voldoet. Stond u wel ingeschreven in de basisadministratie bij uw gemeente, maar voldoet u pas in de loop van 2011 aan de voorwaarden, dan bent u toch al per 11 van 13

1 januari 2011 fiscaal partner van elkaar. 5.4.1.1 Wilt u geen fiscaal partner meer zijn? Met name in echtscheidingssituaties kan van belang zijn om juist ook fiscaal geen partner meer van elkaar te zijn. Dat kan bijvoorbeeld van belang zijn voor bepaalde heffingskortingen. Let er dan op dat u pas geen fiscaal partner meer van elkaar bent, als u bij de rechter een verzoek tot echtscheiding heeft ingediend én u niet meer op hetzelfde adres in de basisadministratie van uw gemeente bent ingeschreven. 5.4.2 Maak gebruik van de verlengde termijn voor dubbele hypotheekrenteaftrek Om de vastzittende woningmarkt vlot te trekken, is een aantal tijdelijke stimuleringsmaatregelen getroffen. Eén daarvan betreft de verlenging van de termijn van 2 naar 3 jaar voor behoud van hypotheekrenteaftrek bij verkoop van de voormalige eigen woning of bij aankoop van een nog leegstaande toekomstige eigen woning of woning in aanbouw. U kunt dus een jaar langer de hypotheekrente van beide woningen in aftrek brengen op uw inkomen in box 1. De verlenging vervalt per 1 januari 2013. 5.4.3 Maak nog gebruik van de herleving dubbele renteaftrek bij verhuur Als u uw nog niet verkochte woning inmiddels tijdelijk verhuurt, is een andere stimuleringsmaatregel voor de woningmarkt voor u van belang. Sinds 1 januari 2010 herleeft na de periode van tijdelijk verhuur, weer het recht op de dubbele renteaftrek voor de resterende termijn, waarin de renteaftrek nog is toegestaan. Voor gevallen waarin de verhuur al vóór 1 januari 2010 is aangevangen, geldt de regeling ook, mits de termijn van de dubbele renteaftrek nog niet is verstreken. Die termijn is vorig verlengd tot 3 jaar en eindigt daardoor pas op 1 januari 2013. 5.4.4 Maak gebruik van de overgangsregeling voor aftrek verliezen uit durfkapitaal Als u vóór 1 januari 2011 een lening heeft verstrekt aan een startende ondernemer (direct durfkapitaal), dan zijn de oude, daarvoor geldende regels ook na 2010 van kracht gebleven. U kunt daardoor in 2011 eventuele verliezen op deze leningen nog in aftrek brengen. 5.4.5 Minder heffingskortingen op maatschappelijke beleggingen en durfkapitaal Voor maatschappelijke beleggingen en durfkapitaal geldt nu nog een heffingskorting in box 1 van 1% over het vrijgestelde bedrag in box 3. In 2012 wordt deze korting verder teruggebracht naar 0,7%, in 2013 naar 0,4% en in 2014 naar 0%. Sinds 1 januari 2011 kunt u de heffingskortingen aan uzelf en uw partner toerekenen op basis van de verdeling van deze producten in box 3. 5.4.6 Anticipeer op één peildatum in box 3 Sinds 1 januari 2011 geldt voor de heffing in box 3 nog slechts één peildatum, namelijk 1 januari van het kalenderjaar. De waarde van uw vermogen op 1 januari 2012 is dus bepalend voor de inkomstenbelasting die u dat jaar in box 3 bent verschuldigd. Het kan dus verstandig zijn om de geplande aankoop van dure goederen die niet tot box 3 worden gerekend (denk aan bijvoorbeeld een auto, boot of kunstwerk) nog dit jaar te doen. 5.4.7 Betaal uw aftrekbare lijfrentepremie al in 2011 Als u een pensioentekort heeft en u heeft voor een aanvullend inkomen bij een verzekeraar een lijfrentepolis gesloten of een lijfrentebankspaarproduct bij een bank, dan kunt u de premie die u heeft betaald in aftrek brengen op uw inkomen. Tot 1 januari 2011 had u voor de aftrek van de lijfrentepremie in de jaarruimte en de reserveringsruimte een belangrijke terugwentelingsmogelijkheid. Als u de lijfrentepremie/bankspaarinleg namelijk vóór 1 april van het volgende jaar had betaald, dan kon u de premie toch in het voorafgaande belastingjaar in aftrek brengen. Vanaf 1 januari 2011 is dit 12 van 13

niet meer mogelijk. Alleen de in het kalenderjaar zelf betaalde lijfrentepremie is nog aftrekbaar. Dus in de aangifte inkomstenbelasting 2011 die u volgend jaar indient, kunt u alleen de in 2011 betaalde lijfrentepremie in aftrek brengen. De termijn van zes maanden voor het terugwentelen van de premie voor de lijfrente die u bedingt voor de oudedagsreserve en de stakingswinst is wel ongewijzigd gebleven. 5.4.8 Stel tijdig fiscaal partnerschap voor schenk- en erfbelasting veilig U kunt voor de schenk- en erfbelasting maar met één andere persoon fiscaal partner zijn. Het fiscaal partnerschap levert u bij overlijden de ruime partnervrijstelling(in 2011: 603.600) op en toepassing van de laagste tarieven (10-20%). Heeft u geen notarieel samenlevingscontract en voert u nog geen 5 jaar een gezamenlijke huishouding met elkaar, dan heeft u nog tot 1 januari 2012 de tijd om het notarieel samenlevingscontract met wederzijdse zorgplicht te laten opmaken. En als u nog geen testament heeft waarin u elkaar tot erfgenaam benoemt, doet u er verstandig aan om dat ook alsnog te laten opmaken. Ook als u al vele jaren samenwoont. U heeft immers niets aan de ruime vrijstelling en gunstige tarieven als u niet van elkaar erft! In tegenstelling tot gehuwden (geregistreerden) bent u als samenwoners niet automatisch erfgenaam van elkaar. Dat bent u pas als u elkaar daartoe in een testament heeft benoemd. 5.4.9 Houd rekening met einde verlengde verhoging Nationale Hypotheek Garantie U kunt onder voorwaarden met een Nationale Hypotheek Garantie (NHG) een lager rentetarief krijgen bij uw hypotheekverstrekker. Op 1 juli 2009 werd de NHG verhoogd van 265.000 naar 350.000. U kunt nog tot 1 januari 2012 van de verhoging profiteren. Blaricum, 27 september 2011 Voor verdere informatie kunt u terecht bij: Administratiekantoor Van der Wardt Postbus 111 1012 AC BLARICUM 035-531.2624 035-531.3180 www.admkntvdwardt.nl info@vdwaccountantcy.com 13 van 13