EEN NIEUW UNIVERSITEITSGEBOUW VOOR TILBURG, HET OPUS MAGNUM VAN ARCHITECT JOS BEDAUX



Vergelijkbare documenten
Z E S S P A A R Z E G E L S S T I C H T I N G B E E L D V E R H A A L N E D E R L A N D

Monumentnummer*:

Quickscan Gemeente Drimmelen maart - april 2013

Deelgebied 4, Vorchten. 1. Beschrijving bestaande situatie

PROJECTDOCUMENTATIE DAAF GELUKSCHOOL, HAARLEM

Winfried van Zeeland Van den Berg Kruisheer Elffers Architecten l april 2014

Donkerelaan 20. Straat en huisnummer : Donkerelaan 20 Postcode en plaats : 2061 JM Bloemendaal Kadastrale aanduiding : A9941 Complexonderdeel :

BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer

Landgoed Sparrendaal Noord Brabant, Nederland

Hoe maak ik een Volledig verslag

Stromingen in vogelvlucht

Krullenlaan 3. Oorspronkelijke functie : Dienstwoning en schuur. Datum foto :

LIJST MET CULTUURHISTORISCH WAARDEVOLLE BEBOUWING EN STRUCTUREN Bestemmingsplan Spoolde Zuid. Foto Adres Karakteristiek Waarde

Samenstelling: Projectgroep Naoorlogs Erfgoed, samenwerkingsverband van Heemkundekring Tilborgh, Cuypersgenootschap en de Bond Heemschut.

Project 150 Voormalig woonhuis en kantoor architect van der Laan Gele Hoeve, Rosmalen

Monumentnummer*:

Iepenlaan 2. Datum foto :

Inhoudsopgave Inhoudsopgave Geschiedenis Interieur Copy...5

Iepenlaan bij 1. Oorspronkelijke functie : Toegangskolommen. Datum foto :

Bedaux de Brouwer, architecten

Gebied 12 Elst Centrum

De gebouwen en stijlen in chronologische volgorde

FARALDA KRAAN HOTEL NDSM Amsterdam

Hoe maak ik een Volledig verslag

Bouwstijlen van kerken in Nederland. De volgende bouwstijlen worden kort toegelicht met tekst en beeldmateriaal:

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Walk 13. Kadastrale aanduiding : HHS00 sectie C nr(s) 3825 Coördinaten : x: y:

woningen Stripheldenbuurt Almere

Typering van het monument: Vrijstaand woonhuis uit 1935 met karakteristieke ronde erker met glas-in-loodramen.

TE KOOP Kapel Nieuw Vredenhof Van Oldenbarneveltlaan 15, Haarlem

Monument: Tilburg, Aula, Universiteit

Een nieuwe context voor een kerk: De Vredekerk te Bussum

Beeldkwaliteitsplan Voormalige Eurobioscoop en omgeving.

Kerngegevens gemeentelijk monument: Adres : Napoleonsweg 72. Kadastrale aanduiding : HLN02 sectie A nr(s) 3891 Coördinaten : x: y:

Twee nieuwe Tugelablokken in de Transvaalbuurt Amsterdam. In opdracht van Ymere Ontwikkeling

Erudiet. Onlosmakelijk verbonden met het landgoed

Brederodelaan 57-75, 77, Van Ewijckweg 2-8, Duinlustparkweg 3-23

(designed by) Erick van Egeraat Erasmus University College ARC14 Interieur

Tugelawegblokken Vernieuwing van twee woonblokken in de Transvaalbuurt. In opdracht van Ymere Ontwikkeling

Portfolio. Architectenmarkt Capelle aan den IJssel

K l o o s t e r k wa rt i e r S i t ta r d. Venster op het verleden

KAVELPASPOORTEN / WATERMOLEN 24 SCHAGEN Watermolen. Zaagmolen

Pastoor van Arskerk, Elf13 Eindhoven

Beeldkwaliteitplan Emmen, Noorderplein en omstreken. behorende bij de Welstandsnota Koers op kwaliteit (2 e wijziging)

Verpleeg- en reactiveringscentrum. Good Practice. Zwolle. College bouw ziekenhuisvoorzieningen

Nieuwlandsedijk 7 Woning van bescheiden formaat onder zadeldak, ca Traditioneel-ambachtelijke bouwtrant. IJsselsteen. Verkeert, op de voordeur

HilberinkboscH architecten Wamberg sM - berlicum. Bossche School woning Rosmalen 150 t

Inhoudsopgave. 1- Aanleiding voor aanpassing beeldkwaliteitplannen Ligging en hoofdopzet stedenbouwkundige plan 5

DR WILLEM VAK DER HELM. VAN LANSCHOT, 110

ANKLAAR BLOK 1 APELDOORN WONEN ALS IN EEN BESCHERMD DORP

Beeldkwaliteit Gebouwde omgeving Sfeer Materialisering Kleur

Onroerende kleursignalen geeft een overzicht van panden welke op een unieke en kunstzinnig wijze zijn uitgelicht.

Voor of tegen de Delftse School?

stadhuis eindhoven Restauratie en herindeling Stadhuis laagbouw Opdrachtgever Gemeente Eindhoven Interieurarchitect Buro Staal/Christensen

Typering van het monument: Woonhuis uit 1896 dat deel uitmaakt van de historische bebouwingsstructuur van de dorpskern Hunsel.

Hurkspanden Roosendaal zonder bescherming

VILLANOVA. architecten. 243 Broederhuis Postjesweg, Amsterdam

HOOFDKANTOOR PORTAAL UTRECHT

Typering van het monument: Vrijstaande, witgeschilderde villa in eclecticistische bouwstijl met kantelen, rondbogen en een erker.

NAAM te Lochem BESCHRIJVING

Nieuwbouw gymzaal tarwesterk

SLIMMER, SNELLER EN CONCURREREND

HUURLINGSEDAM WIJCHEN FASE 2C P A S.. T E N.. 6 DECEMBER 2018

a r c h i t e c t e n

ROUTEBESCHRIJVING ARCHITECTUUREXCURSIE 18 MAART 2006

Renovatie en upgrading woningblokken Waterlandplein Amsterdam

5 Tuinvilla s Park 16Hoven Rotterdam

Bloemendaalseweg 240. : Traditioneel-functionalistisch Oorspronkelijke functie : Politiebureau. Datum foto :

Bennebroekerlaan 10. Bouwjaar : Circa 1890 Architect : : Neorenaissance-trant met invloed van de Chaletstijl Oorspronkelijke functie : Woonhuis

VERSLAG VAN EESTERENGESPREK #13 ARCHITECT J.F. BERGHOEF TRADITIONALIST OF MODERNIST?

PGEM complex, Doetinchem. Meike Savelkouls

Sportcentrum Zaandam Zuid

Toespraak ter gelegenheid van de opening van het Huis der Provincie door Zijne Majesteit de Koning op 20 september 2017

Herontwikkeling Gasthuyspoort, Breda

Vopak EMEA Rotterdam

Amsterdamsestraatweg cultuurhistorische inventarisatie.

Klapwijkse Pier 4 & 5

KARAKTERISTIEKE OBJECTEN WINSCHOTEN NOORD. 8 september 2017

aanwijzing tot gemeentelijk monument van het object Achter de Kerk 7a

Zwembad De Vijf Heuvels Potdijk 5 te Markelo BEELDKWALITEITPLAN

bijlagen bij de Toelichting

Zeeuwse dag van de architectuurprijs 2019

WZNH. Erfgoedcommissie. datum dossier BLM 15-1 MV/AM. Geacht College

Adviescommissie Omgevings Kwaliteit

GEBOUWD OP TRADITIE.

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

SUB COMMISSIE ERFGOED van de COMMISSIE RUIMTELIJKE KWALITEIT A M E R S F O O R T. Verslag d.d

Opdrachten bij Architectuurroute Uden

Lensvelt de Architect Interieurprijs 2006 / Hanzesociëteit, Groningen. Hanzesociëteit, Groningen

Kavelpaspoort 22 kavels Harderweide d.d

Beeldkwaliteitplan Erve Broekmate concept / Datum: 5 november 2012

156 Abraham & Boddaert Verbouwing van monumentale school tot woongroep met ateliers en Boddaertcentrum Oosterparkbuurt, Amsterdam

design Interview met kunsthandelaar Axel Vervoordt, de huizenjacht van schrijfster Franca Treur, zelfbouwhutten van kinderen, een gloednieuwe

SCHOOL 7 bibliotheek Den Helder

TE KOOP - KLOOSTER Verdistraat 87 - Oss. Vraagprijs: n.o.t.k. 1

WOONKERK XL UTRECHT G R O U N D E D A R C H I T E C T U R E. titel opdrachtgever projectteam aannemer losse inrichting programma

Stadsdeel Nieuw-West, Amsterdam. Licht en lucht in het Tuinstadhuis

: boerderij. straat en nummer : Hanenpad 24. Objectgegevens. straat en nummer : Hanenpad 24 postcode en plaats : 1501 WD Zaandam.

OPEN MONUMENTENDAG 2019

Transcriptie:

EEN NIEUW UNIVERSITEITSGEBOUW VOOR TILBURG, HET OPUS MAGNUM VAN ARCHITECT JOS BEDAUX Inleiding Het Cobbenhagengebouw hoofd- en bestuurslocatie van de Tilburgse universiteit, is het opus magnum van de Goirlese architect Jos. Bedaux (1910-1989). De eerste plannen voor dit in 1962 voltooide bouwwerk dateren uit 1950-1951. Destijds stond de Universiteit van Tilburg (Tilburg University) nog bekend als de Katholieke Economische Handelshoogeschool. In september 1950 kreeg Bedaux de opdracht, door bemiddeling van zijn zwager prof. Frans van der Ven (1907-1999). Omdat het gemeentebestuur Bedaux te jong en onervaren vond werd hij evenwel min of meer gedwongen in zee te gaan met de meer door de wol geverfde architect Jan van der Laan (1896-1966). Van der Laan was in dezelfde periode bezig met de nieuwbouw van de Katholieke Universiteit Nijmegen, en bovendien betrokken bij de toenmalige stedenbouwkundige ontwikkelingen in Tilburg. Toch zouden de definitieve plannen voor het Cobbenhagengebouw op Bedaux eigen werktafels ontstaan, het ontwerp moet dan ook op zijn naam worden geplaatst. Uitgaande van een vierkant grondplan schiep Bedaux een drie verdiepingen hoog gebouw met twee binnenhoven. Inwendig kwam een wisselend aantal bouwlagen, waarbij in de gangen de karakteristieke leistenen vloeren opvallen. Uitwendig is het hoofdgebouw aan alle zijden even hoog. De gevels werden bekleed met Muschelkalksteen, en er kwamen stalen puien en ramen. Nadat koningin Juliana in november 1962 het nieuwe complex had geopend werden door Bedaux nog diverse bouwdelen toegevoegd, waaronder het hoge Koopmansgebouw uit 1971. In de jaren daarna groeide het complex uit tot een druk bezochte cité universitaire langs de westrand van de stad. Tegenwoordig is het Cobbenhagengebouw een beschermd gemeentelijk monument. Opname rond 1965. Het gebouw is gelegen in de uitlopers van de Tilburgse Warande (foto RAT).

De Universiteit van Tilburg Sinds 2001 is er sprake van de Universiteit van Tilburg, daarvoor van de Katholieke Universiteit Brabant (KUB). Voor de universitaire status (1986) stond ze bekend als de Katholieke Hogeschool Tilburg (1963). Maar het begon allemaal in 1927 toen de Roomsch Katholieke Handelshoogeschool werd opgericht. Dit vormde een mijlpaal in de uitbouw van het katholiek hoger onderwijs. Waren in 1912 reeds de Katholieke Leergangen opgericht (akten voor middelbaar onderwijs) en volgde in 1923 de lang verbeide stichting van de Katholieke Universiteit in Nijmegen, zo volgde in de industriestad Tilburg de oprichting van de handelshogeschool. Ook op het gebied van het academische onderwijs speelde katholiek Nederland nu een eigen rol mee in de verzuilde Nederlandse maatschappij. Het ontstaansproces was vrij moeizaam geweest. Aan de stichting van de katholieke universiteit waren nogal wat perikelen voorafgegaan, en uiteindelijk viel het een en ander uit in het voordeel van Nijmegen. Tilburg werd tevreden gesteld met de handelshogeschool. Vanaf dat moment waren katholieke studenten niet langer aangewezen op Rotterdam, waar een neutrale handelshogeschool bestond. Of zoals de voorzitter van de Leergangen het had verwoord: Daarom moeten we een eigen school hebben in een Roomsch centrum voor handel en industrie. 1 Een pontificale mis in de Heuvelse kerk in Tilburg markeerde in 1927 de opening van de Katholieke Handelshoogeschool (foto RAT). Het was in het bijzonder de priester en econoom prof.dr. M.J.H. Cobbenhagen (1893-1954) die aan de wieg stond van de Tilburgse hogeschool. Van 1927 tot 1954 zou hij er hoogleraar algemene leer en geschiedenis van de economie zijn. De website van de Tilburgse universiteit schrijft over hem: Hij drukt in die jaren een sterk stempel op de opleiding. Als eerste in Nederland draagt Cobbenhagen de 1 Bornewasser 2003, 24.

opvatting uit dat economiebeoefening en ethiek bij elkaar horen. Tot op de dag van vandaag geldt dat besef als een van de fundamenten van de identiteit van onze universiteit. Vanuit de insteek om een synthese te scheppen tussen wetenschap en praktijk, schiep Cobbenhagen een blauwdruk voor de opzet van de handelshogeschool. De combinatie van economie en ethiek kwam tot zijn recht door de twee daaraan gewijde leerstoelen, gecombineerd met die van bedrijfshuishoudkunde, recht en handelstechniek. Verder werd een belangrijke plek ingeruimd voor de psychologie. De opening van de hogeschool vond tamelijk bescheiden plaats. Op 8 oktober 1927 werd in aanwezigheid van een groot aantal genodigden door de aartsbisschop van Utrecht H. van de Wetering een pontificale mis opgedragen in de Heuvelse kerk in het centrum van Tilburg. Verder was er een bijeenkomst in sociëteit de Nieuwe Koninklijke Harmonie. Jos Bedaux in 1960 (Leenen 2010). Architect Jos Bedaux (1910-1989) Op 18 april 1910 werd Jos Bedaux in Tilburg geboren, als de zoon van een aannemer. Na een handelsopleiding leerde hij in de familiezaak de verschillende kanten van het bouwbedrijf kennen. Zijn vader gaf hem bouwkundige tekenlessen en hij volgde lessen aan de Katholieke Leergangen. Vanuit het aannemersbureau ontwikkelde hij zich als zelfstandig architect. Zijn eerste opdracht was in 1932, toen hij in Tilburg het nieuwe klooster Ave Maria bouwde. Het ontwerp toont nog de invloed van architect A.J. Kropholler (1881-1973), op dat moment één van de belangrijkste katholieke architecten. Zijn traditionalistische en ambachtelijke vormentaal bepaalde het ontwerp van veel nieuwe kerken, kloosters en andere gebouwen. Verder toont het werk van Bedaux dan verwantschap met de Delftse School, eveneens behoudend van karakter en toonaangevend in de katholieke wereld. Bedaux ontwerpen voor villa s en wegkapelletjes worden er sterk door bepaald. Classicisme Al vrij snel wist Bedaux een uitgebreid netwerk op te bouwen. Zo raakte hij betrokken bij de katholiek- Brabantse emancipatiebeweging Brabantia Nostra, en werd hij lid van de daarmee verbonden studentenvereniging Sint-Leonardus en het Studentengilde van Onze Lieve Vrouw. In deze kringen ontmoette Bedaux de latere hoogleraar Frans van der Ven en de kunstenaar Luc van Hoek (1910-

1991), die een belangrijke rol in zijn loopbaan zouden spelen. Van der Ven is ook wel bekend als de dichter Frank Valkenier, één van de oprichters van Brabantia Nostra. Zoals hierboven al gezegd kreeg Bedaux door diens bemiddeling de opdracht voor het Tilburgse universiteitsgebouw. Met Luc van Hoek werkte hij vaak samen wanneer het erom ging om een bouwwerk te verlevendigen met monumentale kunst. Toen Bedaux na de oorlog betrokken raakte bij de wederopbouw van het verwoeste Sluis, is in zijn oeuvre inmiddels de invloed van het classicisme te zien. In deze periode ontwikkelt hij zijn karakteristieke en tamelijk formele stijl waarin hij klassieke motieven zoals een lijstgevel, timpaan of risaliet koppelt aan een romantische maar vrij sobere vormentaal. Zijn eigen idioom krijgt steeds meer vorm, met de stoeppalen, sierbollen en lantaarns waaraan men zijn ontwerpen vaak vrij gemakkelijk kan herkennen. Karakteristieke voorbeelden uit de eerste naoorlogse jaren zijn het Fatimacomplex in Tilburg (1948), de etagewoningen in Den Bosch-Zuid uit 1952 en het raadhuis van Hilvarenbeek, eveneens uit 1952. Classicistisch vormgegeven etagebouw in Den Bosch-Zuid, 1952 (MAB). Aansluiting bij het modernisme Bedaux groeiproces is in het bijzonder te volgen door de opeenvolgende bouwfasen van zijn eigen woning aan de Dr. Keyzerlaan 2 in Goirle. In 1937 voerde hij dit huis uit in een combinatie van streekeigen elementen en motieven die zijn ontleend aan de Hollandse Renaissance. Het eerste blijkt uit de toepassing van deels losstaande eenheden zoals de woning zelf, een schuur en een bakhuis, motieven die doen denken aan de Brabantse boerderijen. De combinatie met een klokgevel verwijst dan naar de Renaissance. In 1950 voegde Bedaux een aanbouw met tekenkamer en garage toe. Qua materiaal en daktype sluit dit bouwdeel aan bij het vooroorlogse gedeelte, maar zonder de ouderwetse Vlaamse gevels. De negen jaar later toegevoegde vleugel met een eigen werkplek voerde hij doosvormig uit, met een patio en een grote glazen pui. Hier is de invloed te zien van de modernistische bouwtrant.

Bedaux eigen huis aan de Dr. Keyzerlaan in Goirle uit 1937, met een patio met pergola uit 1959 (Leenen 2010). Het modernisme met zijn strakke lijnenspel, robuuste bouwmassa s en platte daken openbaarde zich in de loop van de vijftiger jaren steeds meer in Bedaux ontwerpen, maar door de toepassing van schoonmetselwerk en natuursteen, en ook de combinatie met intieme binnenhoven zou dit toch altijd ingebed blijven in een romantisch kader. Hierin is het eigene van Bedaux te zien, wiens ontwerpen nooit een modern-zakelijke uitstraling hebben. Op deze manier sloot hij aan bij de zogeheten shake hands gedachte in de naoorlogse bouwkunst. Bedaux had dan ook deelgenomen aan de invloedrijke

Doornse bijeenkomsten waarop vooral Willem van Tijen (1894-1974) zich sterk maakte voor een koppeling tussen traditionalisme en modernisme. De Openluchtschool Domenico Savio en het woonhuis van Frans van der Ven in Goirle (allebei uit 1958) en het bejaardentehuis Taxandria in Valkenswaard (1950) zijn enkele voorbeelden van de manier waarop Bedaux met het modernisme omging. Door Bedaux ontworpen bankgebouw aan de Spoorlaan in Tilburg, 1975. De gevels zijn met trespa bekleed (josbedaux.nl). Toenemende schaalvergroting Net als de later door Bedaux ontworpen gebouwen van de Tilburgse universiteit laat het Cobbenhagengebouw uit 1962 de voor hem gebruikelijke koppeling van traditionele en moderne motieven zien, maar tegelijk blijkt de schaalvergroting waaraan ook deze architect niet ontkwam. De massa- ofwel volume-architectuur, het uitgaan van een betonstructuur en een expressief lijnenspel bepaalt in de jaren zestig en zeventig een groot aantal van zijn ontwerpen. Het schoonmetselwerk liet hij steeds meer los ten gunste van een beplating in Muschelkalksteen en zelfs trespa. Ook vliesgevels gaan een steeds grotere rol spelen. Verder valt de invloed van Le Corbusier op. Dit laatste blijkt bijvoorbeeld uit de rastervormige gevelindelingen en de dakopbouw, kolommen en trappartijen van het Koopmansgebouw van de Tilburgse universiteit en het daartegenover gelegen Rijkskantorengebouw (respectievelijk 1971 en 1975). Een bijzonder voorbeeld is de sporthal van de universiteit, die Bedaux in 1960-1963 bouwde. Dit gebouw wordt gekenmerkt door een aan acht staalkolommen opgehangen dak. Het Kantongerecht in de Tilburgse binnenstad (1969) toont de combinatie van Muschelkalksteen, een rastergevel en een strook met schoonmetselwerk, verlevendigd met een baksteenreliëf van Luc van Hoek. Juist in zulke details is te zien hoezeer Bedaux ook in zijn latere ontwerpen trouw blijft aan de voor hem kenmerkende Bourgondische inslag ; het modernisme bleef hij koppelen aan ambachtelijke kwaliteiten.

Sporthal universiteit van Tilburg, 1963 (josbedaux.nl). afb. 6 Kantongerecht Tilburg met een baksteenreliëf van Luc van Hoek, 1969 (flickr.com).

Het Cobbenhagengebouw Het Cobbenhagengebouw van de Tilburgse universiteit is een hoogtepunt in Bedaux oeuvre! Het is aardig om hier te citeren uit een voordracht van de architect, waaruit men kan proeven hoe trots hij er zelf op was: Het gebouw [Cobbenhagengebouw] werd voltooid: er volgde nadien een grandioos openingsfeest. Het werd een muzikale opening. Mij viel de grote eer te beurt hare majesteit de koningin door de bouw te mogen rondleiden. Nadien kreeg ik de hoogste koninklijke onderscheiding die een architect krijgen kan! 2 Het Cobbenhagengebouw in wording (beeldbank RAT). Het gebouw is het eerste eigen gebouw van de toenmalige hogeschool. Na de oorlog maakte deze nog altijd gebruik van de gebouwen van de Katholieke Leergangen in de binnenstad. Als nieuwe locatie werd gekozen voor een uitloper van het landgoed de Oude Warande aan de westrand van Tilburg. Hier zou het universiteitscomplex het monumentale sluitstuk gaan vormen voor een vanuit het stadscentrum in oost-westrichting lopende nieuwe verbindingsas (Hart van Brabantlaan en Prof. Cobbenhagenlaan), overgaande in de lommerrijke omgeving van de Warande. De planvorming had nogal wat voeten in de aarde. Het eerste ontwerp dateert uit 1952 en heeft een vrij traditioneel en kloosterachtig karakter. Toen dit plan door Publieke Werken was afgewezen, werd de architect verzocht om met een meer ervaren collega in zee te gaan. Dat werd Jan van der Laan, die grote invloed zou uitoefenen op het tweede ontwerp (1955). Deze keer werd uitgegaan van een vierkant complex met drie binnenhoven en een klassieke koepel op het centrale bouwdeel. Alhoewel dit ontwerp werd goedgekeurd, is het door gebrek aan bouwvolume opzij geschoven. Vervolgens raakte Bedaux overspannen, Van der Laan had het te druk, en dan duurt het tot de late jaren vijftig voordat een nieuw concept van de tekentafels komt. Ditmaal is het karakteristieke idioom van Bedaux zelf te onderscheiden. Hij schiep een uit één bouwvolume bestaand gebouw met twee asymmetrisch geplaatste binnenhoven. Alhoewel er sprake is van een kleinere inhoud dan bij de eerdere ontwerpen bestaat er door de indelingsstructuur een groter nuttig vloeroppervlak. In het gebouw zouden de belangrijkste universiteitsruimtes komen, zoals de aula en senaatskamer, maar ook diverse collegezalen en instituutskamers. Opvallend veel ruimte reserveerde Bedaux voor de gangen, hal en trappenhuizen. Het is dit ontwerp dat uiteindelijk is uitgevoerd. Op 1 augustus 1958 vroeg het curatorium de bouwvergunning aan, en in de hiernavolgende jaren verrees aan de rand van Tilburg een imposant universiteitscomplex. Nadat er nog enige aanpassingen in de plannen waren uitgevoerd, werd het complex in 1962 opgeleverd. Op de 13 de november van dat jaar opende koningin Juliana onder grote belangstelling het nieuwe, eigen onderkomen van de toenmalige Katholieke Hogeschool. 2 Voordracht Jos Bedaux bij de opening van het Koopmansgebouw in 1971 (de voordracht bleef bewaard in het RAT).

Opzet van het gebouw Bedaux gaf het vierkante gebouw een tamelijk robuust karakter, dat wordt versterkt door de afwerking in Muschelkalksteen. Tegelijk is er sprake van een afwisselende en speelse opzet, doordat de gevelvlakken worden doorbroken door vensters in een wisselend formaat. Enkele hoge glaspuien wisselen de gevelvlakken af, deels met het effect van een raster. Door de markante asymmetrische opzet is afgeweken van een strenge en klassiek-geordende bouwmassa. Aan de oostzijde doorbreekt een opzij gelegen poort het gebouw, als toegang naar de grote binnenhof. De asymmetrie wordt hier herhaald door de ligging van de (voormalige) hoofdingang, met een bordes en een uitkragend portaal. Op de kleinere binnenhof vallen de glazen vliesgevels langs de eerste bouwlaag op. Doordat de dragende betonkolommen schuil gaan achter de glasvlakken suggereren ze de met Muschelkalksteen beplate gevels van de bovenverdieping te torsen. Alhoewel het gebouw aan alle zijden even hoog is wordt het interieur gekenmerkt door een wisselend aantal bouwlagen, waarbij de langs drie lagen doorgestoken aula middels een lichtbeuk boven het dak uittorent. Zowel in de aula als in de gangen en trappenhuizen zijn de wanden in schoonmetselwerk uitgevoerd, met de ambachtelijke uitstraling van gele handvormsteen. Verder vallen de in Noorse leisteen uitgevoerde gangvloeren op. De leistenen platen zijn in vierkante witmarmeren kaders gelegd, een patroon dat is voortgezet in de binnenhoven. Deze kaders verhouden zich onafhankelijk van de kolommen en wanden, met ook hier de nadruk op asymmetrie. Door hun opzet vormen de vloeren welhaast een tapijt waaroverheen de diverse hoofdruimtes en binnenhoven willekeurig lijken te zijn uitgestrooid! De vakken en kaders zijn een leidmotief in het gebouw. Verder valt de zorgvuldige detaillering op van onderdelen zoals deuren en plafonds. Hardglazen tochtdeuren kregen aluminium stermotieven, er zijn deuren met messing grepen en plafonds met lichtspotjes in een messing armatuur. In het hoofdtrappenhuis kwam een bordestrap met hekwerken met de voor het idioom van Bedaux zo karakteristieke sierbollen. Opname vanuit het gebouw, met zicht op een binnenhof en enkele elegante dragende kolommen. De vloeren lopen ononderbroken door van binnen naar buiten (MAB).

Hoofdingang met toegangsbordes; gevelopeningen in wisselend formaat (MAB). Vergelijking met contemporaine ontwerpen Het Cobbenhagengebouw markeert een periode van toenemende schaalvergroting in het oeuvre van Bedaux, samenvallende met algemene ontwikkelingen in de Nederlandse bouwkunst. Het werken in een betonskelet werd steeds belangrijker en ook dit is in Bedaux ontwerp te zien. Hij verhulde deze structuur echter grotendeels en waar hij dragende elementen toch in het zicht liet, gebeurde dit in de vorm van elegante betonkolommen. Het is bekend dat Bedaux werd beïnvloed door de ontwerpen van Le Corbusier (1887-1965). In een artikel wordt hij zelfs de Nederlandse Le Corbusier genoemd. 3 Op vakanties in de vroege jaren vijftig zag hij de beroemde ontwerpen van deze architect in Ronchamps en Marseille. Vooral de rastervormige 3 Leenen 2010, 53.

glaspuien langs de buitenkant van het Cobbenhagengebouw tonen verwantschap met het Unité d Habitation in Marseille. Verder is verwantschap te zien met een voorbeeld als het Arnhemse Provinciehuis uit 1954 (architect J.J.M. Vegter i.s.m. Brouwer en Deurvorst). Alhoewel dit bouwwerk een veel traditioneler karakter heeft, valt ook hier de opzet met een binnenhof met een asymmetrisch gesitueerde toegangspoort op. Opmerkelijk is dat het Cobbenhagengebouw geen hiërarchische opzet heeft. Ondanks hun monumentale vormgeving hebben de trappenhuizen er louter een verkeersfunctie. De aula en senaatskamer zijn op de begane grond gesitueerd, afgewisseld door collegezalen en werkkamers. In dit opzicht wijkt het gebouw af van bijvoorbeeld de Tilburgse schouwburg uit 1961 (B. Bijvoet en G.H.M. Holt) of het Provinciehuis van Den Bosch uit 1971 (H.A. Maaskant). In deze gebouwen leiden hoge statietrappen naar de hoofdruimtes en wordt geen zicht geboden op de werkruimtes. Vanuit dit oogpunt is het Cobbenhagengebouw juist opvallend democratisch te noemen. Tenslotte, om er een tweede voorbeeld uit Den Bosch bij te halen: het Sint-Janslyceum uit 1961-1963, ontworpen door Nico van der Laan (1908-1986), broer van Jan van der Laan. In tegenstelling tot de ontwerpen van Bedaux gaat het hier om een markant voorbeeld van de Bossche School Bedaux beschouwde zich niet als een representant van deze richting. Weliswaar tonen de verhoudingen en maatvoering van beide gebouwen verwantschap, maar in Den Bosch vallen onder meer de gemetselde gevels met hun decoratieve lijsten op. Daar komt het classicisme meer om de hoek kijken, terwijl het Cobbenhagengebouw juist wordt gekenmerkt door het speelse contrast tussen robuuste bouwvolumes en afwisselende gevelindelingen. Dit gebouw laat zien hoezeer Bedaux in de loop van zijn oeuvre de klassieke citaten steeds meer omzette in een karakteristiek idioom dat hem een volkomen eigen positie doet innemen in de naoorlogse bouwkunst. Artikel geschreven door Joost van Hest Bronnen en literatuur - Alphen, D. van e.a. (red.), Architectuurgids Tilburg 1850-2001, Tilburg 2002 - Bedaux, J., Voordracht bij de opening van het Koopmansgebouw, 1971 - Bornewasser, H. e.a., Katholieke Hogeschool Tilburg: Universiteit van Tilburg. 75 Jaar waardenvolle universiteit, Tilburg 2003 - Doevendans, K. e.a., Stadsvorm Tilburg, stadsontwerp en beeldkwaliteit, Eindhoven/Tilburg 1996 - Doms, J., Bedaux, Tilburg 1989 - Economische Hogeschool te Tilburg, in: Bouw 9 (1954), 34, 691 - Haan, H. de e.a., Gebouwen van het Plastische Getal. Een lexicon van de Bossche School, Haarlem 2010 - Leenen, C. e.a., Jos. Bedaux. Architect (1910-1989), Rotterdam 2010 (Bonasreeks) - Sande, P. van de, Kunst onderweg. 166 Kunstwerken in Tilburg, Tilburg 1986 - Santen, J. van e.a. (red.), Monumenten van Herrezen Nederland, Amersfoort 2007 - Ven, Fr., van der e.a., Luc van Hoek, Goirle 1986 - Wolf, R., De Trek naar het zuiden. Gebouwen van de Katholieke Universiteit Nijmegen 1923-1998, Nijmegen 1998

- Wijffels, H., De wederopbouw: architectuur in Midden-Brabant in de jaren 50, Tilburg 1993 Regionaal Archief Tilburg (RAT) 1053 Archief Gemeentebestuur Tilburg. Bouwvergunningen 1901-1996: inv.nrs. 19092-19135 Universiteit van Tilburg (UvT) Geïnventariseerd archief bouwdossiers van de diverse universiteitsgebouwen, doos 1-191