Aangeboden door Wouter Devloo Accountant Belastingconsulent www.boekhouder.be



Vergelijkbare documenten
COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Boekhoudkundige verwerking van erfpacht, opstal en vruchtgebruik in non-profitorganisaties

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING VAN ERFPACHT IN BBC

BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING VAN ERFPACHT IN BBC 2020

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Commissie publiceert overzichtsadvies over zakelijke rechten op onroerende goederen Deel 2 : Opstalrecht

Commissie publiceert overzichtsadvies over zakelijke rechten op onroerende goederen Deel 1 : Vruchtgebruik

Boekhoudkundige verwerking van erfpacht, opstal en vruchtgebruik in non-profitorganisaties

de leasinggever? Ontwerpadvies CBN over leasing (IV) : hoe verwerken bij

Erfpacht Boekingsmethode

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2015/4 - Leasing. Advies van 24 juni

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Vlaamse Adviescommissie voor Boekhoudkundige Normen. Advies 2017/5 betreffende het boeken van subsidies in natura van 08/03/2017

BESLISSING VAN DE RAAD VAN BESTUUR

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/XX De boekhoudkundige verwerking van step-acquisities. Discussienota van 5 december 2012

Bespreking onroerende leasing in combinatie met een patrimoniumvennootschap

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Advies van 10 november 2010

De correcte verwerking van kapitaalsubsidies

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Moet ik nu leasen, renten of gewoon lenen? Wat is het verschil?

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2013/4 De boekhoudkundige verwerking van step disposals. Advies van 20 februari 2013

Effectenleningen en cessies-retrocessies van effecten

Boekingsfiche 5301 Overdracht onroerend goed van gemeente aan AGB met BTW-recuperatie.xlsx

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2013/4 De boekhoudkundige verwerking van step disposals. Advies van 20 februari 2013

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

ONROERENDE LEASING. Dirk Demunter. Head Real Estate Lease Belfius Lease Trainer Febelfin Academy

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2015/XX - Verrichtingen met betrekking tot inschrijvingsrechten. Ontwerpadvies van 9 september 2015

Aan het bestuur van de Stichting tot Exploitatie van de Capelse Golfbaan, te Capelle aan den IJssel. Verslag Boekjaar 2018

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/17 - Erkenning van opbrengsten en kosten. Advies van 7 november 2012

De huidige OCMW-beleidsinstrumenten. II.1. De financiële registratie in functie van de jaarrekening

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Advies 2012/XX Boekhoudkundige verwerking van een ruilverrichting

MEDEDELING. Het recht van erfpacht en het recht van opstal Juridische kenmerken en boekhoudkundige verwerking. 1 Probleemstelling

Onroerende Leasing. Michaël Malesevic International Real Estate Manager KBC Lease Holding. 9 Juni 2009

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2015/4 - Leasing. Advies van 24 juni 2015

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNIDGE NORMEN. CBN-advies 2016/XX Verwerving van een bedrijfstak tegen een symbolische euro. Ontwerpadvies van 13 januari 2016

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Immateriële vaste activa CASE 1

Bijlagen. Bijlage 1: Resultaat 2005

Boekingsfiche 3420 Serviceflats Invest

Investeringen in MVA

FINANCIEEL JAARRAPPORT 2016 VAN STICHTING PALLIETERBURGHT TE CAPELLE AAN DEN IJSSEL

A. Vruchtgebruik. Vruchtgebruik - Naakte eigendom

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2013/3 De boekhoudkundige verwerking van step acquisitions. Advies van 20 februari 2013

Vraag I.1: Meerkeuzevragen (slechts 1 antwoord mogelijk, -1 punt wanneer gokken!)

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2015/8 Boekhoudkundige verwerking van de aankoop van een onroerend goed bestemd voor verkoop 1

Prof. dr. Stijn Goeminne, Faculteit Economie & Bedrijfskunde, Universiteit Gent

Boekingsfiche 5109 Overname gemeentelijk openbaar verlichtingsnet door Eandis.xlsx

CONTROLEDIENST VOOR DE ZIEKENFONDSEN

Boekhoudkundige continuïteit versus discontinuïteit

VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA VASTE ACTIVA... 20/ , ,40. Nr. BE Oprichtingskosten

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

x. Registratierechten: erfpacht

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Advies van 4 september

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Btw-optimalisering en onroerende verhuur. Bart Buelens

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNIDGE NORMEN. CBN-advies 2016/7 Verwerving van een bedrijfstak tegen een symbolische euro. Advies van 15 juni

COMMISIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Sectie A: Samenvatting van de waarderingsregels en didactische samenvatting... 1 Sectie B: Boekhoudregels Toepasselijke IFRS normen...

JAARREKENING IN EURO

het commissarisverslag 2013 ERRATUM

Stichting Vrienden van het Mauritshuis te s-gravenhage

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

JAARREKENING EN ANDERE OVEREENKOMSTIG HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN NEER TE LEGGEN DOCUMENTEN

JAARREKENING IN EURO

TERBESCHIKKINGSTELLING VAN ONROERENDE GOEDEREN. GRONDIGE ANALYSE VAN ENKELE RECHTSFIGUREN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

HOOFDSTUK 7. Schulden op meer dan één jaar

De RJ is hierbij bijzonder geïnteresseerd in het antwoord op de vraag of u deze ontwerp- Interpretatie nuttig vindt.

JAARREKENING IN EURO

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Technische nota 2017/XX - Definiëring van EBIT / EBITDA na omzetting van de accounting richtlijn

Deel 2: Financiële jaarrekening

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

ONDERZOEK NAAR DE CONFORMITEIT TUSSEN IAS 32 (HERZIENE VERSIE VAN 1998) EN DE EUROPESE JAARREKENINGENRICHTLIJNEN

EINDRAPPORT STUDIE BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING CONFORM BBC, IPSAS EN ESR95 VAN BEPAALDE SOORTEN PUBLIEK-

JAARREKENING IN EURO

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Advies 2015/9 Boekhoudkundige verwerking van geactiveerde intercalaire interesten. Advies van 9 december

ACTIVA. VOL-vzw 2.1 BALANS NA WINSTVERDELING VASTE ACTIVA 20/ , ,87

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 132/4 - Termijnovereenkomsten op handelsgoederen

Erfpacht, recht van opstal en vruchtgebruik

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

Boekhouding verenigingen 28 februari Sylvia Thienpont

Stichting Stadsherstel Gorinchem te Gorinchem Financieel verslag 2017

HALFJAARVERSLAG. C.V. S2 Vastgoed V te Groningen. Over de periode 1 januari 2011 t/m 30 juni 2011

Circulaire 2019/C/22 betreffende werken uitgevoerd door een Btw-belastingplichtige in een gebouw dat hij huurt

HET RECHT VAN ERFPACHT HEEFT DRIE ESSENTIELE KENMERKEN:

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2012/19 - Goederen verworven tegen betaling van een lijfrente. Advies van 7 november 2012

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2019/XX Boekhoudkundige verwerking van de uitgifte van een obligatielening

Notitie software Mei 2007

Afdeling V. Herwaarderingsmeerwaarden

Jaarverslag Stichting Steengoed. Spijkenisse

VOORBEELD JAARREKENING B.V. TE HOOFDDORP. Rapport inzake jaarstukken 2010

Transcriptie:

De boekhoudkundige verwerking van erfpachtcontracten Heel wat verenigingen oefenen hun activiteiten uit op terreinen en in gebouwen waarvan ze geen eigenaa r zijn, maar waarop ze als gevolg van een erfpachtcontrac t een zakelijk gebruiksrecht op lange termijn hebben. Vaak voorzien deze erfpachtcontracten in een jaarlijkse vergoeding die niet in verhouding staat tot bijvoorbeeld de marktwaarde van het zakelijke recht. Meer nog, deze canon (of cijns) is in veel gevallen zelfs louter symbolisch. Gelet op het belang van het erfpachtrecht in met name de social profit heeft de Commissie voor Boekhoudkundige Normen, na een publieke consultatieronde, een advies geformuleerd met betrekking tot de boekhoudkundige verwerking van deze erfpachtcontracten. Het advies is geformuleerd vanuit het standpunt van de erfpachtnemer en betreft enkel erfpacht en bijvoorbeeld niet opstalcontracten. In deze bijdrage bespreken we de boekhoudkundige verwerking. In een volgende bijdrage belichten we de waardering en de afhandeling op het einde van het erfpachtcontract. Specificiteit social profit Het advies vertrekt vanuit de specificiteit van de social profit. Aldus stelt de Commissie voor Boekhoudkundige Normen vast dat in de social profit de motivering voor een zeer lage of symbolische vergoeding in de betrokken erfpachtcontracten in de regel niets te maken heeft met een gewilde - verdoken - vermogensverschuiving om niet tussen de contracterende partijen. Deze lage of symbolische vergoeding is in wezen niets anders dan de emanatie van de maatschappelijke en/of sociale doelstellingen van de contracterende partijen. Zo sluit bij wijze van voorbeeld een kloosterorde tegen een zeer lage of symbolische waarde een erfpachtcontract af met een christelijke onderwijsinstelling, niet om er zelf bedrijfseconomische resultaten mee te behalen, maar om filosofische en culturele redenen zoals de ondersteuning van een bepaald onderwijsproject. In die zin streven socialprofitorganisaties, in tegenstelling tot commerciële organisaties die steeds een winstrealisatie voor ogen hebben, in hoofdzaak sociale dienstverlening na die als gevolg van de kenmerken van het boekhoudsysteem, nauwelijks of niet passend kan worden geregistreerd in de algemene boekhouding. Ten aanzien van het fenomeen van lage of symbolische vergoedingen bij erfpachtcontracten in de klassieke socialprofitorganisaties, is de Commissie dan ook van oordeel dat dergelijke 'social profits' eigenlijk niet op passende wijze in de algemene boekhouding kunnen worden geregistreerd, aangezien de algemene boekhouding die ontworpen werd voor de registratie en rapportering van en over verrichtingen van vennoot-schappen en ondernemingen, enkel economische verrichtingen registreert die in financiële termen kunnen worden gewaardeerd. Het is volgens de Commissie dan ook niet verantwoord het begrip 'werkelijke waarde' te hanteren, zoals ze dat onder bepaalde voorwaarden wel adviseert voor commerciële organisaties. Vereniging als 'economische factor' Anderzijds constateert de Commissie dat een vereniging toch als 'economische factor' kan optreden en in deze kan handelen vanuit een zuiver bedrijfseconomisch standpunt. Het is dus niet a priori uitgesloten dat een vzw handelt als een onderneming. Anderzijds kan het ook dat een vereniging ter nastreving van haar maatschappelijk doel gedeeltelijk handelsactiviteiten onderneemt.

In dergelijke gevallen, hoewel de organisatie de rechtsvorm van een vereniging zonder winstoogmerk aanneemt, handelt de organisatie in wezen geheel of gedeeltelijk als onderneming die economische doelstellingen nastreeft. Dat impliceert dat erfpachtcontracten die door dergelijke organisaties in die context worden afgesloten doorgaans vanuit een ondernemingsvisie moeten worden geanalyseerd. Heeft een dergelijk erfpachtcontract een zeer lage of symbolische vergoeding, dan is het volgens de Commissie voor Boekhoudkundige Normen duidelijk dat een deel van de economische werkelijkheid niet zou worden uitgedrukt in de boekhouding mochten de principes van haar advies zonder meer en blindelings worden toegepast. Elk erfpachtcontract dient derhalve afzonderlijk te worden geanalyseerd, rekening houdend met de economische en maatschappelijk-sociale context waarin het is afgesloten. Dit is des te meer het geval daar de rechten en de plichten van de erfpachtnemer en erfpachtgever, zoals die zijn opgenomen in de erfpachtwet van 10 januari 1824, grotendeels van suppletief recht zijn, waardoor het de partijen toegelaten is een eigen specifieke invulling uit te werken. Soorten erfpachtcontracten In haar advies bespreekt de Commissie de boekhoudkundige verwerking van verschillende erfpachtconstructies. Hierbij wordt rekening gehouden met volgende kenmerken: - periodiciteit van de erfpachtvergoeding: * eenmalig * periodiek - hoegrootheid van de erfpachtvergoeding: * zeer laag * redelijk * zeer hoog Volgens de Commissie kan een vergoeding principieel als redelijk worden beschouwd als deze vergoeding in verhouding staat tot de verkregen rechten en als ze marktconform is. Bij de uitwerking van de boekhoudkundige principes voor de boekhoudkundige verwerking vertrekt het advies vanuit het standpunt van de erfpachtnemer; diegene die de erfpachtrechten verwerft. Het advies bestrijkt derhalve niet de boekhoudkundige verwerking van erfpachtcontracten in hoofde van de erfpachtgever. Eenmalige redelijke erfpachtvergoeding Gelet op het feit dat het een eenmalige vergoeding betreft, gaat het om een actief dat niet gelijk kan worden gesteld met leasing. Er is dus ook geen sprake van huurfinanciering. De erfpachtvergoeding dient derhalve te worden geactiveerd via de rekening '223-Overige zakelijke rechten op onroerende goederen'. Boeking eenmalige redelijke erfpachtvergoeding

223..0 Overige zakelijke rechten op onroerende goederen D 55 à Bank R/C C Eenmalige zeer lage of symbolische vergoeding Zelfs al is de eenmalig te betalen vergoeding zeer laag of symbolisch, dan nog blijft een activering van de erfpachtvergoeding principieel van toepassing. In dat geval is de registratie identiek aan deze van een eenmalige redelijke vergoeding (zie supra). Vanuit het materialiteitsprincipe kan het echter verantwoord zijn om de verschuldigde vergoeding niet te activeren, maar ze als kost te boeken. Dit gebeurt als volgt: 61... Diensten en diverse goederen D 55 à Bank R/C C Daar de boeking van een zeer lage of symbolische eenmalige erfpachtvergoeding boekhoudkundig weinig impact heeft op de jaarrekening, wordt hierdoor aan de lezer van deze jaarrekening slechts weinig informatie verstrekt. Het verdient dan ook aanbeveling om de onderliggende ruimere maatschappelijke en sociale context van de erfpachtovereenkomst te duiden en deze overeenkomst op passende wijze uiteen te zetten in de toelichting bij de jaarrekening. Op die wijze wordt de lezer van de jaarrekening correct en maximaal geïnformeerd. Zeer hoge eenmalige vergoeding Het kan in uitzonderlijke gevallen ook voorkomen dat de erfpachtvergoeding zeer hoog is. In dat geval zal de vergoeding echter meestal niet alleen de tegenprestatie vormen voor de verwerving van de erfpachtrechten, maar zal zij ook betrekking hebben op andere contractuele rechten. Een opsplitsing van de vergoeding in enerzijds een redelijke vergoeding voor de verwerving van de erfpachtrechten en anderzijds het bedrag dat overeenstemt met de vergoeding voor de andere contractuele rechten, dringt zich dan ook op. Het bedrag dat overeenstemt met de redelijke vergoeding voor de erfpachtrechten dient te worden geactiveerd. 223..0 Overige zakelijke rechten op onroerende goederen D 55 à Bank R/C C Het bedrag dat betrekking heeft op de andere rechten, zal boekhoudkundig moeten worden verwerkt, rekening houdend met de aard van deze rechten. Redelijke periodieke vergoeding

Bij een redelijke periodieke vergoeding dient vooreerst te worden nagegaan of de overeenkomst boekhoudkundig niet als een leasingovereenkomst moet worden gekwalificeerd. Er is boekhoudkundig sprake van onroerende leasing als: - het gebruiksrechten op lange termijn op bebouwde onroerende goederen betreft; - waarover men beschikt op grond van erfpacht, opstal of soortgelijke overeenkomsten; - de contractueel te storten termijnen, naast de rente en de kosten van de verrichting, de integrale wedersamenstelling dekken van het kapitaal dat de gever in het gebouw heeft geïnvesteerd. Beantwoordt het erfpachtcontract aan de voorwaarden van onroerende leasing, rekening houdend met een aanvaardbare marktconforme intrestvergoeding, dan zal deze boekhoudkundig verwerkt worden als leasing. De gebruiksrechten worden geactiveerd op de rekening '25-Leasing en soortgelijke rechten'. Op het passief van de balans wordt de overeenstemmende schuld opgenomen. Boeking 25... 17... 42... Vaste activa in leasing of op grond van soortgelijke rechten D à Leasingschulden en soortgelijke schulden op meer dan één jaar Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen C C Stelt de periodieke redelijke vergoeding echter het kapitaal niet integraal weder samen, dan is niet voldaan aan de voorwaarden van financiële leasing. In dat geval dient het contract verwerkt te worden als een huurovereenkomst ('operationele leasing' of 'renting'), ook al beantwoordt het contract juridisch aan een erfpachtcontract. Terloops dient er te worden op gewezen dat het in erfpacht geven van onroerende goederen gepaard gaat met onderhoudsverplichtingen in hoofde van de erfpachtnemer. Registratie onderhoudsverplichtingen 61... Diensten en diverse goederen D 55... à Bank R/C C Zeer lage of symbolische periodische vergoeding Vooreerst zou het (in uiterst uitzonderlijke gevallen) kunnen gaan om soortgelijke rechten van financiële leasing, gecombineerd met een jaarlijkse kwijtschelding van de bijhorende daarmee overeenstemmende annuïteit. Een dergelijke situatie is enkel maar mogelijk als uit de contractbepalingen ondubbelzinnig blijkt dat er een kwijtschelding is van een belangrijk deel van de annuïteit. Dit komt in de praktijk echter slechts zelden voor.

Blijkt dit niet uit de contractbepalingen, dan gaat het om een contract, gelet op de zeer lage of symbolische vergoeding, zonder wedersamenstelling van het kapitaal. In dat geval dient dit boekhoudkundig als 'renting' te worden verwerkt. Het moge duidelijk zijn dat, in het licht van volledige informatieverstrekking aan de lezer van de jaarrekening, deze contracten passend moeten worden vermeld in de toelichting bij de jaarrekening. Voor dit standpunt vindt de Commissie voor Boekhoudkundige Normen ondersteuning in de International Public Sector Accounting Standards (IPSAS). In haar advies verwijst de Commissie in deze uitdrukkelijk naar IPSAS 13 'Leases' waar een 'substance over form'-aanpak wordt gedefinieerd met als gevolg dat de economische werkelijkheid van de verrichting bepalend is en niet haar juridische vormgeving. In deze standaard vindt men de volgende kenmerken van financiële leasing terug: - nagenoeg alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen worden overgedragen op de leasingnemer; - de waarde van de leasebetaling of betalingen is ten minste gelijk aan de werkelijke waarde van het geleasde actief; - de leasingnemer heeft de optie om de eigendom van het actief te verwerven; - de leaseovereenkomst is principieel niet-opzegbaar. Jaarlijks dient volgende boeking te gebeuren: 61... Diensten en diverse goederen D 55... à Bank R/C C Bovendien moet men het recht vermelden in de orderrekeningen '070-Gebruiksrechten op lange termijn van terreinen en gebouwen'. Zeer hoge periodische vergoeding Ingeval van zeer hoge periodische vergoeding, rekening houdende met de marktomstandigheden, omvat het contract vermoedelijk meer dan het zakelijke recht van erfpacht. In dit geval dient men de elementen die naast de erfpacht in het contract zijn opgenomen, af te zonderen zodat enkel de erfpachtvergoeding overblijft. Is de intentie contractueel aanwezig dat deze erfpachtvergoeding overeenstemt met de kapitaalwaarde van de rechten op het onroerend goed, dan moet dit bedrag worden verwerkt als onroerende leasing. Heeft men daarentegen ab initio niet de intentie de vergoeding minstens te laten overeenstemmen met de kapitaalwaarde, doch heeft men louter een redelijke vergoeding voor ogen, dient dit als 'renting' te worden verwerkt. Is na afzondering van de vergoeding voor de bijkomende componenten het overgebleven bedrag zeer laag, dient het boekhoudkundig te worden verwerkt als ware het een eenmalige zeer lage vergoeding. Om dit te illustreren wordt in het advies een voorbeeld uitgewerkt. Als uitgangspositie vertrekt men in het voorbeeld van een jaarlijkse redelijke vergoeding voor erfpacht die gelijk is aan 1.000 EUR, waarbij in geval van wedersamenstelling van de kapitaalwaarde het bedrag gelijk is aan 1.500 EUR.

In het geval de werkelijke jaarlijkse vergoeding 1.200 EUR bedraagt, moet men het bedrag opsplitsen in 1.000 EUR als erfpachtvergoeding en 200 EUR als vergoeding voor andere rechten. Bedraagt de jaarlijkse vergoeding daarentegen 1.800 EUR, dan kunnen er zich twee situaties voordoen. In het eerste geval kan men de vergoeding opsplitsen in 1.000 EUR erfpachtvergoeding als redelijke vergoeding voor de verkregen erfpachtrechten en 800 EUR als vergoeding voor de andere rechten. Het kan echter ook voorkomen dat het gaat om 1.500 EUR erfpachtvergoeding met het oog op de wedersamenstelling van het kapitaal conform de bepalingen van het erfpachtcontract en 300 EUR vergoeding voor de andere rechten. Door de bijkomende rechten af te zonderen en de daarbijhorende vergoeding, zal duidelijk worden in welke situatie men zich bevindt en hoe men deze op een correcte wijze boekhoudkundig moet verwerken. Vermelding in de toelichting Ongeacht de situatie waarin men zich bevindt, komt het de Commissie voor Boekhoudkundige Normen voor dat in de toelichting bij de jaarrekening passende commentaar wordt verstrekt omtrent de toedracht en consequenties van het betrokken erfpachtcontract en in het bijzonder de hoogte en de betalingsmodaliteiten van de erfpachtvergoeding. Daarenboven vindt de Commissie het wenselijk dat de rechten toegelicht worden in de orderrekening '07000-Gebruiksrechten op lange termijn van terreinen en gebouwen' en de orderrekening '07001- Gebruiksrechten op lange termijn van terreinen en gebouwen'. Bij wijze van voorbeeld en ter inspiratie neemt de Commissie in haar advies een tekst op, die, mits aanpassing aan de concrete situatie, kan worden gebruikt in de toelichting: 'Voor de uitoefening van haar bedrijf beschikt de VZW X over gebruiksrechten op gebouwen. Deze rechten vloeien voort uit een erfpachtcontract over 50 jaar, afgesloten met de VZW Y op 01/01/1986, tegen een jaarlijkse vergoeding van... Dit erfpachtcontract slaat op de gebouwen in de Kerkstraat 10 te 1000 Brussel. Deze onroerende goederen worden aangewend om conform de statuten en het beleidsplan permanent te voorzien in onderwijsactiviteiten in het kader van vrij gesubsidieerd onderwijs. Het ligt in de bedoeling van VZW X om haar activiteiten uit te oefenen op permanente wijze, waarbij het huidig erfpachtcontract wordt voortgezet en na afloop van het contract principieel wordt hernieuwd. Boekhoudkundig wordt dit contract als volgt verwerkt...' De boekhoudkundige verwerking van erfpachtcontracten (2) Waardering In de vorige bijdrage bespraken we het advies van de Commissie voor Boekhoudkundige Normen met betrekking tot de boekhoudkundige registratie van erfpachtcontracten in de social profit. Het betrokken advies heeft het niet alleen over de boekhoudkundige registratie maar ook over de waardering enerzijds en anderzijds de boekhoudkundige afhandeling op het einde van het contract. Deze aspecten van het advies komen in deze bijdrage aan bod.

Met betrekking tot de waardering maakt de Commissie een onderscheid in drie situaties: 1/ Eénmalige vergoeding Bij een éénmalige vergoeding wordt de nog niet afgeschreven aanschaffingswaarde in de balans opgenomen. 2/ Financiële leasing Betreft het een periodieke vergoeding die de wedersamenstelling van het kapitaal inhoudt en beantwoordt aan de vereisten van leasing, dan blijkt de waardering van zowel het actief als het passiefcomponent uit het contract. 3/ Renting In geval van renting dient men ook de contractuele bepalingen te respecteren. Het contract zal bepalen welk bedrag periodiek ten laste van de resultatenrekening dient te worden gelegd. Afschrijvingen Het recht van erfpacht is steeds een in de tijd beperkt recht. Daarom moet de aanschaffingswaarde volgens een passend afschrijvingsplan ten laste van de resultatenrekening worden gelegd. Dit geldt ook voor activa waarvan het gebruik niet beperkt is in de tijd, bijvoorbeeld terreinen. De afschrijvingsduur is steeds beperkt tot de duur van het zakelijke recht. Uitzondering hierop vormt de situatie waarbij de economische gebruiksduur van het onroerend goed korter is dan de duur van het zakelijke recht. In dat geval zal de afschrijvingsduur bepaald worden door de economische gebruiksduur. Boeking van de afschrijving 63... Afschrijvingen D 223..9 à Geboekte afschrijvingen op overige zakelijke rechten op onroerende goederen C Zelf opgerichte gebouwen De erfpachtnemer heeft het recht om op grond die hij in erfpacht heeft zelf gebouwen op te trekken. Voor de duur van de erfpacht is de erfpachtnemer eigenaar van deze gebouwen. Als eigenaar dient hij deze gebouwen derhalve op te nemen op het actief van de balans. Dit gebeurt onder de rekening '221-Gebouwen'. Deze gebouwen worden door de erfpachtnemer afgeschreven. De afschrijvingsduur wordt bepaald door de economische gebruiksduur van het gebouw. Conform het advies 150/3 van 19 juli 1986 is de afschrijvingsduur echter beperkt tot de duur van het recht van erfpacht. De economische gebruiksduur kan derhalve worden ingekort op basis van de duur van het recht van erfpacht. Het erfpachtcontract zal bepalen wat er dient te gebeuren met de door de erfpachtnemer opgetrokken gebouwen op het einde van het erfpachtcontract. Drie situaties kunnen zich voordoen:

1/ Natrekking De gebouwen mogen blijven staan. De erfpachtnemer is niet gehouden tot afbraak en krijgt ook geen enkele vergoeding voor de door hem opgetrokken gebouwen. Via natrekking wordt de erfpachtgever dus eigenaar van deze gebouwen. Daar de erfpachtnemer de door hem opgetrokken gebouwen heeft afgeschreven en daar de afschrijvingsduur onder geen enkel beding langer kan zijn dan het recht van erfpacht, zijn op het einde van het erfpachtcontract de gebouwen volledig afgeschreven. De gebouwen die bij de erfpachtnemer nog in de boeken zijn opgenomen tegen een nihil boekwaarde dienen enkel nog te worden uitgeboekt. 221...9 Geboekte afschrijvingen gebouwen D 221...0 à Gebouwen C 2/ Verplichting tot afbraak Het erfpachtcontract kan ook stipuleren dat de erfpachtnemer op het einde van het erfpachtcontract ertoe gehouden is de door hem opgerichte gebouwen af te breken en de grond in zijn oorspronkelijke staat te herstellen. Op het einde van het erfpachtcontract dient de erfpachtnemer de gebouwen, die geregistreerd staan aan boekwaarde '0' (immers volledig afgeschreven), uit te boeken (zie hierboven). De erfpachtnemer die een gebouw opricht weet echter bij de oprichting van dit gebouw dat hij op het einde van het erfpachtcontract een verplichting tot afbraak en herstelling in de oorspronkelijke staat van de grond zal hebben. Op het ogenblik van oprichting van het gebouw heeft hij derhalve een toekomstige zekere kost. Hiervoor zal hij een voorziening moeten aanleggen om deze kosten op het einde van het erfpachtcontract te dekken. Dit genereert de volgende boeking: 63... Voorzieningen voor risico's en kosten D 16... à Voorzieningen C 3/ Vergoeding Het erfpachtcontract bepaalt dat de erfpachtnemer de door hem opgerichte gebouwen niet moet afbreken. Op het einde van het erfpachtcontract gaat de eigendom van deze gebouwen over op de erfpachtgever die gehouden is hiervoor een vergoeding te betalen. Er zal een verrekening gebeuren voor de opgerichte gebouwen of aangebrachte veranderingswerken aan de gebouwen onder erfpacht door een verrekening van de toegevoegde waarde. De bepalingen van het contract zullen determineren hoe de meerwaarde moet worden bepaald. De erfpachtnemer heeft derhalve op het einde van het erfpachtcontract een vordering ten opzichte van de erfpachtgever. Dit zal resulteren in volgende boekhoudkundige registratie: 41... Overige vorderingen D

74... à Andere bedrijfsopbrengsten C Aan- of verkoopverplichting Het erfpachtcontract kan ook voorzien in een verplichting tot aan- of verkoop. Is dit het geval, dan dient deze verplichting opgenomen te worden in de orderrekeningen van beide partijen. Tevens dient deze verplichting te worden vermeld en toegelicht in de toelichting bij de jaarrekening. Om dit mogelijk te maken worden de rekeningen '05-Verplichtingen tot aan- en verkoop van vaste activa' van de klasse '0' van het algemeen rekeningenstelsel als volgt verder onderverdeeld: 05 Verplichting tot aan- en verkoop van vaste activa 050 Verplichting tot aankoop van vaste activa 051 Crediteuren wegens verplichtingen tot aankoop van vaste activa 052 Debiteuren wegens verplichtingen tot verkoop van vaste activa 053 Verplichtingen tot verkoop van vaste activa Een aan- en verkoopverplichting genereert, in de respectievelijke boekhoudingen, volgende boekhoudkundige registratie: 050 Verplichting tot aankoop van vaste activa D 051 à 052 Debiteuren wegens verplichtingen tot verkoop van vaste activa D Crediteuren wegens verplichtingen tot aankoop van vaste activa 053 à Verplichtingen tot verkoop van vaste activa C Het zou ook kunnen dat de vzw een optie heeft (en geen verplichting) tot aan- of verkoop. In dat geval wordt een dergelijk recht toegelicht via de orderrekening '09-Diverse rechten en verplichtingen'. C