Reader oriëntatietechnieken



Vergelijkbare documenten
Cursus Kaart en Kompas

Tochttechnieken. Cursus kaart en kompas. Bijlage cursus 5. Door: Maurits Westerik Jong Nederland De Lutte. December 2008.

Tochttechnieken Cursus Coördinatie Bijlage cursus 5

Landkaarten en coördinaten

HIKE BOEKJE #RSW-NVF

Het kompas. Het bepalen van de richting

Een overzicht van de meest gebruikte tochttechnieken

Kaart en kompas. Oriënteren met kaart en kompas. Amundsenvendel Ermelo. Kaart en kompas. E r m e l o

Oriëntatie. kaart, kompas, GPS. Kompashandgrepen Kaarten en projecties GPS Oriëntatie Opdrachten en spellen

Stafkaart DOCK. Dropping Oudleiding Chiro Kaart hoogtelijn. kilometervak. akkerland. weiland. naaldbos. loofbos

Oriëntatie kaart, kompas, GPS

De vectorroute bestaat er in twee varianten: Met een vaste noordpijl en met een draaiende noordpijl.

Bolletje-Pijltje routetechniek:

Adventure Race Tips & Tricks

Oriënteren Kaart en Kompas

St. Scouting St. Franciscus Wijchen

Oriëntatie. Thema: Kaart en Kompas

Inleiding. Wij hopen dat jullie iets aan dit boekje hebben tijdens de voorbereidingen en de hike zelf.

Oriëntatieloop Handleiding

Docentenhandleiding. het dagelijks leven. Ook worden de leerlingen gemotiveerd om na te denken wat ze aan het kompas zouden kunnen verbeteren.

Beste Gidsen, Wat gaan we doen? Zoals we hebben besproken gaan we jullie kennis van de tochttechnieken schriftelijk testen.

Hike Boekje #RSW-NVF

Een kompas is een hulpmiddel dat ons in staat stelt de richting van het noorden te bepalen.

Navigatie & tochtplanning

Opleiding Meetploegen

Tochttechnieken Verkenners Scouting Boekel

CURSUS KAART & KOMPAS

Tochttechnieken. Route bepalen met kaart en kompas. Door: Maurits Westerik Jong Nederland De Lutte. December 2008

Nieuwe Steeg KG Herwijnen Projecties

Nederland - Workshop kaart & kompas, 1 dag Verantwoord kompasgebruik vanuit diverse locaties in Nederland, Outdoor School

Kaart en kompas. Controleer dus goed of de omgeving nog overeenstemt met de kaart vooraleer je jongens of meisjes op pad te sturen.

Richtingen, coördinaten en oriënteren

1. Inleiding : 1.1 Bepaling van een kaart : 1.2. Belang van het kaartlezen : 1.3. Soorten kaarten : 1.4. De kaartprojectie : KAARTLEZEN :

Uitleg XY coördinaten tool

Cartografische oefeningen

SUUNTO MATCHBOX COMPASSES

Cartografische oefeningen antwoorden voor de leerkracht

INSTRUCTIEBOEKJE SCOUTS

SUUNTO BASEPLATE COMPASSES

SUUNTO MIRROR COMPASSES

Uitleg. Welkom bij de Beverwedstrijd Je krijgt 15 vragen, die je in maximaal 45 minuten moet beantwoorden.

Bediening GPS. Escape of Switch: menu/kaart/kompas. In en Uit Zoomen kaart. Muis. Aan/Uit. Indrukken = Enter. Achtergrondverlichting

GEBRUIKSAANWIJZING PLASTIMO KOMPASSEN

Beknopte gebruikshandleiding Garmin etrex 10. Versie okt. 2012

GPS - CURSUS. Peter Sinot Vragen: Downloaden PDF: Peter Sinot -

Expedities & Exploraties. Werkboek voor deelnemers aan de Award (Versie 2.0)

Pooltocht 2015 Routetechnieken

SUUNTO MIRROR COMPASSES

SUUNTO BASEPLATE COMPASSES

I. Vorming 4-5 (3&10/05/2012)

Vreemde groene cirkels

Werkbladen voor leerlingen

GPS. Global Positioning System, werking en toepassingen. Maarten Mennes Mei 2006.

4X4 DRIVERS ROADBOOKS

6,9. Samenvatting door een scholier 1093 woorden 21 september keer beoordeeld. Aardrijkskunde HFD 1 1. Schaalniveaus

HIKE BOEKJE 2012 HIKEBOEKJE VERKENNERS RENÉ VAN AALDEREN/ MARTIJN BRUS VERKENNERS JMC

Toetsmatrijs Navigatie 2

SUUNTO BASEPLATE COMPASSES

Koers- en plaatsbepaling (1)

De bepaling van de positie van een. onderwatervoertuig (inleiding)

Kaartlezen. Hoge Venen Natuurgids 2008

GPS. Drie letters die inmiddels ingeburgerd zijn in het jargon van de buitensporter.

OREGON -serie 450, 450t, 550, 550t. snelstartgids

Hoogtelijnen en doorsnedes tekenen. Introductie. Hoe werk je met hoogtelijnen?

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag

Inhoud. Tochttecknieken

SMARTPHONE. Het maken van een GPS-tocht vraagt wel wat voorbereiding, waarbij het haast ook onvermijdelijk is dat je ter plekke gaat kijken.

BEELDEN MET GROTE KLEURDIEPTE BEWERKEN

Positie en koers in de kaart zetten.

Voor alle 3: Identificatie (bv. adres).

KOMPAS(STREKEN) EN ROUTETECHNIEKEN DE 32 KOMPASSTREKEN

Beverbadges Steven Stroom

SUUNTO SK-8 DIVE COMPASSES GEBRUIKERSHANDLEIDING

Leerdoelen. Wat is GPS? Na het uitwerken van deze werkbladen...

TS Gebruiksaanwijzing Nederlands

STERREN DANSEN OP DE MUUR WAT HEB JE NODIG? BOUWTEKENING

VZW Airsoft Oostende. Inhoud :

/ :::::-- - y :yf~ INSIGNE. N ~:fi" '"I:" I :,' I, ;.;. ORIENTEREN --_----J/

het groene boekje van... verkenner derde klas

OREGON -serie 200, 300, 400t, 400c, 400i, 550, 550t. verkorte handleiding

Trainingsprogramma 1 e jaars D-pupillen

Lijnen/randen en passe-partouts maken met Photoshop.

Haza-21 versie 3 Kaart tekenen voor beginners versie 5 september 2008

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit:

TOTAALSTATION BEGIN VAN EEN METING OPSTELLEN VAN EEN TOESTEL. a b c METEN IN EEN GEKEND ASSENSTELSEL VRIJE OPSTELLING

1. Wanneer een correctie moet worden gemaakt

Hoe een bodemboring uitvoeren en een bodemstaal bespreken?

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Deze lesbrief gaat in op waar leerlingen in het verkeer op moeten letten bij vrachtverkeer en bespreekt de dode hoek.

Het klimaat is het gemiddelde weer in een bepaald gebied over een langere tijdsperiode. Meestal wordt hiervoor 30 jaar gebruikt.

Handleiding voor het maken van GPS routes met behulp van Mapy.cz

Een klok met wijzers Voorkennis: Rekenen en graden Leerdoel: Systeem tijd opvragen Werken met variabele Tussen verschillende sprites signalen sturen

Slagharen op de kaart

Sudoku s. Annelies Veen Noud Aldenhoven

Scratch. Gemaakt door: Déjan van Noordt en Leroy van den Driesche Leerlingen HAVO 5 SG Spieringshoek Als onderdeel voor het vak Informatica

Scoutinggroep JohnMcCormick. Zoetermeer. Hikeboekje. Scouts

Afbeelding 12-1: Een voorbeeld van een schaakbord met een zwart paard op a4 en een wit paard op e6.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

wiskunde B havo 2018-I

Rollend meetwiel. Notities voor de leerkracht. Wetenschap Afstanden meten Schaalverdelingen kalibreren Wetenschappelijk onderzoek

Transcriptie:

Reader oriëntatietechnieken

Inhoud 1. Schaal 2. Legenda 3. Coördinatenstelsels 4. Soorten kompassen 5. Declinatiecorrectie 6. Inclinatie 7. Kaart op het noorden leggen 8. Looprichting bepalen 9. Koers schieten/peilen (azimut) 10. Kruispeiling 11. Kaarthoekmeter en coördinaten/koers intekenen

Oriënteren met kaart, kompas en GPS Om in onbekend terrein een route uit te zetten en je bestemming te kunnen bereiken, is oriënteren noodzaak. Met behulp van een topografische kaart en een kompas kun je oriënteren en navigeren Een extra hulpmiddel is de GPS. Dit is een nuttige aanvulling op het instrumentarium en niet voldoende als enige oriëntatiehulpmiddel (lege batterijen, het ontbreken van een kaart maakt dat een GPS alleen onvoldoende is).

1.Schaal Voor het gebruik van kaarten bij hiking worden veelal kaarten van 1:25.000 en 1:50.000 gebruikt. Dit houdt in dat 1 cm op de kaart gelijk staat aan 25.000 cm in werkelijkheid. 1 cm is dus 250 meter. Of 1cm is 500 meter bij een schaal van 1:50.000. Deze topografische kaarten geven zeer gedetailleerd de omging weer tot en met markeringen in het landschap, kleine paden en een goede weergave van het soort landschap. Op een topografische kaart staat een raster van vierkanten. Afhankelijk van de schaal zal dit respectievelijk betekenen dat een vierkant van 4x4 cm of 2x2 cm een vierkante kilometer is. 2. Legenda In de legenda van de kaart staan alle mogelijke symbolen die je op de kaart zou kunnen tegenkomen uitgelegd. Ook staat in de legenda wanneer de kaart is uitgegeven. Houdt hiermee rekening! Is de kaart al jaren oud, dan kan de werkelijk situatie veranderd zijn (bebouwing, boskap etc.). In de legenda staan ook de verschillende noordaanduidingen aangegeven: het kaart noorden: dit is het noorden wat de kaartenmaker heeft aangehouden. In de regel kan je ervan uitgaan dat de bovenzijde van de kaart altijd het noorden aanwijst. Het geografische noorden: het midden van de noordpool. Het magnetische noorden: het noorden wat de naald van het kompas aanwijst. Dit is een bewegend gebied boven Canada/Groenland. De afwijking tussen het geografische noorden en het magnetische noorden wordt declinatie genoemd. Hoe verder je naar het noorden reist hoe groter de declinatie wordt. In Nederland zal deze ongeveer 2 graden bedragen en hoef je dit niet te corrigeren, omdat de foutmarge verwaarloosbaar is. In het noorden van Zweden/Canada etc. kan deze afwijking fors oplopen tot wel 40 graden. Je kunt je voorstellen dat een afwijking van 40 graden, wanneer je deze niet corrigeert op het kompas, betekent dan je je doel op kilometers na mist. Zie verdere uitleg onder punt 5.

3. Coördinatenstelsels Op topografische kaarten kom je een raster van vierkanten tegen op de kaart. Een vierkant op een kaart met een schaal van 1:25.000 beslaat 1 km2. In verschillende landen kunnen verschillende coördinatenstelsels worden gebruikt. Welk raster op de kaart staat, kun je terugvinden in de legenda. In deze reader beperken we ons tot het nederlandse raste, RD (rijksdriehoekmeting) en het internationaal veel gebruikte UTM coördinatenstelsel (Universele Transversale Mercatorprojectie). Op de Nederlandse kaarten zal de RD grid met zwarte lijnen en kilometervakken worden weergegeven en het UTM raster met blauwe streepjes in de kantlijn. Ook bestaat er een indeling in graden, minuten en seconden. Dit is echter niet een metrisch systeem en kan niet gebruikt worden met hulpmiddelen als een kaarthoekmeter. Dit systeem is moeilijk te gebruiken omdat niet alle vakken een zelfde afmeting hebben. Deze indeling zal dan ook verder niet worden behandeld. Mocht je ook een GPS gaan gebruiken stel dan altijd eerst het juiste coördinatenstelsel en kaartdatum in, voordat je punten invoert of uitleest (kaartdatum = de gekozen projectie van de driedimensionele aardbol weergegeven op een plat vlak bijv. WGS 84, Europese 1951 etc.). 4. Kompassen Er zijn verschillende soorten kompassen: het plaatkompas en het spiegelkompas. Het plaatkompas wordt het meest gebruik in combinatie met een topografische kaart. Trek je door gebied zonder gebaande paden of moet je een doorsteek maken dan bied een spiegelkompas uitkomst omdat je hiermee makkelijker een koers kunt schieten met een referentiepunt aan de horizon (zie ook 9.) Dit geeft een preciezer resultaat.

5. Declinatiecorrectie Wanneer je een hike maakt in noordelijk gebied waar een forse declinatie aanwezig is, dan zal je dit bij het kompas gebruik moeten corrigeren. Sommige kompassen hebben een declinatiecorrectie in het kompas huis staan. Stel er is een westelijke declinatie van 20 graden, dan zal je van de gevonden richting het kompashuis 20 graden af moeten trekken, je draait de noordmarkering 20 graden in oostelijk richting(het tegenovergestelde bij een oostelijke declinatie). Bij het uitzetten van een koers zal je deze correctie moeten toepassen. 6. Inclinatie Het magnetische veld is niet overal op aarde gelijk. In verschillende gebieden wordt en meer of minder aan de naald getrokken. Hierdoor kan de de naald tegen het kompashuis schuren, waardoor de meting nadelig wordt beïnvloed Er zijn verschillende kompassen verkrijgbaar voor verschillende inclinatie gebieden Ook zijn er kompassen op de markt die door de constructie over de hele wereld bruikbaar zijn. Vooral in Australië en Aftika is deze afwijking met grootst. In Europa is deze afwijking niet zo groot dat de naald het kompashuis raakt.

7. Kaart op het noorden leggen Om je in het landschap te kunnen oriënteren, is het van belang de kaart op het noorden te leggen. Leg het kompas op de kaart en draai jezelf totdat de rode noordaanduiding naar de bovenzijde van de kaart wijst. Nu heb je de juiste positie ingenomen en kan je de omgeving terugvinden op de kaart. 8. De looprichting bepalen 1. Om de looprichting te bepalen wanneer je van punt A naar punt B gaat lopen, leg je je kompas met de zijkant langs punt A en B. 2. Nu draai je het kompashuis totdat de noord/zuid lijnen in het kompashuis gelijkstaan met de noord/zuidlijnen op de kaart. 3. Nu kun je bij de richtingspijl aflezen wat de te lopen koers in graden is.

9. Koers schieten-peilen (azimut) Als je bepaald hebt welke kant je op wilt gaan lopen en de exacte koers in graden hebt bepaald, wil je niet de hele tijd op het kompas hoeven kijken of je nog op koers zit. Nu komt het spiegelkompas om de hoek kijken (een plaatkompas kan, maar is minder nauwkeurig). Stel je wil door ongebaand terrein een koers van 120 graden lopen gedurende 7 km. Je kunt het punt 7 km verderop niet zien. Je kunt nu als volgt te werk gaan: stel het juiste aantal graden in op het kompas (bij de richtingspijl), klap de spiegel op zodat je de kompasroos via de spiegel kunt zien, als je het kompas op ooghoogte houdt. Draai jezelf Totdat de noordaanduiding van de kompasnaald gelijk staat met de noordaanduiding in het kompashuis. Nu sta je in de juiste richting (120 graden in dit voorbeeld). Kijk nu over de spiegel heen en neem een markant punt inde verte wat zich op deze koers bevindt (grote boom, berg, etc). Nu loop je zonder opnieuw het kompas te hoeven gebruiken naar het gepeilde punt. Aangekomen bij dit punt herhaal je de bovenstaande procedure. Deze methode kun je ook gebruiken met personen in moeilijke situaties (dicht woud, mist, duisternis etc.). Laat een persoon vooruit lopen en zet deze neer op de juiste koers. Je kunt kiezen voor een afstand die hoorbare of zichtbare communicatie toelaat, afhankelijk van de omstandigheden. Zo kun je wel precies een uitgezette koers lopen zonder dan je markante punten in het landschap nodig hebt.

10. Kruispeiling Op het moment dat niet niet meer weet waar je bent, kun je met behulp van de kaart en het kompas een kruispeiling uitvoeren. Hiervoor heb je markante punten in het landschap nodig om je op te kunnen oriënteren. Je ziet bijvoorbeeld een bergtop, je richt je kompas, stelt de koers vast en tekent deze in op de kaart. De werkwijze is precies omgekeerd zoals is beschreven bij punt 8. Deze stap herhaal je bij een tweede markant Punt. Je krijgt nu 2 lijnen die elkaar kruisen op de kaart. Het punt waar de lijnen kruisen is het punt waar jij jer bevindt. Om een goed meting te krijgen moeten de lijn in een hoek van 45-135 graden ten opzichte van elkaar staan. Wil je nog accurater meting dan kan je een derde punt toevoegen (driehoekspeiling). Meetpunten: kerk en vrijstaande boerderij. Kruising van de dikke zwarte lijn is de eigen positie.

11. Kaarthoekmeter en intekenen coördinaten Coördinaten van bestemmingen of de eigen positie zoals je die kunt bepalen met een GPS ontvanger, kunnen op de kaart worden ingetekend met behulp van een kaart hoek meter (zie afbeelding). Op de kaarthoekmeter staat een inteken vak voor de schalen 1:25000 en 1:50000. Ook is er een centimerschaal op de rand aangegeven en staat er een kompasroos met graden op. Deze laatste kan gebruikt worden om een koers in te kenen op de Kaart. Om een coördinaat in te tekenen beging je met het westelijke coördinaat en daarna het noordelijke coördinaat. Hier voor is een ezelsbruggetje: huisje in, trappetje op. Let erop dat GPS coördinaten in meters zijn en coördinaten op de kaart in tientallen meters. Bij het overzetten van GPS naar kaart moet je het laatste getal afronden naar 10-tallen. Bij overzetten van kaart naar GPS moet je achter aan een nul toevoegen om in meters uit te komen.