Cultuurhistorie in het bosbeheer

Vergelijkbare documenten
De bossen van Oldengaerde

Drentse boshistorie in beeld Een inventarisatie van historische boselementen in Westeinde en het Ooster- en Westerzand

Historisch onderzoek greppel Eperholt en wal Sprengenbos. Martijn Boosten

Symposium Dansende bomen en oude bossen Cultuurhistorie en bosbeheer op de Veluwe 1 april 2010

Aanbevelingen voor beheer van erfgoed in (onderzochte) bos. Stichting Probos zet zich in voor duurzaam bosbeheer en duurzame bosketens.

Cultuurhistorie in bossen anno 2010

Hendriksbosch. Het Hendriksbosch is bezit van de gemeente Nunspeet. Het dennenbos ligt op een steenworp afstand van het station.

BEPLANTINGSPLAN LANDGOED NIEUW HOLTHUIZEN

Wandelroutes op Hagen Lengte 5, 2,5 km en een rolstoelroute

Bosaanleg anno 1910 in Hilvarenbeek De rol van de Oranjebond van Orde en de Renteloosvoorschotregeling bij de ontginning van woeste gronden

Investeringsagenda Dansende bomen

Werkstuk Aardrijkskunde Loonse en Drunense duinen

Productiebos maakt plaats voor oorspronkelijk heidelandschap.

De historische beplanting van de Grebbelinie Resultaten van een veldinventarisatie. Martijn Boosten

Rucphen. Achtmaalsebaan 22. Inrichtingsplan ir. J.J. van den Berg. auteur(s):

De oogst van het project De Puzzel van het Verborgen Verleden

Cultuurhistorisch natuurbeheer kan!

LANDGOED BEERZE. ROUTE 4,2 km

Kerkpad aan de Tweehuizerweg 6 te Spijk (gem. Delfzijl) Een Cultuurhistorisch Bureauonderzoek

Wallsteijn. Legenda. Natuurmonumenten. Als je van Nederland houdt.

reconstructieplan Fogelsanghstate ontwerp L.P.Roodbaard 1840

Wandelroutes over het Wekeromse Zand. Lengtes: 2,5 tot 7,5 km

De geschiedenis van de Appèlbergen

Programma. Bosbeheer en lanen. Mark van Benthem, Stichting Probos

De weg terug. Voorstel voor herstel van een Geneneindse kerkepad in Bakel

Beknopte toelichting op het voorlopig ontwerp nieuwbouw recreatiewoningen op Landal Miggelenberg - mei 2013

Wandelroute Zwarte Berg, vlak bij Drunen

NOTITIE BOMENKAP GASLEIDINGTRACE ODILIAPEEL - MELICK

Staatsbosbeheer Regio Noord Trompsingel CX Groningen T Oer 't veld-route. Wandelroute Orvelte

Staatsbosbeheer Trompsingel 1, 9724 CX Groningen T Landgoed Mensinge. Drenthe in een notendop.

Beheerplan Nimmerdor en Oud Leusden

Quick-scan van enkele bosterreinen in de Gemeente Uden De waarde van begroeiingen met bomen en struiken

Selectiebesluit archeologie Breda, Molengracht JEKA

Tastbare Tijd, Bilthoven

De Kasteelseloop. Geachte Heer/Mevrouw,

Samen houden we het landschap in de gemeente Dalfsen mooi!

Zwolle, 20 december 2017 Kenmerk: / MVD Betreft: Advies erf Bevrijdingsweg 2. Projectnummer: Inlichtingen bij: mevrouw drs. M.

NATUURSCHOONWET LANDGOED HET WITBREUK

Documentatieboek Omvorming Militaire Complexen (OMC) Noord Brabant. Kaart/fotomateriaal en basisgegevens per OMC object

reijrink heijmans Landschappelijk inpassingsplan Lakei 7, Afferden Werkdocument: Bestemmingswijziging.

AI13057 LANDSCHAPPELIJKE INPASSING AAN DE TIENELSWEG 31 TE ZUIDLAREN

Een Archeologisch Bureauonderzoek voor het bestemmingsplan De Grift 3 in Nieuwleusen (gemeente Dalfsen, Overijssel). Figuur 1.

Praktische informatie

S C H E N K I N G, G I F T O F N A L A T E N S C H A P

Naam : Van Werven Holding B.V. t.a.v. : Dhr. T. van der Giessen Straat : Verlengde Looweg 7 Postcode : 8096 RR Plaats : Oldebroek - 1 -

Nieuw landgoed De Horst schetsvisie. studio. 25 oktober 2012 Ronald van der Heide

Verkavelingspatroon Regelmatige blokverkaveling (door houtwallen omgeven)

Cultuurhistorie in Beekdalen

ONTWIKKELINGSPLAN LANDSCHAPPELIJKE ELEMENTEN. Gemeente Someren. Project 3: Beekdal van de Aa ten oosten van de Zuid Willemsvaart

OPENBAAR documentnummer Zaaknummer verwijsnummer

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept

De historische beplanting van de Nieuwe Hollandse Waterlinie: resultaten van een veldinventarisatie op zeven forten. Concept

OHP 1: OLDENZAAL - KENNISPARK

Strubben Kniphorstbosch

Kamerstructuren. Lanen en houtwallen kunnen op de voormalige heidegronden zorgen voor een robuust landschap met kamers.

OHP 3: NIJVERDAL - OMMEN

Emmer Erfscheidenveen Meetnet 2015

Index Natuurbeheer Landschapselementen

BOERMARKEN IN DRENTHE

ROOD VOOR ROOD GROENRIJK / LANDSCHAPSPLAN EN INRICHTINGSVOORSTEL

Dag van het Kasteel 2012

A) 1) gevestigd te 2) B) 1) gevestigd te 2) C) 1) gevestigd te 2) verklaart (verklaren) zich door ondertekening dezes bereid de uitvoering van 3)

Wandelroutes over landgoed Hernen Lengte: ieder 2 km

Foto s der natuur, biodiversiteit

Meer en Stadzigt Ligging van een oude buitenplaats bij Naarden

De Borkeld en het Junner Koeland 20 juni 2008 excursie Jeneverbes Gilde

De Wageningse Eng. Beeld van een bijzonder stukje Wagenings cultuurlandschap. Luuk Keunen 22 maart 2011

CULTUURHISTORISCHE LANDSCHAPSINVENTARISATIE GEMEENTE BREDA IV RELICTEN VAN HET HISTORISCHE LANDSCHAP

Informatiebrief juni 2015

Kn het bosbeheer is er de afgelopen

Landschap in Zicht! Vriezenveen

De historische beplanting van de Nieuwe Hollandse Waterlinie: resultaten van een veldinventarisatie op zeven forten. Martijn Boosten & Patrick Jansen

Landschappelijke inpassing en tegenprestatie kinderdagverblijf beestenboel Straat 13, 6056 KV Asenray - PNR 6042KV

project verborgen buitens

én omgeving Rondje Vallei en Heuvelrug AFSTAND: 30 kilometer TIJDSDUUR: 2 uur Ontdek Scherpenzeel en omgeving op de fiets

Koekange MAC Landschapsbeheer Drenthe Nijend 18a, 9465 TR, Anderen

Nota van beantwoording Natuurbeheerplan 2017 herziene versie natuurbeheer

LANDGOED VILSTEREN - WATER

Beleidsplan 2015 en volgende jaren

VERSLAGEN VAN WERKZAAMHEDEN

MISTERWEG 179 WINTERSWIJK 19 AUG. 13 JOYCE RAS

Wandelroute over landgoed Huis te Eerbeek. Lengte: 5 km

Cultuurhistorisch onderzoek Sportpark Van den Wildenberg

Erfbeplanting en landschappelijke inpassing wijziging bouwblok Meerdink, Hoeninkdijk Aalten

Geschiedenis Ommerschans weer zichtbaar gemaakt Tekst en foto's: Harry Woertink

Voorwoord Sneeuwklokjes

3.3 Zonering: natuurlijk en functioneel groen

Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst

ACTUEEL BELEIDSPLAN September 2018 Stichting Beelaerts van Blokland Hagen

Nieuw landgoed Emsterhof Cultuurhistorische effectrapportage

Herstel boerenerven. Boerenerven Valthe

SHB&L VISIE VOOR DE GROEN RECREATIEVE ZONE TUSSEN NIJKERKERSTRAAT EN HET HOEVLAKENSE BOS AANGRENZEND AAN HET HOEVELAKENSE BOS. Opgesteld door: Joyce

Beknopte notitie over varianten Ecologische verbinding over de Utrechtse weg (N417).

Ridder Hendrik van Norch en familie.

Oerlandschap, gekneed door ijs en oorlog Samenvatting van het beheerplan Holtingerveld Concept

De landbouwer als landschapsbouwer. 4. De landbouwer als landschapsbouwer ICT-opdracht ehorizon

Wij hebben uw verzoek beoordeeld en besloten de gevraagde ontheffing te verlenen. Bijgaand treft u een afschrift aan van ons besluit.

Kwalitatieve beoordeling perenboomgaard, Schalkwijk

Empese en Tondense Heide

Natuurkwaliteit en bosgebruik Natura Rienk-Jan Bijlsma

Transcriptie:

Cultuurhistorie in het bosbeheer Een inventarisatie van historische boselementen in twee Drentse bosgebieden MARTIJN BÜaSTEN EN MARK VAN BENTHEM In het bosbeheer is er een toenemende belangstelling voor cultuurhisto~ rie. Er is echter nog weinig ervaring met het integreren van cultuurhistorie in het bosbeheer. Stichting Probos heeft daarom in het voorjaar van 2009 in twee Drentse bosgebieden, met elk een sterk afvvijkende ontstaansgeschiedenis, historische boselementen geïnventariseerd en aanbevelingen gedaan voor het beheer van deze elementen. V eel bossen worden multifunctioneel beheerd met het oog op natuur, recreatie en houtproductie. Cultuurhistorie speelde tot voor kort geen of een ondergeschikte rol. Stichting Probos heeft na ongeveer twee jaar onderzoek in 2005 een boek gepubliceerd over historische boselementen (Jansen en Van Benthem, 2005). In dit bock zijn cultuurhistorische elementen beschreven die in bossen kunnen voorkomen. Het gaat hierbij on1 relicten van de aanleg en het beheer van bossen en andere sporen van menselijk gebruik of het grondgebruik voordat het bos werd. Net in die tijd kwam de interesse voor cultuurhistorie in het bosbeheer in een stroomversnelling terecht, mede door initiatieven als Belvedere. Nu steeds meer terreinbeheerders cultuurhistorie een plaats willen geven in het bosbeheer, blijkt dat er eigenlijk nog weinig kennis en ervaring voorhanden is over de wijze waarop dat aangepakt kan \vorden. Probos werkt daarom aan een aantal voorbeeldprojecten om kennis en ervaring op te doen met het in kaart brengen van historische boselementen en het integreren van deze elementen in het bosbeheer. Drenthe staat bekend als een bosrijke provincie. Probos heeft daarom in opdracht van de Provincie Drenthe het project 'Drentse boshistorie in beeld' uitgevoerd, waarbij in twee verschillende gebieden in zuidwest-drenthe de historische boselementen in kaart zijn gebracht. Het ging hierbij om de bossen van de voormalige havezate Oldengaerde in ''''esteinde (Dwingeloo) en het Ooster- en "Vesterzand ten noorden van de plaatsen Havelte en Uffelte. Dit artikel behandelt de resultaten van dit voorbeeldproject. üldengaerde: HISTORIE VAN AANLEG EN BEHEER Bij'de voormalige havezate Oldengaerde hoort een zevental bossen en boscomplexen die varicren in grootte tussen de 5 en 25 hectare. De leeftijd van deze bossen loopt sterk uiteen. Het bos naast de havezate Oldengaerde en het bos De Oude Bork zijn al meer dan 200 jaar oud, tenvijl andere delen pas aan het begin van de 20e eeuw bebost zijn geraakt. Het oudste bos is vermoe~ delijk Rostwijk. Het bos Rostwijk is waarschijnlijk aan het eind van de I7e eeuw aangelegd door een Franse hovenier als II'{/ndelbos voor de eigenaren van de havezate Batinge, een andere belangrijke havezate in Dwingeloo, die in 1832 is afgebroken. De eerste vermelding van het" bos De (Oude) Bark stamt uit 1764. In dat jaar werd De Bark door de toenmalige eigenaresse van Oldengaerde aangekocht. Op een plattegrond van Oldengaerde en omgeving uit omstreeks 1800 zijn het bos naast de havezate Oldengaerde en De Oude Bork duidelijk te herkennen. Oldengaerde was in de periode 1797-1806 in het bezit van Prof. ''''ynoldus Munniks. Deze Groningse hoogleraar in de ontleed- en plantkunde bracht vanuil Canada het krentenboompje (of kortweg: krent) (Al1Ielanchier lmnarkii) naar de Hortus in Haren. Hij plantte deze struik ook op Oldengaerde en De Oude Bark. De krententuin (of het krentenbos) op De Oude Bark is sindsdien een begrip in Dwingeloo en zelfs ver daarbuiten. Tot vlak na de T\veede '''lereldoorlog kon men hier tegen betaling van 10 cent krenten of bloesems plukken. In 1808, twee jaar na het overlijden van Prof. Munniks, werden Olden- Geïllvelltariseerrie IJOsgebierfen '''esteinrfe (Dwingeloo J. 2

CULTUURHISTOIHE IN HET BOSBEHEER N A o I 250 500 I 1.000 meier I 3

CULTUURHISTORIE IN HET BOSBEl-lEER. ';'...'~,.'. --... '..."."'.. ALDE~,-,, C,J\\iRDE. Plattegrond val1 Oldellgaerde (Afdellgaarde) ell 01/1 gevilig /lit circa 1800 (Kopie 1'(11/ eell foto /lif!iet DreHls Archief), gaerde en bijbehorende landerijen en bossen verkocht aan Aalt \'Villem van Holthe. Deze jonkheer was niet alleen burgemeester van Dwingeloo en lid van de Provinciale Staten van Drenthe, maar bezat daarnaast verschillende landerijen en \vas handelaar in hout en eiken~ schors (eek), Een deel van het hout en de eek waarin hij handelde was afkomstig uit zijn eigen bossen. Uit de kadastrale gegevens van 1832 blijkt bijvoorbeeld dat de bossen bij Oldengaer- de overwegend bestonden uit hakhout en een enkel dennenbos, In 1848 kocht Aalt vvillem van Holthe van de markegenoten van Dwingeloo diverse heideterreinen ten zuiden van de Oude Bork die door hem en zijn nazaten zijn bebost. Een deel van het hakhout is tot aan de Tweede Wereldoorlog nog actief gekapt. Na de Tweede \IVereldooriog zijn de resterende hakhoutpercelen op enen gezet (bij de oogst van het hakhout werd per stobbe één telg gespaard, die kon uitgroeien tot een opgaande boom) ofomgevormd in opgaand bos mel voornamelijk naaldhout, waaruit hout kon worden geoogst. Op dit 1110 ment zijn de havezate en het grootste deel van 4

1-1---------------------- CULTUURHISTORIE IN HET BOSBEHEER i.::7~. t,.- waarde. Een aantal van de percelen waarop tegenwoordig (doorgeschoten) hakhout ofspaarteigen staan, zijn terug te vinden op zowel de kadastrale kaart van 1832 als op de kaart van de Eerste Bosstatistiek uit de periode 1938-1942. Het gaat hier dus vermoedelijk on1 hakhoutrestanten van 170 jaar oud ofzelfs ouder. Verder komen er grote stukken met (hakhout van) krent voor. Ook deze stukken vertegenwoordigen, gezien de geschiedenis van de krent op dit landgoed, een historische waarde. l. "A WALSTRUCTUREN EN RABATTEN De bosgebieden worden daarnaast gekenmerkt door uitgebreide walstructuren. Aangezien de meeste wallen aan één of twee zijden zijn begrensd door greppels, is het zeer waarschijnlijk dat de wallen dienden als veekering of wild\val om te voorkomen dat vee ohvild in het bos of op het bouwland kwam. Op veel plekken staan!i/ventarisatieresllitatell De Ollde Bark. De njbeeldiug geeft een selectie val/ veel voorkolllellde elelllellteil weer. De pllllte/emel/ten zijlil/larkal/te (ol/de) uoli/ell. De fiji/elementen zijn II'nlstl"llctllrell, Innen eh greppels. lv/et de gearceerde vlakken wordt spnnrtelgenuos n{//jged/lid. De apell vlakken Zijll mbattel'. de bossen op het voormalige landgoed nog steeds in bezit van de nazaten van Aalt \'Villem van 1-I01the (Bos et al., 1989; Brood et al., 1989; De Leeuw, 2008; Prinsen, 2008). LANEN, SPAARTELGEN EN HAKHOUTRESTANTEN In de geïnventariseerde bossen komen veel oude beplantingsvormen voor, zoals eiken- en beukenlanen, (eiken}hakhout en eikenspaartelgenbos. De lanen zijn globaal tussen de 60 en 100 jaar oud. Enkele lanen zijn zelfs 150 jaar ofouder en hebben daarmee een grote historische Imposallte beukenlaan (foto Martijll Boosten). 5

er op de wallen nog restanten van eikenhakhout ofander hakhout) wat ook wijst op een mogelijke vee-f\ vildkerende functie. Vee- en \vildwallen werden vroeger immers beplant en als hakhout beheerd om ze ondoordringbaar te maken voor vee of wild. Een groot deel van de wallen ligt op (voormalige) perceelsgrenzen die al op de kadastrale kaart van 1832 voorkomen. Dit duidt er op dat deze structuren waarschijnlijk zijn aangelegd ten tijde van de bebossing. Verspreid door de bossen liggen ook tal van losse greppels en rabatslructuren. Hoewel het gebied tegeil\voordig vrij droog is, "vijzen de rabatten erop dat het gebied vroeger veel natter is geweest, te nat voor reguliere bosaanleg. Dit wordt ook bevestigd door lokale deskundigen. De rabatten dateren zeer waarschijnlijk uit de perioden waarin de bosaanleg heeft plaatsgevonden (l8e, 1ge eeuwen begin loe eeuw). De wallen en rabatten zijn daarom verbonden met de bebossingsgeschiedenis. IVa/ (foto i\!fartijll BoostelI). ONDERDUIKERSHOL, ZWEMVIJvER EN KWEKERIJ Verspreid door het bos komen enkele kuilen voor van verschillende omvang. Van niet alle kuilen is duidelijk wanneer ze zijn ontstaan en met welk doel ze zijn aangelegd. Mogelijk is een Rabatten /liet spaarte/gw l'mi eik (foto J\;{artijl1 Boosten). 6

Ol1derdllikershol (f% Mark WIIl Bell/"elll). aantal kuilen ontstaan door zandwinning. Op De Oude Bork komen drie diepe kuilen voor die dateren uit Tweede \overeldoorlog. T\vee van de kuilen zijn voormalige verstopplekken waarin de Duitse bezetters hun legervoertuigen verstopten bij luchtalarm. Deze kuilen werden ook welllloffeljgatelj genoemd. De derde kuil is een onderduikershol. Daarnaast liggen in het gebied nog de restanten van een oude zwemvijver, die is aangelegd aan het begin van de 20e eeuwen een bosplantsoenkwekerij. Deze k\vekerij stamt ook uit het begin van de 20e eeuwen is recent weer in gebruik genomen door de huidige eigenaar. OOSTER- EN WESTERZAND: HISTORIE VAN AANLEG EN BEHEER Het Ooster- en \'Vesterzand bestond lange tijd uit een zandverstuiving en een veengebied. Op de Franse kaart uit de periode 18U-1813 wordt het Ooster- en vvesterzand aangeduid als Uffelter Zand. Op deze kaart is ook het Brandeveen duidelijk herkenbaar, een open water dat als gevolg van vervening is ontstaan in het hart van het Ooster- en \ovesterzand. In 1898 wendde de gemeente Havelte zich tot de regering om steun voor de vastlegging van de stuifzanden op Uffelterzand (Ooster- en Westerzand), aangezien deze zandverstuiving steeds meer overlast veroorzaakte op de omliggende akkers, weilanden en heidevelden. Naar aanleiding hiervan kreeg de Oranjebond van Orde interesse om het Uffelterzand aan te kopen en te bebossen. 1n 1899 vonden er kadastrale opmetingen plaats en werd het Uffelterzand op verzoek van de Oranjebond van Orde opgesplitst in t\-vee delen: het Oosterzand en het V\'esterzand. Het 80 ha grote \ Vesterzand werd in 1900 door de bond aangekocht. Het 1}8 ha grote Oosterzand werd in 1900 echter gekocht door een particulier, de heer Christiaan Hendrik Isaac Muller uit Amsterdam. Omdat het gebied zo versnipperd was (91 percelen), waren voor de koopaktes van beide percelen maar liefst 141 handtekeningen nodig van 130 eigenaren. De daadwerkelijke bosaanleg werd uitgevoerd door de Nederlandsche Heidemaatschappij. Het bebossings\\'erk startte in 1902. De stuifzanden werden eerst vastgelegd met afgemaaide heide en vervolgens ingeplant met 2-jarige grove den, plaatselijk gemengd met eik. Naast grove den werden ook bergden en zeeden aangeplant. Aan de oostzijde van het Oosterzand kocht de heer Muller een aantal weilanden waarop hij een bosplantsoenkwekerij liet aanleggen en in 1904/1905 een boswachterswoning liet bouwen. Het bebossingswerk van het Oosterzand is waarschijnlijk tussen 1909 en 1912 voltooid. In 7

/-let Gaste/,- ell Westerzalld ill 181l-18l]. Ui/sllede /lit de Frallse kaarteli 1'(1// Drell/lIe ell de Iloordelijke klist, 181 H8l] (Ve/'sfelt ell Schraor, 2001). 1918 was ook het hele vvesterzand bebost. Via diverse schenkingen en verkopen kwamen beide bosgebieden in 1931 in bezit van Jonkheer Bertram Philip Sigismund Albrecht Storm van 's~gravezande uit Ommen. Het bos leverde in die tijd vooral mijnhout. In 1958 veranderde het Ooster- en \ Vesterzand opnieuw van eigenaar. Jonkheer Storm van 's-gravezande heeft het landgoed toen verkocht aan Freiherr Felix von Vittinghoff-Schelluit Weeze (Duitsland). Deze kocht het landgoed als jachtgrond ter compensatie van verloren jachtgronden in Oost-Duitsland. In 1958 werd vvillem Hoogenkamp in dienst genomen als boswachter voor het Ooster- en Westerzand. Hij bekleedde die functie tot 1997, \ vaarna zijn schoonzoon een deel van het beheer heeft overgenomen. Hoogenkamp heeft geëxperimenteerd met de aanplant van meer eisend naaldhout, zoals douglas. fijnspar en lariks. De familie Vittinghoff-Schell heeft het landgoed lange tijd in bezit gehad, totdat het in 1997 werd doorverkocht aan de huidige eigenaar, mevrouw Renée Pigeaud. Het huidige landgoed is 260 ha groot (Siccama, 1911; Zwuup, 2oo5a, 200Sb, 2006a, 2006b). Oranjebond van orde De Oranjebond van Orde is opgericht in 1893 als filantropische vereniging. Deze vereniging had onder meer tot doel Olll door middel van heideontginning bij te dragen aan de bestrijding van de nadelige gevolgen van werkloosheid op het platteland. Het 'Oranje' stond voor ongebondenheid/neutral iteit. 8

GREPPELS In het geïnventariseerde gebied zijn zeer veel greppels en greppelstructuren aangetroffen. Een aantal van deze greppels doorsnijdt zelfs zeer hoge stuifduinen. Deze greppels zijn aangelegd bij de bosaanleg voor de afvoer van water. Het gebied was vroeger veel natter, omdat er door de aanwezigheid van keileem in de ondergrond veel schijngrondwaterspiegels voorkwamen. In de Tweede Vvereldoorlog is de grondwaterstand echter aanzienlijk verlaagd, omdat de Duitse bezetter voor de aanleg van een belangrijk militair vliegveld bij Havelte, drainagebuizen heeft aangelegd. Een aantal greppels sluit aan op het Brandeveen en diende als ontwateringsgreppel tijdens de vervening. De greppels en greppelstructuren zijn onlosmakelijk verbonden met de ontstaansgeschiedenis van dit bosgebied en hebben daarom een belangrijke (bos)historische waarde. voor die dienden als wildweide voor de jacht. Bij de zogenaamde bosweide is ook een groep thuja's (Thuja plicata) te vinden. Deze zijn hier in opdracht van Freiherr von Vittinghoff-Schell aangeplant als dekking voor de jacht. Op een aantal plekken zijn ook bospoelen aangetroffen. Deze bospoelen zijn aangesloten op greppels. Hoewel het niet geheel duidelijk is wat de functie van deze poelen,...'as en v,ranneer deze poelen zijn aangelegd, is het niet onmogelijk dat de poelen zijn aangelegd als drinkpoel voor het wild. GRENSPALEN Aan de randen van het Oosterzand zijn een groot aantal afrasterings- ofgrenspalen van het Ministerie van Defensie aangetroffen. Een aan- KUILEN UIT DE TWEEDE WERELDOORLOG Door diverse lokale deskundigen wordt gesteld dat in de Tweede Wereldoorlog in het Oosteren Westerzand onderduikplekken lagen. Tijdens de ve1dinventarisatie zijn op een aantal plekken complexen van kleinere en grotere kuilen aangetroffen die mogelijk hebben gediend als schuilplaats. Tijdens de Tweede Vvere1doorlog zijn er bij bombardementen op het nabijgelegen militaire vliegveld diverse bommen terechtgekomen op het Ooster- en \'Vesterzand. Een aantal van de kuilen die tijdens de inventarisatie zijn aangetroffen kunnen daarom heel goed oude bomkraters zijn. Verder onderzoek moet echter uitwijzen ofdit zo is. JACHTELEMENTEN Het gebied herbergt een aantal elementen die verwijzen naar de jachtfunctie die het bos vroeger had. Er komen een aantal open plekken Beto//llen (grells}paaf V(1/I het i\!linisterie 1'(1/1 Defensie ell ee/i fage (olldere) hardste/lell paal i/i het 005 ter- ell Westerzalld (foto Mark vml Benthel1l). 9

Integreren van cultuurhistorie in het bosbeheer Het integreren van cultuurhistorie in het bosbeheer kent een aantal stappen. Ten eerste moet er door middel van (veld)inventarisatie in kaart worden gebracht welke elementen een gebied herbergt. Door middel van literatuuronderzoek, archiefstudie en interviews worden de elementen verder onderzocht. Hierbij wordt meestal duidelijk wat hun functie was en in welke periode ze zijn aangelegd. Vervolgens kan er een w<l<lrde aan de elementen worden toegekend. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren op basis van uniciteit of zeldzaamheid, kenmerkendheid voor een bepaalde regio en gaafheid van het element zelf. Op basis van de waardering kan worden bepa<lld welke elementen een plek krijgen in het bosbeheer en hoe dit kan worden gerealiseerd. Voor het beheer van historische boselementen kunnen grofweg vier strategieën worden gekozen: (I) behouden, (2) accentueren, (J) restaureren en (4) reconstrueren. Het behoud van historische boselementen gebeurt met name bij elementen die nog vrij gaaf zijn ófbij elementen die niet kunnen worden gerestaureerd of gereconstrueerd (bijvoorbeeld door gebrek aan financiële middelen). Bij deze strategie worden maatregelen genomen die de verdere aantasting van het element voorkomen, bijvoorbeeld het tegengaan van beschadiging door recreanten of oogstwerkzaamheden of het voorkomen van erosie door wind of water. Bij rabatten, greppels en afwateringskanalen is hel raadzaam om met de oogstmachines zoveel mogelijk parallel aan de greppels of kanalen te rijden en niet dwars eroverheen. Indien het loch nodig is om greppels ofkanalen te doorkruisen, dient dil zoveel mogelijk op één plek te gebeuren, zodat de schade wordt geconcentreerd en makkelijker kan worden hersteld. Hetzelfde geldt bij wallen, indien zij met machines moeten worden doorsneden om het achterliggende bos te bereiken. Het accentueren van elementen is veclal een extra maatregel die wordt genomen bovenop het behoud. Deze maatregel kan bestaan uit het zichtbaar maken van een element door bijvoorbeeld het plaatsen van een informatiebord of het wegnemen van begroeiing die het zicht belemmert. Deze maatregel wordt vooral toegepast bij bijzondere of markante elementen die langs een recreatieroute (wandelpad, fietspad, etc.) liggen. Bij het restaurercn vall een element wordt dit teruggebracht in zijn oorspronkelijke staat. Het is hierbij belangrijk dat men zich realiseert dat sommige elementen niet één oorspronkelijke staat hebben, maar dat zij in de loop van de tijd meerdere malen zijn aangepast en V<ln functie zijn veranderd. Reconstructie vindt plaats bij elementen waar weinig of niets meer van over is. Bij zowel restauratie als reconstructie moet goed worden overwogen wal de kosten zijn van het toekomstige beheer. Immers wanneer een element volledig is hersteld of herbouwd, moelen er in de toekomst ook voldoende middelen zijn om het in stand Ie kunnen houden (Jansen en Van Benthcm, 2005). tal van deze palen heeft als opschrift 'MVO Militair Oefenterrein'. Deze palen stammen uit de tijd dat dit terrein actief in gebruik \vas als militair oefenterrein en dateren vermoedelijk uit de jaren 1950. De meeste hebben een rode en een witte zijde. De militairen mochten alleen aan de witte zijde van de paal komen. VERDERE STAPPEN De geïnventariseerde gebieden herbergen een grote rijkdom en diversiteit aan historische elementen. De elementen zijn ingevoerd in een GrS-systeem, zodat ze door de terreineigenaren en beheerders eenvoudig kunnen worden geïntegreerd in beheerplannen en gebiedskaarten. Na de veldinventarisatie is een praktijkexcursie georganiseerd voor de terreineigenaren en bosbeheerders uit de omgeving, v.raarbij de resultaten van de inventarisatie zijn gepresenteerd. Ook is er ingegaan op het integreren van deze elementen in het beheer. Ten behoeve van het project 'Duurzame ontwikkeling landschap omgeving Dwingeloo' stelt de gemeente,.vesterveld samen met de provin- 10

cie budget beschikbaar voor het herstellen van belangrijke cultuurhistorische elementen in de omgeving van Dwingeloo. Probos heeft daarom in het rapport aanbevelingen gedaan voor het herstellen en beleefuaar maken van een aantal elementen in de bossen bij Oldengaerde. In beide gebieden zijn bovendien zoveel interessante elementen aangetroffen dat het aanbeveling verdient om een wandelroute uit te zetten, waarbij recreanten door middel van informatiepanelen enlofeen cultuurhistorische wandelgids worden gewezen op een aantal markante historische elementen. Cultural heritage in forestry: an inventory of historical elements in two forests in Drenthe Irt Dutch fo res try there is increased interest ill cllitum! heritflge and history. However, there is a Jack ofknowledge flow to incorpomte tllis the111e in forest numage111ent. Therefore, ill 2005 Probos pllblished Cl baak on historical forest ele/uen tso Recel1 tly a field -in ven to ry IVClS made ill t\vo forests in the provinceofdrenthe. In this in verltory all historical efernents (e.g. e111 bank/uents, oak~coppice, drainage ch{hl/lels or ditches (llld H 1 0rld \'Var IJ shelters) \Vere mappedo FlIrthermore, reconllnendations were made for the restoration and preserl'ation of sollle ofthese e/elllents and for the integration of the c/litural heritage in fo rest managell1en t praetices in general. LITERATUUR BOOSTEN, "ol. EN 1\1. VAN BENTHEI\I (2009). Drentse boshistorie in beeld. Een inventarisatie van historische boselementen in \o\'esteinde en het Oosteren Westerzand. vvageningen, Stichting Probos. BOS, J., F.J. HULST EN P. BROOD (1989). Huizen van stand; Geschiedenis van de Drentse havezaten en andere herenhuizen en hun bewoners. tvleppel, Boom. BROOD, P., I.N.H. ELERIE, M.A.W. GERDING, TJ. JONG SMA, I. I'OLl\IAN EN R. SI\IIT (RED.) (1989). Kadastrale Atlas van Drenthe 1832. Deel IX Dwingeloo. Assen, Stichting Kadastrale Atlas van Drenthe. lansen, P. EN 1\1. VAN BENTI-IEM (2005). Historische boselementen. Geschiedenis, herkenning en beheer. Zwolle, Waanders. LEEUW, E. DE (2008). De familie Westra van Holthe. Een genealogie. In: Dwingeis Eigen - Periodiek voor de historie van Dwingeloo 3, pp. 3-1I PRINSEN, D. (2008). Uit hel leven van een kleurrijk man. Aah \Nillem van Holthe (1780-1854). In: Dwingels Eigen - Periodiek voor de historie van Dwingeloo 3, pp. 12-18. SICCAMA, H. (1911). De Drentsche ontginningen van de Oranjebond van Orde. In: Buiten 30, pp. 356-359. VERSFELT, H.J. EN I\l. SCHROOR (200t). De Franse kaarten van Drenthe en de noordelijke kust, 1811 1813. Groningen, Heveskes. ZWUUP, W.I'. (2oo5a). Ontginningen in de voormalige gemeente Havelte. In: Onsen Spiker. Historische Vereniging Havelte e.o. 3, pp. 4-11. ZWUUP, W.I'. (2005b). Ontginningen Il, in de voormalige gemeente Havelte. In: Onsen Spiker. Historische Vereniging Havelte C.O. 4, pp. 9-16. ZWUUP, W.I'. (2006a). Ontginningen 111, in de voormalige gemeente Havelte. Het Uffelterzand. In: Onsen Spiker. Historische Vereniging Havelte e.o. 1, pp. 18-23. ZWUUI', W.I'. (2006b). Ontginningen IV, in de voormalige gemeente Havelte. In: Onsen Spike!". Historische Vereniging Havelte C.O. 2, pp. Ia, 15-18. Het rapport Drentse hosljisror;e ijl heelrl, Eell illvel/ tflrisflt;e vfln historische bose/emelltell ;/1 \-Vesteil1de ell het Goste/"- en H'este/"zfllld is te vinden op www.probos.nl. 11