Matthijs Alting Annemieke Tiebout

Vergelijkbare documenten
Logboek bacteriën-onderzoek. Namen:...

probiotica vol nuttige bacteriën

Werkblad. LES 7: Hygiëne. GROEP 5-6. Namen groepje:

Micro-organismen kweken en bekijken. Zelf bacteriën kweken. Benodigdheden. Werkwijze. Ziek van virussen?

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2

Werkblad bodem (vooraf)

Proef Scheikunde Zure en basische schoonmaak middelen; pipet en buret; titreren

Verterende bodembacteriën? Aanwezigheid van amylase producerende bacteriën in de bodem

De TOA heeft een aantal potjes klaargezet. In sommige potjes zit een oplossing, in andere potjes zit een vaste stof.

Papier recyclen. Inlage

1e klas. BiNaSch slootwateronderzoek. Deze reader is van: Scala Rietvelden Vakgroepen natuurkunde, scheikunde en biologie 1e klas. Klas:.

Het rijk van de schimmels

Lesbrief: Het belang van hygiëne Thema: Wat is Mens & Dienstverlenen?

landbouw en natuurlijke omgeving verwerking agrarische producten CSPE BB

Onderzoeksthema: DNA extractie uit levende cellen (kiwi) (6 jaar) C. Schramme

Een stof heeft altijd stofeigenschappen. Door hier gebruik van te maken, kun je stoffen makkelijk scheiden.

Paddenstoelen kweken in de klas

Deel 1: traditionele kalkwater met koolstofdioxide test.

Cellulomonas knipt! Aantonen van cellulose afbraak door Cellulomonas sp.

Hoe kan je CO 2 uit eierschalen, mosselschelpen en krijt bekomen? Hypothese onderzoeksvraag: Wat denk je en waarom?

Kleurrijk schilderij maken met rode koolsap

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een indicatordoekje op drie manieren van kleur doen veranderen? Dit van rood naar blauw en weer naar rood?

Presentatie Biologie cellen ordenen onder een microscoop

CHIPS. light versus naturel

Wa W rm r t m e Inlage

Methode: Chemie. Verslag van de proeven opdracht 6, 19, 45, 70 van Hoofdstuk 3, Chemische reacties

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam:

Docentenhandleiding 2x16 Daderprofiel Dye kit

rekentrainer jaargroep 5 Timo loopt steeds verder weg. Teken Timo bij de kruisjes op de weg en maak de tekening af. Zwijsen naam:

BIOLOGIE Bovenbouw P.O. Puberplanten

Peperkoekhuisje. 250 ml gepasteuriseerd eiwit Poedersuiker. 200g pure chocolade

Samenvatting Biologie Thema 1: Organen en cellen

ph bepalen m.b.v. rode koolsap

Leg in iedere cirkel op het werkvel iets van een grondsoort. Zet de naam van de grond erbij.

Kleine spiritus brander

Docentenhandleiding 2x15 Daderprofiel DNA kit

Je onderzoekt de zuurgraad van de grond of het water in jouw buurt. Citroenen en frisdranken zijn zuur, dat kun je proeven.

neutraal 13 geel vergelijk jouw data Hortensia ph-waarde

Schematisch en natuurgetrouw

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS EN HET ZONNEWIEL

Archeologen logboek Namen:....

Inlage. Balans & evenwicht

1,1. Verslag door Brenno 757 woorden 27 juni keer beoordeeld. Biologie voor jou. Biologie. Verslag Bacteriën Kolonies.

Docentenhandleiding 6x5 Daderprofiel DNA kit

Opdracht 1 Nodig: kleurpotloden of stiften, poster Maak je huis mooi.

De bliksem. Doel. In deze hoek leer je hoe de bliksem ontstaat. Materiaal. Opdracht. Stap 2: Zet het vergiet boven op het glas.

Pilobolus. sporenkanon

VOORBEELD WETENSCHAPPELIJK VERSLAG

3.0 Stof 2

Bacteriën als hulpje. Yoghurt maken. Benodigdheden. Werkwijze

Datum Voorzitter Secretaris Klusser

Deel A. Breuken vergelijken

Hier en daar een bui

osmose-onderzoek practicumhandleiding

Onderzoeksformulier KRENTEN

Kaas maken (taakanalyse)

Toepassingen agar-agar Agar-agar kan gebruikt worden om zo goed als elke oplossing om te zetten in een gel, zij het in de vorm van parels, spaghetti

Keuzeopdracht Textiel verven

Leerlingeninstructie: Zuren en basen in de keuken

Zuurtegraad ph. Ammonium NH 4

Proef Scheikunde Experimenten Hoofdstuk 1 en 2

Christian Bijvoets, klas 11a. Periode Biologie DNAlabs Docent: Bart J. van Zweeden. Datum: 6 januari / 24 januari. Practicum 1 Over rode uien

Naam: Klas: Versie A REPETITIE GASSEN EN DAMPEN 3 VWO

Oefenen met breuken. Circuitles voor groep 6

De traditionele microscopen onderscheiden we de gewone of biologische microscoop en de stereo microscope.

Praktische opdracht Scheikunde Redoxreactie puntenslijper metalen

Experiment 1: Een wolk in een fles

Druivensuiker in zetmeel

Praktische opdracht Scheikunde Waterstofcarbonaat in water

Stoffen en Reacties 2

hoge stroming Fase Ontdek en onderzoek

bospaddenstoelensoep

S C I E N C E C E N T E R

De ijzer en zwavelreactie

Een neutralisatiereactie volgen (leerlingenversie)

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we aan de hand van chemische reacties een oplossing de kleuren van een stoplicht krijgen?

S C I E N C E C E N T E R

5,6. Verslag door een scholier 1688 woorden 30 mei keer beoordeeld. Biologie voor jou. Plankton als indicator voor waterkwaliteit

S C I E N C E C E N T E R

De vlamverdeler. Je hebt nodig: 1 brander met aansteker 1 gaasje 1 lucifer 1 knijper

landbouw en natuurlijke omgeving verwerking agrarische producten CSPE KB

Breuken(taal), meetkunde, voortzetting eerlijk verdelen

Experimenten KIT. werkboekje. Dokter in de wetenschap: Klas:

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

REKENEN Hoe rekenen jouw hersenen? Proeven en spelletjes om te trainen

Indi Go! Synthese Toepassing Onderzoek Onderzoeksproject in het sciencelab van de UvA voor klas 3 HAVO/VWO

S C I E N C E C E N T E R

Bronnen. Meer info. Naam: Co-wetenschapp(st)er: Klas:

S C I E N C E C E N T E R

1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we een geheimschrift ontwikkelen m.b.v. natriumcarbonaat?

lezen veilig leren Kinderboekenweektip Voorbereiding Les 1 - kookboeken en recepten Benodigde materialen Werkwijze

Paddenstoelen in de klas. werkbladen

Zuurtegraad ph. Zorg dat het doosje met teststrips en de kleurenschaal niet nat worden!

Hoe werkt het antwoordblad?

gist luchtige schimmels

Lesmateriaal bovenbouw

ZETMEELFOLIE. 1. Onderzoeksvraag Hoe kunnen we met aardappelzetmeel folie maken?

Tafels bloemlezing. Inhoud 1

Zelf papier maken!? Hoe doe je dat?

Transcriptie:

Alting Tiebout V5C V5A 2 94 Biologie 26 februari 2014 1

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Achtergrondinformatie.................................. 3 1.2 Probleemstelling........................................ 4 1.3 Hypothese............................................. 4 Hoofdstuk 2 Methode 2.1 Materialenlijst.......................................... 5 2.2 Proefbeschrijving........................................ 6 Hoofdstuk 3 Resultaten 3.1 Resultaten............................................. 13 3.2 Opmerkzaamheden..................................... 15 Hoofdstuk 4 Discussie 4.1 Conclusies............................................. 16 4.2 Verklaring..............................................16 4.3 Foutenbespreking....................................... 18 4.4 Vervolgonderzoek....................................... 18 Hoofdstuk 5 Verantwoording 5.1 Bronvermelding......................................... 19 5.2 Logboek............................................... 19 5.3 Reflectie............................................... 21 Bijlagen.......................................................... 22 2

Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Achtergrondverhaal Ze zijn goed of slecht, klein of groot en leven alleen of in kolonies: de bacteriën. Bacteriën zijn levende micro-organismen, dit betekent dat het te kleine organismen zijn om met het blote oog te kunnen zien. Bacteriën hebben geen celkern en zijn dus prokaryoot. Het DNA ligt dus los in de cel in het cytoplasma. Het voortplanten van een bacterie gaat als volgt, de cel van de bacterie wordt in tweeën gedeeld, in een moedercel en een dochtercel. Beide cellen zijn ongeveer gelijk. Deze voortplanting heet de binaire deling. Bacteriën kunnen ook onder slechte omstandigheden, uit voedselgebrek, endospore vormen. Een endospore bevat het DNA van een bacterie met een klein beetje cytoplasma waaruit het water grotendeels is verwijderd. Een endospore is omgeven door een ondoorlaatbaar, beschermend kapsel, de cyste, zo kan die bacterie in rusttoestand een periode van slechte omstandigheden overbruggen. Als een endospore die periode heeft overleefd, en de omstandigheden gunstig worden kan een endospore zich weer tot een bacterie ontwikkelen en zich voortplanten. Bacterien kunnen dus veel verschillende milieus overleven. Maar welke milieus zijn der eigenlijk allemaal? De Figuur 1: de PH-schaal verschillende milieus die je hebt zijn; zuur, neutraal en basisch. Deze milieus geef je het beste aan met een PH-waarde. In figuur 1 zie je de PHschaal, en de verdeling daarvan. Je kan hier dus van afleiden dat een zuur milieu een PHwaarde heeft tussen de 0 en 7 en dat een neutraal milieu een PH-waarde heeft van 7 heeft en een basisch milieu een PH-waarde heeft van 8 tot en met 14. Er kan ook nog een verschil bestaan in luchtvochtigheid. Luchtvochtigheid geeft de hoeveelheid vocht in de lucht weer. Dit wordt meestal uitgedrukt in relatieve luchtvochtigheid. De relatieve luchtvochtigheid is een percentage van de hoeveelheid waterdamp die de lucht bij de gegeven temperatuur en luchtdruk bevat. Als de temperatuur gaat dalen neemt het aantal waterdamp van de lucht af en bij dezelfde hoeveelheid waterdamp neem de relatieve vochtigheid dan weer toe. Tijdens ons onderzoek gaan we er proberen achter te komen onder welke omstandigheden van milieu en luchtvochtigheid een bacterie het best groeit. We maken tijdens ons onderzoek gebruik van agar. Agar betekent gelei. Als je agar oplost in heet water en daarna laat afkoelen, is het te gebruiken als gelatine. De gelatine smelt weer bij een temperatuurverhoging tot 90 graden. Het verschil met gelatine is dat de bindkracht twee keer zo groot is al die van normale gelatine. Ook is deze agar-gelatine niet zo gevoelig voor wijzigingen in de zuurgraad. Nu we dit allemaal weten kunnen we wat gaan testen met de agar. Wat zal er gebeuren met de bacteriën als we de ph van de agar veranderen? Zullen ze beter gaan groeien of juist niet? En wat zal er gebeuren als we de luchtvochtigheid ook veranderen? Zullen de bacteriën 3

ook beter gaan groeien door een andere luchtvochtigheid? Dit gaan we onderzoeken in dit experiment. 1.2 Probleemstelling In hoeverre is de voedingsbodem en luchtvochtigheid van belang bij de groei en deling van bacteriën? Deelvragen: - Hoe groeien bacteriën in een zuur milieu? - Hoe groeien bacteriën in een neutraal milieu? - Hoe groeien bacteriën in een basisch milieu? - Hoe groeien bacteriën in een milieu met 45% vocht in de lucht? - Hoe groeien bacteriën in een milieu met 65% vocht in de lucht? 1.3 Hypothese In zuur milieu zitten enzymen die organismen af kunnen breken. Bacteriën zijn organismen, dus die kunnen worden afgebroken door deze enzymen en niet gaan groeien. In de Petri schaaltjes met een zure voedingsbodem zullen dus geen bacteriën gaan groeien. In het neutrale milieu zitten ook enzymen, maar deze zullen weinig organismen af gaan breken. Sterker nog, in de neutrale voedingsbodem zitten stoffen die de bacteriën op zullen nemen en gaan gebruiken om te gaan groeien. In de Petri schaaltjes met een neutrale voedingsbodem zullen dus wel bacteriën gaan groeien. In het basische milieu zitten ook enzymen die cellen af kunnen breken. De meeste schoonmaakmiddelen zijn basisch, dus het basische effect zal bacteriën gaan bestrijden. Er zullen dus ook in de basische voedingsbodem geen bacteriën gaan groeien. Bacteriën zijn organismen die niet zonder vocht kunnen. Ze moeten vocht hebben om te kunnen groeien. In de Petri schaaltjes waar wel een vochtige lucht aanwezig is, zullen dus wel bacteriën kunnen groeien, mits de voedingsbodem het ook zal laten kunnen. In de Petri schaaltjes met een droge lucht zullen geen bacteriën gaan groeien. De bacteriën kunnen nu geen vocht uit de lucht halen om zich te kunnen voeden met water. De bacteriën zullen dus niet gaan groeien in deze luchtomstandigheden. De voedingsbodem en luchtvochtigheid zijn wel degelijk van belang bij de groei en deling van bacteriën, want de stoffen die in de zure en basische agar zitten zorgen ervoor dat de bacteriën worden afgebroken en dat zorgt ervoor dat de endospore zichzelf terugtrekt en niet meer tot uiting komt. Ook de luchtvochtigheid is van belang, omdat het vocht de bacteriën de kans geeft om er voedingsstoffen uit te halen. Dus in de droge lucht zullen weinig bacteriën gaan groeien en in de vochtige lucht zullen veel bacteriekolonies gaan groeien. 4

Hoofdstuk 2 Methode 2.1 Materialenlijst Bij het onderzoek zijn de volgende spullen nodig. Agar Zuurkast o Agar met ph = 3,0 Schaar o Agar met ph = 5,0 Twee watervaste stiften. o Agar met ph = 7,0 Eén blauwe o Agar met ph = 9,0 Eén groene o Agar met ph = 11,0 Ipod Natronloog (NaOH) 1 Molair Twee labjassen Zoutzuur (oplossing van HCl in water) 1 Molair Twee veiligheidsbrillen Pipet Thermometerapparaatiets Universeel ph papier met ph-kleur betekenis Vuilniszak Lepel Vijf erlenmeyers 5 Petri schaaltjes voor de voorbereidingsproef 120 Petri schaaltjes voor de uitvoeringsproef Tien Petri schaal rekjes 5 wattenstaafjes Iphone Klok Waterkraan bij de mannentoiletten Haar van een vrouw van 17 jaar en 1 maan Toetsenbord van het merk HP. Camera Stift Drie roerstaven Stoof Brander 2 Ent-ogen 40 tabellen zoals die in tabel 2.1 zijn afgedrukt. Pan van 2,5 liter inhoud Warmhoudbad Elektrische weegschaal Kookplaat Sterilisatie pan Watten 5

2.2 Proefbeschrijving Wij hebben de proef als volgt uitgevoerd: Deel 1: De voorbereiding Stap 1) Neem vijf Petri schaaltjes met agar die net is gemaakt, zonder toegevoegde stoffen. Stap 2) Neem vijf wattenstaafjes. Stap 3) Ga met een wattenstaafje over het haar van een jonge vrouw heen en wrijf goed. Stap 4) Ga voorzichtig met de wattenstaaf over de agar in een Petri schaal heen. Doe dat door er drie streepjes van te maken. Stap 5) Doe het deksel op het Petri schaaltje. Stap 6) Schrijf op de onderkant van het Petri schaaltje welke bron van bacteriën het is. Stap 7) Herhaal stap 3 t/m stap 6, maar dan voor de bronnen toetsenbord, klok, waterkraan bij mannentoiletten en Iphone. Stap 8) Plaats de vijf Petri schaaltjes in een rekje. Stap 9) Plaats de vijf Petri schaaltjes in de stoof en stel deze in op 25 C. Stap 10) Laat de Petri schaaltjes vier dagen staan in de stoof. Deel 2: Bereiding van agar Stap 1) Meet twee liter water af in een bekerglas van 2500 ml en doe dit in een pan van 2,5 liter. Stap 2) Plaats de pan op de kookplaat. Zie figuur 2.1. Stap 3) Zet een bekerglas van 0,5 liter op de elektrische weegschaal en zet de weegschaal weer op 0,00 gram. Stap 4) Doe precies 30,00 gram agarpoeder in het bekerglas door met een lepel het erin te doen. Zie figuur 2.2. Stap 5) Zet de kookplaat aan. Stap 6) Roer met de lepel door de pan heen. Roer zo, zodat de poeder niet op de bodem blijft liggen. Stap 7) Blijf 12 minuten roeren en haal dan de pan van de kookplaat af. Stap 8) Doe een stukje ph-papier in de pan en meet de ph. Stap 9) Verdeel de agar over vijf erlenmeyers. Stap 10) Bepaal van elke erlenmeyer welke zuurtegraad deze moet krijgen en schrijf dit op de zijkant van de erlenmeyer, op het witte stickertje. Schrijf op: 3, 5, 7, 9 en 11. Stap 11) Doe op iedere erlenmeyer een grote prop watten zodat de stoffen in de lucht worden opgenomen. Zie figuur 2.3. Figuur 2.1 Hier staat de pan met 2,0 L water op de kookplaat. Figuur 2.2 Er zit precies 30,00 gram agarpoeder in het bekerglas. 6 Figuur 2.3 Er moet een grote prop watten op de erlenmeyers om de lucht op te nemen.

Stap 12) Doe 2,0 L water in de sterilisatie pan en plaats de vijf erlenmeyers erin. Doe het deksel erop. Stap 13) Zet de sterilisatie pan aan en laat deze 15 minuten lang opwarmen en koken. De 15 minuten gaan in als het gewichtje gaat bewegen. Zie figuur 2.4. Stap 14) Zet na de 15 minuten de erlenmeyers van 5, 7, 9 en 11 in het warmhoudbad (zie figuur 2.5) en neem de erlenmeyer voor ph 3 mee naar de zuurkast. Stap 15) Haal de prop watten van de erlenmeyer af. Stap 16) Voeg 3,5 ml zoutzuur toe in deze erlenmeyer door met de pipet 3,5 ml zoutzuur op te nemen en in de erlenmeyer te doen. Zie figuur 2.6. Stap 17) Roer goed met de eerste roerstaaf. Stap 18) Leg een stukje ph papier naast het erlenmeyer en doe een druppel agar op dit bekerglas. Deze kleurt oranje, dus is goed. Stap 19) Doe de prop watten weer terug op de erlenmeyer en zet deze in het warmhoudbad. Neem de erlenmeyer voor ph 5 mee naar de zuurkast. Stap 20) Haal de prop watten van de erlenmeyer af. Stap 21) Voeg 2,0 ml zoutzuur toe aan de agar door met de pipet 2,0 ml zoutzuur op te nemen en in de erlenmeyer te doen. Stap 22) Roer goed met de tweede roerstaaf. Stap 23) Leg een stukje ph-papier naast de erlenmeyer en doe een druppel agar op dit papier. Deze kleurt oranje/geel, dus de ph is goed. Stap 24) Doe de prop watten weer terug op de erlenmeyer en zet deze in het warmhoudbad. Neem de erlenmeyer voor ph 9 mee naar de zuurkast. Stap 25) Haal de prop watten van de erlenmeyer af. Stap 26) Voeg 2,0 ml natronloog toe aan de ager door met de pipet 2,0 ml natronloog op te nemen Figuur 2.4 De sterilisatiepan met het deksel erop. De vijf erlenmeyers zitten erin. Figuur 2.5 Het warmhoudbad waar de erlenmeyers in staan die op dat moment niet worden gebruikt. en in de erlenmeyer te doen. Figuur 2.6 De proefopstelling in de zuurkast. Stap 27) Roer goed met de derde roerstaaf. Stap 28) Leg een stukje ph-papier naast de erlenmeyer en doe een druppel agar op dit papier. Deze kleur donker groen/blauw, dus de ph is goed. Stap 29) Doe de prop watten weer terug op de erlenmeyer en zet deze in het warmhoudbad. Neem de erlenmeyer voor ph 11 mee naar de zuurkast. Stap 30) Haal de prop watten van de erlenmeyer af. Stap 31) Voeg 2,5 ml natronloog toe aan de agar door met de pipet 2,0 ml natronloog op te nemen en in de erlenmeyer te doen. 7

Stap 32) Roer goed met de vierde roerstaaf. Stap 33) Leg een stukje ph-papier naast de erlenmeyer en doe een druppel agar op dit papier. Deze kleur wordt donker blauw, dus de ph is goed. Stap 34) Doe de prop watten weer terug op de erlenmeyer en zet deze in het warmhoudbad. Deel 3: Petri schaaltjes beschrijven Dit deel voer je uit in de tijd dat de agar wordt gesteriliseerd. Dit is stap 12 t/m stap 14 van deel 2. Stap 1) Neem zes zakken met daarin 20 gesteriliseerde Petri schaaltjes en leg deze neer op tafel. Stap 2) Knip een zak met Petri schaaltjes open en haal deze eruit. Knip de zak open aan de onderkant, zo, dat de Petri schaaltjes met de bodem bovenop liggen. Stap 3) Schrijf op iedere Petri schaal dit etiket: Bac (= Bacterie) ph (= ph) LV (= luchtvochtigheid) C (= controle) Schrijf op de zestig Petri schaaltjes die in de stoof moeten met een blauwe stift de etiketten en de andere zestig, die in het lab blijven staan, met een groene stift. Stap 4) Geef één iemand een blauwe stift en geef de ander de groene stift. Stap 5) Schrijf de etiketten. Schrijf achter Bac de letters A, B, C of D, bij ph 3, 5, 7, 9 of 11, bij LV s (stoof) of k (kamer) en bij C 1, 2 of 3. Degene die met de blauwe stift schrijft, schrijft alle etiketten met LV k, en degene met de groene stift schrijft de etiketten met LV s. Uiteindelijk krijg je 120 verschillende schaaltjes. Zie figuur 2.8. Stap 6) Na het beschrijven stapel je de Petri schaaltjes zo op, dat er vijf stapels komen. Iedere stapel heeft een ph, dus er is een stapel met ph 3, een stapel met ph 5, een met ph 7, een met ph 9 en een met ph 11. De volgorde is ook van belang: zet de Figuur 2.7 Twee wetenschappers heel hard aan het schrijven. Figuur 2.8 De 120 Petri schaaltjes worden beschreven aan de onderkant. De bovenste drie rijen zijn de Petri schaaltjes die in het laboratorium komen en de onderste drie rijen gaan de stoof in. Het is per bacterie en per ph gesorteerd. 8

schaaltjes van boven naar beneden in de volgorde Bac A, B, C en dan pas D. Zet ook de schaaltjes op nummer volgorde, dus 1, 2, 3, 1, 2, 3, etc. Deel 4: Agar verdelen Stap 1) Eén iemand pakt de erlenmeyer met ph 3 en de stapel Petri schaaltjes die ph 3 moeten krijgen. De ander pakt de erlenmeyer met ph 5 en de stapel Petri schaaltjes die ph 5 moeten krijgen. Stap 2) Haal de prop watten van de erlenmeyer af. Stap 3) Pak een Petri schaaltje van de stapel af. Til het deksel een klein beetje op, zo dat er een kleine opening is in de Petri schaal. Zie figuur 2.9. Stap 4) Giet heel voorzichtig een beetje agar in de schaal. Draai ondertussen een beetje met het Petri schaaltje, zo, dat de hele bodem een dun laagje agar heeft. Figuur 2.9 Het deksel wordt maar een heel klein beetje opgetild. Op deze manier komen er weinig bacteriën in de lucht bij. Stap 5) Doe het deksel weer dicht en zorg dat de bodem met agar naar beneden wijst en het deksel naar boven. Stap 6) Pak de volgende Petri schaal en herhaal stap 3 t/m stap 5. Stap 7) Zodra iedere Petri schaal voor die ph is gevuld, doe dan de prop watten weer op de erlenmeyer. Stap 8) Zet de Petri schaaltjes een klein beetje aan de kant. Stap 9) Pak de erlenmeyer met de ph 7 en de stapel Petri schaaltjes die ph 7 moeten krijgen. Stap 10) Haal de prop watten van de erlenmeyer af. Stap 11) Pak een Petri schaaltje en herhaal stap 3 t/m stap 5 voor alle Petri schaaltjes die ph 7 moeten krijgen. Stap 12) Herhaal ook stap 1 t/m stap 6 voor de erlenmeyers met ph 9 en 11. Stap 13) Laat de Petri schaaltjes twee uur staan om de agar te laten stollen. Stap 14) Na die twee uur ga je de stapels weer verdelen tot nieuwe stapels. Pak acht rekjes waar de Petri schaaltjes in kunnen gaan staan. Maak acht stapels van de Petri schaaltjes. Deze stapels moeten worden gemaakt: Stapel 1: Bac A LV s Stapel 2: Bac A LV k Stapel 3: Bac B LV s Stapel 4: Bac B LV k Stapel 5: Bac C LV s Stapel 6: Bac C LV k Stapel 7: Bac D LV s Stapel 8: Bac D LV s De ph volgorde is: onderste drie ph 7, daarboven ph 9, daarboven ph 11, 9 Figuur 2.10 De stapels van Petri schaaltjes. Ze staan in de rekken en kunnen nu op hun plaats worden gezet.

daarboven ph 5 en bovenop ph 3. Zorg dat je van boven naar beneden 1, 2, 3 ziet. Maak de stapels zo, dat de bodem met de agar naar boven wijst. Zet de stapels in de rekken. Zie figuur 2.10. Stap 15) Zet de rekjes met LV s in de stoof en de rekjes met LV k in het laboratorium op de tafel. Zet de stoof op 20 C en zet de ventilatie dicht. Laat de Petri schaaltjes 26 uur staan zodat ze kunnen rusten. Deel 5: Bacteriën op de agar brengen Stap 1) Haal na de 26 uur de Petri schaaltjes op en zet ze op de tafel waar je gaat enten. De persoon met de blauwe stift neemt de Petri schaaltjes met de blauwe etiketten en de persoon met de groene stift neemt de Petri schaaltjes met de groene etiketten. Stap 2) Haal ook de vijf Petri schaaltjes van de voorbereidingsproef op en breng ze ook op de entplek. Stap 3) Kies van de vijf Petri schaaltjes van de voorbereidingsproef vier Petri schaaltjes uit die je gaat gebruiken. Kies de klok, iphone, waterkraan op de wc en toetsenbord. Met het haar van de jonge vrouw doe je niets. Stap 4) Pak een brander en sluit deze aan op de gaskraan. Stap 5) Steek de brander aan met een lucifer en draai de luchtschrijf zover open totdat je de blauw ruisende vlam hebt. Stap 6) Neem twee entogen en houd deze in de blauw ruisende vlam. Zorg dat de entogen gaan gloeien. Zorg dat je het effect krijgt net zoals in figuur 2.11. Stap 7) Haal het deksel van het Petri schaaltje van de klok af en doof het entoog in de agar waar geen bacteriekolonie zit. Zorg dat je het hoort sissen. Stap 8) Doe het entoog op een bacteriekolonie (voorzichtig) door het oog heel licht de kolonie aan te raken. Stap 9) Haal het deksel van het Petri schaaltje voor bacterie A af en druk voorzichtig drie keer het entoog op het midden van de agar. Stap 10) Doe het deksel er weer op en zet hem aan de kant. Stap 11) Doe het entoog weer in de vlam tot hij gaat gloeien. Stap 12) Doof het entoog weer in de agar. Stap 13) Druk voorzichtig het entoog weer op dezelfde kolonie. Stap 14) Pak de volgende Petri schaal. Doe het deksel een stukje open en druk weer drie keer voorzichtig in het midden van de agar. Figuur 2.11 Het entoog is aan het gloeien. Figuur 2.12 Wetenschapper is druk aan het enten. 10

Stap 15) Doe het deksel er weer op. Stap 16) Herhaal stap 11 t/m stap 15 voor de rest van bacterie A. Stap 17) Als alle Petri schaaltjes met bacterie A geënt zijn, dan plaats je ze weer in het rekje zoals je ze er ook hebt uitgehaald. Zet de stapel aan de andere kant van de tafel. Zie figuur 2.12. Stap 18) Herhaal stap 7 t/m stap 17, maar dan voor bacterie B, dat doe je met Iphone. Zie figuur 2.13. Stap 19) Herhaal stap 18 ook voor bacterie C, dat doe je met waterkraan bij de wc, en voor bacterie D gebruik je het toetsenbord. Zie figuur 2.14 en figuur 2.15. Stap 20) Als alles is geënt zet je de brander uit door de gaskraan dicht te draaien. Stap 21) Zet de Petri schaaltjes voor de stoof in de stoof en die in het laboratorium moeten staan laat je op de tafel staan. Zet de vijf Petri schaaltjes van de voorbereidingsproef ook op de tafel waar de Petri schaaltjes in het lab staan. Figuur 2.13 De Petri schaaltjes voor bacteriesoort A. De stapels zijn al gesorteerd en klaar om te gaan groeien. Deel 6: Waarnemen Stap 1) Bekijk iedere schooldag de Petri schaaltjes en maak een foto van de alle Petri schaaltjes. Doe dat eerst voor de bacteriën die in het laboratorium staan en stapel deze meteen weer terug in het rekje. Doe daarna pas de Petri schaaltjes in de stoof bekijken door ze uit de stoof te halen, foto te maken en weer helemaal terug te zetten in de stoof. Stap 2) Zorg dat de Petri schaaltjes zo goed mogelijk in een constant milieu blijven. Zorg er dus voor dat de stoof even goed blijft werken en zorg dat de stapels met Petri schaaltjes altijd in dezelfde volgorde blijven staan. Ze mogen alleen worden verplaatst tijdens het waarnemen, maar ze mogen niet in een andere volgorde bewaart blijven. Stap 3) Figuur 2.14 De Petri schaaltjes voor bacteriesoort B. De stapels zijn al gesorteerd en klaar om te gaan groeien. Zorg er ten alle tijden voor dat de Petri schaaltjes dicht blijven zitten. Gedurende de zeven dagen mogen ze niet geopend worden, anders kunnen er bacteriën uit de lucht bijkomen. 11

Figuur 2.15 De Petri schaaltjes voor bacteriesoort C. De stapels zijn al gesorteerd en klaar om te gaan groeien. Figuur 2.16 De Petri schaaltjes voor bacteriesoort D. De stapels zijn al gesorteerd en klaar om te gaan groeien. Stap 4) Schrijf per Petri schaal op hoeveel kolonies je ziet. Hierbij wordt gekeken naar vorm, kleur en grootte. Dit doen we aan de hand van de tabel in figuur 1. Petrischaal A / B / C / D ph 3 / 5/ 7 / 9 / 11 LV s / k 1 10 1 14 2 13 1 14 3 14 1 14 4 15 1 14 5 16 1 14 Tabel 2.1 Waarnemeningstabel voor een bacterie per bacterie, ph en luchtvochtigheid. De controleproeven staan naast elkaar en kunnen snel met elkaar worden vergeleken. Je neemt op dezelfde manier waar: Kijk naar figuur 2.17. Je ziet dat dit bacterie D, ph 7, LV s en C 3 is. Je kunt hier zien dat er een aantal gele kolonies te zien zijn. Deze zijn al redelijk groot, dus je kunt al zeggen dat het grote gele kolonies zijn. Als je gaat tellen, dan tel je acht gele kolonies. De waarneming is dus 8 grote gele kolonies. In de tabel vul je dan in: 8 grote geel. Op deze manier neem je alle Petri schalen waar. Stap 5) Op de zesde dag neem je niets meer waar, de proef is ten einde. Je gooit alle Petri schaaltjes in een vuilniszak en deze gooi je in de container. De proef is ten einde gekomen. Figuur 2.17 Deze Petri schaal is in deze fase op 15 januari. Er zijn gele kolonies te zien. 12

Hoofdstuk 3 Resultaten 3.1 Waarnemingen Deze tabellen zijn de samenvattingstabellen. Voor alle waarnemingen, zie de bijlagen. In deze tabellen staan steeds cryptische omschrijvingen. Hieronder leggen wij eerst uit wat deze omschrijvingen betekenen. XX betekent dat er niets in de Petri schaal is te zien. x kleur betekent dat er een aantal kleine koloniën te zien zijn. Wanneer er groot, extra groot of enorm staat betekent dat we met de dag ervoor een grotere kolonie hebben waargenomen. In de tabellen kunnen ook de woorden rups, worm, vierkant, rechthoek en maan voorkomen. Als zo n woord in de tabel staat, dan is de bacteriekolonie zo gegroeid dat ie een van deze vormen aanneemt. De spreiding is genomen van de eerste dag en de laatste dag. Zo kun je goed zien hoe de Petri schalen zijn veranderd qua inhoud van bacteriën. Bacterie A B C D XX 2 13 1 14 3 grote wit 2 gele manen 1 gele maan 4 wit 3 14 1 14 2 enorme wit 2 gele manen 2 gele manen 2 grote wit 4 15 1 14 1 enorme wit + 2 geel 5 16 1 14 1 grote witte wolk met 1 geel Niets 1 grote witte wolk met 1 geel 2 grote geel 2 gele manen 1 grote witte wolk 1 gele vorm 3 gele manen 1 grote witte maan Niets 1 gele Niets 3 gele Niets 1 grote vorm manen witte maan Tabel 3.1 Samenvattingstabel van de vier verschillende bacteriën die een week lang in het laboratorium op een tafel hebben gestaan. Bacterie A B C D XX 2 13 1 14 XX Gele vlek 1 witte vlek XX 3 14 1 14 XX Donker/licht 1 gele rups 5 witte vlekken gele vlek 4 15 1 14 1 wit 1 gele rups en 3 1 gele rups 7 witte vlekken geel met donker gele kop en staart 5 16 1 14 XX 1 geel/witte rups 1 enorme wit gele rups 5 grote gele vlekken Niets Niets Niets 1 geel/witte rups Niets 1 enorme wit gele rups Niets 5 grote gele vlekken Tabel 3.2 Samenvattingstabel van de vier verschillende bacteriën die een week lang in het laboratorium in de stoof hebben gestaan. 13

ph 3 5 7 9 11 XX XX 2 13 1 14 3 grote wit XX 3 wit XX 5 wit 3 14 1 14 1 enorme wit XX 5 wit 5 wit 5 wit 4 15 1 14 1 enorme wit 1 grote wit 1 grote wit 2 geel + 1 1 enorme wit wit 5 16 1 14 2 enorme wit 1 grote wit 3 witte vlekken 2 grote geel 1 grote gele rups Niets 2 enorme wit Niets 1 grote wit Niets 3 witte vlekken Niets 2 grote geel Niets 1 grote gele rups Tabel 3.3 Samenvattingstabel van bacterie A met de waarnemingen van de groei van de bacteriën in de verschillende phbodems. ph 3 5 7 9 11 XX XX 2 13 1 14 XX XX 4 geel 2 grote geel 3 gele manen 3 14 1 14 XX XX 4 grote geel 3 grote donker geel 2 grote gele manen 4 15 1 14 XX XX 2 gele maan 1 donker / licht geel vierkant 1 grote gele rups 5 16 1 14 XX XX 2 wit/gele vorm Niets Niets Niets Niets Niets 2 wit/gele vorm 1 groot donker/licht geel vierkant Niets 1 groot donker/licht geel vierkant 1 enorme wit/gele rups Niets 1 enorme wit/gele rups Tabel 3.4 Samenvattingstabel van bacterie B met de waarnemingen van de groei van de bacteriën in de verschillende phbodems. 14

ph 3 5 7 9 11 XX XX 2 13 1 14 2 witte vlekken XX 1 wit/gele vlek 1 grote geel/witte 2 witte manen maan 3 14 1 14 XX XX 1 grote wit/gele vlek 1 grote witte maan 3 witte vlekken 4 15 1 14 XX XX 2 grote witte vlekken 5 16 1 14 XX XX 1 grote gele rups Niets Niets Niets Niets Niets 1 grote gele rups 2 grote witte maan 2 grote wit/gele rups Niets 2 grote wit/gele rups 2 grote wit/gele manen 3 grote gele manen met donker gele rand Niets 3 grote gele manen met donker gele rand Tabel 3.5 Samenvattingstabel van bacterie C met de waarnemingen van de groei van de bacteriën in de verschillende phbodems. ph 3 5 7 9 11 XX XX 2 13 1 14 2 grote wit 4 wit XX XX 4 wit 3 14 1 14 3 grote wit 4 grote wit XX XX 4 wit 4 15 1 14 4 grote wit 1 grote witte XX 4 wit 8 geel wolk 5 16 1 14 4 grote wit 1 enorme witte wolk XX 3 geel 10 geel Niets 4 grote wit Niets 1 enorme witte wolk Niets Niets Niets 3 geel Niets 10 geel Tabel 3.6 Samenvattingstabel van bacterie D met de waarnemingen van de groei van de bacteriën in de verschillende phbodems. 3.2 Bijzonderheden In deze tabellen zien wij toch een aantal bijzonderheden. Zo zie je in tabel 3.2 bij bacterie A dag 4 dat er 1 wit is gegroeid, maar een dag later is die kolonie weer weg. Zo zijn er nog meer voorbeelden, zoals in tabel 3.5 ph 3 dag 2 dat er 2 witte vlekken zijn gegroeid, maar de rest van de week zijn die koloniën ook weer weg. Dit is iets bijzonders, want er groeien bacteriën, maar die verdwijnen ook weer. Verder hebben we geen bijzonderheden gevonden bij de waarnemingen. 15

Hoofdstuk 4 Discussie 4.1 Conclusies - De luchtvochtigheid in het laboratorium was 45% en daar groeide de bacteriën snel en ook in een grotere hoeveelheid. De luchtvochtigheid in de stoof was 65% en hier groeide de bacteriën langzamer en in mindere mate. Hieruit kun je dus concluderen dat als de luchtvochtigheid boven de 50% is dat de bacteriën minder snel groeien dan als het daaronder is. - Bacterie A was een witte bacterie die in een zuur tot neutraal milieu ook een witte kleur zichzelf vermenigvuldigd. En bij het basische milieu wordt de witte kleur omgezet naar een gele kleur. - Bacterie B groeit in een zuur milieu niet maar in een basisch of neutraal milieu wel. - Bacterie C wilt in een zuur milieu wel groeien maar dit overleeft de bacterie niet. In een basisch en neutraal milieu groeit de bacterie wel goed. Vaak in een gele kleur en met een grote vorm. - Bacterie D groeit in een zuur milieu wel hartstikke goed, maar in een neutraal of basisch milieu groeit die niet tot bijna niet. - De bacteriekolonies die zijn ontstaan groeien in verschillende vormen. - De ph van de voedingsbodem en de luchtvochtigheid is dus wel degelijk van belang bij de groei van de verschillende bacteriën. 4.2 Verklaring Hieronder geven wij onze verklaring waarom in de verschillende ph en de luchtvochtigheden de bacteriën wel groeien of juist niet. In de luchtvochtigheid is er bij 65% te veel water aanwezig in de Petri schaal waardoor er minder plaats overblijft voor de bacteriën. Hierdoor kunnen bacteriën zich minder goed delen. De bacteriën moeten het water eerst aan de kant duwen. Zo komt er een plaatsje vrij waardoor de bacterie op die plaats kan gaan zitten. Dit vertraagt het proces van het delen, omdat er eerst energie in moet worden gestoken om de bacteriën een plaats te geven. Bij de 45% hoeft dit proces minder lang te duren, omdat er minder water is wat plaats moet maken voor de bacteriën. Bacterie A is in de basische agar van kleur veranderd. In de basische agar zit een bepaalde stof met een gele kleur die in de bacterie kan gaan zitten en dan de bacterie een andere kleur geeft. Hierdoor wordt de witte kleur die de bacterie heeft een beetje verdrongen en komt de gele kleur er voor in de plaats. Zo kleurt de bacterie geel en worden de kolonies ook geel. Bacterie B heeft een bepaalde ph waarde nodig om te kunnen groeien. En deze bacterie kan niet goed tegen een zure ph, waardoor deze ook niet kunnen blijven leven. De endospore heeft het dus niet kunnen overleven, waardoor de bacterie ook niet meer is gaan groeien. Het DNA van de bacterie ontbrak. Hierdoor kan er geen bacterie gaan groeien. In het basi- 16

sche en neutrale milieu zitten bepaalde stoffen waar de endospore wel kan overleven. Hierdoor kunnen de bacteriën overleven en kolonies gaan vormen. Bacterie C kan in het zure milieu niet overleven. De endospore van de bacterie probeert wel te overleven, maar dit lukt niet. Dit komt omdat de ph te laag is, dus de omstandigheden zijn te zwaar. Bacterie C kan zich wel in het neutrale of basische milieu thuisvoelen en zichzelf delen. De endospore in het basische of neutrale milieu hoeft zich niet in de cyste te verstoppen, omdat de omgeving goed is om een bacterie te laten delen. De kleur geel komt weer doordat in een basische agar stoffen zitten die zorgen voor de kleur van de bacterie en die dus zichtbaar maakt. In het zure milieu kan de bacterie niet goed groeien, omdat de endospore niet tegen de zure omstandigheden kan. Hierdoor kan de endospore er niet voor zorgen dat er nog een bacteriën gaan groeien. Bacterie D is eigenlijk precies het tegenovergestelde van de andere bacteriën. In een zuur milieu kan de endospore van de bacterie zich wel goed tot stand houden, maar in een basisch of neutraal milieu minder. Dit komt doordat de endospore niet goed tegen een neutrale of basische stoffen kan. Hierdoor sneuvelen de bacteriën of ze worden juist zo vertraagd dat ze er langer overdoen om zich te uiten. Ze delen zich minder snel en dat zorgt er ook voor dat er minder kolonies te zien zijn. Ook hebben we gezien dat de bacteriekolonies geen vaste vormen aannemen. Bacteriekolonies delen zich ongericht en kris kras overal heen. Zo kunnen bacteriekolonies rare vormen aannemen en dat kunnen wij als mensen interpreteren als vormen die we erin kunnen herkennen, zoals een wolk of een rups. De kolonies doen dit niet bewust, de bacteriën groeien gewoon kris kras overal heen. Om even te kijken of deze verklaring overeenkomt met wat we in eerste instantie dachten, dan halen we onze hypothese erbij. In onze hypothese hebben we geschreven dat in het zure milieu er geen bacteriën zouden gaan groeien omdat er enzymen inzitten die de bacteriën af kunnen breken. Na ons onderzoek is gebleken dat er sommige bacteriën juist wel goed kunnen groeien in een zuur milieu en dat er ook bacteriën zijn die niet goed kunnen groeien in zuur milieu. Dit deel van de hypothese hebben we maar deels goed bekeken. Ook hebben we in onze hypothese geschreven dat er in het neutrale milieu wel alle bacterien gaan groeien. Dit bleek ook zo te zijn, alleen voor één bacterie niet. Die bacterie is niet gegroeid in een neutraal milieu. Dit deel van de hypothese hebben we dus ook maar deels goed. In onze hypothese stond ook dat in het basische milieu organismen de bacteriën bestrijden. Maar na het onderzoek zijn er wel een heleboel bacteriën gaan groeien in het basische milieu. Blijkbaar zijn er ook bacteriën die ook goed in het basische milieu kunnen leven. We hebben dit onderdeel van de hypothese dus niet goed geformuleerd. In onze hypothese hebben we ook geschreven dat er in de droge lucht geen tot weinig bacteriën zouden groeien, maar in het experiment zijn de Petri schaaltjes met de droge lucht (45%) wel goed gaan groeien, beter dan bij de vochtigere lucht (65%). Er zijn ook bij de voch- 17

tigere lucht veel bacteriën gegroeid, maar deze zijn minder snel gegroeid. Ook dit deel van de hypothese hebben we dus niet goed geformuleerd. Kortom, het onderzoek heeft heel anders uitgepakt dan dat wij in eerste instantie hadden gedacht door naar de kennis van de verschillende milieuomstandigheden te kijken. 4.3 Foutenbespreking 1. We hebben niet de ph waarde tussentijds van de Petri schaaltjes gemeten. Hierdoor weten we niet of de agar misschien wel van een ph 3 (dus een zuur milieu) naar een Ph 7 (neutraal milieu) is veranderd. De volgende keer moeten we meten of de ph tijdens de proef wel gelijk blijft. 2. We hebben de Petri schaaltjes niet onder een microscoop gehouden. Hierdoor zou het kunnen dat we bacteriën die te klein zijn met het blote oog niet gezien hebben. Misschien hebben we daarom bepaalde bacteriën niet gezien die er wel hadden kunnen groeien. 3. Luchtvochtigheid. We hadden eigenlijk een derde luchtvochtigheid nodig om beter de verschillen kunnen te zien. Nu hebben we alleen maar 45% en 65% luchtvochtigheid. De volgende keer moeten we een derde luchtvochtigheid hebben, zoals 85%. 4. Er zat een weekend tussen de eerste meet dag en de tweede meet dag. Hierdoor weten we niet wat er gebeurd is in de Petri schaaltjes in dat weekend. Misschien zijn hier dus wel bacterie gegroeid en weer verdwenen. 5. Onze proef duurde maar een week, maar na de resultaten gezien te hebben zagen we dat sommige bacteriën er langer over moesten doen om goed zichtbaar te worden door de deling. Volgende keer moeten we de proef een week langer uitvoeren. 4.4 Vervolgonderzoek De volgende keer dat we zo n experiment zullen gaan doen kunnen we kijken wat er gebeurt met de bacteriën als we ze in een andere bodem plaatsen. Nu hebben we agar gebruikt als voedingsbodem, maar de volgende keer kunnen we kijken of er ook een andere voedingsbodem mogelijk is voor de bacteriën. Zo kunnen we ook de pure stoffen erin leggen, zoals zoutzuur of natronloog, en dat verdunnen met water totdat de ph s 3, 5, 7, 9 en 11 zijn bereikt. Zo kunnen we kijken of de bacteriën niet alleen van de agar voedingsstoffen krijgen, maar ook in een ander milieu kunnen leven. 18

Hoofdstuk 5 Verantwoording 5.1 Bronvermelding Voor ons onderzoek hebben we de volgende bronnen gebruikt: - http://nl.wikipedia.org/wiki/bacterien - http://www.bioplek.org/animaties/celtotaal/bacterie.html - http://staff.science.uva.nl/~dcslob/lesbrieven/maarten/bacterien.html - http://nl.wikipedia.org/wiki/agar_(bindmiddel) - http://nl.wikipedia.org/wiki/agar - Biologie voor Jou VWO 5 Thema 1 - www.meneerspoor.nl 5.2 Logboek Hieronder kunt u zien wie, wat en wanneer wij aan het verslag hebben gewerkt. Wie Wat Hoelang 12 december 2013 19 december 2013 (ziek) 6 januari 2014 8 januari 2014 9 januari 2014 10 januari 2014 13 januari 2014 - Onderwerp bedacht - 1.2 + 1.3 gemaakt - 2.1 + 2.2 begonnen - 5 Petri schalen gemaakt (voorbereidingsproef) - 2.1 + 2.2 verder gegaan - Petri schalen bekeken - Nieuwe bacteriën in Petri schalen gedaan (voorbereidingsproef) - Agar gemaakt met verschillende ph - Petri schalen beschreven - Agar in Petri schalen gegoten 2,5 uur 2,5 uur - Bacteriën in Petri schalen geënt. - Bacteriën bekijken. 0,25 uur 0,25 uur - Bacteriën bekijken - Foto s maken 0,5 uur 0,5 uur 19

14 januari 2014 15 januari 2014 16 januari 2014 17 januari 2014 30 januari 2014 31 januari 2014 4 februari 2014 11 februari 2014 - Bacteriën bekijken - Foto s maken - Tabellen invullen - Bacteriën bekijken - Foto s maken - Tabellen invullen - Bacteriën bekijken - Foto s maken - Tabellen invullen - Petri schalen opruimen - Gebruikte spullen opruimen - Tabellen invullen - 2.1 en 2.2 bijwerken - 1.1 maken Rij-examen - 1.1 verder maken - 2.1 en 2.2 foto s erbij zetten. 0,25 uur 0,25 uur - Tabellen invullen 16 februari 2014 - Helft van de tabellen typen. 18 februari 2014 - Helft van de tabellen typen 23 februari 2014 24 februari 2014 25 februari - Samenvattingstabellen maken - 3.1 + 3.2 maken - Conclusies trekken - Verklaring maken - Foutenbespreking maken - Vervolgonderzoek bedenken - Hoofdstuk 4 opmaken - Hoofdstuk 5 maken 20

5.3 Reflectie Wij vonden het maken van deze opdracht hartstikke leuk! In deze opdracht konden wij het zeer groots aanpakken. Wij werden geïnspireerd door het eerste onderzoek dat wij in de klas hebben gedaan. Daar gingen we testen hoeveel bacteriën ergens groeiden. Wij wilden dit wat grootser aanpakken en we wilden weten hoe bacteriën in verschillende milieus leven. Dit vonden wij erg leuk om te doen, vooral omdat we met heel veel Petri schaaltjes aan het werk moesten gaan om dit onderzoek uit te voeren. De begeleiding voor deze opdracht vonden we erg goed, vooral ook omdat de TOA ons heel goed heeft geholpen met het maken van de agar en het gieten van de platen. Hij heeft ons ook alles verteld over de bacteriën en over alles wat we wilden onderzoeken. De begeleiding tijdens de proef vonden we daarom ook erg goed. Ook de uitleg tijdens het theoretische gedeelte van het onderzoek is goed begeleid door meneer Spoor, want hij heeft ons ook bepaalde verbeterpunten gegeven alvorens we met de proef waren begonnen. Ook onze samenwerking verliep vlekkeloos. We wisten allebei wat we wilden gaan onderzoeken en op welke manier we dat gingen doen. De taakverdeling was duidelijk en eerlijk. Onze eindconclusie is dat we met een goede ervaring terugkijken op deze opdracht. 21

Bijlagen In deze bijlagen staan alle tabellen van de Petri schalen. In hoofdstuk 3 staan de samenvattingstabellen, maar de complete waarnemingen staan in deze bijlagen. Ook in deze tabellen staan kryptische omschrijven. Zie voor de uitleg van de ingevulde waarnemingen, zie hoofdstuk 3. 2 13 1 14 2 grote wit 3 grote wit 4 grote wit 3 14 1 14 1 enorme wit 2 grote wit + 1 wit 1 enorme wit 4 15 1 14 1 grote wit 2 grote wit + 1 wit 1 enorme wit 5 16 1 14 1 grote geel + 6 wit 2 grote wit 1 enorme wit + 16 wit Niets 1 grote geel + 6 wit Niets 2 grote wit Niets 1 enorme wit + 16 wit Tabel B.1 Petrischaal: Bacterie A ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 XX 1 wit 1 wit 3 14 1 14 XX 1 enorme wit 2 wit 4 15 1 14 XX 1 enorme wit 1 grote wit 5 16 1 14 XX 1 enorme witte wolk 1 grote wit Niets Niets Niets 1 enorme witte wolk Niets 1 grote wit Tabel B.2 Petrischaal: Bacterie A ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 XX 1 grote witte wolk 1 grote witte wolk 3 14 1 14 2 witte vlekken 1 grote grijze vlek 3 witte vlekken 4 15 1 14 2 witte vlekken XX 1 grijze wolk 5 16 1 14 4 witte vlekken 3 witte vlekken XX Niets 4 witte vlekken Niets 3 witte vlekken Niets Niets Tabel B.3 Petrischaal: Bacterie A ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 22

2 13 1 14 XX 1 wit 1 grote geel 3 14 1 14 1 enorme wit 2 wit Spiegelei 4 15 1 14 1 grote witte maan 1 geel Spiegelei 5 16 1 14 1 grote witte wolk 1 wit wolkje Spiegelei Niets 1 grote witte wolk Niets 1 wit wolkje Niets spiegelei Tabel B.4 Petrischaal: Bacterie A ph 9 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 2 wit 7 wit XX 3 14 1 14 1 gele maan 3 wit + 1 grijs 3 wit + 1 grijs 4 15 1 14 1 gele maan + 1 wit 8 wit met grijze smily 1 enorme wit + 8 wit 5 16 1 14 1 gele maan + 1 witte wolk 5 wit 4 wit + 1 geel met staart Niets 1 gele maan + 1 witte wolk Niets 5 wit Niets 4 wit + 1 geel met staart Tabel B.5 Petrischaal: Bacterie A ph 11 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 XX 3 wit XX 5 16 1 14 XX 1 wit XX Niets Niets Niets 1 wit Niets Niets Tabel B.6 Petrischaal: Bacterie B ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 XX XX XX 5 16 1 14 XX XX XX Niets Niets Niets Niets Niets Niets Tabel B.7 Petrischaal: Bacterie B ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 23

2 13 1 14 2 gele maan 4 geel 1 geel + 2 gele streep 3 14 1 14 2 gele maan + 1 wit 3 geel waarvan 1 1 geel + 2 gele streep groot 4 15 1 14 3 gele maan 4 geel waarvan 1 1 geel + 2 gele streep groot 5 16 1 14 3 gele maan 1 lichtgeel huis 1 geel + 2 gele streep Niets 3 gele maan Niets 1 lichtgeel huis Niets 1 geel + 2 gele streep Tabel B.8 Petrischaal: Bacterie B ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 2 wit 1 grote geel 4 donker geel + 1 licht geel 3 14 1 14 1 witte maan + 1 wit 1 grote geel 4 donker geel + 1 grote licht geel 4 15 1 14 1 grote wit 1 grote geel 5 donker geel + 1 grote licht geel 5 16 1 14 1 wit in vorm van 10 1 grote geel 7 donker geel + 1 licht gele kroon Niets 1 witte 10 Niets 1 grote geel Niets 7 donker geel + 1 licht gele kroon Tabel B.9 Petrischaal: Bacterie B ph 9 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 2 gele manen 3 gele manen 2 witte manen 3 14 1 14 2 gele manen 3 gele manen 1 enorme witte maan 4 15 1 14 2 gele manen 3 gele manen 1 half rondje wit 5 16 1 14 1 gele maan + 1 geel 3 gele manen + 1 wit 5 wit groot Niets 1 gele maan + 1 geel Niets 3 gele maan + 1 wit Niets 5 wit groot Tabel B.10 Petrischaal: Bacterie B ph 11 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 24

2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 XX XX XX 5 16 1 14 XX XX XX Niets Niets Niets Niets Niets Niets Tabel B.11 Petrischaal: Bacterie C ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 XX XX XX 5 16 1 14 XX XX XX Niets Niets Niets Niets Niets Niets Tabel B.12 Petrischaal: Bacterie C ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 2 wit 15 wit verspreid 2 grote gele maan 3 14 1 14 3 witte maan 18 wit verspreid 2 grote gele maan 4 15 1 14 XX 19 wit verspreid 2 grote gele manen aan elkaar 5 16 1 14 XX 9 wit + 2 witte staven 2 groot donker geel Niets Niets Niets 9 wit + 2 witte staven Niets 2 groot donker geel Tabel B.13 Petrischaal: Bacterie C ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 3 witte maan 3 gele maan 1 grote + 1 kleine witte maan 3 14 1 14 4 witte maan 2 gele maan + grote witte vlek 1 grote + 1 kleine witte maan 4 15 1 14 3 witte maan 2 gele maan + witte vlek 1 extra grote + 1 enorme witte maan 5 16 1 14 3 witte maan 2 gele maan + 1 geel 1 grote wit + 1 witte maan Niets 3 witte maan Niets 2 gele maan + 1 geel Niets 1 grote wit + 1 witte maan Tabel B.14 Petrischaal: Bacterie C ph 9 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 25

2 13 1 14 3 wit 4 gele manen 3 witte manen 3 14 1 14 3 wit 4 gele manen 3 witte manen 4 15 1 14 2 geel 4 gele manen waarvan 3 grote witte manen 2 groot 5 16 1 14 2 geel 4 gele maan 3 grote gele manen Niets 2 geel Niets 4 gele maan Niets 3 grote gele manen Tabel B.15 Petrischaal: Bacterie C ph 11 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 2 grote wit 2 grote wit 2 grote wit 3 14 1 14 1 grote witte maan 2 grote wit 1 grote wit 4 15 1 14 1 grote witte maan 1 enorme wit 1 grote wit 5 16 1 14 1 grote witte maan 4 grote wit 1 enorme wit Niets grote witte maan Niets 4 grote wit Niets 1 enorme wit Tabel B.16 Petrischaal: Bacterie D ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 2 grote wit 3 wit 6 wit 3 14 1 14 1 extra grote wit 2 grote wit 6 grote wit 4 15 1 14 1 enorme grote wit 1 grote witte wolk 7 grote wit 5 16 1 14 1 enorme witte wolk 1 grote witte wolk 8 grote wit Niets enorme grote wit Niets grote witte wolk Niets 8 grote wit Tabel B.17 Petrischaal: Bacterie D ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 XX XX 4 grijs 3 14 1 14 XX XX 8 wit 4 15 1 14 XX XX XX 5 16 1 14 XX XX 3 witte wolken Niets Niets Niets Niets Niets 3 witte wolken Tabel B.18 Petrischaal: Bacterie D ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 26

2 13 1 14 XX 4 wit 3 wit 3 14 1 14 XX 6 wit 3 wit 4 15 1 14 XX 6 wit 3 wit 5 16 1 14 XX 3 geel 3 geel Niets Niets Niets 3 geel Niets 3 geel Tabel B.19 Petrischaal: Bacterie D ph 9 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 3 gele maan XX 3 wit + 3 geel 3 14 1 14 3 gele maan + 1 wit XX 3 wit + 4 geel 4 15 1 14 3 gele maan + 1 geel XX 6 geel 5 16 1 14 3 gele maan + 1 geel XX 1 gele maan + 3 geel Niets 3 gele maan + 1 geel Niets Niets Niets gele maan + 3 geel Tabel B.20 Petrischaal: Bacterie D ph 11 Luchtvochtigheidsomgeving: Kamer 2 13 1 14 XX 3 grote witte vlekken XX 3 14 1 14 XX 4 grote witte vlekken 1 extra grote grijze vlek 4 15 1 14 XX 2 enorme witte vlekken XX 5 16 1 14 XX 2 enorme witte vlekken XX Niets Niets Niets 2 enorme witte vlekken Niets Niets Tabel B.21 Petrischaal: Bacterie A ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 1 witte wolk XX XX 5 16 1 14 1 grote witte vlek XX XX Niets 1 grote witte vlek Niets Niets Niets Niets Tabel B.22 Petrischaal: Bacterie A ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 27

2 13 1 14 5 wit 2 wit XX 3 14 1 14 5 wit 3 wit XX 4 15 1 14 1 grote wit 3 wit XX 5 16 1 14 Spiegelei 7 grote witte ringen 1 grote witte wolk Niets spiegelei Niets 7 grote witte ringen Niets 1 grote witte wolk Tabel B.23 Petrischaal: Bacterie A ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX XX 3 gele en 7 witte vlekken 3 14 1 14 XX XX 2 gele, 5 witte en een grijze vlek 4 15 1 14 XX XX 8 gele vlekken 5 16 1 14 XX XX Een donker gele rups en 1 geel Niets Niets Niets Niets Niets Een donker gele rups en 1 geel Tabel B.24 Petrischaal: Bacterie A ph 9 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX 9 witte vlekken 9 witte vlekken 3 14 1 14 XX Een vierkant verdeeld in geel en grijs Een rups vormende vlek verdeeld in grijs en geel 4 15 1 14 1 kleine witte vlek 3 gele vlekken Een rups vormende vlek verdeeld in grijs en geel 5 16 1 14 XX Gele rups met donker groele kop Niets Niets Niets Gele rups met donker gele kop Een rups vormende vlek verdeeld in grijs en geel Niets Een rups vormende vlek verdeeld in grijs en geel Tabel B.25 Petrischaal: Bacterie A ph 11 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 28

2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 XX XX XX 5 16 1 14 XX 5 witte vlekken XX Niets Niets Niets 5 witte vlek Niets Niets Tabel B.26 Petrischaal: Bacterie B ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 XX XX XX 5 16 1 14 XX XX XX Niets Niets Niets Niets Niets Niets Tabel B.27 Petrischaal: Bacterie B ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX Een gele witte vlek plus grijze aanslag Een gele witte vlek plus grijze aanslag 3 14 1 14 XX Wit/ grijze worm en 1 witte vlek 5 gele vlekken en 2 witte wolken 4 15 1 14 XX Wit/ grijze worm en 1 witte vlek 5 gele vlekken en 2 witte wolken 5 16 1 14 XX 1 witte rups + vlek met een gele rand 2 witte rups + vlek met een gele rand Niets Niets Niets 1 witte rups + vlek met een gele rand Niets 2 witte rups + vlek met een gele rand Tabel B.28 Petrischaal: Bacterie B ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 29

2 13 1 14 Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Een vierkant verdeeld in licht en donker geel 3 gele vlekken 3 14 1 14 2 donker gele vlekken en 3 gele vlekken 4 15 1 14 Een vierkant verdeeld in licht en donker geel 5 16 1 14 Een vierkant verdeeld in licht gele en een donker gele vlek Niets Een vierkant verdeeld in licht gele en een donker gele vlek Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Niets Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Niets Een vierkant verdeeld in licht en donker geel Tabel B.29 Petrischaal: Bacterie B ph 9 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 8 gele vlekken 4 gele en 4 witte Een 3cm witte streng vlekken 3 14 1 14 Een gele met witte rups en 2 gele vlekken Een gele met witte rups en 5 gele vlekken Een witte rups 4 15 1 14 Een gele met witte rups en 3 gele vlekken 5 16 1 14 Een geel met witte rups en 4 gele vlekken Niets Een geel met witte rups en 4 vlekken Een gele met witte rups en 4 grote gele vlekken Een geel met witte rups en 2 grote gele vlekken Niets Een geel met witte rups en 2 grote gele vlekken Een extra grote witte rups Een enorme witte rups Niets Een enorme witte rups Tabel B.30 Petrischaal: Bacterie B ph 11 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 30

2 13 1 14 3 witte vlekken 6 witte vlekken XX 3 14 1 14 3 witte vlekken XX 3 witte vlekken 4 15 1 14 XX XX 3 witte vlekken 5 16 1 14 XX XX XX Niets Niets Niets Niets Niets Niets Tabel B.31 Petrischaal: Bacterie C ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX XX XX 3 14 1 14 XX XX XX 4 15 1 14 XX XX XX 5 16 1 14 XX XX XX Niets Niets Niets Niets Niets Niets Tabel B.32 Petrischaal: Bacterie C ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 Witte vlek Gele / witte vlek Witte vlek 3 14 1 14 Witte vlek Een rups vorm met Witte grote vlek een gele kop en staart 4 15 1 14 2 grote witte vlekken Een rups vorm met een gele kop en staart 1 grote witte vlek en 2 kleinere witte vlekken 5 16 1 14 Cobravorm met gele staart Niets Cobravorm met gele staart Een rups vorm met een gele kop en staart Niets Rups vorm met gele kop en staart Witte vlek met een lege vlek in het midden Niets Witte vlek met een lege vlek in het midden Tabel B.33 Petrischaal: Bacterie C ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 31

2 13 1 14 Een lange rups met Een lange rups met XX geel en wit geel en wit 3 14 1 14 Een lange witte rups Een lange rups met XX geel en wit 4 15 1 14 Lange witte rups Een lange rups met XX geel en wit 5 16 1 14 Lange witte rups met een gele kop Een lange rups met geel en wit 1 gele vlek Niets Lange witte rups met gele kop Niets Lange rups met geel en wit Niets 1 gele vlek Tabel B.34 Petrischaal: Bacterie C ph 9 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX 2 witte vierkanten 1 rechthoek met donker gele rand en witte inhoud 3 14 1 14 2 witte vlekken 2 witte vierkanten en 3 witte vlekken 1 rechthoek met een donker gele rand en witte inhoud 4 15 1 14 3 witte vlekken Grote witte vlek met een gele rand 5 16 1 14 4 gele vlekken Grote witte vlek met gele rand Niets 4 gele vlekken Niets Grote witte vlek met gele rand Enorm witte rups vorm met een gele rand Enorm witte rups vorm met een gele rand Niets Enorm witte rups vorm met gele rand Tabel B.35 Petrischaal: Bacterie C ph 11 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 32

2 13 1 14 Een witte vlek XX XX 3 14 1 14 4 witte vlekken XX XX 4 15 1 14 4 extra grote witte 6 witte vlekken XX vlekken 5 16 1 14 4 grote gele vlekken en 1 gele vlek XX XX Niets 4 grote gele vlekken en 1 gele vlek Niets Niets Niets Niets Tabel B.36 Petrischaal: Bacterie D ph 3 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX 1 Grote witte vlek XX 3 14 1 14 XX 3 grote witte vlekken XX 4 15 1 14 XX 3 grote witte vlekken XX 5 16 1 14 XX 1 grote witte wolk en 28 witten stipjes XX Niets Niets Niets 1 grote witte wolk en 28 witte stipjes Niets Niets Tabel B.37 Petrischaal: Bacterie D ph 5 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 2 13 1 14 XX XX 6 gele vlekken en 7 witte vlekken 3 14 1 14 XX XX 6 gele vlekken en 4 witte vlekken 4 15 1 14 XX XX 8 grote gele vlekken 5 16 1 14 XX XX 9 grote gele vlekken Niets Niets Niets Niets Niets 9 grote gele vlekken Tabel B.38 Petrischaal: Bacterie D ph 7 Luchtvochtigheidsomgeving: Stoof 33