Natuurtentoonstelling We gaan schilderijlijstjes maken. Knip elk een rechthoekige lijst uit een vel A4-papier. Daarna mag je jouw lijst versieren met kleurpotloden, verf, wascokrijt of ander materiaal. Als jullie daarmee klaar zijn, gaan we naar buiten. Jullie mogen elk op zoek naar een hele mooie plek in de natuur, waar je een mooi natuurschilderij kan maken. Heb je een mooie plek gevonden? Leg dan daar jouw lijstje neer of hang het op. Je kan hiervoor een wasknijper of punaise gebruiken. Is iedereen klaar? We gaan nu samen alle schilderijen uit jullie tentoonstelling bekijken. Bij jouw schilderij mag je de anderen vertellen waarom je deze plek hebt gekozen. Wat vind je er mooi aan of speciaal? De andere mogen vragen stellen. Haal daarna samen alle lijstjes weer weg. Haal eventuele punaises uit bomen. Gemeentelijk groen rond eigen locatie >2 Wit of gekleurd A4-papier (liefst dik, bijv. 120 grams) Kleurpotloden Verf Wascokrijt Wasknijpers Punaises 1
Afdruk van een boom Elke boom heeft een andere stam. Voel eens aan de stam van 2 verschillende bomen. Pak papier en krijt en zoek een mooie boom. Leg het papier tegen de stam. Wrijf met het krijt over het papier. Je hebt nu een afdruk van de boom. Doe het nu eens bij een andere boomsoort. Ziet de afdruk er nu anders uit? Papier Wascokrijt 2
Nestje maken Leggen alle dieren een ei? Welke dieren wel en welke dieren niet? Kijk eens goed naar de verschillende vogels, hoe maken zij een nest? Hoe doen andere dieren dat? Zoek nu met zijn allen naar takjes en blaadjes en maak samen een mooi nestje voor een vogel, zodat zij hier haar eieren kan leggen. >2 3
Kleur de grond De grond is grijs. De grond is saai. Zorgen jullie voor wat kleur? Pak een wit papier. Dit is de ondergrond voor je kunstwerk. Leg hem op de grond. Kleur hem in. Gebruik wat je wilt. Denk aan een blad, tak, zand, steen, gras en bloem. Maak er een echt kunstwerk van! Zijn jullie klaar? Geef je kunstwerk een naam en bekijk samen alle kunstwerken. A4-papier voor de kunstwerken Kleurpotloden Stiften Verf Spullen uit de natuur (bladeren, takjes, zand, gras, bloemen, etc.) 4
Hutten bouwen Bouw samen een hut! Begin met het zoeken van een goede plek, let hierbij natuurlijk op de ondergrond, de wind, en de omgevende bomen. Jullie gaan eerst in groepjes een plan maken. Willen jullie een hoge hut bouwen of een lage, een wigwam of boomhut? Welke materialen willen jullie gebruiken? Overleg met de leiding jullie plan. De hut moet niet te groot zijn, dat is koud. Stevige takken gebruiken als frame en natuurlijk ook geschikte bedekking zoals beukenbladeren. >2 Eventueel een zeil en een paar touwen Let wel op dat je geen levende planten en bomen gebruikt, maar alléén dingen van de grond raapt. Als je klaar bent, ruim dan alle niet-natuurlijk spullen op! 5
Fantasiewezens We gaan fantasiewezens maken. Dat zijn dieren die niet bestaan. Dieren die we zelf verzinnen! Eerst zoek je in het bos naar dingen uit de natuur die je kunt gebruiken voor jouw fantasiewezen. Zoek naar een lijf voor je dier, een goed hoofd, benen of vleugels. Heeft jouw dier een staart? Veren of een vacht? Binnen knutsel je jouw fantasiewezen in elkaar. Maak hem zo bijzonder mogelijk! Verzin een goede naam voor je dier. Bedenk wat hij eet, waar hij leeft en wat hij het liefste doet. Je mag van alles verzinnen en als je wilt, schrijf je het op. Lijm Posterbuddies Plakband 6
Maak je zeilbootje Zoek zo veel mogelijk bruikbare voorwerpen uit de natuur, en maak daarvan je eigen zeilbootje. Probeer verschillende kleuren en verschillende materialen te gebruiken! Hoe zorg je ervoor dat je zeilbootje blijft staan? En wat denk je, blijft jouw bootje ook echt drijven in water? Probeer het maar in de gootsteenbak of in een afwasteiltje. Eventueel een afwasteiltje Touw Schaar 7
Natuurparfum Alles in de natuur heeft haar eigen geur. Een parfum is gemaakt van allemaal geuren door elkaar. Maak in het eierdopje je eigen natuurparfum. Pers blaadjes, bloemetjes en bessen fijn. Doe er wat aarde bij of een beetje water. Je kunt je parfum ook een naam geven, bijvoorbeeld: bosluchtje of frisse ochtend. Eierdopje of limonadebeker 8
Schilderen met natuurverf Schilderen in de natuur is leuk! Helaas is er geen verf. Geen probleem! Met blaadjes, bloemen, besjes en aarde kun je ook schilderen. Wrijf het fijn op het kaartje. Wie maakt het mooiste natuurschilderij? Gebruik vooral dingen die op de grond liggen. Pluk zo min mogelijk. >2 A4-papier 9
Maak een foto Je werkt in tweetallen. Eén is de camera en de ander de fotograaf. De camera wordt voorzichtig en rustig met gesloten ogen rondgeleid door de fotograaf. De camera wordt zo neergezet dat bij het openen van de ogen een mooi beeld te zien is. De foto wordt gemaakt door 3 tot 5 seconden de ogen open te doen. Eén tikje op de schouder betekent ogen open, en twee tikjes ogen dicht. Maak in tien minuten zes tot 10 foto s. Probeer zo min mogelijk te praten zodat de camera alles onthoudt. Probeer ook eens ongewone foto s te maken, door een ander gezichtspunt te kiezen. Moet de camera op z n knieën, gaan liggen of op z n kop staan? Wissel vervolgens van rol. Aan het eind kan de mooiste foto worden afgedrukt door hem te tekenen. >2 Eventueel papier en potloden 10
Heksensoep Jullie gaan in groepjes van 3 tot 5 buiten op zoek naar 10 verschillende ingrediënten voor heksensoep! Let wel op dat je alleen natuurlijke spullen mag gebruiken die op de grond liggen. Dus niets plukken en geen afval gebruiken. Als iedereen wat spullen heeft gevonden, bekijk dan wat het is. Kennen jullie de naam van alles? Bedenk anders zelf een naam. Er moet ook, voordat de soep gemaakt gaat worden, een recept worden bedacht. Ga je de ingrediënten snijden, verkruimelen of pletten? In welke volgorde voeg je de ingrediënten toe? Moet je tussendoor roeren? Bedenk ook waar de soep voor bedoeld is, een liefdesdrankje of om zieken te genezen? Dan is het natuurlijk tijd om de soep echt te maken. Bedenk samen een goede toverspreuk! Denk er wel aan dat het soep is van planten en voorwerpen uit de natuur, dus niet echt proeven! >2 Bakje of echte pan Lepel om te roeren. Eventueel een snijplank en mes om te snijden, pletten, enz. 11
Bladermannetjes We gaan bladeren zoeken en daar mannetjes van maken. Buiten zoeken we mooie, droge bladeren, in allerlei kleuren en vormen. Een rond blad kan het hoofd zijn van een bladermannetje. Een heleboel smalle, lange bladeren zijn de armen en benen! Binnen pak je elk een wit papier en hierop plak je de bladeren tot je eigen bladermannetje. Of vrouwtje, natuurlijk! Groen in de omgeving Droge bladeren, wit papier, lijm 12
Bosvolkje Dit zijn poppetjes van Playmobil en Duplo. Zullen we ze omtoveren tot een bosvolkje? Jullie krijgen elk 1 poppetje. We gaan eerst buiten zoeken naar spullen die we kunnen gebruiken. Bladeren, eikeldopjes, beukennootjes, stelen van bladeren, mos. Op zoek naar een hoedje, een jasje of regencape en misschien wel schoenen voor jouw bospoppetje. Gebruik alleen materiaal van de grond, niets plukken! Binnen knutsel je je eigen bospopje. Probeer zo min mogelijk plakband te gebruiken. Steeltjes van een blad kun je ergens doorheen prikken. Gebruik de posterbuddies om een hoedje of schoenen vast te plakken aan je poppetje. Is iedereen klaar? We zetten alle bospoppetjes bij elkaar en vormen samen een echt bosvolkje! Groen in de omgeving Playmobil en Duplo poppetjes Posterbuddies Eventueel plakband 13
Regenconcert We gaan een regen concert maken en laten het daarmee binnen regen. Hoe begint deze regenbui? Hard, zacht? Deze keer beginnen we zachtjes. Tik maar zachtjes met je vingers op je boven benen. Nu wat harder en sneller. Gebruik nu je hele handen. Hé luister, het gaat wat minder hard regenen: maak het geluid weer zachter. Er barst nu een storm los. Stamp met je voeten, sla met je handen op je benen of je borstkas, maak zoveel mogelijk lawaai! >4 Noot: bouw de regenbui op, varieer in hard, zacht, snel, traag. 14
Natuurmobiel We gaan een natuurmobiel maken. Weten jullie hoe dat eruit ziet? Eerst gaan we buiten mooie dingen zoeken voor aan de mobiel. We nemen ook een paar niet al te dikke takjes mee om de basis te maken waar je de mooie natuurspullen straks aan kunt hangen. En als hij klaar is, kan je hem op je kamer hangen. Eventueel voorbeeld maken of plaatje laten zien. Touw Visdraad eventueel Lijm Lint Kraaltjes 15