Leerresultaten van FIIW Master in de biowetenschappen: land- en tuinbouwkunde (OLR)

Vergelijkbare documenten
Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document

Leerresultaten van FIIW. Master in de industriële wetenschappen: energie (OLR)

Nota. Leerresultaten van FIIW. Master in de industriële wetenschappen: chemie (OLR) Kennis en inzicht (MK)

DLR Domeinspecifieke Leerresultaten (DLR) van de Master in Industriële Wetenschappen: Elektronica ICT

Leerresultaten van FIIW Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde (OLR)

Nota. Leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document Vlaams Structuurdecreet (art 58): algemene niveaudescriptoren van bachelor en master

Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document. 30 juli 2013

De Raad van Bestuur van de VLUHR stelde via schriftelijke procedure van 1 juni 2012 volgende domeinspecifieke leerresultatenkaders vast:

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren

Competentie-invullingsmatrix

Secundair onderwijs - Tweede graad ASO/KSO/TSO - Natuurwetenschappen - Vakgebonden eindtermen

Competentie-invullingsmatrix

Competentie-invullingsmatrix. Master of Science in de industriële wetenschappen: informatica. Academiejaar

Nota. Leerresultaten en vormingsdoelen van FIIW. Bacheloropleiding in de biowetenschappen (OLR) Kennis en inzicht (K) Ingenieursvaardigheden (I)

INGENIEURSWETENSCHAPPEN

Eerste graad A-stroom

EINDTERMEN Bosbiotoopstudie

Eindtermen. voor de. Bacheloropleiding Bewegingswetenschappen. Faculteit der Medische Wetenschappen. Rijksuniversiteit Groningen

Examenprogramma natuur, leven en technologie vwo vanaf schooljaar

Examenprogramma scheikunde vwo

WISKUNDIGE TAALVAARDIGHEDEN

~ 1 ~ selecteren. (LPD 1,8,27) (LPD 13,22,23,27)

Examenprogramma scheikunde havo

Examenprogramma natuurkunde havo

Scheikunde inhouden (PO-havo/vwo): Schaal, verhouding en hoeveelheid

Natuurwetenschappelijke, wiskundige en technische vaardigheden (bètaprofielniveau)

Examenprogramma wiskunde D havo

Leerresultaten en vormingsdoelen van FIIW Master in de biowetenschappen: land- en tuinbouwkunde (OLR)

Curriculum mapping als wegwijzer voor docent en opleiding

Bachelorcompetenties Mastercompetenties Afstudeerrichtingspecifieke mastercompetenties

Vakoverschrijdende eindtermen die van toepassing zijn tijdens de klimaatexcursie

Examenprogramma natuur, leven en technologie vwo

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Evolutie

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren

Examenprogramma wiskunde D vwo

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 60

Voorkennis: C, basiskennis microprocessoren (bij voorkeur ARM7 processor)

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 160

1.a. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken om hen te ondersteunen bij het leren.

Postgraduaat RESEARCH VALORISATION IN ENGINEERING TECHNOLOGY

Postgraduaat Research Valorisation in Engineering Technology

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg

DOMEINBESCHRIJVING 27 MEI 2014 VOORLOPIG CONCEPT

Examenprogramma natuur, leven en technologie havo

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

Stagiair Promotor Coach Datum Kristof Vercaigne Guy Van Echelpoel Henk Van Aelst 17/03/2017. Niveau van de taak

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van het Eindexamenbesluit v.w.o.- h.a.v.o.- m.a.v.o.- v.b.o.

WISKUNDE D HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

Stagiair Promotor Coach Datum Kristof Vercaigne Guy Van Echelpoel Henk Van Aelst 31/03/2017. Niveau van de taak

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

De 6 Friesland College-competenties.

Nota. Leerresultaten en vormingsdoelen van FIIW. Master in de industriële wetenschappen: chemie. Kennis en inzicht (MK)

Leerlijn ICT VIJFDE LEERJAAR 1 Kennismaken - aanzetten - occasioneel opbouwen - regelmatig VERWERVEN - systematisch herhalen - verdiepen - verbreden -

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.

Bijlagen van het onderwijs- en Examenreglement van de bacheloropleiding Technische Bedrijfskunde

WISKUNDE D VWO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2016 V15.7.0

Taxanomie van Bloom en de kunst van het vragen stellen. Anouk Mulder verschil in talent

Biologie inhouden (PO-havo/vwo): Instandhouding

Stagiair Promotor Coach Datum. Tinne Van den Borne Paul Grietens (Ben Goemaere) Gino Van de Velde 01/03/2017. Niveau van de taak.

Examenprogramma natuurkunde vwo

verifieerbare feiten Verkeer, Logistiek en Intelligente Transportsystemen

Rijke Lessen. zetten je aan het denken. Handleiding(etje) Minka Dumont 26 november 2009 SLO - Landelijke Plusklasnetwerkdag

Competentie-invullingsmatrix

Bijlage bacheloropleiding Informatica

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

PTA scheikunde Belgisch park cohort

Reflectie 08 OLR/LR Omschrijving

Competentie niveaus HHS TIS opleiding Werktuigbouwkunde

Examenprogramma bedrijfseconomie en ondernemerschap vwo

DLR families Architectuur en Ingenieurswetenschappen Architectuur

A. MISSIE MEDIATRAINING B. VISIE MEDIATRAINING. GO! middenschool MIRA Loystraat Hamme

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Bijlagen bacheloropleidingen Wiskunde en Technische Wiskunde

Competentie-invullingsmatrix

Cognitieve interdisciplinaire vaardigheden in hoger onderwijs voor DO

Juridische kennis en professionele vaardigheden

FUNCTIEBESCHRIJVING. De deskundige communicatie werkt onder leiding van en rapporteert aan de gemeentesecretaris.

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten

Aansluiting op het actuele curriculum (2014)

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

OVERZICHT MODULES PAV

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Climate Clash. eindtermen

Functiebeschrijving MAATSCHAPPELIJK ASSISTENT NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B1-B3

ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN

SCHEIKUNDE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2020

Beoordeling Stage 2 Code: ST2

IN1. Nr Omschrijving 2,5j 3j 4j 5j 6j 7j 8j 9j 10j 11j

Functiebeschrijving DESKUNDIGE NOODPLANNING B1-B3

ECTS-fiche. Graduaat Sociaal-cultureel werk

Stagiair Promotor Coach Datum. Tinne Van den Borne Paul Grietens (Ben Goemaere) Gino Van de Velde 17/03/2017. Niveau van de taak.

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Functiebeschrijving PARAMEDICUS WOON EN LEEF BEGELEIDING BV1 BV3

Transcriptie:

FACULTEIT INDUSTRIËLE INGENIEURSWETENSCHAPPEN DECANAAT W. DE CROYLAAN 56 GEBOUW E BUS 2203 3001 HEVERLEE, BELGIË HEVERLEE 6 oktober 2016 Nota Leerresultaten van FIIW Master in de biowetenschappen: land- en tuinbouwkunde (OLR) Kennis en inzicht (MK) MK1 MK2 Wetenschappelijk-disciplinaire kennis en inzicht bezitten in het domein van de biowetenschappen Scientific-disciplinary knowledge and comprehension in the field of Bioengineering Technology Gevorderde kennis en inzicht hebben in multifunctionele en duurzame land- en tuinbouw, met aandacht voor actuele technologische ontwikkelingen. de wetenschappelijk-disciplinaire kennis afleiden of bewijzen en toepassen in de context van meer complexe problemen; in staat zijn zelfstandig een samenhang te vinden tussen de verschillende vakgebieden of hoofdstukken om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van wetenschappelijk en/of technologische kennis. Diepgang verwerven in minstens één van de volgende biowetenschappendisciplines: landbouwkunde, tuinbouwkunde, Animal Life en natuur & milieu Gaining in-depth knowledge and comprehension in at least one of the following disciplines in Agricultural and Horticultural Bioengineering Technology: Vegetable and Animal Production, Horticulture, Animal Life, Nature and Environment 1. Inzicht hebben in het actuele beleid en de actuele wetgeving inzake landbouw, tuinbouw, dierenmanagement, ruimtelijke ordening of leefmilieu. 2. Gevorderd inzicht hebben in de interacties tussen productieprocessen- en/of biosystemen, natuurlijke hulpbronnen en de socio-economische context. diepgaand inzicht hebben in het actuele beleid en de actuele wetgeving in het gekozen domein van de biowetenschappen; diepgaand inzicht hebben in de interacties tussen productieprocessen en/of biosystemen natuurlijke hulpbronnen en de socio-economische context. Ingenieursvaardigheden (MI) MI1 Problemen analyseren en oplossen Problem analysis and solving

1. Binnen zijn specialisme, de context waarin een probleem of vraag zich situeert, helder beschrijven en analyseren. 2. Binnen zijn specialisme, complexe problemen helder omschrijven, analyseren en indien nodig herleiden tot deelproblemen. 3. De verworven kennis van natuurwetenschappelijke principes aanwenden met het oog op het zelfstandig ontwikkelen van relevante toepassingsmogelijkheden. de context waarin een probleem of vraag zich situeert, helder beschrijven en analyseren; complexe problemen helder omschrijven en analyseren; complexe problemen indien nodig herleiden tot deelproblemen; kennis van natuurwetenschappelijke principes aanwenden met het oog op het zelfstandig ontwikkelen van relevante toepassingsmogelijkheden; zelfstandig logisch redeneren: waarom, wat-als, inductie, deductie of analogieredeneringen, foutieve redeneringen detecteren, enz.; analytisch denken, een systematische aanpak hebben en adequate vragen stellen tijdens het oplossen van complexe problemen. MI2 Ontwerpen en/of ontwikkelen Design and/or development 1. Toepassingsgerichte oplossingen ontwerpen met aandacht voor de concrete context. 2. Zelfstandig een toepassingsgericht ingenieursproject ontwerpen en/of ontwikkelen, plannen en uitvoeren. 3. De verworven kennis van natuurwetenschappelijke principes aanwenden met het oog op het zelfstandig ontwikkelen van relevante toepassingsmogelijkheden. zelfstandig een complex ontwerpprobleem formuleren; zelfstandig een creatief / innovatief plan, ontwerp, experiment, protocol opstellen en uitvoeren; zelfstandig ontwerpbeslissingen nemen en motiveren, rekening houdend met de opgelegde kwaliteitseisen en randvoorwaarden; zelfstandig gegevens doelmatig en op een wetenschappelijke manier verwerken en interpreteren (numerieke basisvaardigheden, dataverwerking en foutenanalyse); zelfstandig optimaliseren van het ontwerp; waar nodig andere disciplines betrekken bij (deelaspecten van) het eigen ontwerp; de tekorten van het eigen ontwerp inschatten en aangeven van de noden ter verdere optimalisatie / onderzoek; het ontwerp bijsturen ten gevolge van nieuwe inzichten. 2/6

MI3 MI4 MI5 Toepassingsgericht onderzoeken Application-oriented research Uitgaande van het verworven discipline-specifiek en vakoverschrijdend inzicht en rekening houdend met de context, zelfstandig een methodiek selecteren, aanpassen of desgevallend ontwikkelen. De student kan de methodiek motiveren, adequaat toepassen en de resultaten ervan wetenschappelijk verwerken. zelfstandig een complexe onderzoeksvraag formuleren; zelfstandig en met creativiteit een onderzoeksplan opstellen en uitvoeren; zelfstandig een onderzoeksmethode selecteren / ontwikkelen, rekening houdend met de opgelegde kwaliteitseisen en randvoorwaarden; zelfstandig gegevens doelmatig en op een wetenschappelijke manier verwerken en interpreteren (numerieke basisvaardigheden, dataverwerking en foutenanalyse); zelfstandig optimaliseren van de onderzoeksmethodiek; waar nodig andere disciplines en eerdere onderzoeksresultaten betrekken bij (deelaspecten van) het eigen onderzoek; de gekozen onderzoeksmethodiek motiveren; een besluit trekken uit eigen onderzoeksresultaten. Ethisch handelen Ethical behaviour Handelen met aandacht voor ethische, humane en duurzaamheidsaspecten. waardengericht te werk gaan in eigen onderzoek of ontwerp; aandacht hebben voor duurzaamheid op ecologisch en sociaal vlak; aandacht hebben voor de ethische, ergonomische, veiligheids-, gezondheids- en milieuaspecten; bewust zijn van de maatschappelijke rol van de ingenieur; toepassen van de wetenschappelijke praktijk (op de hoogte zijn van auteursrechten, resultaten waarheidsgetrouw documenteren, etc. ). Ondernemen Entrepreneurship 1. Bedrijfskundig en economisch inzicht hebben om een project in een ruimere context te situeren. 2. De basisprincipes van projectmanagement kennen. 3/6

de rol kennen van ondernemingen in de maatschappij en zich bewust zijn van de verantwoordelijkheid die een ondernemer draagt; inzicht hebben in de werking van ondernemingen en de rollen van een industrieel ingenieur binnen een onderneming; inzicht hebben in specifieke doelgroepen, hun mogelijkheden, noden en verwachtingen; selecteren en toepassen van bepaalde managementtechnieken binnen verschillende managementvormen (zoals bv. projectmanagement, productiebeleid, productmanagement, ); inzicht hebben in de processen binnen een onderneming die invloed hebben op de rendabiliteit en hoe deze eventueel bijgestuurd kunnen worden; initiatief nemen, kansen herkennen en/of actief opportuniteiten zoeken. Praktische vaardigheden (MP) MP1 Operationaliseren To make operational 1. Praktische discipline-eigen handelingen uitvoeren. 2. Gevorderde vaardigheden bezitten in de multifunctionele en duurzame land- en tuinbouw, met aandacht voor actuele technologische ontwikkelingen. zelfstandig praktische discipline-eigen handelingen uitvoeren; zelfstandig complexe processen / systemen / toestellen / installaties / experimenten selecteren, rekening houdend met de opgelegde kwaliteitseisen en randvoorwaarden; zelfstandig meet- en analyseapparatuur in bedrijf stellen, kalibreren en gebruiken met behulp van handleidingen; zelfstandig correct gebruik maken van discipline-eigen software; informatie verzamelen voor de optimalisatie van processen / systemen / toestellen / installaties / experimenten; zelfstandig gegevens verzamelen (met meettoestel) en verwerken; zelfstandig veiligheidsinformatie in de praktijk gebruiken. Generieke vaardigheden (MG) MG1 Informatie verwerven en verwerken Information gathering and processing Zelfstandig een literatuuronderzoek uitvoeren. De student kan relevante bronnen selecteren en de bronnen kritisch interpreteren. 4/6

doelgericht zelfstandig wetenschappelijke en technische informatie opzoeken; zelfstandig evalueren en verwerken van gevonden informatie; correct citeren en refereren. MG2 MG3 MG4 Communiceren met vakgenoten en niet-vakgenoten Communication with engineers and non-engineers 1. Schriftelijk en mondeling communiceren over zijn vakgebied in de opleidingstaal en de voor het specialisme relevante taal of talen. 2. Mondeling en schriftelijk communiceren met en presenteren aan vakgenoten en leken. doelgroepgericht schriftelijk (tekstueel en grafisch) communiceren met aandacht voor het correct hanteren van wetenschappelijke en discipline-eigen terminologie; doelgroepgericht mondeling communiceren met aandacht voor het correct hanteren van wetenschappelijke en discipline-eigen terminologie; communiceren in een voor de opleiding relevante tweede taal; debatten / presentaties / voordrachten kunnen voeren / geven in het vakgebied; resultaten van eigen onderzoek en ontwerp adequaat documenteren, zowel voor vakgenoten als voor niet-vakgenoten; resultaten van eigen onderzoek en ontwerp adequaat presenteren, zowel voor vakgenoten als voor niet-vakgenoten. Kritisch reflecteren Critical thinking 1. Het resultaat van een project kritisch evalueren en verbeterpunten aangeven. 2. Statistische methoden gebruiken om een complexe dataset te interpreteren en de resultaten ervan te vertalen naar de toepassing en om bruikbare informatie te extraheren uit onvolledige, tegenstrijdige of overbodige gegevens. zelfstandig kritisch reflecteren over het eigen functioneren / tekorten; zelfstandig kritisch reflecteren over gebruikte theorieën, modellen en zelf bekomen resultaten (grootteordes, reflectie op foutenanalyse, sterkte-zwakte analyse van het ontwerp ); een keuze maken en kritisch verantwoorden; zelfstandig kritisch omgaan met tegenstrijdige bronnen; een beredeneerd oordeel vormen in het geval van incomplete en irrelevante data rekening houdend met de oorsprong van de data. Samenwerken in team in verschillende rollen 5/6

Working in a team in different roles 1. Functioneren in een inter- en multidisciplinair team. 2. Functioneren als beginnend leidinggevende. 3. Functioneren in een internationale of interculturele omgeving. samenwerken in een inter- of multidisciplinair team; medeverantwoordelijkheid opnemen voor het bepalen en behalen van de doelstellingen, en/of in staat zijn hierbij een leidende rol op te nemen; delegeren; samenwerken in een internationale of interculturele omgeving. MG5 Professionaliteit Professionalism Een professionele houding en de attitude van levenslang leren aannemen. blijk geven van nieuwsgierigheid en bereid zijn zich via zelfstudie bij te scholen; drive en doorzettingsvermogen; stiptheid, afspraken nakomen, deadlines respecteren; nauwkeurig werken; objectief en loyaal handelen; inzicht hebben in de menselijke interactie op het werk, zoals inzicht in leiding geven, motiveren van medewerkers, teamwerking, functioneringsgesprekken en beoordelen, sociale relaties (overleg, participatie en conflictmanagement, informatie en communicatie, efficiënt vergaderen). 6/6