Landelijke Kwalificaties MBO

Vergelijkbare documenten
Landelijke Kwalificaties MBO

Landelijke Kwalificaties MBO. Doktersassistent. Dossiercode: -

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

1. Algemene informatie over de kwalificatie. A. Functienaam Wellnessmasseur (NGS) 1

Kwalificatieprofiel NGS Wellnessmasseur

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Keuzedeel mbo. Triage. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0289

T: Instructies en procedures opvolgen. 1.2.Bereidt de uitvoering

Kwalificatieprofiel NGS Sportmasseur

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk

Geneesmiddelenkennis

Kerntaak 1: Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Landelijke Kwalificaties MBO. Doktersassistent

1. Algemene informatie over de kwalificatie. A. Functienaam Sportmasseur (NGS) 1

Competentieprofiel beoordelaar

Beroepscompetentieprofiel. Basismedewerker interieurtextiel

Landelijke Kwalificaties MBO. Tandartsassistent

Kerntaak 3 opleiding doktersassistent: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

Zorginnovaties en technologie

Landelijke Kwalificaties MBO. Tandartsassistent

Talentcoach Kwalificatieprofiel

Academie voor Sportkader. Kwalificatieprofiel Wedstrijdadministratie (Official 2)

1. Algemene informatie over kwalificatie

gestructureerd activiteitenprogramma, zodat dit goed leesbaar en hanteerbaar is.

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

Eisen mbo-certificaat. Ondersteuning thuis

VOORTGANGSRAPPORTAGE Onderwijsassistent (93500) BOL Verdiepingsfase OAS volgens het Kwalificatiedossier 2013.

CMV volleybaltrainer 2

1. Algemene informatie over kwalificatie

Veranderdocument Kwalificatiedossier Mbo-Verpleegkundige ten opzichte van VP

2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*

APOTHEKERSASSISTENT (niveau 4) KENNISCENTRUM VOOR LEREN IN DE PRAKTIJK IN ZORG, WELZIJN EN SPORT

Communiceren met de doelgroep voor OA en PW Kinderopvang

1. Algemene informatie over kwalificatie

Algemene informatie over kwalificatie

Verdieping sociale zekerheid

Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Praktijkopleider

1. Algemene informatie over kwalificatie

Kwalificatieprofiel Squash Trainer 2

Beoordelingsformulieren BPV

Landelijke Kwalificaties MBO. Tandartsassistent

Landelijke Kwalificaties MBO. Tandartsassistent

SHL competenties Definities Componenten

Functieprofiel doktersassistent(e)

Functiebeschrijving Kraamverzorgende

Landelijke Kwalificaties MBO. DTP-er

PVB 3.4 Aansturen van sportkader

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Kwalificatieprofiel Schaatsbegeleider niveau 1

Kerntaak 1: Ontwerpt producten of systemen

Kerntaak B1-K1: Voert dienstverlenende werkzaamheden uit

Assisteren bij zorg en welzijn

Competenties. KBB-competentiemodel

OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE BEROEPSTAAK D, DEEL 7

Landelijke Kwalificaties MBO

Landelijke Kwalificaties MBO. Tandartsassistent

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Beroepsprestatie 1.5 Zorg voor veiligheid in onverwachte situaties.

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Gevorderd

Specifieke doelgroepen DA

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

Landelijke Kwalificaties MBO. DTP-er

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Medisch technische handelingen

OPLEIDING ZORGHULP TOETS BEROEPSOPDRACHT

VOORTGANGSRAPPORTAGE PRAKTIJK KINDEROPVANG BBL vlg het Kwalificatiedossier 2011

1. Opstellen van een activiteitenprogramma en plan van aanpak 2. Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de jongere

Beroepscompetentieprofiel. Productiebegeleider mode

Kwalificaties voor competentiegericht beroepsonderwijs

Een verslag van coachende begeleidingsgesprekken met een klasgenoot over de leerdoelen en leerpunten tijdens de stage.

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Eindbeoordelingsformulier (Applicatieontwikkelaar 4)

Technisch Oogheelkundig Assistent

Trajectlijn keuzedeel Zorg en Technologie Code K SBU - niveau 3 Gekoppeld aan Verzorgende- IG (3) en Maatschappelijke Zorg (3)

Landelijke Kwalificaties MBO. DTP-er

Leren, loopbaan en burgerschap

Het gaat om de volgende formulieren: Beroepshouding Tussenbeoordeling. Beroepshouding Eindbeoordeling. Eindresultaat BPV. Werkprocesformulieren

Veranderdocument Kwalificatiedossier Verzorgende-IG ten opzichte van dossier Verzorgende-IG

Bereiden en aseptisch handelen

Landelijke Kwalificaties MBO. Apothekersassistent

Digitale vaardigheden basis

Assistent medewerker voedsel en leefomgeving

Opleidingsgebied ICT. Niveau Beginnend *zie omschrijving beoordelingscriteria Gevorderd* Bekwaam* Werkproces(sen) Beoordeling* 1 e 2 e eind

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Assistent medewerker voedsel en leefomgeving

Spelenderwijs begeleiden bij ingrijpende levensgebeurtenissen

Assisteren bij Sport en Recreatie

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Doktersassistent. Werkversie /6 Doktersassistent v0.1

proeven bij fase: certificeren

Deelkwalificatie van Leider Sportieve Recreatie niveau 2

Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving

1. Opstellen van een plan van aanpak 2. Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Startbekwaam

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk BOL Leerjaar 3 Praktijk

PVB 3.4 Aansturen van sportkader

Kwalificatieprofiel Allround Wandelsport Instructeur 3

Transcriptie:

Landelijke Kwalificaties MBO Sector: Assisterenden gezondheidszorg Branche: Gezondheidszorg Beroepengroep: Doktersassistent Versie 2007-2008 Doktersassistent versie 2007-2008

Inhoudsopgave Inleiding... 3 Deel A: Beeld van de beroepengroep... 4 Deel B: De kwalificaties... 7 1. Inleiding... 7 2. Algemene informatie... 7 2.1 Colofon... 7 2.2 Formele vereisten... 8 2.3 Typering Beroepengroep... 9 2.4 Loopbaanperspectief... 10 2.5 Trends en innovaties... 11 3. Overzicht van het kwalificatiedossier... 13 4. Beschrijving van de uitstromen... 14 4.1 Doktersassistent... 15 5. Beschrijving van de kerntaken... 19 5.1 Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies... 19 5.2 Kerntaak 2 Bijdragen aan medische zorg... 21 6. Totaal overzicht proces-competentie-matrices... 24 6.1 Proces-competentie-matrix kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies... 25 6.2 Proces-competentie-matrix kerntaak 2 Bijdragen aan medische zorg... 26 Deel C: Uitwerking van de kwalificaties... 28 1. Inleiding... 28 2.1 Doktersassistent... 28 3. Certificeerbare eenheden... 55 Deel D: Verantwoording... 56 1. Inleiding... 56 2. Proces- en inhoudsinformatie... 57 2.1 Betrokkenen... 57 2.2 Verwantschap... 57 2.3 Vertaling beroepscompetentieprofielen in kwalificatiedossier... 60 2.4 Discussiepunten... 60 3. Ontwikkel- en onderhoudsperspectief... 63 Doktersassistent versie 2007-2008 2

Inleiding Voor u ligt het kwalificatiedossier doktersassistent. Dit dossier bestaat uit een aantal onderdelen. In deel A wordt voor alle geïnteresseerden een korte omschrijving gegeven van de beroepengroep en de taken die de beroepsbeoefenaar zoal uitvoert en de competenties die zij daarbij nodig heeft. In deel B, de kwalificaties, worden op hoofdlijnen de diploma-eisen beschreven. Deze eisen geven samen weer wat de gediplomeerde moet kunnen als zij op de arbeidsmarkt start. Deze diploma-eisen worden vastgesteld door de minister van OCW/LNV en vormen daarmee de wettelijke basis voor de instellingen om het onderwijs vorm te geven en voor de inspectie en KCE voor het toezicht hierop. In deel C wordt een uitwerking gegeven aan hetgeen in deel B is gesteld. Deel C is zowel inhoudelijk als methodologisch aan deel B gekoppeld, er is een 1-1 relatie tussen respectievelijk de kerntaken, de proces-competentie-matrices en de daarin opgenomen werkprocessen, de certificeerbare eenheden met deze entiteiten in deel C. Deel C is vastgesteld door het bestuur van het kenniscentrum op advies van de paritaire commissie. In deel D wordt verantwoording afgelegd over de totstandkoming van dit kwalificatiedossier. Ook vindt u hier de verwijzingen naar het voor dit dossier relevante bronnenmateriaal. Hieronder vindt u de grafische weergave van de relaties tussen de verschillende elementen van dit kwalificatiedossier. dossier beeld van beroep alg. / spec. informatie typering trends / innovatie uitstroom (diploma) verantwoording kerntaak diploma eisen certificeerb. eenheden deel A deel B proces competentie matrix vaste lijst competenties deel D werk proces resultaat competentie = heeft nul of meerdere deel C gedrags componenten prestatie indicator vakkennis vaardigheden Doktersassistent versie 2007-2008 3

Deel A: Beeld van de beroepengroep DOKTERSASSISTENT Jouw sector Je werkt in de sector gezondheidszorg, in één van de branches zoals de huisartsenpraktijk, sociale gezondheidszorg en de jeugdgezondheidszorg. Jouw baan Met jouw opleiding kun je in allerlei praktijken en omgevingen aan de slag. Bijvoorbeeld bij een huisartsenpost, de polikliniek, bloedtransfusiediensten, laboratoria en verpleeghuizen. Je richt je voornamelijk op het te woord staan van de zorgvrager en draagt zorg voor het goed behandelen van de zorgvraag, je assisteert de behandelaar. Jouw werk Je ondersteunt de behandelaar bij het voorbereiden, uitvoeren en afronden van medische behandelingen zodat deze efficiënt en effectief kunnen worden uitgevoerd. Je zorgt voor de intake, voorlichting en advisering van de zorgvrager, levert een bijdrage aan de medische zorg en houdt je bezig met de praktijkvoering. Je voert veel werkzaamheden zelfstandig uit. Je bent verantwoordelijk voor een deel van de organisatie van de artsenpraktijk. Je neemt complexe beslissingen en overlegt bij twijfel met de behandelaar of je leidinggevende. Je voert ook zelfstandig medische deelhandelingen uit binnen de geldende wet- en regelgeving, zoals: Onderzoeken uitvoeren, bijvoorbeeld: meten van bloeddruk, ECG; Laboratoriumbepalingen uitvoeren, zoals: urine-onderzoek verrichten met behulp van sticks, zwangerschapsbepaling, bepaling HB-, bloedsuiker-, cholesterolgehalte; Voorbehouden handelingen uitvoeren in opdracht van de behandelaar, zoals injecteren. Voorlichting en advies geven aan de zorgvrager. Je taken variëren van gemiddeld tot moeilijk. Extra complicerende factoren zijn: De diversiteit van de doelgroep (naar demografische, sociale en/of culturele achtergrond en bekendheid met medisch zorgaanbod); De zorgvuldigheid en nauwkeurigheid waarmee je moet doorvragen en de risico s die verbonden zijn aan de aard van en de urgentie van de te kiezen vervolgstap; De grote verscheidenheid aan zorgvragen (en de aard van de vragen) en zorgvragers (en hun gedrag); De risico s die verbonden zijn met het verkeerd geven en/of opvolgen van voorlichting/advies; De noodzaak snel te kunnen schakelen tussen taken in situaties van werkdruk in combinatie met de vereiste nauwkeurigheid en hygiëne; De risico s die verbonden zijn aan het uitvoeren van en assisteren bij medischtechnische handelingen voor de zorgdrager, de behandelaar en de assistent. Ook in situaties waar de werkdruk hoog is of waar zich complicaties voordoen. Doktersassistent versie 2007-2008 4

Jouw kwaliteiten Je beschikt over inlevingsvermogen en een open, consciëntieuze, hulpvaardige, professionele, doelgerichte en communicatieve houding. Je kunt goed met druk omgaan en bent kritisch en communicatief. Je beroepshouding wordt gekenmerkt door deskundigheid, inlevingsvermogen, doelgerichtheid, gastvrijheid en klantgerichtheid. Je bent representatief en gaat respectvol om met zorgvragers. Jouw toekomst Veel doktersassistenten maken gebruik van nascholingscursussen. Hiernaast kunnen doktersassistenten vrijstelling krijgen als doorstromen naar andere mbo-opleidingen zoals apothekersassistent, tandartsassistent, technisch oogheelkundig assistent, mboverpleegkundige en SAW-4 opleidingen. Horizontale loopbaanmogelijkheden zijn mogelijk als je overstapt naar een andere (type) organisatie. Op Hbo-niveau zijn twee specialisaties mogelijk. Dit zijn de zorginhoudelijke specialisatie en de specialisatie naar organisatie en management. Met deze specialisaties kun je een loopbaanstap maken naar bijvoorbeeld de functie van praktijkondersteuner, specialistisch assistent of leidinggevende. Doktersassistent versie 2007-2008 5

GEZONDHEIDSZORG Kwalificatiestructuur Assisterenden Gezondheidszorg (AG) Niveau 4 Apothekersassistent Doktersassistent Tandartsassistent 3 2 1 Doktersassistent versie 2007-2008 6

Deel B: De kwalificaties 1. Inleiding Voor u ligt Deel B van het kwalificatiedossier Doktersassistent. In dit deel worden op hoofdlijnen de diploma-eisen beschreven voor: (i) Doktersassistent 2. Algemene informatie 2.1 Colofon Onder regie van Ontwikkeld door Verantwoording OVDB, kenniscentrum voor leren in de praktijk in de sectoren Gezondheidszorg, Welzijn, Sport en Dienstverlening. Kenniscentrum OVDB Vastgesteld door: Het bestuur van OVDB op advies van de paritaire commissie beroepsonderwijs bedrijfsleven van OVDB. Op 12 december 2006 Te Bunnik Doktersassistent versie 2007-2008 7

2.2 Formele vereisten Diploma(s) Doktersassistent, niveau 4 In- en doorstroomrechten Certificeerbare eenheden Wettelijke beroepsvereisten Branche vereisten Voor instroom- en doorstroomrechten worden de wettelijke bepalingen aangehouden zoals vermeld in: - de Doorstroomregeling VMBO-Beroepsonderwijs (ministerie van OCW, 2003) - WEB; Wet educatie en beroepsonderwijs (Staatsblad 501, 31 oktober 1995) - WHW: Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, stb. 1992, 593) Voor dit kwalificatiedossier zijn geen Certificeerbare eenheden vastgesteld. nee ja nee ja Bron- en referentiedocumenten - In dit kwalificatiedossier is gebruik gemaakt van het referentiedocument (Moderne) Vreemde talen en Nederlands, juni 2004. - Onlosmakelijk met dit kwalificatiedossier verbonden is het Brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap, september 2006. De kwalificatie-eisen die in dit brondocument worden beschreven vormen samen met de diplomavereisten in dit kwalificatiedossier de wettelijke basis voor het onderwijs. Het brondocument is te vinden op www.coördinatiepunt.nl - De volgende BCP s vormen de basis voor dit dossier: o Beroepsprofiel Doktersassistent, NVDA, 24 juni 2004 Doktersassistent versie 2007-2008 8

2.3 Typering Beroepengroep De doktersassistent is werkzaam in diverse typen organisaties, zoals de (solo en groeps-) huisartsenpraktijk, huisartsenpost, polikliniek, sociale gezondheidszorg (bv. Arbo-diensten) en de Jeugdgezondheidszorg, bloedtransfusiediensten, laboratoria en verpleeghuizen. Zij* voert haar werkzaamheden uit in opdracht van de behandelaar en in voorkomende gevallen ook voor praktijkondersteuners, verpleegkundigen en/of anderen. Daarbij heeft ze een eigen, herkenbare bijdrage in de individuele gezondheidszorg. De doktersassistent draagt zorg voor de intake, voorlichting en advisering van de zorgvrager, levert een bijdrage aan de medische zorg en houdt zich bezig met de praktijkvoering. De essentie is het helder krijgen van de zorgvraag, (zelfstandig) handelen en adviseren conform protocollen en het scheppen van randvoorwaarden zodat de behandelaar efficiënt en effectief de zorgvrager kan helpen/behandelen. De doktersassistent functioneert in grote mate zelfstandig, al dan niet in teamverband. Zij is verantwoordelijk voor haar eigen werk en de continuïteit van het werkproces. Zij voert haar werkzaamheden uit volgens professionele richtlijnen, protocollen en richtlijnen van de organisatie. Ze neemt zelfstandig beslissingen waarbij de overwegingen complex zijn en de mogelijke gevolgen onduidelijk. Ze kan haar mening beargumenteren. Bij twijfel overlegt ze met de behandelaar, leidinggevende en/of collega s. De doktersassistent is in staat haar eigen bekwaamheid te beoordelen en op basis daarvan te handelen. Voorbehouden handelingen voert zij in opdracht van de behandelaar uit. * Er bestaat in het Nederlands een dilemma als het gaat over het gebruik van woorden die als mannelijk en vrouwelijk geïnterpreteerd kunnen worden. We zouden consequent kunnen werken met 'hij/zij' en 'zijn/haar', maar dat geeft een gedwongenheid die wij stilistisch niet verantwoord vinden. De personen die in dit stuk de handelingen verrichten of beschreven worden, kunnen in onze optiek net zo goed mannen zijn als vrouwen Doktersassistent versie 2007-2008 9

2.4 Loopbaanperspectief De opleiding tot doktersassistent is een Mbo-opleiding (niveau 4) en is een basisopleiding om te kunnen werken in alle typen organisaties waar doktersassistenten werkzaam kunnen zijn. Doktersassistenten zijn vooral werkzaam bij de (solo en groeps-) huisartsenpraktijk, huisartsenpost, polikliniek, sociale gezondheidszorg (bv. Arbo-diensten) en de Jeugdgezondheidszorg. In mindere mate werken de doktersassistenten ook bij bloedtransfusiediensten, laboratoria en verpleeghuizen. Er is op dit moment onvoldoende informatie beschikbaar over het loopbaanperspectief van de doktersassistent. Mede door de ontwikkelingen waar het beroep mee te maken heeft, maken veel doktersassistenten gebruik van bij- en nascholingscursussen. Doktersassistentes die werken in huisartsenposten moeten verplicht bijscholing volgen voor het uitvoeren van triage. De gediplomeerde doktersassistent kan vrijstellingen krijgen voor onderdelen van andere mboopleidingen op niveau 4, zoals Tandartsassistent, Apothekersassistent, Verpleegkundige, Technisch oogheelkundig Assistent. De doktersassistent heeft verschillende loopbaanmogelijkheden. Horizontale loopbaanmogelijkheden zijn mogelijk als de doktersassistent overstapt naar een andere (type) organisatie. In de onderzoeksrapportage The only way out is together (NVDA, 2003) worden twee mogelijke specialisaties voor het maken van een verticale loopbaanstap genoemd. Dit zijn de zorginhoudelijke specialisatie en de specialisatie naar organisatie en management. Beide varianten zijn op Hbo-niveau. De doktersassistent kan een verticale loopbaanstap maken naar bijvoorbeeld de functie van praktijkondersteuner, praktijkmanager, specialistisch assistent of leidinggevende. De benaming en de invulling van de functie is afhankelijk van het type organisatie. Doktersassistent versie 2007-2008 10

2.5 Trends en innovaties Hieronder worden enkele, voor de in dit kwalificatiedossier beschreven beroepen relevante ontwikkelingen beschreven. Het gaat hierbij om ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en de beroepspraktijkvorming, ontwikkelingen in wetgeving en overheidsregulering en ontwikkelingen in de beroepsuitoefening zelf (b.v. technologische veranderingen of marktontwikkelingen in de sector). Deze ontwikkelingen worden beschreven om instellingen daarmee de mogelijkheid te bieden in de opleiding al rekening te houden met toekomstige veranderingen in de beroepsuitoefening. Arbeidsmarkt en Beroepspraktijkvorming Wetgeving en regelgeving Wanneer we kijken naar het aantal geregistreerde BPVplaatsen in het register van de OVDB en de behoefte aan BPV-plaatsen op basis van het huidig aantal leerlingen in de opleiding, dan is er sprake van voldoende aanbod. Daarbij wordt er vanuit gegaan dat alle geregistreerde leerplaatsen ook daadwerkelijk benut kunnen worden. Informatie over de arbeidsmarktbehoefte in relatie tot het aantal doktersassistenten dat wordt opgeleid ontbreekt. De arbeidsmarktpositie van doktersassistenten verschilt per regio. De verwachting is dat de arbeidsmarkt voor doktersassistenten de komende jaren ongeveer gelijk zal blijven. Wel kan geconcludeerd worden dat er, gezien het aantal geregistreerde BPV-plaatsen, meer deelnemers opgeleid zouden kunnen worden dan nu het geval is. De invloed van veranderingen in wetgeving is groot. De veranderingen in de sociale wetgeving hebben veel gevolgen voor het werk van de doktersassistent. De behoefte aan voorlichting over de veranderingen is groot. Zorgvragers uiten hun onrust tegen de doktersassistent en vragen om brieven, machtigingen en bemiddeling. De veranderingen in de privacywetgeving en de invoering van de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) hebben invloed gehad op de werkwijze van de doktersassistent. De doktersassistent moet weten wanneer en aan wie ze wel en niet informatie moet geven, i.v.m. het informatierecht en het recht op privacy van de zorgvrager. De invoering van de Wet BIG heeft gevolgen gehad voor de verantwoordelijkheid en de civielrechtelijke aansprakelijkheid van de doktersassistent. Het beroep doktersassistent wordt tot nu toe niet expliciet geregeld in de Wet BIG. De doktersassistent oefent echter wel een beroep uit op het gebied van de individuele gezondheidszorg en valt dus onder de werking van de wet BIG. Op dit moment is er nog geen specifieke beroepscode voor de doktersassistent beschikbaar. De doktersassistent dient zich aan de geheimhoudingsplicht te houden. Doktersassistent versie 2007-2008 11

Ontwikkelingen in de beroepsuitoefening Verwacht wordt dat een aantal ontwikkelingen leidt tot een toenemende zorgvraag. Dit komt onder andere door: - vergrijzing en diversiteit van de bevolking; - veranderingen in levensstijl, kenmerken en ziektebeleving van de zorgvrager; - de mondigheid neemt toe; - behoefte aan voorlichting. Voor de doktersassistent betekent de toenemende zorgvraag meer werkdruk. Het beheren van de agenda van de behandelaar is ook onder grotere druk komen te staan. De planning van het werk is ingewikkelder geworden en triage is een belangrijkere taak geworden van de doktersassistent. Er vindt taakverschuiving en functiedifferentiatie plaats. De doktersassistent neemt meer taken op zich. Deze ontwikkeling gaat samen met de toegenomen professionalisering van de doktersassistenten. De beeldvorming over de deskundigheid van de doktersassistent is verbeterd. De doktersassistent moet openstaan voor alle ontwikkelingen en hierop inspelen door deskundigheidsbevordering. ICT en medische technologie: Er vinden snelle ontwikkelingen plaats in het gebruik van ICT en medische technologie. Dit heeft consequenties voor diagnostiek, behandeling en informatie-uitwisseling. Voorbeelden zijn het elektronisch patientendossier dossier en elektronische informatiesystemen. De doktersassistent moet zich op de hoogte stellen van nieuwe medische onderzoeksmethoden en moet op haar beurt ook meer uitleg geven aan zorgvragers over de nieuwe methoden. Van solo naar samenwerking: De doktersassistent werkt steeds minder vaak met één behandelaar samen. In toenemende mate functioneert zij in een team van doktersassistenten, praktijkondersteuners, artsen en andere hulpverleners. De toename van de werkbelasting heeft ertoe geleid dat behandelaars de werkzaamheden grootschaliger organiseren. Doktersassistent versie 2007-2008 12

3. Overzicht van het kwalificatiedossier Een kwalificatiedossier kan één of meerdere uitstromen bevatten. Met behulp van onderstaande matrix wordt, door te markeren welke kerntaken en werkprocessen de verschillende uitstromen gemeen hebben, duidelijk gemaakt waar de verwantschap tussen de verschillende uitstromen zich bevindt en waar uitstromen van elkaar verschillen. Indien een dossier slechts 1 uitstroom bevat, wordt in deze matrix alleen het overzicht gegeven van de kerntaken en werkprocessen die bij deze uitstroom horen. Kerntaak 1. Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies. Werkproces 1. Staat de zorgvrager te woord en kanaliseert de zorgvraag. Uitstroom doktersassistent X 2. Geeft voorlichting en advies X 2. Bijdragen aan medische zorg. 1. Maakt de behandelruimte, materialen en middelen gereed voor behandeling. 2. Assisteert de behandelaar bij de medische handeling. 3. Voert medisch-technische (deel)handelingen zelfstandig uit. X X X 4. Begeleidt en informeert de zorgvrager. X 3. Zorgdragen voor de praktijkvoering. 5. Registreert de gegevens inzake de medische zorg. 1. Plant en organiseert de dagelijkse gang van zaken. 2. Zorgt ervoor dat middelen en materialen aanwezig en gebruiksklaar zijn. 3. Voert de administratie van de artsenpraktijk. X X X X Doktersassistent versie 2007-2008 13

4. Beschrijving van de uitstromen In dit hoofdstuk worden de verschillende uitstromen van dit kwalificatiedossier nader omschreven. De uitstromen welke deel uit maken van dit dossier zijn: (i) Doktersassistent Doktersassistent versie 2007-2008 14

4.1 Doktersassistent Algemene informatie Context van de uitstroom Typerende beroepshouding De doktersassistent werkt bij een solopraktijk, groepspraktijk en huisartsenpost, ziekenhuis (met name de polikliniek), sociale gezondheidszorg (bijvoorbeeld de Arbo-dienst), jeugdgezondheidszorg (GGD), bloedtransfusiediensten, laboratoria en verpleeghuizen. De doktersassistent heeft een inlevende, open, consciëntieuze, hulpvaardige, professionele, doelgerichte en communicatieve houding. Ze ziet er representatief uit. Ze is zich bewust is van maatschappelijke normen en haar eigen normen en waarden, de wijze waarop de organisatie daarop inspeelt en op welke punten deze al dan niet overeenkomen met haar eigen principes. Ze is kritisch ten opzichte van haar eigen beroepshouding en past deze indien nodig aan. Ze gaat zorgvuldig, integer, respectvol en met gevoel voor privacy om met zorgvragers, ook in hectische situaties waarin van verschillende kanten een beroep op haar wordt gedaan en met ethische kwesties. Ze denkt (pro)actief mee met de zorgvrager, collega s en de behandelaar. Ze houdt tevens rekening met de waarden & normen, wensen, gewoonten en gevoelens van de zorgvrager. Ze realiseert zich dat de relatie met de zorgvrager niet altijd gelijkwaardig is, doordat de zorgvrager afhankelijk is van zorg en dienstverlening. Zij is zich bewust van haar machtspositie en kan deze hanteren. Typerend voor de doktersassistent is dat zij verbanden kan leggen tussen ervaringen die ze heeft opgedaan in verschillende situaties. De doktersassistent dient te voorzien in de behoefte en zorgvraag van de zorgvrager, waarbij zij de afweging moet maken tussen de belangen van de zorgvrager, van de behandelaar, eventuele andere betrokkenen (collega s, verpleegkundigen, artsen, andere medische diensten) en haar persoonlijke belangen en verwachtingen. Zij gaat professioneel om met een mogelijk spanningsveld tussen haar persoonlijke (ethische) normen en die van anderen. Zij signaleert wanneer zij de grenzen van haar draagkracht en belastbaarheid bereikt en communiceert daarover met betrokkenen op een adequate wijze De doktersassistent staat voor de opgave om optimaal te voldoen aan geldende kwaliteitsnormen enerzijds en haar werkzaamheden uit te voeren binnen situatiegebonden factoren anderzijds. Zij kan omgaan met een spanningsveld tussen de geldende kwaliteitseisen en het uitvoeren van haar werkzaamheden wanneer de situatie daarvoor niet optimaal is. Op basis van eigen inschatting en eventueel aanwijzingen van de leidinggevende bepaalt zij welke activiteit op dat moment Doktersassistent versie 2007-2008 15

voorrang heeft en handelt in overeenstemming daarmee. Niveau van beroepsuitoefening Rol en verantwoordelijkheden De doktersassistent is erop gericht haar beroepscompetenties te ontwikkelen om gedurende haar loopbaan goed te blijven functioneren in haar beroep niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 De doktersassistent vervult in de uitvoering van haar werkzaamheden verschillende rollen. De meest voorkomende rollen zijn uitvoerend, ondersteunend en adviserend van aard. Daarnaast heeft ze een representatieve, informerende, organiserende en coördinerende rol. De doktersassistent verricht werkzaamheden in opdracht van de werkgever (veelal de behandelaar) of ondersteunend aan een behandelaar **. Zij heeft een eigen, zelfstandige bijdrage in de individuele gezondheidszorg. Ze werkt alleen of in teamverband onder ** Met de term behandelaar wordt gerefereerd aan de arts, specialist, praktijkondersteuner, fysiotherapeut, verpleegkundige en andere hulpverleners. eindverantwoordelijkheid van haar werkgever. Ze deelt zelfstandig haar werkzaamheden in, stelt prioriteiten en voert de werkzaamheden zelfstandig uit volgens professionele richtlijnen, protocollen en richtlijnen van de organisatie. Ze neemt zelfstandig beslissingen (o.a. over de noodzaak van bepaalde taken) waarbij de overwegingen complex zijn en de mogelijke gevolgen onduidelijk. Ze kan haar mening beargumenteren en bij twijfel overlegt ze met de behandelaar en/of collega s. De doktersassistent is verantwoordelijk voor: het verhelderen van de zorgvraag, het nemen van beslissingen en het geven van adviezen. de informatie die ze aan de zorgvrager verstrekt en de adviezen die ze geeft; het zelfstandig uitvoeren van of het assisteren bij medisch-technische handelingen (binnen de grenzen van haar bevoegdheid en bekwaamheid) en het begeleiden van de zorgvrager; het zelfstandig uitvoeren van de administratie, het beheren van de medische dossiers en de organisatie van de interne werkprocessen. De doktersassistent is verantwoordelijk voor haar eigen handelen. Zij staat voor de opgave per situatie te bepalen of en in welke mate van zelfstandigheid zij bevoegd en in staat is om een taak/handeling uit te voeren, rekening houdend met: - wet- en regelgeving, - persoonlijke competenties en situatie (zoals kennis, vaardigheden, ervaring, gemoedstoestand, emotionele betrokkenheid), Doktersassistent versie 2007-2008 16

- mogelijkheden, beperkingen en richtlijnen vanuit de organisatie. De grenzen van haar bekwaamheid en verantwoordelijkheid kunnen per situatie verschillen en vragen van de doktersassistent om te beslissen: - zelf de handeling uit te voeren - overleg te plegen met een collega of de behandelaar - de handeling over te dragen aan een collega of de behandelaar Complexiteit De complexiteit van de werkzaamheden van de doktersassistent varieert van gemiddeld- tot hoogcomplex. De complexiteit is onder andere afhankelijk van de grote diversiteit in complexiteit van de kenmerken van de zorgvragers, de organisatie, de werkplek waar ze mee te maken heeft en de vragen waar ze mee te maken krijgt. Taken op het gebied van de intake en het informeren en adviseren van de zorgvrager zijn over het algemeen gemiddeld complex. Taken inzake het assisteren bij of het zelfstandig uitvoeren van medisch-technische handelingen zijn complex. En taken betreffende het organiseren van de werkprocessen en het vastleggen van gegevens zijn gemiddeld complex. Ze voert haar werk uit volgens bestaande protocollen en richtlijnen. Ze maakt vaak gebruik van combinaties van procedures of nieuwe procedures die eigen deskundigheid en vindingrijkheid vereisen. De doktersassistent dient te voorzien in de behoefte en zorgvraag van de zorgvrager, waarbij zij de afweging moet maken tussen de belangen van de zorgvrager, van de behandelaar en haar persoonlijke belangen. De doktersassistent dient in staat te zijn te bepalen welke belangen prevaleren, zonder dat dit haar eigen belangen schaadt. Afbreukrisico s bij deze kerntaak zijn gelegen in het leveren van zorgproducten die voldoen aan zowel formele als interne kwaliteitsnormen van de organisatie. Beperkte beschikbaarheid van tijd, geld, middelen en competenties en belemmeringen op het gebied van samenwerkingsrelaties kunnen een negatieve invloed hebben op de naleving van kwaliteits- en veiligheidseisen. Er ontstaat een verhoogd risico op fouten. Complicerende factoren zijn: de diversiteit van de doelgroep (naar demografische, sociale en/of culturele achtergrond, bekendheid met medisch zorgaanbod); de zorgvuldigheid en nauwkeurigheid waarmee de doktersassistent moet doorvragen. En de risico s die verbonden zijn aan de aard en de urgentie van de te kiezen vervolgstap; de grote verscheidenheid aan zorgvragen (en de aard van de vragen) en zorgvragers (en hun gedrag); risico s verbonden aan het verkeerd geven en/of Doktersassistent versie 2007-2008 17

Wettelijke beroepsvereisten Branche vereiste Nederlands en (Moderne) Vreemde Talen opvolgen van voorlichting/advies; de noodzaak snel te kunnen schakelen tussen taken in situaties van werkdruk in combinatie met de vereiste nauwkeurigheid en hygiëne; risico s verbonden aan het uitvoeren van en assisteren bij medisch-technische handelingen (voor de zorgvrager, de behandelaar en de assistent). Ook in situaties waar de werkdruk hoog is of waar zich complicaties voordoen. nee ja nee ja Standaard is in onderstaande matrix uitgewerkt wat voor de startend beroepsbeoefenaar de eisen zijn voor de beheersing van het Nederlands. De (Moderne) Vreemde Taal of Talen zijn voor zover relevant voor de beroepsuitoefening uitgewerkt. Nederlands C2 C1 B2 B1 A2 A1 Begrijpen Spreken Schrijven Luisteren Lezen Productie Interactie Doktersassistent versie 2007-2008 18

5. Beschrijving van de kerntaken In dit hoofdstuk zijn de verschillende kerntaken in dit kwalificatiedossier beschreven. 5.1 Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies Werkprocessen bij kerntaak 1 Beschrijving kerntaak: De doktersassistent verwelkomt de zorgvrager aan de telefoon of in de praktijk, vraagt naar de reden van contact, controleert de NAW-gegevens en de verzekeringsgegevens van de zorgvrager en past deze zonodig aan in het informatiesysteem. De doktersassistent luistert naar de zorgvraag van de zorgvrager, stelt vragen om de zorgvraag helder te krijgen. Ze signaleert een behoefte aan informatie/advies bij de zorgvrager. Ze stelt de aard en spoedeisendheid van de zorgvraag vast, met behulp van standaard vragenlijsten, protocollen en medische kennis (triage). Ze overlegt bij twijfel met de behandelaar over de spoedeisendheid van de zorgvraag en/of de noodzaak voor een consult. Zij kiest de vervolgstap en stelt de zorgvrager op de hoogte. Checkt of de informatie duidelijk is. De doktersassistent registreert de zorgvraag en de gemaakte afspraken in het zorgdossier/informatiesysteem. De doktersassistent geeft voorlichting en/of adviseert de zorgvrager over uiteenlopende medische vragen voorzover dit binnen haar bevoegdheid en bekwaamheid ligt. Zij stelt vast of zij in staat is de gevraagde voorlichting of het advies te geven of de zorgvrager te wijzen op anderen die de voorlichting/het advies kunnen geven. De doktersassistent gebruikt protocollen, voorlichtingsmateriaal en haar medische kennis om voorlichting/advies te geven, op een voor de zorgvrager begrijpelijke manier. Zij motiveert de zorgvrager actief gevolg te geven aan het gegeven advies. De doktersassistent checkt bij de zorgvrager of de informatie of het advies duidelijk en naar tevredenheid is. 1. Staat de zorgvrager te woord en kanaliseert de zorgvraag. 2. Geeft voorlichting en advies. Toelichting: Doktersassistent versie 2007-2008 19

Het uitvoeren van triage is specifiek voor de dokterassistent werkzaam in de huisartsenpraktijk. Bij het uitvoeren van de intake en het geven van voorlichting en advies moet de doktersassistent klantgericht en doelgericht handelen, ook wanneer het druk is aan de balie of de telefoon. Doktersassistent versie 2007-2008 20

5.2 Kerntaak 2 Bijdragen aan medische zorg Kerntaak 2 Bijdragen aan medische zorg Werkprocessen bij kerntaak 2 Beschrijving kerntaak: De doktersassistent bereidt de behandelruimte voor om de behandeling zo efficiënt mogelijk en volgens de geldende kwaliteitsnormen te laten verlopen. Zij beoordeelt welke materialen, instrumenten en hulpmiddelen nodig zijn en legt/zet deze klaar voor de behandeling. Ruimt na de behandeling de gebruikte materialen op, reinigt en maakt deze weer gereed voor gebruik. De doktersassistent reikt de behandelaar tijdig materialen aan en voert op aanwijzing van de behandelaar (deel)handelingen uit. De doktersassistent assisteert de behandelaar bij de uitvoering van de medische behandeling. De doktersassistent voert zelfstandig medisch-technische (deel)handelingen uit: zoals laboratoriumbepalingen, onderzoeken of voorbehouden handelingen op aanwijzing van de behandelaar. Zij handelt adequaat bij complicaties. Zij houdt rekening met de situatie van de zorgvrager. De doktersassistent informeert de zorgvrager over de behandeling die uitgevoerd gaat worden en wat de zorgvrager kan verwachten. Zij begeleidt de zorgvrager tijdens de behandeling en handelt adequaat bij complicaties. De doktersassistent geeft informatie na afloop van de medische handeling over de eventueel te verwachten complicaties en geeft instructie volgens richtlijnen. Zij checkt of de zorgvrager tevreden is over de behandeling. De doktersassistent registreert de verrichte behandeling, verbruikte materialen, gebruikte hulpmiddelen en eventuele vervolgafspraken en bijzonderheden in het zorgdossier/ informatiesysteem. 1. Maakt de behandelruimte, materialen en middelen gereed voor behandeling. 2. Assisteert de behandelaar bij de medische handeling. 3. Voert medisch-technische (deel)handelingen zelfstandig uit. 4. Begeleidt en informeert de zorgvrager. 5. Registreert de gegevens inzake de medische zorg. Toelichting: Doktersassistent versie 2007-2008 21

De doktersassistent werkt volgens protocol en voert de handelingen uit volgens richtlijnen op het gebied van kwaliteit, veiligheid, hygiëne, milieu en werkt ergonomisch verantwoord. 2 en 3. De doktersassistent voert in opdracht van de behandelaar, medischtechnische handelingen uit. De handelingen die zij verricht bestaan uit zowel voorbehouden handelingen als uit handelingen die niet voorbehouden maar wel risicovol zijn. De handelingen die de doktersassistent uitvoert of waar ze bij assisteert voert zij uit volgens wet- en regelgeving bevoegd en bekwaam en is deskundig om de (deel)handelingen uit te voeren, en vallen onder de werking van de Wet Beroepen in de Individuele gezondheidszorg. Zij voert de handelingen uit volgens protocollen en geldende kwaliteitsnormen. Ze houdt rekening met de gezondheidssituatie, behandeling en/of therapie van de zorgvrager. Ze neemt mogelijke angst en onzekerheid van de zorgvrager weg door uitleg over wat, waarom en hoe ze de medich-technische handeling(en) uitvoert. Ze voorziet in een optimaal controlesysteem en weet adequaat te handelen indien zich complicaties voordoen. Doktersassistent versie 2007-2008 22

5.3 Kerntaak 3 Zorgdragen voor de praktijkvoering. Kerntaak 3 Zorgdragen voor de praktijkvoering. Werkprocessen bij kerntaak 3 Beschrijving kerntaak: De doktersassistent organiseert en plant de werkprocessen van de artsenpraktijk. Zij onderhoudt de agenda, maakt een planning voor de uit te voeren werkzaamheden zoals visites, spreekuren en werkoverleg. Zij vervult een rol in de afstemming van werkprocessen tussen zorgverleners. De doktersassistent draagt er zorg voor dat de middelen en de materialen en hulpmiddelen aanwezig en gebruiksklaar zijn. De doktersassistent beheert en controleert de voorraden. Ze let daarbij op de houdbaarheid van producten, het aanwezig zijn van actuele versies van voorlichtingsmateriaal en bestelt materialen. Zij controleert of de levering van materialen tijdig en volledig is en neemt bij problemen contact op met de leverancier. De doktersassistent beheert, archiveert medische dossiers, verwijskaarten en machtigingen en verzorgt de (herhaal)receptuur. Ook verwerkt ze de post en verzorgt de correspondentie. Zij doet de financiële administratie en maakt in enkele gevallen ook roosters. 1. Plant en organiseert de dagelijkse gang van zaken. 2. Zorgt ervoor dat middelen en materialen aanwezig en gebruiksklaar zijn. 3. Voert de administratie van de artsenpraktijk. Toelichting: De doktersassistent zorgt er voor dat de werkprocessen in de artsenpraktijk efficiënt en effectief verlopen, zowel voor zichzelf als voor de anderen ook wanneer het druk is. Ze zorgt dat de juiste voorwaarden zijn gerealiseerd voor het uitvoeren van de werkprocessen en dat er voldoende voorraden aanwezig zijn. Doktersassistent versie 2007-2008 23

6. Totaal overzicht proces-competentie-matrices In de proces-competentie-matrix wordt aangegeven welke competenties aangewend worden bij de uitvoering van de werkprocessen van een kerntaak. De kruisjes in de tabellen zijn wit op zwart gemarkeerd indien deze bij alle uitstromen van toepassing zijn. Doktersassistent versie 2007-2008 24

6.1 Proces-competentie-matrix kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies Competenties A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Bedrijfsmatig handelen Ondernemend en commercieel handelen Gedrevenheid en ambitie tonen Met druk en tegenslag omgaan Omgaan met verandering en aanpassen Instructies en procedures opvolgen Kwaliteit leveren Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Plannen en organiseren Leren Creëren en innoveren Onderzoeken Analyseren Materialen en middelen inzetten Vakdeskundigheid toepassen Formuleren en rapporteren Presenteren Overtuigen en beïnvloeden Relaties bouwen en netwerken Ethisch en integer handelen Samenwerken en overleggen Aandacht en begrip tonen Begeleiden Aansturen Beslissen en activiteiten initiëren Werkprocessen X X X X X X X X X X X X X 1.1 Staat de zorgvrager te woord en kanaliseert de zorgvraag. X X X X X X 1.2 Geeft voorlichting en advies. Doktersassistent versie 2007-2008 25

6.2 Proces-competentie-matrix kerntaak 2 Bijdragen aan medische zorg Kerntaak 2 Bijdragen aan medische zorg Competenties A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Bedrijfsmatig handelen Ondernemend en commercieel handelen Gedrevenheid en ambitie tonen Met druk en tegenslag omgaan Omgaan met verandering en aanpassen Instructies en procedures opvolgen Kwaliteit leveren Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Plannen en organiseren Leren Creëren en innoveren Onderzoeken Analyseren Materialen en middelen inzetten Vakdeskundigheid toepassen Formuleren en rapporteren Presenteren Overtuigen en beïnvloeden Relaties bouwen en netwerken Ethisch en integer handelen Samenwerken en overleggen Aandacht en begrip tonen Begeleiden Aansturen Beslissen en activiteiten initiëren Werkprocessen X X X 2.1 Maakt de behandelruimte, materialen en middelen gereed voor behandeling. X X X X 2.2 Assisteert de behandelaar bij de medische handeling. X X X X X X 2.3 Voert medischtechnische (deel)handelingen zelfstandig uit. X X X 2.4 Begeleidt en informeert de zorgvrager. X X X 2.5 Registreert de gegevens inzake de medische zorg. Doktersassistent versie 2007-2008 26

Proces-competentie-matrix kerntaak 3 Zorgdragen voor de praktijkvoering. Kerntaak 3 Zorgdragen voor de praktijkvoering. Competenties A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Bedrijfsmatig handelen Ondernemend en commercieel handelen Gedrevenheid en ambitie tonen Met druk en tegenslag omgaan Omgaan met verandering en aanpassen Instructies en procedures opvolgen Kwaliteit leveren Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Plannen en organiseren Leren Creëren en innoveren Onderzoeken Analyseren Materialen en middelen inzetten Vakdeskundigheid toepassen Formuleren en rapporteren Presenteren Overtuigen en beïnvloeden Relaties bouwen en netwerken Ethisch en integer handelen Samenwerken en overleggen Aandacht en begrip tonen Begeleiden Aansturen Beslissen en activiteiten initiëren Werkprocessen X X X X 3.1 Plant en organiseert de dagelijkse gang van zaken. X X X X 3.2 Zorgt ervoor dat middelen en materialen aanwezig en gebruiksklaar zijn. X X X 3.3 Voert de administratie van de artsenpraktijk. Doktersassistent versie 2007-2008 27

Deel C: Uitwerking van de kwalificaties 1. Inleiding Deel C is vastgesteld door het bestuur van het kenniscentrum, op advies van de paritaire commissie beroepsonderwijs en bedrijfsleven. Het (beroeps)onderwijs en bedrijfsleven hebben in gezamenlijkheid besloten dat de nadere uitwerking van deel C het onderwijs een goede basis biedt om een beroepsopleiding op te bouwen. In dit deel van het kwalificatiedossier wordt de informatie uit deel B gespecificeerd, voor elke uitstroom. In de proces-competentie-matrices wordt specifiek per uitstroom aangegeven welke competenties aangewend worden bij de uitvoering van de onderscheiden werkprocessen. In de detaillering van de matrices wordt verantwoord waarom en hoe deze competenties van toepassing zijn. 2.1 Doktersassistent Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies Doktersassistent versie 2007-2008 28

Proces-competentie-matrix doktersassistent Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies Competenties A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Bedrijfsmatig handelen Ondernemend en commercieel handelen Gedrevenheid en ambitie tonen Met druk en tegenslag omgaan Omgaan met verandering en aanpassen Instructies en procedures opvolgen Kwaliteit leveren Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Plannen en organiseren Leren Creëren en innoveren Onderzoeken Analyseren Materialen en middelen inzetten Vakdeskundigheid toepassen Formuleren en rapporteren Presenteren Overtuigen en beïnvloeden Relaties bouwen en netwerken Ethisch en integer handelen Samenwerken en overleggen Aandacht en begrip tonen Begeleiden Aansturen Beslissen en activiteiten initiëren Werkprocessen X X X X X X X X X X X X X 1.1 Staat de zorgvrager te woord en kanaliseert de zorgvraag. X X X X X X 1.2 Geeft voorlichting en advies Betekenis van de kerntaak in deze uitstroom In deze matrix is per kerntaak aangegeven welke competenties aangewend worden bij de uitvoering van de werkprocessen voor deze uitstroom. Dit is zichtbaar door middel van een kruisje in de matrix. Doktersassistent versie 2007-2008 29

Detaillering proces-competentie-matrices doktersassistent In de detaillering van de matrices wordt duidelijk dat een bepaalde competentie van toepassing is, en wordt beschreven hoe die competenties worden aangewend ten behoeve van het resultaat van het werkproces. Per competentie kunnen meerdere componenten van toepassing zijn. Waar van toepassing, zijn kennis en vaardigheden vermeld welke nodig zijn voor competent gedrag, eventueel aangevuld met referenties (naar concrete geldende normen). Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies 1.1 werkproces Staat de zorgvrager te woord en kanaliseert de zorgvraag. Omschrijving: De doktersassistent verwelkomt de zorgvrager aan de telefoon of in de praktijk, vraagt naar de reden van contact, controleert de NAW-gegevens en de verzekeringsgegevens van de zorgvrager en past deze zonodig aan in het informatiesysteem. De doktersassistent luistert naar de zorgvraag van de zorgvrager, stelt vragen om de zorgvraag helder te krijgen. Ze signaleert een behoefte aan informatie/advies bij de zorgvrager. Ze stelt de aard en spoedeisendheid van de zorgvraag vast, met behulp van standaard vragenlijsten, protocollen en medische kennis (triage). Ze overlegt bij twijfel met de behandelaar over de spoedeisendheid van de zorgvraag en/of de noodzaak voor een consult. Zij kiest de vervolgstap en stelt de zorgvrager op de hoogte. Checkt of de informatie duidelijk is. De doktersassistent registreert de zorgvraag en de gemaakte afspraken in het zorgdossier/informatiesysteem. Gewenst resultaat: De zorgvrager is op vriendelijke wijze te woord gestaan aan de telefoon of in de praktijk en de NAW- gegevens en verzekeringsgegevens van de zorgvrager zijn zorgvuldig en volledig opgenomen in het informatiesysteem. De gegevens benodigd om de aard en de spoedeisendheid van de zorgvraag vast te stellen zijn verzameld en geanalyseerd. De zorgvraag van de zorgvrager is (indien nodig) in overleg met de behandelaar vastgesteld en verwerkt in het informatiesysteem. De ontvangen informatie en vervolgstap is duidelijk voor de zorgvrager. Competentie Component(en) Prestatie-Indicator Vakkennis en vaardigheden A. Beslissingen en activiteiten initiëren D. Aandacht en begrip tonen Beslissingen nemen Op eigen initiatief handelen Interesse tonen Luisteren De doktersassistent neemt binnen de wet- en regelgeving tijdig de nodige beslissingen, zij neemt zelf het initiatief om de spoedeisendheid van de zorgvraag vast te stellen, overlegt bij twijfel met de behandelaar, zodat snel actie kan worden ondernomen bijspoedeisende zorgvrager. De doktersassistent toont interesse in de zorgvrager, verbaal en/of non-verbaal, zij luistert actief en aandachtig, vraagt door, en neemt de tijd om te beluisteren wat de aard van de zorgvraag is, zodat de Standaard vragenlijsten, protocollen en medische kennis. Communicatieve vaardigheden. Omgangsvormen. Doktersassistent versie 2007-2008 30

E. Samenwerken en overleggen F. Ethisch en integer handelen Anderen raadplegen en betrekken Afstemmen zorgvrager zich gehoord voelt en de zorgvraag helder wordt voor de doktersassistent. De doktersassistent overlegt met de behandelaar over de spoedeisendheid van de zorgvraag en de te nemen actie bij de zorgvraag en de noodzaak voor een consult, zodat zij zich verzekerd weet van een passend antwoord op de zorgvraag. Integer handelen De doktersassistent respecteert de zorgvrager, gaat discreet om met gevoelige zaken en houdt zich aan gemaakte beloften en afspraken, zodat de zorgvrager met respect en zorgvuldigheid behandeld kan worden. Doktersassistent versie 2007-2008 31 Communicatieve vaardigheden. Omgangsvormen. Uitvoeren van triage. Waarden en normen hanteren. Omgangsvormen.

J. Formuleren en rapporteren Nauwkeurig en volledig rapporteren Vlot en bondig formuleren De doktersassistent voert de gegevens van de zorgvrager nauwkeurig en compleet in zodat de gegevens actueel en volledig zijn, formuleert tijdens overleg met de zorgverlener de zorgvraag van de zorgvrager kort en bondig, scheidt hoofd- en bijzaken zodat de zorgvraag van de zorgvrager snel duidelijk is voor de zorgverlener. Zorginformatiesystemen. Standaard vragenlijsten en protocollen. Planningssystemen en medische dossiers. K. Vakdeskundigheid toepassen Vakspecifieke mentale vermogens aanwenden M. Analyseren Informatie genereren uit gegevens Informatie uiteenrafelen Conclusies trekken Oplossingen voor problemen bedenken De doktersassistent kan tijdens het intakegesprek snel informatie die de zorgvrager verstrekt inschatten en interpreteren waarmee ze de hulpvraag van de zorgvrager op de juiste manier kan kanaliseren. De doktersassistent analyseert de beschikbare informatie, legt de juiste verbanden en herkent risicovolle of complexe situaties en trekt conclusies zodat er een passend antwoord op de zorgvraag geboden kan worden. (Elektronisch) Informatiesysteem. Symptomen herkenen van gezondheidsklachten. Ernstige en niet-ernstige gezondheidsstoornissen onderscheiden. Kennis hebben van onderzoek, behandelmethoden en zelfzorgmogelijkheden. Relatie tussen de subjectieve beleving van gezondheid en ziekte en de zorgvraag van de zorgvrager herkennen. N. Onderzoeken Informatie achterhalen De doktersassistent stelt op systematische en methodische wijze vragen aan de zorgvrager zodat relevante informatie met betrekking tot de zorgvraag beschikbaar komt. Risicovolle levenspatronen. Gespreksvaardigheden. Doktersassistent versie 2007-2008 32

Q. Plannen en organiseren Activiteiten plannen Tijd indelen Mensen en middelen organiseren S. Kwaliteit leveren Kwaliteitsniveaus halen Systematisch werken T. Instructies en procedures volgen U. Omgaan met verandering en aanpassen V. Met druk en tegenslag omgaan Werken conform voorgeschreven procedures Met diversiteit (tussen mensen) omgaan Effectief blijven presteren onder druk De doktersassistent houdt bij het plannen van afspraken rekening met de benodigde (tussenliggende) tijd,de urgentie en de agenda van de behandelaar en eventuele benodigde middelen, zodat het consult tijdig gepland wordt. De doktersassistent richt zich tot op detailniveau en op systematische wijze op het volledig duidelijk krijgen van de hulpvraag zodat haar formulering van de hulpvraag volledig overeenstemt met de hulpvraag van de zorgvrager. De doktersassistent stelt bij de intake de spoedeisendheid van de zorgvraag vast, waarbij zij binnen de wet- en regelgeving gebruik maakt van standaard vragenlijsten en protocollen. De doktersassistent communiceert op passende wijze met verschillende zorgvragers, houdt daarbij rekening met hun cultuur, leeftijd en achtergrond zodat zorgvragers met verschillende achtergronden zich gerespecteerd en begrepen voelen tijdens hun (telefoon)gesprek De doktersassistent blijft in stressvolle situaties (onvoorziene of acute situaties) gericht op het werk en de zaken die gedaan moeten worden zodat de zorgvraag van de zorgvrager effectief gekanaliseerd kan worden. Wet- en regelgeving. Standaard vragenlijsten en protocollen. Kennis van diversiteit van de doelgroep, wat betreft demografische, sociale en culturele achtergrond en bekendheid met medisch zorgaanbod. Doktersassistent versie 2007-2008 33

Kerntaak 1 Zorgdragen voor intake, voorlichting en advies 1.2 werkproces Geeft voorlichting en advies Omschrijving: De doktersassistent geeft voorlichting en/of adviseert de zorgvrager over uiteenlopende medische vragen voorzover dit binnen haar bevoegdheid en bekwaamheid ligt en signaleert hierbij de behoefte van de zorgvrager aan informatie en advies Zij stelt vast of zij in staat is de gevraagde voorlichting of het advies te geven of de zorgvrager te wijzen op anderen die de voorlichting/het advies kunnen geven. De doktersassistent gebruikt protocollen, voorlichtingsmateriaal en haar medische kennis om voorlichting/advies te geven, op een voor de zorgvrager begrijpelijke manier. Zij motiveert de zorgvrager actief gevolg te geven aan het gegeven advies. De doktersassistent checkt bij de zorgvrager of de informatie of het advies duidelijk en naar tevredenheid is Gewenst resultaat: De zorgvrager heeft voorlichting en advies op een begrijpelijke en gestructureerde wijze ontvangen en is hierover tevreden. De doktersassistent heeft op professionele wijze gebruik gemaakt van protocollen en voorlichtingsmateriaal t.b.v. voorlichting en advies. Competentie Component(en) Prestatie-Indicator Vakkennis en vaardigheden C. Begeleiden Adviseren De doktersassistent geeft deskundige en passende Communicatieve vaardigheden. voorlichting en eventueel goed onderbouwd advies zodat de zorgvrager correcte informatie en vakkundig advies heeft gekregen. H. Overtuigen en beïnvloeden Gesprekken richting geven De doktersassistent geeft uitleg over het doel van het gesprek, leidt het gesprek in duidelijke banen zodat de zorgvrager op logische wijze passende informatie krijgt en gemotiveerd wordt om het advies op te Gesprekstechnieken. I. Presenteren Duidelijk uitleggen en toelichten Kernachtig communiceren Op de toehoorder(s) toeschouwer(s) inspelen volgen. De doktersassistent geeft op doeltreffende, begrijpelijke en professionele manier voorlichting en advies, controleert of de informatie begrepen is zodat de zorgvrager en betrokkenen beschikken over de juiste informatie. Communicatieve vaardigheden. Omgangsvormen. Wet- en regelgeving/protocollen m.b.t. bevoegdheid en bekwaamheid. Medische kennis. Doktersassistent versie 2007-2008 34

L. Materialen en middelen inzetten Geschikte materialen en middelen kiezen Materialen en middelen doeltreffend gebruiken De doktersassistent kiest voorlichtings- en/of instructie materiaal, zet deze doeltreffend en doelmatig in zodat de gekozen materialen en middelen op een juiste wijze gebruikt gaan worden. Nieuwe onderzoeksmethoden. Protocollen en standaard voorlichtingsmateriaal. R. Op behoeften en verwachtingen van de klant richten Materialen en middelen doelmatig gebruiken Aansluiten bij behoeften en verwachtingen De doktersassistent geeft voorlichting en advies gericht op de zorgvrager en passend bij de situatie en omstandigheden van de zorgvrager zodat voldaan wordt aan de verwachtingen en wensen van de zorgvrager. Klant -tevredenheid in de gaten houden S. Kwaliteit leveren Systematisch werken De doktersassistent geeft op systematische en ordelijke en zorgvuldige wijze voorlichting zodat de zorgvrager op logische en professionele wijze informatie krijgt. Communicatieve vaardigheden. Omgangsvormen. Doktersassistent versie 2007-2008 35